KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 PLEN 164
CRIV 50 PLEN 164
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
P
LENUMVERGADERING
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
donderdag jeudi
11-10-2001 11-10-2001
10:00 uur
10:00 heures
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties:
Abréviations dans la numérotation des publications:
DOC
50
0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen:
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail: alg.zaken@deKamer.be
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Berichten van verhindering
1
Excusés
1
Regeling van de werkzaamheden
1
Ordre des travaux
1
Sprekers: Jef Tavernier, Yves Leterme,
voorzitter van de CD&V-fractie
Orateurs: Jef Tavernier, Yves Leterme,
président du groupe CD&V
Hervatting van de bespreking van de verklaring
van de regering
2
Reprise de la discussion de la déclaration du
gouvernement
2
Sprekers: Tony Van Parys, Guy Verhofstadt,
eerste minister, Marc Verwilghen, minister
van Justitie
Orateurs: Tony Van Parys, Guy Verhofstadt,
premier ministre, Marc Verwilghen, ministre
de la Justice
Buitenlandse delegatie
4
Délégation étrangère
4
Sprekers: Tony Van Parys, Marc Verwilghen,
minister van Justitie, Guy Verhofstadt, eerste
minister, Johan Vande Lanotte, vice-eerste
minister en minister van Begroting,
Maatschappelijke Integratie en Sociale
Economie, Geert Bourgeois, Fred Erdman,
Dirk Van der Maelen, voorzitter van de SP.A-
fractie
Orateurs: Tony Van Parys, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice, Guy Verhofstadt,
premier ministre, Johan Vande Lanotte, vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l' Économie sociale,
Geert Bourgeois, Fred Erdman, Dirk Van
der Maelen, président du groupe SP.A
Mededeling 22
Communication
22
Hervatting van de bespreking van de verklaring
van de regering
22
Reprise de la discussion de la déclaration du
gouvernement
22
Sprekers:
Anne Barzin, Ludwig
Vandenhove, Antoine Duquesne, minister
van Binnenlandse Zaken, Thierry Giet, Fred
Erdman, Marc Verwilghen, minister van
Justitie, Geert Bourgeois, Tony Van Parys,
Guido Tastenhoye
Orateurs:
Anne Barzin, Ludwig
Vandenhove, Antoine Duquesne, ministre
de l'Intérieur, Thierry Giet, Fred Erdman,
Marc Verwilghen, ministre de la Justice,
Geert Bourgeois, Tony Van Parys, Guido
Tastenhoye
BIJLAGE
42
ANNEXE
42
MEDEDELINGEN
42
COMMUNICATIONS
42
REGERING 42
GOUVERNEMENT
42
T
OEPASSING VAN ARTIKEL
98
BIS VAN HET
R
EGLEMENT VAN DE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
42
A
PPLICATION DE L
'
ARTICLE
98
BIS DU
R
EGLEMENT
DE LA
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
42
ARBITRAGEHOF 42
COUR
D'ARBITRAGE
42
A
RRESTEN
42
A
RRETS
42
B
EROEPEN TOT VERNIETIGING
43
R
ECOURS EN ANNULATION
43
P
REJUDICIËLE VRAGEN
44
Q
UESTIONS PREJUDICIELLES
44
RESOLUTIES 44
RESOLUTIONS
44
E
UROPEES
P
ARLEMENT
44
P
ARLEMENT EUROPEEN
44
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
PLENUMVERGADERING SÉANCE
PLÉNIÈRE
van
DONDERDAG
11
OKTOBER
2001
10:00 uur
______
du
JEUDI
11
OCTOBRE
2001
10:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.01 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.01 heures par M. Herman De Croo, président.
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Antoine Duquesne, Guy Verhofstadt, Marc Verwilghen.
De voorzitter: De vergadering is geopend.
La séance est ouverte.
Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij zullen in
bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen worden.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles
seront reprises en annexe du compte rendu intégral de cette séance.
Berichten van verhindering
Excusés
Danny Pieters, Francis Van den Eynde, wegens ziekte / pour raison de santé;
Marc Van Peel, wegens ambtsplicht / pour obligation de mandat;
Koen Bultinck, wegens familieaangelegenheden / pour raisons familiales;
Jean-Jacques Viseur, wegens beroepsplicht / pour obligations professionnelles;
Mirella Minne, met zending / en mission;
Martial Lahaye, met zending buitenslands / en mission à l'étranger;
Peter Vanhoutte, buitenslands / à l'étranger;
Denis D'hondt, Yvon Harmegnies, NAVO / OTAN;
Charles Janssens, OVSE /OSCE.
01 Regeling van de werkzaamheden
01 Ordre des travaux
De voorzitter: Collega's, in de vroege ochtend heeft de Kamer haar werkzaamheden beëindigd. Ik moet
ook uw aandacht vestigen op de tijdslimiet van de CD&V. In theorie is uw tijd quasi op, maar ik heb uw
spreektijd laten uitbreiden omdat er een aantal onderbrekingen zijn geweest.
Ik zal even mijn tijdtabel erbij nemen. Alle fracties ook de eenmansfractie hebben reeds gesproken.
Puis-je demander aux membres de faire un effort en vue de respecter les temps de parole? Un
engagement à ce propos a été pris tant lors de la conférence des présidents du 26 septembre dernier que
lors de la séance plénière du 9 octobre. Si les temps de parole sont respectés, nous pourrions voter ce soir
vers 19.00 heures.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Wij hebben gisteren de onderwerpen verkeersveiligheid, internationaal beleid en solidaire samenleving
behandeld. Deze ochtend zullen wij over de modernisering van het overheidsapparaat, justitie en politie
spreken. Ik heb de volgende sprekers: de heer De Crem, de heer Tastenhoye, de heer Vandenhove, de
heer Van Parys, mevrouw Giet, mevrouw Barzin, de heer Erdman, de heer Maingain en de heer Fournaux.
01.01 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter, kunt
u voor de bespreking van het justitiebeleid en binnenlandse zaken ook
de heer Decroly voor enkele minuten inschrijven?
Le président: Il en sera ainsi. Tout le monde est égal, les uns un peu plus que les autres!
Wie begint bij de fractie van de CD&V? Mijnheer Van Parys, ik vermoed dat u het justitiebeleid zult
bespreken en de heer De Crem binnenlandse zaken?
01.02 Yves Leterme (CD&V): En de politieke vernieuwing.
De voorzitter: Dat is deze voormiddag. Deze namiddag komen de heren Reynders en Vande Lanotte terug
en behandelen wij de begroting en al de technische regels die daarvoor zijn bepaald.
On abordera donc le volet budget et renforcement de l'économie. Si on ne tient pas le cheval, il s'emballe!
Mijnheer Van Parys, kunt u beginnen?
Ik geef het woord aan de heer Van Parys. Uw fractie heeft bijna haar spreektijd onderbrekingen
afgetrokken overschreden. U hebt 90 minuten gekregen plus blessuretijd.
01.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij werden
gisteren wellicht veel onderbroken omdat de waarheid kwetst en
omdat men wil reageren en probeert een aantal zaken te weerleggen.
01.03 Yves Leterme (CD&V):
Nous avons fréquemment été
interrompus peut-être parce que
pour certains, la vérité était pénible
à entendre.
De voorzitter: Mijnheer Leterme, uw fractie heeft reeds gedurende 1.41 uur het woord gevoerd. U werd
onderbroken, maar er vond een goede dialoog plaats.
02 Hervatting van de bespreking van de verklaring van de regering
02 Reprise de la discussion de la déclaration du gouvernement
Wij hervatten de bespreking van de verklaring van de regering.
Nous reprenons la discussion de la déclaration du gouvernement.
02.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, heren ministers, collega's, ik zal even bondig ingaan
op het luik dat betrekking heeft op de begroting van Justitie.
Mijnheer de eerste minister, er was een heel opvallend zinnetje in uw
inleiding, met name de zin waarin u zei dat de minister van Justitie er
de voorbije twee jaar in geslaagd was alle nodige wetswijzigingen tot
stand te brengen om inzake Justitie te doen wat er moest gebeuren.
Collega Bourgeois heeft er gisteren op gewezen dat dit zinnetje niet
alleen ironisch, zelfs bijna cynisch was, maar wij veronderstellen dat
achter dat zinnetje een aantal zaken schuilgaan die ons bijzonder
verontrusten, in die mate dat dit weleens de aankondiging kan zijn ...
02.01 Tony Van Parys (CD&V):
M. Bourgeois a souligné que la
déclaration selon laquelle le
ministre de la Justice avait
concrétisé les modifications
légales nécessaires au cours des
deux dernières années était
ironique, voire cynique. En ce qui
nous concerne, ce passage nous
inquiète. Il a une signification
cachée. Si le ministre a
véritablement concrétisé les
modifications légales nécessaires,
cela signifierait qu'un certain
nombre de lois issues de l'accord
octopartite, comme la réforme des
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
ministères publics, les auditorats
du travail, et l'école des
magistrats, ne verront pas le jour.
02.02 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer Van Parys, ik ben
geen CD&V'er.
02.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, Mijnheer de
eerste minister wij zijn CD&V-ers! U kunt ons onderbreken, maar
misschien kunnen wij het debat interessant houden en inhoudelijk en
spreken over de grond van de zaak.
Ik zal u onmiddellijk duidelijk maken wat klaarblijkelijk de dubbele
bodem is in dit zinnetje dat heel wat hilariteit in dit halfrond heeft
opgewekt. Als het inderdaad zo zou zijn dat de minister van Justitie
alle nodige wetswijzigingen tot stand heeft gebracht, dan zou dit
weleens kunnen veronderstellen dat een aantal belangrijke wetten uit
het Octopusakkoord, die nog moeten worden goedgekeurd, er
klaarblijkelijk niet meer zullen komen. Dan heb ik het meer bepaald
over de ganse hervorming van het openbaar ministerie, de integratie
van de parketten-generaal en de parketten, over de hervorming van
de arbeidsauditoraten en over de magistratenschool. In deze tekst
wordt met geen woord gerept over de uitvoering van het
Octopusakkoord en de Octopuswetten, wat nochtans de sleutel was
van de hervormingen die wij samen hebben goedgekeurd.
De zin in kwestie doet ons veronderstellen dat er terzake geen enkel
initiatief meer zal worden genomen tenzij, mijnheer de eerste minister,
dat er effectief een dubbele bodem zit achter de teksten die u aan het
Parlement hebt meegedeeld en dat er eigenlijk nog teksten zouden
bestaan die onderliggend aanwezig zijn, maar niet zijn meegedeeld
aan de parlementsleden. Dat is natuurlijk totaal onaanvaardbaar, want
wij kunnen dit debat maar voeren op basis van de documenten die ter
beschikking werden gesteld, hier in het Parlement zijn toegelicht en
aan de parlementsleden werden bezorgd.
De voorzitter: Ik zal de eerste minister het woord geven, zodat hij zijn zin kan afmaken.
02.04 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, ik
wens nogmaals aan de heer Van Parys te zeggen dat ik geen CD&V-
er ben die voortdurend met dubbele bodem redeneert. Met andere
woorden, wanneer wij die duidelijke engagementen hebben
aangegaan, betekent dit dat alle wetswijzigingen die nodig zijn ter
uitvoering van het Octopusakkoord, aan het Parlement zullen worden
voorgelegd. Dat is ook één van de grote onderdelen van het
stappenplan en de minister zal het straks toelichten voor de
verbetering van het beheer van rechtbanken en parketten. Dat houdt
onder meer ook die hervorming in van de parketten en van het beheer
van de rechtbanken.
Bijgevolg is het precies het tegenovergestelde van wat u beweert. U
beweert dat dit verdonkeremaand zou zijn, terwijl ik hier heb
aangekondigd dat het een plan is waar die elementen in vervat zullen
zijn.
02.04 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Je ne suis pas membre
du CD&V, un parti qui a
constamment recours aux doubles
significations. Toutes les
modifications légales nécessaires
pour exécuter l'accord octopartite
seront transmises au Parlement.
Le ministre de la Justice vous en
informera. Au lieu d'escamoter des
informations, j'en apporte:
j'annonce la mise sur pied d'un
projet où figureront ces réformes.
02.05 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, sta mij toe u even tegen te spreken. Wanneer u de
tekst leest van het stappenplan, dan is daar in geen enkele mate
02.05 Tony Van Parys (CD&V):
Je conteste formellement ces
propos. Le plan par étapes
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
sprake van een hervorming van het openbaar ministerie, de integratie
van de parketten en de parketten-generaal, nochtans het
fundamentele luik uit het Octopusakkoord. Er is alleen sprake en ik
zal daar straks op terugkomen van een aantal elementen die in de
verste verte niet de uitvoering zijn van het grote Octopusplan dat we
samen in het Parlement hadden opgesteld.
Mocht u beweren dat het stappenplan eveneens de hervorming van
het openbaar ministerie bevat, hebt u documenten rondgedeeld die
niet de reflectie van de realiteit zijn. Mocht u beweren dat de
hervorming van het openbaar ministerie deel uitmaakt van het
stappenplan klopt dit niet met de documenten die u hebt rondgedeeld
en de toelichtingen die u hebt gegeven.
Mijnheer de voorzitter, om een eerlijk debat te kunnen voeren, moeten
wij kunnen beschikken over de juiste documenten.
n'aborde pas le volet fondamental
du plan octopartite qu'est la
réforme du ministère public. Si le
premier ministre oppose un
démenti, cela signifie que les
parlementaires ne sont pas en
possession des bons textes.
02.06 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, ik heb
aangekondigd dat de minister van Justitie dit plan samen met zijn
begroting zal indienen. Ik begrijp niet waarom de heer Van Parys
zoveel misbaar maakt.
02.07 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik begrijp de
vraag van de heer Van Parys. Het regeerakkoord is duidelijk: het
Octopusakkoord moet worden uitgevoerd. Het is correct dat de
verticale integratie van het openbaar ministerie, een belangrijk
onderdeel van het akkoord, tot op heden niet uitgevoerd is. Ik kan de
heer Van Parys geruststellen. Men moet een onderscheid maken
tussen de beleidsverklaring van de eerste minister en het stappenplan
dat wordt aangekondigd. Een van de drie stappen heeft betrekking op
de uitvoering van het Octopusakkoord inzake het openbaar ministerie,
in casu de verticale integratie van het openbaar ministerie. Het
openbaar ministerie zal worden geheroriënteerd in secties. Er zal een
beroep worden gedaan op een coördinator die de dossiers zal volgen
en moet instaan voor de informatiedoorstroming. Met de
arrondissementele informatiekruispunten wordt dit een uiterst
belangrijke taak. Bij het openbaar ministerie zal een beleidsraad
worden geïnstalleerd waar de parketmagistraten samen met de
korpsoversten, de procureur des Konings en de auditeur overleg
zullen plegen en jaarlijks een beleidsplan zullen moeten voorstellen.
Dit beleidsplan zal niet alleen rekening moeten houden met het
federaal veiligheidsplan maar ook met het lokale arrondissementele
veiligheidsplan. Bovendien zal het parket een aantal nieuwe
managementtechnieken moeten invoeren. De korpsoverste, de
procureur des Konings zal met de hulp van een
managementverantwoordelijke moeten instaan voor een aantal taken
waarvoor hij tot op heden niet was opgeleid. Ik herhaal dat de vraag
van de heer Van Parys terecht is. Meer uitleg volgt in het stappenplan
dat ik samen met de begroting zal indienen. Op dit ogenblik vindt het
debat over de regeringsverklaring plaats. Het debat over de begroting
en mijn beleidsplan volgt later. Ik begrijp dat dit een beetje moeilijk ligt
maar het is de gewone gang van zaken. Ik kan daar niets aan
veranderen.
02.07 Marc Verwilghen, ministre:
Il faut établir une distinction entre
la déclaration de gouvernement du
premier ministre et le plan par
étapes pour la Justice.
L'intégration verticale du ministère
public constitue le pilier essentiel
du plan par étapes qui comporte
notamment les éléments suivants:
la division en sections,
l'élaboration d'un plan de politique
annuel et la nomination d'un
coordinateur informatique.
La désignation de responsables en
matière de management, chargés
d'assister les procureurs dans la
maîtrise des techniques de
management qu'ils devront
également mettre en oeuvre,
constitue un autre volet de cette
réforme.
Le Plan stratégique sera bientôt
soumis au Parlement, en même
temps que le budget de la Justice.
Buitenlandse delegatie
Délégation étrangère
Ik verwelkom de leden van de delegatie van het nationaal parlement van Kenia, onder leiding van de heer
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
Peter Oloo Aringo, die zich op dit ogenblik in de tribune bevindt. (Applaus)
Je souhaite la bienvenue à la délégation du parlement du Kenya, sous la direction de M. Peter Oloo Aringo,
qui se trouve actuellement à la tribune. (Applaudissements)
02.08 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, mijnheer de minister, vooraleer dieper in te gaan op
het stappenplan zoals het is uiteengezet in de documenten die
werden ter beschikking gesteld, wil ik blijven stilstaan bij de cijfers. Uit
de documenten die werden rondgedeeld en uit de persberichten
journalisten beschikken blijkbaar over meer informatie dan de
parlementsleden - blijkt dat van de 9 miljard frank die de minister
heeft gevraagd hij er tot zijn grote tevredenheid 1,8 heeft gekregen.
Mijnheer de minister, ik wil dit cijfer vergelijken met die van vorig jaar.
Vorig jaar kreeg u in plaats van 1,8 miljard frank 3 miljard frank meer.
Ik wil eveneens vergelijken met de cijfers van de vorige regering die in
veel moeilijkere dan de huidige omstandigheden moest besturen.
Welnu, in de vorige legislatuur in volle crisistijd met een deficitaire
begroting zijn we erin geslaagd de begroting voor Justitie met
gemiddeld 2,8 miljard te doen stijgen, of welgeteld 1 miljard meer dan
wat u nu uit de brand hebt gesleept. Mijnheer de minister, u zegt in de
pers dat u daarmee tevreden bent. Mag ik nog even doorgaan op de
cijfers, omdat ze belangrijk zijn en duidelijk... (Minister Verwilghen
vraagt het woord)
02.08 Tony Van Parys (CD&V):
Alors qu'il avait demandé 9
milliards de francs, le ministre n'en
a obtenu qu' 1,8. Il se déclare
malgré tout satisfait. Sous la
précédente législature, le budget
de la Justice avait connu une
augmentation bien plus
importante.
De voorzitter: Ik ben voor de dialoog maar ik meen niet dat men om de haverklap de heer Van Parys moet
onderbreken.
02.09 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb er
geen enkel probleem mee dat de minister mij onderbreekt, maar hij
kan dat doen zodra een bepaald hoofdstuk is afgerond. Hij moet mij
minstens in staat stellen mijn redenering af te maken.
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, u kunt er niet op tegen zijn dat u wordt onderbroken, want dat doet u
zelf ook veel. Qui se sert bien, est bien servi. U hebt wel gelijk dat het best is dat u eerst uw redenering
afmaakt. Sta de minister echter toe u nu kort te onderbreken.
02.10 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer Van Parys, u moet mij
geen woorden in de mond leggen die ik nooit heb gezegd. Ik heb
geen verklaringen afgelegd. Wel heb ik ook allerhande berichten in de
pers gelezen. U zult niet kunnen vaststellen dat ik over dat onderwerp
ook maar iets heb gezegd. Wel heb ik meegedeeld dat ik realistisch
ben bij de opmaak van de begroting.
Natuurlijk zag ik liever dat mijn begroting aanzienlijk werd verhoogd.
Als ik echter voor een winkeletalage sta ik weet niet of dat voor u
hetzelfde is en mijn portefeuille laat me niet toe de jas die ik er zie
hangen, te kopen, dan doe ik dat niet op dat ogenblik. De tering moet
naar de nering worden gezet.
Overloop gerust de begrotingen van de voorbije jaren, maar begin
dan met de begroting voor 1992, een periode die u zich ongetwijfeld
nog zult herinneren. In 1992 daalt de begroting voor justitie met 1,365
miljard of 4,8 procent, en in 1996 wordt de begroting slechts met 1,9
procent of 662 miljoen opgetrokken. Dat zal ongetwijfeld ook geweest
zijn omdat het slechte tijden waren. Welnu, het is vandaag ook een
02.10 Marc Verwilghen, ministre:
Je n'ai fait aucune déclaration
dans la presse. Je suis
suffisamment réaliste pour veiller à
l'adéquation entre les dépenses et
les moyens de mon département.
En 1992 et en 1996 également, le
ministre de la Justice avait dû se
contenter de moyens réduits, sans
doute parce que les possibilités
l'étaient également.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
moeilijke periode en we moeten daarmee rekening durven te houden.
Ik heb gezegd dat ik realistisch ben. Dat is een heel neutrale term die
hier terecht is.
02.11 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik ga graag in
op de uitdaging van de minister om de cijfers naast mekaar te leggen.
Kijken we even naar de cijfers van de voorbije legislatuur toen de
toenmalige CVP, nu CD&V, het departement justitie leidde.
Gedurende vier jaar in volle crisistijd is de begroting voor Justitie jaar
na jaar gestegen met 2,8 miljard. Dit jaar, nu de regering voor het
eerst over minder middelen beschikt, wordt de stijging van de
begroting voor Justitie beperkt tot 1,8 miljard of 1 miljard minder dan
toen de CD&V verantwoordelijk was voor het departement. Natuurlijk
hebt u nu minder in de portefeuille, mijnheer de minister, maar
destijds was dat nog veel minder.
De vraag is wat zijn de prioriteiten. Ik zal daar straks nog even op
ingaan, want kennelijk wordt Justitie minder belangrijk dan
ontwikkelingssamenwerking.
Laat ik doorgaan op de cijfers. U drukt in de media uw tevredenheid
uit over een stijging van 1,8 miljard. Analyseren we dat bedrag, dan
blijkt dat 1,55 miljard ervan het gevolg is van de indexeringen van de
lonen en de werkingskosten. Concreet betekent zulks dat van de
stijging van 1,8 miljard er precies welgeteld 250 miljoen overblijft voor
nieuwe initiatieven; de rest is niets meer of niets minder dan de
indexering van de lonen, de uitgaven en de werkingskosten.
Bovendien wordt 60 miljoen en 40 miljoen van de 250 miljoen besteed
aan respectievelijk het papier van het Belgisch Staatsblad en de
lekenconsulenten. Die cijfers hebt u niet meegedeeld.
Dat is blijkbaar de grote boodschap van Justitie in dit cruciale jaar
waarin de hervormingen inzake Justitie moesten worden
doorgedreven. Uit de cijfers die u hebt meegedeeld, blijkt zelfs dat
een aantal belangrijke uitgavenposten verminderd zijn. Ik noem
bijvoorbeeld de personeelskosten die verminderd werden met 500
miljoen frank. Van de werkingskosten werden 250 miljoen frank
geschrapt. Dit heeft als gevolg dat er niet alleen geen ruimte meer zal
zijn voor nieuwe initiatieven, maar u zult eenvoudigweg niet meer in
staat zijn de normale werking van Justitie te verzekeren. Hier kom ik
straks nog op terug.
Mijnheer de minister, u probeert de schraalheid van de cijfers te
compenseren door uw stappenplan. Ik wil dit plan even met u
analyseren. Eerst zou het een masterplan worden. De media
noemden het zo. Nadien noemde men het een actieplan. Vandaag
blijft daarvan het fameuze stappenplan over. Volgens de teksten die
in de Kamer werden voorgelezen, zijn er drie pijlers in het
stappenplan.
Ten eerste, zo zegt men, zal de korpschef de middelen in eigen
beheer kunnen beheren. Er komt een managementverantwoordelijke
bij de rechtbanken en de hoven. Mijnheer de minister van Justitie, ik
vind dat een goede zaak, ik ben het volkomen eens met dit initiatief.
Het grote probleem wordt echter dat door de reductie van de
personeelsuitgaven en van de werkingskosten de korpschefs niet
meer in staat zullen zijn een eigen beleid te voeren. Zij zullen eigenlijk
02.11 Tony Van Parys (CD&V):
En pleine période de crise, nous
étions parvenus à dégager 2,8
milliards de francs. A présent que
la situation s'est quelque peu
détériorée, on se contente d'1,8
milliard de francs. De toute
évidence, la justice a cessé de
constituer une priorité. Si l'on
déduit l'indexation des salaires, il
subsiste 250 millions de francs
environ pour des initiatives
nouvelles, et ce, alors que de
grandes réformes doivent être
réalisées cette année.
D'importants postes de dépense
ont même été réduits. Il ne
subsistera même plus de marge
pour assurer le fonctionnement
normal de la Justice. Pour
dissimuler la maigreur des
chiffres, le ministre nous présente
un plan échelonné comportant
trois axes.
Les chefs de corps gèrent les
moyens propres et un manager
est désigné. Par manque de
moyens, ils ne pourront toutefois
pas mettre en oeuvre une véritable
politique. En fin d'année, il ne sera
même plus possible de rémunérer
les experts désignés par les juges.
En outre, un conseil de gestion
sera créé dans chaque
arrondissement judiciaire. Ce
nouvel organe de concertation est
une décoction particulièrement
insipide des réformes que nous
attendions des accords
octopartites.
Les magistrats des parquets
bénéficieront enfin d'une
revalorisation par le biais
d'indemnités de week-end et de
garde. On avait toutefois promis
aux magistrats de première
instance une amélioration de leur
statut et une augmentation
pécuniaire qui amènerait leur
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
als enige opdracht hebben te snijden in hun eigen werking bij gebrek
aan voldoende middelen, aan personeel en aan werkingsmiddelen. Ik
voorspel u dat aan het einde van het werkingsjaar 2002 dat wij hier
bespreken, zal blijken dat er zelfs niet genoeg geld is om de
expertisekosten te betalen. Men zal de experts die door de
rechtbanken worden aangeduid niet meer kunnen betalen, precies
door de laterale besnoeiing in de werkingskosten. Er werd immers
zelfs geen uitzondering voorzien voor Justitie.
Ten tweede, zo zegt het stappenplan, komt er in elk gerechtelijk
arrondissement een beleidsraad die wordt samengesteld uit de
procureur des Konings, de auditeur, de sectiehoofden en de
dossiercoördinator. Is dat de hervorming waarop de hele
Justitiewereld gewacht heeft? Men installeert een beleidsraad die het
mooie weer moet gaan uitmaken in de verschillende
arrondissementen. Mijnheer de minister van Justitie, is dat de grote
hervorming waarnaar u daarnet verwees? Is dat de grote hervorming
als gevolg van het Octopusakkoord? Er komt een nieuwe beleidsraad,
een nieuw overlegorgaan, in plaats van de zo nodige fundamentele
hervorming van het openbaar ministerie, in plaats van een nieuwe
visie op de parketten en op de parketten-generaal, in plaats van een
nieuwe visie op de arbeidsauditoraten. Dit is toch een bijzonder flauw
afkooksel van wat dit Parlement ooit kamerbreed via een kaderwet
heeft goedgekeurd.
Ten derde, zegt het stappenplan, zullen de parketmagistraten in
eerste aanleg een opwaardering kennen via een weekend- en
wachtvergoeding. Mijnheer de minister van Justitie, mijnheer de
eerste minister, in interviews bij het begin van het parlementaire jaar
werd met veel poeha aangekondigd dat er een drastische injectie zou
komen om een beter statuut te creëren voor de magistraten in eerste
aanleg, voor de rechtbanken van eerste aanleg en voor de
parketmagistraten. Men zou de wedden optrekken tot het niveau van
de hoven van beroep. Wat blijft daarvan in dit fameuze stappenplan
over? Alleen de uitbetaling van de weekend- en wachtvergoedingen
van de parketmagistraten. Mijnheer de minister van Justitie, ik vind
het werkelijk schandalig dat u dat hier durft te vermelden als een
belangrijk element van uw aangekondigde grote stappenplan. In de
pers had u nochtans meegedeeld dat er een fundamentele injectie
zou komen om een beter statuut te creëren voor de rechtbanken van
eerste aanleg en voor de parketten. Ik verwijs hier naar uw
introductie-interview bij het begin van het parlementaire jaar.
Eigenlijk is dat uw probleem: u kondigt allerlei dingen aan die u nadien
terug inslikt. Op het moment van de waarheid, hier, blijft er van uw
aankondigingen niets meer over. Van een simpele vergoeding voor
extra prestaties voor de magistraten blijft niets meer over. Mijnheer
Verwilghen, dat is de realiteit van deze triestige begroting van Justitie.
Straks zal ik nog even ingaan op het verschil tussen de beweringen
via de media en hetgeen hier wordt gezegd. U voert een schijnbeleid
waarmee u de indruk wekt dat er iets gebeurt. De realiteit is dat we nu
de slechtste begroting voor Justitie hebben van de afgelopen tien
jaren.
traitement au niveau de celui des
cours d'appel.
Les projets grandioses du
gouvernement en matière de
Justice se réduisent donc en fait
aux indemnités de week-end des
magistrats de parquet de première
instance. C'est bien peu! Nous
constatons une nouvelle fois que
les déclarations ronflantes du
gouvernement ne se traduisent
pas dans les faits.
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, u hebt uw gedachtegang afgerond. Ik laat de eerste minister even
reageren.
02.12 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, ik 02.12 Guy Verhofstadt , premier
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
merk dat er inderdaad een enorme verandering is opgetreden sinds
de CVP CD&V heet. Elke zin voor objectiviteit en een intellectueel
eerlijk onderzoek is bij de heer Van Parys definitief verdwenen. Vorig
jaar noemde hij aandachtspunten op. Dat is nu volledig verdwenen.
Deze enige wijziging heb ik vastgesteld sinds u die nieuwe naam voor
uw partij hebt: u debatteert op oneerlijke wijze. Uw uitspraken zijn
onjuist. Geen enkel regeringslid heeft ooit gezegd overigens heeft
niet de minister van Justitie maar ikzelf over dat onderwerp gesproken
in mijn rentree-interviews dat we de laagste magistraten zouden
optrekken tot het niveau van de hoven van beroep. Niemand in de
regering heeft dat gezegd. Met het oog op de budgettaire
mogelijkheden heb ik wel het volgende gezegd. De laagste
magistraten, substituten en rechters, zouden wij in ons land beter
moeten vergoeden. Onze middelen zijn echter beperkt. Daarom zullen
we beginnen met de parketmagistraten. Die substituten werken dag in
dag uit, ook in het weekend, en presteren overuren. Hun vergoeding
zullen wij substantieel optrekken. Het gaat dus niet om alle
parketmagistraten, maar wel om parketmagistraten met onder meer
weekend- en nachtwerk. Wij hebben het substantieel bedrag van 30
miljoen frank voor die personen uitgetrokken om die bijzondere
prestaties beter te vergoeden.
Mijnheer Van Parys, u vindt het blijkbaar niet belangrijk dat die
mensen een loonsverhoging krijgen. Zij denken daarover wel anders
dan u. Volgens mij pakken wij de zaak veel beter aan als we met onze
beperkte middelen iets positiefs doen voor de mensen die zulke
zware inspanningen leveren dan de "dédainmanier" waarop u dat
wegwuift.
ministre: Depuis que son parti a
changé de nom, Monsieur Van
Parys semble avoir perdu tout
sens de l'objectivité et toute
honnêteté intellectuelle.
Aucun membre du gouvernement
n'a parlé d'une revalorisation des
revenus des magistrats des
échelons inférieurs jusqu'au
niveau de ceux des cours d'appel.
J'estime cependant que ces
magistrats doivent bénéficier d'une
meilleure rémunération. C'est
pourquoi nous prévoyons 30
millions de francs supplémentaires
pour cette catégorie de magistrats,
qui sont particulièrement sollicités
la nuit et le week-end. Mais
Monsieur Van Parys semble faire
peu de cas de cette mesure.
02.13 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, over dédain
moeten we volgens mij van de eerste minister niet veel leren. Ik
herinner me het beeld gisteren op het moment dat de heer Herman
Van Rompuy tussenbeide kwam. De enige reactie van de eerste
minister bestond erin zijn rug te keren naar de CD&V-fractie.
Mijnheer de eerste minister, ten gronde wil ik het volgende zeggen. U
noemt het debat niet intellectueel eerlijk. Op zijn minst moet u de
woorden, uitgesproken op de tribune, niet verdraaien. Heeft er iemand
op deze tribune gezegd dat hij het van geen enkel belang vindt dat de
parketmagistraten een toelage krijgen voor weekend- en
wachtvergoedingen? Niemand heeft dat gezegd. Wij hebben gepleit
voor een fundamentele verbetering van het statuut van de rechters in
de rechtbank van eerste aanleg en de parketmagistraten, zoals uw
minister van Justitie dat had aangekondigd in zijn eerste grote
interview bij het begin van het reces.
Ik wil u confronteren met nog een andere verklaring van uw minister
van Justitie over de begroting. Ik hoop dat u mij dat toestaat met het
oog op de eerlijkheid van het debat. Bij het aantreden van de minister
van Justitie aan het begin van deze legislatuur, zei hij dat het budget
van justitie zou stijgen van 45 miljard naar 60 miljard frank. In deze
legislatuur zou er dus 15 miljard frank bijkomen. Bij de voorstelling
van zijn Veiligheidsplan in het Parlement, herhaalde hij dat hij voor de
uitvoering van zijn plan 15 miljard frank nodig had.
Welnu, mijnheer de eerste minister, rekening houdend met het
wegnemen van de post gerechtelijke politie uit de begroting voor
Justitie, komen we op dit ogenblik nauwelijks op 50 miljard uit. Dat
02.13 Tony Van Parys (CD&V):
Selon le premier ministre, le débat
manque d'honnêteté intellectuelle.
Or, il déforme lui-même mes
propos. Personne ne nie
l'importance d'une revalorisation
des indemnités de week-end et de
garde, mais nous tenons à
rappeler au ministre ses
promesses concernant
l'augmentation de traitement et
l'amélioration du statut des
magistrats.
Au début de la présente
législature, le ministre de la
Justice avait également promis
que son budget passerait de 45 à
60 milliards de francs. De son
propre aveu, la mise en oeuvre de
son plan de sécurité nécessitait 15
milliards. Pour le moment, nous
n'en sommes qu'à 50 milliards.
Les chiffres se passent de
commentaire.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
betekent dat in het volgende anderhalf jaar nog 10 miljard moet
worden gevonden om de begroting van Justitie te stijven. Met een
gemiddelde van 1,8 miljard per jaar, zoals nu, verkrijgt u misschien
over tien jaar dat bedrag. Dat is de realiteit, de cijfers spreken voor
zichzelf.
02.14 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, de
heer Van Parys is een goed jurist, maar van rekenen heeft hij
blijkbaar geen kaas gegeten. Ik heb de optelsom van de begrotingen
voor 2000, 2001en 2002 gemaakt en ik kom aan een stijging van 8,8
miljard. Inderdaad, dat is geen 15 miljard, maar in de hele periode van
de legislatuur zullen wij toch een stijging van meer dan 10 miljard
hebben gekend.
02.14 Guy Verhofstadt , premier
ministre: M. Van Parys est sans
doute un bon juriste, mais il ne sait
pas compter. Au cours de cette
législature, nous aurons alloué à la
Justice un supplément budgétaire
de plus de 10 milliards, ce qui
n'est pas beaucoup moins que les
15 milliards annoncés.
02.15 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de eerste minister, in de
vorige legislatuur, toen de financiële situatie beduidend moeilijker
was, kwam men aan 12 miljard. Bovendien erkent u dat u het bedrag
dat u zelf had aangekondigd niet haalt. U kunt niet beweren dat u dat
nooit hebt aangekondigd, uw minister van Justitie heeft immers zelf
gezegd dat er minstens 15 miljard nodig was om enerzijds het beleid
te voeren en anderzijds het veiligheidsplan in te vullen. Dit betekent
dat u 5 miljard onder het door u vooropgestelde noodzakelijke bedrag
zult blijven.
Mijnheer de minister van Justitie, wat blijft er over van uw
stappenplan? Niets! Geen enkel element over de fundamentele
hervorming van het openbaar ministerie blijft overeind, geen enkel
element over de magistratenschool. Geert Bourgeois en ik hebben
daar naar aanleiding van de Octopusbesprekingen zo sterk op
aangedrongen. Wij hadden de voorbereidende teksten klaar en de
onderhandelingen met de universiteiten konden beginnen. Wij waren
er zeker van dat de vorming en de opleiding van de magistraten
behoorlijk en degelijk kon gebeuren, zoals in de ons omringende
landen. Wij kennen allemaal het Nederlandse en het Franse
voorbeeld. Voor deze verwezenlijking staat nog steeds geen letter op
papier. Er is geen enkel wetsontwerp, geen enkel wetsvoorstel, geen
enkel akkoord met de gemeenschappen, geen letter in de teksten die
hier worden voorgelezen.
Men mag zeggen wat men wil, men houdt zich toch niet aan zijn
woord! Wij willen hier wetsontwerpen, voorstellen en besluiten in
plaats van holle slogans zoals dat nu al twee jaar gebeurt.
02.15 Tony Van Parys (CD&V):
Vous admettez que vous
n'atteignez pas le montant qui
avait pourtant été annoncé par
votre ministre.
Dans votre déclaration, vous ne
parlez ni de ministère public, ni
d'écoles de magistrats. Et je n'y
trouve pas trace non plus de
projets, d'arrêtés et d'accords avec
les Communautés. Nous avons
entendu assez de voeux pieux!
02.16 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, van holle
slogans gesproken! Ik zal u aan de hand van drie zaken aantonen
hoe men de zaak benadert, want ik krijg de indruk dat men de zaken
volledig karikaturiseert.
Ten eerste, ik herinner mij zeer goed dat wij al vier tot vijf jaar lang
gesprekken voeren over het feit dat elke korpsoverste samen met zijn
managementfunctie een eigen enveloppe moet krijgen. Toen u
minister van Justitie was hebt u daar reeds over gesproken, maar er
niets aan gedaan. Nu is er uiteindelijk een beslissing genomen om
daartoe te kunnen overgaan. Er is in de begroting zelfs geld
vrijgemaakt om dergelijke managers te kunnen werven. Uw antwoord
daarop is dat we nu geen geld meer hebben om te verdelen.
02.16 Marc Verwilghen , ministre:
Vous caricaturez tout. Nous avons
alloué aux chefs de corps un
budget de gestion alors que vous
ne l'aviez jamais fait. Cet argent a
donc été bien dépensé.
Au cours des dix dernières
années, le budget de la Justice a
certes doublé, mais pouvez-vous
affirmer que sous mes
prédécesseurs, la qualité de la
justice s'est accrue
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
In tien jaar tijd zijn de werkingskosten voor Justitie verdubbeld. We
zouden dus eigenlijk mogen verwachten dat de Justitie nu 100% beter
werkt. Ik ben twee jaar minister van Justitie, uw partij heeft de functie
acht jaar ingevuld. In al die tijd is de kwaliteit van de Justitie helaas
niet evenredig gestegen met het kwantitatieve cijfer. Dat is een eerste
vaststelling.
Ten tweede, plots blijkt men vergeten wat ik daarnet heb
medegedeeld. Ik heb immers gezegd dat in het stappenplan de
verticalisering van het openbaren ministerie is opgenomen. U zegt
evenwel met veel poeha dat ik daar niets van op papier heb staan.
Mijnheer Van Parys, er is wel een tekst, maar wellicht heeft mijn
administratie u die tekst niet overgemaakt, zoals dat in het verleden
wel vaker gebeurde. U bent dus niet goed ingelicht.
Collega, u kunt zoveel u maar wil zwaaien met cijfers. Als ik 1996
neem, de periode waarin uw voorganger, de heer De Clerck, minister
van Justitie was, dan zie ik dat er een stijging met 1,9% was, zijnde
662,6 miljoen frank. Kom mij dus niet zeggen dat de cijfers die nu ter
tafel liggen geen noemenswaardige stijging betekenen. Dat is
fundamenteel oneerlijk.
proportionnellement à
l'augmentation des moyens? Je
doute que ce soit le cas. En 1996,
lorsque le ministre De Clerck était
en fonction, il n'y a eu qu'une
augmentation de 600 millions.
02.17 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil even
ingaan op de discussie die de minister van Justitie aantrekt. Mijnheer
de minister, in uw stappenplan bezorgt u de korpschefs inderdaad
een enveloppe. Die enveloppe is echter leeg. Het is in de laatste tien
jaar in de begroting voor de justitie nooit gebeurd dat de
werkingskosten verminderen met 225 miljoen frank. De korpschefs
krijgen dus een enveloppe maar ze zullen hun personeel en hun
medewerkers moeten meedelen dat ze voortaan niet meer zullen
kunnen functioneren zoals voordien. Ze zullen dat moeten meedelen
in plaats van te kunnen zeggen dat ze nu over een enveloppe
beschikken om hun werk goed en behoorlijk te kunnen organiseren.
Mijnheer de minister, u hebt terecht gezegd dat de werkingsmiddelen
in de laatste tien jaar aanzienlijk zijn toegenomen. U zegt dat het
nogal sterk is dat wij daar niets van zien. Mag ik u erop wijzen dat in
de vorige legislatuur de Octopuswet is goedgekeurd waardoor externe
controle mogelijk wordt op de rechtbanken, de hoven en de
parketten? Wij hebben dit in de vorige legislatuur goedgekeurd.
Mijnheer de minister, hoe hebt u die controle in de laatste twee jaar
ingevuld om toezicht te houden op het gebruik van de middelen? Dat
is gewoonweg niet gebeurd. Dat is het probleem. Wij hebben dat hier
kamerbreed goedgekeurd en de externe controle werd dus mogelijk.
Vandaag kondigt u zelf het failliet daarvan aan door te zeggen dat wij
nog steeds niet weten waarvoor die middelen worden gebruikt. Dat is
het verschil tussen wat wij hier hebben goedgekeurd, wat wij samen in
de onderzoekscommissies hebben gedaan en de realiteit. U zegt nu
immers dat u geen zicht hebt op wat er met de werkingsmiddelen
gebeurt. Dat is een pijnlijke vaststelling voor het beleid met betrekking
tot de justitie.
02.17 Tony Van Parys (CD&V):
Les chefs de corps reçoivent en
effet une enveloppe, mais il s'agit
d'une enveloppe vide! Les moyens
de fonctionnement ont en effet
considérablement augmenté ces
dernières années. Cependant,
l'organisation du contrôle externe
de l'utilisation de ces moyens,
pourtant prévue dans les accords
Octopus, est restée lettre morte.
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, u begrijpt uiteraard dat u er zo perfect in slaagt om de minister te doen
reageren.
02.18 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, in alle rust
en met veel overtuiging zeg ik dat de Hoge Raad voor de Justitie is
02.18 Marc Verwilghen , ministre:
Le Conseil Supérieur de la Justice
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
geïnstalleerd voor de externe controle op de justitie. De Hoge Raad
voor de Justitie geeft adviezen voor benoemingen en oefent zijn
auditfunctie uit, wat onder meer in Brussel en Dendermonde al
gebeurd is. Komt u mij dus niet zeggen dat er geen controle is en dat
ik hierop geen toezicht uitoefen.
fonctionne. La remarque de M.
Van Parys ne tient donc pas
debout. Le contrôle externe existe
déjà.
02.19 Tony Van Parys (CD&V): Er is dus toch tenminste in
Dendermonde controle. Het land is weer gerustgesteld over de
werking van de justitie. Dat was een heel belangrijk accent dat een
toegevoegde waarde leverde voor het debat over de justitie.
Mijnheer de minister, ik wil even in dezelfde geest doorgaan met
betrekking tot uw beleid en dat van de eerste minister. Deze laatste is
immers zeer actief betrokken bij dit beleid. Deze morgen las ik in de
pers dat hij het college van procureurs-generaal samenroept om
inlichtingen te verzamelen over individuele dossiers. Hij vergeet dat er
een rechtshulpverdrag is dat men hoe dan ook moet naleven om een
lopend onderzoek niet in het gedrang te brengen.
02.19 Tony Van Parys (CD&V):
Le premier ministre s'immisce
dans des affaires qui ne le
concernent pas. Il convoque le
Collège des procureurs généraux,
...
02.20 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, ik wil
het Parlement die informatie niet onthouden. De Amerikanen hebben
informatie gevraagd over terroristische activiteiten in België, meer
bepaald over het opdoeken van de terroristische organisatie enkele
weken geleden. Dat gebeurde trouwens dank zij de inzet van onze
diensten.
02.21 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer de voorzitter, ik moet
toch protesteren tegen het feit dat de eerste minister naar mij wees
toen hij het had over terroristen.
De voorzitter: Zover is het nog niet gekomen.
02.22 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, de
Amerikaanse autoriteiten hebben ons die informatie gevraagd. In de
strijd tegen het internationaal terrorisme is het volgens mij absoluut
noodzakelijk dat wij dergelijke informatie doorspelen. Er was daarover
een probleem ontstaan met de onderzoeksrechter die dit niet wenste
te doen. De procureurs-generaal zijn vervolgens bijeengekomen om
een oplossing te zoeken voor dat probleem zodat die informatie wel
degelijk aan onze Amerikaanse partners kon worden doorgegeven.
Dit lijkt mij een daad van goed bestuur en geen daad van inmenging,
mijnheer Van Parys. Waarschijnlijk is voor u nu alles goed om maar
oppositie te kunnen voeren.
02.22 Eerste minister Guy
Verhofstadt: Les Américains ont
en effet demandé des informations
à propos de réseaux terroristes en
Belgique, lesquels ont d'ailleurs
été démantelés entre-temps. Il est
nécessaire d'échanger ce type
d'informations. Le juge
d'instruction en question refusait
d'agir en ce sens. J'ai donc
convoqué les procureurs généraux
pour débloquer la situation. Il ne
s'agit pas d'une intervention illicite,
mais d'un acte de bonne
administration. M. Van Parys
profite de la moindre occasion
pour formuler des critiques.
02.23 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil toch
even ingaan op de woorden van de eerste minister. Mijnheer de
eerste minister, u moet er toch minstens rekening mee houden dat u
dit volgens de regels van de kunst moet doen en volgens het
rechtshulpverdrag met de Verenigde Staten. U heeft volgens mij geen
bevoegdheid ten aanzien van het College van procureurs-generaal.
Als er een probleem was van informatie-uitwisseling dan is daarvoor
maar één persoon bevoegd, de minister van Justitie. Hij kan contact
02.23 Tony Van Parys (CD&V):Je
comprends l'intérêt d'une
collaboration internationale dans
ce domaine. Il n'empêche que le
premier-ministre devra agir dans
les règles de l'art. La personne
compétente pour agir en l'espèce
était le Ministre de la Justice.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
opnemen met de betrokken procureur-generaal wanneer zich een
probleem voordoet. Mijnheer de eerste minister, wij hebben reeds in
veel dossiers moeten vaststellen dat u zelf tussenbeide komt. Ik wil u
ervoor waarschuwen dat u daardoor wel eens het deksel op de neus
zou kunnen krijgen. Het is natuurlijk van essentieel belang dat er een
goede informatie-uitwisseling is in het kader van de
terrorismebestrijding. U moet echter weten dat het niet toepassen van
de verdragsregels wel eens het dossier onderuit zou kunnen halen.
Blijf daar zelf af; laat dit over aan uw minister van Justitie. Ik begrijp
uw neiging om in de plaats te treden van de minister van Justitie want
dat is af en toe eens nodig. Blijf echter af van individuele dossiers
zodat het netwerk kan worden veroordeeld.
Mijnheer de minister van Justitie, ik kom dan bij de
regeringsverklaring inzake justitie, een merkwaardig document. Het
enige wat men blijkbaar nog moet doen, is het aanpakken van de
gerechtelijke achterstand. Ik ben het daar volkomen mee eens. In
plaats van te zeggen dat er een wetsontwerp is ingediend, dat er een
besluit komt en dat er een aantal wetsontwerpen in de maak zijn, stelt
men een aantal ideeën voor die moeten zorgen voor het wegwerken
van de gerechtelijke achterstand. Ik verwijs naar wat hier gisteren op
de tribune is gebeurd tijdens het betoog van de fractievoorzitter van
de PS. Hij zei dat de hervorming van de instellingen een ideetje, een
hersenspinsel is van de eerste minister. Volgens hem gaat het om
een aantal gedachten waarover we het eens moeten hebben. Het
wegwerken van de gerechtelijke achterstand werd aanvankelijk
voorgesteld als een groot project van de minister van Justitie, maar dit
wordt door sommigen nu omschreven als een ideetje.
Mijnheer de minister van Justitie, wij wensen in dit Parlement geen
ideeën meer te zien maar wetsontwerpen of wetsvoorstellen. Gedaan
met de ideetjes en de hersenspinsels. Wij moeten eindelijk concrete
initiatieven zien van u. Wij zijn halfweg de legislatuur. Als er vóór het
einde van dit jaar terzake geen wetsontwerpen worden ingediend,
betekent dit dat het probleem van de gerechtelijke achterstand in
deze legislatuur niet meer zal kunnen worden opgelost. Dit zou
natuurlijk bijzonder dramatisch zijn.
Force est de constater que le
premier-ministre s'immisce
souvent personnellement dans
des dossiers individuels.Son
attitude pourrait bien se retourner
contre lui et avoir dans l'un ou
l'autre dossier des conséquences
non souhaitées..
Le gouvernement semble estimer
que grâce à toutes ses mesures, il
ne reste plus qu'à résoudre le
problème du retard judiciaire. Mais
alors, qu'en est-il des projets
concernés? Il nous faut des textes
concrets et non pas des chimères
ou de vagues idées.
De voorzitter: Laten wij luisteren naar wat de minister van Justitie daarop wil antwoorden.
02.24 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Van Parys, die zich in de commissie voor de Justitie vaak niet
schaamt om de notulen van de Ministerraad voor te lezen, zou toch
moeten weten dat er een verslag bestaat waarin staat dat het
wetsontwerp met betrekking tot de actieve rol van de rechter voor
advies werd overgezonden aan een aantal instanties waaronder de
Hoge Raad voor de Justitie. Er werd toen ook gezegd dat wij dit
advies zouden ontvangen vóór het einde van de zomervakantie, begin
september. Ik wacht nog steeds op het advies. Men heeft mij
meegedeeld dat dit advies ten vroegste eind oktober, begin november
klaar zal zijn. Op dat ogenblik zullen wij deze materie onmiddellijk
behandelen.
Alleen voegen wij er zaken aan toe ondertussen. Welke zijn dat? Dat
is onder andere de beslissing om met bemiddelingsrechters te
werken, wat betekent dat de rechter ook een bemiddelingstaak zal
krijgen. Tevens zullen wij sleutelen aan de bevoegdheid. U moet
weten dat er een categorie van magistraten bestaat de
02.24 Marc Verwilghen , ministre:
Le projet de loi sur le rôle actif du
juge a été déposé auprès des
instances consultatives. Entre-
temps, nous joignons d'autres
ajouts à ce projet. Dès que le
projet aura été coulé en forme de
loi, le pouvoir judiciaire disposera
d'instruments importants pour
résorber les retards.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
vrederechters die vraagt om uitbreiding van de bevoegdheden,
substantieel zelfs. Dat betekent tot 100.000 frank wat de bevoegdheid
ratione summae betreft. Bovendien willen zij zich ontpoppen tot de
algehele familierechter, inbegrepen het contentieux-kortgeding
staande de echtscheidingsprocedure, wat normaal in handen is van
de voorzitters van de rechtbank van eerste aanleg. Onnodig u te
zeggen dat indien die twee zaken daaraan worden toegevoegd, er
een belangrijke ontlasting gebeurt voor de rechtbanken van eerste
aanleg die nu samen met de hoven het meest worstelen met het
probleem van de gerechtelijke achterstand. Men weet dat, mijnheer
de voorzitter. Nu doen alsof het enkel ideeën zijn? Ik zeg u dat er al
concrete stappen zijn gezet. Hing het van mij af, dan had ik dat
wetsontwerp liever al in de bevoegde commissie gezien. Men heeft
echter een advies gevraagd en ik wacht dat af.
De voorzitter: Mijnheer Van Parys, wij zullen toch een oplossing moeten zoeken. Ik weet dat er veel
onderbrekingen zijn, maar de CD&V is ruimschoots over de overeengekomen tijd gegaan. Als u dan nog
heel de voormiddag in beslag neemt... Er zijn deze voormiddag tien sprekers en die zullen aan het woord
komen, al wordt het twee of drie uur deze namiddag. Ik zal hier niet wijken.
02.25 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, ik weet dat u
houdt van het interactieve debat. Ik probeer daartoe een bescheiden
bijdrage te leveren. Ik ga niet in op de ongetwijfeld boeiende
discussie. Ingevolge het gebrek aan mobiliteitsbeleid in dit land was ik
hier weer eens te laat. Mevrouw Durant heeft er weer voor gezorgd
dat ik hier niet tijdig was.
Ik hoor dat de minister van Justitie wacht op het advies van de Hoge
Raad voor de Justitie en op nog andere adviezen inzake het
wetsvoorstel over de hervorming van de burgerlijke procedure.
Mijnheer de minister, misschien kunnen wij de bespreking aanvatten
van ons wetsvoorstel. Daar zijn adviezen over van de Hoge Raad, van
de Raad van State, van de balies, van Magistratuur en Maatschappij.
Wij hebben ook een voorstel ingediend tot wijziging van de rechterlijke
organisatie. In de geest van de herwaardering van het Parlement
kunnen wij misschien dergelijke initiatieven bij voorrang behandelen.
02.25 Geert Bourgeois (VU&ID):
Le ministre de la Justice attend
l'avis du Conseil supérieur à
propos de son projet relatif à la
réforme de la procédure civile. Je
propose que l'on examine en
priorité notre proposition de
modification de l'organisation
judiciaire, qui a déjà reçu tous les
avis requis.
De voorzitter: Collega's, laat u de heer Van Parys toch zijn betoog voortzetten. Wat provocerende
uitspraken zorgen juist voor leven in de brouwerij.
02.26 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, zo lang er
maar leven is in de brouwerij.
De voorzitter: Ik heb liever bier in de brouwerij, maar goed.
02.27 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijn
grootvader langs moederszijde was ook brouwer.
De voorzitter: Ik hoor veeleer bij de gebruikers.
02.28 Tony Van Parys (CD&V): Laten wij het nu bij water houden,
want het hoofd moet koel blijven bij deze bespreking. De interventie
van de heer Bourgeois was interessant. Mijnheer Bourgeois, ik geloof
dat het veel nuttiger zou zijn om uw wetsvoorstel inzake de
hervorming van de procedure te hernemen. Immers, mijnheer de
minister, voor de zoveelste keer herinnert u zich plots dat er nog een
ontwerp is dat weg is voor consultatie. Over het ontwerp waarover u
spreekt en waarvoor u nog adviezen wil inwinnen, verneem ik dat de
02.28 Tony Van Parys (CD&V):
Je pense également qu'il serait
préférable d'examiner d'abord la
proposition de M. Bourgeois. Les
instances chargées de donner un
avis sur le projet du ministre sont
en effet divisées. Le ministre doit
prendre ses responsabilités. Nous
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
adviserende instanties hopeloos verdeeld zijn inzake de wijze waarop
dit moet gebeuren. U moet dan uw verantwoordelijkheid opnemen. U
moet zeggen op welke wijze volgens u de procedure zal moeten
worden hervormd. Het Parlement zal zich daarover dan moeten
uitspreken. Wij wensen in dit Parlement wetsontwerpen, geen
woorden, ideetjes en hersenspinsels, want daarmee komen wij niets
vooruit.
Mijnheer de voorzitter, ik kom nu aan het einde van mijn betoog als
men mij niet meer onderbreekt. Tot op dit ogenblik had ik het vooral
over wat terug was te vinden in de teksten of wat hier en daar in de
media over de teksten verscheen. Aan het slot van mijn uiteenzetting
wil ik het wel even hebben over wat niet in de teksten staat en wat de
begroting voor Justitie bijzonder pijnlijk maakt. In dit document lees ik
niets over de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit. Het
wetsontwerp inzake spijtoptanten is definitief begraven. Ik lees niets
over de bijzondere opsporingstechnieken. Ik lees niets over de
informanten en over de infiltratie in criminele milieus, op dit ogenblik
een zo belangrijke techniek om terrorisme aan te pakken. Ik lees niets
over de aanpak van de straatcriminaliteit. Ik verneem in de
wandelgangen dat de middelen voor het snelrecht werden geschrapt
en dat de bijkomende magistraten waarin was voorzien, er niet
komen.
Er staat in dit document niets over de jeugddelinquentie. Het project
dat de minister van Justitie in de begrotingsbesprekingen had
ingediend, is geschrapt. Er blijft niets van over. De medewerker van
de minister van Justitie heeft in de commissie uitdrukkelijk gezegd dat
het ontwerp op het jeugdsanctierecht er in deze legislatuur niet komt.
Er komen geen gesloten instellingen voor jongeren. Ik lees niets over
de aanpak van de financiële en de economische criminaliteit. Het
arbeidsauditoraat wordt niet tot een financieel en economisch
auditoraat omgevormd. Ik lees niets over de mensenhandel, over de
aanpassing en de zo noodzakelijke evaluatie van de
nationaliteitswetgeving. Bijzonder belangrijk is tot slot, dat ik niets over
de strijd tegen het terrorisme lees. Wij vernamen de laatste weken en
maanden van de Veiligheid van de Staat dat zij vragende partij zijn
om in eerste instantie over meer mensen te kunnen beschikken om
inlichtingen te verzamelen. Er is geen sprake van enige
kaderuitbreiding van de Veiligheid van de Staat, die nochtans reeds
vorig jaar was gevraagd.
Mijnheer de minister, dit is de slechtste begroting van Justitie van de
laatste tien jaar. U zou zich moeten schamen.
voulons examiner des projets
concrets au Parlement et ne pas
perdre notre temps avec de
vagues propositions.
Le budget du département de la
Justice comporte plusieurs
lacunes graves. Il n'y est
aucunement question des
repentis, des techniques
d'infiltration, de la criminalité de
rue, de la justice rapide ou encore
de la délinquance juvénile. On
n'ouvrira pas au cours de cette
législature de nouveaux centres
fermés pour les mineurs. Il ne
reste rien du projet du ministre de
la Justice. Il n'est pas davantage
question de la criminalité
financière et économique, de la
traite des êtres humains, de la
modification de la législation sur la
nationalité ou encore de la lutte
contre le terrorisme.
Il n'est pas question d'une
augmentation des moyens
octroyés à la Sûreté de l'Etat.
Comment diable peut-on dès lors
combattre efficacement le
terrorisme?
Il s'agit véritablement du pire
budget de la Justice de ces dix
dernières années. Le ministre de
la Justice devrait avoir honte!
02.29 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik begrijp dat
de heer Van Parys wenst dat de eerste minister in zijn
beleidsverklaring het hele begrotingsdocument Justitie voorleest. Dat
zou voor de heer Van Parys nog niet voldoende zijn. Hier echter de
schijn willen wekken dat er niets aan het terrorisme wordt gedaan,
gaat te ver. U hebt mij immers reeds tweemaal, terecht,
geïnterpelleerd in de commissie voor de Justitie over de besprekingen
op het vlak van Europa. U weet welke inspanningen worden geleverd.
Ik heb op geen enkele moeite terzake gekeken.
Voor u over de Veiligheid van de Staat spreekt, zou u moeten weten
dat er 86 plaatsen in de buitendiensten vrijstaan. Het kader is nog niet
opgevuld. Ik heb met mevrouw Timmermans gesproken. Zij is zich
02.29 Marc Verwilghen , ministre:
M. Van Parys voudrait-il que dans
son discours de politique générale
le premier ministre fasse une
présentation exhaustive de
l'ensemble de la politique en
matière de justice?
Comment M. Van Parys ose-t-il
prétendre qu'aucune mesure n'a
été prise pour octroyer
suffisamment de moyens à la
Sûreté de l'Etat? En tant qu'ancien
ministre de la Justice, il sait
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
ervan bewust dat zij dringend 86 valabele kandidaten op de
buitendiensten moet kunnen rekruteren om de strijd tegen het
terrorisme mee te kunnen voeren. De fondsen zijn voorhanden.
Mijnheer Van Parys, u weet dat in de strijd tegen de georganiseerde
criminaliteit een heel aantal maatregelen wordt genomen. De
bescherming van de getuigen moet nog worden behandeld. Het
document is klaar om in de commissie voor de Justitie te worden
behandeld. Is dat niet nodig voor u, mijnheer Van Parys? Dat is
nochtans een van de essentiële elementen. Er ligt een wetsontwerp
inzake de bijzondere opsporingsmethodes klaar. De interkabinetten
hebben daaraan de laatste hand gelegd. Er moet nog een knoop
worden doorgehakt, maar dan kan de regering daarover een
beslissing nemen. Men moet mij dus niet zeggen dat er in de strijd
tegen de georganiseerde criminaliteit niets wordt ondernomen.
parfaitement bien qu'il y a des
difficultés pour compléter le cadre.
J'ai déjà eu un entretien avec Mme
Timmermans à ce sujet, ce qu'à
l'époque M. Van Parys n'a jamais
eu.
Les choses bougent également
sur le plan de la lutte contre la
criminalité organisée: ainsi, le
projet relatif aux méthodes
spéciales de recherche est
pratiquement finalisé.
02.30 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, dit moet een
intellectueel eerlijk debat zijn, zoals de eerste minister zegt. Mijnheer
de minister, waarop wacht u inzake de anonieme getuigen? U wacht
op de wijzigingen die men in de Senaat zal aanbrengen zodat het
ontwerp nog meer zal worden uitgehold in de richting van de PS en
Ecolo dan nu reeds het geval is. U zegt dat het dossier inzake de
informanten en de bijzondere opsporingstechnieken rond is. Het is
even goed rond als het wetsontwerp op de spijtoptanten. U weet
immers goed dat het wetsontwerp inzake de bijzondere
opsporingstechnieken op dit moment door de PS wordt geblokkeerd.
Door middel van de permanente tussenkomst van de
onderzoeksrechter wordt het gebruik van informanten onmogelijk
gemaakt. Dat is de realiteit van dit dossier. Dat is het probleem.
02.30 Tony Van Parys (CD&V):
Conformément à la volonté du PS,
ce projet perdra encore davantage
de sa substance lors de son
examen au Sénat. Le PS bloque le
projet sur les techniques spéciales
de recherche et est donc
responsable de cette paralysie.
(Applaudissements sur les bancs
du CD&V, du Vlaams Blok et de la
VU&ID)
De voorzitter: Als ik dat zo allemaal hoor, collega Erdman, leidt u wellicht boeiende
commissievergaderingen.
Je constate également, monsieur le premier ministre, que la première et la dernière heure des débats sont
souvent fort viriles.
02.31 Fred Erdman (SP): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste
minister, heren ministers, na de animositeit, lijkt het mij aangewezen
rustig een analyse te maken.
De dramatische gebeurtenissen van de voorbije dagen hebben
nogmaals de aandacht op Justitie gevestigd. Niet alleen de nasleep
van de drama's van 1996 en/of de kwalen van voordien spelen mee,
maar bovendien buigen wij ons thans, op het vlak van de justitie, over
definities van terrorisme, over veiligheidsmaatregelen en over
internationale strafgerechtshoven.
Hopelijk maar daarover zal nog worden gedebatteerd vinden wij
een goed evenwicht tussen de verdediging van de democratie,
enerzijds, en het vrijwaren zonder het aan te tasten van de
fundamentele grondrechten die de basis vormen van de rechtsstaat
van diezelfde democratie, anderzijds. Dit evenwicht moet absoluut
worden gevonden en in dat verband verheugt het mij, mijnheer de
voorzitter, u te kunnen aankondigen dat wij, in overleg met mijn
collega's van de Senaat, mijnheer de eerste minister, (...)
Mijnheer de eerste minister, daarop kom ik straks terug.
Ik herhaal dat, in overleg met de Senaat, de twee commissies voor de
02.31 Fred Erdman (SP): Les
événements dramatiques du mois
dernier ont ravivé le débat sur la
Justice. Il s'agit d'un exercice
d'équilibre: la démocratie doit être
préservée, mais il en va de même
des libertés et des droits sur
lesquels repose la démocratie.
Nous examinons cette question
avec la commission du Sénat.
La Justice dispose de beaucoup
de moyens que le recours
approprié aux techniques
modernes permettrait sans doute
d'encore mieux affecter.
Le premier ministre a évoqué
l'arriéré judiciaire, qui constitue à
ses yeux un problème majeur. A
mon estime, la perte de confiance
dans la Justice revêt un caractère
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
Justitie zich zullen buigen over deze problematiek en dat onder
andere de heer Van Parys en mevrouw Timmermans zullen worden
uitgenodigd om eventueel inlichtingen te krijgen omtrent de werking
van de Veiligheid van de Staat.
Ik ben het eens met degenen die van oordeel zijn dat het eigenlijke
debat zal worden gevoerd zodra het budget aan bod komt, hoewel ik
meteen onderstreep dat een mogelijke oplossing voor het probleem
niet noodzakelijk een drastische verhoging van financiële middelen
inhoudt. In de loop van de jaren hebben wij dat wel op een bepaalde
manier zo geïnterpreteerd en gingen wij over tot de uitbreiding van de
kaders op lineaire wijze, soms onder druk, ook van hoven en
rechtbanken die geen uitbreiding nodig hadden, maar die, om het
evenwicht te bewaren, ook een deel van de koek moesten krijgen. Ik
ben er echter nog steeds van overtuigd dat, indien de beschikbare
middelen degelijk en op moderne wijze worden aangewend, de
kwalen waarmee wij worden geconfronteerd beter konden worden
tegengegaan.
In uw beleidsverklaring, mijnheer de eerste minister, nodigde u ons
als het ware uit om ons te buigen over de problematiek inzake
Justitie, in die zin dat u oplossingen wenst voor drie pijnpunten,
waaronder de gerechtelijke achterstand. Daarover wens ik het te
hebben en andere sprekers zullen de overige twee elementen
aankaarten.
Wellicht houden wij er allen een bibliotheek op na van de colloquia,
verslagen, analyses, redevoeringen over de gerechtelijke achterstand.
Ik blijf er evenwel van overtuigd dat het reële pijnpunt niet de
gerechtelijke achterstand, maar wel het verlies van vertrouwen in de
justitie is. Daar knelt het schoentje. Destijds hield men voor dat het
verlies van vertrouwen het gevolg was van de politisering van de
magistratuur. Dat euvel werd echter verholpen en op dat vlak was de
SP de grote verdediger van de Hoge Raad voor de Justitie, teneinde
tot objectieve benoemingen te komen.
Wij hebben vandaag op het terrein kunnen vaststellen dat, inzake de
rekrutering, kwalitatief gezien geen opmerkingen kunnen worden
gemaakt.
Men heeft gesproken over het falen van justitie bij de oplossing van
bepaalde problemen. De twee bendecommissies en de affaire-
Dutroux hebben er zeker niet toe bijdragen om het vertrouwen te
herstellen. Dan komen we bij de structurele problemen uit die we
jarenlang hebben meegedragen en die we niet in een handomdraai
kunnen wijzigen. Het apparaat en de structuur waren niet modern en
zijn dat nog niet.
Wij hebben waarschijnlijk één fout gemaakt. De heer Van Parys, zijn
voorganger en wij allemaal hebben na de drama's van 1996 de
problematiek in het Octopus-overleg aangepakt, maar misschien
hebben we te veel de schijn gewekt dat alles daarmee zou worden
opgelost. Indien alle teksten werden goedgekeurd, zou alles ineens
opgelost worden. Dit is bij de bevolking zo overgekomen, maar dat
kunnen wij niet waarmaken.
plus important encore. Les
commissions d'enquête dans
l'affaire Dutroux et dans celle des
tueurs du Brabant wallon n'ont pas
permis de restaurer cette
confiance.
Nous sommes aux prises avec
des problèmes structurels. Après
les drames qui ont bouleversé la
Belgique en 1996, nous avons eu
trop tendance à donner
l'impression à nos concitoyens que
nous résoudrions tous les
problèmes, mais c'est évidemment
impossible.
02.32 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik deel in
grote mate de mening van de voorzitter van de commissie voor de
02.32 Tony Van Parys (CD&V):
Nous devons exécuter les lois
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
Justitie, maar het komt er wel in eerste instantie op aan om de
Octopus-wetten uit te voeren. Dan heb ik het specifiek over de totale
hervorming van het openbaar ministerie. Wij hadden de indruk niet
mogen wekken dat we alles gingen oplossen, maar we moeten
minstens doen wat we hebben afgesproken. Het zou nuttig zijn van u
te vernemen in welke mate wij op korte termijn initiatieven kunnen
verwachten over de integratie van het openbaar ministerie, want ik
heb vernomen dat dit via een wetsvoorstel zou gebeuren. Daarom zou
ik graag de stand van zaken vernemen. Kunnen we dit in deze
legislatuur verwachten, mijnheer de voorzitter van de commissie voor
de Justitie? Die fundamentele hervorming hebben wij immers
afgesproken, ze is in een kaderwet opgenomen en moet nu worden
toegepast.
issues des accords octopartites et
en particulier leur volet relatif à la
réforme du ministère public. Nous
devons effectivement nous garder
de susciter de faux espoirs, mais
nous devons au moins tenir nos
promesses. Pouvons-nous
espérer que cette réforme
fondamentale sera encore menée
au cours de la présente
législature?
02.33 Fred Erdman (SP): Mijnheer Van Parys, als u mij rechtstreeks
ondervraagd, moet ik antwoorden dat ik geen wetsvoorstel in mijn tas
heb steken. Laten we aannemen dat dit de techniek is die we al jaren
ook in vorige legislaturen hebben toegepast. Ik wil er wel de
nadruk op leggen dat die hervorming moet worden uitgevoerd.
Daarover is geen discussie mogelijk. Dat is niet het probleem.
Wij wekken de schijn dat met de goedkeuring van een tekst
bijvoorbeeld inzake verticalisering of het federaal parket ineens alles
is opgelost. Dat is fout en dat moeten wij de mensen ook duidelijk
maken.
De laatste reden van het verlies van vertrouwen is de drempel naar
justitie en de communicatie van justitie. Voor de meeste mensen is
dat nog altijd een Chinese wartaal, zelfs met de huidige
gesprekspartners op het niveau van het parket en de rechtbanken die
zogenaamde mededelingen aan de pers doen. Die mensen spreken
vaktaal, maar de kijker die eventueel de beste onder die
gesprekspartners aan het woord hoort verstaat dat niet en moet op
eventuele bijkomende commentaren wachten.
Mijnheer de eerste minister, ik wil alleen onderstrepen dat
gerechtelijke achterstand een gevolg is van al deze redenen. Het
komt er vooral op aan om het vertrouwen in justitie te herstellen.
Mijnheer de minister van Justitie, wij hebben nu gelezen dat er een
stappenplan komt. Mag ik opmerken dat er een nuanceverschil is
tussen "stappenplan" en "plan stratégique", de benaming uit de
Franse tekst? Un plan stratégique heeft als optie strategisch naar een
bepaald doel te werken en een stappenplan vordert stap-voor-stap.
We zullen natuurlijk de juiste inhoud moeten afwachten.
Ik ga de punten die hier worden opgesomd niet analyseren. Ik wil
alleen opmerken dat we niet moeten denken dat instellingen die pas
zijn opgestart opnieuw aan nieuwe instellingen moeten worden
gekoppeld.
Wanneer u dus zegt het Copernicus-plan in de rechterlijke orde, met
een nieuwe management-verantwoordelijke, toe te passen, dan stel ik
mij daar vragen bij. Wij hebben juist de korpsoversten als managers
aangesteld, waarom moeten ze nu geflankeerd worden door een
nieuweling? Ik kan mij wel akkoord verklaren met de toekenning van
het beheer aan die korpschefs. Trouwens, het voorbeeld dat nu in de
pers verschijnt heb ik al jaren gegeven. Als men op een parket een
02.33 Fred Erdman (SP): Il va de
soi que je n'ai pas de proposition
de loi en poche, mais à mes yeux,
il est exclu de ne pas exécuter les
accords octopartites. Toutefois,
nous devons faire comprendre à la
population qu'il ne suffit pas de
signer un accord pour que les
problèmes soient résolus. Il n'est
pas facile pour nos concitoyens de
communiquer avec la Justice et ils
éprouvent donc beaucoup
d'appréhensions avant de se
lancer dans cette démarche. On
ne comprend pas le jargon
juridique. L'arriéré judiciaire est la
conséquence de tous ces
problèmes. Il est donc capital de
rétablir la confiance dans la
Justice.
Un plan échelonné sera dès lors
arrêté. Certaines mesures sont
particulièrement importantes.
Nous ne pouvons pas commettre
l'erreur de faire dépendre
d'emblée des institutions qui
doivent encore être créées
d'autres institutions qui viennent
tout juste de l'être. Je plaide aussi
pour la responsabilisation en ce
qui concerne l'affectation de
moyens.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
potlood nodig heeft, dan moet men er twee dozijn van bestellen in
Brussel en voor de aankoopdienst een heel aantal formulieren
invullen. Dat is uit de tijd. Verantwoordelijkheid betekent echter ook
resultaat. Ik wil de korpschefs het beheer over een bepaald budget
toevertrouwen, maar dat moet tegelijk gebonden zijn aan resultaten.
02.34 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, de grote
oefening die moet worden gemaakt is de volgende.
Wij hebben korpsoversten managementfuncties gegeven. Ze zijn
daar niet altijd voor opgeleid. Nu eisen we dat staat in het profiel om
als korpsoverste te worden aangesteld, dat ze een beleidsplan
meedelen. Dat dwingt hen in feite om te managen. Men voelt echter
heel goed aan dat er op het terrein een grondwettelijk probleem is,
namelijk dat de rechter onafhankelijk is en dus op een bepaald
ogenblik niet rekenplichtig kan zijn.
Het is precies om dit te kunnen doorbreken dat die management-
verantwoordelijke een aantal functies zal opnemen, waarbij de
korpsoverste, buiten zijn managementsfunctie, ook nog recht zal
kunnen spreken. Tegelijkertijd blijft er een aanspreekpunt bestaan
voor de enveloppe die wordt toevertrouwd om rekenplichtig te kunnen
zijn, zonder de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht aan te
tasten. Dat is de onderliggende filosofie.
Ik voeg er nog een punt aan toe. We kiezen in de middelen voor de
decentralisatie en we laten alleen centraal gebeuren hetgeen nog een
meerwaarde oplevert. Dat principe zou in deze moeten gelden.
02.34 Marc Verwilghen , ministre:
Les chefs de corps doivent
assurer la gestion mais ne
peuvent pas être comptables. Ce
rôle doit donc être assumé par les
responsables de la gestion.
02.35 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, ik vind dit
een interessante discussie is. Het verheugt mij dat de minister ook
voor dit standpunt opteert en dat indien ik goed heb begrepen ook
wordt verdedigd door de voorzitter van de commissie voor de Justitie.
Wat denkt u van een echt empowerment van de magistraat ten
opzichte van de griffier want management en bevoegdheid vormen
uiteraard een geheel?
02.35 Geert Bourgeois (VU&ID):
Quels seront à l'avenir les rapports
entre le chef de corps investi d'une
responsabilité de management et
le greffier?
02.36 Fred Erdman (SP): Ik kom daar dadelijk op terug, want terzake
bestaan blijkbaar wat misverstanden. Ik wilde vooral onderstrepen dat
niet zomaar nieuwe structuren mogen worden uitgebouwd, zonder
zelfs een kans te geven aan hetgeen pas is opgestart.
Mijnheer de eerste minister, dit brengt mij tot een kleine
randbemerking. Neem dat dan als een vingerwijzing van een gewezen
senator aan de senatoren Verhofstadt en Verwilghen, thans eerste
minister en minister van Justitie.
Ik heb de omvorming van de Senaat meegemaakt, zoals hij nu is. Ik
had zelfs de eer verslaggever te zijn over het Reglement. Ik heb toen
echter gezegd dat het nog jaren zou duren vooraleer men invulling
kon geven aan de nieuwe opdrachten en het concept van een nieuwe
Senaat. Het is niet op basis van een overgangsperiode dat men
zonder meer een instelling zal beoordelen, eventueel zelfs zou
veroordelen.
Ik moet mij vandaag en dit is een randbemerking meer aansluiten
bij de analyses die gemaakt worden door professor Delperé
02.36 Fred Erdman (SP):
Permettez-moi de formuler en
marge une observation concernant
les projets de réforme politique du
gouvernement. Il a été
abondamment question de la
fusion éventuelle du Sénat et de la
Chambre. J'invite le gouvernement
à faire preuve de circonspection à
propos de certains équilibres
institutionnels.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
daaromtrent dan bij bepaalde editorialen vooral in de Nederlandstalige
pers, die blijkbaar alleen bedoeld zijn om te applaudisseren als men in
Vlaamse kringen een politieke instelling ziet verdwijnen.
Mijnheer Bourgeois, ik weet dat de Volksunie destijds over een
andere formule van de Senaat voorstellen had geformuleerd. Ieder
had zijn eigen invalshoek. Ook bij ons waren er die andere
invalshoeken hadden en vandaag nog altijd hebben, hoewel ze nog
deel uitmaken van diezelfde instelling. Dit neemt echter niet weg (...)
Ik heb nooit de pretentie gehad individuele dossiers te behandelen.
Ik beklemtoon dat men zeer voorzichtig moet zijn, enerzijds, inzake
een eventuele verstoring van het evenwicht tussen de fundamentele
machten van de Staat en, anderzijds, de politieke benadering inzake
de werking van de instellingen. Dit was slechts een randbemerking
die met dit debat weinig te maken heeft.
De voorzitter: Mijnheer Bourgeois, ik merk dat u ondanks uw lang betoog nog vel op uw parlementaire
lever hebt liggen.
02.37 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, ik kan het
niet helpen dat de heer Erdman altijd opnieuw interessante punten
aanreikt die aanleiding geven tot nieuwe vragen. Mijnheer Erdman,
uw fractievoorzitter heeft gisteren aangekondigd dat de Vlaamse
socialisten zich vandaag zullen uitspreken over de hervorming van de
kiesomschrijving. Is uw betoog inzake de Senaat het standpunt van
uw partij, of is het uw eigen individuele invalshoek? Dit is niet
onbelangrijk. Gisteren heeft PS-fractievoorzitter Eerdekens een aantal
punten van de regeerverklaring als "des idées intéressantes"
bestempeld. Het is belangrijk te weten of het standpunt van de heer
Erdman gedragen wordt door zijn fractie.
02.37 Geert Bourgeois (VU&ID):
Parlant du Sénat, M. Erdman
exprime-t-il son point de vue
personnel ou celui de son groupe?
02.38 Fred Erdman (SP): Mijnheer Bourgeois, u bent zeer goed op
de hoogte van de parlementaire gebruiken. De fractievoorzitter
vertolkt het standpunt van de fractie. Ik heb zeer duidelijk
beklemtoond dat ik een randbemerking maakte als gewezen senator.
02.38 Fred Erdman (SP): J'ai
simplement fait une observation
en tant qu'ancien sénateur. Les
chefs de groupe expriment la
position de leur groupe.
02.39 Dirk Van der Maelen (SP): Mijnheer de voorzitter, mijn zeer
geëerde collega en gewezen senator Erdman heeft, mijns inziens,
duidelijk gesteld dat hij een randbemerking maakte. De reden waarom
wij het voorstel van de eerste minister een zeer goede suggestie
vinden kan wellicht gevonden worden in het feit dat ikzelf en velen in
mijn fractie nooit senator geweest zijn.
De SP gelooft dat de afschaffing van de Senaat kan leiden tot een
versterking van de parlementaire instellingen. Als men de wijsheid
van de Senaat kan koppelen aan de politieke kracht van deze Kamer
zal de regering, mijns inziens, moeten vaststellen dat ze nog veel
beter gecontroleerd zal worden.
02.39 Dirk Van der Maelen (SP):
Nous sommes favorables à la
proposition du premier ministre. La
sagesse du Sénat sera alliée à la
force politique de la Chambre.
Nous pensons qu'une telle formule
pourrait conduire à un
renforcement de l'institution
parlementaire et à un meilleur
contrôle du gouvernement.
02.40 Fred Erdman (SP): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste
minister, mijnheer de fractievoorzitter, u weet zeer goed dat de
grondwettelijke procedure bepaalt dat eerst een lijst wordt opgesteld
van artikelen die voor herziening vatbaar kunnen worden verklaard. U
weet ook heel goed dat de grondwetgever achteraf niet verplicht is
deze lijst uit te putten. De voorganger van deze eerste minister heeft
02.40 Fred Erdman (SP):
Attendons tranquillement de voir
comment évoluera la longue
procédure de révision de la
Constitution.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
dat aan den lijve ondervonden op het ogenblik dat hij bepaalde
hervormingsplannen in de Senaat indiende. Laten we rustig de
evolutie van de procedure afwachten. Het is best mogelijk dat ik er
niet meer bij zal zijn. Dat is echter iets anders. Het halfrond is op dit
ogenblik goed gevuld met gewezen senatoren.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik wens in te gaan op drie
punten. Ten eerste, de parketmagistraten. Ik heb begrepen dat u
bepaalde vergoedingen nog zult verhogen. Ik durf te veronderstellen
dat u ten einde raad bent. We hebben immers reeds heel wat
inspanningen gedaan om de vacatures van parketmagistraten op te
vullen. Oudgedienden van het parket wijzen erop dat in het verleden
geen vergoedingen werden uitgekeerd voor nacht- en
weekendprestaties. Wat is de situatie vandaag? De ouderen voelen
zich aangesproken omdat de vergoedingen er zijn. De jongeren die
aangetrokken zijn dankzij de vergoedingen blijven op droog zaad
zitten! Dat is, mijns inziens, geen oplossing. Mijnheer de minister, de
onderbemande parketten zijn een cruciaal probleem. Ik dring erop
aan dat u zou onderzoeken of de parketjuristen bepaalde zaken en in
bepaalde omstandigheden zo nodig met bepaalde adviezen en
coaching op zich kunnen nemen.
Er is daar immers een structureel probleem dat zo snel mogelijk moet
worden opgelost. Mijnheer de minister, u hebt overigens terecht het
schrappen van het strafrecht uit het examen voor de gerechtelijke
stage betreurd en daar waren sommige leden van de oppositie het
volmondig mee eens.
Ik kom nu tot mijn beschouwingen bij de actieve rechter en de actieve
griffier. De heer Bourgeois heeft in die zin een voorstel ingediend en
de minister werkt aan een ontwerp dienaangaande. Ik ben steeds
bereid na te denken over bepaalde instrumenten, maar waarschuw u
meteen u te hoeden voor de truc van de vereenvoudiging van de
spelregels. Het heeft inderdaad geen zin zonder meer te stellen dat
het voldoende is de rechter een actieve rol te laten spelen bij het
regelen van de procedure. Het hangt nu eenmaal van de betrokken
rechter af hoe hij zijn zaken beheert.
Overigens, in vele rechtbanken en hoven zijn er vandaag al afspraken
over de voortgang van procedures en die werken zeer goed. Daarvoor
is een wettelijke regeling dus niet nodig.
Het cruciale probleem is dat, zelfs wanneer de andere actoren van
een proces, de partijen en de advocaten, verplicht worden hun
stukken binnen een bepaalde termijn in te dienen, de datum voor de
behandeling van de zaak soms jaren later wordt vastgesteld. Dat is
onaanvaardbaar. Welnu, indien u de rechter een termijn oplegt van
bijvoorbeeld drie maanden waarbinnen hij uitspraak moet doen,
moeten er ook sancties kunnen worden ingebouwd voor de niet-
naleving van die termijn. Dat kunt u echter niet, mijnheer de minister.
Laten we bijgevolg ons nog even beraden over de manier waarop we
daar een mouw aan kunnen passen.
Essentiëler lijkt mij de opvulling van de kaders. Ik heb u wat dat
betreft al vragen gesteld. Ik denk dat de vigerende
benoemingsprocedure onhoudbaar is. Er is geen probleem voor de
vervanging van degenen die op rust worden gesteld, want dat weten
we een jaar voordien. Wanneer echter iemand promotie maakt, raakt
Aucun effort n'a été épargné en
vue de compléter le cadre des
magistrats de parquet mais les
indemnités de garde et de week-
end ne suffisent pas. Le problème
conserve son caractère structurel.
Dans l'intervalle, il doit être pourvu
aux postes inoccupés avec les
moyens du bord.
L'idée de recourir à un juge actif
en vue de résorber l'arriéré
judiciaire me paraît séduisante.
Gardons-nous toutefois d'en
attendre des miracles: tout
dépendra de la méthode de travail
personnelle de ce juge. Le
raccourcissement obligatoire des
délais ne constituera pas
davantage un remède-miracle,
puisqu'il ne sera pas assorti de
sanctions. Nous accordons notre
préférence à la concertation.
L'arriéré est également sinon
surtout lié à la sous-occupation
du cadre. L'absence de solution à
ce problème s'explique par la
procédure de nomination.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
de daardoor ontstane vacature pas na zeven tot acht maanden
ingevuld. Mijnheer de minister, ik dring er bij u op aan om de
procedure te splitsen in een voorafgaande procedure en een
eindprocedure. U kunt inderdaad op basis van statistisch materiaal
samen met het College van procureurs-generaal en de voorzitters van
de hoven van beroep uitmaken hoe groot de mobiliteit is per
rechtbank. Daarna start u een voorafgaande procedure om dan op
zeer korte termijn, zodra er een vacature komt, tot de benoeming van
een kandidaat over te gaan.
02.41 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik heb reeds
op een vraag terzake in commissie geantwoord.
Het probleem dat we met de aangepaste benoemingsprocedure
hebben opgelost, is de vervanging van personen die op pensioen
worden gesteld, omdat we de functie 9 maanden vooraf vacant
verklaren, zodat we ze tijdig kunnen invullen. Dat we daarin zijn
geslaagd, bewijzen de cijfers.
Een probleem is nog wel de tijdige vervanging van wie bevorderd
wordt of door omstandigheden, bijvoorbeeld overlijden, wegvalt. We
moeten hiervoor een pasklare oplossing vinden. De voorzitter van de
commissie voor de Justitie heeft voorgesteld om een procedure van
"pre-werving" tot stand te brengen. Een andere mogelijkheid is de
samenstelling van een pool van magistraten waaruit onmiddellijk kan
worden geput. Wij onderzoeken dat momenteel en hebben zelfs al
een plan opgesteld.
Wel moeten we nog nagaan hoe we dit gaan regelen. Een aantal van
die zaken wordt immers geregeld via artikel 151 van de Grondwet.
Dat maakt onze taak om een definitieve oplossing te vinden er niet
gemakkelijker op. Wij zullen er in elk geval voor zorgen dat ook die
categorie vacante betrekkingen snel kan worden ingevuld.
02.41 Marc Verwilghen , ministre:
Nous sommes à la recherche
d'une solution qui pourra être mise
en oeuvre rapidement.
02.42 Fred Erdman (SP): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik neem daarvan akte.
Het laatste punt dat ik wil behandelen, betreft de actieve griffiers. Er
blijken wat misverstanden te zijn geweest over mijn opvattingen, als
zou ik de griffiers willen afschaffen. Dat is nooit mijn bedoeling
geweest, maar het instituut van de griffiers van de vorige eeuw, dat is
wel voorbijgestreefd. Tegenwoordig zijn er inderdaad zeer goede
griffiers, die in de praktijk een hulp zijn voor de rechters. Zij voeren de
voorbereidende werkzaamheden uit, waarvoor hen alle eer en respect
toekomt. Volgens mij moet men de functie van griffier echter gaan
splitsen: men moet al de administratieve taken in een pool
samenbrengen. In deze tijd van informatica kan men zich toch
moeilijk indenken dat de griffier met de pen of tegenwoordig met de
laptop tijdens de zitting notities neemt die hij nadien moet
verwerken. Splits die taken af. Maak daarvoor een administratieve
pool, en herwaardeer de functie van de griffiers. Zeker met de huidige
benoemingswaarden sommige griffiers moeten al licentiaat in de
rechten zijn bestaat er een potentieel van mensen die als hulp van
de zetelende rechters kunnen fungeren.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik kom tot mijn
besluit. Sommigen onder u zullen zeggen: "geen plannen meer, maar
actie." Ook ik denk dat we nu tot actie moeten overgaan. Op dat punt
02.42 Fred Erdman (SP): Je n'ai
pas l'intention de supprimer la
fonction de greffier. Mais j'estime
qu'elle doit être scindée. Il convient
à mon sens de confier ses aspects
administratifs à un service
administratif et de revaloriser la
fonction de greffier. Comme c'est
déjà le cas dans certaines
institutions, le greffier doit assister
le juge, à l'instar du référendaire.
De nombreux greffiers sont
d'ailleurs juristes.
Il nous reste un an pour prendre
les mesures légales que nous
sommes déjà en train de préparer.
Au stade actuel, de nouvelles
initiatives ne sont pas
souhaitables.
L'essentiel est de restaurer la
confiance. Les sondages font
apparaître que la justice est très
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
geef ik de heer van Parys gelijk. We moeten politiek realistisch
blijven. We hebben nog één enkel jaar om een hele reeks wettelijke
maatregelen te nemen. Die maatregelen zijn trouwens al in
voorbereiding. Laten we dus alstublieft niet naar een nieuwe
wetgeving streven, naar nieuwe initiatieven, want die dreigen te
verzanden in ontoepasbare rechtsregels. De mensen vragen
tezelfdertijd de toepassing van het recht en de uitvoering ervan.
Wanneer vonnissen uitgesproken worden, moeten ze ook kunnen
worden uitgevoerd.
Het belangrijkste punt is dat het vertrouwen moet worden hersteld.
Naar mijn gevoelen is dit punt de sleutel tot een goed justitiebeleid. Ik
ben geen grote fan van peilingen, maar Le Soir Magazine heeft deze
week nog een peiling gehouden over het vertrouwen van de mensen
in de instellingen. Justitie komt daar natuurlijk zeer slecht uit. Dat
wisten we al. De mensen zien dat zo. De politieke
verantwoordelijkheid voor dit wantrouwen ligt niet bij degene die aan
het hoofd staat van het departement Justitie, maar we moeten deze
waarneming door de mensen wel corrigeren.
Mijnheer de minister, gisteren hebt u nog in de commissie voor de
Justitie gezegd dat de adviesraad voor de magistratuur nog niet kan
worden opgestart. Ik laat hier even de technische details van dat
dossier terzijde. Wij hebben nu inderdaad een Hoge Raad voor de
Justitie die stilaan op volle toeren begint te draaien. Ik vraag u nu om,
zolang u niet over een adviesraad beschikt, opnieuw te overleggen
met de staf van justitie bijna zei ik: met de bedelstaf. Geef
constructieve impulsen om de mensen duidelijk te maken dat het nu
menens is. Wij hebben al bepaalde initiatieven genomen die
drempelverlagend werken: de onthaalprocedure, de brochures, de
tehuizen. De mensen weten dit alles misschien niet genoeg. Men
moet met de mensen die voor Justitie werken daadwerkelijk een
strategie uitwerken. In het Frans heet uw stappenplan toch plan
stratégique? Voor mij blijft het overigens gelijk of u het stappenplan,
plan stratégique, actieplan, of masterplan noemt; de essentie ervan
moet zijn dat het vertrouwen hersteld wordt. Dit mag geen processie
van Echternach worden.
mal considérée. Tant que le
conseil consultatif de la
magistrature ne sera pas
opérationnel, il faudra se tourner
vers les acteurs de terrain de
l'appareil judiciaire pour élaborer
un plan stratégique en
concertation avec eux. Mais il ne
faut pas que cette concertation
devienne une procession
d'Echternach.
03 Mededeling
03 Communication
Bij brief van 9 oktober 2001 brengt de Senaat ons ter kennis dat hij zich ter vergadering van die dag heeft
geconstitueerd.
Par message du 9 octobre 2001, le Sénat fait connaître qu'il s'est constitué en sa séance de ce jour.
04 Reprise de la discussion de la déclaration du gouvernement
04 Hervatting van de bespreking van de verklaring van de regering
Nous poursuivons la discussion de la déclaration du gouvernement.
Ik laat nu mevrouw Barzin aan het woord, vervolgens de heer Vandenhove. Ik wil de sprekers verzoeken
om zo beknopt mogelijk te ageren.
Mademoiselle Barzin, puis-je vous demander d'être concise? Je sais que vous en êtes capable.
04.01 Anne Barzin (PRL FDF MCC): Monsieur le président,
monsieur le premier ministre, messieurs les ministres, chers
collègues, les réformes que vous nous avez annoncées en matière de
04.01 Anne Barzin (PRL FDF
MCC): De in uw verklaring
aangekondigde hervormingen met
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
justice dans votre déclaration de ce mardi ne peuvent qu'emporter le
soutien du groupe PRL-FDF-MCC, la justice et la sécurité étant deux
thèmes qui préoccupent particulièrement les libéraux francophones.
Nous nous réjouissons des engagements que le gouvernement a pris
en matière de lutte contre l'arriéré judiciaire. Ce phénomène est
récurrent et nuit gravement à la confiance que le citoyen doit avoir en
notre appareil judiciaire. La justice est un service qui doit être rendu
aux justiciables dans les meilleurs délais. Ce dernier a en effet un
droit inconditionnel à ce que son affaire soit réglée le plus rapidement
possible et ce dans son propre intérêt mais aussi dans l'intérêt de
l'Etat de droit qui doit assurer l'effectivité de normes qu'il édicte.
Une réforme en profondeur de la gestion interne des parquets et des
tribunaux ne pourra que contribuer à renforcer la confiance que le
citoyen doit avoir en notre justice. Nous attendons avec une certaine
impatience les propositions concrètes que le ministre de la Justice
formulera lorsqu'il présentera plus en détail son plan stratégique pour
la justice.
Les trois piliers qui nous ont été annoncés ce mardi et sur lesquels
reposent ce plan stratégique, à savoir la responsabilisation des chefs
de corps, la création d'un conseil stratégique et de la fonction d'un
magistrat-coordinateur de dossiers, et la revalorisation du statut des
magistrats de parquets de première instance devront en toute
hypothèse permettre, premièrement de rendre à la justice sa fonction
première, celle de garantir la sécurité des biens et des personnes, de
maintenir l'ordre et d'assurer la défense des plus faibles;
deuxièmement, d'adapter la justice aux exigences de notre société de
plus en plus complexe et en constante évolution.
Ces dernières années, notre pays a connu des évolutions
inquiétantes en matière de criminalité. L'insécurité croissante qui
menace au quotidien le citoyen nous montre que l'organisation de
notre système judiciaire ne répond pas toujours de manière suffisante
aux exigences d'une lutte efficace contre ce phénomène. Des
avancées considérables ont été accomplies ces deux dernières
années mais nous ne pouvons nous permettre de relâcher notre
attention car la sécurité est un droit prioritaire préalable à l'exercice
des autres droits et libertés. C'est pour ces raisons que nous
souscrivons entièrement à l'intention du gouvernement d'améliorer la
gestion interne des parquets et des tribunaux.
A notre sens, l'élaboration d'un plan stratégique visant à organiser
une justice de qualité doit respecter des lignes directrices claires que
nous pouvons structurer en quatre points.
Premièrement, une justice moderne et efficace.
D'abord, l'accord de gouvernement du 7 juillet 1999 a érigé en priorité
la concrétisation des accord Octopus du 24 mai 1998. Un point de ces
accords retiendra plus particulièrement mon attention: la réforme du
ministère public. Les huit formations politiques signataires s'étaient
engagées à réformer l'organisation du ministère public selon trois
principes directeurs: le traitement intégral des dossiers individuels par
le procureur du Roi, la restructuration horizontale du parquet et la
redéfinition du rôle des parquets généraux. Une réforme d'une telle
ampleur nécessite une consultation la plus large possible des acteurs
betrekking tot de justitie spelen in
op onze bekommernissen. De
gerechtelijke achterstand
ondergraaft immers het
vertrouwen dat de burger in ons
gerechtsapparaat moet hebben.
Het staatsbelang staat hier op het
spel. Moet de Staat niet zorgen
voor de effectiviteit van de normen
die hij uitvaardigt? Het intern
beheer van de parketten en de
rechtbanken moet diepgaand
worden hervormd. De drie pijlers
van het "Strategisch Plan" dat u
ons zal voorstellen, moeten ervoor
zorgen dat de justitie opnieuw haar
belangrijkste functie vervult: de
veiligheid van de personen en de
goederen garanderen, de orde
handhaven en instaan voor de
verdediging van de zwaksten. Het
plan moet het gerecht tevens aan
de eisen van een voortdurend
evoluerende maatschappij
aanpassen. Het toenemende
onveiligheidsgevoel van de burger
in zijn dagdagelijks leven toont aan
dat de organisatie van ons
gerechtelijk apparaat niet altijd
voldoet aan de vereisten die
noodzakelijk zijn voor een
doeltreffende bestrijding van die
gesel. De twee jongste jaren werd
aanzienlijke vooruitgang geboekt,
maar wij mogen onze aandacht
niet laten verslappen, want
veiligheid is een prioritair recht,
zonder hetwelk de uitoefening van
de andere rechten en vrijheden
onmogelijk is. Heeft niet iedere
burger het recht een kwaliteitsvolle
justitie te eisen?
In het regeerakkoord van 7 juli
1999 staat te lezen dat de
concrete uitvoering van de
Octopus-akkoorden van 24 mei
1998 een prioriteit is. Ik wil het
hebben over de hervorming van
het openbaar ministerie. De
politieke groeperingen die het
akkoord hebben ondertekend,
hebben drie krachtlijnen
vastgesteld: de integrale
behandeling van de individuele
dossiers door de Procureur des
Konings, de horizontale
herstructurering van het parket en
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
concernés et exige par conséquent que l'on prenne le temps de
réflexions indispensables pour que cette réforme soit une réussite.
Comme vous le savez, la loi du 22 décembre 1998 avait laissé un
certain nombre de questions en suspens. Une législation
complémentaire doit par conséquent être adoptée et ce dans les plus
brefs délais. A notre sens, cette réforme doit aboutir à court terme.
Par ailleurs, une justice efficace suppose également une procédure
efficace. Malheureusement, on ne peut que constater
l'incompréhension suscitée chez les victimes et leur entourage
lorsqu'ils constatent la longueur de la période qui sépare le moment
où l'infraction est commise et le traitement du dossier par le juge du
fond. Cette incompréhension est encore accrue si les faits ne
présentent pas un degré élevé de complexité et si l'auteur a été
identifié. Cette situation est d'autant plus inacceptable qu'elle
contribue parfois à développer, chez certains auteurs d'infractions, un
sentiment d'impunité tel qu'ils se sentent capables de provoquer les
représentants des forces de l'ordre qui les ont interpellés la veille,
voire même aussi de narguer les victimes.
C'est pourquoi nous nous réjouissons tout particulièrement de
l'intention du gouvernement de lutter de manière prioritaire contre
l'arriéré judiciaire.
En outre, le faible taux d'application de la procédure de comparution
immédiate, qui a été introduite dans notre Code d'instruction
criminelle par la loi du 28 mars 2000, doit nous inciter à modifier la
législation existante afin d'améliorer cette procédure. A défaut
d'intervention législative, on risque de manquer les objectifs que l'on
s'était fixés à l'époque.
Le deuxième point concerne les peines appropriées et effectives.
Beaucoup de citoyens restent convaincus que bon nombre de
criminels dangereux sont remis prématurément en liberté. En réponse
à cette préoccupation, le gouvernement s'engageait, en juillet 1999,
non seulement à mettre en place les tribunaux d'application des
peines, mais également à revoir la compressibilité des peines pour les
coupables d'infractions odieuses, tels que les violences et
assassinats commis sur les enfants, les personnes âgées, les
membres des forces de l'ordre et les travailleurs exposés à la
criminalité en raison de leur profession.
Souhaitant, d'une part, répondre aux préoccupations de la population
qui, je vous le rappelle, avait exprimé ses attentes dans une pétition
signée par 2,7 millions de personnes, et, d'autre part, concrétiser
l'accord du gouvernement sur ce point, les libéraux francophones
entendent relancer, par le dépôt d'une proposition de loi, la réflexion
sur les peines incompressibles, ou plus précisément sur la possibilité
ou l'obligation, dans certains cas, pour la juridiction de jugement,
d'assortir la peine prononcée d'une période de sûreté durant laquelle
aucune forme de libération anticipée ne pourra intervenir.
Le troisième point concerne une justice indépendante et responsable.
Comme le prévoit la déclaration gouvernementale de ce mardi, une
justice indépendante et responsable exige une optimalisation des
compétences et des cadres du personnel, une responsabilisation
accrue de chaque magistrat en lui accordant, d'une part, un rôle plus
actif, tout en le déchargeant, d'autre part, des tâches administratives
de herdefiniëring van de rol van de
parketten-generaal.
Een hervorming van die omvang
vereist een zo ruim mogelijk
raadpleging van alle betrokkenen.
De wet van 22 december 1998 is
als het ware een kaderwet waarin
sommige kwesties nog niet
worden geregeld. Er moet dan ook
zo spoedig mogelijk een
aanvullende regelgeving worden
aangenomen, want de kaderwet
zal pas van kracht worden op het
ogenblik dat die aanvullende
regelgeving zal zijn gerealiseerd.
Die hervorming moet tot een goed
einde worden gebracht, teneinde
de rechtsstaat te vrijwaren en de
veiligheid van onze medeburgers
te vergroten.
Een efficiënte justitie veronderstelt
een efficiënte rechtspleging.
Momenteel sleept de periode
tussen het plegen van de inbreuk
en de behandeling door de
feitenrechter echter vreselijk lang
aan. Die situatie is
onaanvaardbaar, aangezien
sommige misdadigers hierdoor het
gevoel krijgen straffeloosheid te
genieten.
De beperkte toepassing van de in
2000 ingevoerde
snelrechtprocedure moet ons
aansporen de procedure via een
wijziging van de wetgeving te
verbeteren.
In eenvoudige strafzaken moet zo
snel mogelijk worden berecht. Het
gerecht moet met efficiënte
instrumenten worden uitgerust,
zodat het snel en efficiënt op de
onderscheiden vormen van
stadscriminaliteit kan reageren.
Bij veel burgers leeft de mening
dat tal van gevaarlijke misdadigers
voortijdig worden vrijgelaten. De
regering heeft zich er bijgevolg toe
geëngageerd
uitvoeringsrechtbanken op te
richten en de reduceerbaarheid
van de straffen te herzien voor hen
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
et logistiques, une revalorisation du statut des magistrats de première
ligne et enfin une coordination globale des dossiers.
Dans ce cadre, notre groupe se réjouit de constater que le
gouvernement s'engage à revoir à la hausse les indemnités des
magistrats des parquets de première instance pour leurs prestations
de week-end et de garde.
Par ailleurs, afin de réorganiser à bon escient notre appareil judiciaire
et d'optimaliser la qualité de notre justice, il reviendra également au
gouvernement de procéder, non seulement à la nomination de
nouveaux magistrats, mais aussi de leur assurer une formation
adéquate.
Le quatrième point concerne une justice accessible. Je reviens ici sur
quelques propos qui ont été tenus par M. Erdman il y a quelques
minutes. Nous ne pouvons que nous réjouir de la volonté du
gouvernement d'élargir l'accès à la justice pour les personnes qui
disposent de peu de moyens et qui ne rentrent pas dans les
conditions pour recourir au "pro deo", et ce notamment par le biais
d'une clause d'assistance juridique dans l'assurance familiale.
Toutefois, le problème de l'accès à la justice recouvre également
d'autres difficultés, notamment en ce qui concerne le vocabulaire
juridique. A notre sens, un certain nombre de réformes devraient être
envisagées dans ce domaine.
Avant de conclure, je voudrais rappeler que le groupe PRL-FDF-MCC
tient à soutenir le gouvernement dans sa volonté d'organiser, au
niveau européen, une lutte efficace contre le terrorisme. Je pense à la
proposition de décision-cadre du Conseil relative à la lutte contre le
terrorisme et aussi à la proposition de décision-cadre relative au
mandat d'arrêt européen et aux procédures de remise entre Etats
membres.
Par ailleurs, le groupe PRL-FDF-MCC restera également attentif à la
mise en oeuvre d'une politique cohérente de lutte contre la criminalité
organisée. Nous voulons réaffirmer notre volonté d'atteindre cet
objectif, tout en maintenant nos efforts pour assurer le respect des
droits de la défense et la protection de la vie privée.
Nous prendrons connaissance avec intérêt de certaines mesures
légales spécifiques qui seront prochainement présentées par le
ministre de la Justice, telles que la saisie de patrimoines d'origine
criminelle, la mise en place d'un organe central pour la saisie et la
confiscation, la protection des témoins ou encore les techniques
spéciales de recherche.
Pour conclure, monsieur le président, monsieur le premier ministre,
messieurs les ministres, chers collègues, le groupe PRL-FDF-MCC
entend soutenir les intentions du gouvernement en matière de justice.
Nous estimons en effet qu'il est indispensable que notre pouvoir
judiciaire soit doté d'instruments opérationnels et efficaces lui
permettant de fonctionner plus rapidement et de manière optimale.
Cette exigence doit être rencontrée tant dans l'intérêt du citoyen que
dans l'intérêt de notre Etat de droit.
die schuldig zijn bevonden aan
gewelddaden tegen kinderen,
bejaarden, leden van de
ordediensten, enz.
De Franstalige liberalen willen het
debat heropenen over de niet-
reduceerbare straffen, of juister de
mogelijkheid of de verplichting
voor het vonnisgerecht om aan de
straf die zij uitspreekt een
veiligheidsperiode te verbinden
waarin geen enkele vorm van
vervroegde invrijheidstelling kan
worden toegestaan.
Een onafhankelijk en
verantwoordelijk gerecht
veronderstelt een nauwkeurige
afbakening van de bevoegdheden
en een aangepast
personeelsbestand. Alle
magistraten moeten een meer
actieve rol krijgen en ontheven
worden van de administratieve en
logistieke taken. Het statuut van
de eerstelijnsmagistraten verdient
herwaardering. Voorts moet werk
worden gemaakt van een
algemene coördinatie van de
dossiers. Bovendien moet de
regering niet alleen nieuwe
magistraten benoemen, maar ook
zorgen dat zij een geschikte
opleiding krijgen.
De regering wil minder bedeelden
die geen beroep op een pro Deo-
advocaat kunnen doen een
ruimere toegang tot het gerecht
waarborgen. Wij kunnen dit alleen
maar toejuichen. Niettemin
moeten ook de culturele en
psychologische problemen worden
opgelost. Hervormingen zoals een
vereenvoudiging van de juridische
woordenschat op eerstelijnsniveau
moeten worden overwogen.
Wij steunen ook het voornemen
van de regering om op Europees
niveau een efficiënte bestrijding
van het terrorisme te organiseren.
Ik denk hierbij onder andere aan
het Europees aanhoudingsbevel
en aan de uitlevering tussen
lidstaten. Onze fractie zal ook
blijven nagaan of inzake
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
georganiseerde criminaliteit een
coherent beleid wordt gevoerd.
04.02 Ludwig Vandenhove (SP): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, mijnheer de minister, ik wil een korte uiteenzetting
houden over de politie. Ik val niet graag in herhaling, dus ik verwijs
naar mijn verklaringen van 18 juli 2001, vlak voor het parlementair
reces. Ik heb toen een aantal dingen gevraagd. Mijn belangrijkste
vraag betrof een snellere evaluatie dan oorspronkelijk aangekondigd.
Oorspronkelijk was die evaluatie gepland voor eind 2002. De SP is blij
dat op haar vraag wordt ingegaan, want de evaluatie zal al eind dit
jaar plaatsvinden. In de beleidsverklaring staat letterlijk: "Op basis van
die gegevens zal de regering een aantal grondige aanpassingen
doorvoeren om meerkosten voor de gemeenten te vermijden". Met die
passage en met de versnelde evaluatie zijn wij erg blij. Daarom geven
wij u in dat verband graag ons vertrouwen.
Ook het financiële luik van de politiehervorming is belangrijk.
Maandag hebben wij in de begeleidingscommissie van de comités P
en I over het volgende nog gepraat. De politiehervorming is een
grootse historische operatie die onderschat wordt. Volgens mij
moeten we nagaan hoe we de politiehervorming permanent kunnen
evalueren, maar dat laat ik aan uw wijsheid over. Die evaluatie moet
financieel en inhoudelijk gebeuren. Liefst gebeurt die evaluatie in een
bijzondere commissie binnen de commissie voor de Binnenlandse
Zaken, eventueel de bijzondere commissie belast met het toezicht op
de politiediensten. Die evaluatie moet ook de menselijke kant van de
zaak onderzoeken. In vergelijking met Nederland krijgt de menselijke
kant van de zaak hier veel te weinig aandacht. Momenteel werken al
veel korpsen vrijwillig samen vanaf 1 oktober 2001, dus sneller dan de
verplichte samenwerking vanaf 1 januari 2002. Wij pleiten dus voor
een evaluatie op financieel, inhoudelijk en menselijk vlak.
De SP blijft al sinds de Octopusakkoorden achter de politiehervorming
staan, alhoewel we enkele randbemerkingen maken.
Mijnheer Van Parys, over de financiële middelen wil ik het volgende
nog zeggen. Ik laat me niet verleiden tot de discussie die u daarnet
hebt gevoerd. Vorig jaar heb ik me met de financiën bezig gehouden.
Ik heb de tabel bij. We zouden over de percentages kunnen
discussiëren. De politie heeft hoe dan ook toch een sterke
budgetstijging gekregen onder deze regering, evenals de Justitie.
Onze minister van Begroting heeft voor de politie alleszins voldoende
middelen uitgetrokken. In de budgetten is ook tegemoet gekomen aan
de vragen, gesteld bij de onderhandelingen tussen de eerste minister
en de Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeenten. Ook die
bedragen zijn in de budgetten opgenomen. De SP is daarvoor erg
dankbaar.
04.02 Ludwig Vandenhove (SP):
Le 18 juillet déjà, j'avais posé un
certain nombre de questions
concernant la réforme des polices.
A l'époque, j'avais insisté pour
qu'elle fasse le plus rapidement
possible l'objet d'une évaluation et
je me réjouis de constater que ce
sera le cas. Il n'y aura pas de
coûts supplémentaires à charge
des communes. En outre, nous
espérons que le Parlement
soumettra la réforme à une
évaluation permanente en ce qui
concerne tant les aspects
financiers et humains que le
contenu.
Nous continuons à soutenir la
réforme des polices. Nous
constatons une augmentation
sensible des budgets alloués aux
services de police et à la justice.
Nous nous en félicitons. En outre,
les budgets prévoient également
des incitants pour les Régions.
De voorzitter: Mijnheer Vandenhove, de minister van Binnenlandse Zaken wil graag even reageren.
04.03 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, je
remercie M. Vandenhove de son appréciation et de son soutien.
Certes, dans une période difficile, le gouvernement a été attentif aux
aspects budgétaires des problèmes de sécurité et a augmenté mon
budget de 15%. Je reconnais volontiers que cela résulte pour une part
d'opérations de transferts, budgétairement neutres. Par ailleurs, il
existe une provision de 90 millions, qui est prévue pour faire face en
04.03
Minister
Antoine
Duquesne: Ik dank de heer
Vandenhove voor zijn steun. De
regering heeft het budgettaire
aspect van de
veiligheidsproblematiek niet uit het
oog verloren. De begroting wordt
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
fin d'année aux conséquences de l'eurofiduciaire en permettant à la
police fédérale d'assumer le risque "trottoir", qui normalement devrait
être assuré par les polices locales.
Le gouvernement a confirmé une décision, prise il y a quelques mois,
d'accorder 1,4 milliard afin d'augmenter le montant de la dotation
fédérale aux zones de police. De surcroît, on a augmenté le montant
de l'appui fédéral de 2,3 milliards à 3,1 milliards. C'est très important
aussi pour les zones de police, puisque cela concerne l'informatique,
les uniformes et la formation. Si on a consenti des efforts sur le plan
budgétaire, je voudrais néanmoins vous rassurer: le principe de la
réforme, qui est quasiment achevée, est confirmé.
Mais le premier ministre, dans sa déclaration, a dit être conscient des
problèmes que cela pouvait susciter au niveau des zones de police.
C'est la raison pour laquelle nous allons disposer rapidement des
résultats de l'analyse des surcoûts dans les 13 zones test, qui ont été
choisies, parce qu'elles sont représentatives de l'ensemble des zones
et sur cette base, le gouvernement devra tirer des conclusions. Je ne
peux anticiper sur le résultats de ces tests. Peut-être confirmeront-ils
la validité des chiffres; peut-être révéleront-ils une insuffisance et il
faudra réagir en conséquence.
D'autres problèmes existent, auxquels nous souhaitons être attentifs.
Nous nous rendons compte que l'application des statuts peut poser
un certain nombre de problèmes sur le plan opérationnel, qu'il
s'agisse de la gestion des heures supplémentaires, de la notion des
prestations de nuit ou encore de week-end, mais nous allons réfléchir
à cela, à la fois pour ne pas imposer des surcoûts et pour qu'il y ait
suffisamment de souplesse pour être particulièrement efficaces.
Le ministre des Affaires sociales s'est également rendu compte que
l'application du nouveau statut pouvait générer l'application de
cotisations sociales sur les indemnités et allocations, ce qui n'était pas
le cas jusqu'à présent. Il a promis de faire une proposition au
gouvernement pour la fin de ce mois. Le ministre de la Régie des
Bâtiments prendra toutes les dispositions nécessaires pour que le
transfert des bâtiments puisse s'opérer au plus tard pour le 1
er
janvier,
comme prévu par la loi.
De plus, au sein du gouvernement, un groupe de travail a terminé ses
travaux. Il doit permettre la constitution d'un corps de sécurité
permettant de soulager les services de police de tous les transferts de
détenus. Ainsi nous donne-t-on véritablement les moyens de
permettre de progresser dans la mise en oeuvre de cette réforme en
étant attentifs aux préoccupations légitimes exprimées par un certain
nombre de communes. En effet, il ne faut pas perdre de vue que dans
ce cadre, plusieurs communes vont hériter de moyens
supplémentaires non négligeables. Mais, ce n'est pas un cadeau,
parce qu'elles ont fait des efforts dans le passé et ce sont
précisément celles qui doivent affronter les plus gros problèmes de
criminalité, à savoir les grandes villes, Charleroi, Liège, Bruxelles,
Gand, Anvers.
Par conséquent, monsieur Vandenhove, il me semble que nous
sommes dans la bonne voie.
met 15% verhoogd. Voorts werden
voorzieningen getroffen voor de
overgang naar de chartale euro
eind dit jaar. Er komt ook meer
geld voor de begroting van de
politiezones. We zullen de
meerkosten in de dertien
pilotzones analyseren, en daar de
nodige conclusies uit trekken.
Indien vastgesteld wordt dat er
een tekort is, zullen wij daar wat
aan doen. De invoering van het
personeelsstatuut kan ook nog
voor problemen zorgen; wij zullen
een en ander op de voet volgen.
De minister van Sociale Zaken zal
een voorstel doen aangaande de
eventuele meerkosten voor sociale
bijdragen. De gebouwen zullen
tijdig overgedragen worden. Een
voorstel om een veiligheidskorps
in te stellen dat het transport van
gevangenen van de politie moet
overnemen, is in studie.
Sommige gemeenten, waaronder
de grote steden, krijgen een forse
dotatie, maar het zijn dan ook
precies die gemeenten die te
kampen hebben met de hoogste
criminaliteitscijfers, namelijk
Charleroi, Luik, Brussel,
Antwerpen, Gent.
Geloof me, we zijn op de goede
weg!
04.04 Ludwig Vandenhove (SP): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, wij weten nu zelfs meer dan wat in de regeringsverklaring
04.04 Ludwig Vandenhove (SP):
L'évaluation ne doit pas se limiter
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28
stond. Ik dank u voor die snellere evaluatie, maar laat ze dan ook
meer zijn dan een louter financiële operatie. Ook een permanente
inhoudelijke evaluatie is noodzakelijk. Dit is een te belangrijke
aangelegenheid om dit zomaar voorbij te laten gaan.
Ik heb nog twee opmerkingen, mijnheer de minister. Ten eerste,
weten wij dat er nog een aantal praktische zaken moet worden
geregeld. Ik vraag u om daar snelheid achter te zetten. Het is niet
nodig alle zaken op te sommen, want ze komen vrij geregeld ter
sprake in de commissie voor de Binnenlandse Zaken.
Ten tweede, wil ik mij niet mengen in het eminente debat van de
justitiespecialisten, maar u weet dat voor een consequent en efficiënt
politiebeleid Justitie moet volgen. Vanuit het politiestandpunt en
uiteraard goed op de hoogte van de dagdagelijkse praktijk,
beklemtoon ik dat Justitie en Binnenlandse Zaken permanent met
elkaar in contact moeten staan en samen één beleid moeten voeren.
à l'aspect purement financier. Elle
doit également porter sur des
aspects relatifs au contenu.
Un certain nombre de problèmes
pratiques doivent être réglés.
Enfin, les politiques en matière de
police et de justice doivent être
définies en fonction l'une de
l'autre.
04.05 Thierry Giet (PS): Monsieur le président, monsieur le premier
ministre, messieurs les ministres, chers collègues, comme l'a indiqué
tout à l'heure le président de la commission de la Justice, il devient
banal depuis quelques années d'affirmer que le citoyen doit retrouver
confiance dans le service public de la justice, pilier essentiel de notre
démocratie et de notre Etat de droit. Banal, mais tellement vrai et
tellement essentiel.
Dans ce cadre, le PS est tout d'abord très préoccupé de l'accès à la
justice. Améliorer cet accès, c'est la première étape du processus de
rapprochement du citoyen et de l'institution judiciaire. C'est pourquoi,
après la réforme de l'aide judiciaire sous la précédente législature, il
faut maintenant s'occuper du coût de la justice. L'accord de
gouvernement contenait déjà le principe de la mutualisation du risque
judiciaire. C'est donc avec satisfaction que nous prenons note de
l'intention du gouvernement de concrétiser, lors du prochain exercice
budgétaire, cette réforme essentielle. La technique envisagée - via la
police d'assurance "responsabilité familiale" - est séduisante. Ce n'est
pas la seule. Mais quelle que soit cette technique, il convient, en
définitive, d'être attentif, d'abord au coût pour le citoyen, ensuite au
souci de couvrir la plus grande part possible de la population.
Améliorer l'accès à la justice, c'est aussi porter le fer dans la plaie de
l'arriéré judiciaire, mal endémique malgré les efforts importants déjà
fournis.
Si vous le permettez, je ferai quelques réflexions à cet égard. Tout
d'abord, l'encombrement de nos juridictions est notamment dû à une
judiciarisation croissante de notre vie quotidienne. C'est un
mouvement dont on a déjà souligné le caractère paradoxal par
rapport à l'absence de confiance de la population en la justice. C'est à
cause de cette judiciarisation croissante que nous devons sans nul
doute réfléchir aux modes alternatifs aux procédures contentieuses.
Tout en se gardant d'un danger de privatisation de la justice, et donc
en maintenant notamment le contrôle juridictionnel, il me paraît que le
renforcement de la médiation ou de la conciliation est possible dans
certains domaines. Monsieur le ministre, c'est donc avec intérêt que
nous attendons les textes sur le juge médiateur, qui interviendra
après l'introduction du litige, mais qui permettra sans doute d'éviter
autant que faire se peut le développement ultérieur du litige.
04.05 Thierry Giet (PS):De burger
moet weer volledig vertrouwen
hebben in de openbare dienst van
justitie. Deze is immers één van
de voornaamste pijlers van onze
democratie.
De PS is zeer bezorgd over de
toegang tot het gerecht.
Vermits de gerechtelijke bijstand
nu tot stand is gebracht, laten wij
ons bezig houden met het
probleem van de kost van justitie.
De techniek die nu overwogen
wordt, namelijk de
verzekeringspolis
"gezinsaansprakelijkheid", is een
aantrekkelijke formule. Men moet
echter met het prijskaartje ervan
rekening houden. Het grootste
deel van de bevolking moet die
verzekeringspolis kunnen betalen.
Het probleem van de gerechtelijke
achterstand moet ook worden
verholpen. De overbelasting van
onze gerechten is met name te
wijten aan het feit dat ons
dagelijks leven steeds meer een
gerechtelijke dimensie krijgt!
Daarom moeten wij nadenken
over alternatieve vormen van
rechtsbedeling die gerechtelijke
procedures kunnen vervangen.
Een privatisering van justitie is
weliswaar uit den boze! Maar in
bepaalde materies kunnen de
bemiddeling en de verzoening
zeker een grotere rol spelen. De
teksten met betrekking tot de
bemiddelende rechter wachten wij
dan ook met belangstelling af.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29
Ensuite, la justice est et doit rester une prérogative de l'Etat. Elle doit
assumer sa fonction d'autorité, en restant indépendante des intérêts
particuliers et indifférente aux pressions diverses. Les tribunaux ne
peuvent notamment voir leur mission entravée par des problèmes
d'ordre matériel. En même temps, ils ne pourront bien fonctionner que
s'ils disposent des moyens suffisants. C'est pourquoi le projet de
donner au chef de corps le pouvoir de gérer les moyens humains et
financiers est une bonne chose. Et d'ailleurs, ainsi qu'on l'a souligné
tout à l'heure, la réforme Octopus souhaitait justement responsabiliser
les chefs de corps.
Mais l'institution d'un responsable de gestion que l'on peut
également appeler "manager" me laisse perplexe. Certes, les
magistrats n'ont pas la réputation d'être, en dehors de leurs
compétences professionnelles strictes, des gestionnaires hors pair.
Certes, on peut comprendre que le département de la Justice
souhaite contrôler un tant soit peu l'usage des deniers. Mais celui qui
tient les cordons de la bourse détient le vrai pouvoir. Il est hors de
question d'ériger le manager en véritable chef de corps, portant ainsi
atteinte à l'indépendance de la juridiction. En outre, il tombe sous le
sens que le service public de la justice ne peut se gérer suivant un
mode d'organisation du privé. Et donc, la définition claire et précise
des responsabilités de chacun s'impose dans les textes à venir.
Monsieur le ministre, vous avez abordé tout à l'heure le sujet du
problème constitutionnel de l'indépendance et donc de l'impossibilité
de demander à un chef de corps de rendre des comptes sur sa
gestion. Certains ont souhaité définir dans l'article 151 de la
Constitution la notion d'indépendance. Je crois que telle qu'elle
s'exprime maintenant dans cet article 151, elle permet de demander
des comptes au chef de corps dans la mesure où l'indépendance ne
s'applique, à mon sens, qu'à la fonction de juger. Le texte doit donc
être très clair sur les responsabilités et les missions, tant du chef de
corps que de ce futur conseiller en gestion.
Ma dernière réflexion concerne l'arriéré judiciaire. Entre 80 et 85% de
l'activité de nos cours et tribunaux est de nature ...
De justitie is een voorrecht van de
staat en dat moet zo blijven. Ze
moet aan elke vorm van druk
worden onttrokken. Zo mogen de
werkzaamheden van de
rechtbanken niet worden
belemmerd door materiële
problemen. En om goed te kunnen
werken, moeten zij bovendien over
voldoende middelen beschikken.
Daarom is het een heel goed idee
om korpsoversten de mogelijkheid
te bieden hun financiële en
menselijke middelen zelf te
beheren. De Octopushervorming
strekte er overigens al toe de
korpsoversten een grotere
verantwoordelijkheid toe te wijzen.
Toch heb ik twijfels over de
invoering van een
beheersverantwoordelijke, een
"manager" dus. Geld is de zenuw
van de oorlog en het is natuurlijk
uitgesloten dat die "manager" de
feitelijke korpsoverste zou worden
vermits hierdoor de
onafhankelijkheid van het
betrokken gerecht zou worden
aangetast.
Bovendien spreekt het vanzelf dat
de openbare dienst van justitie niet
mag worden beheerd volgens de
organisatorische regels die in de
privé-sector gelden. Ieder zijn
verantwoordelijkheden.
04.06 Fred Erdman (SP): Monsieur le président, je voudrais me
joindre à M. Giet pour interroger le ministre sur le statut de ce
"manager". En matière de comptabilité, je comprends très bien qu'on
puisse difficilement demander des explications à un chef de corps.
Mais il faut de toute façon éviter qu'il y ait un noyau de disputes.
04.06 Fred Erdman (SP): Ik heb
er begrip voor dat men niet van de
korpsoverste verwacht dat hij ook
een boekhouder is. Een oorzaak
van geschillen tussen hem en de
beheersadviseur moet echter
worden voorkomen.
Als men een manager, een soort rekenplichtige, naast de
korpsoverste plaatst, zullen die twee elkaar voortdurend in het haar
zitten.
Si le chef de corps est flanqué
d'un comptable, ils se marcheront
mutuellement sur les pieds.
04.07 Marc Verwilghen, ministre: Monsieur le président, je voudrais
répondre à M. Giet. Cette idée ne m'est pas apparue d'un coup. J'y
avais longuement pensé avant de la rendre publique. J'ai d'ailleurs
réuni les différents chefs de corps et leur ai demandé de me faire
savoir le soutien dont ils avaient besoin et dans quelles conditions ils
pourraient travailler. Il faut en effet éviter qu'apparaissent à nouveau
les mêmes problèmes que ceux que connaissent les chefs de corps
04.07 Minister Marc Verwilghen:
Dit idee is niet plots en zonder
bijbedoeling ontstaan.
Ik heb de korpschefs
bijeengeroepen om hun mening te
kennen. U moet weten dat de
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
ou les magistrats avec les greffiers: le magistrat n'a pas autorité sur le
greffier, avec toutes les conséquences désagréables que cela peut
entraîner.
Les chefs de corps ont donc demandé à obtenir un soutien qui soit
sous leur autorité et qui, en même temps, puisse rendre des comptes
au ministère de la Justice. C'est dans cet esprit-là que se sont
poursuivis les pourparlers avec les chefs de corps.
Je puis donc comprendre votre perplexité dans le cas où cette
personne ne serait pas soumise à l'autorité du chef de corps. Car
dans ce cas, il y pourrait y avoir des conflits, avec toutes les
conséquences. Et nous ne voulons pas entrer dans cette logique.
magistraat geen autoriteit heeft
over de griffier.
De korspchefs hebben dus om
steun verzocht. Voorts moet een
budgettair evenwicht worden
bereikt. Het is daarover dat er nog
altijd met de korpschefs wordt
onderhandeld.
04.08 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, de
uitspraken van de heer Giet verwonderen mij enigszins, niet alleen
omdat wederom blijkt dat de meerderheid bepaalde zaken van het
beleid niet ondersteunt, maar ook omdat hij het er blijkbaar moeilijk
mee heeft dat de korpschef en een of ander administratief college een
bestuurlijke verantwoordelijkheid krijgen. Wij pleiten hier echter wel
voor, wij hebben daartoe immers een wetsvoorstel ingediend. In
Nederland functioneert dat zeer behoorlijk. Ik denk dat de minister
terecht zegt dat hij aan bepaalde mensen wel verantwoordelijkheden
heeft gegeven, maar geen bevoegdheden en geen middelen. Meestal
gebeurt het omgekeerde, namelijk dat mensen niet de
verantwoordelijkheden nemen waarvoor ze bevoegd zijn.
Het is uiteraard fout om een rechtbank een zekere autonomie te
geven en hen bepaalde kwaliteitsnormen te laten nastreven zonder
hen de daarmee gepaard gaande middelen te geven. In Nederland
krijgen rechtbanken meer of minder middelen overeenkomstig het
behalen van bepaalde normen. Dat komt de kwaliteit van de
dienstverlening alleen maar ten goede. Zowel de heer Erdman als ik
hebben gisteren gezegd dat Justitie een uiterst belangrijke zaak is,
het gaat immers over de legitimiteit van de staat. Ik zie evenwel geen
enkele bedreiging voor de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht
in het geven van verantwoordelijkheid en de daarmee gepaard
gaande middelen. Het gaat over een bestuurlijke
verantwoordelijkheid.
04.08 Geert Bourgeois (VU&ID):
Certaines innovations ne semblent
pas être soutenues par l'ensemble
de la majorité, et certainement pas
par le PS. Monsieur Giet ne voit
apparemment pas d'un bon oeil les
responsabilités de gestion que
nous voulons confier aux chefs de
corps des tribunaux. Il n'est pas
porté atteinte à l'autonomie des
tribunaux, ni au respect du pouvoir
judiciaire. L'expérience des Pays-
Bas a par ailleurs montré qu'une
responsabilisation des tribunaux,
associée à des moyens
supplémentaires, a des effets
positifs.
04.09 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij aan
bij de woorden van de heer Bourgeois. Het is nu al de tweede keer
dat de PS een belangrijke aspect van de regeringsverklaring onderuit
haalt. Gisteren hebben wij gehoord hoe de heer Eerdekens de hele
institutionele hervorming ridiculiseerde en hoe hij aan de eerste
minister vertelde dat hij zoveel met zijn ideetjes kon spelen als hij
wou, de PS zou ze wel verhinderen.
Nu horen wij hoe hier de PS-woordvoerder voor Justitie, de heer Giet,
het stappenplan onderuit haalt. Hij zegt perplex te staan van dat
managementidee. Dat betekent dus dat ook dit stappenplan er
waarschijnlijk niet zal komen. Zelfs de heer Erdman wiens uitspraken
altijd zo voorzichtig en gematigd zijn, spreekt niet over een manager,
maar over een rekenplichtige. Naast de korpsoverste zal er dus een
soort boekhouder staan. Dat is dan het grote hervormingsplan inzake
management! Wij staan er dus erg slecht voor.
04.09 Tony Van Parys (CD&V):
C'est la deuxième fois que le PS
critique un point important de la
politique du gouvernement. Il
semble que le plan stratégique ne
soit pas soutenu par l'ensemble de
la majorité. Même Monsieur
Erdman ne parle plus de
managers mais de comptables.
04.10 Thierry Giet (PS): Monsieur le président, je voudrais rassurer 04.10 Thierry Giet (PS): De
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
immédiatement MM. Bourgeois et Van Parys dans la mesure où j'ai
commencé, comme vous le lirez dans les annales et dans le compte
rendu analytique, en disant que donner au chef de corps le pouvoir de
gérer les moyens humains et financiers était une bonne chose. Ma
seule interrogation et je trouve un peu anormal qu'on ne le partage
pas est de savoir quels seront les rôles respectifs du chef de corps
et de ce conseiller en gestion, dans la mesure où nous nous
occupons du troisième pouvoir constitutionnel qui est le pouvoir
judiciaire, où se pose la question essentielle de l'indépendance de ce
dernier alors que nous savons que la manière de gérer un service
public dépend des moyens financiers dont on dispose.
Pour le reste, si vous voulez y voir un incident, c'est évidemment le
rôle de l'opposition. Je vous laisse la liberté de vos propos mais je
trouve assez logique que l'on pose des questions au ministre lorsque
celui-ci explique qu'il va déposer des projets et que nous n'avons pas
les textes devant nous.
Je disais donc que 80 à 85% de l'activité des Cours et tribunaux est
de nature civile. C'est pourquoi l'idée d'un rôle actif du juge et/ou du
greffier est une bonne idée. Je voulais, monsieur le Ministre, attirer
votre attention sur l'intérêt de préparer cette réforme en concertation
avec les milieux concernés tant il est vrai comme l'a souligné M.
Erdman qu'il faut que cette réforme soit praticable au quotidien.
Au risque que l'opposition considère encore cela comme un incident
gravissime, j'avais encore quelques interrogations quant à la notion
de conseil stratégique que vous souhaitez instituer dans chaque
arrondissement judiciaire dans la mesure où l'on peut se demander
comment cette réforme sera praticable dans les petits
arrondissements. Ce conseil stratégique dont je vois bien les
missions n'est-il pas particulièrement indiqué pour les grands
arrondissements urbains?
Par ailleurs, n'y aura-t-il pas double emploi, d'une part, avec le
Collège des procureurs généraux qui a la politique criminelle dans ses
attributions et, d'autre part, avec la fonction d'audit et de contrôle du
Procureur général telle que nous l'avons conçue dans l'intégration
verticale du ministère public et telle qu'elle sera précisée
ultérieurement?
Enfin, au vu des textes, il faudra sans doute réfléchir à la mission du
coordinateur de dossiers.
L'actualité m'amène encore à aborder rapidement la lutte contre le
terrorisme.
Soucieux de vivre dans une société où les valeurs de liberté, d'égalité
et de tolérance sont primordiales, nous ne laisserons pas certains
groupes armés bafouer ces principes. Nous soutenons sans
ambiguïté la lutte contre le terrorisme mais nous estimons qu'elle ne
pourra être efficace que si, parallèlement, nous développons une
ouverture aux autres cultures et une politique de réduction des
inégalités.
En cette période troublée, il nous paraît plus que jamais judicieux de
ne pas faire d'amalgame entre les terroristes fanatiques et le monde
arabe par exemple.
korpschef moet de macht en de
middelen krijgen om een goed
beheer te kunnen voeren.
Ik heb enkel mijn twijfels over de
uitoefening van het gezag in het
kader van de bescherming van de
onafhankelijkheid van het gerecht.
Want wie de portemonnee
beheert, neemt vaak ook de
beslissingen.
Aangezien het gerecht voor het
merendeel burgerrechtelijke zaken
behandelt, is het wellicht
geoorloofd de rechter en de griffier
een actievere rol toe te kennen.
Een hervorming in die zin zou een
goede zaak zijn.
Ik vraag me af of de in elk
gerechtelijk arrondissement
ingestelde "strategische raad" wel
overal zo noodzakelijk is? Wat is
de functie van die raad? Schiet
deze raad niet onder de duiven
van het college van procureurs-
generaal? Is het bovendien niet
twee keer dubbel op, als we ook
de audit- en controlefunctie van
het parket-generaal in
ogenschouw nemen?
En wat houdt de coördinatie van
de dossiers in? Werd er geen
verticale structuur opgezet? Wij
zullen ons oordeel funderen op
bewijzen.
Maar de actualiteit noopt mij ertoe
het te hebben over de strijd tegen
het terrorisme.
Wij steunen de strijd tegen het
terrorisme, maar die kan enkel
doeltreffend zijn als tegelijkertijd
wordt gestreefd naar openheid van
geest ten aanzien van andere
culturen en een beleid van
vermindering van de
ongelijkheden wordt gevoerd.
Men moet een onderscheid maken
tussen de fanatieke terroristen en
de Arabische wereld. Er moeten
maatregelen worden getroffen om
het terrorisme te bestrijden zonder
echter een systeem van algehele
en absolute veiligheid in te stellen.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
Il faut certes prendre des mesures permettant de lutter contre le
terrorisme, afin de sauvegarder le respect des garanties
démocratiques fondamentales, sans toutefois en arriver à une
sécurité totale et absolue qui ne mesurerait pas avec précisions les
retombées de ces actes.
Dans le même courant d'idées, nous devons rester attentifs à
l'application vigoureuse de la loi Moureaux relative au racisme et à la
xénophobie. En effet, à l'occasion du vingtième anniversaire de sa
publication, il n'est pas inutile de rappeler que la loi Moureaux reste
d'application pour tout citoyen, en toute circonstance. Il est impératif
que tous les citoyens, mais à plus forte raison tous les élus, à quelque
niveau que ce soit, soient tenus de respecter les principes qui
dominent toute société démocratique, ainsi que les droits et libertés
reconnus par les conventions internationales qui lient notre pays.
Depuis 1981, ceux qui prônent ou incitent à la discrimination ou à la
haine raciale, peuvent se voir infliger des sanctions pénales par un
juge. Cependant, trop souvent encore, le racisme quotidien est
banalisé, que ce soit par des inégalités déguisées ou par des
exclusions multiples. Il faut regretter que la loi soit peu appliquée,
alors que seule une politique d'intégration de la diversité culturelle
permet le développement d'une société harmonieuse.
Enfin, un autre thème qui nous tient particulièrement à coeur, est celui
de la démocratie sociale. Force est de constater que dans nos pays
européens, la démocratie d'abord circonscrite au politique s'est peu à
peu étendue au social, sans toutefois couvrir l'entièreté de son champ
ou pire, en opérant des régressions inacceptables. Il en est ainsi du
droit de grève lorsque sur requête unilatérale au président du tribunal
de première instance ou de commerce, les travailleurs se voient
infliger des astreintes exorbitantes au nom du préjudice économique
ou au nom du droit civil, sans considération aucune pour les
préjudices sociaux. L'assurance de la suppression des astreintes et
de nouvelles règles de procédure et de compétence nous satisfait
pleinement et nous en souhaitons la traduction rapide dans les faits.
Wij herinneren eraan dat de wet
Moureaux door iedere burger te
allen tijde moet worden nageleefd.
Iedereen moet zich houden aan de
principes die aan de maatschappij
ten grondslag liggen en moet de
rechten en vrijheden respecteren
die worden gegarandeerd door de
internationale overeenkomsten die
ons land heeft ondertekend.
Ondanks de straffen waarin de wet
voorziet, wordt racisme in het
dagdagelijks leven
gebagatelliseerd. Wij betreuren
dat de wet nauwelijks wordt
toegepast, terwijl een harmonieuze
samenleving enkel kan worden
opgebouwd dank zij een op
culturele verscheidenheid stoelend
integratiebeleid.
Ten slotte stellen wij vast dat de
democratie in onze Europese
landen eerst tot de politieke sfeer
was beperkt, maar zich geleidelijk
naar de sociale sfeer heeft
uitgebreid, zonder die echter
volledig te bestrijken, of erger nog,
op sommige gebieden een
onaanvaardbare achteruitgang
heeft teweeggebracht. Dat geldt
onder meer voor het stakingsrecht.
De stellige belofte om de
dwangsommen af te schaffen en
de toepassing van nieuwe regels
om conflicten op te lossen
schenken ons algehele
voldoening. Wij zullen erop toezien
dat een en ander snel in de feiten
wordt vertaald.
De voorzitter: Ik zou de vergadering rond 12.30u.of 12.45u willen afsluiten. We kunnen dan hernemen
rond 14.15u. Minister Duquesne heeft tijdens de middag namelijk andere verplichtingen.
04.11 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
heren van de regering, collega's. "Sedert onder meer het afschaffen
van de financiële steun is het aantal asielzoekers gedaald van meer
dan 5.000 tot minder dan 2.000." Met dit ene zinnetje uit de
regeringsverklaring van 9 oktober 2001, een uitspraak die zoals zal
blijken dan nog manifest onjuist is, doet de regering haar hele
vreemdelingenbeleid af. Dit is het Belgische surrealisme ten top
gedreven. Aan de hand van harde feiten, cijfers en gegevens zal ik in
mijn betoog aantonen dat het Belgische vreemdelingenbeleid
catastrofale proporties heeft aangenomen. Ik maak mij geen illusies,
op mijn gerichte vragen zal ik wellicht geen antwoord krijgen van
premier Verhofstadt. Ik neem dus reeds de vrijheid om de regering
hierover verder te bestoken met vragen en interpellaties.
04.11 Guido Tastenhoye
(VLAAMS BLOK): Le
gouvernement résume sa politique
d'asile en une phrase qui n'est
même pas correcte. Il affirme que
la suppression de l'aide financière
s'est traduite par une diminution
considérable du nombre de
demandeurs d'asile.
Mais, en assouplissant la
procédure de naturalisation et en
menant une campagne de
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33
Deze door progressieven gedomineerde paars-groene regering voert
een catastrofaal "weg-met-ons"-beleid. Onder deze regering is het
kleine, overbevolkte België een nieuw immigratieland geworden en
tevens een gegeerd toevluchtsoord voor internationaal gangsterisme
en terrorisme. Het sein aan heel de wereld werd gegeven met het
aantreden van deze regering in juli 1999, toen een beleid werd
aangekondigd van versoepelde naturalisaties en regularisaties. We
kennen het trieste resultaat. Meteen ging het aantal asielzoekers
pijlsnel de hoogte in en dienden grote groepen vreemdelingen zich
aan voor regularisatie of naturalisatie. De statistieken liegen niet. In
heel de 170-jarige geschiedenis van België heeft er, met uitzondering
van de oorlogsperiodes 1914-1918 en 1940-1945, die heel apart
waren, in dit land nooit een dergelijke grootschalige inwijking
plaatsgevonden als onder deze paars-groene regering. Zelfs in de
periode voor de zogenaamde immigratiestop van 1974 stond de deur
nooit zo wagenwijd open, ook niet ten tijde van de komst van de
Italianen en de Spanjaarden in de jaren '50, de Hongaren in 1956 en
de Marokkanen en Turken in de jaren '60. De trieste piek werd vorig
jaar bereikt toen er 42.691 asielaanvragen werden geregistreerd,
goed voor bijna 60.000 personen.
België was in de Europese Unie absolute koploper geworden met 4,1
asielzoekers per 1.000 inwoners. Daarbovenop kwam een
regularisatieoperatie voor 52.000 personen en alsof dat alles nog niet
genoeg was, werd de zogenaamde snel-Belgwet op 1 mei 2000 van
kracht waardoor tienduizenden vreemdelingen zonder voorwaarden
haast van vandaag op morgen Belg konden worden; criminelen en
moslimfundamentalisten inbegrepen.
De volgmigratie, zo wees onderzoek in Nederland uit, vermenigvuldigt
het aantal nieuwkomers na verloop van tijd met factor 3, voornamelijk
via het misbruikte systeem van de gezinshereniging. Dit heeft een
waar sneeuwbaleffect tot gevolg, dat nog in de hand wordt gewerkt
door de grote kinderrijkdom van de meeste allochtone gezinnen. De
regering is geenszins bereid de misbruikte gezinshereniging te
herbekijken. Deze paarsgroene regering is, met de schuldige
medeplichtigheid van de VLD-fractie, de basis aan het leggen van een
totaal andere maatschappij, van een kunstmatig opgedrongen "weg-
met-ons"-samenleving".
In 2008 zal de helft van de Brusselse bevolking bestaan uit inwoners
van niet-Belgische afkomst. In 2015 maken de oorspronkelijke Belgen
in Brussel nog 40% uit van de bevolking. Samen met Lhasa, de
hoofdstad van Tibet, wordt Brussel binnenkort de enige hoofdstad in
de wereld waar de oorspronkelijke bevolking in de minderheid zal zijn.
Van Vlamingen in Brussel zal dan helemaal geen sprake meer zijn.
Tegen 2025 zal ook Antwerpen een allochtone meerderheid hebben
en tegen 2050 zal dit het geval zijn in heel Vlaanderen. Het aansluiten
van een aantal Oost-Europese staten bij de Europese Unie, zonder
tijdelijke beperking van het vrije verkeer en de vrije vestiging van
personen, zoals de bedoeling blijkt te zijn, zal dit proces nog
versnellen. Zo blijkt bijvoorbeeld uit onderzoeken dat een derde van
de werkende bevolking van het 40 miljoen inwoners tellende Polen
naar het Westen wil komen wanneer Polen binnenkort zal aansluiten
bij de Europese Unie. Dit zijn feiten, dames en heren.
Van de drie pijlers die de regering zich voornam te zullen realiseren,
régularisation, ce gouvernement
fait de la Belgique une nouvelle
terre d'immigration pour les
gangsters et les terroristes
internationaux. Le nombre de
demandeurs d'asile est par
conséquent élevé. En dehors de
quelques périodes spécifiques,
jamais dans l'histoire de la
Belgique, l'immigration n'a été
aussi importante que sous ce
gouvernement. L'an dernier, il a y
eu près de 43.000 demandes
concernant quelque 60.000
personnes. A ces chiffres s'ajoute
la régularisation de 53.000
personnes et les effets de la loi
instaurant la procédure de
naturalisation accélérée, entrée en
vigueur au 1
er
mai de cette année.
De plus, le regroupement familial
induit une multiplication de ce
nombre par un facteur trois. En
2008, la moitié des Bruxellois
seront d'origine étrangère.
Ensuite, c'est toute la population
flamande autochtone qui se
retrouvera en position de minorité,
et plus uniquement à Anvers ou à
Bruxelles. C'est ainsi qu'une
société « ouverte » devient une
société du « prêt à jeter ».
Le nombre de demandeurs d'asile
a été ramené à 2000 par mois
mais c'est encore trop! En outre,
de nombreux réfugiés
économiques traversent encore
nos frontières sans avoir introduit
de demande d'asile: ils se
réfugient dans l'illégalité dans
l'attente d'une nouvelle vague de
régularisations.
Ce gouvernement nous ment à
propos de la problématique de
l'immigration et des centres
d'accueil pour réfugiés: les
demandeurs d'asile dont la
demande a été acceptée quant au
fond reçoivent bel et bien une aide
financière: 30.000 francs par mois
et par couple, sans compter les
allocations familiales.
La majorité des demandeurs
d'asile n'aboutissent pas dans les
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
34
namelijk een hervorming van de asielprocedure, een strenger
uitzettingsbeleid en een versoepelde naturalisatie annex regularisatie,
werd alleen de laatste, door de progressieven gewenste, pijler
uitgevoerd. Vorig jaar, tijdens zijn regeringsverklaring in oktober 2000,
gaf eerste minister Verhofstadt toe dat het Belgische
vreemdelingenbeleid ontspoord was. Onder druk van de publieke
opinie werden maatregelen aangekondigd zoals de opvang van
asielzoekers in federale centra en het niet meer geven van financiële
steun. Dit had ten dele effect. Het aantal asielzoekers daalde, maar
met gemiddeld 2.000 aanvragen per maand ligt het aantal
asielzoekers nog altijd veel te hoog. Dit betekent nog steeds 25.000
aanvragen op jaarbasis, goed voor minstens 35.000 personen de
bevolking van een stad als pakweg Sint-Truiden. Bovendien komen er
thans volop economische gelukzoekers binnen die geen
asielaanvraag meer indienen en gewoon meteen in de illegaliteit
onderduiken, er daarbij op hopend dat er een nieuwe
regularisatieoperatie zal komen en met de quasi zekerheid dat ze
intussen toch nooit zullen worden gerepatrieerd. In werkelijkheid is de
instroom van al dan niet illegale vreemdelingen nog toegenomen in
vergelijking met vorig jaar.
Hoe wil de regering trouwens de enorme asielachterstand van meer
dan 40.000 oude dossiers wegwerken zonder te vervallen in een
nieuwe regularisatieoperatie? Dames en heren, deze regering beliegt
en bedriegt ondertussen de bevolking door valse, gemanipuleerde
cijfers en gegevens te verspreiden aangaande het asielbeleid. Deze
beschuldiging kan zwart op wit worden aangetoond; ik heb de
bewijzen hier bij mij. Op de website van het ministerie van Sociale
Zaken vindt men, onder de verantwoordelijkheid van de minister voor
Maatschappelijke Integratie, Johan Vande Lanotte, de rubriek
"Frequently Asked Questions (FAQ) in verband met de asielcentra."
Dit is inderdaad in een soort Nederengels geformuleerd. Op nummer
6 luidt de vraag: krijgen de asielzoekers financiële steun? Het
antwoord luidt: "Sinds 3 januari 2001 krijgen de asielzoekers geen
financiële steun meer en sindsdien is het aantal aanvragen drastisch
gedaald." Dat antwoord is gewoon een leugen, die de eerste minister
trouwens heeft herhaald in zijn beleidsverklaring. Slechts de
asielzoekers van wie de aanvraag op ontvankelijkheid wordt
onderzocht, krijgen geen financiële steun meer. Maar de asielzoekers
van wie de aanvraag ten gronde wordt behandeld krijgen nog altijd
geld in handen, baar geld, cash money. Voor een koppel, man en
vrouw, is dat samen 30.000 frank, eventueel nog vermeerderd met
kindergeld, en daar bovenop nog een hele resem andere voordelen
zoals een gratis treinabonnement, een gratis abonnement voor het
zwembad, enzovoort. De OCMW's blijven nog altijd kreunen onder de
overlast van het toestromend aantal asielzoekers. Dat is de waarheid.
Ook het verblijf in federale centra is dikwijls een lachertje. Ik heb hier
de bewijzen van asielzoekers die bijna letterlijk van het vliegtuig naar
een OCMW werden doorverwezen, daar baar geld kregen, een
appartement kregen toegewezen en alle andere voordelen. Ik heb
daarvan de bewijzen. De asielzoekers en de netwerken van
mensensmokkelaars weten dit natuurlijk. Het komt er slechts op aan
in de fase van de gegrondheid te geraken, onder meer door meestal
dramatisch te liegen over de zogenaamde vreselijke situatie die men
ondergaat. Vervolgens daalt het hemelse manna nog steeds neer en
hier is dus niets veranderd. Ik daag de regering uit aan te tonen dat
wat ik hier zeg, niet de waarheid is.
centres d'asile fédéraux. Les
demandeurs d'asile savent
pertinemment que l'objectif est
d'atteindre le stade de l'examen au
fond, à l'issue duquel ils
bénéficient de tous les avantages.
De nombreux mensonges
concernant la procédure d'asile
figurent également sur le site
internet du ministère des Affaires
étrangères. La procédure sévère
qui y est décrite n'est absolument
pas d'application. Le Parlement n'a
même pas encore pu prendre
connaissance des projets de
textes. Pourquoi le gouvernement
propage-t-il ces contrevérités?
Vont-ils disparaître du site?
Le gouvernement n'est pas
parvenu à s'entendre sur la
réforme de la procédure d'asile.
Selon le président du VLD, la
réforme n'est même plus
nécessaire puisque la situation est
maîtrisée. En réalité, il redoute que
les socialistes et les Verts
n'ouvrent encore plus grand la
porte. Un groupe de travail inter-
cabinets s'est penché cette année
sur ce dossier qui a ensuite été
transmis au premier ministre
Verhofstadt. La réforme de la
procédure d'asile est-elle encore
d'actualité? Qu'en est-il de l'audit
annoncé de longue date
concernant le travail de piètre
qualité de l'Office des étrangers?
Il avait été dit que la politique
d'asile serait soumise à une
radioscopie sous la présidence
belge. Mais il n'en est rien.
Pourquoi ne prend-on pas
résolument des mesures à
l'occasion de l'un ou l'autre
sommet européen? Le
gouvernement Arc-en-ciel est trop
laxiste pour cela.
Du reste, une politique digne de ce
nom suppose des rapatriements,
contraints ou non. En Belgique, il
faudrait procéder chaque mois à
quelque 3000 à 4000
rapatriements. Le gouvernement
actuel n'atteint même pas le
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
35
De regering bedriegt en beliegt de bevolking nog een tweede keer
inzake het asielbeleid. Op de website van het ministerie van
Buitenlandse Zaken onder verantwoordelijkheid van minister Michel,
vindt men de rubriek Going to Belgium of naar België reizen. Hierin
wordt zonder blikken of blozen meegedeeld dat de regering een nieuw
asielbeleid heeft goedgekeurd dat in het Parlement begin 2001 zal
worden bekrachtigd. Vervolgens wordt op deze website de nieuwe
asielprocedure uitvoerig beschreven, inbegrepen de oprichting van de
Federale Administratie Immigratie (FAI) die de dienst
Vreemdelingenzaken vervangt, de Federale Administratie Asiel (FAA)
die het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen vervangt en de
Administratieve Asieljurisdictie (AAJ) die de vaste Beroepscommissie
en de Raad van State vervangt.
De verkorte procedures worden beschreven evenals de opvang in
centra aan de grens, het natrekken van de reisroute, enzovoort.
Alleen..., deze nieuwe asielprocedure is nog niet in werking getreden.
De Kamer kreeg zelfs de ontwerpteksten nog niet te zien van deze
reeds 2,5 jaar geleden beloofde hervorming. Als staaltje van het
voorliegen van de publieke opinie, kan dat tellen. Voor
mensensmokkelaars heeft deze valse informatie trouwens geen
enkele betekenis want zij weten zeer goed dat het nieuwe, strengere
systeem in België nog steeds niet geldt en dat men voor bepaalde
categorieën van asielzoekers nog steeds baar geld van de OCMW's
kan krijgen. Ik vraag de regering dan ook uitdrukkelijk waarom zij de
bevolking beliegt en bedriegt over een zogenaamd strenger
asielbeleid dat in de praktijk helemaal niet bestaat? Gaat de regering
deze leugens eindelijk van haar website verwijderen? Ik wil graag een
duidelijk antwoord terzake van de regering.
Er bestaat in de regering trouwens de grootste onenigheid over de
hervorming van de asielprocedure. In de voorbije zomer kwamen de
heren De Gucht en Vande Lanotte zelfs vertellen dat de
asielhervorming voor hen niet meer hoeft omdat de toestand onder
controle zou zijn. Ten eerste, is de toestand helemaal niet onder
controle, zoals ik daarnet aantoonde. Ten tweede, legt dit de vrees bij
beide politici bloot dat een asielhervorming door de groenen en de PS
zal worden aangegrepen om de deuren nog meer open te zetten. De
regering is op dit vlak totaal verdeeld. Gevolg, er gebeurt niets meer
en wij vinden hierover dan ook geen woord terug in de
beleidsverklaring. Het dossier verhuisde begin dit jaar na een kritisch
advies van de Raad van State naar een interkabinettenwerkgroep die
er niet uit geraakte om ten slotte op de tafel van premier Verhofstadt
te belanden, waar het dossier vandaag wellicht nog steeds ligt. Mijn
vraag aan iedereen in deze coalitie is dan ook kort en helder: komt er
nog wat van de aangekondigde asielhervorming en zo ja, op welke
manier? Aan minister Duquesne in het bijzonder stel ik de vraag waar
de langverwachte audit blijft die de slecht functionerende dienst
Vreemdelingenzaken moest doorlichten? Deze audit is al meer dan
een jaar geleden aangekondigd. Verder hebben wij daarvan niets
meer vernomen.
Het asielbeleid zou onder het Belgische EU-voorzitterschap krachtig
aan de orde worden gesteld, werd ons beloofd. Het lijkt zich te
beperken tot vrijblijvende bezoeken van minister Duquesne aan de
buitengrenzen van enkele kandidaat-lidstaten. Dat is te vergelijken
met een jager die op jacht gaat met een fanfare op kop. Waarom
dixième de ce chiffre et ne prévoit
pas de se doter des moyens pour
ce faire.
A quand les centres d'asile fermés
que même Monsieur Coveliers a
appelé de ses voeux? Qu'en est-il
des superscanners permettant de
passer les camions au crible pour
retrouver des illégaux? Une
politique active de rapatriement est
moins onéreuse et plus efficace
que les emplâtres sur une jambe
de bois que l'on applique pour
l'heure.
Pourquoi reste-t-on les bras
croisés? M. Vandenhove,
bourgmestre SP de St.Trond, a
très justement fait incarcérer treize
illégaux pour protester contre le
fait qu'après la décision
d'expulsion, ils n'ont reçu qu'un
ordre de quitter le territoire auquel
il ne se sont pas conformés, sans
que les autorités réagissent!
Le gouvernement compte-t-il enfin
mener une politique de
rapatriement ferme?
Le vaudeville à propos de la
régularisation se termine. Il ressort
d'une lettre du ministre Duquesne
que 95% des demandes sont
satisfaites. On aurait par
conséquent pu faire l'économie
d'importantes ressources
humaines et financières.
La procédure de naturalisation
accélérée entrée en vigueur le 1
er
mai 2001a suscité une véritable
ruée sur les cartes d'identité
belges. Le délai d'avis d'un mois
ne peut être respecté. Aucune
condition n'est posée et des
criminels et des terroristes
peuvent aussi obtenir une carte
d'identité belge. Quand sera-t-il
procédé à une évaluation fondée
sur le rapport accablant
concernant cette loi? Le Vlaams
Blok fera parvenir aux quatorze
autres premiers ministres de l'UE
un rapport sur les conséquences
néfastes pour l'Europe de la loi
accélérant la procédure de
naturalisation. Cette politique
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
36
wordt aan het asiel- en illegalenbeleid geen speciale Europese top
gewijd waar krachtige doeltreffende maatregelen worden genomen?
Ik zal het antwoord zelf geven. De reden is immers eenvoudig. Deze
progressieve paars-groene regering kan en wil het voortouw tegen de
ongecontroleerde migratiestromen niet nemen.
Meer nog. Er gaan zelfs stemmen op om de toch al lekke migratiestop
op te heffen en opnieuw immigranten in West-Europa en dus ook in
België toe te laten. Het is ongelooflijk, maar zelfs de VLD pleitte
daarvoor op haar recente congres.
Er kan geen doeltreffend asiel- en illegalenbeleid bestaan zonder een
strikt repatriëringsbeleid. De enige maatregel die werkelijk indruk
maakt op illegalen, uitgeprocedeerden en uiteraard ook op de
mensensmokkelaars, is opsluiting in een gesloten centrum, waarna
snel de al dan niet gedwongen repatriëring volgt. Jammer genoeg
gebeurt dat niet. Om het probleem inzake de illegalen in België op te
lossen zouden er over een periode van vijf jaar maandelijks drie- tot
vierduizend gedwongen repatriëringen moeten plaatsvinden. Deze
regering haalt nauwelijks een tiende van dit aantal.
Het is hopeloos, collega's. Wat een topprioriteit zou moeten zijn, de
actieve repatriëring, is een non-issue voor deze regering. Dat blijkt
onder meer uit het budget. Dit jaar trekt de regering een schamele
109 miljoen frank uit voor de actieve repatriëring en dit op een budget
van meer dan 25 miljard frank dat dit jaar aan het asielbeleid wordt
besteed. Lachwekkend, ware het niet zo tragisch.
Waar blijven de extra gesloten asielcentra die minister Reynders
begin van dit jaar aankondigde en waarop Hugo Coveliers in het
verleden zo aandrong? Hugo Coveliers was zelfs van plan om muren
te bouwen rond de nieuwe asielcentra Zon en Zee en Hengelhoef.
Waar blijven de vaste en mobiele superscanners die minister
Reynders vorig jaar beloofde te zullen aankopen om tijdens de
zoektocht naar illegalen, vrachtwagens door te lichten in onze havens
en aan onze grenzen, zoals dat trouwens reeds gebeurt in Frankrijk,
onder meer bij de ingang van de kanaaltunnel in Calais? Moet er
misschien opnieuw een Dover-drama plaatsvinden?
Dat er geen middelen zouden zijn voor een actief repatriëringsbeleid
is zonder meer nonsens. Immers, een actief repatriëringsbeleid is
veel goedkoper dan de huidige dweilen-met-de-kraan-open-politiek.
Het illegalenbeleid van deze regering kwam vorige week in al zijn
ondoeltreffendheid in het nieuws door de actie van de moegetergde
burgemeester van Sint-Truiden, SP-collega Ludwig Vandenhove.
Middels een kort geding wou hij van minister Duquesne bekomen dat
deze eindelijk illegalen daadwerkelijk zou repatriëren. Terecht sloot
Vandenhove dertien illegalen gedurende vierentwintig uur op, omdat
hij en zijn politie het beu zijn dat opgepakte illegalen nog altijd het
beruchte papiertje van de dienst Vreemdelingenzaken ontvangen, met
de mededeling dat zij binnen de vijf dagen het grondgebied moeten
verlaten om vervolgens alweer in de natuur onder te duiken, vaak
uitgebuit door huisjesmelkers en moderne slavendrijvers.
Wanneer komt er een einde aan deze slechte cinema die als een
magneet werkt op illegalen en mensenhandelaars over de hele
wereld? Zal de regering eindelijk een krachtig en doeltreffend
laxiste entraîne aussi un problème
de sécurité. A quand d'ailleurs
l'étude annoncée sur les rapports
entre les allochtones et la
criminalité?
En attendant, l'intégrisme
islamique s'installe sans entraves
dans notre société. La VRT a
rapporté que pas moins de 15
intégristes islamiques ont
demandé l'asile en Belgique qu'ils
se proposent de transformer en un
Etat islamique. Au même titre que
d'autres capitales européennes,
Bruxelles sert de base d'où les
terroristes islamiques mènent
leurs actions. L'islam est une
religion revancharde, ce que
même Willy Claes a admis. Il
ressort d'une étude menée aux
Pays-Bas que près de la moitié
des musulmans disent
comprendre les auteurs des
attentats du 11 septembre.
Transposé vers la Belgique, ce
constat signifie que des centaines
de personnes soutiennent en fait
les terroristes.
Dans quelle mesure nos services
d'informations et de police ont-ils
les moyens d'identifier les
intégristes islamiques et de le
combattre? Quelles mesures
supplémentaires ont-elles été
prises? Comment est-il satisfait à
la demande de la Sûreté d'Etat qui
réclame davantage de personnel
et de moyens? Par sa politique
d'immigration absurde qui doit
fatalement engendrer des conflits
ethniques, la coalition arc-en-ciel
contribue activement à la
discrimination des belges de
souche.
Celui qui plaide pour une société
multiculturelle et veut l'imposer de
force et de façon non
démocratique aux populations
jette les bases des conflits futurs.
Le Vlaams Blok donne la priorité
aux intérêts de son propre peuple
et défend l'ordre et la tranquillité
en tant que conditions du bien-
être. Les immigrants légaux
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
37
repatriëringsbeleid voeren?
De al even slechte regularisatievaudeville een echte farce loopt
intussen naar zijn einde. Liefst 95% van alle aanvragen voor een
regularisatie krijgen een positieve beslissing. Dat blijkt uit een brief
van minister Duquesne, die ik in mijn bezit heb, aan een kandidate.
Waarom moeten wij dan deze dure komedie opvoeren? Deel de
verblijfsvergunningen dan meteen uit. Dat spaart kosten en mensen.
Dat aan de lopende band vervalste bewijsstukken zijn gefabriceerd en
dat er tegen de sterren op wordt gelogen en bedrogen, mag de pret
niet bederven. Op dit moment worden nog honderden dossiers door
het parket onderzocht, zoals dat ook het geval is voor tientallen
naturalisatiedossiers.
De nieuwe snel-Belgwet, de soepelste ter wereld, die op 1 mei 2000
in werking trad, heeft intussen voor een stormloop op de Belgische
identiteitskaarten gezorgd. Zo waren er 50.000 aanvragen tussen 1
mei 2000 en 1 maart 2001. Sedert 1 maart 2001 zijn er opnieuw
tienduizenden aanvragen voor een Belgische identiteitskaart
bijgekomen.
In België kan nu zowat elke vreemdeling in een mum van tijd Belg
worden, criminelen en moslimfundamentalisten inbegrepen. De
Veiligheid van de Staat, de dienst Vreemdelingenzaken en de
parketten krijgen slechts een maand tijd om een advies te leveren,
wat een onmogelijke taak is. Als ze die termijn niet halen, wordt het
advies geacht positief te zijn. Is dit een slechte roman van Kafka?
Kandidaten moeten de taal niet spreken, zij moeten niet geïntegreerd
zijn, zij moeten niet over de nodige financiële middelen beschikken, zij
moeten geen werk hebben en zij moeten zelfs geen uitzicht op werk
hebben. Over die beruchte snel-Belgwet verscheen een ronduit
vernietigend rapport van de professoren Frank Caestecker van de
EHSAL en Andrea Rea van de ULB dat door deze regering deskundig
werd weggemoffeld.
Marc Verwilghen zei vlak voor de verkiezingen van 1999, toen hij nog
geen minister was, dat er met Belgische identiteitskaarten is
gesmeten. De heer Verwilghen wilde zelfs de nationaliteit van
criminele allochtonen afpakken. Arme Verwilghen en arme VLD.
Wanneer zal de beloofde evaluatie van de snel-Belgwet op basis van
het rapport Caestecker-Rea gebeuren? Durft deze regering het aan
om die noodlottige snel-Belgwet opnieuw te verstrengen? Zal Hugo
Coveliers eindelijk bijten of blijft hij blaffen?
Mijnheer Verhofstadt, het Vlaams Blok zal intussen het initiatief
nemen om de veertien andere premiers van de Europese lidstaten
een rapport te bezorgen over de nefaste effecten van deze snel-
Belgwet. België is immers de put van de Europese Unie geworden
waarlangs iedereen passeert om het Belgisch staatsburgerschap te
verwerven om zich vervolgens ongehinderd te kunnen bewegen en te
vestigen in heel de Europese Unie. Deze snel-Belgwet heeft
dramatische gevolgen voor heel Europa en wij zullen uw andere
veertien collega's daarvan tot in de details op de hoogte brengen.
Het extreem lakse vreemdelingenbeleid van de regering en dit is
zeer ernstig zorgt voor een gigantisch en acuut veiligheidsprobleem
dat de bevolking in groot gevaar dreigt te brengen, en dit niet alleen
inzake toenemende criminaliteit.
désireux de s'adapter sont les
bienvenus. Leur naturalisation, qui
donne accès au droit de vote, doit
être possible, à condition qu'un
examen de citoyenneté atteste
leur assimilation. Ceux qui ne
s'adaptent pas doivent être incités
à retourner dans leur pays par
l'octroi de primes au retour, à la
formation ou au logement. Les
criminels n'ont bien sûr pas leur
place dans notre pays. Voilà la
politique d'asile à visage humain
que préconise le Vlaams Blok. Il
ne s'agit pas d'extrémisme mais
de responsabilité.
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
38
Minister Verwilghen, waar blijft uw studie waarin het verband tussen
allochtonen en criminaliteit moest worden onderzocht? Ze was
natuurlijk politiek incorrect. Maar niet alleen is er een enorm
veiligheidsprobleem inzake toenemende criminaliteit, er is zeker ook
een misschien nog groter gevaar, met name dat van het toenemende
moslimfundamentalisme dat zich in onze maatschappij aan het
nestelen is.
Vorige week, op 2 oktober, voerde het VRT-journaal, toch een
onverdachte bron, om 19 uur een tolk op die anoniem getuigde dat er
bij zijn weten, een vijftiental gevaarlijke islamfundamentalisten in
België politiek asiel hebben gekregen. Volgens hem maken zij deel uit
van internationale netwerken en het zou bovendien hun doelstelling
zijn om van België de eerste West-Europese moslimstaat te maken.
Eén citaat wil ik u in dit verband niet onthouden en het komt eens te
meer uit de mond van een onverdachte bron. De Egyptische president
Mubarak verklaarde onlangs in Le Figaro: "Een aantal Europese
grootsteden zijn echte terroristencentra geworden. De regeringen die
toelieten dat ze onderdak kregen moeten nu niet huilen dat ze een
doelwit zijn geworden." Het lijdt geen enkele twijfel dat Brussel
bovenaan het lijstje staat dat de president in zijn hoofd had.
Een andere onverdachte bron is de Turkse in Duitsland wonende
schrijver Zafer Senocak. Hij verklaarde in het kwaliteitsblad Die Welt:
"Al te lang hebben de Westelijke samenlevingen de radicale islam
getolereerd." Zolang wij onze woede richten op de Taliban of op Bin
Laden, moeten de islamextremisten niets vrezen. "Maar wie de vijand
in Afghanistan zoekt is een clown. De vijand heeft zich al lang in het
hart van het Westen genesteld." Tot zover het citaat van de Turk
Senocak, zelf een moslim. Hij pleit onomwonden voor een scherpere
controle op wat islamitische groepen op Duitse bodem uitspoken.
Mijnheer de eerste minister, ook Frits Bolkestein, u niet onbekend,
wees onlangs op het gevaar van de wrok die de islam koestert tegen
het Westen en tegen zijn beschaving.
Een andere onverdachte bron, Willy Claes, ex-secretaris-generaal
van de NAVO, deed dit al veel eerder, met name op een moment dat
hijzelf secretaris-generaal van de NAVO was. Hij zei dat het
islamgevaar één van de grootste gevaren was die de Westerse
beschaving bedreigde en van veel ernstiger aard dan wat de koude
oorlog ooit heeft betekend.
Uit een onthutsend onderzoek van het Nederlandse weekblad voor de
multiculturele samenleving Contrast van 20 september 2001 toch
een onverdachte bron blijkt dat 47,7% van de moslims in Nederland
volledig begrip heeft voor de terroristische aanslagen in New York en
Washington. Er is geen enkele reden om te twijfelen dat dit gevoel
anders zou zijn bij de ongeveer 400.000 moslims die in België wonen.
Mocht men de gegevens van Nederland op ons land toepassen,
zouden ongeveer 200.000 moslims in België op een of andere manier
begripvol zijn voor het moslimterrorisme. Zelfs indien slechts 1 moslim
op 1.000 bereid zou zijn om tot de actie over te gaan, leven in ons
land een paar honderd potentiële moslimterroristen. Dat dit geen
fabeltje is blijkt onder meer eens te meer een onverdachte bron - uit
een reportage over de moslims in Molenbeek die deze week in Humo
is verschenen. In het artikel "Spijtig dat heel Amerika niet in de lucht is
gevlogen" stelt Otman Khammal iemand die hold-ups en
juwelendiefstallen op zijn geweten heeft-, ik citeer: "Ik heb maar 1
zoon. Als hij zich later in een vliegtuig op een gebouw te pletter wil
storten. Waarom niet?". Een andere Molenbeekse moslim vervolgt, ik
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
39
citeer opnieuw: "Kamikazepiloten verdienen respect". Nog een andere
Molenbeekse moslim voegt eraan toe dat de zogenaamde terroristen
kerels zoals zij zijn. Nog een andere moslim zegt zichtbaar
teleurgesteld, ik citeer: "Het is spijtig dat heel Amerika niet in de lucht
is gevlogen".
Collega's, over deze zeer ernstige problematiek, over dit acuut
veiligheidsprobleem dat in ons land ontegensprekelijk bestaat wordt
met geen woord gerept in deze beleidsverklaring. Mijnheer de eerste
minister, ik stel een aantal cruciale vragen. In welke mate zijn de
Belgische inlichtingen- en politiediensten gewapend in de strijd tegen
het moslimfanatisme? Welke extra maatregelen neemt de Belgische
regering om het moslimfundamentalisme op te sporen en
onschadelijk te maken? Op welke manier wordt er tegemoetgekomen
aan de acute vraag van de Veiligheid van de Staat inzake meer
middelen en meer mensen? Moet die Veiligheid van de Staat zich, uw
inziens, veeleer blijven bezighouden met de koffiekransjes van een
paar 80 en 90 jaar oude gewezen Oostfrontsoldaten en met de
observatie van de democratisch verkozen mandatarissen van het
Vlaams Blok? Dames en heren, wat het opdringen aan de eigen
bevolking van een kunstmatige, noodlottige "weg-met-ons"-
samenleving betreft, voert de VLD helemaal de agenda uit van rood-
groen in deze regering.
Ik doe hier een op onderzoek gebaseerde voorspelling: over 30 jaar
zal, zo is te vrezen, met verbijstering en met wanhoop worden
teruggeblikt op de maatschappelijke catastrofe die de paarsgroene
regering-Verhofstadt aan het begin van de eenentwintigste eeuw
volop aan het aanrichten is door haar totaal ontspoord
vreemdelingenbeleid. Dat beleid is een combinatie van laksheid,
onverantwoordelijkheid en schuldige medeplichtigheid aan een
opengrenzenpolitiek die in zich reeds de kiemen draagt van een
etnisch conflictmodel waar onrust, vervreemding en onveiligheid de
bovenhand krijgen. Zij die pleiten voor een zogenaamde multiculturele
samenleving en met weinig democratische middelen, gebruikmakend
van onder meer indoctrinatie op school, intimidatie door de overheid
en beknotting van de persvrijheid en de vrije meningsuiting, die
multiculturele samenleving door de strot van de overgrote
meerderheid van de bevolking probeert te duwen, zijn de schuldige
grondleggers van dat permanent conflictmodel van de toekomst. De
sociale cohesie zal worden opgeblazen.
Het Vlaams Blok neemt vanuit zijn volksnationalistische overtuiging
een heel andere houding aan, gericht op een samenleving waar de
belangen van het eigen volk vooropstaan en waarbij wordt gestreefd
naar een zo harmonieus mogelijke samenleving waar rust, orde en
veiligheid heersen, als voorwaarden voor welvaart en welzijn.
Dat betekent niet dat er in het Vlaanderen van de toekomst geen
plaats zou zijn voor individuele nieuwkomers die hier op een legale
manier verblijven, hun lot aan het onze willen binden en zich bijgevolg
willen aanpassen. Daarover zeggen wij duidelijk: "Vreemdelingen
kunnen een inbreng hebben, maar als ze zich hier willen vestigen,
moeten zij zich aanpassen aan onze cultuur, onze leefgewoonten,
onze wetten. Dat proces van assimilatie kan worden bekroond met
een naturalisatie die toegang geeft tot het stemrecht." U merkt het; wij
zijn helemaal niet zoals wij worden afgeschilderd. Dat stemrecht, dat
wij aan genaturaliseerden toekennen, moet uiteraard voorbehouden
11/10/2001
CRIV 50
PLEN 164
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
40
blijven aan personen die onze nationaliteit verdienen en daarover een
burgerschapsproef hebben afgelegd. Tot zover een passage uit het
recent aangepaste vreemdelingenprogramma van het Vlaams Blok.
Wie zich niet wil of kan aanpassen, moet worden aangemoedigd om
op een menswaardige wijze op basis van vrijwilligheid ik leg de
nadruk op dat laatste terug te keren naar het land van herkomst,
daarbij geholpen door terugkeerpremies en opleidings- en
hervestigingsprogramma's. Dat is de beste
ontwikkelingssamenwerking die u zich kunt inbeelden. Het Vlaams
Blok stelt voor daartoe een fonds op te richten.
Uiteraard kan er hier geen plaats zijn voor criminele vreemdelingen,
illegalen en uitgeprocedeerde asielzoekers. Een echte immigratiestop,
niet uitgehold door onder meer misbruikte gezinsherenigingen en
schijnhuwelijken, moet het sluitstuk zijn van zo'n humaan
vreemdelingenbeleid.
Mijnheer de voorzitter, dat is geen extremisme. Dat is geen
onmenselijkheid. Dat is gezond verstand. Dat is redelijkheid. Dat is
humanisme. Dat is verantwoordelijkheid.
De voorzitter: Dames en heren, ik stel voor onze werkzaamheden hier te beëindigen.
De vergadering is gesloten.
La séance est levée.
De vergadering wordt gesloten om 12.48 uur. Volgende vergadering donderdag 11 oktober 2001 om 14.15
uur.
La séance est levée à 12.48 heures. Prochaine séance le jeudi 11 octobre 2001 à 14.15 heures.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
BIJLAGE
ANNEXE
PLENUMVERGADERING
SÉANCE PLÉNIÈRE
DONDERDAG 11 OKTOBER 2001
JEUDI 11 OCTOBRE 2001
MEDEDELINGEN COMMUNICATIONS
REGERING GOUVERNEMENT
Toepassing van artikel 98bis van het Reglement van de
Kamer van volksvertegenwoordigers
Application de l'article 98bis du Règlement de la
Chambre des représentants
Bij brief van 10 oktober 2001 zendt de regering de
lijst van de wetten over waarvoor nog niet de
vereiste uitvoeringsmaatregelen zijn genomen.
Par lettre du 10 octobre 2001, le gouvernement
transmet la liste des lois qui n'ont pas encore fait
l'objet de toutes les mesures d'exécution requises.
Verzonden naar de Conferentie van voorzitters
Renvoi à la Conférence des présidents
ARBITRAGEHOF COUR
D'ARBITRAGE
Arresten Arrêts
Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van:
En application de l'article 113 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
- het arrest nr. 110/2001 uitgesproken op
20 september 2001 over de prejudiciële vraag
betreffende artikel 110bis, § 2, van de wet van
22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht
op de kredietinstellingen, ingevoegd door artikel 4
van de wet van 23 december 1994 inzake
depositobeschermingsregelingen voor de
kredietinstellingen en gewijzigd door artikel 20 van
de wet van 17 december 1998 tot oprichting van
een beschermingsfonds voor deposito's en
financiële instrumenten en tot reorganisatie van de
beschermingsregelingen voor deposito's en
financiële instrumenten, gesteld door de rechtbank
van eerste aanleg te Brussel bij vonnis van 12 april
2000 inzake V. Van Kampen en anderen tegen het
Beschermingsfonds voor Deposito's en Financiële
Instrumenten;
- l'arrêt n° 110/2001 rendu le 20 septembre 2001
relatif à la question préjudicielle concernant l'article
110bis, § 2, de la loi du 22 mars 1993 relative au
statut et au contrôle des établissements de crédit,
inséré par l'article 4 de la loi du 23 décembre 1994
relative aux systèmes de protection des dépôts
auprès des établissements de crédit, et modifié par
l'article 20 de la loi du 17 décembre 1998 créant un
Fonds de protection des dépôts et des instruments
financiers et réorganisant les systèmes de
protection des dépôts et des instruments financiers,
posée par le tribunal de première instance de
Bruxelles par jugement du 12 avril 2000 en cause
de V. Van Kampen et autres contre le Fonds de
protection des dépôts et des instruments financiers;
(rolnummer: 1955)
(n° du rôle: 1955)
- het arrest nr. 112/2001 uitgesproken op
20 september 2001 over de prejudiciële vraag over
artikel 10bis van het koninklijk besluit nr. 50 van 24
oktober 1967 betreffende het rust- en
overlevingspensioen voor werknemers, gesteld
door het arbeidshof te Brussel bij arrest van
25 mei 2000 inzake F. Behits tegen de Rijksdienst
voor Pensioenen;
- l'arrêt n° 112/2001 rendu le 20 septembre 2001
relatif à la question préjudicielle concernant l'article
10bis de l'arrêté royal n° 50 du 24 octobre 1967
relatif à la pension de retraite et de survie des
travailleurs salariés, posée par la cour du travail de
Bruxelles par arrêt du 25 mai 2000 en cause de
F. Behits contre l'Office national des pensions;
(rolnummer: 1978)
(n° du rôle: 1978)
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
43
- het arrest nr. 115/2001 uitgesproken op
3 oktober 2001 betreffende de prejudiciële vraag
over de artikelen 2, 1°, e), en 23 van de wet van 11
april 1995 tot invoering van het "handvest" van de
sociaal verzekerde en/of artikel 26 van de wet van
16 april 1963 betreffende de sociale reclassering
van de mindervaliden, gesteld door de
arbeidsrechtbank te Bergen bij vonnis van 10 april
2000 inzake R. Celli tegen de "Agence wallonne
pour l'intégration des personnes handicapées";
- l'arrêt n° 115/2001 rendu le 3 octobre 2001 relatif
à la question préjudicielle concernant les articles 2,
1°, e), et 23 de la loi du 11 avril 1995 visant à
instituer « la charte » de l'assuré social et/ou l'article
26 de la loi du 16 avril 1963 relative au
reclassement social des handicapés, posée par le
tribunal de travail de Mons par jugement du
10 avril 2000 en cause de R. Celli contre l'Agence
wallonne pour l'intégration des personnes
handicapées;
(rolnummer: 1949)
(n° du rôle: 1949)
- het arrest nr. 116/2001 uitgesproken op
3
oktober
2001 over de prejudiciële vraag
betreffende artikel 17, 3°, van de wet van
19
december 1974 tot regeling van de
betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden
van haar personeel, gesteld door de Raad van
State bij arrest van 7 april 2000 inzake de VZW
"Groupe d'étude et de réforme de la fonction
administrative" tegen het Vast Secretariaat voor
Werving van het Rijkspersoneel (VWS);
- l'arrêt n° 116/2001 rendu le 3 octobre 2001
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 17, 3°, de la loi du 19 décembre 1974
organisant les relations entre les autorités publiques
et les syndicats des agents relevant de ces
autorités, posée par le Conseil d'Etat par arrêt du 7
avril 2000 en cause de l'ASBL Groupe d'étude et de
réforme de la fonction administrative contre le
Secrétariat permanent de recrutement du personnel
de l'Etat (SPR);
(rolnummer: 1952)
(n° du rôle: 1952)
- het arrest nr. 117/2001 uitgesproken op
3
oktober
2001 over de prejudiciële vraag
betreffende artikel 370, § 5, junctis de artikelen
346, eerste lid, en 368, § 3, eerste lid, van het
Burgerlijk Wetboek, gesteld door het hof van
beroep te Gent bij arrest van 11 mei 2000 inzake
M. Clarisse tegen P. Clarisse;
- l'arrêt n° 117/2001 rendu le 3 octobre 2001
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 370, § 5, combiné avec les articles 346,
alinéa 1
er
, et 368, § 3, alinéa 1
er
, du Code civil,
posée par la cour d'appel de Gand par arrêt du
11 mai 2000 en cause de M. Clarisse contre
P. Clarisse;
(rolnummer: 1970)
(n° du rôle: 1970)
- het arrest nr. 118/2001 uitgesproken op
3 oktober 2001 betreffende de prejudiciële vraag
over artikel 36bis van de wet van 8 april 1965
betreffende de jeugdbescherming, gesteld door de
politierechtbank te Brugge bij vonnis van
26 juni 2000 inzake het openbaar ministerie tegen
M. Brendonck en anderen.
- l'arrêt n° 118/2001 rendu le 3 octobre 2001
concernant la question préjudicielle relative à
l'article 36bis de la loi du 8 avril 1965 concernant la
protection de la jeunesse, posée par le tribunal de
police de Bruges par jugement du 26 juin 2000 en
cause du ministère public contre M. Brendonck et
autres.
(rolnummer: 1989)
(n° du rôle: 1989)
Ter kennisgeving
Pour information
Beroepen tot vernietiging
Recours en annulation
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van:
En application de l'article 76 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
- het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging
van artikelen 2, zevende lid, 4, 10 tot 12, 18, 20 en
29, 1°, 2° en 5° van het decreet van de Franse
Gemeenschap van 12 december 2000 tot
vastlegging van de initiële opleiding van
onderwijzers en regenten, ingediend door de VZW
Blaise Pascal "Haute école catholique du
Luxembourg" en anderen;
- le recours en annulation totale ou partielle des
articles 2, alinéa 7, 4, 10 à 12, 18, 20 et 29, 1°, 2° et
5°, du décret de la Communauté française du
12 décembre 2000 définissant la formation initiale
des instituteurs et des régents, introduit par l'ASBL
Blaise Pascal Haute école catholique du
Luxembourg et autres;
(rolnummer: 2226)
(n° du rôle: 2226)
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
- het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging
en de vordering tot gehele of gedeeltelijke
schorsing van de wet van 10 augustus 2001
betreffende Belgacom, ingesteld door P. Richard;
de beschikking tot bepaling van de dag van de
terechtzitting voor het debat over de vordering tot
schorsing.
- le recours en annulation totale ou partielle et la
demande de suspension totale ou partielle de la loi
du 10 août 2001 relative à Belgacom, introduits par
P. Richard; l'ordonnance fixant la date de l'audience
pour les débats sur la demande de suspension.
(rolnummer: 2242)
(n° du rôle: 2242)
Ter kennisgeving
Pour information
Prejudiciële vragen
Questions préjudicielles
Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van:
En application de l'article 77 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
- de prejudiciële vragen over artikel 54bis van het
koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967
betreffende de uitoefening van de geneeskunst, de
verpleegkunde, de paramedische beroepen en de
geneeskundige commissies, gesteld door de Raad
van State bij arresten van 18 mei 2001 inzake P.
Malfatti, A.-M. Vanesse, P. Kieken en J. Lenoir
tegen de Belgische Staat en bij arrest van
4 juli 2001 inzake D. Rucquoy tegen de Belgische
Staat; de beschikking tot samenvoeging van de
zaken nrs. 2189, 2190, 2191 en 2194; de
beschikking tot samenvoeging van de zaak
nr. 2225 met de reeds samengevoegde zaken;
- les questions préjudicielles concernant l'article
54bis de l'arrêté royal n° 78 du 10 novembre 1967
relatif à l'exercice de l'art de guérir, de l'art infirmier,
des professions paramédicales et aux commissions
médicales, posées par le Conseil d'Etat par arrêts
du 18 mai 2001 en cause de P. Malfatti, A.-M.
Vanesse, P. Kieken et J. Lenoir contre l'Etat
belge et par arrêt du 4 juillet 2001 en cause de D.
Rucquoy contre l'Etat belge; l'ordonnance de
jonction des affaires n
os
2189, 2190, 2191 et 2194;
l'ordonnance de jonction de l'affaire n° 2225 avec
les affaires déjà jointes;
(rolnummers: 2189, 2190, 2191, 2194 en 2225)
(n
os
du rôle: 2189, 2190, 2191, 2194 et 2225)
- de prejudiciële vraag over artikel 56bis, § 1, van
de samengeordende wetten door koninklijk besluit
van 19 december 1939 betreffende de
kinderbijslag voor loonarbeiders, gesteld door de
arbeidsrechtbank te Luik bij vonnis van
29 juni 2001 inzake P. Deltour tegen de Rijkdienst
voor kinderbijslag voor werknemers (RKW) en
"Les travailleurs indépendants de Belgique" (HDP);
- la question préjudicielle concernant l'article 56bis,
§ 1
er
, des lois relatives aux allocations familiales
pour travailleurs salariés, coordonnées par arrêté
royal du 19 décembre 1939, posée par le tribunal
du travail de Liège par jugement du 29 juin 2001 en
cause de P. Deltour contre l'Office national
d'allocations familiales pour travailleurs salariés
(ONAFTS) et Les travailleurs indépendants de
Belgique (HDP);
(rolnummer: 2220)
(n° du rôle: 2220)
- de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 3,
6, 86, 87, 88, 126, 127, 131, 134, 147 tot 150 en
171, 6°, van het Wetboek van
inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de
rechtbank van eerste aanleg te Namen en de
rechtbank van eerste aanleg te Nijvel bij vonnis
van 7 september 2001 inzake R. Buyens en
G. Vander Wauwen tegen de Belgische Staat; de
beschikking tot samenvoeging van deze zaak met
de zaak nr. 2221.
- les questions préjudicielles relatives aux articles 3,
6, 86, 87, 88, 126, 127, 131, 134, 147 à 150 et 171,
6°, du Code des impôts sur les revenus 1992,
posées par le tribunal de première instance de
Namur et par le tribunal de première instance de
Nivelles par jugement du 7 septembre 2001 en
cause de R. Buyens et G. Vander Wauwen;
l'ordonnance de jonction de cette affaire avec
l'affaire portant le n° 2221.
(rolnummers: 2221 en 2240)
(n
os
du rôle: 2221 et 2240)
Ter kennisgeving
Pour information
RESOLUTIES RESOLUTIONS
Europees Parlement
Parlement européen
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
45
Bij brieven van 25 september 2001 en
2 oktober 2001 zendt de secretaris-generaal van
het Europees Parlement de teksten over van
tweeëntwintig resoluties en één aanbeveling
aangenomen door deze vergadering:
Par lettres du 25 septembre et du 2 octobre 2001, le
secrétaire général du Parlement européen transmet
le texte de vingt-deux résolutions et une
recommandation adoptées par cette assemblée:
1. resolutie over het zeventiende jaarlijkse verslag
van de Commissie over de controle op de
toepassing van het Gemeenschapsrecht (1999);
1. résolution sur le dix-septième rapport annuel de
la Commission sur le contrôle de l'application du
droit communautaire (1999);
2. resolutie over de uitbreiding van de Europese
Unie;
2. résolution sur l'élargissement de l'Union
européenne;
3. resolutie over het verzoek van Estland om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
3. résolution sur la demande d'adhésion de
l'Estonie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
4. resolutie over het verzoek van Letland om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
4. résolution sur la demande d'adhésion de la
Lettonie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
5. resolutie over het verzoek van Litouwen om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
5. résolution sur la demande d'adhésion de la
Lituanie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
6. resolutie over het verzoek van Polen om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
6. résolution sur la demande d'adhésion de la
Pologne à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
7. resolutie over het verzoek van Tsjechië om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
7. résolution sur la demande d'adhésion de la
République tchèque à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
8. resolutie over het verzoek van Slowakije om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
8. résolution sur la demande d'adhésion de la
Slovaquie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
9. resolutie over het verzoek van Hongarije om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
9. résolution sur la demande d'adhésion de la
Hongrie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
10. resolutie over het verzoek van Bulgarije om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
10. résolution sur la demande d'adhésion de la
Bulgarie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
11. resolutie over het verzoek van Roemenië om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
11. résolution sur la demande d'adhésion de la
Roumanie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
12. resolutie over het verzoek om toetreding van
Slovenië tot de Europese Unie en de stand van de
onderhandelingen;
12. résolution sur la demande d'adhésion de la
Slovénie à l'Union européenne et l'état
d'avancement des négociations;
13. resolutie over het verzoek om toetreding van
Cyprus om toetreding tot de Europese Unie en de
stand van de onderhandelingen;
13. résolution sur la demande d'adhésion de
Chypre à l'Union européenne et l'état d'avancement
des négociations;
14. resolutie over het verzoek van Malta om
toetreding tot de Europese Unie en de stand van
de onderhandelingen;
14. résolution sur la demande d'adhésion de Malte
à l'Union européenne et l'état d'avancement des
négociations;
15. resolutie over het elfde jaarlijks verslag van de
Commissie over de Structuurfondsen (1999);
15. résolution sur le onzième rapport annuel de la
Commission sur les Fonds structurels (1999);
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen en naar het
Adviescomité voor de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures
et au Comité d'avis chargé de Questions
européennes
16. resolutie over klimaat-verandering: de
resultaten van de Conferentie van Bonn;
16. résolution sur les résultats de la Conférence de
Bonn sur le changement climatique;
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor de Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing en naar het
Adviescomité voor de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société et
au Comité d'avis chargé de Questions européennes
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17. resolutie over het jaarverslag over de
werkzaamheden van de Europese ombudsman
(2000);
17. résolution sur le rapport d'activité annuel du
médiateur européen pour l'année 2000;
18. resolutie over de beraadslagingen van de
Commissie verzoekschriften in het parlementaire
jaar 2000-2001;
18. résolution sur les délibérations de la
commission des pétitions au cours de l'année
parlementaire 2000-2001;
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor de Verzoekschriften en naar het
Adviescomité voor de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission des Pétitions et au Comité d'avis
chargé de Questions européennes
19. resolutie over het bestaan van een wereldwijd
systeem voor de interceptie van particuliere en
economische communicatie (ECHELON-
interceptiesysteem);
19. résolution sur l'existence d'un système
d'interception mondial des communications privées
et économiques (système d'interception Echelon);
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de Nationale Wetenschappelijke en
Culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw, naar de commissie voor de
Infrastructuur, het Verkeer en de
Overheidsbedrijven, naar de commissie voor de
Justitie en naar het Adviescomité voor de
Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission de l'Economie, de la Politique
scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture, à la commission de
l'Infrastructure, des Communications et des
Entreprises publiques, à la commission de la
Justice et au Comité d'avis chargé de Questions
européennes
20. resolutie over de culturele samenwerking in de
Europese Unie;
20. résolution sur la coopération culturelle dans
l'Union européenne;
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de Nationale Wetenschappelijke en
Culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw en naar het Adviescomité voor de
Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission de l'Economie, de la Politique
scientifique, de l'Education, des Institutions
scientifiques et culturelles nationales, des Classes
moyennes et de l'Agriculture et au Comité d'avis
chargé de Questions européennes
21. wetgevingresolutie over het voorstel voor een
besluit van de Raad betreffende de ondertekening
van de overeenkomst tussen de Europese
Gemeenschap en Roemenië houdende
vaststellling van bepaalde voorwaarden voor het
goederenvervoer over de weg en de bevordering
van het gecombineerd vervoer;
21. résolution législative sur la proposition de
décision du Conseil concernant la conclusion de
l'accord entre la Communauté européenne et la
Roumanie établissant certaines conditions pour le
transport de marchandises par route et la promotion
du transport combiné;
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor de Infrastructuur, het Verkeer en de
Overheidsbedrijven en naar het Adviescomité voor
de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission de l'Infrastructure, des
Communications et des Entreprises publiques et au
Comité d'avis chargé de Questions européennes
22. resolutie over gelijk loon voor werk van gelijke
waarde;
22. résolution sur une rémunération égale pour un
travail de valeur égale;
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor de Sociale Zaken en naar het Adviescomité
voor de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission des Affaires sociales et au Comité
d'avis chargé de Questions européennes
23. aanbeveling betreffende de rol van de
Europese Unie in de terreurbestrijding.
23. recommandation sur le rôle de l'Union dans la
lutte contre le terrorisme.
RIV 50
PLEN 164
11/10/2001
47
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen, naar de commissie
voor de Justitie, naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt en naar het Adviescomité voor de
Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission des Relations extérieures,
à la commission de la Justice, à la commission de
l'Intérieur, des Affaires générales et de la Fonction
publique et au Comité d'avis chargé de Questions
européennes