Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Mercredi 19 janvier 2022

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Woensdag 19 januari 2022

 

Namiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 13.34 uur en voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

La réunion publique de commission est ouverte à 13 h 34 et présidée par M. Ortwin Depoortere.

 

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

Les textes figurant en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes déposés par les auteurs.

 

01 Actualiteitsdebat over de private opvanginitiatieven en toegevoegde vragen van

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De samenwerking met de privé-opvangplaatsen en uw verwijten over nepnieuws aan het adres van De Tijd" (55024177C)

- Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De beschuldiging over het verspreiden van fakenieuws door De Tijd" (55024191C)

- Tim Vandenput aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De private opvanginitiatieven" (55024196C)

01 Débat d'actualité sur les initiatives d'accueil privées et questions jointes de

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La coopération avec les places d'accueil privées et vos reproches au Tijd concernant des infox" (55024177C)

- Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L'accusation portée contre De Tijd de propager des infox" (55024191C)

- Tim Vandenput à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les initiatives d'accueil privées" (55024196C)

 

01.01  Theo Francken (N-VA): Vooreerst een goed jaar toegewenst, mijnheer de staatssecretaris! Het zou mooi zijn mochten we de asielcrisis onder controle kunnen krijgen. En het zou helemaal mooi zijn mocht er op Europees vlak het een en ander in beweging komen, voor Europa, voor de bevolking, voor België en voor de regering. Uiteraard is dat laatste voor mezelf niet echt een prioriteit.

 

Ik heb een aantal vragen over iets wat mij intrigeerde.

 

Een artikel in de krant De Tijd van midden december, van de hand van mevrouw Sarah Lamote, met als kop "Mahdi weigerde duizenden slaapplaatsen voor asielzoekers" trok mijn aandacht. Het artikel gaat in op het aanbod van plaatsen in verschillende fases. Mevrouw De Block heeft in het kader van de asielopvang een aantal tenders uitgeschreven om ook private partners te kunnen betrekken bij het aanbieden van asielopvang. Het gaat in totaal om 5.000 plaatsen die zijn aangeboden. Voor zover ik heb begrepen is de aanbesteding indertijd uitgeschreven door mevrouw De Block, maar hebt u die in het voorjaar stilgelegd. In de allerlaatste fase hebt u beslist daar niet mee verder te gaan. Alles werd stopgezet, zonder al te veel communicatie. Te uwer verdediging verwijst u naar een negatief advies van de inspecteur van Financiën en naar een negatief advies van de minister van Begroting. Zo heb ik het begrepen.

 

U zat toen in een periode van luxe, want in het voorjaar van 2021 was er geen asielcrisis, geen nood aan extra plaatsen. Integendeel, alles verliep smooth and easy. Nu zit u natuurlijk in een heel andere situatie. Dan maakt het feit dat er 5.000 plaatsen verloren zijn gegaan het wel extra zuur. Het komt nu als een boemerang terug naar u dat men niet is doorgegaan met de tender die al twee jaar liep en zich in de allerlaatste fase bevond.

 

Kunt u daar enige toelichting bij geven? U hebt ook heel hevig gereageerd op Twitter. Dat is uw temperament. Ik hou van mensen met temperament, dat is dus zeker het probleem niet. Zo zijn er wel meer in de politiek. Dat geeft kleur en zo is een en ander tenminste duidelijk. U hebt gezegd dat het fake news is en dat de informatie niet correct zou zijn. Ik had dus graag enige toelichting over de stand van zaken gekregen.

 

Mevrouw De Block heeft de aanzet gegeven om met private partners te werken in de asielopvang. Dat is misschien wel wat ideologisch, dat geef ik toe, maar het is ook principieel. Ik heb dit voortgezet en heb er zowel positieve als negatieve ervaringen mee opgedaan. Ook met de ngo's heb ik echter zowel positieve als negatieve ervaringen op het vlak van opvang. In een divers pallet van opvang vind ik dat de private partners hun plaats moeten kennen. Ik heb de indruk dat dit principe onder druk staat. Ik heb de indruk dat deze regering dat eigenlijk niet meer ziet zitten.

 

Naast de toelichting bij de stand van zaken, wil ik u ook zeker vragen wat uw visie is op de private partners in het hele opvangnetwerk. Staat u daarachter of vindt u het eigenlijk geen meerwaarde? Dat is ook wat de private partners willen weten, met name waar dit verhaal eigenlijk naartoe gaat.

 

01.02  Dries Van Langenhove (VB): Al maandenlang is deze regering op zoek naar bijkomende opvangcapaciteit voor asielzoekers. Eind november verscheen er een artikel in De Tijd waaruit blijkt dat u, staatssecretaris Mahdi, een opvangaanbod van grotendeels private partners hebt afgewezen. Daarop beweerde u dat de journaliste van De Tijd desinformatie zou hebben verspreid.

 

Klopt het dat u dat aanbod hebt geweigerd? Zo ja, waarom? Waarop is uw bewering gebaseerd dat de journaliste desinformatie zou verspreiden?

 

01.03  Tim Vandenput (Open Vld): Mijnheer de staatssecretaris, de inschakeling van private partners werd ingevoerd door toenmalig staatssecretaris De Block, zoals de heer Francken al zei.

 

In 2019 en 2020 zijn er enkele tenders op de markt gekomen waarvan er een aantal werd toegewezen, maar verschillende andere niet. Sta me toe om enkele van die aanbestedingen specifiek te noemen. In Etterbeek werd een aanbesteding toegewezen aan G4S, maar die werd na twaalf maanden stopgezet en het beheer werd overgedragen aan Samusocial. In Kalmthout ging het om 120 plaatsen, eveneens toegewezen aan G4S, maar eigenlijk is die locatie nooit opengegaan want de lokale burgemeester heeft dat tegengehouden. Van G4S heb ik vernomen dat het verlies daarop 600.000 tot 700.000 euro bedraagt. Er moest een dading worden ondertekend met Fedasil, aangezien er onder meer al personeel was aangeworven. Daaraan heeft G4S een zeer wrang gevoel overgehouden en ze hebben er ook verlies door geleden.

 

Ook in 2020 waren er verschillende opdrachten. In opdracht 2020/001 werden in totaal tien centra toegekend, met name vier aan G4S, drie aan Corsendonk en drie aan Umami. Er zijn daarvan echter maar vier opvanginitiatieven opengegaan. Mijnheer de staatssecretaris, waarom zijn de overige centra niet opengegaan, hoewel er nood was aan opvang en die private partners hadden kunnen helpen?

 

In een artikel in De Tijd verwijst u naar de inspecteur van Financiën. Hebt u dat probleem ook bij staatssecretaris Eva De Bleeker aangekaart? Een inspecteur van Financiën is onafhankelijk, maar het behoort niet tot zijn job om het beleid te bepalen dat u samen met de regering zult uitvoeren.

 

Eind vorig jaar bracht Fedasil een tender op de markt. Op een maandag werd die tender ineens naar private partners verstuurd, met de vraag om binnen de 48 uur een antwoord te geven. Voor een bedrijf is het heel moeilijk om een dergelijke vraag binnen de 48 uur te beantwoorden. De betrokken opvangcentra zouden binnen drie maanden tijd helemaal up and running moeten zijn, wat ook zeer moeilijk te bewerkstelligen valt en onder andere afhankelijk is van het gebouw.

 

Was u op de hoogte van dat lastenboek? Wat vindt u ervan dat een privébedrijf binnen de 48 uur moet antwoorden?

 

01.04 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, alvast mijn beste wensen aan alle commissieleden.

 

Wat het actuadebat betreft, het opvangnetwerk kent op dit moment zo'n 30.000 opvangplaatsen, die verspreid zijn over het hele land. Sommige plaatsen hebben een duidelijk tijdelijk karakter, omdat de duurtijd om contractuele redenen beperkt is. Zo zijn er 2.500 plaatsen die een voorziene sluitingsdatum hebben in 2022. Ik meen dat het voor u geen nieuw gegeven is dat de meeste centra een tijdelijk karakter hebben.

 

Er zijn 1.550 opvangplaatsen die beheerd worden door privépartners. Er werd gezegd dat er een taboe zou bestaan tegen privépartners en dat wij die zouden weren. Er zijn er 1.550. Umami, Svasta en G4S. Met deze partners heeft Fedasil geregeld overleg. Deze opvangplaatsen via privépartners zijn het resultaat van een openbare aanbesteding in urgentie onder de vorige regering. Hun duurtijd was beperkt tot 12 maanden, twee keer verlengbaar met 3 maanden. We zijn deze opvangplaatsen aan het verlengen om ze alvast voor de maximale termijn van 18 maanden te kunnen gebruiken.

 

Er zijn ook mindere kanten aan samenwerken met privépartners. Die zijn vooral van financiële aard. Daar kom ik straks nog op terug.

 

De nood aan opvangplaatsen blijft groot. Het is dan ook geen taboe voor mij met privépartners samen te werken om ze te creëren. Ik zou niet weten waarom we in tijden van opvangcrisis, terwijl er mensen zijn die nood en recht hebben op opvang, geen gebruik zouden maken van de middelen die aangereikt worden vanuit de privésector.

 

De realiteit is dat als er geen crisis is, men ook moet zien dat men de juiste keuzes maakt tussen de partners waarmee men samenwerkt. De kostprijs van een opvangcentrum speelt daarin een heel belangrijke rol. Als dat niet zo is, dan is dat nieuwe informatie voor mij, maar ik ga ervan uit dat de vraagstellers daarmee graag rekening houden.

 

Het is inderdaad juist dat in De Tijd een stelling stond die een verdraaiing van de werkelijkheid inhield. Wij hebben De Tijd daarop gewezen en De Tijd heeft het artikel een beetje aangepast. In dit artikel werd namelijk uitgegaan van een aantal foute veronderstellingen, wat ervoor heeft gezorgd dat er verkeerde conclusies werden getrokken.

 

Zo bleek uit de eerste fase van een gunning van een raamovereenkomst voor bufferplaatsen dat de private partners slechts beperkte mogelijkheden voor een capaciteitsuitbreiding naar voren zouden schuiven. Ik zal dit later nog in detail verduidelijken. Er werden vooral bestaande sites van de overheidsaanbesteding in urgentie aangeboden, met de bedoeling deze in te passen in de raamovereenkomst.

 

Ik herhaal: bestaande overheidsaanbestedingen in urgentie worden aangeboden om in te passen in de raamovereenkomst. Een bestaand centrum zou dus worden ingepast en aangeboden als nieuw centrum. Mocht men cijfers zo optellen, dan krijgt men zelfs de Belgische begroting heel snel in orde.

 

Het is dus geenszins juist dat de private partners in een handomdraai in staat zouden zijn om 5.000 bijkomende opvangplaatsen te realiseren. Bovendien rijst de vraag of deze private partners in staat zouden zijn om op korte termijn nieuwe opvangcapaciteit te realiseren.

 

Fedasil en haar structurele partners stootten op een aantal problemen, die gelden voor verschillende operatoren en dus ook voor de private operatoren. Het gaat dan om een tekort aan materiaal om een site te operationaliseren, bouwmateriaal en informatica. Het gaat om een tekort aan personeel om opvangplaatsen te beheren. Om een opvangcentrum te kunnen openen, heeft men natuurlijk ook personeel nodig en dat moet men op tijd zien te vinden. We weten dat dat in bepaalde regio's moeilijker ligt dan in andere, gezien de arbeidskrapte.

 

Fedasil en haar structurele partners doen de opstart nu door personeel van andere opvangcentra ook tijdelijk te verplaatsen. Zij hebben echter tientallen opvangcentra verspreid over het land. De private partners hebben er samen vier.

 

Weerstand van burgemeesters – die een belangrijke rol hebben – speelt natuurlijk ook wel eens een rol, wat leidt tot vertragingen of beperkingen.

 

Er lag geen aanbod aan plaatsen op mijn bureau waarover ik kon beslissen om ze al dan niet te creëren. Om dat nog wat duidelijker toe te lichten, schets ik eerst even hoe wij tot deze private plaatsen zijn gekomen.

 

Het was inderdaad onder de vorige regering dat er verschillende soorten aanbestedingen werden gelanceerd om opvangplaatsen te realiseren via private actoren. Onder minister De Block besliste de ministerraad van 14 november 2019 om in urgentie opvangplaatsen te zoeken bij de private actoren. In november 2019 ging de minister akkoord om maximaal 3.500 plaatsen te zoeken bij de private partners. Daartoe werd op 24 november een eerste openbare aanbesteding gelanceerd in urgentie. We kwamen dan uit bij de opening van in totaal 884 plaatsen in Marcinelle, Kalmthout en Etterbeek.

 

Aangezien er onvoldoende plaatsen uit de openbare aanbesteding waren gekomen – het enthousiasme was niet heel groot – werd op 7 januari 2020 een tweede openbare aanbesteding in urgentie gelanceerd, waarvan acht sites gegund werden en vier sites direct afgeroepen, namelijk Spa, Jalhay, Hasselt en Luik, voor een totaal van 1.435 plaatsen. Voor al deze sites geldt een duur van twaalf maanden, twee keer verlengbaar met drie maanden en een opzegtermijn van zes maanden. Na maximaal achttien maanden dienen de centra dus te sluiten.

 

Zoals ik reeds heb vermeld, zijn de sites die vandaag open zijn plaatsen die via deze overheidsaanbesteding in urgentie werden gecreëerd. Het is natuurlijk een heel eigenaardige redenering dat men zegt dat de overheid een aanbesteding heeft gedaan van 3.500 plaatsen en dat de privésector dus 3.500 plaatsen heeft aangeboden, quod non. In de aanbesteding werd gevraagd om 3.500 plaatsen te creëren, maar het resultaat was dat 884 plaatsen werden gecreëerd. Nochtans wordt vanuit bepaalde sectoren gezegd dat er een aanbod was. Ik geef graag de feiten mee zoals zij zijn.

 

Naast de openbare aanbesteding in urgentie heeft de vorige regering op 15 februari 2019 ook een openbare aanbesteding gelanceerd voor structurele bufferplaatsen. Die piste hield in dat Fedasil overeenkomsten met private partners kon sluiten voor de creatie van bufferplaatsen die, indien nodig, zouden kunnen worden geactiveerd.

 

In tegenstelling tot de overheidsaanbestedingen in urgentie, die tot 3.500 opvangplaatsen in totaal werden gelimiteerd, werd in de structurele overheidsaanbesteding het aantal plaatsen dat kon worden gecontracteerd, niet gelimiteerd.

 

De procedure zou in twee fasen verlopen. Voor een eerste fase konden firma's kandideren zonder concrete opvangplaatsen aan te bieden. Zij geven dan aan geïnteresseerd te zijn. Pas na gunning van de raamovereenkomst konden zij in een tweede fase concrete bufferplaatsen aanbieden. Maar de procedure heeft nooit de tweede fase bereikt. De eerste fase van de procedure was begin 2021 nog lopende. Er diende intussen een advies aan de Inspectie van Financiën te worden gevraagd en die gaf een negatief advies over de voortzetting van de procedure, wat in een beroep bij de staatssecretaris van Begroting werd bevestigd. Er diende dus een nieuwe openbare aanbesteding te worden opgestart. Met een gunning van die structurele overheidsopdracht kon men dus niet verdergaan.

 

Omdat we in 2021 nog in de eerste fase zaten van het proces dat begin 2019 werd opgestart, is het dus maar de vraag of een nieuwe overheidsaanbesteding voor structurele bufferplaatsen begin 2021 nu voor oplossingen zou kunnen hebben gezorgd.

 

De bewering dat ik me in de mogelijkheid bevond om plaatsen te gunnen en te gebruiken, is dus absoluut incorrect. Hiermee zou ik alle wettelijke bepalingen inzake overheidsopdrachten naast me hebben moeten neerleggen, mochten die plaatsen er al zijn geweest. Men kan wel plaatsen vragen, maar het is wat anders in de realiteit, wanneer het dan gaat over concrete aantallen.

 

Daarnaast wijs ik erop dat de samenwerking met de private partners niet altijd even positief is. Ondanks de activeringstermijn van 60 dagen was er namelijk nog veel vertraging bij de effectieve opening van de opvangplaatsen. Ik vind de samenwerking met de private partners en de lokale besturen ook niet altijd even positief, want vanuit een zuiver economisch gedreven perspectief was er geen tot weinig ruimte bij de private partners om in overleg met de lokale besturen bijkomende inspanningen te leveren met het oog op goede samenwerking. Dat is een van de elementen die kunnen meespelen.

 

Het is trouwens niet onlogisch dat de private partners redeneren vanuit een economisch perspectief, terwijl politici dan weer vragen om erop toe te zien dat er rekening wordt gehouden met de lokale besturen. Dat kan een spanningsveld creëren. Elk opvangcentrum heeft een eigen specificiteit, waardoor er soms zaken moeten worden georganiseerd die niet allemaal in een bestek kunnen worden voorzien. Dat maakt het pragmatisch samenwerken niet altijd even evident.

 

Tot slot, zoals ik daarnet al heb gezegd, zijn de plaatsen via private partners beduidend duurder dan de plaatsen waarop Fedasil een beroep kon doen via eigen centra of partners. Uiteraard heeft men in tijden van crisis, of zelfs los daarvan, nood aan partners die plaatsen kunnen aanbieden die niet meer kosten dan noodzakelijk. U zult mij daar geen taboe van zien maken, maar opnieuw, gelet op het feit dat die beduidend duurder zijn, mag ik hopen dat niemand uit is op plaatsen met louter een economisch perspectief, die het ons economisch niet altijd even gemakkelijk maken.

 

De openbare aanbesteding voor bufferplaatsen leverde dus niets op, maar er werd wel beslist om te investeren in een meer veerkrachtig opvangnetwerk, in samenwerking met de structurele partners van Fedasil. De regering besliste om, in tegenstelling tot wat vroeger het geval was, geen fictieve buffer in een aanbesteding te creëren, maar een echte buffer met fysieke, beschikbare plaatsen die kunnen worden geactiveerd wanneer nodig, en keurde dus op 16 juli 2021 de creatie van 5.400 bufferplaatsen goed.

 

Die plaatsen zijn ambitieus, maar ook noodzakelijk om een buffer te hebben. Die buffer is belangrijker dan de buffer van 1.000 plaatsen die initieel was voorzien door de vorige regering. Die buffer is ook noodzakelijk als een verzekeringsprincipe om te kunnen doen wat we moeten doen, ook in tijden van crisis.

 

01.05  Theo Francken (N-VA): Uw antwoorden bevestigen alleen maar mijn vraag naar hoorzittingen. U zegt dat ze gebakken lucht verkochten en dat dat virtuele plaatsen waren. U zegt dat het allemaal niet is zoals ik denk of zoals wij het hebben vernomen. De mensen die dat aanbieden hebben dan ook het recht om eens gehoord te worden door de Kamer. We zullen dan het een naast het ander leggen.

 

Doe de eerste verdieping van Kalmthout open, dat zijn zestig plaatsen. Die kan u gebruiken. U hebt gisteren nog zestig plaatsen geopend in Brussel. U kunt daarover misschien ook eens met de CD&V-burgemeester uit de absolute meerderheid praten. Dat is wel een probleem. U noemt Kalmthout, dat is aangeboden maar niet opengegaan. Open die plaatsen dan. U zegt dat het virtueel is, want ze zijn al open en ze worden opnieuw verkocht. Dat is dan wind. Kalmthout is echter niet open. Kijk eens of dat mogelijk is.

 

U zegt dat de staatssecretaris van Begroting het advies van de Inspectie van Financiën volgde in het voorjaar. Ik zal de staatssecretaris ondervragen over die zaak. Hoe dat precies gezien wordt van die kant, intrigeert me. Een negatief advies van de inspecteur van Financiën, of zelfs een negatief advies van de staatssecretaris van Begroting, betekent niet dat dat zo blijft als men doorduwt. Ik heb vaak meegemaakt dat ze niet mee waren, maar het is finaal de ministerraad die kan overrulen als er voldoende goede argumenten zijn. Een asielcrisis zoals we die nu beleven, is een goed argument. Dat heb ik zelf ook zo ervaren. Het zou me verbazen als dat nu anders zou zijn.

 

U zegt dat ook de kostprijs een argument is. Mag ik u eraan herinneren dat u zelf aangeeft over 520 miljoen euro te beschikken. Een beetje eerlijkheid mag: u zult me toch niet wijsmaken dat u wakker ligt van de kostprijs van opvang?

 

Daarnaast zegt u dat de opvang door privépartners geen taboe is. Er zijn inderdaad problemen, ook met de lokale besturen. Ik deel de analyse dat het altijd moeilijker is om private initiatieven te openen in gemeenten waarvan bepaalde partijen de burgemeester leveren. Maar dat maakt het niet onmogelijk.

 

Het is dus volgens u geen taboe, maar – en het zal wellicht toeval zijn dat dit net een paar dagen na het artikel verschijnt – in de tender die u hebt uitgeschreven om privépartners toch de mogelijkheid te geven plaatsen aan te bieden, kregen ze 48 uur om zich in te schrijven en moesten ze na 14 dagen operationeel zijn. Bijgevolg heeft geen enkele private partner zich ingeschreven. U kunt niet verwachten van een private partner dat hij op 48 uur zo'n grote tender kan invullen en op 14 dagen kan openen. Volgens mij is er in de regering discussie geweest over dat artikel en is er beslist dat er weer aandacht moest zijn voor de private partners. U hebt die aanbesteding dus uitgeschreven, maar met een drempel zo hoog dat er niemand zich op kon inschrijven. Bij de hoorzittingen zullen we nog eens grondig navragen hoe de vork precies in de steel zit.

 

Mijn laatste punt betreft de actuele situatie in Spa. U moet een dwangsom van honderdduizenden euro's betalen aan het gemeentebestuur van Spa. Met het mes op de keel hebt u de private opvangaanbieder de opdracht gegeven om op 1 maart de uitbating over te dragen aan Fedasil, dat het centrum zelf zal uitbaten. Op dit moment zetten uw diensten de private opvangpartner in Spa onder druk om dat te doen, vermoedelijk in opdracht van Fedasil – indien dit niet het geval is kunt u hun directie het best snel contacteren.

 

De praktijken die daarvoor worden gebruikt, zijn heel erg. Steunt u dat? Staat u daarachter? Dat wil ik graag weten.

 

Mijnheer de voorzitter, ik zal u straks een mail sturen om te vragen dat bij de eerstkomende regeling der werkzaamheden wordt besproken om de hoorzittingen toch te laten plaatsvinden. In een dergelijk verhaal, waarin dergelijke zaken worden verteld, is een tegensprekelijk debat altijd goed en is het goed dat ook de andere kant, die hier eigenlijk geen spreekrecht heeft, mag worden gehoord. We zullen dan zien wat er finaal uit die hoorzittingen komt.

 

01.06  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de voorzitter, collega's, het is een welles-nietesspelletje geworden. Ook ik zou het best interessant vinden om beide verhalen eens concreet naast elkaar te kunnen leggen.

 

We moeten echter opletten dat we door dat welles-nietesspelletje de essentie niet uit het oog verliezen, met name dat het huidige asielsysteem volledig failliet is en dat het niet meer werkt. Er zijn intussen al 30.000 opvangplaatsen in ons land, maar we zijn toch nog steeds angstvallig op zoek naar uitbreiding van de opvangcapaciteit. Dat zou heel veel alarmbellen moeten doen afgaan. We moeten dringend de instroom stoppen, ook de asielinstroom, en de uitstroom drastisch vergroten. In plaats van hier bijkomende opvangcapaciteit te creëren, moeten we kijken of we bijkomende opvangcapaciteit kunnen creëren in de regio.

 

Mijnheer Mahdi, u geeft aan dat de vraagstellers graag rekening houden met de kostprijs van migratie. Dat klopt. Ik heb daar straks trouwens nog een aantal vragen over, onder andere over een grondige studie die de volledige kostprijs van asiel en migratie op alle mogelijke beleidsdomeinen in kaart brengt.

 

Ook voor de opvang is er maar één vorm die echt goedkoop is en ons biedt wat we nodig hebben. Dat is opvang in de eigen regio. Op die manier kunnen alle discussies en welles-nietesspelletjes worden vermeden.

 

01.07  Tim Vandenput (Open Vld): Mijnheer de staatssecretaris, het is goed dat we dit actualiteitsdebat houden, want het plaatst de zaken in een ander perspectief.

 

Het is goed dat u met privépartners wilt blijven werken. Ik denk dat dit een van de opties is om bijkomende capaciteit te creëren. Ik begrijp echter ook dat privépartners niet altijd in staat zijn om het gevraagde aantal plaatsen te kunnen aanbieden. U gaf zelf het voorbeeld van de 3.500 gevraagde plaatsen, waarvan er slechts 1.400 tot 1.500 effectief konden worden ingevuld. Het benieuwt me overigens waarom de privépartners niet meer kunnen aanbieden. Privépartners hebben soms een beter zicht op andere mogelijke gebouwen dan Fedasil, dat zich immers vaak wendt tot louter de Regie der Gebouwen of Defensie.

 

Het lijkt me normaal dat een beroep doen op privépartners duurder is dan de opvang in eigen beheer te organiseren. Zij dragen immers zelf het risico, onder meer via de uitbesteding aan derden. Als ik in mijn gemeente een consultant moet inhuren voor een bepaalde opdracht, is dat natuurlijk ook duurder dan als ik het zelf zou doen. De kwaliteit is misschien ook beter.

 

Ik heb begrepen dat de privépartners aan een kwaliteitscontrole worden onderworpen en dat ze toch wel goed worden bevonden.

 

Wat de Inspectie van Financiën betreft, volg ik de redenering van de heer Francken: een negatief advies betekent niet dat men niet kan doorduwen. Als ik in mijn gemeente niet het fiat heb van mijn financieel directeur maar toch wil doorzetten, dan doe ik dat als burgemeester soms zonder zijn fiat, in overleg met mijn collega's, en wordt er toch een bestelbon opgemaakt. Zo werkt dat nu eenmaal. Bij een volgend negatief advies van de Inspectie van Financiën kunt u misschien overleggen met uw collega's, mijnheer de staatssecretaris, of de kwestie eventueel voorleggen aan de regering.

 

Over Spa en het waarom van de overdracht aan Fedasil hebt u niet geantwoord, maar misschien kunt u dat nog toelichten. Zoniet stel ik er volgende keer een mondelinge vraag over.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De ondersteuning van het EASO" (55023617C)

02 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le soutien apporté au Bureau européen d'appui en matière d'asile" (55023617C)

 

02.01  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, collega's, midden december raakte bekend dat België de hulp heeft ingeroepen van EASO om de piekende asielstroom het hoofd te bieden. Op korte termijn zal het Europese Bureau wooncontainers leveren voor de opvang van asielzoekers en ook medewerkers ter beschikking stellen. Ter zake ondertekende u met uitvoerend directeur Nina Gregori van EASO een operationeel plan, dat de komende weken en maanden zal worden uitgerold.

 

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen.

 

Om hoeveel wooncontainers gaat het precies? Hoeveel medewerkers zal EASO ter beschikking stellen? Waaruit zal hun takenpakket precies bestaan? Tegen welke datum zal het operationele plan uitgerold zijn? Hoe wordt een en ander gefinancierd? Levert België ter zake een financiële bijdrage of staat hier enige andere prestatie tegenover? Bent u van plan om bijvoorbeeld in de toekomst nog meer een beroep te doen op de ondersteuning door EASO, en zo ja, waarvoor concreet?

 

Als we goed ingelicht zijn, is het de eerste keer dat EASO een dergelijke operatie uitvoert in een lidstaat die niet aan de buitengrenzen ligt. Hebt u kennis van soortgelijke aanvragen van andere EU-lidstaten?

 

Hoe staan onder meer de Europese "frontlijnstaten", die op hun strepen staan wat het behoud van de nationale soevereiniteit betreft, tegenover de omvorming van EASO tot een onafhankelijk asielagentschap met meer bevoegdheden, meer geld en meer mankracht?

 

02.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van Langenhove, het operationele plan dat uitvoerend directeur van EASO Nina Gregori en ikzelf ondertekenden, wordt de komende weken uitgerold. Er zijn twee acties voorzien, elk met hun eigen finaliteit.

 

In een eerste fase worden maximaal 150 containers voorzien. Het betreft zowel woon- als ondersteunende containers. Dat aantal kan in een latere fase worden uitgebreid met nog eens maximaal 250 containers, die opnieuw zowel een woon- als ondersteunende bestemming kunnen hebben. Er zullen maximaal een honderdtal EASO-medewerkers worden ingezet. Gezien de urgentie heb ik EASO gevraagd het plan zo spoedig mogelijk uit te rollen.

 

Het operationele plan wordt gefinancierd met Europese middelen via EASO. België levert geen bijkomende financiële bijdrage voor het plan, noch enige andere tegenprestatie. We doen met andere woorden een beroep op de Europese solidariteit, zodat wij ook solidair zijn met andere lidstaten. Door die samenwerking sparen wij dus kosten uit die anders ten laste van de Belgische overheid vallen. Ik neem aan dat de meeste parlementsleden het daarmee eens zijn.

 

We weten allemaal dat wij bijdragen aan en investeren in Europa. We weten ook dat bepaalde landen meer van die bijdrage terugkrijgen dan andere landen. Gezien wij investeren in Europa en EASO de middelen aanbiedt om te investeren in opvang en zelfs de kosten daarvoor op zich neemt, zou ik niet weten waarom ik in mijn hoedanigheid van staatssecretaris niet van die middelen gebruik zou maken.

 

Het is de eerste keer dat België een beroep doet op EASO. De evaluatie van het operationele plan zal bepalen of een dergelijke ondersteuning in de toekomst kan worden herhaald. Ik ben persoonlijk heel benieuwd naar wat de evaluatie zal uitwijzen. Ik hoor collega's uit andere lidstaten wel aangeven dat het Belgische voorbeeld interessant is om over te nemen. Het is echter niet aan mij om details te geven over het beleid dat lidstaten op dat vlak voeren. Ik hoop dat vele onder hen benieuwd zijn naar wat een en ander zal betekenen in België.

 

Ik heb in ieder geval gemerkt wat het heeft betekend voor Griekenland, waar EASO ook is gaan helpen. Ik heb ook de manier gezien waarop Europa met die Europese middelen zijn verantwoordelijkheid neemt voor een beleid waarbij van Europa wordt verwacht om ook aan de andere aspecten van het migratiebeleid te werken, zoals versterkte buitengrenzen en screening aan de buitengrenzen. Ook voor het asiel- en opvangbeleid wordt verwacht dat daaraan wordt samengewerkt. Op dat vlak is de inzet van EASO niet onverstandig.

 

De Europese Raad, waarin alle lidstaten zijn vertegenwoordigd en een stem hebben, heeft de oprichting van het Europees Asielagentschap goedgekeurd volgens de toepasselijke regels van het Europese recht, waartoe alle lidstaten gehouden zijn.

 

02.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoord.

 

Ik hoop dat de wooncontainers nog net op tijd, voor het te laat is, kunnen worden gereserveerd voor de landen van herkomst. Misschien kunnen ze daar nuttiger worden besteed dan hier in België? Wellicht is het daarvoor ondertussen echter al te laat. Dat zou nochtans een interessant proefproject kunnen zijn. Misschien moeten wij het eens voorstellen?

 

De euro's en het belastinggeld hebt u het zelf al aangehaald, omdat u ongetwijfeld wist dat ik het zelf ook zou doen. Er is inderdaad geen regio in Europa die meer euro's afstaat, meer belasting­geld betaalt en een grotere nettobijdrage levert aan de Europese Unie dan Vlaanderen. Het zou er dus nog maar aan mankeren dat, wanneer de nood hoog is, wij ook eens een paar euro's kunnen terugkrijgen uit de pot waaraan wij zelf het grootste deel hebben bijgedragen.

 

Tegelijkertijd moeten we ons realiseren dat wij niet alleen euro's afgeven aan de Europese Unie, maar ook soevereiniteit. Wanneer het gaat over ons asiel- en migratiebeleid, moet dat op een heel waakzame manier gebeuren, liefst niet zelfs indien het van mij afhangt. Daar maak ik me dus zorgen over. Ik hoop dat u een aantal zorgen ten minste deelt.

 

Inzake het versterken van de buitengrenzen, waar EASO ook voor zou instaan, moet u nog wat overleggen met uw collega's van Groen en Ecolo. Wanneer ik immers de resolutie bekijk die we gisteren hier in de commissie hebben behandeld, zijn zij het daarmee absoluut niet eens. Zij willen de buitengrenzen gewoon liefst volledig uitwissen.

 

Misschien zit daar nog een kink in de kabel en moet u die kink eens bekijken?

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De verlenging van de Turkijedeal" (55023649C)

03 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La prolongation de l'accord avec la Turquie" (55023649C)

 

03.01  Dries Van Langenhove (VB): Op 21 december 2021 keurde de Europese Commissie een enveloppe goed van nog eens 560 miljoen euro steun aan vluchtelingen in Turkije. Dat bedrag zou deel uitmaken van een pakket dat meer dan drie miljard euro bedraagt en tot 2024 wordt uitgetrokken. In juli 2021 hadden de Europese staats- en regeringsleiders reeds hun goedkeuring gegeven aan een feitelijke verlenging van de zogenaamde Turkijedeal. Daarnaast zou er ook geld voorzien zijn voor landen zoals Libanon en Jordanië. Tot 2024 zou het gaan om een totaal bedrag van maar liefst 5,7 miljard euro, waarvan 3,5 miljard voor Turkije.

 

Mijnheer de staatssecretaris, kunt u bevestigen dat de Europese Commissie een enveloppe van 560 miljoen euro goedkeurde, die deel uitmaakt van een ruimer pakket voor een bedrag van 3,5 miljard euro tot 2024? Klopt het dat er ook middelen voorzien zijn voor Libanon en Jordanië? Indien ja, over welk bedrag gaat het?

 

De oorspronkelijke deal voorzag dat voor elke illegaal in Griekenland aangekomen Syriër die naar Turkije werd teruggestuurd, er een via legale weg naar Europa zou worden gehaald. U hebt die een-op-eenregel al een aantal keren aangehaald. Telkens moet ik me dan inhouden, omdat ik vermoed dat u toch ook wel weet dat die regel niet functioneert. In de praktijk bleek namelijk dat die een-op-eenregel gewoon niet werd toegepast door Turkije.

 

Tussen 21 maart 2016 en juni 2021 zou er in het kader van de Turkijedeal een totaal van 2.140 illegale migranten teruggestuurd zijn, terwijl er in diezelfde tijdspanne niet minder dan – hou u vast – 29.427 personen vanuit Turkije naar Europa werden overgebracht. Dat is geen een-op-eenregel, dat is een een-op-tienregel. We zijn in de zak gezet.

 

Wat zal er gebeuren om deze wanverhouding recht te trekken? Blijft het een-op-eenprincipe gehandhaafd? Welke garanties zijn er deze keer ingebouwd om ze in de toekomst wel af te dwingen? Zal het een-op-eenprincipe bij uitbreiding ook gelden voor niet-Syriërs, zoals Afghanen?

 

Het afgelopen jaar heeft Griekenland meerdere keren aangeklaagd dat Turkije zijn belofte om de afgewezen asielzoekers terug te nemen niet nakomt. Welke garanties geeft Turkije, nu de Europese Commissie een eerste enveloppe heeft vrijgemaakt, dat het zijn belofte in de toekomst wel zal nakomen?

 

03.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Van Langenhove, de Europese Raad van juni 2021 heeft inderdaad beslist om de steun voor vluchtelingen en gastgemeenschappen in de periode 2021-2024 voort te zetten. Het voortzetten van de financiële steun voor de opvang van vluchtelingen heeft eigenlijk nooit ter discussie gestaan. Hierdoor krijgen de vluchtelingen in Turkije een menswaardige opvang en blijven de migratiestromen vanuit Turkije onder controle. U spreekt over "een op een" en "een op tien", maar in de realiteit is er wel een evolutie merkbaar als men de cijfers van tien jaar geleden of zelfs een jaar geleden vergelijkt met de cijfers van vandaag op de Turkijeroute. Men kan dus niet zeggen dat de samenwerking met Turkije op dat vlak geen resultaten heeft opgeleverd, maar ik begrijp het punt dat u wilt maken. Het voortzetten van deze steun dient dus ook de belangen van de Europese Unie.

 

De middelen in het kader van de EU Facility for Refugees waren al eerder vastgelegd. Het ging om een totaalpakket van 5,7 miljard euro, waarvan 3,535 miljard euro voor Turkije is voorzien. De resterende 3 miljard euro kan in de periode 2021-2024 worden gebruikt. De Europese Commissie heeft eind 2021 twee beslissingen goedgekeurd ten belope van de 560 miljoen euro waarnaar u verwees. Daarvan zal 530 miljoen euro worden bijgedragen aan de ondersteuning van de organisatie van inclusief en kwalitatief onderwijs voor de in Turkije verblijvende vluchtelingen.

 

We weten hoe belangrijk dat is. Kijk naar de uitvoering van de Dublinregels in Griekenland. De Europese rechter houdt bij zijn beslissingen soms rekening met het feit dat er in Griekenland te weinig integratiemogelijkheden zijn. Het investeren in mogelijkheden in Turkije zorgt ervoor dat mensen een leven in Turkije kunnen uitbouwen en niet richting Europa moeten vluchten om hier te worden opgevangen.

 

De overige 30 miljoen euro zal worden gebruikt om de problemen inzake migratie en grensbeheer nog meer aan te pakken. Concreet gaan de middelen naar het verbeteren van de standaarden in de opvangcentra in Turkije, het verbeteren van de infrastructuur op de Turkse luchthavens en het versterken van het Turkse migratiebeheer.

 

Eerder in 2021 werd ook al een bedrag van 325 miljoen euro toegewezen voor de ondersteuning van de basisbehoeftes.

 

Naast middelen voor Turkije worden ook middelen voorzien ten behoeve van andere landen in de regio waar veel, vooral Syrische, vluchtelingen worden opgevangen. De cijfers zijn hier reeds een aantal keer genoemd. Er zijn 3,6 miljoen vluchtelingen in Turkije, 1,6 miljoen in Pakistan enzovoort. Het gaat om middelen die de humanitaire noodsituatie aanpakken. De Commissie heeft in die context een voorstel ingediend voor het voortzetten van de steun aan vluchtelingen en hun gastgemeenschappen in Libanon, Jordanië, Syrië en Irak voor de periode 2021-2024.

 

Recent werden daarbij enveloppen goedgekeurd onder het Neighbourhood, Development and International Cooperation Instrument, voor het verbeteren van de vluchtelingensituatie in Libanon, voor 90 miljoen, in Jordanië, voor 29 miljoen, in Syrië, voor 41 miljoen, en in Irak, voor 75 miljoen. De conclusies van de Europese Raad van maart en juni vragen niet om de EU-Turkijeverklaring van 2016 te wijzigen, maar wel om zich meer te concentreren op het verder financieel ondersteunen van de Syrische vluchtelingen in heel de regio.

 

We weten ook dat heel veel Syriërs tot in Europa en België komen en aan de deur van het Klein Kasteeltje aankloppen. Als we mensen kunnen helpen met humane en degelijke opvang in de regio, met een visie op de uitbouw van een toekomst daar, dan moeten we dat doen. De een-op-eenregel blijft behouden, maar er moet meer aandacht gaan naar de terugkeer naar Turkije.

 

De terugkeer vanuit Griekenland was tijdens de eerste jaren van het akkoord problematisch, onder andere door de gebrekkige asielprocedures daar. Recent heeft covid de zaken nog wat meer bemoeilijkt. Er zijn nieuwe diplomatieke afspraken gemaakt tussen de EU en Turkije. De Europese Unie en de lidstaten blijven bij Turkije aandringen op de uitvoering van dat akkoord.

 

De een-op-eenregel geldt voor Syriërs. Onderdanen van de andere landen die irregulier de EU zijn binnengekomen via Turkije, vallen onder het EU-Turkije-readmissieakkoord van 2014. Als zij zich in Turkije bevinden, kunnen ze wel genieten van Europese steun voor vluchtelingen, op voorwaarde dat ze er geregistreerd zijn.

 

03.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, als het gaat over opvang in eigen regio zult u uiteraard steeds een partner vinden in het Vlaams Belang. Wij zijn daar een zeer grote pleitbezorger van.

 

In die zogenaamde Turkijedeal staat niet dat er een goede evolutie moet zijn van die deal, er staat in dat er een een-op-eenregeling is en dat die moet worden toegepast. Als er daarvoor niet voldoende garanties zijn – en ik moet vaststellen dat ook vandaag niet de juiste garanties werden gegeven – dan ga ik ervan uit dat er een soort van ongeschreven akkoord is, dat die een-op-eenregeling gewoon wordt genegeerd en wordt gebruikt als een soort van vijgenblad om te maskeren dat het gewoon geen goede deal is. Het wordt gebruikt om centrumpartijen en rechtse partijen te paaien om de deal te slikken, terwijl het enige goede deel van de deal in realiteit niet of bijna niet wordt toegepast.

 

U zegt dat we meer aandacht moeten spenderen aan de terugkeer naar Turkije. Leid ik daaruit juist af dat het eigenlijk onze eigen verantwoordelijkheid is, dat wij het niet goed toepassen, dat wij ze niet voldoende terugsturen naar Turkije? Als dat zo is, als het inderdaad onze eigen verantwoordelijkheid is dat die een-op-eenregel niet wordt toegepast, dan moet daarvan dringend werk worden gemaakt. Dat is evident.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van Ben Segers aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Een grootschalige fraude met 19bis-bijlagen" (55023615C)

04 Question de Ben Segers à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Une vaste fraude à la délivrance d'annexes 19bis" (55023615C)

 

04.01  Ben Segers (Vooruit): In Anderlecht werd door het Brusselse parket een grootschalige fraude aan het licht gebracht. 2 Verdachte gemeentelijke ambtenaren bekenden al dat ze betrokken zijn bij de handel in 19bis bijlagen - een document waarmee EU-onderdanen een verblijfskaart kunnen krijgen - voor niet minder dan 5700 personen.

Hierover heb ik volgende vragen:

 

Is het uw diensten al duidelijk om welke 5700 personen het gaat?

Op welke manier zijn uw diensten bezig met de gevolgen van deze grootschalige fraude aan te pakken?

Werd het verblijfsrecht van betrokkenen bvb. opnieuw bekeken? Wat zijn of waren hiervan de gevolgen? Hoeveel keer werd het verblijfsrecht zo al ingetrokken?

In welke mate werd er ten gevolge van een verblijfsrecht op basis van dit document genoten van sociale rechten, gezinshereniging, werkloosheidsuitkering en sociale uitkeringen?

Werden procedures van gezinshereniging met personen met dergelijk verblijfsrecht stopgezet?

Bent u in contact met uw collega’s om eventuele uitkeringen te stoppen en onrechtmatig verkregen bedragen bvb. terug te vorderen?

In welke mate is wat in Anderlecht gebeurd is een alleenstaand geval? Werden er nog dergelijke ontdekkingen gedaan de voorbije jaren?

In welke mate kan DVZ toekijken op de toekenning van het verblijfsrecht in deze procedure? Wat zijn de richtlijnen nu om door te sturen van gemeente naar DVZ om beslissing te nemen? Wat zijn de huidige instructies?

Voert DVZ steekproeven uit in deze procedure?

Hoe kan het dat een dergelijke grootschalige fraude bestaat? Moeten bestaande instructies herbekeken worden om dit in de toekomst uit te sluiten?

 

04.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Segers, het gerechtelijk onderzoek is volop aan de gang. We wachten nu op het resultaat. Op mijn vraag zal de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) zich burgerlijke partij stellen in deze zaak. Op die manier stellen we niet alleen een duidelijk signaal dat we dit misbruik ernstig nemen, maar krijgt de DVZ ook inzage in het dossier, wat noodzakelijk is om te kunnen nagaan welke dossiers het precies betreft en welke maatregelen de administratie moet nemen.

 

Als de DVZ fraude op het spoor komt, wordt het parket en/of het arbeidsauditoraat daar steeds over ingelicht. Op dit moment lopen meerdere onderzoeken. Het spreekt voor zich dat een frauduleus bekomen verblijfsrecht zal worden ingetrokken. Het terugvorderen van uitkering is niet mijn bevoegdheid, maar uiteraard zal daarover ook overleg gepleegd worden met de bevoegde diensten eens het onderzoek is afgerond.

 

De gemeentebesturen worden voortdurend gesensibiliseerd voor de belangrijke rol die ze spelen in de strijd tegen misbruik in de vreemdelingenprocedures. Er worden opleidingen gegeven, we trachten meer controlemiddelen ter beschikking te stellen van de gemeentelijke ambtenaar en er wordt gewerkt aan betere informatie-uitwisseling met gemeentebesturen en sociale inspectiediensten. De DVZ voert inderdaad ook steekproeven uit bij gemeentelijke administraties. Er wordt vooral gefocust op dossiers die aanwijzingen van fraude bevatten. Op basis van het resultaat van het gerechtelijk onderzoek zal worden bekeken hoe dergelijke praktijken in de toekomst kunnen worden vermeden en opgespoord.

 

Recent werd bij de DVZ ook een fraude­coördinator aangesteld om de strijd tegen misbruik te optimaliseren en verder in kaart te brengen welke maatregelen bijkomend dienen te worden genomen om de strijd tegen fraude verder op te trekken. Zoals u weet is het aanpakken van misbruik een van de krachtlijnen van het beleid. Migratie kan enkel een positief verhaal zijn als we de eventuele misbruiken ook krachtdadig aanpakken en durven aanpakken. Dat is ook hetgeen we zullen doen. Op dit vlak is de aanstelling van de fraudecoördinator een belangrijke stap, niet enkel voor dit concrete dossier maar ook om blijvend aandachtig te zijn in de nabije toekomst voor diegenen die misbruik maken van onze procedures.

 

04.03  Ben Segers (Vooruit): Ik ben tevreden dat de Dienst Vreemdelingenzaken zich burgerlijke partij heeft gesteld en dat er ook gesensibiliseerd wordt en er steekproeven worden uitgevoerd. Ik verwelkom ook de aanstelling van de fraudecoördinator.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De EU-visumsancties tegen onwillige derde landen" (55023700C)

05 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les sanctions européennes en matière de délivrance de visas contre les pays tiers récalcitrants" (55023700C)

 

05.01  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, deze vraag gaat over een van mijn stokpaardjes.

 

In de commissievergadering van 26 november stelde u dat de Europese Unie blijk geeft van de ambitie om visumsancties in te stellen tegen staten die weigeren hun onwettig verblijvende onderdanen terug te nemen. De Raad van de Europese Unie heeft op 7 oktober 2021 beslist over te gaan tot sancties jegens het tegenwerkende Gambia.

 

Ondertussen is het jaar 2021 alweer ten einde en heeft de Raad van de Europese Unie nog steeds geen sancties genomen tegen andere onwillige derde landen, waaronder Marokko, Algerije en Tunesië. Echter, door het heft in eigen handen te nemen, zou u een duidelijk signaal de wereld kunnen insturen dat het u menens is.

 

Graag krijg ik een antwoord op de volgende vragen.

 

Hebt u kennis van mogelijke besprekingen binnen de Raad van de Europese Unie om visumsancties te treffen tegen andere landen? Zo ja, welke landen staan intussen op de shortlist? Zo neen, wat staat er in de weg om dat te doen? Zijn er voor bepaalde landen die wel goed meewerken visumgunsten? Is er naast de stok ook de wortel?

 

Tot slot, Frankrijk kondigde vorig jaar zelf reeds visumsancties af tegen enkele Noord-Afrikaanse landen. Bent u bereid, in afwachting van de intussen al heel lang aangekondigde Europese sancties, hetzelfde te doen?

 

05.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van Langenhove, sinds de herziening van de Schengenvisumcode die van toepassing is sinds 2020, is de Europese Commissie verplicht om eenmaal per jaar de mate van samenwerking op het gebied van overname van derde landen waarvoor de visumplicht geldt, te beoordelen. Dat is ook goed. Er wordt vaak gesproken over visumsancties die genomen kunnen worden. Daarnaast is er een koppeling waarbij de Europese Commissie ieder jaar verplicht is om elk land te beoordelen. Dan wordt bekeken of het werkt of niet.

 

Volgens een procedure die uitvoerig wordt besproken in artikel 25bis van de Visumcode kan de Raad vervolgens positieve of negatieve gevolgen koppelen aan de bevindingen uit het vergelijkende rapport. Vorig jaar werd dit proces voor het eerst van begin tot eind doorlopen. Dat resulteerde in visumsancties tegen Gambia, die nog steeds in voege zijn. Er werden geen visumgunsten toegekend. We zijn ondertussen een nieuw jaar ingegaan. Begin 2022 is dus een nieuwe cyclus begonnen. De eerste fase is al gestart met het rapport van de Commissie dat de volgende maanden in de Raad zal worden besproken. Het is dan aan de Raad om met een gekwalificeerde meerderheid van de stemmen visumsancties of visumgunsten te bepalen op basis van de medewerking inzake terugkeer.

 

Het opleggen van visumsancties heeft, net als het terugkeerbeleid zelf, uiteraard meer effect wanneer lidstaten dit samen doen. Frankrijk heeft dat effectief op een bepaald moment gedaan. Wij hebben toen wel van Frankrijk de opmerking gekregen dat ze visumsancties hebben genomen, maar in Schengen zitten. Dat betekent dat wanneer mensen via België naar Frankrijk gaan, ze niks zijn met die visumsancties. Ze vroegen of niet iedereen samen die sancties kon nemen. Dat hadden ze kunnen voorstellen op de Europese Raad. In mij zal de laatste tegenstander worden gevonden om landen die manifest weigeren om mee te werken aan terugkeer op die lijst te zetten. We moeten dat doen.

 

Frankrijk heeft ook gezien wat het resultaat is van dat alleen te doen in een Schengenverhaal. We hebben de voordelen van Schengen en we trekken die niet in twijfel. Economisch is het kleine België ook wel sterk geworden door de vrijheid om ons voort te bewegen op Europees grondgebied. De voordelen zijn gekend. De nadelen zijn er ergens ook. Het migratiebeleid van vandaag zorgt op Europees vlak veel te weinig voor de juiste, gecontroleerde vorm van migratie. Op dat vlak moet dus een tandje worden bijgeschakeld en moeten visumsancties durven te worden genomen. Frankrijk en België zitten in ieder geval op dezelfde lijn. We moeten gezamenlijk zo veel als mogelijk een drukkingsmiddel, zoals visumsancties, gebruiken voor landen die, wanneer diplomatiek alles is geprobeerd, blijven weigeren om mee te werken en te doen wat internationaal hun verplichting is. Dan kan er worden opgetreden en kunnen er sancties worden gegeven.

 

05.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, ik ben het uiteraard volledig eens met wat u op het einde van uw discours zegt. Toch merken we dat er nog altijd bijna niets gebeurt. Is Gambia het enige waar deze Europese Unie toe in staat is? Er wordt een volledige analyse gemaakt van alle landen, en een aantal van die landen weigert manifest en werkt ons migratiebeleid tegen. Toch is Gambia het enige land waar we blijkbaar de stok bij durven te gebruiken.

 

Als die oefening nu opnieuw wordt gemaakt, zou het echt schandalig zijn als er opnieuw een dergelijk zwak resultaat uit die oefening gehaald zou worden. Dat zou echt betreurenswaardig zijn. Het wordt de komende maanden besproken in de Raad. Ik zal hier dan ongetwijfeld op moeten terugkomen. Hopelijk zal het resultaat dan iets meer zijn dan Gambia. U zegt zelf dat er een hele lijst van landen is die manifest weigeren om op dat vlak samen te werken. Ook Frankrijk vindt dat. Hopelijk klopt u dan samen op tafel en komt u deze keer met een sterker resultaat naar buiten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Samengevoegde vragen van

- Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De transitmigratie in Landen en Haasrode" (55023701C)

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De problemen met transitmigranten op de snelwegparkings in Oost-Brabant" (55024161C)

06 Questions jointes de

- Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La migration de transit à Landen et Haasrode" (55023701C)

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les problèmes posés par des migrants en transit sur les parkings d'autoroute dans l'est du Brabant" (55024161C)

 

06.01  Dries Van Langenhove (VB): Geachte staatssecretaris, nu de snelwegparking langs de E40 in Waremme 's avonds en 's nachts afgesloten is, ziet de  federale politie het aantal transitmigranten op de snelwegparkings in Landen en Haasrode fors toenemen. Het is duidelijk dat het probleem rond de transitmigratie al jaren gewoon wordt verplaatst, ook door uw voorgangers, maar nooit ten gronde wordt aangepakt. Binnenkort is een zoveelste overleg gepland tussen de bevoegde ministers, de gouverneurs en de betrokken burgemeesters.

 

Hoe wilt u dit probleem ten gronde aanpakken, zodat het niet gewoon opnieuw voor de zoveelste keer wordt verlegd? Heeft het overleg met de betrokken gouverneurs en burgemeesters u nieuwe inzichten verschaft? Hebt u beleidsdaden beloofd op dat overleg met de betrokken gouverneurs en burgemeesters, en zo ja welke? Hebt u overlegd met uw collega-minister van Binnenlandse Zaken, Annelies Verlinden, en zo ja, wat is daar afgesproken om ervoor te zorgen dat het probleem niet voor de ontelbaarste keer gewoon wordt verlegd?

 

06.02  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, ik kreeg graag een update van de situatie in Oost-Brabant.

 

Wij hebben twee grote verkeersaders, de E40 en de E314, met een aantal grote snelwegparkings in Aarschot en Haasrode, een aantal kleinere parkings in Honsem en Kortenberg en nog een paar hotspots voor migratie.

 

Transitmigratie en inklimming zijn al jaren een probleem. Er zijn ingrepen gebeurd door de Vlaamse regering. Er is geld vrijgemaakt door minister Ben Weyts. Er zijn hekken geplaatst, er is bescherming geplaatst om inklimming van illegalen en calamiteiten op parkings tegen te gaan. Ondanks al die zaken worden toch nog altijd heel wat problemen gemeld door de snelwegpolitie, vrachtwagenchauffeurs en passagiers over alle mogelijke frauduleuze situaties met illegalen die willen inklimmen. Er wordt ook melding gedaan van beroving, diefstal en inbraak in wagens.

 

Mijnheer de staatssecretaris, wat is de stand van zaken? Wat zult u ondernemen? Zult u overleg plegen met minister Peeters over het beter beschermen van onze parkings? De problemen blijven immers zeer pertinent aanwezig.

 

06.03 Staatssecretaris Sammy Mahdi: De problematiek van transitmigratie, zeker op snelwegparkings, is gekend. De oplossingen op Europees niveau zijn bijzonder complex, maar we moeten op Belgisch niveau ook doen wat we kunnen doen. Ik stel samen met de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken alles in het werk om op te treden waar dat kan. Op snelwegparkings moet men zorgen voor voldoende camera's en beveiliging. Er moet bij overtredingen ook streng worden opgetreden, er moeten strenge straffen zijn. Dat is de aanpak waarvoor wij moeten gaan en deze regering heeft er gelukkig ook voor gekozen om extra te investeren in de veiligheidsdiensten, de asiel- en migratiediensten en justitie.

 

Vandaag lazen we nog over de smokkelaar die een aantal Vietnamezen de dieperik in heeft gesleurd. Hij is daarvoor streng gestraft. Dat zijn de belangrijke zaken waaraan moet worden gewerkt. We moeten vooral de grote vissen aanpakken. De smokkelaars die mensen meesleuren op een route en misbruik maken van hun ellende, komen daar soms mee weg. Dat moet worden aangepakt. Ik ben blij dat voor het eerst een heel strenge straf voor die smokkelaar werd uitgesproken. Op dat pad moeten we verdergaan: er moet controle zijn en er moet worden opgetreden. Dat zullen we ook doen.

 

Ik heb hierover overleg met minister Verlinden, bevoegd voor Binnenlandse Zaken, en met minister Van Quickenborne, bevoegd voor Justitie. Er is ook overleg met Vlaanderen en Wallonië en de lokale besturen. Wij hebben ook het Reach Out-team bij Fedasil. Voor transmigranten uit landen als Afghanistan, Libië en Somalië is terugkeer onmogelijk omdat er oorlog in hun land is. We moeten die mensen vooral duidelijk maken dat het geen zin heeft om in een camion te kruipen en hun leven te riskeren. We moeten hen duidelijk maken dat ze de regels moeten volgen.

 

Er is enerzijds informatie nodig en anderzijds moet er worden opgetreden, dat zijn twee zaken die hand in hand gaan.

 

Ik zal dit samen met mijn collega's aanpakken. We zullen op ons niveau doen wat we kunnen doen, maar ik hoop vooral dat we op Europees niveau voldoende werk maken van het structurele probleem. Dat zijn de mensen die in Europa toekomen,zonder een screening aan de buitengrens, waarna ze van het ene naar het andere Europese land gaan en vaak meegenomen worden op een route richting Engeland, met een tussenstop op een transitparking. Ik ben absoluut voorstander van een gezamenlijke aanpak.

 

U weet overigens dat wij, vooral in mijn eigen provincie, heel hard zullen blijven werken om te voorkomen dat dergelijke incidenten zich even vaak als vandaag blijven voordoen, wat helaas veel te veel is.

 

06.04  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, helaas is er geen enkele concrete beleidsdaad om het probleem inzake transitmigratie in Vlaams-Brabant, op en langsheen de snelwegparkings, aan te pakken. Erger nog, we zijn het aan het faciliteren.

 

In Brussel zet met nu reeds aangekochte panden en hotels in om de transitmigranten, bij wijze van tussenstop, hier op te vangen en hen dan te begeleiden richting de Noordzee, waar ze een gevaarlijke oversteek kunnen maken naar Engeland. De mensen die hier komen, de transitmigranten die geen asiel aanvragen en die de geldende procedures niet willen volgen, die hier in de illegaliteit willen verblijven en willen doorreizen, dat zijn illegale migranten.

 

U zegt te doen wat u kunt – cameracontroles, afsluitingen en strengere straffen – dat is goed, maar wat u echt moet doen heb ik niet gehoord in uw opsomming, met name transitmigranten opsporen en uitzetten naar hun land van herkomst. Die mensen willen namelijk geen asiel aanvragen, willen de regels niet volgen, willen de wetten niet volgen, ze zijn hier illegaal. De transmigranten zijn lang niet allemaal slachtoffers, velen van hen zijn ook daders. Zeker als ze overgaan tot geweldpleging, vernielingen, inklimming of inbraak. Dan moeten ze worden gestraft en uitgezet naar hun land van herkomst in plaats van opgevangen te worden in hotels en in gebouwen in Brussel.

 

06.05  Theo Francken (N-VA): Alvast dank voor uw antwoord, mijnheer de staatsecretaris.

 

U zegt te kijken naar de Europese Unie, u gebruikt de Europese Unie als eeuwig excuus. Voor een stuk is dat terecht. Als u evenwel opwerpt dat een snelle screening ontbreekt aan de buitengrenzen, dan vraag ik me toch af wat een snelle screening zou oplossen. Als men ze niet opsluit aan de buitengrenzen blijven ze doorreizen, en als ze naar het Verenigd Koninkrijk willen, kunnen ze dat ook. Als men ze niet teruggestuurd krijgt, blijven ze hoe dan ook in Europa. Ze mogen hoogstens negen maanden worden opgesloten. Een snelle screening lost dus niets op.

 

We moeten naar een ander model, naar het Australische model. Laat ze gewoon niet binnen. Snelle screening en snelle terugkeer is het grootste fake news dat door u en uw diensten nu al twee jaar lang wordt verspreid. Dat bestaat niet, het heeft nooit bestaan en zal ook nooit bestaan, geen snelle screening en geen snelle terugkeer. Zoals u zelf al aangeeft, is voor sommige landen – ook de grote migratielanden vanwaar ze binnenkomen – zelfs geen terugkeer meer mogelijk, vanwege de situatie in die landen. Laat ze dus gewoon niet binnen. Stop de illegale migratie en kies voor een ander model. Dit leidt nergens toe.

 

Wat de maatregelen betreft, vraagt u zich af wat u nog meer kan doen. Ik hoor onder andere het voorstel om beter te beschermen, in overleg met mevrouw Peeters. Ik weet niet of u reeds overleg hebt gehad, maar hoop dat toch. U hebt dan nog de interministeriële conferentie, waar u een punt hebt geagendeerd over niet-begeleide minderjarigen. Ik denk dat het belangrijk is dit te blijven agenderen. Ik weet dat u geen voorstander bent van het opsluiten van transmigranten zelf, omdat u ze toch na een aantal dagen moet vrijlaten. Ik zou persoonlijk wel overwegen dat te blijven doen. Daarnaast is het zo dat ons wetsvoorstel voor het strafbaar maken van het inklimmen in een vrachtwagen hier klaarligt. Ik ga het opnieuw agenderen, we maken er opnieuw werk van. Vorige keer is het weggestemd. Op basis van de opmerkingen zal ik alsnog proberen de meerderheid ervan te overtuigen het inklimmen in een vrachtwagen – wat momenteel niet strafbaar is – toch strafbaar te maken. Het inklimmen in een haven- of een luchthavengebied is wel strafbaar. Het inklimmen in een vrachtwagen daarentegen niet, wat ik niet begrijp. Vooral niet als men de bedoeling heeft illegaal verder te reizen naar het Verenigd Koninkrijk.

 

Tot slot zegt u dat er voor het eerst een mensensmokkelaar zwaar bestraft is, met name de smokkelaar van die Vietnamezen waar toen veel doden zijn gevallen. Het is niet de eerste keer dat een smokkelaar zwaar wordt bestraft. Dat is al vaak gebeurd. Het is echter een steekvlam. Voor elke smokkelaar die wordt opgepakt, staan er 30 klaar om zijn taak over te nemen. Dat krijgt men niet uitgeroeid door hier en daar een op de duizend zwaar te veroordelen. De koelwagens vermijden ze nu misschien wel, de smokkel op zich niet. Vergeet dat maar.

 

Tot slot, wat betreft het uitlezen van gsm's, ministers Verlinden en Van Quickenborne communiceerden uitgebreid over de smokkel via het Kanaal naar het Verenigd Koninkrijk. Ik vond dat een goed initiatief, maar waarom wordt het uitlezen van gsm's niet standaard gebruikt op de snelwegparkings? Als u dat wenst te doen, dan suggereer ik u om een pilootproject op te starten in de provincie Vlaams-Brabant.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het onderzoek naar de kosten van asielzoekers" (55023702C)

07 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L'étude sur le coût des demandeurs d'asile" (55023702C)

 

07.01  Dries Van Langenhove (VB): Dr. Jan van de Beek, ons welbekend van zijn interessante uiteenzettingen in deze commissie, deed afgelopen week in de Nederlandse media de volgende uitspraak: “Wie asiel aanvraagt en krijgt in Nederland, kost de schatkist gemiddeld ongeveer één miljoen euro."

 

Deze uitspraak komt voort uit het onderzoek Grenzeloze Verzorgingsstaat waar dr. Van de Beek deel van uit maakte. Hierin legt zelf uit hoe hij tot dit bedrag gekomen is: “Een asielmigrant die asiel krijgt in Nederland kost alleen al 550.000 euro volgens ons onderzoek. Als er echter een asielzoeker wordt toegelaten, dan leidt dit tot gemiddeld 0,5 nareizigers en 0,3 volgmigranten, ofwel gezinsmigranten. Deze kosten zijn ook erg hoog. Als je dan alle kosten bij elkaar optelt kom je ongeveer op een miljoen uit."

 

In 2003 is er een soortgelijk onderzoek gedaan door het Centraal Planbureau van Nederland (CPB), getiteld Immigration and the Dutch Economy. Projectleider en eindredacteur van dit onderzoek was Hans Roodenburg. Roodenburg laat weten dat de woorden van dr. Van de Beek in lijn liggen met wat hij destijds met het onderzoek van het CPB heeft geconstateerd.

 

Hebt u redenen om te vermoeden dat deze Nederlandse conclusies significant zouden verschillen van de cijfers in België? Wat vindt u van deze conclusies? Zult u in de nabije toekomst ook een dergelijk onderzoek laten ondernemen specifiek voor asielmigratie, teneinde een debat te kunnen voeren op basis van feiten?

 

07.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Van Langenhove, het is me opgevallen dat de genoemde studie bijzonder populair is in bepaalde kringen. Ik heb er al verschillende parlementaire vragen over gekregen, dus ik ben zeker op de hoogte van de studie zelf en de geformuleerde conclusies.

 

Allereerst wil ik er toch nog eens de aandacht op vestigen dat de opdracht voor de studie Grenzeloze Verzorgingsstaat werd gegeven door het Renaissance Instituut, het wetenschappelijk bureau van Forum voor Democratie. Het is hun goed recht om studies uit te voeren, maar politieke partijen vertrekken uiteraard wel steeds vanuit hun ideologie. De ideologie van Forum voor Democratie kennen we beiden wel, denk ik. Overigens, ik heb vernomen dat de Universiteit van Amsterdam gevraagd heeft om haar naam en logo van de studie te verwijderen, omdat zij inhoudelijk niets met het rapport te maken heeft. Opnieuw lijkt het me in dezen niet onbelangrijk om die context te schetsen.

 

Hoewel er tussen de verschillende lidstaten van de Europese Unie gelijkenissen zijn, heeft elke lidstaat haar specifieke eigenheden. Zomaar de situatie van een lidstaat extrapoleren naar een andere lidstaat gaat dus niet op. Bij het uitstippelen van mijn beleid sta ik steeds open voor externe input, wat me wel logisch lijkt, maar dat betekent niet dat ik elk idee dat ergens in de wereld bestaat zal overnemen als dat niet in lijn ligt met de feiten of gewoonweg met goed bestuur.

 

Daarbij wil ik nog eens herhalen dat bij migratie niet enkel het economische aspect geldt, maar ook het financiële en het fiscale aspect. Sommige jobs, uitgeoefend door aankomende migranten, raken anders niet ingevuld omdat mensen een dergelijke job niet willen doen. Het werk als oppas of een andere job die iemand met een migratieachtergrond uitvoert, zorgt economisch gezien ook voor de ander, aangezien die daardoor meer ruimte heeft om het leven beter te organiseren of om de verhouding tussen werk en privé beter in te vullen. Ook dat is een element om rekening mee te houden in de echte discussie over de kostprijs. Het is te eenvoudig om het te houden bij de vaststelling dat sommigen weinig belasting betalen, terwijl mensen met een veel hoger loon veel meer bijdragen. Iemands economische bijdrage omvat meer dan wat hij zelf doet, met name onder meer ook in relatie tot anderen.

 

We hebben in deze commissie al discussies gevoerd over studies van de Nationale Bank van België, waaromtrent er toen ook punten, komma's en opmerkingen werden geformuleerd, die ik overigens ook kon begrijpen. Als echter enkel de leeftijd in ogenschouw wordt genomen en als die bij de gekozen migrantenpopulatie toevallig lager is dan bij een andere groep, dan kan de conclusie ook luiden dat de groei voor die migrantenpopulatie veel hoger ligt.

 

U moet mij niet overtuigen van het nut van een discussie waarin we de feiten naast mekaar moeten leggen, maar dan moeten die wel correct zijn. Dan aanvaard ik de elementen en de kritische bedenkingen, zoals die er waren bij de studie van de Nationale Bank. We spreken echter toch nog van een andere grootteorde als het gaat over de elementen van kritiek die er waren bij de studie van de Nationale Bank in vergelijking met de studie die u aanhaalt van Forum voor Democratie.

 

Mijnheer Van Langenhove, dat we daarover van mening verschillen hoeft natuurlijk niet te verbazen.

 

07.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, het was natuurlijk geen studie van Forum voor Democratie, het was een studie van onder andere dr. Jan van de Beek. Die studie wordt gestaafd door de onderzoeken van Hans Roodenburg, van ondertussen bijna 20 jaar geleden.

 

In tegenstelling tot u beoordeel ik die studie op basis van de inhoud en niet op basis van degene die ze zou hebben aangevraagd of uitgevoerd. Ik ben een Vlaams-nationalist, dat weet iedereen hier intussen wel, maar het is niet omdat de Nationale Bank van België een onderzoek uitvoert, dat ik er bij voorbaat van uitga dat het niet correct kan zijn. Het is niet omdat een onderzoek werd aangevraagd door u, een politieke tegenstrever op sommige vlakken, of werd uitgevoerd door de Nationale Bank van België, dat ik op voorhand reeds zeg dat ik er geen rekening mee zal houden.

 

Ik bekijk die studie op inhoud en er was inzake kritische bemerkingen heus wel wat meer bij te plaatsen dan punten en komma's. De conclusie was gewoonweg foutief. Het persbericht was leugenachtig. Hetgeen ervan naar buiten gekomen is, was eigenlijk te beschouwen als fake news, om het met uw woorden te zeggen.

 

Ik hoop dat u deze studie eens grondig zult bekijken en dat u niet alleen kijkt naar de naam die erop staat of naar de opmerkingen erover in de Nederlandse media. Voor alle duidelijkheid, ik heb dit helemaal niet zomaar geëxtrapoleerd, zoals u zegt. Ik zie echter wel dat er veel gelijkenissen zijn tussen Vlaanderen en Nederland. We moeten ons de vraag stellen of het resultaat daarvan zo significant zou verschillen voor België. Dat denk ik eerlijk gezegd niet.

 

Ik hoop dat u de conclusies en de studie nog eens grondig zult doornemen en zult bekijken of het interessant kan zijn om iets soortgelijks in België te doen, iets dat breder en dieper gaat dan de studie van de Nationale Bank.

 

De voorzitter: Mijnheer de staatssecretaris, u had gelijk: u verschilt van mening.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

08 Samengevoegde vragen van

- Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De facilitering van de transitmigratie door het Brusselse Gewest" (55023705C)

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De aankoop van een gebouw voor de opvang van illegale transitmigranten in Brussel" (55024146C)

08 Questions jointes de

- Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La facilitation de la migration de transit par la Région bruxelloise" (55023705C)

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L'achat d'un bâtiment pour l'accueil de migrants illégaux en transit à Bruxelles" (55024146C)

 

08.01  Dries Van Langenhove (VB): Het Brusselse Gewest biedt al maandenlang tijdelijk onderdak aan transitmigranten. Ondertussen maakte  minister-president Rudi Vervoort bekend dat de Brusselse regering een gebouwencomplex in Haren zal aankopen om er een opvang- en doorverwijscentrum voor transmigranten van te maken. U vond dat een “bijzonder ondoordachte beslissing" en maakte zich in enkele tweets boos op de Brusselse regering.  “Onderneem gerust een levensgevaarlijke en onwettige doortocht naar het Verenigd Koninkrijk. Je mag zelfs uitrusten in Brussel", zei u onder meer. Of: “Calais verplaatsen naar onze hoofdstad, begrijpe wie begrijpen kan", citeer ik u opnieuw. Wij zijn de laatsten om die Twitterberichten te veroordelen, want de bouw van een opvangcentrum zal inderdaad enkel bijdragen tot een normalisering van transmigratie, wat de georganiseerde misdaad in de kaart speelt. We zijn evenwel van oordeel dat uw afkeurende reactie niet tot die tweets beperkt mag blijven.

 

Dat Brussels burgemeester Close van PS-signatuur is, maakt het Brusselse optreden des te opmerkelijker. Die tweedeling was ook terug te vinden in de crisis rond de hongerstakers. Vertolkt u met uw reactie eigenlijk het standpunt van de voltallige federale regering, of is het een persoonlijk standpunt?

 

Terwijl u zich zelf eerder al tegen opvang in hotels uitsprak, maakte Brussel er via een omweg toch werk van en ging het Gewest daarmee feitelijk tegen uw beleid in. Vandaag gebeurt dat met de aankoop van een heus gebouwencomplex opnieuw. Wat zullen u en de regering doen om de feitelijke omzeiling en uitholling van het federale asielbeleid door het Brusselse Gewest, dat al erg uitgehold was, een halt toe te roepen?

 

Het is niet de eerste keer dat Brussel voor een eigengereide aanpak kiest en daarvoor zelfs nog een financiële tegemoetkoming vraagt van de federale overheid. Bent u van plan om op die vraag in te gaan? Wij hopen alvast van niet.

 

Sinds enige tijd stuurt de federale overheid zogenaamde outreachmedewerkers op pad, in de eerste plaats in Brussel. Zij moeten de migranten informeren over hun mogelijkheden in ons land. Er zijn ook terugkeerkantoren in Brussel, waar migranten vrijwillig kunnen aankloppen met vragen over hun statuut en hun kansen. Wat waren tot op heden de concrete resultaten van die aanpak? Hoeveel transitmigranten hebben de outreachmedewerkers het afgelopen jaar bereikt? Hoeveel transitmigranten dienden uiteindelijk een asielaanvraag in in België? Hoeveel transit­migranten kozen voor een begeleide terugkeer naar hun land van herkomst?

 

08.02  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u tweette over de aankoop van een gebouw om transmigranten in onder te brengen dat het de ideale hub zou worden en dat de enige die hier blij mee zou zijn de burgemeester van Calais was. U was het dus duidelijk niet eens met de beslissing om dat gebouw aan te kopen.

 

Ik deed u de suggestie om een belangenconflict in te roepen om de aankoop, die toch een formele beslissing is van de Brusselse regering, te betwisten op het hoogste niveau om die te kunnen verhinderen.

 

U uitte uw protest via de sociale media, maar deed u dat ook via andere fora of op andere manieren? Hebt u de kwestie aangekaart op een vergadering van het Overlegcomité of op de agenda laten plaatsen van het kernkabinet of de ministerraad van de federale regering?

 

Alle partijen in uw regering maken ook deel uit van de Brusselse regering, enkel CD&V niet. U kunt die zaak dan ook aankaarten, lijkt me. Ik had hier graag wat meer duidelijkheid over.

 

Dat u hiertegen bent gekant, is één zaak. Wat doet u met uw tegenkanting en wat heeft de bevolking daaraan?

 

08.03 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Alle overheden van ons land moeten waken over de grondrechten van eenieder op het Belgische grondgebied, dus ook van transitmigranten. Tegelijk moeten wij erover waken dat België geen springplank wordt voor migranten die willen doorreizen naar het Verenigd Koninkrijk op een onwettige manier; we mogen transitmigratie niet normaliseren. Ik ben dan ook geen voorstander van centra die onvoorwaardelijke opvang verlenen of die louter gericht zijn op de doelgroep transitmigranten. Die opvang wordt in mijn visie beter afhankelijk gemaakt van individuele begeleidingstrajecten, waarbij gewerkt wordt aan een duurzaam toekomstproject. Naar Engeland gaan is geen piste. Een transitmigrant kan een asielaanvraag indienen in België. Hij kan ervoor opteren om terug te keren naar het land van herkomst. Daarvoor bestaan procedures. Iemand kan ook opgevangen worden indien hij asiel aanvraagt.

 

Daarom zet ik met Fedasil sterk in op het Reach Out-team, dat op het terrein gaat om transitmigranten te informeren. Die teams staan ook in contact met organisatoren van humanitaire initiatieven voor samenwerking ter plaatse. In 2021 hadden zij 2.044 contactmomenten en 471 individuele counselingafspraken. 13,5 % mondde uit in een asielaanvraag, 3 % in vrijwillige terugkeer en 14,5 % in een re-integratie in het Fedasilopvangnetwerk. 8 % daarvan is nog hangende. Van de overige 61 % kunnen we stellen dat de transitmigranen afdoende werden geïnformeerd over hun mogelijkheden. We moeten ook alle andere ter beschikking zijnde middelen, hetzij op het informatieve vlak, het sensibiliseringsvlak of het repressieve vlak, gebruiken om transitmigratie aan te pakken. Het kan zijn dat zij op een later moment kiezen voor een asielaanvraag in België of terugkeer. Permanent opvang verlenen zonder dat ze zich engageren om zich in regel te stellen, is niet verantwoord.

 

Ik ben ook in voortdurend overleg met de Brusselse collega's. Ik heb zeker begrip voor het feit dat zij daklozen een dak boven het hoofd willen bieden. Dat is iets anders. Lokale besturen hebben allemaal bevoegdheden om daklozen op te vangen. Het is echter wel belangrijk dat er op vlak van transitmigratie wordt samengewerkt qua oriëntatie. Mensen mogen niet gewoon worden opgevangen, zeker niet in een centrum dat bestemd is voor de opvang van transmigranten. Ik ben dan ook niet van plan om financieel tussen te komen in de loutere opvang van transitmigratie. We kunnen in dialoog gaan over de samenwerking inzake sociale begeleiding van personen en toeleiding naar bestaande procedures. Daar sta ik zeker voor open. Het daklozenbeleid met een specifieke benadering van transitmigratie, dat sommigen voeren, valt echter zeer te betreuren.

 

08.04  Dries Van Langenhove (VB): Mijn fractie betreurt dat ook, dat zal u niet verbazen. Vanuit de oppositie kunnen wij vaak niet veel meer doen dan iets betreuren en duidelijk maken dat wij, zoals u zegt, geen voorstander zijn van zo'n beleid.

 

U kunt meer doen. U hebt een heel belangrijk uitvoerend mandaat in handen. De federale regering kan druk zetten en hun partners of politieke partijgenoten in de Brusselse regering aanspreken om hier iets aan te doen. Ik vind dat u veel te weinig doet. U kijkt lijdzaam toe hoe uw beleid volledig wordt gesaboteerd, hoe wij een aantrekkingspool worden voor transitmigranten, hoe Brussel inderdaad een soort tussenstop, een uitrustplaats creëert voor transitmigranten die vanuit alle windstreken België gebruiken als springplank om naar het Verenigd Koninkrijk te reizen.

 

Wat u zou kunnen doen om echt het verschil te maken, is transitmigranten die de regels niet willen volgen en die geen asiel willen aanvragen, opsporen en begeleiden naar hun land van herkomst. Dat is wat u kunt en moet doen.

 

08.05  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u zegt dat u in permanent overleg bent met de Brusselse regering, maar daar blijft het dan bij. U roept geen belangenconflict in. Het zijn veel woorden maar weinig daden. Mijnheer de staatssecretaris, put your money where your mouth is. Als u het op Twitter zo fel zegt, doe er dan iets aan. Vecht die beslissing dan ook aan. Roep een belangenconflict in of agendeer de kwestie op een interministeriële conferentie of op een bijeenkomst van het Overlegcomité. Of vraag een onderhoud. Er gebeurt bijzonder weinig.

 

De situatie in Brussel is bijzonder penibel. In Brussel Noord halen sommige bedrijven hun werknemers met privébusjes op, om ze 500 meter verder weer af te zetten, omdat hun werknemers gewoon niet meer te voet durven te gaan. In Brussel-Zuid werd een petitie gestart door – als ik me niet vergis – een Portugese dame die werd overvallen in dat station. Iedereen kijkt maar lijdzaam toe, ook u. Het is een schande hoe onze prachtige hoofdstad compleet in verval geraakt door de aanpak van de transitmigratie, illegale migratie, dakloosheid, criminaliteit en laksheid.

 

Ik heb het samen met de heer Jambon altijd voorspeld tijdens de asielcrisis. We kregen toen alleen maar tegenwerking van de heer Mayeur en de DéFI-burgemeester van Schaarbeek. We hebben toen al gesteld dat als we niet kunnen werken met onze politie zoals wij dat wensen, eventueel ondersteund door de federale politie en de spoorwegpolitie, het een oord zou worden van laissez-faire, laissez-passer, waarbij dagelijks mensen worden beroofd. Dat is wat nu gebeurt.

 

Welk meisje durft nog een trein te nemen in Brussel-Noord om 11 uur 's avonds? Men kan ze op één hand tellen. Dat blijft maar duren. Nu zal men voorzien in een opvanghuis, allemaal vanuit een soort van gekleurde goedmenselijkheid, die de facto eigenlijk het omgekeerde als resultaat heeft. Ik zie geen enkel perspectief op een rechts bestuur in Brussel, dat de komende twintig jaar nog steeds door links zal worden bestuurd. Misschien zal de MR de grootste partij zijn in Brussel, maar die zal serieus water bij de wijn moeten doen, want de PTB zal daar ook hoog scoren. Ik ben echt benieuwd naar de situatie in Brussel over 20 jaar. Daar lig ik nu eens wakker van. U bent daar geboren, ik niet, maar ik houd net zoals u van die stad. Ik vind het een fantastische stad, maar ik vind dat ze verschrikkelijk slecht wordt bestuurd. Dat leidt tot bijzonder veel drama's op het vlak van veiligheid en criminaliteit. Het wordt alleen maar erger en erger. Ik zie weinig positieve tekenen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het recordaantal transmigranten die het Kanaal in 2021 overstaken" (55023707C)

09 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le nombre record de transmigrants qui ont traversé la Manche en 2021" (55023707C)

 

09.01  Dries Van Langenhove (VB): Geachte staatssecretaris, het is al langer dan vandaag bekend dat de zogenaamde Kanaalroute in de lift zit. De vele succesvolle oversteken hebben een sneeuwbaleffect teweeggebracht, waardoor steeds meer mensensmokkelaars en migranten hun kans wagen. De hotels en gebouwen die ter beschikking worden gesteld doen daar vast ook geen goed aan.

 

In 2021 alleen al heeft een recordaantal van zeker 28.395 migranten het Kanaal tussen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk overgestoken. Dat zou een verdrievoudiging zijn ten opzichte van 2020. Dat kan onder meer worden verklaard door het feit dat mensensmokkelaars grotere boten gebruiken. Op die boten zou gemiddeld plaats zijn voor 28 migranten, maar het staat vast dat op sommige boten inmiddels zelfs 50 personen kunnen plaatsnemen.

 

Op 11 november 2021 bereikten zelfs 1.185 transitmigranten het Britse vasteland. De hele maand november was goed voor  6.869 oversteken. Niet elke transitmigrant heeft de oversteek in november gehaald. Zoals u weet, vond op 24 november een tragisch ongeval plaats waarbij 27 migranten verdronken toen ze vanuit Frankrijk het Kanaal probeerden over te steken.

 

Gelet op de actuele ontwikkelingen is het niet onmogelijk dat de problematiek zich nog verder van Noord-Frankrijk naar onze eigen kust verplaatst. De media berichten dan ook steeds vaker over lege en volle ronddobberende bootjes die uit onze territoriale wateren worden opgevist.

 

Welke evolutie bent u sinds uw aantreden als staatssecretaris gewaargeworden wat betreft de illegale transmigratie vanaf de Belgische kust over het Kanaal?

 

Welke acties ondernemen u en uw regering om illegale transmigratie vanaf de Belgische kust naar het Verenigd Koninkrijk tegen te gaan?

 

Hebt u cijfers of schattingen over hoe vaak de bevoegde diensten hebben moeten ingrijpen op de Belgische territoriale wateren of bijstand hebben moeten verlenen aan Frankrijk op dat vlak? Zo ja, kunt u ons die meedelen?

 

09.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Van Langenhove, in de transitmigratie naar het Verenigd Koninkrijk vanuit Frankrijk, en in beperkte mate vanuit België, is de nieuwe tendens zeker en vast het gebruik van small boats.

 

De DVZ noteert een sterke daling in het aantal politionele verslagen voor transitmigranten, maar de cijfers geven slechts een beperkt beeld van de realiteit. Meerdere verklaringen zijn dan ook denkbaar, ze reflecteren niet per se de aanwezigheid van transitmigranten. Het zwaartepunt van de administratieve verslagen ligt nog steeds in West-Vlaanderen, waarbij de SPN Kust sinds 2018 onverminderd het hoogste aantal doorstuurt naar de DVZ. Voor een volledige beeldvorming verwijs ik naar de politionele diensten DAO en de bevoegde minister van Binnenlandse Zaken.

 

Er worden diverse acties inzake transitmigratie ondernomen. Het gaat om politionele acties, een versterkte samenwerking met Frankrijk, de ondersteuning van de operaties door Frontex en overleg met de Europese Commissie en Frontex zelf. Ik verwijs bijvoorbeeld naar het vliegtuig dat door Frontex werd gebruikt om niet alleen de grenzen ten zuiden en ten oosten van Europa te controleren, maar ook onze grenzen. Wij investeren immers allemaal in Frontex, het is dus logisch dat zij hier ook controleren.

 

Samen met minister Van Quickenborne wordt de focus op het gerechtelijke deel gelegd, het opsporen en ontmantelen van netwerken van smokkelaars.

 

Het is duidelijk dat een veelzijdige aanpak nodig is met de inzet van veel diensten. Samen met mijn collega's zal ik mijn bijdrage blijven leveren aan de strijd tegen mensensmokkel en de aanpak van transitmigratie.

 

Het is me in mijn gesprekken in Calais ook opgevallen dat het aantal transitmigranten dat via vrachtwagens in Engeland probeert te geraken sterk is afgenomen. Het aantal small boats is daarentegen spectaculair toegenomen. Ze zijn professioneler geworden. De motor wordt gekocht in Duitsland, de vestjes worden in Nederland gekocht, in België koopt men nog iets anders. De organisatie van de route vanuit Calais naar Engeland met small boats is de laatste jaren dus professioneler geworden.

 

Wij moeten op Belgisch niveau alles doen wat in onze mogelijkheid ligt, maar we moeten ook veel meer informatie uitwisselen met Duitsland, Nederland en Frankrijk om die smokkelaars beter te kunnen opsporen.

 

09.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, er loopt bij de bestraffing van de mensen­smokkelaars heel wat mank. Ik heb daarover in het verleden al vragen gesteld. De arrestatiegraad en zeker de vervolgingsgraad liggen nog veel te laag. Er kan dus nog veel gebeuren. Ik zal daarover straks ook nog vragen stellen in de commissie voor Justitie.

 

U verwijst terecht naar minister Verlinden, ik stel haar ook regelmatig vragen over dit thema, maar ook u kunt heel wat doen. Men kan vooral voorkomen in de plaats van genezen door dit probleem aan te pakken bij de bron, door de instroom naar dit land enorm te beperken en liefst stop te zetten en door de uitstroom te verhogen, zeker van transitmigranten die de regels niet willen volgen en die geen asiel willen aanvragen. Ze vertrekken dan misschien niet van de Vlaamse kust, maar ze komen wel vaak vanuit Vlaanderen en België. De Franse minister van Binnenlandse Zaken zei zelfs dat ongeveer de helft van de transitmigranten die de oversteek wagen vanuit België komen. Er is dus nog heel wat werk aan de winkel, ook op uw departement.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het nieuwe gesloten terugkeercentrum in Steenokkerzeel" (55023708C)

10 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le nouveau centre fermé de retour à Steenokkerzeel" (55023708C)

 

10.01  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, in Steenokkerzeel komt een nieuw gesloten centrum, waardoor de teller in de gemeente op vier komt te staan. Burgemeester Kurt Ryon liet via de media weten dat hij hierover niet op voorhand werd bevraagd of ingelicht. Hij moest het vernemen via de pers, zoals dat jammer genoeg vaak gebeurt.

 

Ik citeer hem: “Ik denk dat de minister eerst de beleefdheid moet hebben om met de gastheer te komen praten. Er staat niets tegenover die beslissing. Alle zorgen en middelen vallen op onze nek en dat kunnen we als gemeente niet dragen." Kurt Ryon vraagt meer middelen voor de politiediensten en een gesprek met de staatssecretaris.

 

Onze fractie steunt uiteraard de opening van een nieuw gesloten terugkeercentrum, maar stelt zich wel vragen bij de manier waarop dat gebeurt. De werkwijze is immers cruciaal om de opening van bijkomende gesloten terugkeercentra zo vlot mogelijk te laten verlopen, wat nodig zal zijn.

 

Heeft het gesprek waar burgemeester Kurt Ryon om vroeg reeds plaatsgevonden? Zo ja, wat waren de conclusies? Klopt het dat de burgemeester niet formeel werd ingelicht over de komst van dit nieuwe centrum en dat de media eerst werden ingelicht? Zo ja, vindt u dit een correcte werkwijze? Wanneer zal dit nieuwe gesloten terugkeercentrum operationeel zijn?

 

10.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: U zei dat de teller op vier staat. Er zijn natuurlijk geen vier gesloten centra in Steenokkerzeel. Ik heb al uitgelegd wat het verschil is tussen asielcentra en gesloten centra, omdat de burgemeester sprak van "een vierde asielcentrum op zijn grondgebied". Dat klopt dus niet. Er is wel degelijk een groot verschil tussen een gesloten centrum in het kader van het vasthouden van personen die moeten terugkeren naar hun land van herkomst en een asielcentrum waar mensen de uitkomst van hun procedure afwachten. Ik denk niet dat ik het verschil hier moet uitleggen, maar het onderscheid moet wel worden gemaakt, om er zeker van te zijn dat we de juiste kwestie bespreken.

 

Op 23 november 2021 vond er inderdaad een onderhoud plaats met de burgemeester van Steenokkerzeel en met de korpschef van de politiezone KASTZE. Dat gesprek is in zeer goede verstandhouding verlopen. De burgemeester begrijpt dat de overheid de terreinen naast de luchthaven, waar momenteel het gesloten centrum 127bis en het transitcentrum Caricole gelegen zijn, wil aanwenden om het verwijderingsbeleid verder te optimaliseren. Dat dit terrein verder gebruikt en geoptimaliseerd wordt, is een interessante piste die we verder moeten bewandelen. Dat kadert ook in een humaan terugkeerbeleid, want ook een gedwongen terugkeer kan humaan zijn als mensen voor een korte periode in de buurt van de luchthaven worden vastgehouden en goed worden begeleid.

 

Uiteraard is de burgemeester beducht voor de bijkomende uitdagingen die dit voor hem en zijn politiekorps veroorzaakt. Ik heb alle begrip voor de verzuchtingen van burgemeester Ryon en heb hem dat ook laten weten. Er zijn niet veel gemeenten in ons land die twee gesloten centra en ook nog eens een centrum voor niet-begeleide minderjarigen op hun grondgebeid huisvesten. Een van die centra is bovendien centrum 127bis, dat een grote symbolische waarde heeft en waar meermaals per jaar betoogd wordt tegen het terugkeerbeleid. We mogen ook niet vergeten dat Steenokkerzeel een groot deel van een belangrijke luchthaven, een militaire luchthaven en het sevesobedrijf huisvest. Dat is niet min voor een kleine gemeente. Het lokale bestuur en het politiekorps moeten dan ook opgewassen zijn tegen die uitdaging.

 

Tijdens het onderhoud heb ik duidelijk gemaakt dat ik enorm veel respect heb voor de aanpak van de lokale besturen in Steenokkerzeel en dat ik zelf ook alles in het werk zal stellen om de mogelijke operationele en logistieke veiligheidsuitdagingen die zich zouden kunnen voordoen samen aan te pakken, zodat we ervoor kunnen zorgen dat het gedwongen terugkeerbeleid verder wordt versterkt en dat er zeker ook rekening wordt gehouden met de vragen en bezorgdheden die leven bij de lokale besturen.

 

10.03  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, dat laatste is inderdaad zeer belangrijk. Ik ben blij dat het gesprek met de burgemeester en de korpschef heeft plaatsgevonden. Bij een volgende gelegenheid kan een dergelijk gesprek misschien op voorhand plaatsvinden, eventueel met iemand van uw departement, zodat misverstanden kunnen worden weggewerkt.

 

Er is inderdaad een groot verschil tussen een open asielcentrum en een gesloten terug­keercentrum. Van de eerstgenoemde wensen wij een doorgedreven afbouw in België en van het tweede kunnen er niet genoeg zijn. Om dat mogelijk te maken is het natuurlijk heel belangrijk dat er altijd duidelijk wordt gecommuniceerd en dat de nodige middelen worden voorzien om de ingebruikname van nieuwe gesloten centra zo vlot mogelijk te laten verlopen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

11 Questions jointes de

- Simon Moutquin à Sophie Wilmès (VPM Affaires étrangères et européennes) sur "La politique migratoire du Danemark" (55023841C)

- Simon Moutquin à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les renvois Dublin de Syriens au Danemark" (55023869C)

- Kattrin Jadin à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les réfugiés syriens" (55024169C)

- Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La coalition de volontaires recherchée par le Danemark" (55024144C)

11 Samengevoegde vragen van

- Simon Moutquin aan Sophie Wilmès (VEM Buitenlandse en Europese Zaken) over "Het migratiebeleid in Denemarken" (55023841C)

- Simon Moutquin aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het terugsturen in het kader van de Dublinverordening van Syrische vluchtelingen uit Denemarken" (55023869C)

- Kattrin Jadin aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De Syrische vluchtelingen" (55024169C)

- Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De Deense coalition of the willing" (55024144C)

 

11.01  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, il y a toujours un décalage entre le moment où nous déposons nos questions et le moment où vous pouvez y répondre. Ce faisant la question qui nous occupe date un peu. Je l'avais adressée, au préalable, à Mme Wilmès car je voulais savoir quelles étaient les actions qui étaient envisageables en matière de politique internationale. Mais cette question vous a finalement été transférée.

 

Quoi qu'il en soit, on sait depuis des mois que la politique migratoire du Danemark prend peu à peu ses distances en matière de respect des conventions internationales. Permettez-moi de vous donner quelques exemples de mesures mises en place pour dissuader, voire empêcher les demandeurs d'asile de venir dans le pays ou d'y rester. Ce pays prévoit de délivrer dorénavant un statut de protection provisoire qui ne garantit aucune sécurité. Une corrélation est également prévue entre l'octroi de l'aide sociale et l'obligation de travailler 37 heures par semaine. Un projet d’une île de détention a récemment été voté pour les migrants. Il y a aussi le renvoi de réfugiés syriens et un accord pour renvoyer des migrants au Kosovo.

 

Amnesty International Danemark et Human Rights Watch s'inquiètent énormément de ces pratiques et d’autres organisations mettent en avant le fait que celles-ci sont illégales au regard du droit international.

 

Monsieur le secrétaire d'État, la politique migratoire danoise et la dangerosité des mesures proposées par son gouvernement ont-elles été discutées à l'occasion de réunions que vous avez eues au niveau européen? En juin dernier, la Commission européenne annonçait vouloir analyser les textes prévoyant le renvoi de demandeurs d’asile hors de l’Union européenne et envisager les étapes à venir. Qu’en est-il aujourd’hui?

 

Pour ce qui concerne la question spécifique du renvoi des ressortissants syriens, la Belgique compte-t-elle aussi renvoyer les ressortissants syriens dont on aurait retiré le titre de séjour, comme c'est le cas au Danemark, et qui relèvent du régime du règlement Dublin? Y a-t-il des dialogues entre la Belgique et le Danemark pour faire infléchir la politique relative notamment aux ressortissants syriens du gouvernement danois?

 

11.02  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijn vraag over "De Deense coalition of the willing" was eerst samengevoegd met vraag nr. 55024142C van de heer Van Langenhove over "De coalition of the willing voor de spreiding van aankomende asielzoekers." Mijn vraag gaat echter hierover en helemaal niet over de spreiding van asielzoekers. Mijn vraag gaat over wat de heer Moutquin moreel verwerpelijk vindt en wat ik moreel aan te raden vind. Dat toont de zwart-wittegenstelling inzake onze twee visies op migratie.

 

De voorzitter: U weet, mijnheer Francken, dat ik niet zelf de vragen samenvoeg. Dat hangt af van het kabinet en de vraag. Hebt u er bezwaar tegen dat die vraag nu wordt gesteld, mijnheer de staatssecretaris?

 

11.03 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer de voorzitter, ik moet eerst even zien of ik de puzzel kan leggen, want het antwoord op de vraag van de heer Van Langenhove zit ook vervat in het antwoord op deze vraag. We zullen het proberen.

 

11.04  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, mijn vraag is direct gelinkt aan het interview dat de heer Tesfaye, de Deense minister van Migratie, vorig weekend aan De Tijd gaf, waarin hij alle EU-lidstaten opriep om een coalition of the willing te maken in het kader van het verhaal dat Denemarken aan het schrijven is om mensen die op illegale wijze het Europese grondgebied betreden geen asielaanvraag te ontzeggen, maar om die procedure te laten verlopen in een derde land, buiten de Europese Unie. Hij voert daarover onderhandelingen, maar die zijn nog niet geland. Hij is daar echter wel optimistisch over.

 

Zal België toetreden tot die coalition of the willing?

 

11.05  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur le président, monsieur Moutquin, lors d'une demande de prise en charge dans le cadre du règlement Dublin, la situation individuelle du demandeur est toujours prise en compte ainsi que la situation du pays européen. Si le Danemark prend la décision de renvoyer une personne syrienne, il devra garantir le respect des articles 3 et 8 de la Convention européenne des droits de l'homme et le principe de non-refoulement.

 

Le Danemark n'a pas encore effectué de retour forcé vers la Syrie. Selon moi, il s'agit plutôt d'une politique symbolique: il est bien de pouvoir dire que l'on peut les refouler vers la Syrie, mais concrètement cela ne se passe pas par respect desdits articles.

 

En 2021, aucun transfert de personnes de nationalité syrienne n'a été effectué depuis la Belgique vers le Danemark dans le cadre du règlement Dublin. Ces dernières années, il n'y a eu que quelques cas. Cela couvre tous les types d'affaires relevant du règlement Dublin.

 

À l'heure actuelle, il n'y a pas de dialogue bilatéral entre la Belgique et le Danemark à ce sujet. Dans le contexte des discussions actuelles au sein de l'Union européenne sur la situation migratoire, le Pacte sur les migrations et les réformes européennes nécessaires en matière d'asile, l'un des principaux principes belges, activement défendu par notre pays, reste le respect maximal par tous les États membres de toutes les obligations internationales, y compris, mais pas seulement, les réglementations européennes existantes.

 

Il convient de noter que le Danemark, compte tenu de sa position particulière à l'égard des traités de l'Union européenne avec l'opt-out, ne participe pas à la législation européenne actuelle et future en matière d'asile et n'y est donc pas lié.

 

Mijnheer Francken, u spreekt over een coalition of the willing, die de Denen zouden willen voorstellen. Ik heb nog geen dergelijk voorstel ontvangen of gezien. Naar de details daarover heb ik dus voorlopig nog het raden. Ik zal mijn Europese collega's echter binnenkort nog wel eens ontmoeten. Ik hoop daar op dat moment dan meer over te vernemen.

 

Over het asielmodel en het outsourcen naar een derde land moet ik herhalen wat ik daarstraks al heb meegegeven over het terugkeerbeleid naar Syrië en de communicatie van de Denen. Het resultaat is voorlopig nul. Inzake het outsourcen en het externaliseren van de verantwoordelijkheid voor vluchtelingen, kan ik u meegeven dat het model dat tot nu toe werd voorgesteld op dit moment praktisch onhaalbaar is. Het Deense model bestaat nog niet, ook niet in Denemarken. Bovendien is Denemarken door de opt-out ook niet gebonden aan een aantal asielregels die in de rest van Europa wel gelden.

 

De discussie over het outsourcen hebben we al een paar keer gehad. We weten allemaal hoe moeilijk de discussies lopen over het terugkeerbeleid. Er moeten dan ook nog eens landen worden gevonden die de taak op zich willen nemen en dat ook kunnen doen met respect voor de internationale en Europese regels. Ik merk dat Denemarken binnen zijn opt-out daarmee bezig is en voorlopig nog geen landen heeft gevonden.

 

Over de vraag of dat het juiste model is, hebben wij meningsverschillen. Ik merk echter ook dat u het gewoon al inzake de concrete realisatie vaak hebt over de moeilijkheden op Europees niveau om te komen tot een screening aan de buitengrenzen. Die screening is bovendien niet enkel een screening. Mensen worden vastgehouden in afwachting van een procedure, om te weten of ze Europa al dan niet mogen binnenkomen.

 

Ongeacht of dat wel of niet lukt, moeten we er in elk geval voor vechten. Het huidige asiel- en migratiemodel is immers niet wenselijk. Wat de Denen voorlopig communiceren, lijkt echter in ieder geval in de feiten voorlopig nog niet gerealiseerd te zijn, ook niet met hun opt-out, die de andere Europese landen niet hebben.

 

11.06  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d'État, je suis très heureux d'apprendre qu'il n'y a pas eu de renvoi de ressortissants syriens au Danemark. Il y a un précédent avec le cas de ressortissants érythréens en Suisse. La Cour européenne des droits de l'homme avait rendu un avis à ce sujet.

 

Vous dites qu'il n'y a pas de dialogue. Je le regrette. Il y en a déjà eu avec la Pologne et la Hongrie au sujet de violations de certains traités. Je n'étais pas au courant de l'information concernant le traité entre le Danemark et l'Union européenne. Pour être honnête, je me renseignerai.

 

Pour répondre à M. Francken, ce n'est pas spécialement Simon Moutquin qui donne son avis mais c'est bien l'avis d'organisations internationales telles que Amnesty International ou Human Rights Watch. Je ne suis pas juriste et ne siégerai jamais à la Cour constitutionnelle. Je me fonde sur des avis tels que celui de la Commission qui est également inquiète de ces différentes pratiques.

 

Monsieur le secrétaire d'État, vous avez parlé d'une politique symbolique. Dans cette commission, on essaye de ne pas faire de politique migratoire symbolique, mais bien une politique migratoire efficace et humaine.

 

11.07  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, er zijn volgens u nog geen resultaten, maar woorden doen ertoe. De communicatie doet er ook toe, naast de daden. Zijn er geen resultaten? Er zijn 25.000 asielaanvragen in België, 1.500 in Denemarken. Zeg nu nog dat er geen resultaten zijn! Mocht u dat doen, zonder iemand terug te sturen zelfs, gesteld dat hier verhoudingsgewijs 3.000 asielaanvragen zouden zijn, u zou op handen worden gedragen! Althans door de meerderheid van de Vlamingen, laat ik het zo zeggen, want men moet hier in dit land steeds opletten met wat men zegt.

 

Geen resultaten? De resultaten zijn fantastisch! Het is de enige linkse regering in Europa waarvan ik zeg dat ze goed bezig zijn op het vlak van migratie. Ze hebben groot gelijk.

 

U hebt het dan over de Syriërs. Er is niemand gedwongen teruggestuurd, maar er zijn er al 80 vertrokken en van 300 is het verblijfsrecht ingetrokken. Hoeveel zijn er dat bij ons? Geen enkele. Ik heb het aan het CGVS gevraagd. Er is geen tijd voor en het is geen prioriteit, ook al is het voor bepaalde regio's in Syrië mogelijk en ook al gebeurd. Het heeft de toetssteen in Denemarken doorstaan. Wij doen op dat vlak niets, enkel steeds meer opvang, een steeds groter asielbudget van nu al meer dan een half miljard euro enzovoort. Dat is de moed van uw overtuiging.

 

Links in Scandinavië heeft het begrepen en is het ook aan het invoeren. Bij ons zitten we nog in een proces waarbij zelfs het centrum helemaal meegaat in een verhaal dat nergens toe leidt. U verwijst naar Human Rights Watch en Amnesty International. Dat mag u uiteraard doen, maar ik blijf ervan overtuigd dat het afhandelen van asielaanvragen in een veilig derde land perfect volgens de Conventie van Genève is. Dat is legitiem, correct en mogelijk. Daarover zijn we het fundamenteel oneens.

 

Maar ik heb begrepen dat Frontex binnenkort naar hier komt. Ik kijk uit naar die hoorzitting met de heer Leggeri. Dan kunnen we hem vragen over de afwikkeling van asielaanvragen op het grondgebied van een veilig derde land.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

11.08  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le président, j'ai envie de répondre à l'intervention mais malheureusement ce n'est pas un débat; je vais donc m'arrêter là. Je transforme ma question n° 55023843 sur la Biélorussie  en question écrite.

 

12 Questions jointes de

- Simon Moutquin à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L'enfermement d'une étudiante durant 11 jours en centre fermé" (55023868C)

- Hervé Rigot à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le refoulement et l'enfermement d'une étudiante roumaine" (55023993C)

- François De Smet à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L’enfermement en centre fermé et l’expulsion d’une étudiante étrangère" (55024120C)

- Greet Daems à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le retour forcé d'Ouiam Ziti" (55024199C)

12 Samengevoegde vragen van

- Simon Moutquin aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De vasthouding van een studente in een gesloten centrum gedurende 11 dagen" (55023868C)

- Hervé Rigot aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De verdrijving en opsluiting van een Roemeense studente" (55023993C)

- François De Smet aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De vasthouding in een gesloten centrum en de uitwijzing van een buitenlandse studente" (55024120C)

- Greet Daems aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De gedwongen terugkeer van Ouiam Ziti" (55024199C)

 

12.01  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, le 13 décembre dernier, une jeune étudiante en dentisterie se voit refuser son droit d'entrée après un contrôle à l'aéroport de Charleroi. Elle dispose alors d'un visa Schengen en ordre de séjour. Après plusieurs heures d'interrogatoire, la police aéroportuaire, comme la procédure le prévoit, transmet son dossier à l'Office des étrangers, qui décide de son enfermement en centre fermé.

 

Au vu des témoignages de la jeune femme, de nombreuses questions sur la façon dont s'est déroulé l'interrogatoire méritent des réponses. J'en ai déjà posé une série à Mme Verlinden.

 

Cependant, la mésaventure de l'étudiante ne s'arrête pas là, puisque, après son interrogatoire, elle est envoyée au centre Caricole durant 11 jours, avant d'être expulsée à ses frais en Roumanie, le pays où elle fait ses études de dentisterie.

 

La jeune femme explique avoir passé six jours en cellule d'isolement et avoir pu sortir quinze minutes durant cette période.

 

Par ailleurs, elle affirme avoir demandé un médicament pour son cœur, parce qu'elle souffre de tachycardie. Après quelques jours, le centre fermé lui a donné un médicament qui ne correspondait pas à ce qu'elle avait demandé, ce qui a provoqué une réaction allergique.

 

Un recours a eu lieu auprès du Conseil du Contentieux des Étrangers, audition à laquelle elle n'a pas pu assister faute de transport disponible.

 

Cette terrible histoire ne s'arrête pas là, puisque l'abrogation de son visa a été décidée, ce qui aura un impact sur sa capacité à continuer ses études et à faire des stages dans des pays autres que la Roumanie.

 

Monsieur le secrétaire d'État, l'enfermement de six jours en cellule d'isolement est-elle une pratique normale et courante en centre fermé? Les autorisations de sortie sont-elles limitées à quinze minutes en six jours?

 

Qu'en est-il du suivi médical? Les centres fermés n'ont-ils pas l'obligation de fournir les médicaments nécessaires aux détenus?

 

Pourquoi l'étudiante a-t-elle été placée dans le centre Caricole alors que des centres fermés pour femmes existent?

 

Qu'en est-il de l'abrogation de son visa Schengen en raison d'un interrogatoire dont les conditions s'avèrent douteuses? Cette décision peut-elle être revue? Un recours est-il possible? Je vous remercie d'avance pour les réponses que vous apporterez à ces questions.

 

12.02  Hervé Rigot (PS): Monsieur le secrétaire d'État, permettez-moi tout d'abord de vous dire que j'ai pris connaissance de cette ignoble caricature et de cet infâme montage qui a été fait de vous, témoignant de la violence dont vous et votre famille êtes victimes pour des initiatives politiques qui, jamais, ne méritent de telles intimidations honteuses, a fortiori lorsqu'elles renvoient à des comparaisons innommables avec des propos et actes d'extrême droite révolus auxquels nous ne voulons plus jamais assister. Sachez donc que je vous soutiens pleinement dans votre action en ces moments difficiles pour vous et aussi votre papa - je l'ai bien compris.

 

S'agissant de ma question, mon collègue en a déjà exposé le contexte. Ce qui me préoccupe est, à nouveau, le comportement de la police aéroportuaire qui semble disposer d'une marge de manœuvre très large et de pouvoirs d'interprétation très étendus. Une pauvre dame qui disait bénéficier des moyens nécessaires pour rester quelques jours en Belgique a été privée de liberté durant onze jours, dont six d'isolement - ce n'est pas rien! Elle n'a pas pu non plus être entendue lors de l'audience du 21 décembre.

 

Monsieur le secrétaire d'État, sur quelle base la police aéroportuaire lui a-t-elle signifié l'interdiction de séjour et le refoulement? Quelle liberté discrétionnaire est-elle laissée aux policiers aéroportuaires? Ce n'est en effet pas la première fois que leurs agissements nous posent question. À plusieurs reprises, nous vous avons interrogé à ce sujet.

 

Pourquoi Mme Ziti n'a-t-elle pas pu assister à son audience? Pourquoi s'est-elle retrouvée en isolement pendant six jours, en plus d'une privation de liberté incompréhensible? C'est terrible! Sur quelle base l'Office des étrangers a-t-il abrogé un visa touristique délivré par les autorités françaises?

 

Quelles conséquences cette abrogation de visa peut-elle entraîner sur le plan des droits au séjour en Belgique ou en France? Un procès-verbal a-t-il été dressé à l'aéroport, reprenant le déroulement de l'audition et les raisons de la privation de liberté ainsi que du refoulement?

 

12.03  François De Smet (DéFI): Monsieur le Secrétaire d'État, le mois dernier, une jeune étudiante marocaine de 23 ans a encore été enfermée en centre fermé pendant 11 jours, avant d’être expulsée.

 

Il commence - vous en conviendrez comme moi - à y avoir une certaine redondance dans les affaires qui impliquent l’enfermement d’étudiants étrangers puisque c’est la troisième fois en 3 mois qu’un étudiant étranger est confronté à des traitements qui posent question.

 

De deux choses l’une: soit quelque chose à changé en octobre dernier dans la manière dont la police des frontières ou l’Office des étrangers fonctionnent et donc l’affaire Junior Masudi Wasso n’est qu’un symptôme de ces changements, soit, il y a un certain nombre d’étudiants étrangers qui sont enfermés, régulièrement et depuis plusieurs mois, voire plusieurs années, dans des centres fermés, sans que nous en ayons connaissance.

 

Dans les deux cas, nous avons manifestement un problème. Nous ne pouvons pas continuer à enfermer des jeunes qui semblent pourtant avoir toutes les raisons de pouvoir obtenir un permis de séjour. L’OE l’a reconnu pour Junior Masudi Wasso, mais il a fallu que le gouvernement congolais intervienne lui-même…

 

Je vous rappelle d’ailleurs que si les décisions de l’OE sont confirmées par le CCE, cela ne veut pas dire que celles-ci sont justes, mais que celles-ci sont légales. Le cadre légal peut donc très bien poser problème également.

 

En conséquence:

 

•Combien d’étudiants justifiant d’une pré-inscription ou d’une inscription dans une université belge ou d’un autre EM de l’UE ont été envoyés en centre fermé en 2021? Disposez-vous des chiffres pour ces 5 dernières années? Combien d’entre eux ont été expulsés? Quelle est la provenance de ces étudiants?

 

•Estimez-vous à ce point invraisemblable que cette jeune étudiante vienne dans notre pays pour y passer les fêtes avec des membres de sa famille que pour justifier un tel traitement? N’estimez-vous pas qu’il y a ici un problème de proportionnalité? Quel est le pourcentage de personnes qui déclarent venir en Belgique en tant que touriste qui se retrouvent enfermés en centre fermés? Quelle est leur provenance?

 

•L’OE se fonde-t-il uniquement sur l’appréciation de la police des frontières pour prendre ses décisions? L’OE a-t-il au moins entendu l’intéressée? Que faire si les faits relatés par la police des frontières sont inexacts?

 

•L’étudiante n’a pas pu assister à son audience devant le CCE. L’OE évoque le fait que “la convocation n’est pas arrivée au centre fermé ou que le délai pour organiser le transfert était trop court”. Comment justifiez-vous cela au regard des droits de la défense de l’intéressée?

 

12.04  Greet Daems (PVDA-PTB): Mijnheer de staatssecretaris, in december 2021 werd een studente opgesloten na ondervraging en vervolgens het land uit gezet. Het verhaal verscheen op verschillende mediakanalen. Bij aankomst in België werd Ouiam ondervraagd. Ze had een Schengenvisum en een reisvisum voor een langer verblijf in Frankrijk. Op zich was er dus geen probleem, totdat men haar vroeg met welk geld ze haar verblijf zou bekostigen. Ze had enkel 10 euro op zak, maar verklaarde haar solvabiliteit te kunnen aantonen met een eenvoudig bezoek aan de bankautomaat. Tevens kon haar nonkel, die in Brussel woont, voor haar garant staan. Haar redenering werd kennelijk niet aanvaard. Ze werd 8 uur vastgehouden en eten en drinken werden haar geweigerd. Het enige wat haar uiteindelijk werd toegelaten, was een telefoontje met haar nonkel, maar dan alleen als het gesprek in het Frans verliep, zodat de agenten hen konden begrijpen. Na de ondervraging werd ze overgebracht naar Steenokkerzeel.

 

Als ik dat hoor, vraag ik me af waar de proportionaliteit heen is in deze zaak. Volgens hetgeen we weten, was er enkel sprake van een vermoeden dat ze de financiële middelen niet had om zichzelf tijdens de reis te ondersteunen, aangezien dat niet nader werd onderzocht. Uit onze informatie blijkt ook dat ze bereidwillig wilde meewerken. Daartegenover staat dan een verhoor van 8 uur, een opsluiting van 11 dagen – waarvan 6 in isolement – en haar uitzetting. Daarbovenop wordt haar Schengenvisum ingetrokken en komt haar stage als tandarts – Ouiam is studente – in het gedrang, en dat allemaal wegens een vermoeden.

 

Mijnheer de staatssecretaris, dergelijke ernstige feiten vragen een grondig onderzoek. Het is ook bij lange na niet de eerste visumaffaire die bij het middenveld vragen doet rijzen. Ik verwijs naar de uitzetting van de studenten Junior Masudi en Yves Kouakou, alsook van de academicus Oumar Mboup en een Thaïse onderzoekster die hier was met goedkeuring van het FANC. Kunt u de feiten zoals die in de pers werden verhaald bevestigen?

 

Zult u na de zoveelste visumaffaire eindelijk een onderzoek op poten zetten?

 

Vindt u het in lijn met het proportionaliteitsbeginsel dat men zulke gevolgen aan het vermoeden van een administratief probleem verbindt?

 

12.05  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Chers collègues, je tiens tout d'abord à remercier M. Rigot pour ses mots de soutien, qui m'ont touché. Je voulais le dire tant il est vrai que ce n'est pas toujours évident.

 

Je vais d'abord brièvement présenter les faits, avant de répondre aux questions plus spécifiques. L'intéressée a fait l'objet d'un refus d'accès au territoire le 13 décembre 2021 car elle ne remplissait pas les conditions d'entrée, conformément à l'article 3 de la loi du 15 décembre 1980.

 

Un recours en suspension et en annulation en extrême urgence a été introduit au Conseil du Contentieux des Étrangers. Celui-ci a fait l'objet d'un rejet par un arrêt du 21 décembre 2021. L'intéressée a été éloignée le 24 décembre 2021.

 

En réponse aux questions concernant la décision de refoulement et l'abrogation du visa: il n'y a pas de problème de proportionnalité. Comme déjà signalé à maintes reprises, le fait de posséder un visa ne confère pas automatiquement le droit d'entrer sur le territoire. Les conditions d'entrée sont à nouveau vérifiées au moment du contrôle frontalier, en fonction de différents éléments. L'Office des étrangers peut estimer qu'elles ne sont pas remplies. Si une personne ne remplit pas les conditions d'entrée, la Belgique doit prendre des mesures afin de respecter ses obligations internationales.

 

Dans la mesure où l'intéressée n'a pas fait l'objet d'une interdiction d'entrée, la décision de refoulement et l'abrogation de son visa n'auront pas d'incidence sur un éventuel futur visa ou séjour en Belgique ou en France.

 

Un rapport administratif reprenant le déroulement de l'audition a été établi par les autorités chargées du contrôle aux frontières. La décision de refoulement a été prise par l'Office des étrangers et non par les autorités chargées du contrôle aux frontières.

 

Les motifs de la décision de refoulement ont été notifiés à la personne et un recours contre cette décision peut être introduit auprès du Conseil du Contentieux des Étrangers. Comme mentionné, l'avocat de l'intéressée a introduit un recours le 17 décembre 2021. La requête a été rejetée par le Conseil du Contentieux des Étrangers le 21 décembre 2021.

 

La présence à l'audience devant le Conseil du Contentieux des Étrangers n'est pas exigée. La personne maintenue peut être représentée par son avocat.

 

En réponse aux questions concernant les conditions de détention, l'information que vous avez reçue sur l'enfermement de six jours en cellule d'isolement et sur les autorisations de sortie limitées à quinze minutes en six jours est incorrecte, totalement incorrecte. L'intéressée n'a pas été mise en cellule d'isolement. Depuis la crise sanitaire du covid-19, tous les nouveaux entrants dans les centres fermés font l'objet d'une mise en quarantaine en attendant les résultats des tests. Les chambres de quarantaine au Caricole disposent d'une salle de bains avec douche et toilette, d'une télévision et du wifi. Les résidents ont également leur smartphone et peuvent donc passer et recevoir des appels en permanence. Les portes sont ouvertes pour une meilleure gestion des entrées et des sorties. Les résidents doivent appeler pour demander s'ils peuvent sortir dans le jardin, afin d'éviter de rencontrer d'autres résidents. Ils peuvent sortir autant qu'ils le souhaitent entre 07 h 00 et 23 h 00.

 

Le suivi médical des résidents des centres fermés est garanti. Chaque centre est doté d'un service médical qui assure le suivi des soins, en ce compris l'administration des médicaments nécessaires. Les résidents ont la possibilité d'aller quotidiennement en consultation médicale.

 

La raison pour laquelle l'intéressée a été placée au centre Caricole alors qu'il existe un centre fermé pour femmes en Belgique est que le centre de transit Caricole accueille principalement toutes les personnes arrêtées à la frontière qui ne remplissent pas les conditions d'accès au territoire et pour lesquelles une décision de refoulement a été prise. Nous discutions tout à l'heure du centre de Steenokkerzeel. Justement, c'est dans cette même philosophie de garder en détention des personnes ayant fait l'objet d'une décision de refoulement. Exceptionnellement, elles peuvent être transférées vers un autre centre en fonction de la disponibilité de places.

 

En réponse aux questions concernant les chiffres, monsieur De Smet, comme je l'ai déjà précisé à plusieurs reprises, nous ne disposons pas de chiffres concernant les étudiants arrêtés à la frontière.

 

Dat waren de antwoorden op alle vragen.

 

Ik begrijp dat er vragen worden gesteld, maar ik apprecieer geenszins de insinuaties. Vragen stellen staat de commissieleden vrij. Het is ook hun taak, en terecht. Wie hier stelt dat mensen zes dagen zouden zijn vastgehouden in een isolatiecel, wat niet kan en niet mag, zou beter het antwoord op de vraag afwachten. Dan wordt duidelijk dat er helemaal geen sprake is van een isolatiecel, maar dat personen in quarantaine worden geplaatst, en gelukkig maar. We willen niet dat er broeihaarden ontstaan in hetzij asielcentra, hetzij gesloten centra. Daartegen worden maatregelen genomen.

 

Ik heb al duizenden keren gezegd dat ik liever niet spreek over individuele gevallen, maar ik begrijp dat men over de kwestie een vraag stelde, die ik overigens met veel plezier heb beantwoord. Hoe dan ook dring ik erop aan om de juiste discussie op de juiste toon te voeren. Immers, de medewerkers van de betrokken diensten doen hun werk met hart en ziel. Dat het Parlement kritische vragen stelt om te controleren of alles correct verloopt, daar heb ik geen probleem mee, maar men mag er niet van uitgaan dat onze medewerkers handelen met kwade bedoelingen of slecht beleid voeren. Eens te meer wordt dat bevestigd door de informatie die ik hier heb verstrekt.

 

12.06  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d'État, avant toute chose, j'ai pris connaissance des éléments que mon collègue M. Rigot a évoqués et je me joins tout à fait à son indignation. La simple comparaison – qui malheureusement est d'actualité dans la société, que ce soit pour les mesures covid ou d'autres choses – entre le régime nazi et vous en tant que secrétaire d'État ou vos prédécesseurs, est tout simplement ignoble. Au-delà d'une attaque immonde contre vous et votre famille, c'est aussi une attaque contre la lutte contre l'antisémitisme. Cette lutte doit porter sur des éléments bien plus graves, quels que soient les désaccords que nous pouvons parfois avoir, que ce soit avec M. Francken – qui avait aussi subi cette comparaison, je le sais, de la part de jeunes écologistes – ou avec vous.

 

Dans votre réponse, par contre, vous dites que les gens le font avec le cœur et l'âme. J'ai eu Ouiam plusieurs fois au téléphone et je peux vous dire que son cœur et son âme, après avoir passé onze jours en centre fermé, sont assez égratignés, en pleine session d'examens, en plein blocus. C'est une jeune femme brillante, même si le fait d'être brillant ou pas ne détermine pas notre politique. Elle disait qu'elle avait l'impression que ses rêves avaient été brisés. Je crois qu'il est important de se mettre à la place de ces étudiants qui sont en centre fermé. Il y a des répercussions psychologiques sur leurs études ou sur eux. Elle ne remplissait pas les conditions d'entrée. C'est ce que les agents ont énoncé lors de son interrogatoire. Mais une interrogation subsiste sur ce qu'elle aurait réellement dit. Elle aurait dit notamment vouloir rester 22 jours en Belgique. Elle explique toutefois n'avoir jamais dit cela.

 

Cela me renvoie du coup à une autre interrogation structurelle que j'ai. Comment contrôle-t-on, sans sous-entendre quoi que ce soit, la police aéroportuaire? J'ai posé la question à Mme Verlinden et, personnellement, je suis partisan d'une audition de la police aux frontières pour voir comment leur travail fonctionne, pour pouvoir leur poser des questions et avoir des réponses.

 

Je me pose vraiment des questions parce que c'est la dixième fois que la jeune femme faisait ce voyage. C'était la dixième fois que Ouiam faisait ce voyage dans les mêmes conditions financières, de visa, relatives à l'entrée en Belgique et au fait de passer en France voir sa famille à Lille. Qu'est-ce qui a fait que la dixième fois cela a entraîné un enfermement de onze jours? Les neuf autres agents n'ont-ils pas bien fait leur travail? Ou bien est-ce cet agent-là qui a une façon de fonctionner – je ne vais pas la qualifier d'arbitraire – mais, disons, différente? D'où l'importance de l'audition qui doit avoir lieu selon moi concernant cette police aéroportuaire.

 

La question du caractère correct ou incorrect des informations de Ouiam pose la question de la possibilité de plainte pour les personnes en centre fermé. Je sais que vous êtes attentif à cela. La possibilité de plainte pour les personnes en centre fermé est-elle systématiquement stipulée? Je n'en suis pas sûr. En tous cas, selon cette jeune femme, on ne lui a jamais expliqué qu'il y avait une possibilité de déposer une plainte au sein de la direction du centre fermé. Cette question structurelle doit nous inquiéter.

 

Il va y avoir des démarches juridiques et ce n'est en effet pas à nous de nous prononcer à ce sujet. Le comité P est évoqué etc. Nous devons vraiment pouvoir nous poser des questions structurelles. Nous devons pouvoir auditionner des personnes au sein de notre Parlement. Il y a eu d'autres cas d'étudiants pour lesquels ces agissements ont eu des répercussions psychologiques sur leur travail postérieur. Il est tout de même regrettable qu'on enferme des jeunes dans des centres fermés pendant dix jours. Même si la plupart vont être relâchés par la suite, ils subiront tout de même les répercussions psychologiques de cet enfermement. Je vous remercie.

 

12.07  Hervé Rigot (PS): Beaucoup d'éléments apparaissent ici. Je rappelle tout d'abord ce qu'évoquait mon collègue Simon Moutquin, à savoir la violence de la mesure à l'égard de la personne. La personne a une version, dit blanc, une autre personne comprend noir et cette autre personne a manifestement le pouvoir – qu'on peut qualifier d'arbitraire ou en tout cas d'autonome – d'estimer que la personne en question est dans une situation illégale et de solliciter sa privation de liberté. On ne parle pas de rien, mais d'une privation de liberté.

 

Effectivement, ce n'est pas la première fois. Les comportements de la police aéroportuaire, comme je vous le disais tout à l'heure, posent question. Cela démontre, a minima, qu'il faut fixer un cadre, améliorer les formations et, pourquoi pas, envisager aussi que les décisions ne seraient pas prises par une personne mais par un collège de personnes. Il faut sans aucun doute que celles et ceux qui vont entrer sur notre territoire aient la pleine connaissance des conditions d'entrée, de la mesure dans laquelle elles seront accueillies sur notre territoire, et de la manière dont elles le seront. Il faut vraiment clarifier cela dans les meilleurs délais.

 

La question suivante se pose aussi: l'intéressée n'était pas – comme vous le dites – nécessairement obligée, ou en tous cas pas invitée, à assister à l'audition. Elle ne l'a pas été en l'occurrence. Je crois que c'est important. Chaque personne, chaque justiciable doit pouvoir être entendu et doit pouvoir défendre sa cause, assisté bien sûr – et c'est tant mieux – d'un avocat, mais en tous cas ils méritent tous d'être entendus et certainement lorsqu'il s'agit d'une situation où l'enjeu est de retrouver sa liberté et ses droits.

 

Enfin, vous évoquez la question des six jours d'isolement; je vous remercie pour la clarification de cette information. Il ne s'agit dès lors pas d'isolement et je m'en réjouis. Je comprends les mesures covid qui sont prises quant aux mises en quarantaine mais il faut veiller, dans ce cadre, à aller plus vite dans les tests PCR et dans la vérification qui sera faite. Je suis quand même surpris que cela prenne six jours alors qu'aujourd'hui on obtient ses résultats souvent dans la journée, voire dans les 36 heures. Il faut vraiment insister pour qu'il y ait une accélération du contrôle PCR dans l'intérêt de tout le monde et certainement en premier lieu dans l'intérêt de ces personnes qui, malgré tout, ont le sentiment de subir effectivement une peine complémentaire.

 

Merci à vous; je serai très attentif, évidemment, aux suites de ce dossier et je ne peux que rejoindre mon collègue Simon Moutquin au sujet de la nécessité de voir avec votre collègue Mme Verlinden ce qu'il y a lieu de faire pour avancer dans une compréhension du fonctionnement de la police aéroportuaire. Merci.

 

12.08  François De Smet (DéFI): Merci monsieur le secrétaire d'État pour votre réponse, certes très complète mais très administrative et très peu politique. Je pense que nous aurions préféré une réponse plus politique car, la question demeure: quel problème la police aéroportuaire et cette coalition ont-elles diable avec les étudiants? Il y a tout de même une accumulation de cas qui est préoccupante, même avec les étudiants qui ne viennent pas étudier en Belgique – comme c'est le cas de l'intéressée puisqu'elle étudie ailleurs et venait ici pour un séjour privé à l'occasion des fêtes. Je pense que nous assistons à un phénomène d'accumulation, de multiplication des cas qui devrait vous interpeller.

 

Personne ne conteste que la police aéroportuaire dispose d'une certaine latitude et que le visa ne suffit pas. Personne  ne conteste qu'il y a parfois des cas de fraude. Mais nous voyons en l'occurrence une accumulation de cas de personnes qui semblent de très bonne foi.

 

L'argument massue a été apporté, je trouve, par mon collègue Simon Moutquin: comment expliquer que neuf voyages n'aient pas posé problème et que le dixième, effectué dans les mêmes conditions, en ait posé? Je sais que vous êtes attentif aux procédures et prenez soin d'empêcher que l'arbitraire ne devienne la règle, mais là, sincèrement, je vous prie d'examiner s'il n'y a pas un réel problème dans la manière dont la police aéroportuaire semble traiter les cas d'étudiants. Nous y serons, en tous cas, attentifs. Je vous remercie.

 

12.09  Greet Daems (PVDA-PTB): Het zal u misschien niet verbazen, maar u hebt mij niet overtuigd, mijnheer de staatssecretaris. Sinds Junior werden we al geconfronteerd met een tiental soortgelijke drama's. Het is het zoveelste geval waar men buitengewoon disproportioneel reageert en straft louter op basis van vermoedens. Ik denk zelfs dat we kunnen spreken van een zekere onmenselijkheid van de Dienst Vreemdelingen­zaken, de administratieve rechtbanken en zelfs van de vivaldiregering. Dat is allemaal strijdig met de democratische rechten, mijnheer de staatssecretaris.

 

Vorige keer verweet u me dat ik geen respect heb voor de rechtsstaat. Het is eigenlijk beschamend om dat te moeten horen wanneer het gaat over gevallen waarbij de mensenrechten niet worden gerespecteerd. Hoelang zal uw antwoord nog luiden dat de wet de wet is en dat wie ze bekritiseert tegen de rechtstaat is? Zolang u niets onderneemt, zullen dergelijke menselijke drama's zich herhalen.

 

Er is nu ook alweer sprake van een nieuw geval; u bent er allicht zelf ook van op de hoogte. Een jonge Brusselaar met een mentale beperking die de Franse nationaliteit heeft, werd in november 2021 naar Turkije teruggestuurd nadat hij er een vakantie had doorgebracht met zijn moeder. Zulke situaties mogen zich echt niet meer voordoen, mijnheer de staatssecretaris.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

13 Question de François De Smet à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "L’audit externe des services de l’asile et de la migration" (55023918C)

13 Vraag van François De Smet aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De externe audit van de asiel- en migratiediensten" (55023918C)

 

13.01  François De Smet (DéFI): Monsieur le secrétaire d'État, cela fait maintenant un peu plus de deux mois que le contrat relatif à l’audit externe des services de l’asile et de la migration a été attribué au consultant Capgemini Belgium, l’objectif étant d’obtenir les premiers résultats à l’été 2022.

 

J’entends à cet égard que la méthodologie a déjà été déterminée en divisant les questions de recherche en deux parties, à savoir les questions globales et les questions spécifiques par service. Votre note de politique générale prévoit par ailleurs que l’audit sera réalisé en étroite collaboration avec les différents services d’asile et de migration et le cabinet, et que les parties prenantes, je vous cite, "auront un rôle à jouer dans l’audit".

 

Je souhaitais justement vous entendre à propos de ce rôle que vous envisagez d’attribuer à la société civile.

 

Vous avez à cet égard reçu un courrier le 15 octobre dernier de la part de plusieurs acteurs de la société civile, notamment d’AVOCATS.BE et du CIRÉ, qui demandaient à être représentés au sein d’un comité d’accompagnement de l’audit pour faire valoir leur expertise sur les problématiques traitées par l’audit.

 

On m’informe qu’à ce jour, aucune réponse à ce courrier n’a été reçue.

 

Il me paraît pourtant essentiel que les acteurs qui sont régulièrement en contact avec le terrain et qui sont confrontés et décèlent chaque jour les défaillances du système puissent être associés étroitement à cet audit, pour au moins mettre en lumière les difficultés que posent en pratique les procédures actuelles.

 

Monsieur le secrétaire d'État, qu'entendiez-vous par "un rôle à jouer dans l’audit" dans votre note de politique générale? Comment les parties prenantes sont-elles associées à l’audit aujourd’hui? Qui sont-elles? Les signataires du courrier du 15 octobre n’ont manifestement pas été associés, pour quelles raisons?

 

Entendez-vous accéder à la demande de la société civile d’être plus étroitement associée à cet audit, par exemple par le biais d’un comité d’accompagnement?

 

13.02  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur De Smet, le contrat sera exécuté par Capgemini. En novembre, la réunion de lancement a eu lieu avec l'entreprise et c'est à ce moment-là que les premiers accords relatifs à la mise en œuvre de l'audit et à la manière de coopérer avec les services ont été conclus.

 

Il existe un comité d'accompagnement composé de membres de mon cabinet et de différents services. Les partenaires externes n'en feront pas partie. Toutefois, ils seront impliqués dans le processus. Il est également important pour nous de faire appel à des compétences extérieures. C'est également la préoccupation de plusieurs membres de cette commission tout comme de la société civile. Capgemini consultera régulièrement des experts de son réseau à cette fin. En outre, nous avons chargé un certain nombre d'institutions et de personnes de les consulter.

 

Afin de ne pas porter atteinte à la confidentialité des contacts, je ne peux divulguer leurs noms. Je peux vous dire que des contacts seront également pris avec le comité travaillant sur le nouveau Code de migration, sur lequel tout un travail a été réalisé par la société civile.

 

L'audit sera suivi de près. Mon cabinet et mes services y seront étroitement associés. Des personnes externes seront également consultées et il s'agira de personnes issues de la profession d'avocat, du monde universitaire et des personnes ayant une expérience active sur le terrain.

 

13.03  François De Smet (DéFI): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie mais je suis légèrement déçu parce que je pense que la société civile mériterait un peu plus via le comité d'accompagnement.

 

Vous avez évité de nommer un certain nombre d'interlocuteurs, ce que je peux comprendre. J'attire votre attention sur le fait que, d'une manière ou d'une autre, l'autorité n'est pas la seule à décider quelle est la société civile et ses membres qui ont pleine légitimité. Il existe une légitimité d'un certain nombre d'acteurs de la société civile - notamment les deux que j'ai cités - et qui ont nommément posé la question. Dans tous les cas, et même si la réponse était négative, je trouverais correct qu'elles reçoivent une réponse. C'est peut-être déjà le cas, je l'ignore.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

14 Vraag van Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De terugname van NBMV’s door Marokko" (55023931C)

14 Question de Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La réadmission de MENA par le Maroc" (55023931C)

 

14.01  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, in een gezamenlijk perscommuniqué stelden de Marokkaanse ministers van Binnenlandse en Buitenlandse Zaken begin vorig jaar dat Marokko een definitieve oplossing wenste voor de Marokkaanse niet-begeleide minderjarige vreemdelingen (NBMV's) die zich in Europa in een onwettige situatie bevinden. Daarbij werd gesteld dat Marokko bereid is in te stemmen met de terugkeer van naar behoren geïdentificeerde NBMV's, waartoe met sommige landen, waaronder Frankrijk en Spanje, samen­werkingsverbanden zouden zijn opgestart.

 

In een antwoord op een vraag in dat verband stelde u midden vorig jaar dat er ter zake een overleg met de Marokkaanse ambassadeur had plaatsgevonden en dat er met de verschillende bevoegde diensten werd bekeken hoe een dergelijk samenwerkingsverband eruit zou kunnen zien.

 

Wat was het concrete resultaat van het overleg dat ter zake tussen de verschillende bevoegde diensten plaatsvond?

 

Werd er in dat verband ook overleg gepleegd met landen als Frankrijk en Spanje, die reeds samenwerkingsverbanden zouden hebben met Marokko?

 

Hebt u ter zake nog contact gehad met de Marokkaanse ambassadeur? Zo ja, wat was het concrete resultaat van dat overleg? Zo neen, waarom niet?

 

Bestaat er inzake de Marokkaanse NBMV's ondertussen een samenwerkingsverband met Marokko? Zo ja, hoe verloopt de samenwerking? Hoeveel Marokkaanse NBMV's, in orde van grootte, keerden sindsdien reeds terug?

 

In hun gezamenlijke persmededeling stelden de Marokkaanse ministers dat de terugkeer van NBMV's traag en stroef verliep, wat voornamelijk te wijten zou zijn aan de ingewikkelde procedures in sommige Europese landen. Geldt dat ook voor België? Wat werd er reeds ondernomen om daarin verandering te brengen?

 

14.02 Staatssecretaris Sammy Mahdi: Mijnheer Van Langenhove, er wordt gewerkt aan een herziening van het algemene MOU door de Dienst Vreemdelingenzaken. Daarin wordt ook het thema van de niet-begeleide minderjarigen mee opgenomen. Er werden werkgroepen met Marokko opgericht om daaraan te werken. Enkele maanden geleden heb ik in een commissievergadering al aangegeven dat de Marokkaanse ambassadeur duidelijk had gemaakt dat Marokko, zeker voor de niet-begeleide minderjarigen, bereid is dat engagement op te nemen. Vandaar willen wij dat opnemen in het MOU, dat aan herziening toe is.

 

Door covid heeft Marokko de onderhandelingen echter gepauzeerd. Op dit moment is er dus geen voortzetting van de onderhandelingen. Die zal pas plaatsvinden wanneer er daartoe ruimte is op sanitair vlak. Marokko is bijzonder streng wat covid betreft, ook voor het in- en uitreizen. We moeten daar echter zoveel mogelijk proberen aan te doen. De Dienst Vreemdelingenzaken probeert, ondanks covid, zoveel als mogelijk de Marokkaanse collega's mee te krijgen en tot een herziening van het MOU te komen.

 

Zoals u weet, is een gedwongen terugkeer van niet-begeleide minderjarigen niet mogelijk. Het gaat dus over de vrijwillige terugkeer van niet-begeleide minderjarigen. Het is echter belangrijk dat er voldoende garanties zijn om een dergelijke terugkeer te organiseren. De minderjarige moet bij familie terechtkunnen of in een omkaderde opvangstructuur opgevangen worden.

 

Het gaat dus niet over de gedwongen terugkeer van niet-begeleide minderjarigen. Het vrijwillig terugsturen van niet-begeleide minderjarigen is vaak in het eigenbelang van die kinderen. Totaal ontworteld zijn van het eigen gezin is niet in het belang van het gezin of het kind zelf. Op basis van de eerste gesprekken die ik heb gehad, ben ik, net als mijn Marokkaanse gesprekspartners, van mening dat wij in ons MOU daar een gedeelte aan moeten wijden.

 

14.03  Dries Van Langenhove (VB): Dank u voor uw antwoord, mijnheer de staatssecretaris. Ik ben heel blij te horen dat er een engagement is van Marokko en de Belgische regering om de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen terug naar hun land van herkomst te laten begeleiden, in het belang van de niet-begeleide minderjarige vreemdeling zelf en uiteraard vrijwillig. De nodige garanties daarvoor moeten en kunnen er uiteraard ook zijn. Waar een wil is, is een weg.

 

Corona heeft veel in de weg gestaan, maar ik las zonet op Twitter dat ook Groot-Brittannië een hele reeks maatregelen zal afschaffen, onder meer de mondmaskerplicht. Ook Zweden vraagt ondertussen niet langer een negatieve test bij het binnenkomen van het land. Heel wat landen zijn aan het afbouwen. Misschien kunnen wij in België, in samenspraak met strenge landen als Marokko, volgen en eindelijk ook weer ons migratiebeleid coronavrij maken. Ik kijk er in ieder geval al naar uit.

 

De voorzitter: Wij kijken daar samen met u naar uit, mijnheer Van Langenhove.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

15 Question de Simon Moutquin à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La situation des migrants en Libye" (55023957C)

15 Vraag van Simon Moutquin aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De situatie van migranten in Libië" (55023957C)

 

15.01  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d’État, je vous ai déjà interrogé plusieurs fois sur la Libye.

 

S’il y a un lieu sur terre qui concentre à lui seul toutes les horreurs de la migration, c’est certainement ce pays. Chaque personne migrante qui y est passée a des marques physiques de son passage. Chacune s'exprimera ou restera silencieuse tant les pratiques y sont horribles: viol, torture, esclavagisme, enfermement, exploitation, etc.

 

Depuis quelques semaines, des milliers de personnes campaient devant le siège du Haut Commissariat des Nations Unies pour les réfugiés (HCR) afin de protester contre les arrestations, il y a trois mois, de 5 à 6 000 migrants, à Gargaresh, un quartier ouest de la ville de Tripoli, où ces personnes s’étaient réunies dans l’espoir d’une évacuation qui n’est jamais venue.

 

Le 11 janvier, un raid a eu lieu sur le camp: plus de 600 personnes (hommes, femmes et enfants) ont été arrêtées et placées au centre de détention d'Ain Zara.

 

Pendant ces trois mois de protestation, David Yambio, Hassan Zakaria et d’autres ont visibilisé la situation sur place. Si David et Hassan sont toujours libres, bien que je n'aie plus de nouvelles d'eux depuis quelques jours, ils sont recherchés par ministère libyen de la Migration.

 

Le journal Le Monde écrivait, il y a quelques semaines, que "l’Union européenne a délégué à la Libye la responsabilité des sauvetages en mer dans une large zone en Méditerranée, et apporte à Tripoli un soutien financier et opérationnel". Selon les images et documents collectés par le journal, cela n’empêche pas les gardes-côtes libyens d’enfreindre régulièrement des règles élémentaires du droit international, voire de se rendre coupables de violations graves du droit international.

 

Monsieur le secrétaire d’État, quelles ont été vos discussions au niveau européen sur la situation en Libye? Comment mettre fin à cet enfer sur terre, comme le qualifie Amnesty International? Des campagnes de réinstallation sont-elles possibles entre l’Union européenne et la Libye? Si ces refoulements opérés par les gardes-côtes libyens sont avérés, comme le suggère l’enquête du journal Le Monde, allez-vous plaider pour la fin du partenariat entre l’Union européenne et la Libye?

 

15.02  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Monsieur le président, monsieur Moutquin, la situation en Libye est suivie par le Conseil au sein de divers groupes de travail techniques.

 

En novembre, le vice-président Al-Koni s'est entretenu à Bruxelles avec le haut représentant Borrell et les commissaires Johansson et Várhelyi, en particulier sur les enjeux migratoires. Les difficultés rencontrées par les missions PSDC ont été mises en avant et l'Union européenne a soulevé les enjeux de sécurité et d'accessibilité, insistant sur l'importance de gérer les attentes du partenaire libyen.

 

Les États membres ont également exprimé des inquiétudes devant la hausse des arrivées de migrants en provenance de Libye. Ils ont insisté sur l'importance de la lutte contre les trafics, d'un soutien à la gestion des frontières et de la stabilisation du pays pour endiguer les flux migratoires. Les États membres ont aussi appelé l'Union européenne à être plus exigeante vis-à-vis des autorités libyennes et à continuer à demander la fermeture progressive des centres de détention.

 

Toute assistance de l'Union européenne devait être fournie en accord avec les principes de l'Union. Soyons clairs! Il appartient à l'Union européenne de demander aux Libyens d'assumer davantage de responsabilités et d'évaluer les projets et missions sur la base d'une analyse de leurs actions et de leurs faits.

 

Grâce au Emergency Transit Mechanism, les personnes résidant en Libye sont évacuées au Rwanda et au Niger et, puis, réinstallées par le HCR, par exemple en Belgique. Des campagnes de réinstallation sont aussi possibles entre États membres et la Libye mais sont difficiles à réaliser compte tenu des difficultés sur le terrain et du manque d'accès du HCR en Libye.

 

15.03  Simon Moutquin (Ecolo-Groen): Monsieur le secrétaire d'État, on entre dans des enjeux qui vont bien au-delà de la Belgique. Les négociations ont lieu avec le gouvernement libyen alors que celui-ci n'a aucune légitimité démocratique. Tous les Libyens vous le diront. D'ailleurs, la communauté internationale le reconnaît elle-même puisqu'elle appelle à des élections depuis quelques mois.

 

Des rapports nous parviennent presque toutes les semaines, qui montrent que les enfants sont violés par dizaines tous les jours et qu'on pratique encore l'esclavage en 2022 en Libye. Et les États membres s'inquiètent de la hausse des arrivées! C'est désespérant. Je pense que cela montre, malheureusement, la faiblesse du projet politique de l'Union européenne sur une migration humaine. Je vous remercie toutefois pour vos réponses.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: We zijn daarmee aan het einde gekomen van onze werkzaamheden voor vandaag. Hartelijk dank voor uw aanwezigheid, mijnheer de staatssecretaris. Er blijven nog een twintigtal vragen onbeantwoord. In een volgende vergadering moeten we misschien wat meer tijd nemen om die beantwoord te krijgen. Ik dank iedereen voor zijn of haar aanwezigheid.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.59 uur.

La réunion publique de commission est levée à 15 h 59.