Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Mercredi 13 décembre 2023

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Woensdag 13 december 2023

 

Namiddag

 

______

 

Le développement des questions commence à 16 h 43. La réunion est présidée par M. Ortwin Depoortere.

De behandeling van de vragen vangt aan om 16.43 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

 

Les textes figurant en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes déposés par les auteurs.

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

 

01 Débat d'actualité sur le niveau de la menace et questions jointes de

- Julie Chanson à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "L'impact du maintien du niveau 3 de la menace par l’OCAM sur les polices locales" (55040082C)

- Eva Platteau à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "La vigilance accrue en raison du risque d'attentat terroriste sur les marchés de Noël" (55040269C)

- Koen Metsu à Paul Van Tigchelt (VPM Justice et Mer du Nord) sur "Le niveau de la menace pendant les marchés de Noël et les événements de l'hiver" (55040292C)

- Philippe Pivin à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Le niveau de la menace à la lumière des festivités de fin d’année et des marchés de Noël" (55040379C)

- Philippe Pivin à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Le soutien de la police fédérale aux zones de police dans le cadre du niveau 3 de la menace" (55040380C)

- Ortwin Depoortere à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "La détermination du niveau de la menace par l'OCAM" (55040389C)

01 Actualiteitsdebat over het dreigingsniveau en toegevoegde vragen van

- Julie Chanson aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De impact van het aanhouden van het dreigingsniveau 3 door het OCAD op de lokale politie" (55040082C)

- Eva Platteau aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De verhoogde waakzaamheid voor terreuraanslagen op kerstmarkten" (55040269C)

- Koen Metsu aan Paul Van Tigchelt (VEM Justitie en Noordzee) over "Het terreurniveau tijdens kerstmarkten en winterevenementen" (55040292C)

- Philippe Pivin aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "Het dreigingsniveau in het licht van de eindejaarsfeesten en de kerstmarkten" (55040379C)

- Philippe Pivin aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De ondersteuning van de politiezones door de federale politie in het kader van dreigingsniveau 3" (55040380C)

- Ortwin Depoortere aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De bepaling van het terreurniveau door het OCAD" (55040389C)

 

01.01  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, na de aanslag in Brussel een tijdje geleden was er een verhoogde waakzaamheid voor terreuraanslagen. We zaten toen op dreigingsniveau 3 voor het hele land. Ik las eveneens dat het OCAD waarschuwt dat er voor de verschillende kerstmarkten dezer dagen ook waakzaamheid geboden is.

 

Ik ben echter niet meer helemaal mee met de actualiteit en weet niet welk dreigings- of terreurniveau er op dit moment geldt voor de kerstmarkten. We moeten de dreiging ernstig blijven beschouwen. Kerstmarkten zijn immers publieke evenementen in open lucht waar veel mensen samenkomen. Ik heb ook vernomen dat het Nationaal Crisiscentrum richtlijnen heeft uitgevaardigd aan de lokale politiezones en lokale besturen over welke veiligheidsmaatregelen ze kunnen nemen om ervoor te zorgen dat alles veilig kan verlopen. Sommige steden hebben ook al beslist om extra politiemensen in te schakelen op de kerstmarkten.

 

Daarom heb ik een aantal vragen.

 

Kunt u meer uitleg geven over de huidige terreurdreiging en het dreigingsniveau? Welke richtlijnen heeft het Nationaal Crisiscentrum gegeven aan de lokale besturen voor de organisatie van de kerstmarkten? Hebt u nog andere bijkomende veiligheidsmaatregelen genomen? Hoe kunnen we onze burgers geruststellen dat een bezoekje aan een kerstmarkt veilig is? Het is immers belangrijk mensen gerust te stellen dat ze deze periode gezellig samen kunnen doorbrengen. Zijn er misschien al verdachten opgepakt? Kunt u daarover iets vertellen?

 

01.02  Koen Metsu (N-VA): We gaan een warme periode tegemoet. Ik denk dat de kerstperiode ons allemaal veel deugd zal doen, zeker op een moment dat een groot deel van de wereld echt in brand staat. Wij worden daar dag in dag uit mee geconfronteerd. Eigenlijk worden bepaalde gruwelijke taferelen ook in ons land geïmporteerd. Als we kijken naar wat Hamas met zijn aanval op 7 oktober allemaal heeft aangericht en de reactie daarop van Israël in Gaza, dan voelen we dat ook hier bij ons grote spanningen heersen en overheersen.

 

Nog niet zo lang geleden werden twee onschuldige Zweedse voetbalsupporters in koelen bloede neergeschoten hier in de hoofdstad van Europa. Het heeft toen ongeveer 24 uur geduurd vooraleer de dader werd gevat. We moeten dus waakzaam zijn, daar is iedereen het mee eens.

 

Vandaag horen we dat het dreigingsniveau in Nederland wijzigt. Ze zullen daar extra inspanningen leveren om de kerstmarkten te bewaken. Hetzelfde geldt in Frankrijk en Duitsland.

 

Wanneer wij dan het OCAD-rapport lezen, zien we dat er sprake is van een algemeen dreigingsniveau 3, dat wil dus zeggen een ernstige dreiging. Op kerstmarkten zou, op basis van de analyse, dreigingsniveau 2 gelden. Wij stellen ons daar ernstige vragen bij. Buiten de kerstmarkten zou de dreiging groter zijn dan op de kerstmarkten. Is dat een fout? Is de analyse van OCAD of wat we in het rapport hebben gelezen fout? De vorige baas van het OCAD is nu nota bene uw collega-minister van Justitie.

 

Welke extra maatregelen zult u als bevoegde minister nemen, zodat iedereen op een veilige manier de kerstmarkten kan bezoeken?

 

01.03  Philippe Pivin (MR): Monsieur le président, madame la ministre, on ne va pas rappeler ici les missions de l'Organe de coordination pour l'analyse de la menace (OCAM), les définitions des différents niveaux, etc. On connaît malheureusement trop bien tout cela. Dans ce cadre, les festivités de fin d'année et les marchés de Noël seraient actuellement placés en niveau 2, ce qui signifie "menace peu vraisemblable".

 

Madame la ministre, je vous ai questionnée à ce sujet jeudi dernier en séance plénière. Je n'ai pas vraiment obtenu de réponse si ce n'est que vous ne trouvez pas la situation "illogique". C'est le qualificatif que vous avez utilisé. Je voudrais toutefois redire ici que les marchés de Noël sont des activités qui, depuis longtemps, sont revendiquées comme des cibles privilégiées par les terroristes islamiques. Je veux rappeler Dijon le 21 décembre 2014 où une voiture avait foncé sur la foule faisant 13 blessés. Je veux rappeler Berlin le 19 décembre 2016 où un camion-bélier avait fait 13 morts et 50 blessés. Je veux rappeler Strasbourg – où j'étais il y a une huitaine de jours – le 11 décembre 2018 où des tirs sur des passants avaient fait 5 morts et 11 blessés. Sans oublier Hanovre où, heureusement, un attentat a été déjoué voici une quinzaine de jours.

 

Quand je vois cette répétition, cette cadence, cette multiplicité d'exemples, je trouve étonnant que ce genre d'activité soit placé à un niveau inférieur à celui du niveau général du pays. Je voudrais dès lors vous poser les questions précises suivantes.

 

Madame la ministre, en tant que ministre de l'Intérieur, quelle analyse avez-vous demandée à l'OCAM pour préciser les raisons d'un maintien au niveau 3 de la menace générale sur le pays depuis le 16 octobre mais d'un niveau 2 communiqué aux zones locales pour les activités de fin d'année et marchés de Noël, considérant notamment les déclarations de la commissaire européenne sur la menace terroriste en Europe actuellement?

 

Quelles initiatives avez-vous personnellement prises à la suite de cette décision de deux niveaux "généraux" entre territoire national et festivités ponctuelles de fin d'année? Je pense ici aux dispositifs précis tels que la décision de ne pas faire effectuer de fouilles de sacs aux entrées des festivités, notamment à Bruxelles qui, rappelons-le, rassemble quand même plus de trois millions de visiteurs pendant un mois.

 

Quelle analyse de la menace pour "Plaisirs d'hiver" a-t-elle été réalisée par l'OCAM? Une demande spécifique a-t-elle été faite par les zones de police concernées dans ce cadre?

 

Au vu des festivités de fin d'année dans le pays, combien de zones de police ont-elles fait une demande spécifique d'analyse de la menace auprès de l'OCAM? Enfin, des analyses spécifiques de l'OCAM ont-elles conclu à un niveau 3 de la menace pour certaines activités de fin d'année et marchés de Noël dans des zones de la police locale du pays?

 

01.04  Ortwin Depoortere (VB): Mevrouw de minister, ik probeer niet in herhaling te vallen.

 

Na de terreuraanslag door Abdessalem Lassoued werd het dreigingsniveau voor het hele land opgeschaald naar niveau 3. U begrijpt wellicht dat het zeer verwarrend is voor de bevolking, maar volgens mij ook voor de lokale politiezones, dat voor specifieke evenementen zoals de kerstmarkten het terreurniveau naar 2 wordt verlaagd. Daarover had ik graag een woordje uitleg gekregen.

 

Uw passage in Terzake heb ik gezien, maar eerlijk gezegd stelde mij die niet helemaal gerust, of die beantwoordde alleszins niet de vragen die wij u hier vandaag stellen.

 

Wat de heer Pivin zonet zei, wil ik beamen. Net op kerstmarkten en aanverwante evenementen werden in onze naaste buurlanden, zoals Duitsland, aanslagen gepleegd en gelukkig ook aanslagen verijdeld. Ik denk daarom dat net die plaatsen onder verscherpt toezicht moeten komen.

 

Daarom wil ik u enkele specifieke vragen voorleggen.

 

Mevrouw de minister, kunt u aan het OCAD vragen om de beoordeling van het terreurniveau te herzien op basis van een aantal concrete zaken, of kan het algemene principe van het dreigingsniveau 3 ook toegepast worden op die specifieke evenementen?

 

U zei dat het voor lokale besturen nuttig kan zijn om een bijkomende dreigingsevaluatie aan te vragen bij het OCAD. Welke politiezones of lokale besturen hebben dat al gedaan? Welk advies werd desgevallend gegeven?

 

Als een lokaal bestuur aan het federale niveau bijkomende inspanningen vraagt inzake politionele aanwezigheid, gaat u dan daarop in? Wordt daar dan inderdaad extra federale politie ingezet?

 

01.05  Philippe Pivin (MR): Madame la ministre, notre pays est à nouveau placé en niveau 3 de la menace terroriste à la suite de l'attentat islamiste du 16 octobre dernier. Bruxelles ayant même été quelques heures en niveau 4 à ce moment.

 

Ces niveaux de menaces impliquent, en outre d'informer du mieux possible notre population, des dispositifs policiers spécifiques, soit sur l'ensemble du territoire, soit en certains lieux stratégiques et sensibles. Cela nécessite donc d'assurer une vigilance accrue sur le territoire national et donc un effectif policier renforcé.

 

Pourriez-vous dès lors m'indiquer :

 

Quels soutiens logistiques et en effectifs sont assurés, actuellement, par la Police fédérale auprès des zones de la Police locale dans le cadre du niveau 3? Quel est précisément ce déploiement fédéral global détaché aux côtés des zones du pays?

 

Avez-vous actualisé un monitoring spécifique, dans le cadre du niveau 3 de la menace, afin de suivre l'évolution des unités Hycap? Quel est-il actuellement? Des initiatives fédérales sont-elles prises dans ce cadre depuis le 16 octobre?

 

Par ailleurs, combien de demandes de soutien au fédéral ont été adressées par des zones dans le cadre de ce renforcement lié au niveau 3 de la menace? Dans quelle ampleur la réserve fédérale est-elle sollicitée depuis le 16 octobre dernier?

 

01.06 Minister Annelies Verlinden: Collega's, ik wil graag herhalen dat het algemene dreigingsniveau bepaald wordt door het OCAD, dat een onafhankelijk orgaan is. Er worden dus geen analyses opgelegd door de minister van Binnenlandse Zaken.

 

Na de aanslag in het centrum van Brussel op 16 oktober werd het dreigingsniveau voor het hele land verhoogd naar 3. Dat is het op één na hoogste niveau en betekent dat de dreiging als ernstig wordt beschouwd. Het dreigingsniveau dient te worden beschouwd als een algemene barometer voor het hele land, waarbij een verhoogde waakzaamheid wordt gevraagd aan onze veiligheids- en inlichtingendiensten, maar ook aan de inwoners van dit land.

 

Zo wordt voor het hele grondgebied gevraagd dat er bijzondere aandacht wordt besteed aan verdachte omstandigheden. We zien bijvoorbeeld dat er meer berichten van achtergelaten rugzakken of tassen tot bij de veiligheidsdiensten komen. Daarnaast wordt aan de veiligheids- en inlichtingendiensten gevraagd om bijzondere aandacht te besteden aan de beveiliging van zogenaamde soft targets en ook om de geldende veiligheids­maatregelen voor bepaalde activiteiten of evenementen strikt toe te passen.

 

Het is inderdaad ook mogelijk om via de politie of het Nationaal Crisiscentrum een specifiek verzoek in te dienen voor een dreigingsevaluatie van een specifiek evenement. Dat was in het verleden trouwens ook al zo, bij niveau 2 kan een lokaal bestuur bijzondere analyses vragen. Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer bepaalde overheden of vertegenwoordigers van buitenlandse staten ons land bezoeken, dan wordt er ook een inschatting gemaakt.

 

Dat betekent niet dat de algemene barometer of het dreigingsniveau 3 absoluut en in alle gevallen geldt voor alle events of locaties. Het OCAD maakt naast het algemene dreigingsniveau ook specifieke of punctuele dreigings­analyses van bepaalde evenementen en dus bijvoorbeeld ook voor bepaalde kerstmarkten. Wanneer er geen specifieke indicaties zijn dat er bijzondere of concrete dreigingen zijn, zal voor die evenementen het dreigings­niveau mogelijk lager zijn dan niveau 3. Dat is bijvoorbeeld het geval voor bepaalde kerst- en eindejaarsactiviteiten in het hele land. We moeten ook het verschil tussen bepaalde activiteiten voor ogen houden, een kerstmarkt in een landelijk gebied is mogelijk iets anders dan de kerstmarkt in onze hoofdstad of op andere plekken in dit land.

 

Collega Metsu, zoals u zei, bestaat een nulrisico niet. De recente gebeurtenissen tonen aan dat de daders vaak alleen en op een weinig georganiseerde manier handelen. Er zijn vandaag geen specifieke aanwijzingen die duiden op een concrete dreiging die gericht zou zijn op de kerstmarkten. Uiteraard volgen de veiligheids- en inlichtingendiensten de situatie permanent op, op basis van de beschikbare informatie en inlichtingen. De steden en gemeenten organiseren in samenwerking met de lokale en federale politie maximaal de maatregelen die worden gevraagd door het Nationaal Crisiscentrum. Op basis van een lokale risicoanalyse kunnen bijzondere maatregelen worden genomen.

 

Mevrouw Platteau, voor uw vraag over de arrestatie van verdachten in verband met de voorbereiding van de aanslagen, verwijs ik u door naar de minister van Justitie. Ik kan u namelijk geen informatie geven over lopende onderzoeken.

 

Collega Metsu, de onderzoeksafdeling Terrorisme besteedt bijzondere aandacht aan informatie over mogelijke dreigingen tegen kerstmarkten of andere evenementen tijdens de eindejaarsperiode. Wat de beveiliging van hotspots, kerstmarkten, de joodse gemeenschap en andere zogenaamde soft targets in de politiezone Antwerpen betreft, implementeert de politiezone een strategie die zich conformeert aan de richtlijnen van het Crisiscentrum, die op hun beurt gebaseerd zijn op de specifieke dreigingsanalyse van het OCAD. Die aanpak omvat een optimale inzet van personeel en middelen in overeenstemming met de geldende voorschriften. Zo wordt er op de kerstmarkt in Antwerpen dagelijks in een extra politionele inzet voorzien. Ik heb trouwens vanochtend nog de joodse gemeenschap in Antwerpen bezocht, waar men aangaf de extra politionele aanwezigheid, met dank aan de federale politie, dagelijks op te merken. Gelet op de nationale en internationale context wordt ook in Brussel het dispositief voor grote evenementen aangepast aan de evaluatie en de richtlijnen van het Crisiscentrum.

 

Collega Depoortere, u verwees naar specifieke evenementen. Daar moet men uiteraard rekening mee houden, maar ik herhaal dat voor de beoordeling van het dreigingsniveau van een specifiek evenement of bezoek de elementen die daarop betrekking hebben in overweging genomen moeten worden.

 

Collègue Pivin, comme précédemment expliqué, l'OCAM établit le niveau de menace en totale indépendance. Le niveau de menace général est constamment réévalué en fonction des informations disponibles, en tenant compte de la situation et des événements nationaux et internationaux. J'insiste sur le fait qu'il s'agit bien de niveaux de menace. Les mesures à prendre sont quant à elles déterminées par les services.

 

Concernant plus spécifiquement les Plaisirs d'hiver à Bruxelles, comme chaque année, une demande d'évaluation de la menace a été sollicitée par la zone de police à l'OCAM. Sans entrer dans les détails des évaluations ponctuelles, le niveau a été déterminé sur la base des informations disponibles. Concernant, le nombre de demandes d'évaluation spécifiques, il m'est actuellement difficile de répondre à cette question précisément, mais sachez que l'OCAM répond à chaque demande d'évaluation ponctuelle qui lui est adressée par la police ou le Centre de crise national.

 

Pour des raisons de sécurité, l'OCAM ne se prononce pas sur les niveaux de menace spécifiques mais il peut y avoir, en fonction des informations disponibles, des événements pour lesquels un niveau 3 est déterminé.

 

Ik kan jullie in ieder geval verzekeren dat de veiligheids- en inlichtingendiensten die zich 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 inzetten om te waken over de veiligheid dat als een permanente opdracht beschouwen, waarbij elke informatie wordt geïnterpreteerd en geëvalueerd en waarbij, indien nodig, de diensten niet zullen aarzelen om bijkomende maatregelen te nemen.

 

Ik zal hen namens u allen mijn bijzondere dank overbrengen, omdat deze mannen en vrouwen tijdens de kerst- en eindejaarsperiode hun inzet zullen tonen. Zij stellen zich beschikbaar om de veiligheid van onze inwoners en van alle bezoekers van die activiteiten in ons land te garanderen.

 

01.07  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, dank u voor uw antwoorden en voor uw toelichting bij die verschillende dreigingsniveaus. Ik denk dat u heel wat hebt verduidelijkt.

 

U zegt dat we erop mogen vertrouwen dat de veiligheidsdiensten in ons land de situatie nauwgezet en op de voet volgen. Bovendien worden de federale politie en de lokale politiezones indien nodig ook ingeschakeld.

 

Het doel van terreur is angst zaaien in een samenleving. Daar mogen we nooit aan toegeven. Uiteraard blijft het belangrijk dat we gepast reageren op elementen van dreiging.

 

Ik hoop ook dat iedereen een fijne eindejaarsperiode tegemoet gaat, ondanks alle moeilijkheden in deze wereld.

 

01.08  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de minister, op het ogenblik dat een maatschappij onder hoogspanning staat, vragen wij aan de minister bevoegd voor de veiligheid welke extra maatregelen ze zal nemen. We krijgen echter nul op het rekest: er komen geen extra maatregelen. We kunnen bij de politie en het Nationaal Crisiscentrum een verzoek indienen, indien we dat willen. Dat konden we vroeger ook al, dus dat is geen extra maatregel. Het initiatief ligt dan bij de lokale besturen.

 

Daarnaast bevestigt u ook nog eens dat het dreigingsniveau 3, dus een ernstige dreiging, overal in het land geldt, behalve op de kerstmarkten, omdat de ene kerstmarkt de andere niet is. U bevestigt hier dat op de kerstmarkten dreigingsniveau 2 van toepassing is. Iedereen kan dus naar de kerstmarkt. Dat is goed nieuws. Dat zullen de veiligste plekken zijn.

 

Mij verontrust wel het volgende. U zegt dat onze veiligheidsdiensten protocollen hebben, weten hoe ze moeten handelen en handelen op basis van het dreigingsniveau. Als de kerstmarkt in Antwerpen beter bewaakt is, dank ik daarvoor het lokale bestuur. Dat hoort ook zo. Mag ik stellen dat aan alle andere lokale besturen, op alle kerstmarkten, die verhoogde waakzaamheid zou opgedrongen moeten worden? Wij verwachten dan ook van u, als minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, dat er extra maatregelen zullen volgen. In Nederland heeft men vandaag beslist om weeral anders te ageren.

 

Ik hoop oprecht, samen met mijn collega's, dat het een prachtige kerstperiode zal worden, met deugddoende bezoeken aan allerhande kerstmarkten, zonder incidenten. Dat weten wij echter pas over enkele weken. Iedereen moet zich amuseren. We mogen niet toegeven aan terreur. Ook daar geef ik de collega's gelijk. Laten we buitenkomen, maar dan wel op een veilige manier. U bent mee verantwoordelijk om die veiligheid te waarborgen en te garanderen.

 

01.09  Philippe Pivin (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour vos réponses. il me semble qu'une circulaire datant de 2014, relative à la gestion de l'espace public, vous octroie des compétences d'initiatives en matière de sécurisation de l'espace public.

 

Il me semble, sans vouloir vous donner des leçons ou des conseils, que notre ministre de l'Intérieur devrait prendre des initiatives plutôt que faire le constat selon lequel les responsabilités d'initiatives sont laissées, exclusivement, aux mains de nos zones de police.

 

Je suis interpellé par ce constat. Je vous engage à vous pencher sur cette question car nous devons tout faire pour sécuriser des moments extrêmement sensibles.

 

Ensuite, je n'ai pas entendu de réponse à ma seconde série de questions. Je me suis référé au texte écrit, mais ce n'est pas pour ne pas obtenir de réponse.

 

Je veux bien les lire mais nous perdrons quelques minutes. Mes questions étaient les suivantes: Quels sont les soutiens logistiques et en effectifs assurés actuellement par la police fédérale auprès des zones de police locales dans le cadre du niveau 3?

 

Quel est le déploiement fédéral global détaché aux côtés des zones de police? Un monitoring actualisé existe-t-il dans le cadre du niveau 3 afin de suivre l'évolution des unités HyCap? Des initiatives fédérales sont-elles prises dans ce cadre depuis le 16 octobre?

 

01.10  Annelies Verlinden, ministre: Vous répondre me donnera l'occasion de répondre aux remarques de M. Metsu. Vous nous reprochez de ne rien faire. Ce n'est pas du tout le cas!

 

Ce qui m'étonne, c'est qu'on en a discuté ici, il y a quelques semaines. On a bien relevé le niveau de la menace à 3 sur une échelle de 4 .Ce que les Pays-Bas ont fait hier est exactement ce que nous avons fait le 16 octobre. Ils ont maintenant augmenté le niveau de la menace alors que nous l'avons fait auparavant.

 

Quand on établit des comparaisons, il faut savoir de quel point de vue on part.

 

Concernant les dispositifs de la police fédérale, l’appui de la police fédérale est toujours possible à la demande des zones locales. On suit la situation. On a ainsi envoyé et offert des policiers fédéraux aux zones de police d’Anvers et de Bruxelles. Les zones locales en profitent en fonction des engagements établis. Certaines zones de police locale nous confirment qu’elles font leur travail elles-mêmes et qu’elles n’ont pas besoin de la police fédérale. C’est le système dans lequel on travaille. Ce n’est pas à la ministre de l’Intérieur de juger ou de faire des analyses de risques pour chaque zone de police, chaque commune, chaque ville. C’est la manière de travailler.

 

On ne renvoie pas la patate chaude aux autorités locales. Par exemple, à la suite du niveau 3 de la menace décidé par l’OCAM, le Centre de crise a envoyé à toutes les autorités locales un set de mesures générales liées au niveau 3. Ce sont des mesures dites générales parce que chaque situation est différente. En effet, la subsidiarité s’applique également dans l’organisation de notre sécurité et les autorités locales savent bien par rapport à tel événement, quelles équipes sont disponibles. Il y a un peu de structure ou de guidance par rapport aux autorités locales. Si les zones de police nous disent qu’à côté du HyCap, elles n’ont pas assez d’effectifs, elles peuvent toujours poser des questions à la police fédérale. De nouveau, c’est le système dans lequel on travaille.

 

Les zones de police locale prennent soin des fonctionnalités de base et si cela ne suffit pas pour diverses raisons, chaque week-end, pour les événements dans tout le pays, on fait appel à la police fédérale, la police de la route, la police des chemins de fer. C’est notre système. Il ne s’agit pas de renvoyer les demandes des autorités locales. Nous travaillons ensemble mais je ne peux pas vous détailler combien de policiers on envoie chaque jour. Cela dépend. S’il y a un rallye dans la province du Hainaut ou un grand événement à Bruges, la police fédérale sera présente en soutien. C’est le cas aussi pour les événements d’hiver, les marchés de Noël, les grands feux d’artifice, etc. Il ne faut donc pas caricaturer en disant que la police fédérale ne fournit pas d’appui ou de soutien. Ce n’est pas la réalité aujourd’hui.

 

Faire toute une histoire pour dire que nous ne faisons rien, et que la ministre de l’Intérieur chargée de la sécurité n’est pas assez au courant et ne prend pas assez de mesures de sécurité, pardonnez-moi, mais ce n’est pas le cas!

 

01.11  Philippe Pivin (MR): Je n’ai pas dit que rien n’était fait!

 

01.12  Annelies Verlinden, ministre: Il ne s’agissait pas de vous. J’ai répondu en français mais cela ne s’adressait pas à vous.

 

01.13  Philippe Pivin (MR): Je pense personnellement que plus peut être fait, ce à quoi vous me répondrez que l’on peut toujours faire plus. Je suis cependant intéressé par votre remarque sur le kit. Cela est-il uniquement envoyé en cas de niveau 3 de menace ou est-ce également possible d’envoyer les mesures applicables en cas de niveau 2?

 

01.14  Annelies Verlinden, ministre: Il faut que je me renseigne. En tout cas, à chaque niveau de menace, correspond une série de mesures. Je ne crois pas qu’elles soient renvoyées à chaque fois à toutes les polices locales. Les services de sécurité savent quoi faire pour chaque niveau de menace.

 

01.15  Ortwin Depoortere (VB): Mevrouw de minister, waar weinig collega’s u attent op hebben gemaakt, is waar die aanslagen vandaan komen. Het zijn islamitische aanslagen in 99 % van de gevallen. Dat was in het verre verleden zo. Dat was in het recente verleden zo. We hebben daarvan een aantal voorbeelden gegeven. Dan spreken we nog niet over de individuele aanslagen, zoals er in Frankrijk een aantal hebben plaatsgevonden.

 

Door de oorlog tussen Israël en Palestina, die trouwens vanmorgen ook aan bod is gekomen naar aanleiding van een voorstel van resolutie van de heer Freilich over het antisemitisme, is er uiteraard een verhoogde waakzaamheid en is er uiteraard een hoger dreigingsniveau. Dat conflict, de oorlog die daar plaatsvindt, wordt nu eenmaal geïmporteerd door islamisten die zich ook op ons grondgebied bevinden. Er is dus een verhoogde dreiging. Ik hoop maar dat het, zoals de heer Metsu terecht opmerkt, wat meer mag zijn dan de permanente opdracht en de permanente waakzaam­heid die veiligheids- en inlichtingendiensten elke dag tonen, waarvoor ik hen uiteraard bedank.

 

Waarom terreurniveau 3 voor het hele grondgebied geldt, maar op de cruciale plaatsen en cruciale evenementen waar in het verleden spijtig genoeg daadwerkelijk aanslagen hebben plaatsgevonden, zoals kerstmarkten, terreur­niveau 2 is vastgelegd, weet niemand. Dat is eigenlijk de cruciale vraag.

 

(…): (…)

 

01.16  Ortwin Depoortere (VB): Het OCAD bepaalt dat, dat weet ik, maar daarom is het nog niet duidelijker geworden voor de bevolking en de lokale politiezones. De heer Metsu haalt zeer terecht het voorbeeld aan van Nederland.

 

01.17  Koen Metsu (N-VA): Ik heb nooit gezegd dat er niets zou gebeuren. Wanneer een terrorist in België een aanslag pleegt en onschuldige burgers afknalt, dan gebeurt er iets en verhoogt men het dreigingsniveau. Daarna is men weer enkele weken en maanden alert. In Nederland geldt momenteel het op één na hoogste dreigingsniveau.

 

01.18 Minister Annelies Verlinden: Mijnheer Metsu, wat u zegt, is een schande ten aanzien van de veiligheidsdiensten. U zegt dat al die mensen die dag in, dag uit hun job doen om de veiligheid te garanderen alleen maar iets doen als er onschuldige slachtoffers vallen bij een terreuraanslag? Il faut le faire.

 

01.19  Koen Metsu (N-VA): U legt mij woorden in de mond. De veiligheidsdiensten valt niets te verwijten, zij roeien telkens met de riemen die ze hebben…

 

01.20 Minister Annelies Verlinden: U zegt dat er alleen wordt ingegrepen als er onschuldige slachtoffers vallen.

 

01.21  Koen Metsu (N-VA): Mag ik nog uitspreken? U bent hier niet in uw kabinet. Ik ben een Kamerlid en ik heb u vragen gesteld. Het is nu aan mij om te repliceren! Zo gaat dat in het Parlement.

 

01.22 Minister Annelies Verlinden: (…)

 

01.23  Koen Metsu (N-VA): En ik heb het laatste woord, zo werkt het in het Parlement. U legt mij woorden in de mond en ik zet die recht.

 

Uw veiligheidsdiensten doen dag in, dag uit hun stinkende best en ze roeien met de riempjes die ze hebben. Wanneer het dreigingsniveau van het OCAD verhoogt, hebben zij meer mogelijkheden en meer middelen. In Frankrijk geldt momenteel het hoogste dreigingsniveau. In Nederland is momenteel het op één na hoogste dreigingsniveau van kracht. In België geldt overal dreigingsniveau 3, behalve op kerstmarkten. Er dus overal een dreiging waarschijnlijk, behalve op kerstmarkten. Op de kerstmarkten is een dreiging dus onwaarschijnlijk. Mag ik dat erg vreemd vinden?

 

U zegt dat het OCAD daarover beslist als onafhankelijk orgaan. U bent de minister van Veiligheid, u kunt daar rekening mee houden. U kunt sowieso in debat gaan. Roep desnoods de Nationale Veiligheidsraad samen als u niet begrijpt waarom niveau 2 van toepassing is op kerstmarkten, maar u moet dat uitleggen.

 

01.24 Minister Annelies Verlinden: Na de bijeenkomst van de Nationale Veiligheidsraad ongeveer een maand geleden werd een persconferentie gegeven om dit punt toe te lichten.

 

U hebt bij het begin van uw uiteenzetting gezegd dat we pas wakker schieten als er iets gebeurt. Ik laat mij leiden en adviseren door de experts op het terrein. Dat zou dus betekenen dat al die experts ook alleen maar wakker schieten op het moment dat er iets gebeurt. Dat wilde ik tegenspreken. Wat u zei, is een schande ten aanzien van de veiligheids- en politiediensten.

 

01.25  Koen Metsu (N-VA): Probeer het straks nog eens te herbeluisteren of te herbekijken.

 

Ik zeg gewoon: als er zo'n terreurdaad gebeurt dan verhoogt het dreigingsniveau. Ik heb helemaal niet gezegd dat de veiligheidsdiensten dan pas wakker schieten. U zou beter wakker schieten.

 

De voorzitter: Mogen wij dit incident sluiten?

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De samengevoegde vragen nrs. 55039910C, 55039912C en 55040026C van de heer Colebunders en 55039911C en 55039916C van de heer Boukili vervallen, zij zijn niet aanwezig en ook niet verontschuldigd.

 

02 Samengevoegde vragen van

- Ortwin Depoortere aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De snelheidscontroles op autosnelwegen door de federale politie (strategie en doelstellingen)" (55040047C)

- Marie-Christine Marghem aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De resultaten van de BOB-campagne" (55040258C)

02 Questions jointes de

- Ortwin Depoortere à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Les contrôles de vitesse effectués sur autoroutes par la police fédérale (stratégie et objectifs)" (55040047C)

- Marie-Christine Marghem à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Les résultats du dispositif BOB" (55040258C)

 

02.01  Ortwin Depoortere (VB): Mevrouw de minister, Crossborder Fines geeft de instructie aan de federale politie om een pilootproject op te zetten teneinde te stoppen met het toepassen van de tolerantiemarges op mobiele snelheidscamera’s.

 

Ik citeer uit het mailverkeer: “Het succes van het afschaffen van de tolerantiemarges bij federale trajectcontroles en vaste camera’s heeft duidelijk aangetoond dat het herzien van deze tolerantiemarges een positief effect kan hebben op het aantal uitgevaardigde boetes, wat rechtstreeks invloed heeft op de federale inkomsten. (…). Daarnaast is het verhogen van de federale inkomsten van groot belang, gezien de afname van deze inkomsten het afgelopen jaar. De financiële tekortkomingen worden tevens weerspiegeld in de grafieken die hierbij zijn meegestuurd. Gezien de financiële uitdagingen waarmee onze federale overheid geconfronteerd wordt, is het noodzakelijk dat wij alle inkomstenbronnen benutten. Wij zijn ervan overtuigd dat dit project zal bijdragen aan het verwezenlijken van de verkeersveiligheid en de federale inkomsten.”

 

Ik was enigszins verbouwereerd door dat mailverkeer. Ik moet daar eerlijk over zijn. Ik heb dus een aantal vragen, waarover u misschien enige klaarheid kan geven.

 

Is het bedoelde pilootproject effectief van start gegaan? Indien niet, wanneer zal het wel van start gaan?

 

Zullen er inderdaad geen tolerantiemarges meer worden toegepast bij de mobiele camera’s?

 

Mevrouw de minister, nu volgt een cruciale vraag.

 

Is het gebruikelijk dat een consultant de federale politie operationele handhavingsinstructies oplegt met de motivering ‘federale inkomsten’?

 

Ik hoop dat u het met mij eens bent dat de federale politie niet het correcte instrument is om federale inkomsten te leveren. Ze moet wel bijdragen aan de verkeersveiligheid. Wij hebben daarstraks die discussie al gehad naar aanleiding van uw wetsontwerp.

 

Mevrouw de minister, ik had een aantal vragen ingediend waarin ik verschillende cijfers heb gevraagd. Ik verwacht uiteraard niet dat ik die hier vandaag hic et nunc kan krijgen. Indien ik die later op een schriftelijke manier kan verkrijgen, is dat goed voor mij.

 

De nultolerantie zal het aantal boetes voor het 0 tot 10 km/u te snel rijden op autosnelwegen doen stijgen.

 

Zal dat echter ook de verkeersveiligheid verhogen?

 

Focust de politie niet beter op de excessieve snelheidsovertredingen, met name het 20 tot 40 km/u te snel rijden? Worden op die marges pilootprojecten ingezet?

 

Meer flitsen dreigt ook de capaciteit van de gewestelijke verwerkingscentra te overbelasten. Zo wordt de ruimte voor de verwerking van snelheidsboetes voor lokale politiezones sterk beperkt en kunnen de lokale politiezones minder snelheidscontroles uitvoeren in de bebouwde kom. Komt dit de verkeersveiligheid ten goede?

 

Was u op de hoogte van deze instructie en was deze instructie gedekt door uw kabinet of het kabinet van Justitie?

 

Komen er pilootprojecten om strenger te controleren op alcohol of drugs in het verkeer? Dat is volgens mij immers een cruciaal probleem voor de handhaving van het verkeersveiligheidsbeleid. Zo ja, wanneer en welke? Zo neen, waarom niet?

 

02.02  Marie-Christine Marghem (MR): Madame la ministre, l'édition hivernale de la campagne BOB contre la conduite sous influence a été lancée en Belgique avec des contrôles renforcés sur les routes belges pendant deux mois. La police fédérale a noté une augmentation des accidents liés à la conduite sous stupéfiant, un accident se produisant toutes les deux heures. Au cours des neuf premiers mois de 2023, 3 027 accidents impliquant des conducteurs sous influence ont été enregistrés, légèrement moins qu'en 2022, ce qui fait quand même une proportion très élevée. La campagne vise également la conduite sous influence de drogue, avec 3 % des conducteurs contrôlés positifs.

 

Le directeur de la police fédérale souligne que la Belgique a encore des taux élevés de conduite en état d'ivresse par rapport à d'autres pays européens. La reconduction du dispositif BOB est donc une bonne chose, tant durant les fêtes de Noël que durant celles du Nouvel An, qui représenteront comme chaque année un risque élevé d'accidents sur la route, notamment liés à la surconsommation d'alcool. De même, l'augmentation de la consommation de produits stupéfiants dans la société en général va impliquer automatiquement un nombre de cas de conduite sous l'emprise de stupéfiants plus important.

 

Les dispositifs hivernaux de ce type vont donc dans le bon sens et témoignent du fait que votre SPF semble avoir pris la mesure des enjeux. Alors que cette opération en est à son lancement, voici mes questions.

 

Madame la ministre, à combien d'interpellations et de contraventions la police fédérale a-t-elle procédé lors de l'opération BOB des cinq dernières années? Constatez-vous une augmentation? Quelles sont les provinces et quels sont les arrondissements les plus concernés?

 

Avez-vous mis en place d'autres mesures pour faire face aux dangers liés à la conduite en marge des célébrations des fêtes de fin d'année? Comptez-vous renforcer certains dispositifs?

 

02.03 Minister Annelies Verlinden: Geachte leden, op dit moment analyseert de federale wegpolitie samen met de dienst Crossborder van de FOD Justitie de impact op de capaciteit en de werklast van het stopzetten van tolerantiemarges op mobiele snelheidscamera's. In sommige provincies, zoals Oost-Vlaanderen, wordt de nultolerantie voor mobiele camera's al toegepast. Die beslissing werd genomen door het parket en de federale wegpolitie van Oost-Vlaanderen. Het afschaffen van de tolerantiemarges zal afhangen van de impactanalyse en van de nodige extra capaciteit waarin moet worden voorzien. De implementatie in de verschillende provincies zal steeds gebeuren in functie van de extra aanwervingen die nodig zullen zijn voor de verwerking.

 

De missie van de federale wegpolitie is heel duidelijk, met name bijdragen aan het verhogen van de verkeersveiligheid. Het concept van de nultolerantie is één piste om daaraan tegemoet te komen. De federale wegpolitie is vragende partij voor dergelijke handhaving. Daartegenover vraagt ze wel een verhoging van de capaciteit, als de noodzaak daarvan zou blijken uit de analyse die wordt uitgevoerd. Er is hierover overleg geweest tussen de federale politie en Crossborder en ook de politiemensen op het terrein werden geconsulteerd. Via Crossborder hebben ook de parketten hun akkoord gegeven voor een verlaging van de tolerantiemarge. Die impactanalyse zal toelaten te bepalen hoeveel extra capaciteit nodig is voor de GVC's. Het is niet de bedoeling dat dit een impact heeft op de verwerking door de GVC's voor de lokale politiezones.

 

Het klopt dat een deel van de boetes terugvloeit naar het Verkeersveiligheidsfonds om te herinvesteren in verkeersveiligheid. Voor de federale wegpolitie blijft verkeersveiligheid uiteraard de prioriteit, die niet gekoppeld wordt aan de inkomsten uit dit Verkeersveiligheidsfonds.

 

Ik wil nog onderstrepen dat het verminderen van de gemiddelde snelheid op de wegen een gunstig effect heeft op het aantal ongevallen, zeker op de autosnelwegen. Zelfs een verlaging van de gemiddelde snelheid met 1 km per uur kan al een aantal doden en gewonden op onze wegen voorkomen. Het is dan ook belangrijk dat we inzetten op de verlaging van de tolerantiemarges voor snelheidsinbreuken. Een recente studie van Vias toont aan dat het respecteren van de snelheidslimiet zal resulteren in een daling met 150 doden en 550 zwaargewonden op onze wegen. Snelheid is immers nog steeds een van de belangrijkste oorzaken van zware verkeersongevallen en elke verstrenging op de handhaving van snelheidsovertredingen komt de verkeersveiligheid ten goede.

 

Voor de vragen met betrekking tot de inkomsten verwijs ik u graag naar de minister van Justitie.

 

Madame Marghem, vu la nature quantitative des chiffres demandés, je vous invite à introduire une question écrite pour l'aspect chiffré de vos questions.

 

La police intégrée poursuit toute l'année ses contrôles en matière de conduite sous influence. Un effort spécifique est fourni pendant les campagnes BOB deux week-ends sans alcool ou drogue au volant sont organisés annuellement.

 

Le plan d'action circulation que la police fédérale de la route est en train de parachever comprend une liste de toutes les mesures à prendre pour augmenter le nombre de contrôles et, partant, la probabilité objective et subjective pour les usagers d'être contrôlés.

 

En plus des objectifs chiffrés, le plan d'action circulation compte pour chacun des thèmes un ensemble de directives et de bonnes pratiques à appliquer. Il fixe aussi les lieux, les moments et les usagers à contrôler en priorité aux fins d'une approche la plus efficiente possible de la lutte contre le phénomène de l'insécurité routière.

 

L'objectif de ce plan d'action est d'augmenter le nombre de contrôles routiers sur son terrain d'action prioritaire. Les contrôles routiers sont axés prioritairement sur les thèmes repris dans l'accord de gouvernement comme la vitesse excessive ou inadaptée, la conduite sous influence d'alcool et/ou de drogue, la distraction au volant, la ceinture de sécurité et l'usage de systèmes de sécurité pour enfants et sur le respect des règles de circulation pour les poids lourds.

 

02.04  Marie-Christine Marghem (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour vos réponses très complètes. Je vous adresserai une question écrite pour obtenir les statistiques que j'avais sollicitées. Je vois avec plaisir – et je connais l'expertise belge en la matière – que vous entrez tout à fait dans le raisonnement consistant à renforcer les contrôles là où cela s'avère nécessaire et à faire en sorte que la période des fêtes, période qui est particulièrement sous pression, soit canalisée par des contrôles spécifiques ainsi que des campagnes de prévention. Je vous en remercie.

 

02.05  Ortwin Depoortere (VB): Mevrouw de minister, uiteraard zijn wij allemaal voor maatregelen die de verkeers­veiligheid ten goede komen. Ik twijfel ook niet aan de studie van Vias die aantoont dat het respecteren van snelheidslimieten wel degelijk kan bijdragen tot verkeersveiligheid.

 

We beseffen echter allemaal wel dat 121 kilometer per uur rijden op een autosnelweg toch iets totaal anders is dan 140 kilometer per uur rijden op een autosnelweg. We moeten daar toch proberen een zeker onderscheid in te zien. Ik verwijs nogmaals naar het Crossbordermailverkeer dat toch zeer slecht overkomt, waarin wordt toegegeven dat het toepassen of afschaffen van de tolerantiemarges ook te maken heeft met de federale inkomsten. Dat is zeer ongelukkig om te lezen. Hopelijk kunnen we ten minste dat rechtzetten. Het moet hier wel degelijk gaan over het handhaven van de verkeersveiligheid en niet om de zoveelste geldkoe die voor extra federale inkomsten kan zorgen.

 

Ik heb bijkomende vragen over de controles op alcohol en drugs in het verkeer gesteld, omdat ik vind dat daar wel veel korter op de bal moet worden gespeeld en veel vaker moet worden ingegrepen. U hebt al geantwoord op de vraag van mevrouw Marghem. Het stelt mij ook wel gerust dat ik heb kunnen lezen dat er meer speekseltesten voorhanden zijn bij de politie, zodat zij in het verkeer ook veel meer dergelijke testen kunnen uitvoeren en meer en sneller kunnen ageren op het gebruik van drugs in het verkeer.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Sigrid Goethals aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De reeks verontrustende incidenten in Brussel" (55040100C)

03 Question de Sigrid Goethals à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "La série d'incidents inquiétants survenus à Bruxelles" (55040100C)

 

03.01  Sigrid Goethals (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn mondelinge vraag.

 

Mevrouw de minister, een man zonder papieren werd eerder deze maand opgepakt nadat hij Brusselse agenten met een mes bedreigd had. Hierover raakte bekend dat hij dezelfde dag nog is vrijgelaten. Meer recent het de politie van zone Brussel-Zuid ook een andere man opgepakt die agenten bedreigde en dreigde met een aanslag. Bij een huiszoeking werd er bij de man een oorlogswapen aangetroffen. Ook deze man werd vrijgelaten.

 

Met de aanslag van 16 oktober vers in het geheugen van de Brusselse veiligheidsdiensten is de spanning er te snijden. Er heerst onvrede over enerzijds het voorkomen van dergelijke incidenten, maar zeker de afhandeling leidt tot een groot ongenoegen bij de betrokken politieagenten en politiezone. Aangezien bij het parket werd besliste om hem meteen vrij te laten.

 

De Spoorwegpolitie stuurde daarop een bericht rond met een foto van de betrokkene waarin men alle agenten aanmaant “om waakzaam te zijn tijdens patrouilles en aan het einde van de dienst". Blijkbaar vreest men bij de politie dat de man opnieuw agenten zal opzoeken en aanvallen.

 

Kortom, gevaarlijke individuen die agenten bedreigen met steekwapens en dreigen met een aanslag worden vrijwel meteen terug op onze samenleving losgelaten. Dat geeft mij een sterk déjà vu-gevoel en zijn teken aan de wand.

 

Hierover de volgende vragen:

 

Worden deze daders opgevolgd? Indien dat het geval is, graag een toelichting.

 

Hoe beoordeelt OCAD deze reeks incidenten? Zijn er structurele of procedurele tekortkomingen? Wat zijn hun aanbevelingen?

 

Hoe krijgt de verhoogde waakzaamheid in Brussel volgens u vorm?

 

Hoe wilt u tegemoetkomen aan de onvrede en spanning bij de Brusselse veiligheidsdiensten?

 

Welke maatregelen gaat u nemen om de procedures te versterken om incidenten te voorkomen?

 

03.02 Minister Annelies Verlinden: Collega, als de politiediensten kennis krijgen van een misdrijf, stellen zij een proces-verbaal op en stellen zij onverwijld de gerechtelijke autoriteiten daarvan in kennis. Zoals u weet, behoort de gerechtelijke vervolging tot de bevoegdheid van de minister van Justitie. Ik kan u daarover dan ook geen verdere informatie geven.

 

We hadden het daarnet over het algemene dreigingsniveau. Dat staat op niveau 3. Dat betekent dat een verhoogde waakzaamheid wordt gevraagd en dat het Nationaal Crisiscentrum de soft targets of preferentiële targets maar ook de te nemen maatregelen bepaalt. Die worden bezorgd aan de steden en gemeenten en de politie, zoals ik daarnet al aangaf.

 

Met betrekking tot de opvolging van terrorisme en radicalisering in Brussel bestaan er momenteel verschillende overlegplatformen, zoals het arrondissementeel rechercheoverleg, voorgezeten door het parket van Brussel, en de Local Taskforce bij de DirCo van de federale politie in Brussel. Deze overlegmomenten, waar elke partner van de veiligheids- en inlichtingendiensten mee aan tafel zit, zijn essentieel om alle informatie bij elkaar te brengen en om samen te beslissen over eventuele maatregelen en verdere acties.

 

Met betrekking tot de maatregelen om incidenten te voorkomen, na elk incident wordt er een evaluatie gemaakt door de politie om de bestaande procedures te optimaliseren waar nodig en mogelijk. Dit is uiteraard ook volop aan de gang voor de terreuraanslag van 16 oktober in Brussel.

 

03.03  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, wij hadden het daarnet al over de kerstmarkten, in de hoop dat er niets zal gebeuren. Met oudejaar is het altijd feest, zeker in Brussel, en ik bedoel dat dan toch een beetje sarcastisch, dat begrijpt u wel. Ik houd mijn hart al vast en ik hoop van harte dat er niets zal gebeuren en dat het eindelijk eens rustig kan zijn. Ik hoop dat het op een deftige manier kan en zal worden opgevolgd, zeker met de verhoogde veiligheid die wij vandaag hebben.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van Koen Metsu aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "Factor V Leiden" (55040136C)

04 Question de Koen Metsu à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Le facteur V Leiden" (55040136C)

 

04.01  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de minister, factor V Leiden is een genetische bloedstollingsafwijking. Er zijn kandidaat-politieagenten met deze aandoening die maar al te graag onze politietroepen willen versterken, maar tot op heden is dat blijkbaar nog altijd niet mogelijk. Ook al hebben ze een positief advies van hun specialist en leggen ze een foutloos traject af tijdens hun voorbereiding, toch krijgen ze geen kans om bij de politie te beginnen.

 

Wat is uw visie op de kandidatuur van personen met factor V Leiden?

 

04.02 Minister Annelies Verlinden: Mijnheer Metsu, de medische selectiecriteria zijn vastgelegd op basis van een functiebeschrijving en de bijhorende risicoanalyse, in overeenstemming met de geldende wetgeving, namelijk de wet betreffende welzijn op het werk. De medische criteria zijn vervat in enerzijds de bijlage bij het ministerieel besluit van 21 november 2013 tot wijziging van het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het KB van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten wat de medische criteria betreft en, ten tweede, in de bijlage 4bis bij het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het KB van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.

 

Het gevolg hiervan is, enerzijds, dat elke pathologie die een invloed heeft of zou kunnen hebben op de uitoefening van de functie tot medische ongeschiktheid leidt en, anderzijds, dat de vereisten van de functie in geen geval de medische toestand van de kandidaat mogen verslechteren. Het is de taak van de preventieadviseur of van de arbeids­geneesheer om de gezondheidstoestand van de kandidaat en de mogelijke effecten ervan op de werkplek te beoordelen, rekening houdend met de eerder toegelichte wetgeving. De preventieadviseur of arbeidsgeneesheer controleert steeds de repercussies van medische aandoeningen op de uitgevoerde taken en houdt rekening met de preventieve maatregelen die in een eventueel medisch rapport van de behandelende arts worden vermeld.

 

Deze procedure wordt ook gevolgd voor de kandidaten met factor V Leiden. Voordat er een beslissing over medische ongeschiktheid wordt genomen, wordt uiteraard altijd gecontroleerd of er voldoende medisch bewijs is om een dergelijke beslissing te staven. De medische criteria liggen vast en worden altijd individueel beoordeeld op basis van het gezochte profiel.

 

De preventieadviseurs en arbeidsartsen die tot de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk van de federale politie behoren, komen verschillende keren per jaar samen om de wetenschappelijke en medische vooruitgang en de invloed ervan op de operationele functies te bespreken. Ze werken uiteraard ook samen met de directie belast met de aanwervingen.

 

04.03  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de minister, ik leid daaruit af dat er eigenlijk weinig nieuws is, dat er weinig perspectief is voor personen met die genetische bloedstollingsafwijking. Er zijn ook specialisten die een positief advies geven met betrekking tot een bepaalde kandidate. Zouden de korpsartsen, de geneeskundige diensten en de preventieadviseurs zich nog eens over deze kwestie kunnen buigen? Ik vraag dit in naam van potentiële kandidaten die maar al te graag de politie zouden willen vervoegen en er ook capabel voor zijn. Heel vaak gaat het om mensen die een foutloos voortraject hebben afgelegd.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Aan de orde is vraag nr. 55040152C van de heer Freilich. Hij is niet aanwezig.

 

05 Vraag van Wouter Raskin aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De trajectcontroles en het capteren van de voorste nummerplaat" (55040153C)

05 Question de Wouter Raskin à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Les radars-tronçons et la détection des plaques minéralogiques avant" (55040153C)

 

05.01  Wouter Raskin (N-VA): Gezien het gevorderde uur beperk ik mij tot de verwijzing naar de schriftelijke voorbereiding van mijn vraag.

 

Mevrouw de minister, de Vlaamse regering besliste onlangs om ook onbemande flitscamera's en trajectcontroles mogelijk te maken in fietszones. In zo'n zone mogen weggebruikers niet sneller dan 30 km/uur rijden. Dat geldt voor auto's en bromfietsen, maar ook speedpedelecs zullen geflitst kunnen worden wanneer ze deze snelheidslimiet niet naleven.

 

Nochtans lijden speedpedelecs aan hetzelfde probleem als motorfietsen: ze zijn moeilijk te flitsen omdat ze enkel beschikken over een nummerplaat achteraan. U kon mij in het verleden al eens melden dat het aantal trajecten waar camera's opgesteld zijn die zowel vooraan als achteraan kunnen lezen, uitzonderlijk is. Lokale politiezones kunnen wel vragen om de captatierichting van een trajectcontrole aan te passen.

 

Mijn vragen aan u:

 

1. Bent u er voorstander van om de captatierichting van trajectcontroles aan te passen zodat de kentekenplaat achteraan gecapteerd wordt? En dit enkel in zones 30 of ook op wegen met een ander snelheidsregime?

 

2. Hoeveel trajectcontroles in België kunnen zowel vooraan als achteraan lezen?

 

3. Bij hoeveel trajectcontroles in België werd de captatierichting aangepast, zodat de kentekenplaat achteraan gelezen wordt?

 

05.02 Minister Annelies Verlinden: Mijnheer Raskin, de camera's aangesloten op het netwerk van het nationaal cameraschild, hebben een dubbel doel: enerzijds de strijd tegen terrorisme en zware criminaliteit en anderzijds de verbetering van de verkeersveiligheid. Voor de strijd tegen terrorisme en zware criminaliteit vormt een foto genomen aan de voorzijde een meerwaarde, aangezien de bestuurder dan ook zichtbaar is op de foto.

 

Desalniettemin kunnen motorrijders niet ongestraft inbreuken plegen, aangezien de mobiele camera's op de autosnelwegen ook aan de achterzijde nummerplaten kunnen capteren. Wanneer flitspalen enkel worden geplaatst met het doel de verkeersveiligheid te verbeteren, is het aangewezen de inbreuken langs de achterzijde vast te stellen, maar het is aan de overheid, dus het gewest of het lokale bestuur dat eigenaar is van een trajectcontrolesysteem, om die keuze te maken. Alle trajectcontroles die aangesloten zijn op de centrale federale omgeving kunnen enkel langs de voorzijde nummerplaten registreren.

 

Het aantal trajectcontroles dat specifiek in zones met een maximale snelheid van 30 kilometer per uur in gebruik is, is niet bekend bij de federale politie. Die trajectcontrolesystemen zijn logischerwijze vooral eigendom van lokale of gewestelijke overheden.

 

Er zijn in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest al verschillende trajectcontrolesystemen in zones 30 in gebruik. Die camera's capteren wel degelijk langs de achterzijde en kunnen dus nummerplaten van wagens, vrachtwagens, motorfietsen en speedpedelecs capteren, wanneer de nummerplaat gelinkt is aan de vastgestelde inbreuk. Die inbreuken worden dan behandeld door het gewestelijk verkeerscentrum van Brussel.

 

05.03  Wouter Raskin (N-VA): Mevrouw de minister, ik dank u voor het duidelijke antwoord.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Sigrid Goethals aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "Het administratief wijzigen van de burgerlijke staat" (55040168C)

06 Question de Sigrid Goethals à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "La modification administrative de l'état civil" (55040168C)

 

06.01  Sigrid Goethals (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn ingediende vraag.

 

Sinds 2019 is het wettelijk toegelaten om je burgerlijke staat van “gescheiden" om te laten zetten naar “ongehuwd". Ook weduwnaars en weduwen zouden sinds deze nieuwe wet de vermelding van hun burgerlijke staat kunnen veranderen.

 

Op de wet van 11/07/2019 over de vermelding van de burgerlijke staat op administratieve akten zou nog een lijst volgen vastgesteld bij Koninklijk besluit met een opdeling van documenten waarop echtgescheiden of weduw(e)(naar) al dan niet verplicht is.

 

Het Koninklijk besluit dat uitvoering moet geven aan die wet is er vandaag nog altijd niet. Gemeenten kunnen dus nog altijd niet ingaan op verzoeken van burgers om zich te laten registreren als 'ongehuwd'.

 

Is deze informatie correct?

Indien dat het geval, bestaat er nog een mogelijkheid om dit wettelijk in orde te brengen dit legislatuur?

 

06.02 Minister Annelies Verlinden: Mevrouw Goethals, ik kan ook naar iets verwijzen, meer bepaald naar het antwoord op de gelijkaardige schriftelijke vragen van collega Goedele Liekens en collega Ben Segers met nummers 1821 en 2066.

 

Ik wil nogmaals herhalen dat de algemene verordening gegevensbescherming uitgaat van het beginsel van minimale gegevensverwerking. Dat betekent onder meer dat een document of administratieve akte de burgerlijke staat van een persoon enkel zou mogen vermelden als dat strikt noodzakelijk en nuttig is. Het is dus van belang dat de opstellers van akten of uittreksels nagaan of het noodzakelijk is om de burgerlijke staat te vermelden, dan wel om de vermelding te schrappen als ze niet noodzakelijk is.

 

06.03  Sigrid Goethals (N-VA): Bedankt voor uw antwoord.

 

Ik zal ook nog eens kijken naar de vragen die de collega's hebben gesteld en naar de gegeven antwoorden.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Vraag nr. 55040195C van de heer Delizée wordt omgezet om in een schriftelijke vraag, evenals de vragen nrs. 55040239C en 55040241C van mevrouw Marghem. De vragen nrs. 55040254C en 55040260C van mevrouw Marghem worden op haar verzoek uitgesteld. De vragen nrs. 55040280C en 55040281C van mevrouw Platteau worden uitgesteld.

 

07 Question de Philippe Pivin à Annelies Verlinden (Intérieur, Réformes instit. et Renouveau démocratique) sur "Le monitoring de faits criminels avec usage d’armes à feu dans l’espace public" (55040350C)

07 Vraag van Philippe Pivin aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing) over "De monitoring van criminele feiten met vuurwapengeweld in de openbare ruimte" (55040350C)

 

07.01  Philippe Pivin (MR): Madame la ministre, les règlements de compte en rue avec armes à feu ne semblent pas diminuer. Une gestion se fait localement et au niveau régional. Cela semble lié au trafic de drogues. Par conséquent, cela dépasse nos frontières. Cela nécessite un état des lieux de la situation. Dans ce contexte, j'ai été quelque peu surpris de lire dans Le Soir du 7 décembre qu'un nouvel outil a été créé pour monitorer la violence par armes à feu dans les différents états de l'Union européenne. Cet outil est en fait un monitoring réalisé par des instituts d'études et de recherche européens qui travaillent sur la base d'articles de presse. Cela se fait donc sur la base de publications et non pas sur la base d'informations policières.

 

J'ai un certain nombre de questions. Vous les avez reçues. Je vous remercie de bien vouloir y répondre.

 

Ne sommes-nous pas capables, avec les outils dont nous disposons, de faire un travail identique à celui réalisé et produit par des instituts de recherche qui sont certainement éminemment compétents mais qui travaillent sur des bases qui me paraissent, au départ, incomplètes?

 

07.02  Annelies Verlinden, ministre: Monsieur Pivin, ce nouvel outil est né du projet Insight financé par la Commission européenne et coordonné par l'Institut flamand pour la paix, créé en 2004 en tant qu'organe parlementaire rattaché au Parlement flamand. Il ne relève dès lors pas de ma compétence.

 

Le projet Insight vise à prévenir la violence dans la société en améliorant structurellement la représentation de la violence par armes à feu dans l'Union européenne. Dans le cadre de ce projet, l'Institut flamand pour la paix a mis au point un outil de monitoring en ligne en collaboration avec quatre partenaires de la Belgique, des Pays-Bas, de la Suède et de la Suisse. Il utilise l'intelligence artificielle pour générer des données basées sur les rapports des médias relatant des incidents par armes à feu dans les 27 États membres de l'Union européenne. Le logiciel scanne en continu plus de 350 sources d'information locales afin d'identifier et d'analyser des incidents par armes à feu. Les résultats sont publiés sur le site gunviolence.eu

 

En ce qui concerne la Belgique, un recensement national des incidents criminels impliquant l'utilisation d'armes à feu est effectué et mis à jour quotidiennement par la Direction de l'information policière et des moyens ICT de la police fédérale, qui enregistre ces incidents dans la Banque de données nationale générale.

 

À notre connaissance, Europol ne fait pas de monitoring des faits criminels avec usage d'armes à feu au sein de l'Union européenne. Il se peut également qu'Europol ne dispose pas des données nécessaires à cet effet car il s'agit souvent d'infractions ne concernant qu'un seul État membre et ne relevant donc pas de son mandat.

 

Notre police alimente structurellement le système d'information d'Europol et les projets d'analyse auxquels elle participe. Elle fournit également les données nécessaires pour le Serious and Organised Crime Threat Assessment (SOCTA) préparé par Europol.

 

Votre question sur le nombre de faits criminels avec usage d'arme à feu considérés comme fusillades dans l'espace public qui ont été commis dans notre pays ne peut recevoir qu'une réponse écrite.

 

07.03  Philippe Pivin (MR): Madame la ministre, je me doutais un peu de la dernière remarque que vous avez formulée. Je vous remercie, car nous avons des informations complémentaires sur la démarche, et c'est très bien ainsi. Il sera intéressant, me semble-t-il, de comparer les résultats produits par les études de ces instituts avec les résultats qu'enregistre la police belge pour voir si les tendances sont les mêmes tendances ou si les résultats sont aussi complets que ceux dont on peut disposer en Belgique.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Vraag nr. 55040396C van de heer Depoortere wordt uitgesteld.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.44 uur.

La réunion publique de commission est levée à 17 h 44.