Commission de l'Intérieur, de la Sécurité, de la Migration et des Matières administratives

Commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid, Migratie en Bestuurszaken

 

du

 

Mardi 25 janvier 2022

 

Matin

 

______

 

 

van

 

Dinsdag 25 januari 2022

 

Voormiddag

 

______

 

 


De openbare commissievergadering wordt geopend om 10.02 uur en voorgezeten door de heer Ortwin Depoortere.

La réunion publique de commission est ouverte à 10 h 02 et présidée par M. Ortwin Depoortere.

 

De teksten die in cursief zijn opgenomen in het Integraal Verslag werden niet uitgesproken en steunen uitsluitend op de tekst die de spreker heeft ingediend.

Les textes figurant en italique dans le Compte rendu intégral n’ont pas été prononcés et sont la reproduction exacte des textes déposés par les auteurs.

 

01 Vraag van Theo Francken aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De Europese top van afgelopen vrijdag" (55022380C)

01 Question de Theo Francken à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le sommet européen de vendredi passé" (55022380C)

 

01.01  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de premier, ik hoop dat u een leuk Kumbayamoment hebt beleefd gisterenavond. Ik heb er nog geen verslag van gehad. Ik heb wel gehoord dat u op een geheime locatie probeerde om uw regering nieuw leven in te blazen. Ik moet zeggen dat dit ook nodig is en ik hoop uiteraard voor u dat het gelukt is.

 

Ik vraag me af of u het tijdens dat moment ook gehad hebt over migratie. Dat blijft immers een bijzonder heikel punt. Er is weinig aandacht voor, omdat alles opgeslokt wordt door corona. Er is bijzonder weinig aandacht voor migratie, in tegenstelling tot ten tijde van de regering waarin we samen zetelden, u met de bevoegdheden Ontwikkelingssamenwerking en Digitale Agenda, ik als staatssecretaris voor Asiel en Migratie. Toen was er iets meer commotie over het beleid dat werd gevoerd.

 

Fundamenteel stelt zich nog steeds een aantal grote problemen. Afgelopen weekend wilde een Eritrese migrant op een vrachtwagen klimmen in Vlaanderen. Hij is daar niet in geslaagd, maar werd 200 meter meegesleurd en is vervolgens overleden. Dat is een heel tragisch verhaal van iemand die op illegale wijze het Verenigd Koninkrijk wilde bereiken, zoals zovele duizenden, een aantal dat blijft groeien.

 

Ten tweede hebben we enkele weken geleden gehoord dat de Brusselse regering een gebouw heeft aangekocht om er een transmigratiehub van te maken naar het Verenigd Koninkrijk. De heer Mahdi heeft daar zijn ongenoegen over geuit. Ik heb hem daar vorige week over ondervraagd en hij vertelde dat hij het er niet mee eens was, maar daar bleef het ook bij.

 

Uw partij zetelt ook in de Brusselse regering. Op de partij van de heer Mahdi na zetelen alle meerderheidspartijen in de Brusselse regering. Hij zou trouwens perfect een belangenconflict kunnen inroepen, want dit gaat immers de problemen enkel groter maken en de ellende nog dieper. Daar is hij echter niet toe bereid. In die zin stemt hij dus eigenlijk in met de aankoop. De enige die daarmee tevreden zal zijn, is de burgemeester van Calais. Brussel zal immers met dat gebouw de rol van hub naar het Verenigd Koninkrijk overnemen.

 

Ten derde heb ik met de heer Mahdi al herhaaldelijk een robbertje gevochten. Dat ging onder andere over het initiële asielbudget. Ik blijf erbij dat het om een recordbedrag gaat, met name 530 miljoen euro. Nooit was dat zo hoog. Hij betwist dat, maar ik denk dat hij zal moeten toegeven dat wat ik zeg correct is. Ik volg dit ondertussen al twintig jaar en meen dus dat ik goed op de hoogte ben.

 

Vorige week is uw regering ook veroordeeld tot het betalen van 5.000 euro per dag dat een migrant die een asielaanvraag indient geen opvang krijgt. Dat is ongezien. Het is een scherpe veroordeling door de rechtbank, die zegt dat het beleid van uw regering faalt op het vlak van opvang.

 

Als kers op de taart begint Polen vandaag aan de bouw van een grenshek van 180 km lang en 5 meter hoog. Zo komt er dus tussen Polen en Wit-Rusland, net als tussen Griekenland en Turkije, een grenshek als reactie op de illegale stroom van migranten. Uw regering zei dat we die allemaal moesten binnenlaten, maar gelukkig vonden de Polen en de Esten het geen goed idee om op die manier mee te doen met de macabere dans van dictator Loekasjenko in Wit-Rusland. Gelukkig hebben de Polen niet naar u en uw regering geluisterd.

 

Dat grenshek is de perfecte illustratie van het failliete beleid dat de Europese Unie nu al jaren voorstaat, van de complete mislukking van het Europese migratiepact, waarbij veel wordt gepraat maar geen concrete daden worden gesteld. Er wordt stilaan gewerkt aan een fort Europa. Ik betreur dat op zich, omdat ik het Australische model…

 

De voorzitter: Mijnheer Francken, mag ik u erop wijzen dat u al 1 minuut 20 over uw reglementaire spreektijd zit?

 

01.02  Theo Francken (N-VA): Dank u, voorzitter, ik rond af. Voor mij is het bouwen van een grenshek de perfecte illustratie van het laffe leiderschap en wegkijkgedrag van deze generatie Europese leiders, waar ik u ook toe reken, mijnheer De Croo. Dit is echt grotesk. We gaan stap voor stap naar een Fort Europa, terwijl een ander, veel beter model mogelijk is. Ik denk dan aan het Australische model, dat veel humaner is en echte vluchtelingen wel degelijk kansen geeft om naar hier te migreren, terwijl illegale migratie wordt tegengehouden.

 

Mijn concrete vraag is waar we staan met het Europese migratiepact. Mijnheer De Croo, is dat nog wel een issue? Waar gaat het naartoe, na al die jaren van beloftes maar weinig concrete daden?

 

01.03 Eerste minister Alexander De Croo: Ik probeer steeds zeer gedisciplineerd verslag uit te brengen over de Europese Raden en het federaal adviescomité voor Europese Aangelegenheden. Ik heb dat onderwerp dan ook reeds toegelicht tijdens de vergadering van 9 november.

 

De discussie over migratie is eigenlijk de discussie uit de maand juni van vorig jaar, die weer opgenomen is. Het ging daarbij in de eerste plaats over de versterking van de terugnameakkoorden van de Unie met de herkomstlanden en de noodzakelijke herbevestiging van de Europese steun voor de opvang van vluchtelingen uit Turkije, Libanon, Jordanië en de bredere regio.

 

Er bleek redelijk veel kritiek te zijn, ook vanuit ons land, op de feitelijke standstill in de besprekingen rond de voorstellen van het migratiepact. Ik heb daarbij de noodzaak herhaald om delen van de Commissievoorstellen versneld in uitvoering te kunnen brengen, voor zover dat kan op een evenwichtige manier. Er moet met name steeds een evenwicht zijn tussen solidariteit en de verantwoordelijkheid van alle lidstaten. In een poging om de standstill te doorbreken die ontstaat als men vasthoudt aan het principe dat er alleen maar vooruitgang kan worden gemaakt mits er een akkoord is over het totale pakket, hebben wij steeds gepleit om toch reeds verder te kunnen gaan met bepaalde deelakkoorden.

 

Het is voor ons land belangrijk dat de conclusies van de Raad ter erkenning van de problematiek van de secundaire bewegingen opgenomen worden en dat het failliet van Dublin, zoals ik meermaals heb gezegd, duidelijk wordt gemaakt. 

 

Tot slot is er aan de Commissie ook gevraagd om met nieuwe voorstellen te komen inzake grensbescherming. Zonder een effectieve grensbescherming kan Europa nooit tot een gemeenschappelijk asielbeleid komen.

 

Mr. Francken, u zegt dat het de positie van ons land was om zomaar iedereen binnen te laten in de Europese Unie. Het verbaast me dat u dat zegt, want dat is absoluut niet de positie van de federale regering.

 

In het algemeen moet Europa tonen dat het in staat is een beleid te voeren dat humaan is, waarbij mensen die bescherming nodig hebben die ook krijgen. Dat is een beleid dat in het verlengde ligt van het beleid dat u hebt gevoerd toen u die functie bekleedde. 

 

Het beleid moet conform Europese en internationale regels en grondrechten zijn, maar ook kordaat op het gebied van terugkeer voor mensen die geen recht hebben op die bescherming.

 

01.04  Theo Francken (N-VA): Mijnheer de eerste minister, als u zegt dat het standpunt van België niet was dat die mensen moesten worden binnengelaten, is dat manifest onjuist. De heer Mahdi heeft daar heel duidelijk zijn standpunt over geformuleerd, zowel publiekelijk als in het Parlement en de media: "Ze moeten asiel kunnen aanvragen in Polen en in Europa, waarna er een snelle screening zal zijn en een snelle terugkeer voor degenen die geen asielrecht hebben." Een snelle screening en een snelle terugkeer, het grootste fake news ooit verspreid door regeringen en door de Europese Commissie: er is geen snelle screening en er is geen terugkeer!

 

Laat alstublieft uw medewerkers de terugkeercijfers van 2021 eens bekijken en zorg ervoor dat u een stoel bij de hand hebt, want u zult niet goed worden van de cijfers. Er is gewoon geen snelle screening. Het duurt jaren, de asielprocedure duurt maanden tot meer dan een jaar qua doorlooptijd. De terugkeer is herleid tot quasi nihil, mijnheer de eerste minister, dat zijn de feiten. U blijft geloven in een verhaal dat nooit kan werken, waarbij er verblijfsrecht wordt gegeven na illegale reizen naar Europa op Europees grondgebied. Stop daarmee, want dat is de grote trigger waarmee u mensensmokkelaars en de miljardenbusiness van de mensen­smokkelindustrie zo rijk maakt en in leven houdt.

 

Stop daarmee, kies voor een ander model. Kies voor het model van onze vriend Mattias Tesfaye, de Deense sociaaldemocratische minister, die duidelijk zegt wat ik al jaren zeg: kies voor een ander model, verzorg de opvang in een land buiten de Europese Unie, geef geen verblijfsrecht meer op Europees grondgebied. Dat is immers de grote wortel die ervoor zorgt dat er zoveel mensen blijven komen. Stap dus in de coalition of the willing van Denemarken. Maak nu eindelijk werk van een ander model en stop met de chaos die nu wordt georganiseerd. België is daarbij het afvoerputje in het bad van West-Europa. Het is een echte ramp en het wordt alleen maar erger en erger.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Samengevoegde vragen van

- Bert Moyaers aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De phishingberichten in naam van de identiteitsapp itsme" (55022835C)

- Bert Moyaers aan Eva De Bleeker (Begroting en Consumentenbescherming) over "Phishingmails die vanuit my e-box lijken te komen" (55022836C)

02 Questions jointes de

- Bert Moyaers à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les messages de hameçonnage au nom de l'application d'identification itsme" (55022835C)

- Bert Moyaers à Eva De Bleeker (Budget et Protection des consommateurs) sur "Les mails de hameçonnage provenant prétendument de my e-box" (55022836C)

 

02.01  Bert Moyaers (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, mijn vragen dateren al van eind november, bij de bespreking van de beleidsnota, maar ik heb ze toen laten uitstellen. Ze zijn misschien dus voor een stuk gedateerd.

 

In de maand november 2021 kwamen bij het Centrum voor Cybersecurity België (CCB) veel meldingen binnen van phishingberichten in naam van de identiteitsapp itsme. Via een sms of mail proberen oplichters aan iemands persoonlijke gegevens of bankrekening te komen. Zelf mocht ik ook al een aantal van die sms'en ontvangen. Oplichters worden steeds inventiever en spelen in op de actualiteit. Veel mensen hebben itsme immers pas voor de eerste keer leren kennen door het gebruik van het Covid Safe Ticket. Oplichters spelen ook hier weer handig op in.

 

Recent is er een nog gevaarlijkere vorm van phishing opgedoken waarbij gevraagd wordt om een app te installeren. Als men dat doet, dan wordt het gevaarlijke FluBotvirus geïnstalleerd. Dat virus kan de volledige controle over iemands toestel overnemen en zelfs berichten in diens naam versturen. Het CCB lanceerde, samen met bankenkoepel Febelfin en de Cyber Security Coalition, een sensibiliseringscampagne, in combinatie met de nieuwe gratis app Safeonweb. Die app waarschuwt gebruikers voor cyberdreigingen en nieuwe phishingberichten. De campagne kwam er niet toevallig in de aanloop naar Black Friday en de eindejaarsperiode, want ook daar werd verwacht dat oplichters er met phishingberichten handig op zouden inspelen met zogenaamde interessante aanbiedingen.

 

Ik heb daarover de volgende vragen, mijnheer de eerste minister.

 

Op welke manier denkt u dat de sensibiliserings–campagne bij het brede publiek aan de man kan worden gebracht? Ze zal waarschijnlijk al voor een stuk voorbij zijn, maar ze is vandaag nog altijd nodig.

 

Kunt u wat meer uitleg geven over de werking van de app Safeonweb?

 

Het CCB kon het afgelopen jaar al 1,3 miljoen verdachte links blokkeren, maar kan het CCB ook ongeveer berekenen hoeveel mensen er effectief slachtoffer werden van phishing en kan het dat vertalen in euro's?

 

In hoeverre is het zogenaamde FluBotvirus in opmars? Heel wat toestellen worden bij besmetting daarmee geblokkeerd om het verzenden van sms'en tegen te gaan. Pakt het CCB dat ook aan en op welke manier?

 

Mijn tweede vraag was gericht aan staatssecretaris De Bleeker, maar is naar u doorverwezen. Het is een soortgelijke vraag over phishingmails die echter van My e-Box lijken te komen. Ik verwijs naar de schriftelijke neerslag ervan.

 

De FOD Beleid en Ondersteuning waarschuwt voor nieuwe phishingmails die vanuit My e-Box, de digitale brievenbus van de overheid, afkomstig lijken te zijn. De meeste recent gemelde gevallen betreffen een Nederlandstalige melding van My e-Box dat een nieuw aanslagbiljet van de FOD Financiën beschikbaar zou zijn.

Deze keer hebben de cybercriminelen het adres myebox.noreply@bosa.fgov.be gebruikt. De recente phishing e-mails zijn bijzonder overtuigend en daarom des te gevaarlijker. De FOD roept daarom iedereen op om extra voorzichtig te zijn bij het openen van linken in die berichten.

Ik heb daarover de volgende vragen:

Op welke manier wil U mensen hiervoor sensibiliseren? Het brede publiek is immers niet altijd via een digitale campagne te bereiken.

Wie een mail krijgt, mag dit rapporteren aan het CCB via verdacht@safeonweb.be. Kwamen er zo al veel meldingen binnen?

Heeft U enig zicht op aangiftes die de mensen zo al deden voor oplichting? Aan welk richtbedrag mogen we dan denken?

Er is nu ook een app Safeonweb. Hoe beschermt die app de mensen precies?

 

02.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Moyaers, bij de bespreking van de beleidsnota zijn we daar deels op ingegaan. Dit is de gelegenheid om daar meer details over te geven.

 

Het centrale thema van onze sensibiliserings­campagne is inderdaad de strijd tegen phishing. Het CCB en de Cyber Security Coalition hebben de handen in elkaar geslagen voor een campagne die een zo breed mogelijk publiek moet aanspreken. De campagne is daarom te zien en te horen via tal van kanalen, onder meer via reclamespots op zowat alle zenders, via televisie, via diverse socialemediakanalen en ook advertenties in bepaalde kranten. Al dat campagnemateriaal is beschikbaar op de Safeonwebsite, zodat iedereen het kan hergebruiken voor lokale campagnes.

 

De Safeonwebapp stuurt twee soorten waarschuwingen. Ten eerste ontvang je bedreigingen als er een infectie op jouw geregistreerd thuisnetwerk is gemeld aan Safeonweb. Ten tweede ontvang je nieuws over algemene cyberdreiging in België. De app wordt gratis ter beschikking gesteld in de appstore. In 2020 deden 7.502 slachtoffers effectief aangifte bij de politie. We gaan ervan uit dat dit maar een klein percentage is van het totaal. Febelfin maakt melding van 67.000 frauduleuze transacties via phishing voor een totaal nettobedrag van 34 miljoen euro. Vorig jaar werden er 3,7 miljoen verdachte berichten verzonden naar verdacht@safeonweb.be. Dat zijn er ongeveer 12.000 per dag.

 

Het CCB staat in voortdurend contact met de internetserviceproviders om de opmars van het FluBotvirus te monitoren. Het CCB volgt permanent de command-and-controlservice van het virus en stuurt die geautomatiseerd door naar de ISP's. Wanneer een ISP vaststelt dat een toestel besmet is met het FluBotvirus en massaal veel sms'en verstuurt, wordt het toestel geblokkeerd, wordt de eigenaar verwittigd en wordt hem aangeraden om zijn toestel zo snel mogelijk virusvrij te maken. Door alle gemeenschappelijke maatregelen blijft de FluBotinfectie in België eigenlijk relatief laag, maar ze blijft desalniettemin een dreiging die continu moet worden gemonitord.

 

02.03  Bert Moyaers (Vooruit): Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor het informatieve antwoord. Het heldert heel wat op, wat in de eerste plaats mijn bedoeling was.

 

Het cijfer van 67.000 gemelde frauduleuze transacties, dat ik hier blijf horen en dat goed is voor ongeveer 34 miljoen euro, is waarschijnlijk slechts een tipje van de sluier. Het bedrag is denkelijk nog veel hoger. Dat moet ons ertoe blijven aanzetten om massaal te blijven inzetten op de problematiek, die behoorlijk ontwrichtend is voor onze economie, ook gezien de hoeveelheid geld die wordt versluisd. Dat is geld dat mensen niet meer kunnen gebruiken om te investeren in de eigen economie.

 

Het is dus heel belangrijk dat wij de cybersecurity goed en optimaal blijven laten werken.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Sander Loones aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het onderhoud met dhr. Castex en het windmolenpark voor de kust van Duinkerke" (55023065C)

03 Question de Sander Loones à Alexander De Croo (premier ministre) sur "L'entrevue avec M. Castex et le parc éolien au large de Dunkerque" (55023065C)

 

03.01  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, mijn gezin was dit weekend in Parijs, als verjaardagscadeau voor ons dochtertje Suzanne, dat zeer graag de Eiffeltoren wilde zien. Die is op dit moment helemaal blauw verlicht naar aanleiding van het Franse voorzitterschap van de Europese Unie. Zo'n Europees sfeertje dus. Maar wat mij vooral opviel was niet die blauwe Eiffeltoren, maar al de Franse vlaggen die ernaast stonden; een zeer groot Frans nationalisme, opkomen voor de eigen belangen, zelfs wanneer men voorzitter is van de Europese Unie.

 

Ik kom tot de vraag die ik u wil stellen. Ik zie dat België constant meegaat in een verhaal pro-Europa, maar dat het eigenlijk gaat om een verhaal pro-Frankrijk.

 

Wanneer er gesproken wordt over militaire troepen in Mali, moet men geen expert zijn om daar een Franse agenda in te zien. Ook in het recent afgesloten bilateraal fiscaal verdrag tussen België en Frankrijk ziet men onmiddellijk de voordelen voor Frankrijk. Wanneer er gesproken wordt over een opvang voor mensen in illegaal verblijf die wordt georganiseerd in Brussel, is dat vooral in het voordeel van Frankrijk en altijd in ons nadeel.

 

Mijn vraag is: wanneer zullen wij eindelijk iets terugkrijgen? Wanneer zullen wij er eindelijk eens voor zorgen dat het een wederkerige relatie is en dat ook onze belangen fors worden verdedigd?

 

Ik heb die vraag tijdens het begrotingsdebat ook gesteld aan mevrouw Wilmès. Zij was het met me eens en vond ook dat wij een veel assertievere houding moeten aannemen op het Europese toneel en ook bij Frankrijk moeten vechten voor onze eigen belangen.

 

Ik zal de vraag zeer concreet maken. Ik ben van de Westkust. Daar worden wij binnenkort geconfronteerd met een gigantisch wind­molenpark vlak voor de kust van Duinkerke, net over de grens. Dat zal een overschrijding van de Europese natuurwetgeving met zich meebrengen en het is slecht voor ons toerisme, enzovoort.

 

Het is tijd dat wij daar op tafel slaan. Ik weet dat u recentelijk overleg hebt gehad met de Franse premier, de heer Castex. Ik weet dat u regelmatig overlegt, zeker naar aanleiding van het Europese voorzitterschap.

 

Ik wil u daarvan een strijdpunt zien maken. Alstublieft, kom ook eens op voor onze belangen.

 

03.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Loones, de plannen voor het Franse windmolenpark heb ik als onderwerp al meermaals aangebracht bij mijn Franse collega's. Voor de eerste maal deed ik dat toen ik president Macron ontmoet heb, bij het begin van onze regeerperiode. Minister Van Quickenborne bespreekt dit zeer geregeld met zijn collega en ik heb dit een paar weken geleden inderdaad ook met premier Castex besproken. Ik heb duidelijk gemaakt welke onze bezorgdheden zijn. Er spelen meerdere elementen, zoals een visueel aspect, invloed op de transportlijnen vanuit de haven van Oostende en invloed op de mogelijkheden voor redding op zee.

 

Wij steunen uiteraard de Franse ambitie om haar capaciteit van offshore windenergie uit te bouwen. Ons land is daarin absoluut pionier geweest, want wij staan daarin veel verder dan landen met een veel langere kustlijn dan de onze. Hoewel onze kustlijn maar 67 kilometer lang is, zijn wij ongeveer het vierde land ter wereld op het vlak van geïnstalleerde capaciteit. Ons land is erin geslaagd om dat te doen op een manier waarbij we verschillende belangen met elkaar in evenwicht houden. Een eerste belangrijk element is dat wij duurzame windenergie op zee mogelijk gemaakt hebben. Er zijn ook industriële belangen in ons land, want we hebben daar een hele sector rond ontwikkeld. Daarbij werd ook rekening gehouden met visuele aspecten en natuuraspecten.

 

De huidige uitwerking van het park in Duinkerke botst naar onze mening op een aantal belangrijke obstakels voor ons land. Frankrijk is bereid om daarover met ons land in gesprek te gaan. In de voorbije weken hebben dienaangaande enkele bijkomende gesprekken plaatsgevonden, maar onze bezorgdheden blijven bestaan. In de huidige staat van het dossier kunnen we een zekere toenadering vaststellen, maar de huidige status van de resultaten is voor ons land onvoldoende. Wij onderhouden daarom de dialoog met Frankrijk en we blijven bij ons standpunt. Wij hopen dat we op basis van een dialoog tot een vergelijk kunnen komen dat tegemoetkomt aan onze bezorgdheden, maar als dat niet kan, zullen we andere stappen moeten zetten.

 

03.03  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, ik ben vooral blij met het laatste zinnetje: "Als dat niet kan, zullen we andere stappen moeten zetten." Hetgeen u voor dat laatste zinnetje zei, hadden wij al eens gehoord.

 

Ik weet dat het ook uw bezorgdheid is, dat u ook ziet dat dit windmolenpark daar niet op zijn plaats ligt en dat het minstens veel dieper in zee zou moeten liggen. Ik wil u echt vragen om assertief te zijn. In politiek is gekoppeld wat men wil koppelen. We komen in een fase dat Frankrijk vragende partij zal zijn voor verschillende zaken, om toch maar een succes te maken van dat voorzitterschap, al is het maar omdat de heer Macron opnieuw president wil worden. Maak daarvan een erezaak. De Westkust zal u in elk geval dankbaar zijn.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

04 Vraag van Sander Loones aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het wetsvoorstel van CD&V ter bevordering van asymmetrisch beleid" (55023066C)

04 Question de Sander Loones à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La proposition de loi du CD&V visant à promouvoir une politique asymétrique" (55023066C)

 

04.01  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, recent stond er een boeiend interview in Het Nieuwsblad. "Veel hefbomen van het arbeidsmarktbeleid zitten nog altijd federaal. Minister Pierre-Yves Dermagne ging met een hervorming komen. Nog niets van gezien." Aan het woord was mevrouw Crevits van CD&V. Daarop vroeg men: "Bent u dan teleurgesteld in het parcours van de heer Dermagne?" Het antwoord luidde: "Ja, andere regio's vragen net als ons om een asymmetrisch arbeidsmarktbeleid te kunnen voeren, maar de federale regering heeft nog niets beslist. Dit is wel belangrijk. In de coronacrisis wilde ik een groep tijdelijk werklozen een andere job aanbieden, maar ik had hun gegevens zelfs niet." De journalist vroeg daarop: "U wilt het dan gewoon zelf doen?", waarop mevrouw Crevits antwoordde: "Ja, graag. Wat hebben de laatste weken gezien van Dermagne? Een tweet waarin hij mijn gemeenschapsdienst afbreekt. Er moeten binnen afzienbare tijd noten worden gekraakt."

 

De N-VA krijgt af en toe het verwijt dat wij de Vlaamse regering zouden instrumentaliseren. Niets is minder waar. Wij vragen wel dat elke overheid haar job doet. Hier vraagt mevrouw Crevits dat er actie op federaal niveau wordt ondernomen en dat het asymmetrisch beleid, dat werd aangekondigd, er eindelijk komt. Wij zien niets komen en ook mevrouw Crevits ziet niets komen.

 

Het gaat zelfs zo ver dat CD&V het nu blijkbaar nodig vindt om een extra wetsvoorstel in te dienen, waarmee zij eigenlijk een soort van klachtenprocedure willen installeren. Als een bepaalde deelstaat vindt dat men te traag werkt, in dit geval uw regering, zou men een verzoekschrift moeten kunnen indienen. Dan zou u moeten verantwoorden waarom u te laat en te traag werkt.

 

Ik vond het opvallend dat CD&V dat voorstel alleen deed, vooral omdat zij in een communicatie zeiden dat het volledig binnen het vivaldiverhaal past.

 

Mijnheer de eerste minister, in de Kamer is het mogelijk om tien mensen een wetsvoorstel te laten ondertekenen. Ik heb gezien dat niet alle tien de handtekeningen zijn opgebruikt bij het wetsvoorstel van CD&V. Zullen ook andere fracties, in het bijzonder Open Vld, handtekeningen leveren, zodat er snel over het voorstel kan worden gestemd?

 

04.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Loones, ik hoef u niet te herhalen dat het niet echt aangewezen is dat ik als eerste minister uitgebreid commentaar geef op wetsvoorstellen die in de Kamer nog niet in overweging zijn genomen. Ik kan ook moeilijk spreken in naam van de fracties in de Kamer.

 

Ik heb via de pers wel kennisgenomen van de strekking van het betreffende voorstel. De deelstaten wensen over bepaalde materies te overleggen met de federale regering, bijvoorbeeld om te onderzoeken of een asymmetrisch beleid aan de orde kan zijn. Ik denk dat er vandaag al manieren bestaan om die kwestie aan te kaarten.

 

Het voorbije jaar is het Overlegcomité zeer vaak bijeengekomen. Dat is bij uitstek een forum voor samenwerking en overleg. Voor andere thema's heeft dat goed gefunctioneerd. Het regeerakkoord bepaalt dat we de werking ervan nog zullen verbeteren. Alle voorstellen in het kader daarvan kunnen zeker worden bekeken.

 

Wat het asymmetrisch beleid betreft, heb ik in de commissie hier al een paar keer geantwoord op vragen daarover. In een vorige vergadering heb ik bijvoorbeeld erop gewezen dat wij bij het jongste begrotingsconclaaf uitdrukkelijk zijn ingegaan op vragen van de deelstaten, onder meer op het vlak van werkgelegenheidsbeleid. De Vlaamse regering heeft dat ook expliciet erkend.

 

Het is de bedoeling dat de vakministers bijkomende opportuniteiten voor asymmetrisch beleid nader onderzoeken. U kunt hun in detail vragen welke stappen zij daarin recent hebben gezet.

 

04.03  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor uw antwoorden.

 

Ten eerste, u zegt dat u van alles hebt beslist en dat de deelstaten u hebben bedankt voor wat er allemaal is gebeurd op het vlak van arbeidsmarktbeleid en dat hebben erkend. Maar de verklaring van de Vlaamse minister van Werk, mevrouw Crevits van CD&V, dat ze daarvan nog niets gezien heeft, lijkt me geen compliment voor het werk van uw regering. Misschien hebben wij een verschillende definitie van het woordje niets?

 

Ten tweede, u zegt dat er al manieren bestaan om problemen aan te kaarten, dat het Overlegcomité vaak samenkomt en goed werkt. Ik kan alleen maar vaststellen dat minstens CD&V u niet gelooft. De partij vindt alleszins dat het onvoldoende is en komt daarom met wetsvoorstellen, omdat ze terecht aanvoelt dat er een karwats, een nieuwe drijfveer, een turbo-effect nodig is om ervoor te zorgen dat uw regering eindelijk actie onderneemt en de beloften van het eigen regeerakkoord rond asymmetrisch beleid effectief operationaliseert; niet in woorden, maar in iets wat men kan zien, zodat ook mevrouw Crevits het kan zien.

 

Ten derde, er is inderdaad het parlementaire proces waarbij eerst teksten in overweging moeten worden genomen. Ik kan enkel herhalen dat er zich extra opportuniteiten aandienen. Zolang de tekst niet is ingediend, is het nog veel gemakkelijker om die mee samen te ondertekenen. Ik zal die suggestie doen aan de CD&V-collega's, maar ik ben er zeker dan dat zij zelf die contacten zullen leggen. Om de heer Verherstraeten aan te halen, hun voorstel kadert immers perfect in de sfeer en het beleid dat uw regering wenst te voeren. Een snelle stemming over het voorstel zou dus gemakkelijk moeten kunnen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Vraag van Sander Loones aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het Quirinale-verdrag" (55023067C)

05 Question de Sander Loones à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Le traité du Quirinal" (55023067C)

 

05.01  Sander Loones (N-VA): Met deze vraag peil ik opnieuw naar wie vriendjes zijn op Europees niveau. Tussen Frankrijk en Italië was er al langer boel; de twee landen komen eigenlijk niet overeen. Macron, de grote Europeaan, sloot zelfs de binnengrenzen naar aanleiding van de asielcrisis, met escalatie tot gevolg. Nu lezen we ineens dat de heren Macron en Draghi elkaar gevonden hebben. Ze sloten een nieuw verdrag, het Quirinale-verdrag. Ze zijn dus weer vriendjes. Waarom? Dat is omdat er zeer grote belangen op het spel staan.

 

Europa heeft plannen om de begrotingsregels aan te passen. Van de Europese Commissie wordt daaromtrent een voorstel verwacht, en Frankrijk en Italië hopen uiteraard op een lakser beleid. Zo kunnen er opnieuw facturen worden doorgeschoven naar Noord-Europa en kunnen zijzelf weer een grotere flexibiliteit aan de dag leggen, zoals dat dan heet. Het is de vraag waar dat allemaal naartoe gaat en of de heren Macron en Draghi binnenkort nog wel op dezelfde stoel zullen zitten, maar goed, intussen hebben ze toch maar weer de tijd gevonden om weer vriendjes te worden.

 

Wilt u ook vriendjes met hen zijn? Hebben zij daarvoor contact met u opgenomen? Hebben ze u erop gewezen dat u eigenlijk ook een beetje een Zuid-Europees land leidt gelet op onze begroting, de inflatiecijfers en de tekorten, dat u in feite in hun clubje zit en dat het misschien beter is om zich bij het Quirinale-verdrag aan te sluiten? Zou uw Zuid-Europese begrotingsagenda passen bij de ambities van de heer Macron en de heer Draghi?

 

05.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Loones, ik weet niet goed hoe ernstig ik uw vraag moet nemen. Over het algemeen stelt u zeer goed onderbouwde vragen, maar u trekt een en ander nu enigszins in het belachelijke.

 

Ik kan er moeilijk iets op tegen hebben dat Frankrijk en Italië met elkaar praten. Dat er gesprekken liepen tussen beide landen, was overigens openbaar beschikbare informatie. Voor zover ik weet, gaat het over een bilateraal akkoord. Ik zie niet goed waarom ik daar, als derde land, bij zou moeten komen of erin inbreken of wat dan ook.

 

Met alle lidstaten lopen er gesprekken over het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) en minister Van Peteghem legde al uitvoerig uit wat de positie van ons land zal zijn op dat vlak.

 

05.03  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, ten eerste, u vraagt hoe ernstig u de zaak moet nemen. Welnu, ik antwoord u dat u die enorm ernstig moet nemen. Het gaat hier enkel in schijn om een bilateraal verdrag. In werkelijkheid gaat het om een poging om de Europese agenda aanzienlijk te bepalen en aan te duiden wie de factuur zal betalen van begrotingstekorten in het zuiden van Europa. Mijnheer de eerste minister, zo ernstig moet u het verdrag nemen.

 

Ten tweede, u merkt op dat de minister van Financiën al ruim heeft geantwoord en aangegeven welke positie ons land, België, zal innemen. Dat heb ik in ieder geval niet gezien. Wat ik wel heb gezien, is een beleidsnota van de minister van Financiën, waarin amper een half woord staat over het standpunt dat België in het kader van de SGP-discussie. Wat ik ook heb gezien, is een beleidsnota van de heer Dermine, die wel lijkt aan te sturen op de PS-agenda op dat vlak, met name meer flexibiliteit.

 

In alle teksten die circuleren, wordt dan ook nog eens bepaald dat het Belgische standpunt zal worden ingenomen in de loop van het voorjaar 2022, omdat de regering er nog helemaal niet uit is. U zult mogelijk zelfs moeten rekenen op mevrouw Wilmès om te bemiddelen in een dossier waarvoor eigenlijk minister Van Peteghem bevoegd zou moeten zijn. Het is echter constant PS-excellentie Dermine die het woord neemt.

 

Dat u hier dus beweert dat het Belgische standpunt al is bepaald, is gewoon niet juist.

 

Wat we nu wel hebben gezien, is een nota van de Vlaamse regering met een vraag om te gaan voor een striktere begrotingsorthodoxie en om de teugels niet te vieren. Ik heb nog geen communicatie gezien van de Waalse of van de Brusselse overheid. Ik kan me echter wel inbeelden wat zij willen. Dat zal veeleer de Italiaanse en de Franse lijn zijn.

 

Mijnheer de eerste minister, hoe ernstig moet u de zaak nemen? U moet het verdrag bijzonder ernstig nemen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Samengevoegde vragen van

- Kathleen Depoorter aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De coronamaatregelen" (55023094C)

- Kathleen Depoorter aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Reizen tijdens de eindejaarsperiode, het CST en de testing" (55023109C)

- Nabil Boukili aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het Overlegcomité" (55023660C)

- Peter De Roover aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De noodcapaciteit in de zorg" (55023737C)

- Kathleen Depoorter aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De coronamaatregelen en de vijfde golf" (55023738C)

- Raoul Hedebouw aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het Overlegcomité, de coronabarometer en de verplichte vaccinatie" (55024020C)

- Kathleen Depoorter aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De verplichte covidvaccinatie en de invoering van een 1G-beleid" (55024324C)

06 Questions jointes de

- Kathleen Depoorter à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les mesures de lutte contre le coronavirus" (55023094C)

- Kathleen Depoorter à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les voyages durant la période des fêtes, le CST et le testing" (55023109C)

- Nabil Boukili à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Le Comité de concertation" (55023660C)

- Peter De Roover à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La capacité d'urgence dans le secteur des soins" (55023737C)

- Kathleen Depoorter à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les mesures contre la cinquième vague de coronavirus" (55023738C)

- Raoul Hedebouw à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Le Comité de concertation, le baromètre corona et la vaccination obligatoire" (55024020C)

- Kathleen Depoorter à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La vaccination obligatoire contre le covid et l'instauration d'un passe vaccinal" (55024324C)

 

06.01  Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de eerste minister, de coronabesmettingen lopen gigantisch uit de hand. Ik meen dat zowat iedereen omgeven wordt door besmette mensen. We stellen vandaag ook vast dat de quarantainemaatregelen die daarop volgen een enorme impact hebben op de samenleving, een veel grotere impact dan corona zelf.

 

Dat is niet alleen voor het onderwijs een probleem, het is natuurlijk ook een probleem voor de economie, bijvoorbeeld doordat veel mensen op hun kinderen moeten passen. Dat is volop in het nieuws.

 

Daarnaast is er de vaststelling dat het aantal ziekenhuisopnames weliswaar stijgt, terwijl ik via contacten met ziekenhuisdirecteurs en dergelijke gelukkig heb mogen vernemen dat de ziekenhuisopnames als zodanig al zeer lang geen capaciteitsproblemen doen rijzen en dat er in de afdelingen intensieve zorg vooralsnog geen stijging van het aantal opnames is. Hopelijk komt die er ook niet, dankzij het mildere verloop van omikron.

 

Dat betekent niet dat het oude adagium gouverner, c'est prévoir hier niet zou gelden. Het spreekt voor zich dat we door de eerste en tweede golf overvallen zijn, maar nu we moeten vaststellen dat tijdens de latere golven de reguliere zorg is uitgesteld omdat het zorgstelsel niet in staat is gebleken de corona-aanwas aan te kunnen, dan is dat absoluut geen fout van de reguliere zorg. De reguliere zorg is niet uitgebouwd voor een dergelijke zware crisis.

 

Dan rijst toch de vraag hoe we in een noodsituatie voor de benodigde opschaling kunnen zorgen, om te vermijden dat de gewone zorg moet worden uitgesteld.

 

Eigenlijk hoor ik deze vragen te stellen aan de minister van Volksgezondheid. Ik heb hem hiermee reeds geconfronteerd, maar zowel uit zijn antwoorden als uit persberichten kan ik opmaken dat hij daar weinig mee bezig is en er zelfs bijna principieel tegenstander van is. Voor hem ligt het probleem alleen – mijn excuses voor de economische terminologie – aan de aanbodzijde. Wij moeten er door allerhande beperkingen in de samenleving voor zorgen dat mensen niet in het ziekenhuis terechtkomen. Dat is zeker gedeeltelijk verdedigbaar, in de mate waarin er proportionaliteit is, maar het neemt niet weg dat het de verantwoordelijkheid is van een regering om ervoor te zorgen dat iedereen die zorg nodig heeft die ook krijgt.

 

Ik kom dan bij mijn vraag. Hopelijk blijkt die niet meer relevant, maar dat kunnen we nu niet weten. Heeft men geleerd uit deze golven voor een eventuele nieuwe opstoot van een toch opnieuw ziekermakende variant? Heeft de regering technieken ontwikkeld om voor een tijdelijke noodopschaling te zorgen, zodat er geen uitstel meer moet plaatsvinden van andere zorg voor mensen die zware gezondheidsrisico's lopen?

 

06.02  Nabil Boukili (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de premier, gisteren (22/11) kwam het overlegcomité samen om nieuwe maatregelen aan te kondigen. De regeringen herhalen telkens dat ze haar besluiten baseren op wetenschappelijke conclusies en advies van experten. Wanneer we de besluiten van het overlegcomité vergelijken met de adviezen van het GEMS moeten we echter besluiten dat men zich baseert op een zeer selectieve lezing van het rapport. Het GEMS benadrukt namelijk ook het belang van proactieve zelftesten in de hele bevolking en stelt daarom voor gratis zeltesten ter beschikking te stellen. Daarnaast wijzen ze ook op het belang van financiële compensatie in het geval van quarantaine. Waarom zijn deze voorstellen niet overgenomen bij dit overlegcomité?

 

06.03 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer de voorzitter, het Overlegcomité heeft vrijdag plaatsgevonden. We zitten in een situatie waarin het aantal gemeten besmettingen zeer hoog ligt en het reële aantal waarschijnlijk nog drie of vier keer hoger. Het reproductiegetal voor zowel de besmettingen als de hospitalisaties ligt hoger dan 1, wat erop wijst dat de circulatie nog steeds zeer hoog is. We hebben de voorbije dagen ook gezien dat het aantal hospitalisaties stijgt, met een aantal dagen waarop dat aantal boven de 300 ligt. Voorlopig vertaalt dat zich niet in stijgende cijfers op intensieve zorg, maar de daling van de bezetting van de bedden op intensieve zorg is toch fors vertraagd. Met 300 hospitalisaties per dag kan men niet zeggen in een situatie van een seizoensgriep te zitten. Die mensen komen niet in het ziekenhuis terecht omdat ze simpele griepverschijnselen hebben, het is een stuk ernstiger dan dat.

 

La question de l'instauration d'un baromètre était posée depuis longtemps. Jusqu'à présent, ce n'était pas évident, mais la direction que prend la situation l'a rendu nécessaire. En effet, ce baromètre doit favoriser plus de transparence et de prévisibilité. Il est probable que les choses s'améliorent, mais il est également possible qu'elles se dégradent. Disposer de mesures prédéfinies, équilibrées et connues de tous me semble positif.

 

Het is een echt titanenwerk geweest om die barometer te maken. Er is daarvoor bijzonder veel overleg geweest met de verschillende regeringen, de sectoren en experten. Die barometer is toch wel goed verwelkomd door de verschillende betrokken sectoren.

 

Het is belangrijk te onderstrepen dat die barometer een aantal elementen bevat, maar een aantal ook niet om twee redenen. Een aantal zaken staat er niet in omdat ze geen deel uitmaken van de beheerstrategie. Het zijn zaken waarin enkel tussenbeide wordt gekomen als er echt geen andere keuze meer is. Zo staan zaken met betrekking tot ons sociale leven niet vermeld in de barometer omdat dat echt wel de laatste maatregelen zijn die zouden moeten worden genomen, net zoals maatregelen in het onderwijs. We doen eigenlijk alles om ervoor te zorgen dat het onderwijs kan openblijven.

 

Certains éléments ne se trouvent pas dans le baromètre parce qu'ils sont d'une autre nature. Je pense aux obligations relatives au télétravail et aux règles pour les activités commerciales, notamment. Pour être clair, les trois domaines repris dans le baromètre ne sont pas les seuls éléments d'ajustement; les éléments qui n'y sont pas repris peuvent également être adaptés.

 

En ce qui concerne la loi pandémie, une analyse de risques du Commissariat Corona estime que les critères cumulatifs sont toujours d'actualité et qu'une approche fédérale est donc toujours nécessaire. Par conséquent, le Comité de concertation a décidé de prolonger la situation de pandémie de trois mois, soit jusqu'au 28 avril.

 

Mijnheer De Roover, ik kom bij uw vraag over noodcapaciteit. Als men kijkt naar het terrein en naar de situatie waarmee het personeel wordt geconfronteerd, dan hebben we de voorbije twee jaar bijzonder veel flexibiliteit gevraagd van de sector. Als u zegt dat er een bijkomende vorm van flexibiliteit moet worden georganiseerd, dan is dat de voorbije twee jaar zo geweest. Hadden we die flexibiliteit in de sector niet gehad, waren we er nooit in geslaagd om de situatie onder controle te houden. De voorbije twee jaar zijn er nipte momenten geweest, maar we zijn er steeds in geslaagd om met onze ziekenhuiscapaciteit te voldoen aan de vragen op het gebied van COVID-19. Een aantal zorgen moest soms worden uitgesteld, dat is correct.

 

Als u pleit voor een soort evacuatiecapaciteit of expansievat, negeert u voor een deel dat zoiets is gebeurd. De voorbije maanden heeft men meermaals gebruik gemaakt van dat expansievat. Men heeft gevraagd aan mensen die niet continu op intensieve zorg werken, om dat toch te doen. Mensen hebben soms bijzonder zware uurroosters gehad, juist om dat te kunnen doen. Men kan moeilijk vragen dat er op intensieve zorg een soort van noodcapaciteit moet zijn, die enkel beschikbaar is in momenten van nood. Geen enkel land organiseert zich op die manier. Wel zorgt men ervoor dat mensen uit andere domeinen kunnen inspringen om, wanneer die capaciteit nodig is, ervoor te zorgen dat men die kan gebruiken. Het gaat over zeer gespecialiseerde kennis die nodig is, bijvoorbeeld mensen die ventilatoren kunnen besturen en organiseren. Men organiseert de arbeids­organisatie dan zo dat de gespecialiseerde kennis zo goed mogelijk wordt benut. Dat zijn zeer tijdelijke maatregelen, die bijzonder slopend zijn voor die mensen met gespecialiseerde kennis. Men maakt ook gebruik van wat men soms bestempelt als de makeshift medium care/high flow-methode. Die heeft ervoor gezorgd dat we op beslissende momenten de capaciteit met meer dan 10 % hebben kunnen uitbreiden, tot 2.200 mensen.

 

U pleit terecht voor een hogere instroom in de zorg. We stellen een hogere instroom vast in de Vlaamse betrokken onderwijsinstellingen, wat goed nieuws is, maar het vergt wel wat tijd.

 

Het duurt vijf jaar voor verpleegkundigen voldoende gevormd zijn en voldoende ervaring hebben om op de afdeling intensieve zorg te kunnen werken.

 

U spreekt ook over het verminderen van administratieve lasten en het boeken van efficiëntiewinsten. Ik denk dat er op het terrein al heel wat is gebeurd in de eerste lijn. In de tweede lijn is dat minder het geval volgens mij. Maar dat is ook niet waarover de ziekenhuizen klaagden. Hoewel we op dat gebied wel het een en ander moeten doen, denk ik niet dat het per se heel veel zal helpen op het vlak van het creëren van noodcapaciteit.

 

Als uw pleidooi tot doel heeft om lessons learned te bekijken, dan volg ik u absoluut. We zijn met een situatie geconfronteerd die uitzonderlijk was in de recente geschiedenis. Hoe uitzonderlijk precies, zal moeten blijken in de toekomst. Dat weten we nog niet. Dat we er lessen uit moeten trekken en moeten bekijken hoe we er in de toekomst beter mee kunnen omgaan, daarmee ben ik het absoluut eens.

 

Maar ik vind dat uw opinie precies bevestigt dat het nodig is om dat tot in de details te bestuderen en er gedetailleerde lessen uit te trekken, alvorens voorstellen uit te werken.

 

06.04  Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de premier, het is volledig terecht dat u voorzichtig omspringt met cijfers, maar ik neem aan dat u het met me eens zult zijn dat maatregelen ook schade berokkenen. Men moet dus niet zoveel mogelijk maatregelen nemen om het allerergste te vermijden, want dan creëert men andere erge situaties. Voor die schade moet zeker ook voldoende aandacht zijn.

 

U geeft flarden van een antwoord. Dat is al een beetje meer dan waartoe ik de minister van Volksgezondheid heb kunnen verleiden. Wat dat betreft, maken we vooruitgang. Maar het is inderdaad waar dat wij al lang aandringen. Zo hebben collega's Depoorter en Gijbels bijvoorbeeld de parlementaire hemel en aarde moeten bewegen om de buddyregeling te verlengen of opnieuw in te schakelen.

 

Die regeling was een daadwerkelijke hulp in het betere en gespecialiseerde gebruik van personeel. Dat brengt ons inderdaad tot de vraag naar die evaluatie. U sprak over de grote flexibiliteit van het zorgpersoneel. Ik wil die niet in twijfel trekken. Integendeel, ik wil er hulde aan brengen. De vraag is echter welke lessen daaruit geleerd zijn. Werden er draaiboeken opgesteld? Werd de informatie gebundeld? Zijn die lessen vandaag omgezet in draaiboeken die morgen eventueel kunnen worden gebruikt? Dat is meer dan de flarden die te maken hebben met initiatieven van ziekenhuizen zelf die, à la guerre comme à la guerre, ongelooflijke inspanningen hebben geleverd om met die overvloed om te kunnen. Waar is de bundeling van die ervaring die in specifieke omstandigheden werd opgedaan? Dat is de essentie van onze vraag.

 

Ik denk dat het Parlement kennis mag nemen van die informatie en de lessen die de regering daaruit getrokken heeft. Immers, wanneer zorg voor zwaar zorgbehoevende mensen moet worden uitgesteld, dan faalt het regeringsbeleid. Ik mag hopen, tegen de achtergrond van uw inleiding, dat de omikronvariant toch het goede nieuws in zich draagt dat het misschien ook wel een gratis vaccin is, waarmee het een onderdeel wordt in de beheersing van de coronacrisis.

 

06.05  Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur le premier ministre, je vous remercie pour votre réponse. Je vous ai entendu plaider pour tirer des leçons et, en même temps, vous nous dites que le Comité de concertation compte maintenir la situation d'urgence, ce qui signifie le maintien de la loi pandémie. Je ne comprends pas que vous ne tiriez pas les leçons du recours à la loi pandémie qui est une manière de déposséder le Parlement de son droit de débattre des mesures et de trouver des solutions, puisque le Codeco n'en trouve pas. La preuve en a été faite avec la remise en cause par le Conseil d'État de la décision prise au niveau culturel. Vous ne tirez pas les leçons. Vous dites que vous plaidez pour cela mais vous ne le faites pas.

 

Vous ne tirez pas non plus les leçons en termes de mesures à prendre. Quand le GEMS vous recommande de rendre les autotests gratuits, vous décidez de ne pas le faire. Quelles leçons tirez-vous de votre gestion de la crise? Vous continuez à maintenir une politique qui divise, qui polarise dans la population: discrimination avec les CST, hypothèse de pass vaccinal et on évoque même la vaccination obligatoire. Maintenant, on va attraper les gens par la force pour les faire vacciner.

 

Quand vous dites plaider pour tirer des leçons, je ne vois pas lesquelles. Vous ne dressez pas un bilan indiquant que la gestion dans son ensemble ne répond pas à la situation; on continue dans un fonctionnement de fermetures et d'ouvertures successives sans mettre en place une réelle politique de prévention. Vous poussez les gens à se faire vacciner avec une troisième, voire même une quatrième dose. Par contre, vous ne plaidez pas pour lever les brevets sur les vaccins afin de faciliter la vaccination dans les pays du Sud d'où proviennent les variants. Je ne comprends donc pas votre logique et je ne comprends pas quand vous dites que vous allez tirer des leçons. Quelles leçons tirez-vous quand vous poursuivez une politique polarisante, inefficace et antidémocratique?

 

06.06  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, mijn excuses, ik was te laat om mijn vraag te stellen, maar ik wil wel repliceren op uw antwoord, want ik ben toch een beetje teleurgesteld. U geeft flarden van een oplossing, maar geen visie. Dat is echt een probleem tijdens deze crisis.

 

De organisatie van de zorg moet worden aangepakt. Ik verwacht van een eerste minister dat hij daaraan werkt. U verwijst naar de eerste lijn, er zijn kleine ingrepen gebeurd. Er is echter nog steeds geen grondige debriefing gebeurd met betrekking tot de tweede lijn.

 

U komt ook niet met voorstellen. Ik zal concreet zijn. Er is het toekomstfonds van de gezondheidszorg, met 1,8 miljard euro. De regering krijgt daarvoor een opbrengst van 45 miljoen euro per jaar. Vroeger werd dat geld opnieuw geïnvesteerd in dat fonds, nu haalt u de middelen eruit en komt het in de grote pot.

 

Waarom komt u hier niet met concrete voorstellen met betrekking tot het begeleiden van afgestudeerde verpleegkundigen en zorg­kundigen, die hun carrière in de zorg starten? Mijnheer de eerste minister, u zei daarnet dat er meer instroom is in de opleiding. Het grootste probleem is echter dat mensen die hun carrière in de zorg starten, tussen maand 3 en maand 6 van hun carrière afhaken. Als u daar middelen inzet, kunt u die mensen on track houden, dan kunt u die mensen aan het bed van de patiënt houden. Dat is essentieel.

 

Dan is er de thuiszorg. U verwees naar de eerste lijn. Ik neem als voorbeeld de psychiatrische thuiszorg. We zijn allemaal bezorgd om het mentale welzijn van onze burgers, na al die toch wel heel beperkende coronamaatregelen. De psychiatrische thuiszorg heeft twee nomen­claturen. Het is onmogelijk om een visie te ontwikkelen op basis van twee nomenclaturen. En de noden zijn gigantisch hoog.

 

Doe iets met de middelen die vrijkomen. Stop ze niet in de grote pot, maar koppel er acties aan. Met die acties zult u minstens de lessen die u wenst te trekken kunnen uitvoeren, want dat is het allerbelangrijkste.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Vraag van Koen Metsu aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Een gezamenlijk statement tegen genocide op jezidi’s" (55023174C)

07 Question de Koen Metsu à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La déclaration conjointe contre le génocide des yézidis" (55023174C)

 

07.01  Koen Metsu (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, in een gezamenlijk statement spreken heel veel regeringen van Europese maar ook niet-Europese landen zich uit over de genocide op de jezidiminderheid. Dat is uiteraard een prachtig gebaar, dat door de jezidi's als een duw in de rug wordt ervaren. Het statement is ondertekend door onder andere Albanië, Armenië, Australië, Kroatië, Denemarken, Estland, Georgië, Hongarije, Letland, Litouwen, Nederland, Polen Slovakije, Slovenië, Malta, Zweden, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

 

Het valt me op dat de opvallende afwezige in het statement België is. Nochtans werd enkele maanden geleden een resolutie over de genocide tegen de jezidi's, die ik zelf mee mocht schrijven, unaniem goedgekeurd door de Kamer van volksvertegenwoordigers. Dat impliceert ook dat België de genocide zou moeten erkennen en internationaal veroordelen.

 

Mijnheer de eerste minister, mijn vragen zijn veeleer eenvoudig.

 

Ten eerste, waarom ondertekende u het statement niet?

 

Ten tweede, welke concrete actie ondernam de regering reeds na onze resolutie, die unaniem en Kamerbreed werd goedgekeurd?

 

07.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Metsu, voor zover ik heb kunnen nagaan, is het statement waarnaar u verwijst het statement van de International Religious Freedom or Belief Alliance, die een grote bezorgdheid uitspreekt over het feit dat in de streek waar Daesh opereert, duizenden jezidivrouwen en -kinderen nog steeds worden vermist.

 

De International Religious Freedom or Belief Alliance is een groep van like-minded landen, waartoe België op dit moment niet behoort. Om die reden werd het statement dus ook niet aan ons land voorgelegd. Uiteraard kan ik me vinden in de veroordeling van het verdwijnen van zovele jezidivrouwen en -kinderen.

 

Voor de opvolging van de resolutie waarover u spreekt en die door de Kamer is goedgekeurd, verwijs ik u naar de minister van Buitenlandse Zaken, die ter zake bevoegd is.

 

07.03  Koen Metsu (N-VA): Nederland is wel lid van die Belief Alliance. Het is misschien aangewezen na te gaan of het niet zinvol zou zijn om daar ook deel van uit te maken. Op zijn minst moeten we toch de vraag stellen of wij dit statement mee kunnen ondertekenen, of zelf met een krachtdadig statement komen.

 

Wat de jezidi's en IS betreft, blijkt het een moeilijk gegeven te zijn. Ik word van Justitie naar BuZa en vervolgens naar u verwezen. Ik zal dus de vragen voorleggen aan minister Wilmès.

 

Bij deze alvast mijn pleidooi om met een krachtig statement te komen. De jezidi's verdienen dat en verwachten dat overigens ook van ons.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

08 Questions jointes de

- Nabil Boukili à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La décision de participer au "sommet pour la démocratie"" (55023302C)

- Steven De Vuyst à Sophie Wilmès (VPM Affaires étrangères et européennes) sur "La décision de participer au Sommet pour la démocratie" (55023315C)

08 Samengevoegde vragen van

- Nabil Boukili aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De beslissing om deel te nemen aan de 'Top voor Democratie'" (55023302C)

- Steven De Vuyst aan Sophie Wilmès (VEM Buitenlandse en Europese Zaken) over "Het besluit om deel te nemen aan de "Summit For Democracy"" (55023315C)

 

08.01  Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur le premier ministre, votre gouvernement avait décidé de participer, les 8 et 9 décembre, au soi-disant sommet des démocraties organisé par les États-Unis et qui s’est avéré être un spectacle cynique, qui pose beaucoup de questions. La première: comment avez-vous décidé de participer à ce genre de sommet sans discussion préalable à ce sujet au sein de ce Parlement?

 

Ensuite, est-ce bien aux États-Unis d’organiser un sommet des démocraties, connaissant leur propre histoire? En effet, ils ont soutenu différents coups d'État. On peut parler du Chili ou du Honduras, pour ne pas citer les 80 autres pays qui ont été déstabilisés de manière assez importante. On peut évoquer Guantanamo et toutes les mesures antidémocratiques aux USA, qui prétendent aujourd'hui organiser un sommet des démocraties.

 

Monsieur le premier ministre, quelle définition de la démocratie a-t-elle présidé au choix des participants à ce sommet? Parmi les 193 États membres de l’ONU, seuls 97 ont été invités à y assister. Nous avons vu passer, par exemple, Jair Bolsonaro et les gouvernements de la Colombie et d’Israël. Ce ne sont pas exactement des exemples de démocratie. Même des non-membres de l’ONU comme le Kosovo et Taiwan étaient invités, ainsi qu’une figure comme Juan Guaidó, qui ne représente ni le gouvernement élu, ni même l’opposition du Venezuela.

 

La démocratie est-elle donc définie selon le soutien ou non des intérêts US? Est-ce cela la vision de la démocratie défendue à ce sommet? Monsieur le premier ministre, j'aimerais obtenir quelques explications à ce sujet.

 

08.02  Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur le député, j'ai écouté votre question qui ressemble quelque peu à un pamphlet politique. Il n'est pas interdit d'en faire, mais il est évident que votre définition de la démocratie et la mienne sont clairement opposées.

 

Il est vrai qu'à ce sommet organisé par le président Biden, tous les pays invités n'étaient pas des démocraties parfaites. Dialoguer uniquement avec des gens qui ont les mêmes opinions que les vôtres peut être facile mais cela ne mène pas à grand chose. La vraie valeur, c'est de mener une discussion avec des gens qui ont des points de vue différents des nôtres, mais avec qui il est possible de s'écouter mutuellement. C'est là toute la valeur du multilatéralisme. Peut-être en avez-vous une vision différente, mais c'était le point de départ de ce sommet.

 

Cette très longue liste de pays exprime clairement la valeur accordée à la démocratie. Nous pouvons apprendre des choses les uns des autres pour pouvoir avancer. Il est vrai qu'un certain nombre de pays n'étaient pas invités: Cuba, le Nicaragua, la Bolivie, la Chine, la Russie, l'Éthiopie, le Vietnam, etc. J'espère que, pour vous, ce ne sont pas ces pays-là qui répondent aux critères de pays démocratiques et avec lesquels il faudrait parler pour essayer d'apprendre comment ils gèrent la démocratie. Je pense que c'est juste le contraire.

 

Je suis fier que notre pays ait été invité et ait participé à ce sommet. On y a aussi annoncé des actions concrètes au niveau national et international, par exemple le fait qu'en Belgique on travaille sur l'âge requis pour voter aux élections européennes, qui serait abaissé à 16 ans. Autre exemple: nous travaillons avec des plates-formes de participation quand nous menons une réflexion sur le futur de l'Europe. Au niveau international, la coopération belge investit des moyens pour que l'espace public devienne plus stable dans les pays avec lesquels nous travaillons. Nous finançons des ONG qui se préoccupent des droits de l'homme et la Belgique est également candidate pour un nouveau mandat au Conseil des droits de l'homme au sein des Nations Unies. Oui, je pense que notre pays a clairement une histoire à écrire, dans la promotion de la démocratie dans le monde. Nous avons clairement une voix et nous devons l'utiliser.

 

Notre préoccupation en termes de développement de la démocratie dans le monde est clairement justifiée, au regard de la situation internationale, mais aussi de la situation dans notre propre pays.

 

08.03  Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur le premier ministre, vos propos sont quelque peu contradictoires. D'un côté, vous dites que certains pays qui ne sont pas des modèles de démocratie étaient invités à ce sommet, qu'il faut pouvoir discuter avec tout le monde, que c'est une question de multilatéralisme et que les désaccords ne doivent pas empêcher la discussion. De l'autre, vous excluez certains pays, estimant qu'une discussion avec eux est impossible. Bizarrement, ces derniers sont également bannis par les États-Unis. Dès lors, je m'interroge quant à votre libre arbitre.

 

Parmi les pays ayant participé à ce sommet se trouve la Colombie. Considérez-vous que ce pays soit un bon exemple de démocratie? Je rappelle que, chaque semaine, des dizaines de personnes (activistes, syndicalistes, militants politiques) y sont assassinées. Trouvez-vous cela normal?

 

Aux Etats-Unis, qui prétendent être les leaders de ce sommet, se trouve le camp de Guantanamo où des détenus sont emprisonnés et torturés sans aucun procès. Trouvez-vous cette façon de faire démocratique? Trouvez-vous normal qu'un ancien lanceur d'alerte comme Julian Assange soit aujourd'hui accusé d'espionnage et encoure 175 ans de prison? Estimez-vous cela démocratique? Est-ce cela votre modèle?

 

Monsieur le premier ministre, je vous rejoins sur un point: nous n'avons pas la même vision de la démocratie ni du multilatéralisme. En effet, votre vision du multilatéralisme est celle des États-Unis. Autrement dit, vous êtes d'accord avec les pays qui partagent la position des Américains et pas avec les autres.

 

Je me demande si vous avez votre propre vision de la démocratie ou si vous calquez votre politique sur celle des Américains. Au regard de notre participation à ce sommet et de la réponse que vous venez de me donner, j'ai le sentiment que ce sont les États-Unis qui déterminent pour nous ce qui est démocratique et ce qui ne l'est pas.

 

Monsieur le premier ministre, je me demande quelle fierté vous pouvez retirer de cette situation.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Vraag van Peter De Roover aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De afbrokkelende cohesie binnen de meerderheid" (55023335C)

09 Question de Peter De Roover à Alexander De Croo (premier ministre) sur "L'effritement de la cohésion au sein de la majorité" (55023335C)

 

09.01  Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de eerste minister, het is alsof de duivel of het lot ermee gemoeid is. Het is al even geleden dat ik deze vraag heb ingediend, maar gisteren verscheen in de pers het bericht dat u op zoek bent naar een Kumbayamoment. Dat bevestigt de strekking van mijn vraag toch wel, met name dat uw regering te kampen heeft met een steeds verder afbrokkelende cohesie.

 

Men zou gisterenavond op een geheime locatie zijn samengekomen. Allemaal erg spannend natuurlijk. Ministers werden gevraagd om discreet te zijn. U wilt cohesie in de regering, maar u hebt natuurlijk ook de nieuwjaarstoespraken gehoord. Die wezen daar niet echt op.

 

U kent de problemen, we kunnen er overal over lezen. Ze werden gisteren blijkbaar ook besproken, namelijk de fiscale hervorming, de pensioenen – dat zou voor 1 september zijn, u herinnert zich wat daarmee gebeurd is –, het werk- en activeringsbeleid – zelfs mevrouw Crevits stelt vast dat er niets gebeurt –, de kernuitstap – die naar ik vermoed wordt uitgesteld tot de kerncentrales stilvallen – en tot slot de problematiek van de energieprijzen en de manier waarop de bevolking daarin wordt gesteund, zowel de mensen met een lager inkomen als de middenklasse. Het zijn allemaal punten waarover uw regering een ernstig gebrek aan eensgezindheid vertoont.

 

Aangezien er tot op heden nog geen tegenstrijdige tweets over de bijeenkomst van gisteren zijn verschenen, moet ik besluiten dat er niets is afgesproken, dat er niets is gebeurd. Anders zou dat ongetwijfeld via Twitter al tot het brede publiek zijn doorgedrongen.

 

Kunt u bevestigen dat u gisteren bent samen­gekomen? Wat stond er op de agenda? Wat waren de resultaten van de bespreking? Hoe komt het dat er op Twitter nog niets over is verschenen?

 

09.02 Eerste minister Alexander De Croo: Misschien moet u wat er in de kranten staat niet altijd zo letterlijk nemen. Het lijkt me normaal dat leden van het kernkabinet elkaar op zeer regelmatige basis zien en spreken. Dat was ongetwijfeld ook zo bij de regeringen waaraan u hebt deelgenomen. U weet ook zeer goed dat het kernkabinet een informeel orgaan is dat de beslissingen voorbereidt die vervolgens binnen de ministerraad worden genomen.

 

Het klopt dus dat de leden van het kernkabinet elkaar gisteren hebben gesproken. Dat gebeurde absoluut niet op een geheime locatie, het was een locatie in Brussel die het mogelijk maakte om het eens op een andere plaats te doen dan in de Wetstraat 16. De besprekingen die plaatsvonden zijn de typische besprekingen binnen het kernkabinet, namelijk welke zijn de actuele problemen, hoe plannen we en hoe volgen we de verschillende dossiers op?

 

09.03  Peter De Roover (N-VA): Verandering van spijs doet eten. Dat oude Vlaamse spreekwoord zette u er blijkbaar toe aan om eens Thais of weet ik veel wat te gaan eten.

 

Ik begrijp dat u geen omstandig overzicht geeft van wat er gisteren allemaal is besproken, maar iets zegt mij dat u daar, als u ook maar enige vooruitgang zou hebben geboekt, niet al te veel geheimhouding over zou verzekeren in het Parlement. Er is bijvoorbeeld gezegd dat er nog deze week een plan voor de pensioenhervorming komt. Ik kan me moeilijk voorstellen dat dit gisteren tussen de soep en de patatten niet aan bod is gekomen.

 

Uw discretie – laten we het zo noemen – zegt veel over de resultaten die u hebt geboekt. Er zal wellicht nog geen Kumbaya zijn gezongen. We blijven in blijde verwachting van iets wat een beleid kan worden genoemd.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

10 Questions jointes de

- Patrick Prévot à Mathieu Michel (Digitalisation, Simplification administrative, Protection de la vie privée et Régie des Bâtiments) sur "Les risques du Log4Shell" (55023387C)

- Michael Freilich à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Log4Shell" (55024275C)

10 Samengevoegde vragen van

- Patrick Prévot aan Mathieu Michel (Digitalisering, Administratieve Vereenvoudiging, Privacy en Regie der Gebouwen) over "De gevaren van de Log4Shell-kwetsbaarheid" (55023387C)

- Michael Freilich aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Log4Shell" (55024275C)

 

10.01  Patrick Prévot (PS): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, la piraterie informatique n’a de cesse d’innover et le monde politique se doit de suivre au même rythme pour éviter des attaques aux ampleurs parfois considérables.

 

Ainsi, début décembre, des chercheurs en informatique ont alerté publiquement sur une faille gravissime qui touche Apache Log4j, une bibliothèque Java particulièrement répandue. Cette vulnérabilité permet d’exécuter du code à distance sans authentification et d’accéder aux serveurs concernés. Il s'agit d'une faille rêvée pour des opérateurs de ransomware qui peuvent voler des données personnelles, empêcher un site ou une application de fonctionner, paralyser des systèmes pour ensuite demander une rançon, etc.

 

Pour vulgariser, les chercheurs informatiques ont expliqué que c’était comme si un cambrioleur détenait la clé de votre domicile et pouvait y rentrer à sa guise.

 

Pour faire face à cette menace, les gouvernements canadiens et québécois ont choisi de fermer préventivement près de 4 000 sites. Je m’interroge sur la position de la Belgique pour contrer ce risque de piraterie.

 

La ministre de la Défense s'est exprimée à huis clos sur ce sujet. Elle a rappelé la priorité qui était la sienne pour sécuriser davantage la Défense.

 

Monsieur le premier ministre, pouvez-vous citer le nombre de sous-services institutionnels qui utilisent des bibliothèques Log4j? Avez-vous eu des contacts avec le Centre pour la Cybersécurité Belgique (CCB) concernant les risques que représente le Log4Shell? Est-il question de fermer préventivement des sites internet? Si tel était le cas, quels sites principaux seraient-ils visés par cette fermeture?

 

10.02  Michael Freilich (N-VA): Mijnheer de eerste minister, op 16 december werd Defensie getroffen door een cyberaanval. Het goede nieuws is dat Defensie op tijd heeft gezien dat er iemand in haar netwerk inbrak, het slechte nieuws is dat het Belgische leger naar mijn weten het enige in de westerse wereld is waarvan bekend is dat hackers via Log4Shell zijn binnengedrongen. Geen enkel ander leger, geen enkele andere staat heeft bekendgemaakt dat men van die vulnerability heeft gebruikgemaakt.

 

Dat brengt me tot de mogelijke daders. Men spreekt over Rusland, China, Iran en Noord-Korea. Bent u als minister bevoegd voor cybersecurity nagegaan welke andere mogelijke doelwitten in ons land op het niveau van de overheid het slachtoffer zijn geworden? Zijn er systematische screenings gebeurd of heeft men dat enkel bij Defensie zo snel opgemerkt omdat men daar over een gespecialiseerde dienst beschikt? Ik zou verwachten dat men een crisiscel heeft opgericht om bij elke overheidsdienst te controleren of die wel of niet het slachtoffer werd.

 

Is de vulnerability bij alle diensten gepatcht opdat aanvallers niet meer binnen zouden kunnen geraken? Wie houdt dat allemaal bij en wie controleert dat? Is elke overheidsdienst of elk ministerie zelf verantwoordelijk voor zijn cybersecurity of kijkt u daarop toe als minister bevoegd voor cybersecurity? Welke lessen kunnen we hieruit trekken en welke maatregelen zullen we nog nemen?

 

10.03  Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur le président, chers collègues, la prétendue vulnérabilité Log4Shell a été découverte dans un logiciel utilisé par un développeur pour la journalisation des données. La vulnérabilité permet aux attaquants d'exécuter du code à distance et ainsi d'abuser du privilège du serveur web distant.

 

En raison de son potentiel d'exploitation généralisée et de la facilité avec laquelle les attaquants malveillants peuvent l'utiliser, cette vulnérabilité a reçu le niveau d'importance le plus élevé. Le 6 décembre 2021, l'organisation qui gère le logiciel a publié un patch pour corriger la principale vulnérabilité. Le problème est devenu connu dans la communauté de la cybersécurité, le 10 décembre 2021. Les nouveaux patchs ont suivi les 13, 17 et 28 décembre 2021 pour corriger des vulnérabilités supplémentaires.

 

Immédiatement après l'annonce publique de la vulnérabilité, le CCB a pris plusieurs mesures pour informer les acteurs potentiellement exposés, tant dans le secteur public que privé, des risques encourus et les conseiller sur les mesures à prendre pour y faire face.

 

Reeds op 10 december stuurde het CCB de eerste waarschuwing uit via zijn Early Warning System en publiceerde het een waarschuwing op zijn website en sociale media en op cert.be.

 

Gedurende het weekend en de daaropvolgende dagen heeft het CCB, ten eerste, de dreiging opgevolgd, ten tweede, adviezen permanent aangepast wanneer nieuwe softwarepatches beschikbaar werden, ten derde, meerdere waarschuwingen uitgestuurd via de socialemedia­kanalen, ten vierde, bijkomende gerichte waarschuwingsberichten verstuurd waar het nodig was, en, ten slotte ook een algemeen persbericht gepubliceerd.

 

Le 16 décembre, le Centre pour la Cybersécurité Belgique a également organisé un webinaire en ligne pour expliquer la situation plus en détail. Ce webinaire a été visionné par plus de 700 utilisateurs. En parallèle, le CCB a échangé en permanence des informations avec des partenaires du secteur privé au sujet des éventuelles conséquences pour la vulnérabilité des infrastructures belges. Aucun site web n'a été fermé à titre préventif.

 

Enfin, à l'échelle européenne, le CCB participe à la coordination de la situation via le réseau CSIRT.

 

Elke overheidsinstelling is zelf verantwoordelijk voor de veiligheid van haar systeem. Het CCB voerde wel een internetkwetsbaarheidsscan uit op bekende publieke IP-adressen van de federale overheid. De uitgevoerde scan is op zich niet voldoende om de kwetsbaarheid uit te sluiten. Het is bijgevolg cruciaal dat de overheidsinstellingen hun internetsystemen en interne systemen verder testen op de aanwezigheid van de kwetsbaarheid. Dat kan via de publieke tools en methodes die beschreven worden in de richtlijnen die ook door het CCB werden uitgestuurd.

 

Er werden bij het CCB geen meldingen van incidenten met significante schade ten gevolge van de kwetsbaarheid gedaan, op het incident bij het ministerie van Defensie na. Defensie heeft het incident intern behandeld. Het CERT heeft conform het cybernoodplan een nationaal incident uitgeroepen om de informatie met alle betrokken veiligheidsdiensten te kunnen delen. Technische indicatoren vanuit het onderzoek werden geanonimiseerd en door het CCB gedeeld met zijn stakeholders via het Early Warning System.

 

Voor het incident bij Defensie kan er vandaag nog geen uitsluitsel gegeven worden over potentiële daders of het doel van de aanval. Nader onderzoek zal dat moeten uitwijzen. Een formele attributie in cyberspace is over het algemeen een zeer moeilijke en jammer genoeg soms onmogelijke taak.

 

10.04  Patrick Prévot (PS): Monsieur le premier ministre, je vous remercie pour votre réponse complète et pour être revenu sur l'historique de cette cyberattaque ainsi que sur les réponses apportées systématiquement par les différents services.

 

Vous avez rappelé que malgré cette cyberattaque, aucun site web n'avait été fermé à titre préventif. Vous avez rappelé également que chaque institution publique était responsable de la situation de la sécurité de son système. J'entends par là que vous encouragez chaque institution à rester vigilante.

 

Du côté de la Défense, j'ai entendu la ministre Ludivine Dedonder signaler qu'elle allait mettre l'accent sur le renforcement des capacités cyber au sein du Service Général du Renseignement et de la Sécurité (SGRS). Elle a ajouté qu'elle prévoyait la mise en place d'un cybercommandement, au plus tard pour la fin 2022, afin de permettre de garantir le renforcement des missions du SGRS dans le cyberespace, d'assurer le développement des capacités cybernétiques et d'initier des innovations dans le domaine cyber à la Défense. Ceci devrait consolider de manière assez importante notre espace web, ce qui est de nature à nous rassurer davantage.

 

10.05  Michael Freilich (N-VA): Mijnheer de premier, dank u voor uw antwoorden. U hebt me eigenlijk niet gerustgesteld. Wat ik nu begrepen heb, is dat elke overheidsdienst voor de eigen veiligheid instaat. Maar ik hoef u toch niet te herhalen dat bijvoorbeeld de FOD Economie of de FOD Financiën niet over dezelfde cybercapaciteit beschikt als bijvoorbeeld het Belgische leger? Hun verschillende servers zullen waarschijnlijk gebruikmaken van het Log4j-programma. Een IP-scan door het CERT of het CCB volstaat natuurlijk niet, omdat daarmee iets totaal anders wordt opgespoord.

 

Ik had dus toch een krachtigere strategie verwacht, waarbij u op z'n minst, als minister bevoegd voor cyberveiligheid over alle departementen heen, alsnog experten naar elk departement zou sturen om een duidelijke scan te maken van hun systeem, nu bekend is dat hackers het op ons land gemunt hebben. Ik verwacht meer actie van u. Verschillende cyberexperts waarschuwen dat we geluk hadden omdat het leger op de cyberaanval is uitgekomen; bij andere diensten is dat niet het geval. We moeten waakzaam blijven. Ik reken op u.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Le président: La question n° 55023435C de M. Josy Arens est transformée en question écrite.

 

11 Questions jointes de

- Christophe Lacroix à Sophie Wilmès (VPM Affaires étrangères et européennes) sur "Le rapatriement de la dépouille de Patrice Lumumba en RDC" (55023474C)

- Malik Ben Achour à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Le rapatriement de la relique de Patrice Lumumba en RDC" (55024353C)

11 Samengevoegde vragen van

- Christophe Lacroix aan Sophie Wilmès (VEM Buitenlandse en Europese Zaken) over "De repatriëring van de stoffelijke resten van Patrice Lumumba naar de DRC" (55023474C)

- Malik Ben Achour aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De repatriëring van de reliek van Patrice Lumumba naar de DRC" (55024353C)

 

11.01  Malik Ben Achour (PS): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, je signale d'emblée que ma question date d'il y a plusieurs mois.

 

D'après nos informations, la cérémonie prévue pour le rapatriement de la relique de Patrice Lumumba aurait à nouveau été reportée.

 

Le "dernier voyage" devrait être précédé d'une cérémonie solennelle à Bruxelles à laquelle devrait assister le procureur fédéral.

 

Une carte blanche craignant une absence de prise de responsabilité de la Belgique et une absence de discours officiel est sortie en ce sens fin mai 2021.

 

Une cérémonie, autour de la date du 30 juin 2022, devrait également être organisée à Kinshasa. Une invitation officielle au roi Philippe aurait été adressée au gouvernement.

 

Monsieur le premier ministre, confirmez-vous ces informations? À quelle date la cérémonie sera-t-elle reportée? Où en sommes-nous dans la préparation de cet "hommage" à Bruxelles? Les membres de la commission Congo y seront-ils associés? Qui représentera la Belgique à cette cérémonie? Les entités fédérées et le Parlement y seront-ils associés? Un discours est-il prévu? Si oui, qui le prononcera et que contiendra-t-il?

 

11.02  Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur le président, monsieur Ben Achour, la cérémonie de la restitution de la dépouille de Patrice Lumumba à sa famille avait été planifiée, à la demande des autorités congolaises, le 8 janvier 2022. J'avais prévu d'y prendre la parole lors d'un hommage officiel du gouvernement dans la foulée de la restitution de la dépouille par le pouvoir judiciaire. Des hommages étaient ensuite prévus en Belgique par les autorités congolaises avec le rapatriement et de nouveaux hommages en RDC.

 

À la demande des autorités congolaises, quelques jours avant la cérémonie, celle-ci a de nouveau été reportée. Nous nous concertons avec la famille de M. Lumumba ainsi qu'avec les autorités congolaises pour trouver une nouvelle date pour la remise officielle de la dépouille.

 

11.03  Malik Ben Achour (PS): Monsieur le premier ministre, je vous remercie pour votre réponse.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

Le président: La question n° 55023535C de Mme Kattrin Jadin est transformée en question écrite.

 

12 Questions jointes de

- Thierry Warmoes à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les prix de l'énergie, leur accessibilité et la précarité énergétique" (55023585C)

- Raoul Hedebouw à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les prix de l'énergie, leur accessibilité et la précarité énergétique" (55023586C)

- Raoul Hedebouw à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les prix de l'énergie" (55024043C)

- Raoul Hedebouw à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les mesures visant à alléger les factures énergétiques" (55024311C)

- Thierry Warmoes à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les mesures visant à alléger les factures énergétiques" (55024312C)

- Sofie Merckx à Alexander De Croo (premier ministre) sur "L'absence de mesures destinées à réduire la facture énergétique" (55024412C)

12 Samengevoegde vragen van

- Thierry Warmoes aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De energieprijzen, de betaalbaarheid en de energiearmoede" (55023585C)

- Raoul Hedebouw aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De energieprijzen, de betaalbaarheid en de energiearmoede" (55023586C)

- Raoul Hedebouw aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De energieprijzen" (55024043C)

- Raoul Hedebouw aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De maatregelen voor het verlagen van de energiefactuur" (55024311C)

- Thierry Warmoes aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De maatregelen voor het verlagen van de energiefactuur" (55024312C)

- Sofie Merckx aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het uitblijven van maatregelen om de energiefactuur te verlagen" (55024412C)

 

12.01  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de premier, op 10 januari kondigde de heer Van Peteghem aan dat hij te vinden was voor een verlaging van de btw op energie van 21 % naar 6 %. We verheugen ons erover dat er onder druk van de mobilisatie daadwerkelijk beweging komt in dit dossier. De PVDA heeft liefst 300.000 handtekeningen opgehaald, maar ook verenigingen uit het middenveld, zoals vakbonden enzovoort, hebben zich daarvoor ingezet.

 

Intussen wachten we reeds twee weken op een beslissing van de regering. Het is blijkbaar moeilijk om een akkoord hierover te vinden, hoewel dat toch dringend is. Het is bar koud en veel mensen hebben het moeilijk en kunnen de verwarming niet opzetten. Er moet dus echt werk worden gemaakt van een verlaging van de btw.

 

Als we de media mogen geloven, zou in de regering alleen uw partij, Open Vld, het voorstel nog steeds niet genegen zijn. Alle overige partijen zouden inmiddels wel te vinden zijn voor een verlaging van de btw van 21 % naar 6 %. 

 

Wanneer komt er eventueel een akkoord daarover? Wordt in het akkoord ook voorzien dat de kosten die de overheid oploopt in geval van een btw-verlaging gecompenseerd worden door diegenen te taxeren die momenteel enorme overwinsten boeken? Ik denk daarbij uiteraard aan ENGIE Electrabel, dat momenteel zijn elektriciteit aan torenhoge prijzen kan verkopen en dus overwinsten maakt. Wij hebben die overwinst becijferd op ongeveer 2,6 miljard in de komende jaren. De ministers zouden zich over die overwinst buigen. Kunt u dat cijfer bevestigen en maakt u daar werk van? Ik las in de krant dat de regering zich momenteel erover beraadt om eventueel een taxshift door te voeren ter compensatie van de verlaging van de btw. Kunt u dat toelichten?  

 

12.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw Merckx, zoals ik meermaals in het Parlement heb aangegeven, zijn wij ons zeer bewust van het feit dat de kosten van energie drukken op de gezinnen en de bedrijven.

 

Ik heb de voorbije twee weken in de plenaire vergadering aangegeven welke de criteria zijn inzake maatregelen die reeds genomen zijn en maatregelen die wij zouden kunnen nemen. Ten eerste, ze moeten tijdelijk zijn, ten tweede, ze moeten gericht zijn op degenen die het meest moeite hebben om hun facturen te betalen, en, ten derde, we moeten ook kijken naar de duurzaamheid van de overheidsfinanciën.

 

Comme je l'ai déjà expliqué, le gouvernement n'a pas attendu pour agir. Des mesures ont ainsi été prises par rapport au tarif social utilisé par 20 % de la population avec un avantage réel de 720 euros sur la facture. Ce n'est quand même pas négligeable!

 

De totaliteit van de maatregelen genomen door de federale regering tot nu toe gaat over meer dan 700 miljoen euro, boven op mechanismen die ook een impact hebben, met name de indexering. Dat systeem van automatische indexering werkt. Mensen zien dat er een indexering is van hun loon en van de uitkering die ze krijgen. Over bijkomende maatregelen werken de ministers van Energie en Financiën, die een coördinerende rol spelen, verschillende denksporen uit. De enige reden waarom er nog geen beslissing genomen is, is omdat dit nogal technische materie is, waarbij het snel gaat om zeer grote bedragen. Het lijkt me dan ook zeer logisch dat de voorstellen zeer in detail worden uitgewerkt om te vermijden dat er engagementen worden genomen die misschien ongewilde effecten hebben. Het is begrijpelijk dat mensen snel antwoorden verwachten. Het is dan ook aan ons om daar zo snel mogelijk een antwoord op te geven.

 

De CREG is bezig met een analyse van de overwinsten. Er bestaat vandaag namelijk al de nucleaire rente, bijvoorbeeld. Het is bovendien te simpel om te beweren dat deze bedrijven nu extra winst maken omdat ze hun energie kunnen verkopen aan hogere prijzen. De meeste energie die bijvoorbeeld door nucleaire centrales wordt geproduceerd, wordt immers verkocht op basis van langetermijncontracten, waar de prijs al veel vroeger bepaald is. Het gaat trouwens niet enkel om één bepaalde producent. Op de markt in België zijn verschillende producenten actief, ook bijvoorbeeld producenten die enkel actief zijn op het gebied van hernieuwbare energie. De regering is bezig om de verschillende opties te bekijken.

 

Uw pleidooi waarin u aanhaalt dat de regering niets doet en geen beslissingen heeft genomen, wil ik toch weerleggen. De beslissingen over het sociaal tarief zijn beslissingen die intussen bijna een jaar geleden genomen zijn en die bij de groep waar de impact het grootste is, namelijk de gebruikers van het sociaal tarief, een zeer doortastende impact hebben. Het gaat om een tussenkomst van meer dan 700 euro. In vergelijking met andere landen nemen we zeer vergaande maatregelen voor die groep. Dat sluit natuurlijk niet uit dat bijkomende maatregelen genomen zouden kunnen worden. Die moeten echter eerst goed geanalyseerd en onderzocht worden.

 

12.03  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de eerste minister, bedankt voor uw antwoord. Ik heb niet beweerd dat u niets hebt gedaan. Hoewel ik het er in mijn vraag niet over heb gehad, bevestig ik dat er maatregelen zijn genomen. Ik meen weliswaar dat iedereen het erover eens is dat die niet volstaan. De hogere energiefacturen treffen tegenwoordig alle gezinnen, zeker niet enkel gezinnen die het sociaal tarief genieten.

 

U zegt dat de materie erg ingewikkeld is. De verlaging van de btw op energie is nochtans een vrij simpele maatregel die ook gemakkelijk uitvoerbaar is. Daarom, zo heb ik begrepen, wordt net die maatregel het meest serieus bestudeerd.

 

In verband met de nucleaire rente en de overwinsten voert de CREG een analyse uit. Een deel van de elektriciteit is reeds verkocht tegen de vroegere prijzen. Ik wil erop wijzen dat onze studiedienst met dat gegeven rekening heeft gehouden en van een zeer voorzichtige raming is uitgegaan, uiteraard uitgaande van een verkoop tegen de huidige prijzen op de energiemarkt. Dat is echt wel een piste. Ik hoorde dat u dacht aan een taxshift, maar daarover hebt u in uw antwoord niets gezegd. We moeten ervoor zorgen – voor ons is dit althans essentieel – dat de kosten, veroorzaakt door een btw-verlaging betaald worden door diegenen die winsten en overwinsten boeken.

 

Met de PVDA en samen met de mensen op het middenveld zullen wij druk blijven uitoefenen. Er moet echt dringend een beslissing worden genomen om de energieprijzen te verlagen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

13 Samengevoegde vragen van

- Kathleen Depoorter aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De hervorming van de commissie die belast is met de openbaarheid van bestuur" (55024238C)

- Eva Platteau aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "De stavaza m.b.t. het benoemingsbesluit bij de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten" (55024274C)

13 Questions jointes de

- Kathleen Depoorter à Alexander De Croo (premier ministre) sur "La réforme de la commission en charge de la publicité de l'administration" (55024238C)

- Eva Platteau à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "L'arrêté de nomination pour la Commission d’accès aux documents administratifs" (55024274C)

 

13.01  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de eerste minister, wij spraken een paar maand geleden reeds over de commissie die belast is met de openbaarheid van bestuur. U verwees toen naar een Europese richtlijn die veranderd was. Wat is de stand van zaken met betrekking tot het dossier? In een Europese studie staat ons land op plaats 119 van 134 landen op het vlak van openbaarheid van bestuur. Dat is niet echt top, op zijn minst gezegd.

 

Transparantie is nochtans heel belangrijk voor de democratische controle, want zonder transparantie is er geen democratische controle. Het is dus heel erg belangrijk dat hieraan gewerkt wordt. Het is immers een grondrecht. Vrijgegeven publieke informatie moet het publieke debat steunen.

 

Zijn de bestuursleden van de raad van bestuur van de commissie die belast is met de openbaarheid van bestuur reeds benoemd? Wat is de stand van zaken? Welke uitgangspunten werden hierbij gehanteerd? Welke concrete stappen werden er gezet? Wat is de timing en welke vooruitzichten zijn er? Mocht het zo zijn dat die leden nog niet benoemd zijn, hoe komt dat dan?

 

Mijnheer de eerste minister, ik herinner me dat we tijdens de vorige discussie spraken over het eventueel bindend maken van het advies van de commissie die belast is met de openbaarheid van bestuur. Uw coalitiepartner sprak zich daarover heel positief uit. Mijn collega's Peter De Roover en Frieda Gijbels en ik hebben daaromtrent een wetsvoorstel ingediend.

 

Wat zult u ondernemen? Staat u daar achter? Zult u actie ondernemen om ervoor te zorgen dat ons land uit de staart van de rangschikking verdwijnt? Het is immers zeker geen fraai beeld dat die openbaarheid van bestuur niet gegarandeerd zou worden.

 

13.02  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de eerste minister, collega Depoorter heeft de toestand al geschetst. Sinds september heeft de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten (CTB) haar werking moeten staken omdat er nog steeds geen benoemingsbesluit is om de leden te benoemen of te herbenoemen. Er worden op dit moment dus geen adviezen meer afgeleverd over de toepassing van de openbaarheidswetgeving.

 

De CTB heeft een tijdje kunnen voortwerken op basis van de continuïteit van de openbare dienst, maar uiteindelijk heeft ze toch beslist om op 1 september haar werking te staken. Het gevolg hiervan is dat voor iemand die documenten wil aanvragen bij een administratie maar die de toegang hiertoe wordt geweigerd, geen beroep mogelijk is. Als men in beroep zou gaan, krijgt men immers opnieuw te maken met dezelfde overheid die al eerder het openbaarheidsverzoek weigerde. Er is momenteel geen enkele stok achter de deur om een administratie te laten terugkomen op haar besluit.

 

Bij de bespreking van de beleidsnota's in november heb ik hierover al een vraag gesteld aan de minister van Binnenlandse Zaken. Zij antwoordde toen dat het voorstel voor de kandidaten werd voorgelegd aan de ministerraad en dat het KB er dus snel zou komen. Voorts zei ze dat de CTB haar mandaat uiteraard pas kan uitvoeren nadat de nieuwe leden de eed hebben afgelegd. We zijn intussen twee maanden later en ik wil nog eens polsen naar de stand van zaken.

 

Bij de Vlaamse Vereniging van Journalisten stromen de klachten van journalisten hierover binnen. Op 20 januari 2022 tweette de VVJ hierover nog het volgende: “Openbaarheid van bestuur een grondrecht? Not so much...” Collega Depoorter verwees al naar een artikel hierover dat vandaag in De Standaard verscheen.

 

Mijnheer de eerste minister, ik heb hierover enkele vragen. Klopt het dat de CTB haar werking heeft gestaakt? Hebt u hierover reeds klachten ontvangen? Zo ja, hoeveel? Wanneer mogen wij het nieuwe benoemingsbesluit verwachten? Hoe zult u ervoor zorgen dat het recht op openbaarheid van bestuur weer zo snel mogelijk kan worden uitgeoefend?

 

13.03 Eerste minister Alexander De Croo: Vooreerst wens ik te benadrukken dat het grondwettelijke recht op openbaarheid van bestuur uiteraard onverkort geldt in ons land. De federale administratieve overheden zijn uiteraard gehouden afschriften te geven van de bestuurlijke documenten, volgens de wettelijk omschreven voorwaarden. Daar is geen commissie voor nodig.

 

De commissie heeft inderdaad zelf beslist voorlopig haar werking te staken, in afwachting van de herbenoeming van een aantal leden na het verstrijken van de termijn. In principe had zij nog langer kunnen werken, met het oog op de continuïteit van de dienstverlening.

 

Ter zake heeft mij inderdaad een aantal klachten bereikt. Evenwel kan ik nu meedelen dat ik het ontwerp van koninklijk besluit betreffende de herbenoeming van de afdeling Openbaarheid van bestuur van de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten aan mijn collega's in de regering heb voorgelegd. Dit betekent dat wij dat besluit hopelijk snel zullen kunnen nemen en publiceren, zodat de afdeling Openbaarheid van bestuur haar werkzaamheden kan hervatten. Daarvoor moesten eerst kandidaturen worden opgevraagd bij diverse instanties.

 

Zoals ik bij een vorige vraag heb gesteld, bestaat er een juridische leemte wat een deel van de Commissie voor de toegang tot bestuurs­documenten betreft. Naast de afdeling Openbaarheid van bestuur, waar het hier over gaat, bestaat er op papier ook een afdeling Hergebruik. De wettelijke basis voor de werking van de afdeling Hergebruik is evenwel niet langer aanwezig.

 

Wij wilden evenwel niet langer wachten met de herbenoeming van de afdeling Openbaarheid van bestuur, maar een herziening van de wetgeving inzake de openbaarheid van bestuur en de commissie in het bijzonder dringt zich op. In dit verband zullen ook andere voorstellen worden bekeken die de transparantie nog meer kunnen bevorderen. Dit behoort tot de bevoegdheid van de minister van Binnenlandse Zaken.

 

13.04  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de eerste minister, dit is bijna een copy-paste van het antwoord dat u twee maanden geleden gegeven hebt. Ik had verwacht dat er al meer werk gebeurd zou zijn.

 

U zei dat u het ontwerp van koninklijk besluit zult voorleggen aan uw collega's en vervolgens de kandidaturen zult opvragen. Ik stel dus vast dat dit nog niet gebeurd is.

 

U zei ook dat het grondrecht van openbaarheid van bestuur wel gegarandeerd wordt en dat daar geen commissie voor nodig is. Ik heb echter als Parlementslid zelf vragen gesteld aan een aantal federale overheidsinstellingen, iets wat ik essentieel vind voor mijn parlementair werk. Telkens opnieuw verwijzen echter zowel het FAGG als het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, de beide organisaties waarbij ik een beroep deed op die openbaarheid, naar de Commissie voor de toegang tot bestuurs­documenten. Het grondrecht wordt vandaag dus niet gegarandeerd.

 

U verwijst ook naar een Europese richtlijn waardoor het juridische vacuüm zou bestaan. Experts betwijfelen dat Volgens hen kan u perfect overgaan tot de benoeming van die leden van de raad van bestuur van de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten.

 

Mijnheer de eerste minister, u hebt de benoeming dus echt wel niet op uw prioritaire to-dolijstje staan. In de nieuwe politieke cultuur, waar u zo prat op gaat, is openbaarheid, transparantie en hergebruik van documenten nochtans essentieel. Ik stel vast dat er enige twijfel, onzekerheid of divergentie is tussen de verschillende regeringspartijen. Het is immers telkens opnieuw de groene partij die u in uw hoedanigheid van liberale eerste minister hier het vuur aan de schenen legt. De stappen zijn echter nog niet genomen.

 

Vandaag wordt in ons land echt wel geregeerd achter gesloten deuren en met beslotenheid van documenten. Dat is erg jammer.

 

13.05  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de eerste minister,  ik hoop ook dat een en ander snel zal gaan en dat er snel een benoemingsbesluit komt. Ik sluit me immers aan bij wat mevrouw Depoorter opmerkt. Het is erg belangrijk voor de transparantie en de besluitvorming dat burgers en organisaties hun recht op openbaarheid van bestuur kunnen laten gelden.

 

U zegt dat de wetgeving moet worden herzien.. Onze fractie zal die herziening uiteraard volledig steunen. Immers, een Canadese ngo, Centre for Law and Democracy, heeft een ranking gemaakt van landen die het recht op informatie het best garanderen. Ik stel vast dat België in die ranking op plaats 119 van 134 plaatsen staat, dus helemaal onderaan het lijstje, net na landen als Saoedi-Arabië, Mozambique en Kazachstan. Die vaststelling is erg beschamend. Wij moeten dus absoluut werk maken van de openbaarheid van bestuur en ze beter wettelijk verankeren.

 

Onze fractie heeft ook een wetsvoorstel ingediend waarin wij onder andere vragen van de CTB een echte beroepsinstantie te maken, zodat ze ook bindende adviezen kan geven en een echt beslissingsorgaan wordt.

 

Er zijn op ons wetsvoorstel ook al adviezen gekomen van de Vlaamse Vereniging van Journalisten en het Federaal Instituut voor de bescherming en de bevordering van de Rechten van de Mens (FIRM). Het FIRM heeft daarover gisteren adviezen op zijn website gepubliceerd. Het doet twaalf aanbevelingen om de openbaarheid van bestuur te verhogen. Ik hoop dat men al de aanbevelingen zal bekijken zodat we tot een beter kader voor de Commissie voor de toegang tot bestuursdocumenten kunnen komen.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

14 Vraag van Sander Loones aan Alexander De Croo (eerste minister) over "Het conformiteitsverslag van de GRECO" (55024340C)

14 Question de Sander Loones à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Le rapport de conformité publié par le GRECO" (55024340C)

 

14.01  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de eerste minister, deze vraag sluit thematisch aan bij wat hier net werd besproken. Hoe kunnen wij het beter doen? Hoe kan de overheid ervoor zorgen dat ze de kwaliteitsstandaarden haalt?

 

De eerste reflex is altijd te kijken hoe we het doen en daarnaast is het ook interessant om te vergelijken hoe andere landen het ervan afbrengen. In de ranking van het Centre for Law and Democracy, dat bestudeert hoe het recht op informatie is gegarandeerd, staan wij onder Saoedi-Arabië, Mozambique en Kazachstan. Die landen slagen er blijkbaar beter in dan België om informatie te delen. Dat is niet goed.

 

Recent is er ook een tweede studie verschenen van de Europese anticorruptie- en transparantie­waakhond GRECO, die om de zoveel tijd met aanbevelingen komt. In deze studie wordt verwezen naar de aanbeveling van 2020 en wordt twee jaar later bekeken wat er daarmee effectief is gebeurd. De GRECO stelt vast dat er daarmee bijzonder weinig is gebeurd en dat maar op 2 van de 22 aanbevelingen is geantwoord. Dat is een bijzonder slechte score. U haalt minder dan 2 op 10 met het beleid dat u voert.

 

Het gaat toch om ernstige zaken. Zo gaat een aanbeveling bijvoorbeeld over het garanderen van integriteit bij personen die een hoge functie binnen de regering bekleden. De GRECO zegt dat er daarover geen gecoördineerde strategie is. Ook wordt er geen werk gemaakt van de vraag naar een deontologisch kader voor kabinets­medewerkers.

 

Er moet een mechanisme van integriteits­bevordering zijn voor mensen die hoge functies uitoefenen in de uitvoerende macht. Dat is er niet. Ook van de wet op de openbaarheid van bestuur wordt geen werk gemaakt. Kabinetten moeten hun dossiers naar behoren bijhouden en beschikbaar maken. Daar is er wel een eerste stap gezet om de archieven publiek te maken, wat onze fractie ook heeft gesteund, maar dat is verre van voldoende. Er is geen toereikende gedragscode voor kabinetsmedewerkers. Belangenconflicten tussen kabinetten zijn onvoldoende aangepakt. De draaideurpolitiek, waarbij mensen uit de regering overstappen naar andere functies, werd niet aangepakt.

 

Heel wat zaken die door de Europese waakhond werden aangehaald, werden dus niet aangepakt. Een deel daarvan erfde u uit het verleden, maar u gaf aan met uw regering een andere tonaliteit en ambitie te hebben. Mijn vraag is dus simpel. Wanneer komt dit in orde?

 

14.02 Eerste minister Alexander De Croo: De regering heeft inderdaad akte genomen van het tussentijdse verslag. De GRECO werkt met verschillende cycli en gaat periodiek na of er uitvoering is gegeven aan de eerdere aanbevelingen. Het betreft hier het eerste verslag van de vijfde cyclus, het volgende rapport wordt midden 2023 verwacht. De regering neemt de conclusies van het rapport ernstig en de minister van Justitie heeft reeds alle betrokken collega's gevraagd om gevolg te geven aan de aanbevelingen. Ik zal zelf ook met de bevoegde ministers, waaronder die van Democratische Vernieuwing en Ambtenarenzaken, overleggen over de manier waarop we meer gecoördineerd uitvoering kunnen geven aan de aanbevelingen.

 

Het oordeel van de GRECO is inderdaad streng. Wie het rapport in detail leest, zal wel terugvinden dat er acties lopende zijn omtrent zowat alle aanbevelingen. Ook het regeerakkoord bevat duidelijke aanknopingspunten met de GRECO-aanbevelingen, zoals het lobbyregister, de klokkenluidersregeling of een betere regeling van kabinetsarchieven. We maken er dus werk van, maar we zijn nog niet op het door GRECO van ons verlangde niveau.

 

De lagere score halen we doordat we voor alle onderdelen waaraan we werken, nog niet tot volledige uitvoering zijn gekomen. Maar het is wel work in progress. Het is onze vaste ambitie om tegen de volgende evaluaties reuzegrote vooruitgang te kunnen voorleggen. De strijd tegen corruptie kunnen we als België op Europees en internationaal niveau enkel geloofwaardig voeren als we zelf ook op minutieuze wijze actie ondernemen om onze regelgeving in orde te brengen. Het is dus absoluut een prioriteit voor ons om de lopende plannen tot uitvoering te brengen. We zijn ermee bezig, maar het moet sneller.

 

14.03  Sander Loones (N-VA): Mijnheer de premier, ik vind dat een goed antwoord en het is correct dat u verwijst naar het regeerakkoord. Er zijn inderdaad zaken lopende. Het is goed dat u ambitie toont en aangeeft dat u een aantal zaken wilt veranderen. Hierbij heb ik wel twee opmerkingen.

 

Ten eerste, ik denk dat een verwijzing naar het regeerakkoord niet volstaat. Als u het verslag van de GRECO goed leest, dan ziet u dat er ook op een aantal andere domeinen stappen moeten worden gezet, die niet vermeld staan in het regeerakkoord. Daarvoor vraag ik dus uw extra aandacht.

 

Ten tweede, u spreekt de ambitie uit om serieuze vooruitgang te boeken tegen het volgende vooruitgangsrapport. Idealiter zou de notie van serieuze vooruitgang gekwantificeerd moeten worden. Nu haalt u 2 op 10 en ik ga ervan uit dat u op z'n minst op een onderscheiding mikt en die score zo snel mogelijk wenst te realiseren. Door de gewenste vooruitgang te kwantificeren, kan dat ook goed opgevolgd worden.

 

Om dat te doen, lijkt het mij goed om afspraken te maken in uw regering over wie het dossier opvolgt. Ik hoor u de minister van Justitie vermelden, de heer Van Quickenborne, de minister van Ambtenarenzaken, mevrouw De Sutter, en mevrouw Verlinden als minister van Democratische Vernieuwing. Ik denk dat u haar zeker ook moet aanspreken als minister van Binnenlandse Zaken. Heel wat van de aanbevelingen gaan immers specifiek over de politie. Het is in ieder geval belangrijk om hiervoor minstens een coördinator aan te stellen, of u het nu bent of minister Van Quickenborne, die u als eerste noemde. Dat is ook handig voor ons. Zo weten wij namelijk wie we hierover kunnen interpelleren in de Kamer. Ik hoop natuurlijk dat ik het dossier met u mag opnemen, maar het staat u vrij om andere beslissingen hierover te nemen.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

15 Question de François De Smet à Alexander De Croo (premier ministre) sur "Les manifestations du 23 janvier 2022" (55024411C)

15 Vraag van François De Smet aan Alexander De Croo (eerste minister) over "De manifestaties van 23 januari 2022" (55024411C)

 

15.01  François De Smet (DéFI): Monsieur le président, monsieur le premier ministre, je voudrais revenir sur les événements de ce dimanche. Quelque 50 0000 manifestants, selon la police, et davantage d'après les organisateurs, comme d'habitude, ont sillonné les rues de Bruxelles pour protester contre les restrictions liées à la pandémie de covid-19.

 

Cette manifestation fut émaillée de nombreux actes de violence à l’encontre des forces de l’ordre, mais aussi de journalistes. Comme vous et d'autres, le monde politique a condamné ces faits – et c'est très bien ainsi. Au-delà, il faut regarder le nombre de personnes présentes et la raison de leur participation. On y trouvait évidemment des extrémistes et des fanatiques que rien ne convaincra jamais, mais il y avait aussi des citoyens inquiets, auxquels il faut que nous puissions apporter une réponse. Lorsque nous écoutons leurs revendications, nous nous apercevons que ce n'est pas tant le contenu des mesures que la manière dont elles sont adoptées qui pose souvent un problème. Il importe de rappeler que le manque de transparence ou l'absence de débat public, ainsi que la confiance rompue, sont à l'origine des revendications de dimanche.

 

Devons-nous rappeler que, depuis plusieurs mois, l’adoption de ces mesures – que certains considèrent comme liberticides – est effectuée dans le cadre de la loi pandémie? Notre Parlement, assemblée démocratique et représentative des citoyens, est donc privé de son droit essentiel de prise de mesures restrictives de liberté et de contrôle des actes du pouvoir exécutif. Le monde politique tout entier doit prendre conscience du décrochage qui est en train de s'opérer. 

 

Monsieur le premier ministre, cette escalade de protestations et de violences est inquiétante, encore plus à l’aune des débats qui arrivent cette semaine au sein de la commission de la Santé publique et qui déboucheront peut-être sur une obligation vaccinale pour toute la population. Il est donc essentiel d'adresser un message de confiance à nos concitoyens.

 

En conséquence, monsieur le premier ministre, au-delà des violences que vous avez déjà condamnées à juste titre, quel regard portez-vous sur les manifestations de dimanche dernier? Quel message allez-vous apporter à ces personnes? Quelles réponses apporterez-vous aux revendications relatives à l’absence de débat démocratique autour des mesures adoptées? Ces événements ne vous convainquent-ils finalement pas que le modèle actuel du Comité de concertation et de la loi pandémie ne suffit pas à créer de l'adhésion et n'est pas satisfaisant d'un point de vue démocratique?

 

15.02  Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur De Smet, la liberté d'expression est un fondement de notre société. Tout le monde est libre d'exprimer ses opinions et de manifester. Un dialogue ouvert est aussi un des fondements du fonctionnement de notre pays caractérisé par sa diversité. Celle-ci a trop souvent été vue comme un inconvénient alors que je la vois vraiment comme une force. Mais pour cela, il faut se parler et s'écouter sans avoir recours à la violence.

 

Il est dommage que cette manifestation ait été prise en otage par une partie des manifestants qui n'étaient clairement pas là pour dialoguer ou exprimer une certaine inquiétude mais uniquement pour s'en prendre aux forces de l'ordre et faire de la casse. Je suis choqué que Bruxelles soit devenue un lieu de rassemblement pour toutes sortes de mouvements extrémistes. Je comprends la frustration de beaucoup de Bruxellois, qui en ont assez.

 

Il est évident qu'une autre partie des personnes présentes avaient l'intention de manifester pacifiquement. Elles n'étaient pas là pour casser ou pour attaquer les policiers.

 

Je profite de ce moment pour afficher mon soutien aux policiers qui étaient sur place. Ils font un travail particulièrement ingrat en essayant de maintenir l'ordre. Il est juste que celui qui commet des violences soit appréhendé et puni.

 

Vous dites qu'une des revendications des personnes présentes sans intention de violence est l'absence du débat démocratique. Honnêtement, je suis étonné que vous teniez de tels propos. Durant deux ans, ce débat démocratique a existé au sein de ce Parlement, dans d'autres parlements et entre les différents gouvernements. Quand on a instauré la loi pandémie, c'était pour avoir ce genre de débat au Parlement.

 

Lorsque l'on regarde les mesures qui ont été prises et qu'on les compare avec celles d'autres pays, on constate qu'elles sont justement caractérisées par leur caractère raisonnable et humain.

 

Vous pouvez toujours ne pas être d'accord mais regardons les chiffres alors. Un index que vous connaissez peut-être, le Stringency Index, élaboré par l'université d'Oxford, compare les mesures en vigueur dans les différents pays. Regardez ce classement et vous observerez que la Belgique, pratiquement sur toute la durée, a pris des mesures beaucoup moins sévères et plus stables que d'autres pays.

 

Cela ne signifie pas que les questions et les inquiétudes ne sont pas légitimes. Je pense qu'il faut dialoguer et donner des réponses aux personnes qui ont des inquiétudes légitimes et non pas à celles qui sont là pour crier au complot, raconter des fausses histoires qui, d'un point de vue scientifique, ne sont pas claires.

 

Si vous avez des inquiétudes par rapport aux vaccins, parlez-en avec votre médecin. Si vous doutez des mesures prises, parlez-en avec des gens qui ont les connaissances scientifiques qui servent de base aux prises de décisions.

 

Je voudrais mettre l'accent là-dessus. Toutes nos décisions sont préparées par des groupes d'experts, qui sont canalisés par un commissariat covid. Tous les documents sur lesquels nous nous basons sont ouverts.

 

Je voudrais aussi souligner que, oui, il y avait des dizaines de milliers de manifestants, et qu'il faut écouter ceux qui étaient là avec de bonnes intentions. Il faut s'adresser à eux. Mais en même temps, il y a une très grande majorité silencieuse, dans notre pays, qui fait ce qui est nécessaire.

 

La semaine dernière, plus de 400 000 Belges se sont fait vacciner avec un booster. Au total, plus de 9 millions de personnes, en Belgique, ont fait le nécessaire pour se protéger eux-mêmes; et aussi, dans un acte de solidarité, pour protéger les autres. Neuf millions de Belges ont fait le choix de se faire vacciner. La vaccination reste la meilleure protection, pas uniquement pour soi-même, mais aussi pour les autres. Souvent, ces autres sont beaucoup plus vulnérables.

 

Je ne voudrais donc pas que cette très grande majorité soit escamotée par une partie de la population qui a des doutes. La dernière chose qu'il faut faire, c'est de diviser les uns et les autres. Je pense que c'est une politique qui ne fonctionne pas. Nous n'avons jamais fait cela.

 

Je voudrais aussi utiliser ce temps de parole pour remercier les près de 9 millions de Belges qui, souvent sans beaucoup parler, sans guère se plaindre, ont fait ce qui était nécessaire.

 

En ce qui concerne les mesures, je vais être très clair. Les mesures actuelles sont assez faibles en comparaison avec d'autres pays. Mais nous n'allons pas les maintenir un jour de trop. Par exemple, j'estime que pour l'instant, le CST est nécessaire; mais nous n'allons pas l'utiliser un jour de trop. Dès le moment où nous estimerons que des mesures n'ont plus de valeur ajoutée, nous les abrogerons. Je vous remercie.

 

15.03  François De Smet (DéFI): Monsieur le premier ministre, je vous remercie pour votre réponse. Pour ce qui me concerne, je distingue le fond des mesures et la manière dont elles sont adoptées. Sur le fond, très régulièrement, même depuis l'opposition nous avons parfois soutenu des mesures impopulaires parce que nous savions que c'était la seule chose à faire. Sur la méthode, vous venez de comparer les mesures par rapport à ce qui est fait ailleurs et de démontrer qu'en Belgique, elles sont parfois moins lourdes qu'ailleurs, ce qui est vrai. Comment expliquer alors qu'il y a tout de même ce décrochage de la population? En effet, parmi les personnes qui sont allées manifester, il n'y a pas que des extrémistes. Il y a des personnes raisonnables mais tout simplement inquiètes.

 

Il y a malgré tout, même si vos mesures étaient les meilleures du monde, un constat évident de décrochage en partie dû à la méthode. Je renvoie aux trois Codeco qui se sont succédé en fin d'année avec des meures parfois peu lisibles, puis le Codeco qui a décidé de fermer la culture et qui s'est fait sanctionner par le Conseil d'État parce que la proportionnalité n'y était pas. Nous avons - et j'implique tout le monde, y compris les gouvernements régionaux - un manque de pédagogie. C'est un élément dont on ne parle jamais. Vous parlez de la vaccination. Pourquoi les autorités paraissent-elles si frileuses à établir et à démontrer le nombre de vies sauvées par le vaccin? On ne le rappelle pas assez. On devrait faire des campagnes entières pour rappeler que, de mémoire, entre 8 000 et 9 000 Belges ont vu leur vie sauvée par la vaccination. C'est une estimation européenne. Pourquoi ne rappelle-t-on pas assez que le vaccin, outre qu'il empêche très majoritairement les formes graves, a aussi un effet sur la transmission même s'il est limité?

 

Le monde politique éprouve une réelle frilosité à assumer les arguments complètement scientifiques. Si on ajoute à cela la prise de décisions - et je maintiens mais je ne vais pas le répéter que le tandem Codeco et loi pandémie ne fonctionne pas et ne renforce pas l'adhésion démocratique -, on arrive à un ensemble qui participe à une sorte de décrochage démocratique, même si évidemment personne n'a jamais eu à gérer une crise avec autant d'incertitudes et que c'est à la fin du match qu'il faudra faire le bilan.

 

Je vous remercie pour votre écoute.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

La réunion publique de commission est levée à 12 h 03.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.03 uur.