KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 PLEN 320
CRIV 50 PLEN 320
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
P
LENUMVERGADERING
S
ÉANCE PLÉNIÈRE
woensdag
mercredi
05-02-2003
05-02-2003
10:15 uur
10:15 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Berichten van verhindering
1
Excusés
1
Regeling van de werkzaamheden
1
Ordre des travaux
1
PARLEMENTAIR ONDERZOEK
2
ENQUÊTE PARLEMENTAIRE
2
Verslag van de parlementaire
onderzoekscommissie belast met het onderzoek
van de omstandigheden die hebben geleid tot het
faillissement van Sabena, de bepaling van de
eventuele verantwoordelijkheden en de
formulering van aanbevelingen voor de toekomst
(1514/3)
2
Rapport de la commission d'enquête
parlementaire chargée d'examiner les
circonstances qui ont conduit à la mise en faillite
de la Sabena, de déterminer les éventuelles
responsabilités et de formuler des
recommandations pour l'avenir (1514/3)
2
Bespreking
2
Discussion
2
BIJLAGE
67
ANNEXE
67
Sprekers:
Vincent Decroly,
Jacques
Chabot, rapporteur,
Lode Vanoost,
rapporteur,
Servais Verherstraeten,
rapporteur, Gerolf Annemans, Hugo
Coveliers
, voorzitter van de VLD-fractie,
Willy Cortois, André Smets, Yves Leterme
,
voorzitter van de CD&V-fractie, Ludo Van
Campenhout, Claude Eerdekens
, voorzitter
van de PS-fractie, Guy Verhofstadt, eerste
minister, Karel Van Hoorebeke, Pierre Lano,
Raymond Langendries
, voorzitter van de
cdH-fractie, Rik Daems, minister van
Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en
Participaties
Orateurs: Vincent Decroly, Jacques Chabot,
rapporteur,
Lode Vanoost, rapporteur,
Servais Verherstraeten, rapporteur, Gerolf
Annemans, Hugo Coveliers
, président du
groupe VLD, Willy Cortois, André Smets,
Yves Leterme
, président du groupe CD&V,
Ludo Van Campenhout, Claude Eerdekens
,
président du groupe PS, Guy Verhofstadt,
premier ministre, Karel Van Hoorebeke,
Pierre Lano, Raymond Langendries
,
président du groupe cdH, Rik Daems,
ministre des Télécommunications et des
Entreprises et Participations publiques
INTERNE BESLUITEN
67
DECISIONS INTERNES
67
PARLEMENTAIRE OVERLEGCOMMISSIE
67
COMMISSION PARLEMENTAIRE DE
CONCERTATION
67
B
ESLISSINGEN
67
D
ECISIONS
67
INTERPELLATIEVERZOEKEN
68
DEMANDES D'INTERPELLATION
68
I
NGEKOMEN
68
D
EMANDES
68
VOORSTELLEN
69
PROPOSITIONS
69
V
ERZOEK OM ADVIES VAN
R
AAD VAN
S
TATE
69
D
EMANDE D
'
AVIS AU
C
ONSEIL D
'E
TAT
69
MEDEDELINGEN
69
COMMUNICATIONS
69
SENAAT
69
SENAT
69
O
VERGEZONDEN WETSONTWERPEN
69
P
ROJETS DE LOI TRANSMIS
69
E
VOCATIE
70
E
VOCATION
70
REGERING
71
GOUVERNEMENT
71
A
LGEMENE UITGAVENBEGROTING
2002
EN
2003 ­
H
ERVERDELING DES BASISALLOCATIES
71
B
UDGET GENERAL DES DEPENSES
2002
ET
2003 ­
R
EDISTRIBUTION DES ALLOCATIONS DE BASE
71
ARBITRAGEHOF
71
COUR D'ARBITRAGE
71
A
RRESTEN
71
A
RRETS
71
B
EROEPEN TOT VERNIETIGING
72
R
ECOURS EN ANNULATION
72
P
REJUDICIËLE VRAGEN
72
Q
UESTIONS PREJUDICIELLES
72
ADVIEZEN
73
AVIS
73
C
ENTRALE
R
AAD VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
73
C
ONSEIL CENTRAL DE L
'E
CONOMIE
73
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1



PLENUMVERGADERING
SÉANCE PLÉNIÈRE
van
WOENSDAG
5
FEBRUARI
2003
10:15 uur
______
du
MERCREDI
5
FÉVRIER
2003
10:15 heures
______

De vergadering wordt geopend om 10.16 uur door de heer Herman De Croo, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.16 heures par M. Herman De Croo, président.

Tegenwoordig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Rik Daems, Guy Verhofstadt.

De voorzitter: De vergadering is geopend.
La séance est ouverte.
Berichten van verhindering
Excusés

Guy D'haeseleer, André Schellens, wegens ziekte / pour raison de santé.
01 Regeling van de werkzaamheden
01 Ordre des travaux

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 3 februari 2003, stel ik u voor
volgende wetsontwerpen op onze agenda van donderdagnamiddag in te schrijven:
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 3 février 2003, je vous propose d'inscrire à
notre ordre du jour du jeudi après-midi les projets de loi suivants:

- Wetsontwerp houdende oprichting van een centraal Orgaan voor de inbeslagneming en de
verbeurdverklaring en houdende bepalingen inzake het waardevast beheer van in beslag genomen
goederen en de uitvoering van bepaalde vermogenssancties (nr. 2217/1);
- Projet de loi portant création d'un Organe central pour la saisie et la confiscation et portant des
dispositions sur la gestion à valeur constante des biens saisis et sur l'exécution de certaines sanctions
patrimoniales (n° 2117/1);

- Wetsontwerp houdende instemming met de volgende internationale akten:
1. Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de
Raad bijeen, betreffende de financiering en het beheer van de steun van de Gemeenschap in het kader
van het financieel protocol bij de partnerschapsovereenkomst tussen de Staten in Afrika, het Caribisch
gebied en de Stille Oceaan en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, ondertekend te Cotonou
(Benin) op 23 juni 2000, en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden
overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het EG-Verdrag van toepassing zijn, en Bijlage;
2. Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de
Raad bijeen, inzake maatregelen en procedures voor de tenuitvoerlegging van de ACS-EG-
Partnerschapsovereenkomst, en Bijlage, gedaan te Brussel op 18 september 2000 (nr. 2257/1).
Projet de loi portant assentiment aux actes internationaux suivants:
1. Accord interne entre les représentants des gouvernements des Etats membres, réunis au sein du Conseil,
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
relatif au financement et à la gestion des aides de la Communauté dans le cadre du protocole financier de
l'accord de partenariat entre les Etats d'Afrique, des Caraïbes et du Pacifique et la Communauté européenne et
ses Etats membres, signé à Cotonou (Bénin) le 23 juin 2000, et à l'affectation des aides financières destinées
aux pays et territoires d'outre-mer auxquels s'appliquent les dispositions de la quatrième partie du traité CE, et
Annexe;
2. Accord interne entre les représentants des gouvernements des Etats-membres, réunis au sein du Conseil,
relatif aux mesures à prendre et aux procédures à suivre pour la mise en oeuvre de l'accord de partenariat ACP-
CE, et Annexe, fait à Bruxelles le 18 septembre 2000 (n° 2257/1).

Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.

Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Parlementair onderzoek
Enquête parlementaire
02 Verslag van de parlementaire onderzoekscommissie belast met het onderzoek van de
omstandigheden die hebben geleid tot het faillissement van Sabena, de bepaling van de eventuele
verantwoordelijkheden en de formulering van aanbevelingen voor de toekomst (1514/3)
02 Rapport de la commission d'enquête parlementaire chargée d'examiner les circonstances qui
ont conduit à la mise en faillite de la Sabena, de déterminer les éventuelles responsabilités et de
formuler des recommandations pour l'avenir (1514/3)

Bespreking
Discussion

De bespreking is geopend.
La discussion est ouverte.

Le président: Chers collègues, j'ai écrit aux chefs de groupe, vendredi dernier, au sujet de l'ordre de nos
travaux d'aujourd'hui. En conférence des présidents, nous avons convenu d'essayer de terminer le débat
vers 18.00 heures, si tout va bien. Il est évident que je n'ai pas de précédent pour la limitation du temps
de parole.

Ik heb met de fracties een soort van voorafsraak gemaakt. Men zou niet meer dan maximaal een klein
uurtje per fractie gebruiken. De sprekers zouden zich misschien kunnen beperken tot maximaal een
halfuur als zij alleen maar zouden spreken. Er is in dit debat dat de Kamer terzake organiseert geen regel.

Le but essentiel est de terminer ce débat important vers 18.30 heures aujourd'hui.

Ik stel u het volgende voor. In de eerste plaats zal ik het woord geven aan de verslaggevers.

Les rapporteurs sont MM. Chabot, Vanoost et Verherstraeten. Vous êtes-vous réparti la tâche, messieurs?

Is er een afspraak onder de verslaggevers? De heer Chabot begint, daarna de heer Vanoost en dan de
heer Verherstraeten.
02.01 Vincent Decroly (indépendant): Monsieur le président, je
voudrais soulever une question de procédure et formuler une motion
d'ordre.

Monsieur le président, les auditions l'ont montré et chacun en
Belgique en a connaissance, vous avez, à titre personnel comme en
charge de différentes fonctions ­ notamment quand vous avez
exercé des responsabilités ministérielles ­ une part de responsabilité
02.01 Vincent Decroly
(onafhankelijke): Ik heb een vraag
in verband met de procedure die
bij deze bespreking wordt
gevolgd. U bent mogelijk deels
verantwoordelijk ­ in welke mate
dient te worden bepaald ­ voor de
omstandigheden die tot het
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
à déterminer dans ce qui est arrivé à la Sabena, au cours de son
histoire et en particulier dans la manière dont elle a terminé sa vie.

Dès lors, je pose la question de savoir s'il est logique que les débats
d'aujourd'hui soient placés sous votre présidence. Nous avons
clairement tous le souvenir de votre audition devant la commission
d'enquête. Nous savons quel rôle vous avez joué. Il ne m'appartient
pas ici de préjuger de la manière dont la Chambre évaluera ce rôle
mais est-ce bien à vous, aujourd'hui, monsieur De Croo, de présider
nos travaux?
faillissement van Sabena hebben
geleid. Is het dan wel logisch dat u
deze vergadering voorzit,
mijnheer de voorzitter?
Le président: J'estime que je suis susceptible et capable de le faire
avec l'objectivité nécessaire, sauf si la Chambre décidait que je dois
me faire remplacer. Je ne crois pas que ce soit le cas, merci
monsieur Decroly.

De voorzitter: Ik meen dat ik in
staat ben om de debatten met de
nodige objectiviteit te leiden, tenzij
de Kamer daar anders zou over
beslissen.
02.02 Jacques Chabot, rapporteur: Monsieur le président,
monsieur le premier ministre, messieurs les ministres, chers
collègues, en préambule et malgré un certain nombre de difficultés
rencontrées au cours de cette année de travail, je tiens à remercier ­
et j'espère pouvoir le faire au nom de mes collègues ­ le président
de la commission ainsi que les experts et le personnel de la
Chambre affectés à notre commission d'enquête.

En tant que rapporteur de cette commission d'enquête parlementaire,
la mission qui m'a été assignée consiste à vous brosser un portrait
d'ensemble du contenu du rapport et de la manière dont il a été
élaboré et ce, pour toute la partie qui a servi de socle aux
constatations, aux responsabilités et aux recommandations.

Permettez-moi, avant tout autre propos, de rappeler le drame
humain qu'a constitué la faillite de notre compagnie aérienne
nationale. Chaque sabénien vit, depuis ce moment, une situation
difficile, même la personne qui a réussi à trouver du travail et à
assumer une reconversion dans un métier parfois totalement
différent de celui pour lequel il ou elle se sentait destiné(e).

A ce stade, il me semble judicieux de rappeler les objectifs de notre
commission:
- dresser l'inventaire de tous les faits qui, depuis 1975, ont entraîné la
faillite de la Sabena;
- procéder à l'examen des décisions stratégiques;
- étudier la gestion de la Sabena par Swissair et le contrôle de celle-
ci par les organes compétents;
- déterminer les causes majeures de l'échec des différents plans de
restructuration;
- examiner les causes des déconvenues successives en matière de
partenariat;
- déterminer clairement les raisons de la faillite;
- et enfin, pointer les responsabilités avant de formuler les
recommandations pour l'avenir.

Il est vrai que la commission a été confrontée à certaines limites,
notamment en raison du problème de l'audition par la commission de
personnes visées par l'instruction judiciaire ou susceptibles de l'être.
Il faut d'ailleurs saluer, à ce propos, la concertation permanente qui
s'est déroulée entre le président de la commission et le procureur
02.02 Jacques Chabot,
rapporteur: Vooraf zou ik de
voorzitter van de commissie, de
deskundigen en de
personeelsleden van de Kamer
die ermee belast werden de
onderzoekscommissie bij te staan,
willen bedanken. Als rapporteur
zal ik een algemeen beeld
schetsen van de inhoud van het
verslag en van de manier waarop
het is tot stand gekomen, en zulks
voor het gedeelte betreffende de
vaststellingen, de
verantwoordelijkheden en de
aanbevelingen.

Ik wil er in de eerste plaats op
wijzen dat het faillissement van
onze nationale
luchtvaartmaatschappij een
menselijk drama is. Alle
voormalige Sabena-werknemers,
ook degenen die erin geslaagd
zijn een andere baan te vinden,
hebben het daar nog altijd moeilijk
mee. De Commissie had zich ten
doel gesteld een inventaris op te
maken van alle feiten die sinds
1975 tot het faillissement van
Sabena hebben geleid, de
strategische beslissingen en het
beheer van Sabena door Swissair
en het toezicht op dat beheer door
de bevoegde organen te
onderzoeken, na te gaan welke de
hoofdoorzaken zijn van het
mislukken van de verschillende
herstructureringsplannen, de
oorzaken te achterhalen van het
mislukken van de samenwerking
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
général près la Cour d'appel.

La nomenclature du document se définit comme suit: le premier
chapitre reprend tous les travaux préparatoires de la commission, à
savoir:
- la chronologie des travaux de la commission, qui montre à quel
rythme les auditions se sont succédées, sans oublier l'ensemble des
exposés préalables auxquels nous avons participé en vue d'une mise
à niveau dans des matières, comme la procédure de faillite, les
pratiques commerciales du secteur aérien, le "corporate
governance", et j'en passe;
- les questions préliminaires qui constituent un préambule
indispensable puisque la commission a dû se pencher sur des
questions de principe telles que la procédure de faillite, l'audition de
la présidente du tribunal de commerce, Mme Spiritus-Dassesse,
l'instruction pénale menée par le juge Van Espen à Bruxelles ou
encore le refus de certaines personnes résidant à l'étranger de venir
témoigner devant la commission;
- les documents mis à la disposition, ainsi que la chronologie des
faits relatifs à l'histoire de la Sabena.

Ces travaux préparatoires ont duré grosso modo deux mois.

J'en viens à présent au chapitre deux de notre rapport. Ce chapitre
aborde la situation juridique et économique de la compagnie
aérienne, c'est-à-dire une analyse complète des conventions telles
que l'accord entre actionnaires de 1995, l'accord de l'hôtel Astoria,
les contrats CityBird et Virgin Express et d'autres encore.

Cette analyse juridique visait à définir les objectifs poursuivis lors de
la conclusion des accords et à déterminer les devoirs et les
obligations des différentes parties concernées.

L'analyse économique balaie tous les indicateurs pertinents de
liquidité, de solvabilité ou de rentabilité, sans oublier les multiples
comparaisons de la Sabena avec des compagnies similaires en
Europe, ce qui nous a permis de nous faire une idée précise de la
situation de la compagnie belge dans le marché aérien international.
Ces micro- et macro-analyses reposent sur des données comptables
ainsi que sur le détail de certaines rubriques des comptes annuels.
Les données relatives à la Sabena servent de point de départ et sont
ensuite complétées par les données consolidées disponibles.

Le chapitre 3 regroupe les dépositions de témoins sur la base d'une
méthode d'analyse thématique reprenant le fonctionnement de la
Sabena avant 1975, entre 1975 et 1991, entre 1991 et 1995 et après
1995, en ce compris la période du concordat et le règlement de la
faillite.

Les constatations sont reprises dans le chapitre 4 et subdivisées en
parties relatives aux motifs directs et immédiats de la faillite, aux
éléments fondamentaux ayant mené directement ou indirectement à
celle-ci, à la faillite elle-même et au fonctionnement de la
commission d'enquête.

Le chapitre 5 est celui des responsabilités évoquées au niveau de
l'actionnaire suisse et de l'actionnaire belge, du conseil
d'administration, du comité de direction, du management, du
met partners uit de
luchtvaartsector, de oorzaken van
het faillissement vast te stellen en
ten slotte, de
verantwoordelijkheden bloot te
leggen alvorens aanbevelingen
voor de toekomst te formuleren.

De commissie heeft te maken
gehad met enkele beperkingen,
onder andere omwille van de
hoorzittingen met personen die in
het gerechtelijk onderzoek werden
of konden worden geviseerd.

Ik geef u een overzicht.

Het eerste hoofdstuk bevat alle
voorbereidende werkzaamheden
van de commissie, namelijk de
chronologie van de
werkzaamheden van de
commissie en het geheel van de
voorafgaande uiteenzettingen, de
preliminaire kwesties, de
terbeschikkinggestelde
documenten en de chronologie
van de feiten.

Die voorbereidende
werkzaamheden hebben grosso
modo twee maanden geduurd.

Hoofdstuk 2 beschrijft de
juridische, contractuele en
economische toestand waarin
SABENA verkeerde.

Hoofdstuk 3 bevat de
getuigenverklaringen over de
werking van SABENA voor 1975,
tussen 1975 en 1991, tussen 1991
en 1995 en na 1995.

Hoofdstuk 4 maakt een
onderverdeling van de
vaststellingen afhankelijk van de
rechtstreekse en onmiddellijke
aanleiding tot het faillissement, de
elementen die ertoe hebben
geleid, het faillissement zelf en de
werkwijze van de
onderzoekscommissie.

Hoofdstuk 5 handelt over de
verantwoordelijkheden.

Tot slot formuleren we een aantal
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
personnel, des syndicats et même des acteurs externes comme les
banques, les bureaux de consultance ou les commissaires-réviseurs
de la compagnie.

Enfin, à l'instar des autres commissions parlementaires, nous
proposons une série de recommandations afin d'éviter qu'une telle
situation ne se reproduise dans notre pays. Ces recommandations
concernent la politique des pouvoirs publics, la réglementation
européenne en matière de participation des pouvoirs publics dans
des entreprises privées et de "corporate governance", la législation
sociale, le processus judiciaire, le contrôle parlementaire des
entreprises publiques, la gestion de la documentation par les
autorités publiques, l'amélioration de l'infrastructure et des
recommandations relatives, notamment, à une meilleure formation
en gestion publique.

L'ambiance de nos travaux est restée très correcte, compte tenu de
la difficulté du dossier que nous avions sur la table. Cependant, je ne
peux que déplorer les nombreuses fuites, qui avaient sans doute
pour but de nous déstabiliser et jeter le discrédit sur un travail délicat
à réaliser.

Avant d'entamer une analyse plus personnelle, je tiens à affirmer,
haut et fort, que la responsabilité de la faillite de la Sabena revient
principalement à la compagnie Swissair qui, sans vergogne et avec
un cynisme inqualifiable, a floué notre compagnie aérienne ainsi que
l'actionnaire belge.

En ce qui concerne les différents managers qui se sont succédé à la
tête de la compagnie, il faut souligner que Reutlinger a
manifestement outrepassé ses responsabilités, par exemple, lors de
la conclusion de contrats avec CityBird et Virgin Express et ce, sans
mandat de son conseil d'administration.

Les banques de Swissair ont accepté de mettre de nouveaux
capitaux à disposition de cette dernière à condition qu'elle
abandonne ses participations étrangères déficitaires dont la Sabena.
C'est pourquoi Swissair a abandonné ses parts dans AOM et Air
Littoral.

Quant aux responsabilités, je tiens à répéter toute l'indignation que je
ressens à l'annonce du rapport établi par Ernst & Young sur la
situation comptable et financière de Swissair.

La renaissance miraculeuse de la compagnie suisse, que je
qualifierai de brillamment orchestrée, nécessite, en effet, une
enquête en profondeur afin que justice soit faite.

Dès lors, j'engage les membres de notre gouvernement à utiliser les
conclusions de ce rapport pour obliger les banques suisses à faire
face à leurs obligations vis-à-vis de feu notre compagnie belge et
surtout de son personnel.

J'en terminerai par mon opinion sur le chapitre des
recommandations.

Il est vrai que ce chapitre aurait mérité plus d'attention et de temps
que ce que nous avons pu lui accorder. En effet, certaines
aanbevelingen om te voorkomen
dat een dergelijke toestand zich
nogmaals zou voordoen.

De werkzaamheden zijn in een
serene sfeer verlopen, rekening
houdend met de delicate aard van
het dossier. Ik betreur evenwel dat
er heel wat werd gelekt, wellicht
met de bedoeling de commissie te
verzwakken en onze
werkzaamheden in diskrediet te
brengen.

Ik sta er op in alle duidelijkheid te
zeggen dat de
verantwoordelijkheid voor het
faillissement van Sabena
hoofdzakelijk bij Swissair ligt.
Overigens is Reutlinger zijn
bevoegdheden duidelijk te buiten
gegaan.

De banken waren bereid nieuw
kapitaal in Swissair te pompen op
voorwaarde dat dit afzag van de
verlieslatende buitenlandse
deelnemingen. De miraculeuze en
briljant georkestreerde
wederopstanding van Swissair zou
moeten worden onderzocht.

Ik vraag de regering dit verslag,
waarvan bepaalde aanbevelingen
misschien wat algemeen en vaag
lijken en een grondiger analyse
vergen, te gebruiken om de
Zwitserse banken te verplichten
hun verbintenissen ten aanzien
van wijlen onze
luchtvaartmaatschappij na te
komen.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
recommandations peuvent paraître trop généralistes ou trop floues
par rapport au dossier étudié, à savoir celui de la Sabena. Il faudra
donc veiller à analyser en profondeur les recommandations
préconisées avant d'envisager une quelconque application.

Je vous remercie.
02.03 Lode Vanoost, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, collega's,
ik wou in de eerste plaats voor iedereen aanwezig duidelijk maken
dat de voorstelling van het rapport ­ wat nu gebeurt ­ niet de
persoonlijke interventie is van de sprekers, niet van de vorige
sprekers noch van mezelf. Wat wij nu doen, is het rapport voorstellen
in zijn geledingen. De uiteenzettingen die wij zelf zullen doen, zullen
later komen, in de loop van de dag. Ik zeg dat om even het
onderscheid duidelijk te maken.

Uiteraard wens ik ook de heren Morlet, De Lembre, Vanthemsche en
Garny te danken voor het uitstekende werk dat zij gedaan hebben. Ik
wil zeker ook het personeel van de Kamer bedanken, in het bijzonder
de secretarissen, de heren De Ryck en Schelstraete en uiteraard de
tolken die ons zo lang ­ gedurende een jaar ­ hebben bijgestaan bij
die moeilijke arbeid.

Collega's, ik wil even het hoofdstuk 4 Vaststellingen toelichten.
Omwille van de neutraliteit zal ik mij vooral beperken tot het
aanhalen van enkele citaten en die even toelichten. Het voorwerp
van de vaststellingen staat geformuleerd op pagina 238: "Deze
commissie zal zich niet beperken tot een loutere opsomming van alle
voor de werking van Sabena negatieve factoren. Integendeel, zij zal
zich toespitsen op die elementen die volgens haar rechtstreeks of
onrechtstreeks tot het faillissement hebben geleid".

Over de rechtstreekse aanleiding, collega's, tot het faillissement van
Sabena bestaat er, denk ik, voor niemand discussie. Op 7 november
2001 heeft de raad van bestuur van Sabena de boeken neergelegd
om twee reden. Er was geen geld meer en bovendien kreeg Sabena
geen geld meer. Waarom was dat zo? Omdat de andere
aandeelhouder, Swissair, de minderheidsaandeelhouder, de
verbintenis die hij had aangegaan om te herkapitaliseren, niet wilde
nakomen. Op 1 oktober werd er geen geld meer gestort en is het
doek gevallen.

Er zijn ook een aantal elementen die minder rechtstreeks tot het
faillissement hebben geleid. Daarvoor geeft het rapport eerst een
lange voorgeschiedenis en begint dan met 1975 en de
herkapitalisering met 4,25 miljard. In 1975 was er ook de mislukking
van de alliantie met KLM. In 1979 opnieuw 3 miljard aan steun en het
plan-Van Rafelghem. In 1981 volgt een rapport van de Inspectie van
Financiën dat zegt: "Sabena is virtueel failliet." In 1982 wordt er een
einde gemaakt aan de automatische dekking van de schulden van
Sabena. In datzelfde jaar wordt Sabena ook geherkapitaliseerd met
inbreng vanuit de privé, zij het dat die privé-investering een bijzonder
karakter had. De externe investeerders kregen immers een
gewaarborgd dividend van 10%, ongeacht het feit of Sabena nu wel
of geen winst maakte. In 1983 is de filialisering doorgevoerd. In 1987
heeft men met SAS onderhandeld. Dit is ook mislukt. In 1988 was er
KLM; opnieuw mislukt. In 1990 is Sabena samengegaan met KLM en
British Airways. Ook dat heeft maar een jaar stand gehouden. In
02.03 Lode Vanoost, rapporteur:
La commission a réalisé un
excellent travail, il convient donc
de remercier toutes les personnes
qui y ont collaboré. Le rapport
étant devenu très volumineux, je
me limiterai à en commenter les
constatations.

La commission ne s'est pas
limitée à une simple énumération
des facteurs négatifs qui ont
influencé le fonctionnement et la
gestion de la Sabena. Elle s'est
penchée sur les éléments qui ont
contribué, directement ou
indirectement, à la faillite de la
compagnie aérienne. Celle-ci a
fait faillite parce qu'elle ne
disposait plus de liquidités et que
de nouveaux capitaux n'arrivaient
plus, Swissair ne respectant pas
ses engagements. D'autres
éléments encore ont contribué,
fût-ce dans une moindre mesure,
à la faillite.

Le rapport comprend un long
historique, allant de la
recapitalisation et de l'alliance
ratée avec la KLM en 1975, en
passant par les diverses injections
de capitaux, les tentatives
d'alliances avec la SAS, British
Airways et Air France, la
transformation en une compagnie
purement privée et les faillites
virtuelles pour arriver à la faillite
finale. Les pouvoirs publics ont
exercé une influence considérable
sur le destin de la société. Les
aides publiques étaient
considérées comme allant de soi.
Cet élément notamment explique
que la compagnie n'était pas de
taille à affronter la concurrence.
En 1995, il régnait encore une
culture d'entreprise dépassée.
L'alliance avec Swissair n'a rien
arrangé.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
1992 was er de omvorming tot een zuiver private NV wat het tot dan
nog niet was. Sabena was niet zomaar een naamloze vennootschap
maar had een speciaal, bijzonder karakter. Pas in 1992 is Sabena
een echte, zuivere private naamloze vennootschap geworden. De
samenwerking met Air France is zoals u weet ook mislukt. Ik citeer:
"De voortdurende rol van de overheid in het Sabena-dossier heeft
wel degelijk een bijzonder zware invloed gehad op de prestaties in
dat bedrijf".

Ik citeer: "Overheidssteun ­ dus de steun van de Belgische overheid
­ werd door het bedrijf als een evidentie beschouwd. Mede als
gevolg hiervan, was de nationale luchtvaartmaatschappij niet
opgewassen tegen de internationale concurrentie". Die kwalen van
het verleden ­ bedrijfscultuur van een overheidsbedrijf en te traag
beslissingsproces en te hoge kostenstructuur ­ bestonden nog steeds
in 1995 en konden ook daarna niet worden verholpen. De alliantie
Sabena-Swissair is er ook niet in geslaagd om die kwalen wat te
verhelpen.

Als er iets is dat wij permanent terugvinden bij het zoeken naar een
partner, dan is het telkens weer wanneer men een partner zocht, dat
men onvoldoende naging wat de sterkte en de kracht van die
toekomstige partner was. In het vakjargon noemt men dat due
diligence. Dat komt neer op een onderzoek van het gezond verstand.
Als je namelijk met een partner samengaat, ga je in volle openheid
bij elkaar kijken hoeveel je waard bent. Sabena heeft dat dus nooit
gedaan. Juridisch was alles piekfijn in orde, maar het financieel
onderzoek was altijd veel te beperkt. Men wist dus eigenlijk nooit met
wie men in zee ging. Men wist nooit wat men in de kuip had.

Ik kom tot de bedrijfsstrategie of beter het gebrek aan
bedrijfsstrategie, want een echte bedrijfsstrategie heeft dit bedrijf
nooit gehad. De leiding van het bedrijf besliste ad hoc ­ au fur et à
mesure, zou men in het Frans zeggen ­ naargelang het jaar verliep,
jaar na jaar. Er was gewoon geen visie op lange termijn. Door
professor De Lembre werd dat zeer accuraat omschreven als
"zwalpmethode". Met andere woorden, zwalpen betekent gewoon met
de golven meegaan, zonder eigenlijk het stuur in handen te houden.

Wel heeft men twee dingen gepoogd. Eerst en vooral is dat
inderdaad het zoeken naar een alliantie met een buitenlandse
partner. Een ding wist men zeker: Sabena was op zich te zwak om te
overleven. Ik heb alle vruchteloze pogingen al opgenoemd; ze zijn
allemaal negatief afgelopen. U kan dat in detail lezen in het rapport.
Toch citeer ik even pagina 244: "Zowel de Belgische Staat als de
partner van het ogenblik ­ Air France, KLM, British Airways, Swissair
op het einde ­ hebben bij het sluiten van nieuwe allianties bijkomend
kapitaal ingebracht".

Zij kwamen zo tot een eigen vermogen van 25%, met andere
woorden net genoeg om door te gaan. Maar onmiddellijk daarna
zakte het percentage weer weg. Met andere woorden, men gaf
telkens genoeg om te kunnen beginnen maar niet om echt te kunnen
doorgaan. Te veel om onmiddellijk ten onder te gaan, te weinig om
echt te overleven, dat was ongeveer de lijn die zat in de steun die de
overheid gaf.

Men heeft toen dat fameuze hub-and-spoke-systeem willen invoeren.
A chaque fois que la Sabena a
cherché un partenaire, une
analyse suffisante de la puissance
et de la future force de ce
partenaire a fait défaut. Tout était
en ordre d'un point de vue
juridique, mais il manquait une
analyse financière en profondeur.
Une seule chose était toutefois
certaine: la Sabena était trop
faible pour survivre seule.

Il n'y a jamais eu de véritable
stratégie d'entreprise ni de vision
à long terme. Le professeur De
Lembre a exprimé cette réalité en
termes forts justes, puisqu'il a
qualifié la méthode de travail de
"navigation à vue".

L'Etat belge et le partenaire du
moment ont toujours alloué juste
assez de fonds pour assurer la
survie de la Sabena, mais les
fonds propres disparaissaient à
nouveau immédiatement. C'est
alors qu'est arrivé le projet
ambitieux "hub and spokes" que
la Sabena devait réaliser en
collaboration avec Swissair: un
réseau intercontinental devait être
développé pour remédier aux
faiblesses de la Sabena en
interne. Ce projet impliquait une
stratégie de croissance, à un
moment où il existait déjà une
surcapacité dans le secteur. Ce
n'est qu'avec M. Müller que la
stratégie de croissance a été
limitée dans le cadre du Blue Sky
Plan
. La possibilité de croître
existait, mais la capacité engagée
était trop grande.

La société était dirigée de manière
confuse et inefficace. Le
management n'informait pas le
conseil d'administration et celui-ci
ne se montrait pas suffisamment
assertif. L'achat de 34 Airbus était
navrant: un plan de
développement n'a été élaboré
qu'un mois plus tard et il n'y avait
pas de plan complet pour le
financement.

Après le départ de M. Godfroid,
l'arrivée de M. Reutlinger a
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
Voor de collega's die niet weten wat hub-and-spoke betekent,
verklaar ik die terminologie. Het valt te vergelijken met de naaf en de
spaken van een fietswiel. Naaf-en-spaak dus, maar het klinkt
natuurlijk modieuzer in het Engels, waarbij men Brussel als de naaf
zag en alle vluchtroutes met elkaar verbonden werden als de spaken
van een wiel. Sabena zat in België met een thuismarkt die te beperkt
was en men wou een intercontinentaal netwerk uitbouwen om die
zwakte te compenseren. Men heeft dus, zodra Swissair met Sabena
samenwerkte, een zeer ambitieuze groeistrategie gevolgd. Nochtans,
toen Sabena ging samenwerken met Swissair, en die groeistrategie
volgde, was dat precies op het ogenblik dat de sector als geheel
reeds met een enorme overcapaciteit zat. Bovendien was de partner
zelf net van die groeistrategie aan het terugkomen.

Het heeft jammer genoeg geduurd tot het plan-Blue Sky van Müller
vooraleer de groeistrategie werd teruggeschroefd. Nu kan men
zeggen dat Sabena niets anders deed dan groeien. Het probleem
was alleen ­ om het in gewone mensentermen te zeggen ­ dat,
wanneer men één autobus uitbaat en men ziet dat men er wel vijf
kan vol krijgen, men geen tien bussen moet kopen, want dan zit men
met een slechtere situatie dan tevoren, ondanks het feit dat men vijf
keer gegroeid is. Dat is zo'n beetje wat bij Sabena gebeurd is. Er was
een mogelijkheid om te groeien, maar de capaciteit die men
daarvoor inzette, was veel en veel te groot.

De manier waarop het bedrijf werd bestuurd ­ het is mode om dat
corporate governance te noemen, overigens een heel correcte
manier om een bedrijf te besturen ­ getuigde niet van gezond
verstand en transparantie zoals het geval had moeten zijn. Wij
konden zien dat het management en het bestuur elkaar niet eens
degelijke informatie doorgaven, zeker in verband met investeringen
inzake de vliegtuigen, dat de raad van bestuur bovendien een totaal
gebrek aan assertiviteit vertoonde, en dat de strategische opties en
de ondernemingsplannen van het management zonder meer,
gewoon omdat de CEO ze voorstelde, werden goedgekeurd. Ik geef
het voorbeeld van de aankoop van de 34 Airbussen, waar het
allemaal nog veel schrijnender was. Eerst keurde men de aankoop
goed, en dan ging men, een maand later, een ontwikkelingsplan
goedkeuren dat zogezegd de aanleiding daarvoor was. Dat is de
wereld op zijn kop zetten: men moet eerst bepalen wat men gaat
doen en dan hoeveel vliegtuigen daarvoor nodig zijn. Wel, de raad
van bestuur van Sabena deed het omgekeerde.

Bovendien gebeurde de financiering van die toestellen maar partieel,
zonder enig globaal plan. Om het in eenvoudige termen te zeggen:
Sabena ging één huis kopen, maar de notaris zei dat één huis kopen
niet ging. Dus ging Sabena naar een andere notaris en kocht nog een
huis, enzovoort, enzovoort, telkens met hetzelfde geld natuurlijk.
Voor elke aankoop afzonderlijk leek de financiering te kloppen, maar
als men alles bijeen zou leggen, zou blijken dat Sabena dat niet kon
betalen. Wel, dat alles bijeenleggen is nooit gebeurd. Er is nooit
bekeken wat de aankoop van de Avro's, en later van de Airbussen,
voor de middellange en de lange afstand feitelijk betekende.

De komst van Reutlinger heeft inderdaad een vorm van sociale
vrede gebracht, na de periode van Godfroid waarin alle CAO's waren
opgezegd ­ de mensen van Sabena zullen zich dat nog wel
herinneren. Het probleem was toen onder meer de bedrijfscultuur.
ramené la paix sociale. Le
problème était cependant la
culture d'entreprise.
Personnellement, jamais je n'ai
cru non plus que la Sabena
pouvait disparaître. La création
d'AMP s'est faite au détriment du
personnel de la Sabena. La
stratégie qui consistait à vendre
davantage de sièges business
class était en totale contradiction
avec les contrats passés avec City
Bird et Virgin Express. Les
restructurations opérées entre
1983 et 2000 n'ont pas eu le
moindre effet positif sur le bilan.
Durant ses 75 années d'existence,
la Sabena n'a jamais réalisé de
bénéfices. Les dernières années,
il n'y avait pas de plan de
financement pour la flotte.

En 1998, M. Reutlinger a présenté
des chiffres positifs. Dans
l'intervalle, nous avons appris
qu'ils résultaient d'une
comptabilisation erronée de
recettes exceptionnelles telles que
la vente d'avions et de créneaux
aéroportuaires (slots) à l'aéroport
d'Heathrow.

On a investi dans la flotte ­ tant
des avions court-courriers que des
avions moyen-courriers et long-
courriers ­ sans procéder à une
analyse de l'évolution du marché
et sans réfléchir aux
conséquences financières. Trente-
quatre Airbus ont été achetés
alors que l'on savait que la
croissance du trafic aérien
appartenait au passé. Ce n'est
qu'un mois plus tard qu'un
business plan a été adopté de
manière à pouvoir utiliser ces
appareils. On a laissé entendre au
conseil d'administration que le
management préconisait à
l'unanimité l'achat d'Airbus, ce qui
n'était pas le cas. Le CEO a fait
pression sur le management pour
choisir Airbus et le conseil
d'administration était intimement
persuadé que la collaboration
avec Swissair devait réussir.
Aucun des témoins n'est parvenu
à nous indiquer clairement la date
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Het is jammer dat ik het moet zeggen, maar toen ik er nog werkte, en
ook later toen ik tijdens een vorige legislatuur het dossier kritisch
bekeek vanuit de oppositie, heb zelfs ik nooit geloofd dat Sabena zou
verdwijnen. Dat was eigenlijk een deel van het probleem: men dacht
altijd dat er wel een oplossing zou komen, dat men wel iets zou
vinden. De waarheid, weten wij nu, is jammer genoeg anders.

De oprichting van AMP gebeurde ten koste van het personeel van
Sabena. De marketingpolitiek bestond er officieel in om zoveel
mogelijk businesspassagiers aan te trekken en te dien einde sloot
men contracten met City Bird en Virgin, hetgeen uiteraard indruiste
tegen het idee.
Bovendien bleek later in de praktijk dat door de oprichting van AMP,
Sabena haar marketingstrategie uit handen gaf.

De herstructureringen van Sabena vanaf 1983 tot 2000, met
filialisering en defilialisering, had geen enkele gunstige invloed op de
balans van het bedrijf en eenmaal de herstructurering van AMP was
doorgevoerd, was de integratie van Sabena vrijwel onomkeerbaar.

Financieel gezien trap ik een open deur in als ik zeg dat Sabena in
de loop van haar 75-jarig bestaan, nooit winst heeft geboekt. Zeker
tijdens de laatste jaren werd er nooit een globaal financieringsplan
opgesteld voor de vernieuwing en de uitbreiding van vloot.

Ik wens het echter specifiek te hebben over het jaar 1998, toen de
CEO Reutlinger uitkwam met bijzonder goede cijfers. Na de aankoop
van de Airbus ging het dat jaar goed met Sabena, want er werd weer
winst geboekt. Wat bleek echter? Dat een aantal zogenaamde
"uitzonderlijke elementen" niet correct in de boekhouding werden
ingeschreven. Er werden dertien 737-toestellen verkocht, die dat jaar
als opbrengst werden geboekt. Bovendien werden de fameuze
hedgingcontracten waarbij men zich een beetje verzekert tegen
prijsschommelingen van de keroseen tegen 43,5 miljoen euro en
werden de slots in Heathrow gekocht tegen 8 miljoen en 1 miljoen
dollars. Dit leidde zogezegd tot winst in 1998. Thans weten wij dat er
dat jaar geen sprake was van winst.

De vlootinvesteringen voor korte afstandsvluchten ­ de aankoop van
de Avro's ­ gebeurde zonder dat men ook maar enig idee had van de
impact hiervan op de financiële structuur van het bedrijf. Bovendien
werden er geen prognoses gemaakt van de evolutie van de markt
om na te gaan wat er met die nieuwe vliegtuigen zou worden gedaan.
Wat betreft de middellange afstandsvluchten werd beslist om
vierendertig van de fameuze Airbussen aan te kopen op 17
november 1997 en alle Boeings te vervangen. Nauwelijks een
maand later wordt het businessplan goedgekeurd waarmee die
vierendertig toestellen in gebruik kunnen worden genomen.
Bovendien zei de heer Bruggisser op 8 december: "Nous sommes
actuellement dans la dernière ou les dernières années du boum
aérien" ­ dus van de expansie ­ "après sa descente". Hierbij zegt hij
dus dat de groeistrategie en groei mag worden vergeten; dat dit
voorbij is. Tegelijk keurt de raad van bestuur het businessplan voor
de vierendertig Airbussen goed, een maand na de aankoop.

Een volgend probleem is dat de raad van bestuur de indruk gaf dat
het management het eens was over die aankoop, terwijl dat helemaal
niet het geval was. Er was helemaal geen unanimiteit bij het
à laquelle il a été décidé
d'acquérir 34 avions au lieu de 17.

Il est ensuite apparu que Swissair
avait transféré à la Sabena des
options sur des avions. Le
management de la Sabena avait
connaissance de cette opération,
pas le conseil d'administration.
Cependant, il n'apparaît pas
clairement pourquoi les membres
belges du conseil d'administration
ont consenti à cette acquisition. A
cette époque, en effet, des doutes
existaient déjà quant à la
possibilité de financer cet achat.

D'autres éléments ont également
contribué au déclin de la Sabena.
Dans les pays voisins, l'aéroport
national a été conçu sur mesure
pour la compagnie aérienne
nationale, alors que ce n'est pas le
cas en Belgique.

M. Reutlinger a payé le prix
nécessaire pour rétablir la paix
sociale et a initié le processus
d'intégration de la Sabena dans
Swissair. Il a clairement choisi le
camp des Suisses, comme le
révèle un courrier daté du 14
octobre 1999. Il a outrepassé les
limites de ses compétences en
prolongeant les contrats avec City
Bird et Virgin Express. C'est
également lui qui fut responsable
de la comptabilisation incorrecte
des recettes des créneaux
horaires à Heathrow.

M. Müller fut le premier manager
à oser mettre en question la
stratégie de croissance, mais il
était trop tard. Sa position
personnelle à l'égard de Swissair
n'a jamais été très claire.

Le conseil d'administration n'a
jamais étudié sérieusement la
stratégie de croissance. Les
membres belges du conseil
n'avaient pas conscience de leur
mission et avaient été nommés en
fonction des rapports de force
entre les partis politiques
traditionnels. Les membres
suisses défendaient en premier
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
management, wat betreft de keuze voor de aankoop van de Airbus,
integendeel. Blijkbaar werd het toch zo voorgesteld op de raad van
bestuur. Dat kan trouwens in het rapport worden gelezen.

Soms vergeet men nogal gemakkelijk dat de 17
de
november 1997,
de dag van de aankoop van de vierendertig Airbussen, eveneens zes
langeafstandstoestellen werden aangekocht, namelijk A-330- en A-
340-toestellen, zonder dat hiervoor een globaal plan werd gevraagd
noch ontvangen door de raad van bestuur.

Er is zware druk geweest van de CEO op het managementcomité om
voor Airbus te kiezen. Bovendien hebben de leden van de raad van
bestuur die zijn komen getuigen, allemaal gezegd dat hun op het hart
werd gedrukt dat de samenwerking met Swissair moest slagen. Dat
was de enige prioriteit. Swissair bepaalde wat er ging gebeuren en
niets anders. Daarom hebben zij die aankoop gedaan. Of dat een
voldoende argument is, zullen wij straks toelichten in onze eigen
persoonlijke uiteenzetting.

Het is niet alleen de keuze voor Airbus geweest, maar ook de keuze
voor het aantal toestellen. Geen enkele van die getuigen die bij ons
op de hoorzittingen zijn verschenen, heeft uitsluitsel gegeven over
het tijdstip wanneer intern in Sabena is beslist om van 17 naar 34
toestellen te gaan. Er was sprake van 14, 13, 17, 28, 32 of 34
toestellen. Geen enkele getuige heeft kunnen zeggen wanneer zij
hebben beslist om naar de raad van bestuur te gaan om de aankoop
van 34 toestellen voor te stellen. Nergens is dat duidelijk geworden.
Dat zegt ook iets over de manier waarop het bedrijf werkte.

Op het einde van ons onderzoek hebben wij die fameuze opties van
Swissair ontdekt. Wij hadden er al vermoedens van, maar nog geen
echte bewijzen. Voor alle duidelijkheid, collega's, met opties bedoelt
men eigenlijk een soort van reservatie die men neemt om een toestel
binnen twee of drie jaar te kopen, maar waarvoor men al een
voorkoopsom betaalt. Swissair ­ dat moeten we toch goed beseffen
­ beslist dat Sabena moet groeien en toestellen moet bijkopen, terwijl
zij het omgekeerde doen. De opties van 21 toestellen, die ze niet
meer willen kopen, geven ze door. Financieel hadden ze dus het
voordeel dat ze die opties kwijt waren en bovendien ­ dat mogen we
ook niet vergeten ­ waren ze daarmee ook af van de koopplicht om
nog 21 Airbussen te kopen. Daarover is een hele briefwisseling
geweest waaruit blijkt dat men bij Sabena op het niveau van het
management wel degelijk op de hoogte was van het bestaan van die
opties. Blijkbaar heeft men dat toch nooit aan de raad van bestuur
doorgegeven.

Die opties zeggen alles over de motivatie van Swissair, maar het kan
niet worden gebruikt als argument voor de motivatie van de
Belgische zijde van de raad van bestuur om de aankoop goed te
keuren. Dat is een andere zaak. Ook hier gaat het weer over de
financiering van die toestellen voor de middellange en de lange
afstand. Bovendien hebben meerdere getuigen op de hoorzittingen
gezegd dat zij op 17 november 1997, op het ogenblik van de
aankoop, reeds sterke twijfels hadden over de mogelijkheden van
Sabena om die aankoop te financieren.

Er zijn ook een aantal externe factoren geweest, die voor de hele
sector gelden en uiteraard ook voor Sabena. Ik verwijs naar de
lieu les intérêts de Swissair. De
nombreux administrateurs ont
outrepassé leur mandat. Le
fonctionnement du conseil était
perturbé par des fuites.
La commission a également
effectué certaines constatations
concernant les actionnaires.

En 1995, un accord a été conclu,
et un peu plus tard, à la demande
de la Commission européenne, un
avenant a été rédigé qui stipulait
que les Belges pouvaient
continuer à exercer le contrôle
effectif. La réalité s'est révélée
tout autre. La stratégie de
croissance n'a jamais été mise en
doute et Swissair n'a jamais offert
de garanties solides.

En 1991, la Sabena a reçu des
aides publiques conformément au
principe "one time, last time", qui
a rendu impossible toute
intervention de l'Etat en 2001.
Plus tard, il est toutefois apparu
que la Commission européenne
appliquait ce principe avec une
certaine souplesse et s'était
montrée très accommodante,
particulièrement à l'égard de la
France.

La ratification du traité entre L'UE
et la Suisse s'est longtemps fait
attendre, ce qui a détérioré les
relations entre les actionnaires
belges et suisses.

En outre, à chaque changement
de gouvernement, il s'est produit
une perte d'expertise.

Concernant les special purpose
companies ­
des constructions
pour le financement d'avions ­
nous n'avons pas obtenu de
chiffres.

En avril 2001 déjà, les banques
suisses subordonnaient tout
financement futur à l'abandon par
Swissair de l'ensemble de ses
participations étrangères.

Depuis 1975, la stratégie de
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
liberalisering, de mondialisering en de Europese context. Ik wou ook
speciaal beklemtonen dat België, in tegenstelling tot de ons
omringende landen, nooit heeft gekozen voor een geïntegreerde
ontwikkeling van de luchthavenmaatschappij en de luchthaven
samen. In België waren dat zelfs twee honden die elkaar meer
bestreden om een been en een derde ging ermee heen. KLM in
Schiphol, Lufthansa in Frankfurt en Air France in Charles de Gaulle
hebben allemaal een luchthaven die op hun maat is gesneden om
transitpassagiers en dergelijke goed te kunnen opvangen. Dat is
allemaal nooit gebeurd voor Sabena.

Er is ook de context van 11 september, maar daarop ga ik nu niet te
veel in.

De commissie is ook tot een aantal vaststellingen gekomen in
verband met de periode Godfroid, die op een bepaald moment is
moeten vertrekken in de gekende omstandigheden. Reutlinger is dan
gekomen en hij heeft de sociale vrede inderdaad hersteld. Hij heeft
daarvoor een bepaalde prijs betaald, maar we weten nu allemaal hoe
lang dat heeft standgehouden. Hij heeft de integratie van Sabena in
Swissair mogelijk gemaakt.

De heer Reutlinger was niet neutraal, hij was wel degelijk de man
van één kant. Wij hebben in het dossier een brief gevonden van 14
oktober 1999 aan de heer Bruggisser ­ u waarschijnlijk ook bekend ­
waarin hij duidelijk maakt dat hij niet neutraal was in de verhouding
tussen de Belgische en Zwitserse aandeelhouder. Bovendien
overschreed de heer Reutlinger wel degelijk zijn bevoegdheid toen
hij het contract met CityBird verlengde, en het contract met Virgin
Express verlengde tot 8 jaar. Dat deed hij eigenhandig. De raad van
bestuur heeft hem daarna weliswaar niet teruggefloten. Daarop
baseert hij zich ook om te zeggen: het mocht, want achteraf hebben
ze gezegd dat het goed was. Bovendien heeft hij ook slots van
Sabena in Heathrow verkocht en werden die niet correct geboekt,
zodanig dat men de verkeerde indruk kon hebben dat het inderdaad
ging om betere cijfers voor dat jaar.

Dan is Christoph Müller gekomen. Hij was de eerste om die
groeistrategie in twijfel te trekken. Jammer genoeg was het dan al
veel te laat, maar in ieder geval strekt het hem tot eer. Ook hier
wordt de opmerking gemaakt dat zijn persoonlijke positie ten
opzichte van Sabena nooit erg duidelijk is geweest.

Ook over de bestuurders doen wij een aantal vaststellingen. Men
heeft die groeistrategie nooit extern laten toetsen. Men zei wel:
zoveel gaan wij groeien, zoveel passagiers gaan wij hebben en
zoveel tickets gaan wij verkopen, maar men nam dat allemaal
zomaar aan. Er werden een paar slides en powerpoint-presentaties
naar voren gebracht en het was OK.

In de commissie is mij ook opgevallen ­ ons allemaal trouwens ­ dat
die leden van de raad van bestuur ­ dat zijn toch de mensen die het
beleid richting moeten geven in zo'n belangrijk bedrijf met zoveel
werknemers ­ eigenlijk nauwelijks een idee hadden van wat hun
opdracht was. Bovendien gebeurde de samenstelling van de raad, en
ik citeer uit het rapport, "op basis van de sterkte van de traditionele
politieke partijen: christen-democraten, socialisten en liberalen, wat
niet belette dat sommige partijen ook `captains of industry'
croissance de la Sabena était
fondée sur des conseils de
McKinsey. Aucune autre source
n'a jamais été consultée.

La commission a aussi fait des
observations sur les avis
recueillis. Outre McKinsey, des
consultants ont été engagés par le
management et par les pouvoirs
publics. En avril 2002, le cabinet
d'avocats NautaDutilh a été
chargé de réaliser une étude des
faits sur la responsabilité du
gouvernement belge dans la
gestion de la Sabena.

Les contrôleurs de KPNG se sont
surtout préoccupés de la forme de
la comptabilité, le contenu les
intéressant moins.

J'en viens à présent aux
observations sur la faillite
proprement dite. Des problèmes
de liquidités se sont posés dès
mai 2002. On a conseillé à la
Sabena de demander le concordat
judiciaire mais elle ne l'a pas fait
car cela risquait de précipiter la
faillite.

Il y a eu différents changements
de pouvoir. En fin de compte, il
est apparu clairement que
Swissair ne respecterait pas les
contrats. La Belgique a proposé
un dernier compromis mais la
réponse des Suisses n'était à
nouveau pas satisfaisante. Le
passage du rapport sur l'"accord
de l'Astoria" est essentiel et doit
être lu attentivement. Finalement,
Swissair a indemnisé les Français
et les Allemands et la Sabena n'a
rien obtenu.

Trois jours après la demande de
concordat judiciaire, le
gouvernement prenait déjà une
décision de principe sur le
financement du plan social. On
n'a plus pu trouver de repreneurs
et le concordat n'a pu être
prolongé. Le 7 novembre, la
Sabena était déclarée en faillite.

La manière dont les membres du
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
benoemden".

De Zwitserse bestuurders daarentegen, waarvan er sommigen
specifieke ervaring hadden in de luchtvaart, verdedigden in de eerste
plaats de belangen van Swissair, die soms strijdig waren met die van
Sabena, dat is nu gebleken. Bovendien waren er ook individuele
bestuurders betrokken bij de voorbereiding van bestuursdaden
zonder daartoe gemandateerd te zijn. Dit is gebeurd bij de
totstandkoming van het zogeheten hotelakkoord. Niet alleen deze
onderzoekscommissie heeft geleden onder lekken, ook de werking
van de raad van bestuur werd dikwijls zeer bemoeilijkt door lekken
vanuit die raad van bestuur.

Ik ga verder naar een aantal vaststellingen van de Belgische en
Zwitserse aandeelhouders. In 1995 werd een akkoord getekend, met
even later een bijvoegsel van 12 juni 1995 op verzoek van de
Europese Commissie, waardoor de effectieve controle van Sabena in
Belgische handen kon en zou blijven. De realiteit is anders gebleken.
Bovendien trok men die groeistrategie van de consultant McKinsey
nooit in twijfel. Swissair zei: wij zullen u wel een gemeenschappelijke
financiering garanderen, zonder de balansstructuur van Sabena in
gevaar te brengen. Daar zijn geen harde garanties voor gegeven en
dat is nooit gehonoreerd, dat weten wij nu ook.

Er speelden ook een aantal politieke overheden mee op een ander
niveau dan het Belgische, zoals de Europese Commissie. Wij weten
allemaal dat Sabena in 1991 de eerste luchtvaartmaatschappij in
Europa was om de fameuze "one time last time"-overheidssteun te
krijgen om te overleven.

Sindsdien hebben vele andere maatschappijen hetzelfde gedaan.
Aangezien België in 1991 een van de eerste was, werd ons land met
het probleem geconfronteerd dat dit in 2001 niet meer toegelaten
werd. De onderzoekscommissie is nochtans tot de vaststelling
gekomen dat de Europese Commissie met betrekking tot deze
manier van werken geval per geval een oordeel heeft geveld
waardoor grotere lidstaten zoals onder meer Frankrijk meer hun
voordeel wist te doen.

Een ander punt is de problematiek van de ratificatie van het fameuze
multilaterale verdrag tussen de Europese Unie en Zwitserland dat
voor Swissair een voorwaarde was om de meerderheid te bekomen.
Die ratificatie heeft heel lang aangesleept en heeft de relatie tussen
de Belgische overheid en de Zwitserse aandeelhouders verzuurd.
We weten allemaal dat het uitvlaggingsscenario van Godfroid werd
teruggefloten. Niemand maakte een duidelijke keuze. Ander
probleem was het verloren gaan van deskundigheid en ervaring bij
elke regeringswissel waardoor telkens opnieuw moest worden
herbegonnen.

In haar onderzoek heeft de commissie problemen ondervonden met
de fameuze SPC's, de Special Purpose Companies, een soort van
financiële constructies meestal in Ierland voor de financiering van de
toestellen. De commissie is er niet in geslaagd hierover
cijfermateriaal vast te krijgen.

Op een bepaald ogenblik hebben de Belgische banken besloten de
geldkraan dicht te draaien. Bovendien hebben Zwitserse banken in
personnel ont été informés était
franchement déplorable. En avril
2002, le Bureau du Plan a réalisé
une étude sur le véritable impact
de la faillite de la Sabena sur le
revenu national. L'influence sur
l'emploi dépasse largement le
cadre de la Sabena.
Tant le gouvernement que la
Sabena n'ont pas eu
suffisamment de temps pour
élaborer un plan
d'accompagnement social.
L'élaboration du plan ainsi que sa
mise en oeuvre se sont déroulées
et se déroulent encore trop
lentement. Plus d'un an après la
faillite, la plupart des anciens
collaborateurs de la Sabena n'ont
toujours rien perçu. En outre, les
suppléments de pension sont
perdus.

Enfin, j'aborderai les constatations
sur le fonctionnement de la
commission d'enquête elle-même.
Il y a bel et bien eu deux réunions
de l'avant-dernier conseil
d'administration pour accorder les
violons. La commission constate
en outre qu'elle a rencontré des
difficultés pour obtenir des
documents du cabinet du premier
ministre. Outre l'objectif évoqué,
le recours à un bureau d'avocats
par le ministre Daems a
également servi à préparer sa
défense devant la commission
d'enquête. En ce qui concerne les
motifs qui ont justifié le recours à
ce bureau d'avocats, le ministre a
d'ailleurs fait des déclarations qui
ne correspondent pas à la réalité.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
april 2001 aan Swissair te verstaan gegeven dat er geen vers geld
zou komen vooraleer al de buitenlandse participaties, waaronder
Sabena, van de hand waren gedaan. Op dat ogenblik wist Swissair
reeds dat de boeken van de buitenlandse participaties moesten
worden gesloten.

Heel de groeistrategie van Sabena was gebaseerd op de adviezen
van het consultancybureau McKinsey. Blijkbaar was dit reeds het
geval van in 1975. Nooit vroeg iemand zich af of men niet beter te
rade zou gaan bij een andere bron voor een dubbel checken van de
adviezen. Dat is allemaal nooit gebeurd. De adviezen werden als
evangelie geslikt, zelfs op het ogenblik dat Bruggisser, een maand na
de fameuze aankoop stelt dat de groei voorbij is.

De commissie heeft eveneens een aantal vaststellingen gedaan met
betrekking tot andere consultaties. Ik citeer: "Tijdens de door de
onderzoekscommissie bestudeerde periode, deed Sabena niet alleen
een beroep op McKinsey. De hierna volgende consultants werden
eveneens ingeschakeld. Een aantal consultants werden ingeschakeld
door het management, een aantal door de overheid". Er worden er 6
opgesomd, waarvan de laatste zal opvallen. De commissie komt tot
de vaststelling dat de overheid het advocatenkantoor NautaDutilh in
april 2002 heeft geconsulteerd voor een door minister Daems
gevraagde feitenstudie over de eventuele aansprakelijkheid van de
Belgische Staat in het beheer van Sabena.

Er volgt een aantal bladzijden over de rol van de commissarissen, de
zogenaamde controleurs van KPMG. Dit deel is vrij technisch. Het
komt erop neer dat de controleurs van de boeken er vooral over
bezorgd waren dat de boeken naar de vorm in orde waren. Ze
hadden veel minder commentaar als het over de inhoud ging.

Ik kom tot de vaststellingen met betrekking tot het faillissement.

Wij weten dus dat er vanaf mei 2000 liquiditeitsproblemen ontstaan.
In gewone mensentaal: er is geen geld meer in de kas. Vanaf
februari 2001 krijgt Sabena van de voorzitter van de Brusselse
rechtbank, mevrouw Spiritus-Dassesse, de raad een gerechtelijke
akkoord aan te vragen. Sabena wou dat toen niet doen om
commerciële en andere redenen. Zij vreesden dat zulk gerechtelijk
akkoord inderdaad een faillissement kon bespoedigen. Als men dat
nu leest, is dat natuurlijk allemaal een zeer droevige vaststelling.
Swissair was de enige partner die Sabena nog had. Op 26 april was
er de principeovereenkomst dat de meerderheid zou overgaan in
handen van Swissair. Dat is vastgelegd op 25 januari 2001.

Dan is er nog het Blue Sky-programma geweest, dat jammer genoeg
erg lang heeft aangesleept voor het werd toegepast. Dat heeft
geduurd tot 22 februari, als ik me niet vergis. Daarna zijn er natuurlijk
de wissels aan de macht geweest. Bruggisser is moeten gaan. Dan is
Honnegger gekomen. Dan is Suter gekomen. En ten slotte was er de
fameuze Corti, van wie de meesten de naam nu goed kennen. Vanaf
april 2001 was het duidelijk dat de SAirGroup die contracten van
januari 2001 niet wou nakomen. In juni 2001 dreigt de Belgische
aandeelhouder met gerechtelijke stappen. Eind juni 2001, enkele
dagen voor het indienen van de schadeclaim, stelt de Belgische
regering nog een ultiem compromis voor aan Swissair. Daarbij
zouden zij afzien van contractuele verplichtingen. Het antwoord van
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
Swissair was opnieuw ontoereikend.

Collega's, daarna volgt er een heel relaas ­ ik zou bijna zeggen, een
logboek ­ van wat er is gebeurd en van wat uiteindelijk heeft geleid
tot het hotelakkoord. Net als u besef ik dat het een zeer delicate
passage van dit hoofdstuk is. Ik zal het dan zeker ook niet citeren,
omdat ik niet het risico wil lopen bepaalde dingen te citeren en
andere dingen dan weer weg te laten. Maar dit is een zeer belangrijk
onderdeel, dat grondig moet worden gelezen. Het uiteindelijke
resultaat kent men: in augustus betaalt Swissair zijn Franse en Duitse
belangen uit, maar Sabena in België krijgt niets. Op 5 oktober wordt
dan onvermijdelijk het concordaat aangevraagd.

Collega's, drie dagen na het aanvragen van het gerechtelijk akkoord,
werd door de regering al een principiële beslissing genomen omtrent
de financiering van het sociaal plan. Ik wil maar zeggen dat de
regering op dat ogenblik reeds rekening hield met een mogelijk
faillissement. En inderdaad, dat is gebleken tijdens de periode van
het gerechtelijk akkoord. Er waren geen overnemers meer te vinden
en een verlenging van het concordaat was zinloos geworden. Als
geluk bij een ongeluk is er toen het overbruggingskrediet geweest,
dat is kunnen worden gebruikt voor DAT, nu SN Brussels Airlines,
waarvan de overlevingskansen op dit ogenblik nog moeten blijken.
Op 7 september, zoals we weten, werd Sabena failliet verklaard.

Collega's, ik heb bijna gedaan wat de vaststellingen betreft. Ik heb
nog een paar opmerkingen over het sociaal plan en de
reconversiecellen. Het collectieve ontslag van de sabéniens heeft
voor veel commotie gezorgd. De informatie aan het personeel over
hun lot was zonder meer ondermaats en slecht. In april 2002 heeft
het Planbureau een studie gemaakt van de echte impact van het
faillissement van Sabena op het nationaal inkomen. Er waren drie
scenario's: een gunstig, een neutraal en een zeer ongunstig. Hoe dan
ook, de impact op de werkgelegenheid is beduidend groter dan de
impact op de werkloosheid bij de sabéniens zelf. Die impact gaat
veel verder. Door het faillissement zijn er veel meer mensen geraakt
in hun job dan alleen de sabéniens zelf.

Zowel de regering als Sabena kwamen tijd te kort om een sociaal
begeleidingsplan uit te werken. Er is dus eigenlijk nooit een echt
sociaal akkoord getekend. Het is allemaal veel te traag gegaan. De
uitvoering van dat sociaal plan ­ ik denk niet dat ik dat aan de
sabéniens hoef uit te leggen ­ loopt veel te traag. Eén jaar na het
faillissement werden slechts 1.500 van de circa 7.000
schuldvorderingen door de curatoren bij het Fonds voor Sluiting van
Ondernemingen ingediend. Dat betekent dus dat 5.000 vorderingen
nog altijd niet ingediend zijn. De compensatiepremie kan pas worden
gestort nadat de wettelijke premies en de opzegvergoeding door het
Fonds voor Sluiting van Ondernemingen zullen zijn uitbetaald. Eén
jaar na het faillissement ­ het is nu zelfs al wat meer dan één jaar
later ­ heeft het overgrote deel van de ex-werknemers van Sabena
nog altijd niets ontvangen.

Bovendien verliezen de gepensioneerden en de
bruggepensioneerden de pensioentoeslag, waarop zij als Sabena-lid
recht hadden. Ik hoef niet te zeggen dat de situatie van de
werknemers die tijdens de geldigheidsduur van de CAO's vijftig jaar
geworden zouden zijn, zeer problematisch is.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15

Ten slotte eindigt het hoofdstuk Vaststellingen met een aantal
vaststellingen in verband met de werking van de
onderzoekscommissie zelf. Ook dat is een onderdeel dat straks het
onderwerp zal zijn van ruim debat. Ik zal mij dus beperken tot de
weergave van wat erin staat.

In de eerste plaats, er zijn twee voorafgaande vergaderingen
geweest van de leden van de voorlaatste raad van bestuur ­ niet van
de allerlaatste raad van bestuur ­ om de verklaringen van de
bestuursleden op mekaar af te stemmen, om er wel degelijk voor te
zorgen dat ze allemaal hetzelfde zouden zeggen.

De commissie stelt vast dat er moeilijkheden zijn geweest bij het
verkrijgen van documenten van het kabinet van de eerste minister. Ik
zal niet citeren; u kan het zelf lezen en het zal straks ruim besproken
worden.

De commissie heeft ook een aantal vaststellingen gedaan in verband
met de aanstelling door de minister van Overheidsbedrijven van een
ander advocatenkantoor. In dat verband stelde de minister ­ dat
wordt in de vaststellingen verderop trouwens ook bevestigd ­ dat het
kantoor moest nagaan welke aansprakelijkheid er voor het beheer
van Sabena in hoofde van de Belgische staat kon zijn. In de
onderzoekscommissie zijn wij tot de vaststelling gekomen dat dat
inderdaad wel klopt, maar dat het kantoor ook gediend heeft voor de
verdediging van de minister zelf tijdens het onderzoek van de
onderzoekscommissie. De commissie komt tot de vaststelling dat er
aan die advocaat een bedrag is uitgegeven.

Ik wil nog een laatste opmerking maken. Het rapport is, wat die
laatste tekst betreft, op bladzijde 287 oorspronkelijk in het Frans
opgesteld. Ik wil er toch even op wijzen dat de Franse tekst terzake
de oorspronkelijke tekst is. Ik lees even de tekst na het tweedelaatste
gedachtestreepje voor: "Over het doel van de aan het
advocatenkantoor toevertrouwde opdracht heeft minister Daems
verklaringen afgelegd die niet stroken met de waarheid". In de
oorspronkelijke tekst, die in het Frans was gesteld, staat wel degelijk
het volgende.

"Le ministre Daems a fait, en ce qui concerne la finalité de la mission
confiée au bureau d'avocats, des déclarations qui ne correspondent
pas à la réalité".
Dat is niet helemaal hetzelfde.
02.04 Servais Verherstraeten, rapporteur: Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, heren ministers, collega's, in mijn
hoedanigheid van rapporteur wil ik ook op mijn beurt onze experts
van de commissie, de medewerkers en ook de voorzitter van de
parlementaire onderzoekscommissie danken voor het vele
gepresteerde dag- en nachtwerk.

Collega's, wat het hoofdstuk over de verantwoordelijkheden betreft,
wordt op de eerste bladzijde onmiddellijk aangeduid wat de limieten
zijn van een parlementaire onderzoekscommissie. Wij kunnen alleen
politieke verantwoordelijkheden aanduiden. Wij verwijzen terzake
naar de Grondwet. Wij kunnen als parlementaire
02.04 Servais Verherstraeten,
rapporteur: Je tiens d'abord à
remercier les experts, les
collaborateurs et le président de la
commission d'enquête. La mission
d'une commission d'enquête
parlementaire se
limite à
déterminer les responsabilités
politiques. Par ailleurs, ses
conclusions ne sont pas
contraignantes pour le juge.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
onderzoekscommissie geen uitspraken doen over civielrechtelijke of
strafrechtelijke verantwoordelijkheden. Onze vaststellingen terzake
binden de rechter niet.

Met betrekking tot de verantwoordelijkheden hebben wij ons
toegespitst op de Swissair-periode. Wij hebben ons echter niet tot die
periode beperkt. Er is onder meer over het kapitaal vastgesteld dat
tot en met 1995 het eigen vermogen, telkens er een alliantie werd
gesloten, opgetrokken werd tot het Europese gemiddelde. Zodoende
was het kapitaalsniveau de dato 1995 geen rechtstreekse oorzaak
van het faillissement. Na het optrekken daalde vervolgens wel steeds
het kapitaal.

De overheid beschikte niet over een due diligence om de sterkten en
de zwakten te bepalen. Ze belemmerde de hub-and-spoke-strategie.
Na 1995 heeft de aandeelhouder zich eerder als een
minderheidsaandeelhouder gedragen. Dat had een onvoldoende
belangenverdediging van de Belgische Staat tot gevolg. Er was geen
uitgekiende strategie. Die strategie wisselde van beleid. Op lange
termijn kwam dat de consistentie niet ten goede. Er zijn problemen
geweest met de informatiedoorstroming bij regeringswissels tussen
de voogdijministers. Bij het aantreden van de nieuwe voogdijminister
in deze regering heeft deze minister nieuwe garanties afgedwongen.
Er werd gezocht naar nieuwe partners. Jammer genoeg bleken die
niet te bestaan. Men slaagde er niet in de feitelijke implementatie
van AMP te koppelen aan een definitief aandeelhoudersakkoord. Dit
definitief aandeelhoudersakkoord is echter later wel tot stand
gekomen.

Wanneer we het over de verantwoordelijkheden in het Sabena-
dossier hebben, kunnen we uiteraard niet zwijgen over
vlootinvesteringen.

Wat stelt de commissie met betrekking tot de investeringen in
verband met de korte afstand? De raad van bestuur vroeg geen
second opinion. Hij had een onvoldoende kritische benadering. Het
managementcomité had een gecompartimenteerde werking. Er was
duidelijk een gebrek aan interne coördinatie. Met betrekking tot het
personeel gaven financiers een signaal. Zij twijfelden eraan om
Sabena te ondersteunen, indien de sociale onrust bleef voortduren.

Inzake de investeringen voor de middellange afstand kan de druk
van Swissair voor de keuze van het type toestel, namelijk Airbus, en
van het aantal toestellen niet worden geminimaliseerd. Terzake
kwam zij ook haar financieringsbeloftes niet na. De raad van bestuur
had ook in dit dossier een te passieve houding. Hij vroeg geen
second opinion aan. Hij stelde evenmin vragen over het aantal
toestellen en over de globale financiering van deze investering.
Nadat duidelijk bleek dat er financiële problemen zouden komen, zijn
er geen pogingen ondernomen om het aantal bestelde vliegtuigen te
reduceren. Het managementcomité deed een onvoldoende en
onvolledige rapportering. De rapportering was ook onjuist. Ondanks
hun interne verdeeldheid werd de beslissing aan de raad van bestuur
als een unaniem standpunt voorgedragen.

Zij zochten en vonden inderdaad een financiering. Dit was een
succes. Er is echter geen aanzet geweest om de aantallen te
reduceren tot de komst van CEO Müller. De CEO speelde terzake
Dans le cadre de la détermination
des responsabilités, la
commission s'est concentrée sur
la période Swissair. A cet égard,
la commission a constaté que
jusqu'en 1995 inclus, à chaque
nouvelle alliance, le niveau des
fonds propres a été relevé à la
moyenne européenne, pour
diminuer à nouveau par la suite.
Le niveau de capitalisation de
1995 ne peut donc être considéré
comme une des causes
immédiates de la faillite. Après
1995, l'actionnaire s'est plutôt
comporté en actionnaire
minoritaire et l'Etat belge a
insuffisamment défendu ses
intérêts. Il n'y avait pas de
stratégie bien étudiée. A
l'occasion des changements de
gouvernement, le transfert
d'informations entre ministres de
tutelle ne s'est pas toujours
effectué de manière optimale.

En évoquant les responsabilités
dans le dossier de la Sabena,
nous ne pouvons passer sous
silence les investissements dans
la flotte. Pour ce qui est de la
flotte court-courriers, le conseil
d'administration a manqué d'esprit
critique et le comité de direction a
fait preuve d'un manque de
coordination interne. En ce qui
concerne la flotte moyen-
courriers, la Sabena a subi de
fortes pressions de la part de la
Swissair pour porter son choix sur
Airbus. Par ailleurs, la compagnie
suisse n'a pas respecté ses
engagements financiers. Dans ce
dossier également, le conseil
d'administration a fait preuve
d'une passivité excessive et le
comité de direction a fait rapport
d'une manière insuffisante,
incomplète et incorrecte. On a
trouvé une solution pour les
problèmes de financement des
appareils, mais on n'est pas arrivé
à réduire la commande.
Les même arguments s'appliquent
à la longue distance. Le transfert
des options de Swissair à la
Sabena, qui a déboursé 5,7
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
geen coördinerende rol. Collega's, met betrekking tot de lange
afstand kunnen de bemerkingen van daarnet deels worden herhaald.
Ze zijn gelijklopend.

Naar aanleiding van de vlootinvestering hebben we het in het
hoofdstuk over de verantwoordelijkheden ook gehad over de
overdracht van opties. Swissair-opties werden overgedragen aan
Sabena, die er 5,7 miljoen U.S.-dollar voor betaalde. Swissair was te
kwader trouw en heeft het eigen belang nagestreefd bij de overdracht
van deze opties. Dit werd verzwegen aan de raad van bestuur. Als
we de beslissing van de raad van bestuur van november nemen en
we zien dat in december ­ een maand later ­ een developmentplan
wordt goedgekeurd, als op diezelfde raad van bestuur Bruggisser
erkent dat de boom in de luchtvaart ten einde loopt, dan legt de
commissie een band tussen deze uitspraak en het niet lichten van de
opties door Swissair.

CEO Reutlinger was op de hoogte. Hij heeft dit niet laten opnemen in
de notulen van het managementcomité. Secretaris-generaal Dubois
was op de hoogte. Hij heeft dit niet meegedeeld. Minstens één lid
van het managementcomité was op de hoogte van deze overdracht
van opties en heeft dit niet gemeld aan de commissie. Er was
hiervan niets terug te vinden in de notulen van het
managementcomité noch in de notulen van de raad van bestuur.

De commissie heeft terzake nog bijzondere gegevens met betrekking
tot deze overdracht van opties doorgegeven aan de procureur-
generaal van het hof van beroep van Brussel. De commissie oordeelt
dat het opportuun is dat verder gerechtelijk onderzoek hierover zal
plaatsvinden. Justitiële organen zullen hier echter het laatste woord
hebben.

Het algemeen besluit met betrekking tot deze vlootinvesteringen is
het volgende. Het groepsbelang ging steeds voor terwijl Sabena
instond voor alle financieringen. Er was geen globaal
financieringsplan. Vele investeringen gebeurden op basis van
gunstige groeihypotheses. Deze werden kort na de beslissing
opnieuw in vraag gesteld. Met betrekking tot de
verantwoordelijkheden kan worden gezegd dat de Belgische overheid
terzake geen gebruikgemaakt heeft van haar
meerderheidsaandeelhouderschap, noch in de raad van bestuur,
noch in het managementcomité. Ze heeft geen visie of opdracht
gegeven aan de leden van de raad van bestuur. Er was bij Swissair
duidelijk belangenvermenging. De raad van bestuur trad te passief
op. Hij vroeg geen second opinion. Bij het managementcomité was
er geen cohesie. De CEO vervulde geen coördinerende rol. Er was
duidelijk een onjuiste rapportering.

Ik kom aan de operationele werking. Het is algemeen zo dat de
overheid jarenlang steun heeft gegeven aan Sabena. Er is een
klimaat gegroeid waarin bedrijfseconomische eisen niet altijd
ingewilligd werden. Bij herstructureringsplannen was er niet altijd
voldoende duidelijkheid. De raad van bestuur had onvoldoende
gezag, maar werd ook slecht gerapporteerd. Er was zeker niet
voldoende collegiale werking. Deze was er zeker niet tussen de
vertegenwoordigers van de Zwitserse aandeelhouder, enerzijds en de
vertegenwoordiger van de Belgische aandeelhouder, anderzijds.
millions de dollars à cet effet, a
surtout servi les intérêts de
Swissair, qui n'avait pas levé les
options. Les intérêts des Suisses
et la mauvaise foi ont clairement
primé. Tout cela a délibérément
été passé sous silence par M.
Reutlinger et d'autres. La
commission d'enquête a
communiqué cette information au
procureur général près la Cour
d'appel de Bruxelles, car une
enquête judiciaire approfondie
s'impose en l'occurrence.

En conclusion: en ce qui concerne
les investissements dans la flotte,
l'intérêt du groupe ­ dans lequel la
Sabena a assumé tous les
financements
­ l'a
indubitablement emporté. Seul le
court terme a été envisagé dans
le cadre des investissements et il
n'existait pas de plan
d'investissement global. Les
pouvoirs publics belges, en tant
qu'actionnaire majoritaire, et le
conseil de direction sont restés
trop passifs. Le comité de
direction a rédigé des rapports
incorrects et la coordination des
CEO a été insuffisante; ils n'ont
pas fait preuve de suffisamment
de neutralité. Un manque de
flexibilité peut être reproché aux
pilotes.
Sur le plan du fonctionnement
opérationnel, les erreurs sont
légion. Le soutien accordé
pendant des années par les
pouvoirs publics ne se justifiait
pas toujours d'un point de vue
économique. Le conseil
d'administration avait peu
d'autorité et l'échange
d'informations était lacunaire. Le
comité de direction fonctionnait
mal, il n'est pas parvenu à
construire une relation équilibrée
avec le personnel, il n'a pas
suffisamment communiqué et il
était par ailleurs confronté à un
problème de confusion d'intérêts.
Pendant ce temps, les alliances
conclues avec Virgin Express et
CityBird coûtaient énormément
d'argent.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
Het managementcomité vertoonde onvoldoende cohesie. Het vond
geen evenwicht tussen sociale vrede en bedrijfseconomische
vereisten.

Hij vond geen evenwichtige relatie met het personeel. Het schoot
tekort in de rapportering. CEO Reutlinger was niet neutraal en stelde
geen einde aan de baronieën. CEO Müller had functies die
belangenconflicten konden doen ontstaan. Met betrekking tot het
personeel werd gewezen op de soms gebrekkige flexibiliteit bij
piloten.

Er was het contract met Virgin Express dat Sabena veel geld heeft
gekost. De raad van bestuur accepteerde dit contract, hoewel het
eigenlijk inging tegen de plannen om meer businesspassagiers te
kunnen aantrekken en heeft niet opgetreden tegen de
bevoegdheidsoverschrijding van Reutlinger terzake. CEO Reutlinger
sloot het contract zonder mandaat en plaatste de raad van bestuur
voor voldongen feiten. Hij droeg de slots van Heathrow over zonder
de raad van bestuur hierover in te lichten en CEO Müller kon dit
contract niet verbreken wegens hoge schadevergoedingen. Ook het
CityBird-contract heeft Sabena veel geld gekost en ging in tegen
Horizon 98 en tegen de vlootharmonisering. De eis van piloten heeft
de kostprijs van dit contract bovendien in ruime mate doen
toenemen.

Met betrekking tot AMP is het zo dat de Belgische staat gedoogde
dat een feitelijke implementatie voorafging aan de onderhandelingen
met betrekking tot de meerderheidsparticipatie. Zodoende gaf men
een hefboom weg en ontstond een feitelijke fusie en aan de
opschortende voorwaarden die destijds gesuggereerd waren door de
raad van bestuur werd niet voldaan. De raad van bestuur zag niet toe
op die opschortende voorwaarden en zorgde niet voor een
evenwichtige verdeling. Het managementcomité kon geen bruggen
slaan voor Sabena-standaarden en was niet in staat om
kostenverhogende effecten terug te schroeven. Met betrekking tot
commissaris-revisoren heeft de commissie verweten dat de controle
te zeer vormelijk was. De vormelijke inhoud overwoog op de
inhoudelijke.

Komen we dan tot het laatste deel met betrekking tot
verantwoordelijkheden, de herstructureringen, het hotelakkoord, het
gerechtelijk akkoord en het faillissement. De voogdijminister bedong
enerzijds nieuwe voorwaarden, maar anderzijds werd de feitelijke
implementatie van AMP gedoogd zonder garanties over een
aandeelhoudersovereenkomst. De Belgische aandeelhouder hield
onvoldoende rekening met negatieve signalen omtrent de
kredietwaardigheid van Swissair. Er was een integrale vervanging
van de raad van bestuur in april 2001. Dit kon risico's inhouden van
discontinuïteit. Men ging ten slotte tot dagvaarding over toen duidelijk
bleek dat Swissair zijn contractuele verplichtingen niet nakwam en
een akkoord niet meer mogelijk bleek. Met betrekking tot het
hotelakkoord heeft Swissair duidelijk misbruik gemaakt van het
uitstel van betaling dat het bekwam en het ontbreken van de
bankgarantie. Toen Swissair niet betaalde, werd een gerechtelijk
akkoord onafwendbaar. De commissie stelde vast dat er in de
regering in de maanden september en oktober een gebrek aan
coördinatie optrad. De niet-betaling van Swissair is echter de
rechtstreekse en onmiddellijke aanleiding van het faillissement. De

L'Etat belge s'est lui-même mis
hors jeu en tolérant l'entrée en
vigueur du Airline Management
Partnership
(AMP) avant même
d'entamer les négociations
relatives à sa participation
majoritaire. Il n'a donc pas été
satisfait aux conditions
suspensives, suggérées à
l'époque. Le comité de direction
n'est pas parvenu à réduire les
coûts et lors de leur contrôle, les
commissaires-réviseurs se sont
trop attachés à la forme et pas
suffisamment au contenu.

Lors de la restructuration, l'AMP a
continué à être toléré sans que
l'on dispose de garanties
concernant la conclusion d'un
accord entre actionnaires. Les
autorités n'ont pas prêté attention
aux signaux négatifs. Le
gouvernement n'a fait procéder à
la citation en justice qu'après le
refus de Suissair d'honorer ses
engagements.

Après que Swissair a abusé des
dispositions
de "l'accord de
l'Astoria" (ou plutôt de l'absence
de celles-ci), un accord que le
conseil d'administration a adopté
sans formuler la moindre critique,
l'absence de versements
effectués par Swissair a donné
lieu à un concordat puis,
finalement, à la faillite. Le comité
de direction a préparé le
concordat trop tard, les
avertissements du président du
tribunal de commerce ont été
ignorés et le personnel a été
insuffisamment informé.

Passons à présent aux
recommandations. La commission
recommande au gouvernement de
définir plus précisément son objet
social et le concept de service
public. Un centre d'expertise doit
assurer un suivi actif des
participations publiques. Notre
pays doit jouer un rôle moteur en
matière de réglementation
européenne. La loi sur la
"corporate governance" doit
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
raad van bestuur heeft dit hotelakkoord zonder kritiek goedgekeurd.
Het managementcomité heeft te laat een gerechtelijk akkoord
voorbereid en opgestart. Er is te weinig rekening gehouden met
signalen van de voorzitter van de rechtbank van koophandel en er is
op niet correcte wijze informatie aan het personeel gegeven.

Ik kom dan tot de aanbevelingen van de commissie. De overheid
moet haar maatschappelijk doel duidelijk definiëren en erop toezien
dat de openbare dienstverlening minimaal wordt gedefinieerd.
Daarvoor moeten bovendien de vereiste financiële middelen ter
beschikking worden gesteld. De overheid heeft een kenniscentrum
nodig, een centrale eenheid die de kennis over de sectoren aanhoudt
en de participaties actief volgt. Terzake moet ter attentie van de
regering en het Parlement jaarlijks een verslag uitgebracht worden
over al de ondernemingen.

Omtrent Europese regelgeving moet België het voortouw nemen om
duidelijkheid te krijgen inzake de Europese regelgeving met
betrekking tot overheidsparticipaties in de private sector. Dit
Parlement keurde op 2 augustus een wet goed met betrekking tot
corporate governance, de regels van deugdelijk bestuur. Volgens de
commissie dienen deze regels ook te gelden voor overheidsbedrijven
en ondernemingen waarin de overheid participeert, behoudens
gemotiveerde uitzonderingen. Hierover dient jaarlijks te worden
gerapporteerd. Er moet transparantie zijn van bestuur. Corporate
governance houdt onder meer een duidelijke procentuele verhouding
in tussen de verschillende groepen binnen de raad van bestuur.
Profielen van bestuurders moeten worden omschreven met aandacht
voor het feit dat alle kennisdomeinen aanwezig moeten zijn in een
raad van bestuur. De vraag moet worden beantwoord of er al dan
niet splitsing moet komen tussen functies van voorzitter van de raad
van bestuur en voorzitter van het managementcomité. Er zijn
bijzondere comités nodig binnen de raad van bestuur. Er moeten
behoorlijke vergoedingen voor bestuurders komen, zodat zij voor hun
opdracht tijd kunnen vrijmaken. Er is nood aan een gedegen
communicatie tussen alle geledingen van de onderneming. Er
moeten duidelijke benoemingsprocedures komen voor bestuurders.
De commissie vraagt ook een charter op te stellen met daarin de
wijze waarop de overheid wil samenwerken met haar bestuurders en
de opdracht en missie die aan deze bestuurders worden
meegegeven.

De commissie heeft het ook opportuun geoordeeld om
aanbevelingen te formuleren met betrekking tot de sociale
wetgeving. De commissie pleit voor een verhoging van de
maximumbedragen inzake tussenkomst en reserves voor het Fonds
voor Sluiting van Ondernemingen. Loongrenzen dienen welvaartvast
te worden gemaakt. Er moet in sluitingspremies worden voorzien
voor werknemers in ondernemingen met minder dan 20 werknemers.
De regering dient hiertoe aan te dringen bij de NAR. Er moet een
prioritaire behandeling komen van de schuldvorderingen van
werknemers door de curatoren. Rechtbanken moeten de curatoren
aansporen om hieraan actief mee te werken. De commissie pleit voor
het opnemen van aanvullende vergoedingen inzake brugpensioen bij
de bevoorrechte schuld en voor fiscale aftrekbaarheid van de kosten
voor de vernieuwing van de licentie van de piloten.

De commissie stuitte op problemen met betrekking tot de
également s'appliquer aux
participations. La gestion doit être
transparente et les conseils
d'administration doivent être
composés de manière équilibrée.
La commission demande
également qu'une charte régisse
la collaboration entre les pouvoirs
publics et les administrateurs.

Pour ce qui est de la législation
sociale, la commission a
également formulé un certain
nombre de recommandations: la
protection des travailleurs doit être
améliorée de plusieurs manières,
notamment en apportant certaines
adaptations au Fonds de
fermeture des entreprises et en
traitant prioritairement les
déclarations de créance des
travailleurs.

Le contrôle parlementaire doit être
plus performant et des règles
doivent être établies en ce qui
concerne la conservation des
documents au sein des cabinets.
En matière d'infrastructure, la
commission préconise une liaison
rapide entre l'aéroport de
Zaventem et le réseau TGV ainsi
que le réseau ferroviaire intérieur.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
gerechtelijke behandeling en de begeleiding van overheidsbedrijven
in moeilijkheden. De financiële resultaten van die bedrijven moeten
beter kunnen worden gevolgd. Een wijziging van de wetgeving
inzake het gerechtelijk akkoord dringt zich op zodat bedrijven in
moeilijkheden werkelijk een tweede kans kunnen krijgen. Ook de
parlementaire controle op overheidsbedrijven dient te worden
verhoogd via jaarlijkse rapportage.

De minister zou jaarlijks een overzicht moeten geven van alle
overheidsparticipaties aan het Parlement. Wij nodigen het Rekenhof
uit om met de Kamer van Volksvertegenwoordigers na te gaan hoe
parlementaire controle kan worden uitgevoerd. Ook controle van de
uitvoerende macht moet opnieuw worden bekeken.

Naar aanleiding van de problemen met betrekking tot het
documentatiebeheer suggereert de commissie om regels uit te
werken voor duurzame bewaring van archieven van kabinetten en
dat met een dubbel doel voor ogen: een efficiënte werking van de
overheid, de continuïteit van het beleid veilig stellen en ook de
vrijwaring van het historisch patrimonium.

Met betrekking tot de infrastructuur pleit de commissie voor een
spoedige aansluiting van de luchthaven van Zaventem op het HST-
net en een betere aansluiting op het binnenlands spoorwegennet.

Ten slotte waren er enkele diverse aanbevelingen met betrekking tot
het ontwikkelen door de Gemeenschappen van curricula voor publiek
management en equivalentie van de pilotenopleiding met andere
diploma's. Tot daar, voorzitter, collega's, het verslag van deze
parlementaire onderzoekscommissie.

Le président: Quatorze orateurs sont inscrits dans la discussion générale. Je vais essayer de faire la
répartition en tenant compte des demandes et des disponibilités.

Mijnheer Verherstraeten, ik zal u iets later laten spreken om u enige tijd tussen het verslag en het brengen
van uw standpunten te gunnen. Ik zal eerst het woord geven aan de heer Annemans.

J'alternerai les rôles linguistiques ainsi que les orateurs de l'opposition et de la majorité.

Na de heer Eerdekens, als er nog tijd is, de heer Van Hoorebeke. Ik denk dat wij dan de ochtendzitting
kunnen afsluiten. Mijnheer Annemans, u krijgt het woord voor uw uiteenzetting in de algemene
bespreking.
02.05 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
collega's, ik zal toch maar beginnen met het einde. Wij hadden
vorige week al vastgesteld, en daarom heeft het Vlaams Blok in de
commissie niet voor het rapport gestemd, dat inzake parlementaire
onderzoekscommissies politiek het absolute dieptepunt reeds bereikt
was. Vorige week stelden wij dat al vast. Maar gisteravond heb ik
gezien dat het nog dieper kan. Immers, goede collega Coveliers, ik
heb vernomen dat de VLD ­ om naar ik begrijp politieke redenen ­
het verslag niet zal goedkeuren.
02.05 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): En matière de
commissions d'enquête
parlementaire, nous avons touché
le fond de l'abîme. J'ai appris hier
soir que le VLD votera contre le
rapport et n'adoptera que les
recommandations. Les libéraux
donnent ainsi l'impression qu'ils
prennent leurs distances par
rapport aux responsabilités
établies dans le rapport. En
commission, ils ont pourtant
adopté ce rapport dans son
intégralité.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
02.06 Hugo Coveliers (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik heb hier alle
moties die bij de vorige onderzoekscommissies werden
gedeponeerd. Wel, identiek dezelfde motie wordt nu door ons
voorgesteld, identiek dezelfde motie als bij alle vorige
onderzoekscommissies!
02.06 Hugo Coveliers (VLD):
Nous proposons une motion tout à
fait identique à celles déposées
pour toutes les commissions
d'enquête précédentes.
02.07 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Het wordt zeer
interessant. Nu blijkt dat u toch voor het rapport gaat stemmen?
02.08 Hugo Coveliers (VLD): Mijnheer Annemans, u moet uw
dossier leren.
02.09 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik zal mijn dossier
leren. Laten wij systematisch beginnen.

In de parlementaire onderzoekscommissie is er een stemming
geweest bij het eind van het opstellen van het rapport. Dat rapport
werd toen door de VLD goedgekeurd. Vanochtend, tenzij ik mij vergis
­ omdat ik het dossier niet ken, neem ik aan ­ heb ik op de radio
gehoord dat u het niet zult goedkeuren maar dat u alleen de
aanbevelingen wil goedkeuren.
02.10 Hugo Coveliers (VLD): Opnieuw, u moet eens nakijken hoe
parlementaire onderzoekscommissies ­ er bestaan trouwens al heel
wat publicaties, zowel in het Nederlands als in het Frans van ­
beëindigd worden. Het is nooit, maar dan ook nooit, gebeurd dat het
volledige rapport van de commissie door de Kamer in plenaire
vergadering is goedgekeurd. U kunt zien voor alle commissies die er
geweest zijn, dat de aanbevelingen worden goedgekeurd.
02.10 Hugo Coveliers (VLD): Un
rapport n'est jamais adopté dans
son intégralité en séance plénière.
A l'inverse des recommandations,
le rapport ne peut faire l'objet
d'amendements.
02.11 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Collega Coveliers, nu
snap ik het.
02.12 Hugo Coveliers (VLD): Waarom is dat zo? Omdat men het
rapport niet kan amenderen, maar de aanbevelingen wel.
02.13 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Het is dus gewoon een
technische kwestie?
02.14 Hugo Coveliers (VLD): Ja.
02.15 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Aha, er zit dus helemaal
niets politieks achter?
02.16 Hugo Coveliers (VLD): Nee.
02.17 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Goed. Inderdaad, mijn
bescheiden ervaring met parlementaire onderzoekscommissies leert
mij dat bij het einde ervan een resolutie wordt goedgekeurd waarin
de aanbevelingen worden bevestigd. Maar ik leid af, uit het feit dat
de VLD in de onderzoekscommissie zelf geen opmerkingen heeft
gemaakt toen de geëerde voorzitter, de heer Langendries het rapport
ter stemming bracht, dat de VLD het heeft goedgekeurd, en uit het
feit dat de VLD nu ­ op basis van de geschiedschrijving inzake de
parlementaire onderzoekscommissies en gepaard gaand met heel
wat politieke bemerkingen via radio en televisie ­ zegt dat zij niet
02.17 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): Ce revirement
du VLD s'explique clairement par
des motivations politiques.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
gebonden wil worden door alle conclusies van de
onderzoekscommissie, dat u politieke redenen hebt gehad om vorige
week in de onderzoekscommissie anders te stemmen dan u zegt nu
te zullen doen in de plenaire vergadering. U gaat blijkbaar alleen de
aanbevelingen goedkeuren en zo in ieder geval de schijn wekken dat
u afstand neemt van wat er in alle conclusies en vaststellingen over
de verantwoordelijkheden geformuleerd is.

Kortom, ik blijf erbij ­ maar ik zal horen wat u daar allemaal nog over
te zeggen hebt ­ dat ...
02.18 Willy Cortois (VLD): Mijnheer Annemans, mag ik u
onderbreken?
02.19 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik heb geen bezwaar
tegen om het even welke onderbreking.
02.20 Willy Cortois (VLD): Mijnheer Annemans, in alle kalmte kan
ik alleen maar vaststellen dat u aan de werkzaamheden van de
commissie bitter weinig hebt deelgenomen.
02.20 Willy Cortois (VLD): C'est
à peine si M. Annemans a pris
part aux réunions de la
commission.
02.21 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Geachte collega
Cortois, ik ben er geweest toen ik er moest zijn. Ik heb er ook heel
dikwijls vastgesteld hoe weinig betekenis die commissie had en hoe
weinig betekenis ze had moeten hebben. Uiteindelijk hebt u zelf
bevestigd dat zij geen betekenis heeft, want u gaat daadwerkelijk
alleen de aanbevelingen goedkeuren.

Nu, goed, ik wilde de VLD niet uit haar kot lokken, ik stel gewoon
vast dat zij het rapport niet wil goedkeuren. De VLD wil alleen de
aanbevelingen goedkeuren: een paar nietszeggende ­ ongetwijfeld
interessante maar politiek nietszeggende ­ opmerkingen over wat er
in de toekomst met overheidsbedrijven zou kunnen gebeuren, wat de
verhouding moet zijn tussen de raad van bestuur van de
overheidsbedrijven en de overheid, en over de politieke
verantwoordelijken. Maar voor die aanbevelingen hadden wij geen
jaar werk van een onderzoekscommissie nodig. Daarvoor hadden wij
geen 270 uren vergadering nodig.

Laten wij ernstig zijn. Het Vlaams Blok heeft het rapport niet
goedgekeurd, omdat het in zijn geheel op niets lijkt. Bij de algemene
stemming, onder het voorzitterschap van de heer Langendries,
hebben wij neen gestemd. Thans stellen wij vast dat de VLD het
evenmin zal goedkeuren. Bijgevolg zal ook CD&V het rapport niet
goedkeuren, want anders onderkent deze partij haar eventuele
politieke verantwoordelijkheid in deze zaak. En bijgevolg zal de PS
het evenmin kunnen goedkeuren, want dan zouden zij toegeven dat
ook hun politieke verantwoordelijkheid terzake speelt.

Wij zullen aldus worden geconfronteerd met een rapport dat in de
parlementaire onderzoekscommissie werd goedgekeurd door een
meerderheid van de leden, maar dat vervolgens, in plenaire
vergadering, niet meer de meerderheid van de stemmen zal behalen,
tenzij ­ en daarover zijn wij het allen eens en zelfs de heer
Langendries zal dat niet ontkennen ­ wat het absoluut
onbelangrijkste deel van het rapport betreft, te weten de
02.21 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): J'ai assisté aux
réunions lorsque cela fut
nécessaire. L'attitude adoptée à
présent par le VLD démontre que
cette commission ne présente
guère d'intérêt. Nul besoin de se
réunir 270 heures durant pour
finalement n'adopter que les
recommandations.

Le Vlaams Blok a déjà voté contre
le rapport en commission parce
qu'il s'agit d'un mauvais rapport.
Le VLD fera de même. Le CD&V
et le PS suivront, faute de quoi ils
devront reconnaître la
responsabilité politique de leur
parti. Allons-nous assister à un
rejet en séance plénière d'un
rapport qui a été adopté en
commission?
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
aanbevelingen.

Waar het werkelijk om gaat, zal niet meer worden goedgekeurd door
het Parlement. Daarin zal het Vlaams Blok worden gevolgd. Alle naar
ons oordeel politieke verantwoordelijken ­ dus alle andere politieke
partijen behalve het Vlaams blok
dat nooit enige
verantwoordelijkheid kon, mocht en moest dragen in het Sabena-
dossier ­ zullen op de ene of andere manier dat rapport afkeuren. Op
den duur komen we nog tot de rare veronderstelling dat het Vlaams
Blok het zal moeten goedkeuren om nog een onderscheid te kunnen
maken tussen alle schuldigen en degenen wie absoluut geen schuld
treft.

We zullen zien wat de komende uren ons zullen brengen, op politiek
vlak: de goedkeuring of de verwerping van dat verslag.
02.22 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter, ik
stel met genoegen vast dat de heer Annemans voor een keer
aanwezig is voor de werkzaamheden van de onderzoekscommissie.

(...)
02.23 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Vanoost, ik
meen dat ik meer dan de helft van de 280 uur dat er werd vergaderd,
heb bijgewoond. Wat dat betreft heb ik een gerust geweten. Wat ik
moest weten, weet ik en wat ik moest doen, heb ik gedaan. (...)
De voorzitter: Mijnheer Annemans, laat de heer Vanoost u nu even onderbreken.
02.24 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter, wij
weten wel wat de heer Annemans bedoelt met vrije meningsuiting,
met name dat hij alleen aan het woord is.

Laat mij aldus minstens even uitspreken, mijnheer Annemans!

Ik stel dus met genoegen vast dat u aanwezig bent en ik wens u de
volgende informatieve vraag te stellen. Kunt u in het rapport
aanduiden waar u ook maar de minste opmerking hebt gemaakt, een
suggestie hebt gedaan of een amendement hebt ingediend? Kunt u
in dit rapport aanduiden waar u ook maar de minste inbreng hebt
gehad?
02.24 Lode Vanoost (AGALEV-
ECOLO): Je me réjouis de ce que,
pour une fois, M. Annemans soit à
nouveau parmi nous. Peut-il nous
indiquer l'endroit du rapport où il
aurait fait ne fût-ce qu'une seule
suggestion constructive?
02.25 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Vanoost, ik
ontken niet dat ik in dat rapport door de rapporteur nooit werd
opgenomen. Om uit de losse pols, een voorbeeld te geven...
02.26 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Voor mij volstaat dat
antwoord.
02.27 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Vanoost, laat
mij uitspreken indien u het niet al te erg vindt dat ik uw vraag
beantwoord.

Uit de losse pols kan ik het volgende voorbeeld geven.

Ergens in Wallonië, niet ver van de woonplaats van de heer
Langendries, vergaderden wij gedurende drie dagen. Tijdens die drie
02.27 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): J'ai fait de
telles suggestions. J'ai par
exemple demandé quel rôle a
joué la famille Saxe-Cobourg, une
question qui a d'ailleurs
également été posée par M. Van
Campenhout, du VLD, mais qu'on
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
dagen was ik aanwezig was en heb ik aandachtig geluisterd. Ik heb in
de loop van die dagen, om slechts een voorbeeld te geven, gevraagd
hoever het stond met de voorstellen van de heer Van Campenhout in
verband met de rol van het huis Coburg dat hier in dit land het
koningschap waarneemt en of dat zou worden onderzocht. Immers,
bij de aanvang van de onderzoekscommissie waren heel wat leden
van oordeel dat dat grondig moest worden onderzocht. Die suggestie
werd opgenomen.

Nadien diende de heer Van Hoorebeke in dezelfde zin een
amendement in. Welnu, de rapporteur, de heer Vanoost, heeft dat
toen tussen haakjes opgenomen. In drie documenten, mijnheer de
rapporteur Vanoost, ik herhaal drie documenten, werd het
amendement van de heer Van Hoorebeke opgenomen. Alle andere
documenten na die drie, mijnheer Vanoost, veegde u onder tafel. Het
amendement van de heer Van Hoorebeke is immers op miraculeuze
wijze verdwenen!

Dat is een voorbeeld, uit de losse pols, mijnheer Vanoost, waarbij ik
aantoon dat de rapporteurs, die zichzelf rapporteurs noemen, de
manipulators waren van de commissie. Er is niets zo vunzig als de
rol van die drie rapporteurs en van die zeven leden van het Bureau.
In een commissie die zeventien leden telt, moesten er zeven leden
van het Bureau worden aangesteld.

U, mijnheer Vanoost, was de klaverenzot die, buiten de drie grote
klassieke politieke partijen die deel uitmaken van het Bureau, aan de
commissie werd toegevoegd als zevende lid van het Bureau. Zeven
leden van het Bureau moesten deel uitmaken van een commissie die
zeventien leden telt!

In een commissie van 17 leden moesten er 7 bureauleden zijn.
Waarom? Omdat u moest kunnen manipuleren, mijnheer Vanoost.
Dat bureau moest apart kunnen vergaderen en twee heren van twee
partijen ­ de Vlaams-nationale strekking ­ mochten niet in dat bureau
van u zitten zodat u, met uw drie klassieke, traditionele partijen,
verslagen kon manipuleren en amendementen ­ zoals datgene dat ik
kom te vermelden ­ onder tafel kon vegen. Dat is uw verslag,
mijnheer Vanoost. Daarom staat er over de heer Annemans in dat
verslag geen woord. Omdat u een manipulator bent, mijnheer
Vanoost. Nu zou ik graag aan mijn inleiding beginnen.
a ignorée. Les rapporteurs n'ont
cependant pas trouvé d'endroit où
insérer mon intervention. Les
seuls à n'avoir pu faire partie du
bureau de sept membres sont les
nationalistes flamands. Le rapport
a ainsi pu être aisément maquillé
par les partis traditionnels et les
verts.
De voorzitter: Mijnheer Annemans, ik heb drie onderbrekingen. De heren Vanoost, Smets en Leterme
willen u onderbreken.
02.28 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
ik heb tien bladzijden.
De voorzitter: U moet mij niet waarschuwen. Ik ben al gewaarschuwd.
02.29 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de voorzitter, ik
wou maar één ding zeggen en dan zal ik Annemans de volledige
vrijheid laten te zeggen wat hij zeggen wil. Hoe meer hij mij hier
persoonlijk probeert aan te pakken, hoe meer hij de waarheid
verdraait, hoe meer ik ervan overtuigd ben dat ik politiek goed bezig
ben.
02.29 Lode Vanoost (AGALEV-
ECOLO): Plus M. Annemans
travestit la vérité et s'abaisse à
des attaques personnelles, plus je
suis convaincu d'avoir ma place
en politique.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
02.30 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Vanoost, weet
u dat er een amendement is geweest van de heer Van Hoorebeke in
verband met de rol van het Koningshuis in de zaak Sabena?
02.31 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): (...)
De voorzitter: De heer Van Hoorebeke spreekt straks.
02.32 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik heb dat toch op de
laatste twee dagen aangekaart. Daarna heeft de heer Van Hoorebeke
daarover een amendement ingediend. Waar is dat naartoe? Wat is
de rol van het Hof in uw rapport, mijnheer Vanoost? U bent een
bedrieger.
De voorzitter: Laat de heer Van Hoorebeke het straks zelf uitleggen.
02.33 André Smets (cdH): Monsieur le président, je suis présent
depuis 10 minutes seulement et je peux déjà dire que ce qui est très
frappant dans les questions posées à M. Annemans par des
membres de la majorité, c'est que la notion de responsabilité
n'apparaît nulle part, c'est aussi ce que la population ressent. Je
trouve cela scandaleux. Sept mille personnes à la casse et un drame
pour tant de familles! Mais aujourd'hui, on pose des questions en
éludant les problèmes!

Monsieur le président, comme je suis venu en train ce matin, j'ai eu
le temps de consulter les notes abondantes que j'avais
collectionnées sur le sujet. Je fais référence à un article du 6
novembre 2002, dans lequel vous aviez le courage, vous, de dire, je
cite le titre: "Nous avons été négligents et naïfs". C'est ce que vous
avez dit dans une interview accordée au journal "Le Soir". Si certains
ministres en tiraient la conclusion, il y a déjà longtemps qu'ils
seraient partis, en tout cas le ministre Daems!

"Nous avons été négligents et naïfs". Je note que, parallèlement à
votre interview, le journal "Le Figaro Economie", rappelle qu'il s'agit
du plus gros séisme social jamais enregistré à l'échelle belge. Et moi
j'entends qu'au travers des conclusions, il n'y a pas de responsable!
Je trouve cela parfaitement scandaleux! A la limite, c'est la seule
chose que l'on puisse dire aujourd'hui. La Sabena est morte, on a tué
des familles et il n'y a pas de responsable! On va trouver un faux-
fuyant formel pour essayer d'éluder le problème. Pour moi, c'est de
l'indécence!

A l'époque, le ministre Daems me reprochait de citer des articles,
d'avoir des références journalistiques. Je n'en suis pas gêné du tout.
C'est le seul homme en Belgique capable de transformer de l'or en
plomb. Soyons clairs, il faut avoir le courage de démissionner devant
un tel séisme!
02.33 André Smets (cdH): Wat
opvalt in de vragen die de leden
van de meerderheid aan de heer
Annemans stellen, is dat zij daarin
met geen woord reppen over het
begrip "verantwoordelijkheid". Dat
is een schande, vooral wanneer
men weet dat 7000 mensen op
straat werden gezet en dat die
situatie voor heel wat gezinnen
een echt drama is.

Vandaag gaat men de problemen
uit de weg. In een interview dat in
Le Soir van 6 november is
verschenen, verklaarde onze
Voorzitter echter dat men nalatig
en naïef is geweest. Mochten de
ministers daaruit hun conclusies
hebben getrokken, dan zou de
heer Daems ontslag hebben
genomen! Het is niet correct dat
men zich achter formele
uitvluchten verschuilt om zijn
verantwoordelijkheid te ontlopen.
Als men met een drama van die
omvang wordt geconfronteerd,
moet men de moed hebben om
ontslag te nemen.
02.34 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik onderneem
een poging om sereniteit in het debat te brengen.

Wat de regering en haar meerderheid stoort, maar vooral wat de
VLD stoort is dat de heren Lano, Cortois en Van Campenhout een
verslag hebben goedgekeurd waarin staat, ik citeer: "Over het doel
van de aan het advocatenkantoor toevertrouwde opdracht heeft
02.34 Yves Leterme (CD&V): Le
VLD est contrarié par l'adoption,
par plusieurs de ses
commissaires, d'un rapport
contenant deux phrases de
critiques non voilées à l'égard du
ministre Daems. Voilà pourquoi le
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
minister Daems verklaringen afgelegd die niet stroken met de
waarheid. Op verzoek van minister Daems heeft de VLD-fractie
vertrouwelijke documenten bezorgd aan het advocatenkantoor en
aan de minister zelf". Dit zijn de twee zinnen die storen. Het appel op
de geschiedenis en de historiografie van de onderzoekscommissie
kan men gerust weglaten. Dit is de kern van de zaak. Dit is de reden
waarom allerlei manoeuvres worden uitgehaald, tot en met in sferen
van het kernkabinet om de essentie van de parlementaire
onderzoekscommissie te ondergraven. Het is een slechte dag voor
onze parlementaire instellingen.
rapport ne peut être adopté en
séance plénière. L'essence même
de la commission d'enquête
parlementaire se voit ainsi minée.
Pour notre institution
parlementaire, cette journée sera
marquée par un sentiment de
honte.
02.35 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
vooraleer ik mijn inleiding voortzet, kan ik de heer Leterme alleen
maar bijtreden. Mijnheer Coveliers, ik hoop dat u nog eens grondig
nadenkt over hetgeen men u probeert te doen doen. De realiteit is
dat we maanden gewerkt hebben, regel per regel en soms meer dan
een half uur gediscussieerd hebben over 2 woorden maar dat de
belangrijke passages over vaststellingen en verantwoordelijkheden
waarvoor u gedwongen wordt het rapport niet goed te keuren, op een
paar uren werden afgehaspeld, helemaal aan het einde van onze
opdracht. Ik wens hierop niet terug te komen omdat het voor mij van
secundair belang is. Het dieptepunt waarin deze parlementaire
onderzoekscommissie in de laatste weken en uren is terechtgekomen
is voor de mensen waarvoor deze commissie werd opgericht, de
fameuze sabéniens die het slachtoffer zijn geworden van heel de
zaak, van totaal geen belang. Dat wil ik u voorhouden! Daarover wil
ik het met u hebben.

Mijnheer de voorzitter, of u en de heer Vanoost het graag horen of
niet, slechts na een voorstel van het Vlaams Blok ­ wij waren eerst
met ons voorstel ­ heeft de Kamer in december 2001 beslist een
parlementaire onderzoekscommissie op te richten. Het Vlaams Blok
werd andermaal gevolgd met een afzonderlijk voorstel zoals dat altijd
het geval is om de ondergang van onze nationale luchtvaarttrots, de
Société anonyme Belge d'exploitation de la navigation aérienne, te
achterhalen, de verantwoordelijken voor het débacle aan te wijzen en
de aanbevelingen voor de toekomst te formuleren. Alle relevante
factoren die gedurende de periode 1975-2001 een rol hebben
gespeeld die uiteindelijk tot het faillissement hebben geleid, moesten
aan bod komen om onder meer de politieke verantwoordelijkheden
aan te duiden, verantwoordelijkheden die niet zullen worden
goedgekeurd door deze Kamer! Dat was nochtans de kern van de
Sabena-commissie.

Blijkbaar waren zelfs de paars-groene coalitieleden geschrokken van
het impact van het faillissement. De commissie zou tot op het bot
gaan en de werkelijke oorzaken ervan boven water halen. Dat bleek
uit alle verklaringen die we in november 2001 te horen en te lezen
kregen. Fons Borginon, op dat ogenblik zwevend tussen VU-ID en de
VLD, pleitte ervoor dat alle verantwoordelijken afzonderlijk zouden
worden uitgespit. De heer Coveliers ging nog een stap verder. Alle
componenten van de verantwoordelijkheden moesten, zijns inziens,
aan bod komen, die van de politiek, de raad van bestuur, de
vakbonden en het personeel. Alle partijen waren het erover eens dat
de commissie niet mocht hervallen in een historisch onderzoek maar
relevante aanbevelingen moest formuleren voor andere
overheidsbedrijven. Denken wij maar aan de steeds meer
zieltogende en naar ons oordeel volgende palliatieve patiënt, de
02.35 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): En effet,
jamais, dans notre tradition de
commissions parlementaires,
nous n'avons connu pire situation;
celle-ci constitue, par ailleurs, un
camouflet pour les anciens
travailleurs de la Sabena. La
commission avait pourtant vu le
jour sous les meilleurs auspices.
En décembre 2000, le Vlaams
Blok proposait la création d'une
commission d'enquête, idée qui
fut reprise par d'autres partis.
Cette commission devait aller
jusqu'au fond des choses et ne
négliger aucune piste, sans aucun
tabou. Les responsables politiques
devaient être désignés, les
alliances devaient être examinées
en profondeur et même le rôle de
la Cour devait être examiné. Les
porte-parole des partis
traditionnels se sont bousculés
pour prononcer des discours
musclés de ce type. Aucun de ces
objectifs n'a toutefois été réalisé.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
NMBS, en aan de op dat ogenblik nog op te richten nieuwe
vliegtuigmaatschappij. De heer Leterme richtte zijn pijlen naar de
huidige coalitie en stelde zich vooral vragen bij het hotelakkoord. De
SP.A dacht dat vooral de overgang van een overheidsbedrijf naar
een gemengd bedrijf een belangrijk gegeven was om de oorzaken
van het faillissement te kunnen achterhalen. De commissie zou zich
eveneens buigen over de mislukte allianties zoals KLM en British
Airways en uiteindelijk uitsluitsel geven over alle geruchten die
hierover de revue waren gepasseerd. Dat er geen heilige huisjes
overeind zouden blijven, bewees de Antwerpenaar Van Campenhout
die zonder blozen op 11 november 2001 in De Zevende Dag
verklaarde, ik citeer: "Iedereen vermoedt, misschien ten onrechte dat
het Hof tussenbeide kwam. Laten we dat eens uitzoeken". Ik daag
hem uit om te zeggen waar de commissie dat ­ al was het maar heel
even ­ heeft uitgezocht in al die uren vergaderen.

Waarschijnlijk begon Koning Albert na het horen van die gedubde
Franse verklaring een beetje te daveren en de koninklijke archieven
naar de tuin van het kasteel in Laken te slepen om ze te verbranden,
vooraleer de inquisitie van Van Campenhout in het paleis zou
afstappen. Het Vlaams Blok was, tegen beter weten in, verheugd
over die eensluidende verklaringen. Mijnheer Van Campenhout, u
moet mij niet onderbreken, ik was verheugd over uw verklaringen.
02.36 Ludo Van Campenhout (VLD): Dat zal wel, collega
Annemans. Zoals u zei dat wij drie dagen in Ittre zijn geweest, terwijl
het er twee waren, zei u dat ik een amendement heb ingediend om
de rol van het Hof te bekijken, hoewel het de heer Van Hoorebeke
was.
02.37 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik heb gezegd dat het
Van Hoorebeke was. (...)
De voorzitter: Mijnheer Annemans, laat de heer Van Campenhout uitspreken.
02.38 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer Annemans, ik geef
collega Vanoost gelijk. U bent inderdaad nog nooit zo actief geweest
in deze commissie. Dat moet ik absoluut bevestigen. Wat het
amendement van de heer Van Hoorebeke betreft, dat hebben wij in
Ittre besproken. Daarnaast is de rol van het koningshuis en het
amendement van de heer Van Hoorebeke, dat ik trouwens
ondersteund heb, nog twee of drie keer in de commissie ter sprake
gekomen. Dan was u er echter niet, mijnheer Annemans. U herleidt
het debat over het koningshuis tot minieme vormen, omdat u de drie
keer dat dit is besproken niet aanwezig was in de commissie.
02.38 Ludo Van Campenhout
(VLD): Vous êtes en effet plus
actif maintenant que vous ne
l'avez jamais été au cours des
deux dernières années. Au sein
de la commission Sabena, M.
Annemans, comme un bon
nounours, a hiberné tout l'hiver. Il
était absent lorsqu'il a été question
de l'amendement de M. Van
Hoorebeke et du rôle de la Cour.
02.39 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): (...)
02.40 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer Annemans, dat
amendement van de heer Van Hoorebeke is drie keer ter sprake
gekomen, is ondersteund door mijzelf en door de heer Bonte. U was
niet aanwezig om het te ondersteunen, dat is zeer jammer. Voor de
rest sluit ik mij aan bij collega Vanoost. U hebt in deze commissie
een zeer lang uitgerekte winterslaap gehouden en u bent even
wakker geworden in Ittre, toen het Hof ter sprake kwam. Voor de rest
hebt u daar als een goedlachse beer een langgerekte winterslaap
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28
gehouden, mijnheer Annemans.
02.41 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer Van
Campenhout, het doet natuurlijk pijn dat ik dat voorbeeld noem en u
daarin betrek op basis van... Hij luistert nu niet, dat is jammer. Dit is
geen goed parlementair debat. Het doet natuurlijk pijn dat ik u
herinner aan die passage, want u kan nergens in uw rapport zelfs nog
maar een spoor van welke vorm van discussie dan ook aanhalen.
Mijn repliek was alleen maar gericht tegen de heer Vanoost, die zegt:
"Toon mij eens waar in het rapport een initiatief staat". In dit rapport
kon het niet geraken. Dit is het rapport van het regime. Dit is een
rapport van de traditionele partijen, aangevuld door de groenen. Dit
is niet het rapport van het Vlaams Blok. Dit kan ook nooit het rapport
van het Vlaams Blok zijn.

Vergeet de idee en de illusie ­ die u trouwens altijd zelf hebt
weggenomen ­ dat het Vlaams Blok een rol moest spelen in deze
commissie. Het is namelijk de eerste parlementaire commissie waar
vanaf het begin een bureau is samengesteld waar maar één partij
niet inzit, en dat is het Vlaams Blok. Om apart te kunnen vergaderen
hebben de traditionele partijen zelf de verantwoordelijkheid op zich
genomen, door te zeggen: wij gaan het bureau van deze commissie
vormen, wij gaan over amendementen beslissen, wij gaan Van
Hoorebeke en Annemans onder de mat vegen. Dat is de rol van die
commissie.

Ik heb een selectie gemaakt die iedereen in de parlementaire
verslagen kan volgen. Ik heb Pahaut ondervraagd, ik heb al die
Zwitsers ondervraagd en ik heb alle ministers ondervraagd. Ik heb
inderdaad niet iedereen ondervraagd, zoals u dat hebt gedaan, maar
ik heb wel mijn politieke conclusie getrokken. Ik heb dit rapport als
een politiek rapport bekeken en als een politiek rapport afgekeurd.

Nu moet u niet doen alsof u het spijtig vindt dat het Vlaams Blok uw
rapport heeft afgekeurd, en zeker niet doen alsof er in dat rapport
welke zin of komma dan ook staat over datgene wat u zelf aan het
begin van uw commissie in De Zevende Dag aankondigde als een
ernstig onderzoek naar de rol van het Hof.

Mijnheer Van Campenhout, wat is volgens u de rol geweest van het
Hof in de Sabena-zaak? Zeg daarover eens één zinnetje. Vooruit,
mijnheer Van Campenhout, kom uit uw winterslaap. Wat is de rol
geweest van Coburg in Sabena?
02.41 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): Le rapport ne
mentionne nullement le rôle joué
par la Cour. Ce rapport est le
rapport du régime. Le PS, qui
compte trois anciens ministres des
Communications dans ses rangs,
et le premier ministre, qui a parlé
d'une "responsabilité politique
partagée", ont immédiatement
rogné les ailes à cette
commission, qui avait été créée
pour trouver les coupables de la
faillite. Afin de pouvoir se réunir
sans le Vlaams Blok et le N-VA,
on a constitué un Bureau
comptant sept membres, les
mandats étant soigneusement
répartis entre les partis
traditionnels et les verts obtenant
également un mandat, ce qui a
permis de manipuler aisément les
travaux et le rapport.
De voorzitter: Mijnheer Annemans, u bent de spreker.
02.42 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Voilà, nu mag ik weer
niets meer zeggen...

Mijnheer de voorzitter, zo is het altijd gegaan in deze commissie.
Vraag mij dus niet deze commissie al te ernstig te nemen. Ik ben nu
aan het begin van mijn inleiding.
De voorzitter: U moet ook de gemaakte afspraken respecteren.
02.43 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
ik heb geen enkele afspraak met u.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29

De voorzitter: Maximaal één uur per fractie.
02.44 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
ik ben nu vijfenvijftig...
De voorzitter: Ik weet dat men u heeft onderbroken. U bent nog geen half uur bezig, met de
onderbrekingen. Dat weet ik, maar u hebt gisteren daartegen niet geprotesteerd.
02.45 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
ik ga niet in conflict met u. Ik zal wel proberen te zeggen wat ik te
zeggen heb.
De voorzitter: Natuurlijk, het zou maar spijtig zijn.
02.46 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): En ik heb nog lang niet
gedaan.
De voorzitter: Dat vrees ik.
02.47 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Anders zal ik de tekst
aan het beknopt verslag bezorgen. Zou men hem afdrukken als ik
hem niet uitspreek, mijnheer de voorzitter?
De voorzitter: Neen.
02.48 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Ik ben dus verplicht
hem uit te spreken.
De voorzitter: U kunt echter ook bondig zijn.
02.49 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): De euforie was zelfs die
van het Vlaams Blok, nadat wij de heer Van Campenhout hadden
gehoord. Zoals achteraf bleek, waren wij zelfs tegen beter weten in
verheugd over die eensluidende verklaringen. Mijnheer Van
Campenhout, ik hoop dat u nu uw mond zult houden. De eerste
minister heeft nu al drie keer gezegd dat u die Annemans niet moet
onderbreken. Doe dat dan ook niet meer, dan kan ik gewoon
voortlezen.

Voor het eerst in de Belgische geschiedenis zou er eindelijk een
parlementaire onderzoekscommissie komen die de waarheid en niets
dan de waarheid spreekt. Het verdwijnen van een van die laatste
Belgische symbolen zou volledig worden onderzocht. De
verantwoordelijken voor dat enorme faillissement zouden aan de
schandpaal worden genageld en de duizenden sabéniens en hun
gezinnen zouden eindelijk te weten komen wie die werkelijke
schuldigen van het sociaal bloedbad waren. De euforie was natuurlijk
van korte duur. Vooral de Parti Socialiste schoot wakker bij het horen
van al die verklaringen. Zij heeft trouwens niet minder dan drie
ministers van Verkeer geleverd die volledig betrokken zijn in die
zaak: Guy Coëme, Elio Di Rupo en Michel Daerden, niet van de
minsten. Het was dus niet verwonderlijk dat Claude Eerdekens in een
interview met de VRT-radio erop wees dat de commissie het
gerechtelijk onderzoek niet voor de voeten mocht lopen, en dies
meer. Toen hij inzag dat die Sabena-commissie er ook werkelijk zou
komen, haastte hij zich te verklaren dat de calamiteiten bij Sabena
02.49 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): Madame
Spiritus-Dassesse, la juge qui a
prononcé la faillite de la Sabena,
a même déclaré en commission
qu'elle s'était sentie menacée par
un membre du gouvernement
dans le dossier du SIC, le centre
de coordination de la Sabena. Cet
élément figure dans le rapport
mais n'a pas été examiné plus
avant. Les pressions politiques
exercées par le gouvernement
actuel ont été soigneusement
éludées dans le rapport.

Le personnel de la Sabena a
attesté qu'une longue liste de
"libres parcours" existait au sein
de la Sabena. M. Godfroid a
même parlé de quelque 100.000
billets gratuits par an, pour une
valeur de 10 milliards de francs.
Avant 1979, par exemple, plus de
mille personnes disposaient d'un
libre parcours. Voici un symbole
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
pas zijn begonnen na de ambtstermijn van Elio Di Rupo en Daerden,
en dus met de Zwitsers.

Ook niemand minder dan onze eerste minister zag de bui natuurlijk
hangen. Blijkbaar had Guy Verhofstadt, die altijd zeer visionaire
ideeën ventileert, reeds ruim twee maanden voor de eerste zitting
van de Sabena-commissie miraculeus het rapport gelezen. Hij stelde
immers voor dat het falen van Sabena een collectieve politieke
verantwoordelijkheid zou worden genoemd. Dat is het nadien ook
genoemd ­ nietwaar, mijnheer Cortois? Het bevel was gegeven. Na
een rondje opbieden over wie wat naar boven zou halen, waren de
coalitieleden van aller kunne blijkbaar snel tot de orde geroepen. De
premier had het land gered. De Koning kon zijn archieven ­ of wat er
daarvan nog restte ­ opnieuw veilig opbergen in de kelders van zijn
paleis.

Op bladzijde vier van het verslag dat wij nu hebben gemaakt, lezen
wij dat de onderzoekscommissie voor het eerst samenkwam voor de
samenstelling van haar bureau. Met de benoeming van Raymond
Langendries van de cdH tot voorzitter, van Willy Cortois, Hans Bonte
en Olivier Chastel tot ondervoorzitters, en de aanstelling van
Jacques Chabot, Vanoost en Servais Verherstraeten tot
verslaggevers, werd dat bureau samengesteld. Waarvoor dat bureau
moest dienen, wist ik toen niet, tenzij voor wat ik toen reeds kon
vermoeden: men wou er toen één partij uit houden om vervolgens
apart te vergaderen en beslissingen te nemen zonder de
aanwezigheid van alle commissieleden.

Dat gebeurde voor de eerste keer. De heer Coveliers is hier niet
meer, maar misschien kan hij ook eens in het integraal verslag
nakijken welke parlementaire commissies van vijftien leden ooit een
bureau van zeven leden hebben gehad. De helft van de leden maken
deel uit van het bureau, de anderen niet. Dat is ook weer een novum
en andermaal een aankondiging van het dieptepunt dat die
commissie is geworden. Het zou moeten zijn dat de enige bedoeling
van al die constructies was om bepaalde pottenkijkers uit de werking
van die commissie te houden. Dat is volgens mij de reden waarom
men dat bureau zo heeft samengesteld. Het valt immers op dat,
buiten een, al die politieke strekkingen aanwezig zijn: twee
katholieken, twee liberalen en twee socialisten in een mooie pariteit.
Dat alles wordt begeleid door de onvermijdelijke Vanoost, die overal
bij mocht zijn omdat hij totaal onschadelijk is.

Voor één politieke strekking was er dus geen plaats: voor de Vlaams-
nationalisten. In de commissie waren zij vertegenwoordigd door
zowel de N-VA als het Vlaams Blok. Zij moesten geweerd worden,
wat dan ook gebeurde, zodanig dat de kans op zware incidenten of
zware, verrassende wendingen wel erg klein werd.

Nadat al die postjes verdeeld waren en de politieke belangen veilig
gesteld waren, kon die commissie met haar werkzaamheden
beginnen. Na enkele inleidende vergaderingen kwam op 20 februari
mevrouw Spiritus-Dassesse, voorzitter van de Brusselse rechtbank
van koophandel die het failliet besprak, aan de beurt. Voor de eerste
maal werd al een tipje van de sluier opgelicht. De getuige verklaarde
namelijk zich telefonisch bedreigd te hebben gevoeld door een lid
van de regering in de behandeling van het dossier over het
coördinatiecentrum van Sabena. Herinnert u zich nog? Iedereen is
typique du système belge, qui a
incontestablement contribué au
déclin de la Sabena.

La cause immédiate de la
disparition de la Sabena était
naturellement l'alliance avec
Swissair. Le gouvernement ­ et
notamment le ministre de
l'époque, M. Di Rupo ­ était si
content de son nouveau
partenaire qu'il n'a jamais "vérifié
ses pouvoirs" de manière
approfondie. L'Etat belge n'a
jamais soumis Swissair à un "due
diligence"
. De ce fait, des accords
de coopération défavorables à la
Sabena ont été conclus et les
Suisses ont obtenu trop de
pouvoir.

Une analyse sérieuse aurait
pourtant mis en lumière que, dès
août 1995, la presse suisse faisait
état des mauvais résultats de
Swissair. Sepp Moer, le plus
éminent journaliste suisse
spécialisé dans les transports
aériens, révélait dans Weltwoche
que les pertes de Swissair
dépassaient toutes les prévisions
et que la direction de l'entreprise
maquillait les chiffres officiels.
Seules les activités secondaires
permettaient à la compagnie de
continuer à fonctionner. Voilà
donc la situation au moment où le
ministre Di Rupo accueillait
Swissair à bras ouverts et sans la
moindre enquête préalable.

Une personne qui à cette époque
a pris des décisions impliquant
des milliards, sans prendre la
peine de s'informer correctement,
est mal placée aujourd'hui pour
imposer des amendements faisant
accroire que le dossier a été
dûment étudié.

Il est exact que les Suisses
contrôlaient la Sabena et
prenaient à la chaîne des
participations dans des
compagnies aériennes en
difficulté. S'ils ont pu en arriver là,
c'est toutefois en raison d'un
facteur purement politique: le
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
het ondertussen vergeten. Dat staat in het verslag, weliswaar op
bladzijde 282, in het hoofdstuk Vaststellingen. Het is een
ontoelaatbare inmenging van de uitvoerende macht in de rechterlijke
macht, maar ze werd niet verder onderzocht en er werden verder
geen conclusies uit getrokken. Over de politieke druk van de regering
vinden wij dan ook niets terug in het hoofdstuk
Verantwoordelijkheden, zoals door mij toen, op dat moment,
voorspeld werd, en zoals ook is uitgekomen. De toon was in ieder
geval meteen gezet.

De volgende maanden kwamen alle personeelsvertegenwoordigers
en een groot deel van de kaderleden getuigen. Iedereen had zo zijn
eigen anekdotes en verhalen over de vele wantoestanden en
verspillingen, die blijkbaar eigen aan het bedrijf waren. Een typisch
en als het ware symbolisch voorbeeld daarvan blijft voor ons het
veelvuldig gebruik van gratis tickets, de zogenaamde libre parcours.
Daarom blijven wij aan dat fenomeen aandacht besteden. Mevrouw
Franzi, hoofd van de commerciële dienst onder Pierre Godfroid,
vertelde dat er inderdaad een lange lijst van vrijpassen bestond.
Volgens haar waren het er vóór 1979 waarschijnlijk meer dan
duizend. Baron Godfroid bevestigde dat verhaal en dikte het nog wat
aan. Jaarlijks werden ongeveer 100.000 gratis tickets verdeeld, goed
voor niet minder dan 10 miljard oude Belgische franken. Toch
verklaarden de leden van de commissie vorige week nog aan De
Nieuwe Gazet dat daarvan geen overmatig gebruik werd gemaakt en
dat onze nationale luchtvaartmaatschappij zeker niet alleen aan
voordeeltjes failliet ging. Dat heb ik ook niet beweerd. Ik zeg alleen
dat de kern van het Belgische systeem uit dat symbooldossier naar
voren komt. De republiek der kameraden, waar zij als het ware
allemaal in zitten, zoals in het bureau van onze parlementaire
onderzoekscommissie.

Natuurlijk valt niet te ontkennen dat de alliantie met Swissair ­ dat
doet ook het Vlaams Blok niet ­ op bedrijfseconomisch gebied aan
de basis ligt van het verdwijnen van Sabena. Toen die laatste voor
de zoveelste keer in de financiële problemen geraakte, na de
mislukking van de samenwerking met Air France, moest er zo snel
mogelijk een nieuwe partner gevonden worden. Een eerste potentiële
verloofde die zich aanbood, werd met veel enthousiasme onthaald,
zonder de geloofsbrieven omtrent de bruidsschat te controleren.
Minister Di Rupo was inderdaad zodanig in de wolken met de komst
van Swissair, de zogenaamde vliegende bank, dat hij de Zwitserse
maatschappij geen strobreed in de weg legde. Door het verzuimen
van de nodige voorzichtigheid die volgens ons in acht moest worden
genomen, werd er een voor Sabena nadelig contract onderhandeld
en getekend. Di Rupo gaf de facto veel te veel macht aan de
Zwitsers.

Daarenboven verzuimde de Belgische staat Swissair aan een due
diligence te onderwerpen, terwijl Sabena omgekeerd wel grondig
werd doorgelicht door de toekomstige onderneming. Dat schijnt niet
abnormaal te zijn, maar wij zijn van oordeel dat een deftige en
elementaire analyse van Swissair geen overbodige luxe zou zijn
geweest. Reeds in augustus 1995 werd in het Zwitserse tijdschrift ­ ik
heb dat een paar keer aangehaald, tot spijt van de heer Van
Campenhout ­ Die Weltwoche gewaarschuwd voor slechte financiële
resultaten van de maatschappij. Toen ik Jean-Luc Dehaene met dat
feit confronteerde, probeerde hij er zich vanaf te maken ­ u hebt dat
système belge. Il ne fait aucun
doute que le politique assume la
responsabilité collective mais
comme chacun a quelque chose à
se reprocher, les partis
traditionnels se sont mis à l'abri. A
ce sujet, le rapport fait preuve de
la plus grande réserve. Des
marionnettes telles que M.
Pahaut, téléguidé par le PS, sont
venues faire des déclarations en
commission dans le but de
minimiser la politisation. Aucune
nomination politique n'aurait eu
lieu et les acquisitions n'auraient
pas été influencées par les partis.
Il ne fait toutefois aucun doute que
les projets d'alliance avec la KLM
ont été abandonnés sous la
pression du PS. A notre estime,
les déclarations de M. Pahaut sont
totalement dépourvues de valeur.

Nul ne peut nier que tous les
membres du conseil
d'administration ont été nommés
politiquement. Les critères de
sélection étaient tout à fait
imprécis. Ces mandats
apparaissent avant tout comme
des sortes de titres honorifiques,
moyennant une rétribution de
12.500 euros par an et des billets
gratuits à volonté. Le conseil
d'administration porte une
responsabilité écrasante : il
représentait l'actionnaire
majoritaire mais fermait les yeux.
Lors de la création de la
commission de la Sabena, les
administrateurs se sont
longuement réunis afin d'aligner
leurs déclarations. Leurs
témoignages en commission
étaient dès lors interchangeables.

Parmi les ministres de tutelle, ce
sont surtout les ministres Vande
Lanotte et Verhofstadt, les
architectes de l'accord de
l'Astoria, qui ont beaucoup à se
reprocher. Jean-Luc Dehaene a
du reste déclaré que la culture
d'entreprise de la Sabena avait
une forte connotation politique.
Les syndicats et le personnel
participaient également à ce
système. Tout le monde semblait
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
allemaal meegemaakt ­ met de melding dat hij niet verplicht was om
de Zwitserse kranten te lezen. Nochtans komt die informatie niet uit
een of andere duistere, onbetrouwbare bron, zomaar een of ander
krantje van hier of ginder. Het ging over Sepp Moser, die als
gespecialiseerd luchtvaartjournalist de achting van eenieder heeft
gewonnen, ook met zijn boek, in 2001, over het faillissement van
Swissair. Hij schreef toen dat artikel onder de titel: "De rode cijfers
zijn nu dieprood geworden".

Op een moment dat alle regeringen hier Swissair als de ideale
partner omschreven, zette hij onder de titel "De Rode cijfers zijn nu
dieprood geworen", zinnen neer als: "Het nettoresultaat van Swissair
AG. Voor de maanden januari tot juni 1995" ­ dat zijn de maanden
die door Di Rupo worden aangehaald om aan te tonen hoe goed
Swissair wel was ­ "vertoont het nettoresultaat een negatief resultaat
van 90 miljoen Zwitserse frank bij gebudgetteerde verlies van slechts
50 miljoen Zwitserse frank". Het gaat mij niet om de verliescijfers.
Zelfs die wil ik nog niet in rekening brengen. Het gaat mij wel om wat
volgt. "Het budget werd dus met volle 80% vertekend. Als men het
concern in zijn geheel bekijkt, dus met Crossair AG en Swissair, de
participatiemaatschappijen, dan nog komt men niettemin altijd uit op
70 miljoen deficit voor de eerste helft van het jaar 1995, waarin
Sabena in zee ging met Swissair". Ik citeer. "Alleen al de
nevenactiviteiten hebben het bedrijf tot nu toe voor de totale
ineenstorting, de totale Absturz, behoed." Ik citeer hier de heer Sepp
Moser en niet een of andere Annemans of Vlaams Blokker in
Zwitserland. De heer Moser is een autoriteit. "Swissair was
daadwerkelijk steeds erg vaardig als het erop aankwam slechte
resultaten te verbloemen en de aandeelhouders rustig te houden".
Dat schrijft de heer Moser vooraleer Swissair er was. We stellen de
VLD hier niet verantwoordelijk voor. U zou misschien kunnen doen
alsof dat toch een of ander argument geweest had kunnen zijn. Dat
was wat er in Zwitserland in de gespecialiseerde pers stond.

Ik citeer verder. "Verbazingwekkend is de passiviteit waarmee de
raad van bestuur de neergang van haar onderneming heeft zitten
aankijken". Het leek wel of het ging over Sabena zelf. Dat soort
zinnen verscheen in 1995 in de gespecialiseerde Zwitserse pers.
Inderdaad, men is niet verplicht om de Zwitserse pers te lezen. Het
Vlaams Blok blijft echter het volgende beweren. Als men als politicus
beslissingen moet nemen over dergelijke miljardenbedragen en men
merkt in 2003 dat men die artikels niet heeft gelezen terwijl men toch
deals heeft gesloten, dan moet men niet zoals de PS amendementen
indienen, om te stellen dat men het bedrijf grondig heeft onderzocht.

Een elementaire persanalyse, zoals het Vlaams Blok heeft gedaan,
kon u leren wat wij op dit moment als conclusie van het hele verhaal
moeten vaststellen. Men had niet met Swissair in zee mogen gaan.
Toen men het dan toch deed, had men het niet mogen voorstellen
als een ideale oplossing. Rik Daems had dat niet mogen doen. Vier
jaar later stond hij met champagne te klinken. Ook de heer Di Rupo,
ook de PS en de toenmalige CVP hadden dat niet mogen doen.
Dames en heren, jullie hadden dat niet mogen doen.

Ik heb het vervolgens over de daaropvolgende maanden. Mijnheer
de voorzitter, ik ga verder met mijn verhaal. We vorderen langzaam
maar zeker.
convaincu que la Sabena
survivrait à la libéralisation. Une
attitude compétitive était
totalement absente. La seule
possibilité était dès lors de se
fondre dans un groupe étranger et
la Sabena a manqué l'occasion de
devenir elle-même le noyau d'un
nouveau conglomérat. Cette
déclaration infirme entièrement
les témoignages selon lesquels la
Sabena n'était pas politisée.
Le premier ministre a
ultérieurement parlé en ces
termes. La culture d'entreprise
était bel et bien sujette à des
influences politiques. Le rapport
n'évoque nullement cet aspect de
la question. Le Vlaams Blok est le
seul parti qui n'a rien à se
reprocher dans ce dossier.

Les "héros de l'accord de l'Astoria"
ont été entendus par la
commission au mois de novembre
2002. Nous dénonçons fermement
la méthode de travail figurant
dans l'accord. On nous a parlé
d'acte héroïque mais grâce au
report de paiement qui leur a été
accordé, les Suisses ont eu le
temps de régler leurs propres
affaires et de mettre en oeuvre un
scénario de redémarrage pour leur
entreprise. En outre, des garanties
bancaires n'ont même pas été
demandées ! De vagues
promesses suffisaient
apparemment. D'un point de vue
juridique, l'accord de l'Astoria était
d'ailleurs absolument boiteux.

Le Premier ministre a déclaré qu'il
y a une responsabilité collective
au niveau politique. C'était une
invitation à la commission de ne
pas s'attarder sur son échec mais
de rejeter la faute sur les Suisses.
Le véritable travail de la
commission ­ la rédaction du
rapport ­ a commencé après les
réunions publiques:. Il est apparu
d'emblée qu'une bataille politique
allait être menée pour éviter
autant que possible qu'il soit fait
mention dans le rapport des
responsabilités politiques. On a
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33
Ik keer even terug naar de tijdlijn Swissair-Sabena. De Zwitsers
hadden nu de feitelijke controle over Sabena, zonder Belgische
tegenkanting. Het lot van de Belgische maatschappij was dus vanaf
dan aan de Zwitserse willekeur overgeleverd. Swissair zette zijn
ongebreidelde hunterstrategie voort. Het kocht aan de lopende band
participaties in noodlijdende Europese luchtvaartmaatschappijen.
Ook dat kon iedereen zien. Ook dat kon iedereen vaststellen.

De verdwijning van Sabena enkel verklaren aan de hand van die
pure, bedrijfsgebonden, financiële, economische factoren is ruim
ontoereikend. Andere, meer structurele factoren, eigen aan de
typisch Belgische situatie, speelden naar het oordeel van het Vlaams
Blok een veel grotere rol. Hoe is het zover kunnen komen? Waarom
gaf de overheid als meerderheidsaandeelhouder de controle uit
handen? Wegens welke motieven volgden de Belgische bestuurders
slaafs de beslissingen die uit Zürich werden bevolen? Waarom werd
Sabena steeds beschouwd als een overheidsbedrijf dat nooit failliet
kon gaan? Het is duidelijk dat het antwoord op die vragen niet in de
bedrijfseconomische sfeer en ook niet bij Swissair moeten worden
gezocht. Het antwoord moet worden gezocht in de Belgische
politieke wereld en mentaliteit. Die hebben Sabena kapotgemaakt.

Mijnheer Vanoost, net hierover is het verslag extreem terughoudend.
U moet er mij inderdaad niet van overtuigen dat er veel zaken niet in
uw verslag staan.

Besluiten dat de politiek collectief verantwoordelijk is, is natuurlijk de
beste en de eenvoudigste oplossing. Alle partijen hebben ooit van
ver of van dichtbij iets met Sabena en het beheer van de
maatschappij te maken gehad. Ik herhaal dat het Vlaams Blok de
enige partij is die er niets mee te maken heeft gehad. Aangezien al
die partijen boter op hun hoofd hebben, is het nogal evident dat de
onderzoekscommissie tot de conclusie zou komen dat er niemand
schuldig was.

Hoewel de politiek dus wel degelijk een rol speelde, verklaarden de
meeste getuigen uit het bedrijf geen directe invloed ervan te hebben
ondervonden. Dat is goed mogelijk zolang het mensen waren die niet
onmiddellijk aan de top stonden. Het wordt echter moeilijk te geloven
als hogere kaderleden hetzelfde beweren.

De heer Pahaut was van juni 1978 tot 1995 lid van de raad van
bestuur en ondervoorzitter van Sabena. Hij minimaliseerde voor
onze commissie de politisering. Deze waakhond van de PS beweert
dat er geen politisering was buiten de raad van bestuur. Deze werd
natuurlijk politiek benoemd, dat kan hij moeilijk ontkennen. Volgens
hem had het geen enkel effect op de lagere niveaus en de
bedrijfscultuur in het algemeen.

Op bladzijde 12 van het commissieverslag van 2 oktober 2002 lezen
we het volgende. Dit was de hoorzitting met de heer Pahaut.
fait l'impasse sur le rôle joué par
le Palais. Le PS s'est rendu
coupable de révisionnisme. Il
fallait minimiser la responsabilité
de M. Di Rupo à coup
d'amendements divers. Le SP.A
et le VLD ont du reste souffert du
même mal.
Finalement, la commission n'a
abouti à rien. Le rapport comporte
de nombreuses lacunes. La
commission s'est focalisée sur la
période Swissair alors qu'il était
prévu d'étudier toute la période de
1975 à 2001. Elle n'a accordé
aucune, ou guère, d'attention au
rôle du Palais, à la caisse noire, à
la politisation, à la culture
d'entreprise dispendieuse et aux
nombreux abus. Les
conséquences fatales de la culture
d'entreprise et de la politisation
n'ont été évoquées
qu'incidemment. On ne veut pas
que les milliers de victimes de la
débâcle de la Sabena sachent qui
sont les vrais responsables. La
commission n'a servi à rien car le
premier ministre en avait rédigé
les conclusions dès le mois de
novembre.
Entre-temps, des avions volant
sous pavillon belge desservent à
nouveau tous les coins de
l'Europe. En "bons vieux Belges",
MM. Davignon et Lippens ont
accompli leur devoir. Les services
d'ami et les petits voyages aux
frais de la princesse
n'appartiennent pas
nécessairement au passé.
"Il n'y a jamais eu de politisation des nominations".
Over negationisme gesproken.
"A ma connaissance, l'influence politique la plus grande et la plus
louable jouait lorsque les politiques intervenaient notamment dans le
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
34
choix du matériel volant, en attirant l'attention sur des aspects
économiques".

Dus buiten wat compensatiedossiers was er van politieke invloed en
van politieke tussenkomst nooit sprake. Dat was toch zo volgens een
man die het nochtans allemaal zeer goed heeft kunnen meemaken.
Pahaut benadrukt expliciet geen bevelen te hebben ontvangen van
de PS inzake strategische beslissingen. Hij heeft die bijvoorbeeld
niet ontvangen tijdens de gesprekken met KLM in 1988. Er bestaan
nochtans sterke aanwijzingen dat de toenmalige voorzitter van de PS
wel degelijk een belangrijke rol speelde.

Ik citeer hieromtrent enkele regels uit het verslag van mijzelf.
"Mijnheer Pahaut, op 13 juni 1988 verzamelt het partijbureau van de
PS. De heer Spitaels ­ dieu ­ legt daar een verklaring af en laat die
over het volk nederdalen. In Het Laatste Nieuws van twee dagen
later staat 'De Croo is ervan overtuigd dat Spitaels werd opgejut door
de nummer 2 bij Sabena, de Franstalige socialist Pahaut, die de
KLM-onderhandelingen van zijn baas, de heer Van Rafelghem, wil
saboteren'. De heer De Croo die de eerste burger van het land is,
moet een zekere geloofwaardigheid worden toegedicht.- dat laatste
wordt door Annemans gezegd -. Ik ga er dus vanuit dat de heer
Pahaut de bevelen van de heer Spitaels onmiddellijk uitvoert bij
Sabena door KLM te saboteren. Dat is toch een politieke
tussenkomst in de strategische beslissing door u, de nummer 2 bij
Sabena, die toch iets te zeggen had over de verhoudingen met KLM
en die goede redenen moet hebben gehad om buiten de politieke
redenen te verantwoorden waarom men KLM vervolgens de rug
toekeerde" Einde citaat. De heer Pahaut volhardt. Hij luistert naar
mij. Hij ziet mijn citaten over Spitaels die een persconferentie geeft
na het bureau van de Parti Socialiste waar hij zegt "KLM, ça jamais"
en dergelijke. Hij luistert naar mij. Vervolgens legt hij zijn vertaling
neer en zegt dat hij nooit van enige politieke inmenging weet heeft
gehad. Het is gewoon simpelweg een ietwat ordinair negationisme.

U zal begrijpen dat die verklaringen in de ogen van het Vlaams Blok
geen enkele geloofwaardigheid hebben. Dit is trouwens ook de reden
waarom ze niet in uw rapport zijn voorgekomen, mijnheer Vanoost.
Het staat inderdaad allemaal niet in uw rapport. U hoeft mij daarvan
niet te overtuigen.

We zijn ondertussen aanbeland bij een volgende reeks getuigen die
voor de commissie verschenen. Mijnheer de voorzitter, ik vorder. Het
zijn de leden van de raad van bestuur, de raden van bestuur. Ze zijn
allemaal politiek benoemd, niemand ontkent dit. U kan er een kleur
op kleven. Ik heb het zelf moeten doen in de commissie. Wij
ondervroegen ze. De ene zat daar socialist te wezen, de andere
liberaal. Ze hadden allemaal hun eigen kleur, maar dit kwam niet ter
sprake. Ik moest dat telkens vragen. Ik moest dat telkens doen met
een zekere verlegenheid alsof ik een grote boer liet in de kathedraal
of zo.

Het blijft voor mij een raadsel welke criteria bij de selectie van deze
mensen van belang waren. Primeerde het partijbelang, of speelde
competentie in sommige gevallen toch een rol? Ik heb het gevoel dat
dit in sommige gevallen wel het geval was. Er waren echter geen
heldere criteria. Ik heb alleszins de indruk dat het lidmaatschap van
die exclusieve club veeleer gezien werd als een erefunctie met alles
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
35
erop en eraan. Ze hadden een gemiddelde vergoeding van 12.000
euro per jaar. Dat was niet erg veel, maar toch. Ze hadden
onbeperkte vrijkaarten voor het hele gezin. Het was misschien een
teken van erkenning van een politieke partij voor de bewezen
diensten. Het waren toch juist deze mensen die een verpletterende
verantwoordelijkheid droegen in dat debacle van Sabena. Ze hebben
nooit het woord gevraagd in het beleid dat de facto door de Zwitsers
werd gevoerd. Ze waren nochtans vertegenwoordigers van de
meerderheidsaandeelhouders. En toch lieten ze gewoon begaan.

Ze stonden erbij en ze keken ernaar hoe het bedrijf werd geruïneerd.
Blijkbaar beseften die bestuursleden dat maar al te goed. Er zijn
minimum twee vergaderingen geweest waarbij de meesten aanwezig
waren om de zittingen van de onderzoekscommissie voor te
bereiden. Ik herinner mij dat wij in de Dutroux-commissie wekenlang
incidenten hadden over een rijkswachter die met één van zijn
meerderen een zitting van een onderzoekscommissie had
voorbereid. O gruwel, dat was afschuwelijk. Hier zijn al de
hoofdacteurs vooraf onze commissie de nek komen omwringen,
reden ook waarom zij allemaal verschenen om allemaal hetzelfde te
verklaren. Toen ik dat merkte, heb ik er inderdaad wel een paar
overgeslagen. Dat was natuurlijk omdat zij onder leiding van Patrick
Dubois, jarenlang secretaris-generaal, een verdedigingsnota hebben
opgesteld die zij zeer grondig hadden voorbereid en die ervoor
gezorgd heeft dat zij allemaal gelijkluidende verklaringen hadden als
het erop aankwam verantwoordelijkheden vast te leggen.

Zo komen we bij een laatste belangrijke groep getuigen, voorzitter,
namelijk de opeenvolgende voogdijministers en natuurlijk de helden
van het hotelakkoord, de huidige vice-premier Johan Vande Lanotte
en natuurlijk de onvermijdelijke Guy Verhofstadt zelf. Het valt op dat
er belangrijke contradicties bestaan tussen de verklaringen van de
mensen uit het bedrijf zelf en die van deze politici. Zoals reeds
uitvoerig vermeld beweerden deze laatsten weinig of geen invloed
van de politiek ondervonden te hebben. Dit verschilt duidelijk van het
standpunt van de politici. Jean-Luc Dehaene bijvoorbeeld ­ toch
meer dan tien jaar betrokken bij het dossier, eerst als minister van
Verkeer en later als eerste minister ­ antwoordde op een vraag over
de politisering het volgende: "Dat was een politieke cultuur waaraan
iedereen meegedaan heeft. U betreurt misschien dat u er vroeger
niet betrokken was" ­ dat was tegen u, mijnheer Vanoost, u bent er
eigenlijk pas nu bij betrokken, als rapporteur van de parlementaire
onderzoekscommissie hebben ze u erbij gepakt ­ "maar dat was een
algemene politieke cultuur. Het ging zelfs zover dat op een bepaald
ogenblik men de tewerkstelling in de parastatalen regionaal kon
meten naargelang van wie de minister geweest was". Dat zal over
Brakel gaan vermoed ik. "Ik hoef daar toch geen tekening bij te
maken. Iedereen kent die verhalen". Ik citeer nog altijd Dehaene.
"Allez, zeker de klassieke politieke partijen hebben daaraan
meegedaan". Dat "allez" is van hem. "De vakbonden hebben daaraan
meegedaan, het personeel heeft daaraan meegedaan. Dat creëerde
inderdaad een bepaalde mentaliteit die standhoudt zolang er geen
concurrentiële omgeving komt. Wat men lang gedacht heeft ­ en ik
pleit daarvoor mee schuldig bij wijze van spreken al heb ik de
ommekeer mee helpen teweegbrengen ­ is dat men het beleid van
de liberalisering van al die sectoren op Europees vlak wel zou
overleven en dat het wel zijn tijd zou duren. Het gevolg was dat wij in
plaats van dat wij onze bedrijven tijdig omgevormd hebben zodat ze
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
36
desgevallend zelf het hart konden zijn van een hervorming wij vaak
geen andere keuze hadden dan ze te integreren in één of andere
groep". U kunt dit standpunt gerust nalezen, het staat in het verslag
van 16 oktober op bladzijde 10 en 11. Nadien heb ik dezelfde
bewoordingen voorgehouden aan Guy Verhofstadt die ze eigenlijk
zonder punt of komma heeft bevestigd in zijn strategie van de
politieke collectieve verantwoordelijkheid.

De bedrijfscultuur was dus wel degelijk onderhevig aan politieke
invloeden en niet alleen aan de top maar op alle niveaus. Met één
zinsnede uit bovenstaande verklaring kan ik het niet eens zijn,
uiteraard. Ik herhaal het nog eens, volgens Dehaene hebben alle
partijen eraan meegedaan maar daar hoort het Vlaams Blok dus niet
bij. Het Vlaams Blok is de enige partij die haar handen nooit heeft
gebrand aan dit dossier. Hoe dan ook, de politisering of de
"lotizatione" ­ de term is Toscanofiel en komt uit het Italië van
Andreotti en Craxi ­ was ontegensprekelijk een factor in het bedrijf
Sabena. Aan die factor is heel het rapport en ons onderzoek volledig
voorbijgegaan.

Mijnheer de voorzitter, collega's, de laatste week van de openbare
vergaderingen van de onderzoekscommissie ­ we zijn dan bijna
november 2002 ­ werd voorbehouden aan de hoofdrolspelers van de
laatste kans, de helden van het hotelakkoord. Minister Daems komt
als voogdijminister, niet als held van het hotelakkoord zoals iedereen
weet. Zij kwamen allemaal vertellen hoe ze bij de aanvang van hun
mandaat een niet meer te redden dossier van hun voorgangers
hebben geërfd, dat hen zeker geen fouten kunnen verweten worden,
hoe triestig het allemaal is voor de collega in de regering die aan de
kant werd geschoven, hoe erg het allemaal is voor de slachtoffers
van het faillissement et cetera et cetera.

Ik wil toch even kort spreken over de werkwijze van dat hotelakkoord.
Die is volledig onaanvaardbaar wat ons betreft.

Ik herinner mij nog goed dat het zogenaamde hotelakkoord hier in de
Kamer, in de publieke opinie en in de pers werd voorgesteld als een
heldhaftige daad van een daadkrachtige eerste minister die
weliswaar verplicht was om Daems opzij te schuiven die de
eerstelijnsgetuige en de belangrijkste betrokkene was. Dit werd met
veel "hoempa en poempa" aangekondigd als een daadkrachtige
vorm van bestuur. Het hotelakkoord was dit niet! Door die Zwitsers al
dat uitstel van betaling te geven op een moment dat wij nog
bewarend beslag op hun vliegtuigen hadden kunnen leggen omdat ze
hier nog landden, hadden zij de nodige tijd om hun zaakjes te
regelen. Daarenboven werd geen enkele garantie, geen enkele
bankgarantie gevraagd. Zij hadden deze bankgarantie trouwens niet
meer kunnen krijgen. Een weigering om een bankgarantie te geven,
had voor vaardige bestuurders op zichzelf al een aanduiding moeten
zijn van het feit dat Swissair aan de grond zat en er niet meer vanaf
zou komen. Twee topministers stellen zich blijkbaar tevreden met de
belofte van een Zwitserse zakenman, nog maar enkele maanden aan
de top van Swissair, om omgerekend meer dan 10,4 miljard
Belgische frank te betalen zonder enige waarborg te eisen.
Daarenboven was de slechte financiële situatie van de Zwitserse
luchtvaartmaatschappij ondertussen door het grote publiek gekend
en had de Belgische regering reeds meer staaltjes van Zwitserse
onbetrouwbaarheid meegemaakt.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
37

Zo kwamen we in de bizarre situatie dat, enerzijds, de bevoegde
voogdijminister juridische stappen zet tegen de
minderheidsaandeelhouder ­ de tijd van samen gezellig champagne
drinken was toen duidelijk voorbij ­ en dat, anderzijds, zijn collega's
op vage beloftes afgingen en daarmee genoegen namen, terwijl de
maatschappij verder naar haar einde draaide. Ook op strikt juridisch
vlak zijn er die bewuste nacht grove onregelmatigheden gebeurd.
Met welke bevoegdheden stelden de onderhandelaars onmiskenbare
daden van bestuur voor Sabena? Ik denk hier bijvoorbeeld aan de
overname van de vliegtuigen door Swissair en de opschorting van de
rechtszaak ingeleid door Sabena. Dergelijke zaken vallen nog steeds
onder de bevoegdheid van de raad van bestuur en niet onder die van
de aandeelhouders. Dergelijke zaken zijn nooit opgelost. Er werd
nooit een antwoord op deze vragen gegeven. Het Astoria-akkoord
was dus een slecht akkoord. Terwijl de hoofdrolspelers, de eerste
minister op kop, rondbazuinden hoe de Zwitsers op de knieën waren
gedwongen in Astoria en Sabena nog maar eens werd gered, werkte
Swissair koortsachtig voort aan de doorstart van haar eigen
maatschappij. Wij hebben ze daar alle tijd voor gegeven.

Voor een keer moet ik toegeven dat de eerste minister bij zijn
oorspronkelijk standpunt is gebleven. Reeds kort na het faillissement
verklaarde hij dat er op politiek vlak sprake was van een collectieve
schuld. Op vrijdagavond 8 november 2002, in prime time voor
televisiekijkend Vlaanderen, verklaarde hij voor de
onderzoekscommissie het volgende: "Ik denk dat wij in deze als
politici allemaal wel een stuk verantwoordelijkheid zullen dragen. Het
lijkt me fout om het tegendeel te beweren. Als dat niet zo was toen
we in de regering zaten, dan was het misschien omdat we
onvoldoende kritisch waren toen wij in de oppositie zaten". Zoveel
rechtlijnigheid ben ik niet gewend van Guy Verhofstadt. Het was
echter wel met een serieuze wenk naar de commissie die toen aan
haar eindverslag moest beginnen, in de zin van: leuter niet te veel
over mijn falen, het hotelakkoord en mijn tegenwerking in de
onderzoekscommissie en steek het vooral op de Zwitsers. Dit is
toevallig ook zowat de samenvatting van de conclusies van ons
rapport.

Na die publieke vergaderingen begon het echte werk van de
commissie. Tot spijt van de heer Vanoost ben ik dan inderdaad
opgedoken omdat ik wist dat dan het echte werk zou beginnen. Ik
was benieuwd hoe men het onder de mat zou vegen en hoe men het
verslag tot een visgraat van de essentie zou herleiden. Het was van
bij het begin duidelijk welke richting het zou uitgaan. Ook al werden
alle delicate onderwerpen uit de weg gegaan, bleef het Hof buiten
schot en lag de verantwoordelijkheid reeds op voorhand vast, toch
werd het nog een politiek gevecht om de eigen partijpolitieke
verantwoordelijkheden en kopstukken zo veel mogelijk uit het verslag
te weren. Na ongeveer een maand debatteren over politiek
onschadelijke onderwerpen kwamen de hoofdstukken Vaststellingen
en Verantwoordelijkheden aan bod. De zenuwachtigheid nam toe bij
bepaalde commissieleden. Ik geef enkele voorbeelden ter illustratie.

Toen ik tijdens de vergadering in de Relais du Marquis in Ittre een
passage wilde laten opnemen over de rol van het paleis, werd die
door de commissie weggelachen, zonder discussie gewoon
weggelachen. Toen collega Van Hoorebeke op 8 januari een
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
38
gelijkaardig amendement indiende, werd dit onder voorbehoud
aanvaard. Onder andere de VLD'ers voelden daar niet erg veel voor,
al zei Van Campenhout van wel. Was het, toch wel merkwaardig, niet
juist onze vriend Van Campenhout, zoals ik reeds heb gesteld, die in
die richting een groot onderzoek had aangekondigd? Blijkbaar werd
op bevel ­ vermoedelijk was toen het congres van de liberale partij,
van de VLD, al aan haar zwenking begonnen ­ wel degelijk een soort
ommezwaai vastgesteld, want van het amendement Van Hoorebeke
is niks meer overgebleven. Er is zelfs geen letter meer van in het
verslag verschenen.

Ook de PS heeft heel wat vormen van revisionisme bedreven. Ik heb
reeds gesproken over de flater van minister Di Rupo om geen due
diligence te laten uitvoeren op Swissair in 1995. Toch heeft de PS
verscheidene pogingen ondernomen om dit te ontkennen. Op 8
januari bijvoorbeeld dienden onze collega's Chabot en Eerdekens
volgend amendement in, ik citeer: "En ce qui concerne l'accord de
1995, l'actionnaire belge a procédé à une analyse globale de la
solvabilité et de la santé financière de Swissair."

Dit werd direct teruggefloten door de financiële experts van de
commissie. Twee weken later, op 22 januari, hervallen zij met een
nieuwe poging. Toen kwamen zij af met de tekst: "L'actionnaire n'a
pas effectué de "due diligence. Néanmoins, avant la signature de
l'accord avec Swissair, le choix du partenaire s'est basé sur une
analyse de tous les indicateurs juridiques et des comptes consolidés
du groupe suisse sur plusieurs années à dater de 1991".

Met de eerste zin ga ik akkoord: geen due diligence. De tweede is
natuurlijk een leugen. De fameuze analyse waarvan sprake, werd
door de heer Di Rupo zelf voorgesteld tijdens zijn getuigenis van 22
oktober voor onze commissie. We vinden die terug in de nota
Interventie van Elio Di Rupo op de parlementaire
onderzoekscommissie, gedateerd op 22 oktober, onder de titel:

La réputation de Swissair à l'époque.
Hier worden inderdaad vier grafiekjes weergegeven met betrekking
tot de exploitatie-ontvangsten, de cash flow, het bedrijfskapitaal en
de liquiditeit van zowel Sabena als Swissair voor de periode '92 tot
'95. Als dit voor de PS een globale analyse is van Swissair, dan zou
ik wel eens graag hun eigen boekhouding zien, eerlijk gezegd. Er is
trouwens een veel fundamentelere vraag: hoe kan Elio Di Rupo in
2003 komen beweren dat hij in '95 een onderzoek heeft gedaan naar
de cijfers van '91-'95, terwijl het boekjaar '95 niet is afgesloten? Ik
ben dus eerlijk gezegd niet sterk onder de indruk van de
argumentatie van deze moderne Nostradamus, die half '95 al weet
wat de eindresultaten van het jaar '95 zullen zijn. Allemaal maar om
te zeggen, voorzitter, collega's, dat de keuze van een partner die
gestoeld werd op een complete juridische analyse en op een beperkt
financieel onderzoek, dat de zin die daarover nu in ons rapport staat,
een hele strijd verbergt. Daar staat heel het rapport, mijnheer
Vanoost, vol van. Eigenlijk is dit een vorm van newspeak om te
verbergen dat de commissie grondig verdeeld is over de wijze
waarop België in dat Swissairavontuur is gestapt. Het is een van de
elementen die ik aanhaal en waar ik steeds maar aandacht voor
bleef vragen, zonder resultaat.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
39
Deze commissie is op niets uitgelopen, voorzitter. In het beste geval
kunnen we dit verslag enkel bestempelen als een goede historische
en financiële analyse van Sabena en dan nog enkel en vooral dankzij
de inspanningen van twee professoren: professor Vanthemsche en
professor De Lembre. Het verslag vertoont heel wat mankementen
voor het overige. Praktisch alle aandacht gaat naar de periode
Swissair, terwijl het toch de bedoeling was om de periode '75 tot
2001 te onderzoeken. Er wordt geen aandacht besteed aan de
werkelijke oorzaken. Op vragen over de rol van het Koningshuis
kwam geen antwoord. Er wordt geen aandacht besteed aan de
fameuze zwarte kas die volgens bepaalde bronnen opliep tot 100
miljard Belgische frank. De vele wantoestanden en misbruiken
worden volledig genegeerd. De fatale gevolgen van de nefaste
bedrijfscultuur, de "lotizazione" en de politisering worden slechts
terzijde aangehaald. De grote strategische beslissingen die werden
genomen door de politici en de verantwoordelijke ministers worden
helemaal onder de mat geveegd.

Kortom, de stinkende politieke potten blijven gesloten. De duizenden
slachtoffers van het debacle mogen officieel niet weten wie de
werkelijke schuldigen zijn. De belastingbetaler zal nooit vernemen
wie verantwoordelijk is voor de massale verkwisting van tientallen
miljarden uit de schatkist. Deze commissie was gewoon overbodig.
Verhofstadt had reeds in november de conclusies geschreven en ik
vraag mij af waarom wij er dan niettemin toch nog een jaar lang over
hebben vergaderd.

Welaan dus, kameraden, het paradepaardje van uw Belgisch regime
is dood. Lang leve het nieuwe paradepaardje, want ondertussen
vliegt de trotse Belgische driekleur weer naar alle uithoeken van
Europa. Gelukkig voor het establishment, mijnheer Vanoost, zijn er
nog altijd van die goede bons belges zoals de edelen Davignon en
Lippens die hun prioriteiten kennen: de vriendendiensten en de gratis
snoepreizen zijn niet noodzakelijk verleden tijd.
02.50 Claude Eerdekens (PS): Monsieur le président, monsieur le
premier ministre, messieurs les ministres, chers collègues, le groupe
socialiste constate que la faillite de la Sabena est la plus grande
catastrophe sociale que notre pays ait jamais connue.

Quinze mois après ce drame, notre pays n'est toujours pas remis de
cette émotion. En plus des milliers de personnes laissées sur le
carreau, il faut bien avouer que la disparition de la Sabena a entraîné
des effets dérivés extrêmement graves pour l'aéroport, pour toutes
les entreprises sous-traitantes et pour tous les passagers qui
pouvaient se rendre vers de nombreuses destinations sans devoir
faire escale dans un autre aéroport.

Zaventem n'a pas retrouvé sa capacité antérieure de passagers. Bon
nombre de sabéniens ne travaillent toujours pas et d'autres ont dû se
reconvertir dans des métiers totalement différents. La frustration et le
sentiment de gâchis restent donc immenses. Il y avait, dans les
semaines qui ont suivi ce crash social, une volonté de comprendre.

Le gouvernement a encouragé la mise sur pied d'une commission
parlementaire d'enquête qui a été décidée par la Chambre des
Représentants. Depuis une quinzaine d'années, le parlement a
tendance à multiplier les commissions d'enquête parlementaires à
02.50 Claude Eerdekens (PS):
De PS-fractie stelt vast dat het
faillissement van Sabena, een van
de grootste sociale rampen voor
ons land, verscheidene duizenden
werknemers werkloos heeft
gemaakt en dat het niet zonder
gevolgen is gebleven voor de
luchthaven, de onderaannemers
en de passagiers. Sindsdien heeft
Zaventem niet meer dezelfde
vervoerscapaciteit bereikt. Wat
blijft, zijn de frustratie en het
gevoel dat er een puinhoop werd
geschapen. Er werd een
parlementaire
onderzoekscommissie opgericht
om tegemoet te komen aan onze
wil de oorzaken van dit
faillissement te achterhalen.

Al snel is gebleken dat de
werkzaamheden van de
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
40
propos d'événements majeurs qui ont secoué le pays. A priori, le
raisonnement est correct. Les parlementaires sont les élus de la
nation et la Constitution leur a réservé le droit d'enquête, confirmé
par la loi d'application du 3 mai 1880, complétée le 30 juin 1996.

Dans le cas de la Sabena, il est très vite apparu que le travail de la
commission allait être limité. En effet, la commission parlementaire
d'enquête se déroule parallèlement à l'enquête judiciaire menée au
pénal par le juge d'instruction Van Espen, sur plainte d'un ancien
membre du personnel, M. Doyen. Ne faut-il d'ailleurs pas s'étonner, à
ce stade, que la plainte au pénal émane d'un membre du personnel?

La commission, présidée par M. Langendries, fut assistée par un
avocat général, M. Morlet, pour éviter que la commission ne mette
en péril l'enquête au pénal. Il convient de noter que, de façon
irresponsable, l'un ou l'autre membre de la commission a diffusé à
l'extérieur des informations confidentielles. Vous m'excuserez,
monsieur le président, mais à la fin de ces travaux, la commission
parlementaire avait davantage besoin de plombiers que d'experts
tant les fuites étaient sciemment organisées à des fins diverses. Elles
étaient devenues monnaie courante.

Les deux premiers écueils rencontrés par la commission sont:
1° le concours avec l'enquête judiciaire de M. Van Espen;
2° la systématisation des fuites participant d'une véritable entreprise
de déstabilisation de la commission;
3° le défaut ou le refus de collaborer ou de témoigner de la part des
Suisses impliqués à des degrés divers. A l'exception de M.
Reutlinger qui a accepté de déposer devant la commission et de M.
Bruggisser qui a consigné certains éléments par écrit, les Suisses se
sont dérobés. La commission d'enquête était dans l'impossibilité de
les contraindre à témoigner ou à communiquer les éléments
nécessaires à son information.

Ne disposant ni des moyens légaux ni des moyens matériels ni de la
franche collaboration des acteurs suisses de Swissair ni de la
collaboration des autorités helvétiques, la commission s'est donc
limitée à l'examen des éléments dont elle disposait. Il s'agit d'une
vue malheureusement incomplète et ce n'est qu'à quelques jours du
dépôt de son rapport que la commission a découvert l'existence mais
non point le contenu d'un rapport de 7.000 pages, tout à fait
accablant pour Swissair Group réalisé en Suisse par le consultant
Ernst & Young.

Le groupe socialiste est mal à l'aise devant cette situation, puisque la
commission, même si ce n'est pas sa faute, n'a qu'une vue très
partielle du dossier en ce qui concerne les Suisses. Dans ces
conditions difficiles, il faut avouer que le travail mené par le
président Langendries, les commissaires et les experts, fut ingrat.

Cela dit, il reste dans la gorge des socialistes que l'on n'ait pas
épinglé plus précisément les responsabilités et les turpitudes de
Swissair dans ce dossier. Nous formons de grands espoirs sur
l'enquête judiciaire pour établir, à terme, la vérité, toute la vérité.
Nous restons d'ailleurs extrêmement attentifs à la position que doit
prendre le gouvernement quant aux actions judiciaires à
entreprendre tant au pénal s'il échet, qu'au civil, essentiellement à
l'égard de Swissair et de ses actionnaires. Les banquiers suisses
commissie beperkt zouden zijn
omdat onderzoeksrechter Van
Espen tegelijkertijd een
strafrechtelijk onderzoek voerde.
Advocaat-generaal Morlet stond
de commissie bij om te
voorkomen dat zij zich in het werk
van het gerecht zou mengen.

De commissie werd nog met een
andere moeilijkheid
geconfronteerd: sommige van
haar leden hebben immers
vertrouwelijke informatie laten
uitlekken, zodanig zelfs dat die
praktijk schering en inslag werd.

Ten slotte stuitte zij ook op de
weigering van de Zwitsers om te
getuigen en informatie te
verstrekken. Enkel de heer
Reutlinger kwam getuigen en de
heer Brugisser reikte enkele
schriftelijke elementen aan.

Aangezien de commissie over
geen enkel middel beschikte om
de Zwitsers ertoe te dwingen de
gewenste informatie te
verstrekken, heeft zij zich ertoe
beperkt de gegevens waarover zij
beschikte te onderzoeken. Haar
visie van het dossier is dus
onvolledig, temeer daar kort
voordat haar mandaat verstreek in
Zwitserland een verslag van
Ernst&Young werd gepubliceerd
dat bezwarend was voor Swissair,
verslag dat zij bij gebrek aan tijd
niet meer heeft kunnen lezen.

In die omstandigheden kan de
commissie enkel maar een
gedeeltelijk zicht hebben op de
verantwoordelijkheden van
bepaalde betrokkenen.

De PS-fractie stelt al haar hoop in
het onderzoek door de heer Van
Espen en in de acties die de
regering tegen Swissair en de
aandeelhouders van die
maatschappij zal kunnen
ondernemen. De Zwitserse
bankiers hebben een
verpletterende
verantwoordelijkheid in de
ondergang van Sabena. Zodra wij
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
41
portent en effet une responsabilité écrasante dans la faillite de la
Sabena. Du gouvernement, monsieur le premier ministre, notre
groupe entend qu'il puisse préciser les mesures qu'il prendra pour
obtenir réparation en justice du préjudice subi par l'économie belge et
ses travailleurs.

Je souhaiterais maintenant épingler certaines responsabilités
successives de Swissair, celles qui nous sont connues, à partir des
informations recueillies. En 1995, tout le monde s'accordait, les
observateurs économiques, les représentants du personnel, le
monde politique, tous avec une belle unanimité, pour considérer que
Swissair était le partenaire unique et idéal de la Sabena. M. Daems
n'a-t-il pas déclaré en novembre 2002, je le cite: "Vu les
circonstances de marché difficile, l'accord de coopération avec
Swissair était une bonne solution"? Toutes les autres tentatives de
collaboration antérieures, la dernière en date était Air France, avaient
échoué. La Belgique, petit pays, ne disposait pas, contrairement à la
France ou à l'Allemagne, de moyens financiers comparables à ceux
de nos grands voisins. Il est frappant de noter que de 1992 à 1995,
l'Etat belge a injecté 19 milliards de francs, soit 450 millions d'euros,
dans la Sabena. Sans cet effort de l'Etat et sans l'accord intervenu
en 1995, la Sabena aurait sombré six ans plus tôt. A l'époque,
l'examen des comptes consolidés de Swissair Group, de 1992 à
1995, révélait une santé hors du commun. Le patrimoine propre de la
Sabena, lors de la conclusion de l'alliance avec Swissair en 1995,
atteignait la moyenne des compagnies aériennes, à savoir 25% du
total du bilan. Comme le dit la commission ­ je cite cet extrait du
rapport ­: "Le niveau de capitalisation de 1995 ne peut donc être
considéré comme une des causes directes de la faillite". Le groupe
socialiste est tout à fait d'accord avec ce constat de la commission.

La question qui se pose est celle-ci: comment Swissair, banque
volante en 1995, dont l'actionnariat est composé de banquiers
suisses réputés pour leur savoir-faire, en est-elle arrivée à la faillite
en octobre 2001, entraînant dans sa chute la Sabena, dont Swissair
était l'actionnaire minoritaire? La commission a effleuré ce dossier,
faute d'avoir accès en Suisse à tous les éléments du dossier
Swissair. Ce n'est pas la faute de la commission, je m'en suis
expliqué précédemment. Nous n'avons pas pu prendre connaissance
du volumineux rapport suisse qui, en 7.000 pages, analyse les
causes de la déconfiture de Swissair. Selon la presse helvétique, une
politique d'investissements excessive, à l'occasion de reprises d'une
multitude d'autres compagnies que la Sabena, a fragilisé le groupe
suisse. La stratégie du chasseur, initiée et encouragée par les
banques suisses, a été fatale à Swissair. L'avenir nous apprendra, au
travers de la lecture de ce rapport, dès qu'il nous sera accessible, et
de l'évolution des enquêtes judiciaires belge et helvétique, comment
l'état des comptes de Swissair s'est dégradé à partir de 1997, alors
que la santé du groupe était florissante en 1995.

Quelle est la responsabilité des actionnaires suisses et notamment
des banques concernées? Nous le saurons plus tard.

Y a-t-il eu d'importantes erreurs de gestion, au niveau du
management suisse, des dissimulations et même des infractions
pénales? Rien n'est à exclure.

Néanmoins, sur base des informations qu'elle a pu glaner, la
kennis van het verslag van
Ernst&Young zullen hebben
genomen, zullen gepaste
maatregelen moeten worden
genomen.

In 1995 was iedereen het erover
eens dat Swissair voor Sabena
een ideale partner was. Alle
eerdere vormen van
samenwerking die werden
overwogen, waren op niets
uitgelopen. België beschikte niet
over evenveel financiële middelen
als onze buurlanden.

Toch had de overheid tussen 1992
en 1995 19 miljard frank vers
kapitaal in Sabena geïnvesteerd,
zoniet zou de maatschappij zes
jaar vroeger hebben opgehouden
te bestaan.

Het kapitalisatieniveau van 1995
was dus niet een van de oorzaken
van het faillissement.
Maar hoe is het mogelijk dat
Swissair in 2001 failliet werd
verklaard, terwijl zij ook bankiers
onder haar aandeelhouders telde?
Volgens recente Zwitserse
persartikelen werd overdreven
veel geïnvesteerd omdat een
"jagersstrategie" werd gevolgd.

De verantwoordelijkheid van de
Zwitserse bankiers in de
verslechtering van de situatie
waarmee de groep vanaf 1997
werd geconfronteerd, zal pas later
bekend worden. Wij kunnen
terzake niets uitsluiten, zelfs niet
eventuele malversaties.

De commissie is de mening
toegedaan dat Swissair
verantwoordelijk is voor het
faillissement van Sabena. Het
volstaat na te gaan welke
beslissingen de Zwitserse
vertegenwoordigers in de raad
van bestuur van Sabena hebben
genomen. Eerst de heer
Reutlinger en nadien de heer
Müller hebben de Zwitserse
belangen verdedigd en de heer
Gysel heeft 34 Airbus-toestellen
aangekocht terwijl Sabena die
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
42
commission a considéré que Swissair et le Swissair Group étaient
responsables de la faillite de la Sabena.

Pour en être convaincu, il y a d'abord lieu d'examiner les décisions
des représentants suisses qui ont oeuvré pour la Sabena. M.
Reutlinger a été incontestablement le défenseur des intérêts suisses.
Dans son cas, la confusion d'intérêts est permanente. Comme le
relève la commission, c'était aussi le cas de son successeur M.
Müller. Un autre cadre de Swissair, M. Gysel, a joué un rôle essentiel
dans l'épisode des Airbus. Cet achat ne se justifiait aucunement. Le
délicat dossier des options est éclairant à ce sujet. M. Gysel, depuis
engagé par Airbus, a poussé à l'achat de 34 Airbus. Il n'était pas
nécessaire pour la Sabena d'investir dans un tel nombre d'appareils.
J'ai l'intime conviction que ces achats ont été dictés par Swissair qui
entendait se dégager des options d'achat qu'ils avaient souscrites en
1990. En faisant acheter par la Sabena qui n'en avait pas besoin les
Airbus dont Swissair ne souhaitait pas avoir la disposition, Swissair
empochait au passage une commission de 5,7 millions de dollars qui
lui fut versée par la Sabena en février 1998. M. Gysel, cadre de
Swissair chargé à la Sabena de l'examen des offres d'Airbus, est
maintenant au service de l'avionneur français à Toulouse. N'est-ce
pas troublant?

Les Suisses ont abusé les administrateurs belges comme le révèle le
rapport, en page 303. Il apparaît que le 13 décembre 2002, après son
audition par la police fédérale, un administrateur a écrit
spontanément à la commission à ce sujet. Je le cite: "Je déclare
formellement que nous, en tant qu'administrateurs belges, aurions
examiné le dossier d'acquisition des Airbus sous un tout autre angle
si nous avions eu connaissance de l'existence de ces options. Notre
partenaire suisse aurait dû nous en informer. Malheureusement, cela
n'a pas été le cas, ni au sein du conseil d'administration ni en
dehors." On ne peut être plus clair quant à la duplicité de Swissair si
cet administrateur belge dit bien la vérité.

La commission souligne également que, je cite, "l'actionnaire suisse
a été de mauvaise foi à propos de cette opération de transfert des
options de l'achat des Airbus". Page 304, la commission relève que
"les données relatives aux options ajoutent encore à ce constat la
présomption que la Swissair poursuivait son propre intérêt
patrimonial". Tous les observateurs s'accordent à considérer, comme
le relève le rapport, en page 304, que "l'investissement intensif,
assorti d'un financement hors bilan, a finalement mené la Sabena à
la faillite".

Ces paragraphes édifiants du rapport établissent la responsabilité
des Suisses. La technique du financement hors bilan ne pouvait
qu'aggraver la situation de l'entreprise vis-à-vis d'un investissement
inutile quant à son coût et quant au nombre d'avions concernés,
choix uniquement dicté par l'intérêt de Swissair.

De surcroît, Swissair a manoeuvré de façon irrégulière pour ne pas
s'engager formellement aux côtés de la Sabena dans le financement
de ces achats d'avions. Le renouvellement de la flotte inspiré par
Swissair, sans être dicté par l'intérêt de la compagnie belge, a sans
le moindre doute jeté les bases de la faillite de la Sabena.

De plus, la succession d'événements qui allaient suivre cet achat
helemaal niet nodig had. Die
aankopen, die gepaard gingen
met een overheveling naar
Sabena van opties die Swissair bij
Airbus had genomen, werden
enkel door Swissair opgelegd. Wij
kunnen Swissair er enkel maar
van verdenken een dubbele rol te
hebben gespeeld. De commissie
stelt terecht dat de Zwitserse
aandeelhouder te kwader trouw
was met betrekking tot de
overheveling van die opties.

Zij onderstreepte eveneens dat de
te forse investeringen samen met
een financiering "buiten balans"
uiteindelijk tot het faillissement
van Sabena hebben geleid. De
investering in de Airbus-toestellen
waren voor Sabena van geen
enkel nut en die beslissing werd
dus enkel maar genomen om de
belangen van Swissair te dienen.
Die investering was een van de
oorzaken van het faillissement
van Sabena.

De opeenvolgende
gebeurtenissen rond deze
aankoop zijn tekenend voor de
verantwoordelijkheid van de
Zwitserse partner. Voorbeelden
daarvan vinden we op de
bladzijden 308 en 309 van het
verslag, tot aan het AMP, dat
nauwelijks een jaar voor het
faillissement van Sabena werd
afgesloten. In de loop van de
maanden volgend op het formeel
akkoord van 25 januari 2001
probeert Swissair zich op alle
mogelijke manieren aan zijn
verplichtingen te onttrekken. Zoals
de commissie heeft vastgesteld, is
de overeengekomen aankoop van
vaste Sabena-activa door Swissair
ten bedrage van 500 miljoen euro
uitgebleven.

De eerste minister heeft dit
dossier naar zich toe getrokken,
wat heeft geleid tot het
hotelakkoord in de nacht van 16
op 17 juli 2001. Swissair was er
daarbij enkel op uit tijd te winnen,
nadat het door de Belgische Staat
voor de rechter was gedaagd. De
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
43
inconsidéré des Airbus est révélatrice de la responsabilité du
partenaire suisse. Quelques exemples sont édifiants à ce propos,
avant et après cette opération d'achat.

Le premier événement que je souhaite relever se situe précisément
avant l'achat des Airbus. Le 25 octobre 1996, la Sabena a conclu un
accord avec Virgin Express, à l'initiative de M. Reutlinger. Comme le
révèle le rapport de la commission, en page 308, la Sabena n'a rien
gagné dans cette opération mais a perdu au contraire en crédibilité.
La façon dont le même M. Reutlinger a traité les "Heathrow slots" est
pour le moins étrange comme le révèle de façon très nette la page
309 du rapport. En effet, le "wet lease" relatif à la ligne Bruxelles­
Londres pour une durée d'un an a été conclu par M. Reutlinger et le
vice-président de la Sabena. Or, le même jour, M. Reutlinger a signé
seul un accord de coopération pour les lignes Bruxelles-Barcelone et
Bruxelles-Rome, lequel accord porte également la durée de l'accord
pour Bruxelles-Londres de un à huit ans.

Comme le révèle la commission, la Sabena est ainsi liée à un contrat
d'une durée anormalement longue qui a lourdement pesé sur
l'exploitation de la compagnie. M. Reutlinger n'avait pas de mandat
du conseil d'administration, ni pour la prolongation de la durée du
contrat relatif à la ligne vers Londres, ni pour l'extension vers
Barcelone et Rome. Enfin, les événements de la dernière année de
la vie de la Sabena sont démonstratifs de l'implication de Swissair
dans la faillite de la Sabena.

L'épisode de l'AMP et la convention souscrite le 31 juillet 2000 entre
la Sabena et Swissair révèlent la mauvaise foi de l'actionnaire
suisse. La commission a constaté ­ je vous renvoie à la page 311 du
rapport ­, qu'à l'initiative du ministre Daems, une négociation
surviendra pour aboutir à l'accord formel du 25 janvier 2001. Il
apparaîtra très rapidement que Swissair ne souhaitait plus
ultérieurement honorer les engagements souscrits le 25 janvier 2001.
Les mois qui suivront révéleront une succession de manoeuvres de
Swissair pour se dérober à ses obligations. Par exemple, quand le
plan Blue Sky est approuvé le 23 février 2001, les Suisses remettront
immédiatement cet accord en question. Comme la commission le
note à la page 313 du rapport, contrairement à ce qui avait été
prévu, Swissair n'a pas acheté des actifs immobilisés de la Sabena à
concurrence de 500 millions d'euros. Au même moment, Swissair
laissait entendre qu'il ne souhaitait plus devenir actionnaire
majoritaire de la Sabena.

Dès 2001, Swissair, qui tentait manifestement d'occulter ses propres
difficultés financières, a uniquement cherché à gagner du temps.
Lorsque le premier ministre prendra le dossier en mains, ce qui
aboutira à l'accord de l'hôtel Astoria durant la nuit du 16 au 17 juillet
2001, il peut être constaté que Swissair a uniquement cherché à
gagner du temps après que l'Etat belge ait assigné Swissair en
justice. L'encre de l'accord Astoria était à peine séchée que Swissair
savait qu'elle ne respecterait aucun de ses engagements, puisque, le
1
er
octobre 2001, M. Corti a fait savoir que Swissair ne les honorerait
pas. En clair, l'actionnariat de Swissair, conscient des erreurs de
gestion de l'ensemble du groupe suisse dans sa politique
d'investissements, avait clairement décidé, plus d'un an avant la
faillite de la Sabena, d'organiser la mise à mort de celle-ci et de
tenter, par toutes sortes de subterfuges et de manoeuvres, de
inkt van het hotelakkoord was
nauwelijks droog toen de heer
Corti op 1 oktober 2001
meedeelde dat Swissair zijn
verbintenissen niet zou nakomen.
De aandeelhouders van Swissair
hadden overduidelijk beslist dat
het doek over Sabena moest
vallen, meer dan een jaar voor het
faillissement.

Swissair heeft dus misbruik
gemaakt van de goede trouw van
de Belgische regering, van de
Belgische leden van het
managementcomité en van de
raad van bestuur.

In feite wilden de aandeelhouders
van Swissair grote schoonmaak
houden en een aantal bedrijven
afstoten. Ze hebben de financiële
middelen gebruikt die beschikbaar
waren om uit de as van Swissair
een nieuwe vennootschap te laten
herrijzen. De PS kan in dit opzicht
alleen maar verwijzen naar de
conclusies van de commissie en
betreuren dat de
verantwoordelijken van Swissair
niet duidelijker met de vinger
konden worden gewezen. Deze
tekortkoming onderstreept de
beperkingen van de werking van
dergelijke commissies. Het is aan
Justitie om de individuele
verantwoordelijkheden te bepalen.
De Belgische staat zal de
nationale belangen die werden
geschaad moeten verdedigen. Er
zal moeten worden nagegaan hoe
Swissair, dat tot 1996 een stevige
reputatie genoot, in enkele jaren
tijd zo ten onder kon gaan. De
verpletterende
verantwoordelijkheid van de
aandeelhouders van Swissair en
van de Zwitserse banken in het
bijzonder, zal moeten worden
bepaald.

De Belgische staat kon niet langer
in Sabena investeren. De
Europese constructie heeft een
reeks privatiseringen op gang
gebracht waardoor de lidstaten
minder kunnen ingrijpen. Terwijl er
voor de NMBS tot 2012
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
44
retarder le respect d'engagements que Swissair ne voulait pas ou
plus honorer.

Swissair a donc abusé de la bonne foi du gouvernement belge et des
membres belges du comité de direction et du conseil
d'administration. En réalité, les actionnaires de Swissair Group
souhaitaient faire le ménage, se débarrasser des compagnies dans
lesquelles Swissair avait pris des participations. En 2001, les
actionnaires de Swissair, notamment l'Union des banques suisses et
d'autres, ont profité du temps et des moyens financiers disponibles
pour mettre sur pied une nouvelle compagnie appelée Swiss,
renaissant comme le phénix des cendres de Swissair. Tout avait été
préparé minutieusement de façon machiavélique.

Monsieur le président, monsieur le premier ministre, messieurs les
ministres, chers collègues, le groupe socialiste ne peut que se référer
au rapport de la commission en ce qui concerne les responsabilités,
tout en regrettant que la responsabilité des Suisses n'ait pu être
épinglée de manière plus précise pour les raisons que j'ai exposées
dans mon intervention.

Dans ce dossier, les limites de la commission d'enquête
parlementaire sont apparues rapidement. A aucun prix, la
commission ne pouvait se permettre d'entraver l'enquête au pénal
menée par le juge Van Espen. D'autre part, il ne peut être question
de léser les intérêts des créanciers de la Sabena et des créanciers de
Swissair en empiétant sur les prérogatives du pouvoir judiciaire. Il
appartiendra à la justice, au pénal et au civil, de déterminer les
responsabilités individuelles des personnes morales et physiques qui
ont, dans la gestion des dossiers Sabena et Swissair, commis des
infractions pénales ou posé des actes fautifs ou imprudents qui ont
concouru au désastre. L'Etat belge, dans le cadre d'une procédure
judiciaire que l'on devine complexe, devra défendre les intérêts
nationaux qui ont été lésés.

Enfin, il restera à comprendre comment, en Suisse, une compagnie
qui, jusqu'en 1996, jouissait d'une telle réputation a pu, en quelques
années, sombrer à un point tel qu'elle a entraîné la chute d'une série
d'autres compagnies dont la Sabena.

Il conviendra d'établir la responsabilité écrasante des actionnaires de
Swissair, plus particulièrement celle des banques suisses, qui dans
ce dossier semblent avoir fait preuve du même cynisme qu'à l'égard
des comptes dont étaient dépositaires, en Suisse, des victimes juives
de l'holocauste, problème qui ne fut réglé qu'il y a peu de temps
grâce à un arbitrage international.

Avant de conclure, je souhaiterais que l'on fasse bien la distinction
entre la Sabena, qui était une société commerciale, et d'autres
entreprises publiques comme La Poste ou la SNCB.

Vis-à-vis de la Sabena, l'Etat belge s'est trouvé, à un moment donné,
dans l'impossibilité, sauf autorisation à titre exceptionnel accordée
par la Commission européenne, de pouvoir encore investir dans la
compagnie aérienne.

Il ne faut pas perdre de vue que la construction européenne a
entraîné, de facto, une série de privatisations. Ce credo européen
investeringen ter waarde van 612
miljard frank op het programma
staan, heeft Sabena nooit
dergelijke steun kunnen genieten.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
45
pour la libre concurrence entrave les Etats membres dans leur
politique d'aide à des activités de service public. La SNCB, pour sa
part, ne survivrait pas s'il n'y avait, chaque année, dans le budget de
l'Etat fédéral, une dotation annuelle d'un montant frôlant les 90
milliards de francs. De surcroît, les investissements programmés
pour la SNCB jusqu'en 2012 impliqueront, pour l'Etat, une addition
de plus de 612 milliards de francs. Jamais, la Sabena n'a pu
bénéficier d'une telle aide de l'Etat.

Notre crainte est donc que la construction de l'Europe, telle qu'elle se
dessine avec l'ouverture vers l'Est, implique pour certains la volonté
de délester l'Etat de ses missions de service public au profit d'une
concurrence féroce, dont les citoyens seront les premières victimes
et, préalablement, les membres du personnel de ce type d'entreprise.
02.51 Vincent Decroly (indépendant): Monsieur le président,
j'entends les vives inquiétudes exprimées par monsieur Eerdekens à
propos de l'évolution européenne en matière de déréglementation,
de libéralisation et de tout ce qui accompagne ce genre d'évolution.

Je pense que c'est probablement un diagnostic lucide mais je suis
assez étonné de la capacité qu'ont des représentants socialistes à
venir régulièrement parler à cette tribune de l'évolution européenne ­
en particulier de celle qui a mené à la déréglementation dans le
secteur aéronautique ­, comme si la Commission européenne, le
Conseil des ministres européens ou même le Parlement européen,
qui ont chacun à leur niveau présidé à cette évolution depuis le début
des années 80, étaient aux yeux des socialistes et des responsables
socialistes de ces différents niveaux quelque chose de totalement
étranger.

Vous ne pouvez pas indéfiniment renvoyer à l'échelon européen des
responsabilités qui vous seraient tout à fait étrangères, alors qu'à des
moments-clés de l'évolution européenne, notamment entre le début
des années 80 et les années 90, moments qui se sont avérés
capitaux pour l'évolution lamentable qu'a connue le secteur
aéronautique aujourd'hui ­ dont nous sommes en train de
commenter les résultats -, au niveau de la Commission, au niveau du
Conseil comme au parlement, le Parti socialiste avait un poids
largement majoritaire ou au moins très déterminant. Vous ne pouvez
pas simplement dire que tout cela est de la faute de l'Europe, c'est
également celle du PS.
02.51 Vincent Decroly
(onafhankelijke): Uw diagnose is
correct, maar wat me verbaast, is
dat de socialistische kopstukken
over de Europese constructie
spreken alsof zij helemaal niets
met de Europese Commissie, de
Europese Ministerraad of zelfs het
Europees Parlement te maken
hebben. Als Europa schuld treft,
geldt dat ook voor de PS!
02.52 Claude Eerdekens (PS): Monsieur le président, très
brièvement, je signale à M. Decroly qu'on ne prête qu'aux riches!
Imaginer que le PS, parti important en Communauté française de
Belgique, pourrait avoir un tel poids au niveau de la Commission
européenne et des 15 Etats membres, représentant près de 300
millions d'habitants, c'est prêter au principal parti de la Communauté
française qui représente 1,40% des habitants de l'Europe, un poids
que je voudrais bien que nous ayons! Si nous avions ce pouvoir,
monsieur Decroly, nous ne serions pas allés dans la voie de la
dérégulation de toute une série d'entreprises publiques, au nom de la
libre concurrence. En ce qui nous concerne, très sincèrement, nous
ne sommes pas d'accord avec la politique européenne telle qu'elle
fut menée par M. Van Miert qui a exercé des responsabilités dans un
autre parti socialiste.
02.52 Claude Eerdekens (PS):
Het lijkt me weinig waarschijnlijk
dat onze PS zo zwaar doorweegt
op het niveau van de Europese
Commissie. Als we die macht
inderdaad hadden, zouden we niet
voor het middel van de
deregulering hebben geopteerd.
Samen met andere partijleden
bestrijd ik die evolutie.

Nu kom ik tot de dag waarop
Sabena failliet ging. De poging die
men ondernomen heeft om te
doen geloven dat dit een gevolg
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
46
Je conteste, avec d'autres membres de mon parti, cette évolution.
Nous sommes convaincus que l'Europe fait fausse route et nous
sommes particulièrement inquiets du fait que l'élargissement vers
l'Est, qui est nécessaire politiquement sur le plan de la géopolitique,
puisse avoir comme conséquence un créneau encore plus grand
pour le marché libre, une économie de marché débridée, ce, sans
régulation, sans contrainte dans le cadre de la mondialisation. Nous
avons des combats à mener en commun et plutôt que de nous
opposer et de nous délivrer de mauvaises notes, nous devrions
oeuvrer main dans la main pour des objectifs qui nous sont
communs.

J'en arrive maintenant au jour de la faillite de la Sabena.

Ce jour-là, nous avons été ulcérés parce qu'on a tenté de justifier
cette faillite par le fait qu'il s'agissait d'une entreprise à participation
publique. Or, si tel n'était le cas, il n'y aurait plus de compagnie en
Belgique. En effet, Brussels Airlines n'a pu naître des cendres de la
Sabena que parce que toute une série de partenaires privés mais
aussi publics ont accepté de jouer dans la pièce. Je pense
notamment à la société régionale d'investissements pour la Wallonie
et à la SMAP. Par conséquent, il est heureux que le secteur public
soit là, à certains moments, pour boucher les vides que crée le
secteur privé lorsqu'il ne sait pas assumer ses obligations sociales.

Lorsque l'on constate l'évolution de ce dossier durant ces dernières
années, force est de constater que le secteur privé, auquel ­ je le
disais ­ certains attribuent toutes les qualités, peut aussi dans
certains cas ­ on l'a vu avec Swissair ­ être la source de toutes les
bévues et turpitudes.

Nous, socialistes, aspirons, demain, non pas à plus d'Etat, mais à
mieux d'Etat pour garantir un service public maximal pour les
citoyens à un moindre coût tout en garantissant ce que nous
appelons le service universel.

Pour conclure, monsieur le président, si j'ai voté ce rapport, cela ne
signifie pas que j'en accepte chacune des lignes et chacun des
paragraphes. Au nom du groupe socialiste, Mme Lalieux fera état de
notre position quant au chapitre des recommandations. Elle exposera
les raisons pour lesquelles nous avons, à propos de ce chapitre, plus
que des réticences. Il est vrai que le temps a cruellement manqué à
la commission lors de l'examen de ce chapitre particulièrement
complexe.

Enfin, monsieur le président, une commission d'enquête
parlementaire constitue a priori, pour le parlement comme pour la
population, un outil exceptionnel. La commission Sabena a toutefois
montré ses limites de façon criante. Il est impératif de revoir la loi sur
les commissions d'enquête parlementaires. Cet outil doit servir
principalement à assurer des recommandations au parlement dont la
principale mission est de légiférer.

L'exercice de la détermination des responsabilités individuelles est
problématique par nature dans la mesure où, ces dernières années,
les commissions d'enquête concouraient avec des enquêtes
judiciaires.
was van het feit dat het om een
onderneming met
overheidsparticipatie ging, heeft
ons bijzonder diep geraakt. Op
bepaalde ogenblikken kan men
alleen maar gelukkig zijn dat de
openbare sector er is om de
brokken te lijmen wanneer de
privé-sector zijn
verantwoordelijkheid niet op zich
neemt. Swissair illustreert het feit
dat de privé-sector niet
terugschrikt voor schandelijk
gedrag. Wij pleiten bijgevolg voor
een maximale staatsinmenging.

Ik heb voor dit verslag gestemd,
wat echter niet betekent dat ik het
over de hele lijn goedkeur. Zo
hebben we meer dan reserves bij
het hoofdstuk met de
aanbevelingen.

Daarenboven heeft de Sabena-
commissie duidelijk gemaakt dat
het systeem van parlementaire
onderzoekscommissies zijn
grenzen heeft. De wet in dat
verband zou moeten worden
herzien. Dergelijke commissies
brengen de burger niet dichter bij
de overheid, maar zorgen voor
allerlei verdachtmakingen, wat
nog in de hand wordt gewerkt door
georganiseerde lekken. Daarnaast
zou ook de deontologie van de
commissarissen, die tijdelijk
worden bekleed met gerechtelijke
bevoegdheden, echter zonder de
daarmee samenhangende
verantwoordelijkheden, nader
moeten worden onderzocht.

Met die bedenkingen in het
achterhoofd heeft mijn fractie
kennis genomen van dit verslag.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
47
Dans la commission Dutroux, par exemple, le fait d'avoir épinglé un
certain nombre de gendarmes responsables de négligences dans le
cadre de l'enquête sur les enfants disparus a abouti à ce que les
intéressés soient blanchis au disciplinaire. Pour la population, une
telle situation est inacceptable et les commissions, au lieu de
rapprocher le pouvoir des citoyens, aboutissent à susciter la
méfiance de la population.

Enfin, le système des fuites sciemment organisées discrédite le
parlement tout entier. Il serait excessif de jeter le bébé avec l'eau du
bain et de dire qu'il ne doit plus, à l'avenir, y avoir de commissions
d'enquêtes parlementaires. Il convient cependant, avant d'en décider
de nouvelles, d'adapter non seulement la législation sur les enquêtes
parlementaires mais aussi d'examiner la déontologie, le secret
professionnel dont sont investis ceux qui, dans un parlement, se
consacrent à une telle mission et qui, pour une durée limitée de leur
mission législative, se voient investis temporairement des
responsabilités du pouvoir judiciaire sans en avoir cependant les
obligations et les responsabilités.

Monsieur le président, chers collègues, c'est dans cet état d'esprit,
avec toutes les réserves qu'exprimera Mme Lalieux, que notre
groupe a pris connaissance de ce rapport.

De voorzitter: Mijnheer Van Hoorebeke, ik geef u nog het woord, anders raken wij er niet uit. Ik zal
aandachtig toehoren en ik hoop dat ik niet de enige zal zijn.

Collega's, na het betoog van de heer Van Hoorebeke sluit ik de ochtendvergadering en herbegin ik met de
middagvergadering.
02.53 Eerste minister Guy Verhofstadt: (...)
De voorzitter: Mijnheer de eerste minister, ik wil wel doorgaan als u dat wenst. Er zijn 14 sprekers
ingeschreven. Ik heb wel een oproep gedaan om de spreektijd te beperken.

(...)
02.54 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, heren ministers, collega's, ik ben blij dat
ik nog voor de middag aan het woord kan komen en het
ochtenddebat kan afsluiten, zeker na de goednieuwsboodschap die
wij net van collega Eerdekens hebben gekregen, waarin hij de
werkzaamheden van de commissie zeer veel lof heeft toegezwaaid.

Mijnheer de voorzitter, ik had eigenlijk de bedoeling mij na de
werkzaamheden in de commissie te onthouden bij de stemming over
het eindrapport, al was het maar om hulde te brengen aan al de
personeelsleden ­ toch zo'n 8.000 ­ en al de andere personen die
mee de gevolgen van het faillissement dragen. Ik wil ook hulde
brengen aan al die mensen die geconfronteerd zijn geworden met
een van de zwaarste faillissementen die wij tot nu toe in ons land
gekend hebben. Zij hebben eigenlijk vrij sereen en gelaten alles over
zich heen laten gaan. Ik denk dat het vandaag het moment is dat te
zeggen. Wij mogen toch niet vergeten dat ongeveer 8.000 mensen
werkloos geworden zijn. Wij hebben de goednieuwscijfers wel
gehoord waarbij gezegd werd hoeveel mensen er opnieuw aan het
werk zijn kunnen raken. Maar wanneer men die cijfers goed bekijkt,
02.54 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Dans le cadre de la
discussion du rapport final, il est
important de rendre aussi
hommage aux 8.000 ex-
Sabéniens. Malgré les nombreux
chiffres optimistes, beaucoup de
pilotes ­ principalement des
jeunes ­ restent sur la touche et
seuls 45 pour cent des anciens
travailleurs ont retrouvé du travail.

On peut lire dans "Zin en onzin
van parlementaire

onderzoekscommissies" de Sofie
Staelraeve que les Belges
n'auraient qu'une confiance
limitée dans les institutions
démocratiques. Le fossé entre le
citoyen et la politique est plus
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
48
stelt men vast dat vele piloten vandaag nog niet opnieuw aan het
vliegen zijn. Vooral de jonge piloten worden daarbij getroffen,
mensen die niet voldoende vliegervaring hebben op de diverse
toestellen. Van de personeelsleden heeft zowat 45% ander werk
gevonden, de overigen staan nog steeds in de kou. Ik denk,
collega's, dat bij de bespreking van het eindrapport wij daaraan toch
aandacht mogen schenken.

Mijnheer de voorzitter, heren ministers, collega's, ik wil als inleiding
citeren uit een heel interessant boekje dat mij onlangs werd
toegestuurd. Het heet "Parlementaire onderzoekscommissies: zin en
onzin" en werd geschreven door Sofie Staelraeve, die assistente is
aan de Rijksuniversiteit Gent, maar die ook politieke bindingen heeft,
nietwaar, mijnheer Coveliers?

Ik citeer dus uit een totaal onafhankelijke maar betrouwbare bron. De
eerste minister, die met de heer Langendries aan het praten is, zou
beter even luisteren. Ik citeer uit de inleiding, op bladzijde 7: "Recent
onderzoek door Mark Elchardus heeft opnieuw aangetoond dat het
vertrouwen van de Belgen in onze democratische instellingen van
een teleurstellend laag peil is." Waar is de tijd, mijnheer de eerste
minister, dat u uw burgermanifesten schreef met de bedoeling de
politiek dichter bij de burger te brengen? Vandaag kunnen wij alleen
maar vaststellen dat de kloof tussen de politiek en de burger steeds
groter wordt. Het spel dat gespeeld is in deze parlementaire
onderzoekscommissie is daar uiteindelijk de emanatie van gebleken.

Ik citeer voort uit dat belangrijke werkje: "De belangrijkste politieke
instelling in een democratische staatsorganisatie is zonder meer het
Parlement, de emanatie van de stem van de kiezer die zijn
vertegenwoordigers afvaardigt in een wetgevende, kortom
besluitvormende vergadering."

"Of toch ten minste" ­ zo schrijf zij ­ "zo behoort het in theorie te
zijn". Een laatste citaat luidt: "Politicologen, oplettende kiezers en
parlementsleden zelfs, hebben echter al te vaak gewezen op de
relativiteit van dit theoretisch verhaal ten opzichte van de realiteit. De
echte politieke macht is al lang niet meer te situeren bij het
Parlement, maar wel bij de politieke partijen en bij de regering. De
breuklijn wetgevende versus uitvoerende macht is een
staatsrechtelijke constructie. Deze oppositie versus meerderheid
vormt de realiteit".

Dat is, collega's, wat zich voordeed in de parlementaire
onderzoekscommissie. Met wat wij uiteindelijk werden
geconfronteerd werd goed verwoord door de heer Annemans. Het feit
dat er drie rapporteurs waren, een voorzitter en ook nog een
uitgebreid bureau met leden van de meerderheid, heeft ertoe geleid
dat wij werden geconfronteerd met een spel waarbij de oppositie ­ of
liever een verkleinde oppositie, want ook de heer Verherstraeten zat
in het spel van de meerderheid ­ slechts weerwerk kon bieden en
daarin voor een belangrijk deel ook slaagde, mijnheer Annemans,
om te vermijden dat alle schadeberokkende passages ten aanzien
van de eerste minister en van ministers Daems en Di Rupo zouden
worden weerhouden.

Alvorens de analyse van het rapport aan te vatten richt ik mij even
tot de heer Coveliers omdat hij aankondigde dat er een motie zal
grand que jamais et le jeu qui
s'est joué dans cette commission
en est l'émanation. Cela fait
longtemps que le pouvoir
n'appartient plus au Parlement
mais au gouvernement et aux
partis de la majorité. On l'a vu
aussi au moment de la
désignation du président, des
rapporteurs et du bureau de la
commission. La majorité est
parvenue à faire disparaître du
rapport tous les passages qui
auraient pu porter préjudice à ses
ministres.

Les affirmations de M. Coveliers
ne tiennent pas la route. Le
rapport de la commission Dutroux
a été approuvé par l'adoption
d'une motion signée par tous les
groupes. Je vais d'ailleurs
également déposer deux motions.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
49
worden ingediend, die eigenlijk gelijklopend is met alle andere moties
die in de andere onderzoekscommissies werden ingediend.

Ik kan nu reeds aankondigen, mijnheer Coveliers, dat ik ook twee
moties zal indienen, maar daarop kom ik later nog terug.

In het werk "Parlementair onderzoeksrecht" van Frank Meerschaut,
Marc Van der Hulst en Stefaan Van Der Gucht lees ik het volgende
in verband met de onderzoekscommissie-Dutroux: "In het geval van
de onderzoekscommissie-Dutroux werd een door alle fractie
ondertekende motie ingediend en aangenomen, waarbij de Kamer
niet alleen instemde met de vaststellingen, de aanbevelingen en de
besluiten van de onderzoekscommissie, maar tegelijk het mandaat
van de onderzoekscommissie verlengde met het oog op het
onderzoek van de eventuele beschermingen en dergelijke".

Uw verhaal gaat aldus niet op, mijnheer Coveliers. Immers, in de
onderzoekscommissie-Dutroux zijn alle elementen van het rapport
goedgekeurd op basis van een motie die mede werd ondertekend
door alle fracties.
02.55 Hugo Coveliers (VLD): Mijnheer Van Hoorebeke, voor de
onderzoekscommissie-Lumumba heb ik niet ...
02.56 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): ...en niet voor de
onderzoekscommissie in verband met het Heizel-drama en niet voor
de onderzoekscommissie in verband met de dioxinecrisis...
02.57 Hugo Coveliers (VLD): ...niet voor de onderzoekscommissie
in verband met het Heizel-drama, niet voor de onderzoekscommissie
van 1999 over de Bende van Nijvel, niet voor de
onderzoekscommissie inzake de mensenhandel van 1994...
02.57 Hugo Coveliers (VLD): La
commission Dutroux constitue un
mauvais exemple. Tel n'était pas
le cas pour toutes les autres
commissions d'enquête
parlementaire importantes, telles
que les commissions qui se sont
penchées sur l'affaire Lumumba,
les tueurs du Brabant, le drame du
Heysel, la traite des êtres
humains,...
02.58 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Coveliers, de
belangrijkste onderzoekscommissie was de onderzoekscommissie-
Dutroux.

Indien u voorbeelden aanhaalt, dan moet u ook deze aanhalen die
spelen in het nadeel van uw stelling. Als advocaat zou u moeten
weten dat u de informatie correct moet doorgeven.
02.58 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Il faut citer tous les
exemples. A ce jour, la
commission Dutroux fut la plus
importante de toutes.
02.59 Hugo Coveliers (VLD): (...)
02.60 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Coveliers, dat was
tot op heden de belangrijkste onderzoekscommissie in ons land.
02.61 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
de commissie-Dutroux is niet degene die de regel bevestigt, maar
het is de enige commissie die erin slaagde, zeker in haar eerste
rapport, een parlementair onderzoek op poten te zetten, dat uit het
02.61 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): La commission
Dutroux est la seule commission
d'enquête qui est restée à l'écart
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
50
vaarwater is gebleven van de politieke tentakels, de politieke
compromissen en de uiteindelijke politieke consensus.

Alle andere commissies die de heer Coveliers aanhaalde, zijn
commissies die daadwerkelijk het slachtoffer werden van politiek
getouwtrek. In die zin is ook de Sabena-commissie daarvan een
bewijs.
du jeu politique.
02.62 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Annemans, ik wil
eraan toevoegen waarom dat in de commissie-Dutroux op basis van
een unanieme meerderheid ­ de oppositie incluis ­ kon. Dat was
omdat de commissie-Dutroux niet moest oordelen over
verantwoordelijkheden van andere politici. Het was gemakkelijk om
de zwartepiet door te schuiven naar politiemensen die nadien
tuchtrechtelijk zijn vervolgd, maar hier hebben we een commissie,
samengesteld uit politici, die moet oordelen over andere politici,
fractiegenoten en ministers uit hun partij die men vakkundig heeft
trachten af te schermen. U was er niet bij, maar collega Cortois en
collega Van Campenhout zullen kunnen bevestigen welke intriges er
zijn gespeeld om uiteindelijk de belangrijkste en gevaarlijkste
passages uit dit rapport te houden.
02.62 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Les membres de la
commission Dutroux n'avaient pas
à se prononcer sur la
responsabilité d'autres hommes
politiques. Les intrigues et les
manipulations auxquelles on s'est
livré pour biffer certaines parties
du rapport dépassent
l'entendement.
02.63 Hugo Coveliers (VLD): (...)
02.64 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Ik zou veel liever hebben dat
u het niet goedkeurt. Dat zou ten minste eerlijk zijn.
02.65 Hugo Coveliers (VLD): (...)
02.66 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Dat is zo. Mijnheer
Coveliers, weet u wat we die laatste nacht hebben meegemaakt?
Iedereen ging om 14.00 uur naar de commissie met het gedacht dat
om 17.00 uur die commissie zou gedaan zijn en dat het eindrapport
zou zijn gelezen. Het was immers een tweede lezing. Wij hebben
vergaderd tot 04.00 uur 's nachts! Weet u wie daar nog tot 04.00 uur
's nachts aanwezig was? Dat was de fractiesecretaris van de PS en
de fractiesecretaris van de VLD, de heer Hedwig De Koker, die op
een bepaald ogenblik heeft gezegd dat de zin waarin de heer
Verhofstadt wordt genoemd als zijnde in overtreding met de wet op
de onderzoekscommissies, er zeker uit moest. Daarin bent u ook
geslaagd, maar het gevolg is wel geweest dat u uw goede collega,
minister Daems, hebt opgeofferd omdat het natuurlijk niet mogelijk
was om én de eerste minister én minister Daems uit het rapport te
krijgen. Dat, goede collega Daems, is niet gelukt. U bent vandaag het
zoenoffer dat zal worden gegeven.

De Nieuw-Vlaamse Alliantie, collega's, zal dus tegen de goedkeuring
van dit verslag stemmen. Gedurende meer dan één jaar heeft deze
commissie haar werkzaamheden verricht, maar reeds van bij het
begin werd de commissie in een bepaalde richting gestuurd. Dit zou
de doofpotoperatie van de politieke verantwoordelijkheden worden.
De VLD heeft één grote vergissing begaan door niet te eisen dat zij
of iemand van de meerderheid het voorzitterschap van de commissie
zou krijgen. De VLD heeft ook de grote vergissing begaan ­ mijnheer
Cortois, u hebt er nog tegen gefulmineerd ­ dat zij ook geen
rapporteurs had, want het sturen van de commissie is inderdaad
gebeurd door de voorzitter en door de rapporteurs, daarna ook
02.66 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Le ministre Daems est le
bouc émissaire qui doit payuer
pour les autres. La NV-A votera
contre l'adoption du rapport. Le
VLD a commis une grave erreur
en n'exigeant pas qu'un des siens
soit désigné comme président ou
comme rapporteur de la
commission. Le président et les
rapporteurs ont orienté les travaux
de la commission. En fait, le
ministre Daems n'est pas
responsable.

Le rapport traite presque
exclusivement de la période de
l'alliance avec Swissair alors que
des problèmes se posaient
manifestement avant. En son
temps, M. Dehaene avait déclaré
souhaiter être débarrassé de la
Sabena. Il avait alors été appuyé
par M. Schiltz.

Les premiers témoignages, ceux
des organisations syndicales, ont
été impeccablement répartis par
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
51
bijgetreden door het uitgebreid bureau.

Mijnheer Cortois, u moet toch toegeven dat het voor u zeer moeilijk
is geweest. U en de heer Van Campenhout hebben al het mogelijke
gedaan ­ en ik feliciteer u daarvoor ­ om alle slechte passages ten
nadele van de VLD zoveel mogelijk uit het rapport te houden. Ik
feliciteer u voor de inzet waarmee u uw werk hebt geleverd, maar,
collega Daems, het heeft voor u niet mogen zijn. Ik zal daarop straks
nog even terugkomen. Ik heb veel waardering voor het werk dat u
hebt geleverd en eigenlijk bent u niet de verantwoordelijke voor het
teloorgaan van Sabena. Dat zeg ik u eerlijk, in uw ogen kijkend.
Straks zal het natuurlijk wat moeilijker worden als ik over uw
verklaring ga spreken.

Hoewel de opdracht niet was beperkt tot één periode uit het Sabena-
verhaal, hebben de onderzoekswerkzaamheden zich van bij het
begin toegespitst op de periode met Swissair. Niemand zal nochtans
ontkennen dat ook in de vroegere periodes met de regelmaat van de
klok over een mogelijk faillissement van Sabena werd gesproken.
Zelfs in de periode waarin Sabena zowel de Belgische Staat als
Swissair als aandeelhouders kende, werd voornamelijk gezocht naar
wanpraktijken bij Swissair. Ik vind dat dan ook jammer. We waren
eigenlijk van plan om verder in de tijd terug te gaan. Dat zult u ook
ondersteunen. Eerste minister Dehaene heeft op een bepaald
ogenblik gezegd dat hij liever van Sabena af zou zijn. Daarna heeft
hij dat afgezwakt en gezegd dat de maatschappij moest opgaan in
een groter geheel, maar uiteindelijk bedoelde eerste minister
Dehaene op dat ogenblik dat hij tabula rasa wou maken en Sabena
wou laten verdwijnen.

Hij werd daarin trouwens ondersteund door de toenmalige Volksunie-
minister Hugo Schiltz, die nu de éminence grise is van een andere
partij. Wat de eerste getuigenissen betreft, de syndicale organisaties,
is de commissie van bij het begin gestart in de oude politieke cultuur.
De personen die als eersten verhoord werden, waren de syndicale
vertegenwoordigers en vakbondssecretarissen, netjes verdeeld per
taalrol en kleur: een vertegenwoordiger namens het ACV, namens de
metaalcentrale van het ABVV, namens het vliegwezen van ABVV-
ACOD, namens het ACLVB. Dat zijn allemaal mensen die in de
algemene centrale hun verantwoordelijkheid als vakbondsman of -
vrouw hadden, maar uiteindelijk van Sabena niets kenden.

Wij hebben twee personeelsleden en een vakbondsafgevaardigde
van Sabena zelf gehoord. Die mensen hebben eigenlijk de vinger op
de wonde gelegd. De andere vakbondsvertegenwoordigers zijn
gewoon hun rolletje komen spelen. Ik vraag mij af of er voor de
getuigenis van ABVV-secretaris Freddy Tack geen overleg is
geweest met de collega's van de SP.A, om toch maar een verklaring
af te leggen die in hun voordeel zou zijn. Moeten wij ons ook niet
afvragen of ACV-vakbondssecretaris Inge Vervotte ­ op het ogenblik
toen ze kwam getuigen, was ze nog vakbondssecretaris, nu loopt ze
hier rond in de wandelgangen van het Parlement en schrijft ze zelfs
een vrije tribune ­ niet gebrieft werd door de CD&V-fractie. Mijnheer
Leterme, u zwijgt. Dat zal dus ook wel zo geweest zijn.
rôle linguistique et par tendance
politique. La plupart des témoins
étaient issus des centrales
générales et ignoraient tout de la
Sabena. La question est de savoir
si la FGTB n'a pas été approchée
par le SP.A et si Inge Vervotte, de
la CSC, n'a pas été briefée par le
CD&V. Le porte-parole des
pilotes, M. Filip Van Rossem, n'a
jamais pu venir témoigner en
dépit des nombreuses lettres des
membres de la commission au
président, M. Langendries.
02.67 Yves Leterme (CD&V): (...)
02.68 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Leterme, tot uw 02.68 Karel Van Hoorebeke
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
52
grote ergernis gaan wij ook de kiesdrempel halen, en zelfs veel meer
dan dat.

Het was dan weer opvallend dat het gezicht van de piloten, met
name piloot Filip Van Rossem, hier niet heeft mogen getuigen. Ik
neem Servais Verherstraeten als getuige wat dat betreft. Hoeveel
brieven hebben wij niet geschreven naar voorzitter Langendries om
te vragen dat er nog een aantal mensen zouden worden gehoord?
Mijnheer Annemans wellicht ook, maar u hebt mij nooit een kopie
bezorgd van de brieven die u hebt gestuurd. Van Rossem wist wat er
precies verkeerd is gegaan.

De partijpolitiek had dus reeds van bij de aanvang een invloed op de
werking. Deze commissie is in haar beoordeling nooit losgekomen
van actuele politieke belangen. De mildheid voor de geestesgenoten
was dan ook opvallend, wanneer zij moesten worden gehoord door
de commissie. De ene ondervraging verliep harder dan de andere,
"selon la tête du client", zoals men in het mooi Nederlands zegt.

Ik kom tot de partijpolitieke samenstelling van de raad van bestuur.
Er is een getuigenis die wij niet terugvinden in het eindrapport. Ik
raad echter aan om nog eens de getuigenis te lezen van één van de
leden van de raad van bestuur, de heer Vander Stichele. Hij was
gedurende vele jaren lid van de raad van bestuur van Sabena. Hij
heeft letterlijk verklaard, collega's, dat de raad van bestuur
samengesteld was uit leden van de traditionele politieke families;
liberalen, socialisten en christen-democraten, verdeeld per taalrol. Dit
was altijd de samenstelling van de raad van bestuur. De raad van
bestuur heeft eigenlijk zijn werk niet op correcte wijze kunnen doen,
want om lid te kunnen worden van de raad van bestuur van Sabena
werden over bedrijfs- of bestuurservaring klaarblijkelijk geen eisen
gesteld. De loyaliteit met een traditionele partij was de enige
voorwaarde om in deze raad van bestuur te kunnen zetelen.

Gewezen eerste minister Dehaene, collega's van de VLD, heeft
onder eed verklaard dat hij dit onder zijn premierschap wenste te
veranderen. De leden van de partijpolitieke raad van bestuur
moesten niet gewoonweg partijpolitieke ja-knikkers zijn, maar
moesten mensen met bedrijfservaring worden. Dat is gewezen eerste
minister Dehaene komen verklaren. Hij wilde een einde maken aan
de "kabinettards" in deze raad van bestuur, maar hier kreeg hij
tegenwind. De Franstalige partijen en de liberalen hielden vast aan
hun partijmensen in deze raad van bestuur. De uitspraak van
toenmalig VLD-voorzitter De Croo daaromtrent is legendarisch,
mijnheer de voorzitter: "Het wordt Clair Ysebaert als bestuurder of
het wordt niemand". Indien u twijfelt aan de woorden van gewezen
eerste minister Dehaene, dan zal ik even citeren uit zijn verklaring.

"Ik heb toen inderdaad ­ dat is een publiek geheim,- toen ik vanuit de
VLD het voorstel kreeg de heer Ysebaert aan te duiden, contact
gehad met de heren Verhofstadt en De Croo om iemand met meer
bedrijfservaring aan te duiden. Men heeft toen vastgehouden aan de
naam Ysebaert. De heer Ysebaert is benoemd geworden. De heer
De Croo heeft dat toen doorgedrukt". Mijnheer de voorzitter, straks
zal ik over u iets zeggen. Blijf aandachtig luisteren, want het wordt
boeiend. Het is moeilijk te spreken over iemand die achter je zit en
de Kamer voorzit. Hij zat ook in CityBird.
(VU&ID): Les commissaires se
sont montrés étonnamment
indulgents à l'égard de leurs alliés
politiques. Le rapport est très
succinct au sujet du témoignage
de M. Van der Stichele, membre
du conseil d'administration de la
Sabena. Il a déclaré devant la
commission que le conseil était
composé de membres des
familles politiques traditionnelles,
répartis par rôle linguistique.
Aucune expérience en matière de
gestion d'entreprise ou de
direction n'était requise. Le
premier ministre de l'époque, M.
Dehaene, a essayé de couper
court à ces pratiques, mais il s'est
heurté à l'opposition des
francophones et des libéraux. M.
De Croo, alors président de parti a
exigé et obtenu la nomination de
Clair Ysebaert.

Le PS et les autres partis
francophones restent convaincus
qu'une entreprise financée par les
deniers publics doit être dirigée
par des personnes inféodées au
pouvoir. On a vu qu'ils avaient
tort.

Le conseil d'administration a failli
à sa tâche et ses membres
peuvent être déclarés
personnellement responsables. Ils
se sont déjà renseignés pour
savoir s'ils étaient suffisamment
assurés. Bien que les Suisses
aient été actionnaires
minoritaires, ils ont obtenu le
pouvoir et le conseil
d'administration les a suivis
aveuglément.

Il est déplacé de faire porter le
chapeau au management et au
personnel. Mais il ne faut pas
charger uniquement Swissair.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
53
De PS en de andere Franstalige partijen hebben nooit anders
gedaan. Volgens hen kan een bedrijf met overheidsgeld alleen goed
geleid worden als partijgetrouwen het bedrijf besturen en hiervoor
verantwoording afleggen aan de partij. Het faillissement van Sabena
en de huidige problemen van de NMBS bewijzen dat zij ongelijk
hebben.

Over deze partijpolitieke raad van bestuur wil ik kort zijn. Hij heeft
gefaald. Ik stel duidelijk dat de bestuurdersverantwoordelijkheid in
het gedrang kan komen. In tegenstelling tot de oude
faillissementswet, waar alles via de curator moest verlopen, kunnen
schuldeisers sinds de nieuwe faillissementswet rechtstreeks een
vorderingsrecht uitoefenen tegen gewezen leden van de raad van
bestuur en tegen het management. De bestuurders zijn tweemaal
bijeengeweest om hun verklaringen voor de onderzoekscommissie
voor te bereiden. Uitsluitsel of zij al dan niet verzekerd waren tegen
hun bestuurdersaansprakelijkheid zal ­ vermoed ik ­ in belangrijke
mate aan bod zijn gekomen tijdens deze vergaderingen. De raad van
bestuur heeft gefaald. Sinds de alliantie met Swissair heeft de
partijpolitieke raad van bestuur stukje bij beetje zijn macht in handen
gegeven van de Zwitsers die nota bene op dat ogenblik nog steeds
een minderheidsaandeelhouder waren in Sabena. Na het verdwijnen
van Godfroid werd Reutlinger de CEO van Sabena. Deze
partijpolitieke raad van bestuur heeft blindelings het Zwitserse beleid
gevolgd. Ik wil er eveneens op wijzen dat een van de laatste
bestuurders niemand minder dan Jannie Haek was, beter bekend als
de kabinetschef van minister Vande Lanotte. Ik hoop dat de heer
Vanoost opnieuw in het halfrond zal zijn als ik het over minister
Vande Lanotte zal hebben. De heer Vanoost heeft een boeiende
analyse gemaakt van de verantwoordelijkheid van minister Vande
Lanotte. Hij had dat beter gedaan op het ogenblik dat we de
conclusies van het rapport aan het bespreken waren. Het is altijd
gemakkelijk later verklaringen in de pers af te leggen als dat niet ter
sprake werd gebracht tijdens de werkzaamheden van de commissie.

Wat het management en het personeel betreft, wil ik zeker niet
meedoen aan het schuldig maken van deze groepen. Als het
management te passief is geweest en uit mekaar tegenwerkende
baronieën bestond, hadden de meerderheidsaandeelhouder en de
raad van bestuur tijdig moeten ingrijpen. Dat is niet gebeurd. Het
gaat niet op de schuld door te schuiven naar het management of het
personeel, of alles af te wentelen op Swissair. Vaststelling is dat de
raad van bestuur zijn werk niet heeft gedaan, geen controle heeft
uitgevoerd. Het is, mijns inziens, ondermaats een deel van de
verantwoordelijkheid naar het management en het personeel te
willen doorschuiven.

Ik wil echter een kanttekening maken. Gewezen eerste minister
Dehaene heeft voor de commissie onder ede verklaard dat in
Sabena de bedrijfscultuur van een overheidsinstelling bestond. Dit
was een verkeerde ingesteldheid. Sabena zat in een concurrentiele
positie en kon zich niet veroorloven achterop te hinken ten aanzien
van de concurrenten. Het is correct dat er een bedrijfssfeer heerste
van een overheidsbedrijf waarvan men zeker was dat de Belgische
Staat het nooit tot een faillissement zou laten komen. Ondertussen
werd er gratis gevlogen door onder meer de leden van de raad van
bestuur en het Hof. Het zou goed zijn de lijst op te vragen van al
degenen die door de jaren heen gratis hebben gevlogen en op die
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
54
manier hebben meegeholpen aan het deficit van Sabena.
02.69 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): (...)
02.70 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): De heer Schiltz? Die vloog
naar Amsterdam. Hij was met de auto.
02.71 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): (...)
02.72 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Hij is begonnen als CVP'er.
02.73 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): (...)
02.74 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Het was een amalgaam van
verstandige mensen.

Het is toch verontrustend dat de heer Daerden, gewezen federaal
minister en thans minister bij het Waals Gewest, op de vraag of hij
kennis heeft van politieke beïnvloeding bij het personeel, heeft
geantwoord: "Duizenden aanbevelingsbrieven heb ik geschreven".
De toenmalige minister van Verkeer, die alleen maar kon lachen
wanneer hij in de commissies werd ondervraagd over de NMBS en
over Sabena, heeft dus duizenden aanbevelingsbrieven geschreven.
Hij voegde er laconiek aan toe dat hij graag de statistieken zou zien
van het personeel dat dankzij hem bij Sabena was binnengeraakt.
Een dergelijke houding droeg er niet toe bij dat de juiste
bedrijfscultuur bij Sabena zou hebben bestaan. Het bewijst dat de PS
tot op heden niet beseft dat kwaliteit belangrijker is dan een
partijkaart. Indien een dergelijke houding in het zuiden van land blijft
bestaan, zal dit land verder in de economische afgrond
terechtkomen.

Collega's, ik kom nu tot de passage van Swissair en de Belgische
regeringen. Wij weten allemaal dat Swissair haar verplichtingen niet
is nagekomen. Het lijkt mij echter te gemakkelijk ­ en dat zullen
andere collega's nog wel doen ­ alle schuld op Swissair af te
schuiven en het als de grote boeman voor te stellen. Zelfs op het
ogenblik dat Swissair minderheidsaandeelhouder was en eventueel
meerderheidsaandeelhouder zou worden, had Swissair beter moeten
worden gecontroleerd, minister Daems. De raad van bestuur had zich
als meerderheidsaandeelhouder moeten blijven gedragen. Men is te
lichtzinnig in de val van Swissair gelopen. Zoals door enkele
getuigen is gezegd, was het de vliegende bank waarin men het volste
vertrouwen moest hebben en waaraan men zelfs geen lastige vragen
mocht stellen. Dat is de reden waarom er zelfs nooit een due
diligenceonderzoek is gebeurd.

Mijnheer de minister, hierbij wordt de opmerking dat de Belgische
Staat altijd meerderheidsaandeelhouder is gebleven, eenvoudig
weggeveegd door de stelling dat Swissair zich altijd heeft gedragen
als meerderheidsaandeelhouder, en dat op termijn ook zou worden,
hoewel het in het begin alleen maar een optie had op het verwerven
van de meerderheid van de aandelen. Men heeft zich echter van in
het begin gedragen alsof Swissair meerderheidsaandeelhouder zou
worden. Daardoor is de controle verslapt en weggezakt, en hebben
de raad van bestuur en de aandeelhouder uiteindelijk niet de nodige
voorzichtigheid aan de dag gelegd.
02.74 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): L'actionnaire majoritaire
et le conseil d'administration
auraient dû intervenir. Il ressort
des déclarations de M. Dehaene
que la Sabena pratiquait une
culture d'entreprise publique.
C'était une erreur car elle avait
des concurrents. Entre-temps, on
faisait voyager gratuitement le
conseil d'administration, la Cour et
d'autres encore. M. Daerden a lui-
même déclaré avoir écrit des
milliers de lettres de
recommandation. Le PS ne se
rend toujours pas compte que la
qualité est plus importante qu'une
carte de parti.

Swissair n'a pas respecté ses
obligations mais le gouvernement
belge aurait dû mieux la contrôler.
Le gouvernement lui a accordé sa
confiance à la légère. Alors que
Swissair ne disposait que d'une
option pour devenir actionnaire
majoritaire, elle a d'emblée été
traitée en tant que tel. On n'a pas
pris les précautions qui
s'imposaient.

M. Eerdekens a fait l'impossible
pour que M. Di Rupo apparaisse
sous son jour le plus favorable
dans le rapport alors que c'est lui
qui a fait entrer Swissair sans
procéder à un examen minutieux
de la situation financière. Tout ce
dont il disposait, c'était quatre
graphiques.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
55

Het is belangrijk even stil te staan bij de verklaring en de rol van
minister Di Rupo. Het is jammer dat de heer Eerdekens afwezig is.
Hij heeft immers al het mogelijke gedaan om de heer Di Rupo zo
goed mogelijk voor te stellen in het eindrapport en heeft erover
gewaakt dat de naam van de heer Di Rupo niet zou worden
geciteerd. De PS werd daarin bijgetreden door de SP: blijkbaar zaten
zij toch in een soort alliantie. Nochtans had de heer Di Rupo, als
bevoegd minister in 1995, Swissair binnengehaald. Hij had een blind
vertrouwen in Swissair, dat als een vliegende bank werd aangezien.
Nooit ­ en ik benadruk dit ­ is er een onderzoek geweest naar de
financiële sterkte van Swissair. Ik herinner mij de debatten die wij
hebben gevoerd over het aspect van de due diligence. De PS heeft
daar gezegd dat een due diligence niet moest worden gevoerd, want
een due diligence gebeurt alleen maar door de opslorpende partner
tegenover de kleine partner die men opslorpt. Welnu, wij hebben de
uiteenzettingen van collega De Lembre en expert Garny gehoord. Zij
hebben gezegd dat het hier niet ging om een opslorping of een fusie,
maar om een alliantie tussen Sabena en Swissair, en dat het daarom
nuttig ware geweest een due diligenceonderzoek te laten uitvoeren.
Mijnheer de minister, dat was toen in 1995 niet uw
verantwoordelijkheid, maar die van de heer Di Rupo.

De heer Di Rupo heeft dat dan ook niet gedaan. Waarop heeft hij
zich gebaseerd? Ik citeer uit de verklaring van de heer Di Rupo op
bladzijde 23, waar hij zegt: "Monsieur le président, permettez-moi, en
quatre graphiques, de vous donner l'état de santé de Swissair en
1995. Il faut m'excuser si j'utilise les comptes tels qu'ils sont publiés.
Pour le reste, c'est un travail d'experts et je ne doute pas de leurs
compétences mais j'agis avec ce que j'ai, c'est-à-dire les comptes et
bilans de 1996 reprenant tous les chiffres de 1995".

Dat betekent dat de heer Di Rupo, die in 1995 de verantwoordelijke
minister was, Swissair heeft binnengehaald, niet op basis van een
due diligence onderzoek, maar op basis van vier grafieken. Die vier
grafieken gingen over de liquiditeit, de cashflow en over le niveau de
liquidité, zoals hij heeft vermeld. Vier grafieken heeft de heer Di
Rupo in 1995 gebruikt om Swissair binnen te halen in een alliantie
met Sabena. Wat vinden wij daarvan terug?
02.75 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): Dat is nu net wat ik
daarnet duidelijk heb gemaakt. Hij beweert in 2003 dat hij vier
grafieken heeft op basis van die boekjaren, terwijl hij in 1995
onmogelijk de cijfers van het boekjaar 1995 kon hebben. Nu beweert
hij dat hij zich daarop toch gebaseerd heeft. Over vervalsingen en
over manipulaties gesproken! Wij hebben ontdekt dat hij ons met die
vier grafieken ook nog eens heeft proberen te bedriegen in 2002.
02.75 Gerolf Annemans
(VLAAMS BLOK): En 1995, M. Di
Rupo ne pouvait d'ailleurs
évidemment pas disposer des
chiffres de cette année-là. Il
affirme malgré tout s'être fondé
sur ces données.
02.76 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Annemans, dat is
een correcte aanvulling.

Dat geeft alleen maar aan dat de verantwoordelijkheid van Di Rupo
in het hele Sabena-dossier verpletterend is. Maar vinden wij één
passage terug in het rapport waarin gesproken wordt over de
verantwoordelijkheid van de heer Di Rupo? Vindt u de naam van de
heer Di Rupo terug, tenzij in de goed-nieuws-passages? Daar vinden
we wel namen terug, maar in de slecht-nieuws-passages vinden we
geen enkele naam terug.
02.76 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): En effet.
La
responsabilité de M. Di Rupo est
écrasante. Son nom n'est pourtant
pas cité dans le rapport. Le PS a
même tenté d'imposer un
amendement stipulant que M. Di
Rupo avait pris sa décision après
avoir procédé à une analyse
approfondie.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
56

Ik herinner mij de manoeuvres van de PS nog. Mijnheer Annemans,
ik denk dat u toen aanwezig was.
02.77 Gerolf Annemans (VLAAMS BLOK): (...)
02.78 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): U was er altijd, op het juiste
moment, dat geef ik toe.

Collega's, om maar te zeggen hoe subtiel de manoeuvres van de PS
en andere fracties waren, wil ik het volgende voorbeeld geven. De
PS heeft geprobeerd om een amendement in het rapport te krijgen
waarin stond dat Di Rupo beslist had op grond van een grondige
juridische analyse, gesteund door een grondige economische en
financiële analyse. Dat amendement wilde de PS erin krijgen, maar
wij hebben dat uiteindelijk kunnen verhinderen. Het zoenoffer was
dat de naam van Di Rupo dan maar moest verdwijnen.

Ik zei dat de PS-commissieleden in de onderzoekscommissie
verschillende manoeuvres en manipulaties hebben uitgevoerd. Zij
hebben bij de opstelling van het verslag de andere regeringspartijen
voortdurend onder druk gezet om een leugen in het verslag te
krijgen. Ik verwijs naar het amendement dat zij wilden invoeren. De
PS probeerde met een tekst het verslag in de richting te sturen dat er
wel een onderzoek uitgevoerd zou zijn. Toen dat niet lukte, moest de
naam Di Rupo sneuvelen en werden algemene termen gebruikt zoals
"Belgische aandeelhouder", "de Belgische staat" of "de overheid",
maar namen kwamen er niet. Vooraleer wordt opgemerkt dat
Swissair haar verplichtingen inderdaad niet is nagekomen, moet dan
ook worden gezegd dat Di Rupo als bevoegde minister zijn
verplichtingen niet is nagekomen. De verantwoordelijkheid van Di
Rupo is verpletterend. Het uitblijven van een onderzoek naar
Swissair is een flagrante inbreuk op de voorzichtigheidsplicht. In
vage bewoordingen is dat in het verslag onder PS-druk
weggemoffeld.

De opvolger van minister Di Rupo in de federale regering was
minister Daerden. Hij heeft een belangrijke aanvulling op de
oorspronkelijke overeenkomst met Swissair ondertekend. Toen hij
daarover in de onderzoekscommissie ondervraagd werd, wist hij niet
meer waarover het ging. Hij kende nauwelijks nog de inhoud van de
overeenkomsten die hij had ondertekend.

Ook deze bevoegde minister die zwaar in gebreke is gebleven, wordt
echter in het rapport niet met name vermeld. Zoals de heer
Annemans heeft gezegd ­ ik verwijs naar ons amendement terzake ­
wordt de verantwoordelijkheid van de heren Daerden en anderen
onder het tapijt geveegd.

Ik kom dan bij de huidige regering, bij minister Daems en de eerste
minister. Hoewel minister Daems zijn best heeft gedaan om dit
dossier in de goede richting te sturen, heeft hij toch gedurende lange
tijd Swissair laten begaan. Het duurde maanden vooraleer nieuwe
afspraken met Swissair werden gemaakt. Het duurde opnieuw
maanden vooraleer deze afspraken werden omgezet in juridisch
afdwingbare overeenkomsten. Uiteindelijk zijn het deze
overeenkomsten die Swissair niet heeft nageleefd. Bovendien heeft
Swissair ­ ik verwijs naar de brief van de heer Corti op 3 april 2001
02.78 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Nous sommes parvenus
à contrer cette velléité mais, en
échange, son nom devait être
biffé du rapport. Son successeur,
M. Daerden, a signé un important
avenant à la convention mais
semblait ne pas plus guère se
souvenir en quoi il consistait. Les
ministres PS Daerden et Di Rupo
portent une importante
responsabilité mais le PS a
exercé des pressions sur les
autres membres de la coalition
pour que le rapport soit adapté.

En ce qui concerne le
gouvernement actuel, le ministre
Daems a fait de son mieux mais il
a trop longtemps laissé les
coudées franche à Swissair. Il
s'est écoulé trop de temps avant
que des accords clairs soient
conclus, qu'ils soient traduits
ensuite sur le plan juridique et que
des mesures soient prises à
l'encontre de Swissair lorsque
celle-ci a annoncé qu'elle ne
respecterait pas ses
engagements, ce qui ressortait
déjà de la lettre du 3 avril 2001
dans laquelle M. Cort avait
indiqué que les banques
refusaient que de l'argent frais soit
encore investi dans la Sabena.

M. Di Rupo a présenté l'état de
santé de la société en quatre
graphiques, renvoyant pour le
reste au travail des experts.

Un bon père de famille aurait alors
immédiatement lancé une citation.
Le ministre a toutefois attendu le
mois d'août pour s'adresser au
tribunal de commerce. Par ses
atermoiements, il a perdu un
temps précieux et il a ouvert la
voie vers l'accord de l'Astoria. Il a
dénoncé la mauvaise
communication des autres
ministres dans une lettre au
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
57
gericht aan minister Daems ­ laten weten niet langer de bedoeling te
hebben om nog vers geld in Sabena te stoppen, omdat het niet
mocht van de banken.

Mijnheer de minister, ik citeer de belangrijkste passage uit de brief
van 3 april 2001 aan u gericht: "However, it is becoming increasingly
obvious that our banks will not allow us to invest additional money in
Belgium.".

Mijnheer de minister, dat is een brief die u op 3 april 2001 werd
toegestuurd. Wat zou een goede pater familias, die een belangrijke
vordering heeft, op dat ogenblik doen? Hij zal onmiddellijk een
advocaat raadplegen. Dat was zeker voor u geen probleem. Hij zal
die advocaat de brief voorleggen, die hij van de heer Corti, het hoofd
van Swissair, kreeg. Met die brief zegt de heer Corti met zoveel
woorden dat Swissair haar verplichtingen niet zal nakomen. Wat zou
een goede pater familias dan doen? Hij zal onmiddellijk een
dagvaarding lanceren. U hebt die dagvaarding pas begin juli
uitgebracht, begin augustus voor de rechtbank van koophandel
ingeleid. U hebt dus kostbare tijd verloren. U hebt daardoor ook de
mogelijkheid opengelaten om het hotelakkoord te laten
totstandkomen.

Mijnheer de minister, dit akkoord is niet door uw toedoen afgesloten.
Dat zeg ik heel duidelijk. U hebt echter wel uw beklag gedaan bij de
eerste minister over de werkwijze van een aantal andere ministers. U
hebt een brief geschreven aan de eerste minister. In die brief zegt u
letterlijk dat de gebrekkige coördinatie, die buiten u om gebeurde, in
de weg zou staan van een optimale beheersing van het dossier. In
het verslag werd dit afgezwakt met de opmerking dat de gebrekkige
coördinatie maar zou hebben bestaan in de maanden september en
oktober 2001, terwijl u ook het hotelakkoord bedoelde. De brief is
immers kort na het hotelakkoord geschreven.

Het faillissement van Sabena in november 2001 was dan ook niet
enkel te wijten aan de niet-naleving van de verplichtingen door
Swissair. Sinds 1995 hebben de opeenvolgende regeringen zich niets
aangetrokken van het beleid van Sabena, alhoewel zij
aandeelhouder waren. De vliegende bank Swissair zou alles wel
besturen. De partijpolitieke leden van de raad van bestuur hadden
enkel tot taak om ja te knikken bij wat de Zwitsers deden.

Ten slotte hebben minister Daems en eerste minister Verhofstadt te
lang gewacht toen zij wisten dat Swissair geen geld meer zou
overmaken aan Sabena. Ik heb reeds op dit punt gewezen.

Mijnheer de minister, ik kom nog even terug op het hotelakkoord. Bij
dit akkoord werd u inderdaad volledig buitenspel gezet, zoals ook de
voorzitter van de raad van bestuur, de heer Chaffart, en andere
bestuursleden. Zelfs CEO Müller wist niets van deze bijeenkomst.
Eerste minister Verhofstadt heeft in overleg of misschien zelfs op
aandringen van minister Vande Lanotte dit akkoord met Swissair
gesloten.

Een topman van Sabena, met name het hoofd van Sabena Technics,
de heer Deswert, heeft het volgende in de commissie verklaard, wat
u alleen maar tot vreugde kan stemmen, mijnheer de minister: "Dit
akkoord was een flater, want niemand in Sabena geloofde dat
premier ministre. A la lecture du
rapport, on a le sentiment que
cette plainte ne concerne que les
mois de septembre et d'octobre
alors qu'elle visait également la
période au cours de laquelle
l'accord de l'Astoria a été conclu.

Depuis 1995, les gouvernements
successifs ne se sont pas souciés
le moins du monde de la gestion
de la Sabena, même s'ils avaient
la qualité d'actionnaire, confiants
que la banque volante Swissair
gérerait tout correctement.

Le ministre Daems a été mis
totalement hors-jeu des accords
de l'Astoria, tout comme le
président Chaffart et le CEO
Müller. M. De Swert, à la tête de
Sabena Technics, a qualifié cet
accord ­ dont personne, à la
Sabena, ne croyait que Swissair le
respecterait effectivement ­ de
bévue.
Aucune garantie bancaire n'a été
négociée bien qu'un sursis de
paiement ait été prévu. A en
croire le premier ministre et le
ministre du Budget, c'était
impossible parce que les Suisses
auraient considéré cela comme
une manifestation d'agressivité à
leur égard. En réalité, les Suisses
ne pouvaient donner aucune
garantie bancaire et cela aurait dû
mettre la puce à l'oreille du
gouvernement.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
58
Swissair plots wel dit akkoord zou naleven.". Niettegenstaande dat
gegeven is dat akkoord afgesloten.

Er is geen bankgarantie bedongen alhoewel er in een uitstel van
betaling was voorzien. We hebben de bevoegde ministers daarover
ondervraagd, met name minister Vande Lanotte en de eerste
minister. Ze hebben allebei gezegd dat het niet mogelijk was om een
bankgarantie te vragen. De Zwitsers zouden dat immers als een
agressieve houding van onzentwege hebben beschouwd. De
Zwitsers konden bovendien geen bankgarantie geven. Collega's, we
weten dat een bankgarantie ook een onmiddellijke betaling vergt via
een soort kaskrediet dat geblokkeerd wordt. Mijnheer de minister,
men had dus voldoende moeten aanvoelen dat wanneer Swissair
weigerde om een bankgarantie af te leveren in de mate dat het zou
gevraagd zijn geweest er al voldoende twijfels waren over de
solvabiliteit van Swissair.
02.79 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil de
vaststellingen van collega Van Hoorebeke ondersteunen met een
persoonlijke ervaring. Ik heb de minister ook de aandacht gevraagd
voor het feit dat er geen waarborg was gevraagd. De heer Bodson
wordt altijd algemeen geroemd voor zijn immense
managementcapaciteiten. Men weet daar in mijn streek ondertussen
van mee te spreken. Ik herinner mij dat hij mij zei dat hij zijn jonge
vriend ­ dat is vanuit de hoogte gesproken ­ wilde zeggen dat het
vragen van waarborgen op dat niveau niet gebeurt.
02.79 Yves Leterme (CD&V):
Selon M. Bodson, aucune garantie
n'est demandée à ce niveau-là.
02.80 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer Leterme, ik moet u
danken voor die aanvulling.

Mijnheer de voorzitter, collega's, ik kom tot de afsluitende
bedenkingen van mijn fractie. Ik wil toch nog even aanstippen dat
vandaag ook nog moet worden vastgesteld dat, mijnheer de minister,
nog niet alle Sabenamensen hun uitkering gekregen hebben van het
Fonds voor Sluiting van Ondernemingen. Dit is niet gebeurd
niettegenstaande dat er op sociaal gebied, voor het sociale luik
aanbevelingen zijn geformuleerd. Dit is ook aangehaald door de
rapporteurs. We zijn meer dan een jaar na het faillissement.
Vandaag wachten nog heel wat personeelsleden op een uitkering van
het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen. We hebben hier in de
Kamer een wet goedgekeurd waardoor de periode zou ingekort
worden. We moeten vandaag echter vaststellen dat ook dit
uiteindelijk niet wordt nageleefd.

Collega's, de heer De Croo, onze goede collega en voorzitter, zal
straks in deze plenaire vergadering gehuldigd worden voor zijn 35-
jarig parlementair mandaat. Hij heeft een bepaalde rol gespeeld die
misschien niet fraai of fris is geweest. Hij was uiteindelijk bestuurder
van City Bird, een vennootschap die nadien ook failliet gegaan is. Ik
weet niet of de voorzitter van deze Kamer daar voldoende en tijdig
op gelet heeft. Hij was bestuurder bij City Bird. Dat was weliswaar op
een ogenblik dat hij gewoon parlementslid was. Hij is het echter ook
gebleven op het ogenblik dat hij voorzitter van deze Kamer
geworden is. Mijnheer Cortois, mijnheer de voorzitter van deze
Kamer, de vraag rijst of het wel deontologisch verantwoord was dat
iemand van deze Kamer en de voorzitter van deze Kamer ook actief
bleef als bestuurder in een concurrerend bedrijf van Sabena.
Mijnheer de voorzitter, u zal daar wellicht straks op repliceren. U hebt
02.80 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): A l'heure qu'il est, tous
les ex-Sabéniens n'ont toujours
pas reçu leur indemnité du Fonds
de fermeture des entreprises.
Nous avons adopté une loi
réduisant le délai dans lequel
cette indemnité doit être versée
mais elle n'est pas respectée.

Le rôle de l'actuel président de la
Chambre est controversé.
Lorsqu'il était simple
parlementaire, il était
administrateur de City Bird,
société qui a également fait
faillite. Etait-ce bien raisonnable
de sa part, du point de vue
déontologique, de rester
administrateur d'une société
concurrente de la Sabena après
avoir accédé au perchoir?

Les membres VLD de la
commission ont été conviés par le
ministre Daems à l'aider à
construire sa stratégie de défense
mais la présence d'un avocat aux
côtés du ministre les a surpris.

La méthodologie observée au sein
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
59
ook gerepliceerd tijdens de hoorzitting. U zei toen dat u daaromtrent
geen fout te verwijten valt.

Ik ga niet spreken over de wijze waarop de VLD-commissieleden bij
minister Daems zijn uitgenodigd. Ze hebben daar de verdediging van
minister Daems helpen ondersteunen. Mijnheer de minister, ze waren
blijkbaar ook verrast dat er een advocaat aanwezig was. Ze voelen
zich toch wel wat gepakt door de wijze waarop zij in uw verhaal zijn
meegenomen.

Mijnheer de voorzitter, collega's, wij moeten vandaag vaststellen dat
de wijze waarop deze onderzoekscommissie gewerkt heeft de
begrafenis inhoudt van elk ernstig werk dat door een parlementaire
onderzoekscommissie kan worden geleverd. Het is uiteindelijk een
onderzoekscommissie die samengesteld is uit politici die moeten
oordelen over andere politici. De loutere analyses werden voor een
groot stuk gemaakt door onze experts, namelijk professor De
Lembre, de heer Garny en professor Vanthemsche, daarin bijgestaan
door advocaat-generaal Morlet. De uiteindelijk goede passages in dit
rapport zijn van hun hand gekomen. Collega's Lano en Van
Campenhout, wat wij er daarna van gemaakt hebben, is een politiek
spel geweest.

Het is een afrekening geworden tussen de fracties, het afdekken van
elkaar wanneer het ging over een bevoegde minister die tot die
fractie behoorde, het helpen van de andere leden van de commissie
wanneer het ging over een minister van hun partij. Ik zeg u vandaag,
als er nog onderzoekscommissies op die manier worden opgericht,
dan denk ik dat het systeem van de parlementaire
onderzoekscommissie, dat eigenlijk het ultieme controlemiddel moet
zijn dat het Parlement kan uitoefenen, geen zin meer heeft.

Ik kom dan nog tot het aspect van het Hof, mijnheer Annemans. Ik
was het bijna vergeten maar het Hof komt bij mij altijd op het laatst,
last but not least. Mijnheer Annemans, toen u daar drie dagen
afgezonderd bent geweest in het mooie territorium van de voorzitter
van de commissie hebt u een poging ondernomen om een
amendement in te dienen om de verantwoordelijkheid van het Hof te
laten onderzoeken, niet om die vast te laten leggen. Dat was niet
meer dan normaal. Kijk eens naar wat er verschenen is in de kranten
waar altijd gevraagd werd wat nu eigenlijk de rol van het Hof was. In
het boek van professor Vantemsche wordt er verwezen naar de rol
van het Hof, hoewel vaag en onduidelijk. In het boek van Paul Van
Driessche waar hij spreekt over de kabinetschef van de Koning wordt
daar ook over gesproken. Op een bepaald ogenblik staat er zelfs in
een verslag van een interparlementaire werkgroep, mijnheer de
eerste minister, dat men oog moest hebben voor de plaatselijke
aspiraties en voor de reactie van het Hof. Dat stond daar met zoveel
woorden in. Ik heb daarna een amendement ingediend, mijnheer
Annemans. Hoogst verwonderlijk is het door de voorzitter van de
commissie, dank zij de steun van Ludo Van Campenhout en de steun
van Hans Bonte in het ontwerpverslag opgenomen, weliswaar zoals
hij het noemde tussen brackets. Van Servais Verherstraeten heb ik
op dat ogenblik geen steun gekregen. Waarschijnlijk wil hij
binnenkort de eed afleggen bij de Koning om minister van
Overheidsbedrijven te worden. Het is bestendig tussen brackets
gebleven tot het plots verdwenen is. Ik vermoed dat u dit stoemelings
hebt weggeveegd, mijnheer de voorzitter van de commissie. Dat is
de la commission d'enquête a
porté une atteinte fatale à cet
instrument de contrôle
parlementaire qu'est toute
commission d'enquête. Au sein de
la commission Sabena ont siégé
des hommes politiques qui ont été
amenés à porter un jugement sur
d'autres hommes politiques. Les
passages du rapport rédigés par
les experts sont valables mais ce
que nous en avons fait ensuite,
c'est un jeu politique, un
règlement de comptes entre
groupes politiques et un ensemble
de manoeuvres destinées à
protéger les ministres appartenant
au même parti que les
parlementaires membres de la
commission. Ce moyen de
contrôle parlementaire par
excellence perd ainsi sa raison
d'être.

M. Annemans a tenté de faire
examiner le rôle joué par la Cour,
ce qui est au fond une démarche
tout à fait normale. Plusieurs
publications font en effet
référence au rôle de la Cour. J'ai
déposé un amendement allant
dans ce sens qui a reçu le soutien
de MM. Bonte et Van
Campenhout et que le président a
fait inclure dans le projet de
rapport. Mais il a disparu tout à
coup. C'est d'ailleurs la seule
critique que je veux adresser au
président de la commission.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
60
de enige kritiek die ik op u wou leveren. Ik zag dat u daar niet achter
stond. Voor de rest heb ik niets dan lof voor de wijze waarop u de
commissie hebt voorgezeten. Ik heb u bewonderd in uw sereniteit, in
de wijze waarop u sereen gereageerd hebt op de zware uitvallen naar
u van de andere commissieleden. Ik feliciteer u. Het was heel
aangenaam werken met u als voorzitter. Ik zeg u dit heel eerlijk.

De voorzitter: De heer Lano wenst u kort te onderbreken. Daarna zullen wij proberen te eindigen.
02.81 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Daarna sluit ik af, voorzitter.
02.82 Pierre Lano (VLD): Mijnheer Van Hoorebeke, ik wil niet
meedoen aan het modderscenario noch aan de nestvervuiling van
deze morgen. Ik tracht een evenwicht te vinden en het politieke spel
te relativeren. Ik wil u op één ding wijzen. Ik acteer uw verklaring en
die van de twee vorige sprekers dat de VLD-commissieleden terzake
naïef zijn geweest, dat wij geen voorzitter hebben willen aanduiden
en dat wij geen rapporteur hebben willen aanduiden. Met
uitzondering van één zin uit de verklaring rond de premier hebben wij
volgens u geen enkele invloed gehad op het rapport. Dat hebt u zelf
gezegd.
02.82 Pierre Lano (VLD): Vous
dites donc que nous n'avons
exercé aucune influence sur le
rapport, abstraction faite d'une
seule phrase de la déclaration
concernant le premier ministre.
02.83 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Neen, waarschijnlijk hebt u
niet goed geluisterd.
02.84 Pierre Lano (VLD): Ik daag u uit.
02.85 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Daag mij maar uit. Pierre
Lano, leg eens de eerste versie van het rapport naast de eindversie.
Doe dat dit weekend thuis maar eens. Ik heb hier gezegd, ter
verdediging van de VLD-fractie, dat Ludo Van Campenhout en Willy
Cortois heel erg hard hun best gedaan hebben om het rapport bij te
sturen. Zij hebben goed gewerkt. Ik weet niet wat u gedaan hebt.

Ik rond af, mijnheer de voorzitter.
02.85 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Vous m'avez mal
compris. Je vous suggère de
comparer la première version du
rapport et sa version définitive.
MM. Van Campenhout et Cortois
ont vraiment fait de leur mieux
pour apporter des modifications
au rapport.
De voorzitter: Laat de heer Lano toch even repliceren.
02.86 Pierre Lano (VLD): Ik wil terugkomen op de "benopen"
toestand van de zogezegde VLD-commissieleden. Ik ben gelukkig
dat de voorzitter daar nog zit. Ik ben zeker degene aan wie niets te
verwijten valt. Klopt dat, voorzitter? Hebt u dat gezegd of niet? We
zullen nu correct zijn.
02.86 Pierre Lano (VLD): En
l'espèce, on ne peut rien me
reprocher.
02.87 Raymond Langendries (cdH): Monsieur le président,
j'interviendrai d'une manière générale par rapport au véritable débat
duquel, à mon sens, on est en train de dévier. Mon sentiment est que
le débat ne doit pas porter sur les comportements des uns et des
autres en tant que commissaires de la commission d'enquête
parlementaire. Il faudrait peut-être revenir un peu plus sur le fond du
débat lui-même, c'est-à-dire du rapport, de la problématique des
constatations que nous avons faites, des responsabilités ­ malgré ce
que l'on peut en penser ­ que nous avons indiquées et des quelques
recommandations que nous avons émises. En tout cas, vous ne
m'entendrez pas, moi, comme président de la commission d'enquête,
commencer à décortiquer les comportements des uns et des autres
02.87 Raymond Langendries
(cdH): Het debat zou zich opnieuw
op het verslag, de vaststellingen,
de verantwoordelijkheden ­ wat
men daar ook over gezegd moge
hebben ­ en de aanbevelingen
moeten toespitsen. U zal mij als
voorzitter van de commissie het
gedrag van de enen of de anderen
niet horen ontleden.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
61
en ce qui concerne les commissaires de la commission d'enquête.
02.88 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): ... dat u die houding
aanneemt maar sta me toe om toch even te signaleren wat er de
laatste dagen en weken in de commissie gebeurd is. Dit was geen
fraai spel. Het was een politieke afrekening. Ik meen dat dit hier moet
gezegd worden, voorzitter, al is het maar om de ernst van de
toekomstige parlementaire onderzoekscommissies af te schermen.

Ik kom dan aan het einde, minister Daems. Ik richt mij speciaal tot u.
Ik kijk u recht in de ogen omdat wat ik zeg voor uw bescherming is.
Voor de eerste minister is de VLD-fractie erin geslaagd een
belangrijke zin uit het rapport te halen, met name waarin werd
gezegd dat de eerste minister door het niet-tijdig overmaken van de
documenten ­ wat u wel onmiddellijk hebt gedaan en waarbij u in een
open geest alle documenten ter beschikking hebt gesteld ­ in strijd
heeft gehandeld met de wet op de onderzoekscommissies. Er is een
directe tussenkomst geweest om die zin eruit te halen.
02.88 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Au cours des dernières
semaines de fonctionnement de la
commission, on a assisté à un
règlement de comptes politique.
En ce qui concerne le premier
ministre, le VLD est parvenu à
biffer une phrase importante du
rapport, à savoir qu'il a enfreint la
loi relative aux commissions
d'enquête en ne transmettant pas
à temps certains documents. Pour
sa part, le ministre Daems a
transmis l'ensemble de ses
archives.
02.89 Minister Rik Daems: Wanneer straks een aantal politieke
aanvallen tegen mij zullen komen, zal ik mij daarop reageren. Ik vind
het wel belangrijk dat u zegt dat ik zonder enige gêne alle informatie
ongezuiverd heb overgemaakt. Bovendien betreur ik het recente
incident. Ik zeg dit eerlijk aan de heren Verherstraeten en Leterme.
Men heeft ten onrechte de indruk willen wekken dat ik dit ook met de
laatste informatie terzake heb gedaan. Voorzitter, ik heb begrepen
dat u dit ter beschikking heeft gesteld. Ik heb het nu over de laatste
onkostenstaten van de advocaat waarin het alleen een procedurele
aangelegenheid betreft.

Ik wil enkel dit zeggen. Ik zal er straks op terugkomen. Ik heb altijd
gehandeld in het algemeen belang. Ik heb altijd gehandeld om de
Belgische staatsbelangen te verdedigen en de belangen van de ex-
Sabéniens. Als daarbij op bepaalde ogenblikken een aantal
uitschuivers zijn gebeurd ­ ik denk dat dit het geval is ­ dan neem ik
dat op mij. Dit is echter altijd gebeurd binnen het belang van de
Belgische Staat en de ex-Sabéniens.

Dit wat betreft een passage uit het rapport die zeer raar wordt
geïnterpreteerd met zeer zware woorden. Bovendien zijn de Franse
en de Nederlandse tekst totaal verschillend. "Dire des choses
concernant la réalité" is wel iets anders als "de waarheid niet
vertellen". Ik heb terzake het rapport volledig nagekeken. De enige
verklaringen die ik terzake heb afgelegd, mijnheer de voorzitter van
de Kamer, hebben betrekking op een verslag dat ik heb neergelegd
en niets anders. Als ik mij terzake vergis, moet men mij daarop
wijzen. Daarnaast zijn er een aantal handelingen die ik in alle
openheid heb verklaard in een brief aan u. Ik denk dat we het
daarstraks nog wel even over zullen hebben want ik heb terzake een
aantal opmerkingen. Men hoeft hier niet aan voorbij te gaan. Dit
moet hier besproken worden zodat ook ik de kans krijg om mijn
versie van de feiten te geven. Quod non, tot nu toe.

Ten tweede, hoop ik dat men toch eens terug komt tot de essentie
van de zaak, te weten: welke zijn de oorzaken van dit faillissement?
Hoe kan men dit soort van problemen naar de toekomst toe
vermijden? Hoe kunnen we in de toekomst tegemoet komen aan de
schade die aangericht is, economisch, maar vooral voor die ex-
02.89 Rik Daems , ministre: Je
n'ai pas craint de transmettre
toutes les informations à l'état
brut. Je regrette l'incident récent
qui est intervenu à propos des
dernières informations transmises.

Personnellement, j'ai toujours eu à
coeur de servir les intérêts de
l'Etat et ceux des anciens
travailleurs. Si des erreurs ont été
commises dans ce cadre, j'en
assumerai la responsabilité. J'ai
expliqué la situation dans une
lettre adressée au président.

J'exposerai tout à l'heure ma
version des faits mais il ne faut
pas perdre de vue l'essentiel: la
faillite elle-même et la façon dont
on pourrait éviter à l'avenir de tels
drames. Du reste, le texte français
diverge quelque peu de la
traduction en néerlandais.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
62
sabéniens? Ik wil dat toch even nu gezegd hebben, omdat u dat nu
op dit ogenblik aanhaalt. Ik neem aan dat ik straks daar nog wel
uitgebreid op zal kunnen ingaan.
02.90 Yves Leterme (CD&V): Voorzitter, wij betreuren als fractie
dat, door het gedrag van de minister zoals het geakteerd en
vastgesteld is door de commissie, inclusief leden van de
meerderheid, dat de grond van de zaak, het sociaal drama van het
faillissement van Sabena, onderbelicht riskeert te worden. Het punt,
mijnheer de minister, is dat een onderzoekscommissie vastgesteld
heeft, ik citeer: "...dat onder ede de betrokken minister over het doel
van de aan het advocatenkantoor toevertrouwde opdracht
verklaringen heeft afgelegd die niet stroken met de waarheid". Het
enige verschil met de Franse versie is dat men het heeft over
waarheid en réalité. Het is réalité in plaats van vérité.

Ten tweede, op verzoek van minister Daems heeft de VLD-fractie
vertrouwelijke documenten bezorgd aan het advocatenkantoor en
aan de minister zelf. Dat is het probleem met betrekking tot het
functioneren van de minister, niet in het Sabena-dossier, maar in de
onderzoekscommissie waar hij onder ede werd ondervraagd.
02.90 Yves Leterme (CD&V):
Nous déplorons nous aussi que
l'attitude adoptée par le ministre
Daems devant la commission
d'enquête risque d'occulter le fond
de l'affaire. Mais l'élément
essentiel est toujours que le
ministre a fait sous serment des
déclarations mensongères
concernant la mission dont il a
chargé son bureau d'avocats. Sur
ce point, les versions française et
néerlandaise du rapport sont
conformes. En outre, plusieurs
commissaires VLD ont fourni au
ministre des informations
confidentielles détenues par la
commission. La seule différence
dans le texte est qu'il est question
de réalité, non de vérité.
02.91 Minister Rik Daems: Voorzitter, kort. Alles wat u wil, maar hier
wordt nu weer een zin herhaald die duidelijk verschillend is in het
Frans en in het Nederlands. Daar wil ik aan voorbijgaan, maar ik zou
dus nu uitdrukkelijk willen vragen ­ ik vraag een citaat ­ welke de
verklaringen ­ meervoud ­ zijn waar ik de waarheid niet heb
gesproken? Ik stel u die vraag. Ik stel de vraag aan de rapporteur,
hier aanwezig. Dit is eigenlijk een zaak die wel niet op dit ogenblik
wordt vertaald als zijnde zware taal zoals meineed, maar ik vraag
gewoon te citeren welke de verklaringen zijn. Ik heb ze nagelezen.
Mijn verklaringen in de commissie slaan op het karakter van het
rapport, waar men heeft gesteld dat dit een verdedigingsrapport is.
Het rapport zelf zegt in zijn eigen vaststellingen, op pagina 269, dat
het een studie over aansprakelijkheden is ­ eigen vaststelling van de
onderzoekscommissie! ­ om daarna te besluiten dat ik de waarheid
niet gesproken heb. Ik heb tot op vandaag geen enkel citaat gehoord
­ wel veel beschuldigingen, voorzitter ­ waar ik de waarheid niet
gesproken heb. Ik vind dat spijtig. Het is omdat de heer Leterme het
nu aanhaalt, dat ik daar nu even op doorga. Ik vraag dat citaat onder
ede, omdat ik dan met kennis van zaken toch weet waar het over
gaat.
02.91 Rik Daems, ministre: On
porte à nouveau contre moi la
même accusation. Dites-moi donc
quelles sont ces déclarations
mensongères? Je n'ai entendu
aucune citation, seulement des
accusations. Mes propos ont trait
au caractère du rapport.
02.92 Raymond Langendries (cdH): Monsieur le président,
monsieur le ministre, je suis tout prêt à citer vos déclarations à cet
égard mais je les mettrai aussi en relation avec les déclarations du
premier ministre.
02.92 Raymond Langendries
(cdH): Ik ben bereid de uitspraken
van minister Daems te citeren,
maar ik zal ze vergelijken met de
verklaringen van de eerste
minister, waarmee ze in
tegenspraak zijn.
02.93 Rik Daems, ministre: (...)
02.94 Raymond Langendries (cdH): Il y a des déclarations
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
63
contradictoires dans les auditions, monsieur le ministre, mais je
voudrais vous rassurer en disant que l'on citera vos déclarations.
02.95 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijn excuses
aan de heer Van Hoorebeke, maar omdat de minister mij bij
herhaling genoemd heeft, wil ik even onderbreken. De heer
Verherstraeten zal straks de gedachtegang uiteenzetten die het
standpunt van onze fractie verduidelijkt, ook inzake het gebrek aan
samenhang tussen de verklaringen van minister Daems en die van
de eerste minister.

De minister zegt: "Geef mij een citaat". Wel, mijnheer de minister, dit
is het verslag van een onderzoekscommissie aan de plenaire
vergadering van de Kamer. Dat verslag is mee opgesteld en mee
goedgekeurd door onder meer uw fractiegenoten, uw partijgenoten.
Ik vraag dus: zeg eens op grond waarvan de heren Van
Campenhout, Cortois, Lano zelf hebben vastgesteld ­ ik citeer: "Over
het doel van de aan het advocatenkantoor toevertrouwde opdracht
heeft minister Daems..." ­ u dus, ik veronderstel dat u dat niet
ontkent ­ "...verklaringen afgelegd die niet stroken met de waarheid".
Zij hebben dat toch goedgekeurd, niet?
02.95 Yves Leterme (CD&V): Si
le ministre veut des citations, il
pourra également les obtenir
auprès des membres de son parti
qui ont aussi voté en faveur du
rapport. Le texte précise que le
ministre Daems a fait, à propos de
l'objet de la mission qu'il a confiée
au bureau d'avocats, des
déclarations contraires à la vérité.
De voorzitter: Mijnheer Leterme, u hebt dat reeds aangehaald. Ik laat heel kort nog de minister
antwoorden, dan de heer Van Campenhout, en dan laat ik de heer Van Hoorebeke zijn betoog afsluiten.
02.96 Minister Rik Daems: Mijnheer de voorzitter, ik wil het kort en
ook beschaafd houden. Als men al die vrij lage beschuldigingen wil
herhalen, moet men dat maar doen. Maar men citeert hier opnieuw
de zin "Over het doel van de aan het advocatenkantoor
toevertrouwde opdracht heeft de minister verklaringen afgelegd die
niet stroken met de waarheid". Dat is het punt waar men mij op
vastpint. Ik vraag uitdrukkelijk opnieuw: noem mij zo'n verklaring,
citeer ze. Want ik heb over het verslag dat neergelegd is gesproken
en over niets anders, wanneer het gaat over het advocatenkantoor,
onder ede, in de commissie. Ik stel vast dat niemand nu, in
aanwezigheid van de rapporteur, mij zo'n citaat kan geven. Derhalve
is dit incident wat mij betreft dus wel degelijk gesloten en op de juiste
manier. Ik heb geen enkele verklaring afgelegd die niet strookt met
de waarheid.
02.96 Rik Daems, ministre: On
cherche chaque fois à m'épingler
en évoquant cette phrase. Citez
donc ces déclarations. Puisque
personne n'en est capable, je
considère que cet incident est
clos.
De voorzitter: Een ogenblikje, collega's. Eerst geef ik kort het woord aan de heer Van Campenhout, dan
aan de heer Van Hoorebeke. Het is al 13.45 uur. De heer Verherstraeten spreekt straks in de
middagvergadering.

(...)
02.97 Ludo Van Campenhout (VLD): Mijnheer Leterme, ik stel vast
dat u hier verklaringen aflegt die niet stroken met de realiteit. Wat ik
heb opgemerkt, is ­ en dat is geen nuance ­ het verschil tussen uw
eerste lezing en uw tweede lezing. In het verslag staat niet dat de
minister onder ede verklaringen heeft afgelegd, of in de commissie
verklaringen heeft afgelegd die niet stroken met de realiteit. Dat is
geen nuance. U zei bewust de eerste keer: de minister ­ en u deed
alsof u het verslag las ­ dat de minister onder ede verklaringen heeft
afgelegd die niet stroken met de waarheid. Dat staat niet in het
verslag. U leest dus selectief en legt hier verklaringen af die niet
stroken met het rapport. Dat strookt niet met de realiteit! Uw tweede
(...)
02.97 Ludo Van Campenhout
(VLD): C'est M. Leterme qui fait
des déclarations contraires à la
vérité. Sa première lecture du
rapport diffère de la seconde.
Celui-ci ne précise nullement que
le ministre a fait des déclarations
"sous serment" qui sont contraires
à la vérité.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
64
lezing was de juiste lezing. Maar over de omstandigheden waaronder
die tekst tot stand gekomen is, zal de heer Cortois straks iets zeggen.
Persoonlijk betreur ik dat ten zeerste. Het beste bewijs daarvan is het
verschil tussen de Franse en de Nederlandse tekst, maar daar zullen
wij straks op reageren. Wat u hier doet, is van het verslag een lezing
geven die niet strookt met de realiteit.

De voorzitter: Mijnheer Leterme, u bent genoemd. U mag heel kort reageren en dan sluit de heer Van
Hoorebeke zijn betoog af.
02.98 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ten eerste, ik
heb letterlijk uit het verslag voorgelezen. Ten tweede, ik betreur het
ten zeerste dat wij in de plenaire vergadering van de Kamer blijkbaar
aan de minister moeten vragen wanneer hij de waarheid gaat
vertellen of niet, want afhankelijk van de omstandigheden vertelt hij
de Kamer blijkbaar de waarheid of niet.
02.98 Yves Leterme (CD&V):
J'ai cité le rapport littéralement. Il
est regrettable que nous soyons
contraints, en séance plénière, de
demander au ministre de dire la
vérité.
De voorzitter: Mijnheer Verherstraeten, u krijgt zeer kort het woord.
02.99 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
blijkbaar kan deze betwisting niet zeer kort behandeld worden. Ik was
van plan daar in de plenaire vergadering over te interveniëren
wanneer ik op het spreekgestoelte zou staan. De minister nodigt mij
terzake uit, dus wil ik wel op zijn uitnodiging ingaan.

Ik denk, mijnheer de minister, dat met betrekking tot uw verklaring
omtrent de opdracht van dat advocatenkantoor, omtrent de
werkzaamheden van dat advocatenkantoor, er verschillende
problemen rijzen.

Ten eerste, u hebt het volgende gezegd, over het document in
boekvorm dat u aan ons hebt afgegeven ­ het boek van 15 april
2002.

Ik citeer: "Ce n'est pas en principe un document qui a été rédigé pour
la commission." Als we dat document bekijken, lezen we op de derde
bladzijde het volgende. Ik citeer: "Het memorandum werd opgesteld
in het kader van het onderzoek van de parlementaire
onderzoekscommissie." In uw verklaringen beweert u dat het
daarvoor niet is opgesteld.

(...)

Mag ik even, mijnheer de minister? U mag uiteraard repliceren. Ik
citeer een alinea uit dit rapport: "Het memorandum werd opgesteld in
het kader van het onderzoek van de parlementaire
onderzoekscommissie belast met het onderzoek van de
omstandigheden die hebben geleid tot het faillissement van Sabena,
de bepaling van eventuele verantwoordelijkheden en de formulering
van aanbevelingen voor de toekomst, ingesteld bij wet van
17/12/2001." In uw citaat zegt u duidelijk: "Ce n'est pas en principe
un document qui a été rédigé pour la commission".
02.99 Servais Verherstraeten
(CD&V): Les déclarations du
ministre posent différents
problèmes. Le ministre a déclaré
que le document du 15 avril
n'avait, en principe, pas été rédigé
pour la commission Sabena. La
page 3 précise que le
mémorandum a été rédigé "dans
le cadre des travaux de la
commission".
De voorzitter: U komt daarop straks nog terug, hebt u mij gezegd.
02.100 Minister Rik Daems: Ik wil daarop onmiddellijk antwoorden.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
65
De voorzitter: Ik laat de heer Van Hoorebeke afsluiten.
02.101 Minister Rik Daems: Ik wil die citaten kennen. Mijnheer de
voorzitter, ik wens hierop te antwoorden.

U citeert het rapport van de Inspectie van Financiën dat ik aan de
commissie heb overgezonden op het ogenblik dat ik mijn verklaring
heb afgelegd. Ik heb daaruit geciteerd. Wat staat daarin? Ik citeer:
"De Inspectie van Financiën kan zich zeker akkoord verklaren met de
opportuniteit van de preventieve aanstelling van een raadsman,
mede gelet op het voorspelbaar karakter van het ontstaan van een
gerechtelijk contentieux en het opstarten van een parlementaire
onderzoekscommissie." Ik kom tot het volgende citaat: "Gezien het
uitzonderlijk belang van een coherente, preventieve en accurate
voorbereiding en aanpak in dit dossier, uit de Inspectie van Financiën
geen bezwaren."

Dit wil zeggen dat het verslag dat is opgemaakt, een
aansprakelijkheidsverslag is. Ik kan uit het eigen verslag citeren.
Mijnheer de voorzitter, laat mij dit argument even ontwikkelen, want
men heeft mij van meineed beschuldigd. Bovendien staat dat er niet
in. In het verslag zelf heeft men vastgesteld ­ op pagina 269 ­ dat de
studie die neerlag, een studie is... Ik citeer uit uw verslag, op pagina
269, onder de titel "Andere consultants" en het puntje "door de
overheid": "het advocatenkantoor NautaDutilh in april 2002 voor een
door minister Daems gevraagde feitenstudie over de eventuele
aansprakelijkheid van de Belgische Staat." Als ik zeg "pas en
principe pour la commission", dan betekent dit dat het in principe niet
is gemaakt om in te dienen in de commissie. Daarover gaat het. Het
gaat hier over interpretaties te kwader trouw aan mijn adres.
02.101 Rik Daems, ministre:
L'Inspection des Finances n'a
formulé aucune objection à la
désignation d'un conseil.
Deuxièmement, j'ai dit que l'étude
n'était "en principe" pas destinée à
être soumise à la commission. Il
s'agissait d'un rapport relatif aux
responsabilités.
De voorzitter: Ik ga dat debat nu niet openen.
02.102 Raymond Langendries (cdH): Monsieur le président, je
pense que ce point a son importance et qu'il mérite d'être développé.
Je comptais le faire dans le courant de cet après-midi.
02.102 Raymond Langendries
(cdH): Dat is niet onbelangrijk en
loont de moeite er verder op in te
gaan.
Le président: Nous le traiterons effectivement cet après-midi, ce
sera plus raisonnable.

De voorzitter: Ik stel voor dat u
dat deze namiddag doet.
02.103 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de minister, ik wil
eerst reageren op het eerste element van uw repliek. U zei dat u
altijd de grootste openheid aan de dag hebt gelegd. Ik kan dat alleen
maar beamen. U bent inderdaad de enige geweest die van in het
begin voldoende openheid aan de dag hebt gelegd. Ik had die
ervaring ook toen wij u ondervroegen in de commissievergaderingen.
U hebt altijd heel open de informatie die er moest komen, verstrekt.
Ik kan dat alleen maar bevestigen. Daarmee heb ik geen enkel
probleem.

Ten tweede, u hebt gezegd dat wij beter over de aanbevelingen
zouden spreken. Ik wil dat graag doen. Ze staan in het verslag.
Alhoewel de aanbevelingen qua lengte misschien wat mager
uitvallen, kan ik toch zeggen dat wij een belangrijk voorstel
ontwikkeld hebben voor de overheidsbedrijven en de participaties
02.103 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Je confirme que le
ministre a fait montre de la plus
grande transparence possible au
sein de la commission d'enquête.

Les recommandations de celle-ci
ne sont pas longues mais
contiennent une proposition
importante concernant les
entreprises publiques et les
participations publiques dans
d'autres entreprises, la création
d'une cellule de coordination,
sorte de centre de connaissance.
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
66
van de overheid in bedrijven. Het zou goed zijn dat er een
coördinatiecel wordt opgericht, een soort van kenniscentrum, dat de
informatie kan vergaren. Daarover moet die cel dan jaarlijks of
zesmaandelijks een verslag uitbrengen, zodat wij onze parlementaire
controle ook beter kunnen uitoefenen.
La confection semestrielle de
rapports devrait accroître le
contrôle.
De voorzitter: Wij hebben vannamiddag nog een debat. Wij hadden beslist om rond ongeveer 13.30 uur
te eindigen. Daarvoor zijn er ook technische redenen. Ik wil u vragen om wat respect te hebben voor die
afspraak.
02.104 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, u
hebt mij verplicht om nog vanochtend te spreken.
De voorzitter: Zeker, dat weet ik, maar ik had niet verwacht dat er op die manier een debat zou ontstaan.

Mijnheer de minister, ik wil u toch nog het woord verlenen.
02.105 Minister Rik Daems: Mijnheer van Hoorebeke, ik ben blij dat
wij daarop zullen terugkomen. Wanneer iemand nog andere dingen
in het debat wilt inbrengen, heb ik daarmee geen moeite. Het is dan
ten minste in tegenspraak dat het nu kan gebeuren.

Wat u nu aanhaalt, vind ik uitzonderlijk belangrijk. Ik zal bij de
voorzitter van de Kamer een voorontwerp van wet indienen, dat klaar
is sinds oktober 2001, dat uitgerekend doet wat u vraagt. Ik ben blij
dat de onderzoekscommissie op haar manier een piste volgt die
ikzelf uiteindelijk reeds geruime tijd zowel in de parlementaire
besprekingen als tijdens de besprekingen in de
onderzoekscommissie heb aangehaald. Dat voorontwerp van wet is
klaar. Ik hoop, door dat in het verslag te vermelden ­ de legislatuur is
volgens mij te ver gevorderd om dat nog te kunnen afronden ­, dat
op een bepaald ogenblik parlementsleden of een volgende regering
dat voorontwerp overnemen en snel tot uitvoering brengen. Dan zal
er ten minste een zeer concreet resultaat zijn van de
onderzoekscommissie, waardoor de problemen voor een bedrijf en
vooral voor de ex-medewerkers van dat bedrijf, in de toekomst beter
zullen kunnen worden behandeld.
02.105 Rik Daems, ministre: Ce
que vient de dire M. Van
Hoorebeke revêt une grande
importance. La commission
d'enquête choisit ainsi de suivre
une piste que je privilégie moi-
même. En la matière, j'ai préparé
un avant-projet de loi. Ainsi, les
travaux de la commission auront
au moins débouché sur un résultat
concret.
De voorzitter: Mijnheer Van Hoorebeke, ik sta u nog toe te antwoorden. Daarna geef ik aan niemand
anders nog het woord.
02.106 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de minister, ik
vind dat goed nieuws. Ik denk dat het de verantwoordelijkheid is van
dit of het volgende Parlement om daarvan zo spoedig mogelijk werk
te maken.

Mijnheer de minister, ik wil toch met de volgende woorden afronden.
U mag ze niet beschouwen als een heksenjacht op u. Ik zal u een
vluchtweg aanbieden. Het gaat om uw verklaring in het verslag, dat
door alle leden van de commissie is goedgekeurd. Daar kunnen we
niet onderuit. U hebt die verklaring afgelegd in de commissie. Ik
apprecieer weer de listigheid van de heer Van Campenhout om te
proberen ze te beschouwen als een verklaring die niet in de
commissievergadering is afgelegd. In het verslag staat: "Over het
doel van de aan het advocatenkantoor toevertrouwde opdracht heeft
minister Daems verklaringen afgelegd die niet stroken met de
waarheid".
02.106 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Il incombe au Parlement
de faire progresser l'élaboration
de ce texte législatif, que ce soit
maintenant ou sous la prochaine
législature.

Il n'entre pas dans mes intentions
de crier haro sur le ministre
Daems mais nous ne pouvons
fermer les yeux sur le passage du
rapport qui est compromettant
pour lui. Je déposerai une motion
dans laquelle je demande au
Parlement de faire parvenir au
parquet aux fins d'un examen plus
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
67

Mijnheer de minister, ik besluit. Het is vandaag niet onze taak om u
te confronteren met de tegenstrijdigheden die zouden zijn verklaard.
Wij vormden een onderzoekscommissie, maar geen rechtbank die
bewijzen moet aanbrengen. Ik citeer alleen het rapport, dat
goedgekeurd is door de leden van de commissie.

Mijnheer de minister, ik zal een motie indienen. Met die motie vraag
ik aan het Parlement om de dossiers waarin eventueel
strafrechterlijke inbreuken zijn vastgesteld ­ ik beschuldig u dus niet
en ik beschuldig u ook niet van meineed ­, aan het parket voor
verder onderzoek te bezorgen. Dat is de taak van het parket. Ik wil u
vragen om die motie te aanvaarden. Maak aan uw collega's duidelijk
dat zij die motie moeten ondersteunen. Dat is namelijk de enige
manier om eruit te geraken en om u eventueel vrij te pleiten en
eerherstel te krijgen. Als het parket dat onderzoek op een correcte
manier uitvoert en tot de vaststelling komt dat u geen verkeerde
verklaring aflegde, dan gaat u vrijuit en bent u ten volle in ere
hersteld.

Als u zo zeker bent van uw stuk, steun dan mijn motie. Laten wij het
dossier overmaken aan het parket voor onderzoek en om zich
daarna uit te spreken over wie al dan niet gelijk heeft.

Ik richt mij tot alle aanwezige leden en ik hoop, collega's, dat u mijn
motie zult steunen. Dat zal het beste geschenk zijn voor minister
Daems die alzo, na een aantal maanden, zijn blazoen volledig zal
kunnen witwassen.
approfondi les dossiers où ont été
le cas échéant constatés des abus
punissables pénalement. Je
demande au ministre de soutenir
cette motion. C'est le seul moyen
dont il dispose pour être blanchi.
De voorzitter: De vergadering is gesloten.
La séance est levée.

De vergadering wordt gesloten om 14.04 uur. Volgende vergadering woensdag 5 februari 2003 om 14.30
uur.
La séance est levée à 14.04 heures. Prochaine séance le mercredi 5 février 2003 à 14.30 heures.





05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
68
BIJLAGE
ANNEXE
PLENUMVERGADERING
SÉANCE PLÉNIÈRE
WOENSDAG 05 FEBRUARI 2003
MERCREDI 05 FÉVRIER 2003
INTERNE BESLUITEN
DECISIONS INTERNES
PARLEMENTAIRE OVERLEGCOMMISSIE
COMMISSION PARLEMENTAIRE DE
CONCERTATION
Beslissingen
Décisions
Overeenkomstig artikel 14, eerste lid, van de wet
van 6 april 1995 houdende inrichting van de
parlementaire overlegcommissie bedoeld in artikel
82 van de Grondwet en tot wijziging van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State, deel
ik u mee dat de parlementaire overlegcommissie in
haar vergadering van 30 januari 2003 volgende
beslissingen heeft genomen:
Conformément à l'article 14, alinéa 1
er
, de la loi du
6 avril 1995 organisant la commission
parlementaire de concertation prévue à l'article 82
de la Constitution et modifiant les lois coordonnées
sur le Conseil d'Etat, je vous communique que la
commission parlementaire de concertation a pris
les décisions suivantes en sa réunion du
30 janvier 2003:
- overeenkomstig artikel 12, § 2, van de vermelde
wet en met toepassing van artikel 80 van de
Grondwet, heeft de commissie de termijnen
bepaald waarbinnen de Senaat zich moet
uitspreken over de volgende wetsontwerpen,
waarvoor de regering de spoedbehandeling heeft
gevraagd:
- conformément à l'article 12, § 2, de la loi précitée
et en application de l'article 80 de la Constitution, la
commission a déterminé les délais dans lesquels le
Sénat aura à se prononcer sur les projets de loi
suivants, pour lesquels le gouvernement a
demandé l'urgence:
a) voor het wetsontwerp tot wijziging van de wet
van 8 augustus 1983 tot regeling van een
Rijksregister van de natuurlijke personen en van de
wet van 19 juli 1991 betreffende de
bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot
wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot
regeling van een Rijksregister van de natuurlijke
personen (Doc. nr. 2226/1 ­ 2002/2003): de
commissie heeft beslist de evocatietermijn op 5
dagen en de onderzoekstermijn op 30 dagen vast
te stellen;
a) pour le projet de loi modifiant la loi du
8 août 1983 organisant un Registre national des
personnes physiques et la loi du 19 juillet 1991
relative aux registres de la population et aux cartes
d'identité et modifiant la loi du 8 août 1983
organisant un Registre national des personnes
physiques (doc. n° 2226/1 ­ 2002/2003): la
commission a décidé de fixer le délai d'évocation à
5 jours et le délai d'examen à 30 jours;
b) voor het wetsontwerp houdende wijziging van
de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het
gebruik van het financiële stelsel voor het
witwassen van geld (nr. 2230/1 ­ 2002/2003): de
commissie heeft beslist de evocatietermijn op 5
dagen en de onderzoekstermijn op 45 dagen vast
te stellen;
b) pour le projet de loi modifiant la loi du
11 janvier 1993 relative à la prévention de
l'utilisation du système financier aux fins du
blanchiment de capitaux (n° 2230/1 ­ 2002/2003):
la commission a décidé de fixer le délai d'évocation
à 5 jours et le délai d'examen à 45 jours;
c) voor het wetsontwerp tot wijziging van het
Wetboek van de belasting op de toegevoegde
waarde (Doc. nr. 2234/1 ­ 2002/2003): de
commissie heeft beslist de evocatietermijn op 5
dagen en de onderzoekstermijn op 30 dagen vast
te stellen;
c) pour le projet de loi visant à modifier le Code de
la taxe sur la valeur ajoutée (doc. n° 2234/1 ­
2002/2003): la commission a décidé de fixer le
délai d'évocation à 5 jours et le délai d'examen à
30 jours;
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
69
d) voor het wetsontwerp betreffende de
financiering en betreffende bepaalde aspecten van
de invoering van het programma tot vermindering
van de digitale kloof bij zelfstandigen en bij
bepaalde groepen van de bevolking met beperkt
inkomen (Doc. nr. 2239/1 ­ 2002/2003): de
commissie heeft beslist de evocatietermijn op 5
dagen en de onderzoekstermijn op 30 dagen vast
te stellen;
d) pour le projet de loi relatif au financement et à
certains aspects de la mise en oeuvre du
programme de réduction de la facture numérique
en faveur des indépendants et de certains groupes
de personnes à revenus limités (doc. n° 2239/1 ­
2002/2003): la commission a décidé de fixer le
délai d'évocation à 5 jours et le délai d'examen à
30 jours;
- overeenkomstig de artikelen 2, 2°, en 12, § 1, van
de vermelde wet en met toepassing van artikel 82
van de Grondwet, heeft de commissie de termijn
verlengd waarbinnen de Senaat zich moet
uitspreken over het wetsontwerp tot wijziging van
de besluitwet van 28 december 1944 betreffende
de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, wat
de personen betreft die activiteiten mogen
verrichten in het kader van een plaatselijk
werkgelegenheidsagentschap (Doc. nrs 722/1 tot 3
­ 1999/2000): de commissie heeft beslist de
onderzoekstermijn met 30 dagen te verlengen;
- conformément aux articles 2, 2°, et 12, § 1
er
, de la
loi précitée et en application de l'article 82 de la
Constitution, la commission a prolongé le délai
dans lequel le Sénat aura à se prononcer sur le
projet de loi modifiant l'arrêté-loi du
28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale
des travailleurs, en ce qui concerne les personnes
autorisées à exercer des activités dans le cadre
d'une agence locale pour l'emploi (doc. n
os
722/1 à
3 ­ 1999/2000): la commission a décidé de
prolonger le délai d'examen de 30 jours;
- overeenkomstig de artikelen 2, 4°, en 12, § 3, van
de vermelde wet en met toepassing van artikel 81,
vijfde lid, van de Grondwet, heeft de commissie de
termijn bepaald waarbinnen de Kamer zich moet
uitspreken over de volgende wetsontwerpen:
- conformément aux articles 2, 4°, et 12, § 3, de la
loi précitée et en application de l'article 81, alinéa
5, de la Constitution, la commission a déterminé le
délai dans lequel la Chambre aura à se prononcer
sur les projets de loi suivants:
a) voor het wetsontwerp tot wijziging van artikel 10
van de wet van 24 december 1996 betreffende de
vestiging en de invordering van de provincie- en
gemeentebelastingen (Doc. nr. 1990/1
­
2001/2002): de commissie heeft beslist de
onderzoekstermijn op 50 dagen vast te stellen;
a) pour le projet de loi modifiant l'article 10 de la loi
du 24 décembre 1996 relative à l'établissement et
au recouvrement des taxes provinciales et
communales (doc. n° 1990/1 ­ 2001/2002): la
commission a décidé de fixer le délai d'examen à
50 jours;
b) voor het wetsontwerp tot wijziging van
verschillende bepalingen over het recht van
minderjarigen om door de rechter te worden
gehoord (Doc. nr. 1991/1 ­ 2001/2002): de
commissie heeft beslist de onderzoekstermijn op
50 dagen vast te stellen;
b) pour le projet de loi modifiant diverses
dispositions relatives au droit des mineurs d'être
entendus par le juge (doc. n° 1991/1 ­ 2001/2002):
la commission a décidé de fixer le délai d'examen
à 50 jours;
c) voor het wetsontwerp tot wijziging van de wet
van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en
de naburige rechten (Doc. nr. 2118/1 ­ 2002/2003):
de commissie heeft beslist de onderzoekstermijn
op 50 dagen vast te stellen.
c) pour le projet de loi modifiant la loi du
30 juin 1994 relative au droit d'auteur et aux droits
voisins (doc. n° 2118/1 ­ 2002/2003): la
commission a décidé de fixer le délai d'examen à
50 jours.
Ter kennisgeving
Pour information
INTERPELLATIEVERZOEKEN
DEMANDES D'INTERPELLATION
Ingekomen
Demandes
1. de heer Willy Cortois tot de vice-eerste minister
en minister van Mobiliteit en Vervoer over "de
uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003
tussen de federale, Vlaamse en Brusselse regering
betreffende de spreiding van de nachtvluchten en
de verdere evolutie van de dagvluchten".
1. M. Willy Cortois à la vice-première ministre et
ministre de la Mobilité et des Transports sur
"l'exécution de l'accord conclu le 24 janvier 2003
entre les gouvernements fédéral, flamand et
bruxellois concernant la répartition des vols de nuit
et l'évolution future des vols de jour".
(nr. 1565 ­ verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt)
(n° 1565 ­ renvoi à la commission de l'Intérieur,
des Affaires générales et de la Fonction publique)
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
70
2. mevrouw Els Van Weert tot de Staatssecretaris
voor Energie en Duurzame Ontwikkeling,
toegevoegd aan de minister van Mobiliteit en
Vervoer over "de berging van vaten met
laagradioactief afval".
2. Mme Els Van Weert au secrétaire d'Etat à
l'Energie et au Développement durable, adjoint au
ministre de la Mobilité et des Transports sur "le
stockage des fûts de déchets radioactifs de faible
activité".
(nr. 1566 ­ verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw)
(n° 1566 ­ renvoi à la commission de l'Economie,
de la Politique scientifique, de l'Education, des
Institutions scientifiques et culturelles nationales,
des Classes moyennes et de l'Agriculture)
3. mevrouw Simonne Creyf tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de veiligheid in
Brusselse spoorwegstations".
3. Mme Simonne Creyf au ministre de l'Intérieur
sur "la sécurité dans les gares bruxelloises".
(nr. 1567 ­ verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt)
(n° 1567 ­ renvoi à la commission de l'Intérieur,
des Affaires générales et de la Fonction publique)
4. mevrouw Simonne Creyf tot de eerste minister
over "het veiligheidsoverleg in Brussel".
4. Mme Simonne Creyf au premier ministre sur "la
concertation de sécurité à Bruxelles".
(nr. 1568 ­ verzonden naar de commissie voor de
Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het
Openbaar Ambt)
(n° 1568 ­ renvoi à la commission de l'Intérieur,
des Affaires générales et de la Fonction publique)
VOORSTELLEN
PROPOSITIONS
Verzoek om advies van Raad van State
Demande d'avis au Conseil d'Etat
Bij brieven van 31 januari 2003 heeft de voorzitter
van de Kamer het advies van de Raad van State
gevraagd over de volgende wetsvoorstellen:
Par lettres du 31 janvier 2003, le président de la
Chambre a demandé l'avis du Conseil d'Etat sur
les propositions de loi suivantes:
- het wetsvoorstel van de dames Marie-Thérèse
Coenen en Kristien Grauwels tot verruiming van de
nationaliteits-voorwaarden inzake toegang tot de
betrekkingen bij de federale overheidsdiensten
(nr. 2246/1 ­ 2002/2003);
- la proposition de loi de Mmes Marie-Thérèse
Coenen et Kristien Grauwels élargissant les
conditions de nationalité pour l'accès aux emplois
de la fonction publique fédérale (n° 2246/1 ­
2002/2003);
- het wetsvoorstel van de heer Frederik Erdman tot
wijziging van het Gerechtelijk Wetboek inzake de
benoemingsprocedure van magistraten (nr. 2248/1
­ 2002/2003).
- la proposition de loi de M. Frederik Erdman
modifiant le Code judiciaire en ce qui concerne la
procédure de nomination des magistrats (n° 2248/1
­ 2002/2003).
Ter kennisgeving
Pour information
MEDEDELINGEN
COMMUNICATIONS
SENAAT
SENAT
Overgezonden wetsontwerpen
Projets de loi transmis
Bij brieven van 30 januari 2003, zendt de Senaat
de volgende wetsontwerpen over, zoals hij ze in
vergadering van die datum heeft aangenomen:
Par messages du 30 janvier 2003, le Sénat
transmet, tel qu'il les a adoptés en séance de cette
date, les projets de loi suivants:
- Wetsontwerp tot wijziging van diverse bepalingen
betreffende het rust- en overlevingspensioen voor
werknemers en zelfstandigen met het oog op de
uitvoering van het principe van de eenheid van
loopbaan (nr. 2260/1).
- Projet de loi modifiant diverses dispositions
relatives à la pension de retraite des travailleurs
salariés et des indépendants compte tenu du principe
de l'unité (n° 2260/1).
Overeenkomstig artikel 81 van de Grondwet,
neemt de Kamer een beslissing binnen een termijn
die 60 dagen niet te boven mag gaan.
Conformément à l'article 81 de la Constitution, la
Chambre se prononce dans un délai ne pouvant
dépasser 60 jours.
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
71
Verzonden naar de commissie voor de Sociale
Zaken
Renvoi à la commission des Affaires sociales
- Wetsontwerp tot interpretatie van artikel 7, eerste lid,
van de wet van 16 juni 1993 betreffende de
bestraffing van ernstige schendingen van het
internationaal humanitair recht (nr. 2261/1).
- Projet de loi interprétatif de l'article 7, alinéa 1
er
, de la
loi du 16 juin 1993 relative à la répression des
violations graves du droit international humanitaire
(n° 2261/1).
Overeenkomstig artikel 81 van de Grondwet,
neemt de Kamer een beslissing binnen een termijn
die 60 dagen niet te boven mag gaan.
Conformément à l'article 81 de la Constitution, la
Chambre se prononce dans un délai ne pouvant
dépasser 60 jours.
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
Renvoi à la commission de la Justice
Bij brieven van 30 januari 2003, zendt de Senaat
de volgende wetsontwerpen over, zoals hij ze in
vergadering van die datum heeft aangenomen:
Par messages du 30 janvier 2003, le Sénat
transmet, tel qu'il les a adoptés en séance de cette
date, les projets de loi suivants:
- Wetsontwerp houdende instemming met de
volgende internationale akten:
1. Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers
van de regeringen van de lidstaten, in het kader
van de Raad bijeen, betreffende de financiering en
het beheer van de steun van de Gemeenschap in
het kader van het financieel protocol bij de
partnerschapsovereenkomst tussen de Staten in
Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan en
de Europese Gemeenschap en haar lidstaten,
ondertekend te Cotonou (Benin) op 23 juni 2000,
en de toewijzing van financiële bijstand ten
behoeve van de landen en gebieden overzee
waarop de bepalingen van het vierde deel van het
EG-Verdrag van toepassing zijn, en Bijlage;
2. Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers
van de regeringen van de lidstaten, in het kader
van de Raad bijeen, inzake maatregelen en
procedures voor de tenuitvoerlegging van de ACS-
EG-Partnerschapsovereenkomst, en Bijlage,
gedaan te Brussel op 18 september 2000
(nr. 2257/1).
- Projet de loi portant assentiment aux actes
internationaux suivants:
1. Accord interne entre les représentants des
gouvernements des Etats membres, réunis au sein du
Conseil, relatif au financement et à la gestion des
aides de la Communauté dans le cadre du protocole
financier de l'accord de partenariat entre les Etats
d'Afrique, des Caraïbes et du Pacifique et la
Communauté européenne et ses Etats membres,
signé à Cotonou (Bénin) le 23 juin 2000, et à
l'affectation des aides financières destinées aux pays
et territoires d'outre-mer auxquels s'appliquent les
dispositions de la quatrième partie du traité CE, et
Annexe;
2. Accord interne entre les représentants des
gouvernements des Etats-membres, réunis au sein du
Conseil, relatif aux mesures à prendre et aux
procédures à suivre pour la mise en oeuvre de
l'accord de partenariat ACP-CE, et Annexe, faits à
Bruxelles le 18 septembre 2000, (n° 2257/1).
Verzonden naar de commissie voor de
Buitenlandse Betrekkingen
Renvoi à la commission des Relations extérieures
- Wetsontwerp tot wijziging van de wet van
16 juni 1993 betreffende de bestraffing van ernstige
schendingen van het internationaal humanitair recht
(nr. 2265/1).
- Projet de loi modifiant la loi du 16 juin 1993 relative
à la répression des violations graves du droit
international humanitaire (n° 2265/1).
Verzonden naar de commissie voor de Justitie
Renvoi à la commission de la Justice
Bij brief van 30 januari 2003, zendt de Senaat, met
het oog op de koninklijke bekrachtiging, het niet
geamendeerde wetsontwerp over tot wijziging van
het Wetboek van strafvordering wat het verstek
betreft en tot opheffing van het artikel 421 van
hetzelfde wetboek (nr. 651/6).
Par message du 30 janvier 2003, le Sénat
transmet, en vue de la sanction royale, le projet de
loi modifiant le Code d'instruction criminelle en ce qui
concerne le défaut et abrogeant l'article 421 du même
code, le Sénat ne l'ayant pas amendé (n° 651/6).
Ter kennisgeving
Pour information
Evocatie
Evocation
Bij brieven van 3 februari 2003 deelt de Senaat
mee dat op 3 februari 2003, met toepassing van
artikel 78 van de Grondwet, tot evocatie is
overgegaan van de volgende wetsontwerpen:
Par messages du 3 février 2003, le Sénat informe
de la mise en oeuvre, en application de l'article 78
de la Constitution, le 3 février 2003, de l'évocation
des projets de loi suivants:
- wetsontwerp tot hervorming van de adoptie
(nr. 1366/14);
- projet de loi réformant l'adoption (n° 1366/14);
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
72
- wetsontwerp tot wijziging van de wet van
22 maart 1995 tot instelling van federale
ombudsmannen (nr. 2023/5);
- projet de loi modifiant la loi du 22 mars 1995
instaurant des médiateurs fédéraux (n° 2023/5);
- wetsontwerp houdende wijziging van de wet van
5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer
van en de bestrijding van illegale handel in wapens,
munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig
materieel en daaraan verbonden technologie
(nr. 2083/8).
- projet de loi modifiant la loi du 5 août 1991 relative à
l'importation, à l'exportation et au transit d'armes, de
munitions et de matériel devant servir spécialement à
un usage militaire et de la technologie y afférente
(n° 2083/8).
Ter kennisgeving
Pour information
REGERING
GOUVERNEMENT
Algemene uitgavenbegroting 2002 en 2003 ­
Herverdeling des basisallocaties
Budget général des dépenses 2002 et 2003 ­
Redistribution des allocations de base
In uitvoering van artikel 15, tweede lid, van de
gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit
zendt de vice-eerste minister en minister van
Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale
Economie bij brieven van 28 januari 2003 twee
lijsten over met herverdelingen van basisallocaties
voor de begrotingsjaren 2002 en 2003 betreffende
de FOD Kanselarij van de eerste minister.
En exécution de l'article 15, 2
ème
alinéa, des lois
coordonnées sur la comptabilité de l'Etat, le vice-
premier ministre et ministre du Budget, de
l'Intégration sociale et de l'Economie sociale
transmet par lettres du 28 janvier 2003, deux
bulletins de redistributions d'allocations de base
concernant le SPF Chancellerie du premier
ministre pour les années budgétaires 2002 et 2003.
Verzonden naar de commissie voor de Financiën
en de Begroting
Renvoi à la commission des Finances et du Budget
ARBITRAGEHOF
COUR D'ARBITRAGE
Arresten
Arrêts
Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van:
En application de l'article 113 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
- het arrest nr. 14/2003 uitgesproken op
28 januari 2003 over de beroepen tot vernietiging
van de artikelen 3, 5, 6 en 9 van de wet van
15 juni 2001 tot "wijziging van de artikelen 190,
194, 259bis-9, 259bis-10, 259octies en 371 van het
Gerechtelijk Wetboek, tot invoeging van artikel
191bis in het Gerechtelijk Wetboek en tot wijziging
van artikel 21 van de wet van 18 juli 1991 tot
wijziging van de voorschriften van het Gerechtelijk
Wetboek die betrekking hebben op de opleiding en
werving van magistraten", ingesteld door O.
Anciaux en andere en door P. Lefranc; het Hof
vernietigt de artikelen 3, 5 en 6 van de wet van
15 juni 2001 "tot wijziging van de artikelen 190,
194, 259bis-10, 259octies en 371 van het
Gerechtelijk Wetboek, tot invoeging van artikel
191bis in het Gerechtelijk Wetboek en tot wijziging
van artikel 21 van de wet van 18 juli 1991 tot
wijziging van de voorschriften van het Gerechtelijk
Wetboek die betrekking hebben op de opleiding en
werving van magistraten";
- l'arrêt n° 14/2003 rendu le 28 janvier 2003
concernant les recours en annulation des articles 3,
5, 6 et 9 de la loi du 15 juin 2001 "modifiant les
articles 190, 194, 259bis-9, 259bis-10, 259octies et
371 du Code judiciaire, insérant l'article 191bis
dans le Code judiciaire et modifiant l'article 21 de
la loi du 18 juillet 1991 modifiant les règles du
Code judiciaire relatives à la formation et au
recrutement des magistrats", introduits par O.
Anciaux et autres et par P. Lefranc;la Cour annule
les articles 3, 5 et 6 de la loi du 15 juin 2001
"modifiant les articles 190, 194, 259bis-9, 259bis-
10, 259octies et 371 du Code judiciaire, insérant
l'article 191bis dans le Code judiciaire et modifiant
l'article 21 de la loi du 18 juillet 1991 modifiant les
règles du Code judiciaire relatives à la formation et
au recrutement des magistrats";
(rolnummers: 2312 en 2325)
(n
os
du rôle: 2312 et 2325)
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
73
- het arrest nr. 15/2003 uitgesproken op
28 januari 2003 over de prejudiciële vraag
betreffende het nummer XXXI, § 1, 4° van tabel A
als bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van
20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de
belasting over de toegevoegde waarde en tot
indeling van de goederen en de diensten bij die
tarieven, gesteld door de rechtbank van eerste
aanleg te Charleroi bij vonnis van 10 oktober 2001
inzake F. Lambert tegen de Belgische Staat.
- l'arrêt n° 15/2003 rendu le 28 janvier 2003
concernant la question préjudicielle relative au
numéro XXXI, § 1er, 4°, du tableau A annexé à
l'arrêté royal n° 20 du 20 juillet 1970 fixant le taux
de la taxe sur la valeur ajoutée et déterminant la
répartition des biens et des services selon ces taux,
posée par le tribunal de première instance de
Charleroi par jugement du 10 octobre 2001 en
cause de F. Lambert contre l'Etat belge.
(rolnummer: 2275)
(n° du rôle: 2275)
Ter kennisgeving
Pour information
Beroepen tot vernietiging
Recours en annulation
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van het
beroep tot gedeeltelijke vernietiging en de
vordering tot gedeeltelijke schorsing van de wet
van 13 december 2002 tot wijziging van het
Kieswetboek evenals zijn bijlage en van de wet van
13 december 2002 houdende verschillende
wijzigingen van de kieswetgeving, ingesteld door
de NV Nieuw-Vlaamse Alliantie en anderen; de
beschikking tot bepaling van de dag van de
terechtzitting voor het debat over de vordering tot
schorsing en tot uitnodiging van de eventuele
schriftelijke opmerkingen op de in artikel 76, § 4,
van voormelde bijzondere wet bedoelde
gezagsorganen in de gepaste termijn ter griffie te
laten toekomen; de beschikking tot samenvoeging
van deze zaak met de reeds samengevoegde
zaken nrs. 2598, 2600, 2602, 2603 en 2605.
En application de l'article 76 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie les recours en annulation
partielle et les demandes de suspension partielle
de la loi du 13 décembre 2002 modifiant le Code
électoral ainsi que son annexe et de la loi du
13 décembre 2002 portant diverses modifications
en matière de législation électorale, introduits par
la SA "Nieuw-Vlaamse Alliantie" et autres;
l'ordonnance fixant la date d'audience pour les
débats sur la demande de suspension et
l'ordonnance d'invitation à faire parvenir au greffe
dans le délai imparti les observations écrites
éventuelles des autorités visées à l'article 76, § 4,
de la loi spéciale susdite; l'ordonnance de jonction
de cette affaire avec les affaires déjà jointes n
os
2598, 2600, 2602, 2603 et 2605.
(rolnummer: 2617)
(n° du rôle: 2617)
Ter kennisgeving
Pour information
Prejudiciële vragen
Questions préjudicielles
Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft
de griffier van het Arbitragehof kennis van:
En application de l'article 77 de la loi spéciale du
6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de
la Cour d'arbitrage notifie:
- de prejudiciële vragen over artikel 287 van de
Nieuwe Gemeentewet en de artikelen 24 en 52 van
de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de
openbare centra voor maatschappelijk welzijn,
gesteld door de Raad van State inzake W. Lejeune
tegen het Waalse Gewest, het OCMW te Herstal
en de bestendige deputatie van de provincieraad
van Luik;
- les questions préjudicielles relatives à l'article 287
de la Nouvelle loi communale et aux articles 24 et
52 de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres
publics d'aide sociale, posées par le Conseil d'Etat
en cause de W. Lejeune contre la Région wallonne,
le CPAS d'Herstal et la Députation permanente du
conseil provincial de Liège;
(rolnummer: 2564)
(n° du rôle: 2564)
- de prejudiciële vraag over artikel 211bis van het
Wetboek van Strafvordering gesteld door het Hof
van Cassatie bij arrest van 8 november 2002
inzake M. Thibeaux tegen N. Lambert en E.
Pineux;
- la question préjudicielle relative à l'article 211bis
du Code d'instruction criminelle, posée par la Cour
de cassation par arrêt du 8 novembre 2002 en
cause de M. Thibeaux contre N. Lambert et E.
Pineux;
(rolnummer: 2572)
(n° du rôle: 2572)
05/02/2003
CRIV 50
PLEN 320
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
74
- de prejudiciële vraag over artikel 11 van de wet
van 27 december 1974 betreffende de
taxidiensten, gesteld door de Raad van State
inzake het Waalse Gewest en de Belgische Staat;
- la question préjudicielle concernant l'article 11 de
la loi du 27 décembre 1974 relative aux services
de taxis, posée par le Conseil d'Etat en cause de la
Région wallonne et de l'Etat belge;
(rolnummer: 2573)
(n° du rôle: 2573)
- de prejudiciële vraag betreffende de wet van
7 augustus 1986 tot goedkeuring van de Europese
Akte, ondertekend in Luxemburg op
17 februari 1986 en in Den Haag op
28 februari 1986, gesteld door de rechtbank van
eerste aanleg te Brussel bij vonnis van
29 november 2002 inzake de NV Ziegler tegen de
Belgische Staat;
- la question préjudicielle relative à la loi du
7 août 1986 portant approbation de l'Acte unique
européen, fait à Luxembourg le 17 février 1986 et à
La Haye le 28 février 1986, posée par le tribunal de
première instance de Bruxelles par jugement du
29 novembre 2002 en cause de la SA Ziegler
contre l'Etat belge;
(rolnummer: 2579)
(n° du rôle: 2579)
- de prejudiciële vraag betreffende artikel 46 van
de faillissementswet van 8 augustus 1997, gesteld
door de handelsrechtbank te Brussel bij vonnis van
28 november 2002 inzake J.-P. Vander Borght en
R. Parijs en de BVBA Courtfield Belgium tegen de
NV Interbrew Belgium en L. Segers;
- la question préjudicielle relative à l'article 46 de la
loi du 8 août 1997 sur les faillites, posée par le
tribunal de commerce de Bruxelles par jugement
du 28 novembre 2002 en cause de J.-P. Vander
Borght et R. Parijs et la SPRL Courtfield Belgium
contre la SA Interbrew Belgium et L. Segers;
(rolnummer: 2580)
(n° du rôle: 2580)
- de prejudiciële vragen betreffende de artikelen
40, 1°, en 42, § 1, tweede en derde lid, 1°, van de
gecoördineerde wetten betreffende de compensatie
voor kinderbijslag voor loonarbeiders bij koninklijk
besluit van 19 december 1939, gesteld door de
arbeidsrechtbank te Verviers bij vonnis van
9 december 2002 inzake D. Loward tegen de VZW
PARTENA-Kinderbijslagfonds;
- les questions préjudicielles concernant les articles
40, 1°, et 42, § 1
er
, alinéas 2 et 3, 1°, des lois
relatives aux allocations familiales pour travailleurs
salariés, coordonnées par arrêté royal du
19 décembre 1939, posées par le tribunal du travail
de Verviers par jugement du 9 décembre 2002 en
cause de D. Loward contre l'ASBL Caisse de
compensation pour allocations familiales
PARTENA;
(rolnummer: 2584)
(n° du rôle: 2584)
- de prejudiciële vraag betreffende artikel 4, § 1ter
van de ordonnantie van de Brusselse
Hoofdstedelijke Raad van 23 juli 1992 betreffende
de gewestbelasting ten laste van bezetters van
bebouwde eigendommen en houders van een
zakelijk recht op sommige onroerende goederen,
zoals ingevoegd door ordonnantie van
21 februari 2002 tot hervorming van de
gewestelijke belastingen, gesteld door de rechtbank
van eerste aanleg te Brussel bij vonnis van
14 november 2002 inzake J.-M. Brocorens tegen
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- la question préjudicielle concernant l'article 4,
§ 1erter, de l'ordonnance de la Région de
Bruxelles-Capitale du 23 juillet 1992 relative à la
taxe régionale à charge des occupants
d'immeubles bâtis et titulaires de droits réels sur
certains immeubles, tel qu'il a été inséré par
l'ordonnance du 21 février 2002 portant réforme
des taxes régionales, posée par le tribunal de
première instance de Bruxelles par jugement du
14 novembre 2002 en cause de J.-M. Brocorens
contre la Région de Bruxelles-Capitale.
(rolnummer: 2591)
(n° du rôle: 2591)
Ter kennisgeving
Pour information
ADVIEZEN
AVIS
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven
Conseil central de l'Economie
Bij brief van 30 januari 2003 zendt de voorzitter
van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, met
toepassing van artikel 1 van de wet van
20 september 1948 houdende organisatie van het
bedrijfsleven, de volgende adviezen over:
Par lettre du 30 janvier 2003, le président du
Conseil central de l'Economie transmet, en
application de l'article 1
er
de la loi du
20 septembre 1948 portant organisation de
l'économie, les avis suivants:
CRIV 50
PLEN 320
05/02/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
75
- advies betreffende het voorontwerp van Federaal
Richtplan (2003-2005) Productiebeleid en Milieu,
uitgebracht op verzoek van de minister van
Consumentenzaken, Volksgezondheid en
Leefmilieu;
- avis relatif à l'avant-projet de Plan directeur
fédéral (2003-2005) politique de produits et
environnement, émis à la demande du ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement;
- advies over de uitbreiding van de Europese Unie,
uitgebracht op verzoek van de minister van
Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast
met het Grootstedenbeleid;
- avis sur l'élargissement de l'Union européenne,
émis à la demande du ministre de l'Economie et de
la Recherche scientifique, chargé de la Politique
des grandes villes;
- advies over het ontwerp van koninklijk besluit tot
omzetting van richtlijn 2002/45/EG tot beperking
van het op de markt brengen en het gebruik van
sommige gevaarlijke stoffen en bereidingen
(gechloreerde paraffines), uitgebracht op verzoek
van de minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu.
- avis concernant le projet d'arrêté royal relatif à la
transposition de la directive 2002/45/CE limitant la
mise sur le marché et l'usage de certaines
substances et préparations dangereuses (paraffines
chlorées), émis à la demande du ministre de la
Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement.
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het
Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en
culturele Instellingen, de Middenstand en de
Landbouw, naar de commissie voor de
Volksgezondheid, het Leefmilieu en de
Maatschappelijke Hernieuwing en naar het
Adviescomité voor de Europese Aangelegenheden
Renvoi à la commission de l'Economie, de la
Politique scientifique, de l'Education, des
Institutions scientifiques et culturelles nationales,
des Classes moyennes et de l'Agriculture, à la
commission de la Santé publique, de
l'Environnement et du Renouveau de la Société et
au Comité d'avis chargé de questions européennes