Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Vendredi 30 octobre 2020

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Vrijdag 30 oktober 2020

 

Namiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 14.18 uur en voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

La réunion publique de commission est ouverte à 14 h 18 et présidée par M. Ortwin Depoortere.

 

Les textes repris en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes remis par les auteurs.

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

 

De voorzitter: Collega's, ik verklaar de vergadering voor geopend voor een aantal nog resterende en ook voor een aantal nieuwe vragen aan staatssecretaris Mahdi. Wij hebben tijd tot ongeveer 17.00 uur voor het afronden van onze werkzaamheden.

 

01 Questions jointes de

- Simon Moutquin à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La gestion de centres d'accueil pour demandeurs d'asile confiée à des opérateurs privés" (55009724C)

- Greet Daems à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "L'externalisation du réseau d'accueil à des acteurs privés" (55010437C)

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La gestion des centres d'asile par des partenaires privés" (55010461C)

01 Samengevoegde vragen van

- Simon Moutquin aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het uitbesteden van het beheer van opvangcentra voor asielzoekers aan privéoperatoren" (55009724C)

- Greet Daems aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het uitbesteden van het opvangnetwerk aan privéspelers" (55010437C)

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het beheer van opvangcentra door private partners" (55010461C)

 

01.01  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le président, je voudrais tout d'abord m'excuser auprès des interprètes. J'ai commandé un casque, mais il y a rupture de stock. Je suis désolé pour le manque de qualité du son.

 

Monsieur le secrétaire d'État, je voulais vous interroger au sujet des centres Fedasil et des opérateurs privés. En 2015, à la suite de l'afflux important de demandeurs d'asile, Fedasil a sous-traité la création de centres à des opérateurs privés, notamment G4S, déjà à l'époque. Or, nous ne sommes plus dans ce schéma. Nous apprenons via Fedasil que G4S s'occupera des centres de Kalmthout et d'Etterbeek prochainement, et un autre opérateur privé, Umami, du centre de Hasselt.

 

Ces sous-traitances sont coûteuses. En Angleterre, des rapports ont déjà montré qu'elles étaient coûteuses et qu'elles réduisaient la qualité de l'accueil des demandeurs d'asile.

 

Monsieur le secrétaire d'État, d'autres centres ont-ils aussi été mis en place par des opérateurs privés? D'autres marchés publics sont-ils en cours? En tant que parlementaires, pourrions-nous avoir accès à ces marchés publics, dans un souci de transparence? Quels budgets ont-ils été dégagés pour ces centres? Les normes minimales d’encadrement sont-elles bien respectées?

 

De manière structurelle, est-ce une solution que vous privilégiez pour les prochaines années? Je vous remercie.

 

01.02  Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, recent heeft Fedasil beslist om enkele opvangcentra uit te besteden aan de privésector. Een nieuw centrum in Hasselt zal worden uitgebaat door Umami, een organisatie die in enkele centra al de catering verzorgt. De centra in Kalmthout en Etterbeek zullen worden uitgebaat door G4S. Het is de eerste keer dat deze opvang wordt uitbesteed aan marktspelers, in plaats van aan ngo’s als het Rode Kruis of vluchtelingenorganisaties.

 

Een studie uit 2017 van de Public Services Union wijst op de risico’s van het privatiseren van publieke asiel- en migratiediensten. Zo zou de kwaliteit van bepaalde diensten erop achteruitgaan, waardoor bepaalde grondrechten niet meer kunnen worden gegarandeerd. De werknemers zijn vaak ook slecht opgeleid, waardoor niet op een correcte manier aan de noden van de bewoners wordt voldaan. De kwaliteitsstandaarden zijn vaak te laag en er is weinig mogelijkheid tot publieke controle. De gezondheid van de bewoners kan door het businessmodel ook niet altijd worden gegarandeerd.

 

Ik heb hierover de volgende vragen, mijnheer de staatssecretaris.

 

Zijn er nog andere contracten in de maak met privéspelers voor de uitbating van opvangcentra? Is hetzelfde aan de gang met gesloten centra? Is er inzage in zulke contracten mogelijk door het Parlement?

 

Hoe kunt u garanderen dat zulke bedrijven het welzijn van de bewoners centraal stellen, aangezien zij met winstoogmerk handelen? Bent u niet ongerust over de kwaliteit van de dienstverlening of de arbeidsvoorwaarden voor het personeel? Zijn er minimumcriteria opgelegd aan de bedrijven op dat vlak?

 

Ziet u het inschakelen van privébedrijven als een structurele maatregel om de capaciteit van het Belgisch opvangnetwerk te garanderen?

 

Tot slot, zult u een doorlichting plannen in de private opvangcentra?

 

01.03  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, sinds 2015 heeft Fedasil beslist om het beheer van opvangcentra voor asielzoekers via overheidsopdrachten toe te kennen aan commerciële private partners. Een evaluatie is nodig of deze praktijk voldoet aan de relevante kwaliteitsstandaarden.

 

Hoeveel overheidsopdrachten voor het beheer van opvangcentra zijn reeds aan commerciële private partners gegund, via welke procedures? Zijn nog procedures hangende? Hoeveel en waar?

 

Voor welke opvangcentra wordt voor privaat beheer gekozen? Welke elementen beïnvloeden de keuze voor privaat beheer?

 

Worden er selectiecriteria over de bekwaamheid van de dienstverlener om in opvang van asielzoekers te voorzien vereist en hoe worden de bekwaamheid en de referenties van de dienstverlener beoordeeld door Fedasil?

 

Welke criteria worden vooropgesteld waaraan de kwaliteit van de dienstverlening, gelinkt aan de opvang en begeleiding van asielzoekers, kwetsbare personen, kinderen, moet voldoen? Wat wordt vereist wanneer met specifieke profielen wordt gewerkt, bv. mensen met psycho- of psychiatrische verzorgingsnood? Doen de private partners beroep op eigen personeel of extern zorgpersoneel?

 

Zijn deze kwaliteitsdoelstellingen vertaald in het contract via minimale eisen?

 

Via E-notification ging ik op zoek naar bestekken, om te kijken wat voor eisen door Fedasil voor zulke opdrachten worden gesteld, maar daar leek niets beschikbaar te zijn. Hoe komt dat?

 

Wie controleert of de kwaliteitsdoelstellingen gehaald worden? Welke dienst binnen Fedasil volgt de uitvoering van de opdracht op? Hoe wordt de aanspreekbaarheid en accountability van deze private actoren verzekerd?

 

Hoe verloopt de samenwerking tussen de private partners en lokale actoren, zoals bijvoorbeeld zorginstellingen en scholen? Werken zij samen met zorginstellingen? Moeten deze samenwerkingen voordat deze projecten van start gaan reeds afgesproken zijn?

 

Hoe verloopt de communicatie tussen de private partner en de lokale besturen? Wie houdt hier controle of toezicht op deze communicatie?

 

Wat is de impact van kartelonderzoeken op de deelname van bedrijven van toekomstige opdrachten? Stel dat een bedrijf voorwerp is van klachten/onderzoeken inzake kartelinbreuken/mededingingsinbreuken, worden daar dan vragen bij gesteld bij toekomstige deelname aan opdrachten? Is dit een uitsluitingsgrond voor deelname? Is dat op dit ogenblik van toepassing op een bedrijf dat in de running is? Hoe wordt dan aangepakt?

 

01.04 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Segers, ik dank u dat u verwijst naar de schriftelijke versie van uw vraag. Dat maakt dat wij hopelijk alle vragen zullen kunnen behandelen.

 

Mais je comprends tout à fait que ceux qui souhaitent poser leurs questions le fassent.

 

Actuellement, trois centres d'accueil sont gérés par des opérateurs privés: le centre d'Etterbeek est géré par G4S, le centre de Marcinelle est géré par My Assist, et, depuis le lundi 26 octobre, le centre de Hasselt est géré par Umami. Un autre centre d'accueil qui sera également géré par un acteur privé, à savoir G4S, devrait ouvrir ses portes, dans les prochaines semaines, à Kalmthout.

 

Par ailleurs, trois marchés publics ont fait l'objet d'une publication: deux pour des places urgentes, un pour des places de réserve ou des places tampon. Pour ce dernier marché qui prévoit 1 500 places, une évaluation des offres initiales est en cours.

 

Outre les sites déjà mentionnés, trois autres sites ont fait l'objet d'une publication: le centre d'accueil Saint-Joseph de Liège qui est géré par G4S, le site de Jalhay qui est géré par Svasta et le site de Spa également géré par Svasta.

 

Pour ce qui concerne les quatre premiers sites et l'accueil des demandeurs d'asile, une dotation de 9 751 287 euros est prévue pour l'année 2020. Quant aux trois derniers sites pour lesquels l'adjudication n'a pas encore été rendue publique, une dotation de 5 479 092 euros est prévue, toujours pour l'année 2020.

 

Gelet op de openbaarheid van bestuur kan toegang worden verleend tot een bepaald aantal documenten. De toegang tot aanbestedingen kan wel worden beperkt wegens de vertrouwelijkheid die nodig is om de kennis, de deskundigheid en de concurrentiepositie van de inschrijver te beschermen.

 

De minimumnormen voor de opvang zijn vastgelegd in het bestek van de overheidsopdracht voor opvangplaatsen. Verschillende Fedasildiensten moeten groen licht geven voor een centrum dat beheerd wordt door een privéoperator, daadwerkelijk bewoners kan opnemen.

 

Privé-uitbaters worden door de operationele diensten opgenomen in het monitoringsysteem dat geldt voor alle opvangstructuren. Tussen vier en zes maanden na de opening wordt het centrum onderworpen aan een audit door een auditor van het agentschap.

 

Ik wens terloops nog eens te onderstrepen dat er ook in het verleden al een beroep gedaan werd op privéoperatoren. Dit gebeurt nooit voor gesloten centra. Die vraag is ook gesteld.

 

Fedasil a lancé deux marchés publics en novembre 2019. Le premier, en urgence, devait permettre l'ouverture de places d'accueil au début de l'année 2020. Le réseau d'accueil était, à ce moment-là, complètement saturé, comme la plupart d'entre vous le savent déjà. La crise sanitaire liée à la pandémie a, d'une part, provoqué des retards dans la mise à disposition de ces places et, d'autre part, engendré une baisse du taux d'occupation dans le réseau d'accueil.

 

Vu la situation sanitaire en Belgique, et la jurisprudence sur l'enregistrement des demandes d'asile, l'agence est en train d'analyser les besoins du réseau à court et à moyen terme, et pourrait décider de ne pas ouvrir, ou de postposer l'ouverture d'une partie de ces places prévues dans ce premier marché public en urgence.

 

L'agence a la volonté de rendre son réseau d'accueil plus dynamique, plus flexible et plus résilient. Afin d'y arriver, et de diversifier les acteurs de l'accueil, elle pourrait compter sur la participation structurelle des acteurs privés dans sa gestion globale des places tampons.

 

01.05  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Merci, monsieur le secrétaire d'État. Votre réponse illustre une fois de plus votre volonté, déjà affichée dans la presse, de disposer d'une série de places tampons et d'avoir une gestion intelligente de ces places Fedasil.

 

Le moment où les opérateurs privés ont dû être contactés était la crise de 2015, suivie de la crise COVID-19. Ces crises ont en effet nécessité de l'espace. Il est urgent que Fedasil dispose d'une structure permanente et viable pour le personnel ou les bénéficiaires de places. Je serai personnellement attentif au contrôle. Vous avez parlé d'un audit au bout de quatre mois. Je pense que lorsqu'il s'agit d'opérateurs privés, ce contrôle pourrait peut-être être renforcé, et exercé par les parlementaires.

 

Permettez-moi de m'inquiéter sur un autre sujet qui m'est cher. Une des sociétés contactées aujourd'hui pour ces sous-traitances, G4S, est très fréquemment accusée de manquements au droit international. Elle serait notamment co-responsable d'une partie de la colonisation en Palestine par l'armée israélienne. Je fais référence aux check-points et à d'autres éléments de la colonisation. C'est étonnant, et peut-être dommageable, qu'une société telle que G4S participe à l'accueil des migrants. Je sais que ses activités sont fortement diversifiées, mais je pense que nous devons porter attention aux entreprises auxquelles nous donnons des marchés aussi importants. 

 

01.06  Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u voor het antwoord.

 

U zegt dat we structureel zouden moeten rekenen op private spelers voor bufferplaatsen. Dat verontrust mij, eerlijk gezegd, wel een beetje. In de plaats van opvangcentra aan privéspelers uit te besteden en zo langzaam ons opvangnetwerk te privatiseren, lijkt het mij beter dat de overheid voldoende in een opvangbeleid investeert. Er zijn genoeg voorbeelden uit het buitenland waar de kosten van de opvang zijn gestegen, maar de kwaliteit voor de bewoners en het personeel sterk is gedaald. De privatisering van ons opvangnetwerk is een evolutie waar de PVDA zich dan ook sterk tegen verzet.

 

Het doorlichten van de centra lijkt mij noodzakelijk, evenals een inzage in de contracten. Als u vertrouwen hebt in deze private opvangcentra hoop ik dat u er geen enkel probleem mee hebt om daarover volledige transparantie te geven.

 

01.07  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u voor het antwoord. Ik had wel het idee dat u vooral geantwoord heeft op de vragen van mijn collega's. Heel wat van mijn vragen werden nog niet beantwoord. Die zal ik misschien nog eens schriftelijk indienen. Misschien kunt u mij die informatie alsnog bezorgen?

 

U zult wel begrijpen dat we, wanneer dergelijke overheidsoverdrachten worden toegekend aan bedrijven die vooral gespecialiseerd zijn in bewaking of catering, op onze hoede zijn en dat we verlangen dat de afspraken des te beter zijn en de controle des te beter gebeurt. De overheidsopdracht moet voor ons ook heel duidelijk zijn over de manier waarop men aan begeleiding wil doen. Die informatie moet ook bij de gemeenten geraken, zodat zij hun eigen rol kunnen opnemen en ook de verbinding met allerlei andere instanties kan maken.

 

Ik had het ook over asielzoekers met een psychiatrische profiel. Die duidelijkheid moet er des te meer zijn als het gaat over de begeleiding van asielzoekers met psychische problemen. De samenwerkingsovereenkomsten moeten op voorhand verzekerd zijn. Als men mensen met psychische problemen opvangt, moet men weten wat men doet. Ik wil dan ook heel graag weten op welke manier er met psychiatrische expertiseteams wordt samengewerkt. Het spreekt voor zich dat afspraken daarover heel helder moeten zijn en deel moeten uitmaken van wat vereist wordt. Het mag niet zomaar iets zijn dat er bijkomt.

 

Hetzelfde geldt ook voor afspraken over kinderen en de scholen waarmee wordt samengewerkt. Er moet heel duidelijk op voorhand worden vastgelegd hoe dit in zijn werk zal gaan. Ook over het aanspreekpunt voor het lokale bestuur bij de private partner en hoe de accountability wordt verzekerd, mag geen enkele twijfel bestaan.

 

Over dit alles mag geen enkele twijfel bestaan. Ik roep er u dan ook toe op, mijnheer de staatssecretaris, om dat tot in de puntjes te regelen, zodat hierover geen enkele onduidelijkheid kan bestaan. Daarnaast las ik ook enkele alarmerende berichten over begeleiding door bepaalde privépartners, waaruit zou blijken dat die bijzonder minimaal zou zijn. Ik hoop dat die berichten niet kloppen. Ik hoop ook dat u dit allemaal eens wilt nagaan. Ik roep u op tot volwaardige dienstverlening, die u kunt verzekeren, controleren en afdwingen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

02 Question de Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La baisse du nombre de DPI" (55009902C)

02 Vraag van Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De daling van het aantal verzoeken om internationale bescherming" (55009902C)

 

02.01  Hervé Rigot (PS): "Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, l'Europe a fermé ses frontières extérieures pour lutter contre l'épidémie de coronavirus, ce qui a eu pour conséquence inattendue de faire chuter le nombre de demandes d'asile sur le continent. Ces dernières ont atteint, en avril dernier, leur niveau le plus bas de cette dernière décennie.

 

Le nombre de demandes d'asile est ainsi tombé à 8.730, soit une baisse de 86 % par rapport aux 61.421 demandes enregistrées au mois de février, d'après les chiffres obtenus par Reuters auprès du Bureau européen d'appui en matière d'asile (EASO). Ce dernier fait également état d'une baisse de 44 % des demandes d'asile entre février et mars, alors que les Etats membres de l'UE entamaient leur combat contre la crise sanitaire.

 

Monsieur le secrétaire d'État,

 

1.  Selon vous, cette baisse du nombre de demandes de protection internationale est-elle réelle ou est-ce lié aux conditions sanitaires qui rendent plus difficiles l'accessibilité aux administrations qui recueillent les demandes de protection?

 

2. Selon Petra Baeyens, conseillère juridique principale au Conseil européen sur les réfugiés et les exilés (ECRE), les migrants arrivés en Europe en période de crise n'ont pas encore pu demander l'asile et sont désormais plus vulnérables. Quelles sont les conditions d'accès à l'Office des Etrangers aujourd'hui afin d'y déposer leur DPI? Quelles sont les conditions d'accès à l'accueil qui démarre au centre d'arrivée de Fedasil?

 

3. Mme Bayens confirme que les migrants disposent d'un accès limité aux soins de santé, et sont en situation irrégulière tant qu'ils n'ont pas déposé leur demande d'asile. Ils courent ainsi le risque de devenir victime d'exploitation. Comment comptez-vous y remédier en Belgique au vu des conditions sanitaires aujourd'hui?"

 

02.02  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur le président, monsieur Rigot, je suis content que vous me donniez l'opportunité de répondre directement, ce que je tenterai de faire de la manière la plus détaillée possible.

 

Depuis mars 2020, l'activité aérienne en Europe a diminué fortement et les frontières étaient fermées, ce qui a sans doute impacté la possibilité pour des réfugiés et migrants d'arriver en Europe pour y introduire une demande de protection internationale.

 

Cela dit, les mesures sanitaires et les lockdowns que beaucoup de pays de l'Union européenne ont annoncés en mars dernier ont rendu l'accès à la procédure d'asile plus compliqué pour ceux qui étaient déjà sur le territoire européen. Il a fallu que les administrations s'adaptent à cette nouvelle réalité. Au niveau européen, un nombre significatif d'États avaient fermé ou limité leurs services au public ou avaient limité l'accès, moyennant notification préalable ou fixation d'un rendez-vous par téléphone ou par des services en ligne. Cela a également été le cas en Belgique.

 

On constate donc une nette diminution du nombre de demandes introduites pendant la période du lockdown. Depuis lors, le nombre de demandes est clairement reparti à la hausse dans des proportions équivalentes, pour ce qui concerne le mois de septembre, au nombre que nous pouvions constater en 2019 ou durant les deux premiers mois de 2020. Pour vous donner une idée, on est passé de 2 739 en janvier à 236 en avril. On était à 389 en mai et on a continué à augmenter pour arriver à 1 270 en août et à 1 961 en septembre. Une augmentation a donc bien eu lieu depuis avril, voire mai.

 

Le 17 mars 2020, les activités d'enregistrement avaient été suspendues car les mesures adoptées par le gouvernement ne pouvaient pleinement être respectées tant pour la protection des demandeurs que pour celle des agents de l'Office des Étrangers, des interprètes et des agents de Fedasil.

 

Du 18 mars au 2 avril 2020, de nombreuses actions avaient été entreprises afin de pouvoir reprendre au plus vite les activités d'enregistrement au Petit-Château et pour éviter que des groupes de personnes ne s'y présentent au même moment.

 

Le 3 avril 2020, un formulaire web permettant de demander un rendez-vous a été mis en ligne ainsi qu'une explication dans différentes langues sur la manière de compléter le formulaire.

 

Le 7 avril, il a été possible de reprendre les activités d'enregistrement de manière progressive. Si on a vu certains délais entre leur demande et la date de leur rendez-vous au Petit-Château, ces délais sont beaucoup moins longs aujourd'hui qu'avant l'été. Dès que les demandes de protection internationale sont enregistrées par l'Office des étrangers au Petit-Château, les demandeurs auront, le même jour, accès à l'accueil.

 

Les demandeurs de protection internationale qui n'ont pas encore reçu de convocation de l'Office des étrangers pour leur enregistrement n'ont donc, en principe, pas encore accès à l'aide matérielle. La procédure actuelle est remise en question à la suite d'un arrêt du tribunal de première instance qui conclut que les personnes ont droit à un accueil dès l'instant où elles font connaître leurs besoins de protection grâce au formulaire en ligne.

 

Les autorités disposent de trente jours pour se conformer à cet arrêt, comme vous le savez probablement. C'est pour ces raisons que j'ai décidé de changer le modèle d'enregistrement digital. Je suis en dialogue intense en ce moment avec les instances d'asile pour arriver à un système qui garantit que les demandeurs de protection internationale ne soient plus dans la rue en ces temps de grande vigilance sanitaire.

 

02.03  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie. Comme vous le dites, il est essentiel dans le contexte que l'on connaît mais également dans celui qui arrive, le froid et l'hiver, de garantir ce droit fondamental d'accès à l'accueil pour toutes celles et ceux qui en ont besoin. J'entends bien la volonté de votre part - et je vous en félicite – de raccourcir les délais et de faire en sorte que la procédure soit plus simple.

 

N'oublions pas en tout cas que la procédure numérique informatique ne peut pas être une réponse aux besoins du terrain pour les raisons que l'on connaît: la fracture numérique, l'inaccessibilité à la technologie, la complexité de la langue. Quoi qu'il arrive, nous ne vous demandons pas de faire en sorte que l'Office des étrangers traite, dès à présent, toutes les demandes de protection internationale mais qu'en tout cas, toutes celles et ceux qui aujourd'hui, formulent le besoin d'être accueillis soient effectivement accueillis. C'est un droit qui doit être garanti.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

03 Questions jointes de

- Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Le programme de réinstallation en Belgique" (55009928C)

- Wouter De Vriendt à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La réinstallation" (55010115C)

03 Samengevoegde vragen van

- Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het Belgische hervestigingsprogramma" (55009928C)

- Wouter De Vriendt aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De hervestiging" (55010115C)

 

03.01  Hervé Rigot (PS): "Monsieur le Secrétaire d'Etat,

 

Depuis 2013, la Belgique dispose d’un programme structurel de réinstallation assorti d’un quota annuel. Au cours de la période 2013-2018, la Belgique a réinstallé 2.776 réfugiés par le biais du Haut Commissariat des Nations Unies pour les réfugiés (UNHCR). Il s’agit essentiellement de Syriens réfugiés dans des pays limitrophes – la Turquie, la Jordanie et le Liban – ainsi que des Congolais de la région des grands Lacs.

 

Il me revient toutefois que la Belgique n’a pas respecté ses obligations selon les chiffres de 2019.

 

En effet, le nombre de personnes réinstallées, soit les transferts de demandeurs de protection internationale en provenance d'un Etat tiers a chuté de 70% par rapport à 2018.

 

Or, pour 2020, l'UNHCR a estimé le nombre de personnes qui auront besoin d'être réinstallées dans le monde à 1,44 million, dont 40 % de réfugiés syriens, 14 % de réfugiés du Soudan du Sud et 11 % de la République démocratique du Congo.

 

1. Quelles sont les explications à la baisse drastique depuis 2018 du nombre de personnes réinstallées en Belgique? Pourquoi le quota annuel n'a-t-il pas été respecté en 2019? Quels sont les chiffres pour 2020?

 

2. La réinstallation s'inscrit dans le cadre d'une politique à long terme de l'UE pour aboutir à une meilleure politique migratoire, telle qu'elle a été fixée dans l'agenda européen en matière de migration de mai 2015. Quelle est votre position concernant le quota annuel de réinstallation en Belgique?"

 

03.02  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de staatssecretaris, hervestiging is op zich een zeer belangrijke maatregel in het asiel- en migratiebeleid. Kunt u duiding geven bij de engagementen van ons land inzake de hervestiging voor dit jaar en de volgende jaren? Wat is er in 2020 al gerealiseerd op dit vlak?

 

Ons land beloofde in het regeerakkoord om de doelstellingen uit te voeren. Worden daarvoor de nodige voorbereidingen getroffen, zowel ten aanzien van de VN-Vluchtelingenorganisatie en de Europese Unie alsook op het vlak van voldoende opvangcapaciteit in eigen land? We weten immers allemaal dat het de voorbije jaren niet gelukt is om onze engagementen ter zake te realiseren en dat we achterstand opgelopen hebben.

 

We zijn in feite wat te laks geweest met betrekking tot een vorm van migratie die bijzonder goed omkaderd is en gecontroleerd en begeleid wordt door de Europese Unie en de VN. Het is een vrij zuivere vorm van migratie maar vooral ook van bescherming voor de meest kwetsbaren. Ik hoor graag uw visie.

 

03.03  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Chers collègues, je vous remercie pour vos questions.

 

Ik ben blij dat ik mijn visie rond dit toch wel zeer belangrijke onderdeel mag toelichten. Ik sluit mij zeker aan bij hetgeen u zei, namelijk dat dit een belangrijk onderdeel van het debat is.

 

Chers collègues, il est vrai que la Belgique n'a pas encore été en mesure d'atteindre pleinement le quota des réinstallations fixé pour la période de 2018 à 2020. Pour la période 2018-2029, le quota de réfugiés à réinstaller s'élevait à 2 000, et pour 2020, à 758 personnes.

 

Sur ce quota total de 2 758 personnes, 1 121 personnes sont arrivées en Belgique. Le programme a été sérieusement retardé parce qu'il a été suspendu deux fois pour une période plus longue en raison du manque de places d'accueil dans les centres Fedasil et dans les ILA où les réfugiés réinstallés sont accueillis après un séjour dans le centre d'accueil.

 

Toutefois, il n'est pas encore trop tard pour respecter ces engagements en matière de réinstallation. Ils ont en effet été pris dans le cadre du programme de réinstallation de l'Union européenne. La date limite de mise en œuvre des engagements de 2018-2020 est fixée au 31 décembre 2021 par la Commission européenne, vu la crise du COVID-19.

 

La Belgique fera tout ce qui est en son pouvoir pour tenir sa promesse de réinstaller 2 758 réfugiés dans les délais impartis. Cela a déjà été décidé lors d'un Conseil des ministres du gouvernement précédent au début du mois de juillet 2020, où un certain nombre de mesures avaient été prises pour permettre la relance du programme de réinstallation.

 

L'accord de coalition de ce gouvernement confirme explicitement son engagement à atteindre les objectifs fixés pour la réinstallation.

 

Entre-temps, les mesures nécessaires à une relance ont été prises et, si les mesures concernant le coronavirus le permettent, une centaine de réfugiés seront réinstallés en Belgique dans les semaines et les mois à venir.

 

Je souscris à l'importance de la réinstallation en tant que moyen sûr d'offrir une protection aux réfugiés les plus vulnérables, qui ont besoin d'une protection internationale, comme l'a également déclaré la Commission dans le Pacte sur la migration et l'asile qu'elle a récemment publié.

 

Selon moi, la réinstallation s'inscrit dans l'approche globale d'une politique d'asile et de migration réussie. En plus d'offrir une protection, c'est aussi une manière de faire preuve de solidarité avec les pays tiers qui accueillent des groupes importants de réfugiés.

 

Je suis donc favorable à la poursuite de la politique belge de réinstallation avec un quota annuel, dans un cadre de l'Union européenne, et en étroite collaboration avec l'UNHCR.

 

Mijnheer De Vriendt, we zijn in gesprek met de betrokken instanties om de hervestiging waartoe België zich engageert, spoedig opnieuw op snelheid te krijgen. In dit geval gaat het om de hervestiging van de meest kwetsbare vluchtelingen die werkelijk nood hebben aan bescherming. Zij werden hiervoor reeds lang geleden geselecteerd en hebben dus al veel geduld moeten opbrengen in zeer moeilijke omstandigheden.

 

Op Europees niveau zullen we ervoor pleiten dat er een ambitieus hervestigingsprogramma komt om bescherming te bieden aan zij die er het meeste nood aan hebben. In samenspraak met UNHCR en op basis van onze eigen capaciteit bekijken we hoe deze plannen spoedig en concreet gemaakt kunnen worden. Ik ben er ook van overtuigd dat het hervestigingsprogramma een manier is om een deel van de migratieproblematiek aan te pakken en mensen die op zoek zijn naar onderdak en daar effectief nood aan hebben zo goed mogelijk te helpen. Daarnaast moet het duidelijk maken dat de Europese Unie zich daar solidair in wilt opstellen. Het is dus ook een manier om illegale migratie tegen te gaan en een van de manieren die Europa, en dus ook België, zo goed als mogelijk moet benutten.

 

03.04  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie.

 

Comme vous l'avez dit, il est essentiel de répondre aux besoins des plus vulnérables. Oui, c'est un fait, notre réseau a été saturé. De même, il est certain que les mesures anti-COVID n'ont pas aidé.

 

Nous savons que FEDASIL dispose d'équipes motivées, disponibles et volontaristes, en vue d'accueillir ces gens et de remplir la mission de réinstallation. De plus, le public qui attend cet accueil est le plus vulnérable. Pour cette raison, il faut tout mettre en œuvre pour réagir le plus vite possible et envisager certainement d'autres options, et pourquoi pas en augmentant notre capacité d'accueil, de manière à répondre à nos engagements. Derrière ceux-ci, je rappelle qu'il y a des hommes et des femmes.

 

C'est pourquoi je compte vraiment sur vous, monsieur le secrétaire d'État, pour débloquer rapidement la situation, parce qu'ils attendent à nos frontières, dans l'attente d'une réponse qui leur offre quelque espoir.

 

03.05  Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de staatssecretaris, bedankt voor uw antwoord. Ik vind dat uit uw woorden heel duidelijk een sense of urgency weerklinkt. U hebt heel duidelijk het Parlement uw engagement gegeven om de doelstellingen van ons land effectief te realiseren. U hebt uw engagement trouwens niet alleen aangaande de Belgische doelstellingen, maar ook aangaande het Europees kader uitgesproken, waarin wij ons actief en voluntaristisch zullen opstellen. Voor ons is dat een illustratie van een nieuw evenwicht dat wij proberen te zoeken in ons asiel- en migratiebeleid. De bescherming van de meest kwetsbaren en het opnemen van onze internationale verantwoordelijkheden hoort daar inderdaad bij.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

04 Questions jointes de

- Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La position de la Belgique à l'égard du pacte migratoire européen" (55009959C)

- Nathalie Gilson à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Le nouveau pacte sur la migration et l'asile de la Commission européenne" (55010351C)

04 Samengevoegde vragen van

- Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het Belgische standpunt over het Europese migratiepact" (55009959C)

- Nathalie Gilson aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Het nieuwe migratie- en asielpact van de Europese Commissie" (55010351C)

 

04.01  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, la Commission européenne avance sur la mise en place d'un nouveau pacte migratoire européen. Mme von der Leyen a annoncé son ambition d'aboutir à un accord en décembre.

 

Dans ce contexte, pouvez-vous me dire, monsieur le secrétaire d'État, quelles sont les instructions qui ont été données à la représentation permanente belge ainsi que les positions que cette dernière défend au sein du Comité des représentants permanents (Coreper)? Pouvez-vous également me faire savoir quelles sont les positions défendues par la Belgique au sein du Conseil, étant entendu que le soutien de principe à une évolution nécessaire des procédures européennes est effectivement requis et inscrit dans l'accord de gouvernement?

 

04.02  Nathalie Gilson (MR): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, la Commission européenne a présenté un nouveau pacte européen sur la migration et l'asile. Ce nouveau pacte est le résultat de longues négociations entre les 27 États membres de l'Union où les désaccords sur la question migratoire sont nombreux, depuis de nombreuses années.

 

Selon nous, il faut parvenir à un équilibre, à un partage équitable des responsabilités. De plus, la solidarité entre les États membres doit être de mise en la matière.

 

Le nouveau pacte propose notamment de réformer le règlement de Dublin qui prévaut dans le domaine. Il prévoit des contrôles plus fréquents aux frontières externes de l'Union européenne, la formation d'un contingent permanent de garde-frontières et de garde-côtes, une procédure de rapatriement facilitée ainsi que la création d'un plan d'action global sur l'intégration et l'inclusion pour la période 2021-2024.

 

Dans ce contexte, le ministre allemand de l'Intérieur, Horst Seehofer, a indiqué qu'une réunion ministérielle était prévue le 13 novembre prochain à Bruxelles afin de discuter de tous ces aspects. Par ailleurs, il semblerait que la présidence allemande du Conseil de l'Union européenne, tentera, dès décembre, d'obtenir un accord politique sur les principaux éléments du pacte sur la migration et l'asile.

 

Monsieur le secrétaire d'État, je sais que vous n'avez pris vos fonctions que très récemment, mais pourriez-vous me faire part de votre impression globale au sujet de la proposition de la Commission?

 

Le pacte prévoit un traitement accéléré pour les demandes de migrants qui sont peu susceptibles d'obtenir une protection. Je pense ici notamment aux migrants économiques. Il semble qu'un processus accéléré pour renvoyer ces migrants dans leur pays d'origine serait prévu. Pensez-vous qu'un pays comme la Belgique puisse gérer un processus qui, selon le pacte en projet, est censé rendre une décision dans un délai très court, à savoir 12 semaines?

 

Bref, ce délai est beaucoup plus serré que pour les dossiers ouverts en Belgique.

 

La solidarité est un principe que nous attendons de l'Union européenne. Certains pays accueilleront les réfugiés, tandis que d'autres paieront le retour des demandeurs d'asile déboutés. Pensez-vous envisageable que la Belgique fasse preuve de solidarité envers l'Italie et la Grèce?​ En effet, ces deux pays se trouvent être ceux dans lesquels le plus de réfugiés arrivent en première ligne. Comment s'exprimerait, dès lors, ce mécanisme de solidarité, dont l'application a été souvent demandée par les dirigeants grecs et italiens?

 

Le président: Merci, madame Gilson. Monsieur le ministre d'État a la parole.

 

04.03  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Secrétaire d'État, monsieur le président! Pas encore ministre, même si on peut l'espérer un jour!

 

Madame Gilson, monsieur Rigot, je vous remercie de vos questions. La Commission européenne propose un nouveau pacte sur la migration et l'asile, qui rassemble tous les aspects nécessaires à une approche européenne globale de cette question. Ce pacte comprend des procédures qui seront améliorées et accélérées dans tout le système d'asile et de migration.

 

En outre, il établit un équilibre entre les principes de partage équitable des responsabilités et de solidarité. Aucun État membre ne doit assumer l'intégralité du fardeau. Les États situés aux frontières extérieures de l'Union européenne, tels l'Italie et la Grèce, portent une charge importante, comme nous le savons. La Belgique apportera une contribution substantielle au programme européen de solidarité et de relocalisation, en soutien à ces États membres. Nous attendons des autres qu'ils fassent de même.

 

Au cours de sa présidence de l'Union européenne – c'est-à-dire maintenant –, l'Allemagne a augmenté sa pression sur les États membres pour discuter des questions migratoires. La présidence envisage, pour décembre prochain, un accord sur les principales orientations politiques des procédures à la frontière, la prévention des abus du système d'asile ainsi que la solidarité. Le travail de la présidence actuelle fournira ainsi une base solide permettant aux présidences suivantes d'entreprendre les discussions relatives aux textes légaux. Des débats ciblés, y compris au sujet des délais, doivent donc s'organiser.

 

De son côté, la Belgique estime que des procédures plus rapides sont nécessaires. Un accord européen constitue l'occasion d'entreprendre des réformes. Ceci représente un travail de longue haleine. Elle soutient l'approche de la présidence et se montre volontaire pour obtenir en décembre un accord sur les principes clefs et pour parachever certains outils législatifs tels qu'Eurodac et le Bureau européen d'appui en matière d'asile.

 

Le 8 octobre, j'ai représenté la Belgique à la vidéoconférence informelle des ministres de l'Intérieur pour les sujets ayant trait au Pacte migratoire. J'ai communiqué aux autres nations que la Belgique accueillait favorablement les propositions de la Commission européenne et qu'elle se présenterait comme un partenaire constructif. J'ai salué l'équilibre atteint par la Commission dans ce paquet. Nous partageons la vision et les valeurs qui y sont proposées.

 

Parallèlement, nous nous rendons compte que la volonté politique et la bonne foi de tous les États membres seront des éléments cruciaux pour faire réussir la réforme. En coopération avec les services nationaux et le représentant de la coalition, nous avons préparé la position belge dans les groupes de travail technique du Conseil et du Coreper qui auront lieu les prochaines semaines.

 

La Belgique reconnaît que le système actuel ne fonctionne plus. Nous sommes d'accord avec la Commission sur le fait que l'Union européenne doit renoncer aux solutions ponctuelles et mettre en place un système de gestion de la migration prévisible et fiable. La Belgique considère qu'il faut reprendre le contrôle sur les flux migratoires et que pour cela, une approche globale est nécessaire. Cette approche doit également se baser sur les valeurs européennes et être conforme au droit international et aux droits fondamentaux.

 

Des procédures à la frontière efficaces et une politique de retour efficiente ainsi qu'une bonne coopération avec les pays tiers constituent les éléments clés d'une politique réformée et intégrée. À ce stade, nous avons des questions pour la Commission. La Belgique s'interroge toutefois sur le volet financier et a posé la question de savoir si le cadre financier pluriannuel de 2020-2021 pourra faire face à la mise en oeuvre du pacte. La Belgique demande également de prêter attention au volet opérationnel car les défis sont énormes au niveau de la mise en œuvre. Il faudra, dès lors, envisager un roadmap opérationnel pour s'y préparer.

 

04.04  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie pour votre réponse. Je crois que votre discours est engagé et déterminé. C'est ce qu'il nous faut aujourd'hui. Effectivement, vous le dites, ce qu'il faut, c'est une Europe conséquente, cohérente, solidaire et juste. On ne peut pas tout faire et on ne peut pas agir n'importe comment. Il faut une politique volontariste sans doute mais aussi obligatoire pour certains pays européens. C'est le message qu'il faut porter.

 

L'Europe, on y adhère ou on n'y adhère pas. On prend tout ce qui va avec cette Europe ou on ne s'y engage pas. C'est le message que nous, Belgique, nous devons porter demain. On ne fait pas de shopping en prenant ce qui nous convient. On a aussi une Europe qui doit être sociale, humaine, responsable et où chacun s'investit au regard des moyens disponibles mais lorsqu'on adopte une position commune, elle doit être appliquée. C'est vraiment le message que, j'espère, vous porterez. Je l'entends. Il est là. Vous avez cette volonté que vous pourrez porter demain au niveau de l'Europe pour que chacun prenne sa part de responsabilité.

 

04.05  Nathalie Gilson (MR): Monsieur le secrétaire d'État, merci pour toutes ces explications. J'adhère tout à fait à la position que vous avez déjà présentée et que vous allez continuer à défendre. Durant nombre d'années, nous avons vu un flux de migrants arriver en Italie et en Grèce et devoir être accueillis par des pays qui étaient souvent seuls dans cette situation. Par ailleurs, nous avons cette règle qui prévoit que la demande doit être introduite dans le pays dans lequel le migrant est arrivé en premier. Comme on l'a vu ici en Belgique, des migrants ne voulaient pas retourner dans ce pays-là pour introduire leur demande d'asile et se retrouvaient donc ici dans une espèce de no man's land, parce qu'ils ne réussissaient pas, pour un temps, à se rendre dans le pays dans lequel ils souhaitaient se rendre, comme par exemple en Angleterre.

 

Nous avions cette réglementation que nous n'avons pas encore évacuée. Si on se dirige vers ce nouveau pacte que nous propose la Commission et que vous voulez soutenir, ce sera enfin une bulle d'oxygène pour gérer ces migrations et ne plus avoir une réglementation qui soit le ferment de situations humanitaires inacceptables, que l'on a vécues ces dernières années. Donc, je vous encourage vraiment en ce sens et je vous remercie pour vos explications.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Question de Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La désignation d'un directeur général à Fedasil" (55009960C)

05 Vraag van Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De aanstelling van een directeur-generaal bij Fedasil" (55009960C)

 

05.01  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, dans l'attente du recrutement du nouveau directeur général, le mandat de M. Luxen a été prolongé par le Conseil des ministres et ce, à plusieurs reprises. Cela fait déjà longtemps que Fedasil attend son nouveau directeur général. D'ailleurs, le Selor a lancé la procédure de recrutement en septembre 2019.

 

Monsieur le secrétaire d'État, où en sont les étapes de la procédure de recrutement du nouveau directeur général? Pour quelle raison cette sélection est-elle retardée? Avez-vous retenu un lauréat pour reprendre ce poste? Quand prévoyez-vous la désignation du nouveau directeur général à la tête de Fedasil par le Conseil des ministres? Étant entendu que je salue le travail qui a été mené par M. Luxen jusqu'à présent. Je vous remercie.

 

05.02  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur le président, monsieur Rigot, j'espère pouvoir vous satisfaire un peu avec ma réponse qui se limite à dire qu'on était en affaires courantes et que, dès lors, il n'a pas été possible de procéder à la nomination effective d'un directeur général pour Fedasil. Un examen d'aptitude des candidats a déjà été effectué par Selor, comme vous l'avez dit vous-même, et je vais d'ici peu m'occuper de la nomination d'un nouveau directeur général. Je reviendrai ensuite vers vous.

 

Je ne peux que confirmer ce que vous avez déjà dit, à savoir que M. Luxen a fait et fait toujours un travail remarquable. Je tiens également à le signaler. Pour le reste, j'espère pouvoir bientôt vous donner plus de nouvelles.

 

05.03  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, je comprends votre réponse qui n'est pas simple. Mais l'attente de la réponse pour toute l'administration, pour Fedasil, n'est pas simple non plus.

 

Vous ne pouvez pas aujourd'hui me dire quand ni qui mais, dans l'attente, pouvez-vous me dire qui va assumer le rôle de capitaine dans les prochains mois? Est-ce M. Luxen? À défaut, quelles sont les alternatives? Je crois que c'est important, pour chacune et chacun, de savoir vers où on va, en tout cas à court terme. Les perspectives futures sont importantes également. Je tiens simplement à le souligner car, derrière cela, il y a des équipes qui sont au front et qui ont besoin de vision. Il y a également des candidats qui ont postulé et un directeur général sortant qui, j'imagine, attend aussi un certain apaisement.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van Darya Safai aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De situatie in een kraakpand in Jette met transmigranten" (55010053C)

06 Question de Darya Safai à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La situation dans un squat de Jette occupé par des migrants en transit" (55010053C)

 

06.01  Darya Safai (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, 170 krakers bezetten momenteel een verlaten kantoorgebouw in Jette, van wie het merendeel transitmigranten zijn. De eigenaar weet niet waar hij de mensen naartoe kan sturen, de gemeente evenmin. Er zijn al 5 COVID-19-gevallen vastgesteld in het gebouw.

 

Op maandagochtend 19 oktober is er een overleg geweest tussen de gemeente, het Gewest en de federale regering over waar de dakloze migranten heen moeten. Vandaag lees ik dat het gebouw moet worden ontruimd. Dat heeft de rechter beslist nadat Damiaanactie, de eigenaar van het gebouw, een gerechtelijke procedure had opgestart. De rechter heeft de ontruiming bevolen en verwijst daarvoor naar het grote aantal personen dat het gebouw momenteel gebruikt en naar de rampzalige gezondheids- en veiligheidssituatie waarin zij zich bevinden.

 

Mijnheer de staatssecretaris, ik heb de volgende vragen. Was u aanwezig op het overleg van 19 oktober met de gemeente, het Gewest en de federale regering? Wat is het resultaat van dat overleg? Is er een oplossing gevonden voor deze dakloze migranten? Wat is uw concreet plan van aanpak? Welke concrete maatregelen worden er genomen om de 5 COVID-19 gevallen op te vangen?

 

06.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mevrouw Safai, ik kan u bevestigen dat een adviseur van mijn kabinet heeft deelgenomen aan de vergadering, die gezien de COVID-19-pandemie online plaatsvond. Wij zijn dus op de hoogte van de situatie.

 

Ik kan echter enkel maar handelen vanuit mijn bevoegdheden en die zijn in deze zaak vrij beperkt. Vanuit mijn bevoegdheden verleen ik mijn medewerking aan het vinden van een oplossing. Wij hebben dan ook benadrukt dat de beste oplossing erin bestaat dat de personen die recht hebben op asiel worden overtuigd om asiel aan te vragen. Zij hebben dan recht op materiële opvang in de opvangstructuren van Fedasil of een van de opvangpartners.

 

Er is daartoe ook reeds een Reach Out team van Fedasil ter plaatse geweest. Dit team informeert de betrokkenen over de bestaande mogelijkheden inzake opvang of toeleiding naar vrijwillige terugkeer.

 

Verder kan de dienst Vreemdelingenzaken medewerking bieden inzake identificatie en indien nodig ook repatriëring.

 

Ik ben niet bevoegd voor opvang van mensen zonder papieren, erkende vluchtelingen en/of daklozen. Dat is in eerste instantie een bevoegdheid van het lokale bestuur en het Gewest. Pas in tweede lijn is de federale overheid hiervoor bevoegd, via de bevoegdheden Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding.

 

06.03  Darya Safai (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u kunt natuurlijk alleen doen wat tot uw bevoegdheden behoort, maar het is heel belangrijk om te weten wie die mensen zijn. Als die hier zijn en bescherming vragen, moeten zij uiteraard asiel aanvragen. Als ze geen asiel hebben aangevraagd, moeten zij vertrekken. Dat is hetgeen waarmee u bezig bent. Ik zal het ook opvolgen en bekijken wat het resultaat zal zijn.

 

Zij moeten sowieso binnen acht dagen ontruimen. Het is belangrijk dat die mensen niet verloren gaan. U kunt misschien sneller gaan en zorgen dat die mensen ofwel teruggestuurd worden als zij illegaal hier wonen, ofwel opgevangen worden als ze asiel aanvragen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Vraag van Bert Moyaers aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "De meldingsplicht voor een EU-burger bij een kort verblijf in België" (55010061C)

07 Question de Bert Moyaers à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "L'obligation pour un citoyen européen de déclarer un court séjour en Belgique" (55010061C)

 

07.01  Bert Moyaers (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, op mijn beurt feliciteer ik u, zij het misschien wat laat, met uw benoeming. Ik had vorige week mijn felicitaties al willen overbrengen, maar dat is toen niet gelukt.

 

Mijnheer de staatssecretaris, een EU-burger is verplicht zich aan te melden bij het gemeentebestuur van de plaats waar hij verblijft binnen de tien dagen na zijn binnenkomst in ons land.

 

Er geldt echter een vrijstelling voor de EU-burger, wanneer hij op logement gaat, bijvoorbeeld in een hotel of een B&B, wanneer hij opgenomen is in een ziekenhuis omdat hij een behandeling nodig heeft, of wanneer hij, in het slechtste geval, is aangehouden en in een strafinrichting zit.

 

De Europese regelgeving laat lidstaten de mogelijkheid om EU-burgers een verplichting op te leggen hun aanwezigheid op hun grondgebied te melden en zich door de autoriteiten te laten inschrijven, indien zij er langer dan drie maanden willen verblijven.

 

De meldingsplicht voor een EU-kortverblijf bestaat vandaag echter enkel nog in ons land en in Cyprus, Liechtenstein, Malta, Slovakije en Tsjechië. Alle andere landen in de Europese Unie hebben die plicht inmiddels afgeschaft.

 

Mijnheer de staatssecretaris, daarom heb ik de hiernavolgende vragen.

 

Ten eerste, zou u in navolging van alle andere lidstaten overwegen ook de meldingsplicht voor een EU-kortverblijf in België af te schaffen?

 

Ten tweede, welke procedures zijn nodig om dit mogelijk te maken? Hebt u een zicht op het daartoe benodigde tijdstraject en de minimumtijd die daarmee gepaard gaat?

 

07.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Moyaers, ik dank u voor uw vraag en vooral ook voor de felicitaties. Een week later of niet, zij zijn altijd welgekomen. Ik hoop dat ik u de komende drieëneenhalf jaar niet zal ontgoochelen.

 

Ik zal dat ook proberen bij uw eerste vraag die aan mij is gericht, door als volgt te antwoorden.

 

Ook EU-burgers, zelfs al is er een principieel recht op vrij verkeer, zijn onderworpen aan de geldende regels rond het kortverblijf.

 

Binnenkomst of kortverblijf kan onder meer geweigerd worden bij gevallen van bedreiging van de openbare orde of volksgezondheid of ook in geval van fraude.

 

Een verblijf van langer dan drie maanden is voor een EU-burger slechts toegestaan bij tewerkstelling of studie in België, wanneer de EU-burger aantoont over voldoende bestaansmiddelen te beschikken en hij of zij dus niet ten laste van de Belgische sociale bijstand zal vallen.

 

Als werkzoekende moet de EU-burger aantonen werkelijk op zoek te zijn naar werk en daarop ook een reële kans te maken.

 

Het Hof van Justitie van de Europese Unie oordeelde daarover dat zes maanden ter zake een redelijke termijn is.

 

De aanmelding bij de gemeente dient om de aanwezigheid van de EU-burger te kennen, waar hij of zij zal verblijven en om te kunnen nagaan of voornoemde voorwaarden zijn nageleefd.

 

Het is een maatregel die ertoe bijdraagt te weten wie in België verblijft en dat lijkt me belangrijk.

 

Ik zie bij deze aanmelding meer voordelen dan nadelen en zal deze meldingsplicht dus niet afschaffen. Voor een aanpassing van de huidige geldende regels, is een aanpassing van de Vreemdelingenwet van 15 december 1980 vereist. Dit zal verlopen volgens de gangbare wetgevende procedure in het federale Parlement. Vervolgens zal het Vreemdelingenbesluit van 8 oktober 1981 moeten worden aangepast. Dit hoeft niet via het Parlement te verlopen en kan dus sneller gaan.

 

07.03  Bert Moyaers (sp.a): Mijnheer de staatsecretaris, ik stel deze vraag omdat ik als burgemeester van een kleine gemeente heel vaak op dit probleem stuit. Ik woon in Herk-de-Stad, de poort op Haspengouw, een fruitstreek zoals u weet. Fruitteelt gaat heel vaak gepaard met seizoensarbeiders. Dat brengt een heel grote administratieve rompslomp met zich mee, zowel voor de administratie bij het gemeentebestuur als voor uw ambtenaren van de Dienst Vreemdelingenzaken als voor de EU-burger zelf. Om u maar een idee te geven: voor een kleine gemeente als de mijne gaat het jaarlijks al snel om 600 faxen en dossiers die moeten worden opgemaakt. Dan spreek ik nog niet over alle grotere fruitgemeenten rond Herk-de-Stad. Ik wil u vragen om te onderzoeken of de meldingsplicht toch niet minstens voor seizoensarbeiders kan worden vermeden, iets wat bijna overal in Europa al het geval is.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

08 Vraag van Yoleen Van Camp aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Geradicaliseerde moslims" (55010086C)

08 Question de Yoleen Van Camp à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les musulmans radicalisés" (55010086C)

 

08.01  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, volgens mij was iedereen erg aangegrepen door de moord op de heer Paty, de Franse leerkracht. Naar aanleiding daarvan heeft buurland Frankrijk heel wat extra maatregelen aangekondigd tegen radicalisering en extremisme. Zo kwam de Franse minister van Buitenlandse Zaken met het voorstel om een paar honderd geradicaliseerde moslims meteen het land uit te zetten. Ik wil u dan ook voorleggen of u in eigen land ook dergelijke maatregelen plant.

 

Mijnheer de staatssecretaris, kunt u enigszins inschatten of een dergelijke problematiek zich ook bij ons kan voordoen? Hebt u weet van geradicaliseerde moslims in dit land bij wie het risico zich ook voordoet? Wat is van die personen de verblijfsstatus? Wat is uw plan van aanpak? Plant u gelijkaardige acties als uw Franse collega, met name om dergelijke geradicaliseerde moslims gewoon stante pede het land uit te zetten, hun verblijfsstatus in te trekken en dit niet langer te pikken? Hebt u of uw voorganger in het laatste jaar ook al dergelijke intrekkingen van de verblijfsstatussen voltooid? Welke zaken onderneemt u verder nog in het algemeen om voorvallen zoals in Frankrijk hier te voorkomen?

 

08.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Van Camp, ik wil beginnen met u te bedanken voor uw vraag, omdat dit een heel belangrijke aangelegenheid is en uw vraag mij de ruimte geeft om het standpunt van de regering en ook mijn persoonlijk standpunt te benadrukken. Ik ben staatssecretaris voor Asiel en Migratie, maar deze problematiek gaat over veel meer dan alleen vreemdelingen. Het gaat er onder meer ook over welke ruimte wij laten aan mensen met extremistische en gewelddadig extremistische gedachten in onze samenleving. Uiteraard ben ik ook, naar ik vermoed samen met alle deelnemers aan deze vergadering, bijzonder aangegrepen door de gebeurtenissen in Frankrijk, niet alleen in het geval van Samuel Paty, maar ook omtrent wat er de jongste 24 uur in Frankrijk gebeurd is.

 

Laat mij heel duidelijk zeggen dat wij ons als redelijken in de samenleving – ik vermoed dat zo goed als iedereen zich daaronder wel zal verstaan – moeten verenigen in de strijd tegen extremen, tegen iedere vorm van gewelddadig extremisme. Wij mogen onze samenleving niet laten verscheuren. Ik zal dat in ieder geval op mijn departement zeker niet laten gebeuren. Alles wat ik kan doen om daartegen te vechten, zal ik doen.

 

Nu, de Vreemdelingenwet bepaalt dat de toegang of het verblijf kan worden geweigerd of ingetrokken om redenen van nationale veiligheid of openbare orde. Dat geldt ook voor personen met een internationaal beschermingsstatuut. De wet voorziet ook in administratieve maatregelen, bijvoorbeeld vasthouding in een gesloten centrum met het oog op verwijdering uit het land.

 

Opdat de Dienst Vreemdelingenzaken deze maatregelen zou kunnen nemen, is het nodig over de juiste informatie te beschikken op het vlak van radicalisme en op het vlak van terrorisme. Sinds 2016 is er bij de Dienst Vreemdelingenzaken een cel Radicalisme om de informatie te centraliseren en te beheren over vreemdelingen die geradicaliseerd zijn of die een gevaar vormen voor de nationale veiligheid, of die gekend zijn in verband met terrorisme. Die cel volgt de gevoelige dossiers op en is het contactpunt voor de Veiligheid van de Staat, de ADIV, de federale politie, het OCAD en de FOD Justitie. Het zijn eerder deze instellingen die een omvattend beeld kunnen geven van de problematiek in België.

 

Zoals gezegd, ik ben staatssecretaris voor Asiel en Migratie. Ik kan u vanuit mijn functie geen overzicht geven van de identiteit van de geradicaliseerde moslims in België. Ik kan u ook niet zeggen welk verblijfsstatuut het merendeel van hen heeft. Wat ik wel kan doen, en ook zal doen, is de eerder vermelde mogelijke maatregelen van de Vreemdelingenwet in de komende legislatuur toepassen. Personen zonder verblijfsrecht in België zullen het land moeten verlaten. Zoals u in het regeerakkoord kunt lezen, zal er voor de verwijdering prioriteit gegeven worden aan vreemdelingen die een gevaar vormen voor de samenleving. Ieder dossier wordt op individuele basis onderzocht aan de hand van de ontvangen informatie. Als na analyse van het dossier blijkt dat het aangewezen is een administratieve maatregel te nemen, zal dit gebeuren, bijvoorbeeld door het intrekken van het verblijfsrecht.

 

Wat de statistieken betreft waarnaar u vraagt in uw vijfde vraag, stel ik u voor die niet mondeling maar schriftelijk op te vragen. Ik wens te antwoorden op uw vragen, maar voor vragen over cijfers is het het beste dat wij dit op die manier regelen. Dan kan ik ook zo goed als mogelijk antwoorden.

 

De strategie van de strijd tegen de radicalisering wordt uitgezet door de FOD Justitie en de FOD Binnenlandse Zaken. Ik raad u dus zeker aan mijn collega's daarover te bevragen. De Dienst Vreemdelingenzaken neemt deel aan het plan R en participeert in werkgroepen hierover op vlak van asiel en migratie. Ik herhaal wat ik daarnet gezegd heb: stel die vraag zeker aan mijn collega's van Justitie en Binnenlandse Zaken. Dit is een belangrijke problematiek en deze regering zal er in ieder geval alles aan doen om de strijd op te voeren en om ervoor te zorgen dat deze strijd op de juiste manier aangepakt wordt.

 

08.03  Yoleen Van Camp (N-VA): Ik zal het cijfermateriaal zeker schriftelijk opvragen, geen probleem. Ik zal uw andere collega's ook zeker bevragen. Ik had dat echter ook wel van u verwacht, aangezien u bevoegd bent voor het terugsturen van bijvoorbeeld extremisten. U bent bevoegd voor het intrekken van het verblijf, als dat kan, omwille van veiligheid of openbare orde. U bent bevoegd om dergelijke personen vast te houden in gesloten centra en daartoe te beslissen. U kan die informatie dus ook opvragen bij uw collega's bij de Cel Radicalisme en het nodige ondernemen, zoals uw collega's in Frankrijk hebben gedaan. Als u dat van mij verwacht, wil ik die informatie zeker ook mee opvragen bij uw collega's, zodat u daar het nodige voor kan doen.

 

U zegt dat de prioriteit ligt bij mensen zonder verblijfsstatus. Het gaat hier echter soms ook om mensen met een verblijfsstatus, zoals u zelf al zei. Die verblijfsstatus kan eenvoudigweg ingetrokken worden als er problemen van veiligheid en openbare orde zijn. Dat lijkt mij in dergelijke gevallen zo wel te zijn. Ik zou dat persoonlijk zelf al hebben gedaan. Uw bevoegdheidsdomeinen omvatten het terugsturen van extremisten en het vasthouden van dergelijke personen die een gevaar vormen voor onze samenleving.

 

U wilt polarisatie aanpakken. Dat kan beter met concrete acties dan met wollige praatjes. U kan namelijk opvragen wie er zich precies op ons grondgebied bevindt. Dan had u vandaag aantallen kunnen noemen. Dan kon u gewoon optreden tegen mensen die onze samenleving gijzelen, mensen die hier eigenlijk geen plaats hebben. Dan kon u gewoon een krachtig signaal geven aan onze samenleving dat dergelijke mensen die hier onze waarden en normen komen ondergraven en onze democratie uithollen, hier geen plaats hebben. Ik zal er zeker het nodige voor doen. Hopelijk geeft u er dan ook gevolg aan en verwijdert u dergelijke mensen van het grondgebied, zoals Frankrijk heeft gedaan.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Vraag van Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De besmettingen bij personen zonder wettig verblijf en asielzoekers" (55010090C)

09 Question de Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les contaminations chez les personnes en séjour illégal et les demandeurs d'asile" (55010090C)

 

09.01  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar de schriftelijk ingediende vraag.

 

Het aantal besmettingen met Corona in België stijgt snel. Daarbij ging er nog niet zo veel aandacht naar de besmettingen bij personen zonder wettig verblijf, bij verzoekers om internationale bescherming, etc. Het is uiteraard van fundamenteel belang dat ook zij getest en behandeld worden.

 

Vandaar mijn vragen:

 

Worden nieuwkomers in het aanmeldcentrum nog steeds consequent getest op Corona? Is het nog steeds zo dat wie positief test of symptomen vertoont, in isolatie moet blijven (eventueel samen met de familie) in het medisch gedeelte van het aanmeldcentrum tot hij of zij genezen is?

 

Wat is de evolutie in het aantal besmettingen bij de nieuwkomers in het aanmeldcentrum? Wat is bvb. de evolutie de voorbije maand - week na week - van het aantal besmettingen in 1) absolute cijfers en 2) percentages gemeten op het totaal aantal nieuwkomers in het aanmeldcentrum?

 

Is er voldoende capaciteit in het medisch gedeelte van het aanmeldcentrum om besmette nieuwkomers in isolatie te laten verblijven?

 

Wat is de evolutie van het aantal besmettingen in het gehele opvangnetwerk, zowel in absolute cijfers als relatief op het totaal aantal bewoners van de centra?

 

Hoe evalueert u dit alles? Zijn er verdere aanpassingen van de procedures nodig (Fedasil, CGVS, DVZ, … ) om Corona-proof te kunnen werken en om te verzekeren dat eenieder getest en behandeld wordt?

 

Hoe evolueert het aantal besmettingen bij personen zonder wettig verblijf die op straat wonen? Is er ook daar een grote toename?

 

Wat de toegang tot de dringende medische hulp betreft. Voor de periode van 14 maart tot 31 mei was het zo dat door de POD MI geen attesten DMH gevraagd werden, zodat alle zorg aan personen zonder wettig verblijf als DMH werd gezien. Zal dit nu opnieuw gebeuren? En worden andere manieren voorzien om in deze bijzondere omstandigheden toegang tot DMH te versterken specifiek met het oog op het testen en behandelen van Corona-besmettingen?

 

Wordt het testen en behandelen van personen zonder wettig verblijf geïntensiveerd op dit ogenblik? Wordt de ‘outreachende werking’ verder versterkt? Zorgt deze regering al voor extra ondersteuning voor organisaties op het terrein? Welke extra noden zijn er? Welke bijkomende omkadering wordt er door overheidsdiensten geboden?

 

Met dank voor het verstrekte antwoord.

 

09.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Segers, ik zal zo goed als mogelijk proberen te antwoorden op uw vraag. Dat ik dat daarstraks wat minder goed deed bij uw andere heel punctuele vragen, heeft voor een stuk te maken met het feit dat u heel detaillistische en heel veel vragen stelt, waarvan de administratie soms de indruk heeft dat wij dat op een betere manier kunnen aanpakken wanneer een aantal van uw vragen schriftelijk gesteld wordt. Laat ik duidelijk zijn, ik engageer mij ertoe om op uw vragen te antwoorden, maar de beste manier om dat te doen en om effectief op al uw vragen een concreet en gedetailleerd antwoord te kunnen geven, is door de vragen waarvan u zelf het aanvoelen hebt dat ze misschien wat meer studiewerk nodig hebben en cijfermatig zijn, schriftelijk in te dienen.

 

Ik kom tot de kern. Sinds 1 september werden er 1.213 tests uitgevoerd, 3 tests werden geweigerd en 38 waren positief, dat geeft een percentage van 3 %. Alle personen die positief testen, worden in isolatie geplaatst. De isolatiezone kan flexibel aangepast worden aan het aantal personen dat hier moet verblijven.

 

De vraag naar een overzicht van de evolutie week per week van het aantal besmettingen in het aanmeldcentrum en het volledige opvangnetwerk, is een vraag naar cijfergegevens. Het lijkt mij best dat u die schriftelijk stelt.

 

Het agentschap blijft continu de richtlijnen aanpassen voor de centra, op basis van de wijzigende omstandigheden en de richtlijnen van de FOD Volksgezondheid en de Nationale Veiligheidsraad, en dat steeds in afstemming met Sciensano. Dat heeft ermee voor gezorgd dat de situatie de voorbije periode onder controle is gebleven.

 

Ondertussen hebben wij een behoorlijk zicht op het mogelijk verloop van COVID-19 in de opvangcentra. Wij zien dat wij er met de juiste aanpak voor kunnen zorgen dat de uitbraak relatief snel ingedijkt kan worden. Ook nu zullen de veiligheidsvoorschriften in de opvangcentra worden verstrengd, waarbij rekening wordt gehouden met de algemene aanbevelingen van de overheid.

 

Testen is hierbij uiteraard een essentiële component. Vanwege de grote druk op de testcentra en laboratoria besliste de interministeriële conferentie Volksgezondheid om preventieve testing tijdelijk op te schorten. Omdat een blijvende inzet op preventieve testing van asielzoekers voor mij echter cruciaal is, heb ik de specifieke situatie van mijn departement opgenomen met coronacommissaris Pedro Facon en de verantwoordelijke instanties bij de interministeriële conferentie Volksgezondheid.

 

Gisteren besliste de interministeriële conferentie Volksgezondheid vervolgens om de teststrategie bij te stellen. Bewoners van onze residentiële structuren die een nauw contact met iemand die positief testte op corona, hadden maar geen klachten vertonen, kunnen getest worden op dag 5 na de dag waarop het nauw contact met een positief getest persoon plaatsvond. Bij een negatief testresultaat op dag 5 houdt de quarantaine 2 dagen later op. Bij een positief resultaat op dag 5 geldt een isolatie van minstens 7 dagen.

 

Voor de vragen over dringende medische hulpverlening ben ik niet bevoegd.

 

09.03  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, dank u voor de informatie. Ik heb er heel bewust voor gekozen om de vragen niet schriftelijk te stellen, omdat actie nu nodig is, gezien de tweede golf en de stijgende besmettingscijfers. Cijfers achteraf helpen ons immers niet verder. Er is nu monitoring nodig om zicht te krijgen op het probleem, zodat men kan ingrijpen. Ik moet zeggen dat het mij wel bezorgd maakt dat de cijfers niet meteen beschikbaar zijn.

 

Ik ben wel heel blij met de passage in het regeerakkoord over het testen en behandelen van personen zonder wettig verblijf. Wij waren daar trouwens vragende partij voor. De nadruk wordt gelegd op outreachende werking en ondersteuning vanwege de overheidsdiensten. Wij danken u trouwens voor uw engagement. Op het terrein ziet men echter veel mensen toestromen en heeft men in extra capaciteit moeten voorzien om aan de vraag te kunnen beantwoorden. Er zijn ook veel vragen in verband met corona bij organisaties die werken met personen zonder wettig verblijf. Daarbij wordt telkens beklemtoond dat de golf anders is, omdat de winter er aankomt. Men ziet veel meer wanhoop en wanhoopsdaden.

 

Tevens stelt men vast dat het testen en de terugbetaling bijzonder ingewikkeld zijn voor de organisaties op het terrein. Er is ook onvoldoende opvang en kan men alleen in zijn kot blijven, als men een kot heeft. Er wordt mij bovendien gesignaleerd dat er echt een tekort is aan coördinatie van de acties voor de doelgroep. Men zegt dat er weinig lessen getrokken zijn uit de eerste golf.

 

Daarom vond ik het belangrijk dat voornoemde passage uit het regeerakkoord in het hoofdstuk Asiel en Migratie staat. Ook bij de eerste golf heb ik geprobeerd een groot aantal vragen te stellen over het testen en behandelen van personen zonder wettig verblijf. De staatssecretaris van Asiel en Migratie stelde dan nogal snel niet bevoegd te zijn en ik werd van het kastje naar de muur gestuurd. Daarom vind ik het goed dat het nu onder het hoofdstuk Asiel en Migratie staat, wat voor mij betekent dat u een coördinerende rol kunt spelen, ook ten aanzien van personen die voor bepaalde stukjes misschien nog net iets meer bevoegd zijn dan u.

 

Het is echt nodig om stevig samen te werken en overleg op te zetten tussen de verschillende dagdiensten, voedseldistributeurs en hygiënediensten. Zo kan men een globale strategie uitwerken. Eenheid van commando is nodig, dat geldt ook hier in grote mate. Ik ben er zeker van dat u daar werk van zult maken.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Samengevoegde vragen van

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De taskforce voor niet begeleide minderjarige vreemdelingen" (55010091C)

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De opvang van NBMV's" (55010122C)

10 Questions jointes de

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La task force pour les mineurs étrangers non accompagnés" (55010091C)

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "L'accueil des MENA" (55010122C)

 

10.01  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, naar aanleiding van de verdwijning van Brahim Bakali (9j) uit de DVZ-lokalen werd in de vorige legislatuur een taskforce opgericht om de betrokken overheidsdiensten samen te brengen om inlichtingen uit te wisselen over NBMV’s die van de radar verdwijnen. De bedoeling was om tot 1 aanpak van verdwijningen te komen, maar de poging om 1 protocol op te stellen strandde in april 2018 (bleek uit m’n parlementaire vraag begin dit jaar).

 

Onlangs bleek de nood aan duidelijke afspraken en aan betere signalements- en identificatieprocedures voor NBMV’s opnieuw uit het Belgische luik van de Essex-zaak. In die zaak lieten 39 Vietnamezen het leven in een koelwagen bij Essex. Daarbij waren 2 jongeren die kort voordien nog in Brussel verbleven. Zij waren eerder ontsnapt uit de Nederlandse gespecialiseerde zorg en werden door de Nederlandse politie gevolgd tot in Brussel. Maar daar ging het mis bij de overdracht. Het Brussels parket wees daarvoor aanvankelijk naar Nederland, maar moest onlangs erkennen dat het Nederlands parket niet gevraagd had om niet tussen te komen. Uiteindelijk bleek bovendien ook dat noch de referentiemagistraat ‘mensenhandel mensensmokkel’ noch de dienst voogdij op de hoogte werden gebracht en dat er geen enkele opvolging was gebeurd.

 

Naar aanleiding van deze zaak antwoordde toenmalig minister Geens onlangs op mijn vraag o.a. het volgende: “De minister van Justitie zal ook het initiatief ondersteunen van de minister bevoegd voor Asiel en Migratie om nieuw overleg te houden met de bevoegde partners, waaronder de justitiële actoren.“

 

Mijn vragen:

 

Werd de taskforce het voorbije jaar samengeroepen? Hoeveel keer en wanneer? Met wie? Welke standpunten werden ingenomen? Wat is de stand van zaken met betrekking tot de intentie om te komen tot 1 aanpak om verdwijningen te voorkomen?

 

Werd er inderdaad overlegd naar aanleiding van de Essex-zaak en met wie? Wat waren daarvan de specifieke conclusies?

 

Hoeveel NBMV’s verdwenen er in 2020? Hoeveel daarvan waren in het bijzonder ‘onrustwekkend’?

Wat vindt u van de idee om een jongere consequent bij een 1e contact met een dienst een voogd-organisatie toe te wijzen om hen zoveel mogelijk op de radar te houden en opvolging te verzekeren (ook wanneer het kind bvb. tussendoor wegloopt)?

 

Wat vindt u van de idee om de betrokkenheid van de dienst voogdij in het aanmeldcentrum te verhogen?

 

Mijnheer de staatssecretaris,

Wanneer NBMV in België worden aangetroffen hebben zij recht op opvang. Het opvangtraject voor NBMV van de federale staat en de gemeenschappen verloopt in drie fasen. In de eerste fase worden zij opgevangen in een OOC (observatie- en oriëntatiecentrum). In een tweede fase zullen de NBMV die een asielaanvraag indienen in principe worden opgevangen door Fedasil. De derde fase van de opvang bestaat eruit dat asielaanvragers worden doorverwezen naar een individuele opvangstructuur, met meer vrijheid en autonomie, maar onder begeleiding.

De eerste opvangfase voor NMBV’s zou sinds deze zomer verzadigd zijn. De capaciteit van het netwerk ligt iets lager omdat enkele plaatsen voorbehouden blijven voor het afzonderen van potentiële COVID-gevallen.

Daarom mijn vragen mijnheer de staatssecretaris:

Zou het mogelijk zijn om een stand van zaken ivm de opvang van NMBV’s te krijgen zowel in eerste als tweede fase? Hoeveel worden er momenteel opgevangen? Hoeveel plaatsen zijn er nog vrij? Kan men alle aangemelde NBMV’s een aangepaste opvangplaats aanbieden?

Als er geen plaats is waar worden de aangemelde NBMV’s opgevangen? Krijgen ze daar dezelfde begeleiding als in een OOC?

Waar worden NBMV’s met een leeftijdstwijfel opgevangen? Worden zij als een bijzondere categorie behandeld? Worden zij in afwachting van het resultaat van de test behandeld als een NBMV? Worden NMBV’s met leeftijdstwijfel opgevangen in de tweede fase?

Welke instructies zijn er desgevallend?

 

10.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Segers, niet-begeleide minderjarige vreemdelingen vormen een bijzonder kwetsbare groep, die bijzondere aandacht, een bijzondere aanpak en bescherming verdient. Het regeerakkoord gaat terecht dieper in op de problematiek. Ik zal er in mijn beleid rigoureus aandacht aan  besteden.

 

Momenteel bedraagt de bezettingsgraad van de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen in een eerste fase 118,82 % en in een tweede fase 95,43 %. Het Agentschap wordt dus sinds juni 2020 geconfronteerd met een ernstige verzadiging van het opvangnetwerk wat betreft de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen. Na de tijdelijke sluiting van het Aanmeldingscentrum in de eerste COVID19-lockdownperiode nam de instroom van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen dagelijks toe. Op dit ogenblik zijn de eerste en tweede opvangfase verzadigd, zoals u uit de cijfers kunt begrijpen. In de eerste opvangfase worden 83 jongeren opgevangen buiten de reguliere observatiecentra voor minderjarige verzoekers om internationale bescherming. Het Agentschap plant op korte termijn extra capaciteit te creëren, zowel in de eerste als in de tweede opvangfase.

 

Elke niet-begeleide minderjarige vreemdeling die zich aanmeldt, krijgt opvang. Om dit te kunnen blijven garanderen, was Fedasil genoodzaakt maatregelen te nemen. Deze maatregelen betreffen enerzijds maatregelen tot verhoging van het aantal opvangplaatsen, in een eerste opvangfase, en anderzijds maatregelen tot een versnelde doorstroom uit die eerste fase. In eerste instantie werd de crisiscapaciteit van de drie reguliere observatie- en oriëntatiecentra die in december 2019 in werking trad, behouden. Daarnaast werd het aantal opvangplaatsen in de eerste fase verhoogd, door de volledige OOC-capaciteit van het opvangcentrum te Sugny te gebruiken – dat gaat over 20 plaatsen – en door tijdelijke OOC-plaatsen te creëren in het tweede opvangcentrum voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen in Overijse – ook daar 20 plaatsen – en door haar opvangpartners Synergie14 en SAM ASBL tijdelijk nieuw aangemelde niet-begeleide minderjarige vreemdelingen toe te wijzen. Op deze plaatsen krijgen alle niet-begeleide minderjarige vreemdelingen observatie en oriëntatie.

 

Om aan de hoge toestroom tegemoet te komen, werd ook de pre-opvangcapaciteit verhoogd met 15 plaatsen in SAM (…) en 40 plaatsen in het aanmeldcentrum. Gezien de verzadiging van de eerste en de tweede opvangfase worden de jongeren vanaf 16 jaar voldoende autonoom en zonder specifieke kwetsbaarheden met een leeftijdstwijfel vanuit de observatie- en oriëntatiecentra doorgestuurd naar de tweede opvangfase op een volwassenenplaats, in afwachting van de organisatie en de resultaten van hun leeftijdstest.

 

Voor jongeren vanaf 17 jaar betreft het een directe toewijzing. Indien de resultaten bevestigen dat de jongere minderjarig is, stroomt hij door naar de vleugel voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen. Indien de jongere als een meerderjarige wordt beschouwd, stroomt hij door naar een andere volwassen plaats. De jongeren waarbij er twijfel is over de leeftijd, worden op een aparte kamer samen ontvangen. Dat lijkt mij trouwens de beste aanpak om te vermijden dat er ook meerderjarigen in een centrum terechtkomen, waar toch heel kwetsbare jongeren zitten.

 

Het agentschap denkt er momenteel aan om die twee instructies in te trekken en bereidt een andere instructie voor betreffende de directe toewijzing vanaf 17 jaar: is een jongere voldoende autonoom en zijn er geen specifieke kwetsbaarheden, is er doorverwijzing naar de tweede opvangfase op niet-begeleide minderjarige vreemdelingen plaatsen voor autonome jongeren met een omkadering voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen.

 

De taskforce betreffende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen – ik gebruik de afkorting ter zake niet graag,– werd opnieuw een eerste keer samengeroepen op 13 juli 2020. Er was een verkennend gesprek waarin werd bekeken hoe de taskforce opnieuw zou kunnen worden opgestart en met welke finaliteit.

 

Ik heb er geen kennis van welke dossiers er concreet werden besproken, maar momenteel bestaan er nog geen gecentraliseerde cijfers over verdwijningen, omdat er geen centraal beheerd gegevensbestand bestaat. Hierdoor heeft elke instantie enkel eigen statistieken, die allen partieel, onvolledig of niet accuraat genoeg zijn.

 

De dienst Voogdij en dus Justitie zijn bevoegd inzake de beslissing om al dan niet een voogd aan te wijzen, en de aanwezigheid van de dienst Voogdij. Wel is het mij duidelijk dat, wat de opvolging van verdwijningen betreft, er duidelijk nog stappen vooruit gezet moeten worden. Ik zal dan ook spoedig met alle betrokken actoren bekijken wat hier mogelijk is, want ook ik vind de kwestie persoonlijk van bijzonder groot belang. Op dat vlak kunnen wij niet talmen.

 

10.03  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u opnieuw voor het engagement. Ik was een tijd geleden bijzonder ontdaan door de Essexaffaire – ik ben dat nog steeds – en al wat daar is misgegaan. Wat de opvolging van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen betreft, is dus nog bijzonder veel vooruitgang mogelijk. Ik ben dan ook opnieuw blij met het regeerakkoord, want ik neem de problematiek ten zeerste ter harte. Ik zal er zeer nauw op toezien en u mag van mij hierover nog heel veel vragen verwachten, hoewel ik natuurlijk wel vertrouwen heb dat u hier verder werk van zult maken.

 

Ik hoop dat u ook aan de slag gaat met mijn twee suggesties, met name het consequent onmiddellijk aanstellen van voogden om zo tot een specialisatie te komen en het betrekken van de dienst Voogdij in het aanmeldcentrum. Die maatregelen samen met de FOD Justitie kunnen een echt verschil maken.

 

Ik geef nog mee ook erg getroffen te zijn door de verdwijning afgelopen zomer van de vijfjarige Achmad. Die landde in juni op de luchthaven van Zaventem, in het gezelschap van een man. Ze waren beiden afkomstig uit Griekenland. De volgende dag vertrok die man al opnieuw naar Griekenland, maar deze keer zonder de kleine Achmad. Sindsdien is er van de jongen geen spoor meer. Dat is natuurlijk een heel moeilijke problematiek. Omdat zulke jonge kinderen het land binnen kunnen komen, is het natuurlijk belangrijk dat alle diensten op het terrein de voogdijwet en de werking van de Dienst Voogdij ook goed kennen. Daarvoor is ook uw inzet echt van groot belang.

 

Soms gebeurt het ook dat zo'n jongetje ondergebracht wordt bij familie, die nu voor hem zorgt. De identificatie van de jongen als niet-begeleide minderjarige kan dan op verschillende manieren gebeuren, via school, via het CLB, via een arts die om hulp wordt gevraagd of via een ziekenhuis. Het komt dan ook regelmatig voor dat die kinderen een tijd ondergedoken leven en dan door toeval in het systeem van de voogdij terechtkomen. Uiteindelijk is het daarbij altijd belangrijk dat het beschermingssysteem in het belang van het kind zo snel mogelijk zijn werk kan doen. Ondergedoken leven heeft zeker ook een enorme impact op het kind. Ik reken er dan ook opnieuw op dat u en uw diensten er alles aan zullen doen om de voogdijwet te doen naleven.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

11 Vraag van Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De toegang tot gezondheidszorg voor verzoekers om internationale bescherming in tijden van COVID" (55010092C)

11 Question de Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "L'accès aux soins de santé pour les demandeurs de protection internationale pendant le COVID" (55010092C)

 

11.01  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, uit onze informatie blijkt dat pas bij de toewijzing van een code 207 Fedasil de medische kosten van verzoekers tot internationale bescherming dekt. Tijdens deze gezondheidscrisis, die nu opnieuw opflakkert, is het echter zeer waarschijnlijk dat mensen al nood hebben aan medische begeleiding en verzorging vanaf invullen aanmeldformulier. De Belgische staat is ook meteen, vanaf het ogenblik waarop personen aangeven dat zij een verzoek tot internationale bescherming willen indienen, verantwoordelijk voor de medische kosten. Dit is geen kwestie van dringende medische hulp, want een OCMW zal zich niet bevoegd verklaren voor verzoekers internationale bescherming. Bovendien duurt deze procedure waarbij het OCMW zich onbevoegd verklaard gemiddeld één volledige maand, tijd die niet verloren kan gaan wanneer er bijvoorbeeld sprake is van een risico op COVID-besmetting.

 

De Cel medische kosten van Fedasil geeft echter aan dat ze medische kosten ten laste nemen vanaf invullen elektronisch aanmeldformulier maar volgens onze informatie spreekt de juridische dienst van Fedasil dit tegen, zoals bevestigd op contactvergadering september 2020. De juridische dienst van Fedasil stelt zo dat kosten enkel ten laste worden genomen vanaf de registratie van het verzoek tot internationale bescherming in het aanmeldcentrum en de toekenning van een code 207. Zo lijkt er dus een medische protection gap te zijn voor mensen die wel het formulier reeds hebben ingevuld en aldus verzoeker tot internationale bescherming zijn, maar nog niet werden uitgenodigd bij DVZ of die niet meteen opvang krijgen van Fedasil en dus nog geen code 207 kregen, want niemand neemt hun medische kosten ten laste. Het lijkt bovendien om een heel aantal mensen te gaan in september wachtten nog 686 mensen op een afspraak.

 

Mijn vragen mijnheer de staatssecretaris:

 

Kunt u bevestigen dat Fedasil wel degelijk de medische kosten zal vergoeden na het invullen van het aanmeldformulier maar voor het verkrijgen van een afspraak?

 

Op welke wijze kan worden gegarandeerd dat deze kosten worden terugbetaald?

 

11.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Segers, ik dank u opnieuw voor uw vraag. Het gaat heel veel over COVID-19, wat terecht is. Ik ben blij dat het ook hier in de commissie over COVID-19 gaat.

 

Fedasil neemt de medische kosten ten laste vanaf de toekenning van een code 207. Het invullen van het aanmeldformulier wordt in de praktijk voor meerdere doeleinden gebruikt en betekent niet noodzakelijk dat een verzoek om internationale bescherming zal worden ingediend. Louter uit het invullen van dit formulier kan bijgevolg niet worden afgeleid dat het agentschap bevoegd is voor het vergoeden van de medische kosten.

 

In antwoord op uw tweede vraag kan ik u melden dat een en ander afhankelijk is van de administratieve toestand van de betrokkene. Indien de code 207 wordt toegekend, zal het agentschap de medische kosten ten laste nemen. Voorts kan ik u geruststellen dat de problematiek binnenkort niet meer zal rijzen. Zoals u weet, heeft de rechtbank van eerste aanleg te Brussel geoordeeld dat het invullen van het online aanmeldingsformulier wel degelijk kan worden gelijkgesteld met het doen van een verzoek om internationale bescherming en dat een einde moet worden gesteld aan de onmogelijkheid om onmiddellijk toegang tot materiële hulp te krijgen.

 

De Belgische Staat heeft, zoals u weet, dertig dagen tijd gekregen, om een nieuwe regeling uit te werken, zijnde ten laatste begin november 2020. Wij zijn in overleg met de betrokken diensten, om het opnieuw mogelijk te maken dat een verzoeker om internationale bescherming onmiddellijk door Fedasil ten laste wordt genomen zodra een verzoek wordt gedaan. Medische kosten zullen daarbij door Fedasil ten laste kunnen worden genomen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

12 Vraag van Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De toepassing van het arrest Diallo" (55010094C)

12 Question de Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "L'application de l'arrêt Diallo" (55010094C)

 

12.01  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, deze vraag gaat over het arrest-Diallo, een belangrijk arrest dat ongeveer een jaar geleden werd geveld.

 

In België was het zo dat een aanvraag voor gezinshereniging die niet in negen maanden werd beantwoord, automatisch tot een positieve beslissing leidde. Als de administratie dus geen tijd had gehad om een aanvraag te bekijken en er een ernstig probleem was op de dienst Toegang en Verblijf, volgde automatisch een positieve beslissing. Nu is het daar kalm omdat er weinig visumaanvragen waren, maar toen ik staatssecretaris was, was het daar bijzonder druk en werd die termijn soms overschreden of was het heel moeilijk om die termijn te halen. Ik heb van de diensten begrepen dat het nu iets beter is, maar dat is ook een gevolg van corona, dus de situatie kan binnen twee jaar weer helemaal anders zijn. Er was extra geld beloofd, maar dat is er nooit gekomen. Ik heb straks nog een vraag over de budgetten, dus daarover kunnen we het straks hebben.

 

Het is vervelend om een automatisch positieve beslissing te moeten geven, want men weet immers niet wie men binnenlaat als men niet heeft bekeken of het om een schijnhuwelijk gaat of misschien om iemand met slechte ideeën over onze samenleving. In dat geval zit men met de gebakken peren, maar is men natuurlijk wel politiek verantwoordelijk. Best vermijden dus.

 

Het arrest-Diallo van het Europees Hof van Justitie zegt dat men binnen een redelijke termijn moet antwoorden, maar het is niet omdat die termijn is overschreden dat men dan automatisch een visum moet afleveren. Er moet altijd een toetsing zijn, ook al werd die visumaanvraag 10 of 12 maanden geleden ingediend in bijvoorbeeld Marokko of Turkije.

 

Dat is een heel interessante uitspraak, die bovendien ook onze agenda dient. Wij willen immers toch dat er een controle is op wie we op ons grondgebied toelaten. We hebben daarover een wetsvoorstel ingediend, maar de Raad van State was van oordeel dat het uitblijven van een beslissing van de DVZ geen carte blanche mag betekenen voor de administratie en beklemtoonde dat men binnen een redelijke termijn moet antwoorden. Men moet dus nog ergens een stok achter de deur hebben.

 

We zijn er niet uitgeraakt. Ik heb dat ook wat laten liggen. Het was een prioritair wetsvoorstel en ik heb niet om de stemming ervan gevraagd. Dat zullen we binnenkort misschien doen. Ik weet het niet goed.

 

Het uitblijven van een beslissing leidt dus niet tot een positieve beslissing, aldus de Raad van State, maar betekent geenszins dat een beslissing voor onbepaalde tijd op zich mag laten wachten.

 

Voor alle duidelijkheid, wij willen absoluut niet dat de DVZ gedurende jaren dossiers laat liggen. Mensen hebben recht op een deftig antwoord, een ja of een neen op een redelijke termijn. Punt. Dat is heel evident. Dat is altijd mijn beleid geweest en dat zal ook altijd de lijn zijn die ik aanhoud, oppositie of meerderheid, peu importe.

 

Mijnheer de staatssecretaris, hoe gaat de Dienst Vreemdelingenzaken in de praktijk om met de uitvoering van het Diallo-arrest? Passen ze dat toe?

 

Door corona zijn er bijna geen termijnoverschrijdingen meer. Het heeft zich misschien nog niet echt voorgedaan, maar dan is mijn vraag heel concreet of er een instructie van een juridische dienst of van de directeur-generaal is voor de diensten van Toegang en Verblijf over hoe ze Diallo moeten toepassen?

 

Is mijn wetsvoorstel nog nodig? Komt u met een wetsontwerp om dat ook juridisch in orde te brengen? Hoe zit u dat? Graag een toelichting.

 

Dit is een interessante kwestie, waar ik zeer tevreden was met het oordeel van het Europees Hof van Justitie.

 

12.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Francken, blij te horen dat u tevreden bent het arrest van het Hof, want het is inderdaad een belangrijke zaak.

 

Het klopt, bij de DVZ verlopen de zaken wat vlotter. Dat is het COVID-19-effect. Ik hoop dat we later over het Mahdi-effect kunnen spreken, maar dat zal nog moeten blijken.

 

U hebt de context al geschetst, maar ik ga dat ook nog eens doen.

 

In het Diallo-arrest van het Europees Hof van Justitie staat dat de Belgische vreemdelingenwet haaks staat op de doelstellingen van de burgerschapsrichtlijn omdat deze richtlijn het mogelijk maakt dat een verblijfskaart wordt afgegeven aan iemand die niet voldoet aan de voorwaarde indien de termijn overschreden is. Daar moet daadwerkelijk iets aan worden gedaan.

 

Het Hof deed de uitspraak in het kader van een gezinshereniging met een burger van de EU. Op de gezinshereniging met een Belg of een onderdaan van een derdeland heeft het arrest voor alle duidelijkheid geen invloed.

 

Voor de aanvragen, gebaseerd op artikel 40bis, de gezinshereniging met een burger van de Europese Unie, en in afwachting van een wetswijziging zal de DVZ het verblijfsrecht toekennen als er binnen de door artikel 42 bepaalde termijn van 6 of 9 maanden geen negatieve beslissing werd genomen.

 

Een uitzondering hierop wordt gemaakt als er elementen van openbare orde zijn die rechtvaardigen dat het verblijfsrecht niet wordt toegekend.

 

Ik heb niet de intentie om rechtspraak van het Hof naast mij neer te leggen. Ik zal dan ook binnen de regering, zoals u ook hebt gesuggereerd, bespreken op welke manier we aan dit arrest gevolg zullen geven, vooraleer ik een ontwerp indien in het Parlement, maar dat zal wel gebeuren.

 

We zullen daarbij uiteraard rekening houden met de bezorgdheden van de Raad van State, met name dat beslissingen geenszins voor onbepaalde tijd op zich mogen laten wachten. Het is de ambitie van deze regering en van mijzelf om te zorgen voor snelle en correcte procedures. Dat zal in dit geval niet anders zijn.

 

12.03  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, bedankt voor uw antwoord. Ik moet zeggen dat ik het advies van de Raad van State enigszins wel begrijp. Daartegenover vind ik dat er twijfels rijzen bij de interpretatie, aangezien het erop lijkt dat het advies een andere richting uitgaat dan wat het Europees Hof heeft beslist. Het is op de duur heel moeilijk om er nog klaar in te zien.

 

Ik wil toch even meedelen dat die adviezen van de Raad van State altijd vanuit dezelfde kamer komen. Ik heb twintig tot dertig wetsvoorstellen lopende. Die kamer van de Raad van State zegt onder andere dat die 120 % op het vlak van gezinshereniging niet oké is, hoewel het Grondwettelijk Hof dat al gevalideerd heeft. U zult zelf nog wel vaak kennismaken met de arresten van de Raad van State. Bonne chance.

 

U kondigt een wetsontwerp aan dat u in de regering zult bespreken. Daar kijk ik naar uit. Ondertussen doet het zich eigenlijk haast niet voor, maar past u het ook niet toe. U zegt dat u het alleen toepast in gevallen van openbare orde. Veronderstel dat het gaat over een termijn van negen en een halve maand, de termijn is overschreden en er is geen openbare orde, dan geeft u een visum, maar als er wel openbare orde is, dan zult u de uitreiking van het visum bestuderen. Dat is eigenlijk niet in overeenstemming met het arrest van de Raad van State. Het arrest stelt namelijk dat er altijd een check moet gebeuren. Bij de bespreking van uw wetsontwerp zullen we daar zeker nog verder op ingaan.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

13 Samengevoegde vragen van

- Marianne Verhaert aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De technische problemen met de visadatabase" (55010121C)

- Anneleen Van Bossuyt aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De problemen bij visumaanvragen" (55010367C)

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Visumproblemen" (55010339C)

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "Visumproblemen" (55010477C)

13 Questions jointes de

- Marianne Verhaert à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les problèmes techniques avec la base de données des visas" (55010121C)

- Anneleen Van Bossuyt à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les problèmes liés aux demandes de visa" (55010367C)

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les problèmes liés aux visas" (55010339C)

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les problèmes liés aux visas" (55010477C)

 

13.01  Marianne Verhaert (Open Vld): Mijnheer de staatssecretaris, in de eerste plaats wil ik u proficiat wensen met uw benoeming als staatssecretaris. Ik wens u veel succes.

 

Daarnaast wil ik het probleem aankaarten dat enkele Belgische ambassades op dit moment geen nieuwe visumaanvragen kunnen ontvangen, noch eerder ingediende vragen kunnen consulteren of goedgekeurde visumaanvragen kunnen afgeven.

 

Die problemen doen zich nu al een viertal weken voor. Zij zouden te wijten zijn aan een technisch probleem waardoor de ambassades geen toegang hebben tot de visadatabase. Dat probleem brengt uiteraard voor heel wat mensen kopzorgen mee. Mensen die een visum toegezegd hebben gekregen, kunnen dit niet afhalen. Voor enkelen die een huwelijksaanvraag gedaan hebben, loopt de tijdsdruk uiteraard op.

 

Het probleem zou niet alleen rijzen voor aanvragen van visa, maar ook voor aanvragen van consulaire bijstand. Ik heb daar een aantal vragen over, mijnheer de staatssecretaris.

 

Bent u op de hoogte van de problemen met de visadatabase? Wanneer verwacht u een oplossing? De problemen houden nu toch al een tijdje aan.

 

Wat gebeurt er indien de deadline voor de getroffen visa-aanvragen verstrijkt door de ICT-problemen die intussen al vier weken duren?

 

Wordt er gewerkt aan een back-upsysteem? Vier weken is toch heel lang, zeker wanneer er geen alternatief is. Ik heb wel vernomen dat men in sommige ambassades alternatieven bekijkt, maar er zou een back-upsysteem moeten komen opdat dit niet meer voorvalt in de toekomst.

 

13.02  Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Ik verwijs naar de schriftelijke versie van mijn vraag.

 

Vorige maand voerde de toenmalige regering versoepelingen door wat betreft het internationaal reisverkeer en in het bijzonder ook voor binationale koppels met een duurzame relatie.

 

Hierdoor is het voor een groot deel van hen opnieuw mogelijk om mekaar te bezoeken, op voorwaarde dat ze alle nodige documenten voorzien: dit gaat zowel om de bewijzen van de echtheid en duurzaamheid van de relatie als de reguliere documenten van de visumaanvraag.

 

Deze koppels, die mekaar al maanden moesten missen, hebben vaak kosten noch moeite gespaard om al deze nodige documenten te verzamelen en tijdig aan de ambassades en consulaten te bezorgen. Maar vanaf daar loopt de procedure echter strop. Zo blijkt dat er sinds 6 oktober een technisch probleem is voor het online aanvragen van visa (via https://visaonweb.diplomatie.be/) waardoor deze niet in behandeling worden genomen en het de facto onmogelijk wordt om naar België af te reizen.

 

Binationale koppels worden als sinds het begin van de coronacrisis zwaar op de proef gesteld. Nu ze eindelijk zicht kregen op een hereniging, worden ze geconfronteerd met een technisch probleem dat deze hereniging volledig op de helling zet en waarvan niemand kan zeggen hoe lang dit probleem zal aanslepen.

 

Klopt dat het dat er sinds 6 oktober een technisch probleem is wat betreft visumaanvragen? Wat is de reden van dit probleem? Waarom houdt dit probleem zo lang aan? Wanneer zal dit opgelost worden?

 

Wat gebeurt er in de tussentijd met de visumaanvragen? Kunnen deze niet op een alternatieve wijze in behandeling genomen worden?

 

Zal er, eens het technisch probleem is opgelost, extra mankracht worden ingezet voor de behandeling van de visumaanvragen zodat de behandelingstermijn wordt ingekort en men op de gekozen en geboekte vluchtdatum naar België kan afreizen?

 

Hoe zal de minister tegemoet komen aan de zorgen van deze binationale koppels die elkaar al maanden moeten missen?

 

13.03  Ben Segers (sp.a): Ik verwijs eveneens naar de schriftelijke versie van mijn vraag.

 

Volgens onze informatie stellen zich verschillende praktische problemen bij het uitreiken van visa. Zo zouden diplomatieke posten sinds 6 oktober 2020 geen visa meer uitreiken door technische problemen. Dit wil zeggen dat geen visumstickers meer kunnen worden afgeleverd en dat de elektronische dossiers niet meer toegankelijk zijn. Dit probleem verhindert ook de efficiënte werking van DVZ, omdat ook zij toegang nodig hebben tot de elektronische visumdossiers. Dat onze diplomatieke posten en de dienst vreemdelingenzaken gehinderd worden in hun werking is uiteraard maar een deel van het aanzienlijke probleem: in de eerste plaats treft het de mensen die een visa willen aanvragen. Hierbij moet er gewezen worden op het feit dat sommige van deze aanvragers zich in een heel precaire positie bevinden: denk bijvoorbeeld aan minderjarigen die hun ouders komen vervoegen en nu vastzitten.

 

DVZ vermeldt immers dat wereldwijd de indiening en behandeling van de aanvragen voor visa geleidelijk aan hervat zijn. De absolute voorwaarde hiervoor, zo stelt DVZ, is dat de outsourcingpartner waarmee wordt samengewerkt (VFS Global of TLS contact) weer operationeel is. De website van VFS Global bevat echter foutieve informatie die stelt dat alle visumdiensten onderbroken zijn, en geen nieuwe visumaanvragen meer aanvaard worden buiten dringende/humanitaire visa of visa met het oog op gezinshereniging voor familieleden van EU-burgers. Deze informatie klopt dus niet.

 

Kunt u bevestigen of er al dan niet sprake is van een technisch probleem bij het afleveren van de visa? Welke stappen worden gezet om dit probleem te verhelpen? Binnen welke termijn stelt u een noodoplossing voor? Binnen welke termijn hoopt u een definitieve oplossing van dit probleem te hebben?

 

Hebt u een zicht op hoeveel personen of dossiers getroffen zijn door dit probleem?

 

Welke informatie wordt ondertussen verstrekt aan personen die door dit probleem getroffen zijn? Op welke manier wordt deze informatie verstrekt? Wordt er gedacht aan een manier om personen die hierdoor bijvoorbeeld moeilijk te herstellen ernstige nadelen ervaren te compenseren?

 

Op welke manier wordt verzekerd dat de outsourcingpartners van onze ambassades en consulaten over correcte informatie beschikken en deze verspreiden?

 

Ondertussen bereikt ons de informatie dat het probleem aangaande de visa zou zijn opgelost, in ieder geval in een aantal ambassades.

Klopt deze informatie? Is het probleem in alle of slechts in een beperkt aantal diplomatieke posten opgelost?

Zal DVZ de genomen beslissingen die de afgelopen weken niet konden uitgevoerd worden, nu onveranderd laten uitvoeren? Of zal DVZ die beslissingen herzien?

Zullen bv studentenvisa alsnog snel afgeleverd worden zodat studenten zo snel mogelijk kunnen aansluiten bij het gestarte academiejaar?

Zullen ook visa gezinshereniging en andere visa die al een akkoord van DVZ kregen nu zonder verder bericht en zonder verwijl kunnen afgeleverd worden?

Klopt de informatie dat DVZ bureau gezinsherenigingen hun beslissingen willen herzien?

Zal het verloop van eventuele termijnen of leeftijdsbepalingen niet ten nadele van de personen die een visa aanvragen spelen?

Bedankt voor uw antwoorden

 

13.04 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Dank voor uw felicitaties, mevrouw Verhaert. Ik hoop als staatssecretaris ook u niet te ontgoochelen. Ik hoop dat ook nu niet te doen, bij het beantwoorden van de eerste vraag die u aan mij hebt gericht.

 

Ja, ik ben op de hoogte van de technische problemen die onze posten in het buitenland ondervinden met de applicatie VisaNet en de impact daarvan op het tijdig kunnen afleveren van visa aan niet-Belgen. De visadatabank waarnaar u verwijst, valt onder de bevoegdheid van de FOD Buitenlandse Zaken. De dienst Vreemdelingenzaken werd onmiddellijk op de hoogte gebracht van het IT-probleem en wordt doorlopend geïnformeerd over de evolutie van de situatie.

 

De FOD Buitenlandse Zaken werkt aan een oplossing. Op woensdag 22 oktober werd een eerste post opnieuw verbonden, namelijk Yaoundé. Op donderdag 23 oktober waren dat er vier, namelijk Casablanca, Dakar, Londen en Koeweit. Vervolgens nam dat aantal systematisch toe. Op 26 oktober werd mij gemeld dat het IT-probleem werd opgelost en dat 90 % van de ambassades en consulaten opnieuw online is.

 

Sinds 28 oktober zijn de laatste problemen met de applicatie VisaNet opgelost in alle diplomatieke posten. De panne heeft dus geduurde van 8 tot 28 oktober. In dringende gevallen is er steeds communicatie mogelijk tussen de posten en de dienst Vreemdelingenzaken via mail, voor het uitwisselen van dossiers en beslissingen. De dienst Vreemdelingenzaken zal de beslissingen die de afgelopen weken geblokkeerd waren dan ook nu uitvoeren.

 

De beslissingen die genomen werden tijdens de periode van de panne zullen dus niet worden herzien. Als er bepaalde termijnen verstreken zouden zijn door de ICT-panne, dan zal daar uiteraard rekening mee worden gehouden. De tijd die de posten in het buitenland nodig zullen hebben om de beslissingen uit te voeren die de dienst Vreemdelingenzaken tijdens de panne heeft genomen, hangt niet af van de dienst Vreemdelingenzaken, maar van de posten zelf.

 

De collega's van de FOD Buitenlandse Zaken zijn zich bewust van de soms krappe deadlines voor de start van de studies in België en houden daar ook rekening mee in de volgorde van behandeling van de dossiers. De visadatabank waarvan sprake, alsook het aansturen van het personeel op de Belgische ambassades en consulaten, valt onder de bevoegdheid van de FOD Buitenlandse Zaken. U kunt dus mijn collega Wilmès bevragen indien u nog verdere details wenst te vernemen.

 

13.05  Marianne Verhaert (Open Vld): Dank u voor uw antwoord, mijnheer de staatssecretaris, ik zal zeker ook eens bij minister Wilmès informeren, vooral naar het back-upsysteem. Voor veel mensen werd het echt cruciaal. Heel veel mensen hebben echt in spanning afgewacht. Op het einde werd hun een alternatief aangeboden, maar het is belangrijk ervoor te zorgen dat het in de toekomst niet meer voorvalt.

 

13.06  Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u verwees een aantal keren naar de FOD Buitenlandse Zaken. Ik vind dat een beetje vreemd. Ik ben net voor deze commissievergadering nog eens op die website gaan kijken en daar wordt wel degelijk verwezen naar de dienst Vreemdelingenzaken voor meer informatie. Ik hoop dat er hier geen pingpongspelletje zal worden gespeeld tussen Buitenlandse Zaken en de dienst Vreemdelingenzaken, want die mensen moeten echt wel worden geholpen.

 

Op volgende vraag van mij hebt u niet geantwoord. Zal er extra mankracht worden ingezet, het gaat immers over een periode van meer dan drie weken, om die mensen binnen een redelijke termijn te kunnen helpen? Misschien zult u daarop later nog antwoorden.

 

Ik hoop dat u aan één zeel zult trekken, dienst Vreemdelingenzaken en Buitenlandse Zaken.

 

13.07  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, uw antwoord stelt mij in grote mate gerust. Ik hoop dat u er alles aan zult doen om de grootst mogelijke continuïteit te verzekeren, met veel oog voor de menselijke component, om persoonlijke drama's zo veel mogelijk te vermijden.

 

Ik denk dat u niets gezegd hebt over de leeftijdsbepalingen. Ik hoop dat u bij de eventuele termijnen ervoor zult zorgen dat leeftijdsbepalingen niet ten nadele van de personen die een visumaanvraag hebben ingediend, zullen spelen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

14 Vraag van Yoleen Van Camp aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij,) over "De maatregelen om de volksgezondheid te waarborgen" (55010130C)

14 Question de Yoleen Van Camp à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les mesures visant à garantir la santé publique" (55010130C)

 

14.01  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, mijn vraag gaat over de maatregelen die uw departement plant nu we weer volop in een crisissituatie zitten. In maart zijn er heel wat maatregelen getroffen. We vroegen de burgers bijvoorbeeld om zich niet onnodig te verplaatsen. We hebben toen ook maatregelen getroffen om de massamigratie een halt toe te roepen en er waren extra maatregelen inzake testen en dergelijke. Het asielloket is bij die gelegenheid ook anders ingericht.

 

Uw voorganger heeft illegalen vrijgelaten uit gesloten centra, waaronder personen met feiten op hun kerfstok, iets waar toen veel discussie over was. Hebt u dat ook al ondernomen? Waren de centra intussen soms nog niet terug volledig gevuld? Is men daar nog niet van het vorige regime afgestapt? Ik denk eigenlijk dat dit wel het geval is want we hebben hier hoorzittingen gehad met de instanties op het moment waarop de eerste piek in afbouw was. Men liet ons bij die gelegenheid weten dat men de capaciteit volop aan het hernemen was. Hoe zit het nu precies in die centra?

 

Kan de terugkeer vandaag nog doorgaan? Zet u daar nog altijd prioritair op in? Uw voorganger heeft ons verzekerd dat zij zo lang het nog kon terugkeervluchten organiseerde. Kan dat vandaag nog en doet u het ook?

 

Wat doet u om het personeel in de sector te beschermen? In maart zijn er immers heel wat bijkomende maatregelen genomen om het personeel en de bewoners extra te beschermen. Treden die maatregelen vandaag opnieuw in voege om uitbraken tegen te gaan?

 

Tijdens vorige commissievergaderingen kregen we daar steeds cijfers over zodat we niet wekenlang op het antwoord op een schriftelijke vraag moesten wachten. Misschien kunnen we zo blijven werken in deze commissie?

 

14.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mevrouw Van Camp, ik zal zo zorgvuldig mogelijk antwoorden op de vraag die u hebt ingediend. Ik lees de ingediende vraag even integraal voor: "Welke maatregelen plant u op uw departement met deze coronapiek. Dezelfde als in maart? Waarom wel? Waarom niet?" Ik zal antwoorden op die vraag en ik hoop dat u begrijpt dat ik niet meteen een antwoord kan geven op de terechte bijkomende vragen die u hier nu stelde. Ik zal deze vragen echter wel beantwoorden als u ze ook effectief indient. Het is goed dat oppositie kritische vragen stelt, maar ik kan onmogelijk ingaan op vragen die u hier nu plots stelt.

 

Ik hoop dat u daar toch wat respect voor hebt.

 

De voorbije maanden hebben de departementen niet stilgezeten. In maart moesten in alle urgentie verschillende activiteiten worden stilgelegd, maar nu zijn we beter voorbereid om de werkzaamheden verder te kunnen zetten met respect voor de maatregelen die gelden om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan. Fedasil heeft de voorbije maanden heel concreet de nodige tools ontwikkeld om het opvangnetwerk te beheren en alle relevante actoren te informeren. Er werd een vademecum ontwikkeld dat de noodzakelijke wijzigingen in de werking beschrijft. Om het aantal besmettingen in de opvangcentra in kaart te brengen en daar gepaste maatregelen aan te koppelen, werd een systeem met kleurencodes ontwikkeld. Het aantal besmettingen in de verschillende opvangcentra wordt dus continu gemonitord. Wanneer bewoners besmet zijn, moeten zijn naar een isolatieplaats. Deze plaatsen zijn in alle centra aanwezig. Bij een groter aantal besmettingen kan worden overgegaan tot meer vergaande maatregelen om verspreiding tegen te gaan. Dit kan gaan tot een lockdown van het opvangcentrum.

 

Meer preventief worden het personeel en de bewoners door middel van communicatiecampagnes over de geldende maatregelen op de hoogte gebracht. Deze tools worden regelmatig bijgewerkt op basis van de instructies van de gezondheidsinstanties en de geldende maatregelen. Ook de dienst Vreemdelingenzaken heeft de nodige acties ondernomen. Het personeel wordt hierbij herhaaldelijk gewezen op het belang van het respecteren van de maatregelen. Voor de diensten waar het mogelijk is, wordt voor telewerk gekozen. Daar waar dit niet mogelijk is, zoals bij de registratie van verzoeken tot internationale bescherming en voor de gesloten centra, werden de nodige aanpassingswerken verricht om te verzekeren dat dat conform de maatregelen kan gebeuren.

 

Het CGVS is vanaf 8 juni opnieuw gestart met het organiseren van gehoren. Ook hier worden verregaande maatregelen genomen. De gehoren worden gespreid in tijd. De ontvangst van de verzoekers in de wachtzaal is conform de maatregelen georganiseerd. Mondmaskers zijn overal verplicht, behalve tijdens het gehoor. Het gehoorlokaal is heringericht, waarbij een afstand van meer dan twee meter gegarandeerd is en er zijn plexiwanden geïnstalleerd tussen alle partijen. Ook werd er een protocol uitgewerkt voor de uitwisseling van stukken. Momenteel werkt het CGVS, in samenwerking met Fedasil, ook aan pilootproject om gehoren via videoconferentie te organiseren. Dankzij de genomen preventieve maatregelen kunnen ook hier de werkzaamheden voortgezet worden.

 

Het is belangrijk te vermelden dat de verschillende diensten binnen mijn departement essentiële taken verrichten. Het is dan ook van groot belang dat deze activiteiten zo goed als mogelijk kunnen worden voortgezet. Samen met mijn departement volg ik de situatie op de voet. We nemen de gepaste maatregelen. Ik wens bij dezen al mijn diensten dan ook nogmaals te bedanken voor het werk dat ze verricht hebben de voorbije maanden, toen ik nog geen staatssecretaris was, het werk dat ze de voorbije weken hebben verricht, sinds ik staatssecretaris ben, en de inzet die ze ook vandaag, morgen en de komende dagen zullen tonen en geven om in heel moeilijke omstandigheden uitstekend werk te verrichten.

 

14.03  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik vroeg inderdaad in het algemeen naar de maatregelen die u op uw departement plant gelet op de enorm hoge piek in de COVID-19-pandemie vandaag.

 

Uw antwoord over het opvangnetwerk was beperkt. Niettemin dank ik u. U wees er naar aanleiding van vorige vragen ook al op dat u het hebt uitgebouwd om de veiligheid er te garanderen, wat uw voorganger ook al deed.

 

Misschien valt het ook te overwegen om maatregelen te nemen die de instroom beperken. Wij kunnen de capaciteit immers niet blijven optrekken. Wanneer de regering de burgers vraag in lockdown te gaan en zich niet onnodig te verplaatsen, dan moet zij toch ook bekijken welke risico's zij neemt door hier massaal burgers te ontvangen, zoals wij vandaag doen.

 

Ik zal zeker nog een aparte vraag wat er in de gesloten centra is gebeurd, indienen. Ik zal er zeker nog op terugkomen. Aangezien uw voorganger personen uit de gesloten centra heeft vrijgelaten, kunt u mijn vraag al raden, met name of u ook al mensen hebt vrijgelaten. Een andere vraag in verband met terugkeer zal alvast zijn of er nog nieuwe vluchten kunnen worden georganiseerd en wat u zult ondernemen om terugkeer van uitgeprocedeerden te garanderen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Vraag nr. 55010166C van mevrouw Jadin wordt omgezet in een schriftelijke vraag.

 

15 Vraag van Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De budgetten voor asiel en migratie" (55010273C)

15 Question de Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les budgets pour l'asile et la migration" (55010273C)

 

15.01  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik had een vraag ingediend voor mevrouw De Bleeker. Wij hebben gisteravond in de plenaire vergadering en vorige week in de commissie Financiën en Begroting een debat gevoerd over de voorlopige kredieten. Daarbij hadden wij het over het deel Asiel en Migratie. U was toen niet aanwezig. U was gisteren ook niet aanwezig in de plenaire vergadering. Afgelopen maandag diende ik een vraag in vóór 11 uur aan mevrouw De Bleeker voor de commissievergadering van dinsdag over het budgettaire kader voor Asiel en Migratie, omdat mij was medegedeeld dat de vraag in die commissie moest worden gesteld, aangezien zij met de begrotingsopmaak bezig is. De heer Peter Buysrogge heeft dat gedaan voor Defensie. Mevrouw De Bleeker heeft op alle vragen geantwoord behalve op mijn vraag, die zij naar u heeft doorverwezen.

 

Nu krijg ik het bericht dat u blijkbaar geen antwoord klaar heeft, wat heel vreemd is. Ik heb 's nachts tijdens de bespreking in het Europees Parlement meermaals aan meerdere fractieleiders en aan de regering gevraagd hoe het zat met de investeringsbudgetten.

 

Dat is totaal niet duidelijk.

 

Ik had een brief gestuurd naar de eerste minister met de vraag of hij een budgettaire tabel kon bezorgen vóór zijn toespraak met de regeringsverklaring. Uiteindelijk hebben we een tabelletje gekregen, een velletje met 39 lijntjes, totaal onleesbaar. Ik kreeg tijdens de bespreking dan ook nog eens het verwijt dat ik blijkbaar geen begrotingstabel kon lezen en dat we niet in een kleutertuin zaten. De eerste minister bleek het mis te hebben, ik had gelijk, want dat heeft minister Vincent Van Peteghem naderhand moeten toegeven, wat nogal een afgang was.

 

Ik vraag al geruime tijd welke de investeringen zullen zijn in Defensie en in Asiel en Migratie. Ik wil weten hoeveel er gaat naar Zandvliet, naar Jumet en naar extra personeel. Dat zijn allemaal logische en perfect legitieme vragen. Ik lees dat de ministerraad vorige vrijdag de begrotingsnotificaties goedgekeurd heeft. Daarover dien ik een mondelinge vraag in. Een uur geleden wordt mij gemeld dat mijn vraag vandaag niet beantwoord zal worden, met als verklaring dat u geen antwoord kunt geven, omdat u niet klaar bent. Mijnheer de staatssecretaris, ik zal u zelf laten antwoorden, maar ik wil wel een antwoord. Ik vind dat echt niet ernstig. Zo zullen we in de komende jaren niet samenwerken, want het zal er op die manier goed tegenzitten, dat kan ik u wel zeggen.

 

Mijnheer de staatssecretaris, heel concreet heb ik de volgende vragen. Wat is het budgettair kader waarin Asiel en Migratie de komende jaren moet werken? Ik kreeg graag een gedetailleerd overzicht van de extra middelen. Hoeveel gaat er naar asiel, hoeveel naar toegang en verblijf en hoeveel naar terugkeer? Die bedragen kreeg ik graag opgesplitst.

 

Welk budget wordt er exact uitgetrokken voor infrastructuur? Hoeveel financiële middelen zijn er voor het masterplan gesloten centra voor illegalen in Zandvliet en in Jumet? Is er geld ter beschikking voor extra plaatsen in Steenokkerzeel? Is er geld voor een nieuw centrum in Brugge, waarover we het vorige week al hadden? Graag kreeg ik een exacte timing.

 

Ik heb begrepen dat er daarover nog vergaderingen hebben plaatsgevonden. In dat verband heb ik ook een vraag ingediend aan de heer Michel, staatssecretaris van de Regie der Gebouwen. Die vraag zou dinsdag aan bod komen, maar werd ook van de agenda gehaald. Het lijkt wel of iedereen schrik van mij heeft? Ik weet het niet. Ik vind het heel vreemd. Ik wil gewoon antwoorden, meer niet.

 

Mijnheer de staatssecretaris, wordt het geld voor de infrastructuur toegewezen aan de Regie Der Gebouwen, of komt dat op uw budget? Kunt u daar ook wat technische toelichting bij geven?

 

Inzake begroting ben ik wat nerdy, wat niemand vermoedt van mij, de eerste minister incluis. Ik kan wel degelijk heel goed een begroting gelezen. Ik heb mij ook al jaren beziggehouden met begrotingen. Ik was jaren schepen en burgemeester en in die functies bevoegd voor financiën en begroting in mijn gemeente. Dat werk probeer ik goed te doen. Onze gemeente is financieel gezien zeer gezond. Ik vind het in het algemeen heel belangrijk om goed te weten wat het budgettair kader is. Ik heb daaromtrent geen antwoord gekregen bij de regeringsverklaring. We zijn nu een maand later en een en ander wordt maar niet opgehelderd. Dat betreur ik ten zeerste.

 

15.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Nee, mijnheer Francken, ik heb geen schrik van u. Ik kan u ook alleen maar zeggen dat de vraag die u mij stelt, mij geen reden oplevert om schrik te hebben van u en van uw vraag. U weet ook waar deze regering voor staat. U weet ook dat er op Asiel en Migratie inspanningen zullen worden geleverd en er in extra middelen voorzien is. Er is geen reden om schrik te hebben van de vraag of van u. Ik kan niet instaan voor wat andere collega's doen of hoe zij omgaan met de vragen die u bij hen indient. Gelieve de vraag daarvoor te stellen aan de bevoegde personen, maar ik ben niet de persoon bij wie u met uw klachten daarover moet komen. Ik kan u alleen maar zeggen dat u een uur geleden blijkbaar te horen hebt gekregen dat ik niet kan antwoorden en dat ik een uur of anderhalf uur daarvoor te horen heb gekregen dat er een vraag was. Wij hebben die vraag te laat gekregen en ik maak geen uitzonderingen, noch voor u, noch voor iemand anders.

 

Er zijn twee opties. Ik wil zeker samenwerken, dat heb ik altijd en overal gezegd. Ik vind ook dat er respect moet zijn ten opzichte van het Parlement. Ik wil ten aanzien van u zo goed mogelijk helpen. Er zijn twee opties. Ofwel geeft u mij even de tijd en krijgt u een schriftelijk antwoord op uw vraag. Ofwel moet u de vraag een volgende keer in de commissie stellen en dan antwoord ik uitvoerig op de gestelde vraag. Dat zijn de twee opties en ik ben bereid om op allebei in te gaan.

 

Nog een laatste element. Er zijn dingen die ik niet apprecieer. Misschien was het niet zo bedoeld, maar ik wil het toch nog eens benadrukken. Het gaat over de manier waarop iets soms wordt verwoord. U zegt: "Mijnheer Mahdi, u was niet aanwezig in de plenaire vergadering." Dat is misschien niet slecht bedoeld, maar dat komt soms over alsof ik niet aanwezig wilde zijn. Voor alle duidelijkheid, ik heb de voorbije weken nog geen vragen gekregen in plenaire vergadering. Het staat uw fractie en alle fracties vrij om mij een vraag te stellen, avec grand plaisir. Ik zal er graag op ingaan, maar het is voorlopig niet gebeurd. Meer zelfs, ik zal u nog een anekdote vertellen. De allereerste plenaire vergadering die ik hier had kunnen bijwonen in de Kamer, ben ik daarheen gegaan en werd ik tegengehouden door een bode, die mij zei: "Mijnheer Mahdi, er is een beperkt aantal plaatsen en u mag hier niet zijn." Als staatssecretaris mocht ik niet in de plenaire vergadering aanwezig zijn. Ook al had ik toen geen vragen, ik vond dat ik uit respect voor het Parlement daar moest zitten en luisteren. Het was misschien niet zo bedoeld, maar het komt wel zo over. Ik wil benadrukken dat ik als Parlementslid hier vaak zat als allerlaatste, ook al had ik geen enkele vraag. Als staatssecretaris vind ik het mijn plicht hier te zijn. Dan krijg ik te horen: "Mijnheer Mahdi, u was niet aanwezig." Daar waren redenen voor en die liggen buiten mijn macht.

 

15.03  Theo Francken (N-VA): Ik vind het vreemd wat u zegt, want het gaat niet over vragen, maar over het begrotingsdebat. Het begrotingsdebat kwam twee weken geleden aan bod in de commissie voor Financiën en Begroting. Wij hebben verscheidene amendementen ingediend inzake Asiel en Migratie, zowel over het terugkeerbudget als over het budget voor Fedasil.

 

Ik hoop dat u toch wel hebt vernomen dat er amendementen zijn ingediend door de grootste oppositiepartij, de grootste partij van het land, over uw budgetten. Ik heb daarover een persbericht verstuurd en ik neem aan dat toch iemand van uw diensten dat heeft opgepikt. Dan weet u toch dat datzelfde debat twee weken later opnieuw zal worden gevoerd in de plenaire vergadering? Dat is de logica der zaken. Dat gaat altijd zo. Dan is het toch niet helemaal ondenkbaar dat u aanwezig zou zijn om die vragen zelf te antwoorden? Nu heeft mevrouw De Block dat gedaan. Minister Dedonder was daar voor het deel Defensie van de begroting. Zij hoefde daar niet te zijn. Het was geen vraag aan minister Dedonder. Zij was daar als minister van Defensie omdat ze dacht dat er waarschijnlijk vragen zouden komen over de begroting voor Defensie.

 

Als er amendementen worden ingediend over uw bevoegdheid, dan is het toch logisch dat u daar twee weken later aanwezig zou zijn, zelfs als u niet in de commissie aanwezig was omdat u niet wist dat er amendementen waren ingediend? Onze amendementen waren tijdig ingediend, dus die moeten toch in de regering verspreid zijn geweest? Dat kan toch niet anders. Mijn vragen worden door staatssecretaris De Bleeker naar u doorverwezen, maar bij de begroting zou dat dan niet het geval zijn. Vreemd.

 

Twee weken later komt dat in de plenaire vergadering, die amendementen worden opnieuw op tijd ingediend, de regering is op de hoogte van die amendementen, dat debat komt er opnieuw en u bent er niet. Sta mij toe dat vreemd te vinden. Het gaat niet over een vraag die wij zouden hebben ingediend voor het vragenuurtje en dat u daar niet zou zijn, het gaat over een begrotingsdebat.

 

Zoals u weet, of misschien niet weet, kan in begrotingsdebatten alles aan de orde worden gesteld. Het is sowieso interessant om in de buurt te zijn als er een begrotingsdebat is, want het Parlement kan u altijd vorderen. Maar als u bovendien weet dat er twee weken eerder al amendementen zijn ingediend op uw domeinen en het debat de helft van de tijd over uw bevoegdheid ging, dan kunt u toch vermoeden dat het over twee weken opnieuw van dat zal zijn in de plenaire vergadering, dat N-VA opnieuw amendementen zal indienen en u dus beter ziet dat u er zelf bent om te antwoorden? Mevrouw De Block heeft dat nu voor u gedaan, we hebben antwoorden gekregen, maar het is maar een tip. Ik wil gewoon zeggen dat ik deze gang van zaken eigenaardig vind. Dat heeft niet alleen met u te maken. Men dient vragen in en die worden niet echt beantwoord, dat is vreemd. En dan worden ze van de agenda gehaald.

 

Ik besluit. Ik begrijp goed dat u die vraag, die door staatssecretaris De Bleeker naar uw kabinet werd doorgestuurd, maar heel recent hebt ontvangen. Dat is dan maar zo. Ik wil dus graag ingaan op uw voorstel dat ze zo snel mogelijk schriftelijk wordt beantwoord. Ik neem aan dat dit mogelijk moet zijn in de loop van volgende week, zodat ik – en ik neem aan dat nog andere collega's geïnteresseerd zijn in uw begroting – een goed zicht heb op het extra budget waarin is voorzien op het ogenblik dat wij uw beleidsnota zullen bespreken.

 

Ook de timing voor het masterplan inzake de gesloten centra interesseert mij. Hartelijk dank.

 

15.04 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Ik zal zoals afgesproken een schriftelijk antwoord geven. Dat is geen enkel probleem.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

15.05  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, veuillez m'excuser pour cet aparté, mais il est déjà 16 h 00. J'entends bien l'intérêt des collègues à participer au débat. Nous avons eu l'occasion d'entendre longuement M. Francken. C'est pourquoi, monsieur le président, je vous demande de veiller au respect du temps de parole pour les questions et les répliques.

 

Je ne doute pas de l'intérêt de M. Francken ou de nous tous pour les sujets abordés, sans quoi nous ne déposerions pas de questions, mais ne pourrions-nous pas veiller au respect du temps imparti tant pour les questions que pour les répliques?

 

De voorzitter: Wij zullen dat proberen. Ik probeer de timing een beetje in het oog te houden, maar ik zal nu ook niet beginnen te muggenziften over een aantal seconden.

 

15.06  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, ce ne sont pas des secondes mais des minutes! Merci!

 

16 Samengevoegde vragen van

- Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De mogelijke Syrische militieleider met verblijf in België" (55010265C)

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Een Syrische oorlogsmisdadiger die via gezinshereniging een verblijfsvergunning kreeg" (55010466C)

- Tim Vandenput aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De mogelijke Syrische militieleider die erkend werd als vluchteling in België" (55010484C)

16 Questions jointes de

- Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Le chef de milice syrien suspecté de résider en Belgique" (55010265C)

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "L'octroi d'un permis de séjour par le biais du regroupement familial à un criminel de guerre syrien" (55010466C)

- Tim Vandenput à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Le présumé chef de milice syrien reconnu comme réfugié en Belgique" (55010484C)

 

16.01  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, in ons land woont al jaren een Syrische man die volgens informatie van De Morgen de leider was van een terreur zaaiende Syrische militie.

 

In het artikel lezen we: “Als we in juli dit jaar, na kennisname van het artikel van Zaman Al Wasl, navraag doen bij de DVZ, de veiligheidsdiensten en de parketten, blijkt niemand op de hoogte.“

 

Klopt het dat Hossin A via DVZ een verblijfskaart heeft sinds augustus 2016, via gezinshereniging met zijn vrouw die vluchteling is?

 

Klopt het dat hij daarnaast ook een vluchtelingenstatus heeft?

 

Welke stappen werden er sinds juli ondernomen door DVZ en wanneer?

 

Bent u op de hoogte van stappen die eventueel werden gezet door de andere diensten, nl. veiligheidsdiensten en parketten?

 

Zal hij zijn eventuele vluchtelingenstatus verliezen?

 

Zal hij zijn verblijfsrecht verliezen omwille van openbare orde/veiligheid?

 

Hebben uw diensten het gerecht op de hoogte gebracht? Welke richtlijnen bestaan er ter zake?

 

Bent u van oordeel dat in dergelijke situaties best het verblijfsrecht wordt ingetrokken dan wel dat de persoon in kwestie vervolgd wordt in België?

 

Verder lezen we in het artikel dat uit een recent artikel “moet blijken dat Hossin A. een van de leden van zijn militie heeft laten overkomen naar België. De asielprocedure van deze man, Hosen K., zou nog lopen. Hosen K. staat op meerdere foto's zwaarbewapend afgebeeld. Ook een andere vermeende oorlogsmisdadiger, uit de buurt van Homs, zou zich in ons land bevinden.“ Welke stappen werden ondertussen ondernomen tegen Hosen K.? En tegen de 'andere vermeende oorlogsmisdadiger'?

 

Onderzoeken uw en/of andere diensten welke eventuele andere leden van de militie via Hossin A overkwamen?

 

Vormen deze mensen volgens u een gevaar voor de veiligheid in ons land?

 

Hebben uw diensten er zicht op hoeveel Syriërs er minstens in ons land wonen die aan de zijde van Assad in milities of het leger zaten?

 

Kunnen we proactief op zoek naar getuigen, met garanties voor hun veiligheid, en een rechtszaak voorbereiden zoals in Duitsland?

 

Enige tijd geleden (14 mei 2019) verscheen in HLN dat een Syrische man die via een humanitair visum via Dibo Habbabé overkwam betrokken was bij een zware misdaad gelinkt aan het Assad-regime. Het onderzoek bij de asieldiensten liep toen nog. Wat is hiervan de stand van zaken? Zijn er nog vergelijkbare gevallen bij de personen die via het systeem-Kucam naar België konden komen, in het bijzonder bij de 107 die verdwenen?

 

16.02  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, ik was wel wat onder de indruk van het artikel van Bruno Struys in De Morgen afgelopen weekend. U ook, neem ik aan. Het gaat over een dossier van een vermeend militieleider in het Syrisch burgerconflict. Hij zou hier via een gezinshereniging zijn binnengekomen, nadat zijn vrouw een vluchtelingenstatus kreeg. Dat is intrigerend. De man ontkent dat natuurlijk.

 

Voor asielzoekers werd in de vorige legislatuur een extra veiligheidscreening ingevoerd naar aanleiding van de asielcrisis van 2015. Zult u zo'n uitgebreide veiligheidscreening ook instellen voor gezinsherenigers? Hoe zult u deze doelgroep afbakenen? Zult u een onderzoek instellen om na te gaan of er ook nog andere gezinsherenigers door de mazen van het net geslopen zijn, zoals dat onlangs in Duitsland is gebeurd?

 

Ik heb begrepen in de media dat u een grondig onderzoek van dit dossier aan de administratie hebt gevraagd. Ik heb gelezen dat zijn vriend nog een procedure had lopen. Ik neem aan dat dit ook is stilgelegd of op zijn minst grondig wordt onderzocht? Kunt u hierbij meer toelichting geven?

 

Wat mij vooral intrigeert, als de vrouw naar hier migreert en een vluchtelingenstatus krijgt en er dan een gezinshereniging komt met een man die van alles op zijn kerfstok heeft, is dat misschien wel een achterpoortje? Hoe gaan we dat oplossen? Hoe kunnen we dat best aanpakken? Misschien zijn er nog van die gevallen?

 

Ik las in het artikel van de heer Struys dat die man zelf ook nog een vluchtelingenstatus zou hebben. Klopt dat? Heeft die man zelf ook een asielaanvraag ingediend nadat hij hier is toegekomen via de gezinshereniging?

 

16.03 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Segers, mijnheer Francken, u begrijpt dat het steeds nodig is om heel voorzichtig te zijn met het meedelen van elementen met betrekking tot individuele dossiers, zeker wanneer er nog geen beslissing is genomen. Ik zal de details van deze dossiers dan ook niet publiek maken, in het belang van de lopende onderzoeken. Ik vermoed dat alle collega's en zeker voormalige staatssecretarissen dat begrijpen.

 

Wat ik u wel kan vertellen, is dat de betrokkene inderdaad op basis van gezinshereniging in 2016 een A-kaart kreeg die sindsdien meermaals werd verlengd. Hijzelf heeft wel geen vluchtelingenstatuut in België.

 

Wat de lopende onderzoeken bij andere diensten betreft, zult u de antwoorden van de heer Van Quickenborne tijdens de commissievergadering van woensdag 28 oktober hebben gehoord. Hij is immers bevoegd voor deze andere diensten. Eventuele onderzoekstaken in een strafdossier, zoals het bevragen van getuigen, behoren niet toe aan de DVZ, maar aan de bevoegde parketten. Of iemand een bedreiging voor de veiligheid van het land vormt, wordt beoordeeld door de veiligheid- en inlichtingendiensten.

 

Ik ben persoonlijk van mening dat het essentieel is dat iemand berecht wordt voor zijn daden. Indien blijkt dat deze man of kennissen van hem zich inderdaad aan oorlogsmisdaden schuldig hebben gemaakt, moeten zij hiervoor worden vervolgd en bestraft.

 

Wat het verblijfsrecht betreft, kan ik u in het algemeen vertellen dat, indien blijkt dat het persoonlijk gedrag van een derdelander een werkelijke, actuele en voldoende ernstige bedreiging is voor een fundamenteel belang van de samenleving, zijn verblijfsrecht op die basis zal kunnen worden beëindigd door de Dienst Vreemdelingenzaken. Hierbij wordt rekening gehouden met de ernst of de aard van de inbreuk op de openbare orde of de nationale veiligheid die werd begaan of met het gevaar dat van de betrokkene uitgaat en met de duur van het verblijf in België. Dat is de Belgische wet en die zal worden nageleefd. Ik heb dan ook gevraagd aan de dienst Vreemdelingenzaken om het dossier te bekijken.

 

Indien een verzoek om internationale bescherming wordt ingediend, zal het CGVS hierbij, zoals steeds, onderzoek doen naar eventuele gronden die een uitsluiting van de vluchtelingenstatus kunnen verantwoorden in toepassing van artikel 1F van de VN-vluchtelingenconventie. Ook wanneer iemand in het verleden de vluchtelingenstatus heeft verkregen en dergelijke elementen aan het licht komen, kan het Commissariaat-generaal een dossier opnieuw onderzoeken en eventueel de vluchtelingenstatus intrekken. Het CGVS kan zelf het initiatief nemen om een onderzoek te starten indien er indicaties zijn van redenen tot intrekking.

 

Onze diensten houden geen statistieken bij over de politieke oriëntaties van de Syriërs die in België een verblijf gevraagd of verkregen hebben. Die aspecten worden ook niet bevraagd in het kader van de gezinshereniging.

 

Mijnheer Segers, wat uw laatste ingediende vraag betreft, kan ik u meedelen dat eventuele uitsluitingsgronden, zoals ik al zei, steeds grondig door het CGVS worden onderzocht. Dat geldt voor alle dossiers, dus ook voor dossiers van personen afkomstig uit Syrië, en ook voor personen die met een humanitair visum naar België zijn gekomen en nadien asiel hebben aangevraagd.

 

16.04  Ben Segers (sp.a): Mijnheer de staatssecretaris, ik begrijp dat u niet zomaar elementen van een individueel dossier kunt meedelen. Dat gezegd zijnde, ben ik wel bijzonder benieuwd naar wat er bijvoorbeeld is gebeurd met de personen die zijn overgekomen met humanitaire visa onder het systeem-Kucam. Wij weten dat een persoon alvast betrokken zou zijn geweest bij een zware misdaad en dat hij ook gelinkt zou zijn aan het Assad-regime.

 

De problematiek kan zich dus overal voordoen: bij gezinshereniging, zoals de heer Francken zegt, maar net zozeer bij humanitaire visa en elders. Het is dus duidelijk dat het voor alle diensten van tel is, zowel voor de dienst Vreemdelingenzaken als voor het CGVS enzovoort. Ik reken er dan ook op dat u verder zult werk maken van een goede informatiedeling met het parket en de veiligheidsdiensten.

 

16.05  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik heb alle begrip voor hetgeen u zegt met betrekking tot die individuele zaak. Ik neem aan dat u zult doen wat nodig is.

 

De humanitaire visa zijn stopgezet. Er komt niemand meer binnen via die weg, maar wel nog via gezinshereniging. Ik denk dat de vrouw eerst hier status aangevraagd heeft. Ik dacht immers dat hij geen status had. Bruno heeft zich daar vergist. Hij is geen erkend vluchteling. Dat dacht ik reeds. Dat maakt mij nog wantrouwiger. Misschien is dat verhaal wel waar? Het gaat meer in de richting van waar. Want waarom zou hij dat doen? Want dan wordt hij ondervraagd door het CGVS. Als hij dat niet doet, krijgt hij al die lastige vragen niet over wat hij gedaan heeft in Syrië en waar hij zat. Het is dus in zijn voordeel om geen vluchtelingenstatus aan te vragen.

 

Ik denk, en in Duitsland is dat ook reeds gebeurd, dat het goed zou kunnen dat er nog dergelijke casussen zijn. Het gaat dan over vrouwen die eerst naar hier komen en asiel aanvragen en van wie de man dan later komt via gezinshereniging, want dan kan de man die lastige vragen vermijden.

 

Wij moeten dat eens grondig bekijken. Ik was toen staatssecretaris. Het is het eerste dat ik daarover hoor. Toen ik het artikel las, was het eerste dat ik dacht dat er nog zulke gevallen zijn. Er zijn tienduizenden Syriërs door het CGVS behandeld. Ik zal niet zeggen dat het bandwerk was, maar men bekeek of het juist was wat ze zeiden, dan volgde een herkomstcheck en een identiteitscheck en leverde men de vluchtelingenstatus af.

 

Stel dat er nadien nog veel gezinsherenigingen gebeurd zijn? Daarover moeten wij eens grondig nadenken, los van deze vraag. Ik maak mij daarover echt zorgen. Wij moeten dat eens grondig bekijken, maar misschien kunnen wij dat bij de beleidsverklaring doen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

17 Vraag van Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De regeringsverklaring m.b.t. het uitzetten van extremisten" (55010282C)

17 Question de Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La déclaration gouvernementale en ce qui concerne l'expulsion des extrémistes" (55010282C)

 

17.01  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, mijn vraag gaat niet over uw verklaring maar over de verklaring van uw collega, de heer Van Quickenborne, die heel forse taal gebruikt heeft. Dat wordt tegenwoordig dan bijna onmiddellijk op de partijpagina's geprojecteerd op de sociale media. Wij doen dat trouwens ook. Uw collega verklaarde: "Voor extremisten hebben wij een heel duidelijke boodschap: wij vervolgen u, wij veroordelen u, en wij zetten u uit het land." Dat is allemaal heel flink, maar ervaring leert mij dat dat allemaal zo evident niet is. Misschien kan ik de vragen beter schriftelijk indienen, omdat ik cijfers wil krijgen.

 

Hoeveel extremisten werden sinds 2019 het land uitgezet? Naar welke landen? Op basis van welke soort extremisme? Graag krijg ik details.

 

Wat zijn de plannen om extremisten het land uit te zetten? Wat met artikel 3 van het Europees Verdrag voor de rechten van de Mens? Zult u dat omzeilen? Ik neem aan van niet.

 

Hoeveel extremisten werden sinds 2019 uit de gesloten centra voor illegalen vrijgelaten?

 

Waarom was ik wat gepikeerd door die uitspraak? Die uitspraak mag men wel doen. Dat is absoluut mijn punt niet. Ik heb de vraag afgelopen week ook aan de heer Van Quickenborne gesteld. Hij antwoordde met de stelling dat ik moest weten wat ik wou en vroeg mij of hij zulke uitspraken misschien niet mocht doen. Ik heb daarop gerepliceerd dat hij dat gerust mag zeggen, maar krachtige woorden moeten ook gevolgd worden door krachtige daden.

 

Het readmissieakkoord met Marokko is blijkbaar eenzijdig opgezegd door Marokko in januari of februari van dit jaar. Maggie De Block heeft niets gedaan. Ik loop daar zeer lastig om. Wij hebben zo hard gewerkt met de Zweedse ploeg om dat rond te krijgen. Zij heeft bovendien de zwarte weduwe moeten vrijlaten, omdat zij ze niet naar Marokko kreeg, samen met nog een paar andere zwaar geradicaliseerde extremisten, van wie de rechtbank de nationaliteit had ingetrokken en wij het verblijf, op basis van de artikelen 21 en 22 van de zogezegde deportatiewet-Francken.

 

Jongens, wat heb ik toen moeten horen. Dat is nochtans een hele goede wet. U zult daar nog veel plezier aan beleven. Het is goed dat wij die hebben.

 

Hoe dan ook, u zult dergelijke personen niet zomaar terug kunnen sturen. Ik meen dat u er al veel weg gekregen hebt?

 

Men mag dat allemaal wel zeggen op de bühne en wij moeten een fors signaal geven tegen het salafisme. Dat moeten wij zeker doen. Wij moeten de president van de republiek zeker steunen. Maar wij moeten ervoor zorgen dat wij wat wij zeggen dat wij doen ook proberen te doen.

 

Maar over de daden heb ik mijn twijfels, eerlijk gezegd.

 

17.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: U stelde inderdaad vragen waarop ik schriftelijk zou kunnen antwoorden. Maar, mijnheer Francken, omdat ik van goede wil ben, zal ik ze toch nu beantwoorden.

 

In 2019 en in 2020, tot en met september 2020, werden 26 personen die een gevaar vormden voor de nationale veiligheid, verwijderd naar de volgende landen: Afghanistan, Algerije, Bosnië, Frankrijk, Italië, Litouwen, Marokko, Nederland, Polen, Roemenië, Rusland, Servië, Zweden, Tunesië en Turkije. Het land van bestemming is niet noodzakelijk het land van de nationaliteit van de betrokkenen.

 

Ik wil uw aandacht vestigen op het feit dat het door de coronacrisis en de sluiting van veel grenzen als gevolg daarvan veel moeilijker is om een verwijdering te organiseren. U zult dat zelf ook wel beseffen. Als de coronacrisis achter ons ligt en die drempels weggewerkt zijn, zullen we dat opnieuw opnemen.

 

De Dienst Vreemdelingenzaken tracht maatregelen te nemen tegen personen die een gevaar betekenen voor de nationale veiligheid, dit met respect voor de nationale en internationale regels. Ik zal onder geen enkel beding aan mijn diensten de instructie geven om artikel 3 EVRM of eender welke andere nationale of internationale regel te omzeilen. Het verwijderingsbeleid zal steeds in lijn zijn met het internationaal recht of het zal niet zijn. Ons land zet trouwens al jaren vreemdelingen uit conform artikel 3 EVRM. Ik zou niet weten waarom een omzeiling nodig is als dat in het verleden kon, vandaag kan en ook morgen zal moeten kunnen.

 

U vroeg ook hoeveel extremisten er sinds 2019 vrijgelaten werden uit gesloten centra. Het is mij opgevallen dat een aantal vragen van de N-VA-fractie vooral focussen op 2019 en ik heb besloten om het uitgebreider te bekijken en er de cijfers sinds 2014 bij te halen, dus ook van de mensen zonder papieren die in het najaar van 2018 werden vrijgelaten om plaats te maken voor transmigranten. Het antwoord dat u ook zou hebben gegeven mocht u hier hebben gezeten luidt dat we niet weten of er tussen die vrijgelaten mensen extremisten zaten. Ik vind het persoonlijk ook heel straf dat we dat niet weten. We weten dat niet voor de jaren van 2014 tot vandaag.

 

Ik zal eraan werken, zodat we in de toekomst weten welke personen in de gevangenis hebben gezeten, daarna naar een gesloten centrum zijn overgebracht en uiteindelijk ook effectief zijn vrijgelaten. Het mocht niet, het mag niet en het zal niet mogen dat mensen die in de gevangenis hebben gezeten omwille van hun extremistisch gedachtegoed uiteindelijk een gesloten centrum kunnen verlaten. Dat was in 2019 al problematisch maar helaas was dat de laatste jaren ook zo. Dat moet stoppen.

 

17.03  Theo Francken (N-VA): Ik begrijp niet goed hoe u dan kunt weten hoeveel u er hebt verwijderd. U hebt er 26 verwijderd wegens dreiging voor de nationale veiligheid maar u weet niet wie u vrijgelaten hebt? Dat kan toch niet? De Zwarte Weduwe is toch vrijgelaten? Die is veroordeeld voor extremisme. Die cijfers heeft de DVZ. Hoe kunt u weten hoeveel extremisten u verwijderd hebt als u niet weet wie er bij vrijlating een extremist was?

 

Daar begrijp ik niks van. Sorry, dat geloof ik niet. Daar moet iets mis zijn. Ik wil niemand betichten van kwade wil, maar dit kan toch niet! Als men iemand vasthoudt, weet men toch dat die extremist is en gevaarlijk. Daar hebben we speciale eenheden voor, onder andere in Vottem waar die mannen zitten. Dat is toch een teken dat we weten dat het extremisten zijn, want we plaatsen hen op een speciale afdeling in Vottem. We steken hen daar weg. Ik vraag hoeveel u er hebt weggedaan. U zegt: 26. Ik vraag hoeveel u er na 6, 8 of 9 maanden vrij hebt moeten laten en dan zegt u: "Dat weet ik niet." Sorry, dit kan absoluut niet, dit is onmogelijk. U moet toch weten hoeveel u er hebt moeten vrijlaten. De Zwarte Weduwe, dat is er al één waarvan ik het weet. Er zijn er nog een paar andere. Die hebben de tag. Dat ten eerste.

 

Ten tweede, veel illegalen of mensen zonder verblijf uit de gevangenis, daarvan komen de meesten zelfs niet in onze centra. Dat is rechtstreeks vanuit de gevangenis het vliegtuig op. Als we hen niet op het vliegtuig krijgen, laten we hen vrij. Ze komen dan heel vaak zelfs niet in de centra. Dat antwoord zal sowieso ook niet heel duidelijk zijn.

 

Ik wil u ertoe oproepen om dat nog eens goed na te gaan, want het lijkt mij een zeer vreemd verhaal dat u dat niet zou weten. U weet wel wie u weg hebt gedaan met die tag. Heel kort. U zegt dat u er 26 met gevaar voor de nationale veiligheid hebt verwijderd. Ik ga mij eens goed verdiepen in de motivering daarvan. U hebt gezegd dat er werden weggevoerd naar Afghanistan en Algerije. Het is heel interessant om te weten wie dat dan juist zijn en waarvoor ze juist veroordeeld zijn. Een terrorist die veroordeeld is, weg krijgen naar Afghanistan of Algerije, een veroordeelde radicale moslim weg krijgen naar Algerije, ik denk niet dat dat kan. Marokko hebt u niet vernoemd, er is dus niemand naar Marokko. Dat weten we dan al. Dat zijn de meesten, met de Marokkaanse nationaliteit, maar goed, Algerije dus wel. Ik weet wat men in Algerije doet met moslimextremisten en ik weet niet of dat helemaal conform artikel 3 is. Ik vraag mij dus af wie dat juist zijn. Ik zal mij daar de komende werken verder in verdiepen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

18 Vraag van Yoleen Van Camp aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Collectieve regularisaties" (55010319C)

18 Question de Yoleen Van Camp à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Les régularisations collectives" (55010319C)

 

18.01  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, in het verleden hebben we reeds een paars-groene constellatie gekend. Vandaag is dat opnieuw het geval. Ik ben nog lang niet vergeten dat er onder de toenmalige paars-groene regering collectieve regularisaties van illegalen werden uitgevoerd. Onder andere in 2009 werd dat, met steun van uw partij, CD&V, herhaald.

 

Gelet op het feit dat de huidige regering weer een dergelijke constellatie kent, aangezien uw partij in het verleden de collectieve regularisaties mee heeft gesteund en goedgekeurd, in het licht van uw uitspraken van vorige week en gelet op de inhoud van het regeerakkoord dat ik op dat vlak absoluut niet overtuigend vind, wil ik u daarover de volgende vragen stellen.

 

Kunt u garanderen dat er onder uw vlag – u spreekt vaak over het Mahdi-effect – geen collectieve regularisaties van illegalen zullen plaatsvinden?

 

Vindt u, net als onze fractie, dat de collectieve regularisatie van illegalen in geen enkel geval en in geen enkele situatie een goede oplossing is?

 

Onze fractie heeft zelfs een resolutie ingediend om dat standpunt kracht bij te zetten en om ertoe op te roepen nooit meer een collectieve regularisatie op te starten. Steunt u onze resolutie ter zake ook?

 

18.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Van Camp, ik begrijp de bezorgdheid niet goed. Ik heb het regeerakkoord een paar keer gelezen en ik heb het woordje "collectieve regularisatie" niet teruggevonden. De reden is natuurlijk dat wij in het regeerakkoord hebben opgenomen wat wij wel gaan doen en niet hebben geschreven wat wij niet gaan doen. Dan zou het regeerakkoord immers heel lang zijn geworden.

 

Ik heb het steeds raar gevonden dat sommigen vooral de zaken benadrukken die ze vooral niet willen, of dat nu in het regeerakkoord staat of niet. Dat zijn boeiende debatten, maar dat helpt ons niet echt vooruit. Het staat elk parlementslid en elke fractie vrij om een voorstel in te dienen dat men nuttig acht.

 

Om inhoudelijk op het thema in te gaan, mijn beleid zal regularisaties niet onmogelijk maken. Deze procedure heeft zeker haar nut in specifieke situaties. Mevrouw Van Camp, ik ben blij dat u mij deze vraag stelt, zodat ik heel duidelijk kan zijn. Collectieve regularisaties zullen er niet komen. Mocht u ongerust zijn, uw ongerustheid is bij dezen weggewerkt. Onder mijn beleid komen die er niet. U spreekt over een Mahdi-effect. Wel het Mahdi-effect is op dat vlak heel duidelijk: er komt geen collectieve regularisatie.

 

18.03  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, dat waren de geruststellende woorden die ik van u wilde horen. Ik ben blij dat wij daarover duidelijk kunnen zijn en dat u het ook een vergissing vond van uw partij om onder de vorige paars-groene regering daarmee aan de slag te gaan, dat u daaruit geleerd hebt en dit niet zult herhalen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

19 Vraag van Yoleen Van Camp aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het Australische model" (55010372C)

19 Question de Yoleen Van Camp à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "Le modèle australien" (55010372C)

 

19.01  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik verwijs ook naar de discussie die wij hier vorige week hebben gevoerd. Toen ik de vraag opstelde, waren er alweer vijftien verdrinkingen op zee voor de Libische kust. Ondertussen zijn er jammer genoeg verdrinkingen bijgekomen, allemaal in een poging om per boot naar Europa te varen. Het gaat om echt tragische verhalen. Het is uit die verhalen voor mij duidelijk dat het huidige asielmodel daaraan mee schuld heeft. Zolang zij weten dat er een kans op slagen is en asiel in Europa zullen krijgen, zullen zij blijven pogen de oversteek te maken.

 

In de commissievergadering vorige week liet u zich ontvallen absoluut geen fan te zijn van het Australische model en dus ook niet van het voorstel dat mevrouw Darya Safai rond de problematiek heeft ingediend.

 

Nochtans kan worden vastgesteld dat het aantal bootvluchtelingen naar Australië sinds de invoering van het model heel fel is gedaald en er daar veel minder en zelfs bijna geen verdrinkingen op zee meer zijn, wat precies de grondslag is voor ons voorstel van resolutie.

 

Ik wou dus vandaag aan u meer verduidelijking vragen.

 

Waarom steunt u het model niet, aangezien u pleit voor een menselijk beleid en het huidige model hier verantwoordelijk is voor de verdrinkingsdood van een hoop mensen, terwijl u met bijvoorbeeld het Australische model het aantal verdrinkingen op zee een halt kunt toeroepen?

 

Indien u geen voorstander bent van ons voorstel om te bekijken of het Australische model ook hier kan worden ingevoerd, maar u wel voor een menselijk beleid wil gaan, wat zijn dan precies uw alternatieven?

 

19.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mevrouw Van Camp, u stelt mij de vraag waarom ik geen fan ben van het Australische model. Het antwoord is vrij duidelijk. Dat is, omdat ik een grote fan ben van het Europese model, dat wij de komende jaren wensen uit te werken.

 

Ik heb vorige week trouwens al beklemtoond dat de samenwerking in de Europese Unie moet worden versterkt. Dat zal ook moeten gebeuren via het Europese asiel- en migratiepact, waaraan wij de komende jaren hard moeten werken.

 

In dat pact zal uiteraard ook aandacht worden besteed aan onder andere de versterking van de buitengrenzen, een betere opvang, bescherming in de herkomstregio's, de strijd tegen mensensmokkel en vooral de strijd tegen mensensmokkelaars. Een integrale aanpak en een goede samenwerking tussen de lidstaten zullen leiden tot een beter gecontroleerde migratie. Dat alles zullen wij doen in overeenstemming met het internationaal recht, wat een van de krachtlijnen is van mijn beleid.

 

Mevrouw Van Camp, dat is al een van de redenen waarom ik geen voorstander ben van het Australische model, dat niet in overeenstemming is met het internationaal en Europees recht. Ik zal mij houden aan het internationaal en Europees recht.

 

Het is echter ook goed na te denken over concepten. Ik heb daar op zich geen probleem mee. Ik heb u vorige week ook al de redenen aangegeven waarom ik niet in het Australische model geloof, behalve het feit dat het ook internationaal- en Europeesrechtelijk niet correct is. Dat is in eerste instantie ook, omdat het onrealistisch is. Europa is geen eiland, mocht dat nog een vraag zijn. Australië heeft maar één toegangsroute. Europa heeft er drie, westelijk via Spanje, centraal via Italië en oostelijk via Griekenland.

 

Bovendien zijn de te overbruggen afstanden niet te vergelijken. Via de genoemde toegangsroutes ligt de Europese Unie maar op een handvol kilometers. Dat kan niet gezegd worden over Australië.

 

Bovendien is er tot op heden geen enkel derde land geïnteresseerd in de opvang van onze vluchtelingen. Voor de EU is een dergelijk model trouwens ook onbetaalbaar. Een exacte kostprijs is moeilijk te berekenen, maar het staat vast dat de kosten voor de offshoreopvang gigantisch zijn. Amnesty International spreekt van een kost van 370.000 euro per persoon per jaar voor Australië. Dat is 370.000 euro per persoon per jaar. Ik herhaal het bedrag voor het geval dat er nog mensen zijn die denken dat dit wel betaalbaar is. Human Rights Watch spreekt van 240.000 euro per persoon per jaar. Ik haal dit aan voor het geval dat u vragen hebt over de cijfers van Amnesty International. Voor een afgelegen land dat weinig asielzoekers kent, zal dat nog net lukken. In het geval van België spendeer ik dat geld veel liever aan andere zaken - veel liever aan zorg, veel liever aan onderwijs, veel liever aan armoedebestrijding, enzovoort.

 

Ten slotte, en misschien wel het belangrijkste punt, is het Australische model, naast onbetaalbaar en onrealistisch, ook gewoon onmenselijk. Ik hoor jullie graag praten over dat Australische model, waarbij de mensen zogezegd zouden terechtkomen in een soort Club Med met toegang tot alles. De realiteit is anders, dat zult u wellicht ook wel weten. De realiteit aan de andere kant van de wereld liet vooral een andere kant van het verhaal zien. Er zijn talloze getuigenissen en rapporten. Die zijn daar klaar en duidelijk over.

 

Verschillende organisaties stellen de erbarmelijke omstandigheden vast in kampen op Manus en Nauru. Ten eerste zijn er de vele getuigenissen over de fysieke en de verbale agressie, waaronder ook seksueel misbruik. Een tweede punt is de uitzichtloosheid die voor de meeste asielzoekers geldt, of ze nu erkend worden als vluchteling of niet. Het is voor hen ook onduidelijk wat er met hen zal gebeuren. Dat brengt met zich mee dat zeer velen met grote mentale gezondheidsproblemen kampen. Zeker de vele kinderen die er vastzitten, lijden hieronder.

 

Er zijn verslagen van Amnesty International die spreken van talloze zelfverminkingen, hongerstakingen en zelfmoordpogingen.

 

Ik begrijp de vraag om te kiezen voor een menselijke aanpak. Ik denk dat dit een vraag is die door alle collega's in dit Parlement wordt gedeeld. We moeten effectief kiezen voor een menselijke aanpak, maar die moet betaalbaar en realistisch zijn en we moeten ook landen vinden die daaraan willen meewerken. Ik ben ervan overtuigd dat we voldoende Europese landen zullen vinden, en eigenlijk alle Europese landen zullen kunnen overtuigen, om mee te werken aan een Europees verhaal, dat zal moeten zorgen voor strenge, gecontroleerde buitengrenzen en voor solidariteit van alle Europese landen. Als we dat doen, zullen we een menselijk en een solidair beleid hebben en een beleid dat daarnaast ook wel beter is dan dat van Australië.

 

19.03  Yoleen Van Camp (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, we verschillen daar van mening. Ik stel in de eerste plaats vast dat u onze resolutie ter zake, die u door onze collega werd overhandigd, niet hebt gelezen. Als u die had gelezen, dan had u gezien dat wij daarin pleiten voor een menselijke aanpak, waarom we daarvoor pleiten en welke aspecten van het Australische model wij hier graag zouden geïmplementeerd zouden zien. Ik hoop dat u dit zult doen.

 

Inhoudelijk verschillen wij heel erg van mening en dat zal ook zo blijven. U gelooft in het Europese verhaal. Ik heb u al eerder gezegd dat wie het verleden vergeet, gedoemd is om het te herhalen. In het verleden zijn er al heel veel pogingen ondernomen om migratie op een Europese schaal beter op te vangen. Er zijn al heel veel beloftes gemaakt en die zijn telkens gestrand. Ik hoop samen met u dat het deze keer anders is. Ik vrees echter dat de tijd mij daarin gelijk zal geven en dan hoop ik dat u alsnog uw beleid zult willen bijstellen.

 

U zegt dat het Australisch model hier niet haalbaar is omdat we geen opvang hebben voor vluchtelingen of geen derde land dat vluchtelingen zou willen opvangen. Ik vind dat iets dat net zou moeten worden bepleit, onder andere door Europa, dat er meer opvang komt van vluchtelingen in eigen regio.

 

Mijn overtuiging, die ik u al eerder heb overgemaakt, is echter dat het vooral ook gaat over het beter triëren van echte vluchtelingen. Dat is mijn punt en dat is ook waarom wij pleiten voor het Australisch model als het gaat over massamigratie. Het gaat heus niet alleen over vluchtelingen. Uit de laatste cijfers van vorig jaar van het CGVS blijkt immers dat 63 % van de asielzoekers die hier zijn toegekomen geen beschermingsstatus heeft gekregen en dus geen vluchteling is.

 

Ik ben akkoord met u wanneer u zegt dat we dat zeker kunnen bekijken en dat vluchtelingen beter in eigen regio worden opgevangen. Dat is ook onze overtuiging, maar we moeten vooral werk maken van een systeem waarbij die massamigratie stopt en het grote aandeel van asielzoekers, die eigenlijk geen verblijfsrecht hebben, hier in de eerste plaats niet toekomt en we hen ook veel beter teruggestuurd krijgen.

 

We zullen de cijfers opvolgen, maar ik vrees dat de tijd ons gelijk zal geven en dat uw Europese droom snel aan diggelen zal worden geslagen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

20 Questions jointes de

- Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La condamnation de la Belgique pour l'expulsion d'un Soudanais" (55010426C)

- Greet Daems à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La condamnation de la Belgique par la CEDH" (55010439C)

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La condamnation de la Belgique par la CEDH pour l'expulsion d'un Soudanais" (55010460C)

- Nabil Boukili à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie nationale) sur "La condamnation de la Belgique par la CEDH" (55010469C)

20 Samengevoegde vragen van

- Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De veroordeling van België voor de uitzetting van een Sudanees" (55010426C)

- Greet Daems aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De veroordeling van België door het EHRM" (55010439C)

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De veroordeling van België door het EHRM voor de uitzetting van een Sudanees" (55010460C)

- Nabil Boukili aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De veroordeling van België door het EHRM" (55010469C)

 

20.01  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'état, la triste actualité de cette semaine dans le domaine de la migration est la condamnation par la Cour européenne des droits de l'Homme de la position de la Belgique. Elle a établi que, dans le cadre de l'expulsion d'un ressortissant soudanais en 2017, la Belgique a non seulement failli à ses devoirs en matière de respect de l'article 3 de la Convention européenne des droits de l'homme, mais qu'en plus, elle a également manqué à ses devoirs dans les possibilités de recours offertes à cette personne concernée par la décision. Quand je parle de triste actualité, je ne qualifie pas la décision de la Cour européenne. Je considère évidemment qu'il est dommage que nous ayons eu besoin de cette décision de la Cour européenne pour arriver à un tel constat. Nous l'avions déjà souligné à maintes reprises par des critiques, formulées à l'époque contre la position adoptée par votre prédécesseur à l'égard des ressortissants soudanais. Aujourd'hui, c'est confirmé. Les autorités belges n'ont pas suffisamment pris en compte le respect de l'article 3 de la Convention.

 

Monsieur le secrétaire d'État, quelle est votre position par rapport à cet arrêt? Quelles conclusions en tirez-vous? Quelles mesures sont-elles prises concrètement pour assurer le respect des dispositions de l'article 3 de la Convention européenne des droits de l'homme?

 

Quelles mesures entendez-vous prendre pour garantir l'effectivité des voies de recours, conformément à l'article 13 de la Convention européenne des droits de l'homme? Cette question est d'autant plus d'actualité que nous avons reçu, voici quelques semaines à peine, le rapport Bossuyt. Ce rapport met en évidence également cette question de la mise en oeuvre des éloignements.

 

20.02  Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft België veroordeeld voor het uitwijzen van een Sudanees in 2017. Die man werd geïdentificeerd en uitgewezen naar Sudan dankzij een Sudanese identificatiemissie georganiseerd door een van uw voorgangers, Theo Francken.

 

De toenmalige regering volgde een politiek gebaseerd op misprijzen voor de rechtsstaat, aanvallen van rechterlijke beslissingen en tegen mensen die willen dat de mensenrechten worden gerespecteerd, gaande van journalisten, ngo's en advocaten tot solidaire burgers. Het was illegaal om de Sudanees in kwestie uit te wijzen. De Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg in Brussel had dat duidelijk verboden. Het was dan ook fout van de regering om dat toch te doen. Deze veroordeling bevestigt dus nog maar eens hoe het vorige beleid de mensenrechten naast zich neer legde.

 

Het nieuwe regeerakkoord legt sterk de nadruk op de mensenrechten, maar u zei ook meermaals in de media dat u het huidige beleid zult voortzetten. Wij hebben van de regering echte garanties nodig dat zij een ander beleid zal voeren dat de mensenrechten respecteert en dat zulke veroordelingen door het EHRM vermijdt.

 

Ik heb hierover de volgende vragen voor u, mijnheer de staatssecretaris.

 

Wat zullen de gevolgen van dit arrest zijn voor de Belgische Staat?

 

Welke lessen trekt u uit het oordeel van het EHRM voor uw beleid?

 

Welke stappen zult u ondernemen, opdat zulke identificatiemissies, zoals die met Sudan, niet meer plaatsvinden?

 

20.03  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, deze vraag gaat over de zaak van de verwijdering van een Sudanees. Voor alle duidelijkheid, wat ik op dat moment heb gedaan, de identificatiemissies, hebben alle mij voorgaande regeringen ook gedaan. Heel wat Europese regeringen voerden toen overigens verwijderingen naar Sudan uit, dus ik stond daarin absoluut niet alleen. De regering was overigens altijd volledig op de hoogte van de aanpak.

 

Niettegenstaande die gegevens, heeft één kamer van het Hof zich niet akkoord verklaard en heeft België veroordeeld, onder andere voor het niet in regel zijn met artikel 3 van het EVRM en met het artikel over de rechtsmiddelen.

 

Ik ben het met die uitspraak absoluut niet eens. Er is geen enkele aanwijzing voor effectieve foltering of een slechte behandeling, noch in België, noch in Sudan bij aankomst. Toch werd, puur om procedurele redenen, een dergelijke uitspraak gedaan. Ik vind dat een zeer gevaarlijk precedent.

 

In het verleden werd België bijvoorbeeld een keer veroordeeld in de zaak-MSN, bij een repatriëring naar Griekenland. Het Hof kon er toen effectief over oordelen dat de betrokkene onmenselijk werd behandeld, aangezien de betrokkene in Griekenland niet onmiddellijk asielopvang had gekregen, wat als onmenselijke behandeling gecategoriseerd kan worden.

 

In de zaak die we nu bespreken, is er geen enkele aanwijzing van dat die man slecht zou zijn behandeld in Sudan na zijn aankomst, noch hier. Wel klopt het dat de man van de politie het bevel om het grondgebied te verlaten heeft gekregen en meermaals werd opgepakt. Hij werd aangetroffen in een vluchthuis waar hij in een vrachtwagen wou inklimmen in Leuven. Hij was hier al een hele tijd en was goed bekend bij de politie. Hij was al maanden hier, maar hij wilde gewoon naar het Verenigd Koninkrijk, hij wilde helemaal niet in België blijven. Ineens echter heeft hij, tijdens zijn verblijf in een gesloten centrum, asiel aangevraagd, om die asielaanvraag een paar dagen nadien terug in te trekken. Tegen zijn verwijdering was hij bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen niet in beroep gegaan. Hij heeft zijn termijn uitgezeten, waarop wij hem effectief hebben verwijderd, zoals we dat altijd doen.

 

Mijnheer de staatssecretaris, u hebt volgens mij geen andere optie dan beroep aan te tekenen bij de Grote Kamer omtrent deze casus, net zoals Spanje eerder heeft gedaan in de Ceuta en Melillazaak, alwaar de grensbescherming ook moeilijk verloopt, met de hekken rond de Afrikaanse enclaves, en net zoals enkele anderen, onder andere ikzelf met de zaak omtrent het visum van het Syrisch gezin, een zaak die wij gewonnen hebben.

 

Mijnheer de staatssecretaris, gaat u in beroep of valt u uw administratie af? Het is het ene of het andere. De administratie heeft hier zeer correct gehandeld, in alle facetten.

 

Mijn vraag is dus: gaat u in beroep? Ik hoop het althans.

 

20.04  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur le président, chers collègues, j'ai pris connaissance du récent arrêt opposant M.A. à la Belgique, au terme duquel la Cour européenne des droits de l'homme (CEDH) condamne la Belgique pour une violation de l'article 3 et de l'article 13 de la CEDH. Il s'agit de l'interdiction de la torture et des traitements inhumains ou dégradants et du droit à un recours effectif.

 

L'article 3 de la CEDH est un droit absolu, c'est-à-dire auquel il ne peut jamais être dérogé et la Belgique peut être tenue responsable d'une violation de l'article 3 de la CEDH si elle n'enquête pas suffisamment sur le risque de violation dans le pays d'origine avant de renvoyer des personnes dans leur pays d'origine, ce qu'on appelle le principe de non-refoulement. C'est pour ce motif que la Belgique a été condamnée dans cette affaire.

 

Zo was er bijvoorbeeld in dit specifieke geval onvoldoende toegang tot een advocaat en een tolk, zodat de betrokkene zijn vrees voor vervolging onvoldoende kon uiten.

 

Zoals reeds werd gecommuniceerd, analyseren en onderzoeken wij nauwgezet, samen met de administratie, op welke punten België veroordeeld werd en hoe een antwoord op de bemerkingen van het Hof kan worden geboden.

 

Wij beslissen binnen de vooropgestelde beroepstermijn van drie maanden om al dan niet een doorverwijzing naar de Grote Kamer te vragen.

 

De beslissing om een beroep in te stellen tegen een arrest van het Europees Hof voor Justitie nemen we dus niet lichtzinnig. Dit vraagt een analyse en een afweging van de toenmalige en huidige procedures.

 

Ik stel trouwens ook vast dat de voormalige staatssecretaris, hier aanwezig in de zaal, al heeft aangegeven dat de toen gehanteerde werkwijze voor verbetering vatbaar was. Dat kon ik opmaken uit een artikel in De Standaard.

 

Verschillende elementen van het Hof werden ook al door het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen aangekaart in haar onderzoeksrapport in het verband met het non-refoulementprincipe bij de terugkeer naar Sudan, opgesteld in het kader van de Sudanese identificatiemissie.

 

In antwoord op dit rapport werden reeds maatregelen genomen om de procedure te verbeteren.

 

In de analyse die we maken in navolging van het betreffende arrest zullen ook de aanbevelingen van de commissie-Bossuyt worden meegenomen.

 

Je voudrais d'ailleurs souligner, une fois de plus, l'engagement de ce gouvernement à poursuivre une politique d'asile et de migration basée sur les droits de l'homme, dont la Convention européenne des droits de l'homme est un pilier important. Il faut donc éviter à tout prix les condamnations par la Cour européenne. Cela ne signifie pas du tout que le retour est rendu impossible mais cela signifie que nous devons être prudents.

 

Mevrouw Daems en mijnheer Boukili, inzake uw specifieke vragen over de organisatie van identificatiemissies wens ik vooreerst te beklemtonen dat de organisatie van die missies een technische en een courant gebruikte praktijk is om tot de identificatie van illegaal op ons grondgebied verblijvende vreemdelingen over te gaan. Dat is trouwens niet enkel een courant gebruik in België, maar ook in andere Europese lidstaten wordt geregeld van die missies gebruikgemaakt.

 

De praktijk wordt overigens sterk door Frontex aangemoedigd en gefaciliteerd.

 

Ik kan begrijpen dat de collega's van de PVDA hierop een andere kijk hebben, maar dergelijke missies zijn op zich wel toegestaan.

 

Je pense, par exemple, à l'organisation d'une mission d'identification, coordonnée avec plusieurs États membres et dans laquelle la délégation invitée s'arrête dans les différents pays participants. Il s'agit de montrer que cette pratique n'a, en soi, rien de particulier. L'objectif consiste simplement à parvenir à une identification qui peut tout aussi bien être obtenue par le poste diplomatique du pays d'origine ou par une communication électronique ou écrite avec les autorités compétentes de ce dernier.

 

Wij gaan die identificatiemissies dus blijven organiseren. Uiteraard zal het volledige proces van identificatie en verwijdering steeds gebeuren met respect voor alle geldende nationale en internationale regels. Wij zullen ook bij deze identificatiemissies artikel 3 van het EVRM respecteren. In het verleden zijn trouwens heel wat mensen teruggestuurd met respect voor artikel 3 van het EVRM. Dat heb ik daarstraks ook reeds gezegd en benadrukt in antwoord op een andere vraag. Het was mogelijk in het verleden om dat te doen met respect voor artikel 3 van het EVRM. Het moet en zal ook mogelijk zijn in de toekomst om dat te doen met respect voor het internationaal en Europees recht.

 

20.05  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, j'ai entendu votre réponse et j'ai également lu votre réaction sur Twitter. "Voilà le genre de choses que je ne veux plus voir sous ma politique", avez-vous indiqué.

 

C'est une façon de faire dont nous ne voulons plus non plus. Nous l'avons assez dit. Le Parti Socialiste compte donc sur vous pour incarner une rupture en respectant, comme vous l'avez précisé, les décisions de justice et en plaçant au-dessus de tout le respect des droits des êtres humains.

 

Ce changement sera le bienvenu, au regard du passé récent où certains prônaient le retour à tout prix, en invoquant les chiffres. Comme vous l'avez dit, le retour ne doit pas être nié, mais il doit se faire dans le respect des êtres humains.

 

La question qui se pose aujourd'hui, ce n'est pas d'être d'accord ou non avec la décision de la cour. La cour a dit le droit et, selon elle, votre prédécesseur et l'État belge avaient tort. La vérité a ses droits. Le droit a également sa vérité. Fin de match! Il est temps maintenant de prendre en considération ce qui a été décidé par la cour.

 

L'arrêt rendu révèle de graves lacunes dans le chef des autorités belges. Ces lacunes se sont traduites par le renvoi d'une personne dans son pays d'origine, en violation du droit international, avec toutes les conséquences dramatiques que cela a engendrées pour elle.

 

Monsieur le secrétaire d'État, vous pourrez compter sur mon groupe pour vous aider à poursuivre une politique en matière de droits migratoires fondée sur les droits de l'homme et basée sur le respect de chacune et de chacun, mais qui ne sera pas pour autant naïve et angélique. Je vous remercie.

 

20.06  Greet Daems (PVDA-PTB): Het is heel goed te horen dat u formeel verklaart dat de mensenrechten zullen worden gerespecteerd. Dat steun ik ook. Ik hoop dat u dat in alle beleidsdomeinen van asiel en migratie zult doen.

 

U zegt dat u pas na grondige analyse van het arrest zult beslissen of u tegen dat arrest in beroep zal gaan of niet. Dit zal pas over drie maanden zijn. Ik hoop heel erg dat u niet in beroep zult gaan. Weinig klachten die bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens worden ingediend, worden namelijk effectief behandeld door het Hof. Als er dus al een uitspraak wordt gedaan, zijn de feiten heel ernstig. Weinig staten gaan ook in beroep tegen die uitspraken. Als u ervoor zou pleiten om wel in beroep te gaan of als u wel in beroep zou gaan, zou u bijna zeggen dat u vindt dat de mensenrechten overtreden moeten kunnen worden in ons terugkeerbeleid. Dat staat natuurlijk haaks op de principes die in uw regeerakkoord staan.

 

We zullen er in ieder geval, samen met iedereen op het terrein die de mensenrechten in acht neemt, op blijven toezien dat de regering zich aan haar woord houdt. Wij willen verder geen identificatiemissies die tot schending van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens leiden. Daar moeten we toch wel heel goed voor opletten.

 

20.07  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, het is al duidelijk: u zult niet in beroep gaan. De PS verbiedt het u. Ik heb goed geluisterd wat onze collega gezegd heeft: de heer Rigot verbiedt u in beroep te gaan. U wikt, de PS beschikt. Dat heb ik heel goed gehoord.

 

Ik hoor hier heel vreemde dingen zoals dat men niet in beroep moet gaan, dat dit niet kan. Dat kan men allemaal. Men kan perfect de Grote Kamer vragen om zich uit te spreken. Fundamenteel is dat wat u moet doen als u uw administratie in bescherming neemt. Ze zal nog veel aangevallen worden, wees daar maar zeker van, dus mag ik hopen dat u deze lijn zult trekken. Het is van zeer groot belang dat dit gebeurt. Als u dit niet doet, zegt u dat wat de administratie toen heeft gedaan, schandalig en fout was. Het is onaanvaardbaar dat u dit zou zeggen. Het is correct gebeurd. Het gebeurde in meerdere Europese landen. Het is gebeurd in overeenstemming met de voltallige regeringsploeg van België op dat ogenblik. Het is wel correct gebeurd.

 

Is er een aantal aanpassingen gebeurd? Ja, dat is gebeurd. Het blijft wel een fundamentele kwestie. Neem iemand die hier aankomt uit Afghanistan, zich niet identificeert maar wel zegt asiel te willen aanvragen omdat hij wordt bedreigd in zijn land, en verder totaal niet meewerkt, niet zegt wie hij is of vanwaar hij komt, maar wel zegt dat hij niet mag worden teruggestuurd omdat hij wordt bedreigd en wij dan artikel 3 schenden, wat zult u daarmee doen? Nu is dat zogezegd een impliciete asielaanvraag. Als er geen medewerking is, blijven die allemaal hier. U moet dat toch nog eens heel grondig bekijken.

 

Het meest opmerkelijke vind ik de tussenkomst van de collega van de PS, die eigenlijk zegt: no way, er wordt niet verder geprocedeerd of naar de Grote Kamer verwezen. Hij vindt dat dit een eindbeslissing is, we hebben hier gewonnen, daar komt niks van, dit is een finale uitspraak. Ik vind dat bijzonder kras.

 

20.08  Hervé Rigot (PS): Monsieur le président, je me permets de réagir pour fait personnel. Je pense que M. Francken a la lecture qu'il veut avoir. Je n'ai pas dit qu'il ne fallait pas aller en appel. J'ai dit qu'il y a une décision de droit qui a été prise, qu'elle nous plaise ou qu'elle ne nous plaise pas. J'entends bien qu'elle ne plaît pas à M. Francken. Elle ne lui plaira jamais, puisqu'elle met en évidence son tort. Point à la ligne.

 

Je ne suis pas là pour dire au secrétaire d'État ce qu'il y a lieu de faire. Je ne suis personne pour le lui dire. Il prendra les décisions qu'il a à prendre.

 

Je me réjouis par contre de la décision qui a été prise. C'est un fait. Je ne fais que confirmer la position qui est celle de mon groupe depuis le départ. Merci de ne pas m'attribuer des propos que je n'ai pas tenus. Je vous invite à relire le compte rendu dans les prochains jours. Bonne fin de journée.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Collega's, ik moet u meedelen dat de staatssecretaris agendaproblemen heeft en ons moet verlaten. Als u het wenst, kunt u uw resterende vragen omzetten in schriftelijke vragen, uiteraard met een kortere antwoordtermijn. Officieel mag ik de vragen ook laten uitstellen tot een volgende vergadering wegens tijdsgebrek.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 17.00 uur.

La réunion publique de commission est levée à 17 h 00.