Commissie
voor Sociale Zaken, Werk en Pensioenen |
Commission des Affaires sociales, de l'Emploi et des
Pensions |
van Woensdag 25 september 2024 Namiddag ______ |
du Mercredi 25 septembre
2024 Après-midi ______ |
De behandeling van de vragen vangt aan om 15.00 uur. De vergadering wordt voorgezeten door de heer Denis Ducarme.
Le développement des questions commence à 15 h 00. La réunion est présidée par M. Denis Ducarme.
Le président: Ma question n° 56000205C et la question n° 56000170C de M. Ronse sont reportées.
01.01 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, ik zal mijn vraag niet nodeloos rekken, niet omdat het dossier niet belangrijk is, maar omdat er vorige week tijdens de plenaire vergadering al een debat over het thema is geweest.
Wij zijn ter plaatse op bezoek geweest. U deelt wellicht onze bezorgdheden. Wij willen dat die fabriek van de toekomst gered wordt, dat de tewerkstelling aldaar gered wordt. Wij zijn bijzonder ongerust over de toekomst van het personeel en de toeleveranciers.
Ik heb twee specifieke vragen. Een eerste vraag gaat over de lock-out, die ik straf vond. De directie heeft zich in die hele kwestie arrogant gedragen. Toen wij er op bedrijfsbezoek waren, beweerde de directie dat er geen lock-out was.
Ik weet dat uw diensten tussengekomen zijn. Wat was er precies aan de hand? Hoe is de zaak opgelost? Is het loon van het personeel gegarandeerd?
In juli 2024 ontslagen aankondigen, midden in de vakantie van het personeel, om vervolgens eind augustus 2024 te opperen dat het personeel opnieuw aan de slag moet, terwijl er totaal geen zekerheid over de toekomst is en het personeel absoluut niet weet of het op 1 oktober 2024 nog werk heeft, is heel arrogant. Ik begrijp de emotionele reactie van het personeel dan ook. Het is bijzonder straf dat daarop met een lock-out wordt gereageerd. Dat was mijn eerste vraag.
Mijn tweede vraag is algemener. Hoe zit het? Zijn er sinds donderdag 19 oktober 2024, toen u een stand van zaken hebt gegeven tijdens de plenaire vergadering, nog contacten geweest van de FOD WASO met de directie, de gewesten, de vakbonden om te bekijken op welke manier iedereen aan de kar kan trekken teneinde de tewerkstelling en de fabriek te behouden? Er zijn immers potentiële overnemers.
Voorzitster:
Meyrem Almaci.
Présidente: Meyrem Almaci.
01.02 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mevrouw de voorzitster, de situatie voor de meer dan 3.000 werknemers van Audi en meer dan 1.000 werknemers van de toeleveringsbedrijven is momenteel dramatisch. Zij hebben steeds het beste van zichzelf gegeven en hebben de winsten van Audi gecreëerd, maar ze worden vandaag aan hun lot overgelaten, zowel door Audi als door deze regering.
Vorige week waren we op bezoek in Vorst en ik heb gezien hoezeer de fabriek is veranderd sinds 2006. Er is duidelijk heel veel geïnvesteerd, er is massaal ingezet op opleiding en er zijn zeer veel nieuwe robots geplaatst. Ook de werknemers hebben offers gebracht, door loon in te leveren en door akkoord te gaan met flexibilisering, waaronder zaterdagwerk. Zij hebben eigenlijk alles gedaan wat hun gevraagd werd om de toekomst van de fabriek te verzekeren, althans dat werd hun voorgespiegeld.
Tijdens het bezoek aan Audi Vorst hebben we ook kennisgemaakt met de directie. Hun arrogantie zal ik nooit vergeten. Ze hebben ons eerst rondgeleid in de fabriek van de toekomst om die daarna zelf te begraven. Ze toonden geen enkel medeleven met de 4.000 getroffen werknemers en ze denken alleen maar aan de winstcijfers op korte termijn.
Audi heeft in het verleden grote strategische fouten gemaakt. Het koos ervoor om een grote elektrische auto van bijna drie ton met een startprijs van 92.000 euro te produceren. Wanneer een fabrikant iets produceert dat de eigen arbeiders nooit zullen kunnen kopen, dan moet men beseffen dat het product geen massaproduct is. Audi had nochtans ook kleinere en betaalbare modellen kunnen ontwikkelen. Dat kan het vandaag eigenlijk nog steeds, maar het wil niet. Kleinere wagens zorgen immers voor kleinere winstmarges.
Audi wil geen nieuw model aan Brussel geven en wil het huidige model, de Q8 e-tron, naar Mexico verhuizen. Later stelde Audi dat de 24 mogelijke industriële projecten op de site niet rendabel zijn. De vakbonden vragen uitleg over die 24 concrete projecten, maar de directie weigert die te geven.
Audi is zogezegd ook op zoek naar een overnemer, een andere speler die op zoek is naar productiecapaciteit in Europa. Zijn we nu echt zo naïef om te geloven dat een speler als Audi de sleutels van haar modernste en enige CO2-neutrale fabriek zal afgeven aan de concurrentie? Volgens mij wil Audi de fabriek liever laten doodbloeden en laten ontmantelen om de site te verkopen aan een projectontwikkelaar, dan dat het echt op zoek is naar een overnemer.
Daarom moet u ingrijpen, mijnheer de minister. En u kunt dat. U kunt een crisiscel voor Audi oprichten die toezicht houdt op de directie en ervoor zorgt dat er in de toekomst nog industriële activiteiten met veel jobs kunnen worden uitgevoerd. We hebben dat ook gedaan voor Ford Genk. In die crisiscel moeten ook de vakbonden en de toeleveranciers van Audi worden opgenomen. Bent u bereid om zo'n crisiscel op te richten?
Voorzitter:
Denis Ducarme.
Président: Denis Ducarme.
Tot slot wil ik het nog hebben over de werknemers van de toeleveranciers. De arbeiders van de onderaannemers vragen namelijk een gelijke behandeling als de werknemers van Audi. Al die jaren hebben immers ook zij hun gezondheid en vrije tijd opgeofferd om tijdens de weekends productielijnen te kunnen bevoorraden. Ze worden echter regelmatig buitenspel gezet in de media en door de overheid. Dat is ook de reden waarom sommigen onder hen al enkele weken voor de hoofdingang van Audi kamperen. Tijdens de maand augustus werden zij ontslagen, terwijl Audiwerknemers hun gegarandeerd loon en maaltijdcheques konden behouden. Ze moesten toen schoolboeken kopen met het weinige geld dat de werkloosheidsuitkering hun gaf. Ga maar eens na hoe moeilijk dat is als alleenstaande ouder met twee kinderen. Andere werknemers hebben maar één inkomen omdat hun echtgenoot van hen afhankelijk is. Ik wil hierop specifiek wijzen omdat dit een realiteit is waarvan niet veel mensen zich bewust zijn.
Welke garanties kunt u dus geven aan de getroffen werknemers? Wat zult u doen om de gelijke behandeling van alle werknemers en onderaannemers van Audi te garanderen?
01.03 Kurt Moons (VB): Mijnheer de minister, uit de presentatie van de directie van Audi Brussel van vorige week hebben we duidelijk kunnen opmaken dat de Duitse directie heeft beslist om de site van Vorst te sluiten. De door hen enige aangehouden toekomstige oplossing blijkt een overname door een derde investeerder te zijn.
Mijnheer de minister, wordt u op de een of andere manier betrokken bij of op de hoogte gehouden van de opgestarte procedure tot desinvestering? Werd er al een vraag gesteld omtrent een mogelijke financiële ondersteuning door de overheid van een dergelijke transactie? Wat zijn uw inzichten indien een dergelijke vraag eventueel zou worden gesteld? Het is immers van belang dat we de site in de toekomst zo goed mogelijk kunnen vrijwaren in het belang van het personeel en de jobs, maar ook van de economie in en rond Brussel.
01.04 Marie Meunier (PS): Monsieur le ministre, la semaine dernière, j'ai pu visiter avec l'ensemble de mes collègues le site d’Audi à Forest. Le moins que l'on puisse dire est que nous avons été impressionnés par le niveau technologique du site, qui est un véritable fleuron industriel. Cet endroit incarne non seulement l'excellence mais il emploie aussi plus de 4 000 personnes, si on compte les travailleurs sur site ainsi que l'ensemble des sous-traitants. Il est neutre en carbone et il est l’un des derniers grands sites industriels en Belgique.
Pourtant, à notre grande surprise, le scénario d’un nouveau modèle du groupe Volkswagen a été écarté par la direction, sans nous fournir d'explicitation chiffrée. On nous dit que ce n'est pas viable. Pourquoi? Où est l'analyse? Surtout, pourquoi les représentants des travailleurs n'en sont-ils pas informés?
Aujourd'hui, des offres d’investisseurs extérieurs sont sur la table du groupe. Vendredi, les syndicats ont demandé au premier ministre de réunir en urgence la task force pour que les syndicats, les politiques et la direction puissent envisager l’avenir du site.
De notre côté, vous l'avez compris, nous allons inscrire à l’agenda de cette commission notre proposition de loi qui vise à modifier la loi Renault et les règles de responsabilité solidaire en cas de transfert d’entreprise. Ceci afin d'éviter que des travailleurs comme ceux d’Audi et de ses sous-traitants ne se retrouvent dans une telle situation à l’avenir.
Monsieur le ministre, avez-vous pris contact avec le premier ministre ou le ministre-président de la Région bruxelloise pour réunir en urgence la task force? Comment voyez-vous le rôle politique dans la suite de ce dossier?
Enfin, étant donné que certains travailleurs d'Audi et de ses sous-traitants risquent de se retrouver sans emploi, je profite de votre présence pour vous demander si vous pouviez déjà répondre à ma question écrite concernant la limitation dans le temps des allocations de chômage. L'échéance étant au 4 octobre, peut-être disposez-vous déjà de la réponse.
01.05 Isabelle Hansez (Les Engagés): Monsieur le président, monsieur le ministre, comme plusieurs collègues l'ont souligné, la situation d'Audi Brussels est alarmante: près de 3 000 emplois directs et 1 000 emplois indirects menacés de fermeture de l'usine! La question qui se pose aujourd'hui concerne à la fois l'avenir de tous ces travailleurs mais aussi l'avenir du site. Selon moi, ces deux enjeux doivent être envisagés parallèlement.
S'agissant de l'emploi, nous savons, de par nos échanges avec les représentants des travailleurs, que la population d'Audi Brussels est globalement composée d'une majorité d'ouvriers et d'ouvrières, de 500 à 600 profils techniques plus qualifiés et de 500 à 600 employés/cadres. Nous savons aussi que si les travailleurs sont issus des trois Régions du pays, ils viennent minoritairement de la Région bruxelloise.
La question de la pyramide des âges se pose également. Profils de compétences, pyramide des âges et répartition géographique sont des données dont nous avons besoin pour anticiper les besoins d'accompagnement des travailleurs si le drame social se présente avec une fermeture d'usine. Est-il possible d'obtenir ces données? À partir du moment où la répartition géographique s'étend sur les trois Régions, un rôle de coordination au niveau fédéral entre Actiris, le Forem et le VDAB est-il prévu? Voici pour ce qui est de l'emploi et de l'accompagnement des travailleurs.
Concernant le site, il est clair que la solution à privilégier doit permettre d'assurer des emplois durables à valeur ajoutée, dans un écosystème incluant notamment la recherche et le développement, les fournisseurs pour assurer le quota d'un emploi direct pour un emploi indirect. Il faut absolument éviter des situations comme celles de Caterpillar ou d'autres qu'on retrouve dans le bassin sidérurgique liégeois: des années d'errance et peu de résultats concrets pour l'emploi industriel.
Monsieur le ministre, avez-vous déjà mesuré la nécessité d'assurer la manière dont le gouvernement pourra contrôler l'avenir du site, que ce soit pour le maintien ou le développement de nouveaux projets et donc d'emplois de qualité? Une coordination au niveau fédéral est-elle prévue pour concerter les différents niveaux de pouvoir régionaux et éventuellement européen pour stimuler une industrie qui intègre l'écologie sur ce site industriel urbain? Enfin, quelles ont été vos actions concrètes dans ce dossier?
01.06 Pierre-Yves Dermagne, ministre: Monsieur le président, je vous avoue être quelque peu surpris de la tournure prise par ce débat. Je pense que c'est aussi votre cas. Il me semblait en effet plus opportun de l'organiser après la commission conjointe de la semaine prochaine, mais c'est bien volontiers que je me soumets à cet exercice de questions-réponses. En tout cas, il me semble que ce débat aurait été plus riche après l'échéance du 1er octobre et dans le cadre de la commission conjointe de la semaine prochaine, mais soit!
U bent met velen om vandaag opnieuw vragen te stellen over het aangekondigde collectieve ontslag bij Audi. Een aankondiging van een dergelijke omvang door een rendabele onderneming veroorzaakt uiteraard enige commotie, niet alleen wegens de impact op de talrijke werknemers van Audi en hun gezinnen en de gevolgen voor de onderaannemers, maar ook wegens de vragen die we ons kunnen stellen bij het hobbelige parcours van de informatie- en consultatiefasen.
Vorige donderdag hebben we in de plenaire vergadering over dit dossier al een discussie gevoerd. U zult dus onvermijdelijk enkele zaken horen die u dan al hebt gehoord. De bespreking van vandaag biedt ons wel de gelegenheid om wat dieper op de zaken in te gaan.
Comme vous le savez, des annonces similaires de la direction du groupe Volkswagen ont également eu lieu en Allemagne, une première depuis près de 80 ans. C'est le signe que cette crise ne s'arrête pas à nos frontières et touche l'ensemble de l'industrie européenne et en particulier, dans cette conjoncture, l'industrie automobile.
Notre message, notre intention, notre politique sont en accord avec ce qui vient d'être dit. Il faut un avenir industriel pour les travailleurs – y compris ceux des sous-traitants – ainsi que pour le site de Forest. Vous l'avez rappelé à plusieurs reprises, des investissements considérables des pouvoirs publics ont été consentis pour que ce site ainsi que son personnel puissent devenir des pionniers en Europe en termes de production zéro carbone. À la suite de multiples demandes formulées par une série de parlementaires lors de la séance conjointe tenue par la commission de l'Économie et par notre commission le 17 juillet dernier, j'ai d'ores et déjà transmis au Parlement un tableau synthétisant les réductions de cotisations patronales dont cette entreprise a pu bénéficier au cours des dix dernières années ainsi qu'un tableau synthétique des mesures de chômage temporaire dont cette entreprise a pu bénéficier au cours de la même période.
Les informations relatives aux autres aides publiques au sens large dont l'entreprise Audi Bruxelles a pu bénéficier durant les dix dernières années et qui relèvent des compétences de mes collègues ou d'autres niveaux de pouvoir, peuvent leur être demandées directement. Je pense notamment aux aides à la formation. On le sait, des aides publiques particulièrement importantes dans le secteur de la formation des travailleurs ont également été accordées par les Régions, sur la base de conventions ou d'accords de coopération qui, pour certains, fixaient une série de conditions liées notamment au maintien de l'emploi dans la durée.
Il est évidemment pertinent, si Audi devait ne pas poursuivre l'exploitation de l'activité en Belgique, d'envisager, selon les aides concernées, la possibilité de réclamer leur remboursement lorsque cela sera possible. Je vous rappelle que je suis l'un des seuls ministres à avoir assorti les dispositifs d'aides pendant la période corona au respect d'une série de conditions, notamment au maintien du volume de l'emploi. Je pense que c'est un des éléments qui devrait faire jurisprudence dans l'ensemble des aides accordées directement ou indirectement par les pouvoirs publics.
Comme je l'ai dit jeudi dernier, une solution concertée doit être trouvée pour l'avenir avec ou sans Audi afin que ce site de production de véhicules électriques puisse perdurer.
Wij moeten inzetten op een industriële toekomst voor de site in Vorst en op het vrijwaren en behouden van een maximum aan duurzame en kwalitatieve werkgelegenheid, rekening houdend met de kwalificaties van het personeel. Deze regering, de vivaldiregering, momenteel in lopende zaken, heeft vanaf de eerste signalen de nodige stappen gezet om proactief te werken aan het behoud van de tewerkstelling bij Audi, in samenwerking met de verschillende bevoegde federale en regionale ministers. Er werd een taskforce opgericht en er werd een letter of intent overgemaakt aan Audi.
Dès le début de ces travaux, j'ai plaidé pour associer également les représentants des travailleurs dans les différentes discussions et les impliquer dans le processus. Je suis convaincu qu'ils jouent un rôle crucial lorsqu'il s'agit d'ancrer durablement l'emploi dans l'usine et sur le site de Forest.
Les échanges dans le cadre de la task force menée par le premier ministre ont mené à la rédaction d'une letter of intent qui a été transmise par ce dernier en date du 6 juin. C'était d'ailleurs un des objectifs que nous nous étions fixés collectivement – gouvernement fédéral, régionaux et syndicats – à savoir envoyer ce signal à Audi AG avant les élections du 9 juin afin à la fois d'engager les gouvernements sortants mais aussi de "mettre un pied dans la porte" des gouvernements entrants.
Cette letter of intent tenait compte de toutes les préoccupations exprimées par la direction d'Audi Bruxelles lors de nos différentes rencontres et, comme vous le savez, Audi AG n'a malheureusement jamais officiellement répondu à celle-ci. Bien entendu, le gouvernement fédéral n'a pas été préalablement informé de la restructuration envisagée.
En tout état de cause, l'objectif depuis l'entrée en fonction de ce gouvernement a toujours été de consolider la position d'Audi Forest ainsi que celle de son personnel. Tout au long de la législature, des mesures ont été prises, des garanties ont été données pour que les différents systèmes qui font en sorte que le coût du travail dans l'industrie automobile – et singulièrement sur le site de Forest – n'entre pas en compétition avec celui d'autres sites, notamment en Allemagne. Cela nous a d'ailleurs été confirmé par la direction d'Audi Bruxelles qui a précisé que les coûts salariaux ne constituaient pas un problème en soi. Ceux-ci n'ont en effet pas été identifiés par la direction d'Audi AG comme étant problématiques, les coûts du travail étant similaires, voire légèrement inférieurs à certaines usines historiques du groupe implantées en Allemagne. Comme vous le savez, la procédure Renault est en cours.
Ik roep de directie dan ook op om alle alternatieven zeer grondig te bestuderen en die een eerlijke kans te geven. Ook bij het zoeken naar eventuele overnemers is het essentieel om prioriteit te geven aan de impact op de werknemers.
La direction a, dans ce contexte, confirmé qu'aucun véhicule ne serait à l'avenir attribué à l'usine de Forest par Audi et, plus généralement, par le groupe Volkswagen. Comme vous le savez, plus de vingt scénarios d'activités autres sur le site ont, d'ores et déjà, été identifiés ou enregistrés.
Le président: Pourriez-vous conclure, monsieur le ministre?
01.07 Pierre-Yves Dermagne, ministre: J'en termine, monsieur le président.
Leur potentiel d'emplois se situe entre 250 et 500 équivalents temps plein. Aucun n'est, aujourd'hui, estimé comme a priori rentable par Audi. Cependant, lors du dernier conseil d'entreprise, la direction a accepté de constituer un groupe de travail, composé d'elle-même, des syndicats et de plusieurs experts, et d'analyser en profondeur les différentes offres. Les syndicats souhaitent recevoir la garantie qu'Audi fera tout pour aboutir à d'autres solutions et préserver un maximum d'emplois. J'estime qu'ils ont entièrement raison.
Comme vous le savez, la direction a, par ailleurs, reporté au 1er octobre la clôture de l'appel à manifestation d'intérêt de potentiels investisseurs ou co-investisseurs. À ce stade, le gouvernement n'a reçu aucune information de la direction à ce sujet. Les représentants des travailleurs, comme certains d'entre vous l'ont rappelé, ont sollicité le premier ministre pour convoquer en urgence une réunion de la task force à propos du dossier Audi Brussels. Dans ce contexte, j'ai également sollicité le premier ministre afin qu'une telle réunion soit organisée dans les plus brefs délais. Des contacts ont eu lieu, ces dernières heures, entre mes chefs de cabinet, celui du premier ministre ainsi que ceux des ministres compétents dans les gouvernements régionaux, en vue de réunir le plus rapidement possible cette task force.
Enfin, j'en viens plus précisément à la question de Mme Vanrobaeys.
Zoals u weet, wordt het recht op lock-out als actiemiddel van de werkgevers, net als het recht op staken van de werknemers, internationaal erkend. Uiteraard kan van het recht op lock-out slechts gebruikgemaakt worden binnen de grenzen die getrokken zijn door de wet en/of de rechtspraak. De sociale partners hebben binnen de sector afspraken gemaakt over hoe om te gaan met sociale conflicten. Naar ik vernomen heb, hebben de partners zich inderdaad op deze cao beroepen.
Monsieur le président, les questions étaient nombreuses et il est difficile de partir d'une réponse à l'origine prévue pour un débat d'actualité et de devoir par la suite répondre spécifiquement aux différentes questions. J'essaie de m'adapter mais j'ai perdu la main ces dernières semaines.
En ce qui concerne les éléments sollicités par Mme Meunier, il nous revient effectivement que la pyramide des âges au sein des travailleurs d'Audi Forest n'est pas très équilibrée. Il y a donc un risque que de nombreux travailleurs âgés se retrouvent sur le marché du travail au même moment. Comme vous le savez, dans notre pays, contrairement à ce que beaucoup prétendent, il est plus difficile de retrouver un emploi durable lorsque l'on a atteint un âge avancé. Il faudra donc apporter une attention particulière à ces travailleurs d'Audi âgés.
En ce qui concerne les données que vous avez sollicitées, je vous transmettrai de manière plus détaillée les différents éléments de réponses. Je peux d'ores et déjà vous dire que si un travailleur isolé âgé de 58 ans en 2025 bénéficie du revenu d'intégration après 2 ans d'allocations de chômage, et s'il ne retrouve pas d'autre emploi, il aura près de 3 500 euros de revenu en moins par an sur base des montants actuels. S'il ne peut pas reprendre le travail avant l'âge officiel de la retraite, soit 67 ans, ce montant s'élèvera à plus de 24 000 euros cumulés. Dans le cas extrême où il ne serait plus éligible à aucun soutien dans les différents régimes de l'aide ou l'action sociale, la perte serait de presque 19 000 euros par an et de plus de 130 000 euros cumulés sur 7 ans. Ces situations sont effectivement dans l'absolu et in concreto particulièrement interpellantes, raison pour laquelle nous devons continuer à décupler nos efforts pour donner un avenir industriel au site d'Audi et à l'ensemble de ses travailleurs, y compris ceux des entreprises sous-traitantes.
Le président: Monsieur le ministre, vous avez dépassé votre temps de parole de sept minutes. Vous n'avez jamais fait aussi fort! Pour la peine, seriez-vous en mesure de nous communiquer les tableaux des différentes aides auxquelles vous faisiez allusion afin que le secrétariat de la commission puisse les envoyer à l'ensemble des membres?
01.08 Pierre-Yves Dermagne, ministre: Monsieur le président, ma cheffe de cabinet m'indique que cette action a déjà été réalisée pendant l'été, après la commission conjointe. On va vérifier que les secrétariats les ont bien reçus pour qu'ils puissent être transmis à l'ensemble des parlementaires.
Le président: Comme je n'ai rien vu, je demanderai au secrétariat de la commission de reprendre contact avec votre cheffe de cabinet afin d'être sûr de pouvoir les mettre à la disposition des membres.
Je donne maintenant la parole aux intervenants pour leurs répliques.
01.09 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord.
Mijnheer de voorzitter, ik wilde net hetzelfde vragen. Het zou goed zijn, mochten we allemaal de tabellen met betrekking tot de RSZ-korting en de tijdelijke werkloosheid kunnen krijgen. Dat werd ook gevraagd tijdens de vorige hoorzitting. We hebben toen ook naar de fiscale voordelen gevraagd en dat lijkt me ook een belangrijk element voor de volgende hoorzitting. Ik vind het jammer dat we die informatie allemaal zelf moeten bijeensprokkelen. We hebben het aan de directie van Audi gevraagd, maar ook daar hebben onvoldoende antwoord gekregen, terwijl die informatie wel belangrijk is voor het debat.
Mijnheer de minister, zoals u zelf zegt, moet er een toekomst zijn voor de maakindustrie en voor de fabriek in Vorst. Het behoud van de tewerkstelling daar is heel belangrijk. De directie weigert naar hier te komen. We zijn daar op bezoek geweest en er was die aankondiging die werd gedaan midden in de vakantie van de werknemers. Dat zijn allemaal duidelijke signalen. Ik ben bezorgd over wat de directie van Audi met die fabriek zal doen. Zal ze de boel niet gewoon leeghalen en laten verkommeren? En dan staan wij daar met onze verklaringen.
U zegt dat u op vraag van de vakbonden opnieuw aan de premier hebt gevraagd om die taskforce op korte termijn bijeen te roepen. Dat is een heel belangrijk politiek signaal, ook ten aanzien van de directie van Audi. Daarmee zeggen we dat de politiek, ook in een periode van lopende zaken, gaat voor de toekomst van de werknemers, de fabriek en de toeleveranciers.
Mijnheer de voorzitter, in die zin vraag ik mij af of we volgende week ook niet de premier moeten uitnodigen, aangezien hij toch de taskforce leidt en de nodige contacten onderhoudt. Ik vind dat echt belangrijk, want zo krijgen de werknemers van Audi en van de toeleveranciers duidelijkheid over hun toekomst en zekerheid over wat hen te wachten staat en weten zij wat de politiek doet om hun toekomst te verzekeren.
01.10 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, ik heb heel weinig antwoorden gekregen op mijn vragen. Het begin van uw rede stoot mij nog het meest tegen de borst. U wilde eigenlijk vandaag geen debat voeren over Audi, u wilde dat uitstellen naar volgende week. Ik begrijp dat niet, want die duizenden werknemers denken aan niets anders. Al maanden gaat het over Audi, aan de keukentafel, op de bus, bij familie en onder collega's. Zij willen weten waar hun toekomst ligt.
Het is inderdaad een Europese crisis. De crisis in de automobielsector stopt niet aan de grenzen van het Brusselse Gewest. Kijk echter naar Duitsland, voor daar één job sneuvelt, voor daar één fabriek sluit, schiet de regering in actie. Er is daar al een taskforce of crisiscel. Men werkt daar al aan een plan om de werknemers en jobs te beschermen. Dat is hetgeen waarmee de Duitse regering bezig is. Hier gebeurt er totaal niets.
U spreekt over een letter of intent, gericht aan Audi, waarop men jammer genoeg niet gereageerd heeft. Waarom spreken wij niet over een letter of intent gericht aan het personeel? Laten wij het personeel geruststellen en zeggen dat hun jobs maximaal behouden moeten worden.
U vraagt aan Audi om eerlijk te zijn. Wij vragen om een crisiscel op te richten en eerlijk te zijn tegenover het personeel. U moet actie ondernemen en zelf de regie in handen nemen. Men kan Audi niet vertrouwen. Men kan Audi niet vragen om eerlijk te zijn en een overnemer te zoeken. Men ziet dat bij die 24 concrete projecten. U komt die projecten verdedigen, u verdedigt hier de directie van Audi. Als men uitleg vraagt, krijgt men geen uitleg. Zo arrogant zijn die mensen. Wij moeten zelf aan de slag en mogen Audi niet zomaar vertrouwen. Wij vragen gewoon actie van u en van de eerste minister.
01.11 Kurt Moons (VB): Mijnheer de minister, blijkbaar hebt u nog steeds geen zicht op mogelijke investeerders. U hebt daaromtrent geen contact opgenomen met de directie of de directie staat er niet voor open om te laten weten welke investeerders mogelijkerwijze geïnteresseerd zijn. Het is toch nodig om de vinger aan de pols te houden en beter te doen dan die LOI.
Er wordt steeds verwezen naar die LOI. Die
werd verstuurd op 6 juni, net voor de verkiezingen. Die is zeer algemeen
geformuleerd. Er wordt geen enkel cijfer gegeven. De directie heeft geen
antwoord gegeven. Nogal wiedes, het gaat immers allemaal over zaken die al
gekend zijn bij de directie. Het
gaat over investment support, support for
staff training, funding, railways, permits, screening of site, employment law, support
for research, development and innovation. Daar
staat niets concreets in. Ik kan mij voorstellen dat de directie daarop niet wenst
te antwoorden, omdat ze al meerdere jaren hier in België vertegenwoordigd is.
Ze kennen dat dus allemaal wel.
Ook daar is het dus too little, too late. Ik wil dat jullie vandaag wel jullie verantwoordelijkheid opnemen en dat jullie de vinger aan de pols houden, eventueel binnen een taskforce, om op te volgen wat de directie van plan is, welke investeerders mogelijkerwijze geïnteresseerd zijn en welke stappen, ook financiële, de regering zou kunnen voorleggen aan die directie om de industriële site effectief te kunnen bewaren.
01.12 Marie Meunier (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie pour votre réponse complète.
Le monde politique doit vraiment tout faire pour maintenir une activité industrielle sur ce site en utilisant tous les leviers possibles. Nous en sommes convaincus. Ici, au Parlement, nous avons une responsabilité législative et nous devons la prendre. Nous avons vu que certains groupes refusent de reconnaître l'urgence de la situation. Ils critiquent beaucoup mais freinent finalement les avancées possibles. Pourtant, le texte est prêt. Nous espérions pouvoir le voter la semaine prochaine. Nous avons pris acte du fait que nous pourrons le voter dès le 16 octobre prochain en commission; nous l'espérons en tout cas.
01.13 Isabelle Hansez (Les Engagés): Monsieur le ministre, avec la situation préoccupante d'Audi Brussels, nous faisons face à un nouveau domino industriel sur le point de tomber. Ce scénario tragique appelle une action rapide et coordonnée à plusieurs niveaux, comme je l'ai dit tout à l'heure. La situation est complexe et multifactorielle mais nous devons vraiment avoir une réaction à la hauteur des enjeux.
S'agissant du niveau européen – vous avez évoqué l'Allemagne à plusieurs reprises dans votre réponse –, nous devons nous interroger. Quelle a été notre stratégie industrielle européenne? Durant la présidence belge, avons-nous vraiment défini des orientations capables de préserver nos fleurons industriels? L'absence d'une vision claire et d'une réponse coordonnée au sein de l'Europe à ce genre de défis montre les failles d'une politique industrielle désunie. Les enjeux sont européens et dépassent effectivement les compétences d'un État isolé.
Aux niveaux fédéral et régional, la bonne collaboration au sein de la task force est impérative. Nous nous demandons s'il ne serait pas intéressant de convoquer un comité intergouvernemental réunissant l'ensemble des ministres de l'Emploi et de l'Économie. Cette concertation doit aller au-delà de simples échanges et doit déboucher sur des actions concrètes. Nous devons explorer toutes les pistes pour maintenir l'activité, ou, si malheureusement aucune solution alternative n'existe, pour préparer la réinsertion et l'accompagnement de ces travailleurs.
Monsieur le ministre, vous êtes encore pleinement responsable dans ce dossier. Nous attendons de vous non seulement des réponses mais aussi des actions claires et efficaces. Le renvoi de balles entre niveaux de pouvoir est inaudible pour les travailleurs. Plus que jamais, c'est en travaillant ensemble que l'on sera efficace.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
02.01 Kurt Moons (VB): Mijnheer de minister, mijn vraag gaat over maaltijdkoeriers die belastingen zouden ontduiken via identiteitsfraude.
Anderhalve maand geleden verscheen in De Tijd een artikel waarin stond dat veel maaltijdkoeriers valse accounts gebruiken. De onderzoekers kregen toegang tot drie besloten Facebookgroepen waarin bestaande accounts of logins van Deliveroo en Uber Eats te huur werden aangeboden. Dat dit geen beperkt fenomeen is, blijkt uit het aantal betrokken leden van die groepen: 6.000 tot 10.000 leden per groep. De prijs voor de verhuur van een identiteit ging tot 100 euro per week.
Een viertal categorieën van personen zou geïnteresseerd zijn: illegale migranten die een inkomen zoeken, minderjarigen die leeftijdsbeperkingen willen vermijden, werklozen die wat extra willen verdienen boven op hun werkloosheidsuitkering en zelfstandigen die de maximale verdienlimiet van 7.460 euro per jaar in het fiscaalvriendelijke arbeidsstelsel van de deeleconomie, het zogenaamde peer-to-peerstatuut, wensen te omzeilen.
In alle gevallen betreft het frauduleuze praktijken, waardoor de overheid sociale bijdragen en belastingen ontloopt. Gelet op de desastreuze financiële en budgettaire toestand van dit land, acht ik het nuttig om dat verder te onderzoeken en aan te pakken.
Ik kom tot mijn vragen.
Ten eerste, mijnheer de minister, hebt u weet van die frauduleuze praktijken?
Ten tweede, worden er door de sociale en fiscale inspectiediensten regelmatig controles uitgevoerd op identiteitsfraude? Zo ja, hoeveel controles hebben er plaatsgevonden sinds 2016, het jaar van invoering van het peer-to-peerstatuut?
Ten derde, wat zijn de bevindingen van die controles en kunnen ze worden opgedeeld in de hierboven genoemde vier categorieën?
Ten vierde, hoeveel sociale bijdragen en belastingen worden op die manier per jaar ontdoken?
Ten vijfde, hoe streng wordt die sociale en fiscale fraude in de praktijk door de administratie en/of het gerecht aangepakt?
Ten zesde en tot slot, in welke mate bent u voorstander van een minimum van sociale rechten voor iedereen, los van het tewerkstellingsstatuut, dus ook voor zelfstandigen in de deeleconomie?
02.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mijnheer Moons, ik ben mij volledig bewust van het bestaan van dergelijke praktijken. De verbetering van de opsporing van identiteitsfraude werd daarom ondertussen ook als een recurrente handeling opgenomen in de actieplannen voor sociale fraudebestrijding.
Het gebruik en misbruik door een platformwerker van een account van een andere persoon kan door sociale inspecteurs alleen worden opgemerkt als zij vaststellen dat degene die de diensten levert een andere of verkeerde identiteit bij de controle opgeeft.
Tegelijk moet worden opgemerkt dat de politie in eerste instantie verantwoordelijk is voor het vaststellen van identiteitsfraude en/of het gebruik van vervalste identiteitsdocumenten. Om die reden wordt nauw samengewerkt tussen de politie en de sociale inspectiediensten, evenals met de Dienst Vreemdelingenzaken en Justitie.
In 2023 rapporteerde het RSVZ 281 behandelde dossiers. In 2024 werden er tot nu toe bijna 200 dossiers van identiteitsfraude behandeld. Hoeveel er dat zijn in de sector van de peer-to-peerplatformen, kan niet worden meegedeeld. Vanaf april 2017 onderscheidt de RVA dossiers van identiteitsfraude in alle sectoren van die bij de peer-to-peerplatformen. Ik kan u de tabel met de precieze gegevens bezorgen.
Identiteitsfraude kan bestraft worden met een sanctie van niveau 4, zoals bepaald in het Sociaal Strafwetboek. Gevallen van vermoedelijke of bewezen identiteitsfraude worden door de inspectiediensten gemeld aan het bevoegde parket. De minister van Justitie kan verdere toelichting geven over de aanpak door de gerechtelijke autoriteiten.
Los van de fraudeproblematiek is het essentieel dat iedereen voldoende bescherming op het werk geniet. In de context van de deeleconomie is dat bijvoorbeeld de reden waarom in 2022 een wet, als deel van de jobdeal, werd goedgekeurd die in specifieke maatregelen voorziet om de rechtszekerheid van de arbeidsrelatie te garanderen voor wie via een digitaal platform werkt.
We verplichten de platforms ook om een arbeidsongevallenverzekering naar gemeen recht af te sluiten, indien de dienstverleners niet door een arbeidsovereenkomst met het platform verbonden zijn.
02.03 Kurt Moons (VB): Mijnheer de minister, ik dank u voor de antwoorden.
Ik neem nota van het feit dat een recurrente actie op stapel is gezet om identiteitsfraude aan te pakken.
Ik kan alleen nog toevoegen dat ook feitelijk moet worden ingebroken in de Facebookgroepen om identiteitsfraude beter te kunnen opzoeken.
Graag had ik ook de tabel gekregen waarvan u sprak, zodat we die nader kunnen onderzoeken.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
03.01 Annik Van den Bosch (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, vorig jaar stonden duizenden délégués op de barricaden om te strijden tegen het besluit van Delhaize, een zeer winstgevend bedrijf, om alle 128 nog overgebleven winkels in eigen beheer te franchiseren. Ik stond ook op die barricaden als werkneemster van Delhaize. We stonden daar omdat we wisten wat het betekent voor het personeel om voor een franchise te werken: slechtere arbeids- en loonvoorwaarden, geen sociale bescherming, nog meer flexibiliteit, druk om op zondagen te werken zonder premie enzovoort.
Delhaize riep de befaamde cao 32bis in die ons bij een overname zou beschermen. Het is toen uw keuze geweest om daarin mee te gaan. Van die bescherming schiet vandaag niet veel meer over.
In de Gazet van Antwerpen konden we lezen over de wantoestanden in vijf Delhaizewinkels in de provincie Antwerpen. Mijn ex-collega’s worden geïntimideerd en onder druk gezet om een ontslagregeling met voorwaarden die ver onder hun wettelijke rechten liggen te ondertekenen. Het betreft niet alleen die vijf winkels, het probleem is wijdverspreid onder de nieuwe gefranchiseerde Delhaizes. Vaste contracten worden vervangen door flexi-jobbers, uitzendkrachten en jobstudenten, dus door goedkope wegwerparbeiders, in een sector waar de lonen al tot de laagste van het land behoren.
Mijnheer de minister, zult u een onderzoek openen naar de sociale misbruiken in de gefranchiseerde Delhaizes?
Hoe zult u ervoor zorgen dat de werkgevers de arbeidsrechten van hun werknemers respecteren en hen bijvoorbeeld niet tot zondagswerk dwingen?
Hoe zult u ervoor zorgen dat de werkgevers cao 32bis strikt zullen naleven? Hoe zult u daarop controleren? Wat zult u doen als zij zich hier niet aan houden?
Hoe zult u ervoor zorgen dat vakbonden weer bij het overleg betrokken worden, met het oog op de bescherming van de rechten van de werknemers?
Welke mechanismen zijn nodig om ervoor te zorgen dat werkgevers hun werknemers niet onder druk kunnen zetten om hun ontslagbrief te ondertekenen? Werknemers hebben recht op bedenktijd, op overleg met het thuisfront en met hun vakbondsafgevaardigde.
03.02 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, in augustus getuigden anonieme werknemers of ex-werknemers van een aantal gefranchiseerde Delhaizewinkels in Gazet van Antwerpen dat ze zwaar onder druk worden gezet om zelf ontslag te nemen of op zondag te werken. De BBTK voegde daaraan toe dat men heel wat signalen krijgt dat dergelijk wanpraktijken zich niet tot de vestigingen in de provincie Antwerpen beperken. In het hele land loopt het dus grondig fout.
Ik heb hierover vragen genoeg gesteld. Ooit heb ik zelfs in een plenaire vergadering gezegd dat we allemaal wisten wat er zou gebeuren: de werknemers zouden een voor een bij de filiaalhouder worden geroepen en onder druk worden gezet om zelf ontslag te nemen, op zondag te werken of andere loonvoorwaarden te aanvaarden. Wat mij verbaast, is dat ik echter ook nog signalen binnenkrijg dat er tijdens dat gesprek naast de franchisenemer ook een jurist van de groep Ahold-Delhaize zit. Het wordt dus nog eens aangestuurd vanuit de groep. Dat is iets wat ik niet had voorspeld. Ik had gedacht dat ze het toch iets sluwer zouden spelen.
Cao 32bis is echter van toepassing. Ze hebben dat ook aangekondigd en ik heb daarom enkele vragen.
Heeft de sociale inspectie ook klachten binnengekregen? Zo niet, kunt u dan uw diensten inschakelen? Wat zult u doen opdat cao 32bis wordt toegepast en nageleefd, zodat de werknemers die overgenomen werden kunnen rekenen op het behoud van hun loon- en arbeidsvoorwaarden?
Krijgt de RVA ook dergelijke signalen binnen? Zijn er ex-werknemers van Delhaize die zelf ontslag hebben genomen en nu een uitkering aanvragen, maar die niet kregen? Hebt u daar zicht op?
Naar aanleiding van dit dossier zou er een
sectoraal overleg plaatsvinden over de paritaire comités. We zien nu echter dat
mensen in een lager paritair comité worden ondergebracht. De race to the bottom is bezig. Ook Colruyt
trekt daarover aan de alarmbel. Zijn daarvoor nog stappen gezet?
03.03 Marie Meunier (PS): Monsieur le ministre, la franchisation des magasins Delhaize entraîne des conséquences dramatiques sur les conditions de travail des employés du secteur de la distribution. Selon les informations communiquées par le SETCa, ce sont près de 9 200 travailleurs qui voient leurs conditions de travail se dégrader jour après jour. La pression quotidienne est tout simplement devenue insoutenable, provoquant une augmentation des maladies de longue durée, tandis que de nombreux contrats à durée déterminée (CDD) ne sont pas renouvelés et sont remplacés par des flexi-jobbers ou des étudiants, ce qui détériore la qualité de l’emploi et des services.
Les travailleurs dénoncent également des changements constants d’horaires, une flexibilité forcée, une polyvalence excessive et une gestion qui relève parfois du harcèlement. Et, comme si cela ne suffisait pas, les magasins ouvrent désormais même le dimanche. Il me semble qu'il s'agit là d'un exemple flagrant de dumping social qui risque de s'étendre à l’ensemble du secteur de la distribution.
Cependant, tout cela n'est ni un hasard ni une surprise. Notre groupe l'avait déjà anticipé et dénoncé sous la précédente législature. Vous conviendrez que cette situation est inacceptable pour les travailleurs.
Monsieur le ministre, l’Inspection sociale a-t-elle mené des contrôles dans les magasins franchisés pour s'assurer du respect de la convention collective de travail (CCT) n° 32? Par ailleurs, pouvez-vous nous dire où en sont les discussions entre les partenaires sociaux concernant l’harmonisation des commissions paritaires du secteur?
03.04 Pierre-Yves Dermagne, ministre: Mesdames les députées, je vous remercie de vos questions.
Comme vous le savez, sous la précédente législature, la direction de l'entreprise Delhaize a décidé de franchiser l'intégralité de ces 128 magasins qui fonctionnaient encore en gestion propre. Cette décision, dont les potentielles conséquences négatives avaient été dénoncées par les représentants des travailleurs, a encore aujourd'hui un impact non négligeable sur le personnel des magasins, mais également sur les mécanismes de concertation sociale développés au sein de l'entreprise.
Op mijn vraag werden er besprekingen opgestart tussen de sociale partners over de harmonisatie en de structuur van de betrokken paritaire comités. Die besprekingen lopen nog. Een eerstvolgende vergadering zal binnenkort plaatsvinden.
Harmonisatie is voor mij een conditio sine qua non voor een eerlijke concurrentie tussen de verschillende economische spelers. In ieder geval mogen de arbeidsvoorwaarden van het personeel geen aanpassingsvariabele zijn. Laten we niet vergeten dat het recht op collectieve onderhandelingen een grondrecht en een van de hoekstenen van ons sociaaloverlegmodel is.
De Sociale Inspectie organiseert geen aparte acties voor franchisegevers. Er bestaan geen aparte gegevens over franchisering en er zijn geen indicaties op zich dat franchise zou kunnen wijzen op een hogere kans op vaststelling van sociaalrechtelijke inbreuken. Er werden wel al specifieke controleacties in de retailsector gehouden. Ik verwijs hiervoor naar het antwoord op de parlementaire vraag nr. 1580 van mevrouw Moscufo van begin dit jaar.
Wat eventueel misbruik betreft, als werknemers of hun vertegenwoordigers menen dat hun arbeidsrechten niet worden gerespecteerd, kunnen zij dat altijd, ook anoniem, melden aan de Arbeidsinspectie. Die zal dan een onderzoek instellen en de nodige maatregelen nemen indien onregelmatigheden worden vastgesteld.
Indien de bepalingen van cao 32bis niet worden nageleefd wat de overname van de collectieve en individuele arbeidsrechten betreft, kan dat worden voorgelegd aan de daarvoor bevoegde arbeidsrechtbank.
Quant à la question des pressions qu'un employeur pourrait exercer vis-à-vis d'un travailleur, il s'agit bien entendu de se montrer très ferme là-dessus et souligner que les parties sont tenues d'exécuter le contrat de bonne foi.
Ik breng graag nog even in herinnering waarom ons arbeidsrecht maatregelen bevat ter bescherming van de werknemers. Bij het sluiten van een arbeidsovereenkomst en in de relatie werknemer-werkgever is er vaak geen sprake van een evenwaardige relatie en is het dus noodzakelijk om via wetgeving de rechten van de werknemers te vrijwaren.
Un travailleur pourrait ainsi faire valoir l'erreur, le dol ou la violence s'il était par exemple contraint de signer une lettre de démission contre sa volonté. Il pourrait également invoquer une faute dans le chef de son employeur ou encore déposer plainte pour harcèlement. Je tiens à cet égard à rappeler que la législation en matière de protection contre les représailles de l'employeur vis-à-vis de son travailleur qui a déposé plainte a été renforcée sous la précédente législature.
Tot slot verzamelt de RVA enkel algemene cijfergegevens, zoals hoeveel personen uitkeringen hebben aangevraagd en hoeveel er werden toegekend of geweigerd. Verdere details per onderneming worden niet bijgehouden. Hetzelfde geldt voor cijfergegevens met betrekking tot het aantal geweigerde uitkeringen naar aanleiding van een ontslagname of een ontslag om dringende redenen.
03.05 Annik Van den Bosch (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord. U legt alweer de verantwoordelijkheid bij de werknemers in plaats van bij uzelf. Alles wat er nu gebeurt, hebben de vakbonden u de afgelopen maanden keer op keer verteld. Alles wat ze hebben gezegd, blijkt in de praktijk waar te zijn. Mijn collega, Nadia Moscufo, heeft u maandenlang gewaarschuwd: als u niets doet, als u de vakbonden uit de winkels laat zetten, dan wordt het een ramp. Dat is nu ook gebleken. U hebt niets gedaan, de regering heeft niets gedaan en we kunnen het resultaat zien.
Nu vernemen we dat Arizona nog verder wil gaan in het dereguleren van de sector, zelfs in het dereguleren van de hele arbeidsmarkt. Het model-Delhaize staat alle arbeiders te wachten: een race naar meer precariteit en flexibiliteit, waardoor de arbeidsomstandigheden van de hele sector onder druk komen te staan en zo ook van de rest van de arbeidsmarkt. Dat is wat er op het spel staat en dat is wat u hebt laten gebeuren.
03.06 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord. Ik begrijp dat er geen algemene controle is. Franchise staat niet automatisch gelijk aan sociale fraude. Dat heb ik ook nooit beweerd.
Wat ik hier echter frappant vind, is dat het blijkbaar door de groep wordt aangestuurd. Dat verbaast mij ook niet. We weten allemaal dat het van bij het begin – ik herinner mij nog zeer goed de aankondiging op 7 maart – de bedoeling van de groep was om kosten te besparen op de kap van het personeel. Daarom hebben ze ook de wetten omzeild en dit vehikel gebruikt.
In die zin zou ik toch wel willen aandringen op controles door de Sociale Inspectie. Ik denk dat dit belangrijk is voor het personeel. Ik vertel altijd het verhaal van die mevrouw in Aalst die tijdens de staking haar potjes ging afstoffen, omdat ze zo fier was op haar afdeling. Dat zijn mensen die zich hun hele leven hebben ingezet en die nu als grof huisvuil aan de kant worden gezet. Ik denk dat het belangrijk is dat wij mee aan de kar trekken om hun rechten te garanderen.
Ik zal de BBTK in elk geval oproepen om klachten in te dienen, gelet op de klachten die er zijn in de verschillende winkels.
03.07 Marie Meunier (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses. Depuis le début de cette affaire, on peut dire que la direction de Delhaize fait preuve d'un cynisme sans nom. Elle profite sans scrupule de toutes les failles du droit du travail pour maximiser ses profits et cela se fait au détriment des travailleurs.
Nous savons qu'actuellement, les partenaires sociaux ont entre leurs mains l'harmonisation des commissions paritaires mais, nous, en tant que législateur, nous devons nous saisir de ces problématiques et renforcer les protections des employés pour éviter que de telles dérives soient encore possibles.
Notre proposition de loi permet déjà de protéger les travailleurs en cas de faillite d'une franchise mais nous devons maintenant absolument améliorer les droits des travailleurs en cas de franchisation et de transfert d'entreprise.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
04.01 Wouter Raskin (N-VA): Mijnheer de minister, ik verwijs naar een recent academisch onderzoek dat klaarheid probeerde te scheppen in het kluwen van de vele onderaannemers die actief zijn in de bouwsector. De grote complexiteit van de ketens van onderaannemers hebben in het verleden al vaak tot misbruik geleid.
In een poging de uitwassen aan te pakken, werd de ketenaansprakelijkheid verstrengd. Uw Vlaamse collega, minister Brouns, kwam begin 2023 met een nieuw decreet, maar dat is blijkbaar nog steeds niet in de praktijk omgezet.
Vandaar heb ik een aantal concrete vragen aan u.
Er zouden problemen zijn bij de ontwikkeling van een digitale tool waarmee aannemers de gegevens van onderaannemers kunnen opvragen. De ontwikkeling van die tool gebeurt in samenwerking met de RSZ. Mijnheer de minister, om welke problemen gaat het exact?
Wanneer hebt u hierover voor het laatst ter zake contact gehad met uw Vlaamse collega? Welke conclusies zijn daaruit voortgekomen? Werden er ook concrete afspraken gemaakt?
Tot slot, binnen welke termijn kan er een oplossing gevonden worden voor dat probleem? Met andere woorden, wanneer kan de digitale tool geactiveerd worden?
04.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mijnheer Raskin, dank u voor uw vraag.
U verwees ongetwijfeld naar het besluit van 26 april 2024 van de Vlaamse regering, waarbij de zorgvuldigheidsplicht nieuw leven werd ingeblazen.
De zorgvuldigheidsplicht dwingt ondernemers die een beroep doen op een onderaannemer ertoe na te gaan of er geen illegale tewerkstelling plaatsvindt, via het opvragen van de relevante documenten bij hun onderaannemers. Wanneer de onderaannemer die documenten niet kan of niet wil tonen, moet de aannemer hiervan melding maken aan de Vlaamse Sociale Inspectie.
Voor de concrete uitwerking en toepassing van deze nieuwe reglementering zijn er contacten tussen de Vlaamse administratie en de RSZ. De Vlaamse Sociale Inspectie en de RSZ hebben overleg gepleegd, gelet op de duidelijke gelijkenissen met de reeds bestaande melding van ontbrekende documenten in de Limosa-meldingsplicht. Het is belangrijk om niet een louter formele verplichting in te voeren, maar wel een nieuw wapen aan het arsenaal toe te voegen in de gemeenschappelijke strijd tegen sociale fraude en uitbuiting van kwetsbare werknemers. Het meldloket mag zich niet beperken tot een veredelde e-mail.
Daarnaast dient ook te worden gewaakt over de gebruiksvriendelijkheid van de tool. Het betreft een complex technisch project, waarbij een koppeling met bestaande databanken en toepassingen moet worden gemaakt. Daarbij wordt dan ook onderzocht of, in toepassing van het only-onceprincipe, de aannemer de aanwezigheid van de documenten kan nagaan in een bestaande authentieke bron. Zoals u weet, is de consultatie van persoonsgegevens in een overheidsdatabank enkel mogelijk binnen het strikte kader van de privacywetgeving. Bij de uitwerking zal dan ook nagegaan moeten worden of de betrokken partijen de nodige machtigingen hebben om toegang te krijgen tot het meldpunt.
Er werden mij geen bijzondere problemen gemeld. De RSZ en Vlaanderen finaliseren momenteel de initiële analyse en haalbaarheidsstudie, waarna een projectfase kan worden aangevat. Het is momenteel nog niet mogelijk om een datum te geven waarop deze toepassingen in gebruik kunnen worden genomen.
04.03 Wouter Raskin (N-VA): Mijnheer de minister, u deelt ons hier mee dat u al hebt nagedacht over de manier waarop een en ander moet verlopen, over welke mogelijke knelpunten er bestaan en over de complexiteit van een dergelijke operatie.
Concrete data van overlegmomenten in het verleden en zo meer heb ik van u niet vernomen. U geeft ook niet echt een perspectief voor wanneer een en ander dan wel mogelijk is, al kan ik dat enigszins begrijpen.
Ik hoop samen met u dat het proces een verder beslag zal krijgen, zodat het kluwen van onderaannemers en de perverse gevolgen die dat soms met zich meebrengt, kunnen worden aangepakt.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
05.01 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, ik recapituleer even. Op tweede kerstdag hebben de werkgeversfederaties van de dienstenchequesector de cao voor de eindejaarspremie en de syndicale premie opgezegd. Vorige week, na acht maanden, werd een nieuwe cao ondertekend, met dezelfde inhoud als de voorgaande. De eindejaarspremie en de syndicale premie zijn verzekerd. Ik was opgelucht. Ook voor veel poetshulpen die deeltijds werken en moeilijk de eindjes aan elkaar kunnen knopen, zeker in de eindejaarsperiode, was het een hele opluchting
Helaas was die opluchting van heel korte duur, want een paar dagen later stelde een aantal werkgeversfederaties opnieuw dat ze die cao niet hadden ondertekend.
Is het volgens uw diensten juist dat de werkgeversfederaties de cao in vraag stellen? Kan dat zomaar? Ik zag op sociale media dat er gehandtekende exemplaren zijn. Is er gevraagd naar sociale bemiddeling, die de situatie kan opklaren?
Werkgeversfederaties zeggen dat de eindejaarspremie en de syndicale premie toch verzekerd zijn. Wat is het nu eigenlijk?
Dit is de enige sector zonder sectorakkoord. De vakbonden roepen de werkgevers terug aan tafel. Het gaat allemaal zeer moeizaam. Kunnen uw diensten daar een beetje de kar trekken, zodat de huishoudhulpen kunnen rekenen op verbetering?
05.02 Aurore Tourneur (Les Engagés): Monsieur le ministre, en 2022, l'Inspection sociale a mené une série de contrôles dans 175 entreprises de titres-services et le rapport final a révélé que 90 % d'entre elles avaient reçu un avertissement écrit pour non-respect des dispositions relatives au bien-être des travailleurs. Cela a évidemment mis en lumière les lacunes sérieuses dans la protection de ceux-ci.
Cette situation est d'autant plus préoccupante que des études antérieures avaient déjà démontré que les aides-ménagères sont 35 fois plus susceptibles de souffrir de troubles musculosquelettiques et sont à 260 % plus susceptibles d'être en incapacité de travail de longue durée, comparativement aux travailleurs d'autres secteurs.
Monsieur le ministre, pourriez-vous nous informer des mesures concrètes qui ont été mises en place à la suite de ces contrôles pour améliorer la situation dans les entreprises de titres-services? Concrètement, quel suivi a été effectué concernant les entreprises qui ont reçu un avertissement écrit? Quelle évolution avez-vous observée depuis la publication de ce rapport accablant? Les contrôles ont-ils été renforcés pour garantir une meilleure protection de ces travailleurs? Quelles actions ont été entreprises pour sensibiliser les employeurs et améliorer la prévention de ces troubles musculosquelettiques, qui constituent une problématique persistante dans ce secteur?
05.03 Minister Pierre-Yves Dermagne: Bedankt voor uw vragen. Mevrouw Vanrobaeys, ik weet dat u net als ik de sector een warm hart toedraagt. Ik wil u eerst geruststellen met betrekking tot de betaling van de eindejaarspremie eind december 2024 en de modaliteiten van de eindejaarspremie en de syndicale premie, zoals voorzien in de opgezegde sector-cao, gelet op de referteperiode en de duurtijd van de opzeg van die cao.
De cao waarvan in de media sprake is, betreft een tekst getekend buiten het paritair subcomité. Zodra de sociale partners beslissen om binnen het paritair subcomité een cao ter zake te sluiten, kunnen de administratieve stappen volgen met het oog op de algemeenbindendverklaring ervan. De voorzitter van het paritair subcomité staat in contact met de verschillende partijen om het sociaal overleg recht te trekken.
We weten inderdaad nog hoe de hele discussie is ontstaan. Twee van de drie werkgeversfederaties in het paritair subcomité hebben vorig jaar in de kerstperiode onverwacht twee sector-cao’s opgezegd. Deze uitzonderlijke demarche werkt nog steeds door. Het is tijd dat men beseft dat dit niet de manier is om sociaal overleg te voeren en dat dit wordt rechtgezet.
Madame Tourneur, je vais vous donner quelques chiffres en réponse à vos différentes questions. Lors de la campagne de suivi nationale en 2023 dans le secteur, 83 visites d'inspection au total ont été effectuées dont 47 visites de suivi dans des entreprises de titres-services déjà visitées lors de la campagne nationale précédente et 36 nouvelles visites dans de nouvelles entreprises de titres-services.
Pour les 47 visites de suivi, 29 avertissements écrits et 2 avis écrits ont été établis. En outre, 31 procès-verbaux de constatation d'infraction ont été également dressés. Pour les 36 nouvelles visites dans des entreprises de titres-services, 34 avertissements écrits et 3 avis écrits ont été rédigés. Pour de plus amples informations relatives aux résultats de cette campagne d'inspection, je vous renvoie vers le rapport final disponible sur le site web du SPF Emploi.
Enfin, à côté de l'effet dissuasif que ces campagnes ont eu, une page web a également été développée spécifiquement pour le secteur des titres-services sur www.beswic.be, le Centre de connaissance belge sur le bien-être au travail, ainsi qu'une campagne de sensibilisation et d'information au travers des canaux idoines.
05.04 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord, dat een en ander verduidelijkt.
Ik was echt opgelucht. Er was immers eindelijk een doorbraak. Poetshulpen zouden kunnen rekenen op een eindejaarspremie en een syndicale premie, die een broodnodige aanvulling zijn op hun inkomen.
Ik hoop dan ook dat de voorzitter van het paritair comité de situatie kan rechttrekken, dat er afspraken worden gemaakt en dat de cao kan worden afgerond.
Ik hoop ook dat de werkgeversfederaties die de cao hebben opgezegd, beseffen wat zij hebben gedaan. Huishoudhulpen verlaten momenteel massaal de sector en vormen intussen een knelpuntberoep. Voor veel gezinnen zijn huishoudhulpen nochtans een essentiële schakel om werk en gezin goed te kunnen combineren. Ik hoop dus dat de federaties met alle genoemde elementen rekening houden en dat een goede cao wordt gesloten, zodat de huishoudhulpen ten minste kunnen rekenen op een goede eindejaarspremie, een goede syndicale premie en een goed inkomen.
05.05 Aurore Tourneur (Les Engagés): Monsieur le ministre, je vous remercie de votre réponse. Toutefois, il me semble important de souligner que, malgré le caractère nécessaire des efforts fournis par les services de contrôle et les mesures qui sont prises, le chantier reste immense. J'ai entendu parler de 36 nouvelles visites, dont 34 avaient débouché sur un résultat négatif. Nous nous rendons donc bien compte qu'il reste encore beaucoup de boulot.
Les travailleurs du secteur, majoritairement des femmes travaillant à temps partiel, sont confrontés à trois défis majeurs. Tout d'abord, les risques liés à l'utilisation d'agents chimiques, à la manutention de charges et à la protection de la maternité doivent être analysés rigoureusement. Vient ensuite la surveillance obligatoire de la santé, car le suivi médical tant préalable que périodique des travailleurs constitue un droit fondamental qui ne peut être négligé. Enfin, il convient de vérifier les équipements, mission qui relève de la responsabilité des employeurs et de la hiérarchie. Ils doivent en effet s'assurer que les produits chimiques et les autres types de matériel sont appropriés et adaptés.
Voorzitster: Anja Vanrobaeys.
Présidente: Anja Vanrobaeys.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
06.01 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, ik heb u al verteld over mijn carrière bij Volkswagen Vorst, die abrupt eindigde in 2006. Daarna ben ik meteen aan de slag gegaan bij AMI Semiconductor in Oudenaarde. Ik heb daar toen gewerkt in een volcontinu vijfploegensysteem met ongeveer 500 collega's. Het was een hoogtechnologische fabriek met een cleanroom en toen al de enige productiesite in België van halfgeleiders. Dat is een zeer strategische sector.
AMI werd Onsemi en Onsemi werd dan weer BelGaN. BelGaN ging ondanks de groeiende vraag naar computerchips failliet. Dat was een zeer pijnlijk faillissement voor heel Oudenaarde, de Vlaamse Ardennen en de hele Belgische economie.
Bij een faillissement wordt een curator aangesteld. Die besliste onlangs over te gaan tot liquidatie. De fabriek, waar 440 werknemers aan de slag waren, wordt dus ontmanteld. De machines worden per stuk per opbod verkocht. Zelfs o-ringetjes worden nu per stuk verkocht. Ook de patenten van de nieuwe in Oudenaarde ontwikkelde GaN-technologie zullen per opbod worden verkocht. De curatoren kijken alleen naar de opbrengst op korte termijn, want dat is hun job. Nochtans zijn deze technologische producten nodig voor de elektrificatie van onder andere ons wagenpark. Het is dus een essentiële site voor de ecologische transitie die we moeten doormaken.
In de pers lazen we dat er een overnamebod werd gedaan waarbij 360 jobs zouden worden behouden. Toch willen de curatoren de machines die halfgeleiders produceren apart verkopen, om zo een groter bedrag te kunnen binnenhalen. Ik vind dat bijzonder cynisch. Een overheidsparticipatie, een overbruggingskrediet of beide had nochtans de toekomst kunnen verzekeren van de enige Belgische productiesite van halfgeleiders.
Ik heb dan ook enkele vragen. Hebt u contact gehad met de curatoren in dit dossier?
De PVDA heeft daarenboven een doorstart voorgesteld via een participatie van de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij. Waarom is die er niet gekomen? Hebt u in de minsterraad aangedrongen op een overheidsparticipatie of een overbruggingskrediet? De fabriek werd immers ooit opgericht via een Vlaamse participatie.
Hoeveel werknemers van BelGaN hebben al een nieuwe job gevonden?
06.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mijnheer Tonniau, de meeste vragen hebben betrekking op economisch en industrieel beleid of op arbeidsbemiddeling. Dat zijn zaken die niet tot mijn bevoegdheden behoren. Het zijn immers regionale bevoegdheden.
Ik kan u wel meedelen dat de curatoren van het faillissement begin september gemeld hebben dat ze geen valabel overnamebod hebben ontvangen en dat het bedrijf definitief wordt gesloten. De curatoren hebben ook aangegeven enkele personeelsleden die de veiligheid van de productievloer en de integriteit van de inboedel moeten bewaren voor een bepaalde periode aan het werk te houden.
Ex-werknemers worden bevoorrechte schuldeisers. Indien er echter onvoldoende of geen middelen voorhanden zijn, dan komt het Fonds Sluiting Ondernemingen tussen. Voor de stopgezette arbeidsovereenkomsten betekent dit dat men recht heeft op de sluitingsvergoeding en de contractuele vergoedingen, met inbegrip van de ontslagvergoeding.
06.03 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, dank voor uw antwoord. Wij zullen de minister van Economie daar zeker vragen over stellen. Het is hallucinant dat we in België zo’n mooie site laten kapotgaan en dat dit zomaar kan. We vragen geen subsidies voor BelGaN, we vragen investeringen opdat we de technologische transitie zelf kunnen waarmaken. Europa heeft bijvoorbeeld onlangs een subsidie van 5 miljard euro toegestaan aan de Duitse overheid voor een waferfabriek, een halfgeleiderfabriek. Europa staat dat aan Duitsland toe voor die fabriek in Dresden. Voor de werknemers in Oudenaarde, voor onze eigen industrie, hebben we niets over. Die laten we gewoon kapotgaan en dat begrijpen de mensen niet.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
07.01 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, vorig jaar werd er voor meer dan 22.800 langdurig zieken een beslissing genomen over hoe het verder moet op de werkvloer. Amper 18 % stapte in een formeel re-integratietraject. Daarbij wordt op zoek gegaan naar aangepast werk voor de zieke. Voor meer dan 80 % werd een procedure medische overmacht opgestart.
De ontslagmachine is niet gestopt, zoals u beweerde, maar heeft zich verplaatst naar een ander systeem. In 80 % van de gevallen biedt de werkgever geen aangepast werk aan. Waarom zou hij ook, er is immers geen incentive. Bij de procedurebeëindiging van een arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht hoeft de werkgever niet eens een ontslagvergoeding te betalen aan de ziekgewerkte werknemer, enkel een kleine boete van 1.800 euro. Het is veel goedkoper om een werknemer af te danken dan om in aangepast werk te voorzien. Dat systeem is fout.
Hoelang bent u al op de hoogte van deze dramatische cijfers? De PVDA heeft die maanden geleden al opgevraagd, maar nooit gekregen. Waarom trok u niet aan de alarmbel toen u die dramatische cijfers onder ogen kreeg? Wat is uw oplossing voor het misbruik van de procedure medische overmacht?
07.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mijnheer Tonniau, mijn administratie bracht mijn medewerkers begin deze maand op de hoogte van de cijfers die ze deze zomer heeft ontvangen van de externe preventiediensten. Zeven van de tien erkende preventiediensten bezorgden hun data.
Uw vaststelling dat het aantal procedures medische overmacht toegenomen is sinds de laatste hervorming in 2022 klopt evenwel niet. Met de hervorming van het RIT 2.0 heb ik ervoor gezorgd dat de twee procedures – de procedure medische overmacht en de re-integratieprocedure – aparte, los van elkaar staande procedures zijn.
Door deze hervorming weten wij eindelijk hoe vaak er gebruikgemaakt wordt van de procedure medische overmacht. Nu wordt de formele integratieprocedure gebruikt waarvoor ze bedoeld is, namelijk: het gesprek tussen werknemer en werkgever aangaan over de terugkeer naar het eigen, gekende bedrijf.
Voor mijn hervorming in 2022 waren er circa 35.000 re-integratietrajecten per jaar, waarvan ongeveer 60 % eindigde in een medische overmacht.
Ik ben het eens met uw vaststelling dat werkgevers veel te weinig nieuwe kansen geven aan personen met een gezondheidsprobleem of een handicap. Ik meen dat wij zelfs mogen spreken over het brede maatschappelijke probleem dat er veel te weinig kansen worden gegeven aan personen die het wat moeilijker hebben. Dat is voor mij en voor mijn partij onaanvaardbaar. Ik meen dat de responsabilisering van werkgevers wat dit probleem betreft, versterkt moet worden. Personen met een gezondheidsprobleem verdienen alle kansen. Onze arbeidsmarkt heeft iedereen nodig. Het is hoog tijd dat de werkgevers dat inzien en meer inspanningen doen.
07.03 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, bedankt voor uw antwoord, maar u zei eerder dat de ontslagmachine onder uw beleid gestopt zou worden. Aan de cijfers zien wij nu echter dat dit niet het geval is. Ik kan daarvan getuigen, ik heb het zelf meegemaakt. Ik werkte in een grote fabriek, was 34 jaar en stapte met twee versleten nekwervels naar de arbeidsgeneesheer. Samen zochten wij naar een oplossing. In principe is een andere job vinden in een autofabriek niet zo moeilijk, er zijn daar 100 verschillende jobs. Dat bleek echter niet mogelijk. De arbeidsgeneesheer zei daarop dat ik ander werk moest zoeken, want men zou mij daar geen andere functie voorstellen, ik zou te oud zijn daarvoor. Ik was op dat moment 34 jaar.
Men moet met de mensen op het terrein spreken en de realiteit onder ogen zien. Dat re-integratietraject is een ontslagmachine. De krachtsverhoudingen liggen zo dat de arbeiders op de vloer niet de mogelijkheid hebben om die situatie te veranderen. De cijfers zijn slecht, ze waren slecht en blijven slecht.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
08.01 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, het verhaal van Tupperware is ons allen bekend.
De hoofdzetel van Tupperware ligt in de Verenigde Staten. Tupperware heeft het faillissement aangevraagd wegens financiële problemen. Tupperware zou 700 miljoen dollar schulden hebben. In de fabriek in Aalst staat een deel van de 240 werknemers al sinds vorige week op tijdelijke werkloosheid. In de productieafdeling moeten de werknemers drie tot vier dagen per week stempelen. We weten allemaal wat dat betekent. Het inkomen van de werknemer daalt, maar de facturen blijven even hoog.
Wij hebben contact gehad met de werknemers, waaruit vooral één bezorgdheid naar voren komt, namelijk de onzekerheid die op hen weegt. Ze weten niet of ze de komende maanden nog werk zullen hebben. De directie stelt immers van niks op de hoogte te zijn. Alle informatie zit volgens de directie van Aalst in de Verenigde Staten. Ik kan evenwel begrijpen hoe stresserend het is voor de werknemers om niet te weten of ze over een paar weken of maanden nog werk zullen hebben.
Mijnheer de minister, welke stappen zult u ondernemen om duidelijkheid te verschaffen voor de werknemers van Tupperware Aalst?
08.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mijnheer Tonniau, ik dank u voor uw vraag.
Mijn administratie heeft op dit ogenblik geen officieel bericht gekregen over een aanvraag tot faillissement, een aankondiging van collectief ontslag of een sluiting van Tupperware Belgium te Aalst.
Ingeval er een aankondiging van collectief ontslag plaatsvindt of ingeval de sluiting van de onderneming wordt aangekondigd, zal de werkgever de nodige informatie moeten mededelen aan de ondernemingsraad in het bijzonder en aan de werknemers in het algemeen.
Ingeval een intentie tot collectief ontslag wordt aangekondigd, zal de werkgever, zoals u weet, de wet-Renault moeten toepassen en de informatie- en consultatiefase dienen op te starten.
Wanneer gebeurtenissen optreden of beslissingen worden genomen die een grote impact kunnen hebben op het bedrijf, moet volgens de wet in elk geval occasionele informatie aan de ondernemingsraad worden verstrekt. Die informatie moet zo snel mogelijk worden verspreid. Het is dus essentieel dat de werknemers van het bedrijf snel precieze en gedetailleerde informatie krijgen over de situatie waarin het bedrijf zich bevindt.
Mijn inspectiediensten zijn bevoegd voor de controle van de reglementering inzake economische en financiële informatie die aan de ondernemingsraad moet worden verstrekt.
08.03 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de minister, bedankt voor uw antwoorden.
We hebben het vandaag al gehad over Audi Brussel, over BelGaN en over Tupperware. Eigenlijk is het altijd hetzelfde verhaal: multinationals die hun wil opleggen en werknemers die in totale onzekerheid belanden. Dat is een constante.
U zegt dat u daaraan niets kunt doen. We hebben in België inderdaad heel weinig tools om die bedrijven te dwingen om informatie te verstrekken. Misschien moeten we daarover eens nadenken. Geloof me, die multinationals plannen hun acties zeer goed op voorhand. Zij weten nu al wat er in Aalst zal gebeuren. De kwestie is dat de werknemers op een eerlijke manier geïnformeerd moeten worden. De arbeiders en bedienden op de werkvloer zijn altijd het slachtoffer van dergelijk gedrag van de multinationals.
Het incident is gesloten.
L'incident est
clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.26 uur.
La réunion publique de commission est levée à 16 h 26.