Commission de la Mobilité, des Entreprises publiques et des Institutions fédérales

Commissie voor Mobiliteit, Overheidsbedrijven en Federale Instellingen

 

du

 

Mardi 23 janvier 2024

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Dinsdag 23 januari 2024

 

Namiddag

 

______

 

De openbare commissievergadering wordt geopend om 15.10 uur en voorgezeten door mevrouw Maria Vindevoghel.

La réunion publique de commission est ouverte à 15 h 10 et présidée par Mme Maria Vindevoghel.

 

01 Vraag van Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De intentieverklaring omtrent de Einsteintelescoop" (55040182C)

01 Question de Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "La déclaration d'intention concernant le télescope Einstein" (55040182C)

 

01.01  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, het is niet de eerste keer dat we hier hebben over de Einsteintelescoop, maar ik voel mij opnieuw genoodzaakt om er vragen over te stellen, omdat het een en ander mij toch nog niet helemaal duidelijk is.

 

Op de agenda van de ministerraad van 22 september lezen we dat er een intentieverklaring is om een gezamenlijk bod te doen voor de bouw van de Einsteintelescoop op het drielandenpunt. Dit is een ontzettend belangrijk project, dat wordt geschat op 2 miljard euro. Het zou zorgen voor 1.500 jobs, contracten voor lokale bedrijven en een directe economische return van 3 miljard euro.

 

Het zou ook zorgen voor een concentratie aan kennis, innovatie en ontwikkeling, wat heel welkom is en ook voor de verre toekomst perspectieven biedt. Nederland heeft dat goed begrepen en heeft al een hele tijd geleden gezegd een klein miljard aan de kant te zullen zetten. België heeft zich tot nu toe nog niet uitgesproken over concrete investeringen.

 

Wat werd er op de ministerraad besproken? Zit ook het Waalse Gewest nu op de lijn dat de Einsteintelescoop welkom is voor de regio? Minister Demir vaardigde voor de Vlaamse regering immers een omzendbrief uit om een basis te creëren voor het verhinderen van de bouw van windturbines in de omgeving van de potentiële site. Heeft ook de Waalse regering een dergelijk initiatief genomen?

 

U gaf eerder aan dat u een coördinerende rol hebt in het kader van de Einsteintelescoop. Hoe vult u die rol concreet in? Welke initiatieven hebt u tot nu toe genomen en welke zult u nog nemen? Is het volgens u belangrijk dat België voldoende engagement en bereidwilligheid toont in dit project? Op welke manier zult u dat concretiseren? Hoeveel middelen zal de federale regering voorzien als investering in de Einsteintelescoop?

 

01.02 Staatssecretaris Thomas Dermine: Mevrouw Gijbels, op 22 september gaf de ministerraad mij het mandaat om namens de federale regering de belangenverklaring met alle Belgische en buitenlandse partners te ondertekenen. Het evenement verliep heel goed en betekent een belangrijke stap voorwaarts in de samenwerking tussen de partners van het Einsteintelescoopproject. Wij vinden dit een heel belangrijk project voor België, Vlaanderen en Wallonië.

 

Er is een werkgroep opgericht waarin de betrokken kabinetten, ministeries en wetenschappers vertegenwoordigd zijn om de kwestie op de voet te volgen. De werkgroep bestudeert onder andere de impact van windturbines en mijnbouwactiviteiten.

 

Het kabinet van minister Borsus van het Waalse Gewest heeft stappen ondernomen die vergelijkbaar zijn met die in Vlaanderen, om ervoor te zorgen dat er geen windturbines worden gebouwd voordat de definitieve beslissing over de kandidatuur is genomen.

 

Ik gaf de POD Wetenschapsbeleid de opdracht om een Belgische taskforce op te richten en te coördineren waarin alle betrokken Belgische autoriteiten zijn samengebracht. Deze taskforce is voor het eerst op 30 augustus 2023 en vervolgens opnieuw in november samengekomen. Men heeft een concreet werkplan voor 2024 opgesteld, een retroplanning, en manieren bekeken om de Einsteintelescoop te financieren en de kosten tussen de verschillende autoriteiten te verdelen. De samenwerking met alle deelstaten, met minister Brouns en minister Borsus, is zeer positief.

 

Ik heb ook de Federale Raad voor Wetenschapsbeleid advies gegeven over de socio-economische impact van het project in België. Ik ben het volledig met u eens dat het van vitaal belang is dat België zich ten volle engageert voor dit project, dat een unieke kans biedt om een onderzoekinfrastructuur van internationale omvang te huisvesten.

 

Er is tot nu toe alleen een verdeelsleutel voor de voorbereidende fases vastgelegd. Er werd een paar miljoen euro vastgelegd door elke entiteit, maar er is nog geen beslissing genomen over de bijdrage van België en zijn entiteiten, waaronder de federale regering, aan de constructie zelf, die veel duurder zal zijn dan de voorbereidende fase. Dat wordt een van de belangrijkste taken van de Belgische taskforce in de komende maanden.

 

01.03  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u voor het antwoord. Stilaan volstaat het niet meer om te vertellen hoe belangrijk dat project is, hoeveel impact het op de regio zal hebben en hoeveel toekomstperspectieven het zal brengen. Iedereen is het daar wel over eens. Ik denk dat we nu concrete financiële engagementen nodig hebben.

 

Nederland heeft ons nodig omwille van de locatie, maar ze nemen wel het voortouw. Ik vind het heel jammer om te zien dat wij achterblijven. Vlaanderen heeft ondertussen beslist om 21 miljoen euro aan de kant te zetten, maar wat doet Wallonië, wat doet deze regering, wat zijn uw ambities op dat vlak? Daarover horen we u nog altijd niets zeggen. Ondertussen zwaait Nederland de plak met dat miljard dat ze op tafel leggen.

 

Ik zou willen vragen om harder op tafel te kloppen in de federale regering en bij uw collega’s van de federale regering. Spreek uw collega’s van het Waalse Gewest aan om heel snel met een concrete inbreng te komen.

 

U wilt toch ook laten zien dat de federale regering belangrijk en noodzakelijk is? Laat dan ook zien dat zij invloed kan hebben.

 

Het zou ook jammer zijn als wij het relancegeld van Europa daarbij zouden mislopen door het wanbeleid van Vivaldi. Mijnheer de staatssecretaris, op dat punt is het belangrijk dat u er met uw collega’s van de federale regering voor zorgt dat het pensioenplan in orde komt, zodat dat geld eventueel in het Einsteinproject een goede toekomst kan krijgen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Samengevoegde vragen van

- Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "Het rapport van het Rekenhof over de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België" (55040183C)

- Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "Het rapport van het Rekenhof over de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis" (55040184C)

02 Questions jointes de

- Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le rapport de la Cour des comptes sur les Musées royaux des Beaux-Arts de Belgique" (55040183C)

- Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le rapport de la Cour des comptes sur les Musées royaux d'Art et d'Histoire" (55040184C)

 

02.01  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik zie dat mijn vragen zijn samengevoegd, maar zij gaan over twee verschillende zaken. Het betreft wel telkens het rapport dat het Rekenhof heeft geschreven over twee federale wetenschappelijke instellingen.

 

Mijn eerste vraag gaat over de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB), die een enorm waardevolle collectie herbergen. Die collectie wordt geschat op bijna 1,5 miljard euro. Het Rekenhof kan de juistheid van dat bedrag echter niet achterhalen, aangezien er geen documentering van de waardebepaling is. Ik vond het heel opmerkelijk om dat te lezen in het rapport van het Rekenhof. Er is dus ook geen individuele waardebepaling van de verschillende stukken.

 

Daarnaast bestaat er geen volledige inventaris van de werken die aanwezig zijn op de sites van de KMSKB. Van 220 werken wordt aangenomen dat ze zijn vernietigd, verloren of gestolen. Die werken zijn niet geïnventariseerd. Meer dan duizend werken werden aan nationale openbare instellingen of kerken in depot of bruikleen gegeven, maar er is blijkbaar geen mechanisme om de staat van de werken te controleren. Vandaar de volgende vragen.

 

Het is niet de eerste keer dat het Rekenhof die opmerkingen maakt. Wat hebt u ondernomen om de zaken zo snel mogelijk ten goede te keren? Is er een stappenplan met tijdslijn afgesproken met de KMSKB om de problemen aan te pakken? Hoe ziet dat plan eruit?

 

Wanneer wordt geschat dat de catalogus volledig is en er een individuele waardebepaling is?

 

In welke toestand zijn de werken die niet ontsloten zijn? Kunt u een overzicht bezorgen met de staat van de werken per stuk?

 

Ik vroeg het reeds eerder, maar kreeg geen antwoord: hoe is het mogelijk dat het laatste jaarverslag op de website van de KMSKB dateert van 2015? De links op de website naar de verslagen van 2016 en 2017 hebben een hele tijd niet gewerkt, maar zijn sinds kort blijkbaar wel weer functioneel. Het laatste jaarverslag dateert nu van 2017. Dat betekent dus dat er een heel aantal jaarverslagen nog altijd ontbreekt.

 

Ik heb ook al eerder gevraagd wat de toestand is van de stukken die niet zijn ontsloten. Kunt u daarop antwoorden?

 

Zou het niet beter zijn als alle federale wetenschappelijke instellingen jaarlijks verslag zouden komen uitbrengen aan het Parlement? Hoe staat u daartegenover?

 

Mijn tweede vraag gaat over de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis (KMKG).

 

Het Rekenhof controleerde het kasbeheer van de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis. Daaruit blijkt dat het een en ander niet goed loopt. Er is een duidelijk gebrek aan procedures, waardoor de inhoud van de kassen niet altijd klopte met de gedeponeerde liquiditeiten. De kasbeheerders werden ook niet correct aangeduid. De ontvangsten van de winkels en ticketbalies werden zeven maanden niet opgehaald en geteld. De processen-verbaal die werden opgesteld om de kasvoorraad te beschrijven, kwamen niet overeen met het boekhoudkundige saldo bij negen van de twaalf kassen.

 

Wat hebt u hieromtrent afgesproken met de KMKG? Tegen wanneer moeten de procedures in orde zijn? Hoe zal daarop worden toegezien? Wat zal er gebeuren indien er niet tijdig wordt ingegrepen?

 

02.02 Staatssecretaris Thomas Dermine: (…) (zonder micro)

 

Ik zal u het volledige schriftelijke antwoord bezorgen.

 

Het verslag van het Rekenhof over de KMSKB waarnaar u verwijst in uw vraag, stelt dat een deel van de werken die eigendom zijn van de Staat zijn opgenomen in FABRITIUS, de onlinecatalogus van de collecties. Deze onlinecatalogus mag niet worden verward met enerzijds de erfgoedinventaris van de kunstwerken waarin de werken worden geregistreerd naarmate ze worden aangeworven, en anderzijds de boekhoudkundige inventaris van deze werken.

 

Het Rekenhof richt de aandacht op dit laatste aspect, rekening houdend met het feit dat er nog geen criteria werden bepaald voor de waardering van deze werken teneinde te voldoen aan de voorschriften van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteiten van de federale Staat.

 

Het Rekenhof doet derhalve de volgende aanbevelingen.

 

Het Rekenhof beveelt aan om in overleg met de FOD BOSA, de POD Wetenschapsbeleid, BELSPO en de Commissie Openbare Comptabiliteit de meest geschikte en eenvoudigste methoden te definiëren om de boekwaarde van de kunstwerken te bepalen.

 

Bovendien noteert het Rekenhof het volgende. Bij de voorstellingen van de onderzoeksresultaten gaven de KMSKB aan dat ze niet uitgerust zijn om een dergelijke waardering uit te voeren. Wat dit punt betreft, dient eraan te worden herinnerd dat de waardering van een kunstwerk tot de bevoegdheid hoort van de speler op de kunstmarkt en niet van het wetenschappelijk personeel van de federale wetenschappelijke instellingen aan dewelke de collecties zijn toevertrouwd.

 

Om de kunstwerken beter te kunnen volgen tijdens hun verplaatsing hebben de musea in 2022 een identificatieproject aan de hand van radiofrequentie door RFID-technologie hervat. Bij dit systeem wordt op elk werk een label met een magnetische opdruk aangebracht, vergelijkbaar met een toegangsbadge. Deze labels kunnen op afstand worden gedetecteerd door mobiele lezers. Dit project, gestart in 2017, werd onderbroken door de coronacrisis en wordt nu uitgevoerd door een gespecialiseerd bedrijf.

 

De gebrekkige hyperlinks in de verslagen van 2016 en 2017 zijn gecorrigeerd. De jaarverslagen voor de periode 2018-2022 zullen begin 2024 beschikbaar zijn.

 

Ik zal het antwoord op verschillende andere punten aan u bezorgen.

 

De KMKG waren al op de hoogte van het probleem dat het voorwerp uitmaakt van uw vraag. Ze waren bezig met het doorvoeren van oplossingen toen de controle van het Rekenhof plaatsvond. Ik heb geen bijkomende afspraak moeten maken met de KMKG. Ik kon mij beperken tot het instemmen met de voorgestelde maatregelen.

 

De KMKG zijn op dit moment bezig de procedures te wijzigen en aan te scherpen. Zij botsen nog op een aantal problemen die hoofdzakelijk verband houdt met een personeelstekort, maar die kunnen worden opgevangen door intelligente kassa's of door een vermindering van cashbetalingen.

 

Op dit moment zijn de controletellingen en het geldtransport naar de bank reeds volledig in orde. De geldtellingen van de kassiers en de transporten van de cashontvangsten binnen de instellingen van de KMKG worden aangepast.

 

Het geheel moet dan nog uitgeschreven worden in nieuwe procedures. De controle hierop moet gebeuren door de cel Financieel Toezicht van BELSPO. Naar verwachting zal het Rekenhof ook aandacht besteden aan de genomen maatregelen. Ik verwacht dat dit nog begin 2024 helemaal op punt gesteld zal worden.

 

De naleving van de procedures is vanzelfsprekend een element van evaluatie van de rekenplichtige en van de ordonnateur van de KMKG. Ik heb er vertrouwen in dat de KMKG en de toezichtscel van BELSPO de implementatie van de aanbevelingen zullen opvolgen.

 

02.03  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik kijk inderdaad uit naar het meer uitgebreide schriftelijke antwoord.

 

U noemt het 'technische aspecten' die door het Rekenhof worden aangehaald. Ik meen dat het toch essentiële aspecten zijn. Wanneer het gaat over zo'n rijke kunstcollectie moet men er echt met de nodige omzichtigheid mee omgaan. Die heeft niet alleen een financiële waarde, maar ook een historische en zelfs een emotionele waarde voor de hele bevolking.

 

Als er opmerkingen zijn over het ontbreken van juiste regels inzake de waardebepaling, moet daar echt aan gewerkt worden.

 

Er wordt vaak gezegd dat de financiering van die instellingen ontoereikend is. Tegelijkertijd zo nonchalant omgaan met de jaarverslagen en met de publieke communicatie vind ik echt zeer problematisch.

 

Ik vind het een goede zaak dat het Rekenhof er is om zaken aan de kaak te stellen, maar ik reken erop dat ook u, mijnheer de staatssecretaris, hier zelf toezicht op houdt, zodat de zaken zo snel mogelijk in orde gebracht worden.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Samengevoegde vragen van

- Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "Sociale dumping aan boord van de Belgica" (55040185C)

- Maria Vindevoghel aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De sociale dumping op het onderzoeksschip Belgica" (55040382C)

- Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "Het budgettekort voor de Belgica" (55040409C)

- Pieter De Spiegeleer aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De beperkte inzet van het onderzoeksschip Belgica wegens budgettekort" (55040907C)

03 Questions jointes de

- Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le dumping social à bord du Belgica" (55040185C)

- Maria Vindevoghel à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le dumping social pratiqué à bord du navire de recherche Belgica" (55040382C)

- Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le budget insuffisant pour le Belgica" (55040409C)

- Pieter De Spiegeleer à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le déploiement limité du navire de recherche Belgica en raison de restrictions budgétaires" (55040907C)

 

03.01  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, in een brief, eerst aan de regering en daarna aan verschillende parlementsleden, uitten de auteurs ervan hun bezorgdheid over de arbeidsvoorwaarden aan boord van de Belgica, het onderzoeksschip van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN).

 

Mijnheer de staatssecretaris, klopt het dat er geen Belgische cao van toepassing is op de Belgica? Wat zijn daarvan de mogelijke consequenties? Behoort de Belgica ook tot de militaire vloot? Wat zijn ter zake de consequenties en de afspraken? Welke nationaliteit of nationaliteiten heeft de bemanning?

 

Wat is uw reactie op de brief die u en ons werd bezorgd door het ACV? Hebt u hierover overlegd in de regering? Is er inderdaad een probleem? Is er sprake van sociale dumping? Indien ja, welke stappen hebt u gezet om daaraan te remediëren?

 

Voorts berichtte de pers over een tekort aan middelen voor de Belgica. De bouw van de Belgica, die al in de vorige legislatuur werd aangevat, kostte 54 miljoen euro. Recent vernamen we dat het schip in 2024, dus in dit jaar, slechts een derde van de tijd zal varen vanwege onvoldoende budget. Daardoor is ook geen expeditie naar de Noordpool mogelijk. Dat nieuws hebt u in een schriftelijke reactie bevestigd. Voorts gaf u aan dat verschillende pistes worden bekeken om het aantal dagen op te trekken, zodat de investering rendeert. Daarnaast zou u ongeveer 1,9 miljoen euro extra proberen vrij te krijgen om het schip 210 dagen te kunnen laten uitvaren in 2024.

 

Mijnheer de staatssecretaris, hoe verklaart u die tekorten? Werd op voorhand geen inschatting gemaakt van het vereiste budget voor het gewenste aantal vaardagen? Ik meen dat de vorige regering uitging van 300 vaardagen per jaar.

 

Hoe zult u ervoor zorgen dat de investering toch zal renderen? Klopt het dat u extra budget probeert vrij te krijgen en is dat bevestigd? Waar zult u dat budget vinden? Werd dat besproken met de voltallige regering?

 

Hoe staat u tegenover de optie om het schip meer te laten charteren?

 

03.02  Pieter De Spiegeleer (VB): Mijnheer de staatssecretaris, aangezien mevrouw Gijbels de vraag al heeft ingeleid, zal ik mij beperken tot de vraagstelling zelf over het budgettekort.

 

Ten eerste, kunt u bevestigen dat in het kalenderjaar 2024 slechts 120 vaardagen zijn ingepland voor de Belgica?

 

Ten tweede, kunt u al meer info geven over het vaarprogramma zelf? Zoals al werd opgemerkt, zal de Noordpoolexpeditie wegvallen. Welke opdrachten worden zeker uitgevoerd of krijgen prioriteit? Welke opdrachten zullen worden geschrapt of dreigen te worden geschrapt?

 

Ten derde, wat is de kostprijs per dag dat het schip niet vaart? Een schip aan de ketting heeft immers ook vaste, lopende kosten.

 

03.03  Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, het onderzoekschip de Belgica meerde al lange tijd in geen enkele haven meer aan. Volgens de sectorverantwoordelijke bij het ACV is dat bewust om inspecties te vermijden. De voornamelijk Letse bemanning zou namelijk tegen schimmige arbeidsvoorwaarden zijn tewerkgesteld.

 

Volgens de Letse vakbonden wordt de bemanning van de Belgica niet correct betaald en ontbreken de juiste documenten. De Franse rederij Genavir, die het schip beheert in opdracht van de Belgische overheid, overtreedt op die manier het Maritiem Arbeidsverdrag. Bij inspectie riskeert het schip een vaarverbod.

 

Kloppen de beschuldigingen van sociale dumping op de Belgica? Zijn inspecties gepland en/of uitgevoerd in verband met de sociale dumping? Wat waren de bevindingen?

 

Zult u de rederij Genavir in gebreke stellen? Hebt u al contact opgenomen met de onderneming?

 

Hoe staat het met de komende wetenschappelijke projecten? Wanneer vertrekt de Belgica opnieuw op missie? Naar waar precies en met welke bedoeling vertrekt het schip?

 

Is er voldoende budget om de Belgica operationeel te houden?

 

03.04 Staatssecretaris Thomas Dermine: De Belgica is eigendom van de Belgische Staat, vertegenwoordigd door het Federaal Wetenschapsbeleid, BELSPO. Het wordt beheerd door het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, het KBIN, samen met het ministerie van Landsverdediging en de private operator Genavir. De private operator werd toegewezen via een overheidsopdracht. In die opdracht werd ook uitdrukkelijk de voorwaarde opgenomen dat de operator aan alle wettelijke vereisten dient te voldoen.

 

Wat de cao betreft, er waren contacten tussen Genavir en het paritair comité 316 om te bepalen welke cao van toepassing is. Er werd echter geen eenduidig antwoord gegeven.

 

De gemelde bemanningsproblemen werden eveneens opgenomen met Genavir. De rederij stelt een actieplan op om aan alle problemen het hoofd te bieden. Het doel is om in regel te zijn met alle vigerende wetgeving waardoor een nauwe samenwerking tussen de administraties nodig is, BELSPO, de FOD Mobiliteit – in het bijzonder de afdeling Scheepvaart –, de FOD WASO en de FOD Justitie, bevoegd voor de Noordzee. Het doel is om te komen tot een volledig beeld van de toe te passen wetgeving, controle en de verbeterpunten.

 

De RV Belgica is een Belgisch overheids- en gezagsschip overeenkomstig de definitie van het Belgisch Scheepvaartwetboek van 8 mei 2019. Het voert de vlag als marinehulpschip, zoals bepaald door het koninklijk besluit van 10 juni 2020 betreffende de vlag van de Belgische gezagsschepen onder het operationele commando van het ministerie van Landsverdediging. De Belgica geniet alle rechten die gepaard gaan met dat statuut.

 

Zoals eerder werd gezegd, werden er ongeacht dat statuut in de opdracht eisen opgelegd aan Genavir met betrekking tot de toepasbare wetgeving. Genavir zorgt voor de bemanning, Letten en Fransen. De officieren hebben de Belgische nationaliteit en worden gedetacheerd door het ministerie van Defensie.

 

Onze reactie op de brief van het ACV is zeer constructief. We hebben de gemelde problemen ook opgenomen met Genavir.

 

Zoals ik eerder al zei, werd een actieplan opgesteld. De bewering van de heer Callaerts dat het schip bewust geen enkele haven binnenvaart om inspectie te vermijden, is compleet foutief. Het schip voert de goedgekeurde planning uit en vaart de haven van Zeebrugge of een andere haven binnen conform de jaarplanning, die bovendien publiek consulteerbaar is op de website van het KBIN.

 

De beschikbare financiële middelen in 2024, een basisbudget van 3,5 miljoen euro, lieten initieel toe een programma van circa 128 dagen te financieren. De verschillende campagnes werden in het licht van de budgettaire middelen inderdaad ingekort ten opzichte van de gevraagde 232 vaardagen. Zowel de campagnes voor onderzoek als de campagnes voor monitoring en de technische campagnes werden proportioneel verminderd in lijn met het basisbudget. De campagnes voor educatie werden minder als prioritair aangemerkt en daarom geschrapt.

 

Door bijkomende financiering van sommige gebruikers boven op het basisbudget kon het aantal vaardagen in 2024 uiteindelijk verder verhoogd worden naar 162 ingeplande vaardagen, met een totale kostprijs van 4,2 miljoen euro. De extra financiering vertaalt zich in bijkomende vaardagen voor de betrokken gebruikers.

 

Ten slotte wordt momenteel de discussie gevoerd om het schip 46 dagen extra te charteren door een Canadese instelling. Zo kan het vaarprogramma voor 2024 op 208 vaardagen uitkomen.

 

We plannen verder om in 2025 opnieuw een campagne naar het Arctisch gebied te organiseren door hieraan prioriteit te geven. Daartoe is trouwens ook al een gedeelte van de extra middelen opzijgezet. Zoals ik al vermeldde, zal er voor 2024 ook worden ingezet op chartering om inkomsten te genereren en het vaarprogramma uit te breiden. Een gemiddeld Europees onderzoeksschip wordt ongeveer 4 % van de vaartijd gecharterd. Indien er gericht op chartering wordt ingezet, lijkt voor ons 7 à 10 % van de vaartijd haalbaar.

 

De inkomsten die wij kunnen verwachten bij chartering, bedragen maximaal 600.000 euro per jaar.

 

03.05  Frieda Gijbels (N-VA): Eerlijk gezegd verontrust het me een beetje dat Genavir geen eenduidig antwoord met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden heeft kunnen geven. Dat schip vaart onder uw bevoegdheid, dus in uw plaats zou ik daar onmiddellijk duidelijkheid over willen krijgen. Blijkbaar neemt die onderneming het niet zo nauw met de sociale regelgeving. Ik zou daar niet graag verantwoordelijk voor willen zijn, mijnheer de staatssecretaris. Ik vind het ook erg dat de sociale partners u hierop moeten wijzen en dat u daar aanvankelijk geen gevolg aan hebt gegeven. Pas toen de kwestie in de pers kwam hebben we u daarover gehoord. Dat is toch wel heel erg bedenkelijk.

 

Onlangs heb ik rapporten opgevraagd van de Inspectie van Financiën. Zij heeft ook haar bedenkingen bij de rol die Genavir speelt. Zij kaart eveneens aan dat Genavir een hoge fee ontvangt wanneer het bedrijf gebruikers van het schip aanbrengt. De Inspectie van Financiën vindt het niet gepast dat het aan een onderneming zoals Genavir wordt overgelaten om onderzoeksinstellingen en -bedrijven aan te brengen.

 

Ik begrijp totaal niet dat er geen gepast budget is opgenomen in de begroting. Men kon de situatie perfect voorzien. U wist al van in het begin van uw aantreden dat er budget nodig was om dat onderzoeksschip te laten varen. Hoe komt het dat men heel gemakkelijk budgetten vindt voor ruimtevaart en ESA, waarvan in het regeerakkoord geen sprake was, terwijl voor een perfect te voorzien dossier plots geen budget beschikbaar blijkt te zijn? Ik vind dat zeer vreemd en plaats daar grote vraagtekens bij.

 

03.06  Pieter De Spiegeleer (VB): Het is inderdaad opmerkelijk dat het budget nu ontoereikend blijkt te zijn. U erkent dat er een budgettair probleem is, maar dat is er blijkbaar niet voor andere zaken, zoals de befaamde astronautopleiding.

 

Het is ook bijzonder dat de initieel geplande 120 vaardagen voor 2024 zouden worden verhoogd naar 162 en dat, als ik het goed heb begrepen, er nog een extra capaciteit van 46 vaardagen bij zou kunnen komen. Het aantal vaardagen zou dan op 208 komen. We zijn eind januari 2024. Ik vind de concrete invulling van het operationele vaarprogramma van het schip de Belgica in 2024 allemaal een beetje nattevingerwerk.

 

U gaf immers wel aan dat een aantal opdrachten prioritair zou blijven en andere dan weer niet, zoals educatieve opdrachten. Dat valt echter moeilijk te rijmen met het feit dat het aantal effectieve vaardagen, dat wij pas op 31 december 2024 zullen kunnen vaststellen, niet precies vastligt.

 

Tot slot – tenzij ik het niet goed heb begrepen of niet goed heb opgelet – is mijn vraag naar de kostprijs van de Belgica per dag dat het schip niet actief is, niet beantwoord. Ik vind dat toch belangrijk in de overweging om het totaalplaatje te kunnen analyseren. Ik zou daar graag nog een antwoord op krijgen, of anders stel ik de vraag schriftelijk opnieuw. U geeft maar aan hoe u dat het liefst doet.

 

De voorzitster: Hebt u daar nog een antwoord op, mijnheer de staatssecretaris?

 

03.07 Staatssecretaris Thomas Dermine: Neen, maar ik kan u het antwoord zeker schriftelijk bezorgen, mijnheer De Spiegeleer.

 

03.08  Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, ik vind ook dat u hier vrij licht over gaat. Het feit dat de vakbonden publiek hebben moeten maken dat er aan sociale dumping wordt gedaan – u durft zelfs het woord niet uit te spreken –, is toch niet min. U bent een socialistische staatssecretaris, dus dat moet u toch bezorgd maken?

 

U blijft ook heel vaag. U spreekt over een constructief actieplan, maar ik vind dat heel vaag. Hoe zit het nu voor het personeel? Zal het probleem worden opgelost? Ik ben er niet gerust in.

 

U gaat ook nogal licht over het budgettekort. Wij begrijpen ook niet dat u een Belgisch onderzoeksschip laat uitbaten door een Franse rederij en laat beheren door Lets personeel. U hebt het een beetje gezocht door op die manier te werk te gaan. Ik vind het een probleem dat er geregeld onder de vivaldiregering sociale dumping moet worden vastgesteld.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De renovatie van de Jubelparksite en de audit van Horizon 50-200" (55040186C)

04 Question de Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "La rénovation du site du Cinquantenaire et l'audit chez Horizon 50-200" (55040186C)

 

04.01  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik heb in het kader van de beleidsnota al een poging gedaan om u verder te ondervragen over de renovatie van de Jubelparksite in het kader van de tweehonderdste verjaardag van België, die in 2030 zal plaatsvinden. U schatte de uitgaven op 170 miljoen euro, maar er werd ook een recurrent budget uitgetrokken om een en ander in goede banen te leiden. Daarvoor werd Horizon 50-200 opgericht, een vzw die destijds onder leiding stond van de heer Dujardin. Nu blijkt na een audit dat zowel de CEO als de COO van Horizon 50-200 ontslagen werden.

 

Ik heb een aantal pertinente vragen waarop ik nog geen antwoord heb gekregen. Die wil ik graag opnieuw stellen.

 

Er is sprake van geldverspilling. Kunt u toelichten om hoeveel geld het gaat? Hoeveel geld werd er ondertussen uitgegeven door Horizon 50-200 en waaraan? Hoeveel middelen zijn er nog aanwezig in de vzw? Welke instellingen hebben bijgedragen tot de financiering en voor hoeveel?

 

Wat is de status van de vzw momenteel? Hoeveel werknemers zijn er actief? Op welke manier worden zij vergoed en met welke bedragen? Wie beslist over het niveau van wedden en toelagen? Hoeveel werknemers zijn er vertrokken of ontslagen en wanneer? Welk sociaal secretariaat werd er aangesteld?

 

Werd de jaarrekening van 2022 ondertussen neergelegd? Waar kan deze geraadpleegd worden? Werd er inderdaad te veel geld uitgegeven? Zo ja, hoeveel en waaraan werd dit besteed? Als er sprake is van misbruik van belastinggeld, op welke manier werd er dan ingegrepen?

 

Wat is de toekomst van de vzw? Wie voorziet de verdere financiering? Wat zult u op korte en middellange termijn ondernemen om de coördinatie van de renovatie van het Jubelpark te verzekeren? Is het nog aangewezen dat dit op dezelfde manier blijft verlopen? Hoe garandeert u dat dit in de toekomst beter zal worden aangepakt?

 

04.02 Staatssecretaris Thomas Dermine: Mevrouw Gijbels, sta me toe om eerst de chronologie van dit belangrijke project te overlopen. Op 1 april 2020 besliste de ministerraad na een uitgebreid prospectief onderzoek om van de herwaardering van de Jubelparksite een prioriteit te maken. Op 5 september 2020 werd de vzw opgericht, niet als een nieuwe vzw maar vanuit een bestaande vzw. De vzw heeft een autonoom beheer. Haar dagelijkse activiteiten worden geleid door een raad van bestuur, die zelf gecontroleerd wordt door een algemene vergadering.

 

Ter herinnering, de vzw heeft twee hoofdopdrachten. De eerste opdracht is het toezien op de visie en het begeleiden van de renovatiewerken op de Jubelparksite als coördinatieplatform. Alle stakeholders, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de verschillende gemeenten en de federale instellingen, namelijk het Legermuseum en de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, zijn vertegenwoordigd in de algemene vergadering. De tweede opdracht is het dynamiseren van de site tijdens de renovatiewerken, dankzij een sociocultureel programma, tegen 2030, met de steun van de Nationale Loterij.

 

Midden april 2023, slechts enkele maanden na het begin van de opdracht, werden mijn kabinet en de voorzitter van de raad van bestuur door het personeel van de vzw op de hoogte gebracht van een mogelijke ongepaste werksfeer. De voorzitster en de vicevoorzitter van de raad van bestuur stelden mij op dat moment voor om een interne doorlichting door te voeren. Deze doorlichting werd door de vicevoorzitter uitgevoerd en was in de eerste plaats gericht op het in kaart brengen van het welzijn van de medewerkers.

 

Midden mei 2023 werd ik op de hoogte gesteld van de eerste resultaten, die ook een sterk vermoeden van administratieve tekortkomingen in het dagelijks bestuur van de vzw aan het licht brachten.

 

Op 14 juni 2023 gaf ik de administratie Wetenschapsbeleid onmiddellijk de opdracht om de betaling van de subsidie voor 2023 op te schorten tot ik van de raad van bestuur de nodige garanties had gekregen over het correcte gebruik van deze fondsen.

 

Op 19 juni 2023 besloot de raad van bestuur van de vzw om de CEO en de COO uit hun functie te ontheffen, in het bijzonder door een delegatie van het dagelijks bestuur uit te trekken. Er werd door de raad van bestuur een transitiemanager aangesteld om de situatie te regulariseren en de jaarrekeningen aan de algemene vergadering voor te leggen. Tot op heden maakt de transitiemanager nog steeds deel uit van het personeel van de FOD Financiën.

 

Deze beslissingen werden op 19 juli 2023 aan de algemene vergadering voorgelegd. De CEO nam ontslag als bestuurder en de COO werd door de algemene vergadering uit haar functie als bestuurder gezet.

 

Op 20 juli 2023 kon ik een eerste tussentijds verslag aan de ministerraad voorleggen. Dit verslag gaf een samenvatting van de resultaten van het werk dat al enkele maanden aan de gang was. De ministerraad nam kennis van de oriëntaties van het masterplan voor de infrastructuurprojecten, een overeenkomst tussen de Regie der Gebouwen en Beliris over het beheer van het project met het oog op de uitvoering van het masterplan en een financieel engagement van 5 miljoen euro van de Nationale Loterij voor de culturele programma’s en de samenwerkingsprotocollen, ondertekend tussen de vzw en de partnerinstellingen. De evaluatie benadrukt ook de eerste resultaten van de vzw en haar nut als coördinatieplatform.

 

Op basis van de elementen en de informatie waarover ik momenteel beschik, kan ik zeggen dat er geen sprake is van verduistering, persoonlijke verrijking of aanzienlijke verspilling. Hoewel er vraagtekens bij het tempo van de uitgaven kunnen worden geplaatst, lijkt het erop dat de subsidie in overeenstemming met de opdrachten van de vzw is gebruikt.

 

Met ander woorden, er werden uitgaven gedaan die niet door de inkomsten van de vzw gedekt werden. Bovendien werden deze uitgaven niet aan de raad van bestuur voorgelegd. Er waren dus duidelijk tekortkomingen in het dagelijks bestuur. De raad van bestuur heeft zorgvuldig en verantwoordelijk gehandeld zodra hij op de hoogte was van de feiten.

 

De vzw heeft op dit moment niemand meer in dienst. In overleg met de Inspectie van Financiën kregen de werknemers van de vzw de keuze tussen ontslag of tijdelijk overgenomen worden op de payroll van BELSPO. Vijf medewerkers van de vzw gingen in op dit aanbod, twee medewerkers kozen voor ontslag met een opzegvergoeding.

 

Dankzij deze beslissing kon het financiële evenwicht van de vzw in 2023 gegarandeerd worden. De werkingsmiddelen die BELSPO voor 2024 ter beschikking stelt, zijn in de begroting opgenomen.

 

De raad van bestuur van de vereniging is actief en neemt beslissingen. De Belgische opdracht voor het masterplan wordt voortgezet en het culturele programma voor 2024 wordt afgerond. Er is bijvoorbeeld een ambitieus cultureel programma op de Jubelparksite naar aanleiding van het voorzitterschap van de Europese Unie in de komende maanden. Wij blijven dit project dus sturen. Onder voorbehoud van nieuwe ontwikkelingen heeft de raad van bestuur van de vzw mijn vertrouwen voor de voortzetting van zijn taken.

 

04.03  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, dank u voor dit chronologische overzicht, maar ik vrees dat u probeerde de vis te verdrinken door zo uitgebreid in te gaan op de chronologie.

 

U zei dat er geen sprake was van verduistering. Dat heb ik ook nooit beweerd. Er was tevens geen sprake van aanzienlijke verspilling. Dit wil dus zeggen dat er wel verspilling was, maar geen aanzienlijke?

 

U zei dat de gelden gebruikt zijn voor opdrachten die tot het takenpakket van de vzw behoorden. Ik wil toch graag weten wat er concreet mee gedaan is. Dat het financiële evenwicht weer hersteld is doordat iedereen daar blijkbaar vertrokken is en er niemand meer in dienst is, lijkt mij toch een heel vreemde gang van zaken.

 

U hebt ook niet geantwoord op de vraag welke andere instellingen bijgedragen hebben. Ik meen dat er op het terrein andere federale wetenschappelijke instellingen zijn die daar geld in gestoken hebben en die niet zeker zijn of ze dat zullen terugzien of wat de return daarvan zal zijn.

 

Mijnheer de staatssecretaris, u gaf opnieuw geen volledige antwoorden. Ik vind dat heel jammer, maar ik zal mijn vragen gewoon opnieuw indienen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Vraag van Frieda Gijbels aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De programmatorische overheidsdienst Wetenschapsbeleid" (55040867C)

05 Question de Frieda Gijbels à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "Le service public de programmation Politique scientifique" (55040867C)

 

05.01  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, de POD Wetenschapsbeleid is per definitie tijdelijk. Zoals u weet, was het in de vorige legislatuur de bedoeling om de POD in te kantelen in de FOD Economie en daarnaast de federale wetenschappelijke instellingen te verzelfstandigen.

 

In het regeerakkoord van deze legislatuur wordt die verzelfstandiging van de FWI ook bevestigd. Ik citeer: "Op korte termijn zal de federale regering een strategisch plan voor het Federaal Wetenschapsbeleid in zijn geheel opmaken, waarbij de verzelfstandiging van de FWI voorop staat." Het wordt dus wel degelijk als belangrijk gezien.

 

In het strategisch plan dat nadien werd opgesteld, lezen we de volgende passage: “Het wetenschappelijk beleid van de POD willen we ontwikkelen en bestendigen om het op lange termijn te verankeren: de POD blijft openstaan voor elke kans die het departement krijgt […] Tegen het einde van de legislatuur zullen verscheidene regelgevingsteksten worden opgesteld, waarover vervolgens wordt onderhandeld, om die eventuele integraties mogelijk te maken. Ook zullen alle dimensies van de omvorming van de POD tot een FOD worden bestudeerd."

 

Aangezien u in eerdere debatten niet bent ingegaan op de vraag hoe u werk zult maken van die verzelfstandiging en wat de plannen zijn met de POD, leg ik u graag de volgende vragen voor.

 

Zult u werk maken van een verzelfstandiging van de FWI, zoals in het regeerakkoord is opgenomen? Wat zijn de mogelijke pistes voor de POD? Wordt de omvorming tot een FOD onderzocht, zoals aangegeven in het strategisch plan? Wat zouden daarvan de financiële consequenties zijn?

 

Is de inkanteling in een andere FOD ook een piste die wordt bekeken? Wanneer zal er daarover duidelijkheid zijn? Wordt er werk gemaakt van een kerntakendebat? Op welke manier wordt erover gewaakt dat er geen bevoegdheids­overschrijdingen plaatsvinden?

 

05.02 Staatssecretaris Thomas Dermine: Mevrouw Gijbels, wij hebben het er hier al over gehad en wij zijn akkoord om niet akkoord te zijn over onze langetermijnvisie voor de POD Wetenschapsbeleid (BELSPO). Mijn visie op de toekomst van BELSPO verschilt fundamenteel van de uwe. U wilt deze administratie afschaffen. Dat bleek heel duidelijk uit het werk van mijn voorganger, die lid van uw partij is. U streeft ernaar om het federale niveau uit te hollen, terwijl ik deze administratie net heb versterkt omdat ik ervan overtuigd ben dat haar rol essentieel is voor de wetenschappelijke rol en positie van ons land in Europa.

 

De wetenschappelijke autonomie van de federale wetenschappelijke instellingen is gegarandeerd. Er zijn verschillende maatregelen genomen om hun administratieve autonomie te versterken. Er wordt momenteel inderdaad overwogen om de federale programmatorische overheidsdienst (POD) om te vormen tot een federale overheidsdienst FOD. Met zijn ongeveer 2.300 statutaire en contractuele werknemers, zijn missie op lange termijn, waaronder het beheer van de Belgische deelname aan internationale instanties zoals het ESA, en projecten op zeer lange termijn, zoals de kandidatuur van de Einsteintelescoop, heeft een tijdelijke structuur zoals een POD absoluut geen zin meer. De POD Wetenschapsbeleid vierde zijn eenentwintigste verjaardag in december 2023 en heeft zich in die twee decennia uitgebouwd en ontwikkeld als een volwaardige administratie die vandaag erkenning geniet als een betrouwbare en structurele partner voor de ontwikkeling en opvolging van onderzoek, zowel in België als in het buitenland.

 

In tegenstelling tot u handel ik uitsluitend in het belang van het onderzoek, het behoud en de valorisatie van de collecties. Daarom bouw ik aan een meer geïntegreerde en duurzame structuur die ons in staat zal stellen de synergie tussen de businesseenheden van BELSPO optimaal te benutten en de middelen van het departement als geheel zo efficiënt mogelijk aan te wenden. Ik geloof dat de stakeholders en de burgers dit van ons verwachten. Een te grote versnippering van de competenties van BELSPO zal leiden tot een aanzienlijk verlies aan efficiëntie.

 

Ik stel ook vast dat u er weliswaar in geslaagd bent om het departement te ontwrichten, maar dat u er tijdens de vorige legislatuur niet in geslaagd bent om BELSPO te ontmantelen, noch met mevrouw Sleurs, noch met mevrouw Demir. U kunt er zeker van zijn dat we ons krachtig zullen verzetten tegen verdere pogingen om BELSPO te vernietigen.

 

05.03  Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u dicht mij allerlei zaken toe die ik mijzelf niet zou durven toedichten. Ik denk niet dat ik zoveel invloed heb.

 

De oplossing die de vorige regering naar voren heeft geschoven, met name een inkanteling in de FOD Economie, is naar mijn mening een goed idee. Die oplossing betekent niet dat het Federaal Wetenschapsbeleid opgedoekt wordt. Integendeel zelfs, samen met de verzelfstandiging van de federale wetenschappelijke instellingen denk ik dat het echt een duurzame toekomst kan geven aan het Federaal Wetenschapsbeleid.

 

Het mag immers niet de bedoeling zijn dat het Federaal Wetenschapsbeleid zijn rol nog verder uitbreidt. Op heel veel vlakken, in heel veel gevallen, worden de bevoegdheden al overschreden. Daarom moeten de federale wetenschappelijke instellingen de keuze en mogelijkheid krijgen om hun eigen beleid volledig uit te zetten, niet alleen administratieve zelfstandigheid, maar gehele zelfstandigheid.

 

Een kerntakendebat moet plaatsvinden. Ik ben het er helemaal mee eens dat op federaal niveau nog zaken moeten gebeuren qua wetenschapsbeleid en collectiebeheer, maar het moet wel tot de kerntaken beperkt blijven. In deze budgettaire tijden kunnen wij het ons niet meer permitteren dat zaken dubbelop worden gedaan, maar toch gebeurt dat, zeker als u de POD wilt laten evolueren tot een FOD. Die evolutie zal de rol van het Federaal Wetenschapsbeleid alleen maar versterken, maar dat kan de bedoeling niet zijn, want de belastingbetaler zal daarvoor opdraaien.

 

Ik vraag u om dat toch eens te herbekijken. Het was niet onze bedoeling, ook niet in de vorige legislatuur, om BELSPO op te doeken. We willen het inkantelen in een andere FOD en ik denk dat het daar echt wel op zijn plaats was geweest.

 

Ik wil nog even op het ruimtevaartbeleid ingaan, want dat vind ik ook een belangrijk thema. Ik denk dat we veel beter overgaan naar een interfederaal ruimtevaartagentschap, zodat ook de deelstaten daarin een rol kunnen spelen. Op dit moment worden de deelstaten, of althans de Vlaamse, namelijk buitenspel gezet.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Anja Vanrobaeys aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "Het onderzoek naar de nazipensioenen" (55040418C)

06 Question de Anja Vanrobaeys à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "L'enquête sur les pensions du régime nazi" (55040418C)

 

06.01  Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de staatssecretaris, de aanleiding voor deze vraag is het onderzoek van studiecentrum CegeSoma waaruit blijkt dat de Belgische spoorwegmaatschappij NMBS tijdens de Tweede Wereldoorlog 51 miljoen Belgische frank kreeg van de Duitse bezetter voor de deportatietreinen. U hebt de opdracht gegeven voor dat onderzoek, in uitvoering van een resolutie waarin het Parlement opriep om de rol van de NMBS uit te klaren.

 

Ik kom dan bij een andere resolutie die ook in 2019 hier in de Kamer werd aangenomen. In die resolutie wordt gevraagd om de pensioenen die heel lang werden uitbetaald voor collaboratie met het nazistische regime in Duitsland uit te klaren, om te bekijken wat daar precies gebeurd is, over hoeveel mensen het gaat en welke bedragen er werden uitbetaald. Van de mensen die daarmee bezig zijn heb ik vernomen dat u daarvan werk wilt maken.

 

De heer Fred Erdman zaliger is hier ooit begonnen met het aankaarten van die zaken. Wij zijn ondertussen vele jaren verder en ook al vijf jaar na de goedkeuring van de resolutie. Wij worden hier een beetje van het kastje naar de muur gestuurd. Het zou goed zijn mocht dit op dezelfde wetenschappelijke manier gebeuren.

 

Bent u bereid om dat wetenschappelijk onderzoek mee te financieren? Zult u daarvoor middelen vinden? Kunt u aan bijvoorbeeld CegeSoma vragen om een vooronderzoek op te starten, natuurlijk met financiële garanties die ze wel moeten hebben voor het eigenlijke onderzoek?

 

06.02 Staatssecretaris Thomas Dermine: Mevrouw Vanrobaeys, de onderzoeksprogramma's van BELSPO worden momenteel herzien. Binnen dit nieuwe kader zullen er opnieuw oproepen gelanceerd worden waarbij de federale wetenschappelijke instellingen projecten kunnen voorstellen.

 

Een historisch onderzoek naar de Belgisch-Duitse relatie na 1945 door de diensten van het Rijksarchief en/of door universiteiten, kan via deze programma’s perfect worden gefinancierd mits de voorgeschreven procedure wordt gevolgd. Ik wil niet vooruitlopen op het beslissingsproces, maar voornoemde onderzoeksprogramma’s bieden in principe concrete pistes om dergelijk academisch onderzoek vanaf 2024 te financieren.

 

Op mijn vraag heeft het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij CegeSoma, verbonden aan het Algemeen Rijksarchief, een vooronderzoek opgestart. Dit vooronderzoek concludeert dat een ruimer onderzoek naar de Belgisch-Duitse relatie na 1945, met inbegrip van mechanismen zoals Wiedergutmachung of dienstplichtigen voor de Wehrmacht uit de Oostkantons, lacunes in de huidige geschiedschrijving kan invullen. De vraag naar Duitse uitkeringen aan veroordeelde Belgische collaborateurs in het verleden kan daar deel van uit maken, maar enkel als er toegang wordt verleend tot Duitse archieven en persoonsgegevens. Het identificeren van de verschillende archieffondsen was eveneens onderdeel van dat vooronderzoek.

 

06.03  Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de staatssecretaris, dat biedt perspectieven. Het vooronderzoek is gebeurd en de aanvraag kan worden ingediend. Het is een belangrijke vraag. In het verleden zijn we van het kastje naar de muur gestuurd. Voor mij is het gewoon een kwestie van rechtvaardigheid. Dwangarbeiders zijn bijvoorbeeld nooit vergoed voor hun gedwongen tewerkstelling in Duitsland, terwijl collaborateurs wel altijd hebben kunnen rekenen op een pensioen.

 

Ik weet dat het gaat om een historische vraag, want de meeste betrokkenen zijn ondertussen overleden. Het is echter cruciaal dat we 80 jaar na die Tweede Wereldoorlog eindelijk de waarheid kennen, dat we daar helderheid over kunnen brengen. Dat is de enige manier – die Wiedergutmachung waarover u spreekt – om tot eerherstel te komen met betrekking tot dat verleden en om daar op een goede manier mee om te gaan.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitster: Vraag nr. 55040917C van de heer Delizée wordt omgezet in een schriftelijke vraag en vraag nr. 55040929C van de heer Delizée wordt uitgesteld tot een volgende vergadering.

 

07 Question de Guillaume Defossé à Thomas Dermine (Relance, Investissements stratégiques et Politique scientifique) sur "L'évolution du projet HOME" (55040931C)

07 Vraag van Guillaume Defossé aan Thomas Dermine (Relance, Strategische Investeringen en Wetenschapsbeleid) over "De stand van zaken met betrekking tot het HOME-onderzoeksproject" (55040931C)

 

07.01  Guillaume Defossé (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d'État, tout d’abord, je voudrais vous présenter mes excuses, en particulier à votre cabinet, puisque j’ai introduit ma question vraiment très tard hier. Elle a été acceptée malgré qu’elle soit arrivée à 11 h 10. Pourriez-vous transmettre mes excuses?

 

07.02  Thomas Dermine, secrétaire d'État: Votre politesse vous honore. Ils sont présents dans la salle.

 

07.03  Guillaume Defossé (Ecolo-Groen): Merci d’avoir pris le temps de répondre à la question même si elle est arrivée en retard.

 

Monsieur le secrétaire d'État, le projet HOME a permis de réaliser le tout premier inventaire des restes humains hébergés dans les collections belges publiques et privées. Ce recensement révèle que 30 000 individus minimum sont actuellement conservés dans 56 collections belges, en majorité dans des collections historiques et préhistoriques.

 

Dans leurs recommandations, les chercheurs préconisaient la mise en place d’un point focal pour gérer toutes les informations relatives à cette thématique et une modification de la loi pour faciliter le rapatriement des restes humains, seulement si ce retour est souhaité par les familles, communautés et/ou pays d’origine.

 

Monsieur le secrétaire d'État, je voudrais avoir un état des lieux sur la question aujourd'hui. Quelles sont les difficultés que vous rencontrez dans la suite du travail à réaliser? À quoi pensez-vous encore aboutir avant la fin de la législature?

 

07.04  Thomas Dermine, secrétaire d'État: Monsieur Defossé, c’est l’Institut royal des Sciences naturelles de Belgique qui a coordonné le projet HOME sur les restes humains, qui comptait également d’autres partenaires belges et internationaux.

 

J’ai chargé l’administration de Belspo de donner suite aux recommandations de ce projet de recherche qui avait pour objet d’étudier et d’évaluer le contexte historique, scientifique, légal et éthique des restes humains hébergés par les établissements scientifiques fédéraux belges ainsi que ceux hébergés dans d’autres collections publiques, universitaires et privées en Belgique.

 

Ils devront également prendre en compte l’avis du Comité de bioéthique. Le service juridique de Belspo prépare un projet de loi visant notamment à mieux respecter les restes humains, limiter leur commerce et faciliter leur rapatriement.

 

La direction générale Public et collections de Belspo – qui est en voie de constitution – se chargera de ces aspects. C’est entre autres à cette fin que cette DG a été créée.

 

Comme les rédacteurs du projet, je suis convaincu que le rapatriement des restes ancestraux peut contribuer à promouvoir la réconciliation entre pays et la résilience au sein des communautés. Le rapatriement de tous les restes humains historiques des collections fédérales en rapport direct avec le passé colonial de la Belgique doit être effectué sans condition si la demande en est faite. Il n’y a aucune difficulté particulière sinon que c’est un sujet complexe et sensible et que je veux donner le temps aux équipes de travailler avec soin et avec la plus grande diligence.

 

Pour rappel, il y a plusieurs demandes de rapatriement de restes humains qui sont conservés dans des établissements scientifiques fédéraux, par exemple un squelette de Tasmanie à l’Institut royal des Sciences naturelles de Belgique, des têtes d’origine maorie aux Musées royaux d’Art et d’Histoire et, plus récemment, le crâne du chef Lusinga au Congo qui est aujourd’hui au Musée royal d’Afrique centrale.

 

07.05  Guillaume Defossé (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie pour votre réponse. La raison pour laquelle j’ai rentré ma question trop tard est que je pensais que la réunion aurait lieu demain et non pas aujourd’hui.

 

Il est vrai que la question des restes humains est une réalité qui se retrouve aussi dans le privé. J’ai notamment introduit une proposition de loi visant à interdire explicitement le commerce des restes humains, parce que ce n’est pas encore le cas aujourd’hui. Il faut aussi trouver urgemment une solution pour les restes qui se retrouvent dans les mains des pouvoirs publics. On sait dans quelles conditions ces restes ont été ʺrécoltésʺ, si je puis utiliser ce terme, quand on parle en particulier de la période coloniale. Il faut donc rendre de la dignité au plus vite à ces personnes et à leurs descendants. Aucun d’entre nous ne serait ravi de savoir que son crâne, ses os ou un de ses organes séché se retrouve quelque part dans le tiroir d’un musée pour des années.

 

C’est la perpétuation d’une situation inacceptable et d’un système de domination violent et cruel. Faisons les choses bien mais faisons-les vite! J’entends que vous voulez donner le temps aux services pour avancer. Si je comprends bien, je dois en conclure que ce en sera pas encore sous cette législature-ci.

 

On espère que ce sera pour la prochaine législature et qu’on pourra quand même accélérer les choses.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

La réunion publique de commission est levée à 16 h 13.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.13 uur.