Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Mercredi 2 juin 2021

 

Matin

 

______

 

 

van

 

Woensdag 2 juni 2021

 

Voormiddag

 

______

 

 


De behandeling van de vragen vangt aan om 10.23 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

Le développement des questions commence à 10 h 23. La réunion est présidée par M. Ortwin Depoortere.

 

01 Vraag van Sigrid Goethals aan Mathieu Michel (Digitalisering, Administratieve Vereenvoudi­ging, Privacy en Regie der Gebouwen) over "De taalproblemen bij de e-Procurement-applicaties" (55016226C)

01 Question de Sigrid Goethals à Mathieu Michel (Digitalisation, Simplification administrative, Protection de la vie privée et Régie des Bâtiments) sur "Les problèmes de langue dans les applications e-Procurement" (55016226C)

 

01.01  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, met behulp van de e-Procurement-applicaties kunnen procedures en transacties met betrekking tot overheidsopdrachten online verricht worden. De toepassing e-Notification, die hier deel van uitmaakt, laat aanbestedende overheden toe om overheidsopdrachten te publiceren. Ondernemingen kunnen de overheidsopdrachten hier elektronisch raadplegen. Die applicaties zijn, zoals het hoort, beschikbaar in onze drie landstalen en in het Engels. Er stellen zich echter problemen met de zoektermen, waar alvast één afkorting enkel in het Frans kan worden teruggevonden. Dit vernamen we van een aannemer die daardoor een openbare aanbesteding zou zijn misgelopen.

 

In dit specifieke voorbeeld was de Nederlands­talige klager geabonneerd op aanbestedingen waarin de afkorting 'MIVB' voorkomt. De aanbestedingen waarin deze persoon geïnteresseerd was, werden echter enkel gecommuniceerd met de Franstalige afkorting 'STIB'. Na een gesprek met de helpdesk van e-Procurement ontdekte deze persoon het taalprobleem. De mogelijkheid tot deelname aan de aanbesteding in kwestie was intussen echter verlopen.

 

Het probleem bestaat nog steeds. Mevrouw de minister, bent u op de hoogte van die taalproblemen die zich specifiek voordoen bij het gebruik van de zoekmachines? Kunnen die problemen worden opgespoord en verholpen?

 

Op welke manier zult u ervoor zorgen dat er niet louter door taalverschillen aanbestedingen worden misgelopen?

 

Zijn er bij uw diensten of bij de Vaste Commissie voor Taaltoezicht reeds gelijkaardige klachten binnengelopen? Zo ja, hoeveel? Hebt u een idee bij hoeveel zoektermen dit taalprobleem zich stelt?

 

01.02 Minister Petra De Sutter: Mevrouw Goethals, bij ons zijn er geen gevallen bekend van taalgerelateerde problemen in de zoekmotor van e-Procurement of in de toepassing e-Notification.

 

Wij hebben het door u aangehaalde voorbeeld laten onderzoeken.

 

Daaruit blijkt dat het gestelde probleem zou voortkomen uit een foutief gebruik van de zoekmotor. Het zoekcriterium vergelijkt de ingevoerde trefwoorden met de teksten die de aanbesteders opnemen in de titel en de omschrijving van de door hen gepubliceerde opdrachten. Dit zijn vrije tekstvelden, die zelf worden ingevuld. Deze verantwoordelijkheid berust uitsluitend bij de aanbesteder. Het systeem zelf werkt zoals het werkt, maar als de MIBV bij een aanbesteding als zoekterm STIB invult, krijgt men te maken met problemen waaraan u refereert. De goede werking van de zoekmotor en de betrouwbaarheid van de zoekresultaten zijn dus afhankelijk van de informatie die de aanbesteders in hun aankondigingen opnemen. Het is hun verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat deze tekstvelden inhoudelijk correct zijn en correct worden vertaald. De applicatie doet niets anders dan dit faciliteren en een tool aanreiken om tijdens het invullen van een aankondiging bij elk te vertalen tekstveld ook de eerder ingevulde tekst in de brontaal te tonen. Ik kan me voorstellen dat de zoekmotor het woord STIB niet kent, terwijl hij een ander Frans woord misschien wel herkent. Daar zie ik een mogelijke verklaring voor dit ene geval. Precies omdat het zoeken op trefwoord hierdoor tot wisselvallige zoekresultaten kan leiden, voorziet e-Notification in verschillende andere zoekcriteria die wel gebaseerd zijn op gestructureerde en dus taalonafhankelijke data. Deze zoekcriteria bieden aan de gebruiker wel veel flexibiliteit en laat toe om op gedetailleerde wijze te zoeken naar relevante opdrachten. Zo had de gebruiker waarschijnlijk wel het beoogde resultaat verkregen, indien hij bijvoorbeeld gebruik had gemaakt van het zoekcriterium "organisatie". Dan kan men immers MIVB aanduiden. Dat is een andere manier. Ten slotte, aan alle eindgebruikers in het systeem wordt ondersteuning aangeboden zodat ze zich vertrouwd kunnen maken met de mogelijkheden van het platform. Dit gebeurt via vrij beschikbare handleidingen of via de helpdesk. Gebruikers kunnen door een klik op een vraagteken bij de zoekmotor bovendien ook altijd extra uitleg krijgen over de meest efficiënte manier om opdrachten te zoeken, om problemen te vermijden.

 

De FOD BOSA laat mij weten dat ze geen weet hebben van taalgerelateerde of andere problemen met de zoekmotor, noch dat dergelijke problemen zouden gemeld zijn via de helpdesk of via de Vaste Commissie voor Taaltoezicht. Desalniet­temin zal in het ticketingsysteem van de helpdesk een specifieke categorie worden voorzien voor taalgerelateerde problemen. Ook zal er bij de implementatie van het nieuwe e-Procurement extra aandacht gaan naar het aanbieden van een performante zoekmotor. Daarmee bedoel ik dat we gaan proberen om dit soort problemen in de toekomst te vermijden.

 

Ondernemingen die willen deelnemen aan overheidsopdrachten, zullen we ondersteunen met communicatiecampagnes over het nieuwe platform. U zult het immers met mij eens zijn dat we slechts één bedoeling hebben, namelijk zoveel mogelijk ondernemingen de kans geven om aan de aanbestedingen deel te nemen. Ik hoop dat er op die manier geen problemen van die aard meer zullen voorkomen.

 

01.03  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, laat het duidelijk zijn. Mijn vraag was gericht aan de staatssecretaris voor Digitalisering omdat dit veeleer een digitaal probleem is dan een probleem van Ambtenarenzaken.

 

Het is goed dat dit wordt aangekaart, want dan kan er een oplossing worden gezocht. Waarschijnlijk zijn er al meerdere gevallen geweest, zonder dat die werden gemeld. Mensen hebben daar niet altijd zin in of weten niet dat het helpdeskvenster bestaat. Het is goed dat hieraan wordt gewerkt, maar misschien kan er iets gebeuren met het eerste zoekveld, het basisveld. Uiteindelijk gaat het om overheidsopdrachten. Soms zijn er specifieke termen die anders zijn in het Nederlands dan het Frans, zoals bijvoorbeeld STIB/MIVB. Zoveel zijn er niet. Men kan gewoon vragen om bij het uitschrijven van overheids­opdrachten die twee kernwoorden te vermelden, MIVB/STIB bijvoorbeeld. Dat zou al heel wat helpen. Het is goed dat in het helpdeskvenster effectief hulp zal kunnen worden gezocht en dat het euvel in de toekomst verholpen zal zijn.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Vraag van Sigrid Goethals aan Petra De Sutter (VEM Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven) over "Het federale aankoopmodel" (55017804C)

02 Question de Sigrid Goethals à Petra De Sutter (VPM Fonction publique et Entreprises publiques) sur "Le modèle d'achat fédéral" (55017804C)

 

02.01  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, op initiatief van toenmalig minister van Ambtenarenzaken, de heer Vandeput, werd het koninklijk besluit van 22 december 2017 inzake de federaal gecentraliseerde overheidsopdrachten in het kader van het federaal aankoopbeleid uitgeschreven. Dat koninklijk besluit had verschillende doelstellingen, zoals het efficiënter maken van de federale gemeenschappelijke aankoopvormen van overheidsopdrachten voor diensten en leveringen. In mijn schriftelijke vraag bevroeg ik u al over een stand van zaken in de uitwerking van het federaal aankoopmodel en uw toekomstvisie op een eventuele uitbouw hiervan.

 

Reeds van bij aanvang beoogde het koninklijk besluit om de perimeter voor bepaalde aankopen uit te breiden tot alle overheidsinstellingen. Het verheugde me te lezen dat u voorstander bent van een verdere uitbouw van de voorziening tot de passieve deelnemers, zijnde de parastatale organisaties of ION's. U stelt echter dat u de parastatale instellingen niet kunt verplichten tot actieve deelname wegens hun rechtspersoonlijk­heid.

 

Mevrouw de minister, kunt u uw stelling dat het niet mogelijk is alle overheidsinstellingen de verplichting tot gemeenschappelijke aankopen en overeenkomsten op te leggen, nader toelichten? Betekent het volgens u dat geen enkele overkoepelende samenwerking dan mogelijk is bij de overheid buiten de perimeter van de FOD's?

 

Welke initiatieven wenst u te nemen om de passieve deelnemers maximaal te betrekken? Wat kwam reeds voort uit de eerste overleg­momenten met de ION's en de OISZ's? Wat waren de bekommernissen en verwachtingen inzake de uitbreiding van het koninklijk besluit?

 

U stelt dat een nota federaal aankoopbeleid in voorbereiding is. Kunt u mij een stand van zaken meedelen?

 

02.02 Minister Petra De Sutter: Mevrouw Goethals, op grond van het koninklijk besluit van 22 december 2017 is het op het moment inderdaad niet mogelijk om alle openbare instellingen verplicht te laten deelnemen aan gemeenschappelijke overheidsopdrachten. We kunnen alleen maar zoveel mogelijk op basis van consensus werken.

 

In de geldende reglementering kunnen dus alleen de federale overheids­diensten, de FOD's, het ministerie van Defensie en de programmatorische overheids­diensten, de POD's, verplicht worden. De Raad van State heeft dat op 15 september 2017 bevestigd.

 

Een ruimere samenwerking, waarbij de instellingen van openbaar nut en de openbare instellingen van de sociale zekerheid een actievere rol zouden spelen, is mogelijk, maar dan moet het samenwerkingsmodel voor federaal gecentraliseerde overheidsopdrachten worden aangepast.

 

Wij zijn van plan in 2022 het huidige model te herzien, zodat het beter aangepast is aan de eventuele deelname van die overheids-organisaties of soortgelijke instellingen met een van de federale Staat onderscheiden rechtspersoonlijkheid. Bij de verdere uitbouw van het samenwerkingsmodel voor federaal gecentraliseerde overheidsopdrachten zal meer rekening kunnen worden gehouden met de verwachtingen, de behoeften en het aankooppotentieel van de deelnemers.

 

Uit overleg met de organisaties en de instellingen met een eigen rechtspersoonlijkheid, dat al heeft plaatsgevonden, blijkt namelijk dat zij die evolutie van het model toejuichen en vooral vragende partij zijn voor meer gemeenschappelijke overeen­komsten in de transversale aankoopsegmenten, met name op het gebied van de ondersteunende logistiek of recurrente goederen en diensten met ingekorte plaatsingstermijnen. Op die manier zouden zij minder worden belast met administratieve rompslomp, die bij de plaatsing van de overeenkomsten komt kijken. Tot slot, gaven zij ook mee dat ook zij de kans moeten krijgen hun behoeften en bekommernissen inzake overheidsaankopen door te geven. Het huidige samenwerkingsmodel lijkt voor hen immers te veel afgestemd op de actieve deelnemers.

 

Op het moment wordt een nota inzake het federale aankoopbeleid opgesteld met toepassing van het koninklijk besluit van 22 december 2017. De hoogste administratieve verantwoordelijken moeten die nota inzake het federale aankoop­beleid valideren. De ministerraad moet uiterlijk tegen september 2021 zijn goedkeuring geven.

 

In overleg met mijn collega's worden in de nota inzake het federale aankoopbeleid meerjarige actiepunten opgenomen opdat de federale overheidsaankopen nog milieuvriendelijker, duurzamer, ethischer en meer maatschappelijk verantwoord worden. Ook zal er aandacht gaan naar de toegankelijkheid van de overheids­opdrachten voor kmo's en start-ups om het innovatievermogen van ons land maximaal te stimuleren.

 

02.03  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, ik kan alleen maar heel blij zijn met uw antwoord. Ik kan er geen negatieve commentaar op geven. Dat is onmogelijk.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Sigrid Goethals aan Petra De Sutter (VEM Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven) over "Een slanke overheid" (55017965C)

03 Question de Sigrid Goethals à Petra De Sutter (VPM Fonction publique et Entreprises publiques) sur "Des pouvoirs publics aux effectifs réduits" (55017965C)

 

03.01  Sigrid Goethals (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, in opvolging van mijn schriftelijke vraag over de financiële evolutie van het ambtenarenapparaat heb ik enkele vragen over uw visie en ambitie inzake een slanke overheid.

 

Uit de verkregen cijfers blijkt dat in het algemeen een lineaire besparing van 2 % op de personeels­kredieten van 2016 tot 2019 werd gerealiseerd. Voor de FOD’s en de POD’s zouden de personeelsbestanden de afgelopen vijf jaar zelfs verminderd zijn met meer dan 5 %, maar stegen de personeelskredieten blijkbaar met 2,7 %. Misschien heb ik dat verkeerd voor, mevrouw de minister. In tijden van digitalisering blijven verdere inspanningen om af te slanken, samen met een voldoende kwalitatieve dienstverlening, zeker nodig.

 

De Vlaamse regering spreekt de duidelijke ambitie uit om het tegen het einde van de legislatuur met slechts 1.440 ambtenaren te doen. Hiermee wil men een jaarlijkse besparing van 75 miljoen euro bekomen. De Vlaamse regering is op de goede weg en ligt zelfs voor op schema. Deze besparingen om tot een slanke overheid te komen zullen niet met naakte ontslagen gepaard gaan. Men zal de pensionering bekijken om na te gaan of vervanging al dan niet nodig is.

 

Mevrouw de minister, ik ontving reeds de cijfers over de personeelskredieten en personeels­bestanden bij de federale overheid. Kunt u verduidelijken waar de grootste personeels­verschuivingen zich concreet situeren binnen de FOD’s en POD’s? Wat zijn de tendensen van de afgelopen jaren? Ziet u verschillen in frontoffice en backoffice?

 

In Vlaanderen werd besloten dat de overheids­diensten in vijf jaar ongeveer 5 % zouden afslanken. Op welke manier wil u inzetten op een slanke maar vooral kwalitatief sterke overheid? Welke acties wenst u te nemen? Wat zijn uw ambities en doelstellingen?

 

Welke besparingsdoelstellingen ziet u tegen het einde van de legislatuur mogelijk op het vlak van de personeelskredieten en personeelsbestanden, uiteraard zonder te moeten overgaan tot naakte ontslagen en het inboeten van een kwalitatieve dienstverlening?

 

Kunt u eventueel dezelfde analyse maken, zoals de Vlaamse regering reeds deed?

 

03.02 Minister Petra De Sutter: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Goethals, voor ik het antwoord op uw vragen geef, wil ik zeggen dat ik toch verwonderd ben over de stijging van 2,7 % in de personeelskredieten, net omdat wij de doelstelling van 150 miljoen euro besparing per jaar, dus 600 miljoen euro op vier jaar, aan het uitvoeren zijn zoals in het regeerakkoord staat. Kunt u de bron vinden waarin dat cijfer van 2,7 % vermeld staat? Dit is immers niet te verklaren in het licht van de besparingsinspanningen die wij op het vlak van de personeels- en werkingskredieten moeten realiseren. Er is natuurlijk een provisie voor nieuw beleid, maar het zou mij verbazen als er daardoor een stijging is met 2,7 %, zeker als we het aantal ambtenaren jaar na jaar zien dalen.

 

Wat uw specifieke vragen betreft, de federale overheid beheert de evolutie van haar personeels­bestand niet door het vastleggen van normen met betrekking tot het aantal ambtenaren of het profiel van die ambtenaren. Misschien is dat anders bij de Vlaamse overheid. Ze legt wel een budgettaire limiet vast die twee keer per jaar gecontroleerd wordt, tijdens de monitoring van het risico van overschrijding van de personeelskredieten, waarvoor de staatssecretaris van Begroting en ik verantwoordelijk zijn. Ik zal u dus antwoorden met bedragen terwijl u misschien percentages en aantallen voor ogen hebt, wat het verschil zou kunnen verklaren. Dat moeten we uitzoeken.

 

Dit systeem laat het management toe te oordelen over de kwalitatieve normen inzake profielen en functies, voor zowel backoffice als frontoffice. Zij oefenen hun bevoegdheid autonoom uit, uiteraard telkens in goede verstandhouding met hun voogdijminister en de inspecteur van Financiën. Elke federale overheidsdienst kan dus zijn eigen strategische planning uitwerken. Verder kunnen enkel de federale overheidsdiensten vragen over de kwalitatieve evolutie van hun personeels­bestand beantwoorden.

 

Samen met onze leidende ambtenaren en voogdijministers gaan wij voor een moderne, efficiënte en klantvriendelijke, groene en duurzame federale overheid die kwaliteitsvolle dienstverlening levert. Om te komen tot een slanke overheid focussen we op verschillende acties. Er zijn acties die vooral gericht zijn op de verbetering van onze interne werking, door te bouwen aan een vereenvoudigde structuur, met een rationalisering op het vlak van horizontale processen en facilitaire diensten.

 

Daarnaast trachten we via spending reviews mogelijke minderuitgaven in kaart te brengen. Momenteel lopen er drie pilootprojecten die we na evaluatie verder zullen uitrollen. Andere acties zetten dan weer in op de vereenvoudiging van de administratieve processen en de digitalisering die hiermee gepaard gaat.

 

Een niet onbelangrijke actie is het implementeren van structurele maatregelen voor preventie en behandeling van stressgerelateerde aandoeningen. Hoe meer mensen we aan boord kunnen houden, hoe meer besparingen dit kan opvangen, hoewel dat uiteraard niet de hoofdreden voor deze maatregel is.

 

Tot slot, zal mijn beleidscel haar medewerking verlenen aan de plannen die de staatssecretaris voor Begroting heeft geformuleerd voor de vereenvoudiging en het herbekijken van de begrotingsregels.

 

Op het federaal niveau is de context en de methodiek niet dezelfde als op het Vlaams niveau. Bij haar aantreden heeft de federale regering een dynamisch begrotingsbeleid vooropgesteld waarbij de federale diensten ook een aandeel voor hun rekening nemen. Het gaat hierbij om een jaarlijkse besparing van 150 miljoen euro op personeel en werkingskredieten tot 2024. Dat is in totaal 600 miljoen euro. Naast de reeds vermelde initiatieven in antwoord op uw tweede vraag geef ik ook nog mee dat de rationalisering van ons overheidsapparaat niet gepaard gaat met naakte ontslagen. We bekijken wel elke keer als iemand op pensioen gaat of een vervanging noodzakelijk is. Dat heb ik daarnet ook al gezegd. We komen zeker nog terug op die 2,7%.

 

03.03  Sigrid Goethals (N-VA): Mevrouw de minister, de vraag is al even ingediend en ik weet ook niet meer precies waar ik die 2,7% heb gehaald. Ik zal dat ook navragen. We zullen elkaar zeker nog zien en dan overleggen we.

 

Een aantal stappen kunnen of zullen zeker resulteren in een afgeslankte overheid. Ik ben blij dat u deze keer heel specifiek bent, waar u in het verleden altijd heel algemeen was. Ik leer veel bij.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Vraag nr. 55018167C van mevrouw Rohonyi vervalt, aangezien zij niet aanwezig is.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 10.44 uur.

La réunion publique de commission est levée à 10 h 44.