KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 PLEN 192
CRIV 50 PLEN 192
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
P
LENUMVERGADERING
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
woensdag mercredi
19-12-2001 19-12-2001
10:00 uur
10:00 heures
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties:
Abréviations dans la numérotation des publications:
DOC
50
0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen:
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail: alg.zaken@deKamer.be
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Berichten van verhindering
1
Excusés
1
Regeling van de werkzaamheden
1
Ordre des travaux
1
BEGROTINGEN
1
BUDGETS
1
Ontwerp van Rijksmiddelenbegroting voor het
begrotingsjaar 2002 (1447/1 tot 6 en 1446/1)
1
Projet de budget des Voies et Moyens pour
l'année budgétaire 2002 (1447/1 à 6 et 1446/1)
1
- Ontwerp van algemene uitgavenbegroting voor
het begrotingsjaar 2002 (1448/1 tot 41)
1
- Projet de budget général des dépenses pour
l'année budgétaire 2002 (1448/1 à 41)
1
- Wetsontwerp houdende tweede aanpassing van
de algemene uitgavenbegroting van het
begrotingsjaar 2001 (1524/1 tot 3)
1
- Projet de loi contenant le deuxième ajustement
du budget général des dépenses de l'année
budgétaire 2001 (1524/1 à 3)
1
- Wetsontwerp houdende vierde aanpassing van
de algemene uitgavenbegroting voor het
begrotingsjaar 2001 (1551/1 en 2)
1
- Projet de loi contenant le quatrième ajustement
du budget général des dépenses pour l'année
budgétaire 2001 (1551/1 et 2)
1
Algemene bespreking (voortzetting)
1
Discussion générale (continuation)
1
Sprekers:, John Spinnewyn, Jan Eeman,
Pieter De Crem, Peter Vanhoutte, Lode
Vanoost, Luc Sevenhans, Dirk Van der
Maelen, voorzitter van de SP.A-fractie, André
Flahaut, minister van Landsverdediging
Orateurs:, John Spinnewyn, Jan Eeman,
Pieter De Crem, Peter Vanhoutte, Lode
Vanoost, Luc Sevenhans, Dirk Van der
Maelen, président du groupe SP.A, André
Flahaut, ministre de la Défense
WETSVOORSTEL
22
PROPOSITION DE LOI
22
Wetsvoorstel van de heer André Schellens c.s.
betreffende het vrijwillig in disponibiliteit stellen
van bepaalde militairen in dienst bij de Belgische
krijgsmacht in de Bondsrepubliek Duitsland
(1386/1 tot 6)
22
Proposition de loi de M. André Schellens et
consorts relative à la mise en disponibilité
volontaire de certains militaires en service aux
forces belges en République fédérale
d'Allemagne (1386/1 à 6)
22
Algemene bespreking
22
Discussion générale
22
Sprekers: Mirella Minne, rapporteur, John
Spinnewyn
Orateurs: Mirella Minne, rapporteur, John
Spinnewyn
Bespreking van de artikelen
24
Discussion des articles
24
Spreker: Peter Vanhoutte
Orateur: Peter Vanhoutte
BEGROTINGEN
25
BUDGETS
25
Ontwerp van Rijksmiddelenbegroting voor het
begrotingsjaar 2002 (1447/1 tot 6 en 1446/1)
25
Projet de budget des Voies et Moyens pour
l'année budgétaire 2002 (1447/1 à 6 et 1446/1)
25
- Ontwerp van algemene uitgavenbegroting voor
het begrotingsjaar 2002 (1448/1 tot 41)
25
- Projet de budget général des dépenses pour
l'année budgétaire 2002 (1448/1 à 41)
25
- Wetsontwerp houdende tweede aanpassing van
de algemene uitgavenbegroting van het
begrotingsjaar 2001 (1524/1 tot 3)
25
- Projet de loi contenant le deuxième ajustement
du budget général des dépenses de l'année
budgétaire 2001 (1524/1 à 3)
25
- Wetsontwerp houdende vierde aanpassing van
de algemene uitgavenbegroting voor het
begrotingsjaar 2001 (1551/1 en 2)
25
- Projet de loi contenant le quatrième ajustement
du budget général des dépenses pour l'année
budgétaire 2001 (1551/1 et 2)
25
Algemene bespreking (voortzetting)
25
Discussion générale (continuation)
25
Sprekers: Herman Van Rompuy, Jacques
Chabot, Jef Tavernier, Didier Reynders,
minister van Financiën
Orateurs: Herman Van Rompuy, Jacques
Chabot, Jef Tavernier, Didier Reynders,
ministre des Finances
BIJLAGE
45
ANNEXE
45
MEDEDELINGEN
45
COMMUNICATIONS
45
REGERING 45
GOUVERNEMENT
45
A
LGEMENE UITGAVENBEGROTING
2001
45
B
UDGET GENERAL DES DEPENSES
2001
45
ARBITRAGEHOF 45
COUR
D'ARBITRAGE
45
B
EROEP TOT VERNIETIGING
45
R
ECOURS EN ANNULATION
45
JAARVERSLAG 45
RAPPORT
ANNUEL
45
"O
FFICE DE LA
N
AISSANCE ET DE L
'E
NFANCE
"
46
O
FFICE DE LA
N
AISSANCE ET DE L
'E
NFANCE
46
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
ADVIEZEN 46
AVIS
46
H
OGE
R
AAD VOOR DE
J
USTITIE
46
C
ONSEIL SUPERIEUR DE LA
J
USTICE
46
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
PLENUMVERGADERING SÉANCE
PLÉNIÈRE
van
WOENSDAG
19
DECEMBER
2001
10:00 uur
______
du
MERCREDI
19
DÉCEMBRE
2001
10:00 heures
______
De vergadering wordt geopend om 10.02 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.02 heures par M. Herman De Croo, président.
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Olivier Deleuze, André Flahaut.
De voorzitter: De vergadering is geopend.
La séance est ouverte.
Berichten van verhindering
Excusés
François Bellot, Joos Wauters, wegens ziekte / pour raison de santé;
Pierre Chevalier, met zending buitenslands / en mission à l'étranger;
Magda De Meyer, buitenslands / à l'étranger.
01 Regeling van de werkzaamheden
01 Ordre des travaux
Ik stel u voor het wetsontwerp houdende vierde aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het
begrotingsjaar 2001 (nrs. 1551/1 en 2) aan de bespreking van de begrotingen toe te voegen. (Instemming)
Je vous propose de joindre à la discussion des budgets le projet de loi contenant le quatrième ajustement
du budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2001 (n
os
1551/1 et 2). (Assentiment)
Begrotingen
Budgets
02 Ontwerp van Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 (1447/1 tot 6 en 1446/1)
- Ontwerp van algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 (1448/1 tot 41)
-
Wetsontwerp houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van het
begrotingsjaar 2001 (1524/1 tot 3)
-
Wetsontwerp houdende vierde aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het
begrotingsjaar 2001 (1551/1 en 2)
02 Projet de budget des Voies et Moyens pour l'année budgétaire 2002 (1447/1 à 6 et 1446/1)
- Projet de budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2002 (1448/1 à 41)
- Projet de loi contenant le deuxième ajustement du budget général des dépenses de l'année
budgétaire 2001 (1524/1 à 3)
- Projet de loi contenant le quatrième ajustement du budget général des dépenses pour l'année
budgétaire 2001 (1551/1 et 2)
Algemene bespreking (voortzetting)
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Discussion générale (continuation)
Wij vatten de algemene bespreking van het wetsontwerp nr. 1551.
Nous passons à la discussion générale du projet de loi n° 1551.
02.01 Mirella Minne, rapporteur: Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, on me dit que la première richesse de
l'armée est son capital humain. Je me réjouis de constater que le
maximum est fait pour que le personnel de l'armée soit mieux
rémunéré et valorisé.
En effet, certaines catégories de personnel qui occupent des
fonctions difficiles, tels que les démineurs, les plongeurs, les
contrôleurs aériens, le personnel navigant ont été ou sont en cours de
revalorisation. Les volontaires verront bientôt leur barème révisé.
En ce qui concerne le recrutement des jeunes, il sera simplifié et
réorganisé. La carrière des militaires qui s'engagent pour une durée
déterminée sera plus longue et l'âge limite pour l'engagement sera
relevé.
Au niveau social, il est à noter que de nouvelles crèches ont été
inaugurées en septembre dernier à Bourg-Léopold et à Marche-en-
Famenne. L'encadrement social et médical a également été renforcé.
Le retour des forces armées stationnées en Allemagne interviendra
en tenant compte des préoccupations sociales et de l'avis du
personnel concerné.
Pour ce qui est du plan de modernisation du département de la
Défense, il faut noter que le budget est et restera lié à l'index, ce qui
n'était plus le cas depuis dix ans.
Une politique de rajeunissement des cadres permettra de renverser
l'actuelle pyramide des âges grâce à des enveloppes budgétaires
structurelles supplémentaires. Celles-ci permettront aussi d'améliorer
l'attractivité pour le métier et la carrière militaire, en envisageant
sérieusement la révision des barèmes.
Il faut également souligner que, pour la première fois, un accord
sectoriel a été conclu avec les organisations syndicales. La structure
unique qui sera mise en place permettra de fonctionner avec moins
de personnel et autant d'efficacité et de rendement.
Pour ce qui concerne le reste des points soulignés, je me réfère au
rapport écrit.
02.01 Mirella Minne, rapporteur:
De grootste rijkdom van het leger
is zijn menselijk kapitaal en
daarom kunnen de nieuwe
herwaarderingsmaatregelen op
mijn bijval rekenen.
De loonschalen van de vrijwilligers
worden herzien, de rekrutering van
jongeren wordt gereorganiseerd.
De militaire loopbaan wordt
verlengd, de leeftijdsgrens
opgetrokken. Er werden nieuwe
crèches geopend, en er werd
gezorgd voor een betere sociale
begeleiding. De terugkeer van de
Belgische strijdkrachten uit
Duitsland zal in overleg met het
betrokken personeel gebeuren.
Wat het moderniseringsplan voor
het departement Landsverdediging
betreft, dient te worden opgemerkt
dat de begroting aan het
indexcijfer gekoppeld is en blijft.
Dankzij een op de verjonging van
het kader gericht beleid, met
gebruikmaking van structurele
extra begrotingskredieten, moet
het mogelijk worden de huidige
leeftijdspiramide om te keren. Met
dat extra geld moeten het beroep
en een militaire carrière
aantrekkelijker gemaakt worden,
waarbij gedacht kan worden aan
een herziening van de
loonschalen.
Voor het eerst werd met de
vakbonden een sectoraal akkoord
gesloten.
Met de nieuwe eenheidsstructuur
die zal worden ingevoerd, zal het
leger met minder personeel even
efficiënt en performant zijn als
voordien.
Voor het overige verwijs ik naar
het schriftelijke verslag.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
02.02 Le président: Je vous remercie, madame le rapporteur.
Nous entamons le secteur "Défense nationale".
Wij vatten de sector "Landsverdediging" aan.
02.03 John Spinnewyn (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, ik hoorde een aantal sprekers hier
verklaren dat de beleidsnota van het ministerie van Landsverdediging
de eerste stap vormt van een plan dat een historisch document is
geworden. Sta mij toe te zeggen dat ik hun mening niet deel.
Ik ben op dat vlak inderdaad een stuk minder enthousiast dan
sommige collega's uit de commissie voor de Landsverdediging, zeker
nu de nota vijftien jaar vooruitkijkt. Ik herinner me nog levendig de
situatie toen ik hier de eerste vergaderingen meemaakte. Er werd
toen steeds gesproken van historische documenten om de sfeer van
aankoopdossiers te doen vergeten. De Agusta-zaak doorkruiste ieder
aankoopdossier, zodat er zelfs een onderzoekscommissie werd
opgericht. Het budget werd bevroren en de minister zou vlug orde op
zaken stellen. Sedert ik zitting heb in de commissie voor de
Landsverdediging wat nog niet zo lang is als het plan stand moet
houden heb ik hier niet minder dan zes ministers zien aantreden en
heb ik er vijf zien gaan. Iedere minister had zo zijn plan: het plan
Reforbel, het plan-Delcroix, het plan-Delcroix-Charlier enzovoort.
Hoewel die vorige plannen slechts gedeeltelijk werden uitgevoerd,
hebben we nu het plan-Flahaut. Dat plan moet stand houden tot 2015,
wat nog 13 jaar is. Mijnheer de minister, ik hoop dat onze generaals
niet te bijgelovig zijn.
Als we al die plannen vergelijken, zijn er twee factoren die steeds
terugkeren. Ten eerste moet het aantal manschappen worden
afgeslankt en ten tweede moet aan het plan een populaire maatregel
worden gekoppeld. Voor het plan Reforbel was dat de opschorting
van de dienstplicht en voor het plan-Delcroix-Charlier was het de
installatie voor het onschadelijk maken van gasbommen te
Poelkapelle. Theoretisch was dat laatste een goed systeem maar in
de praktijk werkte het veel te traag. Hopelijk zal een mobiel exemplaar
de oplossing bieden. In ieder geval is het daar momenteel nogal stil
rond. Bij minister Poncelet ging het om de antipersoonsmijnen. Ook
hiervoor moeten we op onze bondgenoten rekenen als het ergens
spannend wordt. In het plan-Flahaut staat het element transport
centraal. Dat is een politiek bewuste keuze waarbij de militairen zich
moesten neerleggen. De uitspraken van Herteleer gingen veeleer in
de richting dat transport kon worden uitbesteed. Ieder plan moet dus
een bepaalde populariteitsfactor hebben om het imago van de
minister op te krikken of om het aanvaardbaar te maken voor de
linkerzijde.
Wat mij stoort aan al die plannen, is dat de plichten van de militair
sedert 1994 toegenomen zijn en dat het beroep veel minder attractief
is geworden. Een rechtstreeks gevolg hiervan is dat weinig jongeren
nog voor het leger kiezen. Ik denk dan vooral aan de buitenlandse
zendingen. We moeten vaststellen dat onze jonge militairen daar op
familiaal en sociaal vlak niet meer tegen bestand zijn. Militairen
moeten te allen tijde beschikbaar zijn en klaar staan om deel te
nemen aan de buitenlandse opdrachten, al dan niet met gewapende
inzet. Daartegenover moeten zij kunnen rekenen op een goede
verloning, bijvoorbeeld vergelijkbaar met die van andere
02.03 John Spinnewyn (VLAAMS
BLOK): Contrairement à certains,
je ne considère pas le plan Flahaut
relatif à la dernière réforme en
matière de défense comme un
document historique. Les six
ministres de la Défense que j'ai
connus ont tous conçu un plan
dont aucun n'a été intégralement
mis en oeuvre. Le plan Flahaut
devrait s'étendre sur treize ans.
Tous les plans présentent comme
point commun d'assortir la
réduction des effectifs d'une
mesure populaire concernant, en
l'occurrence, le transport. Une telle
orientation correspond à un choix
politique face auquel les militaires
ont été contraints de s'incliner
Depuis 1994, la carrière militaire a
perdu de son attrait en raison,
notamment, de la rémunération
insuffisante des missions à
l'étranger. Seul le régime des
primes apporte un peu d'oxygène.
La réduction des effectifs devrait
se traduire par la diminution du
nombre d'opérations, alors qu'au
contraire, le nombre de missions
augmente. Les militaires ne sont
plus en mesure d'assurer
correctement toutes les missions.
Les changements au sein de
l'armée semblent plus aisés à
opérer sur le papier que dans les
faits. Je vous renvoie, par
exemple, au retrait des forces
armées belges d'Allemagne. Il
avait été prévu qu'après le retour
du gros des troupes, quelques
milliers de militaires resteraient sur
place pour des raisons sociales.
Mais les problèmes s'accumulent.
L'idée d'un retrait définitif n'a-t-elle
pas été envisagée? Cette
présence limitée ne doit-elle pas
revêtir un caractère extinctif?
Les militaires deviennent
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
veiligheidsdiensten. Het enige wat het leed verzacht, zijn de premies.
Jammer genoeg komt niet iedereen daarvoor in aanmerking.
Ik kom ook nog even terug op de passe-partout van de vermindering
van het aantal effectieven. Het is misschien goed eens te herhalen
dat de opdrachten van de krijgsmacht, zeker degene die te velde
worden uitgevoerd, gekoppeld zijn aan een minimaal aantal individuen
om ze te kunnen uitvoeren.
Iedere strijder heeft een veelvoud van effectieven ter ondersteuning.
Men spreekt terzake zelfs van 1 op 10. Het verminderen van
effectieven betekent automatisch het verminderen van opdrachten.
Dat is momenteel niet het geval. De opdrachten nemen toe en de
afslanking ook.
Wat mij ook opvalt bij de beleidsnota zijn de vele punten die gelijkenis
vertonen met pakweg 10 jaar geleden. Ik denk aan de harmonisering
en gelijkschakeling van diploma's, de kledijvergoeding, de premies
voor specifieke personeelscategorieën, de terugtrekking van de
militairen uit Duitsland en de daarmee gepaard gaande sluiting van de
kazernes.
Mijnheer de minister, wij moeten vaststellen dat veranderingen
doorvoeren in het leger vlugger gezegd is dan gedaan. Als voorbeeld
wil ik de terugtrekking van de BSD aanhalen. De problemen van het
plan-Reforbel waren te wijten aan de sociale bezorgdheden van die
militairen. Om die redenen bleven nog een paar duizend militairen op
het Keuls plateau. Het werd een soort bufferzone om familiale
drama's te voorkomen. Wat mij nu opvalt, is dat de problemen in die
periode van 10 jaar zijn toegenomen. Ik stel mij dan ook de vraag of
er geen rekening werd gehouden met een definitieve terugkeer op
korte termijn. Had die kleine militaire aanwezigheid in Duitsland geen
uitdovend karakter moeten hebben?
Mijnheer de minister, omdat u met uw plan de moed toont om 15 jaar
vooruit te kijken, heb ik teruggeblikt op 10 jaar. Laten we hopen dat
25 jaar voldoende zal zijn om een totale hervorming te verwezenlijken.
Veel militairen zullen het niet meemaken en het is dan ook logisch dat
er een grote achterdocht bestaat bij de militairen, vooral omdat het
voor hen de zoveelste hervorming is.
Een volgend punt met betrekking tot de nieuwe hervorming dat ik
even wil aanhalen, is de herverdeling van de militairen in de nieuwe
structuur. Op dat vlak moet ik vaststellen dat meer dan de helft
gemengde kazernes zijn. Volgens mij is hier een kans gemist om het
leger meer structuur te geven rekening houdend met de werkelijke
toestand. De verdelingen hadden meer gericht moeten zijn op de
gewesten. Die stap werd destijds wel gedaan bij de rijkswacht. Sta me
toe te zeggen dat de weigering om die maatregel te nemen, niets te
maken heeft met sluitingen maar louter met de onwil om in die zin te
herschikken. Er zijn blijkbaar een paar militairen die nog altijd denken
dat de verdeling het einde van België zou betekenen. Dat is wel het
laatste waarvan ik wakker lig. Ik meen trouwens dat het
tegenovergestelde het geval zou zijn. De enige reden waarom ik het
vraag is vanuit een bekommernis voor de betrokken militairen. Werk
in eigen streek zou de rekrutering alvast ten goede komen.
Wat het financiële aspect betreft, kan ik het volgende zeggen. Wij
soupçonneux: ils subissent
l'énième changement en dix ans et
leur situation ne semble pas devoir
s'améliorer.
La nouvelle répartition des
casernes sur l'ensemble du
territoire belge constitue
également une question délicate.
Cette redistribution aurait dû être
davantage axée sur les Régions. Il
y a actuellement trop de casernes
mixtes.
Si je pose cette question, c'est que
je me préoccupe du sort des
militaires. Permettre aux militaires
de travailler plus près de chez eux
influera positivement sur le
recrutement.
Les frais de personnel dépassent
les 60%, au détriment des
investissements. Or, d'importants
dossiers d'acquisition seront
bientôt à l'ordre du jour. Le
département de la Défense
nationale est responsable des
moyens militaires spécifiques lors
d'opérations humanitaires. Il faut
être attentif à ce point à présent
qu'il est question d'envoyer 40.000
hommes en Afghanistan dans le
cadre de l'OTAN.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
hebben in de begroting kunnen vaststellen dat de personeelskosten
opnieuw boven de 60% komen en dit vooral ten koste van de
investeringskosten. Het is duidelijk dat de opgelegde besparingen de
modernisering zullen treffen en de doelstellingen, die nu zijn
vooropgesteld, in het gedrang zullen brengen. In de vierde
aanpassing van de vorige begroting hebben we zelfs kunnen
vaststellen dat er een evenwicht tot stand kwam dankzij de
investeringen. Dat is een sombere gedachte wanneer men weet
welke belangrijke aankoopdossiers op ons afkomen. Dan heb ik het
nog niet gehad over de problemen die rijzen bij de opmaak van de
dossiers. Een bijsturing zal zeker nodig zijn.
Ten slotte wil ik het nog even hebben over de humanitaire
interventies. Landsverdediging moet op dat vlak volgens mij alleen
opdraaien voor de specifiek militaire middelen. De rest zou volgens
mij van andere departementen moeten komen. Met Afghanistan in het
achterhoofd ben ik van mening dat die problematiek zeker nog aan
bod zal komen, zeker nu het in NAVO-verband mogelijk moet worden
om 40.000 militairen uit te sturen.
Mijnheer de minister, tot zover mijn eerder reeds geformuleerde en
enkele bijkomende bedenkingen bij de begroting.
02.04 Jan Eeman (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
het komende jaar zal cruciaal worden voor Landsverdediging. De
belangrijkste legerhervormingen zullen dan immers concreet op het
terrein moeten worden geïmplementeerd. Vanaf 1 januari 2002 start
de eenheidsstructuur: de staven van Landmacht, Luchtmacht en
Zeemacht worden dan een eengemaakte staf. Een aantal andere
hervormingen op personeelsvlak werden op het goede spoor gezet.
De beroepsvrijwilligers kregen begin deze maand eindelijk hun
langverwachte weddenverhoging. Een aantal specifieke
personeelscategorieën zoals ontmijners, vliegend personeel en
duikers, kregen een aangepaste premie of zullen die bekomen in de
nabije toekomst.
Met de instap in het Helios 2-satellietprogramma heeft
Landsverdediging duidelijke stappen ondernomen om te investeren in
de toekomst en om het leger voor te bereiden op de toekomstige
Europese defensiestructuur. Belangrijke aankoopdossiers moeten
normaliter in de onmiddellijke toekomst volgen. Deze aankopen zullen
helpen om te evolueren naar een meer operationeel, vlugger
inzetbaar, getalsmatig kleiner en vooral moderner leger. Sinds
3 september 2001 weet elke militair eveneens welke toekomst voor
zijn of haar eenheid door Landsverdediging werd uitgetekend. Het is
in dit verband belangrijk te onderstrepen dat alle herstructureringen
sociaal begeleid en gefaseerd zullen verlopen. De minister maakt zich
sterk dat niemand wordt ontslagen, dat iedereen zijn of haar keuze zal
kunnen maken en dat in de mate van het mogelijke daaraan een
positief gevolg zal worden voorbehouden.
Geachte collega's, de concentratie van eenheden rond militaire centra
wordt verminderd ten voordele van een meer evenwichtige spreiding
over het hele grondgebied. De militaire noodzaak, het niveau van de
bestaande infrastructuur en de regionale spreiding waren in dat
verband de doorslaggevende argumenten.
Landsverdediging wordt hervormd, maar blijft ook oog hebben voor
02.04 Jan Eeman (VLD): Dès le
1er janvier, notre armée sera
dotée d'une structure unifiée. Nous
avons mené à bien une série de
réformes importantes en ce qui
concerne le personnel, plus
particulièrement en matière de
salaires et de primes. Dans le
cadre du programme Hélios 2, nos
forces se préparent à la future
architecture européenne de
défense. Par ailleurs, nous aurons
bientôt à traiter des dossiers
d'achats importants qui nous
permettront de disposer d'une
armée plus efficace et moderne.
Toutes les unités savent
désormais ce que l'avenir leur
réservera et nous avons pris les
mesures d'accompagnement
sociale nécessaires.
La répartition des unités sur
l'ensemble du territoire sera plus
équilibrée.
Nous continuerons à nous investir
dans des missions internationales,
notamment l'aide à la population
afghane.
Le ministre a annoncé qu'un
appareil de type Hercules serait
envoyé dans la région et y resterait
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
internationale opdrachten. Vorige week vertrokken een zestal C-130
transportvliegtuigen richting Afghanistan. Naast Belgen nemen nog
andere, bevriende nationaliteiten daaraan deel. Onze Belgische
krijgsmacht wil hiermee het voortouw nemen in de internationale
hulpverlening en dat verdient onze bijzondere aandacht. De minister
kondigde tevens aan een Herculestoestel naar het gebied te sturen,
op permanente basis indien mogelijk. Dit is een zeer lovenswaardig
doel. De Belgische engagementen in Macedonië en Kosovo ten
behoeve van vredesondersteuning en humanitaire hulpverlening
worden op die manier nog verruimd naar een ander deel van onze
wereld.
Geachte collega's, al deze engagementen moeten ons ook oog doen
hebben voor de moeilijkheden waarmee het departement Defensie
geconfronteerd wordt en blijft. Een gezond leger staat of valt met de
instroom van jonge, dynamische, gemotiveerde en goed opgeleide
mensen aan beide kanten van de taalgrens. Zonder een evenwichtige
rekrutering veroudert het leger en wordt de operationele waarde sterk
gehypothekeerd. Talrijke inspanningen in dat verband, onder meer de
inkorting van de selectie- en wervingsprocedure, de inschakeling van
defensiehuizen en promotie via allerlei suggesties, leverden
misschien nog niet het verhoopte resultaat op.
Een tweede, maar niet minder belangrijk aandachtspunt is de
begroting. De commissie voor de Defensie heeft zich daarmee reeds
vorige week akkoord verklaard, onder meer met een herschikking van
de verschillende posten voor dit jaar.
Volgend jaar zal Defensie inderdaad een aantal middelen minder
krijgen dan waarin oorspronkelijk was voorzien. Vooral de korting in
de bijzondere personeelsenvelop doet ons enigszins pijn. Daarnaast
zal er ook minder geld voor investeringen en trainingen zijn. De
minister heeft zich daarover bezorgd getoond. Wij onderstrepen dat
wij deze bezorgdheid delen. Sommige schrappingen kunnen niet
eindeloos blijven doorgaan. Het is belangrijk dat de begroting in
evenwicht wordt gehouden wat tot op heden dan ook is gebeurd.
De realisatie van het nieuw strategisch plan staat of valt met de
correcte en tijdige implementatie op het terrein. Het plan dat in mei
2000 werd goedgekeurd geeft vorm aan de grootste hervorming van
het Belgisch leger sinds Wereldoorlog II. De rekrutering en selectie
moeten grondig worden overdacht. Een rekrutering kan en zal slechts
kans maken op een groot succes als ook de lonen van de militairen
geleidelijk aan de desbetreffende niveaus worden aangepast.
Wij moeten ook andere vitale activiteiten van onze krijgsmacht
nauwlettend in de gaten houden. Wij zullen tijdig de vraag moeten
stellen welke engagementen wij nog kunnen aangaan met de
bestaande, de huidige en eventueel de toekomstige middelen. Het is
inderdaad een illusie te denken dat de Europese Unie een
geloofwaardig buitenlands beleid kan opbouwen zonder de nodige en
zorgvuldige aandacht te besteden aan defensievraagstukken.
Er moet echter niet alleen op Europees vlak een weg worden
afgelegd. Ons leger kampt ook met een te gering investeringsniveau.
Het niveau van ongeveer 15 tot 16% moet zo vlug mogelijk naar een
hoger percentage worden opgetrokken. Wij zijn er ons inderdaad van
bewust dat de ideale verhouding 50-25-25 niet zo gemakkelijk te
en permanence. Je me réjouis de
cette initiative.
La situation ne s'est certainement
pas améliorée au sein du
département de la Défense. Les
problèmes de recrutement sont de
plus en plus aigus. Des initiatives
ont été prises pour mettre en
évidence les attraits d'un emploi
au sein des forces armées. Je
pense notamment à l'initiative
relative aux maisons de la
Défense. Jusqu'à présent, ces
campagnes n'ont toutefois pas
encore rencontré un franc succès.
Les difficultés sont également
d'ordre budgétaire. Le
département de la Défense devra
faire face, l'année prochaine, à
une réduction de ses moyens. Il
conviendra d'opérer certaines
coupes dans le budget et cela ne
va évidemment pas sans
difficultés.
Les campagnes de recrutement
n'auront de succès que si les
salaires sont adaptés. La question
est de savoir quels engagements
peuvent encore être pris par
l'armée avec les moyens
disponibles, notamment sur le plan
européen. Il convient de relever le
niveau des investissements au
sein de l'armée. Il faut vendre le
plus rapidement possible et au
meilleur prix un certain nombre de
bâtiments militaires désaffectés.
Ce plan de réforme offre des
perspectives d'avenir pour l'armée.
Le VLD est disposé à donner un
maximum de chances à l'armée.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
realiseren is, maar wij willen dit samen met u, mijnheer de minister, zo
spoedig mogelijk regelen.
Voorts moeten de mogelijkheden van Defensie onder ogen worden
gezien. Momenteel beschikt het leger inderdaad over een hoeveelheid
overtollig materiaal. Een aantal gebouwen staat leeg en kan of zal
worden verkocht. Het is belangrijk dat deze goederen zo vlug mogelijk
aan de meest biedende en op de meest accurate manier worden
verkocht.
Geachte collega's, dit nieuw strategisch plan voor de modernisering
van de strijdkrachten kan ons leger een toekomst bieden. Wij moeten
erop toezien dat het leger deze kans krijgt. De VLD is bereid dit alle
kansen te geven.
02.05 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, het debat over de toekomst van het leger wekt bij de
publieke opinie tegenwoordig geen grote emoties meer op. Het was
ooit anders, meer bepaald in de jaren zestig, zeventig en tachtig,
maar vanaf het begin van de 21
ste
eeuw boeit dit debat de publieke
opinie niet meer.
De interesse binnen de regering blijkt in dezelfde verhouding te dalen.
Of is het slechts schijn?
De guerilla sloeg niet alleen toe buiten de regering; ook binnen de
regering wordt de guerrilla uitgevochten op de kap van de gewone
militair en ten koste van het Europees en internationaal engagement.
Dat blijkt uit de brief van minister Flahaut aan eerste minister
Verhofstadt en aan vice-eerste minister en minister van Begroting
Vande Lanotte en het bevestigt het standpunt dat de CD&V reeds
innam sedert het opstellen van het nieuw strategisch plan. Voor het
nieuw geboren kind is er geen plaats in de herberg want het enige wat
overblijft is een stal met een os en een ezel, maar zonder schapen.
Immers, deze laatste konden, ondanks de vierde glitterende en
schitterende ster aan de hemel, die zo gemakkelijk werd opgepoetst,
de stal niet vinden. Zij moesten dus elders op het droge komen.
Mijnheer de minister, hoe onbevlekt u ook dit kind verwekte, de
natuurlijke vader bent u evenwel niet. Toch moet u het kind opvoeden
en dat schijnt niet bepaald goed te lukken.
Het siert u, mijnheer de minister, dat u luistert. U luistert ook naar de
democratische oppositie en u hoorde het heldere engelengezang.
Onze kritiek die wij naar aanleiding van twee opeenvolgende
begrotingsbesprekingen hebben geuit en na elke aankoop, na iedere
beleidsoptie, is nu de uwe geworden. Inderdaad, er werden te weinig
middelen vrijgemaakt voor het personeel, voor de investeringen, voor
de trainingen, met alle gevolgen van dien op het vlak van een veilige
inzetbaarheid, van onze Europese en internationale
geloofwaardigheid, van onze verbintenissen en niet in het minst op
het vlak van de motivatie en de veiligheid van het personeel.
Toch zijn er geen problemen. Alles is slechts schijn; de hervorming
van het leger en de problematiek van het leger is de allegorie van de
grot, maar dan verplaatst naar het eerste jaar van de 21
ste
eeuw; alles
is slechts schijn en er doen zich geen problemen voor. Volgens de
02.05 Pieter De Crem (CD&V):
Les débats relatifs à l'armée ne
provoquent plus, comme par le
passé, de réactions passionnées
au sein de l'opinion publique et ne
semblent plus susciter l'émoi que
de certains membres du
gouvernement.
Le nouveau plan stratégique du
ministre Flahaut se heurte, en
effet, à l'incompréhension de bon
nombre de ministres. Même si ce
plan n'est pas le fils naturel du
ministre, celui-ci doit pourtant se
charger de son éducation ce qui,
apparemment, ne va pas sans
difficultés.
Dans un courrier adressé au
premier ministre, M. Flahaut décrit
une situation dénoncée depuis
longtemps déjà par le CD&V: les
moyens permettant de financer
tous les éléments du plan
stratégique font défaut. De l'avis
du ministre du Budget, aucun
problème ne devrait se poser
avant 2005. Tous les
engagements pourront, en effet,
être respectés d'ici à cette
échéance, qui correspond, mais
est-ce le fruit du hasard, à celle de
la législature en cours.
La lettre date du 6 novembre. Le
ministre formule des propositions
de portée très limitée et décevante
concernant le renforcement de la
paix dans le cadre des objectifs
d'Helsinki. Les résultats du
sommet de Laeken ont été
décevants.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
minister heeft niet hij, maar zijn collega, minister Vande Lanotte de
zaken opgelost. Hij verzekerde immers dat de afspraken voor de
periode 2000-2005 loyaal zullen worden nagekomen en dat is het
handelsmerk van deze regering. Dat is precies de galvanisatie van uw
departement, mijnheer de minister, met name een en ander beloven
voor een toekomst die deze legislatuurperiode ver overschrijdt,
waardoor u aldus zelf niet verantwoordelijk bent.
De timing van uw brief, 6
november
2001, is eveneens een
interessant gegeven. Volop tijdens het Europees voorzitterschap en in
volle voorbereiding van de conferentie over de verbetering van de
militaire capaciteiten, moet België ook nog de bijdrage vastleggen
voor de Helsinki headline goal.
De minister stelt het volgende voor.
Ten eerste, voor het peace enforcement de vredesoplegging kan
onze landmacht slechts functioneren onder de structuur van de
nationale gemechaniseerde brigade, onder andere omwille van de
veiligheid van onze troepen.
Ten tweede, voor de luchtmacht kan men een beroep doen op twaalf
F-16's, acht C-130's en twee Airbustoestellen, met de verwittiging dat
men met de technische beschikbaarheid moet rekening houden. Wie
weet in sibillijns taalgebruik wat dat wil zeggen?
Ten derde, de marine stelt twee fregatten, zes mijnenjagers en één
commando- en steunschip ter beschikking. Daarbij hoort de
waarschuwing dat deze schepen in principe niet tegelijkertijd worden
ingezet. Men weze dus gewaarschuwd.
Het beeld dat u ophangt van onze troepen zal wellicht met de
werkelijkheid overeenstemmen. Op dat vlak is er misschien geen
schijn, maar benadert u de werkelijkheid. Ik wil dat zelfs niet
betwijfelen. U moet toch toegeven dat dit niet alleen zeer
teleurstellend is voor onze Europese partners, maar vooral voor de
mensen die zich dagelijks inzetten om het leger operationeel te
houden.
De operationaliteitsverklaring van de snelle Europese
interventiemacht op de top van Laken is een maat voor niets geweest.
Er is geen akkoord met de NAVO. Verschillende lidstaten twijfelen en
blijven twijfelen en ook de bijdrage van het Belgisch voorzitterschap is
niet fundamenteel omdat de eigen minister van Defensie de
haalbaarheid van de plannen in vraag stelt.
De belangrijkste kritieken op de begroting met betrekking tot het
personeel, de investeringen en de infrastructuur zijn al ten overvloede
in commissievergaderingen aangekaart. Ik zal die niet herhalen, maar
ik merk op dat onze terechte bezorgdheden door de huidige
meerderheid werden gedeeld. Die kritieken hebt u slechts zijdelings,
niet ten gronde, in uw begrotingsdocument verwerkt.
Ik wil in deze periode van het jaar eindigen met een positieve noot en
lanceer daarom een voorstel in verband met het imago van het leger.
Op de zonnewende van 21 december kunnen wij opnieuw met meer
licht de toekomst tegemoet.
Je ne rappellerai pas les
principales critiques formulées à
propos des investissements et du
personnel.
Je terminerai sur une note
positive. Les Flamands sont
pacifistes de nature. Notre
politique étrangère doit être fondée
sur la prévention des conflits, dans
le respect des droits de l'homme.
En cas de crise, il faut intervenir.
La multiplication des missions
internationales est allée de pair
avec la suppression du service
militaire et la création d'une armée
professionnelle. Aux termes des
accords de Petersberg, la future
Force d'intervention rapide
européenne devra accomplir non
seulement des missions
humanitaires, mais encore des
missions d'évacuation, de
maintien ou de rétablissement de
la paix. Dès lors, nous proposons
de transformer le ministère de la
Défense en un ministère de la
Sécurité et de la Coopération, ce
qui serait plus positif en termes
d'image et plus conforme à la
complexité croissante des
missions.
En commission, mon parti a
régulièrement reproché à la
coalition arc-en-ciel de ne pas
faire avancer le dossier. Les
forces armées belges ne
bénéficient pas de l'attention que
méritent nos militaires. Notre pays
se profile de plus en plus
nettement comme le cancre de la
classe OTAN. Les dépenses
consacrées à la Défense sont
encore inférieures à celles de
l'année passée. Seuls le
Luxembourg et l'Espagne viennent
après nous dans le classement. Le
gouvernement s'était engagé à
dégager plus de moyens pour les
investissements et moins pour le
personnel mais les données
recensées par l'OTAN indiquent
que la situation est inverse. Notre
armée éprouve de plus en plus de
difficultés à s'acquitter de ses
missions. Nous n'adopterons pas
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Vlamingen zijn pacifistisch aangelegd. Zij hebben een onderstroom
van pacifisme, vredelievendheid en verantwoordelijkheid. Voor de
christen-democraten blijft dit een correcte basishouding.
Conflictpreventie moet in de eerste plaats een bezorgdheid zijn in de
uitbouw van een buitenlands beleid, gebaseerd op de naleving van de
mensenrechten. Dit betekent nooit dat wij de ernst van vele conflicten
en de mogelijke gevolgen ervan niet correct moeten inschatten. Als
conflictpreventie faalt en de internationale gemeenschap met een
crisissituatie wordt geconfronteerd waarbij alleen militaire middelen
een mogelijke oplossing kunnen bieden, is het belangrijk dat wij deze
keuze op een correcte manier trachten in te schatten en te
aanvaarden.
Wij willen de bevolking daarvan meer bewust maken. De
accentverschuiving in het Belgisch leger van louter defensie naar
meer internationale betrokkenheid gaat gepaard met de opschorting
van de legerdienst en de omvorming van een vrijwilligersleger in een
beroepsleger. Meer en meer komt de nadruk te liggen op
vredesondersteunende operaties in een multinationaal kader. Dit
betekent niet dat bij deze operaties geen enkel gevaar zou bestaan
voor de veiligheid en het leven van de ingezette troepen. De
Petersberg-taken die door de snelle Europese interventiemacht als
deze ooit operationeel wordt zullen worden opgenomen, hebben niet
alleen betrekking op humanitaire operaties, maar behelzen ook de
evacuatie van inwoners, peace-keeping het vredebewarend element
en peace enforcement, waarbij de vrede wordt opgelegd.
Daarom stellen de christen-democraten voor om het ministerie van
Landsverdediging om te vormen tot het ministerie voor Veiligheid en
Samenwerking: veiligheid met betrekking tot de interne en de externe
veiligheid, samenwerking met betrekking tot de nationale en
internationale samenwerking. Deze naamsverandering is voor ons
meer dan symboliek, want naast een duidelijke positieve benadering
van het leger beantwoordt de naam aan de meer complexe en
uitgebreide taak die het leger sinds het einde van de koude oorlog
heeft.
Mijnheer de minister, ten slotte hebben wij in de commissie vaak een
Multatuli-verhaal gebracht. Wij hebben gezegd dat in de voorbije twee
jaar Defensie onder paars-groen geen stap is vooruitgegaan, dat men
in feite een stilstandpolitiek heeft gevoerd onder het mom van een
langetermijnplan dat na zovele legislaturen en zovele ministers en
titularissen van het ambt van Defensie na u, ergens zal moeten
landen. Toch wens ik u te zeggen dat we vaak de slechte leerling van
de klas waren. We zitten sinds vandaag op de ezelsbank met de
ezelsoren aan, want we hebben eens te meer het aureool van slecht
NAVO-lid. Uit cijfers blijkt immers dat we nog minder dan vorig jaar
minder zullen besteden aan defensie. Alleen Luxemburg en Spanje
doen het in Europa slechter.
In mei 2000 heeft de regering bij monde van uzelf, naar aanleiding
van de voorstelling van het strategisch moderniseringsprogramma,
laten verstaan dat men langzaam maar zeker wou en zou evolueren
naar een gezondere verhouding: minder geld voor het personeel en
meer voor de investeringen. De NAVO-statistieken geven aan dat het
weer de tegengestelde richting uitgaat.
U moet zich dan verdedigen als de lone ranger, als de roeper in de
ce budget. Il s'agit pour nous d'une
occasion manquée.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
woestijn, maar weliswaar op de ezelbank, met het argument dat de
berekeningswijze van de NAVO verschilt van de Belgische. We
zouden op dat vlak misschien het principe van de elasticiteit kunnen
toepassen, wat onze fractie bijzonder goed kent. Eén zaak is zeker:
de inspanningen op financieel, materieel, structureel en
infrastructureel vlak voor het Belgisch leger gaan achteruit. Daardoor
kan u de grote roeping van het toekomstige ministerie van Veiligheid
en Samenwerking onmogelijk vervullen.
We zullen u niet steunen in uw begrotingsmaatregelen, zoals we dat
reeds in de commissie hebben aangekondigd.
Ik vind het eens te meer een gemiste kans.
02.06 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, we hebben vandaag via de kranten
kunnen vernemen dat er bij de NAVO nogmaals wordt gepleit voor het
verhogen van het Defensiebudget. We hebben daarnet ook kunnen
horen, in nauwelijks verholen termen, dat verschillende collega's van
de CD&V-oppositie duidelijk pleiten voor een verhoging van het
Defensiebudget.
Sta mij toe te zeggen dat, wanneer collega De Crem verwijst naar de
"stal", ik ook zou durven spreken over de "mesthoop" die men in deze
stal heeft achtergelaten. Misschien is dat een correcte term om deze
zaak te beschrijven.
02.06 Peter Vanhoutte (AGALEV-
ECOLO): Récemment, l'OTAN a
une nouvelle fois préconisé une
augmentation, par ses Etats
membres, des moyens attribués à
la Défense nationale. M. De Crem
vient d'évoquer « l'écurie » de
l'armée belge. Je tiens à faire
remarquer que le ministre Flahaut
y a découvert beaucoup de fumier
du passé...
02.07 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Een Augiasstal!
02.07 Lode Vanoost (AGALEV-
ECOLO): Les écuries d'Augias!
02.08 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Mijns inziens wordt dat
soort problemen, dat bij het leger werd vastgesteld, niet opgelost door
het feit dat men niet investeert, dat de vorige regeringen in de voorbije
jaren op een zeer achteloze manier zijn omgesprongen met wat er in
het leger diende te gebeuren, namelijk een ernstige hervorming van
het leger. Dit soort feiten kunnen niet worden opgelost door er
nogmaals meer geld tegenaan te gooien.
Dit soort zaken lost men alleen maar op door op een ernstige manier
werk te maken van een grondige reorganisatie. Dit soort reorganisatie
kan niet van vandaag op morgen tot stand worden gebracht. Dit
vraagt tijd en geduld. Het vergt tijd om de investeringen te
herschikken met betrekking tot de reorganisatie van het personeel.
Zoiets krijgt men niet van vandaag op morgen rond. Het vergt tijd om
investeringen in materieel op een ordentelijke manier te plannen en
uit te voeren. Grote, belangrijke investeringen onder meer in
transportvliegtuigen of de marine zijn duidelijk vooropgesteld in het
langetermijnplan en zullen worden uitgevoerd. Alleen dit soort
reorganisaties zal leiden tot een gesaneerde defensiestructuur. De
eerste aanzetten zijn gegeven.
Ik wil de kritiek weerleggen die gisteren in NAVO-kringen te horen
viel. Het is niet correct dat we te weinig uitgeven aan defensie. Het is
niet correct dat we te weinig uitgeven aan legeraankopen. Het is wel
correct dat we een erfenis meeslepen. De personeelslast is zeer
hoog. Het is eveneens correct dat heel wat materieel aan vervanging
toe is. De procedures terzake zijn zeer complex. Mensen stappen om
de haverklap naar de Raad van State omdat ze niet akkoord gaan
met de toewijzing van bepaalde aankopen. We moeten, mijns inziens,
02.08 Peter Vanhoutte (AGALEV-
ECOLO): Depuis des années, le
département de la Défense
nationale souffre d'un manque
chronique d'investissements qui
résulte d'une affectation souvent
fort peu rationnelle des moyens.
Des mesures d'assainissement
s'imposent donc, grâce auxquelles
nous pourrons utiliser les moyens
à meilleur escient. Les moyens de
fonctionnement de l'armée ne sont
pas du tout insuffisants mais ils
doivent être utilisés plus
efficacement.
La comparaison entre les
dépenses en matière de défense
et le PNB n'a pas de sens.
Chaque pays opère ses propres
choix en matière de défense.
Avant de mettre sur pied une force
d'intervention rapide, il faut avant
tout axer la politique européenne
de sécurité et de défense sur une
doctrine appropriée.
J'estime que nos troupes au
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
durven na te denken over de manier waarop een efficiënt
aankoopbeleid kan worden georganiseerd, niet alleen voor
Landsverdediging maar voor de hele overheid. Laatste punt in de
discussie of er al dan niet genoeg wordt besteed aan defensie is de
vergelijking met het BNP. Dit is volgens mij een valse vergelijking. We
moeten terzake zeer voorzichtig zijn en mogen geen appelen met
peren vergelijken. Ik geef een voorbeeld. Frankrijk investeert
bijzonder veel middelen in de instandhouding van een atoomparaplu,
in kernwapens en raketten. In dit soort zaken willen wij absoluut niet
investeren. We moeten voorzichtig zijn met het maken van
vergelijkingen.
Ik wens in te gaan op het internationaal aspect van de problematiek.
Wat het Europees veiligheids- en defensiebeleid betreft, wil ik erop
wijzen dat het uitermate belangrijk is dat we niet werken aan de
uitbouw van een snelle interventiemacht maar volgend jaar in de
eerste plaats werk maken van een goede doctrine. Zonder goede
doctrine staan we nergens. Het is belangrijk vooraf te weten wat we
willen en pas daarna onze keuze in de praktijk om te zetten op het
veld. Ik wil eveneens stilstaan bij de inzet van onze troepen in het
buitenland, meer bepaald in de Balkan. U weet dat dit dossier mij
bijzonder na aan het hart ligt. Zelfs als de Verenigde Staten zouden
beslissen hun troepenmacht in deze regio verder te reduceren mijns
inziens geen slechte zaak omdat de Europese aanpak duidelijk
anders is dan de Amerikaanse - hoop ik dat we in de Balkan-regio
aanwezig blijven, niet alleen in Kosovo maar zeker in Macedonië.
Mochten we de NAVO-troepen uit Macedonië terugtrekken en onze
engagementen stopzetten, zal dit onvermijdelijk leiden tot de
ineenstorting van het project dat met veel moeite werd opgebouwd.
We kunnen het ons niet veroorloven om nog vele jaren in deze regio
aanwezig te blijven. Het lijkt me echter geen slecht idee om in het
kader van de activiteiten van het leger in deze regio een
rondetafelconferentie te organiseren om de hele problematiek in kaart
te brengen. Belangrijk daarbij is dat de situatie ook vanuit andere
invalshoeken dan Defensie wordt bekeken. Ik denk meer bepaald aan
Buitenlandse Zaken en Economie. Wellicht kunnen ook nog andere
aspecten worden belicht. We moeten gezamenlijk onderzoeken welke
bijdrage België kan leveren om op lange termijn de stabiliteit in deze
landen te optimaliseren en te verzekeren. Een belangrijke doelstelling
hierbij is de economische heropleving.
Voor mij zijn dit de voornaamste punten. In de bevoegde commissies
werden heel wat andere zaken uitvoerig besproken. Tot slot vestig ik
er nog de aandacht op dat de commissie voor de Legeraankopen
erop rekent dat de investeringen die door omstandigheden het
voorbije jaar een beetje vertraging hebben opgelopen, conform het
investeringsplan zullen worden uitgevoerd en dat wij daarmee het
komende jaar op kruissnelheid zullen kunnen komen.
Kosovo et en Macédoine doivent y
rester, même si les USA
envisagent un retrait partiel. Nous
sommes favorables à
l'organisation d'une table ronde
concernant la stabilisation de la
région, également sur le plan
économique.
Nous souhaitons qu'il soit procédé
aux achats militaires
conformément au plan.
02.09 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, als laatste spreker heb ik natuurlijk niet veel
nieuws meer te vertellen. De heer Spinnewyn heeft de visie van onze
fractie reeds in grote lijnen toegelicht en de heer De Crem heeft een
aantal van onze argumenten prachtig verwoord.
Mijnheer de minister, ik ben er mij van bewust dat u in deze periode
een vrij drukke agenda moet afwerken en dat u nog heel wat werk
02.09 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Depuis quelques années,
nous plaidons en faveur d'une
augmentation du budget de la
Défense qui, depuis un certain
temps, n'utilise pas les moyens
dont elle dispose parce que les
achats programmés sont reportés.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
voor de boeg hebt met de herstructurering van het leger, die
momenteel is verzand in een complete chaos. Op het einde van deze
week sluiten de kazernes en op twee januari moet iedereen weten
waar hij naartoe moet. Ik vraag me af hoe men dit gaat realiseren. Ik
hoop in ieder geval dat u een konijn uit de hoed kunt toveren.
De essentie van dit debat is echter de begroting. Ik ben reeds vier jaar
lid van deze Kamer en elk jaar was er wel iemand die een pleidooi
hield voor het verhogen van het defensiebudget. Ook wij zijn daarvoor
vragende partij. Het wordt echter vervelend een verhoging van de
begroting te vragen wanneer men vaststelt dat het departement
Landsverdediging zijn budget zelfs niet meer kan opsouperen. Ik
neem aan dat u zich daardoor in een moeilijke situatie bevindt: u
vraagt geld dat u blijkbaar niet nodig hebt. Uit de besprekingen in de
commissie is gebleken dat er 2,4 miljard frank over is op een budget
van een kleine honderd miljard frank. Dat wordt problematisch.
Uiteraard moet men geen geld uitgeven om het uit te geven. Een
groot deel van de zogezegde besparingen is echter het gevolg van het
feit dat een aantal geplande aankopen werd uitgesteld. Nochtans
vormde een kleiner maar beter uitgerust leger een van de
basisprincipes van uw plan. Dat kleiner leger zal wel lukken het
sterft vanzelf uit maar wat het beter uitgerust leger betreft wordt mijn
bezorgdheid met de dag groter. Ik meen te hebben begrepen dat uw
bekommering daaromtrent ook toeneemt. De vraag is wat u daaraan
gaat doen. Men moet niet alleen tegenover het personeel zijn beloftes
nakomen. Dat de vrijwilligers reeds een verhoging hebben gekregen
is positief. Een militair, helaas, moet echter ook wapens hebben en
daar wringt het schoentje.
Pleiten voor Defensie is natuurlijk niet populair. We komen stilletjes
aan in een kerstsfeer en ik hoop dat er ooit een dag zal komen dat
een leger niet langer nodig is.
Ik stel echter nog elke dag de noodzaak ervan vast. Momenteel is de
noodzaak zelfs erg groot.
Wij moeten uiteraard op een andere manier over het leger beginnen
nadenken. Dat brengt ons bij de Europese defensie. De jongste
maanden heb ik u daarover enkele malen geïnterpelleerd. Via de
internationale pers - onze eigen pers zwijgt altijd erg zedig - heb ik
vernomen dat die hele Europese defensie een lachertje aan het
worden is. Die lach is dan wel een cynische lach.
Als inwoner van een klein land heb ik altijd gevonden dat wij in elk
geval nood hebben aan een Europese defensie. Het is niet meer van
deze tijd om als klein land een volledig uitgerust leger te bezitten. U
bent ook die mening toegedaan, maar concreet komt er niets van. Bij
de Top van Laken is het schaamlapje echt gevallen. U en ik zullen die
Europese defensie niet meer meemaken. De basis van het
strategisch plan is stilaan aan het wegzakken, zowel wat het
Europese doel als wat de investeringen betreft.
Mijnheer de minister, met uw vraag om uw budget te handhaven heb
ik uiteraard geen probleem. Ik zou u echter wel willen vragen om het
volgende jaar ook eens te gebruiken. U bent immers een ernstig
probleem bij uw personeel aan het creëren, zowel op het vlak van
inzetbaarheid als op het vlak van veiligheid.
Pourtant, le ministre appelait de
ses voeux une armée mieux
équipée et équipée plus
rapidement. Il ne doit pas se
borner à faire des promesses en
matière salariale, il doit aussi
songer aux équipements dont nos
soldats ont besoin.
L'armée reste une nécessité, à
plus forte raison dans le cadre de
la défense européenne. Un petit
pays comme le nôtre en a besoin,
mais le rôle qu'il joue est dérisoire.
Je suis partisan du maintien d'un
budget de la Défense, mais le
ministre doit dépenser les crédits
qui lui sont alloués. Sinon,
l'opérabilité et la sécurité du
personnel risquent d'être remises
en question.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
02.10 Dirk Van der Maelen (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, collega's, hoewel ik niet voorbereid ben, wil ik vandaag
vanop deze tribune uiting geven aan een groeiende bezorgdheid.
Sinds 11 september 2001 stel ik vast dat er onder leiding van de
Verenigde Staten een beweging groeiende is om de versterking van
de militaire capaciteit te beschouwen als de oplossing voor de
problemen. Persoonlijk wil ik daar vraagtekens bij plaatsen. Die door
de Verenigde Staten bewandelde denkrichting houdt niet of
onvoldoende rekening met een correcte analyse van de
gebeurtenissen op 11 september 2001. Ik plaats ook vraagtekens bij
de manier waarop die gebeurtenis de veiligheidsdoctrine, de basis
van de visie van de NAVO en de Verenigde Staten, beïnvloedt.
De veiligheidsdoctrine die de Amerikanen voorstaan, is gebaseerd op
afschrikking en vergelding. Om een geloofwaardige afschrikking te
vormen, moet men over een enorm sterk militair apparaat
beschikken. Dat was altijd de stelling van de Verenigde Staten en de
NAVO. Bij uitstek de Verenigde Staten hebben het principe van de
afschrikking in de praktijk toegepast. Er is geen enkel land ter wereld
dat gedurende de laatste 30 jaar meer geld heeft besteed aan zijn
militair apparaat. Elk jaar opnieuw, en recent ook na
11 september 2001, hebben de Verenigde Staten beslist om hun
militair apparaat nog uit te breiden.
Ik geef de hier aanwezige parlementsleden iets om even over na te
denken. Bewijst 11 september niet in de eerste plaats dat het sterkste
militaire apparaat ter wereld dergelijke vreselijke terroristische
aanslagen niet kan voorkomen? Ik plaats een groot vraagteken bij al
wie nu meeloopt met de Amerikanen en luid verkondigt dat het
militaire apparaat moet worden versterkt.
Ik maak nog een kritische kanttekening. Is het niet mogelijk dat het
sterke militair-industriële apparaat in de Verenigde Staten 11
september gebruikt om
via massale beïnvloeding van de
communicatiekanalen op de geesten van de mensen in te spelen en
iedereen ter wereld ervan te overtuigen dat er meer geld aan militaire
zaken moet worden besteed?
Ook over de vergelding, het tweede principe waarop onze
veiligheidsdoctrine is gebaseerd inderdaad "onze doctrine", want
ook België volgt als lid van de NAVO de Verenigde Staten wil ik een
boodschap meegeven. Iedereen steunt dit, ook de CD&V, mijnheer
Leterme, al hebt u misschien niet goed geluisterd naar mijn inleiding
terwijl u de krant las. Vooraleer we blindelings doen wat de Verenigde
Staten willen vele extra miljarden voor het militaire apparaat
uittrekken vraag ik iedereen in eer en geweten na te gaan of dit wel
een goed idee is. Gezien de veiligheidsdoctrine en de twee
kernprincipes ervan, afschrikking en vergelding, is dat volgens mij
geen goed idee.
Enerzijds is er de afschrikking. Het moge wel duidelijk zijn dat het
sterkste militaire apparaat ons niet kan beschermen tegen
terroristische aanslagen. Ik vind dat we daar eens met z'n allen over
moeten nadenken. Anderzijds is er de vergelding. De
veiligheidsdoctrine van de NAVO zegt dat, als de ene of de andere
onverlaat toch toeslaat, deze er zeker van mag zijn dat hij met
kernkoppen zal worden bestookt. Wie echter rustig nadenkt moet
02.10 Dirk Van der Maelen
(SP.A): Je tiens à exprimer ici
l'inquiétude croissante qu'inspire la
teneur récente des discussions sur
les questions militaires. Depuis le
11 septembre, on assiste
manifestement à l'émergence
d'une "doctrine" selon laquelle,
sous la pression des Etats-Unis, le
renforcement des capacités
militaires constitue le meilleur
moyen de faire face aux menaces.
Je m'interroge car cette théorie se
fonde sur des conclusions
biaisées tirées des événements du
11 septembre.
La doctrine militaire de l'OTAN a
toujours été fondée sur les
principes de la dissuasion et des
représailles. Pour être efficace,
une politique de dissuasion
suppose un appareil militaire
développé. Les Etats-Unis ont
poussé ce principe à l'extrême: ils
ont développé une armée très
puissante. Mais les événements
du 11 septembre ne démontrent-
ils pas plutôt que le pays qui
dispose de l'armée la plus
puissante du monde est
également exposé aux attaques
terroristes?
Je me demande si le puissant
appareil militaro-industriel
américain n'invoque pas les
événements du 11 septembre
pour justifier le renforcement des
moyens militaires. A la lumière des
deux principes fondamentaux que
sont la dissuasion et la rétorsion,
les USA semblent avoir fait le
mauvais choix.
La rétorsion fait partie des
principes de l'OTAN. Toutefois,
elle doit avoir un objet. Il est, en
effet, difficile de frapper des
organisations terroristes telles que
Al Qaeda, en Afghanistan. Ce
réseau serait actif dans 60 pays.
Va-t-on encore bombarder les 59
autres pays?
Il faut donc définir une autre
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
naar aanleiding van 11 september toch tot de conclusie komen dat er
één probleem is: wie wil vergelden, moet over het adres van de dader
beschikken.
Nu blijken terroristische organisaties als Al-Qaeda die ik totaal afwijs
goed te functioneren zonder enig adres, zodat het moeilijk is om ze
te raken. Laat er geen twijfel over bestaan, ik hoop dat de militaire
interventie in Afghanistan op zijn minst leidt tot de uitschakeling van
Al-Qaeda in dat land. Tot op heden heeft het echter alleen geleid en
daar ben ik blij om tot de omverwerping van het Taliban-regime.
Wie stelt dat de massale militaire interventie in Afghanistan het
probleem van de terroristische netwerken oplost, ziet de werkelijkheid
niet onder ogen. De verslagen maken duidelijk dat het Al-Qaeda-
netwerk in zestig landen aanwezig is. We hebben er nu één
gebombardeerd. Gaan we die negenenvijftig andere landen nu ook
bombarderen?
Samengevat denk ik dat we in de eerste plaats nood hebben aan een
andere veiligheidsdoctrine en in de tweede plaats aan een andere,
niet-militaire aanpak, al wil dat niet zeggen dat we geen militair
apparaat nodig hebben.
Ik som daar enkele elementen van op. Ik denk, ten eerste, dat we
harder dan ooit moeten ijveren voor de installatie van het
Internationaal Strafgerechtshof. Ten tweede hebben we nood aan een
verbetering van het juridisch internationaal dispositief tegen het
terrorisme en aan een VN-agentschap dat strijd voert tegen het
terrorisme. Ten derde moeten we de financiering van die netwerken
en de illegale wapenhandel bestrijden en moeten de conventies tegen
chemische en biologische wapens worden verfijnd. Ten vierde moet
Europa proberen snel in te grijpen - op dat punt botsen we volgens mij
met de Verenigde Staten - in het conflict in het Midden-Oosten en
streven naar een actievere samenwerking met de Arabische landen.
Ten vijfde is er behoefte aan een beter instrumentarium ter bestrijding
van conflicten.
Collega's, ik doe een oproep aan iedereen om zich toch even te
bezinnen alvorens we blind achter de Verenigde Staten aanhollen en
het militaire apparaat versterken, zoals dat nu door sommigen wordt
gevraagd. Met de middelen die nu besteed worden aan
Landsverdediging, mag het geen probleem vormen om over te
schakelen van een defensie zoals tijdens de Koude Oorlog naar een
nieuw militair apparaat, dat een antwoord geeft op de actuele noden.
doctrine de sécurité et une autre
approche. Je songe à une Cour
pénale internationale, à un arsenal
juridique international, à une
Agence internationale contre le
terrorisme, à la lutte contre le
financement du terrorisme et
contre le trafic d'armes illégal, à
l'élaboration d'une convention en
matière d'armes chimiques et
biologiques, à la gestion du conflit
au Moyen Orient, à la collaboration
avec les pays arabes et à
l'instauration de mesures plus
efficaces pour prévenir les conflits.
Je vous demande à tous de bien
réfléchir avant suivre aveuglément
les Etats-Unis et de renforcer ainsi
notre appareil militaire. Certains se
livrent en effet à un vibrant
plaidoyer en ce sens.
02.11 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Van der Maelen,
ik heb uw uiteenzetting gevolgd en het zal u wellicht verbazen, maar ik
kan uw redenering voor een groot deel bijtreden. Ik kom uit de, zoals
u weet pacifistische, Vlaamse Beweging en ik ben het met u eens dat
vergelding niet altijd de juiste manier van handelen is. Ik dacht echter
dat we de begroting bespraken. Wat zijn dan uw conclusies in
verband met onderhavige begroting? Daar zwijgt u over.
02.11 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Je peux suivre ce
raisonnement: le mouvement
flamand, dont je suis issu, a
toujours été d'inspiration pacifiste.
Que pense M. Van der Maelen du
budget dont nous discutons
aujourd'hui?
02.12 Dirk Van der Maelen (SP.A): Dat is een goede vraag, mijnheer
Sevenhans; ik was net van plan dat onderwerp aan te snijden. Mijns
inziens is het met de Belgische begroting en met wat de Europese
landen besteden aan defensie, mogelijk om, zonder te raken aan de
budgettaire middelen, een antwoord te geven op de nieuwe
02.12 Dirk Van der Maelen
(SP.A): Le budget prévu par notre
pays pour la Défense et cela
vaut également dans une large
mesure pour la majorité des Etats
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
uitdagingen. Dat kan echter enkel indien men bereid is om te
schuiven met de middelen. Middelen die vroeger aangewend werden
in een defensieconcept dat gericht was op de verdediging van België
en Europa tegen een aanval van tanks, komende van de West-Duitse
laagvlakte, kunnen nu worden ingezet om de nieuwe uitdagingen aan
te gaan. Mijn standpunt inzake de begroting is dat we niet méér
hoeven uit te geven aan Defensie. Immers, door de Europese
integratie ik besef wel dat sommigen erop staan om in de 15
Europese landen 15 grotendeels afzonderlijke legers te handhaven ,
een nauwere samenwerking en gemeenschappelijke aankopen, is het
mogelijk om besparingen te doen op het vlak van Defensie. Die
besparingen kunnen op hun beurt leiden tot financiering van de
nieuwe noden en problemen die zich voordoen.
membres européens de l'OTAN
permet parfaitement à notre
armée de s'acquitter de ses
missions, à condition que nous
soyons disposés à revoir le
fonctionnement de l'armée et à
procéder à un certain nombre
d'aménagements pour faire face
aux nouveaux défis. Il est tout a
fait possible de réaliser des
économies et de réorienter les
moyens en fonction de la nouvelle
mission de nos forces armées.
02.13 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, mesdames,
messieurs, tout d'abord, je voudrais remercier Mme Minne pour son
rapport et ensuite, la rassurer quant à la soi-disant manifestation de
militaires devant la colonne du Congrès. Il s'agit tout simplement
d'une cérémonie prévue de longue date pour la commémoration de la
bataille de l'Yser.
Je voudrais indiquer ce qui a guidé la façon dont j'ai travaillé. J'ai dit
ce que j'allais faire et j'ai fait ce que j'avais dit. J'ai tenu mes
promesses, notamment à l'égard du personnel et je m'efforce toujours
de travailler avec beaucoup de réalisme et de pragmatisme.
Je n'ai pas eu le plaisir de connaître directement ou personnellement
les réformes précédentes. Par conséquent, je m'emploie à finaliser le
mieux possible celles que j'ai initiées. Je n'ai jamais dit que la réforme
actuelle ferait date dans l'histoire. Elle part d'un héritage existant et
lourd à porter: lenteur des procédures, problèmes de recrutement,
structure très complexe, etc. C'est l'ensemble de cette structure que
nous voulons modifier et certainement pas en visant une recherche
permanente d'images ou de popularité. Ce qui m'intéresse, c'est de
finaliser le projet.
Je crois pouvoir dire que cette réforme est avant-gardiste dans le
contexte européen et que beaucoup d'autres pays devront parvenir à
restructurer leur armée comme nous l'avons fait, simplement parce
que nous passons d'une armée de circonscription à une armée
professionnelle. Nous sommes une armée comme nous sommes une
entreprise.
Cette réforme est également différente, parce que j'ai voulu un suivi
politique constant. La décision politique n'a pas été prise pour laisser
ensuite les militaires se débrouiller. Un suivi a été assuré. Nous avons
travaillé avec eux à cette réforme et je tiens à rappeler que plus de
800 militaires ont travaillé pendant un an et demi afin de mettre les
décisions en place.
Je ne suis pas d'accord avec M. Sevenhans, ce n'est pas le chaos!
Les équipes se mettent en place. Elles seront opérationnelles le 2 ou
le 3 janvier prochain.
En tout cas, il n'y a pas de guérilla, car j'ai tenu à ce contact
permanent entre le politique et les militaires. Pour que les militaires
éprouvent de la motivation, il fallait qu'ils travaillent eux-mêmes à la
réforme. D'ailleurs, ce sera la plupart d'entre eux qui se retrouveront,
02.13 Minister André Flahaut: Ik
heb gezegd wat ik ging doen, en
wat ik gezegd heb, heb ik ook
gedaan. Ik heb mijn beloften
jegens het personeel gehouden en
tracht op zeer pragmatische wijze
en met realiteitszin te werk te
gaan.
Ik heb nooit beweerd dat de
huidige hervorming een
historische hervorming was. De
erfenis van mijn voorgangers was
weliswaar een zwaar kruis om te
dragen, maar onze hervorming is
een heuse avant-gardistische
hervorming, want wij zullen
eindelijk een beroepsleger
hebben.
Gedurende zo'n anderhalf jaar
hebben ongeveer 800 militairen
aan die hervorming gewerkt. Door
met de militairen samen te werken
heb ik voor een politieke follow-up
van de zaak willen zorgen, en er is
geen sprake van chaos, zoals de
heer Sevenhans beweert. Er is
helemaal geen guerrilla! Ons
defensieapparaat zal morgen
worden geleid door gemotiveerde
mensen. We hebben de goede
dingen uit de vorige hervormingen
overgenomen en een aantal
anachronismen willen uitroeien.
Poelkapelle krijgt dubbel zoveel
installaties. Er zijn inderdaad te
weinig jongeren bij het leger, en
vooral te weinig jonge Vlamingen.
Wij proberen meer mensen te
rekruteren, door betere lonen te
bieden. We beschikken nu over
een structureel krediet van 1,4
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
demain, à la tête des principales sections et départements de la
défense.
Par ailleurs, nous n'avons pas voulu travailler en dents de scie. Il
importe de travailler en continuité et de retenir les aspects positifs des
réformes précédentes. Pourquoi balayer d'un revers de la main ce qui
a été correctement effectué sous les précédents gouvernements?
Nous avons gardé les éléments positifs à nos yeux en voulant mettre
un terme définitif à certaines idées qui vagabondaient depuis
longtemps à propos du retrait des Forces belges d'Allemagne. Il faut
bien se décider un jour. Nous sommes en Europe et devons
supprimer cet anachronisme, selon lequel nous serions toujours
présents en Allemagne. Nous en avons pris la décision. Nous l'avons
mise à exécution. Un plan social est prévu pour accompagner ce
retrait et donner satisfaction à la toute grande majorité des personnes
concernées.
De la même façon, des engagements ont été pris pour Poelkapelle.
Les installations temporaires font actuellement du bon travail et nous
avons décidé de multiplier par deux les installations de Poelkappelle
pour accélérer le traitement des armes et munitions non explosées.
Le problème, c'est que nous en trouvons de plus en plus et de plus en
plus régulièrement et en masse. En effet, la dernière découverte était
encore importante. J'admets qu'il y a trop peu de jeunes et de jeunes
Flamands qui s'inscrivent à l'armée. Nos efforts tendent à améliorer le
recrutement.
Le problème est que les rémunérations sont encore insuffisantes,
même si j'ai mis un point d'honneur à renouer un dialogue social.
Ainsi, pour la première fois dans le département, un accord sectoriel a
été conclu, dont la première phase a été exécutée pour ceux qui
gagnaient le moins. J'estimais en effet que c'était eux qui devaient en
bénéficier en premier lieu. Les autres étapes suivent, puisque les
négociations ont commencé avec les sous-officiers. Il faut cet accord
sectoriel issu du dialogue social, tout comme il faut des primes
adaptées pour les gens qui prennent des risques.
Et je vous rassure: l'enveloppe de 1,4 milliard qui était prévue à cet
effet est devenue structurelle. De même, les 600 millions par an
pendant quatre ans nous permettent de revoir les indemnités de
vêtements, chose qui était aussi attendue depuis très longtemps. En
effet, les nombreux volontaires qui me remercient aujourd'hui me
rappellent qu'ils attendent cette revalorisation depuis les années '70.
Celle-ci leur avait effectivement souvent été promise, sans qu'elle soit
pour autant exécutée.
La diminution des effectifs se fait de manière progressive, ainsi que l'a
dit M. Eeman. Il n'y a donc pas de licenciements et on essaye de
mieux tenir compte des réalités sociales.
En ce qui concerne les implantations, je répète que l'armée est
toujours une institution fédérale. Mais la recherche et les décisions qui
ont été prises l'ont été en fonction de l'opérationnalité. Les quartiers
de Bourg-Léopold, Saives, Eupen et Spa ont été maintenus ouverts,
notamment pour tenir compte du retour des forces belges
d'Allemagne et éviter de créer des problèmes sociaux, qui pouvaient
aisément être résolus de la sorte.
miljard voor die revalorisatie.
Het aantal manschappen zal
geleidelijk worden
teruggeschroefd, zonder ontslagen
en rekening houdend met de
sociale behoeften. Wat de
vestigingsplaatsen betreft, houden
de beslissingen rekening met de
inzetbaarheid en de repatriëring
van de Belgische militairen in
Duitsland.
Ik ben tevreden met de genomen
begrotingsbeslissingen, hoewel ik
net als mijn collega's in de
regering heb moeten bezuinigen.
Wat de toekomst betreft, heb ik bij
de minister van Begroting aan de
alarmbel getrokken en hem erop
gewezen dat de uitvoering van het
herstructureringsplan in het
gedrang dreigt te zullen komen.
De procedures en de
beroepsmogelijkheden zijn van die
aard dat wij sommige van de
mogelijkheden verliezen die tot
onze beschikking worden gesteld.
Ik hoop dat wij tijd zullen kunnen
winnen en het geld beter zullen
besteden dan wij vandaag doen.
De brief is maar een
momentopname. De door de heer
Eeman aangehaalde verhouding
50-25-25 is een verhouding
waarnaar wij moeten streven.
Wij verbinden ons ertoe te doen
wat in onze mogelijkheden ligt en
als dat mogelijk is, zullen wij een
C-130 voor humanitaire
opdrachten ter beschikking stellen.
Wij zullen
ondersteuningsopdrachten
uitvoeren. Wij hebben ingestaan
voor de coördinatie van de zes C-
130-toestellen. Het betreft een
concrete humanitaire operatie die
tot doel heeft het materiaal ter
plaatse te brengen.
Wij stellen ter beschikking wat wij
kunnen en houden het niet enkel
bij beloften. Tijdens het Europees
voorzitterschap hebben wij onze
doelstellingen bereikt. De
instrumenten van de Europese
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
Le budget. J'ai dit et je répète que je peux m'accommoder des
décisions qui ont été prises dans le cadre du budget, dans la mesure
où quand il s'est agi d'obtenir une augmentation du budget ou son
indexation, je me suis réjoui de ce que le département de la Défense
soit traité comme les autres départements. A partir du moment où on
impose des efforts aux autres départements, il serait malvenu que je
demande un traitement privilégié pour celui que je gère. Par ailleurs,
je répète que l'enveloppe de 1,4 milliard est devenue structurelle. Et
enfin, j'ai reçu des assurances selon lesquelles, si nous devions
prendre des décisions dans le cadre de la guerre en Afghanistan ou
ailleurs, des augmentations de crédit me seraient accordées.
Pour le futur, j'ai un peu tiré le signal d'alarme; c'est mon boulot,
comme celui de chacun des membres du gouvernement. J'ai en effet
dû sensibiliser si tant est que cela soit nécessaire le ministre du
Budget et le premier ministre au fait qu'il ne faut pas mettre en péril le
plan de modernisation en prenant des décisions qui viseraient à
réduire d'une façon trop important le budget de la Défense.
Cela dit, M. Sevenhans a raison sur un point: les procédures sont
terriblement longues de nos jours et les recours multiples. C'est
tellement vrai que des entreprises introduisent des recours avant que
les dossiers ne soient signés. Ces lourdeurs ont pour conséquence
que nous perdons une partie des moyens qui sont mis à notre
disposition. C'est tout à fait anormal et j'espère que la réforme de
l'armée la structure unique aboutira à la limitation du nombre
d'intermédiaires. Cela nous fera gagner et du temps et de l'argent. De
plus, nous travaillerons de manière plus efficace; on dépensera mieux
qu'on ne le fait aujourd'hui parce qu'on veillera à inscrire nos
dépenses dans un cadre plus européen. C'est ce qui se passe déjà
avec l'avion de transport.
La lettre évoquée n'est pas l'expression d'un mécontentement. C'est
simplement la photographie d'une situation à un moment donné, qui
sera à même de sensibiliser ceux qui doivent l'être dans le premier
chef au sein du gouvernement.
Monsieur Eeman, nous devons tendre vers un rapport équivalent à
50% pour le personnel, 25% pour les investissements et 25% pour le
fonctionnement. Les investissements actuels comme par exemple
pour le A400M, l'avion de transport, le navire de transport Helios, les
véhicules de reconnaissance, l'amélioration du Cup CMT, la
modernisation des frégates, sont importants. On n'a jamais investi
autant en matière de défense qu'aujourd'hui, mais cela produit des
effets à long terme. Si on décide d'acheter des avions A400M, on ne
va pas débourser 48 milliards immédiatement, cela va s'étaler dans le
temps, de même que cela s'étale pour la fourniture des appareils.
En ce qui concerne nos engagements vis-à-vis de l'extérieur, notre
attitude est simple. Nous nous engageons à faire ce que nous
sommes capables de faire compte tenu des moyens budgétaires dont
nous disposons, et afin de ne pas mettre en péril la sécurité des
hommes et des femmes que nous engageons. C'est une directive que
nous nous sommes fixée et qui est valable tant pour le Kosovo, que
pour la Bosnie, que demain peut-être pour l'Afghanistan. Nous ferons
tout notre possible. Nous mettrons à disposition un C-130 pour faire
de l'humanitaire, un ou plusieurs C-130 ou Airbus pour transporter les
troupes et le matériel. Par ailleurs, nous avons exprimé très
defensie zijn verbeterd. De
termijnen worden nageleefd en het
proces kon worden versneld. De
NAVO moet zijn optreden en de
investeringen die zij doet herzien;
wij hebben ook een eigen
benadering. Wat de kritiek op de
uitgaven betreft, volstaat het mijns
inziens om twee cijfers te citeren.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
nettement notre incapacité à envoyer 450 personnes sur le territoire
afghan, comme souhaité. Nous allons donc nous contenter de
soutenir la coalition internationale.
En ce qui concerne l'état actuel des choses, le C-130 a fait une
première livraison, les 6 C-130 dont nous avons assuré la
coordination avec la Norvège, les Pays-Bas et l'Espagne sont arrivés
au Tadjikistan, à Douchanbe. Un avion humanitaire partira pour
arriver à Islamabad le jour de Noël. Nous faisons de l'humanitaire
concret. Nous apportons le soutien logistique qui va permettre
l'acheminement du matériel. Les tâches sont réparties entre les
militaires et l'humanitaire. Nous faisons ce que nous pouvons, sans
rouler des mécaniques, nous ne nous contentons pas de faire des
promesses.
En ce qui concerne la présidence européenne, des objectifs ont été
fixés, et je crois qu'ils ont été atteints. Les dossiers "opinion publique"
et "santé" ont été placés au centre des préoccupations. On a déclaré
que la défense européenne était opérationnelle. On a mis en place les
instruments relatifs à cette défense européenne. Nous étions sur le
point d'aboutir à un accord entre la Grèce et la Turquie, les Espagnols
y arriveront très certainement. Nous respectons les délais. Nous
avons contribué à accélérer le processus de défense européenne
avec la conférence des capacités sur les aspects quantitatifs,
qualitatifs et avec un plan visant à combler toutes les lacunes, une
méthode de travail qui n'existait pas encore jusqu'à présent.
Si l'Europe est en construction, monsieur Van der Maelen, l'OTAN et
les autres instruments doivent repenser leur mode de fonctionnement
compte tenu des événements du 11 septembre dernier. J'ai signalé
ceci à mes collègues européens et à mes collègues de l'OTAN.
L'OTAN doit revoir sa
façon d'agir et ses recommandations
d'investissement.
Quelle que soit la position des Etats-Unis, en tant qu'alliés, si petits
sommes-nous, nous avons la nôtre, notre autonomie ainsi que notre
souveraineté. Si nous avons marqué notre solidarité dans le cadre de
l'article 5 de la charte "OTAN", nous devrons initier une décision et un
débat politiques afin de répondre à un éventuel appel à l'OTAN pour
des frappes, ce qui ne sera vraisemblablement pas le cas car les
Etats-Unis peuvent très bien prendre la décision seuls. C'est la réalité
d'une alliance dans laquelle nous sommes inclus et qui pourra
survivre au siècle nouveau si elle prend le temps et le soin de réfléchir
à son devenir, de s'adapter et de se moderniser en tenant compte de
la menace.
Les critiques faites au sujet des dépenses de la Défense sont
réitérées chaque année.
02.14 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, sta
me toe u even te onderbreken, vooraleer mijn repliek uit mijn
geheugen glipt.
Zonet hoorde ik u spreken over het personeelsbeleid. Gisteren had ik
het genoegen met een aantal hogere officieren te praten. Geen van
hen wist wat er op 2 januari 2002 zou gebeuren. Ik heb dus sterke
twijfels bij uw uitspraak dat u alles onder controle hebt. Ik vind dat u
geen goed personeelsbeleid voert. Het personeelsbeleid wordt
02.14 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Le ministre affirme que la
question de la politique du
personnel est réglée. Hier, j'ai
rencontré un certain nombre
d'officiers supérieurs qui m'ont
affirmé qu'ils ignoraient encore
leur affectation au 2 janvier
prochain. La gestion du personnel
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
momenteel gecentraliseerd in Neder-Over-Heembeek en dat is goed.
Daar is echter telefoon noch fax en er wordt als het ware met
postduiven gewerkt. Moet dat nog helemaal in orde komen vóór
2 januari 2002?
Ik volg u in uw betoog en ik geef toe dat u inderdaad inspanningen
levert. Het personeelsbeleid is momenteel echter het hete hangijzer.
De rest is voer voor een interessante uiteenzetting. Uw departement
moet binnen de week het concrete probleem van het
personeelsbeleid oplossen. Kunt u daarover wat meer zeggen in de
plaats van algemene beschouwingen te geven?
serait centralisée à Neder-over-
Heembeek. Or, les locaux ne sont
pas encore équipés du téléphone
ni du fax!. Comment le ministre
pense-t-il pouvoir régler ce
problème dans le délai d'une
semaine?
02.15 André Flahaut, ministre: Monsieur Sevenhans, concernant
l'exemple de cet officier que vous rencontrez, il doit être bien mal
dans sa peau au sein de l'armée. Ceux pour lesquels c'est le cas
n'ont qu'à formuler, lors de la modernisation, leur demande de mise
en disponibilité que je leur accorderai avec beaucoup de plaisir. Il y a
toujours des personnes qui ne veulent pas évoluer lors d'une
modernisation. Il y en a toujours pour considérer que le siège, sur
lequel ils sont assis, est mal fixé ou que le téléphone fonctionne mal.
Evoluer, c'est aussi progresser. Je m'engage dans une réforme
progressive de la défense. Envoyez-moi cet officier et je
l'accompagnerai sur le terrain.
02.15 Minister André Flahaut: U
haalt steeds hetzelfde voorbeeld
aan. Die officier moet zich niet
goed in zijn vel voelen. Als hij een
aanvraag indient om op non-actief
te worden gesteld zal ik hem dat
graag toestaan.
02.16 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, wij
mogen er geen karikatuur van maken. Er zijn er wellicht ook andere,
maar ik spreek over gemotiveerde officieren die vandaag niet weten
wat zij op 2 januari 2002 zullen doen. Volgens mij is dat geen ernstig
personeelsbeleid. Dat duidt erop dat u problemen hebt met uw
herstructurering. Die uitspraak komt niet van mensen met een degout,
hoewel die wel bestaan.
02.16 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Le ministre rend compte
de mon observation en termes
caricaturaux. Je m'intéressais
effectivement au sort d'officiers
motivés qui n'ont toujours pas été
informés de l'affectation et des
missions qui leurs seront
assignées le 2 janvier prochain.
Voilà qui ne témoigne guère d'une
gestion des ressources humaines
digne de ce nom!
02.17 André Flahaut, ministre: La façon dont le personnel est géré
est novatrice aujourd'hui ce qui met certaines personnes mal à l'aise.
Mais il n'y a rien à faire: c'est cela la modernisation. Si l'armée ne se
modernise pas, elle devra faire face à de gros problèmes dans le
futur.
Au sujet des critiques que l'on nous adresse au niveau de l'OTAN de
ne pas en faire assez, je citerai deux chiffres issus de "NATO
CONFIDENTIAL" et diffusés hier. En ce qui concerne la part de forces
déployées au Kosovo et en Bosnie par rapport à la population, la
Norvège obtient les meilleurs résultats et la Belgique est en sixième
position sur dix-neuf pays.
Les forces déployées représentent 2,5% de notre armée en opération
à l'extérieur alors que la Norvège est à 4%. Les Etats-Unis sont à
0,727%. Nous faisons l'effort que nous pouvons faire dans le cadre de
la solidarité "OTAN" et dans le cadre de l'Europe.
L'Europe se constituera une défense européenne. C'est le nouveau
cadre dans le quel nous devons travailler et notre réforme s'inscrit
dans la dimension européenne de l'avenir.
02.17 Minister André Flahaut: Het
leger moet op een modernere
leest worden geschoeid. Dan kom
ik terug tot de cijfers. Wat de in
Kosovo geleverde inspanningen
betreft, bekleedt ons land de
zesde plaats op een totaal van 19
landen en onze strijdkrachten in
het buitenland maken 2,5% uit van
het totaal aantal militairen die in
het buitenland actief zijn.
Noorwegen, dat de rangschikking
aanvoert, haalt een cijfer van 4%
en de Verenigde Staten 0,727%.
De Europese eenwording komt er.
Er zal een Europese defensie tot
stand komen en dat is het kader
waarbinnen wij zullen moeten
werken en in hetwelk onze
hervorming moet worden ingepast.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
02.18 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de minister, u bent al snel
van de tribune afgestapt, maar ik wil toch nog enkele zaken aanhalen
bij de afronding van deze bespreking.
Ten eerste, u hebt grootse zaken aangekondigd in verband met het
probleem van het Europees voorzitterschap. U hebt echter niets
gezegd over de concrete resultaten waartoe dat Europees
voorzitterschap heeft geleid. De Europese Defensiegemeenschap
moest voortvloeien uit de Top van Tampere en moest tijdens het
Belgisch voorzitterschap landen. Uiteindelijk zijn er slechts een aantal
erg algemene aanbevelingen geformuleerd die op niets zullen
uitlopen.
Ten tweede, vice-eerste minister Louis Michel deed enkele bijzonder
interessante uitspraken op zaterdag 15 december, de zaterdag van
de Top van Laken. Hij sprak onder andere over de Afghanistan-macht
waarin hij zich met de hem kenmerkende drive eens te meer verder
had geëngageerd dan de rest van de aanwezigen. Hoe heeft u zijn
demarche geproefd? Welke concrete afspraak bestaat er nu over die
Afghanistan-macht? Welke is onze mogelijke of toekomstige
deelname daaraan? Daarover heerst een erg sibillijns taalgebruik dat
in de Top van Laken niet naar voren is gekomen.
Mijnheer de minister, ten derde is er één aspect dat in de planning
voor de lange termijn niet is ingeschreven en dus casu quo ook niet in
de begroting, namelijk de specialisatie van onze vier machten,
tenminste als we de medische dienst als vierde macht beschouwen. U
kunt zich hieraan niet onttrekken. In het voorjaar zullen we zelf met
een voorstel komen omtrent de specialisatie.
Tot slot blijft er nog een zwaard van Damocles boven uw weinige
hervormingsplannen hangen ik doe in dat verband trouwens een
oproep tot alle Vlaamse partijen, zowel uit de meerderheid als uit de
oppositie , met name de precaire problematiek van de 60/40-
taalverhouding. Ik weet dat u kippenvel krijgt als over de 60/40-
verhouding in het leger wordt gesproken, maar die verhouding is een
ongeschreven wet. U zult zich niet kunnen onttrekken aan onze vraag
om daarover te waken, zowel bij de aanwervingen van de voorbije
jaren als in de plannen die u hebt. Wij staan op de handhaving van de
60/40-verhouding en zullen niet dulden dat daaraan wordt getornd,
anders gaat het allerlaatste evenwicht in ons land voor de bijl.
02.18 Pieter De Crem (CD&V): Le
ministre n'a rien dit sur les
résultats de la présidence
européenne qui a débouché sur
une série de recommandations
concrètes.
Quelle est son attitude face aux
déclarations faites par M. Louis
Michel à l'occasion du sommet de
Laeken à propos de l'envoi d'une
force d'intervention en
Afghanistan? Quels accords
concrets ont-ils été conclus à
propos de la participation
éventuelle de la Belgique à une
telle mission?
Le ministre est également resté
silencieux à propos de la
spécialisation des forces terrestre,
aérienne et navale, auxquelles il
convient d'ajouter le service
médical, à propos de laquelle nous
déposerons une proposition.
Le rapport 60-40 entre
néerlandophones et francophones
au sein de l'armée est une
obligation ancrée dans la coutume
et nous ne tolérerons pas qu'il y
soit dérogé dans le cadre de
nouveaux recrutements.
02.19 De voorzitter: Mijnheer de minister, u hebt al geantwoord,
maar misschien wenst u nog een korte repliek te geven?
02.20 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, au sujet de la
dernière remarque, je n'ai absolument pas la chair de poule. Le
rapport prévu par la loi a été envoyé aux présidents des assemblées.
Vous pourrez constater que la proportion 60/40 est respectée à
l'intérieur de l'armée, même si ce n'est pas une loi écrite et si on doit
parfois laisser sur le quai des gens qui voudraient s'engager parce
que, dans l'autre bus, la moitié des places est encore libre. C'est ainsi
et on ne peut rien y changer.
Deuxième remarque, je voudrais attirer l'attention sur le fait qu'en
désignant les responsables de la structure unique, j'ai également
veillé non seulement à respecter un équilibre entre les différentes
02.20 Minister André Flahaut: De
60/40-verhouding wordt in het
leger in acht genomen. Ik heb erop
toegezien dat een zeker
taalevenwicht wordt toegepast en
dat rekening wordt gehouden met
het burgerpersoneel. Een aantal
staven die elkaar overlapten, wordt
afgeschaft. Voortaan zal er één
personeelsdienst en één financiële
dienst zijn en moeten de
verschillende componenten
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
composantes linguistiques de ce pays, mais aussi à assurer une
place pour le personnel civil puisque le responsable de la human
resource et celui du service juridique sont deux civils, ce qui
représente deux directions importantes.
En ce qui concerne les forces, il n'y a plus d'état-major. C'est le
principe de la réforme. On supprime toute une série d'états-majors qui
faisaient double emploi entre eux. Dans cette armée, il y avait sept
services du personnel, sept services financiers, sept services
juridiques. Aujourd'hui, comme dans toute entreprise moderne, il y
aura un service du personnel, ce qui sera utile pour les mutations du
personnel, un service financier, ce qui permettra sans doute d'y voir
plus clair dans la structure financière du département. Il y aura un
service pour la material resource, ce qui permettra de mener une
politique d'achats un peu plus efficace et plus performante,
notamment pour les investissements. Il y aura donc des composantes
qui seront forcées, sous le commandant opérationnel, de travailler
ensemble plus qu'auparavant. Quand je suis arrivé, la force médicale
achetait ses grues, la force terrestre achetait ses grues, la force
aérienne achetait ses grues. Tout le monde achetait de son côté, on
perdait du temps, on perdait de l'argent et on perdait surtout en
efficacité. Demain, on travaillera différemment.
En ce qui concerne la présence en Afghanistan et ce qui s'est passé
ce week-end, je commencerai par vous dire qu'on ne peut pas
reprocher à M. Michel d'être enthousiaste. C'est une de ses qualités
premières. Il est volontariste, il l'a toujours été. Je le connais depuis
très longtemps et c'est bien ainsi. C'est peut-être la raison pour
laquelle nous nous entendons bien. Cela étant dit, M. Michel a
constaté qu'il y avait unanimité au sein des ministres européens pour
participer à une force qui serait créée après une décision du Conseil
de sécurité des Nations unies, force dont le leadership serait assuré
par les Anglais. Les Anglais ont adressé cette demande à tous les
alliés, avant la réunion de Laeken. Il y a eu cette annonce et ce
constat de l'unanimité européenne pour participer à une force de ce
type. Après la décision qui sera prise demain par le Conseil de
sécurité, la direction sera sans doute confiée aux Anglais. Comment
allons-nous nous engager? Très simplement, pour le transport, soit
de troupes, soit de matériel, ou encore pour le transport humanitaire.
Nous mettrons des Airbus ou des C-130 à la disposition du
commandement de cette force pour assurer les transports. Une
proposition d'antenne médicale est également formulée. Voilà les
deux actions concrètes dans lesquelles nous pouvons nous engager.
Dans quelle mesure? Les Anglais n'ont pas encore formulé de
demande mais je puis vous garantir qu'ils sont heureux que nous
proposions nos services pour le transport. Je présenterai le document
au gouvernement en indiquant les coûts de l'opération parce que le
déploiement d'un C-130 sur le théâtre des opérations représente 40
millions par mois, il faut le savoir. Comme pour l'humanitaire, il faut en
connaître le coût. Le ministre du Budget qui est parmi nous ne me
contredira pas.
samenwerken.
Wat onze aanwezigheid in
Afghanistan en de gebeurtenissen
van het voorbije weekeinde betreft,
kan men de heer Michel moeilijk
zijn optimisme en vastberadenheid
verwijten. Dat ligt nu eenmaal in
zijn aard! Hij heeft vastgesteld dat
de Europese ministers eenparig
bereid waren aan een
troepenmacht onder leiding van
Engeland deel te nemen. Na de
beslissing van de Veiligheidsraad,
zullen wij een aantal Airbussen of
C 130-toestellen ter beschikking
van die troepenmacht stellen om
het vervoer te verzekeren. Over de
mate waarin wij onze
medewerking aan die operatie
zullen verlenen, is nog geen
beslissing genomen. Ik zal het
document aan de regering
voorleggen.
02.21 John Spinnewyn (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, u
hebt uitvoerig geantwoord op de meeste vragen en ik dank u
daarvoor. Ik heb echter nog geen antwoord gekregen op de vraag of u
wilt afstappen van de gemengde kazernes. Is daarvoor plaats
voorzien in uw plan?
02.21 John Spinnewyn (VLAAMS
BLOK): Je n'ai pas obtenu de
réponse à une de mes questions.
Le ministre est-il disposé à
abandonner l'idée des casernes
mixtes?
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
02.22 De voorzitter: Mijnheer de minister, wenst u nog te
antwoorden op deze laatste vraag betreffende de gemengde
kazernes?
02.23 André Flahaut, ministre: Je les maintiens.
02.23 Minister André Flahaut: Ik
behoud ze.
02.24 Le président: "Je maintiendrai"! C'est bien.
La discussion est suspendue.
De bespreking wordt geschorst.
Wetsvoorstel
Proposition de loi
03 Wetsvoorstel van de heer André Schellens c.s. betreffende het vrijwillig in disponibiliteit stellen van
bepaalde militairen in dienst bij de Belgische krijgsmacht in de Bondsrepubliek Duitsland (1386/1 tot
6)
03 Proposition de loi de M. André Schellens et consorts relative à la mise en disponibilité volontaire
de certains militaires en service aux forces belges en République fédérale d'Allemagne (1386/1 à 6)
Algemene bespreking
Discussion générale
De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.
La parole est à Mme Minne qui fera rapport à la place de M. Stef Goris que je vous prie de bien vouloir
excuser pour des raisons d'ordre familial.
03.01 Mirella Minne, rapporteur: Monsieur le président, messieurs
les ministres, chers collègues, cette proposition de loi vise à permettre
à environ 200 militaires en service dans les unités belges stationnées
en Allemagne et qui reviendraient prochainement en Belgique de
pouvoir bénéficier d'une mesure de mise en disponibilité militaire.
Ces militaires appartiennent à trois catégories: officiers, sous-officiers
et volontaires. Ils aimeraient rester en Allemagne avec leur famille. Si
cette proposition de loi est votée, ils ne seront plus obligés de
déménager pour rentrer en Belgique et de redéménager, après leur
mise à la retraite, pour retourner avec leur famille dans le pays où ils
souhaiteraient vivre car ils y sont socialement et familialement
intégrés.
Cette proposition de loi reprend, les adaptant si nécessaire, des
dispositions similaires à celles de la loi du 25 mai 2000 relative à la
mise en disponibilité de certains militaires du cadre actif des Forces
armées.
Le bon fonctionnement de nos Forces armées ne doit pas être
négligé. La date de mise en disponibilité accordée au militaire sera
fixée par l'article 3 de cette loi. Cette mise en disponibilité impliquera
des besoins en personnel en raison des mouvements de troupes
qu'elle suscitera inévitablement.
03.01 Mirella Minne, rapporteur:
Ik breng verslag uit namens de
heer Stef Goris, die niet aanwezig
is.
Met dit wetsvoorstel zouden
ongeveer 200 militairen die bij in
Duitsland gelegerde, Belgische
eenheden in dienst zijn en die
binnenkort naar België zouden
terugkeren, een maatregel van
vrijwillige indisponibiliteitstelling
kunnen genieten. Die militairen
behoren tot de drie categorieën
van militairen: officieren,
onderofficieren en vrijwilligers. Die
militairen zouden op die manier
niet verplicht worden te verhuizen
om naar België terug te keren en
vervolgens opnieuw te verhuizen
om zich met hun gezin te vestigen
in het land waar zij bij hun
oppensioenstelling zouden willen
wonen, omdat ze zich daar sociaal
en familiaal geïntegreerd hebben.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
La position, l'avancement, le traitement, la sécurité sociale, la pension
et l'exercice d'une activité professionnelle du militaire visés par cette
proposition seront également réglés par cette loi.
Peut-être, monsieur le ministre, pourrions-nous y associer les
militaires qui restent en Belgique, qui doivent également déménager
suite à la restructuration, ceci pour autant que nous soyons rassurés
quant au maintien de la fonctionnalité des Forces armées belges et
aux moyens budgétaires.
Nous demandons, monsieur le ministre, que vous veniez nous
présenter une évaluation en janvier, lors d'une réunion de la
commission de la Défense afin de mieux cerner l'enveloppe
budgétaire nécessaire à cette mesure et nous dire si les fonds sont
disponibles.
Nous serions heureux aussi d'entendre le responsable de l'OCASC
afin de mieux apprécier les difficultés sociales que rencontrent les
militaires qui sont dans cette situation.
Vous savez que, comme vous, monsieur le ministre, nous partageons
les préoccupations sociales des militaires.
Je rappelle que cette proposition de loi a été votée à l'unanimité lors
de la dernière réunion de la commission de la Défense nationale.
In dat wetsvoorstel worden
vergelijkbare bepalingen
overgenomen, zij het met de
nodige aanpassingen, uit de wet
van 25 mei 2000 betreffende het in
disponibiliteit stellen van bepaalde
militairen van het actief kader van
de krijgsmacht.
De datum waarop de militairen in
disponibiliteit zullen worden
gesteld, zal worden bepaald
rekening houdend met de
personeelsbehoeften die door die
troepenbeweging onvermijdelijk
zullen worden gecreëerd. De
stand, de bevordering, de wedde,
de sociale zekerheid, het pensioen
en de uitoefening van een
beroepsactiviteit door de bij dit
wetsvoorstel bedoelde militairen
zullen eveneens bij deze wet
worden geregeld. Misschien
kunnen hier de militairen bij
betrokken worden die in België
blijven maar als gevolg van de
herstructurering ook moeten
verhuizen, uiteraard voor zover
men er zeker van is dat de
inzetbaarheid van de Belgische
krijgsmacht gehandhaafd blijft en
een en ander budgettair haalbaar
is. Wij vragen de minister in
januari voor de commissie een
evaluatie toe te lichten, zodat de
voor die maatregel noodzakelijke
begrotingskredieten beter kunnen
worden ingeschat, en ons te
komen vertellen of de fondsen
beschikbaar zijn.
Voorts zouden wij de
verantwoordelijke functionarissen
van de CDSCA willen horen om de
sociale moeilijkheden die de
militairen in die situatie
ondervinden, beter te kunnen
beoordelen. Net als u hebben wij
immers oog voor de sociale
bekommernissen van de
militairen. Het voorstel werd in de
commissie eenparig aangenomen.
03.02 John Spinnewyn (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
wil benadrukken dat dit een goed wetsvoorstel had kunnen zijn. Het
probleem is echter dat het slechts betrekking heeft op een 200-tal
militairen in de BSD. Voor ons moet dit voorstel toepasbaar zijn op
alle militairen die aan de voorwaarden voldoen. Nu wordt er een
03.02 John Spinnewyn (VLAAMS
BLOK): C'aurait pu être une bonne
proposition de loi. Mais elle doit
pouvoir s'appliquer à tous les
militaires
qui satisfont aux
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
discriminatie gecreëerd ten opzichte van de militairen die destijds
Duitsland moesten verlaten. Zij hebben de nadelen moeten
ondergaan en zij worden nu weer uitgesloten omdat ze gehoorzaam
de stap hebben gezet.
Wij zijn nu tien jaar verder en het probleem is nog toegenomen. Dit
voorstel komt dan ook tien jaar te laat. Slechts een fractie van de
betrokkenen kan van deze maatregel profiteren. Nogmaals, voor ons
is deze maatregel mogelijk, maar dan moet hij voor alle militairen
gelden die zich in dezelfde situatie bevinden.
Wij hebben om die reden drie amendementen ingediend waarmee wij
de toepasbaarheid vragen voor alle militairen. De eerste twee
amendementen strekken ertoe de woorden "de Bondsrepubliek
Duitsland" weg te laten. Het derde amendement heeft betrekking op
artikel 6. In dit artikel wordt bepaald dat deze maatregel toepasbaar
blijft tot 2015. Deze uitzondering wordt gemaakt voor 200 militairen en
voor een periode van 14 jaar. Voor ons gaat dit niet op.
conditions. Or, elle ne s'applique à
l'heure actuelle qu' aux 200
militaires qui sont encore basés en
Allemagne.
Nous avons présenté trois
amendements. Les deux premiers
tendent à rayer la disposition
"République fédérale
d'Allemagne". Le troisième
concerne la date de clôture du
projet de loi. Cette réglementation
s'appliquera jusqu'en 2015, ce que
nous jugeons inacceptable.
03.03 De voorzitter: Mijnheer Spinnewyn, terzelfder tijd hebt u uw
amendementen besproken en verdedigd.
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Bespreking van de artikelen
Discussion des articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis
voor de bespreking. (Rgt 66,4) (1386/5)
Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion.
(Rgt 66,4) (1386/5)
Het Nederlandse opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsvoorstel betreffende het vrijwillig in
disponibiliteit stellen van bepaalde militairen in dienst bij de Belgische strijdkrachten in de Bondsrepubliek
Duitsland".
L'intitulé néerlandais a été modifié par la commission en "wetsvoorstel betreffende het vrijwillig in
disponibiliteit stellen van bepaalde militairen in dienst bij de Belgische strijdkrachten in de Bondsrepubliek
Duitsland".
Het wetsvoorstel telt 6 artikelen.
La proposition de loi compte 6 articles.
Ingediende amendementen:
Amendements déposés:
Opschrift/Intitulé
- 2: John Spinnewyn, Luc Sevenhans (1386/3)
Art. 2
- 4: John Spinnewyn, Luc Sevenhans (1386/6)
Art. 6
- 5: John Spinnewyn, Luc Sevenhans (1386/6)
03.04 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter, ik
wilde alleen maar laten opmerken dat men moet weten wat men wil.
Een aantal personen van de militaristische vleugel van de oppositie
pleit boudweg voor een verhoging van het defensiebudget. Anderen
maken de bedenking dat de personeelslasten te hoog liggen in
03.04 Peter Vanhoutte (AGALEV-
ECOLO): Des membres de la
frange militariste de l'opposition
préconisent une augmentation du
budget alloué à la Défense.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
verhouding tot de investeringen in legermateriaal. Het is makkelijk om
enerzijds te zeggen dat er te veel wordt uitgegeven aan het personeel
en anderzijds zeggen dat er meer moet worden uitgegeven aan het
personeel. Een veralgemening van dat soort maatregelen kost
immers veel geld en dat heeft zijn gevolgen.
Ik ben het niet eens met de stelling volgens dewelke de maatregel
discriminerend zou zijn. Men discrimineert met elke wet wel iemand
op wie de wet geen betrekking heeft. De enige bedoeling van het
voorstel is op een sociale basis een oplossing te bieden voor de
militairen die op het ogenblik nog altijd in Duitsland zitten en die
moeten terugkomen. Het lijkt mij een verantwoorde maatregel die
niet-discriminerend is ten opzichte van het vroeger gevoerde beleid.
Bovendien zal de maatregel volgens mij ook zijn effect hebben, zodat
de terugtrekking van de militairen op een humane manier kan
verlopen.
D'autres estiment que les frais de
personnel sont trop élevés en
regard du budget consacré à
l'achat de matériel.
La mesure née de cette
proposition n'est pas
discriminatoire. Il s'agit de
rechercher une solution
socialement acceptable pour un
certain nombre de militaires qui
séjournent encore actuellement en
Allemagne.
De voorzitter: De stemming over de amendementen, het opschrift en de artikelen wordt aangehouden.
Le vote sur les amendements, l'intitulé et les articles est réservé.
De artikelen 1 en 3 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 1 et 3 à 5 sont adoptés article par article.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het aangehouden opschrift en de
aangehouden amendementen en artikelen en over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'intitulé, les amendements et les articles réservés ainsi
que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Begrotingen
Budgets
04 Ontwerp van Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 (1447/1 tot 6 en 1446/1)
- Ontwerp van algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 (1448/1 tot 41)
-
Wetsontwerp houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van het
begrotingsjaar 2001 (1524/1 tot 3)
-
Wetsontwerp houdende vierde aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het
begrotingsjaar 2001 (1551/1 en 2)
04 Projet de budget des Voies et Moyens pour l'année budgétaire 2002 (1447/1 à 6 et 1446/1)
- Projet de budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2002 (1448/1 à 41)
- Projet de loi contenant le deuxième ajustement du budget général des dépenses de l'année
budgétaire 2001 (1524/1 à 3)
- Projet de loi contenant le quatrième ajustement du budget général des dépenses pour l'année
budgétaire 2001 (1551/1 et 2)
Algemene bespreking (voortzetting)
Discussion générale (continuation)
Wij vatten de bespreking betreffende de sector "Financiën" aan.
Nous entamons la discussion du secteur "Finances".
Voorzitter: Jean-Pol Henry, eerste ondervoorzitter.
Président: Jean-Pol Henry, premier vice-président.
04.01 Herman Van Rompuy (CD&V): Mijnheer de minister, collega's,
ik zal het niet enkel hebben over fiscaliteit en zelfs niet zozeer
daarover. Ik ken uw brede intellectuele belangstelling en uw
bezorgdheid voor de sociaal-economische problemen in het
04.01 Herman Van Rompuy
(CD&V): Le ralentissement
économique actuel était déjà
nettement perceptible lors du
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
algemeen. Daarover wil ik het in het bijzonder hebben.
De economische vertraging die wij kennen en waarover vandaag nog
gegevens werden uitgebracht door het IMF, was al bijzonder duidelijk
voor 11 september 2001. Met name bij de begrotingscontrole van
maart 2001 waren er al duidelijke tekenen en er werd toen ook al voor
gewaarschuwd. De regering moest daarom later haar
begrotingscontrole overdoen, in juli 2001. Begin september 2001 had
ze het echter nog niet begrepen, voortgaande op de zogenaamde
rentree-interviews met de eerste minister, waarin meer aandacht werd
gehecht aan de afschaffing van de Senaat dan aan de dreigende
economische recessie. Er was niets aan de hand, zo werd gezegd, zo
lang er maar een begrotingsevenwicht of de schijn daarvan was.
Intussen verslechterde de situatie 2001 met 40 miljard frank ten
opzichte van de oorspronkelijke toestand waarin er een overschot
was van 0,2 en een Zilverfonds van 0,2 of een feitelijk overschot van
0,4. De toestand verslechterde dus met 40 miljard frank ten opzichte
van de vooropgestelde doelstellingen. Later werd ook gezegd dat het
evenwicht niet zou worden gehaald. Door de eerste minister werd
zelfs gesproken over een licht tekort van 10 miljard frank, zodat de
afstand tussen de doelstelling en de feiten zowat 50 miljard frank zou
bedragen voor 2001.
Voor 2002 werd dezelfde pantomime opgevoerd. De uitgangspunten
waren opnieuw te optimistisch bij de State of the Union - daarvoor
werd door de oppositie ook uitdrukkelijk gewaarschuwd in het
aansluitende debat - tot de minister van Begroting de noodklok luidde
in Het Laatste Nieuws van enkele weken geleden. Enkele uren later
reeds wist de eerste minister te zeggen dat het een tijdelijk probleem
zou zijn. De begrotingscontrole wordt nu vervroegd zoals werd
voorspeld en zoals ook voor 2001 was voorspeld. Van welk scenario
zal men nu uitgaan? Het VBO dat geen enkel belang heeft bij het
zaaien van paniek of van ongerustheid, voorspelt voor 2002 een
economische groei van amper 0,6%. Zelfs met een vrij krachtige
herleving tegen het einde van het jaar levert dat rondom 2,5% op in
het laatste trimester. Vandaag neem ik kennis van de prognoses van
het IMF. Daarin is sprake van een economische groei van 0,7% voor
2002. Reeds ten tijde van de State of the Union begin oktober 2001
waren er in België twee instituten die hetzelfde en dus gelijkaardige
groeiprognoses van ongeveer 0,7% hadden vooropgesteld. Dat werd
toen afgedaan met een glimlach. Ik voorspel u dan ook dat, zoals de
ontwerpbegroting nep zal zijn, de begrotingscontrole dat evenzeer zal
zijn aangezien zij ook zal uitgaan van totaal voorbijgestreefde
uitgangspunten. Wij zullen eens te meer gelijk krijgen, maar daarom
is het mij zelfs niet meer te doen. Waarom wil de regering de
problemen niet zien? Omdat zij anders maatregelen moet nemen die
pijn doen op korte termijn. Daar is zij niet toe in staat omdat zij de
gevangene is van het beeld van positivo zoals dat heet, en natuurlijk
ook omdat zij sterk intern verdeeld is. De meerderheid lijdt onder het
probleem van de sociale partners: goed om te verdelen, slecht om de
recessie te bestrijden en de lasten ervan te verdelen.
Een tweede punt, de communicatie is anders dan de werkelijkheid. Ik
heb het dan nog uitsluitend over het begrotingsprobleem. Ik heb
daarover een viertal vaststellingen te doen waartegen u moeilijk iets
zult kunnen inbrengen, mijnheer de minister. Ik verwacht niet dat de
lust u zou bekruipen u te informeren, maar ik wil u daarover uitvoerig
documenteren.
contrôle budgétaire 2001. Malgré
tout, début septembre, le
gouvernement ne semblait
toujours pas avoir perçu le
message. A ce moment-là déjà,
on enregistrait un résultat négatif
de 40 milliards de francs par
rapport au budget prévu. A la fin
de l'année, cette différence aura
atteint 50 milliards de francs.
Lors de la confection du budget
2002, le gouvernement a une fois
encore péché par excès
d'optimisme, bien que le ministre
du Budget ait tiré le signal
d'alarme. La FEB prévoit pour
2002 une croissance économique
de 0,6 pour cent et dans tous les
cas, l'IMF s'en tient à 0,7 pour
cent. Bien moins donc que ce que
le gouvernement avait laissé
entendre au cours de son état de
l'Union d'octobre. Le projet de
budget est un leurre mais le
contrôle budgétaire en sera un
aussi, car tous deux reposent sur
des informations dépassées.
La communication pratiquée par
ce gouvernement est à cent lieues
de la réalité. Nous traversons les
pires années budgétaires que
nous ayons connues depuis 20
ans. En 2001 et 2002, les
dépenses cumulées des
gouvernements ont augmenté
deux fois plus que la croissance
économique, soit de 2,5 pour cent.
Dans « nos » années 90, cette
croissance des dépenses
atteignait à peine 0,6 pour cent. A
l'époque, c'était une politique
prudente qui était mise en oeuvre.
La pression fiscale implicite sur les
revenus personnels du travail est à
peu près la même aujourd'hui qu'il
y a deux ans. En termes bruts, elle
dépasse même de 30 milliards de
francs le niveau atteint il y a deux
ans. Des belles promesses
formulées par la coalition arc-en-
ciel, notamment en matière
d'indexation des barèmes fiscaux,
il ne reste donc que du vent.
La dette publique a augmenté de
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
Een eerste vaststelling: structureel gezien zijn dit de zwakste
begrotingsjaren van de laatste 20 jaar, even zwak als in de jaren
1988-1991. Gisteren heeft de heer Dirk Pieters het daarover reeds
uitvoerig en cijfermatig gehad. Als men de weerslag van de
conjunctuur en de eenmalige maatregelen wegdenkt, zijn de cijfers
ontluisterend en heeft men zelfs een verslechtering van het primair
overschot van ongeveer 60 tot 70 miljard frank in 2001 en 2002.
Een tweede vaststelling: de uitgavenstijging van alle overheden in
2001 en 2002 bedraagt 2,5%. Dat is meer dan het dubbele van de
verwachte economische groei. Stel dat de economische groei in 2002
0,7% bedraagt volgens de cijfers van het IMF en er een
uitgavenstijging van 2,5% is, dan zal de uitgavenstijging ongeveer drie
maal zo groot zijn als de economische groei. Zelfs de reële groei van
de federale overheid is in 2001 2,3%.
Ik weet dat de minister van Begroting zijn best heeft gedaan. Ik moet
hem daarin professioneel bewonderen: schuiven en doorschuiven,
eenmalige maatregelen, optrekken, aftrekken, enzovoort. Hij komt
zelfs tot 0,9%. Ik denk dat hij bij het zien van de cijfers zelf moet
lachen. Bij reconstructie van deze cijfers komt men echter tot 2,3%.
Als hij hier was, zou ik hem daarover documenteren. Die kans zullen
wij nog krijgen. In 2002 zal de groei van de federale uitgaven
ongeveer 1,6% bedragen. Voor de regionale, de lokale en de federale
overheden samen bedraagt de groei 2,5%. Ter vergelijking, de groei
van de federale uitgaven in de periode 1992-1998 was 0,6%.
Voorts is er het gekende probleem van de fiscale en parafiscale druk.
De impliciete fiscale druk op personen op het inkomen uit arbeid staat
in 2002 ongeveer op hetzelfde peil als 2 jaar geleden. Men heeft een
lichte verbetering in het jaar 2002 ten opzichte van 2001, maar in
vergelijking met 2000 zitten wij op hetzelfde peil. De brute, globale
fiscale en parafiscale druk op het inkomen uit arbeid ligt in 2002 zelfs
30 miljard frank hoger dan in 2000. U weet dat wij daarover vorig jaar
hebben - ik zal niet zeggen gedebatteerd, maar gescholden. U kunt
de cijfers nakijken. De u bekende instelling zal u alle gegevens
bezorgen die deze cijfers zullen bevestigen.
Ondertussen stijgen de belastingen van de gemeenten in Vlaanderen
alleen al in 2001 met ongeveer 5 miljard frank, de gehuwden krijgen
geen verlaging tijdens deze legislatuur en de indexering van de fiscale
barema's is met enkele maanden opgeschort. Mijnheer de minister,
welke duren eden werden hier allemaal niet gezworen over het feit dat
u dit had uitgevonden en niet wij, en dat u daaraan de volgende jaren
niets zou wijzigen. Over die schoonheidsfouten zullen wij het niet
hebben. Daarover werd de jongste tijd te veel gezegd.
Dat was het indrukkende hoofdstuk fiscale en parafiscale druk.
De openbare schuld is al evenmin briljant. De openbare schuld is met
5% van het BBP meer toegenomen dan het geval zou zijn bij een
conjunctureel neutraal beleid, dus ongeveer 500 miljard frank te veel.
Dit is nochtans het echte Zilverfonds. De rest is cosmetica. Het echte
Zilverfonds is de vermindering van de openbare schuld en die zou bij
een conjunctureel neutraal beleid ongeveer 5% van BBP lager
hebben gelegen.
plus de cinq pour cent du PNB par
rapport au niveau qui aurait été
atteint en cas de politique
conjoncturelle inchangée. La
diminution de la dette sera
pourtant toujours le plus efficace
des fonds de veillissement.
La confiance se forge par la mise
en oeuvre d'une politique durable
et non par le recours à des
méthodes de communication
efficaces. Dès lors, l'érosion de la
confiance des citoyens et des
entreprises dans le gouvernement
n'étonnera personne. La gestion
du dossier de la Sabena a
également ébranlé la confiance
des Belges à l'égard de leurs
dirigeants. Cet automne, le
pourcentage de nos concitoyens
qui faisaient confiance au
gouvernement a diminué de trente
points.
Outre qu'il ne repose sur aucun
fondement, le bel optimisme
affiché par le gouvernement
masque l'absence de volontarisme
de ce dernier. En dépit de la
réduction des charges sociales, le
coût salarial a connu un véritable
dérapage en 2000 et en 2001. Les
PME flamandes commencent à
comprendre que la réforme de
l'impôt des sociétés ne constitue
qu'une vaine promesse. Le
handicap concurrentiel de nos
entreprises s'est une nouvelle fois
aggravé.
L'optimisme affiché par les
instances officielles contraste
singulièrement avec le sentiment
d'insécurité éprouvé par la
population. Les chiffres du
chômage connaissent une
augmentation spectaculaire. La
presse de ce jour se fait l'écho des
prévisions du FMI annonçant une
augmentation importante du
chômage en Flandre dans les
mois à venir.
Où est-il, votre Etat social actif? Le
nombre d'actifs croît plus
lentement en Belgique que dans
les pays qui nous entourent. Sous
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28
Vertrouwen wordt niet gecreëerd door communicatie, maar door een
duurzaam beleid.
Samengevat kan worden gewezen op een structurele verslechtering
van het begrotingssaldo zelfs een van de zwakste van de voorbije
twintig jaar -, op de uitgavenstijgingen misschien wel driemaal de
economische groei, op de onbeweeglijke fiscale druk op de inkomens
uit arbeid en op de openbare schuld die veel lager had kunnen zijn.
Het is geen wonder dat de burgers en de bedrijven hun vertrouwen
verliezen. Zeer typisch is dat de Belgische verbruiker veel
pessimistischer is dan de gemiddelde verbruiker in de Europese Unie.
De KMO-bedrijfsleiders deden hun vertrouwen in de regering kelderen
van 46% in september naar 14% in november. Uiteraard bracht ook
de zogenaamde afhandeling van het Sabena-dossier een
vertrouwensschok teweeg bij de publieke opinie.
Ten derde, de communicatie van optimisme, maar niet van
voluntarisme leidde ertoe dat de loonkosten in 2000 en 2001 uit de
hand liepen, ondanks de sociale lastenverlaging, en dat onze
bedrijven opnieuw werden geconfronteerd met een
concurrentiehandicap. Niet alleen ik, maar ook sommige bekende
Vlaamse liberalen zijn van mening dat de sociale lastenverlaging
eigenlijk is opgesoupeerd via de loonstijgingen.
Nochtans, de bedrijven vormen de reële werkgelegenheid voor de
toekomst. De Vlaamse KMO's beginnen trouwens in te zien dat de
hervorming van de vennootschapsbelastingen hen zal hinderen in
plaats van hen te helpen. Er wordt namelijk een aantal aftrekposten
geschrapt, waaraan zij, terecht of ten onrechte, veel belang hechten.
Onder meer tillen zij zwaar aan het feit dat ze de gewestbelastingen,
zoals milieuheffingen, niet meer in rekening kunnen brengen.
Tegenover het officieel "optimisme commande" of de methode-Coué
staan de onzekerheden van de bevolking. Het aantal werkzoekenden
in Vlaanderen steeg zowel in oktober als in november met 10% en dat
is de grootste stijging in vergelijking met de meeste van de ons
omringende landen. In de krant van vandaag bericht het IMF dat de
stijging van de werkloosheid in België voor 2002 ongeveer 17% zal
bedragen, zijnde van 6,9% naar 8,1%.
Een dergelijke toestand op de arbeidsmarkt leidt eveneens tot een
aantasting van het vertrouwen. De toestand op de arbeidsmarkt is
immers verantwoordelijk voor het vertrouwen van de consumenten die
uiteraard zelf op dat ogenblik gedeeltelijk de economische vertraging
en recessie in de hand werken.
Waar is de actieve welvaartsstaat? Wie spreekt er nog over? In de
betogen naar aanleiding van de bespreking van de programmawet,
die ik volgde hetzij rechtstreeks vanuit het halfrond, hetzij vanuit mijn
kantoor, kwam dat begrip omzeggens niet meer voor.
Rekening houdend met de volgende gegevens ziet de situatie er niet
erg geruststelling uit - en zoals steeds druk ik mij uit met de
voorzichtigheid van een Sioux. Het aantal werkende personen in ons
land stijgt trager dan bij onze buurlanden. De werkgelegenheidsgraad
thans de werkzaamheidgraad genoemd tussen 1999 en 2000
steeg trager dan tussen 1997 en 1999. De activiteitsgraad het
cette législature, le taux d'activité a
même augmenté plus lentement
qu'au cours des années
précédentes.
Le gouvernement a fait un beau
gâchis dans les tous domaines. Il
suffit de songer à la Sabena, à La
Poste, à la SNCB, à Belgacom, et
j'en passe. Peut-on encore parler,
dans ces conditions, de politique
socio-économique? Dans les
années 90, nous avons investi
davantage dans les transports
publics qu'au cours des deux
années et demie qui viennent de
s'écouler. De surcroît, le
gouvernement a réussi à raviver
les tensions communautaires,
notamment dans le dossier de la
mobilité, ce qui empêche toute
réforme en profondeur.
La politique gouvernementale est
un fiasco à long et à court terme.
La coalition arc-en-ciel consacre
toute son énergie au
redressement économique. Si
l'économie se redresse, ce dont je
doute, il faudra encore attendre au
moins six mois avant que les
effets s'en fassent sentir sur le
marché du travail. L'équipe
Verhofstadt espère que ce
revirement se produira à la veille
des élections de juin 2003, de
manière à en tirer le plus grand
profit électoral possible.
La reprise économique doit faire
office de bouée de sauvetage
politique. Sous la prochaine
législature, de nombreux
problèmes devront toutefois être
résolus. La majorité actuelle
souhaite rester en place après les
prochaines élections mais elle ne
sera pas en mesure de réaliser
plus tard ce qu'elle est incapable
de faire aujourd'hui.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29
aantal werkende personen en het aantal werklozen gedeeld door het
aantal personen op arbeidsleeftijd tijdens de periode 1999-2000
stijgt even snel als tijdens de periode 1997-1999. Uit die cijfers blijkt
dat er werkelijk niets te merken is van de actieve welvaartsstaat.
Ik hoef wellicht niet het voorbeeld aan te halen van de
overheidsbedrijven, waar er ditmaal sprake is van een reële kloof
tussen de werkelijkheid en de fictie. Waar de zaken ook maar konden
worden verknoeid, gebeurde het ook: Sabena, De Post, de
investeringen en dergelijke. In dat verband zal de heer Ansoms
binnen enkele uren nogmaals cijfermateriaal bekendmaken. Waar het
goed gaat, zoals bij Belgacom, dat kandidaat was om een
Nederlandse maatschappij over te nemen, is het dankzij de vorige
regering; de huidige regering aarzelde evenwel niet om de zaken te
verknoeien waar het mogelijk was.
Waar zijn de privatiseringen? In de jaren '90 heeft een centrum-links
kabinet meer privatiseringen doorgevoerd dan in de huidige periode.
De overheid duikt zelfs terug op in de luchtvaartsector. Er is dus ook
een kloof tussen wat is en wat moet, tussen wat goed en slecht is.
Kortom, wat is het sociaal-economisch beleid van de regering? Ik zie
het niet in de massa cijfers die ik u heb gegeven. De burgers en de
bedrijven zien het evenmin, en dat is veel erger.
Ik heb nog niet gesproken over de hervormingen in de diepte, onder
meer inzake mobiliteit, waar een onvoldoende investeringsprogramma
vastloopt in het communautair moeras. Het fileprobleem is, zoals dat
van de vergrijzing, wiskundig voorspelbaar. Dat zijn een van de
weinige gegevens waarover wij beschikken. Wij hebben een
mogelijke raming van het wagenpark, wij weten dat het wegenpark
nauwelijks toeneemt, dus we kunnen mathematisch voorspellen
wanneer het zal vastlopen. Men zal later nooit kunnen zeggen dat
men het probleem niet heeft gezien. Dat geldt ook voor het
vergrijzingsprobleem. De kinderen die niet geboren zijn, kunnen later
niet voor uw pensioen zorgen. Die problemen vergden al lang een
aanpak. Het merkwaardige van het mobiliteitsprobleem is dat de
voorbije regering tijdens de saneringsperiode meer in het openbaar
vervoer heeft geïnvesteerd dan in de uitbundige begrotingspolitiek die
wij vandaag kennen. Collega Ansoms heeft het al vaak met cijfers
aangetoond en hij zal dat straks opnieuw op een ontluisterende
manier doen. In de jaren '90 is er meer voor het openbaar vervoer
gedaan, dan straks in de vier jaar van deze legislatuur zal zijn
gebeurd.
Ik heb u gezegd dat het probleem in communautair vaarwater is
verzand. Vergeef mij dat wij na de incidenten van vorige week een
lichte glimlach niet kunnen onderdrukken. Men sprak destijds van het
nieuw communautair klimaat dat is ontstaan. In de voorbije perioden
waren er natuurlijk spanningen, zeker tussen de Vlaamse regering en
de federale regering, maar deze spanningen gingen altijd over de
verre toekomst. Het ging over de communautaire ideologie. Waar
gaan wij met dit land naartoe? Dat heeft ons niet belet de Sint-
Michiels-akkoorden af te sluiten en heel concrete hervormingen door
te voeren die een veel grotere omvang hadden dan de 7 miljard
overheveling van bevoegdheden die het Lambermont-akkoord heeft
voorgesteld. De discussies gingen niet over de belangen van de
mensen, zoals in de luchtvaart of in dossiers over de spoorwegen. Op
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
dat vlak was er wel eensgezindheid.
Ik besluit. Het regeringsbeleid faalt, zowel op korte als op lange
termijn. De meerderheid hapt naar het economisch herstel zoals
vissen naar zuurstof. De heer Verhofstadt heeft zelfs gezegd dat het
eigenlijke begrotingsprobleem geen probleem is. Men moet maar
wachten op het herstel van 2003 en dan zal het probleem als vanzelf
verdampen. De regering is alleen nog ingesteld op dat economisch
herstel dat er zo vlug mogelijk moet komen. Wanneer dat herstel er
zal komen en hoe krachtig het zal zijn, weten wij niet. De economie
zit, zoals vele dingen in de samenleving, vol verrassingen. Als het
economisch herstel optreedt, moet men minstens zes maanden
wachten vroeger zelfs een jaar voordat de gevolgen op de
arbeidsmarkt duidelijk worden. De meerderheid hoopt dat deze
weerslag vlak voor de verkiezingen van juni 2003 zal gebeuren. Op
dat tijdstip wenst zij de weerslag op de arbeidsmarkt en op de
werkgelegenheid te zien van het economisch herstel, waarvan men
hoopt dat het in de tweede helft van dit jaar zal optreden. De kans is
redelijk dat dit gebeurt, maar het juiste tijdstip en de kracht van het
herstel kennen wij niet. De economische heropleving zal als een
politieke reddingsboei fungeren, maar alle waarnemers weten dat in
de volgende legislatuur veel zaken moeten worden rechtgetrokken om
de redenen die ik heb opgesomd. De meerderheid wil ook na juni
2003 doorgaan, maar wat zij vandaag niet kan, zal zij later evenmin
kunnen.
04.02 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, chers collègues, nous sommes donc amenés à examiner le
Budget des Voies et Moyens et le Budget général des Dépenses pour
2002. Comme l'a rappelé hier mon collègue Thierry Giet, le budget
2002 du gouvernement fédéral a été élaboré dans un contexte
international exceptionnel, ce qui a engendré une stratégie de
politique budgétaire basée sur la prudence et la stabilité.
Sur le plan de la fiscalité, on assistera au cours de l'année 2002 à une
double réforme. La première concernera l'impôt des personnes
physiques et la seconde l'impôt des sociétés.
En ce qui concerne l'impôt des personnes physiques, la réforme, dont
le principal objectif est de réduire la pression fiscale, repose sur
quatre axes majeurs: une diminution de la pression fiscale sur les
revenus du travail, la neutralité des choix de vie, l'amélioration de la
prise en compte des enfants et une fiscalité plus écologique.
En 2002, cinq nouvelles mesures fiscales sortiront leurs effets. Le
groupe socialiste était particulièrement attaché à quatre d'entre elles
et se réjouit d'avoir contribué à les faire aboutir.
La plus importante de ces quatre mesures consiste en l'augmentation
du montant des frais professionnels forfaitaires déductibles. Le taux
appliqué à la première tranche de salaire brut imposable de 0 à 7.450
euros indexé passera de 20% à 23%. 6,3 milliards sur les 10 milliards
prévus pour 2002 seront consacrés à cette mesure qui se traduira,
dès le 1
er
janvier, par une réduction du précompte professionnel. Il
s'agit là d'un véritable plus pour les travailleurs.
La seconde des quatre mesures importantes pour le Parti socialiste,
c'est le droit pour tous les ménages monoparentaux, sans
04.02 Jacques Chabot (PS):
Zoals de heer Giet in herinnering
bracht, werd de begroting 2002
opgesteld in een uitzonderlijke
internationale context, die tot een
budgettaire strategie van
voorzichtigheid en stabiliteit heeft
geleid.
In 2002 zullen twee fiscale
hervormingen worden
doorgevoerd: de ene met
betrekking tot de
personenbelasting, de andere
aangaande de
vennootschapsbelasting.
Inzake personenbelasting zullen
vijf nieuwe maatregelen in werking
treden.
Het verheugt de PS-fractie ertoe te
hebben bijgedragen dat vier van
die maatregelen in de praktijk
worden omgezet. De belangrijkste
maatregel is de verhoging van de
aftrekbare forfaitaire
beroepskosten. Het recht voor
eenoudergezinnen op een
bijkomende vrijstelling voor
kinderen ten laste, het recht voor
gezinnen met een laag inkomen
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
discrimination, de bénéficier d'une exemption supplémentaire pour
enfants à charge quelle que soit leur situation civile.
La troisième mesure, c'est le droit pour les ménages à revenus faibles
de bénéficier pleinement de la réduction d'impôt pour enfants à
charge. Désormais, ceux-ci pourront bénéficier de l'abattement pour
enfants à charge qui se traduira, le cas échéant, par un
remboursement d'impôt. Voilà bien une mesure sociale, familiale et
redistributive visant à intégrer, par l'impôt, les plus démunis.
La quatrième mesure, une des mesures les plus innovatrices de la
réforme fiscale, est le crédit d'impôt remboursable qui entrera
partiellement en vigueur en 2002. Dans le cadre de l'Etat social actif,
cet outil encourage l'activité professionnelle et constitue un moyen de
lutte contre les pièges à l'emploi et la pauvreté. Les jeunes et les
femmes devraient en être les premiers bénéficiaires.
En ce qui concerne à présent l'impôt des sociétés, le gouvernement a
entrepris une ambitieuse réforme dans le but de réduire de façon
substantielle le taux de cet impôt. Le groupe socialiste était très
attentif aux mesures qui seraient prises dans ce domaine, en
particulier en ce qui concerne les PME. A cet égard, je tiens à vous
faire part de notre satisfaction.
Je citerai notamment quelques dispositions pour lesquelles nous nous
sommes particulièrement investis:
- la décision de ramener le taux d'imposition global actuel de 40,17%
à 33,99%, soit un nouveau taux nominal de 33% majoré de la
contribution complémentaire de crise;
- la réduction du taux dont bénéficient les PME, lequel sera désormais
fixé à 24,98% au lieu des 28,84% actuels, soit un taux nominal de
24,25% hors contribution complémentaire de crise;
- la neutralité de la réforme d'un point de vue budgétaire, les
éventuels effets retour n'étant pas pris en considération.
En effet, la réduction des taux à 34 et 25% et la mesure pour le
financement des PME seront intégralement compensées en jouant
sur les réductions et les abattements, ce qui signifie par ailleurs que
diverses dépenses fiscales devront être réduites et qu'il sera mis fin à
certaines anomalies du régime fiscal actuel.
En simplifiant les règles, on va rendre l'impôt des sociétés non
seulement plus transparent mais aussi mieux contrôlable. La
reconduction de l'exonération temporaire dont bénéficieront
les entreprises recrutant des travailleurs supplémentaires est une
mesure que nous avions également proposée.
Alors que dans la mouture initiale, la non-déductibilité des impôts
régionaux, locaux et provinciaux devait être totale, nous avons
contribué à maintenir la déductibilité des impôts locaux, mesure ayant
un impact direct sur la sauvegarde des moyens financiers des
communes. Nous avons contribué aussi à limiter la non-déductibilité
des impôts régionaux à la fiscalité propre. La règle de non-
déductibilité ne concerne donc pas les impôts régionaux énumérés à
l'article 3 de la loi spéciale de financement. Aujourd'hui, cela concerne
par conséquent principalement des taxes environnementales, taxes
qui sont bien plus élevées en Flandre qu'en Wallonie. Ceci réduit les
risques de concurrence fiscale à la baisse à l'impôt des sociétés.
op belastingverlaging voor
kinderen ten laste en inzonderheid
het terugbetaalbare
belastingkrediet, zijn de drie
andere punten die ons voldoening
schenken.
Bovendien heeft de regering een
ambitieuze hervorming op touw
gezet met als doel het tarief van
de vennootschapsbelasting
gevoelig te verminderen. De PS-
fractie is tevreden over de
maatregelen die inzonderheid ten
gunste van de KMO's worden
genomen.
Wij hebben in sterke mate
bijgedragen tot het nemen van de
beslissing om het belastingstarief
van 40,17% tot 33,99% terug te
brengen, om verminderde
belastingstarieven toe te staan aan
KMO's, om de budgettaire
neutraliteit van de hervorming te
waarborgen en om de tijdelijke
vrijstelling van belastingen voor
ondernemingen die extra
werknemers in dienst nemen, te
verlengen.
Voorts zijn wij erin geslaagd om, in
tegenstelling tot wat in de
oorspronkelijke versie stond, de
aftrekbaarheid van de plaatselijke
belastingen te handhaven op het
niveau van de eigen fiscaliteit en
om de niet-aftrekbaarheid van de
gewestelijke belastingen te
beperken tot de eigen fiscaliteit,
wat het risico verlaagt dat men
elkaar door middel van het
verlagen van de
vennootschapsbelasting
concurrentie aandoet.
Verscheidene van de
compenserende maatregelen zijn
aan de socialisten te danken: de
roerende voorheffing van 10% op
de vereffeningsboni in geval van
terugkoop door een vennootschap
van haar eigen aandelen of van
verdeling van het maatschappelijk
vermogen; de uitsluiting van de
mogelijkheid om de verliezen van
het jaar te verrekenen met het
gedeelte van de winst dat
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
Parmi les mesures de compensation retenues, plusieurs ont été
proposées par le Parti socialiste:
- l'introduction d'un précompte mobilier de 10% sur les bonis de
liquidation en cas de rachat par une société de ses propres actions ou
de partage total ou partiel de l'avoir social. Désormais, ces bonis de
liquidation seront considérés comme des plus-values. Il s'agit là d'une
amorce de taxation des plus-values sur actions;
- l'exclusion de la faculté d'imputer les pertes de l'année sur la partie
des bénéfices provenant d'avantages anormaux ou bénévoles;
- le renforcement des contrôles et des conditions d'application en
matière de déduction des revenus définitivement taxés, de manière à
ce que celles-ci ne jouent que pour remédier à une double imposition
économique;
- l'intensification de la lutte contre les abus de la personnalité morale
et contre les pratiques décelées dans le chef des sociétés de
liquidités;
- l'exonération de toute majoration d'impôts en cas d'absence ou
d'insuffisance de versements anticipés qui sera accordée aux PME au
cours des 3 premiers exercices comptables suivant leur constitution
et ce, afin d'aider notamment les start-up;
- la possibilité, pour les entreprises qui le souhaitent, de compléter
leurs versements anticipés d'impôts par un dernier versement après
la clôture de l'exercice comptable.
Enfin, des chantiers vont s'ouvrir de manière à examiner, dans un
cadre budgétaire globalement neutre, la manière de soutenir
fiscalement des domaines dont l'activité est créatrice d'emplois à forte
valeur ajoutée, notamment la recherche scientifique et le secteur
audiovisuel et cinématographique.
Pour terminer, je citerai le développement de la pratique du "ruling".
Cette mesure devrait permettre aux contribuables d'obtenir dans un
délai raisonnable, une décision anticipée sur les conséquences
fiscales des opérations qu'ils ont menées ou entendent mener. Cela
implique un respect des législations fiscales et une augmentation de
la sécurité juridique pour les investisseurs tant belges qu'étrangers, et
donc une plus grande équité et une plus grande transparence. Par
ailleurs, le "ruling" fera l'objet d'un double contrôle, l'un interne à
l'administration et l'autre externe au travers de notre parlement.
afkomstig is uit abnormale of
goedgunstige voordelen; het
opvoeren van de controles met
betrekking tot de definitief belaste
inkomsten; het opvoeren van de
strijd tegen het misbruik van de
rechtspersoonlijkheid; de
vrijstelling voor KMO's van elke
belastingverhoging wanneer zij
tijdens de eerste drie boekjaren
geen of onvoldoende
voorafbetalingen hebben gedaan;
de mogelijkheid voor de
ondernemingen die dat wensen
om de voorafbetalingen aan te
vullen met een laatste storting na
het afsluiten van het
boekjaar.Tevens zal de
mogelijkheid worden onderzocht
om sectoren te ondersteunen met
een hoge toegevoegde waarde
inzake het scheppen van banen
zonder dat dit een weerslag heeft
op de begroting.
Dankzij het ruling-systeem, dat
door de administratie en het
Parlement zal worden
gecontroleerd, zal er voor de
Belgische en buitenlandse
investeerders meer
rechtszekerheid, meer billijkheid
en een grotere doorzichtigheid
komen.
04.03 Jef Tavernier (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, sta me toe de conclusie van de heer
Van Rompuy als uitgangspunt te nemen. Ik ga er namelijk niet mee
akkoord dat het regeringsbeleid zou falen en dat wij het alleen maar
zullen halen dankzij een economisch herstel binnen de komende
maanden net vóór de verkiezingen. Wij allen hopen dat het
economisch herstel zo vlug mogelijk tot stand komt. Daarvoor hebben
we geen verkiezingen nodig; we zullen overigens de verkiezingen niet
vervroegen als de economie zich vroeger herstelt.
Ook al ga ik niet akkoord met zijn conclusie dat het regeringsbeleid
faalt, deel ik wel en ik ben niet de enige een aantal
bekommernissen. Het is immers zo dat het voor de meerderheid
gemakkelijker is wanneer het goed gaat, en uiteraard ook voor de
bevolking. Een groep heeft het dan wat moeilijker, met name de
oppositie. Voor de oppositie is het dan weer gemakkelijker wanneer
het economisch slechter gaat en er budgettair moeilijke beslissingen
04.03 Jef Tavernier (AGALEV-
ECOLO): Je voudrais dire, tout
d'abord, que je ne partage pas les
conclusions de M. Van Rompuy. Il
n'est pas question d'une faillite de
la politique gouvernementale.
Nous espérons par ailleurs que le
redressement économique
interviendra bien avant les
prochaines élections.
Je partage toutefois certaines de
ses préoccupations. Les choses
sont évidemment plus faciles pour
tout le monde, sauf peut-être pour
l'opposition, lorsque l'économie
tourne rond. Sans vouloir évoquer
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33
moeten worden genomen.
Hoe dan ook, wij moeten ons voorbereiden op minder inkomsten in de
loop van volgend jaar. Ik meen dat de regering bij het opstellen van de
begroting daar reeds gedeeltelijk rekening mee heeft gehouden. Ik zal
hier niet in doemscenario's vervallen, maar geef u alvast afspraak
voor bij de begrotingscontrole. Die moet gebeuren op basis van de
meest recente gegevens, vooral wat de inkomsten betreft. Het is
duidelijk de minister van Financiën en de minister van Begroting
hebben dat meermaals onderstreept dat we een meer
gedetailleerde indicatie van de werkelijke toestand krijgen zodra de
omvang van de laatste schijf voorafbetalingen van december en de
tendens in de eindejaarsverkopen bekend zijn. Dat zal begin januari
zijn. Op dat ogenblik zal trouwens ook het reële budgettaire saldo van
het jaar 2001 bekend zijn. Bij de begrotingscontrole moeten wij
grondig werk verrichten en de inkomsten 2002 onder de loep nemen.
Dat neemt niet weg dat de regering nu de nodige voorzichtigheid aan
de dag legt.
De beslissing omtrent de belastingschalen 2002 is genomen en
iedereen houdt zich daaraan. Bijgevolg is er voor ons geen enkel
probleem. De afgesproken belastingverlagingen worden uitgevoerd.
Laat daarover geen misverstand bestaan.
Voor de belastinghervormingen of verminderingen voor 2003 is er
een schema afgesproken. Elk realistisch en verantwoord politicus
evalueert permanent of de geprogrammeerde hervormingen en
verlagingen, gezien de actuele toestand, al dan niet kunnen worden
doorgevoerd. Vandaar dat die hervormingen voor mij geen a priori
zijn. Ik pleit voor realisme. Vergeten we niet dat de impact van de
afspraken voor 2002, die worden nagekomen, voor de Schatkist en in
de geldbeugel van de burgers pas in 2003 voelbaar zal zijn.
Als de belastingschalen of de schalen van de bedrijfsvoorheffing iets
later worden geïndexeerd, komt de weerslag voor de Staatskas ook
later. Ik wil eveneens wijzen op het aspect van het terugbetaalbaar
belastingkrediet dat vooral belangrijk is voor de lage inkomens. Door
het mechanisme dat wordt toegepast, zal de echte budgettaire
weerslag slechts voelbaar zijn in 2003 alhoewel het slaat op de
inkomsten van 2002. Gelet op de categorie personen waarover het
gaat degenen met de laagste belastbare inkomens - en gelet op
onze grote bezorgdheid, is het zeer belangrijk dat de controle met
betrekking tot de personenbelasting en de afrekening, de invordering,
in dit geval de terugbetaling zeer tijdig gebeurt. Het zou
onaanvaardbaar zijn als dit op de lange baan wordt geschoven en de
Administratie der belastingen bij de controles voorrang zou geven aan
die aangiftes waar men een bijkomende aanslag kan opleggen in de
plaats van aan de laagste inkomenscategorie aan wie men een deel
moet terugbetalen. Wat de fiscale hervorming van de
personenbelasting betreft, gaat de eerste bezorgdheid van de
groenen uit naar die laagste inkomens. Ik gun het iedereen, ook de
hogere inkomenstrekkers, dat de hoogste belastingschaal verminderd
wordt. We voeren een eerste vermindering door voor het inkomen
2002. Dat is echter niet onze prioriteit.
Bovendien is het in het kader van de hervorming van de
personenbelasting eveneens belangrijk dat andere aspecten die
globaal politiek beslist zijn zo snel als mogelijk worden afgewerkt. Ik
un scénario catastrophe, j'estime
en effet qu'il y a lieu de considérer
que nous disposerons de moins
de moyens pendant une certaine
période. Le gouvernement en a
d'ailleurs tenu compte dans une
certaine mesure.
Nous connaîtrons, début janvier, le
solde budgétaire réel de 2001 et
nous saurons également ce qu'ont
rapporté les opérations de vente
de cette fin d'année. Les
réductions d'impôt prévues pour
2002 seront bel et bien mises en
oeuvre. Pour 2003, il a été
convenu d'un calendrier qui
comme il se doit dans le cadre
d'une politique réaliste sera
évalué en permanence. Les effets
de certains des accords conclus
pour 2002 n'auront d'incidence
pour le Trésor qu'en 2003 et ce
n'est également qu'en 2003 que le
citoyen en ressentira les effets au
niveau du portefeuille.
Le crédit fiscal remboursable
n'aura d'impact budgétaire qu'en
2003. Etant donné qu'il s'agit des
revenus les plus bas, le
remboursement devra être
effectué en temps opportun.
L'administration fiscale ne doit pas
donner la priorité aux
contribuables qui auront à payer
un supplément. Nous nous
soucions avant tout de ceux dont
les revenus sont les plus
modestes; cela vaut d'ailleurs pour
l'ensemble de la réforme fiscale.
En ce qui concerne l'impôt des
personnes physiques, il reste
plusieurs mesures pour
parachever la réforme.
L'impôt des sociétés doit être
simplifié. Toutefois, nous devons
tenir compte de la situation
économique. Pour qu'une
opération soit budgétairement
neutre, il faut opérer des choix. Je
comprends que ce ne soit pas
facile, mais c'est indispensable.
Comment mettre une politique en
oeuvre par le biais de la fiscalité?
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
34
denk aan de problematiek van de aftrekbare korven. Dit dossier is
nog niet rond. Er werden terzake alleen globaal politieke afspraken
gemaakt. In het kader van de modernisering en vereenvoudiging en
meer evenwicht moet van dit dossier dringend werk worden gemaakt.
Zo niet, is de hervorming van de personenbelasting slechts
gedeeltelijk uitgevoerd.
Mijnheer de minister, ik heb met veel aandacht geluisterd en heb
vernomen dat de PS op het kabinet van de minister een zeer grote
invloed heeft en er de pen vasthoudt. Wat de
vennootschapsbelastingen betreft, moeten we naar vereenvoudiging
en verbetering streven. In het regeerakkoord wordt echter zeer
duidelijk onderstreept dat dit moet gebeuren in een budgettair
neutraal kader. We kunnen niet anders. Onze belastinginkomsten
moeten immers absoluut op peil blijven. Het spreekt voor zich dat ook
de groenen graag aan iedereen, aan de lage maar ook aan de hoge
inkomenstrekkers en aan de bedrijven
zeker aan de niet-
vervuilende bedrijven en diensten vermindering van belastingen
zouden willen toekennen. Het moet echter mogelijk zijn.
Het kenmerk van een budgettair neutrale operatie en hervorming is nu
eenmaal dat als men iets geeft, men ergens ook moet nemen. Ik
besef dat dit niet zo sympathiek overkomt en dat u enigszins
terughoudend bent om over dat tweede deel te spreken. Er zijn
natuurlijk een aantal sporen uitgestippeld, maar we moeten die ook
verwezenlijken. Er is dus niet alleen het element van de verlaging van
de nominale tarieven, maar ook het element van de compensaties.
De voorstellen hieromtrent liggen op tafel. Er moeten keuzes worden
gemaakt en dit betekent dat we niet aan iedereen iets kunnen geven
of kunnen zeggen dat men minder zal moeten betalen.
Op het moment dat het budgettair moeilijker gaat, wordt men
teruggeworpen op een ander element van de fiscaliteit. Er is niet
alleen de werving van middelen voor de overheid, maar ook het
voeren van een beleid. Hoe kan men via de fiscaliteit een bepaald
beleid voeren? Kan men economisch sturend optreden? In periodes
van budgettaire schaarste moeten we juist dat aspect creatief
benaderen. Ik weet dat het u niet ontbreekt aan creativiteit en ik wil
daar dan ook een beroep op doen, vooral voor het uitvoeren van een
aantal reeds afgesproken zaken, met name de aspecten van de
milieufiscaliteit.
Milieufiscaliteit als sturend element kost eigenlijk niets, maar het is
wel een verschuiving van middelen. Dat betekent dat men een beetje
geeft en een beetje neemt. Mijn stelling, die door mijn partij wordt
ondersteund, is dat we via die milieufiscaliteit geen extra inkomsten
willen genereren, maar een beleid willen voeren. We willen sturen,
waarbij men iets neemt als men iets geeft. Dit kan ook worden
omgedraaid. Als we iets belasten, dan kunnen we elders meer
uitgeven. Dat hoeft niet noodzakelijk in dezelfde sector te gebeuren.
Men kan de sociale bijdragen verlagen in zoverre die verlagingen
worden gecompenseerd, bijvoorbeeld door milieubelastingen te
heffen. Studies hebben aangetoond dat dit zowel een
milieustimulerende zaak, als een tewerkstellingsbevorderende zaak
is.
Ik denk hierbij aan de discussie over de ecobonussen en de
verpakkingsheffing en het wetsontwerp hierover dat we binnenkort
En temps de crise, cela requiert de
la créativité. La fiscalité
respectueuse de l'environnement
est l'un des moyens d'y parvenir.
Mais, dans cette forme de fiscalité
aussi, il faut opérer des choix. Il ne
s'agit pas, en effet, de créer des
recettes supplémentaires. Les
écoboni et la taxe sur les
emballages figurent au nombre
des possibilités. Elles ont d'ailleurs
été coulées dans un projet de loi.
Où en est-on en à cet égard?
Qu'en est-il de la nouvelle
approche de la TVA au niveau
européen? Et de la taxe sur les
rejets de CO
²
? Cette dernière ira
sans doute de pair avec une
diminution d'autres taxes, comme
les charges sociales.
Tout ministre des Finances risque
de perdre sa popularité en
procédant à de vastes réformes
mais peut aussi acquérir une
renommée sur la scène
internationale. Dans ce dernier
cas, toutefois, il néglige sa mission
principale qui est de faire en sorte
que l'administration fiscale assure
une correcte perception de
l'impôts. Je sais que ce risque est
négligeable pour le ministre actuel
mais il ne l'était pas pour son
prédécesseur et nous en payons
d'ailleurs toujours les
conséquences. On continue à
déplorer une pénurie de personnel
et de contrôles. Le bilinguisme y
serait-il pour quelque chose? En
attendant, le montant des dettes
fiscales à recouvrer ne cesse
d'augmenter. Où en est-on dans le
domaine de l'informatisation? Et
qu'en est-il de la réforme
COPERFIN?
Le nombre important de
réclamations dans le domaine de
la TVA a suscité un vent de
panique. Qu'en est-il
actuellement?? Le secteur public
contribue activement à la mise sur
pied de mécanismes propices à
l'évasion fiscale en matière de
TVA, avec ce que cela implique en
pertes de recettes pour l'autorité
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
35
mogen verwachten. Daarover werd een aantal maanden geleden
reeds een politieke beslissing genomen. Er bestaan teksten van en er
is een notificatie geweest bij de Europese Commissie. Daarom vraag
ik u, in het kader van de filosofie die ik zopas heb geschetst, wat de
stand van zaken van dit wetsontwerp is. Het ontwerp illustreert
duidelijk hoe men creatief milieufiscaliteit kan gebruiken voor het
voeren van een beleid, en niet alleen voor het binnenwerven van geld.
Dit kan gebeuren binnen een budgettair neutraal kader.
Ik wil ook van u vernemen hoever de andere, creatieve benadering
van de BTW op Europees vlak, gevorderd is. U weet dat wij zeer
grote verwachtingen hebben ten aanzien van het Europees
voorzitterschap, waarbij u een aantal dossiers op de agenda hebt
geplaatst.
Wat is er geworden van de discussie rond de BTW, waarbij BTW-
tarieven en -lijsten vanuit milieustandpunt zouden worden bekeken?
Nog een aantal andere items zou op Europees niveau worden
besproken. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de CO
2
-energietaks. Ik
verbind dat uitdrukkelijk aan verlagingen van bijvoorbeeld sociale
lasten. Ik weet dat een groot aantal van die items op Europees vlak
moet worden besproken. U bent momenteel voorzitter van de
Europese Raad van de ministers van de Financiën. Volgend jaar zit u
nog in de trojka. U hebt dus een bepaalde invloed.
Tezelfdertijd wil ik enigszins waarschuwen. Ik heb het in de
commissie voor de Financiën reeds gezegd, maar het is niet
opgenomen in het rapport dat ik heb voorgesteld bij de bespreking
van uw departement. Voor elke minister van Financiën bestaat er
mijns inziens een gevaar, een verleiding. Voor de buitenwereld kan
men een uitstekend minister van Financiën zijn, omdat men op
internationale fora optreedt en daar een zekere invloed heeft en men
het eventueel schopt tot voorzitter ad interim van het IMF. Men kan
ook heel wat naam maken door de hervorming van financiële
markten. Tegelijk kan men het minder aangename, dagdagelijkse
ploeterwerk, namelijk het laten functioneren van de fiscale
administratie, een beetje verwaarlozen.
Ik weet dat het gevaar bij u nauwelijks aanwezig is, maar ik heb het
een aantal jaren geleden toch vastgesteld bij een van uw
voorgangers. Die was gedurende 10 jaar minister van Financiën en
heeft zijn administratie enigszins verwaarloosd. Daardoor bevinden wij
ons in de huidige situatie van klachten over de correcte inning en
controle van de belastingen. De mensen in de kantoren en centra
klagen over gedateerd materiaal, over de jarenlange
herstructureringen en nu ook de nieuwe herstructurering Coperfin.
Ik heb alle respect voor uw internationale opdrachten, maar de eerste
functie van de minister van Financiën is de zorg voor de fiscale
administratie, de grootste federale administratie. Wij mogen die niet
uit het oog verliezen. Ik stel vast dat de klachten van de mensen op
het terrein toch enigszins dezelfde blijven als een aantal jaren
geleden. Er zijn ondertussen wel al wat computers, maar ten gronde
is het nog niet veranderd. Er is een tekort aan personeel in Brussel,
Antwerpen en Charleroi. Er is bijgevolg een tekort aan controles. Er is
een zekere frustratie bij ambtenaren.
fédérale. C'est inacceptable.
Si les recettes n'augmentent plus
naturellement, il faut assurer une
perception plus efficace des
impôts. C'est la première mission
du ministre des Finances, outre
celle qui consiste à faire preuve de
davantage de créativité en matière
fiscale.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
36
In het jaarverslag van de administratie van de belastingen merk ik dat
er nog erg veel te innen sommen bestaan. Het gaat om zeer grote
bedragen. Het stijgt nog jaarlijks, terwijl de betwistingen niet
toenemen. Ik denk dat wij daar echt iets aan moeten doen. Misschien
moeten wij gebruikmaken van de grotere mogelijkheden op de
arbeidsmarkt om het personeelsbestand beter op te vullen. Men
betwist dat vaak. Men beweert ook vaak dat er geen mensen te
vinden zijn. Ik denk dat die mensen wel te vinden zijn. Ik denk dat
scanners voor de douane en accijnzen nu echt wel mogen worden
aangekocht. Ook de meertaligheidspremies staan nog steeds ter
discussie. Laten wij daar nu echt komaf mee maken en laten wij
zorgen dat er een ernstige controle is op de inning van de
belastingen.
Daarnaast wil ik even terugkeren naar de discussie over de BTW.
De talrijke BTW-terugvorderingen hebben tot een zekere paniek
geleid. Daarop werd een aantal beslissingen aangekondigd en zou
men een aantal zaken op punt stellen. Ook zou men nieuwe
rondzendbrieven sturen. Ik zou graag de stand van zaken kennen,
mijnheer de minister.
Ter illustratie vertel ik u tot welke praktijken bepaalde regelgevingen
kunnen leiden. Enkele weken geleden werd ik in mijn eigen gemeente
geconfronteerd met een voorstel van goedkeuring van een beslissing
van een intercommunale om een kruisparticipatie te nemen in een
ander intercommunale. Als uitleg kreeg ik dat men dit deed om de
BTW te ontwijken. Dat werd door een lid van dit Parlement zonder
enig probleem aangekondigd. Verder moest men daar niets achter
zoeken, men zou zich niet met elkaar gaan bemoeien, de enige reden
was het ontwijking van de BTW.
Mijnheer de minister, zijn al dit soort mechanismen reeds in kaart
gebracht? Het is duidelijk dat de overheidssector nogal actief is bij het
opzetten van dit soort constructies om de federale overheid minder
inkomsten te laten genieten. Dat kan uiteraard niet.
Hierover kan nog veel worden gezegd, maar we moeten ervan
uitgaan dat, wanneer de inkomsten niet meer zo vanzelfsprekend
stijgen, we op de eerste plaats moeten nagaan hoe we bij
gelijkblijvende tarieven voor een correctere vestiging en inning van de
belastingen kunnen zorgen, al was het maar vanuit een
rechtvaardigheidsgevoel. Het kan niet zijn dat de mensen die alles
correct aangeven het slachtoffer worden van fraudeurs. Dat hoor ik
gelukkig meer en meer zeggen, zelfs in het bedrijfsleven.
Dit is eerste taak van het departement Financiën is. Daarenboven
zullen wij creatiever moeten zijn. Creativiteit kan ons een heel stuk
vooruit helpen in de doelstellingen die wij in het komende anderhalf
jaar met deze regering delen.
04.04 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, je vais répondre aux orateurs sur les différents points qui
ont été évoqués.
04.04 Didier Reynders, ministre:
Nous assistons, en effet, à un
ralentissement de l'économie
depuis le début de l'année 2001.
Er is een economische vertraging, niet sinds 11 september, maar al
vanaf het begin van 2001. De Verenigde Staten zagen de aanzet
La Banque centrale européenne
indique cependant que la Belgique
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
37
hiervan reeds in het laatste kwartaal van 2000. In heel de euroregio
en Europa was die tendens merkbaar.
Ik heb vooreest enkele opmerkingen voor de heer Van Rompuy over
de begrotingsevolutie in België. Laat ik die even vergelijken met de
evolutie in Duitsland, Frankrijk, Italië of Portugal. Vandaag hebben we
nieuwe opmerkingen van de Europese Centrale Bank hierover
ontvangen. De Europese Centrale Bank is zeer kritisch over de
evolutie in andere landen. België doet het in vergelijking met al die
andere landen lang niet slecht.
Vervolgens zei de heer Van Rompuy dat we te optimistisch waren bij
de opmaak van onze begroting. Ik zie niet in waarom, de
voorbereiding verliep heel correct, met een normale procedure en een
economische begroting van het Planbureau. Onze voorzieningen
waren overigens voorzichtiger dan die van het Planbureau. Zij hadden
in juli 2001 een economische groei voorzien van ruim meer dan 2%.
(2,8% reëel!).
occupe une position plus enviable
que d'autres pays.
Notre budget a été correctement
et réalistement confectionné. Nous
nous sommes fondés sur une
estimation du Bureau du plan. Le
taux de croissance qui a été
retenu pour le budget est même
inférieur à celui prévu par le
Bureau du plan. Nous n'avons
donc certainement pas péché par
optimisme. Je dois donc m'inscrire
en faux contre les propos de M.
Van Rompuy.
Wij hebben een andere keuze gemaakt, met name een groeiratio van
1,3%, wat dus duidelijk voorzichtiger is dan die van het Planbureau.
Onze begroting is dus doorspekt van realisme. Vergelijk ons gerust
met andere landen zoals Duitsland en Frankrijk, die in hun
begrotingen nog steeds rekening houden met een groeiratio van meer
dan 2%. Nogmaals, ik denk dat we bij de opmaak van onze begroting
de nodige voorzichtigheid aan de dag hebben gelegd.
Er zijn ook opmerkingen geformuleerd in verband met de parafiscale
druk. De heer Van Rompuy heeft nog maar eens dezelfde redenering
ontwikkeld. Ik herinner hem eraan dat we als gevolg van een betere
conjunctuur en dus meer werkgelegenheid en hogere lonen sla er
de rapporten maar op na meer inkomsten hebben binnengerijfd. In
2000 zou de economie in ons land volgens de recentste cijfers zelfs
met meer dan 4% zijn gegroeid en werden er meer jobs gecreëerd.
Het is dus normaal dat onze inkomsten toenemen. Dat is het
terugverdieneffect van onze gevoerde politiek voor meer jobs.
Daarnaast is er de reële fiscale druk. Deze is gedaald door de
belastingverlagingen die de regering heeft verwezenlijkt. Dat is
begonnen met de herindexering van de belastingschalen in 1999 en
de belastingverlagingen in 2000. In 2001, 2002 en 2003 worden
andere maatregelen van toepassing.
Vooraleer te komen tot een volgende beschouwing, zeg ik eerst iets
over de schuldratio. Die schuldratio neemt verder af, van bijna 140%
in 1993 tot een ratio lager dan 100% in 2003. Onder andere ministers
van Begroting en Financiën ik denk aan de heer Van Rompuy zelf
werd het bedrag voor de sociale huisvesting ten belope van ongeveer
200 miljard buiten de Belgische schuld gehouden. Die ministers
volgden dezelfde redenering voor CBHK, die ongeveer 150 miljard
bedroegen. Deze werden nu in het kader van een transparanter en
orthodexer beleid opgenomen in de schuldratio.
Samengevat, niet alleen daalt de schuldratio, maar er wordt daarin
ook rekening gehouden met een aantal componenten die voorheen
niet in de schuldratio werden meegerekend (voor in het totaal 300
miljard of 3% van het BBP). Wanneer de schuldratio dan inderdaad
minder snel gedaald is, dan is dat dus vooral te wijten aan het feit dat
En ce qui concerne la hausse
prétendue de la pression fiscale,
j'observe qu'au cours des
dernières années, le taux de
chômage a diminué et que l'on a
enregistré une forte croissance
économique. C'est la raison pour
laquelle les recettes ont augmenté
d'office, ce qui est
fondamentalement différent d'une
hausse de la pression fiscale dont
M. Van Rompuy nous accuse.
Le taux d'endettement diminue: de
près de 140% en 1993, il s'élèvera
à moins de 100% en 2003.
Parallèlement, de nouveaux
éléments comme le logement
social, pour près de 200 milliards
de francs, et les crédits
hypothécaires, pour près de 140 à
150 milliards, ont été incorporés à
la dette. Ce n'était pas le cas sous
la précédente législature.
Il est vrai qu'il se pose un
problème de confiance. Notre
politique tend à y remédier par une
réduction des charges sociales
pour les entreprises ainsi que de
l'impôt des personnes physiques.
En ce qui concerne la privatisation,
je puis assurer M. Van Rompuy
qu'aucune opération ne doit plus
être menée au niveau du
département des Finances.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
38
wij beslissingen die de heer Van Rompuy destijds heeft genomen,
corrigeren als een dienst na verkoop.
Mijnheer de voorzitter, het probleem zijn niet zozeer de economische
groei of de knelpunten die de heer Van Rompuy heeft verwoord.
Uiteindelijk draait het om een gebrek aan vertrouwen, wat wel goed
gezien is van de heer Van Rompuy. Er moet meer vertrouwen komen,
zowel bij de consument als bij de producent. Dat willen wij met ons
beleid bewerkstellingen, onder meer met de vermindering van de
belasting op arbeid of zoals in 2000, met een verlaging van de sociale
lasten voor de werkgevers. In 2002 voorzien wij een gelijkaardige
maatregel ten belope van 10 miljard. Hopelijk kunnen wij dat in 2003
herhalen. Wij streven ook een vermindering van de personenbelasting
na.
Voor de vennootschapsbelasting geldt een ander verhaal. De fiscale
druk is voor de vennootschappen misschien niet echt verminderd.
Onze eerste prioriteit voor de vennootschappen was echter de
verlaging van de sociale lasten en anderzijds een verlaging van de
personenbelasting voor de mensen. Op die manier hebben wij de
lasten op de arbeid toch verminderd.
De heer Van Rompuy had nog een laatste opmerking over de
privatisering. Voor mijn departement en voor de beurs is de
privatisering rond. Euronext werkt nu op basis van een privé-statuut.
Dat was de laatste hervorming in het departement Financiën en die is
nu dus beëindigd.
Je remercie M. Chabot de ses commentaires portant notamment sur
la réforme de l'impôt des personnes physiques. Il est vrai que nous
avons pris des mesures touchant l'ensemble des catégories de
revenus. Comme il l'a fait, j'épinglerai deux éléments qui n'ont peut-
être pas été suffisamment mis en avant. Je le remercie de l'avoir fait
pour le crédit d'impôt. Celui-ci démarre déjà pour les revenus 2002,
même si je reconnais qu'en 2002, il ne se traduira pas encore par une
diminution des précomptes professionnels. Mais il y a déjà une
première application du crédit d'impôt sur les revenus de 2002 et cela
se traduira par des remboursements.
Pour ce qui concerne les précomptes professionnels au 1
er
janvier
prochain, je vous ferai remarquer que dans les chiffres qui sont
présentés, on constate une répartition de l'effort budgétaire selon les
catégories de revenus. Cela peut donner lieu à des commentaires
divers. Il est évident que plus les revenus sont élevés, plus l'impôt à
payer est élevé. Dès lors, si l'on diminue la cotisation de crise, par
exemple, il est normal que les revenus les plus élevés profitent d'un
gain plus important du fait que les montants sont plus élevés. Il est
logique que les réductions d'impôt entraînent de tels effets, vu la
structure de notre impôt.
Toutefois, je vous ferai remarquer qu'au 1
er
janvier prochain, les
revenus les plus faibles, comme par exemple un revenu de 50.000
francs bruts mensuels, bénéficieront d'une diminution de 10% du
précompte professionnel. Par rapport à 1999, cela équivaudra en
2002 à un gain d'un peu plus de 1.000 francs mensuels nets, sur un
précompte professionnel de 11.000 francs. Cela correspond donc
bien à presque 10% du précompte professionnel.
Ik ben blij met de positieve
opmerkingen van de heer Chabot
over de hervorming van de
personenbelasting, die alle
inkomenscategorieën ten goede
zal komen. Ik wil de aandacht
vestigen op twee dingen. Het
belastingkrediet wordt voor het
eerst toegepast op de inkomsten
2002, in de vorm van een
terugbetaling. Wat de maatregel
met betrekking tot de
bedrijfsvoorheffing betreft, die per
1 januari van kracht wordt, lokt de
budgettaire verdeling over de
onderscheiden
inkomenscategorieën
uiteenlopende commentaren uit.
Het is nochtans logisch dat de
belastingvermindering de
loonstructuur volgt.
Per 1 januari 2002 zal de
bedrijfsvoorheffing voor de laagste
inkomens met 10% worden
verminderd. Voor een bruto
inkomen van 50.000 BEF betekent
dat ongeveer 1000 BEF minder
bedrijfsvoorheffing op de 11.000
BEF die men tot nu toe betaalde.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
39
Si l'on considère des revenus plus élevés, les montants seront
évidemment plus importants mais le pourcentage sur le précompte
professionnel sera plus faible. Pour des revenus beaucoup plus
élevés, la diminution du précompte pourra aller jusqu'à 4%.
Tout dépend des éléments que l'on va prendre en considération. On
peut calculer le gain fiscal en pourcentage du revenu. Il est probable
que les revenus plus élevés bénéficient d'un gain fiscal plus important
en pourcentage du revenu en raison de la structure de notre fiscalité.
Par contre, si l'on considère le pourcentage des impôts qui sont
payés, je rappelle que le gain sera beaucoup plus élevé pour les
revenus les plus faibles. Et à mon avis, c'est tout à fait normal. En
effet, contrairement à ce que l'on prétend parfois, cette mesure fait
partie d'une politique sociale. Je répète régulièrement qu'il faut éviter
d'opposer systématiquement l'aspect social et l'aspect fiscal. Pour
quelqu'un qui bénéficie d'un revenu de 37.000 à 39.000 francs par
mois, une augmentation de 1.000 francs nets est une mesure
socialement importante. Il n'y a donc pas de conflit en cette matière
entre les mesures sociales et les mesures fiscales. En outre, comme
je l'ai dit en réponse à M. Van Rompuy, les éléments de confiance
mis en avant à l'égard des consommateurs ont une grande influence
pour les revenus les plus faibles. Il est évident que la consommation
sera plus ou moins soutenue en fonction de ce qui est proposé aux
revenus les plus faibles. Il est donc très utile d'organiser une
diminution d'impôt correspondant, je le répète, à 10% du précompte
professionnel pour les revenus les plus bas.
En ce qui concerne la réforme de l'impôt des sociétés, je suis
satisfait, comme vous, de la baisse des taux prévue. Je citerai un
exemple: j'avais proposé d'abaisser le taux d'imposition des sociétés
à 34%. Certains groupes ont voulu aller plus loin. Je les en remercie
puisque la question s'est posée de savoir jusqu'où nous pourrions
aller et s'il fallait ou non maintenir la cotisation de crise. Pour ma part,
j'étais favorable à une baisse jusqu'à 34% sans cotisation de crise
mais j'ai été rapidement convaincu qu'il ne convenait pas de
supprimer la cotisation de crise pour les sociétés, tant que celle-ci
n'avait pas entièrement disparu pour les particuliers. Cela ne sera le
cas qu'en 2003.
Ainsi, de 34% sans cotisation de crise, nous sommes descendus à
33,99% mais avec la cotisation. Mais après avoir entendu votre
plaidoyer, je suis convaincu que nous pourrons, probablement à
l'horizon 2003, supprimer de manière parallèle cette cotisation de
crise, pour les entreprises comme pour les particuliers. Par
conséquent, nous atteindrons l'objectif fixé, soit 33% de taux nominal.
Ma deuxième remarque concerne les mesures spécifiques en faveur
des PME. En outre, je rappelle que nous souhaitons que les PME
aient la possibilité d'être exemptes d'impôts sur leurs bénéfices
inscrits en réserve de capitalisation en vue d'investissements futurs.
A cet égard, je souhaite présenter simultanément le projet de loi sur
l'impôt des sociétés, qui intégrera les mesures de neutralité évoquées
par M. Chabot, ainsi que la note définissant le nouveau système de
ruling, qui est prêt. Cela permettra aux entreprises d'avoir accès à
une information claire de la part de l'administration lorsque celle-ci
interroge la société sur le traitement fiscal d'une opération à réaliser
dans les mois ou les années à venir. Il s'agit simplement de garantir la
Het is eveneens logisch dat men
er meer bij wint naarmate het
inkomen stijgt.
Die winst is evenwel
verhoudingsgewijs veel groter voor
de laagste inkomens. Het is, met
andere woorden, een sociale
maatregel: wie een antagonisme
ziet tussen het sociale en het
fiscale, heeft het bij het verkeerde
eind.
Dit alles zal de consumptie alleen
maar aanzwengelen.
Ik had voorgesteld de
vennootschapsbelasting terug te
brengen tot 34% door de
crisisbelasting al af te schaffen,
maar het is beter om daarmee te
wachten tot 2003, zodat de
crisisbelasting tegelijkertijd ook
voor particulieren verdwijnt.
Mits de crisisbelasting verlaagd
wordt, is een tarief van 33,99%
haalbaar, maar tegen 2003 zal die
belasting wellicht helemaal kunnen
verdwijnen en zal het nominale
belastingtarief uiteindelijk 33%
bedragen.
Dankzij de maatregelen ten
behoeve van de KMO's wordt het
mogelijk geen belasting te betalen
op de winst die opzij gezet wordt
voor toekomstige projecten.
Concretere maatregelen van die
strekking zullen worden toegelicht
in het kader van de hervorming
van de personenbelasting, met
onder meer het nieuwe
rulingstelsel waar ik thans de
laatste hand aan leg. Aan de hand
daarvan zal men over
nauwkeurige informatie kunnen
beschikken waardoor de toekomst
voor alle actoren veilig gesteld
wordt.
Die tekst komt nog.
Naast de beslissingen die
genomen werden, zullen
verscheidene onderwerpen bij de
komende begrotingscontrole aan
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
40
sécurité juridique pour l'ensemble des intervenants. Dans ce texte,
nous aurons l'occasion de souligner la nécessité de travailler sur la
réforme de l'impôt des sociétés et sur le système du ruling.
A ceux d'entre vous qui ont évoqué les mesures à mettre en oeuvre
dans les prochains mois, je rappelle que nous avons aussi prévu,
comme cela figure dans la note d'orientation des Finances, que lors
du contrôle budgétaire, plusieurs thèmes seront examinés sous un
angle fiscal en vue d'encourager les activités dans certains secteurs.
Ces thèmes bien connus s'inscrivent dans la logique de la politique
européenne. Je pense notamment au processus de Lisbonne. Nous
tenterons de promouvoir l'utilisation des nouvelles technologies,
internet ou autres, en encourageant l'acquisition de PC privés: mise à
disposition de PC par des entreprises pour les particuliers,
éventuellement même acquisition de PC par les particuliers eux-
mêmes.
Le secteur audiovisuel et cinématographique est également visé à
travers des mécanismes de "tax shelter" ou d'autres mécanismes
comparables.
Promouvoir la recherche scientifique et la sécurité routière par des
incitants fiscaux, c'est un débat important au sein de notre parlement.
de fiscale praktijk getoetst worden
(bijvoorbeeld de incentives voor de
aanschaf van computermateriaal
door particulieren, de steun voor
het filmbedrijf, het
wetenschappelijk onderzoek en de
verkeersveiligheid).
Ook andere fiscale maatregelen, zoals bijvoorbeeld maatregelen voor
de herinvlagging van onze koopvaardijvloot, kunnen een gunstige
invloed hebben op de begroting door nieuwe ontvangsten.
Er zijn dus verschillende nieuwe ontwerpen voor 2002 of verschillende
toepassingen van wetten. Voor de personenbelasting is er nu
bijvoorbeeld een nieuwe wet. Voor de bedrijfsvoorheffing zullen wij die
wet correct toepassen. Die bedrijfsvoorheffing moet zo juist mogelijk
zijn in vergelijking met de belasting voorzien in onze wetgeving. In
2003 zullen wij misschien geen nieuwe maatregelen moeten nemen,
maar wel moeten zorgen voor een juiste toepassing van bijvoorbeeld
de afschaffing van de aanvullende crisisbijdrage of de herindexering
van de fiscale barema's. Wij zullen ook moeten nagaan of we de
nieuwe wet op de personenbelasting correct toegepast hebben.
Andere maatregelen zijn wel nog mogelijk. Eco-fiscaliteit is zo'n
maatregel, met zwavelarme benzine als voorbeeld. Het stelsel
daarvoor is misschien wel ingewikkeld, maar die maatregel is erg
nuttig. Momenteel is er alleen zwavelarme diesel en benzine op de
markt. Die overgang was in minder dan een maand mogelijk. In het
verleden heeft die evolutie met andere producten langer geduurd. In
november hebben wij de zwavelarme producten kunnen invoeren
door een fictieve als ik dat woord mag gebruiken verhoging van de
accijnzen op de oude zwavelrijke producten en hetzelfde niveau van
belastingheffing voor de nieuwe, zwavelarme producten. De
belastingplichtige of, misschien meer nog, de consument, betaalt nu
dezelfde belasting over de toegevoegde waarde als voor de
vervuilende producten, maar overal worden nu alleen de zwavelarme
producten gebruikt. Dat vind ik een goede evolutie.
Op het vlak van eco-fiscaliteit is er nog een andere evolutie. De
Lambermont-akkoorden zorgen voor een overheveling van
bevoegdheden naar de gewesten voor bijvoorbeeld de
verkeersbelasting of de inverkeerstellingbelasting. Het akkoord
Un très grand nombre de mesures
fiscales sont en préparation. C'est
ainsi que nous allons faire le
nécessaire pour que les navires
de la marine marchande belge qui
battent pavillon étranger naviguent
de nouveau sous pavillon national.
De nouvelles mesures impliquent
parfois de nouvelles lois, mais
elles induisent parfois aussi une
meilleure application des lois
existantes. Je songe au calcul plus
précis du précompte
professionnel, à la suppression de
l'impôt de crise et à la réindexation
des barèmes fiscaux. Je pense
aussi aux mesures prises dans le
domaine de l'écofiscalité, telles
que les accises sur les produits à
faible teneur en soufre.
Les accords du Lambermont se
traduiront par la régionalisation
des compétences fiscales. Dans
ce cadre, nous avons passé un
accord avec les Régions en vue
d'assurer une perception correcte
de la taxe de mise en circulation.
Pour la taxe de circulation, c'est un
peu plus compliqué mais je
m'efforce de suivre le même cap.
Un accord de principe a été conclu
mais il faut encore que nous nous
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
41
daarover met de gewesten is erg belangrijk. Dat akkoord hebben wij
nu bereikt in het uitvoerend comité. Dat comité zorgt voor een juiste
toepassing, bijvoorbeeld door decreten, van alle beslissingen over de
inverkeerstellingbelasting genomen op het federaal vlak.
We moeten komen tot een identieke evolutie, met een verhoging van
de belasting voor sommige oude en vervuilende wagens maar met
een verlaging voor de wagens voorzien van nieuwe uitrusting,
bijvoorbeeld de wagens die de norm Euro 4 en later Euro 5 en 6
halen. Er is een akkoord en we moeten vanaf 1 januari 2002 tot een
correcte toepassing van het nieuwe stelsel komen in de drie
gewesten. Ik probeer dezelfde redenering toe te passen op de
verkeersbelasting, hetgeen wel moeilijker ligt. We moeten nog een
vergadering organiseren met de gewesten. Er is een akkoord over het
principe van het herschikken van de verkeersbelasting in verband met
de normen Euro 3 en 4. Er komt een vermindering van de
verkeersbelasting voor wagens die voldoen aan de norm Euro 3 of 4
en een verhoging voor de andere wagens. Het gaat dus om een
herstructurering van de belasting.
Er was een akkoord op federaal vlak en nu is er in het overlegcomité
ook een definitief akkoord bereikt met betrekking tot de belasting op
inverkeerstelling. We trachten nog een definitief akkoord te bereiken
over de verkeersbelasting. Dit zal echter geen negatief effect mogen
hebben op de inkomsten van de gewesten. Ik begrijp de redenering
van de verschillende gewesten. Het Lambermont-akkoord was niet
alleen een overdracht van bevoegdheden maar ook van middelen. Zij
vragen dus om na de hervorming van de verkeersbelasting over
dezelfde middelen te kunnen beschikken als voordien.
Wat de ecotaks betreft, zullen we nu misschien overstappen op
ecoboni. We moeten wel nog een antwoord van de Europese
Commissie krijgen. Het is mijn bedoeling in de regering een akkoord
te bereiken over ons antwoord aan de Europese Commissie.
Misschien lukt dat nog voor het einde van dit jaar. Ik probeer dit
binnen dezelfde termijn naar het Parlement te brengen als de
vennootschapsbelasting en andere zaken. In de eerste weken of
maanden van 2002 moeten we in het Parlement een bespreking
wijden aan een nieuw of aangepast ontwerp inzake ecofiscaliteit, dit
na advies van de Europese Commissie. U weet dat wij geen probleem
hebben met de ecoboni, maar misschien wel met andere zaken. De
Europese Commissie heeft kritiek op de verpakkingsheffing. We
moeten trachten daarvoor een oplossing te vinden.
Wat de energieheffing en de BTW op Europese vlak betreft, hebben
we twee akkoorden. Ten eerste, is er het akkoord van de Europese
Commissie om de raden in 2002 een nieuw verslag te geven in
verband met de verlaagde BTW-tarieven. Ik heb samen met al mijn
collega's in de Ecofin-raad gevraagd om een nieuw verslag te krijgen
dat misschien nieuwe mogelijkheden zal bieden voor het verlagen van
de tarieven, bijvoorbeeld voor mobiliteit en in het kader van het
Lambermont-akkoord voor schoolgebouwen. In België is dit zeer
ingewikkeld. We hebben verschillende voorstellen gedaan. Mobiliteit
is één van onze prioriteiten, maar dat geldt ook voor duurzame
ontwikkeling. Het moet mogelijk zijn de tarieven te verlagen voor
verschillende diensten of producten die milieuvriendelijker zijn dan
andere. Dit was voor 2000, 2001 en 2002 het geval voor
arbeidsintensieve diensten. Ik hoop dat het mogelijk zal zijn dezelfde
concertions avec les Régions. Il
s'agit au fond de restructurer
l'impôt.
En ce qui concerne l'écotaxe et les
écobonis, nous n'avons pas
encore reçu les réponses de la
Commission européenne. Je
tenterai d'amener le gouvernement
à marquer son accord avant la fin
de l'année. Pendant les premières
semaines de 2002, il faudra en
débattre au Parlement.
Il ne faut pas oublier les taxes
écologiques et la TVA à l'échelon
européen. Les partenaires de l'UE
sont parvenus à un accord sur la
tarification de la TVA. Et à nos
yeux, la mobilité et le
développement durable sont des
priorités.
On est donc parvenu à un accord
sur une nouvelle taxe sur la
consommation d'énergie, sur le
plan tant structurel que tarifaire.
Nous devons tendre vers une taxe
minimum sur la consommation
d'énergie et sur l'épargne. Il faut
une décision unanime et
l'entreprise n'est pas aisée.
Il sera procédé à 1300
recrutements en 2002, soit le
double de l'an passé. Le Conseil
des ministres a marqué son
accord sur l'engagement de 250
contractuels à Anvers et Bruxelles.
Avec l'introduction du plan
Coperfin, l'administration des
Finances a entamé une toute
nouvelle procédure Plus de 300
fonctionnaires vont entrer en
service. Un budget de 400 millions
de francs a été dégagé en vue des
nouveaux recrutements et de la
restructuration de toutes les
directions.
Un plan quinquennal a été arrêté
pour ce qui est de l'informatique.
La déclaration électronique de la
TVA est déjà une réalité. Cette
année, comme en 2001, 6000
nouveaux PC seront achetés.
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
42
redenering te volgen voor andere zaken.
Er is een akkoord bereikt om in 2002 op twee vlakken door te gaan
met de energietaxatie. Er moet enerzijds een nieuwe taks komen op
energie met een nieuwe tarificatie. Dat betekent dat niet alleen over
een nieuwe structuur moet worden gesproken maar ook over de
verschillende tarieven. Anderzijds moet ook de liberalisering van de
energieproducten worden besproken. De Energieraad en de
Ecofinraad moeten indien mogelijk tegelijkertijd een oplossing
trachten te vinden voor de liberalisering en de taxatie. U weet dat het
in eerste instantie een discussie zal worden tussen Spanje en
Frankrijk. Ook andere landen hebben opmerkingen gemaakt. Groot-
Brittannië bijvoorbeeld vraagt een algemene vrijstelling voor de
gezinnen en Duitsland vraagt een gelijkaardige maatregel voor de
grootste ondernemingen. Volgens mij moeten we streven naar een
minimum aan belastingen op energie en op spaargeld, en niet naar
een taxatie op een minimum aan spaargeld of energie. Er is een
verschil tussen beide. Wij proberen in die richting voort te gaan, maar
daarvoor is er unanimiteit nodig en u weet dat het moeilijker is een
beslissing unaniem te laten goedkeuren dan wel met een
gekwalificeerde meerderheid.
Mijnheer de voorzitter, ik kom dan ten slotte tot de vragen over de
administratie. Wij zetten de herstructurering voort met concrete
maatregelen. In de kantoren wordt misschien nog steeds commentaar
geleverd. Toch hebben we in 2001 meer dan 1.300 nieuwe
aanwervingen gedaan, tegenover 600 à 700 in 2000. Het gaat hier om
een verdubbeling van het aantal aanwervingen in 2001 in vergelijking
met 2000. Voor 2002 willen we overgaan tot ongeveer 1.000
aanwervingen of misschien zelfs iets meer. En dat in een periode van
selectieve aanwervingen voor alle departementen. Ik heb zowat twee
weken geleden bijvoorbeeld het akkoord van de Ministerraad
gekregen voor 250 nieuwe contractuelen voor Antwerpen en Brussel.
U weet dat er zich in beide steden problemen voordoen. We willen via
een specifieke aanpak en door middel van de aanwerving van
250 contractuelen die problemen oplossen.
Wat de algemene herstructurering van de administratie betreft,
hebben we een nieuwe procedure opgestart met Coperfin. Met
Coperfin willen we komen tot het bepalen van een zeer specifieke
taak door zowat 300 ambtenaren. Zij moeten komen tot een nieuwe
opvatting over onze organisatie in heel het departement. Voor die
actie wordt er samengewerkt tussen de departementen Financiën en
Ambtenarenzaken. Het gaat dus niet alleen om aanwervingen maar
ook om een algemene herstructurering van heel het departement.
Volgens mij is het trouwens van belang dat de herstructurering in alle
directies wordt doorgevoerd.
Wat de informatica betreft, werd een vijfjarenplan opgesteld. De
begroting voor dat onderdeel werd verhoogd met ongeveer 30%. Er
zal een en ander gerealiseerd zijn; ik denk bijvoorbeeld aan de
invoering in het begin van volgend jaar van een elektronische aangifte
voor de BTW.
Wij hebben echter ook andere, algemene moderniseringsprocessen
wat de informatica betreft. Voor de ambtenaren zijn er al meer dan
6.000 nieuwe Pc's in 2001. Er is tevens een nieuwe procedure bezig
om in 2002 nog aan 6.000 nieuwe Pc's te geraken. Er zijn dus wel
En mars 2002, Anvers recevra un
scanner portable d'une valeur de
160 millions de francs. A l'avenir, il
faudra s'employer à accroître
l'efficacité des contrôles.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
43
degelijk enkele ontwikkelingen op het terrein, in de verschillende
kantoren. Wij moeten daarin verder gaan, bijvoorbeeld met een
scanner. Daartoe is beslist tot de ingebruikname van een mobiele
scanner in Antwerpen en dit in maart 2002. Dit is een investering van
ongeveer 160 miljoen Belgische frank voor 2001-2002. Er zijn ook
nog andere ontwikkelingen. Zo moeten wij nog een andere aanpak
krijgen wat de controle betreft. Dat geldt zeer zeker voor de BTW. Dat
is niet alleen zo voor de openbare entiteiten, maar ook voor private
vennootschappen. Dat is nu het geval met een nieuwe rondzendbrief
en nieuwe oriëntaties in de administratie. Tenslotte, mijnheer de
voorzitter, probeer ik enkele collega's ervan te overtuigen om een
tweetaligheidpremie of meertaligheidpremie in te voeren. Misschien
moeten wij dat niet alleen voor de ambtenaren doen, maar kunnen wij
de mogelijkheid overwegen om dat ook voor de ministers in te voeren.
04.05 De voorzitter: De bespreking is geschorst.
La discussion est suspendue.
De vergadering is gesloten.
La séance est levée.
De vergadering wordt gesloten om 12.56 uur. Volgende vergadering woensdag 19 december 2001 om
14.30 uur.
La séance est levée à 12.56 heures. Prochaine séance mercredi 19 décembre 2001 à 14.30 heures.
CRIV 50
PLEN 192
19/12/2001
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
45
BIJLAGE
ANNEXE
PLENUMVERGADERING
SÉANCE PLÉNIÈRE
WOENSDAG 19 DECEMBER 2001
MERCREDI 19 DÉCEMBRE 2001
MEDEDELINGEN COMMUNICATIONS
REGERING GOUVERNEMENT
Algemene uitgavenbegroting 2001
Budget général des dépenses 2001
In uitvoering van artikel 15, tweede lid, van de
gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit
zendt de vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale
Economie over:
En exécution de l'article 15, 2
ème
alinéa, des lois
coordonnées sur la comptabilité de l'Etat, le vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale
transmet:
- bij brief van 10 december 2001, een lijst met
herverdelingen van basisallocaties betreffende het
ministerie van Verkeer en Infrastructuur;
- par lettre du 10 décembre 2001, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
ministère des Communications et de l'Infrastructure;
- bij brief van 17 december 2001, een lijst met
herverdelingen van basisallocaties betreffende het
ministerie van Landbouw en Middenstand;
- par lettre du 17 décembre 2001, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
ministère de l'Agriculture et des Classes moyennes;
- bij brief van 18 december 2001, een lijst met
herverdelingen van basisallocaties betreffende het
ministerie van Economische Zaken.
- par lettre du 18 décembre 2001, un bulletin de
redistributions d'allocations de base concernant le
ministère des Affaires économiques.
Verzonden naar de commissie voor de Financiën en
de Begroting
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
ARBITRAGEHOF COUR
D'ARBITRAGE
Beroep tot vernietiging
Recours en annulation
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet
van 6 januari 1989 op het Arbitragehof geeft de
griffier van het Arbitragehof kennis van het beroep
tot vernietiging van programma 10.02 (dienst
Voorzitterschap, secretariaat van de Waalse
Regering en Kanselarij), titel I, VA 45 01 21, en van
artikel 21 in zoverre het betrekking heeft op die
uitgave, van het decreet van het Waalse Gewest
van 14 december 2000 houdende de algemene
uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het
begrotingsjaar 2001, ingesteld door de "Vereinigung
zur Erlangung der Gleichberechtigung des
deutschen Sprachgebietes Belgiens als Region &
Gemeinschaft VEG, VoE"; de beschikking tot
beslissing dat het onderzoek in het Nederlands
wordt gevoerd.
En application de l'article 76 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie le recours en annulation
du programme 10.02 (service de la Présidence,
secrétariat du Gouvernement wallon et
Chancellerie), Titre I, VA 45 01 21, et de l'article 21
en tant qu'il porte sur cette dépense, du décret de la
Région wallonne du 14 décembre 2000 contenant le
budget général des dépenses de la Région
wallonne pour l'année budgétaire 2001, introduit par
la "Vereinigung zur Erlangung der
Gleichberechtigung des deutschen Sprachgebietes
Belgiens als Region & Gemeinschaft VEG, VoE";
l'ordonnance de décision comme quoi l'instruction a
lieu en néerlandais.
(rolnummer: 2286)
(n° du rôle: 2286)
Ter kennisgeving
Pour information
JAARVERSLAG RAPPORT
ANNUEL
19/12/2001
CRIV 50
PLEN 192
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
46
"Office de la Naissance et de l'Enfance"
Office de la Naissance et de l'Enfance
Bij brief van 12 december 2001 zendt de voorzitter
van de "Office de la Naissance et de l'Enfance" het
jaarverslag 2000 van de "Office de la Naissance et
de l'Enfance" over.
Par lettre du 12 décembre 2001, la présidente de
l'Office de la Naissance et de l'Enfance transmet le
rapport annuel 2000 de l'Office de la Naissance et
de l'Enfance.
Verzonden naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing
Renvoi à la commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société
ADVIEZEN AVIS
Hoge Raad voor de Justitie
Conseil supérieur de la Justice
Bij brieven van 17 december 2001 zendt de
voorzitter van de Hoge Raad voor de Justitie de
volgende adviezen over:
Par lettres du 17 décembre 2001, la présidente du
Conseil supérieur de la Justice transmet les avis
suivants:
- advies over het voorontwerp van wet houdende
antwoorden op delinquent gedrag door
minderjarigen;
- avis concernant l'avant-projet de loi portant
réponses au comportement délinquant de mineurs;
- advies betreffende het voorontwerp van wet tot
wijziging van artikel 545 van het Strafwetboek, van
de procedure van onmiddellijke verschijning in
strafzaken en van de regeling van de rechtspleging
door de raadkamer.
- avis sur l'avant-projet de loi portant modification de
l'article 545 du Code pénal, de la procédure de
comparution immédiate et matière pénale et du
règlement de la procédure par la chambre du
conseil.
Deze adviezen werden door de algemene
vergadering van de Hoge Raad voor de Justitie op
12 december 2001 goedgekeurd.
Ces avis ont été approuvés par l'assemblée
générale du Conseil supérieur de la Justice, en sa
séance du 12 décembre 2001.
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
Renvoi à la commission de la Justice