Commission
de l'Énergie, de l'Environnement et du Climat |
Commissie voor Energie, Leefmilieu en Klimaat |
du Mardi 3 mars 2020 Matin ______ |
van Dinsdag 3 maart 2020 Voormiddag ______ |
La réunion publique de commission est ouverte à 10 h 38 et présidée par M. Malik Ben Achour.
De openbare commissievergadering wordt geopend om 10.38 uur en voorgezeten door de heer Malik Ben Achour.
Le président: Chers collègues, en attendant l'arrivée du président en charge de notre commission, M. Vincent Van Quickenborne, je vous propose d'entamer nos travaux.
Je vous rappelle que chaque intervenant dispose de 2 minutes et 30 secondes pour poser sa question.
01 Actualiteitsdebat over de Claus-centrale in Maasbracht en toegevoegde vragen van
- Kris Verduyckt aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De weigering van Nederland om de Clauscentrale aan te sluiten op ons stroomnet" (55003431C)
- Leen Dierick aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De Nederlandse Clauscentrale in Maasbracht" (55003619C)
- Kurt Ravyts aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De Clauscentrale in Maasbracht en het Belgische stroomnet" (55003628C)
- Tinne Van der Straeten aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De aansluiting van de Claus C-centrale in Maasbracht op het Belgische stroomnet" (55003708C)
- Vincent Van Quickenborne aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De Claus C-centrale in Maasbracht" (55003726C)
01 Débat d'actualité sur la centrale Claus de Maasbracht et questions jointes de
- Kris Verduyckt à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Le refus des Pays-Bas de raccorder la centrale Claus à notre réseau électrique" (55003431C)
- Leen Dierick à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "La centrale néerlandaise Claus de Maasbracht" (55003619C)
- Kurt Ravyts à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "La centrale Claus de Maasbracht et le réseau électrique belge" (55003628C)
- Tinne Van der Straeten à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "La connexion de la centrale Claus C de Maasbracht au réseau électrique belge" (55003708C)
- Vincent Van Quickenborne à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "La centrale Claus C de Maasbracht" (55003726C)
01.01 Kris Verduyckt (sp.a): Mevrouw de minister, we hebben het in deze commissie al eerder over deze centrale gehad, omdat die van erg groot belang zou kunnen zijn bij de energiebevoorrading van ons land. In die centrale wordt een behoorlijke hoeveelheid energie opgewekt en er waren plannen om aan te sluiten op het Belgische net.
Toen ik de vraag indiende, gebeurde dit naar aanleiding van het feit dat minister Wiebes in Nederland heeft beslist om de kabel van 13 kilometer niet aan te leggen. Hij geeft daarvoor twee redenen: er zouden in Nederland mogelijk storingen door kunnen optreden en de aanleg komt ook niet overeen met het bestemmingsplan dat in die regio van tel is. In die zin is hij tegen die plannen.
In het verleden had u naar aanleiding van eerdere uitlatingen vanuit de Nederlandse politiek al contacten met de Nederlanders. Was u op de hoogte van deze beslissing? Hebt u kennisgenomen van die motivering? Hoe schat u die in?
Wat zult u verder doen? Zult u zelf contact opnemen met de Nederlandse regering? Vindt u dat de firma zelf enig initiatief moet nemen? Wat zijn uw plannen ter zake?
Tot slot, meer algemeen: hoe ziet u de situatie in het kader van de energiebevoorrading van ons land en de energiezekerheid voor de toekomst?
01.02 Leen Dierick (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega's, de situatie is al geschetst, ik beperk mij dus tot mijn vragen.
Mevrouw de minister, wat zijn volgens u de gevolgen van de beslissing van uw Nederlandse collega over de mogelijke deelname van deze centrale? Zal deze deelname nu enkel nog onrechtstreeks kunnen, via de interconnecties? Hoe schat u de gevolgen daarvan in?
Hebt u ondertussen nog contact gehad met uw collega? Wat werd er dan besproken of wat was de conclusie daarvan?
Hebt u overlegd met de eigenaar van de centrale in Maasbracht en met Elia? Zo ja, wat werd daar besproken en wat zijn daarvan de conclusies?
Ten slotte, de FOD Economie heeft een screening uitgevoerd van het bestaande juridisch kader om na te gaan of er geen barrières zijn om buitenlandse capaciteit te laten meedoen. Afhankelijk van die analyse zou er nog een wetswijziging nodig zijn. Is die analyse ondertussen afgerond? Zo ja, welke wetswijziging is er nodig? Wanneer mogen we die verwachten?
01.03 Kurt Ravyts (VB): Mevrouw de minister, uiteraard heb ik ongeveer dezelfde vragen als mijn collega's.
Een van de redenen voor de weigering van de heer Wiebes is dat volgens hem de nieuwe Europese regelgeving ook aan bod komt. Die legt een verhoging op van het volume aan interconnectiecapaciteit, dat openstaat voor de marktpartijen.
Eind november hebt u inderdaad een juridische analyse aangekondigd omtrent een aantal lacunes en hindernissen in de bestaande wetgeving voor rechtstreekse, directe buitenlandse deelname. U wilde laten nagaan hoe die weggewerkt kunnen worden via een wijziging van het wetgevend kader en/of via contractuele bepalingen. U zei ook dat moet worden gerekend op de uitvoeringsbesluiten van het beruchte CRM en de akkoorden die tussen de TSO's en de regulatoren moeten worden afgesloten voor buitenlandse deelname, die ook steeds de mogelijkheid van rechtstreekse buitenlandse capaciteit in aanmerking zullen moeten nemen.
Voorzitter:
Vincent Van Quickenborne.
Président: Vincent Van Quickenborne.
Mevrouw de minister, wat is de stand van zaken van die juridische analyse van de wetgeving door de FOD Economie over de rechtstreekse buitenlandse capaciteit?
Wat betekent die beslissing voor een mogelijke deelname van de centrale van Maasbracht aan het CRM-mechanisme? Wordt die deelname nu misschien twijfelachtig? Hebt u daarover al contacten gehad met uw Nederlandse collega en/of met de exploitant?
01.04 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, op 27 november hebben wij in deze commissie al gesproken over de rechtstreekse deelname van buitenlandse capaciteit in het kader van de CRM, waarbij de casus van de Clauscentrale in Maasbracht specifiek bekeken werd. U zei op 27 november dat de juridische analyse, die een aantal lacunes en hindernissen in het huidig wetgevend kader had geïdentificeerd, gaande was. Er werd geanalyseerd hoe die weggewerkt kunnen worden via een wijziging van het wetgevend kader en/of via de contractuele bepalingen.
Wij hebben in die commissievergadering ook gesproken over de consultatie met de buurlanden, waarover ondertussen documentatie gepubliceerd is op de website van de FOD Economie. Daarin herhaalt Nederland, zowel de administratie als TenneT, voorstander te zijn van een interconnectie in plaats van directe deelname. Het consultatiedocument vermeldt dat België daarop heeft geantwoord dat een verdere analyse zal worden uitgevoerd. Intussen blijkt dat de concessieaanvraag op het Nederlandse grondgebied voor een rechtstreekse kabel geweigerd is in Nederland. De realisatie van die kabel zou overigens vijf jaar vergen.
Mevrouw de minister, wat is het resultaat van de verdere analyse van de opmerkingen van de Nederlandse administratie en de Nederlandse TSO, zoals vermeld in het consultatiedocument?
Wat is de stand van zaken omtrent de wijzigingen van het wetgevend kader en/of de contractuele bepalingen?
Heeft er nog contact plaatsgevonden met de Nederlandse overheid over de specifieke case van de Claus C-centrale?
01.05 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mevrouw de minister, ik heb gelijkaardige vragen.
Het is niet de eerste keer dat wij in deze commissie over de Claus C-centrale spreken. Vorig jaar had de Nederlandse minister van Economische Zaken al een brief gestuurd waarin hij schreef dat hij de centrale het liefst enkel voor Nederland wilde behouden, aangezien er in Nederland in de komende jaren ook productiecapaciteit verdwijnt. Midden vorige maand kwam er het nieuws dat de concessieaanvraag van RWE voor de aanleg en het onderhoud van 10 kilometer kabel op Nederlands grondgebied door dezelfde minister Wiebes werd geweigerd.
Hij beroept zich hiervoor op twee adviezen, waarnaar ik verwijs in de vraag die ik heb ingediend. RWE reageert verrast op de weigering, maar rekent erop dat de concessie er uiteindelijk zal komen. Daarom heb ik een aantal vragen voor u.
Hoe staat u tegenover de weigering van de concessie door uw Nederlandse collega-minister? Werd u zelf door hem hiervan op de hoogte gebracht?
Welke gevolgen heeft dit voor de mogelijke deelname van deze capaciteit aan het toekomstige CRM-mechanisme? Gelooft u nog in de deelname van deze centrale? Wanneer verwacht u dat de voorwaarden voor buitenlandse capaciteit om deel te nemen aan het CRM klaar zullen zijn?
01.06 Bert Wollants (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, er is al heel veel gezegd, maar ik wil nog een aantal zaken toevoegen.
Ik denk dat het duidelijk is geworden dat de situatie in de ons omliggende landen steeds nijpender wordt. Het feit dat de Clauscentrale nu geweigerd wordt door de heer Wiebes is dan ook niet toevallig. We zien het steeds vaker dat men als een gans op de eieren gaat zitten. We moeten ook vaststellen dat men in Nederland heel wat bezwaren heeft tegen het feit dat deze centrale zou beginnen leveren aan ons land, terwijl de uitstoot in Nederland gebeurt. Ook dat speelt in het hele dossier een rol.
Ik denk dan ook dat het aanleggen van de kabel wel wat meer voeten in de aarde heeft. Ik verwijs daarbij graag naar de discussie die we een tijdje geleden gehad hebben. Toen zei toenmalig vicepremier Vande Lanotte dat de kabel wel aangelegd kon worden op drie maanden tijd. Dat zei hij in augustus van 2014. Zo zou de centrale in de winter al stroom kunnen leveren. U herkent dit verhaal wellicht, mevrouw de minister.
Dit alles maakt dat een en ander minder evident is en dat het hebben van eigen productiecapaciteit niet altijd zo onverstandig is. Toevallig hebben we een aantal nucleaire centrales die daarvoor in aanmerking zouden kunnen komen. Maar ik kijk uiteraard heel erg uit naar wat er verteld zal worden over het rechtstreeks aansluiten van de centrale in Maasbracht.
01.07 Minister Marie-Christine Marghem: De geweigerde concessieaanvraag van RWE betrof de aanleg van een ondergrondse elektriciteitskabel teneinde een hoogspanningskabel aan te leggen tussen de Clauscentrale in Maasbracht en het schakelstation Van Eyck in de gemeente Kinrooi in België. Ik heb nog geen rechtstreeks contact gehad met minister Wiebes of met de exploitant, maar ik ben ingelicht over de weigering van de concessieaanvraag door mijn administratie, die een toelichting gekregen heeft vanwege de Nederlandse administratie nadat de beslissing bekendgemaakt was.
De Nederlandse administratie heeft mijn administratie bevestigd dat, rekening houdend met de adviezen ingewonnen bij TenneT en de betrokken gemeenten, de concessie afgewezen is op grond van redenen van technische aard en van ruimtelijke ordening. De Nederlandse minister van Economische Zaken en Klimaat kan bij de beoordeling van een concessie inderdaad blijkbaar alleen rekening houden met aspecten van milieu, techniek, veiligheid en ruimtelijke ordening.
Deze afwijzing betreft alleen het traject zoals beschreven in de aanvraag. Het staat RWE vrij om een nieuwe aanvraag in te dienen voor bijvoorbeeld een ander traject. Ik ben er niet van op de hoogte of RWE een nieuwe concessie zal aanvragen voor een ander traject; dit betreft een autonome beslissing van RWE. Het kan er als alternatief voor opteren om de Belgische markt te beleveren via interconnectoren in plaats van via een rechtstreekse kabel. Het kan dan deelnemen aan het capaciteitsvergoedingsmechanisme als onrechtstreekse buitenlandse capaciteit in plaats van met rechtstreekse buitenlandse capaciteit.
Het capaciteitsvergoedingsmechanisme is technologieneutraal en a fortiori neutraal ten opzichte van de energieproducenten. Veilingen zullen beslissen wie uiteindelijk de nodige capaciteit mag aanleveren.
Ik heb dus nooit op een specifiek project of welbepaalde centrale gerekend. Het is uiteraard wel belangrijk dat het mechanisme goed ontworpen wordt en dat de veiligheidsparameters redelijk gekalibreerd worden, opdat er voldoende aanbod aan nieuwe capaciteit zal zijn om het gevraagde volume te leveren.
De juridische analyse van de deelname van rechtstreekse buitenlandse capaciteit heeft alleszins uitgewezen dat een wetswijziging niet nodig lijkt en dat de voorwaarden voor een deelname vastgelegd kunnen worden via koninklijke besluiten, in het bijzonder het koninklijk besluit dat de regels voor de buitenlandse deelname vastlegt, zoals bepaald in de CRM-wet. De wet bepaalt inderdaad dat op generieke wijze, onafhankelijk van het dossier-Maasbracht, voorwaarden voor de deelname van deze capaciteit worden vastgelegd. Deze voorwaarden zijn ingeschreven in het koninklijk besluit Cross-border.
J'ajoute que nous sommes en train de préparer des arrêtés royaux. Nous avons un arrêté spécifique pour les capacités qui seraient reliées à notre territoire. Cela suppose – et je réponds ainsi à la question de M. Wollants – qu'il y ait des accords entre les pays qui se relient exclusivement entre eux, notamment pour des raisons d'émissions de gaz à effet de serre, de statistiques que vous avez relevées, mais également les administrations et les autres pays, (…) à la condition vérifiée dans le cadre de la procédure de préqualification et d'apporter la preuve écrite de l'avis favorable et inconditionnel des autorités compétentes de l'État européen limitrophe sur le territoire duquel la capacité concernée est située.
Pour l'instant, vous aurez compris que l'autorisation est loin d'être accordée et qu'il n'est pas question que Maasbracht profite à la Belgique autrement que par les interconnexions classiques. Donc, si cette centrale est remise en fonction, elle participera au réseau national hollandais et, par ce biais et via les interconnexions entre la Hollande et la Belgique, elle participera aussi à certains moments à notre sécurité d'approvisionnement.
01.08 Kris Verduyckt (sp.a): Mevrouw de minister, ik dank u voor het antwoord.
Voor de duidelijkheid, ik ben geen voorstander van gascentrales, en al zeker niet van nieuwe gascentrales. In die zin is deze gascentrale wel een heel belangrijke.
Wat mij in dit dossier stoort, is dat een Nederlandse minister zijn wensen voor werkelijkheid neemt. Eerst zegt hij dat hij niet wil dat die centrale een aansluiting met België heeft en vervolgens weigert hij die om redenen van ruimtelijke ordening en om technische redenen. Er is 13 kilometer kabel nodig. Ik heb toch het gevoel dat er andere katten te geselen zijn wat de energiezekerheid van ons land betreft dan het aanleggen van 13 kilometer kabel. Ik heb hier sterk het gevoel dat Nederland een beetje met onze voeten aan het spelen is. In een vrijgemaakte energiemarkt zou het toch anders moeten kunnen. Kortom, wij moeten op onze hoede blijven.
Ik hoor u zeggen dat die centrale er niet uitligt en dat wij ze op andere manieren zullen kunnen gebruiken voor onze energiezekerheid, via het koninklijk besluit Cross-border. Goed, wij zullen zien. Wij zullen dit dossier alleszins blijven opvolgen.
01.09 Leen Dierick (CD&V): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw toelichting.
Het idee de centrale van Maasbracht te gebruiken is al lang geleden in het Parlement opgeborreld. Ook wij hebben dat meermaals aangebracht.
Het is nu duidelijk dat door de beslissing van de Nederlandse minister de benodigde kabel niet gelegd zal worden. U hebt echter duidelijk weergegeven dat dit op zich geen probleem is en dat er nog andere mogelijkheden zijn waarop die centrale nog van dienst kan zijn voor onze bevoorradingszekerheid. Ik meen dat wij vooral in het oog moeten houden dat die niet in het gedrang mag komen.
Ik dank u voor de verduidelijking dat er geen wetswijziging nodig is, en dat u volop bezig bent met de voorbereiding van het koninklijk besluit. Ik meen dat er absoluut geen tijd meer te verliezen valt om die maatregel te nemen.
01.10 Kurt Ravyts (VB): Mevrouw de minister, het zal u niet verwonderen dat ik het eens ben met de opmerking van collega Wollants dat dit dossier een signaalfunctie heeft, ook al kan er op de klassieke manier worden gewerkt, via de interconnectie.
Ik noteer dat het koninklijk besluit Cross-border de regels voor rechtstreekse buitenlandse deelname zal regelen via generieke voorwaarden. Dat zal in het volgende debat aan bod komen. Wij zullen moeten bekijken hoe vlot een en ander verloopt.
01.11 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Dank u wel voor het antwoord, mevrouw de minister.
Ik meen dat het belangrijkste inderdaad is dat wij de voorwaarden en de mogelijkheden voor een rechtstreekse deelname loskoppelen van de specifieke situatie van de Claus C-centrale. Het is niet omdat die concessie vandaag geweigerd wordt dat wij geen regels inzake rechtstreekse deelname moeten hebben.
Wij weten immers niet wat er nog zal gebeuren. Zal de exploitant zich neerleggen bij de weigeringsbeslissing of zal hij ertegen in beroep gaan? Ik ken de specifieke Nederlandse regels daarover niet, maar het is niet zeker dat het project ten dode opgeschreven is. Het allerbelangrijkste is dat wij wel een voldoende robuust kader hebben dat specifiek over de rechtstreekse deelname gaat. Het is inderdaad aan elkeen die een project heeft om te beoordelen of en op welke wijze zij zullen deelnemen aan een veiling in het kader van het CRM. In die zin ben ik blij dat het wetgevend werk gewoon verdergaat, maar dat zal ongetwijfeld in het volgend debat nog verder worden uitgespit.
01.12 Bert Wollants (N-VA): Mevrouw de minister, het zal nog heel wat voeten in de aarde hebben vooraleer wij met dit dossier verder zullen kunnen gaan. Natuurlijk heeft een rechtstreekse aansluiting een aantal voordelen. Wij weten heel goed dat er wel een aantal effecten te verwachten zijn in het hele systeem van de Flow-Based Market Coupling als men dat via de interconnectie moet doen op het moment dat men in een schaarstesituatie terechtkomt. Dat was natuurlijk een van de voordelen van een rechtstreekse aansluiting omdat die dan natuurlijk ineens op het net zit en op een heel andere manier zal functioneren als het gaat over de prioriteit en waar de stroom naartoe gaat. Bij de interconnectie zijn het immers de grote gebruikers en de grotere landen die harder aan de stroom zullen trekken en er een groter deel van binnenhalen in geval van schaarste, terwijl wij bijvoorbeeld ten aanzien van Frankrijk en Duitsland al wat worden benadeeld op dat vlak. Wij zullen dus moeten afwachten hoe het verdergaat, maar het is inderdaad niet uitgesloten dat dit dossier nog niet geheel van tafel is.
01.13 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mevrouw de minister, de deelname van rechtstreekse buitenlandse capaciteit aan het CRM is expliciet voorzien in de wetgeving en – laat ons eerlijk zijn en een kat een kat noemen – dat was natuurlijk gericht op de centrale in Nederland. Daarbij is er ook het voordeel dat het een grote, regelbare gascentrale betreft die niet meer gebouwd moet worden, en dat wij dus rechtstreeks de elektriciteit daarvan kunnen binnenhalen. Dat zou ook een positief effect kunnen hebben op de prijs die ervoor moet worden betaald binnen het toekomstig CRM. Als wij daarop geen beroep kunnen doen en via de interconnectie moeten werken, dan zullen wij ergens anders 1.300 megawatt aan capaciteit moeten vinden.
Ik heb de indruk dat minister Wiebes zich nu handig verschuilt achter twee negatieve adviezen. U verwijst naar het advies inzake ruimtelijke ordening en naar gemeentelijke bezwaren. Ik heb de indruk dat hij die zaken aanhaalt, zodat de centrale niet exclusief voor ons land zou moeten draaien. Het is misschien goed dat u rechtstreeks met hem contact neemt om te bekijken of een en ander nog aanpasbaar is.
Ten slotte is het ook uitkijken naar de uitwerking van het koninklijk besluit Cross-border, waarmee uw administratie bezig is. Wanneer kunnen wij die regels verwachten?
01.14 Marie-Christine Marghem, ministre: Je croise quelques fois mon homologue. Il n'est pas régulièrement présent dans les réunions européennes mais je peux le contacter par téléphone. La question fondamentale est de savoir ce que je dois faire. Pour l'instant, cette capacité est là et, pour des raisons administratives qui ne sont pas seulement des prétextes mais des réalités, le trajet de ce câble doit changer. Si les choses évoluaient au plan administratif, je pourrais éventuellement revoir mon collègue pour lui demander son avis sur ce point précis.
Je pense que la vraie raison est qu'il a besoin de cette capacité et que dans la mesure où elle est sur son territoire et qu'il y est souverain, il a des autorisations à donner ou pas. Est-il disposé à donner ces autorisations alors qu'il a besoin de cette capacité? Il est souverain et il décide souverainement de son mix énergique. Voilà tout le problème.
La Belgique n'est pas uniquement connectée avec la Hollande. Elle est aussi limitrophe de l'Allemagne, de la France et du Luxembourg. On peut éventuellement imaginer un lien ombilical univoque exclusif avec la Belgique au départ d'autres pays. De toute façon, il faudra des accords sur les statistiques car les émissions de gaz à effet de serre qui sont produites pour que nous disposions de cette électricité par le câble exclusif vont être comptabilisées dans les pays où elles sont émises et cela ne fera pas nécessairement leur affaire. Il y aura donc une demande de ces pays de prendre les statistiques d'émissions de gaz à effet de serre à notre charge.
01.15 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Het is dus duidelijk dat u de centrale van Maasbracht opgeeft als zijnde rechtstreeks aan te sluiten. Die stelling kunt u verdedigen.
Het feit dat er CO2-uitstoot is in Nederland, die uiteindelijk ten dienste van ons staat, is geen nieuw element. Dat wisten wij al op het moment dat wij de wetgeving betreffende het CRM-mechanisme hebben opgesteld.
Ik denk dat wij allemaal rekening moeten houden met de realiteit van de dag, maar dat betekent wel dat het CRM nog duurder dreigt uit te vallen voor de consumenten en de bedrijven. Dat is het grootste vraagstuk, dat nog steeds niet is opgelost en de klok tikt ongenadig verder.
01.16 Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur le président, c'est une belle transition pour le débat suivant.
Le président: C'est vrai. Ce n'était pas une question, mais bien une suggestion.
L'incident est clos.
02 Actualiteitsdebat over de CRM-procedure en toegevoegde vragen van
- Bert Wollants aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De notificatieprocedure CRM" (55003560C)
- Kurt Ravyts aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De opmerkingen van de Europese Commissie over het CRM-mechanisme en de impact op het tijdpad" (55003606C)
- Leen Dierick aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het capaciteitsvergoedingsmechanisme" (55003616C)
- Vincent Van Quickenborne aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het capaciteitsvergoedingsmechanisme" (55003701C)
- Kris Verduyckt aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "De Europese beoordeling van het capaciteitsvergoedingsmechanisme" (55003706C)
- Tinne Van der Straeten aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het CRM" (55003710C)
- Malik Ben Achour aan Marie-Christine Marghem (Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling) over "Het CRM" (55003741C)
02 Débat d'actualité sur la procédure CRM et questions jointes de
- Bert Wollants à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "La procédure de notification CRM" (55003560C)
- Kurt Ravyts à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Les remarques de la Commission européenne sur le mécanisme CRM et leur incidence sur le calendrier" (55003606C)
- Leen Dierick à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Le mécanisme de rémunération de la capacité" (55003616C)
- Vincent Van Quickenborne à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Le mécanisme de rémunération de la capacité" (55003701C)
- Kris Verduyckt à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "L'évaluation européenne du mécanisme de rémunération de la capacité" (55003706C)
- Tinne Van der Straeten à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Le CRM" (55003710C)
- Malik Ben Achour à Marie-Christine Marghem (Énergie, Environnement et Développement durable) sur "Le CRM" (55003741C)
02.01 Bert Wollants (N-VA): Mevrouw de minister, zoals eerder al bleek, was het notificatiedossier voor het CRM, wat ervoor moest zorgen dat er nieuwe gascentrales zouden worden gebouwd, zeer onvolledig. We hebben u daar al voor gewaarschuwd. Er zijn bovendien stappen gezet waarover de CREG in de publieke consultatie zeer kritisch was.
Bij de taskforce CRM van Elia gaat men er eigenlijk nog altijd van uit dat het genotificeerd dossier volledig goedgekeurd zal zijn op 15 juni 2020. De vraag is dan welke reacties er vandaag zijn van de Europese Commissie. We horen daar in de wandelgangen immers heel veel over. Het ging daar onder andere over een vertraging die zou kunnen oplopen tot 18 maanden, wat maakt dat de link met de kernuitstap ondertussen zowat onbestaande wordt.
Mevrouw de minister, ten eerste, welke vragen over het notificatiedossier heeft de Europese Commissie ondertussen gesteld?
Ten tweede, welke timing stelt de Commissie voorop? Heeft zij de datum van 15 juni, die onder andere door Elia wordt gehanteerd, bevestigd of wil zij dat absoluut niet doen? Als ze een andere datum heeft genoemd, dan horen wij die heel graag.
Ten derde, welke stukken moet men de Commissie nog bezorgen om het dossier te vervolledigen? Het was immers maar een half dossier en dat weet u.
Ten vierde, welke aanvullende raadplegingen zal de Europese Commissie organiseren?
Ten vijfde, kunt u bevestigen dat het systeem geen vertraging zal oplopen? In de wandelgangen hoor ik iets anders.
02.02 Kurt Ravyts (VB): Mevrouw de minister, op 18 of 19 december verstuurde u de Belgische aanvraag om steun te mogen geven aan gascentrales en andere elektrische capaciteit via het zogenaamde CRM, aan de Europese Commissie. U zei: "C'était un travail suffisamment abouti." Het volstond dus om de aanvraag in te dienen, ook al was ze onvolledig.
Als ik goed ben ingelicht, diende u toen niet het deel inzake de financiering in. Volgens de pers heeft de Europese Commissie nochtans wel wat vragen bij de financiering. Ook volgens de media komt de timing voor het CRM in gevaar, omdat de Europese Commissie nu zou dreigen een bijkomend diepgravend onderzoek in te stellen, dat 18 maanden in beslag zou kunnen nemen.
Dan wordt de deadline van 15 juni 2020 natuurlijk niet meer gehaald.
Mevrouw de minister, op de achtergrond speelt ook de tegengestelde visie van Elia en de regulator, waarbij ook Europa vragen heeft.
Ik noteer echter wat u hier ongetwijfeld zal herhalen, namelijk dat u de vragen tot verduidelijking van de Europese Commissie als een positieve zaak evalueert en dat nadien bijsturingen en aanvullingen mogelijk zouden zijn. U hebt ter zake onder meer verwezen naar de gelijkaardige werkwijze in dossiers over bijvoorbeeld de strategische reserve en de offshoredegressiviteit.
Kunt u ons vandaag meer toelichting geven bij de vragen tot verduidelijking van Europa? Over welke vragen gaat het?
Het is misschien vroeg dag, maar hebt u ondertussen al een verduidelijking gegeven?
Hoe reageert u op de berichtgeving dat de timing in het gedrang zou komen?
Zal al dan niet op een regering met volle bevoegdheden moeten worden gewacht om het CRM-dossier uiteindelijk volledig vlot te trekken? Het was alleszins altijd uw stelling dat wat de financiering betreft, daarop inderdaad moet worden gewacht.
02.03 Leen Dierick (CD&V): Mevrouw de minister, voor de opmaak van het CRM-dossier werd inderdaad een heel intensief traject met een erg strikte timing gevolgd. Het dossier werd net op de valreep, namelijk op 19 december 2019, formeel bij de Europese Commissie aangemeld.
De Europese Commissie zou nu blijkbaar een lijst met twintig vragen ter verduidelijking aan u hebben bezorgd, om na te gaan of er al dan niet sprake is van onrechtmatige staatssteun. Bovendien zou de Europese Commissie ook een bijkomend onderzoek hebben gevraagd, dat mogelijk tot 18 maanden in beslag zou kunnen nemen, waardoor wij dus pas over 18 maanden zouden weten of de Europese Commissie al dan niet groen licht zal geven. Indien dat klopt, geraakt het hele tijdschema danig in de war.
Mevrouw de minister, ik stel mijn vragen hier allemaal in de voorwaardelijke wijs. Wij moeten immers alles vernemen via de pers. Ieder lid heeft de berichten ook gelezen. Daarom willen wij hier nu allemaal graag duidelijkheid krijgen over wat er klopt van alle berichtgeving.
Klopt het dat effectief zoveel vragen over de financiering zijn gesteld? Hebt u al een zicht op de tijdspanne waarbinnen u de antwoorden kunt geven alsook op de trend van uw antwoorden?
Klopt het ook dat effectief een onderzoek wordt ingesteld? Kunt u bevestigen dat het onderzoek ook 18 maanden zal duren?
Mocht dat het geval zijn, wat zijn dan de gevolgen voor de nadere implementatie van het CRM? Zal daardoor bijvoorbeeld de veiling die voor 2021 was gepland, sowieso moeten worden uitgesteld? Kunt u daarover al dan niet al zekerheid geven?
Ten slotte, er is een taskforce CRM opgericht. Hoe verloopt dat nu verder? Hoe zult u dat concreet aanpakken?
02.04 Kris Verduyckt (sp.a): Mevrouw de minister, dat Europa vragen heeft gesteld, is geen verrassing. Ik denk zelfs dat het de strategie was om het ontwerp, dat volgens mij nog niet af was, sowieso in te dienen – dat moest immers vorig jaar gebeuren – en vervolgens na te gaan hoe u met eventuele vragen zou omgaan. Ik denk dat dat altijd uw bedoeling was.
Die vragen zijn er nu en mijn vragen zijn dezelfde als die van collega's. Wat wil Europa van ons weten? Hoe zit het met de timing? Dat zijn de twee belangrijkste vragen.
Is er eigenlijk een plan B? Als ik dat allemaal hoor, dan heb ik immers de indruk dat het dossier straks misschien niet in orde komt. Wat doen wij dan? Is er een plan B ingeval wij de CRM-wetgeving niet rondkrijgen?
02.05 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, ik sluit gewoon aan met mijn vragen.
Ten eerste, zal de regering in lopende zaken een beslissing nemen over de financiering en die aan Europa voorleggen?
Ten tweede, heeft Europa vragen over de noodzaak van het CRM, met andere woorden over het verschil in mening of interpretatie tussen Elia en de CREG wat de noodzaak betreft?
Ten derde, welke bijkomende vragen stelt de Europese Commissie?
Ten vierde, tegen wanneer beslist de Europese Commissie of zij zal overgaan tot een in-depth investigation? Wat is de impact hiervan op de timing van het CRM-dossier?
Ten vijfde, welke stukken ontbreken in het dossier en moeten nog worden overgelegd? Ten zesde, in La Libre Belgique wordt gesuggereerd dat de Europese Commissie een publieke bevraging zou organiseren. Zijn hiervoor aanwijzingen en wat zou dat inhouden?
Tot slot, tijdens de hoorzitting werd herhaaldelijk gesteld dat er wijzigingen aan de elektriciteitswet moeten gebeuren. Wij hebben zopas vernomen dat dat niet het geval is voor de rechtstreekse deelname. Is dat dan wel het geval voor andere aspecten? Wordt een ontwerp voorbereid? Tegen wanneer? Maakt u een inventaris van de elementen die in de elektriciteitswet moeten worden aangepast?
02.06 Malik Ben Achour (PS): Madame la ministre, le 19 décembre 2019, je vous interpellais sur la notification à la Commission européenne, en particulier sur l'absence de réponse à la question fondamentale du financement. Je vous demandais comment la Commission européenne réagirait face à un dossier incomplet. Je vous demandais également si, compte tenu de ce caractère incomplet, elle décidait momentanément de ne pas traiter le dossier, il faudrait attendre un gouvernement de plein exercice pour que le dossier du CRM sorte de l'impasse et si ce retard inévitable ne provoquera alors pas des difficultés insurmontables.
À l'époque, vous m'aviez répondu que je faisais erreur, que rien ne stipulait qu'un dossier de notification devait être complet dès le moment de la notification et que le dossier transmis était suffisamment avancé pour permettre à la Commission européenne de procéder à une analyse approfondie.
Or, la semaine passée, la presse évoquait un très probable renvoi du feu vert de la Commision pour un CRM à juin 2021 dans le meilleur des cas. La Commission voudrait notamment savoir comment seront financés les subsides offerts aux futures nouvelles centrales au gaz. De plus, j'ai pu lire que la probabilité serait grande que le CRM fasse l'objet d'une enquête approfondie par la Commission et que celle-ci ne serait lancée que sur la base d'un dossier complet.
Madame la ministre, pourriez-vous dresser un état des lieux de l'étude par la Commission du projet de CRM que vous lui avez notifié? Quand le dossier sera-t-il considéré comme complet par la Commission? Où en est la question du financement?
Par ailleurs, confirmez-vous la volonté de la Commission de lancer une enquête approfondie quand le dossier sera considéré comme complet? Qu'est-ce qu'une enquête approfondie? Confirmez-vous la durée de l'enquête par la Commission évoquée par la presse (12 à 18 mois)? Comment réagissez-vous à cela? À quelle nouvelle échéance peut-on s'attendre? La presse évoque le mois de juin 2021 dans le meilleur des cas. Confirmez-vous cela? Dans la négative, quelles seront les conséquences pour l'organisation des enchères pour les nouvelles capacités de production d'électricité?
Enfin, devons-nous clairement craindre pour le plan de sortie du nucléaire en 2025? Envisagez-vous une information régulière du Parlement sur le processus en cours ou doit-on compter sur la presse pour être tenus informés de ce dossier crucial pour la sécurité d'approvisionnement du pays?
02.07 Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik sluit mij aan bij de vragen van de andere collega's, in het bijzonder bij de vragen over de financiering. De Europese Commissie zou hierover ook vragen hebben gesteld, zo vernamen wij uit de pers. Er is nog steeds geen duidelijkheid over het koninklijk besluit houdende de financiering.
Hoe gaat het CRM gefinancierd worden? Wie gaat dat betalen? Zullen de huishoudens en de industrie hieraan meebetalen en hoeveel? Zal de Staat zelf een deel bijdragen?
02.08 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mevrouw de minister, wij hebben interessante hoorzittingen georganiseerd, waaraan u hebt deelgenomen evenals uw administratie, de CREG en Elia. Ik voelde toen op twee momenten dat er iets haperde.
Ten eerste, uiteraard was er heel de discussie over de financiering. Ik herinner mij vragen van collega's waarop uw administratie niet kon of wilde antwoorden. Uiteindelijk blijkt dat het dossier dat werd voorgelegd aan Europa, onvolledig zal blijven zolang er geen antwoord komt met betrekking tot de financiering. Dat is de crux van heel het verhaal.
Ten tweede, ik herinner mij dat de taskforce ook zei dat men erop mikte dat Europa tegen de zomer van dit jaar uitsluitsel kon geven. Die timing is natuurlijk niet toevallig, want dat is ook het moment waarop er eventueel moet worden beslist over hetgeen de heer Ben Achour vermeldde. Hij noemde het de olifant in de kamer. Het ene hangt samen met het andere. In die zin moeten wij zeer behoedzaam zijn en beslissingen nemen die man en paard zullen moeten noemen.
02.09 Minister Marie-Christine Marghem: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik heb in december 2019 het dossier-CRM ingediend bij de Europese Commissie, om een goedkeuring te krijgen in het kader van de procedures inzake staatssteun. De Commissie heeft ons in de loop van januari 2020 vragen overgemaakt. Het gaat om vragen om bijkomende uitleg over het design van het mechanisme en niet over de noodzaak. Dit is de normale gang van zaken. Eens het dossier volledig geacht wordt, geldt volgens de regels en guidelines van de Commissie een termijn van maximaal twee maanden voor de goedkeuring van een dossier voor staatssteun.
Zelfs indien er een in-depth investigation volgt, geldt een maximale termijn van 18 maanden. In de praktijk is dat gemiddeld een jaar.
De Commissie vraagt onder meer om een simulatie van de veilingparameters van het Nationaal Energie- en Klimaatplan en de finale versies van de ontwerp-KB's, voor zover ze nog niet werden bezorgd. Tot slot vraagt de Commissie ook om een duidelijke beschrijving van het financieringsmechanisme.
Mijn administratie stelt alles in het werk om zo snel mogelijk al de openstaande vragen te beantwoorden. Ik heb de CREG met hoogdringendheid verzocht om een voorstel inzake een methodologie voor de parameters die het volume bepalen, aangezien ik momenteel slechts een nota van hen heb ontvangen. Dit moet toelaten om snel een antwoord te bezorgen op de openstaande vragen van de Commissie, uitgezonderd met betrekking tot het financieringsmechanisme. Ik heb de Commissie inderdaad verzocht om het dossier verder te behandelen op basis van drie financieringsopties, omdat ik er de voorkeur aan geef dat de komende regering met volheid van bevoegdheid hierin een beslissing neemt.
Naast de formele vraag naar de vervollediging van het dossier zijn er eveneens informele indicaties ontvangen als zou de Commissie overwegen om een in-depth investigation te openen. Een in-depth investigation kan maximaal 18 maanden duren. Hoewel dit bij een spoedige en vlotte afhandeling niet noodzakelijk tot een vertraging moet leiden, is deze onzekerheid ongewenst met het oog op de eerste veiling die reeds volgend jaar zou moeten plaatsvinden. Om de termijn voor de in-depth investigation te kunnen laten starten, moet de Commissie aanvaarden dat er vooruitgang wordt geboekt zonder dat er finale keuzes in de financieringsopties worden gemaakt.
Ondertussen werkt het opvolgingscomité CRM, dat samenwerkt met de FOD, de CREG en Elia, parallel voort aan de voorbereiding van de implementatie van het mechanisme. Het betreft onder meer de voorbereiding van aanpassingen aan de CRM-wet. Dat zijn voornamelijk aanpassingen aan de ondertussen in werking getreden elektriciteitsverordening. Daarnaast zullen enkele kleinere aanpassingen worden voorgesteld, onder meer ter verduidelijking van de wisselwerking tussen het CRM en de productievergunning, en ter verduidelijking van de controle op het mechanisme.
Monsieur Ben Achour, je préfère vous informer moi-même plutôt que vous le soyez via la presse. Pour compléter l'information que j'ai donnée, vous devez savoir que je rencontrerai la commissaire compétente en la matière dans le courant de ce mois afin de lui expliquer l'ensemble du dossier, sachant que le comité d'accompagnement dont j'ai parlé et mon administration travaillent en interaction avec l'administration européenne.
Cela dit, je ne peux vous certifier que la Commission européenne a la volonté d'approfondir l'enquête. J'ai utilisé le subjonctif pour le dire en néerlandais car rien n'est moins sûr. Il faut rester prudent. Il faut rester centré sur l'urgence. J'ai un timing en tête et je compte bien tout mettre en œuvre – je l'ai dit et je le répète – pour le respecter. Cela ne veut pas dire que je vais réussir. Je ne souhaite pas faire preuve de provocation ou d'arrogance en vous garantissant que je réussirai. Mais je prends la responsabilité de vouloir aller le plus vite possible et de convaincre la Commission en expliquant la situation belge.
Vous avez évoqué certains éléments. Il s'agit de procédures habituelles. Mécaniquement, ce n'est pas ce qui se passe systématiquement quand on est en interaction avec la Commission européenne. Il existe des risques, risques que vous avez d'ailleurs mis en lumière. Mais il y en a toujours. Et la presse préfère toujours signaler les risques plutôt que les bénéfices. Il est clair que, pendant cinq ans, j'ai été appelée à gérer une presse qui mettait d'office en avant ce qui n'allait pas aller. Tout cela n'était pas mécanique. Nous restons prudents en faisant preuve de vigilance. Nous restons également très actifs et nous faisons en sorte que ce mécanisme que vous avez voté en avril 2019 trouve à s'exprimer dans notre cadre législatif par des arrêtés d'exécution.
Concernant le financement, comme je vous l'ai expliqué, nous ne devons pas faire un choix – pour l'instant, un choix que nous ne pouvons d'ailleurs pas faire puisqu'il s'agit d'une nouvelle politique et que nous sommes en affaires courantes – pour que la Commission analyse notre dossier. Nous répondons d'ailleurs à ses questions sans que cela pose problème.
Vous devez savoir que, pour la prolongation de Doel 1 et Doel 2, j'ai reçu des dizaines de questions auxquelles j'ai répondu. Finalement, la prolongation a été acceptée. Reste une procédure à "vider" prochainement, par un arrêt de la Cour constitutionnelle, pour voir clair en ce qui concerne la prolongation de ces deux centrales jusqu'en 2025.
Concernant le plan de sortie du nucléaire qui est mon cahier des charges, je peux vous dire que je suis impliquée à fond pour que le timing soit respecté. Mais ne nous fixons pas sur des dates comme juin 2020 et essayons d'avancer! Je serai là régulièrement pour vous fournir des informations. Cela signifie que le mois prochain, comme j'aurai eu cet entretien avec la Commission, je pourrai vous donner quelques informations complémentaires et ainsi de suite. Nous ferons un monitoring concernant le CRM au niveau de la commission, comme j'ai eu l'habitude de le faire pour toutes les autres matières ici, depuis cinq ans.
Je reste évidemment à votre disposition pour d'autres questions.
02.10 Bert Wollants (N-VA): Dank u, mevrouw de minister. Ik denk dat we hier nog altijd met dezelfde problemen zitten als sinds einde 2018. Er wordt geen keuze gemaakt op het vlak van financiering. Nu worden de drie potentiële opties die u heeft gedefinieerd overgezonden aan Europa. Met alle respect, ik weet niet of het wel die drie opties moeten worden. Ik kan mij best voorstellen dat de volgende regering op dit vlak een andere keuze maakt dan de factuur door te schuiven naar de burgers en bedrijven.
Ik merk ook dat u de datum van juni 2020 stilaan loslaat en dat er best wel eens 18 maanden bij zouden kunnen komen. Dat komt er eigenlijk op neer dat we vandaag helemaal niks weten over de toekomst van dat mechanisme en hoe dat er zou moeten uitzien, laat staan dat het operationeel kan worden gemaakt. Ik hoor in uw antwoord veel meer vragen dan antwoorden opduiken. Met de weg die we nu zijn ingeslagen, vrees ik dat het heel lang zou kunnen duren vooraleer daarin een resultaat is geboekt. U verwijst naar het dossier Doel 1 en Doel 2, maar er is een klein verschil: dat was een goed dossier. Dat zat goed in elkaar en was goed bestudeerd. Hier zijn een aantal pagina's van uw dossier gewoon niet ingevuld en verwacht u dat de Europese Commissie de keuzes maakt voor u. Wat doet u wanneer één of twee van de financieringsmogelijkheden door Europa worden aanvaard en de andere niet? Laat u Europa dan kiezen wie er betaalt? Dat lijkt mij geen verantwoorde keuze.
02.11 Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur Wollants, je connais votre thèse de prolongation des unités nucléaires dans notre pays. Votre parti est impliqué dans des négociations et peut très bien rapidement constituer un gouvernement et prendre des décisions!
Vous parlez du sort de Doel 1 et Doel 2, mais elles produisent depuis qu'elles ont été prolongées et produiront certainement jusqu'en 2025. Je ne vois donc pas où est le problème.
En ce qui concerne le financement, ce n'est évidemment pas la Commission européenne qui va choisir. C'est un gouvernement de plein exercice qui, après avoir examiné ce que la Commission aura dit des trois possibilités qui ont été notifiées, choisira l'option politiquement adaptée à la situation ou qui rentrera dans le cadre de l'accord de gouvernement qui soutiendra ce nouveau gouvernement. Je ne peux rien vous dire de plus. C'est la réalité et ce n'est pas mon groupe politique qui est en retard d'essayer de produire un gouvernement de plein exercice qu'attendent les électeurs. Il faut ramener les choses à leur juste proportion!
02.12 Kurt Ravyts (VB): Mijnheer de voorzitter, u had het over het noemen van man en paard. Ik zal dat doen. Vandaag heeft een van de kandidaat-voorzitters van uw partij heel duidelijk te kennen gegeven dat hij de kernuitstap in twijfel trekt. Als kandidaat-voorzitter pleit hij voor het openhouden van de twee jongste centrales. Dat verheugt mij. Het gaat om voortschrijdend inzicht. Er is inderdaad ook een band met wat er in de voorbije zomer is gebeurd en met wat collega Ben Achour heeft aangehaald.
Mevrouw de minister, u zou het voor uzelf en uw partij wat gemakkelijker kunnen maken. Voor de bevoorradingszekerheid, de vermindering van de CO2-uitstoot en de betaalbaarheid zult u in uw liberale collega aan de andere kant van de taalgrens misschien een bondgenoot vinden, mochten de MR en uzelf de spreekwoordelijke Rubicon willen oversteken.
Wat het eigenlijk dossier betreft, mevrouw de minister, hoop ik dat u de Europese Commissie zult overtuigen van de complexe Belgische situatie voor het CRM. Er is geen regering met volheid van bevoegdheid voor de financiering. Ik ben daar niet zo heel optimistisch over, maar er zijn oplossingen, als de politieke wil er is.
02.13 Leen Dierick (CD&V): Mevrouw de minister, het CRM is nog altijd een belangrijk instrument om onze bevoorradingszekerheid te garanderen bij een kernuitstap. Van bij de aanvang hebben wij benadrukt dat de timing en het respecteren ervan belangrijk zijn. Als er een extra onderzoek komt, dan komt de timing wel degelijk in het gedrang. U hebt gezegd dat zo'n onderzoek maximaal 18 maanden duurt. Het is nog niet zeker dat het effectief zolang zal duren. Wij zullen hopen dat het niet zoveel tijd in beslag zal nemen, want als het effectief 18 maanden duurt, dan zal de eerste veiling al in het gedrang komen en dan komt er mogelijk nog veel meer op de helling. Laten we eraan werken en hopen dat het minder lang duurt.
De financiering en de betaalbaarheid zijn mijn tweede bezorgdheid. Tot nu toe werden verschillende scenario's naar voren geschoven en is er nog geen keuze gemaakt. U stelt terecht dat u als minister in lopende zaken die keuze zelf niet kunt maken, omdat de financiering in de komende jaren een impact zal hebben. Het is aan een minister met volle bevoegdheden om dat te doen. Hierbij doe ik een warme oproep aan de grootste partijen om effectief een regering te vormen. Zij die hier luid roepen om duidelijkheid over de financiering kunnen beter hun collega's ertoe aansporen een regering te vormen, want dan zal er snel duidelijkheid over de financiering gegeven kunnen worden.
Niet beslissen is soms ook beslissen. Dat kan ook het geval zijn in dit dossier. Wij zijn er voorstander van om zo snel mogelijk te handelen in dit dossier en duidelijkheid te geven. Een nieuwe regering zal daarbij cruciaal zijn.
02.14 Kris Verduyckt (sp.a): Er is al veel gezegd. Uw antwoord heeft me niet echt gerustgesteld. Voor mij is het CRM vooral een dossier van heel veel vragen. In de allereerste commissie waarin ik hier zetelde, was er een discussie tussen Elia en de CREG over de hoeveelheid stroom die we later zouden nodig hebben. Daar is voor mij nog steeds geen duidelijkheid over. Nadien zijn er veel vragen over de financiering bijgekomen, vandaag over de timing. Ik heb de indruk dat u er redelijk gerust bij blijft. Over een plan B heb ik u niet horen spreken. Daarom vind ik deze situatie onrustwekkend.
02.15 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Ik denk dat mijn collega Dierick het heel treffend samengevat heeft. Niet beslissen is in dezen ook beslissen. Dat geldt niet alleen voor het CRM, maar ook voor de uitstap uit de kernenergie. Ik begrijp de minister als zij zegt dat ze niet kan of wil beslissen omdat we momenteel in lopende zaken zijn. Ik begrijp ook het pleidooi van collega Dierick dat we eerst en vooral een regering nodig hebben. Het is ook mijn voorkeurspiste dat er een regering zou aantreden met volheid van bevoegdheid die over de hele lijn een beslissing kan nemen.
Ik maak me al lang geen illusies meer. We zijn nu negen maanden na de verkiezingen. Er is al veel onderzocht. Ik zie niet plots volgende week een regering opstaan. Ik denk dat het Parlement daarin ook een rol heeft, met name inzake de financiering die uiteindelijk gevalideerd moet worden door het Parlement. De keuze die gemaakt wordt, al dan niet door een regering, en de KB's in verband met de financiering, moeten bekrachtigd worden in dit Parlement.
Het plan B zou erin kunnen bestaan dat er een dialoog ontstaat tussen de uitvoerende macht die de contacten onderhoudt met de Europese Commissie, en het Parlement. Daarin kan bekeken worden hoe we met dit dossier vooruit kunnen geraken. Wat ons allen zou moeten bezwaren, is dat er geen beslissing is en dat we op alle vlakken aanmodderen. Het CRM werd goedgekeurd. Dat betekent dat er gestemd is voor een verzekeringsmechanisme. Of er al dan niet een noodzaak is, zal nog moeten blijken. Dat zal nog moeten geëvalueerd worden. Dan kan het mechanisme al dan niet in werking treden. Het is de verantwoordelijkheid van ons allen – van een regering in lopende zaken of met volheid van bevoegdheid, of van het Parlement, dat hier nu wel zit – om te bekijken of we een set van regels hebben die kunnen gebruikt worden op het moment dat het nodig is.
Dat staat los van de discussie over de kernuitstap, want Elia heeft gezegd dat zelfs bij een verlenging van de levensduur van de kerncentrales een CRM nodig zou kunnen zijn, terwijl we ook de CREG hebben gehoord, die daarover een ander standpunt innam. Los van die discussie is het onze verantwoordelijkheid als regelgever om te zorgen voor een set van regels die de toets van Europa kan doorstaan. Het zou van goed bestuur getuigen als we bekijken welke mogelijkheden er zijn op het vlak van de financiering.
Ik ga akkoord om af te wachten wat de eerste antwoordronde oplevert, maar ik meen dat iedereen hier wel de recente rechtspraak van het Hof van Justitie kent. De kans dat er een diepgaand onderzoek komt is eerder groot dan klein.
02.16 Malik Ben Achour (PS): Madame la ministre, ce que vous dites aujourd'hui ne correspond pas tout à fait à ce que vous avez dit en décembre. En effet, vous nous certifiiez que le dossier déposé était suffisamment complet pour être analysé par la commission. Ce n'est pas tout à fait le cas aujourd'hui.
Vous continuez à vous réfugier derrière la situation d'un gouvernement en affaires courantes qui ne peut pas avancer. Dans ce cas, il y a deux options: soit vous vous appuyez sur le Parlement pour trouver des pistes pour résoudre le problème du financement. Et je suis sûr que le Parlement est assez mature pour travailler de façon constructive à ce sujet. Soit vous assumez qu'en affaires courantes, on ne peut pas avancer plus vite et que dès lors, les délais de sortie du nucléaire ne seront pas tenables. Dans ce cas-là, il faut l'assumer clairement. On ne peut pas rester dans le flou lié à la situation d'affaires courantes pour rester au milieu du gué. Vous avez quand même la possibilité d'assumer et de dire qu'en affaires courantes, vous ne pouvez pas avancer plus vite sur le CRM, vous ne pouvez pas rendre un dossier complet. La commission attend un dossier complet.
Par ailleurs, vous pouvez dire que compte tenu de l'impossibilité d'avancer plus vite sur le CRM, nous devons revoir nos délais en matière de sortie du nucléaire. Ce n'est pas ce que souhaite mon groupe politique, mais la vérité a ses droits et en politique, il faut assumer certaines vérités.
Pourriez-vous également préciser le moment auquel vous verrez la Commission? Avez-vous déjà une date?
Enfin, comment appréciez-vous le rôle de la CREG dans tout ceci? L'article du Soir parle de sabordage. Comment appréciez-vous le rôle de la CREG, sachant qu'il existe une série de nominations qui doivent intervenir au sein de l'organisation?
02.17 Marie-Christine Marghem, ministre: Monsieur Ben Achour, je comprends votre raisonnement.
S'il est intellectuellement correct, il n'est, en revanche, pas parfait. Il ne fait pas la part nécessaire à l'évolution des choses.Vous savez très bien que les discussions sur ce genre de sujet extrêmement complexe ne sont pas réglées comme de la mathématique, je le répète. Si vous pouviez m'accompagner, vous comprendriez ce que cela signifie. Ce qui était vrai dans un temps T, l'est moins dans un temps T+1. Ce sont des choses qu'il faut accepter et qu'il faut envisager avec lucidité.
Je ne suis pas du genre à me réfugier derrière quoi que ce soit pour essayer de me tirer d'épaisseur. J'ai la volonté de poursuivre le travail qui m'a été assigné, selon un cahier des charges bien précis, et qui était de prévoir un mécanisme de rémunération de la capacité. Selon certains intervenants, qui ne sont ni neutres, ni inexpérimentés, en cas de prolongation de certaine centrales, nous aurons de toute façon besoin de ce mécanisme.
Personnellement, je suis fondée depuis 5 ans sur cette idée. J'ai été parmi les premiers, j'en ai la conviction, à vouloir ce mécanisme et la CREG a été dans les premières à ne pas le vouloir. La situation suit son cours. Cela n'a rien à voir avec une situation de renouvellement des cadres à la CREG ou, dans le cas contraire, c'est vraiment de la mauvaise politique, mais c'est une position qu'elle a toujours adoptée. Et ce n'est qu'au fil du temps qu'elle a évolué vers une position plus ouverte, plus compréhensive, après s'être refermée subitement pour des raisons liées au changement de législation européenne, où le pouvoir des régulateurs a augmenté. Ce qui a engendré une tension entre les gestionnaires des réseaux de transport et les régulateurs sur la question de savoir qui, finalement, déterminera le volume.
À nouveau, je constate que je dois travailler avec la CREG sur la base d'une note. Je lui ai, une nouvelle fois, adressé un courrier pour lui signifier que j'avais besoin d'un dossier de méthodologie pour pouvoir me rendre en Commission européenne fin de ce mois, le 25 mars.
C'est pourquoi j'ai besoin de garder en tête les éléments en provenance de tous les intervenants concernés afin d'expliquer notre situation. Je leur annoncerai que nous y répondrons en fonction de tel et tel paramètre. Ce que je vous raconte n'a rien d'exceptionnel, puisque j'ai agi de la même manière dans les autres dossiers: réserve stratégique, dégressivité offshore, Doel 1 et 2, etc. J'ai donc dû présenter maintes fois notre situation - que la Commission connaît très bien, par ailleurs, puisqu'elle lit aussi le journal. Elle sait très bien que nous sommes en affaires courantes et que ce n'est pas nouveau.
Lorsque le cadre législatif a été voté en avril 2019, nous avions rencontré la précédente Commission. À présent, c'est une nouvelle configuration, comprenant de nouveaux agents dans les administrations. Ces gens nous demandent– à juste titre – des informations approfondies en vue de connaître le dossier belge. J'ai entretenu des contacts avec l'ancienne Commission pendant plusieurs années. Désormais, je discute avec de nouveaux interlocuteurs, auxquels je me dois évidemment de présenter le dossier dans tous les détails. C'est ce à quoi je vais m'employer.
Après le 25 mars, je pourrai vous en dire plus et faire le point avec vous. Ce sera donc le temps T+2.
02.18 Malik Ben Achour (PS): Madame la ministre, la Commission compte de nouveaux membres. Après la formation du gouvernement fédéral, de nouveaux responsables entreront certainement en fonction. Tout cela prend du temps. C'est la conclusion que je tire de votre réponse.
02.19 Marie-Christine Marghem, ministre: Oui, mais c'est vrai!
02.20 Malik Ben Achour (PS): Il me semble nécessaire de tenir un discours clair quant à notre capacité à respecter le délai assigné à notre sortie du nucléaire. Là-dessus, vous ne répondez pas. Serons-nous capables de le faire?
02.21 Marie-Christine Marghem, ministre: Écoutez, je ne peux pas répondre à cette question. Vous me demandez de vous apporter une prévision. C'est typique de cette commission!
02.22 Malik Ben Achour (PS): Gouverner, c'est prévoir, madame la ministre!
02.23 Marie-Christine Marghem, ministre: Écoutez - quelles que soient vos options -, rappelez-vous que M. Magnette, membre de votre parti politique qui a occupé mon poste en 2009, a signé la prolongation de Tihange 1, Doel 1 et 2 pour vingt ans. Je ne sais donc pas comment votre groupe appréhende la situation et son évolution, compte tenu de l'existence de centrales nucléaires chargées de produire de l'électricité dans notre pays.
Au fond, je n'ai pas à m'en préoccuper. Actuellement, je fais partie d'un gouvernement, toujours en affaires courantes parce que les partis ne parviennent pas à s'entendre pour former un gouvernement de plein exercice. Aussi, je continue à travailler; je pourrais très bien ne rien faire et considérer que, en affaires courantes, faire des choix radicaux comme ceux que vous me poussez à faire pour des raisons purement politiques dans votre chef, …
02.24 Malik Ben Achour (PS): Absolument pas, madame la ministre! Je ne vous demande pas ce que pense mon groupe politique…
02.25 Marie-Christine Marghem, ministre: Je n'ai pas à le savoir.
02.26 Malik Ben Achour (PS): Je vous demande ce que vous pensez de notre capacité à tenir certains délais.
02.27 Marie-Christine Marghem, ministre: Je l'ai dit en toutes lettres depuis longtemps! Je pense que nous avons besoin de ce mécanisme et je ferai tout ce qui est en mon pouvoir pour le finaliser dans les temps. C'est tout! Mais les temps, cela ne signifie rien. Vous ne savez pas quel est le temps nécessair! Il s'agit de prévisions. Tout fonctionne…
02.28 Malik Ben Achour (PS): 2025, c'est dans cinq ans! Cela, je le sais!
02.29 Marie-Christine Marghem, ministre: … tout fonctionne dans ces matières sur la base de prévisions. Il est toujours facile de rigidifier ces prévisions en essayant d'en tirer des garanties dans un débat politique, où chacun essaye de se distinguer. Vous pensez bien: ne pas décider, c'est aussi décider. Le Parlement est tout à fait en mesure de ne pas décider. Vous pouvez très bien vous exprimer politiquement en disant que "finalement, cela ne sert à rien. Nous, on préfère prolonger le nucléaire, patati, patata". Ce n'est pas la peine de vous jeter sur un gouvernement en affaires courantes en disant que "ce dernier n'avance pas et, ce faisant, il précipite les choses que nous ne voulons pas, par exemple, la sortie du nucléaire, qu'il orchestrera plus tard dans une coalition machin et nous n'en voulons pas". Ou vous pouvez dire; "au contraire, ce gouvernement en affaires courantes fait tout ce qu'il peut, mais il n'y arrivera pas. De toute façon, pour une raison simple, c'est que fondamentalement, il faut faire autre chose". Vous avez la liberté de vous exprimer.
Mais, excusez-moi, je n'ai encore vu aucune proposition de votre part au Parlement. Vous avez la liberté de vous vous saisir de la matière du financement du CRM. Vous avez eu des quantités d'auditions pour soumettre une proposition de loi qui élit un système ou une option de financement. Rien ne vous empêche de le faire. Je veux bien en discuter avec vous, je ne vois pas où est le problème. Mais, dans l'attente, je ne vais pas me tourner les pouces et je vais continuer à travailler. J'occupe une fonction, j'ai une responsabilité, je l'exprime et j'agis en conséquence.
02.30 Greet Daems (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, ik wil nog even ingaan op de financiering. U zegt niet echt wie de factuur zal betalen en u houdt de drie financieringsopties open. Voor ons is het echter onaanvaardbaar als de kosten voor het CRM op de energiefactuur van de gewone mensen komen. We zullen dat van heel nabij blijven volgen.
02.31 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Collega's, we hebben nu al heel wat wijze zaken gehoord.
In alle eerlijkheid, de minister had van bij het begin gezegd dat zij vragen verwachtte.
La ministre attendait les questions de la Commission européenne, ce n'est pas nouveau.
Madame la ministre, en ce qui concerne le financement, vous dites qu'un gouvernement qui n'est pas de plein exercice ne peut pas décider.
De vraag is natuurlijk, als men de volheid van bevoegdheid over een dossier heeft, of men het volledig dossier wil bekijken.
Ik volg mevrouw Dierick: als de Europese Commissie de zaak op de lange baan schuift en antwoorden door nieuwe vragen en nieuwe termijnen worden gevolgd, komt een eerste veiling in het gedrang. Als een eerste veiling in het gedrang komt, dan komt ook de bevoorradingszekerheid in het gedrang.
Bevoorradingszekerheid was een van de cruciale voorwaarden voor de uitstap in 2025. Wij hebben geen onvoorwaardelijke uitstap getekend; wij hebben dat gedaan onder specifieke voorwaarden, waarvan de bevoorradingszekerheid er een was.
Als men de bevoorradingszekerheid niet hard kan maken, dan moet men het dossier in zijn totaliteit bekijken. Als het Parlement, zoals mevrouw Van der Straeten terecht zegt, volheid van bevoegdheid heeft en daarover wil discussiëren, dan moet men het dossier in zijn totaliteit durven te bekijken.
Mevrouw de minister, intelligentie is inderdaad niet perfect, maar is wel het begin van de wijsheid, zoals de heer Ben Achour heeft aangetoond. Bestaat er bij alle partijen hier in het Parlement de bereidheid om zonder taboes over het CRM en over de kernuitstap te praten? Ik heb het dan over het CRM in de zin dat het mechanisme interessant is als stok achter de deur, die niet noodzakelijk hoeft te worden gebruikt.
En omgekeerd, bestaat er bij de partijen, onder meer bij de PS, de bereidheid om opnieuw te spreken over de kernuitstap, zoals wij dat in het verleden deden? Wij deden dat vroeger al in verschillende hoedanigheden. Het is goed om de geschiedenis even te herhalen, maar laten we vooral onze tijd steken in de toekomst.
De vraag is dus of het Parlement de moed heeft om dat te doen, omdat de minister het niet kan, gelet op de beperkte mogelijkheden waarover zij beschikt.
Ik besef dat u dat graag wil doen, mevrouw de minister. Hoe dan ook, this is an accident waiting to happen. We gaan stilaan naar de afgrond. De termijnen zijn er. Ik vind dat de heer Ben Achour zeer heldere en duidelijke taal heeft gesproken. Zijn we bereid om de consequenties daarvan te dragen?
02.32 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Ik denk dat we dat met het Parlement al gedaan hebben, getuige daarvan de hoorzittingen van vóór het zomerreces. De eerste vergadering van onze commissie was gewijd aan de toelichting van de adequaatheidsstudie van Elia en de reactie daarop van de CREG. Dat is dus een open deur, we hebben die discussie in het Parlement reeds gevoerd. Overigens was het besluit van de eerste hoorzitting net dat de commissie in de breedst mogelijke zin bij de werkzaamheden omtrent het CRM wilde betrokken worden. Ik zie het probleem niet. Ik denk dat u een politiek issue zoekt.
02.33 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Ik zal u zeggen wat het probleem is. Wie van de partijen hier rond de tafel is bereid om, als het gaat over de financiering van het CRM, te zeggen hoe men dat zal financieren, conform de Europese regels? Men kan natuurlijk stellen dat niet de mensen moeten betalen, dat Sinterklaas het misschien zal betalen, of de rijken. Hoe men dat laatste dan definieert, weet ik niet. Wie van de partijen rond de tafel is bereid om die discussie te voeren en voorstellen op tafel te leggen, zoals de minister heeft gezegd? Wie van de partijen is bereid om hier de boeken open te doen en te zeggen hoe het moet verlopen?
Voorts, mevrouw Van der Straeten, werd de kernuitstap goedgekeurd met als voorwaarde de bevoorradingszekerheid. Een van de vele kandidaat-voorzitters van mijn partij heeft dat ook onder die voorwaarden gesteld. We zullen dus geen maatregelen uitvoeren waarvan we achteraf zien dat die de bevoorradingszekerheid van ons land in gevaar brengen.
Over die twee issues moet duidelijke taal worden gesproken. Dat is geen politiek spel, dat is gewoon om duidelijkheid vragen.
02.34 Bert Wollants (N-VA): Duidelijk is dat de kwestie van de financiering ons al heel lang boven het hoofd hangt, zelfs toen u nog uw volle bevoegdheden had. Op dat moment werden er ook al discussies gevoerd over de financiering. Men stelde toen al heel kort voor de verkiezingen te zitten en daarover dus niet meer te beslissen, ook al had de regering op dat moment, in 2018, de volheid van bevoegdheid. In de eerste teksten over het CRM, die ik hier bij mij heb, staan er verschillende opties op het vlak van de financiering, waaruit zou worden gekozen, dus in de CRM-wet zelf. Men heeft toen besloten de bepalingen ter zake te schrappen en ze over te hevelen naar KB's, waarna de volgende regering zich daarmee zou amuseren.
Alle partijen hier zeggen dat het CRM er moet komen, maar dat hun kiezers de kosten ervan niet betalen. Dat hoor ik hier bij iedereen. Om eerlijk te zijn, dan leven we in een fantasiewereld, een luchtkasteel, waarin wel moet worden betaald, maar niet door ons. Dat is natuurlijk gemakkelijk; alleen geraken wij er op die manier niet uit.
Als men het niet eens wordt over de factuur van het CRM, moet men er dan niet in de eerste plaats voor zorgen dat die factuur een stuk kleiner wordt of misschien zelfs helemaal wegvalt? Dat is volgens mij een cruciale vraag. Mijnheer de voorzitter, u hebt op dat vlak absoluut gelijk, men kan die zaken niet los van mekaar bekijken. Men kan niet een beslissing nemen over de financiering en dan zeggen dat het CRM er sowieso moet komen. Die twee zijn met mekaar verbonden en misschien moet men dan ook kijken naar andere opties.
Ik houd al lang dat pleidooi. Een aantal jaren geleden vroeg de heer Di Rupo aan mij op welke planeet de N-VA leeft. Wij zijn daar reeds lang niet meer alleen.
02.35 Tinne Van der Straeten (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, om op uw vragen te antwoorden, wij zijn allemaal verkozen leden van het huis, ik ook. Mijn fractie heeft het CRM mee goedgekeurd. Als u vraagt of wij bereid zijn om door te denken, kan ik zeggen dat mijn antwoord uiteraard ja is. Wij hoeven niet te zitten wachten op een regering waarvan onze partij al dan niet deel uitmaakt, en pas dan daarover beginnen na te denken. Het getuigt van verantwoordelijkheid om alle denksporen onder de loep te nemen.
De wet op de kernuitstap bestaat uit de artikelen, zoals u hebt aangehaald. De bevoorradingszekerheid is daarvan een onderdeel. Die wet is er gekomen onder paars-groen, met een groene staatssecretaris. Ik sluit mijn ogen daar niet voor. Ik vraag aan u om geen spijkers op laag water te zoeken en om het debat in onze commissie te organiseren op een objectieve en feitelijke manier, waarbij wij inderdaad alle elementen in ogenschouw moeten nemen. Wij zijn reeds met dat werk begonnen en kunnen daarmee voortgaan.
Ik verwacht dan natuurlijk wel dat wij kunnen beschikken over alle elementen. Ik herinner u eraan dat de hoorzitting met het opvolgingscomité hier anderhalf uur bezig was en dat de vertegenwoordiger van de FOD Economie plots zei dat men die middag de notificatiefile reeds had opgestuurd. Wij hebben via u aan de minister gevraagd om te beschikken over de documenten. Dat gebeurde op basis van een brief die door bijna iedereen hier werd ondertekend. Mijnheer de voorzitter, wij hebben die niet gekregen. Als uw vraag is of de partijen hier bereid zijn om ten gronde te discussiëren over de cruciale zaken in het dossier, dan is mijn antwoord ja, maar met volheid van informatie.
02.36 Malik Ben Achour (PS): Madame la ministre, je voudrais être parfaitement clair. Il n'y a pas de jeu politicien dans mon chef. Il n'y a aucune volonté de vous pousser à la faute ou de vous mettre en difficulté. Il y a simplement le souci de savoir dans quelle pièce on joue. Sommes-nous encore une fois capables de tenir les délais que nous nous sommes nous-mêmes imposés? C'est mon seul souci.
Comme je suis aussi soucieux du respect du sens de la vérité, je voudrais préciser que M. Magnette a prolongé Tihange 1 de dix ans. C'est tout ce qu'il a fait. Vous parliez de vingt ans tout à l'heure. Mais peu importe.
02.37 Marie-Christine Marghem, ministre: Attendez. Ce n'est pas lui qui a prolongé Tihange 1 dans le gouvernement d'Elio Di Rupo, mais en 2009, il a signé un document appelé Pax electrica avec l'entreprise. Je vous le montrerai pour que vous voyiez exactement ce qu'il en est. Il y était convenu de part et d'autre qu'il y aurait une rente nucléaire, donc une extrafiscalité, compte tenu du surbénéfice d'Electrabel, et que les centrales dont j'ai parlé seraient prolongées de vingt ans. Finalement, ce ne fut pas le cas. Les décisions qui ont été prises par la suite ont ramené à dix ans cette période de vingt ans - d'où, évidemment, tensions entre les deux parties. Je vous montrerai, et vous comprendrez.
02.38 Malik Ben Achour (PS): Monsieur le président, si vous le permettez, je voudrais terminer. Peu importe le passé. L'important est de trouver des solutions. Un des plus gros problèmes que nous avons actuellement, c'est la question du financement. Venez en commission, et que la commission trouve des pistes de solution à cette question.
02.39 Marie-Christine Marghem, ministre: Ce n'est pas à moi à vous fournir cela. J'essaie de vous faire comprendre que moi, je continue mon travail. Vous êtes légitimement en train de m'interroger sur mon travail. Je suis disposée à revenir très régulièrement pour vous donner l'état d'avancement. Les choses sont claires. Vous savez ce que je pense et ce que je veux.
Si vous avez des propositions de loi à faire en matière de financement – et je vous rappelle quand même que tout cela doit toujours correspondre aux guidelines européennes – je suis toute prête à en discuter avec vous. Mais je suis très occupée, et je ne vais évidemment pas commencer à travailler avec le Parlement en amenant toute la matière pour que vous preniez une décision ou une autre par la suite.
On est en affaires courantes. Vous avez la pleine capacité, avec les auditions et tous les documents dont vous disposez, de faire des propositions de loi. Saisissez-vous-en! Je l'ai fait en période d'affaires courantes à une époque et il en est advenu la loi Ghislenghien. Je n'ai pas demandé au gouvernement ni au ministre fonctionnel de me donner tous les éléments. Je les ai élaborés moi-même puis, avec mes collègues du Parlement, nous avons trouvé une majorité.
02.40 Malik Ben Achour (PS): En tout cas, je retiens de l'intervention de la plupart de mes collègues que le Parlement vous tend la main pour trouver des solutions et accélérer le processus, de manière à tenir les objectifs. J'entends que cette main tendue reste non saisie pour le moment, mais je suis sûr que cela changera.
02.41 Kurt Ravyts (VB): Een rode draad doorheen uw betoog is duidelijkheid, de fracties moeten duidelijkheid creëren. Die duidelijkheid is er echter deels al. Wie heeft in april de kaderwet inzake het CRM niet goedgekeurd? Men doet hier alsof die wet unaniem is goedgekeurd, maar dat was niet het geval. Er waren immers twee fracties die tegengestemd hebben, om een aantal goede redenen. De onduidelijkheid over de financiering was daarvan een heel belangrijk element.
02.42 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Collega's, ik heb al gezegd dat men, als er geen regering met volheid van bevoegdheid is, in het Parlement alleen een oplossing kan vinden als men bereid is om meerderheden te zoeken. Men heeft 76 stemmen nodig om iets door het Parlement te laten goedkeuren. Dat is een heldere logica. Als men meerderheden moet zoeken, dan moeten mensen ook bereid zijn om bepaalde taboes los te laten. De partijen die zich destijds verzet hebben tegen het CRM zullen nu misschien zeggen dat het onder bepaalde condities wel kan, als er financiële duidelijkheid is, mits het gekoppeld wordt aan iets anders. Dat is wat ik voor ogen houd.
Mevrouw Van der Straeten heeft gelijk als zij zegt dat het Parlement over alle informatie moet beschikken om dit te kunnen bespreken. Als deze beslissing genomen wordt door het Parlement, dan zullen wij de minister ook verzoeken om deze informatie aan ons te bezorgen. Dat is evident. Ieder heeft zijn rol en moet die ook kunnen spelen. Men moet dat ook met de nodige expertise kunnen doen en die kan men niet van een individueel Parlementslid verwachten.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Collega's, ik stel voor dat we dit interessante debat nu sluiten. We zijn benieuwd of daar nog iets van komt.
Er staan nog heel wat andere vragen aan de agenda.
La ministre a demandé à pouvoir postposer les questions car elle a d'autres obligations.
De minister heeft op dit
ogenblik andere verplichtingen, dus ik zou voorstellen dat wij die vragen
uitstellen tot een volgende vergadering, omdat wij niet zo'n drukke agenda
hebben in de komende weken. Het kabinet stelt voor om dat op dinsdag
24 maart te doen. (Instemming)
La réunion publique de commission est levée à 12 h 04.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.04 uur.