Commission de la Défense nationale

Commissie voor Landsverdediging

 

du

 

Mercredi 14 octobre 2020

 

Matin

 

______

 

 

van

 

Woensdag 14 oktober 2020

 

Voormiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 10.02 uur en voorgezeten door de heer Peter Buysrogge.

La réunion publique de commission est ouverte à 10 h 02 et présidée par M. Peter Buysrogge.

 

Les textes repris en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes remis par les auteurs.

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

 

De voorzitter: Goedemorgen collega's, ik heet iedereen van harte welkom en in het bijzonder de nieuwe minister, mevrouw Dedonder. Ik wens u in eerste instantie proficiat met uw functie als nieuwe minister of MOD, zoals wij die noemen.

 

Wij hebben in deze commissie de goede gewoonte om op een goede manier samen te werken. De samenwerking met de vorige ministers verliep uitstekend. Als er vragen waren, dan werd daar altijd uitgebreid op ingegaan. Vandaag staat er al een hele vragensessie op de agenda. Wij kijken uit naar een goede samenwerking.

 

We starten met het actualiteitsdebat.

 

01 Outsourcing: actualiteitsdebat met de minister van Defensie en toegevoegde vragen van

- Annick Ponthier aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De samenwerking tussen Defensie en Katoen Natie i.k.v. outsourcing" (55009181C)

- Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Outsourcing bij Defensie" (55009382C)

- Jasper Pillen aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De operatie Pegasus Martin" (55009637C)

- Roberto D'Amico aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De opslag van niet-militair materieel door Katoen Natie" (55009660C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De outsourcing van taken van Defensie" (55009672C)

01 Externalisation: débat d'actualité avec la ministre de la Défense et questions jointes de

- Annick Ponthier à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La collaboration entre la Défense et Katoen Natie en matière d'externalisation" (55009181C)

- Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les contrats d'externalisation au sein de la Défense" (55009382C)

- Jasper Pillen à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'opération Pegasus Martin" (55009637C)

- Roberto D'Amico à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Le stockage de matériel non militaire par Katoen Natie" (55009660C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'externalisation de tâches de la Défense" (55009672C)

 

01.01  Annick Ponthier (VB): Ik zou de minister in eerste instantie ook namens de fractie van Vlaams Belang willen feliciteren met haar aanstelling als nieuwe minister van Defensie. Ik wil haar veel succes en daadkracht toewensen.

 

Mevrouw de minister, u krijgt de bevoegdheid over een prachtig departement, erg boeiend ook, met vooral heel veel uitdagingen, waarvan enkele precaire. Ik hoop dat u dat tot een succes zult kunnen omvormen. Ik hoop dat u ook dezelfde openheid en transparantie als uw voorganger ten opzichte van het Parlement aan de dag zult leggen.

 

Dit gezegd zijnde stel ik mijn eerste vraag over het outsourcingsproject van Defensie. U weet dat op maandag 1 oktober 2020, uw eerste werkdag, in Paal-Beringen in Limburg, een loods officieel in gebruik is genomen die dienst doet als centraal verdeelpunt voor legermateriaal. Defensie werkt hiervoor samen met logistieke partner Katoen Natie. Eén en ander kadert in een samenwerkings­verband dat een uiting van logistieke innovatie zal moeten vormen binnen Defensie.

 

Ik ga het kort houden qua inleiding. Het gegeven is op zich duidelijk. Maar ik heb toch een aantal vragen, mevrouw de minister.

 

Mevrouw de minister, kan u het ontstaan van het samenwerkingsakkoord en het akkoord zelf verder toelichten? Wat houdt de samenwerking concreet in qua taken, qua financiële kostenverdeling tussen Defensie en een privépartner? Hoe evalueert u het samenwerkingsakkoord binnen de globale evolutie naar outsourcing binnen Defensie, ook op het vlak van kostenbesparing? Daar was nog wat onduidelijkheid over. Daarover hadden we dus graag wat meer informatie ontvangen.

 

01.02  Kattrin Jadin (MR): Monsieur le président, madame la ministre, au nom du groupe MR, je vous formule tous nos souhaits de bonne collaboration. Nombreux sont les challenges au sein de votre département et les dossiers brûlants que nous devons prendre à bras-le-corps. Je siège déjà depuis quelques années dans cette commission et je puis vous dire que nous espérons vraiment avancer. Vous pouvez dès lors compter sur notre bonne collaboration mais aussi sur notre contrôle en tant que parlementaires.

 

Monsieur le président, dans la même lignée que ma collègue, j'aimerais interroger la ministre sur le contrat d'externalisation décidé sous la législature précédente avec la société Katoen Natie. Nombreux sont les services à la Défense qui ont fait l'objet d'externalisation. Personnellement, je suis de ceux qui ont toujours soutenu l'externalisation de services là où cela pouvait se faire. Il s'agit en l'occurrence d'un contrat qui date de 2018. Madame la ministre, c'est donc votre prédécesseur, Steven Vandeput, qui avait octroyé un contrat à l'entreprise Katoen Natie pour des services logistiques de la Défense (équipements individuels, pièces de rechange, etc.)

 

Madame la ministre, en quoi ce contrat consiste-t-il en termes de services rendus pour le département de la Défense? Plus globalement, avez-vous l'intention de procéder à de nouvelles externalisations pour d'autres services? Cela se fait déjà dans certaines casernes, notamment pour ce qui concerne les cantines. Je sais que ce sujet a fait débat et que certains de mes collègues n'étaient pas tout à fait d'accord sur la voie à suivre. Je pense personnellement que, si le service est rendu avec efficacité, cela doit pouvoir se faire car cela amène évidemment aussi tout un pan économique dans certaines régions qui en ont parfois bien besoin.

 

Voici pour ma question, monsieur le président! J'ai dépassé mon temps de parole de 22 secondes mais j'aime bien parler. On est parlementaire!

 

01.03  Jasper Pillen (Open Vld): Mevrouw de minister, in naam van onze Open Vld-fractie heet ik u van harte welkom. Ik ben zelf ook nieuw in de commissie.

 

De voorzitter: U was vorige week al aanwezig.

 

01.04  Jasper Pillen (Open Vld): Inderdaad, vandaag is niet de eerste vergadering waaraan ik deelneem.

 

De voorzitter: Mijnheer Pillen, ik kan u garanderen dat u hier snel ancien bent.

 

01.05  Jasper Pillen (Open Vld): Bedankt daarvoor!

 

Mevrouw de minister, net zoals de collega's kijk ik uit naar een zeer goede samenwerking, waarvan ik overtuigd ben dat die tot stand zal komen.

 

Mijnheer de voorzitter, ik hoop ook op een goede samenwerking tussen de fracties over de partijgrenzen heen. De uitdagingen waarvoor Defensie en het personeel ervan staan, zijn te belangrijk om er politieke spelletjes over te spelen.

 

Mevrouw de minister, ook ik heb enkele vragen ingediend over de samenwerking tussen Defensie en Katoen Natie. Ik veronderstel dat ik niet al mijn ingediende vragen hoef te herhalen, want vele ervan lopen gelijk met vragen van voorgaande sprekers. Mijn vragen spitsen zich vooral toe op het personeel.

 

Mevrouw de minister, wat gebeurt er met de mensen die tot nu actief waren in de MilShops? Waar zullen zij worden tewerkgesteld? Wat is de impact van de samenwerking op het personeel?

 

Ik heb ook vragen over de bezorging van de spullen die in Beringen opgeslagen zijn, en over het beveiligingsniveau ervan. Ik heb gelezen dat er daar bijvoorbeeld geen gevaarlijke militaire producten liggen, maar toch moet zelfs met een uniform de nodige waakzaamheid in acht worden genomen. Hoe werkt dat precies?

 

Op het vlak van de bezorging is er sprake van de Fitbus. Kunt u dat concept uitleggen? Op welke manier zal er worden samengewerkt met privékoerierdiensten, die de militaire spullen bij de militairen zullen aanleveren?

 

De laatste vraag heb ik nog niet gehoord bij de collega's. Het contract werd gesloten in 2018 en het loopt tot 2030. Wanneer is de eerste evaluatie ervan gepland?

 

01.06  Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Monsieur le président, madame la ministre, je voudrais m'associer à mon groupe et à mes collègues pour vous féliciter pour votre nouvelle fonction.

 

Madame la ministre, le matériel non militaire sera dorénavant stocké dans un entrepôt de Katoen Natie à Paal, dans le Limbourg. Katoen Natie proposera également une boutique en ligne où les soldats pourront commander leur matériel.

 

En raison d'années d'austérité au niveau de la Défense et du départ à la retraite de nombreux militaires, il semblerait qu'il n'y ait pas d'argent pour gérer ces tâches en interne. Pourtant, un contrat de 150 millions d'euros a été conclu sur dix ans, ce qui représente 15 millions par an.

 

Katoen Natie est une entreprise réputée pour travailler principalement avec des ouvriers intérimaires et des contrats à la journée. Elle pratique aussi le dumping social en employant des travailleurs d'Europe du Sud et de l'Est.

 

Cela fait déjà longtemps que les syndicats du secteur du transport dénoncent ce qui se passe dans cette entreprise. Ce n'est pas non plus un secret que le patron de cette société, Fernand Huts, s'oppose à la concertation sociale et est souvent en conflit avec les syndicats.

 

Madame la ministre, combien cela coûterait-il à la Défense d'assurer elle-même le stockage du matériel non militaire? Trouvez-vous acceptable qu'une institution publique telle que la Défense utilise de l'argent public pour payer Katoen Natie, malgré la mauvaise réputation de cette entreprise en matière de droits sociaux? La Défense a-t-elle exigé de la part de Katoen Natie certaines garanties en matière de personnel? Je pense ici à des contrats à durée indéterminée et au respect de la concertation sociale. Ne pensez-vous pas que la gestion logistique du matériel est l'une des tâches principales de la Défense et qu'il ne faut pas faire d'économies dans ce domaine?

 

01.07  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Monsieur le président, madame la ministre, cela fait désormais plusieurs années que la Défense externalise certaines fonctions et tâches. En 2018, le ministre de la Défense, Steven Vandeput, avait conclu un contrat avec la société Katoen Natie pour la mise en oeuvre de services de logistique concernant le matériel de la Défense notamment.

 

Madame la ministre, quel est le bilan du système mis en place? Avez-vous pu consulter le personnel à ce sujet pour dresser un bilan de cette expérience? Pouvez-vous nous indiquer si de nouveaux contrats d'externalisation sont actuellement prévus pour la Défense?

 

De voorzitter: Zijn er nog collega's die zich hierbij willen aansluiten?

 

01.08  André Flahaut (PS): Madame la ministre, tout d'abord, bon courage dans la tâche qui vous attend! La question de l'externalisation est effectivement une question centrale. Un des collègues qui vient d'arriver en a dit un mot: je crois qu'il faut procéder à une évaluation de la situation d'externalisation. Effectivement, comme l'a dit M. D'Amico, il importera de trouver un équilibre.

 

Dans la déclaration gouvernementale, il est mentionné que la Défense devra devenir un instrument d'emploi, en coordination avec les acteurs locaux, notamment le Forem, Actiris et le VDAB. Certains militaires devront peut-être être réaffectés vers certaines tâches. Comme l'a dit un troisième collègue, l'évaluation est importante. On l'a fait dans d'autres secteurs. Cela a été le cas à la Chambre aussi avec les restaurants. Cela coûte souvent beaucoup plus cher. Au début la mariée est très belle. Les services sont très intéressants. Et au fur et à mesure du temps, lorsqu'on s'éloigne de la conclusion du premier contrat, les choses ne se présentent plus aussi bien. Mais lorsqu'on arrive à proximité du deuxième contrat, les choses redeviennent bien. La première chose à faire est sans doute une évaluation de la situation, pour peut-être réorienter et réactualiser certaines choses. La question qu'il faut se poser est la suivante: aujourd'hui, une évaluation est-elle prévue?

 

01.09 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer de voorzitter, dames en heren, ik wil u bedanken voor uw vragen. Ik hoop dat wij tijdens de uitoefening van mijn mandaat constructief kunnen samenwerken. Natuurlijk blijf ik ter beschikking van de parlementsleden.

 

J'ai moi-même été à votre place, il y a quelques semaines, et je sais qu'il est vraiment primordial de pouvoir avoir un contact privilégié. Je reste bien évidemment disponible, monsieur le président. Je prendrai le temps qu'il faudra pour pouvoir répondre en toute transparence aux questions des différents membres.

 

En ce qui concerne vos différentes questions, mesdames Jadin et Chanson, certaines activités ont déjà été externalisées au fil du temps, comme par exemple le nettoyage domestique et l'entretien de différents matériels. Les tâches qui ne nécessitent aucune expérience militaire et qui peuvent être accomplies plus efficacement par le secteur civil sont graduellement externalisées.

 

Il s'agit concrètement des services territoriaux tels que les activités horeca, la garde et l'entretien de l'infrastructure, la maintenance industrielle des systèmes d'armes, le stockage et la distribution de matériel, de vêtements et d'équipement.

 

Les réactions des militaires sont en général positives, car le niveau de service est bon et les militaires eux-mêmes peuvent se concentrer sur les activités et tâches opérationnelles.

 

Mevrouw Ponthier, in uitvoering van de strategische visie heeft Defensie beslist om verschillende diensten die geen specifieke militaire kennis vereisen uit te besteden. Dit is bijvoorbeeld het geval voor de opslag en de verdeling van onder meer wisselstukken, kledij en persoonlijke uitrusting van de soldaten, waarvoor een contract met Katoen Natie werd afgesloten. Voor materiaal dat onmiddellijk voor operaties beschikbaar moet zijn, zal dit nog steeds in eigen beheer gebeuren.

 

Naast een beperkte ploeg van een twintigtal personeelsleden van Defensie op de site van Katoen Natie in Beringen voor de opvolging van het contract, bedragen de kosten van het contract voor een periode van een jaar 161 miljoen euro, wat voor eenzelfde periode een kostenbesparing van meer dan 15 % oplevert.

 

Mijnheer D'Amico, u had een vraag over het respect voor de sociale rechten. Elk bedrijf dat in het kader van een overheidsopdracht deelneemt, verklaart zonder enig voorbehoud dat de verschillende basisconventies van de IAO, de Internationale Arbeidsorganisatie, gerespecteerd worden. Het gaat dan over de vrijheid van vereniging, de vrijheid om te onderhandelen, de afschaffing van dwangarbeid, niet-discriminatie en gelijke beloning voor arbeid, de uitbanning van kinderarbeid en een verbod op vormen van kinderarbeid. Het respecteren van de sociale wetgeving en de wetgeving op kinderarbeid zijn dus dwingende regels bij de uitvoering van de overeenkomst, die Katoen Natie eveneens formeel onderschrijft. In het kader van het betrokken contract werden ook engagementen onderschreven inzake duurzame ontwikkeling en maatschappelijke verantwoordelijkheid.

 

Dit contract behelst hoofdzakelijk de outsourcing van de territoriale logistieke dienstverlening. Defensie heeft zeker niet de intentie om het logistiek beheer integraal uit te besteden. Bepaalde logistieke beheersactiviteiten op het vlak van beheer en uitvoering blijven een exclusieve verantwoordelijkheid van Defensie.

 

Mijnheer Pillen, het project zal volledig operationeel zijn in de loop van de eerste helft van 2022. Zoals reeds aangehaald, zal een beperkte ploeg van een twintigtal personeelsleden van Defensie op de site in Beringen instaan voor de opvolging van het contract. Verschillende onder­zoeken werden door de DG HR georganiseerd om de wensen van het personeel op de verschillende sites te kennen. Op die manier werd voor elkeen een gepaste oplossing gevonden.

 

Wat de veiligheid van de goederen en de screening van het personeel betreft, heeft Katoen Natie een veiligheidsmachtiging moeten verkrijgen. De controle hierop gebeurde door de dienst Industriële Veiligheid van de Algemene Directie Inlichtingen en Veiligheid.

 

Daarenboven werden alle personen met toegang tot bepaalde gegevens onderworpen aan een persoonlijke veiligheidsverificatie, onder wie het personeel betrokken bij de ontwikkeling van de webshop. Naast specifieke IT-veiligheidsvereisten zal de toegang tot de webshop gebeuren via een sterke authenticatie gebaseerd op een aanmelding met de eID. De distributie van het materieel gebeurt door koeriersdiensten die door Katoen Natie worden ingezet. Momenteel zijn dat Corner Guards voor de distributie van paletten en GLS voor de verzending van colli's.

 

De Fitbus zal operationeel zijn vanaf april-mei 2021 en zal zich verplaatsen naar verschillende kwartieren. Op deze manier zal elke militair de mogelijkheid hebben zijn kledij te passen alvorens een bestelling te plaatsen op de webshop. De Fitbus zal volledig draaien op personeel van Katoen Natie dat een textielopleiding heeft gekregen.

 

Gezien de lange looptijd van het contract is er jaarlijks een evaluatie gepland tijdens dewelke de actuele evenals de toekomstige werking van het contract wordt geëvalueerd. Tijdens de implemen­tatiefase van het project tot midden 2022 worden er verschillende contractuele milestones bepaald die het voorwerp uitmaken van een doorgedreven evaluatie op basis van vooraf opgestelde criteria.

 

Voici pour ma réponse!

 

01.10  Annick Ponthier (VB): Mevrouw de minister, u bevestigde een aantal zaken, onder andere dat het gaat om het resultaat van een transformatie op het vlak van logistieke steun en diensten bij Defensie. Dat is op zich een goede evolutie, algemeen gezien. Een gezonde wisselwerking tussen private partners en Defensie, zoals wij hier zien, moet steeds vooropgesteld worden en mogelijk gemaakt worden. Dat past dan ook in het plan Defensie 2.0 en het globaal toekomstplan van Defensie. Op dat vlak heeft onze fractie geen enkele bezorgdheid.

 

Er moet mij echter iets van het hart.

 

De PS-fractie – uw partijgenoten – heeft begin dit jaar een voorstel van resolutie betreffende de hr-evolutie bij Defensie in het Parlement ingediend. Daarin vroeg zij expliciet om de outsourcing van diensten maximaal te beperken, niet om er maximaal op in te zetten, en om de knowhow bij Defensie te houden, dat laatste spreekt voor zich. De Vlaams Belangfractie heeft zich daar toen tegen verzet, door te stellen dat Defensie net maximale mogelijkheden van outsourcing, waar mogelijk en wenselijk, moet zoeken. Ik weet niet in hoeverre de visie die u net toelichtte, overeenkomt met de resolutie van uw fractie. Wij zullen de evaluatie ter zake in elk geval tegemoet zien.

 

De criteria van de evaluatie hebt u niet vermeld; wij zullen dat punt dus nader onder de loep moeten nemen. Hoe dan ook kijken wij uit naar de nakende evaluatie van het betreffende samenwerkings­akkoord en het globale toekomstplan.

 

01.11  Kattrin Jadin (MR): (…) À titre personnel, je m'en réjouis.

 

En ce qui concerne les réformes mises en place en matière d'externalisation des services, vous comptez également prolonger la ligne qui a été mise en place, en répétant qu'il s'agit d'une mesure bien vue par le personnel militaire. Cela me rassure et il va sans dire qu'au fur et à mesure que des nouveaux contrats verront le jour, nous aurons la possibilité – du moins, je l'espère – de jouer pleinement le rôle de contrôle qui est le nôtre afin de nous assurer de la bonne exécution de ces contrats sur le terrain.

 

01.12  Jasper Pillen (Open Vld): Mevrouw de minister, dank u voor uw zeer volledige antwoord.

 

Het viel mij op dat u echt op alle vragen zeer punctueel geantwoord hebt. Dat doet eenieder van ons plezier.

 

Ik kijk er alvast naar uit te zien hoe u in uw beleidsnota het belangrijke thema van de outsorcing zult behandelen. Ik sta principieel achter die manier van werken, voor alle duidelijkheid, maar het is goed dat u de visie verder ontwikkelt en dat er een strategie achter komt te zitten, zodat het niet blijft bij allerlei ad-hoctoepassingen, nu eens in Beringen, een volgende keer in een ander kwartier, en een volgende keer nog ergens anders. Er moet een visie zijn, er moet een strategie zijn. Ik hoop dan ook dat u daar in uw beleidsbrief de nodige aandacht aan zult besteden.

 

01.13  Roberto D'Amico (PVDA-PTB): Madame la ministre, je me réjouis d'entendre qu'il y aura un contrôle annuel sur la qualité des services.

 

Par contre, cela me désole de vous entendre parler d'un contrôle sur la qualité du travail des ouvriers. Vous avez dit qu'ils respectaient une charte, mais j'aimerais en entendre davantage de votre part. Dans la presse, on peut lire que les conditions de travail de ces personnes sont déplorables, j'aurais donc aimé entendre une réponse beaucoup plus virulente quant à la défense des ouvriers.

 

01.14  Ludivine Dedonder, ministre: Je vous prie de m'excuser de vous avoir répondu en néerlandais.

 

Sans faire de réponse virulente à ce stade, je serai bien sûr attentive à ce que les clauses sociales soient bien respectées. Je partage évidemment cette préoccupation. Je ne porterai pas de jugement ici. Nous avons mis les garanties mais je suivrai particulièrement ce dossier à la suite de votre demande.

 

01.15  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse complète et circonstanciée.

 

Je constate une bonne coopération entre les différents partenaires, ce qui s'inscrit dans le plan global de l'avenir de la Défense, dont nous avons déjà discuté longuement en commission. Ce dont nous avons besoin, c'est d'un équilibre. Nous avons entendu ma collègue mentionner la proposition de résolution du parti socialiste, à laquelle je suis favorable. Je crois, en effet, qu'une limitation de l'externalisation peut être envisagée dans la mesure où elle répond à un équilibre sain qui doit s'établir entre nos compétences présentes au sein de notre Défense, et ce qui peut être externalisé.

 

J'y serai attentive, je crois qu'il ne faut pas externaliser à tout va. Il faut gérer nos compétences, notre personnel et notre Défense en bon père de famille. Je n'ai nul doute quant à votre gestion à ce niveau-là, madame la ministre. Vous avez toute ma confiance. Vous avez parlé d'une évaluation, ce dont je me réjouis. J'espère que nous pourrons l'obtenir assez rapidement.

 

J'attends impatiemment votre déclaration de politique générale afin que l'on puisse discuter longuement des projets sur lesquels nous pourrons travailler ensemble pour l'avenir de la Défense. J'espère que vous pourrez nous aider à travailler sur les différents piliers et pivots, desquels nous avons déjà beaucoup discuté. Maintenant, il faut passer à l'action. 

 

De voorzitter: Mijnheer Flahaut, volgens de strikte lezing van het Reglement kan ik u het woord niet meer geven, maar in het kader van de goede samenwerking over de partijgrenzen heen, geef ik u uiteraard graag het woord.

 

01.16  André Flahaut (PS): Monsieur le président, vous faites ce que vous voulez. On verra mais je préfère faire des déclarations ici qu'à l'extérieur.

 

Je voudrais simplement dire que la résolution qui a été déposée par le Parti Socialiste est une résolution qui n'a pas exclusivement été soutenue par le Parti Socialiste. La résolution est effectivement un produit du Parlement et c'est sans doute pour cette raison que l'on trouve dans la déclaration gouvernementale beaucoup d'éléments de cette résolution qui a été mise en œuvre par le Parlement dans son ensemble et après discussion. Cela me paraît important.

 

Par ailleurs, pour définir une vision stratégique pour le futur, il me semble que la logique est d'arriver à quelque chose d'équilibré et de procéder à une évaluation. Il ne faut pas tout simplement dire qu'on va faire comme avant. Le monde a changé. Les moyens budgétaires sont sans doute limités. Une bonne évaluation est donc ce qui doit précéder la définition ou la redéfinition d'une politique équilibrée en matière d'outsourcing. C'est ce qui était aussi contenu dans la résolution telle qu'elle a été adoptée par le Parlement. Je crois qu'il fallait redire cela. J'ai beaucoup de respect pour le Parlement, monsieur le président.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Samengevoegde vragen van

- Annick Ponthier aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het afbouwplan van de operatie Vigilant Guardian (OVG)" (55009178C)

- Theo Francken aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het beëindigen van de operatie Vigilant Guardian" (55009619C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het einde van operatie Vigilant Guardian" (55009670C)

02 Questions jointes de

- Annick Ponthier à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Le plan de retrait de l'opération Vigilant Guardian (OVG)" (55009178C)

- Theo Francken à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La levée de l'opération Vigilant Guardian" (55009619C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La fin de l'opération Vigilant Guardian" (55009670C)

 

02.01  Annick Ponthier (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, Operation Vigilant Guardian (OVG) voorziet in het bewaken van gevoelige plaatsen in eigen land, in ondersteuning van de federale politie. Al sedert eind 2019 wordt er door uw voorgangers een afbouwplan van OVG aangekondigd en voorbereid, maar tot nu toe bleef een globaal akkoord tussen alle betrokken actoren uit. Ook het feit dat er geen regering met volheid van bevoegdheid was, zorgde voor enig oponthoud in de besluitvorming.

 

Na tal van aankondigingen werd er beslist de betrokken sites opnieuw door de politie te laten beveiligen, uiterlijk in september 2020. Eind augustus besliste de regering echter andermaal in uitstel te voorzien ter zake. Oktober 2020 was nu het nieuwe vooropgestelde tijdstip voor de afbouw.

 

Intussen is er een regering met volheid van bevoegdheid. In het regeerakkoord, althans in de formatienota, staat te lezen: “De militaire aanwezigheid op straat wordt onmiddellijk progressief afgebouwd. Hierbij wordt rekening gehouden met de personeelscapaciteit van de federale politie, de impact voor de lokale politie en de uitbouw van de nieuwe directie Beveiliging binnen de federale politie."

 

Mevrouw de minister, dit begint op een neverending story te lijken. Wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot de vooruitgang van het afbouwplan? Uw voorganger, de heer Goffin, stelde dat dit een taak was voor de nieuwe regering. Is er intussen een globaal akkoord omtrent de afbouw van OVG? Wanneer plant u de OVG stop te zetten of te herevalueren en indien nodig aan te passen?

 

02.02  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, proficiat met uw aanstelling.

 

Als ik mij goed heb geïnformeerd hebt u niet zo heel veel expertise in dit domein, maar ik ga ervan uit dat u zich snel zult inwerken. De mensen van de generale staf hebben u al ontvangen en zullen u zeker briefen over de grote pijnpunten en uitdagingen voor de toekomst.

 

De erfenis die u krijgt van de vorige regering is niet min. Op het vlak van investeringen en materieel zijn er heel wat stappen in de goede richting gezet, maar op het vlak van personeel staan er u enorme uitdagingen te wachten.

 

Ik kijk er naar uit om de komende jaren met u van gedachten te wisselen over de manier waarop wij onze defensie kunnen versterken. Operationeel hebben we internationaal vaak een goede reputatie, ondanks de talrijke uitdagingen, en ik hoop dat we die gestand kunnen doen en dat we kunnen zorgen voor een sterke defensie in de toekomst. Daarvoor zult u altijd een partner vinden in de N-VA. De N-VA is, zeker in Vlaanderen, gekend als een partij die fel investeert in Defensie, die veel probeert te luisteren naar de basis en die in het Parlement hard werkt rond dat thema. Dat zullen wij de komende jaren blijven doen. U weet dat wel. Ik wens u dus veel succes. We zullen nog vaak van gedachten wisselen. We zullen het waarschijnlijk niet altijd eens zijn, maar laten we toch proberen om dat beleid in consensus te verbeteren en te versterken.

 

Ik wens de kabinetschef en de ploeg op het kabinet ook veel succes. Ik weet dat een kabinet samenstellen niet gemakkelijk is. Het zijn heel hectische dagen, waarop men soms een ja wil horen, maar een neen krijgt. Ik wens u veel succes met de samenstelling van een goed kabinet, wat vooral een taak van de kabinetschef is. Bonne chance avec la constitution de votre cabinet.

 

In verband met deze kwestie moet ik mij aansluiten bij wat mevrouw Ponthier heeft gezegd.

 

Mevrouw de minister, hoe zit het nu juist met de OVG? Heel wat partijen willen absoluut dat dit zo snel mogelijk stopt. Onze partij heeft daarover altijd een wat meer genuanceerd standpunt ingenomen, omdat wij jaren de minister van Defensie en de minister van Binnenlandse Zaken hebben geleverd. Het is belangrijk dat de beveiliging van cruciale veiligheidspunten in onze maatschappij gegarandeerd blijft. Dat gaat onder andere over de sites van synagogen van de joodse gemeenschap, nucleaire sites en andere. Wat is juist uw plan? Voor de N-VA is het belangrijk dat de beveiliging van deze cruciale punten gegarandeerd blijft. We hebben heel veel meegemaakt met de aanslagen. Laten we daaruit leren dat we bepaalde cruciale punten in onze maatschappij niet onbewaakt kunnen laten. Dat kunnen we niet doen. Wat is dus uw plan?

 

02.03  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Monsieur le président, madame la ministre, lors de nos dernières séances ici en commission, j'avais pu interroger votre prédécesseur à diverses reprises. À l'occasion de notre dernier échange, il avait répondu qu'il laisserait au prochain gouvernement le soin de décider de l'interruption de l'opération.

 

Dans la déclaration du nouveau gouvernement, on peut lire que "la présence militaire dans les rues sera progressivement et immédiatement supprimée". Dès lors, envisagez-vous un planning précis concernant le retrait des militaires des rues et la fin de cette mission?

 

Une concertation est-elle envisagée avec la ministre de l'Intérieur afin de mesurer l'impact de la fin de la mission sur des endroits stratégiques qui nécessitent une sécurité accrue, ainsi que mon collègue Theo Francken vient de le rappeler, mais aussi sur les polices locales et les zones davantage concernées par la fin de cette mission?

 

02.04 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer de voorzitter, Defensie en de federale politie hebben een afbouwplan opgesteld met een garantie voor het behoud van het veiligheidsniveau.

 

De commissaris-generaal van de federale politie heeft dat afbouwplan in oktober 2019 en opnieuw in februari 2020 aan het Strategisch Comité voor Inlichtingen en Veiligheid voorgesteld.

 

De opdracht-OVG wordt momenteel maandelijks verlengd. Voor Defensie is de OVG een voorwaardelijke operatie, die dan ook deel uitmaakt van het globale dossier Operaties 2021, dat nog aan de regering dient te worden voorgelegd.

 

D'ores et déjà, je peux vous signaler qu'un débat se tiendra lors de l'audition du chef de la Défense du 21 octobre prochain, en présence de représentants de la police fédérale et du ministre de l'Intérieur. Le plan de retrait OVG sera ensuite à nouveau discuté au sein du Comité stratégique du renseignement et de la sécurité ainsi que du Conseil national de sécurité.

 

De politieke gesprekken zullen dus deze maand van start gaan om, zoals opgenomen in het regeerakkoord, de militaire aanwezigheid op straat progressief af te bouwen.

 

La Défense se tient prête à mettre en œuvre concrètement ce plan de retrait dès que l'accord politique aura été reçu.

 

De voorzitter: Ik kan inderdaad bevestigen dat we volgens afspraak volgende week een hoorzitting organiseren. De commissaris-generaal van de federale politie, de chef van de politiezone Antwerpen, een vertegenwoordiger van Defensie en een vertegenwoordiger van het kabinet zullen daarop aanwezig zijn. We zullen de volgende weken dus zeker nog voortwerken op het thema.

 

02.05  Annick Ponthier (VB): Het uitstel op uitstel begint een beetje ongemakkelijk te worden. Voor al uw voorgangers was dat al het geval en ik hoop dat dat het ook niet voor u zal worden en dat u ook niet opnieuw, zoals uw voorganger, de speelbal zal worden van de bevoegdheidsminister van Binnenlandse Zaken.

 

U moet ook rekening houden met een maximaal sociaal overleg ter zake. Ik ben geen bepleiter van vakbonden, maar die hebben in dezen echt wel hun stem laten horen. Ze hebben gezegd dat ze genoeg hebben van de missie als dusdanig en zeker van het gebrek aan uitvoerings- en bevoegdheidskader ter zake. De militairen die op straat staan, hebben weinig of geen bevoegdheden op straat, in tegenstelling tot de politie, die alleszins beter kan optreden. We moeten dus dringend in overleg gaan met de vakbonden en zeker met de minister van Binnenlandse Zaken. We hebben hier volgende week een hoorzitting over. Daar zullen waarschijnlijk heel wat problemen op het terrein worden aangekaart. Die zijn er ook voor Defensie, zoals het feit dat trainingsopportuniteiten wegvallen door een gebrek aan personeel en middelen. Hierin moet zeer dringend een beslissing worden genomen.

 

We volgen de kwestie net zoals het voorbije jaar van zeer nabij op.

 

02.06  Theo Francken (N-VA): Het is logisch dat er eerst een politieke afspraak, een akkoord, moet zijn, voordat er sprake is van de afbouw of stopzetting van de opdracht. Dat zal niet zo gemakkelijk zijn.

 

Ik heb wel wat connecties in Antwerpen en ik begrijp dat het toch niet zo evident is dat de lokale zone die zomaar zou overnemen. Er zijn heel veel uitdagingen, zoals het personeel dat daarvoor moet worden ingezet. Er heerst daar ook de war on drugs. Dat vergt veel inspanningen van de politiediensten en de veiligheidsdiensten. Voor ons is veiligheid prioritair. De veiligheid van de nucleaire sites, van de synagogen en joodse scholen is prioritair. De overheid moet die plaatsen beveiligen. Wij hebben de voorbije jaren teveel meegemaakt, in Europa en ook hier. Er waren de aanslagen op de luchthaven in Zaventem in de kieskring Vlaams-Brabant, waar ik ben verkozen. Dat is een litteken, dat is een trauma voor veel mensen. In die zin is het verzekeren van de veiligheid voor ons prioritair.

 

Ik begrijp dat Defensie die taak liever niet meer op zich wil nemen; ik begrijp dat de vakbonden daar stapelgek van worden; ik begrijp dat heel veel militairen liever niet meer de patrouilles op straat verzekeren. Ik heb daar alle begrip voor, maar voor onze fractie is veiligheid prioritair.

 

Ik hoop dat u snel een akkoord kunt sluiten, waardoor lokale politiediensten of andere politie­diensten die taak kunnen overnemen. Wanneer men dergelijke sites onbewaakt achterlaat en er loopt dan iets mis, dan is de politieke verantwoor­delijkheid van de regering verpletterend. Dat kunnen we niet laten gebeuren.

 

02.07  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je vous remercie de votre réponse.

 

Je souhaite que vous obteniez un accord politique le plus rapidement possible, de sorte que vous puissiez nous présenter incessamment le plan de mis en œuvre de retrait des militaires.

 

Ensuite, je vous recommande – si ce n'est déjà fait, de consulter les syndicats –, car ils ont des choses très intéressantes à nous dire au sujet de cette opération, notamment, sur les conditions des militaires qui opèrent en rue. Je l'ai fait l'année dernière et ce que j'ai entendu m'a plutôt surprise. Du reste, c'est la raison qui m'a motivée à vous interroger au sujet du planning qu'il nous faudrait obtenir rapidement. En effet, nous devons mettre fin à cette mission au plus vite, puisque sa conclusion est reportée d'un mois à l'autre, comme vous l'avez rappelé.

 

Nous savons que cela pose problème. Dès lors, nous espérons que vous pourrez aboutir très bientôt à un accord politique, bien que j'en connaisse la difficulté.

 

De voorzitter: Wordt vervolgd, collega's.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Annick Ponthier aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het project Cadet" (55009179C)

03 Question de Annick Ponthier à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Le projet Cadet" (55009179C)

 

03.01  Annick Ponthier (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, dat door de vergrijzing de leegloop binnen Defensie aan een sneltempo stijgt, is intussen bekend. Defensie is in transitie en werkt op allerhande niveaus samen om dit tegen te gaan. Ook andere initiatieven, zoals onlangs nog het tv-programma Kamp Waes, kunnen bijdragen aan meer bekendheid en een hogere aantrekkingskracht voor Defensie in het algemeen. Zo werkte de Vriendenkring Para-Commando Menen onlangs project Cadet uit, een initiatief waarmee men jongeren wil warm maken voor een opleiding als paracommando. Wij lezen dat Defensie schijnbaar enthousiast is over het initiatief en overweegt om dit ook in andere regio's in te voeren.

 

Mevrouw de minister, ik heb de volgende vragen.

 

Op welke manier is Defensie op dit moment rechtstreeks betrokken bij dit initiatief? Hoe evalueert Defensie het project Cadet dat door de Vriendenkring Para-Commando Menen werd uitgewerkt? Klopt het dat Defensie erover nadenkt om zulke initiatieven ook in andere regio's in te voeren? Hoe zal dat desgevallend worden georganiseerd? Zal Defensie proactief ageren en de andere 25 regionale afdelingen van de paracommando vriendenkringen hiervoor contacteren of hen aansporen tot zulke initiatieven? Zo ja, werden hiervoor al concrete stappen ondernomen?

 

03.02 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Ponthier, het project Cadet is een lokaal initiatief van de Amicale Nationale Para-Commando Vriendenkring. Op uitnodiging van de ANPCV heeft het informatiecentrum van Brugge een toelichting gegeven over de rekrutering, de vacatures en een loopbaan bij Defensie, voornamelijk gericht op het Special Operations Regiment.

 

Aangezien Defensie niet betrokken is bij het project Cadet kan de activiteit niet door Defensie worden geëvalueerd. Er werden geen concrete stappen ondernomen om dit in andere regio's in te voeren.

 

03.03  Annick Ponthier (VB): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.

 

Dat is enigszins te betreuren. Het is een mooi initiatief dat de doelstelling die in het regeerakkoord werd opgenomen zou kunnen helpen bereiken, met name dat de regering zal inzetten op een herkapitalisatie in het domein van het personeel om het militair beroep aantrekkelijker te maken. Ik denk dat Defensie zeker naar buiten moet treden. We doen dat al op heel veel vlakken, maar ik denk dat dit initiatief als voorbeeld kan dienen om een flankerend beleid op dat vlak te initialiseren en op die manier jongeren te rekruteren en warm te maken voor een carrière binnen Defensie.

 

Het zou een grote hulp kunnen zijn om Defensie meer naar buiten te laten treden en om jongeren op het terrein te informeren over een carrière bij Defensie, dus ik vind het jammer dat Defensie daarop niet proactief reageert.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Samengevoegde vragen van

- Annick Ponthier aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De uitrusting van de kandidaat-onderofficieren in Saffraanberg" (55009182C)

- Christophe Bombled aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De uitrusting van de kandidaten aan de Koninklijke School voor Onderofficieren in Saffraanberg" (55009400C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De uitrusting van de kandidaten aan de Koninklijke School voor Onderofficieren in Saffraanberg" (55009674C)

04 Questions jointes de

- Annick Ponthier à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'équipement des candidats sous-officiers à Saffraanberg" (55009182C)

- Christophe Bombled à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L’équipement mis à disposition des candidats à l’École Royale des Sous-Officiers à Saffraanberg" (55009400C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'équipement mis à disposition des candidats à l'École Royale des Sous-Officiers à Saffraanberg" (55009674C)

 

04.01  Annick Ponthier (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, uit een aantal berichten op sociale media blijkt dat er problemen rijzen bij het tijdig bezorgen van de volledige uitrusting aan kandidaat-onderofficieren na hun aankomst op Saffraanberg in Sint-Truiden.

 

Misschien kan de eerste vraag vandaag daarover soelaas brengen, indien het probleem inderdaad op logistiek vlak rijst. Er wordt gewag gemaakt van het feit dat zelfs twee weken na aankomst de betrokkenen nog niet over de volledige uitrusting zouden beschikken.

 

Ik stel u daarover een aantal concrete vragen.

 

Bent u op de hoogte van het probleem? Ik vermoed van wel.

 

Gaat het hier om een structureel probleem? Indien ja, op welk niveau loopt het dan mis? Is het een logistiek of een communicatief probleem? Is het een financieel probleem?

 

Wat zal u ondernemen om ervoor te zorgen dat kandidaat-onderofficieren voortaan onmiddellijk na hun aankomst in Saffraanberg kunnen beschikken over hun volledige uitrusting zodat zij hun taak daar ten volle kunnen uitvoeren?

 

04.02  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, sur sa page facebook, le syndicat militaire ACMP-CGPM publiait en date du 30 septembre dernier que deux semaines après leur arrivée à Saffraanberg, les candidats sous-officiers n'avaient toujours pas reçu leur équipement complet. Le syndicat précisait, en outre, que certains candidats portaient des tenues civiles, si on en croit leurs propos.

 

Madame la ministre, avez-vous connaissance de ces difficultés? À partir du moment où l'on connaît d'avance le nombre de candidats qui entreront à l'école, comment peut-on se trouver face à une telle situation? Pouvez-vous nous éclairer sur les circonstances qui ont engendré cette problématique? Avez-vous dès lors une solution pour que cela n'arrive plus?

 

04.03 Minister Ludivine Dedonder: Midden september werden op één week tijd meer dan 600 rekruten ingelijfd op drie verschillende locaties, en niet alleen in de school van de onderofficieren op de Campus Saffraanberg.

 

Een samenloop van omstandig­heden, die hoofdzakelijk te maken hadden met de overgang naar het nieuwe distributiecentrum, hebben ertoe geleid dat de uitrusting niet tijdig ter beschikking kon worden gesteld. Het is bijgevolg geen structureel probleem en Defensie zal het nodige doen om deze situatie in de toekomst te vermijden.

 

Le volume élevé d'incorporations à la suite de la reprise des incorporations après le déconfinement, des problèmes techniques liés au système IT et le transfert du stock d'équipements vers le nouveau centre de distribution, qui n'était pas encore terminé, sont à la base des difficultés rencontrées.

 

Tous les moyens ont été mis en œuvre pour s'assurer que les problèmes encourus pendant cette phase de transition ne se reproduisent plus à l'avenir.

 

04.04  Annick Ponthier (VB): Mevrouw de minister, het is goed te horen dat het geen structureel probleem is. Misschien lijkt het voor sommigen een fait divers of een detail, maar u, ik en iedereen hier aanwezig weet dat voor een militair het dragen van militaire kledij een erezaak is en een reëel gevoel geeft volwaardig deel uit te maken van Defensie. Ik hoop dus dat de transitie op logistiek vlak snel zal rechtgetrokken worden of beter zal verlopen dan op dit moment.

 

Ik begrijp dat ook het grote aantal rekruten, wat op zich positief is, misschien voor een probleem van tijdelijke aard heeft gezorgd. Ik weet niet of het op dit moment reeds rechtgezet werd in Saffraanberg, ik hoop van wel. Mocht dat niet het geval zijn, hoop ik dat dit snel zal gebeuren.

 

04.05  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je suis ravie d'entendre que ce n'est pas un problème structurel et que la Défense a déjà mis en place toute une série de mesures pour éviter que cela se reproduise.

 

J'espère que les personnes concernées ont reçu leur équipement. Je vois que vous hochez la tête pour le confirmer. Je m'en réjouis et je vous remercie pour cette réponse.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Samengevoegde vragen van

- Steven Creyelman aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De gevolgen van het neerhalen van een Armeens gevechtsvliegtuig door Turkije" (55009284C)

- Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De ontdekking van het gebruik van Canadese onderdelen in het conflict Azerbeidzjan vs. Armenië" (55009383C)

05 Questions jointes de

- Steven Creyelman à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les conséquences de l'attaque d'un avion de chasse arménien par la Turquie" (55009284C)

- Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La découverte de l'utilisation de composants canadiens dans le conflit Azerbaïdjan vs Arménie" (55009383C)

 

05.01  Steven Creyelman (VB): Mevrouw de minister, ook in eigen naam – mevrouw Ponthier deed dat al namens onze fractie – heet ik u in alle bescheidenheid welkom in onze commissie en wens ik u veel succes met uw mandaat.

 

Laat ik komen tot de orde van de dag.

 

In het conflict tussen Azerbeidzjan en Armenië over Artsach, de Armeense benaming voor Nagorno-Karabach, werd op 23 september een Armeense SU-25 neergehaald door een Turkse F-16 die was opgestegen uit Azerbeidzjan. Daarbij kwam de piloot om het leven. Ondertussen is er nog een en ander gebeurd, zoals artillerie­beschietingen, die wederzijds slachtoffers eisten. Afgelopen nacht bereikte mij nog het nieuws dat er een Azerbeidzjaanse SU-25 en een Turkse F-16 neergeschoten zouden zijn. In mijn ingediende vraag stelde ik nog dat het conflict dreigt te escaleren en dat blijkt nu al het geval te zijn.

 

Mevrouw de minister, welk standpunt neemt ons land betreffende het conflict in? Aangezien Turkije steeds nadrukkelijker betrokken raakt en gelet op artikel 5 van het Verdrag van Washington, had ik graag vernomen welke houding ons land zal aannemen, mocht Turkije verzoeken om bijstand.

 

Ik hoef u niet uit te leggen dat er, gelet op de Turkse betrokkenheid en de waarschuwing van Teheran voor een breder conflict, wordt gevreesd voor een verdere destabilisatie van de regio aldaar, de zuidelijke Kaukasus. Ik refereer ook aan het neerhalen van een drone, die nabij de grens is neergestort. Mogelijk zal Rusland ook actiever ingrijpen, doch niet alleen met vredesbestanden. Welke zijn de potentiële gevolgen voor onze troepen in het buitenland, meer specifiek voor de troepen en missies waarbij er – ik zal het maar eufemistisch vernoemen – militair contact met Rusland mogelijk is?

 

Hebt u diplomatieke contacten met de vechtende partijen enerzijds en de grotere spelers, zoals Rusland, Teheran en Turkije, anderzijds? Welke zijn, indien van toepassing, de resultaten van die diplomatieke contacten?

 

05.02  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, cette commission nous offre aussi l'occasion de traiter des enjeux internationaux dans lesquels notre pays peut être, de près ou de loin, impliqué.

 

Nous savons qu'en dépit des demandes de cessez-le-feu qui ont été exprimées, le conflit qui oppose, depuis le 27 septembre dernier, l'Arménie et l'Azerbaïdjan au sujet de la région du Haut-Karabakh se poursuit. J'ai appris avec surprise – et c'est ce qui a motivé ma question – que le Canada avait découvert que des composantes provenant du groupe L3Harris WESCAM avaient été utilisées au cours de ce conflit.

 

Madame la ministre, qu'en est-il des transferts de technologie ou d'armement de notre armée vers l'Azerbaïdjan? Ma deuxième question concerne plutôt les Affaires étrangères, mais je suis certaine que vous pourrez y répondre également: des contrats d'armement ou visant des transferts de technologie ont-ils été conclus entre notre pays et la Turquie?

 

05.03  André Flahaut (PS): Monsieur le président, permettez-moi d'intervenir. Il me semble que cette question a été introduite au moment où le ministre de la Défense était le même que le ministre des Affaires étrangères.

 

De voorzitter: Technisch gezien kan dat niet, want er konden maar vragen worden ingediend aan de nieuwe regering. De vragen zijn wel zo gesteld, dat er een militaire component in zit. Ik stel voor dat de minister antwoordt op de vragen die betrekking hebben op defensiegerelateerde kwesties.

 

05.04  Kattrin Jadin (MR): Monsieur Flahaut, je pense que la ministre est assez grande pour me dire si ce point relève ou non de ses compétences.

 

Madame la ministre, je répète que s'il y a vraiment des éléments que vous ne pensez pas pouvoir évoquer ici pour d'autres raisons, je les entendrai volontiers au sein du comité de suivi des missions à l'étranger. Ma collaboration est totale, chers collègues.

 

05.05  Ludivine Dedonder, ministre: J'apprécie le fait que l'on veuille me protéger! Monsieur Francken, n'hésitez pas, ce genre de geste est toujours le bienvenu!

 

05.06  Theo Francken (N-VA): (…)

 

05.07  André Flahaut (PS): (…)

 

05.08  Kattrin Jadin (MR): C'était encore un missile de la N-VA vers le MR via le PS! Bravo!

 

05.09  Peter Buysrogge (N-VA): Collega's, vooraleer het gênant wordt, stel ik voor dat de minister antwoordt op de vragen.

 

05.10 Minister Ludivine Dedonder: Collega's, het F-16-incident maakt momenteel deel uit van de battle of narratives tussen de betrokken partijen in het conflict. Het is voorbarig om in dit dossier een uitspraak te doen met betrekking tot de Turkse betrokkenheid.

 

Het Belgische standpunt in het conflict tussen Armenië en Azerbeidzjan wordt bepaald door de regering en door de minister van Buitenlandse Zaken. Dit ligt dus niet binnen de bevoegdheid van Defensie.

 

Artikel 5 van het NAVO-Handvest kan enkel worden ingeroepen door een NAVO-lidstaat wanneer het een aanval op zijn eigen grondgebied betreft. Turkije heeft dit tot op heden nog niet geëvoceerd.

 

Het conflict waarvan sprake heeft tot op heden geen impact op onze troepen in het buitenland. De diplomatieke contacten met de diverse stakeholders in dit dossier behoren eveneens tot de bevoegdheid van de FOD Buitenlandse Zaken.

 

L'octroi de licences d'exportation pour l'armement et pour les technologies y associées par des entreprises belges est une compétence des Régions. La Défense n'a conclu aucun contrat pour fournir de l'armement au profit des parties engagées dans le conflit en Haut-Karabakh. Il n'y a aucune demande de leur part vis-à-vis de la Défense belge pour fournir des armes et/ou des technologies y associées. Nous n'avons aucune vue sur les contrats d'armement que la Turquie pourrait éventuellement avoir avec les pays impliqués.

 

05.11  Steven Creyelman (VB): Mijnheer de minister, na het stukje mansplaining van de eminente collega Flahaut wens ik u toch te bedanken voor uw antwoord.

 

Mevrouw de minister, ik begrijp dat een aantal zaken niet tot uw bevoegdheid behoren, maar wat mij betreft is het alleszins duidelijk – ik meen dat u het daar wel mee eens zult zijn – dat de strijdende partijen liever met alle mogelijke middelen uit elkaar moeten worden gehaald.

 

Als het erop aankomt, moeten wij toch durven de Armeens-christelijke gemeenschap in die regio te steunen. Niet alleen met woorden, maar als het erop aankomt ook met daden. Zeker wanneer wij moeten vaststellen dat, ik wik mijn woorden, de Turkse sultan het al even autoritaire Azerbeidzjan openlijk steunt en er zelfs niet voor terugschrikt jihadi's uit Libië en Syrië in te zetten in de strijd. Ik ben nu misschien een beetje stout, maar het lijkt er sterk op dat het Turkije van Erdogan een nieuwe poging onderneemt om, waar zijn voorvaderen niet in zijn gelukt, het Armeense volk en Armenië van de kaart te vegen. De vraag is hoever wij nog af zijn van een nieuwe genocide op het Armeense volk.

 

Ik hoop dan ook, mevrouw de minister, dat ons land Turkije openlijk en heel duidelijk zal veroordelen. Ik hoop dat wij de Armeens-christelijke bevolking actief zullen beschermen als dat nodig is. Ik hoop, mevrouw de minister, dat wij door geen actie te ondernemen later niet beschuldigd zullen worden van schuldig verzuim, want wij zullen deze keer niet kunnen zeggen dat wij het niet geweten hebben.

 

05.12  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, je vais suivre le conseil de mon collègue, M. Flahaux, et me limiter strictement à votre réponse. Pour le reste, je m'adresserai à la ministre des Affaires étrangères.

 

Je vous remercie.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Steven Creyelman aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De inzetbaarheid van het leger door het nijpende personeelstekort" (55009287C)

06 Question de Steven Creyelman à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La capacité d'engage­ment de l'armée compromise par le manque aigu d'effectifs" (55009287C)

 

06.01  Steven Creyelman (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, in een interview met De Zondag, verschenen op 20 september 2020, verklaarde de voorzitter van de ACMP dat ons leger weldra een spookleger dreigt te worden, door een nijpend personeelstekort. U kent de problematiek ongetwijfeld. Hij haalde daarvoor niet alleen de gekende cijfers van de netto-uitstroom aan, maar ook het feit dat “steeds meer ervaren militairen tussen 30 en 40 jaar hun contract op eigen initiatief verbreken, omdat ze de miserie binnen Defensie beu zijn".

 

Defensie erkende, in een reactie op het interview, dat er inspanningen nodig zijn in de werkvoor­waarden, de werkomgeving en de werkmiddelen, als men dat fenomeen wil aanpakken.

 

Mevrouw de minister, welke acties werden er daaromtrent al concreet ondernomen en uitgevoerd? Wat zijn de resultaten van de genomen maatregelen? Welke concrete maatregelen staan er op korte en middellange termijn nog op de planning? Hoe reëel is het gevaar dat lopende en/of toekomstige operaties niet meer kunnen worden uitgevoerd door dat hr-probleem?

 

06.02 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer Creyelman, de DG HR werkt momenteel aan een aantal initiatieven die de werkvoorwaarden zullen verbeteren op het statutaire en financiële vlak. Door de vorige ministers van Defensie werden reeds verschillende initiatieven genomen, waaronder de functietoelage voor vrijwilligers, de verlaagde kosten voor huisvesting voor sommige personeelsleden, de vergoeding voor datacommunicatie en de toekenning van een toelage voor de kennis van het Engels. Op termijn zullen nog andere initiatieven ter verbetering worden genomen op het statutaire en financiële vlak.

 

Bovendien zet Defensie volop in op de werving van militairen en burgers om het personeelstekort terug te dringen. Er werden verschillende projecten opgestart ter verbetering van de infrastructuur, om zo ook de werkomstandigheden te verbeteren. Satellietwerk en telewerk worden uitgebreid, voor de diensten waar dat mogelijk is. Verschillende investeringen in materieel zijn lopend, waardoor het personeel met beter, moderner en voldoende materieel zal kunnen werken.

 

Al die acties zullen ertoe bijdragen dat de werkvoorwaarden, de werkomgeving en de werkmiddelen voor het personeel van Defensie zullen verbeteren.

 

Defensie zal er bovendien alles aan doen, om de operaties te laten uitvoeren met militairen die degelijk zijn voorbereid op de taken die zij moeten uitvoeren.

 

06.03  Steven Creyelman (VB): Mevrouw de minister, ik moet eerlijk toegeven dat ik verrast ben door de concreetheid van uw antwoord. Meestal als ik dergelijke vragen aan uw collega's stel, is het antwoord enigszins wolliger. Uw antwoord verrast mij dus en stelt mij heel tevreden. Dat is de realiteit.

 

Het enige wat ontbreekt in uw antwoord, is het antwoord op de vraag over de resultaten van de acties die u al hebt ondernomen. Een ander lid verwees al naar de u niet onbekende resolutie over het hr-beleid, die, indien ik mij niet vergis, op 9 juli 2020 in de Kamer is goedgekeurd. Alle fracties stemden toen voor, op eentje na, die zich heeft onthouden.

 

Mevrouw de minister, ik vermoed dat het – nu uw partij, de PS, in de regering zit en zij met uzelf de minister van Defensie levert – niet bij woorden zal blijven. Ik hoop samen met de leden van de commissie en waarschijnlijk ook met u dat wij binnenkort ook heel concrete acties en daden kunnen verwachten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Samengevoegde vragen van

- Steven Creyelman aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De bedreiging van militairen die ingezet worden in het kader van operatie Vigilant Guardian" (55009288C)

- Steven Creyelman aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De bedreiging van de militairen die deelnemen aan buitenlandse operaties" (55009289C)

07 Questions jointes de

- Steven Creyelman à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les menaces proférées contre des militaires actifs dans le cadre de l'opération Vigilant Guardian" (55009288C)

- Steven Creyelman à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La menace pesant sur les militaires participant à des opérations à l'étranger" (55009289C)

 

07.01  Steven Creyelman (VB): Operatie Vigilant Guardian maakt deel uit van de strijd tegen het terrorisme op het eigen grondgebied en is een operatie waarbij militairen op straat een ondersteunende werking voor de federale politie uitoefenen.

In het kader hiervan had ik van de minister graag het volgende vernomen:

Hoeveel militairen die deelnamen aan deze en andere binnenlandse operaties (zoals bijvoorbeeld Operatie Spring Guardian) werden er al bedreigd? Indien van toepassing, werden de bedreigingen voor, tijdens of na de operatie geuit? Over welke soort bedreigingen gaat het en hoe werden deze geuit? Is het tot hiertoe bij bedreigingen gebleven?

Konden er al daders worden geïdentificeerd?

Genieten de militairen die werden bedreigd en/of hun gezin van bijkomende veiligheidsmaatregelen? Indien zo, welke zijn die maatregelen en voor wie gelden ze?

Krijgen de bedreigde militairen en hun gezin bijstand en, indien zo, welke is de aard van deze bijstand? (Bijv. psychologisch, …)

 

Ons land neemt regelmatig deel aan operaties waarbij onze troepen in het buitenland worden ingezet. Die inzet is voor onze militairen niet altijd zonder gevaar voor eigen leven. Uit informatie in het kader van een toelichting bij operatie Inherent Resolve in de Bijzondere commissie belast met de Opvolging van de buitenlandse missies blijkt echter dat onze militairen die worden ingezet naar aanleiding van dergelijke buitenlandse operaties soms bedreigd worden.

Van de minister vernam ik graag het volgende:

Wie beschikt over de persoonsgegevens van de militairen die deelnemen aan operaties?

Hoeveel militairen die deelnamen aan dergelijke buitenlandse operaties werden bedreigd?

Werden de bedreigingen voor, tijdens of na de operatie geuit?

Over welke soort bedreigingen gaat het en hoe werden deze geuit?

Is het tot hiertoe bij bedreigingen gebleven?

Konden er al daders worden geïdentificeerd? Indien zo, in welke ideologische hoek kunnen deze daders worden geplaatst? (Bijv. salafistische-jihadisten, …)

Genieten de militairen die werden bedreigd en/of hun gezin van bijkomende veiligheidsmaatregelen? Indien zo, welke zijn die maatregelen en voor wie gelden ze?

Krijgen de bedreigde militairen en hun gezin bijstand en, indien zo, welke is de aard van deze bijstand? (Bijv. psychologisch, …)

 

07.02 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer Creyelman, vermits het uiten van bedreigingen onder het civiel strafrecht valt, worden klachten via de civiele kanalen ingediend en afgehandeld. Defensie is niet bevoegd om deze klachten af te handelen of op te volgen. Defensie heeft wel mechanismen in de plaats gesteld om in dit domein samen te werken met het parket en de politie, maar de inhoud zelf van een klacht is ons onbekend.

 

Indien een militair slachtoffer is geworden van een bedreiging, kan deze beroep doen op een aantal gespecialiseerde instanties binnen de organisatie, zoals het Centrum voor Crisispsychologie, de diensten voor morele en religieuze bijstand, de sociale diensten van Defensie of de interne diensten voor preventie en bescherming op het werk, afdeling psychosociale aspecten. Defensie informeert het personeel dat in opdracht vertrekt over deze gespecialiseerde instanties en over de samenwerking met het parket en met de politie.

 

Voor wat betreft de buitenlandse operaties, worden de persoonsgegevens van militairen die deelnemen aan een operatie, bijgehouden op de beveiligde servers van Defensie. Deze gegevens zijn niet toegankelijk voor onbevoegden en worden niet gedeeld. Voor de rest verwijs ik u naar mijn vorig antwoord.

 

07.03  Steven Creyelman (VB): Mevrouw de minister, dank u.

 

Hoe tevreden ik ook was met het vorige antwoord, dit antwoord stelt mij toch eerder teleur, moet ik eerlijk toegeven. U gaf mij de indruk niet volledig op de hoogte te zijn van het feit dat militairen worden bedreigd bij de uitoefening van bepaalde operaties zoals Vigilant Guardian. Later in uw antwoord nuanceerde u dit, omdat u onrecht­streeks op de hoogte bent doordat mensen beroep doen op de interne diensten, als ik het goed heb begrepen. U had mij perfect kunnen antwoorden hoeveel mensen in dat kader beroep hebben gedaan op de interne gespecialiseerde diensten. Daar blijf ik wat op mijn honger zitten, moet ik eerlijk toegeven.

 

Op het vlak van de opvolging van die dossiers lijkt een en ander mij wel in orde, maar ik had graag wat meer concrete antwoorden gekregen, maar daarvoor zal ik nog een opvolgingsvraag stellen.

 

Ik weet dat hier de scheiding der machten speelt, maar ik hoop dat het u er, samen met mij, om te doen is dat de daders streng gestraft worden. Ik hoop echter ook dat u er alles aan zult doen dat de mensen die voor onze veiligheid zorgen, hun job in alle mogelijke veiligheid kunnen doen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

08 Samengevoegde vragen van

- Theo Francken aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De reactie van verenigingen van ex-para’s op een kunstwerk in het AfricaMuseum" (55009330C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "L'AfricaMuseum" (55009675C)

08 Questions jointes de

- Theo Francken à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La réaction d'associations d'anciens paras à une oeuvre exposée au Musée royal de l'Afrique centrale" (55009330C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Het AfricaMuseum" (55009675C)

 

08.01  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, ik denk dat het heel belangrijk is om onze verenigingen van oud-paracommando's en veteranen de komende jaren het nodige respect te betuigen.

 

Ik heb gezien dat u naar het monument van de onbekende soldaat bent gegaan en dat u daar aan een ceremonie hebt deelgenomen. Ik vind dat een heel mooi en nobel signaal om dat als een van de eerste opdrachten te doen. Ik apprecieer dat ten zeerste. Ik denk dat het ook nodig is om daaraan meer aandacht te besteden. In het kader van 100 jaar Groote Oorlog zijn er veel herdenkingen geweest. Een aantal begraafplaatsen werden netjes in orde gebracht. Er werd geïnvesteerd. Er zijn vandaag 40 vragen aan de agenda, een aantal daarvan gaan over de verloedering en het gebrek aan aandacht voor dit thema. Ik had trouwens eerder al een vraag over een plaats in Oost-Vlaanderen. Ik heb ook gezien dat er voor het graf van generaal Piron absoluut geen aandacht is. Het is heel belangrijk is dat we met voldoende respect over onze veteranen en oud-paracommando's spreken.

 

In dezen gaat het over een klein incident over een kunstwerk in het AfricaMuseum. De Belgische paracommando-eenheden worden daarbij nogal eenzijdig weggezet als onderdrukkers. De waarheid heeft echter verschillende kanten. Het is terecht dat ze zich hierover verbolgen voelen.

 

Mevrouw de minister, heeft Defensie contact gehad met het AfricaMuseum?

 

U weet dat hierover veel te doen is geweest. Er is ook een Congocommissie actief in het Parlement. Dit is immers een zeer gevoelige kwestie. De blanken en zeker de militairen zomaar wegzetten als onderdrukkers en mensen die nooit iets goeds hebben gedaan, ik denk ook aan onze missionarissen, zal de N-VA nooit doen. Het is genuanceerder dan dat. Wij nemen ook actief deel aan die bijzondere commissie en dat zullen we blijven doen. Het is goed dat die commissie de zaken onderzoekt. We mogen echter niet overhellen van het ene standpunt – waar het kolonialisme werd verheerlijkt – naar het andere – waar door blanken in Afrika nooit iets goeds werd gedaan. Dat klopt immers niet.

 

Mevrouw de minister, wat zal er gebeuren om dit recht te zetten? Ik denk dat dit nodig is.

 

08.02  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, il ne vous aura pas échappé que les associations d'anciens commandos et de vétérans réagissent amèrement à la nouvelle mise en scène muséographique de l'AfricaMuseum.

 

J'ai moi-même pu visiter ce musée récemment avec la commission spéciale Congo et j'ai pu échanger sur cette problématique avec nos hôtes. Je ne vais pas recontextualiser; mon collègue Francken l'a fait et je ne répèterai pas ses propos, vu qu'il a été suffisamment complet.

 

J'en viendrai simplement à mes questions.

 

Je pense que cette polémique doit cesser et nous devons pouvoir apporter des réponses à ces vétérans, par respect. J'aimerais savoir, madame la ministre, si la Défense a été contactée par ces associations et si vous avez pu leur apporter une réponse, vous-même ou votre prédécesseur. Un contact a-t-il été également établi avec le musée? On sait que les associations envisagent finalement une procédure en justice. Je pense que le mieux serait de l'éviter. Une médiation peut-elle être envisagée avec les différents acteurs de cette polémique? Je pense qu'une concertation pourrait également avoir lieu avec notre nouvelle ministre en charge des institutions fédérales. Même si je comprends la nouvelle mise en scène et la muséographie, je crois qu'il ne faut pas refaire l'histoire et ne pas manquer de respect à certains acteurs de celle-ci. Je pense qu'une concertation avec tous les acteurs serait très importante. J'espère que vous pourrez apporter une réponse concrète à mes différentes interrogations.

 

08.03 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer Francken, mevrouw Chanson, Defensie werd inderdaad door de aangehaalde vereniging gecontacteerd, via een afschrift van het schrijven van haar woordvoerder. In augustus heeft mijn voorganger de vereniging geïnformeerd dat de Kamer van volksvertegenwoordigers een speciale commissie heeft opgericht om naast de Onafhankelijke Congostaat het koloniaal verleden, de rol en de impact van de Belgische Staat te Congo te onderzoeken. Er werd ook gevraagd de minister van Defensie op de hoogte te houden van een eventueel antwoord op de brief. Tot heden is er geen antwoord of repliek gegeven door de directeur van het AfricaMuseum en werden er geen gesprekken gehouden of gepland met de minister bevoegd voor wetenschapsbeleid.

 

La Défense est en attente du rapport final de la commission spéciale et jugera à ce moment-là si une intervention est nécessaire.

 

08.04  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, bedankt voor uw antwoord. We volgen de kwestie mee op.

 

08.05  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

Je continuerai à suivre le dossier en commission Congo.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Samengevoegde vragen van

- Theo Francken aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De budgettaire inspanning voor Defensie" (55009332C)

- Annick Ponthier aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het budgettair kader voor Defensie volgens het nieuwe regeerakkoord" (55009509C)

- Peter Buysrogge aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De investeringen in Defensie" (55009662C)

09 Questions jointes de

- Theo Francken à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'effort budgétaire pour la Défense" (55009332C)

- Annick Ponthier à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Le cadre budgétaire de la Défense fixé dans le nouvel accord de gouvernement" (55009509C)

- Peter Buysrogge à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les investissements dans la Défense" (55009662C)

 

09.01  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, wat onze fractie betreft, komen wij nu bij de belangrijkste vraag van deze vergadering en daarom had ik ook gevraagd om hierover een actualiteitsdebat te houden, want het is cruciaal om hierover duidelijke cijfers te krijgen.

 

Tijdens het investituurdebat – u was verontschuldigd om persoonlijke redenen, mevrouw de minister, dus ik kan niet anders dan daar respect voor opbrengen – heeft zowel collega Buysrogge als ik meermaals aan de eerste minister en aan vice-eersteministers gevraagd naar duidelijkheid over het budgettaire traject en het budgettaire kader voor Defensie voor de komende jaren. Die duidelijkheid is er niet gekomen, op geen enkele manier, noch van de eerste minister, noch van fractieleider Lachaert, die er bij de onderhandelingen toch altijd bij was, noch van enig ander lid van de meerderheid.

 

Dat is natuurlijk bijzonder treurig, want men kan moeilijk koken zonder geld. De vorige CHOD, de heer Compernol, had 2,4 miljard euro gevraagd voor deze legislatuur. De regering engageert zich ertoe om tegen 2030 te evolueren naar de gemiddelde NAVO-bijdrage van de Europese niet-nucleaire NAVO-lidstaten. Men mag de mensen echter niet in het ootje nemen: de regering zegt dat zij dat tegen 2030 wil halen, maar dat zal pas vanaf de volgende legislatuur, in 2025, gebeuren. Zo houdt men de mensen natuurlijk voor de zot.

 

Mijn vraag is dus betrekkelijk duidelijk, mevrouw de minister. Wat is het budgettaire kader?

 

Het is op zich goed dat het investeringsplan wordt gehandhaafd, maar wat komt er nog bij? Er zijn grote ambities en dingen die absoluut noodzakelijk zijn. Ik hoor een bedrag van 64 miljoen euro volgend jaar, 200 miljoen euro in 2022, 2023 en 2024. Alles samen zou er dus 664 miljoen euro bijkomen. Ik heb hiernaar gevraagd, maar ik heb daar geen antwoord op gekregen. Klopt dat bedrag, want 664 miljoen euro staat redelijk ver af van 2,4 miljard euro. Het zal moeilijk zijn om dat volledige bedrag toe te kennen, want generaal Compernol heeft veel gevraagd, wat natuurlijk mag. Waarvoor zal dat geld bovendien juist worden gebruikt, want de uitdagingen zijn legio en zonder geld zal het niet lukken. Dat weet u ook wel.

 

09.02  Annick Ponthier (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, de vorige spreker zei het reeds, dit is de hamvraag die elk van ons doet uitkijken naar een concreet antwoord. Ik stelde deze concrete vraag ook tijdens het investituurdebat vorige week in het Europees Parlement. Daarop is toen geen enkel antwoord gekomen. Ik betreur dat. U was daar aanwezig toen de vragen werden gesteld, net als de eerste minister. Op geen enkele vraag werd er toen een concreet antwoord gegeven. Ik vind dat zeer betreurenswaardig.

 

De regering ziet veiligheid als een van de prioritaire assen, zo blijkt uit het regeerakkoord. Dat is natuurlijk aanbevelenswaardig. Meteen wordt erbij gezegd dat voor veiligheid in het algemeen 1 miljard euro zou worden uitgetrokken. Ik hoop dat u dit dadelijk zult bevestigen of tegenspreken.

 

De bespreking van het regeerakkoord verliep dus verre van optimaal. Antwoorden op de gestelde vragen bleven uit. Er was ook geen ruimte voor thematische debatten. Mijnheer de voorzitter, daarom heb ook ik u vraag gesteld om in deze commissie een gedachtewisseling te houden over de prioriteiten die worden gesteld door Defensie, welke budgetten daaraan worden gekoppeld en dergelijke. Tot op heden heb ik echter ook op die vraag geen antwoord gekregen.

 

Mevrouw de minister, daarom vraag ik u via deze weg om het budgettair kader voor Defensie ten gevolge van het nieuwe regeerakkoord toe te lichten. Er zou 1 miljard euro worden uitgetrokken voor de optimalisering van het globaal veiligheidsbeleid. Hoeveel van deze middelen wordt voorzien voor Defensie? Veiligheid is immers een zeer ruim begrip. Ik zie dat Justitie daar ook aan gekoppeld wordt. Gezien de uitdagingen die dat beleidsdomein tegemoet ziet, weet ik niet hoe die verdeling eruit zal zien.

 

U zei in een van uw eerste toespraken dat de rekrutering van nieuwe militairen en de modernisering van Defensie prioriteiten worden in uw beleid. Zowel de plaatsen waar de militairen worden tewerkgesteld, de legerinfrastructuur als het materieel zijn aan een upgrade toe, zo zei u. Kunt u dit hier in deze commissie concreet maken? Kunt u desbetreffend een opsplitsing geven met betrekking tot de daaraan verbonden budgettaire middelen?

 

09.03  Peter Buysrogge (N-VA): Mevrouw de minister, ik wil mij aansluiten bij de vragen zoals geformuleerd door de collega's.

 

Het is jammer dat we het debat niet hebben kunnen voeren. Toen het onderwerp 's nachts in het plenum van het Europees Parlement ter sprake kwam, stond mijn fractie alleen om alsnog die themadebatten te kunnen voeren. Het had de mogelijkheid kunnen bieden om daar dieper op in te gaan, maar we doen het nu door middel van vragen. Wellicht zullen niet alle vragen vandaag beantwoord kunnen vragen, maar we kunnen daar de volgende weken op een goede manier, hetzij via vragen, hetzij via een gedachtewisseling naar aanleiding van de beleidsbrieven, nog dieper op ingaan. Sommige formuleringen vergen namelijk nog verduidelijking.

 

Wat het budgettaire deel betreft, creëerden drie uitspraken de afgelopen twee weken voor mij onduidelijkheid. Ik heb niet graag onduidelijkheid; voor mij moeten de zaken duidelijk zijn.

 

Over investeringen versus de recurrente uitgaven die extra voor Defensie zullen worden gedaan, was er eerst de verklaring van de heer Lachaert in het Europees Parlement, toch wel preformateur, namens zijn partij – niet namens de regering – dat er middelen worden uitgetrokken voor investeringen, maar dat er voor recurrente uitgaven toch nog even gewacht zal moeten worden tot de begroting echt afgeklopt is. Ik heb hem hier specifiek over geïnterpelleerd, want zijn uitspraak deed bij mij alle alarmbellen afgaan en creëerde bij mij enorm veel ongerustheid.

 

In Villa Politica verklaarde kersvers staats­secretaris mevrouw De Bleeker, toen ze werd ondervraagd, dan weer dat alle regeringsleden besparingen zouden moeten doorvoeren. Ik kan mij voorstellen dat dat toch op enig verzet zal stuiten bij de defensiestaf. Wat is uw standpunt hierin? Kunt u aangeven of Defensie ook deel zal uitmaken van de globale besparings­oefening? Waar ziet u in de budgetposten van Defensie mogelijkheden om alsnog te snijden? Hoe zult u ingaan op de vraag van de staatssecretaris van Begroting?

 

Ten slotte, was er uw uitspraak zelf bij de inhuldiging van de A400M in Melsbroek. U verklaarde toen dat Defensie in de toekomst zal kunnen beschikken over moderne individuele uitrustingen voor elke soldaat en een state-of-the-artuitrusting voor elk onderdeel van het leger. Wij sluiten ons volledig bij die woorden aan. Hoe zult u dat realiseren?

 

09.04 Minister Ludivine Dedonder: Mijnheer de voorzitter, de regering onderstreept de voortzetting en de actualisatie van de strategische visie voor Defensie en de militaire programmatiewet. Daarbij is het de ambitie om de defensie-inspanning tegen 2030 af te stemmen op de Europese niet-nucleaire NAVO-bondgenoten. De basis daarvoor is het besliste beleid van de vorige regering, zoals dat vertaald werd in de rapporten van het Monitoringcomité.

 

Het is vandaag voorbarig te stellen dat Defensie al dan niet zal moeten deelnemen aan de budgettaire inspanning. In grote lijnen worden de uitgaven, zoals ze in het rapport van het Monitoringcomité zijn opgenomen, gemiddeld verdeeld als volgt: 36 % voor personeel, 28 % voor werking en 36 % voor investeringen in materieel en infrastructuur.

 

De herkapitalisatie van het personeel betreft niet alleen een verhoogde werving en een competitieve verloning, maar ook het ter beschikking stellen van modern en voldoende materieel alsook een degelijke uitrusting, een aantrekkelijke werkomgeving en een evenwichtige regionale inplanting met een goede work-life balance.

 

Bovendien zal worden nagegaan of sommige uitgaven voor infrastructuur kunnen worden ingeschreven op het interfederaal investeringsplan. De voor de optimalisering van het globale veiligheidsbeleid uitgetrokken middelen zijn in principe voorbestemd voor de federale politie en Justitie.

 

Je sais que cette réponse ne va pas vous plaire ni vous satisfaire. Les discussions budgétaires en sont encore au stade du gouvernement. Je vous demande donc deux ou trois semaines de patience. Je vous promets que nous pourrons avoir ce débat ici en commission mais, pour le moment, je ne peux malheureusement pas vous donner plus d'éléments. Je le regrette aussi.

 

J'aimerais pouvoir vous répondre plus précisément mais, à ce stade, je vous propose de reporter cette discussion dans les toutes prochaines semaines.

 

09.05  Theo Francken (N-VA): Dank u, mevrouw de minister. Ik heb daar alle begrip voor. U bent nieuw, u kent het dossier op zich nog niet, u werkt zich snel in, en ik heb er goede hoop op dat dit zal werken.

 

Maar nogmaals, koken kost geld. U maakt mij niet wijs dat u plots miljarden uit uw hoed zult toveren. Het begrotingsschema is afgeklopt tijdens de onderhandelingen. Het was beschamend, daarvan hebben wij een blaadje gekregen met 39 lijntjes.

 

Ik kwam zogezegd uit een kleutertuin omdat ik daar een opmerking over durfde te maken. Hoewel die terecht was, meende de eerste minister mij op mijn plaats te moeten zetten. Maar dat was buiten de waard gerekend want hij was zelf totaal fout. Ik wacht nog altijd op excuses voor die uithaal, trouwens, maar goed, dat zal ik met hem opnemen, daar hebt u niets mee te maken.

 

Het is alleszins heel duidelijk dat er niet in extra structurele recurrente middelen voor Defensie is voorzien. Wel voor Veiligheid en Justitie. Daar staat onze partij uiteraard achter. Maar voor Defensie niet.

 

Ik had gehoord dat er in 200 miljoen extra investeringen per jaar was voorzien voor 2022, 2023 en 2024 en 64 miljoen volgend jaar. U zegt daar niets over. U zegt te zullen bekijken of er nog bespaard kan worden op Defensie, of Defensie een uitzondering kan krijgen van mevrouw De Bleeker, van de kern en van de eerste minister. Bonne chance! Dat zal niet evident zijn. Ik wens u veel succes. Dat is nog nooit gelukt, maar misschien lukt het u wel. Ik weet het niet, maar ik heb sterke twijfels.

 

Kortom, voor Defensie is er recurrent in nul euro voorzien. Daarom was het zo stil tijdens het investituurdebat. Daarom kregen wij geen antwoord, ook al hebben wij het drie, vier, vijf keer herhaald. Wij zijn de vraag blijven stellen: hoeveel geld gaat er naar Defensie? Wij kregen als antwoord de bedragen voor de gevangenissen en de justitiehuizen. Dat was onze vraag niet. Hoeveel geld komt erbij voor Defensie? Hoeveel geld komt er recurrent bij voor Defensie?

 

U kunt wel in uw regeerakkoord schrijven dat wij vanaf 2030 naar het Europees gemiddelde gaan, maar er zijn nog heel veel miljarden nodig om dat te halen. U zegt vanaf 2030, maar eigenlijk is het vanaf 2025, want onze regering heeft in niets extra's voorzien.

 

Dat is eigenlijk de boel belazeren. Dat is een zinnetje in het regeerakkoord waarmee men iedereen gewoon met een kluitje het riet in stuurt. Onze militairen verdienen beter. Onze Defensie verdient echt veel beter dan dit – sorry dat ik het moet zeggen – amateurisme en dit slechte werk tijdens de regeringsonderhandelingen. U zult dat nu niet meer binnenhalen, hoor. Vergeet dat maar. De strijd is geleverd. Het zal een dikke nul zijn, zoals ik vermoedde.

 

09.06  Annick Ponthier (VB): Mevrouw de minister, ik zou willen dat ik u kon bedanken voor uw antwoord, maar dat is in deze helemaal niet gepast.

 

De voorzitter zegt dat er niet op alle vragen werd geantwoord. Eigenlijk kunnen we besluiten dat er op geen enkele vraag geantwoord werd. Dit is alweer dezelfde situatie als tien dagen geleden toen we discussieerden over het regeerakkoord. Uw regeerakkoord voorziet in een heleboel uitdagingen. Het lijkt wel de ideale wereld, als we ze allemaal moeten opsommen. Maar de ideale wereld bestaat niet, mevrouw de minister.  Dat is enkel de naam van een tv-programma.

 

Ik vind het bijzonder jammer dat u hier opnieuw een soort goednieuwsshow brengt met een aantal dingen die u wil verbeteren en wil zien als investering. U vraagt ons geduld. Ik denk dat het geduld van de militairen op dit vlak al geruime tijd op is. Er wacht u nochtans een zware maar belangrijke opdracht. U weet, of weet het niet, dat Defensie de afgelopen decennia ruim haar deel heeft gedaan op het vlak van besparingen. Toch laat u dat hier nogmaals in het midden. U zegt dat het gewoon lijkt op het pensioendebat. U zegt dat we in de richting van iets gaan. Maar wat dat dan precies is en hoe we dat gaan bekostigen, daar zegt u niets over te weten.

 

Ik weet niet hoe erg we dat hier kunnen betreuren, als we allemaal in deze commissie zien welke uitdagingen er voor ons liggen op het vlak van Defensie en veiligheid van ons land. Het blijkt dus inderdaad dat de 1 miljard euro waarvan sprake voor de optimalisering van het globaal veiligheidsbeleid eigenlijk totaal niets te maken heeft met ons defensiebeleid.

 

Als u echt wil inzetten op uw geloofwaardigheid, mevrouw de minister, en op die van Defensie in het algemeen, zult u echt ernstig moeten onderhandelen. Ik betreur de uitspraak van uw collega-staatssecretaris nu al. Zij heeft effectief aangegeven dat alle beleidsdomeinen zullen moeten besparen. Ik weet niet hoe het nog mogelijk is om dat te durven zeggen op dit moment. Ik weet niet waar u en uw collega dat vandaan halen, terwijl het hier gaat om geloofwaardigheid, zowel nationaal als internationaal. Het gaat over ons aller veiligheid, niets meer maar zeker ook niets minder.

 

Ik kan u zeggen dat de fractie van Vlaams Belang alvast met een vis-adempje de bespreking afwacht van uw beleidsbrieven waarvan wij de inhoud en vooral het daaraan gekoppelde budget zeer kritisch zullen benaderen.

 

Ik dank u niet op dit moment.

 

09.07  Peter Buysrogge (N-VA): Mevrouw de minister, toen u bij de aanvang van deze zitting gefeliciteerd werd, heeft men gesteld dat Defensie de partijgrenzen moet kunnen overstijgen. Dit thema is te belangrijk om er een partijpolitiek spel van te maken. Ik ben mij ervan bewust dat onze partij in een andere rol is terechtgekomen dan in het verleden, toen we onder andere de ministers Vandeput en Loones leverden, maar in een geest van samenwerking heeft deze commissie in de afgelopen maanden zeer sterk werk geleverd.

 

Mevrouw de minister, op initiatief van uw eigen fractie is er toen een ambitieuze resolutie uitgewerkt rond het hr-beleid. Voor Defensie moeten we daar immers sterk op inzetten. Het ging hierbij om een veelheid van facetten die niet zomaar kunnen worden uitgevoerd als daar niets tegenover staat. In deze commissie was iedereen zich er  wel van bewust dat dit de basis kon vormen voor een groot deel van het regeerakkoord. Daar stond toen geen budgettaire vertaling tegenover maar Defensie heeft die intussen wel gemaakt. Die cijfers zijn hier vermeld. Vandaag horen we hier echter dat er recurrent eigenlijk nog in niets voorzien is. Dat maakt mij pas echt ongerust.

 

Ik hoed mij ervoor hier een spel van meerderheid tegen oppositie van te maken, maar u hebt hier wel een pijnlijke situatieschets gegeven. Structureel wordt er in dit A4'tje eigenlijk niet in extra geld voorzien. We hoopten nog dat dit verstopt zat in de lijn "structureel" van 3,2 miljard euro. Er is misschien wel iets voor investeringen, maar op het vlak van recurrente uitgaven is er momenteel niets extra vooropgesteld. Wat mij vooral benieuwt is uiteraard wat de slotsom zal zijn van de budgetbesprekingen in de komende weken, maar ook wat uw standpunt in de kern zal zijn wat Defensie betreft. Daar hebben we voorlopig nog het raden naar.

 

09.08  Ludivine Dedonder, ministre: Tout d'abord, toutes vos affirmations, je ne les ai certainement pas prononcées. Si je suis là et si mon parti a choisi ce département, c'est avec de l'ambition. On n'est pas là pour faire de la figuration. On n'est pas là pour détricoter la Défense. On est là pour l'épauler.

 

J'ai dit vouloir travailler main dans la main avec l'armée, avec la Défense. Je me suis effectivement rendue à l'état-major. J'ai vu les besoins, les attentes. J'ai aussi des lignes directrices concernant le personnel notamment; vous en parliez tout à l'heure. Je le répète, je vous demande un peu de patience. Je ne comprends pas cet empressement si ce n'est de vouloir me faire dire des choses que je n'ai pas dites.

 

Bien sûr, ce débat aura lieu et je m'en réjouis d'avance. On ne sera peut-être pas toujours d'accord mais on aura ce débat pour être constructif, comme je l'ai dit en début de séance. En effet, notre objectif et mon objectif, c'est certainement vous parler de ma crédibilité. Bien sûr, il y a ma crédibilité mais il y a surtout derrière moi toute la Défense et toute une armée qui attend depuis longtemps.

 

Ne dites pas qu'il n'y aura pas de moyens! Ne dites pas déjà qu'on va devoir réduire ces moyens! On n'a pas dit cela. Je vous dis juste que pour le moment, aucun débat n'a eu lieu. D'ailleurs, je pense que cela ne s'est fait dans aucun département; on peut aller voir dans les autres commissions. Vous voulez absolument discuter de quelque chose qui est encore au niveau gouvernemental et qui n'a pas encore été arbitré. Je vous dis simplement que c'est prématuré et qu'on reviendra sur ce sujet. Il y a bien une ambition. Je vous le confirme. Je n'ai certainement pas dit qu'il n'y avait aucun fonds structurel.

 

09.09  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, u kunt zeggen dat we daarover nog zullen praten.

 

De meerjarenbegroting moest normaal gezien gisteren ingediend zijn. Vorige week beloofde de minister van Financiën in de plenaire vergadering heel heilig dat die zeker op tijd bij Europa zou worden ingediend, en nu hebben ze twee weken vertraging.

 

Ik wens u de komende twee weken heel veel succes. We zullen zien. Het is niet ernstig wanneer u zegt dat er daarover nog niet is gepraat, dat dit nog eens moet worden besproken en dat ik u in snelheid neem. Dat is manifest onjuist.

 

Er is structureel in 3,2 miljard euro voorzien. Daarvan gaat 1 miljard euro naar de verhoging van de laagste uitkeringen, vooral op vraag van de socialistische en de groene familie. Daarnaast is er nog eens in 1 miljard euro voorzien voor de verhoging van de pensioenen naar 1.500 euro. Dat zullen ze nooit bereiken, maar goed, ze zullen alleszins wel verhogen tegen 2024. En dan is er nog in 1,2 miljard euro structureel voorzien voor onder andere Justitie, veiligheid en een hele resem maatregelen, waaronder de korting op de eerste werknemer. Dat geld is dus al verdeeld. Ik weet niet vanwaar u dat geld zult toveren, maar wat er in úw regeerakkoord, niet dat van ons, staat is dat wij tegen 2030 naar het gemiddelde van de niet-nucleaire Europese lidstaten gaan. Dat is 1,2% en we hebben nu 0,9 %. Dat kost 5,9 miljard euro structureel per jaar extra. U hebt daarvoor nog 10 jaar. Als we naar 1,3 % gaan, zoals in de strategische visie staat, hebben we 6,6 miljard structureel per jaar nodig en u hebt tot nog toe 0 euro voor de komende vier jaar.

 

Ik zal u volgende week en binnen twee weken ondervragen, ik zal u ondervragen bij de indiening van de begroting bij Europa, ik zal u elke week ondervragen tot het eindelijk duidelijk is, maar het gaat alleszins niet de goede richting uit. Het is niet ernstig om dan tegen de volgende regering te zeggen dat die zomaar eventjes 6,6 miljard moet ophoesten.

 

U maakt Defensie en de militairen iets wijs. Er zitten heel wat militairen in de zaal, en niet van de minste. Dit zal een echte slag in het gezicht zijn. Dit zal binnenkomen op de Generale Staf, dat kan ik u al zeggen. Het is bijzonder spijtig. De regering met de N-VA heeft enorm geïnvesteerd in Defensie, met 9 miljard, de grootste investering in decennia en het is heel spijtig dat we dit nu zien gebeuren.

 

09.10  Annick Ponthier (VB): Mevrouw de minister, u zegt dat wij geduld moeten oefenen voor de antwoorden, die u de komende weken zult bieden. Wij kijken daar uiteraard naar uit en wij willen u de nodige ruimte wel geven. Wat u net zei en wat u vorige week niet hebt gezegd, is echter allemaal veel te vrijblijvend. U legt eigenlijk veel te weinig daadkracht aan de dag. Het feit dat een en ander niet in de regeringstabel is opgenomen, belooft natuurlijk weinig goeds. De reden waarom wij die cijfers tijdens de bespreking van het regeer­akkoord niet kregen, is ons nu bekend: er zijn gewoonweg geen cijfers. U zegt dat er in die 1 miljard geen middelen worden uitgetrokken voor Defensie op structurele wijze. Dat vind ik echt een blamage voor Defensie.

 

U zegt dat de onderhandelingen nog moeten aanvangen. Maar als u nu nog met uw collega, de staatssecretaris van Begroting moet onderhan­delen over een domein dat in crisis is, zoals Defensie, dan wens ik u heel veel succes en bon courage. Alleszins toont u nu al te weinig daadkracht.

 

Ik hoef u er niet aan te herinneren dat Defensie de afgelopen jaren altijd de sluitpost van de begroting was, en uw toegeving niet te weten of er al dan niet bespaard zal moeten worden, bevestigt mijn aanvoelen dat dat inderdaad opnieuw het geval zal zijn. Dat is, zoals collega Francken zei, echt een slag in het gezicht van Defensie in het algemeen, vooral voor de militairen, die ook het afgelopen jaar weer het beste van zichzelf hebben gegeven en dat altijd doen voor steeds meer taken, maar met alsmaar minder middelen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

10 Question de Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les entreprises militaires privées et la Composante Air" (55009380C)

10 Vraag van Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De private militaire bedrijven en de Luchtcomponent" (55009380C)

 

10.01  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, depuis quelques années des entreprises militaires privées proposent des prestations dans le domaine aérien tel que la formation ou encore la simulation de combat aérien. De nombreux pays alliés font appel à ce genre de prestations, l'US Air Force a passé récemment des contrats dans le cadre du programme ADAC (Adversary Air Services). Certains pays comme la France et l'Australie vendent à ces compagnies une partie de leur flotte d'appareils arrivant en fin de service.

Madame la Ministre, mes questions à ce sujet sont les suivantes :

Un tel appel à des compagnies tel que Draken International ou ATAC par la Composante Air est-il possible en Belgique?

La vente d'appareils de combat de la Composante Air à ces sociétés militaires privées peut-elle être possible?"

 

10.02  Ludivine Dedonder, ministre: Madame Jadin, il existe en effet un certain nombre de compagnies spécialisées offrant des prestations aériennes diverses dans le cadre de l'entraînement ou de la formation des équipages ou des militaires sur le terrain.

 

Il s'agirait ici de l'externalisation de certaines activités aériennes actuellement exercées en interne à la Défense. En principe, ce type d'externalisation est juridiquement possible au sein de la Défense mais n'est actuellement pas étudié.

 

Si l'aliénation d'un système d'armes se fait par une procédure de vente publique, tout type de société peut remettre une offre, qui sera prise en considération, pour autant que la société en question satisfasse aux critères de sélection du marché.

 

L'attribution du marché se fera toujours dans le respect des règles de vente applicables à ce genre de matériel, notamment une autorisation de l'État qui a vendu ce matériel, le transfert à un tiers, le certificat d'utilisateur final et la licence d'exportation.

 

10.03  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Le président: Madame Jadin, à votre demande, vos questions nos 55009442C, 55009444C et 55009446C sont transformées en questions écrites.

 

11 Questions jointes de

- Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La lutte contre les incendies au sein de la Composante Marine" (55009385C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "La lutte contre les incendies au sein de la Composante Marine" (55009680C)

11 Samengevoegde vragen van

- Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De brandbestrijding bij de Marinecomponent" (55009385C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De brandbestrijding bij de Marinecomponent" (55009680C)

 

11.01  Kattrin Jadin (MR): Monsieur le président, madame la ministre, le 19 septembre, le navire américain USS Waesche de l'US Coast Guard a pris feu alors que celui était à quai. Ce n'est pas le premier navire militaire à subir des dégâts à la suite d'un incendie, notamment le sous-marin nucléaire Perle de la Marine nationale, l'USS Bonhomme Richard de l'US Navy et le nouvel porte-hélicoptère type 075 de la Marine de l'armée populaire de libération.

 

Madame la ministre, quelles sont les mesures de prévention contre les incendies à bord des navires de la composante marine? Quels sont les moyens anti-incendie déployés dans la base de Zeebrugge?

 

11.02  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la Ministre, le 19 septembre dernier, le navire américain USS Waesche de l'US Coast Guard  a pris feu alors que celui était à quai. Malheureusement, ce n'est pas le premier navire militaire à subir des dégâts suite à un feu.

Dès lors, Madame la Ministre permettez-moi de vous poser les questions suivantes :

- Quelles sont les mesures de prévention contre les incendies à bord des navires de notre Composante Marine ?

- Quels moyens sont déployés dans la base de Zeebruges pour lutter contre les incendies ?

Je vous remercie pour vos réponses.

 

11.03  Ludivine Dedonder, ministre: Chères collègues, les mesures de lutte anti-incendie à bord des navires sont exécutées conformément aux procédures communes aux marines belge et néerlandaise. Tous les navires sont équipés de centrales de détection d'incendie qui permettent de donner l'alerte.

 

Lorsque les navires sont amarrés sans équipage et sans activité, le risque d'incendie est minimisé par un arrêt total des installations à risque et la centrale de détection est reliée au système central de surveillance des navires.

 

Tous les équipages reçoivent une formation théorique et pratique en lutte contre les incendies au centre de formation de la Marine à Bruges. Les connaissances des équipages en matière de lutte contre les incendies sont régulièrement mises à niveau suivant le cycle de préparation opérationnelle du navire.

 

La base navale de Zeebruges dispose d'un plan d'urgence interne et d'une équipe d'intervention permanente. Celle-ci dispose d'un camion de pompiers et intervient dès qu'une alarme incendie se produit à bord d'un navire amarré, soit pour soutenir l'équipage présent, soit en tant qu'équipe de première intervention lorsque le navire est fermé. En parallèle, les pompiers civils sont appelés.

 

11.04  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

11.05  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

12 Questions jointes de

- Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'effet positif de l'incorporation de la princesse Elisabeth à l'ERM" (55009440C)

- Julie Chanson à Ludivine Dedonder (Défense) sur "L'effet positif de l'incorporation de la princesse Elisabeth à l'ERM" (55009684C)

12 Samengevoegde vragen van

- Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het wervende effect van de opleiding van prinses Elisabeth aan de KMS" (55009440C)

- Julie Chanson aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "Het wervende effect van de opleiding van prinses Elisabeth aan de KMS" (55009684C)

 

12.01  Kattrin Jadin (MR): Madame la Ministre, qu'un membre de la famille royale incorpore à la Défense est un évènement très rare. Il n'est donc pas surprenant que l'intérêt médiatique aux activités de la Défense est fortement à la hausse.

Récemment, la presse a pu assister la princesse Elisabeth lors d'une journée de la phase d'initiation militaire à Elsenborn pour découvrir de près une journée au camp militaire et d'en faire un joli reportage.

D'un point de vue publicitaire, cette année de la princesse à l'armée peut être très bénéfique pour la Défense. Grâce à la princesse, le grand public pourrait retrouver régulièrement les activités de nos militaires dans les médias, percevoir les différentes facettes du travail à la Défense et d'ainsi convaincre l'un ou l'autre à rejoindre les rangs de l'armée.

- Existe-t-il un planning d'activités militaires accessibles à la presse afin qu'elle puisse prendre des nouvelles de la princesse sans déranger le bon fonctionnement de la formation?

- Dans l'affirmative, à quels intervalles des visites médiatiques seront-elles organisées?

- Est-ce qu'il y a déjà des indicateurs que l'intérêt à un engagement à la Défense au sein de la population a augmentés depuis l'incorporation de la princesse?

- Comment la Défense compte-elle bénéficier de cet intérêt médiatique accru, notamment en ce qui concerne son futur recrutement?

 

12.02  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la Ministre, L'incorporation d'un membre de la famille royale au sein de la Défense est un évènement suffissamment rare que pour en comprendre l'intérêt médiatique de ces dernières semaines.

 

En effet, l'incorporation de la Princesse Elisabeth à l'ERM suscite un vif intérêt auprès du monde médiatique mais aussi des Belges. La publicité qui en est faite pourrait engendrer un certain intérêt pour certains jeunes à vouloir rejoindre les rangs de l'armée.

 

Dès lors Madame la Ministre, pouvez-vous répondre aux questions suivantes:

- Comment la Défense compte-elle tirer un bénéfice de cet intérêt médiatique en ce qui concerne le recrutement de nouvelles recrues?

- Est-il envisager de rendre d'autres activités militaires à la presse?

- Avez-vous déjà pu observer une augmentation de l'intérêt pour la Défense depuis l'incorporation de la Princesse Elisabeth?

Je vous remercie pour vos réponses .

 

12.03  Ludivine Dedonder, ministre: Chères collègues, la princesse Elisabeth est traitée autant que possible comme tout autre élève de l'École Royale Militaire.

 

Pendant la phase d'initiation militaire, des images du peloton de la princesse ont été créées par le service de presse du Palais et mises à la disposition de la presse.

 

C'est la seule façon pour la presse d'avoir accès aux images de la princesse en action. Il n'a pas encore été décidé si d'autres moments seront réservés à la presse dans le futur.

 

Une augmentation du nombre de demandes d'information via le formulaire web est observée par rapport à la même période des années précédentes. Il est actuellement trop tôt pour dire si cette situation résulte de l'incorporation de la princesse Elisabeth à l'École Royale Militaire.

 

La Défense est tout à fait consciente du fait que l'incorporation de la princesse à l'École Royale Militaire génèrera une grande visibilité médiatique mais, pour le moment, cela ne fait pas partie du plan de communication pour le recrutement. Quoi qu'il en soit, cela aura, sans aucun doute, un impact sur la visibilité des postes vacants et la formation des officiers à la Défense.

 

12.04  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

12.05  Julie Chanson (Ecolo-Groen): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

Il serait intéressant de réaliser un état des lieux, suite à cette incorporation, d'une éventuelle augmentation du nombre de femmes au sein de la Défense. Cela serait l'occasion de voir si cela suscite un intérêt particulier. C'est une réflexion que l'on pourrait mener ensemble.

 

12.06  Ludivine Dedonder, ministre: C'est une évidence!

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

13 Questions jointes de

- Kattrin Jadin à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Les F-35 et le block 4" (55009445C)

- Theo Francken à Ludivine Dedonder (Défense) sur "Le dual-capable aircraft" (55009617C)

13 Samengevoegde vragen van

- Kattrin Jadin aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De F-35's en de block 4-upgrade" (55009445C)

- Theo Francken aan Ludivine Dedonder (Defensie) over "De dual-capable aircraft" (55009617C)

 

13.01  Kattrin Jadin (MR): Madame la ministre, lors de l'achat des F-16 par la composante Air en 1976, les retombées furent multiples pour l'industrie aéronautique belge. Plus récemment, la sélection du F-35 fut accompagnée de la promesse de retombées économiques pour l'industrie wallonne et flamande.

 

Par ailleurs, la crise du COVID-19 nous a montré la fragilité de l'industrie aéronautique, en particulier pour les entreprises wallonnes présentes dans la région liégeoise.

 

Madame la ministre, mes questions seront très succinctes – et j'espère que vous me pardonnerez si je dois m'en aller durant votre réponse.

 

Tout d'abord, les retombées économiques espérées par la Belgique ont-elles été négociées entre les industriels belges et Lockheed Martin? Ensuite, à quel montant ces retombées écono­miques sont-elles estimées? Enfin, quelle en sera l'entreprise bénéficiaire?

 

13.02  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, een tweede heikel punt vandaag is de F-35-bestelling en vooral het dual-capable aircraft (DCA) – of eventuele nucleaire capaciteit.

 

De 34 F-35-toestellen die besteld zijn om de luchtmacht voor de toekomst een globale slagcapaciteit te bezorgen, zullen naar de standaard van Block 4 gebouwd worden. De softwarestandaard voor de F-35 zal het vliegtuig volledig upgraden van alleen een conventionele naar dual-capable aircraft capaciteit.

 

Ik heb in de wandelgangen van het Europees Parlement gehoord dat bepaalde partijen problemen zouden hebben met die dual-capable aircraft capaciteit. Klopt dat? Is er een probleem? Wordt de bestelling aangepast of zullen wij gewoon de F-35's van het type Block 4 met bijhorende DCA-capaciteit in ontvangst nemen?

 

Overweegt de regering om op een of andere manier die capaciteit onklaar te maken via software downgrades of andere wijzigingen? Zo niet, mogen wij de zinsnede “zonder afbreuk te doen aan onze engagementen en verplichtingen binnen de NAVO" interpreteren als trouw van uw regering voor de komende legislatuur aan de nucleaire doctrine van de NAVO? Zal ons land zijn actieve bijdrage daaraan blijven leveren vanuit het principe van nuclear sharing?

 

Wat zal de regering juist doen met de DCA-capaciteit? Ik begrijp dat Groen en Ecolo hartsgrondige tegenstanders zijn. Dat hebben zij hier al verschillende keren gezegd. Ze hebben daarover ook veel wetsvoorstellen ingediend. De PS is ook geen grote voorstander, de sp.a evenmin. Wat zullen jullie eigenlijk doen met die DCA-capaciteit? Dat zou ik wel eens willen weten.

 

13.03  Ludivine Dedonder, ministre: Il est prévu que les F-35A belges soient livrés au Standard Technology Refresh 3 Block 4, et ce, dans l'enveloppe budgétaire contractuelle. À ce jour, le planning du constructeur prévoit toujours que les premiers appareils belges qui seront livrés en 2023 soient bien dans cette configuration.

 

Block 4 zal tal van nieuwe mogelijkheden bieden. DCA is slechts een van de vele nieuwe capaciteiten die in de block 4-upgrade worden geïntroduceerd. Dit houdt in dat zowel de hardware als de software aan een specifieke configuratie voldoen.

 

België deelt met een groot aantal landen de visie van een wereld zonder kernwapens. Dat is een langetermijnvisie die alleen kan worden gerealiseerd als alle kernmogendheden zich via concrete, onomkeerbare en controleerbare stappen in die richting engageren en als het non-proliferatieverdrag universeel is en volledig wordt gerespecteerd.

 

België heeft zich akkoord verklaard met het strategische concept van de NAVO. Dat bepaalt dat de afschrikking op conventionele en nucleaire capaciteiten gebaseerd moet zijn. Het is bijgevolg niet aan de orde om aanpassingen aan de voorziene software te doen.

 

Als betrouwbare bondgenoot van de NAVO steunt België het beleid van de alliantie. Wijzigingen aan de nucleaire houding van de NAVO worden door de lidstaten in consensus genomen.

 

Voorts beschouwt ons land ook elke maatregel die in nauw overleg met de andere NAVO-partners wordt genomen in het kader van de non-proliferatie, als een bron van stabiliteit en als een mogelijke stap in de richting van een verdere wereldwijde vermindering van het aantal nucleaire wapens.

 

13.04  Theo Francken (N-VA): Mevrouw de minister, hartelijk dank voor uw antwoord.

 

Ik begrijp dat wij geen aanpassingen zullen doen aan onze bestelling. Dat betekent dat de software updates voor de DCA daar zullen bijgeleverd worden en dat wij daarmee verder doen. Mijn informatie zou dus niet juist zijn. U zweert trouw aan de doctrine van de NAVO en u weet dat de nucleaire capaciteit een inherent onderdeel is van die doctrine. Jammer genoeg, want niemand wil kernwapens. Evenwel, zolang Noord-Korea en andere schurkenstaten die hebben, vind ik het wel beter dat wij ze ook hebben.

 

Dit is een belangrijke trendbreuk voor onze vrienden van Ecolo en Groen. Spijtig genoeg zijn de heren De Vriendt en Cogolati hier niet. Ik akteer dat de vrienden van Ecolo/Groen, PS en sp.a volledig meegaan in de nucleaire doctrine van de NAVO. Dat lijkt mij een trendbreuk.

 

Misschien kan ik mijn NAVO-resolutie opnieuw indienen, die nu mogelijks wel zal worden goedgekeurd, aangezien de groene vrienden dergelijke bocht nemen. Dat is bijzonder interessant en als voorzitter van de Belgische delegatie van het NAVO-parlement neem ik daar verheugd en met veel vreugde akte van. We zullen dat verder opvolgen binnen de vergaderingen van het NAVO-parlement die voor de deur staan.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.05 uur.

La réunion publique de commission est levée à 12 h 05.