Commission chargée du contrôle de la mise en oeuvre
des lois du 27 mars 2020 habilitant le Roi à prendre des mesures de lutte
contre la propagation du coronavirus COVID-19 |
Commissie
belast met de controle op de uitvoering van de wetten van 27 maart 2020 die
machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen
de verspreiding van het coronavirus COVID-19 |
du Lundi 20 avril 2020 Après-midi ______ |
van Maandag 20 april 2020 Namiddag ______ |
De openbare commissievergadering wordt geopend om 14.03 uur en voorgezeten door de heer Servais Verherstraeten.
La réunion publique de commission est ouverte à 14 h 03 et présidée par M. Servais Verherstraeten.
01 De bijzondere machtenbesluiten betreffende Werkgelegenheid en Sociale Zaken:
- Koninklijk besluit nr. 5 van 9 april 2020 tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5°,van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II), met het oog op de aanpassing van bepaalde regels die van toepassing zijn in de land- en tuinbouwsector
- Gedachtewisseling met de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie en met de minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Armoedebestrijding, Gelijke Kansen en Personen met een beperking
- Toegevoegde vraag van Ellen Samyn aan Nathalie Muylle (Werk, Economie en Consumenten) over "De seizoenarbeiders" (55005029C)
01 Les arrêtés royaux de pouvoirs spéciaux en matière d'Emploi et des Affaires Sociales:
- Arrêté royal n° 5 du 9 avril 2020 pris en exécution de l'article 5, § 1, 5°, de la loi du 27 mars 2020 accordant des pouvoirs au Roi afin de prendre des mesures dans la lutte contre la propagation du coronavirus COVID-19 (II), en vue d'adapter certaines règles applicables dans les secteurs de l'agriculture et de l'horticulture
- Echange de vues avec la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, et de l'Asile et la Migration et avec la ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargée de la Lutte contre la pauvreté, de l'Egalité des chances et des Personnes handicapées
- Question jointe d'Ellen Samyn à Nathalie Muylle (Emploi, Économie et Consommateurs) sur "Les travailleurs saisonniers" (55005029C)
De voorzitter: Collega's, ik zal eerst het woord geven aan collega Samyn voor haar vraag met betrekking tot de seizoenarbeiders. Vervolgens zullen we iedere fractie, in volgorde van grootte, het woord geven.
01.01 Ellen Samyn (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, Belgische boeren trokken al meermaals aan de alarmbel omdat zij momenteel vanwege COVID-19 geen beroep kunnen doen op buitenlandse seizoensarbeiders. De federale overheid besliste daarom om het aantal dagen waarop een persoon kan werken als seizoenswerknemer voor het jaar 2020 te verdubbelen naar 130 dagen in plaats van 65. Daarnaast kunnen mensen die nu tijdelijk werkloos zijn aan de slag als gelegenheidswerknemers in de land- en tuinbouw met behoud van 75 % van hun uitkering.
Ondanks die maatregelen is die vitale sector nog niet gerustgesteld en zullen die maatregelen niet volstaan om de arbeidsbehoeften in te vullen. Niet alleen het binnenhalen van de oogst baart de boeren nog zorgen, ze moeten de oogst ook nog kunnen verkopen. Zo maakt de sector zich zorgen over de export van de producten naar het buitenland. Ook in het binnenland is de afname van bijvoorbeeld asperges verminderd door de sluiting van de horeca. Omdat oogsten geld kost en de landbouwers niet zeker zijn van een afzetmarkt wordt in sommige gevallen de oogst niet volledig binnengehaald.
Mevrouw de minister, de maatregel waarbij 75 % van de tijdelijke werkloosheidsuitkering gecumuleerd kan worden met een loon als seizoensarbeider is in principe van toepassing vanaf 1 april en wordt bekendgemaakt als reeds in voege zijnde. Toch lag die maatregel vorige week nog bij de Raad van State voor advies. Is dat advies al uitgebracht of wanneer verwacht u dat? Wanneer treedt die maatregel effectief in werking? Gebeurt dat eventueel met terugwerkende kracht?
Als de Raad van State een negatief advies uitbrengt, wordt dat dan gevolgd? Was de uitgebrachte communicatie mogelijk voorbarig? Zal de regering eventueel eenzijdig beslissen om die maatregel toch uit te voeren?
Indien de maatregel toch niet wordt uitgevoerd, maar technisch werklozen al aan de slag zijn in de sector, dreigen zij hun uitkering voor technische werkloosheid dan niet te verliezen?
Kan de landbouwers gegarandeerd worden dat zij voor hun oogst een voldoende hoge prijs ontvangen en indien niet, dat er een compensatie komt als zij hun oogst niet kwijtraken, zodat gemaakte investeringen terugbetaald kunnen worden?
In de Europese concurrentiestrijd om zoveel mogelijk seizoensarbeiders ter plaatse te krijgen, werden er door Duitse landbouwers kennelijk reeds vliegtuigen gecharterd. De media maakt er gewag van dat onze landbouwers dat eventueel ook willen doen. Acht u dat plausibel?
Hoe dienen de veiligheidsmaatregelen, zoals social distancing, voor de seizoensarbeiders te worden toegepast? Indien buitenlandse arbeiders naar hier gehaald worden, lijkt een eerste voorwaarde mij uiteraard dat zij voorafgaandelijk in hun land van herkomst getest worden en desgevallend opnieuw bij hun aankomst hier.
Over de verblijfplaats, als blijkt dat landbouwers ter plaatse niet onmiddellijk kunnen instaan voor veilige opvang, zal de FOD Economie dan mee naar een oplossing zoeken, bijvoorbeeld door vakantieparken op te eisen en wooncontainers ter beschikking te stellen?
01.02 Sophie Thémont (PS): Monsieur le président, mesdames les ministres, la question des travailleurs saisonniers me préoccupe également. Je ne reviendrai pas sur le nombre de personnes concernées puisque nous le connaissons.
La crise actuelle empêche les travailleurs saisonniers de remplir leur tâche, car beaucoup sont bloqués à l'étranger, et met par conséquent en péril les récoltes de nos agriculteurs. Or, d'ici quelques semaines, nous savons qu'elles vont s'intensifier. J'entends la nécessité d'offrir des jours de travail supplémentaires aux saisonniers étrangers déjà présents sur le territoire. De même, je comprends les mesures d'assouplissement qui ont été décidées. Néanmoins, je m'interroge à certains égards.
Le travail saisonnier fonctionne par pics, au gré des récoltes et des saisons. Dès lors, quelle est l'utilité du doublement temporaire des contingents de travailleurs occasionnels dans ce secteur?
À ce titre, Alain Detemmerman, co-président de la FGTB (branche HORVAL) rappelait récemment dans la presse que "s'il faut 20 000 personnes pour ramasser des pommes et des poires et qu'on n'en dispose que de 10 000, les fruits ne vont pas rester sur l'arbre deux semaines de plus, le temps que le travail soit terminé". Je m'interroge donc sur l'apport et la réelle utilité de ce point de l'arrêté.
Une alternative consisterait à engager de la main-d'œuvre belge. Il s'agit de trouver des solutions ponctuelles dans le climat particulier de la crise du COVID-19. En effet, on note aussi un déficit de la main-d'œuvre qui provient en majorité des pays étrangers: 80 % des travailleurs saisonniers proviennent d'autres pays. Dès lors, pourquoi ne pas se pencher davantage sur la main-d'œuvre belge, laquelle représente aujourd'hui 20 % en période normale? Vous savez que le manque à combler est criant et que le temps est compté.
Aujourd'hui, une partie de la population est à l'arrêt voire en recherche d'une activité professionnelle. C'est le cas de nombreuses personnes mises en chômage temporaire. Je pense aussi à ces jobistes de l'horeca qui se retrouvent aujourd'hui sans revenu. Ils pourraient trouver une solution dans le travail saisonnier. Cette piste a-t-elle été envisagée?
Enfin, je voudrais souligner que malgré cette urgence, nous resterons attentifs à la durée dans le temps de ces modifications parce qu'il s'agit ici de mesures exceptionnelles liées à un contexte qui l'est tout autant. Il est donc impératif que cet arrêté soit limité à la crise et prenne fin en décembre 2020. Comme on l'a rappelé à maintes reprises, la concertation sociale est un élément important et je déplore une fois encore ici le manque de dialogue avec les secteurs concernés.
De voorzitter: Ik had collega Houtmeyers voor de N-VA over het hoofd gezien, waarvoor mijn verontschuldigingen.
01.03 Katrien Houtmeyers (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik zal het kort houden. Ook wij wensen de maatregel om het gelegenheidswerk uit te breiden, ten volle te steunen. Wij zijn ervan overtuigd dat aanvullende maatregelen voor studenten en tijdelijk werklozen dringend nodig zijn, anders komen wij in grote problemen terecht. Vandaar ook de vraag wanneer we de publicatie hiervan mogen verwachten.
Nog een klein puntje. We moeten er zeker en vast op toezien dat er geen misbruik wordt gemaakt van de technische werkloosheid, zoals we afgelopen weekend in de kranten hebben kunnen lezen. Ten slotte kan ik enkel hopen dat de heropening van onze maatschappij ordentelijker zal verlopen dan wat we vorige week hebben gezien, ook inzake communicatie en duidelijkheid.
01.04 Isabelle Galant (MR): Monsieur le président, madame la ministre, nous soutenons évidemment cette proposition. Nous savons que ce secteur est fort demandeur. Je me pose une seule question: si cela concerne bien tous les fruits, la récolte des fraises est-elle prévue également?
01.05 Maggie De Block, ministre: Oui, elle est prévue.
01.06 Isabelle Galant (MR): C'est parfait.
01.07 Bercy Slegers (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij juichen de versoepeling van de regels voor de land- en tuinbouwsector vanaf begin april toe. Die versoepeling is heel welkom. De buitenlandse werkkrachten konden hier immers heel moeilijk geraken of hadden ervoor gekozen om op tijd naar huis te gaan. Groenten en fruit gaan niet in quarantaine en blijven groeien, dus als we de helpende handen waarover we beschikken beter en langer kunnen inzetten, is dat een grote troef, waarvoor dank.
Ik heb twee vragen bij het volmachtenbesluit. Ten eerste, de regeling is beperkt in de tijd en eindigt eind 2020. Er was in de commissie reeds een aantal wetsvoorstellen in behandeling, ook van CD&V. Wij hadden die beperking in de tijd niet ingecalculeerd. Waarom werd deze maatregel beperkt in de tijd? Kan dat eventueel nog worden aangepast mocht dat nodig blijken?
Ten tweede, kunnen er nog meer inspanningen worden geleverd om de match tussen vraag en aanbod te verbeteren? Ik verklaar mij nader. Er werd een aantal versoepelingen aangekondigd. Die werken wel, maar op het terrein zijn er nog arbeidskrachten nodig. Mensen die al naar de landbouwers hadden gebeld vóór de versoepeling inging, bellen nu niet meer terug om het werk te doen dat ze nu wel kunnen doen. Dat is een signaal dat ons vanuit de sector bereikt. Misschien kan er wat meer sensibilisering gebeuren of positieve reclame worden gemaakt over de versoepelingen die werden beslist zodat nog meer mensen opnieuw aan de slag zouden gaan.
01.08 Evita Willaert (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijn excuses, ik kreeg een belangrijk telefoontje dat ik ook moest afhandelen.
Er zijn een aantal belangrijke beslissingen genomen om ervoor te zorgen dat er genoeg mensen zijn om de komende weken het fruit en de groenten te oogsten en om ervoor te zorgen dat er geen voedseltekorten zijn en de lokale producten niet verloren gaan.
Dan wil ik ook nog iets zeggen over de uitbreiding van het contingent in de fruitteelt van 65 naar 100 dagen en de verdubbeling die daar bovenop komt. Dit maakt deel uit van een wetsvoorstel dat al door CD&V was ingediend en in bespreking was in de commissie voor Sociale Zaken, na een sectorakkoord. Voor ons is het belangrijk dat dit terugkomt. De vraag was of dit zou worden uitgebreid naar het zachte fruit. Het akkoord ging immers over het harde fruit. Zal men die uitbreiding van 65 naar 100 dagen behouden? Dat zullen wij in de commissie nog verder moeten bespreken.
Voor ons is de tijdelijkheid van de maatregelen die nu genomen zijn heel belangrijk. Omdat we met bijzondere machten zitten, is dat ook logisch.
In de algemene regeling, als iemand werkloos is en seizoensarbeider wordt, dan verliest die persoon zijn uitkering. De regering heeft de mogelijkheid aangekondigd om voor tijdelijk werkloze werknemers op een flexibele manier en zonder inkomensverlies in de tuin- en bosbouwsector te werken. Wat is de stand van zaken van het KB?
Waarom staat men dit uitzonderlijke karakter niet toe voor de klassieke werklozen, de mensen die al werkloos waren? Er is een verschil in behandeling tussen mensen die als tijdelijke werkloze als seizoensarbeider zullen werken en de gewone werklozen die wel hun uitkering zouden verliezen.
Hoe verantwoordt de regering dat verschil in behandeling?
Zoals ik al opmerkte, is het voor ons heel belangrijk dat in deze maar ook in andere maatregelen die nog op tafel liggen – wij zijn zeker voorstander van het voorstel om tijdelijk werklozen de kans te geven in essentiële sectoren te werken, waar hun handen nodig zijn –, men blijft kijken naar de klassieke arbeidsreserve, dus naar de mensen die al eerder werkloos waren, en ook hen de kans te geven hun inkomen te verhogen en arbeidservaring op te doen.
Heeft minister Muylle daarover al expliciet overlegd met de deelstaatministers? Het is immers aan de deelstaatministers om mensen die voordien al werkloos waren, ook toe te leiden naar jobs die nu moeten worden ingevuld.
Ik vroeg mij ook af of u een stand van zaken kan geven van het aangekondigde koninklijk besluit over de bevriezing van de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen. In welk stadium zit dat koninklijk besluit ongeveer? Daarmee gepaard gaan ook de initiatieven rond de inschakelinguitkering en het kunstenaarsstatuut.
Ik had ook nog een vraag over het volgende. Het is, enerzijds, heel belangrijk dat zal worden gecontroleerd of de sanitaire regels worden nageleefd, ook op akkers en in fruitgaarden. Vorige week is er, vooral op twitter, commotie geweest over het nieuws dat een groot deel van de gecontroleerde bedrijven een waarschuwing heeft gekregen. Wij hebben altijd aangegeven dat de meeste werkgevers de regels zeker naleven en dat wij daarvan uitgaan. Het is echter belangrijk dat, waar dat niet gebeurt, er snel kan worden opgetreden.
Sindsdien blijven de verhalen tot bij mij komen over problemen op de arbeidsvloer. Ik merk dat vooral werknemers die niet zijn gesyndiceerd, moeilijk hun weg vinden, om een en ander aan te klagen, waarna zij soms wel bijzondere antwoorden van de federale dienst Toezicht Welzijn op het Werk krijgen. Zij vinden dus niet echt gehoor bij die dienst.
Ik zal daarover nog een afzonderlijke vraag indienen. Ik wil alleen aangeven dat het ook eerder kwetsbare mensen kunnen zijn die deze jobs gaan invullen en dat men daar dus aandacht voor moet hebben.
Aan de andere kant moet wat er in dit KB is opgenomen om sociale dumping te vermijden en de verdringing van reguliere banen tegen te gaan ook worden nageleefd. Er staan maatregelen in het KB die daaraan moeten voldoen en wij vragen heel duidelijk dat men erop zou toezien dat ze ook nageleefd worden.
Heeft de minister gehoord of men momenteel op het terrein al voldoende arbeidskrachten vindt? Dit weekend hoorde men eerst dat tijdelijk werklozen hun uitkering zouden verliezen en daarna zou dat dan weer niet gebeuren. Blijkbaar bellen die mensen dan niet terug naar de plaatsen waar er werk is. Mevrouw de minister, weet u in hoeverre men die jobs op het terrein momenteel kan invullen?
01.09 Meryame Kitir (sp.a): De sp.a kan instemmen met de voorgestelde tijdelijke verdubbeling van het maximale aantal uren gelegenheidsarbeid voor 2020. Ik sluit mij verder aan bij de vragen van collega Willaert.
Mevrouw de minister, waarom wordt er een onderscheid gemaakt tussen mensen met tijdelijke werkloosheid en gewone werklozen? Ten tweede, hoe wordt het voor de mensen met tijdelijke werkloosheid geregeld opdat zij hun uitkering niet verliezen?
Dat zijn mijn vragen, maar wij kunnen verder instemmen met dit voorstel.
01.10 Thierry Warmoes (PVDA-PTB): Monsieur le président, mesdames les ministres, il est clair que le secteur qui manque de main-d'œuvre attend cet arrêté royal avec beaucoup d'impatience. Il était donc nécessaire d'assouplir les conditions pour l'engagement de travailleurs saisonniers afin de ne pas laisser les cultures fruitières et agricoles pourrir sur place.
Cela dit, comme dans notre pays, une grande partie des récoltes est exportée, il faut que les surplus puissent être offerts aux banques alimentaires. Les besoins sont grands et les demandes de colis alimentaires, notamment au niveau des CPAS, sont croissantes.
Contrairement à d'autres, nous pensons qu'il est essentiel que l'application de cette mesure soit limitée à la durée de la crise et ne devienne pas définitive. Je pense d'ailleurs que cela va dans le sens d'une recommandation du Conseil d'État. Il faut, en effet, que cette mesure soit limitée dans le temps et ne soit applicable que jusqu'à la fin de l'année.
Il nous revient que cette matière avait déjà fait l'objet d'une proposition de loi de l'Open Vld. Je sais qu'il existe aussi une proposition de loi du CD&V, mais les deux propositions ne sont pas concordantes. Quoi qu'il en soit, selon nous, un problème ne se pose que durant cette période de crise sanitaire.
Il y a quelques mois, un accord est intervenu, suite à la concertation sociale qui avait été organisée dans le secteur horticole. C'est ainsi qu'un arrêté royal visant le doublement du nombre de jours a été pris. Aujourd'hui, l'arrêté royal vise à faire passer le nombre de jours de 65 à 100 jours pour le secteur fruitier. Avec le doublement du nombre de jours, le nombre de jours passe donc à 200 jours pour cette année.
Cependant, l'accord intervenu précédemment stipulait bien qu'il ne s'appliquait qu'à la culture des pommes et des poires. Or, dans ce cas, la mesure prise est étendue à l'ensemble du secteur fruitier. Cela ne nous semble pas correct. Je pense d'ailleurs que les organisations syndicales sont opposées à ce que cette mesure soit étendue à tout le secteur. On a parlé, tout à l'heure, de la culture des fraises.
Je voudrais savoir pourquoi on a intégré dans cet arrêté royal qui vise le doublement du nombre de jours, le passage du nombre de jours de travail occasionnel de 65 à 100 jours, ce pour tout le secteur fruitier.
Je voudrais également savoir si, par rapport à cela, une concertation sociale spécifique a eu lieu.
À l'avenir, il faudrait pouvoir disposer d'une étude sur l'utilité de la main-d'œuvre saisonnière et lier ces demandes à des productions plus durables et plus locales car, aujourd'hui, ce sont souvent des productions industrielles à destination des marchés mondiaux où les prix sont bas. Or on sait très bien que le secteur fruitier connaît de grandes difficultés à cause de cela. La situation actuelle avec les problèmes d'exportation montre toute la vulnérabilité de ces cultures. À l'avenir, il faut plus s'orienter vers des productions alimentaires à valeur ajoutée plus durables pour les marchés locaux. C'est une réflexion à plus long terme. Voici donc, monsieur le président, ce que le PTB avait à dire.
01.11 Catherine Fonck (cdH): Monsieur le président, mesdames les ministres, mon intervention sera très rapide. Nous soutenons évidemment les mesures d'assouplissement qui ont été prises. J'ai toutefois deux questions, même si l'information a déjà été en partie diffusée dans la presse.
D'une part, on se rend compte que, du côté des producteurs et des agriculteurs, il y a parfois une véritable urgence à disposer de main-d'œuvre supplémentaire. Et la rencontre entre ceux qui sont prêts à travailler et ceux qui sont en attente de main-d'œuvre ne se fait pas toujours. Quels canaux d'information supplémentaires le gouvernement utilisera-t-il pour faire en sorte que les producteurs et agriculteurs puissent disposer le plus rapidement possible de main-d'œuvre supplémentaire?
D'autre part, compte tenu de la fermeture de l'horeca, une partie des récoltes risque de ne pas être vendue. Certains circuits courts ont été mis en place pour aller véritablement du producteur au consommateur. Mais ce n'est pas faisable partout et, surtout, il n'y a pas de soutien pour que ce soit réalisé de manière plus large. Le gouvernement envisage-t-il des aides, un soutien ou une logistique particulière pour justement permettre de développer une vente alternative et éviter ainsi qu'une partie de la production ne soit pas vendue?
01.12 Barbara Pas (VB): Mijnheer de voorzitter, aansluitend op de terechte vragen van collega Samyn heb ik nog enkele concrete vragen over het KB.
In het KB zelf wordt er voortdurend gesproken over de fruitteelt in het algemeen, maar er wordt zeer weinig gezegd over arbeidskrachten in de groenteteelt. Men heeft het wel terecht over specifieke maatregelen in de witlofteelt, de champignonteelt enzovoort, maar er wordt niet gesproken over de groenteteelt in het algemeen. Wat is daarvoor de reden? Men spreekt bijvoorbeeld over een Werkgroep Fruitteelt opgericht binnen het paritair comité voor het tuinbouwbedrijf, maar zijn de maatregelen voor bedrijven die enkel of vooral met groenteteelt bezig zijn – algemeen of specifiek, bijvoorbeeld in tomaten, asperges, noem maar op – dezelfde als die voor de fruitteelt? Daar wil ik graag meer duidelijkheid over.
Ik heb daarnaast een tweede vraag over een zaak die al aan bod is gekomen. Ik begrijp zeer goed dat men met dit KB de seizoensarbeiders hier wil houden om de tuin- en landbouwsector te ondersteunen, maar er zijn nu zeer veel tijdelijk werklozen. Collega Erik Gilissen heeft in de commissie voor Economie al aangekaart hoe men hen kan inschakelen om de tekorten aan arbeidskrachten in de landbouw te helpen opvangen. Toen hebt u, minister Muylle, gesproken over een platform waarmee zij ingeschakeld zouden kunnen worden. Ik zou daarover graag wat meer toelichting krijgen. Hoe functioneert dat en functioneert het naar behoren? Zijn er voldoende aanbiedingen via dat platform?
Ten slotte, mijnheer de voorzitter, sta mij toe dat ik de link maak met de opening van de tuincentra, ook al was dat via een ministerieel besluit. Behalve het feit dat dit ministerieel besluit er veel te laat was en dat alles veel te laat werd gecommuniceerd, kan men, in de context van dit KB, toelichten wat de logica is achter het onderscheid dat men maakt tussen de grote tuincentra en de speciaalzaken, de siertelers en de bloemisten, die wel nog dicht moeten blijven en die evengoed tuinproducten verkopen?
Graag wil ik weten welke logica die beslissing kan verklaren. Die maatregel is immers niet altijd even duidelijk. Ook de communicatie ervan was een regelrechte ramp, maar dat is een discussie die wij elders moeten voeren. Onduidelijkheid was in elk geval troef. Ik ben zeer benieuwd naar de antwoorden op mijn andere concrete vragen.
De voorzitter: Uw laatste vraag is zeer interessant. Uw laatste opmerking, volgend op uw vraag, is ook terecht. Het gaat niet om een volmachtbesluit maar om een ministerieel besluit binnen de bevoegdheden, waarvoor de respectievelijke commissies bevoegd zijn.
01.13 Minister Nathalie Muylle: Mijnheer de voorzitter, collega's, mevrouw Samyn, ik zal straks een antwoord geven op uw specifieke vragen. Heel veel globale vragen zak ik echter beantwoorden in een globale uiteenzetting.
De regering heeft maatregelen willen nemen voor de sector. Wij hebben dat willen doen aan de hand van twee instrumenten, namelijk maatregelen die in een volmachten-KB terechtgekomen zijn en hier vandaag ter bespreking voorliggen en bijkomende maatregelen die genomen worden door een gewoon koninklijk besluit. De reden voor dat laatste is, en zeker de leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken weten dat, dat de minister van Werk maatregelen kan nemen in het kader van werkloosheid met een gewoon koninklijk besluit en dat daarvoor geen volmachten-KB nodig is.
De maatregelen met betrekking tot tijdelijke tewerkstelling voor tijdelijk werklozen aan 75 % voor de land- en tuinbouw zijn opgenomen in een gewoon koninklijk besluit. Dit koninklijk besluit bevat ook de maatregelen inzake het statuut van de artiesten en de degressiviteit van de werkloosheid. Na overleg met de sociale partners en de tien partijen werd dit vorige week naar de Raad van State verzonden, met hoogdringendheid, dus vijf dagen. Wij verwachten vandaag of morgen de beslissing daaromtrent.
We hebben enkele vragen om uitleg gesteld, die veeleer van technische aard waren. Wij gaan ervan uit dat we dat koninklijk besluit nog deze week in het Belgisch Staatsblad, zodra het terug is van de Raad van State, zullen kunnen publiceren. Het treedt in werking met terugwerkende kracht vanaf 1 april.
In het volmachten-KB hier gaat het over de verdubbeling van de quota in het kader van de plukkaart: het aantal toegelaten seizoenarbeidsdagen gaat voor de landbouw van 30 naar 60 dagen, voor de tuinbouw van 65 naar 130 dagen en voor de champignon- en witloofteelt van 100 naar 200 dagen. Voorts worden de nieuwe quota voor de sector van zowel het zacht als het hard fruit van 100 dagen opgetrokken naar 200 dagen.
Mevrouw Pas vroeg waarom er in het volmachten-KB vooral wordt gesproken over de fruitsector. Dat heeft er vooral mee te maken dat in het volmachten-KB nieuwe maatregelen voor de fruitsector worden opgenomen. Zo verdubbelen we de quota voor een korte periode, enkel voor 2020, naar aanleiding van de COVID-19-crisis. Daarnaast geven we in het volmachten-KB ook uitvoering aan het sociaal akkoord dat begin dit jaar werd gesloten in de land- en tuinbouw.
Twee maatregelen van dat sociaal akkoord worden hierin opgenomen.
Ten eerste, een arbeider mag alleen als seizoenarbeider worden tewerkgesteld in een bedrijf, als hij 180 dagen voordien niet met een vast contract voor dat bedrijf heeft gewerkt.
Ten tweede geven wij in het besluit uitvoering aan de overeengekomen uitbreiding van het quotum naar aanleiding van de exportproblemen van de perensector in ons land van 65 dagen naar 100 dagen voor het hard fruit. Bovendien voegen wij daar voor dit jaar de sector van het zacht fruit aan toe, omdat er bijvoorbeeld in de aardbeiensector, een grote vraag is naar voldoende arbeidskrachten.
Ik wil daarover heel duidelijk zijn, het volmachten-KB regelt een tijdelijke situatie, wat betekent dat de verdubbeling van de quota enkel voor 2020 geldt. De bijkomende maatregelen in verband met het quotum van 180 dagen en ook de maatregelen voor de sector van het zacht en het hard fruit vervallen dus na dit jaar. Dat betekent dat de wetgevende initiatieven van verschillende partijen die momenteel in het Parlement voorliggen, ook best een vervolg krijgen. Dan kan men een definitieve regeling krijgen voor de fruitsector en het quotum van 180 dagen vanaf 2021. Het Parlement zal in de komende weken en maanden dus zeker zijn rol kunnen spelen met betrekking tot de maatregelen voor na 2020. Bij de heropstart zullen we de noden van de sector ook beter kunnen evalueren, wat belangrijk zal zijn voor de regeling voor 2021.
Ik laat mevrouw Thémont opmerken dat we met het koninklijk besluit uitvoering geven aan een sociaal akkoord in de sector.
Nous avons eu de nombreuses concertations avec les partenaires sociaux au sujet de l'accord conclu au début de cette année. De même, madame Thémont, l'arrêté royal de pouvoirs spéciaux a été expliqué à plusieurs reprises au sein du groupe des Dix, aux partenaires sociaux. Dire que nous n'avons pas organisé de concertation sociale, c'est inexact. Nous avons eu beaucoup d'informations et de concertations avec les partenaires sociaux à ce sujet.
Er werd gevraagd of men de komende weken wel voldoende mensen zal vinden om dat werk te kunnen doen. Arbeidsbemiddeling vormt daarin een belangrijk aspect en is een regionale bevoegdheid. Er werd daarover de voorbije weken veel overleg met de regio's gepleegd.
In Vlaanderen heeft de VDAB op zijn website een platform gelanceerd om mensen te vinden die kunnen helpen met de oogst. Men kan zich al sinds vorige week registreren om in die sector te worden tewerkgesteld.
Het klopt dat wij momenteel over ongeveer 8.000 buitenlandse seizoensarbeiders beschikken. Dankzij de verdubbeling van de quota kunnen zij hier blijven, maar het is ook belangrijk om de komende weken 15.000 tot 20.000 mensen extra te kunnen inzetten. Wij willen daartoe nog een oproep lanceren, maar de regio's spelen vandaag de rol die ze moeten spelen.
Wij moeten ook nagaan of wij studenten de komende weken kunnen stimuleren om in die sectoren aan het werk te gaan. De combinatie van studentenarbeid met seizoensarbeid is immers mogelijk. Het is belangrijk om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen.
Wat de vraag van mevrouw Samyn betreft, in sommige sectoren vertrekken de buitenlandse arbeiders tijdens de winterperiode en komen zij in het voorjaar terug. Opdat de buitenlandse seizoenarbeiders, vooral uit Roemenië en Polen, de komende maanden zouden kunnen terugkomen, worden er in samenwerking met Buitenlandse Zaken, volop gesprekken gevoerd om hun doorgang te kunnen verzekeren. Er is de vraag of er gezamenlijk transport kan worden ingezet om hen naar hier te halen. Wij hopen daar de komende dagen een doorbraak te realiseren. Maar ook de bouw- en de land- en tuinbouwsectoren van Duitsland zijn vragende partij voor extra arbeidskrachten.
Wij vangen signalen op dat men wel eens zou proberen die arbeidskrachten, die Duitsland moeten doorkruisen, zal proberen te verleiden om daar te blijven en de doorsteek naar België niet te maken. Wij moeten met die mogelijkheid rekening houden, ook al hebben we moeilijk vat op dat proces.
Wat de eventuele quarantainemaatregelen betreft, mijn collega is daar veel meer in onderlegd. Ik voel mij sterk ondersteund door haar op dat vlak en zal mij niet wagen aan uitleg ter zake; die zal zij zeker voor haar rekening nemen. Hoe dan ook is het belangrijk om ervoor te zorgen dat buitenlandse seizoensarbeiders hierheen kunnen komen.
Er waren ook verschillende vragen over de tijdelijk werklozen. Laat het duidelijk zijn: wie voor de crisis al werkloos was, kon al seizoensarbeid verrichten. De VDAB motiveerde werklozen voordien al en doet dat nog om te werken in de land- en tuinbouw, en niet alleen als seizoenarbeider, maar als reguliere werknemer.
Vandaag tellen wij 400.000 werklozen en 1,3 miljoen werknemers in tijdelijke werkloosheid. Wij willen de piek van de 15.000 tot 20.000 extra handen die wij enkele weken nodig hebben, vooral bij hen vinden. We voelden ook duidelijk aan dat er een aanmoediging voor de tijdelijke werklozen nodig was om in die sectoren in te stappen. De bedoeling van de tewerkstelling van werklozen is nog altijd activering met zicht op langdurige inschakeling op de arbeidsmarkt, terwijl de inschakeling van de tijdelijke werklozen heel duidelijk gaat over een tijdelijke situatie.
Mevrouw Samyn vroeg wat met de inwerkingtreding van het koninklijk besluit gezien de vraag om advies van de Raad van State. Welnu, voor zowel het gewone koninklijk besluit als voor het volmachtenbesluit geldt als datum 10 april 2020 en wij hopen tot de publicatie te kunnen overgaan, zodra wij het advies van de Raad van State hebben ontvangen, wellicht vandaag of morgen. Beide besluiten werden trouwens op hetzelfde moment aan de Raad van State voorgelegd.
Wat de sectorsteun betreft, een vraag van zowel mevrouw Samyn als mevrouw Fonck, minister Ducarme lichtte vorige week al toe dat er op Europees niveau ingegaan werd op de aard van mogelijke sectorsteun, waar de land- en tuinbouw vragende partij voor zijn. Het komt aan de regionale ministers van Landbouw, die ter zake bevoegd zijn, toe om de steunmaatregelen voor die sectoren uit te werken.
Er werd ook naar maatregelen gevraagd voor landbouwers met liquiditeitsproblemen. De Gewesten hebben daarvoor waarborgregelingen uitgewerkt. Zo is er in Vlaanderen een overheidswaarborg van 80 % met een maximumlooptijd van drie jaar voor maximaal 770.000 euro.
Alle andere maatregelen, zoals het uitstel van betalingen van sociale bijdragen, waarover mijn collega zeker nog meer zal vertellen, gelden ook voor landbouwers. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor de hinderpremies en het overbruggingsrecht lopen ook voor landbouwers en zelfstandigen.
U stelde ook een vraag over extra buitenlandse arbeidskrachten. Mijn antwoord bestaat uit drie delen. Wie hier is, houden we langer aan het werk via de quotaregeling. Via de tijdelijke werkloosheid op korte termijn en de studentenarbeid hebben we in de komende weken eveneens extra handen. Via het Europese niveau proberen we nog seizoensarbeiders naar ons land te halen.
In het koninklijk besluit is heel duidelijk opgenomen dat wanneer een land- of tuinbouwbedrijf niet in plaats kan voorzien, er ook geen tewerkstelling mogelijk is. De land- en tuinbouwers zijn dus ook verantwoordelijk voor de huisvesting van de arbeiders, overeenkomstig de geldende decreten.
Daarmee heb ik een eerste ronde van antwoorden gegeven. Ik ben ervan overtuigd dat collega-minister De Block nog heel wat elementen toe te voegen heeft.
01.14 Minister Maggie De Block: Collega Muylle, u verwent mij, want u hebt al heel veel aangehaald.
De voorzitter: Mevrouw de minister, als u het mij toestaat, onderbreek ik u even. Collega Flahaut heeft nog twee tussenvragen die ook met uw bevoegdheden te maken hebben.
01.15 André Flahaut (PS): Madame la ministre, j'ai entendu la réponse évoquant les difficultés d'accès à la main-d'œuvre, etc. Je poserai une question à laquelle vous n'aurez peut-être pas de réponse, mais qui me semble relever du bon sens. J'essaie toujours d'avoir les deux pieds sur terre. A-t-on pensé à procurer une occupation à toutes les personnes qui se trouvent par exemple dans les centres Fedasil? À côté de cela, il reste toute la problématique du travail intérimaire. Une série de personnes aujourd'hui sont dans les fichiers des agences d'intérim. Ces dernières n'ont plus la possibilité de leur offrir des emplois temporaires. Or, il y a là un secteur qui pourrait, de façon temporaire, fournir une occupation. Voilà deux questions complémentaires.
01.16 Nathalie Muylle, ministre: Je vous répondrai rapidement que les intérimaires y sont inclus. C'est dans un autre arrêté de pouvoirs spéciaux, mais ils sont inclus dans les mesures. Quant à Fedasil, c'est ma collègue qui vous répondra.
01.17 Minister Maggie De Block: Mijnheer de voorzitter, er werd mij gevraagd of die mensen in quarantaine moeten. Daarvoor werd een advies aan de CELEVAL gevraagd. Dat zal er eerstdaags komen. Er is bezorgdheid over de seizoensarbeiders die door Duitsland of Frankrijk moeten. Daarover is er een advies geweest van de Single Market Enforcement Task Force, die door de Europese Commissie werd opgericht. Volgens het advies moeten seizoensarbeiders de grenzen kunnen overgaan, maar de algemene regels inzake hygiëne en afstand houden moeten worden gerespecteerd. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, maar dat zijn de voorwaarden waarop zij de grens kunnen oversteken.
Voor de studenten is er inderdaad ook een KB, dat nu bij de Raad van State ligt. Studenten kunnen ook worden ingeschakeld voor dat soort werk. Het is dan ook belangrijk om de quota te verhogen. Het lijkt misschien eenvoudig werk, maar dat is het niet, zeker niet voor mensen die dat voor het eerst doen. Onder meer om fruit te plukken zonder dat het beschadigd wordt, is een zekere handigheid en stielkennis nodig, vandaar het belang om mensen die het werk al kennen meer uren te geven. Zij kunnen dan hun kennis overdragen aan nieuwe mensen, zoals studenten en asielzoekers die hier al een tijdje zijn of die zich in de asielcentra bevinden.
Ook voor de land- en tuinbouw, meestal zelfstandigen, zijn de maatregelen omtrent uitstel van sociale bijdragen mogelijk, als hun inkomsten terugvallen op 65 % van wat zij vroeger haalden. Zij moeten dat uitstel zelf aanvragen. Als zij dat niet hebben gedaan en zij komen toch in financiële moeilijkheden, dan kan er met de RSZ toch een afbetalingsplan zonder intresten worden overeengekomen. Dat zijn allemaal tijdelijke maatregelen die ervoor moeten zorgen dat er zo weinig mogelijk mensen in de problemen komen in die belangrijke sectoren, belangrijk voor ons, maar ook voor die mensen zelf.
Minister Muylle heeft al geantwoord over de contingentering. Er was een sociaal akkoord, maar alleen over appelen en peren, heb ik begrepen. Nu gaat het natuurlijk over andere oogsten, momenteel komen de aardbeien eraan. Daarom hebben wij het akkoord tijdelijk doorgetrokken, maar de onderhandelingen over sociale akkoorden lopen verder en ook wetgevende initiatieven in de Kamer kunnen wat dat betreft worden voortgezet, want dit stopt aan het einde van dit jaar en dan moeten wij op iets anders kunnen terugvallen. Na elke winter komen er immers een lente en een zomer en voor de volgende oogsten is het zeker nodig om daaraan verder te werken. Daar zijn wij het allemaal over eens.
Op de werkvloer moeten nu nog maatregelen worden genomen omtrent afstand houden. Wij zullen zien wat er in een verdere fase gebeurt. De Nationale Veiligheidsraad moet dat uitmaken, maar nu moeten maatregelen worden genomen omtrent afstand houden en hygiëne. De arbeidsinspectie zal daarop toezien, zoals zij ook op andere zaken toeziet. De functie van onze inspecteurs is dus wat dat betreft verruimd.
De voorzitter: Collega's, dan geef ik nu het woord voor de replieken.
01.18 Sophie Thémont (PS): Monsieur le président, j'ai bien entendu que cet arrêté avait une durée limitée. Je suis rassurée d'entendre que le travail des étudiants est possible dans cette situation, même si cela reste un peu abstrait.
En ce qui concerne la concertation sociale, elle doit se faire aussi au sein de l'entreprise et pas seulement au sein du groupe des Dix.
01.19 Ellen Samyn (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister van Werk, mevrouw de minister van Sociale Zaken, de financiële impact door het coronavirus op de landbouwsector is groot. De reeds genomen maatregelen voor deze vitale sector zijn reeds een goed begin, maar er is meer nodig, ook in de toekomst.
Ik kom terug op mijn laatste vraag over de gezondheidsmaatregelen en social distancing tussen de buitenlandse seizoensarbeiders. Uit het antwoord verneem ik dat indien de landbouwer zelf niet kan instaan voor een veilig verblijfsaanbod voor de seizoensarbeiders, deze ook niet kunnen starten. Ik herhaal dat hierover nagedacht moet worden en dat desgevallend de FOD Economie in een verblijfsaanbod moet kunnen voorzien. Wat Fedasil kan voor asielzoekers, moet de FOD Economie ook kunnen voor seizoensarbeiders, namelijk het opeisen van vakantieparken of het plaatsen van extra wooncontainers. Het kan niet dat seizoensarbeiders hier ongetest aankomen en hier in stapelbedden of gemeenschappelijke ruimten moeten vertoeven.
De Boerenbond maakt zich zorgen over het feit dat de krachten met ervaring nu in het buitenland zitten. De overheid moet ervoor zorgen dat in de toekomst de ervaren krachten ook in ons land zitten, voor de seizoenspluk en het steken van asperges bijvoorbeeld. Na deze crisis moet er zeker eens nagedacht worden over het arbeidsaanbod in de land- en tuinbouw. Ik weet dat dit een Vlaamse bevoegdheid is, maar er moet extra aandacht en stimulans zijn voor de opleiding hiertoe in het middelbaar onderwijs. Ik denk desgevallend ook aan het inzetten van scholieren en studenten in de seizoenspluk.
Er valt zeker iets te zeggen voor het beroep doen op buitenlandse Europese krachten in tijden van arbeidsschaarste. Ik vermoed echter dat deze crisis ook een invloed zal hebben op de arbeidsmarkt, want een stijging van de werkloosheid valt te vrezen.
Inzake de verloning in de landbouwsector moet, na de crisis, herbekeken worden hoe in deze arbeid kan voldaan worden aan lokale voorwaarden zodat er enerzijds minder beroep moet worden gedaan op buitenlandse krachten en, anderzijds meer binnenlandse arbeidskrachten kunnen worden ingezet. In tijden van "koop lokaal" en ecologische voetafdruk moet erover kunnen nagedacht worden om van het planten of zaaien tot het oogsten van de vrucht onze krachten in te zetten. Alleen zo zal onze economie, en bijgevolg deze vitale sector, kunnen overleven.
01.20 Bercy Slegers (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil de ministers bedanken voor hun aanwezigheid en de duidelijke antwoorden.
01.21 Thierry Warmoes (PVDA-PTB): Monsieur le président, mesdames les ministres, je vous remercie pour vos explications. Je veux juste confirmer que je suis satisfait d'entendre que la mesure est limitée à cette année, qu'elle est exceptionnelle.
Au PTB, nous n'allons pas soutenir toutes les tentatives - et j'entends bien qu'elles viennent de différents côtés - visant à étendre ces mesures. Je ne sais pas si la ministre Muylle défend cela aussi, mais elle a laissé entendre qu'il fallait poursuivre le travail législatif dès 2021. Nous resterons évidemment très vigilants sur cette question. Pour nous, il ne peut être question de créer encore une armée de travailleurs saisonniers avec de faibles salaires et un statut très précaire, et utiliser cette crise pour aller dans ce sens.
Il faut réfléchir à revenir à une agriculture plus locale, voire aussi travailler à des prix plus convenables pour les producteurs, et donc influer sur les marges des grands distributeurs; soutenir les coopératives dans le secteur, etc. Il faudra une réflexion bien plus globale. Il n'est pas question, pour nous, de faire pression sur les salaires dans le secteur, qui sont déjà très bas, pour être compétitifs sur un marché mondial.
01.22 Catherine Fonck (cdH): Je remercie les ministres pour leurs réponses.
01.23 André Flahaut (PS): Merci aux ministres pour leur présence. Merci aussi à Mme Muylle d'avoir précisé le caractère temporaire du travail que nous effectuons pour l'instant. Il faudra le répéter souvent. C'est bien le principe des pouvoirs spéciaux, qui sont limités dans le temps.
J'ai bien compris vos propos en ce qui concerne les intérimaires. Je n'ai pas bien compris ce qui se passait pour les personnes dans les centres Fedasil. Y a-t-il ou non une possibilité de les engager? La réponse n'était pas tellement claire à mes yeux.
Venons-en aux personnes qui viennent de l'extérieur. Lorsque des ressortissants belges rentrent de vacances par exemple, ils sont tenus d'observer une période de confinement d'une quinzaine de jours. C'est du moins ce qu'on leur recommande. Le même principe sera-t-il appliqué pour les personnes qui reviennent de l'étranger ?
01.24 Maggie De Block, ministre: Je ne peux pas le dire d'avance car cela relève de l'avis de la CELEVAL. Pour les demandeurs d'asile, on a décidé que c'était possible s'ils étaient ici depuis quatre mois, afin de ne pas créer un appel d'air. Mais ceux qui sont là peuvent le faire.
01.25 Minister Nathalie Muylle: Mevrouw Samyn, u had een vraag over de huisvesting van seizoensarbeiders. Voor de mensen die in de procedure zitten is er verplichting van opvang. Er bestaat vandaag heel wat regelgeving. Vroeger was dit federale regelgeving. Sinds de laatste staatshervorming is dit regionale regelgeving.
Er is een decreet inzake kamers in Vlaanderen dat heel specifieke regels oplegt inzake de huisvesting van seizoensarbeiders. Dat bepaalt hoe groot de ruimtes en slaapruimtes moeten zijn. Er moet sanitair zijn. Er moet een keuken zijn.
Als men mensen niet in het eigen bedrijf kan huisvesten omdat men niet aan die voorwaarden kan voldoen, dan moet men oplossingen op de private huurmarkt zoeken. Dan moeten de woningen op de huurmarkt ook voldoen aan het decreet inzake kamers.
Zomaar mensen te slapen leggen, kan dus niet. Dit is terecht heel strikt bepaald in Vlaanderen met een decreet dat ook geldt voor seizoensarbeiders.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le développement des questions se termine à 15 h 08.
De behandeling van de vragen eindigt om 15.08 uur.