Séance
plénière |
Plenumvergadering |
du Mercredi 16 mai 2012 Après-midi ______ |
van Woensdag 16 mei 2012 Namiddag ______ |
La séance est ouverte à 14.20 heures et présidée par M. André Flahaut.
De vergadering wordt geopend om 14.20 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.
Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.
Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.
Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l’ouverture de la séance:
Tegenwoordig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:
Joëlle Milquet
Philippe
Blanchart, Denis Ducarme, Joseph George, Özen Özlem, pour raisons de santé /
wegens gezondheidsredenen;
Valérie
De Bue, Roel Deseyn, Charles Michel, pour devoirs de mandat / wegens
ambtsplicht;
Sonja Becq,
Karine Lalieux, à l'étranger / buitenslands.
01 Projet de loi contenant l'ajustement du budget des Voies et Moyens de l'année budgétaire 2012 (2112/1-6)
- Projet de loi contenant le premier ajustement du budget général des Dépenses pour l'année budgétaire 2012 (2113/1-22) (2112/6)
- Ajustement des budgets des recettes et des dépenses pour l'année budgétaire 2012 (2111/1)
01 Wetsontwerp houdende de aanpassing van de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2012 (2112/1-6)
- Wetsontwerp houdende eerste aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2012 (2113/1-22) (2112/6)
- Aanpassing van de begrotingen van ontvangsten en uitgaven voor het begrotingsjaar 2012 (2111/1)
Reprise de la discussion générale
Hervatting van de algemene bespreking
La discussion générale est reprise.
De algemene bespreking wordt hervat.
Secteur Intérieur et Fonction publique / Luik
Binnenlandse Zaken en Openbaar Ambt
01.01 Ben Weyts (N-VA): Mevrouw de minister, ik vraag u om duidelijkheid over de elektronische identiteitskaart. Ik hoop dat u mij deze keer een zeer klaar antwoord kan verschaffen. In de commissie hebben wij lang gediscussieerd over dat kleine punt. Ik vroeg u om verduidelijking en dacht die snel te krijgen.
In uw begrotingsaanpassing staat een besparing van 2 miljoen euro op de dienst die verantwoordelijk is voor de uitgave van de elektronische identiteitskaarten. In de toelichting in de begroting staat zeer duidelijk dat die besparing van 2 miljoen euro wordt gecompenseerd door een verhoging van de prijs van de elektronische identiteitskaart. Mijn verbazing was groot, omdat we vorig jaar in de commissie voor de Binnenlandse Zaken hadden gedebatteerd over de verlenging van de levensduur van de elektronische identiteitskaart van 5 jaar naar 10 jaar. Dat lag moeilijk bij diverse fracties in de regering van lopende zaken, maar ze zijn uiteindelijk toch overgehaald om in die verlenging mee te gaan. Nochtans had de producent in een aparte hoorzitting getuigd dat het totale quatch was, dat een verlenging van vijf naar tien jaar absoluut niet mogelijk was.
Men heeft verschillende parlementaire fracties kunnen overtuigen met de plechtige belofte dat de kostprijs van de elektronische identiteitskaart voor de gewone burger en de gemeenten niet zou verhogen. Nu lezen we dus in de begroting dat er 2 miljoen euro wordt bespaard in de dienst die zorgt voor de uitgifte van die elektronische identiteitskaart. In de toelichting staat dat zulks wordt gecompenseerd door een verhoging van de prijs.
We hebben daarover een lange discussie gevoerd. Uiteindelijk kregen we, na mijn suggestie ter zake, de bevestiging van die besparing van 2 miljoen euro. U zei dat u de kostprijs van de identiteitskaart niet zou verhogen, alleszins niet in 2012. U zou 2 miljoen besparen op de werkingskosten van de dienst die zorgt voor de afgifte van die identiteitskaart.
Opnieuw waren we verrast, deze keer aangenaam verrast, in tegenstelling tot de eerste keer. Blijkbaar slaagt u er met een vingerknip in om in een kleine dienst twee miljoen euro aan werkingskosten te besparen. U hebt er wel aan toegevoegd dat u de zaak nog moest bekijken voor 2013 en 2014.
Dat verbaast mij dan ook weer, want als u in 2012 2 miljoen euro op de werkingskosten kunt besparen, kunt u dat toch ook in 2013 en 2014? Als een dienst in het ene jaar met 2 miljoen euro minder kan werken, kan hij dat toch ook in 2013 en 2014.
Daarom vraag ik dat u hier de garantie geeft dat er in 2013 en 2014 geen verhoging van de kostprijs van de identiteitskaart komt, dat u de belofte gestand doet dat er in 2012, alsook in 2013 en 2014 geen verhoging van de kostprijs komt en dat die 2 miljoen euro desgevallend ook door een besparing op de werkingskosten van de betrokken dienst wordt gerealiseerd.
Ik stoor toch niet terwijl u belt? Zo niet praat ik wat zachter.
Het volgende punt heb ik ook even in de commissie aangeraakt. De begroting verschaft wel duidelijkheid over de prijs van de extra medewerkers voor de groene fractie.
Wij kennen nu de prijs voor de steun van Groen aan BHV en de staatshervorming. In de begroting staat daarvoor 118 000 euro ingeschreven. Dat is een nieuwtje. Via een uitgelekt vertrouwelijk document is het duidelijk geworden dat de groene fractie door de regering wordt betaald in ruil voor de steun.
De groene fractie krijgt 2 extra universitaire medewerkers. Die kosten 118 000 euro. U kent allemaal de prijs, die u moet betalen aan Groen in ruil voor hun steun. Dat is 118 000 euro. Als iemand meer wil bieden, daarover kan worden gesproken. Mensen zijn te koop. De fractie is te koop.
Ik vroeg mij altijd al af wat die groene jobs waren. Ik weet nu eindelijk wat dat is. Groene jobs zijn jobs betaald door de belastingbetaler, door de regering. Men zou denken dat groene jobs zorgen voor een beter, groen klimaat. Neen, dat zorgt voor een beter klimaat bij de groenen. Dat is het verschil.
Le président: Monsieur Tuybens, on avait déjà het groenboek, de groene jobs et de witte konijnen. Il y a toujours une connotation colorée.
01.02 Bruno Tuybens (sp.a): Mijnheer Weyts, u zou de groene jobs ook als volgt kunnen definiëren: jobs om een partijprogrammapunt van de N-VA uit te voeren, want als puntje bij paaltje komt, geeft de N-VA niet thuis.
01.03 Ben Weyts (N-VA): Is dat uw weerwerk? U hebt er dus geen probleem mee? Ik ben nogal van de oude stempel. Ik geloof bijvoorbeeld in Montesquieu, in de scheiding der machten: er is een regering en er is een parlement. Ik ken nergens een voorbeeld van een regering die parlementsfracties betaalt of die geld en middelen geeft aan parlementsfracties, zeker niet aan die van de oppositie.
Ik dacht dat parlementsfracties controle moeten uitoefenen op de regering, dat zij, bijvoorbeeld, de regering in alle onafhankelijkheid moeten controleren. In dezen wordt de groene fractie betaald. Zij krijgt medewerkers. Het zal ongetwijfeld een zeer oubollige visie zijn, maar ik geloof nogal in de scheiding der machten. Ik vind vooral dat de groene fractie enige onafhankelijkheid zou mogen genieten. Wanneer zij geld krijgt, zou dat via de financiering van het Parlement mogen gebeuren.
01.04 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer Weyts, u hebt een probleem met luisteren en begrijpen. De toelichting over de financiering en de inzet van de twee medewerkers is in de commissie uitvoerig gegeven. Het is niet zozeer een verschil in visie op de instellingen en de scheiding der machten, het is gewoon een fundamenteel verschil tussen een vorm van oppositie zoals u die bedrijft, en een verantwoorde oppositie, zoals onze fractie die bedrijft. Ik heb u dat ook al in de commissie gezegd, mijnheer Weyts.
Ik herinner mij nog zeer goed die bijzonder onproductieve vergaderingen tijdens de zomer van 2010, toen er nog een onverantwoorde partij als de uwe rond de tafel zat, goed bemand met Vlaamse cabinetards. Zij woonden die tot niets leidende vergaderingen bij. Dat is het verschil tussen de twee medewerkers, die ingezet worden voor de staatshervorming, en de Vlaamse kabinetsmedewerkers die u in de zomer van 2010 hebt ingezet: wel en geen resultaten.
Ik heb u toen niet horen spreken over politieke ethiek of over de scheiding der machten, dus daarover gaat het niet. Het gaat erom dat er een staatshervorming gerealiseerd moet worden, wat u bijzonder vervelend vindt, omdat uw kiezers in de Vlaamse Rand ons daar massaal voor bedanken.
01.05 Ben Weyts (N-VA): Mijnheer Calvo, wat dat laatste aangaat, geef ik toe dat ik het zeer moeilijk heb in de Vlaamse Rand, in Halle-Vilvoorde, om mij te handhaven. Ik word daar constant overladen met kritiek door tal van mensen. De peilingen wijzen trouwens ook uit dat het daar zeer moeilijk gaat en dat men de slechte akkoorden, die u mee steunt, in de Vlaamse Rand massaal aanbidt.
Ik nodig u uit om eens tot bij ons te komen.
U weet waar de Vlaamse Rand ligt, zo rond Brussel. (Rumoer en protest)
Le président: Collègues, si vous parlez tous ensemble, on n’entend rien du tout. Donc, on continue sans que personne n’entende rien, ou on essaye de parler en respectant les uns et les autres.
01.06 Ben Weyts (N-VA): Mijnheer Calvo, tijdens de onderhandelingen hebben wij inderdaad soms een beroep gedaan op onze kabinetsmedewerkers. Wij hebben kunnen rekenen op hun expertise, na hun uren, bijkomend, zonder dat de belastingbetaler daarvoor opdraait en zonder dat wij bijkomende middelen vroegen.
De heer Francken heeft recent een artikel gepubliceerd over de grootte van de kabinetten van de groenen. Hij kan u even zeggen hoeveel kabinetsmedewerkers er waren in het kabinet-Huytebroeck.
01.07 Theo Francken (N-VA): De kabinetscijfers zijn gepubliceerd. Het kabinet van
mevrouw Huytebroeck is het grootste kabinet van de Brusselse regering met
47 voltijdse medewerkers. De heer De Lille, de top der Brusselse
toppers met duizend stemmen in de Brusselse regering – de heer Calvo heeft nog
jarenlang voor hem gewerkt –, heeft 37 kabinetsmedewerkers en dat
zijn er net evenveel als Kris Peeters, minister-president van de Vlaamse
regering. Alstublieft!
Le président: J'aimerais vous rappeler que nous travaillons au niveau du gouvernement fédéral. Je vous demanderai donc de parler des cabinets fédéraux. Au sujet des négociations gouvernementales, c'est le résultat qui compte …
01.08 Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, wij hebben het in deze over de begroting en de vakkundige besteding van middelen van de Belgische belastingbetaler. Ik merk op dat 118 000 euro extra belastinggeld wordt gespendeerd aan de groene fractie in ruil voor steun aan de staatshervorming. De groenen zijn dus te koop.
Ik hoor net van de heer Francken dat het 47 mensen zijn. Mevrouw Uyttebroeck heeft in die Brusselse gewestregering verschrikkelijk belangrijke bevoegdheden waarvoor ze 47 mensen nodig heeft. Mijnheer De Lille heeft er 37 nodig. Ik heb trouwens ook gelezen dat hij twee chauffeurs heeft, maar dat is normaal, want hij is staatssecretaris voor Mobiliteit en hij woont op drie straten van zijn kabinet. Dat is een chauffeur per anderhalve straat. Hij heeft die ongetwijfeld nodig. Hij heeft ook nog de bevoegdheid van feestelijkheden, ongetwijfeld zijn 37 mensen dan niet te weinig.
Misschien had u de expertise van een paar van die medewerkers kunnen gebruiken tijdens de staatshervorming in plaats van u daar te gedragen als knechten van de regering en betaald te worden als knechten van de regering.
Ik heb nog een laatste constructief voorstel. Het schiet mij net te binnen. Ik zie minister Milquet zich altijd omdraaien naar de groene fractie om hen iets te vragen of om hen te ondersteunen. Misschien moeten de dienaren van de federale regering, de groene fractie, zich verplaatsen, dan krijgt de minister geen stijve nek.
Mijnheer Calvo en de rest van de groene fractie, ik raad u vooral aan een onafhankelijke positie te bewaren en vooral een controlefunctie uit te oefenen. Ik hoop dat u de akkoorden die u zult goedkeuren en die tot stand zullen komen dankzij uw collaboratie, met een objectieve onafhankelijke blik onder de loep zult nemen.
01.09 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik vraag het woord voor een persoonlijk feit.
Mijnheer Weyts, ik wil u feliciteren met uw geweldig eloquente toespraak. Ik heb ook uw laatste zin beluisterd. Als een andere fractie het woord “collaboratie” in de mond zou nemen ten aanzien van de N-VA, dan zou het kot te klein zijn.
Ik zou er toch voor willen pleiten om met zulke woorden heel zuinig en voorzichtig om te springen. Dat zou uw politieke uitstraling en politieke geloofwaardigheid sterker maken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
01.10 Michel Doomst (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik zal het in een mannelijke stijl proberen te doen. Ik zal in stijl en inhoud proberen minder contraproductief te zijn dan mijn voorganger.
Ik heb het over de echte problemen die gepaard gaan met de budgettaire mogelijkheden. Ik grijp de actualiteit aan. Er is een groeiend gevoel van onveiligheid bij heel wat mensen. Dat is deels subjectief te verklaren, onder invloed van de dagelijkse slechte berichtgeving. Mensen zijn ook te weinig op de hoogte van wat de politie doet. Deels is het objectief te verklaren. Uit de cijfers van 2012 wordt duidelijk dat wij een gemiddelde van 200 inbraken per dag dreigen te bereiken. Dat is een stijging van 10 % ten opzichte van 2011.
Ik heb een driedubbele aanmoediging voor u. Ten eerste, het is goed dat u op het terrein versterking aanbiedt in Brussel en de grensstreken, in de hoop dat wij dat budgettair en op het terrein kunnen implementeren.
Ten tweede, u moet beter en meer uitleggen wat de politie doet. Daarom is er nood aan een integrale benadering waarin alle maatschappelijke partners worden betrokken. Binnen de politiezones maar ook op maat van de regio moeten we meer inzetten op communicatie om de betrokkenheid van de bevolking te activeren.
Ten derde, door de inzet in de grote stedelijke gebieden, wat ik echt begrijp, moeten we opletten dat we de noden van de landelijke gebieden niet uit het oog verliezen. Veiligheid moet overal worden gegarandeerd. Specifieke maatregelen voor Brussel zijn goed, maar ook in de Rand stijgt het aantal inbraken zienderogen. Het is duidelijk dat voor sommige van die mensen het clublokaal in Brussel ligt en dat vanuit Oost-Europa ploegen ververst en met frisse moed aan de slag gaan in onze regio. De tewerkstelling in de overvalsector groeit, deels door de financiële crisis, deels omdat goud, juwelen en informatica in steraanbieding zijn.
De nood aan technopreventie groeit. Misschien moeten wij bij deze budgetcontrole kijken naar impulsen om ze nog dichter bij de mensen te kunnen brengen. Misschien moeten wij het accent dat nu sterk op alcoholpreventie en snelheidpreventie ligt, gedurende een zekere tijd verleggen naar inbraakpreventie.
Ik hoop dan ook dat wij de volgende maanden een aanzet zullen kunnen geven voor een financiering op basis van een correcte meting van de basisnoden in de zones. Dit moet leiden tot meer efficiëntie op het terrein.
Tot slot hopen wij dat de ICT-achterstand bij de politie dringend wordt bijgebeend. Wij hopen dat de informatie beter zal doorstromen. Zeker wat grensoverschrijdende criminaliteit betreft, is dat een belangrijke sleutel.
Samengevat, vanuit de Rand wensen wij Brussel zeker een goed werkend blauw zwaailicht toe, maar wij hopen dat het ook op het platteland zijn werk doet. Ook daar hebben wij het meer dan nodig.
01.11 Peter Logghe (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik zal iets minder positief zijn dan mijn collega Doomst. Wij hebben in de commissie over verschillende zaken gesproken, maar ik wil mijn uiteenzetting beperken tot twee punten waarover ik het met u even wil hebben.
Mevrouw de minister, een van die punten is de kwestie van de identiteitskaarten. Dit was een zeer rare discussie in de commissie. U hebt aangekondigd dat de dotatie voor de elektronische identiteitskaarten met twee miljoen wordt verminderd. Wij hebben u gevraagd op welke manier u dit zou doen en wie uiteindelijk, want dat is dé kwestie natuurlijk, de rekening zal moeten betalen? Ik heb in mijn rede opgeworpen dat de verhoging van de kosten voor de elektronische identiteitskaarten vanaf 2013 – als ik u goed beluisterd heb, werd dit bevestigd – wordt afgewenteld op de gemeenten en steden, want tot 2013 hebt u in een compensatie voorzien.
Ik heb te kennen gegeven en ik vrees nog steeds dat na de gemeenteraadsverkiezingen de gemeenten deze rekening, deze hete aardappel zullen doorschuiven naar de burgers, die dus uiteindelijk zullen mogen opdraaien. De burgers zullen het gelag betalen.
Inderdaad, collega Weyts, de vorige regering heeft bij monde van uw voorganger minister Turtelboom andere beloftes gedaan en heeft beloofd dat de prijs van de identiteitskaarten niet zou stijgen. De verbintenis was aangegaan dat er geen verhoging kwam.
Mevrouw de minister, U hebt in de commissie letterlijk het volgende geantwoord. Ik wil dit toch wel even voorlezen: “Aangaande de elektronische identiteitskaarten wil de minister in de eerste plaats preciseren dat deze regering niet gebonden is door de beslissingen die door de vorige regering werden beloofd, temeer omdat de economische situatie sindsdien sterk is geëvolueerd.”
Die situatie was enkele jaren geleden echter ook niet schitterend en zal binnen een paar jaar misschien ook niet schitterend zijn. Ik vind dit een rare uitleg over de economische situatie die sterk is geëvolueerd.
Ik citeer verder: “Voor het begrotingsjaar 2012 zal de vermindering met 2 miljoen euro kunnen worden gecompenseerd. Een bijdrage van de gemeenten vanaf 2013 valt daarentegen niet uit te sluiten”.
Tot slot zegt u dat werd beslist tot een verlenging van de geldigheidsduur om de kosten te verminderen. Geef toe, het klinkt in elk geval niet geruststellend, mevrouw de minister. Ik denk dat het voor de burgers gewoon neerkomt op een lastenverhoging, laten we daar duidelijk over zijn. De verhoging komt er. Ik ben wel benieuwd naar uw antwoord, om te vernemen of u al dan niet bevestigt dat de prijs van de identiteitskaarten stijgt in 2013.
Een tweede punt is iets waarop collega Doomst ook al heeft gewezen. Het heeft te maken met de aangekondigde aanwerving van bijkomend politiepersoneel. Oef, eindelijk. U doet hiermee wat het Vlaams Belang al jaren vraagt: meer blauw op straat. U zult in ieder geval meer blauw hebben, maar we zullen moeten afwachten of u ze ook nog op straat krijgt. In ieder geval, er komen politiemensen bij. U vergeet er natuurlijk wel bij te zeggen dat de verantwoordelijkheid voor het structurele tekort bij de politie eigenlijk te zoeken is bij uw beleid en dat van de vorige regeringen. Zij hebben ervoor gezorgd dat jarenlang, zelfs decennia lang, structurele tekorten bij de politie werden genoteerd. In West-Vlaanderen zijn er verscheidene politiezones – die ik het beste ken – die al jaren vragen naar bijkomend personeel omdat ze het werk niet rond krijgen.
Een bijkomende vraag rond die kwestie. Er wordt al jaren gegoocheld met de capaciteitsmeting die er eindelijk zou komen. Wanneer zien we die nu tegemoet? Ik ben zeer benieuwd naar uw antwoorden.
01.12 Koenraad Degroote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik wil het nog even hebben over het aspect veiligheid en meer bepaald een onderdeel daarvan – de grenscriminaliteit in West-Vlaanderen.
U was zo vriendelijk vorige week naar Kortrijk te komen voor een overlegbijeenkomst met verschillende spelers op het veld. Een aantal notoire aanwezigen hebben mij meegedeeld dat bij hen de vrees bestaat dat het bij intenties, bij woorden zal blijven. Zij vragen zich af of er daadwerkelijk acties zullen komen.
Wat de voorstellen in de begrotingsdocumenten betreft, bleef ik echter wat op mijn honger zitten. Vooreerst wordt er zekerheid gevraagd in verband met de slimme camera’s die ook kunnen registreren. Dit is werkelijk een must. Er staan nu reeds heel wat camera’s langs de gewestwegen. Kunnen uw diensten geen overleg plegen met de bevoegde diensten van het Vlaamse Gewest om daar daadwerkelijk iets aan te doen?
Er wordt ook gepleit voor het inzetten van een politiehelikopter. Ook dit zou een nuttig instrument zijn.
De plannen bestaan om het douanedepot in Rekkem te slopen. Dit depot dient nu om soms nog eens grenscontroles te kunnen houden. De N-VA heeft vroeger al gepleit voor meer grenscontroles. Het kan maar zijn efficiëntie bewijzen. Het openbaar ministerie vreest dat deze sloop hen alle mogelijkheden zal ontnemen om nog controles uit te voeren. Op die manier zullen de gangsters nog meer vrijspel krijgen. Mevrouw de minister, zouden uw diensten niet kunnen overleggen met de Vlaamse administratie om die gebouwen niet te slopen? Dit is een besparing. In de plaats daarvan zou men meer middelen kunnen inzetten om de gangsters daadwerkelijk te vatten.
01.13 Minister Joëlle Milquet: Mijnheer de voorzitter, ik dank de leden hartelijk voor hun interventies. Over het algemeen werden dezelfde opmerkingen gemaakt als in de commissie. Ook ik bevestig hier mijn verschillende standpunten.
Ten eerste, wat de vermeende prijsverhoging van de identiteitskaart betreft, bevestig ik dat er in 2012 geen verhoging komt. Zoals ik al heb uitgelegd, hebben wij binnen de dienst de nodige middelen gevonden om de besparing van 2 miljoen te compenseren. Ik bevestig echter ook dat wij voor 2013 tot nu toe geen beslissing genomen hebben. Dan kan de prijs verhoogd worden, of niet. Dat hangt af van de moeilijkheden waarmee wij worden geconfronteerd, en ook, bijvoorbeeld, van de opbrengsten van de hervorming van de Civiele Bescherming. Wij hebben nog niets beslist over een toekomstige verhoging van de prijs van de identiteitskaart. Zoals u weet, is de geldigheidsduur van de identiteitskaart verlengd. Normaal is de identiteitskaart vijf jaar geldig, maar vanaf 2013 zal zij tien jaar geldig zijn.
Ten tweede, er werd gesproken over het subjectief onveiligheidgevoel en over de nood aan meer blauw op straat zowel in de grote steden als in de landelijke gebieden. Ik ben het daar zeker mee eens. Natuurlijk hebben wij voorzien in aanvullende middelen voor Brussel, wegens de problemen daar op het openbaar vervoer enzovoort. Ik heb ook Vlaanderen bezocht — gisteren was ik bijvoorbeeld in Lanaken — en ik heb ook de landelijke gebieden meer steun aangeboden via de federale politie.
De mensen daar zijn tamelijk tevreden over de hulp van de federale politie, met helikopters, enzovoort, op het vlak van grensoverschrijdende criminaliteit langs de grens met Frankrijk en met Nederland waar er een beleidswijziging is met betrekking tot de coffeeshops. Grote steden en landelijke gebieden zijn een groot aandachtspunt voor mij.
Normaal moeten wij per jaar 1 400 nieuwe agenten aanwerven, maar sinds een viertal jaren kunnen wij slechts 1 035 nieuwe agenten per jaar aanwerven. Er is dus een structureel tekort aan manschappen. Op mijn voorsteel heeft de Ministerraad vorige vrijdag een nieuwe beslissing genomen. Vanaf dit jaar, voor 2013 en voor de jaren daarna zullen wij 100 inspecteurs meer per jaar kunnen aanwerven. Daarmee vermindert het algemeen tekort met een kwart, bovenop de verschillende aanvullende agenten en inspecteurs voor Brussel en voor de andere lokale zones. Dat is belangrijk voor de zones in Vlaanderen en in Wallonië, alsook voor de lokale politie.
01.14 Ben Weyts (N-VA): Mevrouw de minister, met betrekking tot de prijs van de identiteitskaart betreur ik het natuurlijk dat u nog steeds geen duidelijkheid verschaft met betrekking tot 2013 en 2014. Het is nochtans eenvoudige boerenlogica. Wanneer een dienst in 2012 kan werken met 2 miljoen euro minder, dan kan die dienst dat ook in 2013 en 2014. Het zou van helderheid getuigen, mocht u bevestigen dat u de belofte die minister Turtelboom vorig jaar heeft gedaan, namelijk dat de prijs van de identiteitskaart niet zou verhogen, zult nakomen. De vrees is natuurlijk, en u versterkt die perceptie, dat pas na de gemeenteraadsverkiezingen een verhoging van de prijs van de elektronische identiteitskaart zal worden doorgevoerd. Die perceptie hebt u hier nogmaals zeer sterk bevestigd.
01.15 Peter Logghe (VB): Mevrouw de minister, ik dank u voor de nieuwe uitdrukking die u hier hebt ingevoerd. U hebt gesproken over een vermindering van het tekort. Ik vind dat eigenlijk een fantastische vondst. In naam van de politiezones uit het zuiden van West-Vlaanderen ben ik eigenlijk vooral benieuwd hoe snel de maatregelen in de grenszones concreet zullen worden uitgevoerd. Ik heb het over extra personeel en de camera’s. Daar zijn dringende vragen over. Het zou goed zijn mocht u daarover snel uitsluitsel geven.
01.16 Koenraad Degroote (N-VA): Mevrouw de minister, ik hoop alleen dat met de constructieve aanbevelingen die ik heb gegeven daadwerkelijk iets zal worden gedaan.
01.17 Michel Doomst (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik houd het ook heel beperkt.
Mevrouw de minister, ik denk dat wij echt iets moeten ondernemen tegen de inbraaktoename. Misschien kunnen we de link met technopreventie in de komende maanden sterker maken. Dat is volgens mij een van de middelen om op het terrein daadwerkelijk iets te doen, anders vrees ik dat de malaise daar lokaal alleen nog maar heel erg zal toenemen.
01.18 Minister Joëlle Milquet: Mijnheer de voorzitter, het gaat om twee verschillende dingen.
Ik bespreek eerst de technopreventie. Wij hebben in de administratie van Binnenlandse Zaken in nieuwe maatregelen inzake technopreventie voorzien, in overleg met de gemeenten.
Over slimme camera’s en andere mogelijkheden, hebben wij afgelopen vrijdag in Kortrijk met de verschillende partners gepraat. Volgende dinsdag heb ik een vergadering met mijn collega’s uit de verschillende gewestregeringen over die problematiek. Daarbij ligt ook de mogelijkheid voor van een cofinanciering met de Gewesten, de federale regering en misschien ook de provincie. Ik ben een echte voorstander van de oprichting van slimme camera’s en ook mobiele camera’s langs de grenzen.
Le président: Nous entamons la discussion du secteur “Asile et Migration”.
Wij vatten de bespreking aan van de sector “Asiel en Migratie”.
Deux membres sont inscrits: MM. Francken et Logghe.
Je donne immédiatement la parole à M. Francken.
01.19 Theo Francken (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de staatssecretaris, collega’s, het is goed om soms eens een evaluatie te maken. Vandaag is een goede gelegenheid.
Mevrouw De Block, iets langer dan zes maanden bent u nu op uw kabinet in uw hoedanigheid van staatssecretaris voor Asiel en Migratie. U bent uniek bevoegd voor die post. Voor de eerste keer hebt u het brede gamma van Asiel en Migratie onder uw hoede.
Het is belangrijk om na zes maanden eens na te gaan waar wij staan, hoe een en ander loopt, wat beter kan, wat goed loopt, wat u ten goede hebt veranderd, wat de uitdagingen voor de komende twee jaar zijn en vooral wat er nog op de plank ligt.
Mevrouw de staatssecretaris, ik zal met het positieve beginnen. Een aantal zaken is onder uw kabinet en door u in positieve zin en ten goede veranderd. Wij moeten daarover niet flauw doen. Wij zijn immers altijd heel constructief in onze oppositie, zeker in het migratiedossier. Wij proberen ook over voorstellen mee na te denken.
Ten eerste, de nieuwe wet op gezinshereniging, waarin wij zelf, maar ook uw partij een groot aandeel hebben gehad, is een goede wet, die tot meer kwaliteitsvolle gezins- en huwelijksmigranten leidt. Over huwelijksmigratie hebben wij vorige week in de commissie nog een debat gevoerd.
Wij merken dat wie naar hier komt, effectief ook meer kans heeft om hier een bestaan uit te bouwen op een goede, kwaliteitsvolle manier, een toekomst op te bouwen en iets van zijn of haar leven te maken.
Wij zien ook dat het aantal weigeringen van de gezinsherenigingvisa sterk is toegenomen. Er worden meer mensen aan de poort tegengehouden. Er wordt strenger toegekeken. Vooral de inkomensvereiste blijkt ter zake de grote buffer te zijn. Meer dan 50 % van alle aanvragen wordt geweigerd, omdat de betrokkene geen minimuminkomen van 1 200 euro netto per maand heeft. Men kan daarvoor geen steun gebruiken, u weet dat, dat is een goede zaak, mevrouw de staatssecretaris. Ik weet en hoor ook dat uw diensten daar hard aan werken, dat veel personeel met de zaak bezig is en dat er keihard op wordt gewerkt. Zulks is ook ten goede.
Mevrouw de staatssecretaris, ik wil u daarvoor bedanken. Het is weliswaar niet uw wet, maar een wet van het Parlement. U moet de wet echter uitvoeren. Ik wil u in uw uitvoering ten zeerste ondersteunen. Ik wil ook mijn waardering voor uw inspanningen uiten.
Ten tweede, de opvang en de crisis. Op een bepaald moment was er een grote crisis. Peter De Roo heeft in een publiek interview aan de alarmbel getrokken. Of hij dat al dan niet moest doen, laat ik in het midden. Alleszins heeft hij daarvoor de consequenties gedragen.
Hij heeft er in het hele opvangverhaal voor gezorgd dat er nu een kentering lijkt te komen. Ik wik mijn woorden. Het is nu natuurlijk zomer. In de zomer is dat altijd minder acuut dan in de winter, maar u hebt daar op heel korte termijn toch een aantal dwingende maatregelen genomen. Eindelijk kwam er overleg, waarover de heer Courard en de heer Wathelet het nooit eens waren. U hebt dat gedaan. U hebt de koe bij de horens gevat. Voorlopig, hout vasthouden, lijkt de crisis bezworen. Er zijn geen mensen meer die op straat moeten slapen. Iedereen krijgt een opvangplaats.
Daarnaast zien wij dat het aantal asielzoekers licht daalt. Elke maand communiceren uw diensten op een heel positieve manier. Ik begrijp dat wel, u moet uw waar ook proberen te verkopen, maar de daling is natuurlijk licht.
Wat wel goed is, mevrouw de staatssecretaris, is de toch wel opmerkelijke daling van het aantal migranten uit de Balkan. Ik weet niet of het komt door de ontradingscampagne van de heer Wathelet of door de terugkeerbussen die door Fedasil worden ingelegd, dat zal nog moeten blijken, maar voorlopig is de massale influx uit de Balkan aan het temperen. Ik denk dat dit een goede zaak is. Dat zijn voor 99 % economische vluchtelingen die op zoek zijn naar een betere toekomst, maar daarvoor dient de asielpoort spijtig genoeg niet, daarvoor dient de Conventie van Genève niet.
Ten derde, mevrouw de staatssecretaris, de vrijwillige terugkeer stijgt. Vandaag werd opnieuw een perscommuniqué door uw diensten verspreid. Het aantal vrijwillige terugkeerders stijgt. Ik denk dat dit een goede zaak is. Wij zeggen: gedwongen als het moet, vrijwillig als het kan. Vrijwillige terugkeer is goedkoper en heeft ook een meer blijvend effect.
U hebt geluisterd naar de N-VA, mevrouw de staatssecretaris, want u hebt overgenomen wat wij al twee jaar voorstellen. Open Vld zegt altijd dat wij geen voorstellen doen. Het aantal voorstellen inzake migratie dat u of de meerderheid heeft overgenomen, kan ik al niet meer op twee handen tellen.
Ik heb het dan over een aanpassing van de terugkeerpremie voor bepaalde categorieën. Het gaat dan over mensen die nooit asiel hebben gevraagd, “illegale illegalen” zoals ze worden genoemd, mensen die nooit in het systeem tevoorschijn zijn gekomen. Die mensen kunnen geen beroep doen op welke steun dan ook waarin men voor de re-integratie voorziet.
Dat is een goede zaak, omdat wij daarmee natuurlijk vooral de Brazilianen viseren. U kent mijn verhaal: het overgrote deel van de vrijwillige terugkeerders zijn Brazilianen. Vorig jaar hebben twee Brazilianen asiel aangevraagd. Dat zijn mensen die hier een aantal jaar illegaal komen werken en hier niet willen blijven. Zij hebben daar geen zin in. Zij vinden ons een onsympathiek volk en zij vinden het weer hier veel te slecht. Zij willen zo snel mogelijk terug naar Brazilië. Zij komen gewoon naar hier om een aantal jaren te werken, vaak in de bouw of in de horeca.
Onze vrijwillige terugkeer dient daarvoor niet. Die mensen zijn perfect in staat om zelf een ticket huiswaarts te kopen. Wij moeten dat niet voor hen betalen. Het is een goede zaak, mevrouw de staatssecretaris, dat u het voorstel van de N-VA invoert. U hebt dat ook aangekondigd. U hebt gezegd dat ik een punt heb en dat uw diensten dat onderzoeken. Ik lees vandaag dat het blijkbaar ook ingevoerd is. Ik wens u proficiat daarmee. Ik ben blij, omdat u altijd, of toch meestal, probeert te luisteren en zaken vanuit de oppositie probeert mee te nemen. U bent daarin zeer constructief. Wij proberen dat, op onze manier, ook te zijn.
Ten vierde, ik moet u proficiat wensen in het dossier van de hongerstakers. Dat was een zeer moeilijke situatie. U hebt geen gemakkelijke weken achter de rug. Ik begrijp dat. Het is voor iedereen heel moeilijk om van zijn hart een steen te maken op die momenten. Er is altijd een conflict tussen het humanitaire en het legistieke. Bij de hongerstakers kwam dat wel op een zeer confronterende manier in beeld. U hebt daar de juiste beslissing genomen. Dat was niet gemakkelijk.
Ik ben ervan overtuigd dat er in de regering wel wat druk was, van de veeleer linkse partijen, om toch te bekijken of er geen andere oplossing was dan de uwe. U bent niet geplooid en erop gewezen dat papieren voor deze mensen tot gevolg zou kunnen hebben dat Brussel volgende week geen 20, maar 200 hongerstakers heeft en over een maand 2 000. U hebt gezegd dat u daaraan niet kon toegeven en dat dit niet de manier was om het probleem aan te pakken. U hebt juist gehandeld. U bent daarin zeer correct geweest, ook al was het een heel moeilijke beslissing.
U begint al te wenen, mijnheer Dedecker? Zal ik u mijn zakdoek geven?
01.20
Jean Marie Dedecker (LDD): (…)
01.21 Herman De Croo (Open Vld): Ik wil het niet in het Latijn doen, want dat wordt in Vlaanderen veel gebruikt, maar er is een Griekse spreuk voor dewelke ik mij wil behoeden.
01.22 Theo Francken (N-VA): Dank u wel, mijnheer De Croo. Ik had eigenlijk een oneliner verwacht.
Mevrouw de staatssecretaris, dat waren de positieve punten. Die mogen ook wel eens aangehaald worden, na zes maanden. Wij, u en ik, zijn onder een slecht gesternte gestart. Ik heb in het begin nogal uitgehaald naar u, omdat u zei dat u eerst een maand zou zwijgen en studeren. Ik dacht dat het niet het moment was om dat te doen, toen er, in de winter, grote problemen waren met de opvang. Er moesten mensen op straat slapen. U zei dat u een maand zou zwijgen, maar u hebt zich herpakt. U hebt een aantal zaken ten goede veranderd. Ik wens u daarvoor proficiat.
Maar, mevrouw de staatssecretaris, er zijn natuurlijk nog grote uitdagingen. U bent nu zes maanden in functie en heeft nog twee jaar. Ik haal vijf punten aan: de vijf prioriteiten van N-VA en, naar ik hoop, ook de vijf prioriteiten van Open Vld.
Ten eerste, het open terugkeercentrum. Ik ben ervan overtuigd dat het anders moet en veel beter kan inzake terugkeer. De vrijwillige terugkeer loopt goed, maar het kan nog veel beter. Enkele maanden geleden werd er een wet goedgekeurd die door ons vanuit de oppositie werd gesteund omdat die daarvoor al was ingediend, over het open terugkeercentrum en een nieuwe terugkeerformule. U hebt aangekondigd dat u voor de paasvakantie zou beslissen waar het open terugkeercentrum komt. Twee maanden later is die beslissing er nog niet. Elke week ondervraag ik u daarover in het Parlement en ik zal dat blijven doen tot we weten waar het zal komen. Liever niet in Vlaams-Brabant, maar dat weet u. Richt het maar in Waals-Brabant op.
Het is noodzakelijk om op heel korte termijn hierin een beslissing te nemen. De wet treedt in werking op 1 juli 2012, over anderhalve maand. Het zal heel moeilijk worden om die datum te halen. Mevrouw de staatssecretaris, neem deze week of ten laatste volgende week een beslissing daarover, anders krijgt u gigantische logistieke problemen om dat tegen juli operationeel te krijgen, zoals u weet. De Regie der Gebouwen is een heel moeilijk verhaal. Kijk maar naar de Caricole. U moet goed beseffen dat u nu snel moet beslissen. Als u beslist om het toch in Vlaams-Brabant uit te bouwen, weet u dat de N-VA daar zeer hard oppositie tegen zal voeren. Vlaams-Brabant doet zijn deel. Wij hebben al vijf van de acht terugkeercentra, een zesde hoeft er echt niet bij te komen. Ik stel voor dat er een in Waals-Brabant komt, maar die discussie hebben we al ettelijke keren gevoerd.
Ten tweede, het centrum voor illegale criminelen. Ook daar veel beloftes, veel grote woorden, collega Lanjri en andere collega’s. Het centrum voor illegale criminelen wordt in het regeerakkoord aangekondigd, maar er is geen geld voor! U heeft uw tientallen miljoenen extra binnengehaald bij de begrotingscontrole en dat is een goede zaak, maar daarvoor heeft u geen extra geld kunnen binnen halen. U zegt dat u zal proberen om ergens al een paar plaatsen vrij te maken, maar dat zal onvoldoende zijn. We weten immers dat een op drie van alle gevangenen illegaal in het land is. Die mensen hebben geen papieren en jaar na jaar stijgt het aandeel in de gevangenispopulatie dat geen verblijfsvergunning heeft voor België. U zit daar met een veel groter probleem dan u zelf durft toegeven. U zult er met uw aantal plaatsen niet komen. Vorige week hadden wij een heel interessante discussie over het feit dat er een quotum is, een maximum limiet op het aantal Maghrebijnen in de gesloten centra. Dat zijn mensen uit Palestina, Algerije, Marokko en Tunesië en hun aantal mag maximum 30 % zijn.
Het toeval wil, of niet, dat vooral Marokkanen en Algerijnen zonder papieren in de gevangenis zitten. Als u het een met het andere verbindt, dan zal u zien dat u er nooit zal komen. Als u zegt dat u echt zal inzetten op de terugkeer van illegale criminelen dan wens ik u daar veel succes mee. Puur cijfermatig kunt u berekenen dat het u niet zal lukken.
U moet ingrijpen. Er moet op korte termijn iets worden opgestart, niet enkele plaatsen maar de inleiding van een groot dossier. Als u daarvoor extra budgetten nodig heeft dan moet u het de komende maanden, desnoods begin 2013, maar sowieso deze regeerperiode keihard spelen.
Ten derde, ik maak mij zorgen over de meervoudige asielaanvragen, over de mensen die een zoveelste keer een asielaanvraag indienen. Ten opzichte van vorig jaar is er een stijging van 30 % naar ongeveer 500 per maand terwijl het aantal asielaanvragen in totaal daalt. U hebt een wetsontwerp aangekondigd om “het nieuw element” beter te definiëren. Er moet namelijk een nieuw element zijn voor de aanvraag ontvankelijk wordt verklaard. U zou daarmee komen. Kom daar dan ook mee als u ziet dat het zo acuut is. Dat kan volgens mij uit een of twee artikelen bestaan. Meer hoeft dat niet te zijn. Ik wil u daar zelfs een tekst aanleveren. Wij zullen zelf een initiatief nemen. Misschien kunt u daar iets uit leren of misschien kunt u een voorstel doen zodat we daar samen uitgeraken. In elk geval kan de herdefiniëring van “een nieuw element” nog voor de zomer worden ingediend. Ik roep u op om daar snel werk van te maken. U vindt ons in het Parlement. Wij zullen het steunen als er een goede definitie is.
Ten vierde, de afschaffing van de snel-Belgwet wordt nu wel aangekondigd maar dat blijft verschrikkelijk lang op zich wachten. Er was een compromis, het werd verzonden aan de Raad van State en nu is het terug. Er waren blijkbaar niet echt aanpassingen nodig. Ik hoor heel wat wilde geruchten. De PS zou alles opnieuw in vraag hebben gesteld. Wat is de stand van zaken? Kan het nog voor de zomer worden gestemd? Kunnen wij effectief bereiken wat in het regeerakkoord staat?
N-VA heeft meegewerkt aan dat kader, zoals het beperken van naturalisaties tot de mensen die buitengewone verdiensten aan dit land, dat resulteert in 20 dossiers per jaar in plaats van 20 000 dossiers.
Tot slot, de regularisatie is uw achillespees. Dat heb ik altijd gezegd en ik zal het blijven zeggen. Het onderdeel in het regeerakkoord zal er niet voor zorgen dat er ten gronde een kentering zal zijn maar dat illegaliteit de ultieme optie blijft, dat de mensen zullen blijven kiezen voor illegaliteit omdat de regularisatiewortel altijd voor hun neus hangt.
Ik heb de eer en het genoegen gehad om met collega’s van de PS te mogen onderhandelen in de zomer van 2010 op het PS-partijsecretariaat op de Keizerslaan. Ik weet dat de PS niet zal bewegen over regularisatie. De PS wil niet bewegen inzake regularisatie en blijft keihard staan achter het beleid zoals dat nu wordt gevoerd. Dat zal finaal het struikelblok worden van Open Vld in de regering.
Als mijn collega Smeyers u daarover ondervraagt in de Kamer, is dat altijd een moeilijk debat. U zit altijd heel snel op uw paard als het over de regularisaties gaat in het algemeen, maar het hek is helemaal van de dam als het over regularisaties van illegale criminelen gaat.
Ik denk dat u goed beseft dat u daar politiek heel moeilijk zit. U krijgt dat in Vlaanderen niet verkocht. U krijgt in Vlaanderen niet verkocht dat mensen die in de gevangenissen een celstraf uitzitten, permanent verblijf in België krijgen. Dat krijgt u niet verkocht. Dat ging misschien nog in de jaren ‘90 tijdens de flowerpowerjaren van Guy Verhofstadt en co, maar anno 2012 krijgt u dat niet verkocht.
Mevrouw de staatssecretaris, de N-VA zal een parlementaire guerrilla voeren tot u die nota intrekt. Die instructienota moet worden ingetrokken, geen regularisatie van criminelen. Ik noem ze criminelen, u noemt ze delinquenten. Geen regularisatie van delinquenten. U moet die instructienota intrekken.
Mevrouw Smeyers en de hele N-VA zullen u week na week blijven ondervragen, blijven interpelleren over die nota, want u hebt op zijn minst op heel gespannen voet met de waarheid gestaan toen u antwoorden gaf op die vragen.
Wij zullen vragen blijven stellen tot Open Vld die nota intrekt. Trek die in. In Vlaanderen kan zoiets niet worden verkocht. Men is daar 100 % tegen.
U zit in een heel moeilijk parket en u weet dat. Ik kan u maar zeggen dat wij daarop door zullen blijven gaan. Wij laten het niet los. U hebt ondertussen wel al gemerkt dat wij volhardend en taai kunnen zijn.
01.23 Peter Logghe (VB): Mevrouw de staatssecretaris, tijdens de besprekingen in de commissie ben ik waarschijnlijk nog iets te positief geweest over uw beleid en de begrotingswijziging. Ik moet zeggen dat u er wat ons betreft tot nu toe eigenlijk nog niet veel van gebakken hebt. Ik heb het dan vooral over de gedwongen terugkeer.
Tijdens de commissievergaderingen heb ik bijvoorbeeld gezegd dat onze fractie gelukkig was met de financiële ruimte die u had veroverd om eindelijk werk te maken van de terugkeer van afgewezen en ongewenste vreemdelingen. U had namelijk aangekondigd dat u werk zou maken van een vrijwillige terugkeer en u hebt van de regering financiële middelen kunnen krijgen. Ik zal niet alles opsommen, we hebben de punten voldoende besproken tijdens de commissievergaderingen. Het gaat bijvoorbeeld om kredieten voor preventiecampagnes om illegale migratie tegen te gaan, het omkaderingspersoneel voor het centrum voor vrijwillige terugkeer, de oprichting van het centrum voor vrijwillige terugkeer en om de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.
We hebben daar allemaal nota van genomen, maar echt gelukkig kan onze fractie eigenlijk pas zijn als het beleid ook coherent, correct en volledig is. Met andere woorden: er moet ook een effectief beleid inzake gedwongen terugkeer zijn.
Eerlijk gezegd had ik gehoopt dat er naast de vrijwillige terugkeer ook een bijkomend hoofdstuk zou zijn voor de gedwongen terugkeer. Als de incidenten van de jongste dagen – ik heb het natuurlijk over de vechtpartij in het asielcentrum in Arendonk – ons iets hebben geleerd, dan is het wel dat wij het ongeveer hebben gehad met het lakse beleid in dit land. Als we kleine burgeroorlogjes willen vermijden, als we willen vermijden dat dat soort incidenten her en der ontstaat, dan zal er een strenger en, waar nodig, gedwongen terugkeerbeleid op de sporen moeten worden gezet. Dat is heel duidelijk. Wie niet horen wil, zal ook moeten voelen. Tot nu toe gebeurt dat dus veel te weinig. Er is met andere woorden nood aan een echt beleid inzake gedwongen terugkeer, zoals er ook nood is aan gesloten centra.
Dat is mijn tweede punt van kritiek. Personen die uitgewezen zijn, personen van wie de asielaanvraag afgewezen werd, moeten de kans krijgen om vrijwillig terug te keren. Een vrijwillige terugkeer is altijd beter, daarover ben ik het met u eens. Als het echter niet vrijwillig kan gebeuren, dan moet aan die vrijwillige terugkeer ook een minder vrijwillig vervolg worden gebreid. Er moet dan gedwongen worden teruggekeerd. Mevrouw de staatssecretaris, waar blijven de gesloten centra voor criminele illegalen met het oog op hun gedwongen terugkeer?
Wie zich niet houdt aan de regels, moet in gesloten centra kunnen worden ondergebracht. Criminele gelukzoekers moeten zonder pardon, op een correcte manier maar gedwongen, worden teruggestuurd en niet verplaatst van het ene centrum naar het andere.
Het beleid is niet krachtdadig genoeg om de goedkeuring van het Vlaams Belang te krijgen. Het beleid, mevrouw de staatssecretaris, waarvan u zelf in de commissie hebt gezegd dat het eigenlijk krachtig zou mogen, bevat voor ons niet voldoende ondersteuning voor een gedwongen terugkeerbeleid. Het beleid is gefocust op vrijwillige terugkeer. Voor ons is het onvoldoende. Wij zullen uw plannen op het vlak van asiel en migratie in elk geval niet steunen.
01.24 Staatssecretaris Maggie De Block: Mijnheer de voorzitter, ik bedank de heren Francken en Logghe voor hun uiteenzettingen.
Mijnheer Francken, ik heb in de commissie duidelijk gezegd hoeveel extra middelen ik heb gekregen bij de budgetcontrole. U hebt dat ook vastgesteld. Ik heb ook gezegd dat het belangrijk is om weten dat die middelen worden ingezet om ons asiel- en migratiebeleid efficiënter en effectiever te maken. Bovendien moet er ook voor worden gezorgd dat iedereen die recht heeft op opvang, die ook krijgt.
Voor activiteiten gerelateerd aan de asielprocedure is er in een bijkomende enveloppe van 15 miljoen voorzien. U hebt daarover uitgebreid uitleg gekregen. Er zijn een aantal medewerkers bijgekomen voor de gezinsherenigingen, alsook voor het effectiever maken van de asielprocedure, het wegwerken van de achterstand inzake regularisatieprocedures en de medische regularisaties. Er komt ook meer personeel bij het commissariaat-generaal en de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Daarnaast komt er ook ondersteuning voor de steden en gemeenten via het SEFOR-project om de terugkeer gemakkelijker te maken als asielzoekers een negatief advies krijgen. Er komen meer middelen voor de centra Caricole en 127bis en voor meer begeleiding van de repatriëringen. Er gaat dus heel wat geld naar een aantal maatregelen op het vlak van de terugkeer.
Het klopt dat gedurende de eerste vier maanden van dit jaar de cijfers van het aantal personen dat hier asiel aanvraagt, beter zijn dan vroeger. Een zwaluw maakt echter de lente niet. Vier opeenvolgende maanden is er sprake van een dalend aantal asielaanvragers.
Wij blijven onze inspanningen opdrijven om nog meer op de instroom te kunnen werken.
Het koninklijk besluit met de lijst van veilige landen heb ik gisteren ondertekend. Tegen de zomer zal die kortere procedure kunnen worden toegepast, ook onder andere voor de Balkanlanden.
In verband met de vrijwillige terugkeer, wij hebben goede cijfers voor de eerste vier maanden van dit jaar. Inderdaad, mijn diensten hebben daarover gecommuniceerd. Fedasil heeft gisteren de cijfers voor de eerste vier maanden van dit jaar bekendgemaakt. Er is een verhoogde terugkeer van 42 % in vergelijking met de eerste vier maanden van 2011.
Ook de cijfers voor de gedwongen terugkeer zijn beter. De gedwongen terugkeer is met 18 % gestegen voor januari, februari en maart 2012 ten opzichte van 2011.
Wij hebben dus inderdaad niet stilgezeten, u zegt dat ook. U maakte een bilan op en sprak over vijf positieve, grote delen.
In verband met de aanpassing van de terugkeerpremie, heb ik u op het moment dat u in de commissie een vraag stelde over de Brazilianen in de bouw, gezegd dat wij daaraan aan het werken waren, dat wij dat aan het onderzoeken waren. Wij hebben ondertussen maatregelen genomen zodat de terugkeerpremies toekomen bij de mensen die er het meest recht op hebben en dat ze zeker ook gaan naar de meest kwetsbare groepen, met name vrouwen met kinderen en gezinnen.
Over het open terugkeercentrum hebben wij reeds in de commissie gesproken. U bent geneigd om heel Vlaanderen daarvan vrij te pleiten en u hebt daar ongetwijfeld uw redenen voor. U weet dat mijn aanbod zeer beperkt is, het moet vlug operabel zijn en ik moet met de Regie der Gebouwen onderhandelen over onder andere de huurprijs en de aanpassingswerken. Ik heb ook nog maar net, via deze begrotingswijziging, de nodige middelen voor het personeel gekregen. Wij hebben daarin echter reeds veel werk gestoken en dat zal leiden tot een open terugkeercentrum.
Ondertussen zitten wij natuurlijk niet stil. Aan de terugkeer wordt continu gewerkt, vanaf het eerste stadium van de opvang, in samenwerking met Fedasil en de dienst Vreemdelingenzaken, zoals het hier in het Parlement steeds gevraagd werd.
In verband met het centrum voor illegale criminelen, u hebt daarin gelijk, ik heb het budget daarvoor niet gekregen. Ik heb veel gekregen, ik heb meer gekregen dan mijn collega’s, ik heb in totaal 27 miljoen gekregen, maar het budget voor het centrum voor illegale criminelen heb ik niet gekregen. Ik heb dat ook zo gezegd in de toelichting, ik heb daar geen doekjes om gewonden. Natuurlijk had ik dat graag gekregen, net als nog andere zaken die ik ook niet heb gekregen.
Wij hebben daarom getracht een inventieve oplossing te vinden binnen ons budget voor de Dienst Vreemdelingenzaken. Wij zijn op zoek gegaan naar een locatie waar wij zo’n centrum kunnen oprichten, maar waarvoor er veel minder investeringen nodig zijn. U vraagt een groot dossier met een groot budget en ik zou zelf niets liever hebben, maar ik neem aan dat deze regering ook nog andere prioriteiten heeft en ik heb er begrip voor dat ook mijn collega’s over andere middelen moeten beschikken.
Het klopt dat het een probleem is. Er is nu al een soepeler oplossing in de maak door in de programmawet te zetten dat het gemakkelijker zal zijn om illegale criminelen die hun straf uitzitten, op voorhand te kunnen voorbereiden op de terugkeer tegen dat zij hun straf uitgezeten hebben. Het zou inderdaad veel beter zijn mochten wij voor hen een groot centrum kunnen oprichten. Als minister Turtelboom door een enorme terugloop uit haar gevangenissen plots een gevangenis te onzer beschikking zou kunnen stellen, dan zou ik dat zeer welkom heten en ik denk dat het ook voor haar goed nieuws zou zijn.
Wat de meervoudige asielaanvragen betreft, in de commissievergadering heb ik al gezegd dat ik nog vóór de zomer in het Parlement daaromtrent een voorstel zal indienen. Hebt u zelf ook al een voorstel ingediend of zult u dat tegen dan indienen? Bij ons lopen de besprekingen nu interkabinettair, nu al voor de derde week op rij. Ons voorstel zal dus zeker vóór de zomer in het Parlement worden besproken. Als u ondertussen ook een voorstel hebt ingediend, zal ik, zoals steeds in de commissie ook uw argumenten en uw voorstel aanhoren. Als ons ontwerp daarmee verbeterd kan worden, als het binnen het kader van het regeerakkoord past, dan sta ik daarvoor open.
Voor de vragen over de snel-Belgwet moet ik u doorverwijzen naar mijn collega Annemie Turtelboom, die nu net de vergaderzaal binnenkomt. De nationaliteitswetgeving, met de snel-Belgwet, valt immers onder haar bevoegdheid. Ik ga mijn voogdijminister niet schofferen door in haar plaats te antwoorden.
U wil de regularisatie afschaffen. Het is toch merkwaardig dat een partij ervoor pleit om de mogelijkheid tot een humane regularisatie af te schaffen. Ik ben blij dat niet iedereen in uw partij daar zo over denkt. U hebt mij voorgesteld om de instructienota in te trekken. Ik ga er echter vanuit dat u niet alles wil afschaffen van de mogelijkheden tot humane regularisatie.
De instructienota is zo streng mogelijk opgesteld. U spuit daar echter genoeg mist rond. In de commissievergadering heb ik al gezegd dat het gaat om mensen die kleinere straffen gekregen hebben, niet om veelplegers, niet om recidivisten, niet om daders bij wie er verzwarende omstandigheden zijn geweest. Gelet op hun gezinstoestand en andere elementen die kunnen worden afgewogen, komen enkel de mensen die kleinere straffen hebben gekregen, in aanmerking voor een eventuele regularisatie.
De diensten hebben de opdracht gekregen zo streng mogelijk te zijn. Het opstellen van de richtlijnen gebeurde in overleg met de magistraten, die onder andere strafrechtelijke vonnissen vellen. Ik ben geen juriste. U hebt wel bekwame juristen in uw fractie. Zij kunnen daar beter over overdelen. Maar wij hebben het echt zo streng mogelijk gemaakt. Ik ben dus gerust dat er geen “zware criminelen” – zoals u dat zegt – door de mazen van het net zullen glippen.
Mijnheer Logghe, kan ik uw fractie niet tevreden stellen? Dan voel ik mij nog zeer goed in mijn vel. Ik voer een humaan en correct beleid, een beleid waardoor ik mezelf nog in de ogen kan kijken wanneer ik ’s morgens voor de spiegel mijn tanden poets. Als dat voor uw fractie niet voldoende is, is dat voor mij ook goed.
Ik wil inderdaad een coherent, correct en goed beleid voeren. Ik heb u de cijfers gegeven inzake gedwongen terugkeer: 18 % meer. 18 % is misschien vlug uitgesproken, maar dat is echt veel. Ik ben nog meer blijer dat 40 % vrijwillig terugkeert. Dat is volgens mij het bewijs dat ons beleid op het goede spoor zit. Mevrouw Temmerman heeft gezegd dat zij mijn trein wat dat betreft op het goede spoor zou houden. Ik vermoed dat ook zij tevreden kan zijn. Een vrijwillige terugkeer is altijd humaner en vormt een betere oplossing voor mensen die hun fout inzien.
U hebt gesproken over mensen die zich niet aan de regels houden terwijl zij in open centra verblijven. U verwijst waarschijnlijk naar het gevecht in Arendonk van vorige zondag. Mensen die zich misdragen en die van onze gastvrijheid en opvang misbruik maken, worden als sanctie naar een gesloten centrum gebracht in afwachting van hun straf. Het klopt dat er iemand voortvluchtig is en dat die door de politie opgespoord wordt. Daar kan mijn dienst nu niets aan doen.
Wij hebben zondagavond al een aantal maatregelen genomen, en ook in de volgende dagen is dat het geval geweest. Er is ook overleg geweest met de vakbonden, want de veiligheid van het personeel in de centra is inderdaad zeer belangrijk, alsook de veiligheid van de andere bewoners van die centra. Wij zullen waakzaam blijven en er zal constant overleg zijn tussen onze diensten en het personeel.
Voorzitter: Ben Weyts, eerste ondervoorzitter.
Président: Ben
Weyts, premier vice-président.
01.25 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoord.
Het was, omdat er geen actuele vragen zijn, vandaag de bedoeling dat wij ook op een aantal concrete dossiers konden ingaan. Aldus heb ik het begrepen. Ik heb dus mijn algemene toelichting namens mijn fractie gegeven. Ik zou u echter graag nog een aantal concrete vragen willen stellen, indien u het mij toestaat, mijnheer de voorzitter.
Een eerste vraag houdt verband met het incident in Arendonk. Er is immers onduidelijkheid over de communicatie. Ik heb het niet over uw communicatie maar over de krantenartikels. Sommigen beweren dat een aantal betrokkenen naar een gesloten centrum is teruggestuurd. Sommigen beweren dat 25 personen naar een ander open centrum zijn overgeplaatst.
Kunt u mededelen wat juist met de amokmakers en vechtersbazen is gebeurd? Dat zou ik willen weten. U zult het antwoord ongetwijfeld uit het hoofd weten. Er is immers heel wat rond te doen. Wat was juist uw beleid? Wat hebt u beslist?
Ten tweede, een ander, heel actueel punt gaat over de eerste voorzitter van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, de heer Debersaques. De heer Debersaques heeft, indien ik mij niet vergis, jaren op het kabinet van de heer Dewael gewerkt. Hij heeft het hele dossier rond de RVV mee helpen uitbouwen.
Wij merken dat het hele luik rond de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen op zich een goede zaak is, omdat de achterstand bij de Raad van State aldus wordt weggewerkt.
Er zijn over de heer Debersaques heel veel slechte en vuile zaken gezegd. Er waren heel veel onwaarheden bij, zoals de bewering dat hij dictatoriaal zou zijn, wat volgens mijn informatie absoluut niet het geval is.
Hij is communautair weggestemd: Franstaligen tegen Nederlandstaligen, 16 tegen 17 stemmen. Eén Nederlandstalige heeft zich bij de Franstaligen aangesloten. De Franstaligen zijn van mening dat de werklast te hoog is. De werklast voor de Vlamingen is even hoog als voor de Franstalige rechters. De Franstaligen zijn echter van mening dat de werklast bij de RVV te hoog is.
Mijn vraag is de volgende.
De heer Debersaques is nu voor de tweede keer weggestemd. Hij is dus definitief weg. Zijn ontslagbrief is blijkbaar bij u op het kabinet toegekomen.
Er zijn vier asieldiensten: het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, de Dienst Vreemdelingenzaken, Fedasil en de RVV.Twee van deze vier diensten, Fedasil en de RVV, zijnde dus de helft, zijn nu onthoofd. Fedasil heeft nog altijd geen nieuwe baas. Het betreft een verschrikkelijk, onbegrijpelijk dossier. Nu heeft ook de RVV geen baas meer en staat er niemand meer aan het stuur.
Kunt u mededelen wat u zult doen? Hoe zal u het probleem oplossen?
Ten slotte, mijnheer de voorzitter, heb ik nog heel kort een vraag over een actueel punt, met name de Algemene Nationale Gegevensbank.
Ik vroeg u om de instructienota over de regularisatie van delinquenten in te trekken. U werpt op dat u dat niet kunt na advies van magistraten te hebben gevraagd. Dat klopt niet. U kunt de nota wel intrekken. Wij verschillen ter zake van mening. Ik vraag u om de nota in te trekken en geen regularisaties van delinquenten door te voeren.
Mevrouw de staatssecretaris, u hebt vorige week aangekondigd dat u de Algemene Nationale Gegevensbank wil laten raadplegen vooraleer u regulariseert. Ik was van mening dat zulks al lang gebeurde. U wil dus gaan nagaan of mensen criminele feiten hebben gepleegd. Eigenlijk vliegt u dus gewoon in het ijle. U weet totaal niet of mensen al dan niet feiten hebben gepleegd en u geeft papieren.
Kunt u daarin meer duidelijkheid geven? Ik zie dat de heer Madrane juist een vraag heeft ingediend, de PS gaat duidelijk niet akkoord. De heer Di Rupo zegt hier dat hij geen criminelen regulariseert, maar de heer Madrane dient hier een vraag in waarin hij zich expliciet verzet tegen wat u hebt voorgesteld. U koos voor de vlucht vooruit en zou de Algemene Nationale Gegevensbank laten consulteren door de Dienst Vreemdelingenzaken vooraleer te regulariseren, zodat u zeker zou zijn geen papieren te geven aan mensen die zware feiten hebben gepleegd. Dat klinkt zeer logisch, maar de PS gaat niet akkoord.
Ik citeer uit zijn vraag: "Il paraît totalement excessif que le OE (Office des Étrangers) puisse avoir accès librement à la banque de données nationale de la police". De PS is dus radicaal tegen, maar u kondigt aan dat u dat gaat doen. Blijkbaar is er een groot probleem in de meerderheid. U hebt dat gewoon zomaar gezegd, maar hebt helemaal geen politieke dekking. Mijn vraag is dan ook: wat is het nu eigenlijk?
01.26 Zoé Genot (Ecolo-Groen): Monsieur le président, Mme De Block a dit qu'elle apprécierait que Mme Turtelboom mette une prison à sa disposition.
Pour ma part, j'estime qu'il faut opérer une distinction entre des personnes qui ont commis un délit, qui ont fait l'objet d'un jugement et qui sont ensuite détenues et la situation de ceux qui demandent l'asile ou la régularisation de leur séjour. En effet, ce genre d'amalgame est totalement insupportable!
01.27 Peter Logghe (VB): Mevrouw de staatssecretaris, ik was niet zinnens om hieraan een aantal actualiteitsvragen te koppelen, maar als de heer Francken dit mag ben ik ook verplicht om u een aantal vragen over de actualiteit inzake asiel en migratie te stellen.
Er zijn filmpjes op YouTube met dansende asielzoekers, gewapend met handwapens verschenen. Daarover werden nogal wat vragen gesteld. Is daarnaar ondertussen al onderzoek gebeurd? Wat was het resultaat?
De heer Francken had ook vragen over incidenten in het asielcentrum van Arendonk. Het is bevreemdend te moeten vaststellen dat het asielcentrum zo open is dat gewapende amokmakers zich blijkbaar zonder probleem toegang tot het centrum kunnen verschaffen. Daar breekt dan een gevecht uit met minstens 100 asielzoekers. Dat is toch te gek voor woorden.
Ik zou daarover graag een stand van zaken krijgen, mevrouw de staatssecretaris.
01.28 Rachid Madrane (PS): Monsieur le président, je voudrais vous faire remarquer que tout va à vau-l'eau! Je n'ai jamais vu cela! On assiste à un truc incroyable! Voilà un député – certes, qui a de saines lectures puisqu'il fait référence à la question que je devais poser en commission – qui donne lecture de sa question d'actualité.
Je pensais que le débat portait sur l'ajustement budgétaire. Or, je constate aujourd'hui que l'un se réfère à des questions qui doivent être posées en commission, que l'autre anticipe parce que le collègue a posé la question. C'est surréaliste! Revenons au thème de la discussion, à savoir l'ajustement budgétaire!
Par ailleurs, monsieur Francken, même si je salue le fait que vous ayez de saines lectures, j'estime incroyable de reprendre une question qui n'a pas encore été posée et qui avait pour vocation de l'être en commission.
Monsieur le président, vous êtes le garant des procédures et du travail. Je vous demande de remettre un peu d'ordre dans la façon de travailler.
De voorzitter: In de Conferentie van Voorzitters is afgesproken dat, gelet op het schrappen van het vragenuurtje, actuele vragen effectief in de uiteenzettingen konden worden verwerkt en dat er naar actuele aspecten kon worden verwezen. Dat is ook wat hier gebeurt. De minister zal daarop antwoorden naar godsvrucht en vermogen. Ik begrijp dat zij zich niet terdege op alle thema’s heeft kunnen voorbereiden.
01.29 Rachid Madrane (PS): Monsieur le président, il s'agit d'une question orale à poser en commission mais nullement d'une question d'actualité. Nous ne sommes pas dans un débat d'actualité! Et qu'est-ce que je constate? Qu'un député aborde des questions qui étaient inscrites à l'ordre du jour de la commission alors que nous travaillons en séance sur l'ajustement budgétaire! Cette méthode de travail est bizarre!
De voorzitter: Mijnheer Madrane, op deze manier rekt u de werkzaamheden zelf.
De staatssecretaris heeft het woord om, naar godsvrucht en vermogen, te antwoorden. (rumoer vanuit Franstalige hoek)
01.30 Staatssecretaris Maggie De Block: Mijnheer de voorzitter, ik wil wel antwoorden, maar u begrijpt dat ik geen antwoord kan geven op vragen die ik nog niet heb gezien.
Er zouden vragen zijn ingediend door de heer Madrane waarop ik zoals steeds graag zal antwoorden in de commissie. Ik heb ze echter niet gekregen. Ik zal antwoorden op de aangehaalde onderwerpen waarop ik kan antwoorden.
Wat Arendonk betreft, is er zondagavond inderdaad een conflict geweest op de parking buiten het centrum. Buiten het hekken van het centrum heeft, naargelang de ooggetuigen, een tachtigtal Afghanen een gevecht aangegaan met een twintigtal Tsjetsjenen, waarvan er een aantal met voertuigen van buiten het centrum kwam. Zij wilden een geschil betreffende een vermeende relatie uitvechten.
Dat is ongehoord en kan niet. Wij hebben de politie dan ook onmiddellijk om versterking gevraagd voor bewaking en om de rust te doen terugkeren in het centrum. Er zijn de hele nacht drie extra politiemensen in het centrum gebleven.
Twee mensen, die heel actief betrokken waren bij het conflict, zijn nog diezelfde avond naar een gesloten centrum gebracht. Een betrokken bewoner heeft het centrum verlaten en is gevlucht met de Tsjetsjenen die van buiten kwamen.
Dit is niet toelaatbaar voor de veiligheid van het personeel noch voor die van de bewoners. Wij hebben zo snel mogelijk een aantal maatregelen genomen. Wij onderzoeken thans de identiteit, de status enzovoort, van alle betrokkenen om na te gaan of bijkomende maatregelen nodig zijn wat betreft hun statuut en welke gevolgen hieraan moeten worden gegeven.
Wat de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen betreft, heb ik inderdaad vorige week het ontslag van de eerste voorzitter ontvangen. Ik heb akte genomen van zijn ontslag. Ik heb dan ook meteen een brief gestuurd aan de algemene raad om zo spoedig mogelijk in de opvolging te voorzien. Het is immers de algemene raad die mij een voorstel moet geven over wie de eerste voorzitter moet opvolgen.
Intussen wordt zijn functie waargenomen door de voorzitter. Ik ben daar gisteren ook geweest, want bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen hebben zeven nieuwe rechters hun eed afgelegd. Samen met hun eedaflegging en de plechtige zitting heeft ook de viering plaatsgevonden van het vijfjarig bestaan van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Ik heb ook die verklaringen in de pers gezien. Ik weet niet van wie die komen. Ik vind in ieder geval dat de eerste voorzitter – dat werd gisteren tijdens de viering ook gezegd – een heel knap werk neergezet heeft. De rechtspraak van de Raad is enorm goed en snel. Hij heeft daarin alleszins zijn verdiensten. Als hij nu zijn mandaat voortijdig wil beëindigen, zal hij daarvoor zijn redenen hebben. Ik kan alleen zeggen dat ik hoop dat zijn opvolger bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen even knap werk zal leveren. Ik zou natuurlijk ook graag hebben dat er zo snel mogelijk in zijn opvolging wordt voorzien.
De Algemene Nationale Gegevensbank wordt thans nog niet geraadpleegd. Ik heb dat aangekaart ter gelegenheid van een overleg met de politionele diensten. Die mogelijkheid wordt onderzocht. Er wordt wel geraadpleegd of iemand een strafblad heeft. U weet dat niet alles direct op een strafblad terechtkomt en dat niet alles op het strafblad genoteerd wordt. Het zou ons een beter profiel van de mensen geven, mochten wij de Algemene Nationale Gegevensbank kunnen onderzoeken.
Mevrouw Genot, uw kritiek is onterecht. De heer Francken vroeg om een groot project en een grote opvangcapaciteit voor die mensen. Ik meen dat die inderdaad nodig is, maar ik heb daarvoor budgettair de middelen niet of nog niet.
Het zou inderdaad interessant zijn indien mevrouw Turtelboom een gevangenis leeg zou krijgen om ze vervolgens om te turnen tot een opvangcentrum. Ik heb niet gezegd dat daar een gevangenisregime zou heersen. Ik meen dat u dit echt verkeerd hebt begrepen.
Mijnheer Logghe, het incident waarnaar u hebt verwezen, handelt over een filmpje waarin een aantal personen uit een asielcentrum zichtbaar zijn terwijl zij dansten op rapmuziek. Ik heb dit ook bekeken en de muziek is niet echt mijn genre. Het gaat niet om de muziek, maar wel over het feit dat er een wapen of een imitatiewapen zichtbaar was. In het filmpje blijft de persoon die het wapen tegen de slaap gericht krijgt, vrolijk glimlachen. Ik meen dan te mogen besluiten dat de betrokkene ongetwijfeld wel wist dat het gaat om een namaakwapen. De politie heeft dit nagekeken en de nodige maatregelen werden getroffen door de bevoegde directie.
Ik keur dergelijke filmpjes niet goed want ik meen dat zij kunnen aanzetten tot geweld en rare daden. Het betrof in elk geval een namaakwapen. Het was allemaal vrij provocerend en op een bepaald moment zelfs vrij grappig als men twee beren van mannen met mekaar ziet dansen op rapmuziek. Ik vond het een heel raar filmpje. Er is in het centrum duidelijk gemaakt dat dit soort van filmpjes niet kan omdat zij kunnen aanzetten tot geweld. Het is pas twee weken na de feiten in de actualiteit gekomen. Ondertussen was de rust al lang teruggekeerd. Het is een smeuïg verhaal geworden doordat een of andere krant het op zijn website heeft geplaatst.
De directie van het centrum, alsook de politie, hebben maatregelen genomen. Ik hoop dat er niet veel meer zulke filmpjes op het internet komen, want zij zetten niet aan tot goede daden.
01.31 Theo Francken (N-VA): Mevrouw de staatssecretaris, zijn er de avond zelf twee mensen naar het gesloten centrum overgebracht? Of zijn er daarna nog mensen verplaatst?
01.32 Staatssecretaris Maggie De Block: Daarna zijn er nog mensen naar andere open centra verplaatst. Het ging onder meer over een vrouw met drie kleine kinderen, waaronder een baby van een week oud die vanuit veiligheidsoverwegingen werd overgeplaatst, uit vrees voor represailles tegen die familie. Een twintigtal mensen werd verplaatst. De groepen werden uit elkaar gehaald.
De voorzitter: Wij vatten de bespreking aan van de sector “Justitie”.
Nous entamons la discussion du secteur “Justice”.
De eerste spreker is mevrouw De Wit.
01.33 Sophie De Wit (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, voor de bespreking van de begrotingsaanpassing voor Justitie voor 2012, zal ik even verwijzen naar het regeerakkoord dat door deze meerderheid werd goedgekeurd. Daarin stond dat op Justitie en op de politiediensten niet zou worden bespaard. Dat was essentieel. Bij de begrotingscontrole bleek op het eerste gezicht dat ook niet zou gebeuren. U kwam er redelijk ongeschonden uit, want met 485 000 euro minder viel dat goed mee.
De bespreking in de commissie was nog maar net afgerond, of er een ontstond een discussie over de schrapping van 393 penitentiaire beambten. Dat ging duidelijk om een besparing. Er kwam een compromis uit de bus, in die zin dat de schrapping van 393 penitentiaire beambten niet zou doorgaan, maar dat op andere budgetten moest worden afgeroomd om dat te kunnen blijven betalen Er zou dus toch moeten worden bespaard.
Mevrouw de minister, ik kan slechts vaststellen dat u dus wel zult besparen op de zo belangrijke Justitie, in weerwil van de bepalingen van het regeerakkoord.
Waar zult u besparen, mevrouw de minister?
Daarbij komt dat het regeerakkoord stipuleert dat de budgetten van de kabinetten zullen worden bevroren. Dat blijkt bij u niet het geval te zijn. U krijgt 300 000 euro extra. Vanwaar die stijging? Ik heb u die vraag ook in de commissie gesteld, maar u kon er toen niet op antwoorden.
Misschien is er een plausibele uitleg en daarom stel ik u die vraag opnieuw.
Een belangrijk aspect is uw aanpak van de straffeloosheid. Ik meen dat u daar alleen medestanders in zult vinden. U weet het wel, dat is ook de lakmoesproef voor uw partij. U hebt al allerlei maatregelen aangekondigd. Het is niet de bedoeling de commissiebespreking te herhalen, maar ik wil graag een drietal aspecten aanhalen.
Ten eerste, omtrent de justitiehuizen, het elektronisch toezicht en de alternatieve straffen. In de begroting en ook bij de controle was daarvoor geen bijkomend budget uitgetrokken. U hebt echter iets uit uw hoed getoverd, een geweldig iets, een spaarpotje, namelijk Optifed. U zegt dat u daarvan nog een en ander kunt betalen. Vorige week hebt u in de commissie, na herhaalde vragen, eindelijk de cijfers gegeven. Als wij specifiek voor het elektronisch toezicht de cijfers bekijken, dan komt er uit Optifed een bedrag van 1,6 miljoen euro, gespreid over de stemherkenning, het nationaal centrum en de voorlopige hechtenis via elektronisch toezicht.
Los van de vraag of dat budget voldoende zal zijn, blijft de vaststelling dat u noch in de originele begroting noch bij de wijziging na controle in een bijkomend budget voorziet voor de justitiehuizen. Laat dat nu net een heel belangrijke factor zijn bij het elektronisch toezicht en ook bij de werkstraffen. Eigenlijk is dat zeer belangrijk voor al uw alternatieve straffen. U mag zoveel extra bandjes voorzien als u wil, u mag daar nog een gps-systeem aan koppelen, als u niet het personeel hebt om dat na te kijken en op te volgen, dan komt u er niet. Er is vandaag een grote achterstand maar u voorziet niet in bijkomend personeel. Was het ook niet naar aanleiding van de feiten in Luik dat u, samen met uw collega Milquet, beloofd hebt om net de justitiehuizen een betere ondersteuning te geven? Er zijn echter geen centjes voor.
Mevrouw de minister, hoe zult u dat oplossen? Misschien niet via Justitie of de justitiehuizen, maar dan via een andere dienst, al hebt u daarvoor uiteraard ook personeel en een budget nodig. Dat budget ontbreekt echter. Dat kan er enkel toe leiden dat de maatregelen die u wil nemen tegen straffeloosheid en voor het stimuleren van alternatieve straffen uiteindelijk een lege doos worden.
Naast die alternatieve straffen hebben wij de gevangenissen. Ik zal het niet hebben over het ter beschikking stellen van een bijkomende gevangenis als u er ergens eentje leeg krijgt, want wij krijgen ze niet gebouwd omdat er te weinig plaatsen zijn. Ik wil het wel even hebben over de veiligheid binnen de gevangenissen. U hebt al een aantal maatregelen aangekondigd. Ook dat was niet uitdrukkelijk in uw budget opgenomen. Opnieuw komt u daar met het spaarpotje Optifed voor de dag. Geen probleem, volgens u, want daarmee kunt u de metaaldetectors en de interventie-uitrusting betalen.
Dat is natuurlijk zeer fraai, mevrouw de minister, maar er zal veel meer nodig zijn, en dat weet u ook.
Wij hebben het al besproken, maar ik wil nog eens verwijzen naar het uitgelekte interne document over de veiligheid in vooral de Waalse gevangenissen. Daar zijn problemen met branddetectie, met elektrische sloten, met camerabewaking enzovoort. Kortom, daar heerst een gigantische onveiligheid. Er zou een en ander stuk zijn en niet worden vervangen. Er bestaat een rechtstreekse link — dat kunt u niet ontkennen — met de gijzelingen. Die vinden blijkbaar altijd plaats in die gevangenissen. Het zeer belangrijk dat er op dat vlak iets wordt ondernomen, maar daarvoor zijn geen middelen uitgetrokken, ook niet in uw spaarpotje Optifed. Hoe zult u dat oplossen?
Daarop aansluitend wil ik kort iets zeggen over de bouw van nieuwe gevangenissen. Dinsdagmorgen titelde De Standaard, naar aanleiding van de opening van de gerenoveerde vleugel in Sint-Gillis, dat die renovaties een “bodemloze put” zijn. Dat kan tellen! Dat doet pijn, zeker als men weet dat er 7,5 miljoen aan renovatie is gespendeerd. Dat gebeurde trouwens terecht, want renovatie was dringend nodig. De titel klopt evenwel. Het is pijnlijk dat die renovatie een bodemloze put is, wetend dat u mordicus vasthoudt aan het masterplan en wetend dat u die nieuwe vleugel in 2016 met de grond gelijk wil maken, ondanks de kosten van 7,5 miljoen, omdat u vasthoudt aan het masterplan.
Mevrouw de minister, ik verzoek u dringend om dat plan te herzien en om minstens die gerenoveerde vleugel ook na 2016 open te houden. Het Rekenhof heeft al berekend dat Haren niet zal volstaan om de overbevolking in de gevangenissen aan te pakken.
Nu wij het toch over renovaties hebben, wil ik terugkomen op de renovaties in de kazerne van Wilrijk. Als men het goed bekijkt, zijn die zelfdestructief. Als minister van Binnenlandse Zaken hebt u beslist dat u het hele gebouw wou renoveren. Er is al 4 miljoen aan gespendeerd. Zo is er een keuken van 900 000 euro, en een groot deel van het gebouw is picobello in orde gebracht. In deze regering beslist u echter om alles af te breken, ook wat pas gerenoveerd is en om op die locatie een nieuwe gevangenis te bouwen. Zo verliezen wij niet enkel de renovatiekosten, maar komen er nog heel wat kosten bij, bijvoorbeeld voor de verhuis van ASTRID, ook 3,7 miljoen.
Ik weet niet of u al een bezoek bracht ter plaatse. Daar staan gigantisch veel zonnepanelen. Het is de moeite waard, mijnheer Calvo, en misschien moet u ook eens een kijkje gaan nemen.
Hoe dan ook, het contract zal moeten worden afgekocht. Ik wil wel eens weten wat daarvan de kosten zullen zijn, alsook van de verhuis. Mevrouw de minister, ik verzoek u andermaal om de moed aan de dag te leggen om die beslissing te herzien. Laat die investering voor renovatie niet opnieuw in de bodemloze put verdwijnen. Er is onvoldoende budget. Laten wij dus niet nog meer geld weggooien.
Mevrouw de minister, ik zal het nog even hebben over de rechtsbijstand van advocaten en over Salduz. Aan het budget van 69 450 000 euro waarin u oorspronkelijk had voorzien, hebt u bij de controle een miljoen toegevoegd voor de prestaties in 2011. En dan kwam het spaarpotje Optifed opnieuw te voorschrijn, waaruit u 3,5 miljoen toverde voor 2012.
Uw voorganger had de extra kosten nodig voor Salduz geraamd op 17 miljoen. Van 17 miljoen naar 3,5 miljoen gaan, lijkt mij vrij optimistisch; daarmee komt u er niet. Nu reeds stoppen de Franstalige balies met hun rechtsbijstand. Dat is dus een tikkende tijdbom. U weet zelf ook wel dat dit veel te licht gebudgetteerd is. Hoe zult u dit oplossen?
Mevrouw de minister, los van het budget, vraag ik u om het pro-Deosysteem aan te passen, te hervormen, minstens te bekijken. Wij hebben daaromtrent een wetsvoorstel ingediend. Wil u het niet goedkeuren, geen probleem, maar laat het alstublieft een inspiratiebron zijn om dat systeem te hervormen.
Een andere prioriteit in het regeerakkoord is de informatisering. Dat is een terechte prioriteit. Als wij echter de begrotingscontrole bekijken, ook na de wijziging, dan zien wij dat er 2 miljoen minder zal worden besteed aan de informatisering van de gerechtelijke orde. Dat staat natuurlijk in schril contrast met het feit dat u dit een prioriteit vindt. Opnieuw komt uw spaarpotje Optifed te voorschijn, waaruit u alweer 2 miljoen haalt voor de databanken.
Mevrouw de minister, dat brengt mij bij de rode draad in heel het verhaal, met name het spaarpotje Optifed. Ik vind dat iets geweldigs. U hebt een spaarpotje van 7,5 miljoen en als u middelen nodig hebt die niet in de begroting zijn ingeschreven, dan kunt u steeds plukken uit Optifed. Blijkbaar is dat het ezeltje uit de sprookjes van Grimm, want de euro’s in dat spaarpotjes brengen meer op dan een euro elders.
Laten wij immers eens de optelsom maken van de gekende uitgaven, die u reeds plant. Ik som ze even op: elektronisch toezicht, stemherkenning, nationaal centrum voor elektronisch toezicht, voorlopige hechtenis, metaaldetectie, snijwerende handschoenen, interventie-uitrusting, Salduz 2012 en JustX. Als ik die uitgaven optel, dan kom ik aan een bedrag van 8 073 000 euro. Dat wil zeggen, tenzij het sprookje waar is, dat uw spaarpotje niet voldoende zal zijn, vermits u al 573 000 euro te kort hebt. Mevrouw de minister, wat gaat u schrappen? Waarop zult u besparen?
U komt er dus niet met uw bijzonder spaarpotje. Dat is niet onbelangrijk. Daar komt nog bij dat Salduz ook nog onvoldoende budget zal hebben en dat dit slechts een beperkte lijst van investeringen is. Ik maak mij dus grote zorgen. Waar zult u het nodige budget halen?
Mevrouw de minister, samengevat, ik kan alleen maar vaststellen dat er onvoldoende budget is. U belooft terecht een aantal nodige maatregelen, maar u hebt geen of onvoldoende budget om het waar te maken. Ook de nodige wetsontwerpen ontbreken nog steeds. Ik kan alleen maar besluiten dat, al uw goede voornemens ten spijt, ook onder uw vleugels Justitie een bedrijf in moeilijkheden zal blijven.
01.34 Bruno Tuybens (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, ik zal het kort hebben over een onderwerp dat niet zo vaak wordt aangekaart, maar dat wel in het regeerakkoord staat, met name de oprichting van een onafhankelijke nationale mensenrechtencommissie. In overleg met de Gewesten en de Gemeenschappen wordt zo’n nationale mensenrechtencommissie opgericht. Dat was ook de vraag van de meeste andere landen binnen de VN Mensenrechtenraad tijdens de laatste Universal Periodic Review in de schoot van die Mensenrechtenraad begin vorig jaar. Vandaar dat in het regeerakkoord ook een verwijzing werd opgenomen naar onze nationale verplichtingen ter zake.
De toenmalige minister van Buitenlandse Zaken in lopende zaken, minister Vanackere, heeft dit op 18 mei van vorig jaar, dus bijna dag op dag een jaar geleden, bevestigd aan de commissie voor de Buitenlandse Zaken. Er werd niet alleen internationaal opgeroepen voor de installatie van een mensenrechtencommissie, maar ook om het optioneel protocol bij het VN-verdrag tegen foltering te ratificeren. Het is logisch dat die twee min of meer samen worden behandeld. Immers, in dat optioneel protocol bij het VN-verdrag tegen foltering wordt specifiek ook in een mensenrechtenmechanisme voorzien. Het is dus logisch om die twee aan elkaar te koppelen.
Daarnaast was er ook kritiek tijdens de Universal Periodic Review van andere landen ten opzichte van België, op de overbevolking in de gevangenissen, op de opvangcapaciteit van asielzoekers en op nog een aantal punten zoals discriminaties, armoedebestrijding, kinder- en vrouwenrechten enzovoort.
De mensenrechtencommissie zou de rol van koepel kunnen opnemen over bestaande instellingen die hun bestaan en bestaansreden al meer dan voldoende hebben aangetoond. Ik denk aan het Instituut voor Gelijkheid van Mannen en Vrouwen, de Commissie voor de Rechten van het Kind, de Privacycommissie en andere. Belangrijk is dat de nationale mensenrechtencommissie er komt, zonder dat dit een negatieve invloed heeft op de slagkracht van de bestaande instellingen. Vandaar dat het naar mijn oordeel een goed idee zou zijn om de nationale mensenrechtencommissie die moet worden opgericht, een koepel te laten zijn.
Even belangrijk is dat deze commissie ook naar eigen inzichten andere thema’s zou kunnen ontwikkelen en onder de aandacht zou kunnen brengen. Anders zou het erop lijken dat ons land in mensenrechten een hiërarchie laat bestaan. Ik denk niet dat wij daar internationaal mee kunnen scoren. Belangrijk is dat onze minister van Buitenlandse Zaken, de heer Reynders, in Genève volgend jaar een overzicht zal moeten geven van de ontwikkelingen die de afgelopen twee jaar hebben plaatsgevonden. Ons land kan de ratificatie van het Protocol nr. 12 ter vermijding van discriminaties, als positief element naar voren schuiven. Dat hebben wij in het Parlement geratificeerd. Het zogenaamde Protocol nr. 12 zorgt dus voor een algemeen discriminatieverbod en is een aanvulling bij het Europees Verdrag ter Bescherming van de Rechten van de Mens. Het heeft sinds de ondertekening wel elf jaar geduurd om dat geratificeerd te krijgen, maar het is nu voldoende uitgewerkt.
Het is belangrijk om tijdens de volgende sessie van de Universal Periodic Review, in 2013, positieve aspecten naar voren te brengen vermits de meeste landen België hebben aangewreven dat wij een van de weinige landen zijn in de wereld waar nog geen nationaal mensenrechteninstituut bestaat. Het is perfect mogelijk dat wij sterk op de vingers worden getikt als wij geen vooruitgangsrapport kunnen voorleggen.
In het regeerakkoord staat de strijd tegen de overbevolking in de gevangenissen. Dat is een aanslepend probleem. Ook hier zou die mensenrechtencommissie een belangrijke rol kunnen spelen door goede adviesverlening op basis van perfecte kennis van de internationale verplichtingen, van benchmarking enzovoort. Het kan ook controlebezoeken van de Raad van Europa vermijden, zoals onlangs nog in Vorst. Het kan de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen rapporten sturen over dit thema.
Het instituut zou ook een belangrijke rol kunnen spelen in de onafhankelijke adviesverlening over alles wat recent is gebeurd rond homobashing en de criminaliteit ten aanzien van holebi’s. Ik vroeg u in uw toenmalige hoedanigheid van minister van Binnenlandse Zaken in maart 2010 al naar de mogelijkheden om homofobe misdrijven te registreren. Ik ben blij dat de fractievoorzitter van de Open Vld in zijn vraag aan minister Milquet vorige week dezelfde woorden heeft gebruikt als ik, namelijk "meten is weten".
Eigenlijk werd die vraag twee jaar geleden ook al gesteld, toen u nog minister van Binnenlandse Zaken was. Bovendien vraagt de holebibeweging bijkomend wetgevend werk onder andere omtrent genderidentiteit en genderexpressie als mogelijke gronden tot bescherming. Een mensenrechteninstituut kan op dat vlak een belangrijke rol spelen.
Ondertussen zijn de besprekingen aan de gang inzake de interfederalisering van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, zoals het ook in het regeerakkoord staat. Wij zijn daar heel blij mee. Dat is echter een ander onderwerp. Het nationaal mensenrechteninstituut staat daar los van.
Het is belangrijk dat het nieuw instituut internationaal erkend zou worden op grond van zijn onafhankelijkheid. Volgens de Paris principles zou dat instituut een A-status moeten kunnen krijgen, wat een volledige onafhankelijkheid betekent. Ik wil erop wijzen dat het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding volgens de Paris principles momenteel een B-statuut heeft.
Tot slot, wij hebben in het regeerakkoord ook ingeschreven dat ons land zich zou voorbereiden om zich kandidaat te stellen als lid van de VN-Mensenrechtenraad 2015-2018. Het ontbreken van een nationale mensenrechteninstelling in ons land zal die kandidatuur volgens mij in ieder geval bemoeilijken. Om internationale verplichtingen te kunnen nakomen en andere elementen van het regeerakkoord te kunnen uitvoeren, zal Justitie hopelijk een wezenlijke bijdrage leveren. De minister van Buitenlandse Zaken kan immers ook niet verder, zolang het dossier van de minister van Justitie niet is aangeleverd.
Mevrouw de minister, daarom vraag ik u wat de stand van zaken is omtrent dat dossier. Welke plannen zullen er in 2012 nog worden ontwikkeld? Ik kijk met belangstelling uit naar uw antwoorden.
01.35 Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, je serai brève. Cet ajustement budgétaire fut l'occasion de faire le point sur différents dossiers et d'insister à nouveau sur un certain nombre d'entre eux. Le groupe Ecolo-Groen ne soutient pas cet ajustement pour plusieurs raisons. Je voudrais vous entretenir de trois points qui me semblent essentiels.
En ce qui concerne l'aide juridique de seconde ligne, j'ai eu l'occasion d'interroger la ministre hier sur la suppression de cette aide opérée par les Barreaux francophones et germanophone. La ministre a fait juste savoir qu'un groupe de travail devait se tenir à partir du 22 mai avec l'OBFG pour augmenter le budget de l'aide juridique et, pour ce faire, réaliser une analyse et une modification du système de financement. Je lui ai rappelé combien cette discussion était urgente et combien il aurait été intéressant de l'anticiper afin d'éviter le blocage actuel. Ce sont malheureusement les citoyens le plus dans le besoin qui sont les victimes des tensions et des désaccords entre les barreaux. Celle qui est censée tracer le chemin ne répond pas à ces attentes, car, malgré ces informations, les différents barreaux ont quand même décidé de suspendre leur aide juridique, ce qui signifie que les accords pris avec la ministre étaient insuffisants.
Ensuite, le caractère efficient de la loi Salduz, telle qu'elle est censée être appliquée aujourd'hui, n'est pas clair. Des montants sont certes provisionnés, comme l'affirme sans cesse la ministre, mais la Cour des comptes craint que cela ne soit totalement insuffisant. Nous attendons de lire le protocole d'accord que la ministre a conclu vendredi dernier, sur la nomenclature du point dans les prestations Salduz. Hier, j'ai interrogé la ministre en commission de la Justice et je lui ai demandé de nous faire parvenir ce protocole afin que nous puissions l'évaluer. Sur le terrain, à Mons notamment, la loi Salduz est très contraignante financièrement. Il convient donc que des garanties sur l'évaluation des besoins soient données afin que nous puissions concrètement assurer une aide juridique le plus rapidement possible, et honorer de cette manière la législation européenne.
Enfin, en ce qui concerne les établissements et les agents pénitentiaires, une des caractéristiques du budget, comme l'a affirmé la ministre en commission, est le renforcement de la division organique, relative aux établissements pénitentiaires. En effet, 15 millions d'euros sont provisionnés et laissent à penser que le département Justice est un des mieux préservés. Malheureusement, ces 15 millions d'euros vont essentiellement servir à payer la facture Tilburg et le reste de cette somme sera affecté au renfort de moyens humains pour des cellules supplémentaires. Une fois de plus, les mesures de ces derniers jours sont totalement insuffisantes, et ne règlent en rien le problème de la surpopulation carcérale et des conditions de détention actuelles de nos prisons. À peine inaugurées, les nouvelles cellules de Saint-Gilles débordent. De plus, si Mme De Block veut que la ministre de la Justice mette une prison à disposition pour la reconvertir en centre d'accueil pour les réfugiés, la tâche ne va pas en être facilitée.
Pour conclure, je dirai que la ministre nous fait malheureusement patienter. Elle dit que des projets sont en cours de réflexion au sujet de ces différents dossiers ainsi que sur le dossier de l'informatisation.
Madame la ministre, notre patience a des limites et nous ne sommes pas les seuls dans ce cas. Il en va de même des agents pénitentiaires, des avocats qui sont confrontés à des difficultés liées à l'application de la loi Salduz et à l'aide juridique, des juges de paix qui sont à bout. Le paquebot Justice est à la dérive. On appelle de toute urgence un capitaine à la barre!
01.36 Bert Schoofs (VB): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, tijdens de bespreking van de begroting in januari 2012 heb ik, indien ik mij niet vergis, hier op het spreekgestoelte voor u, als kersvers minister en als niet-jurist, een politieke kredietlijn geopend, om het zo maar eens te noemen. Ik meen mij zelfs te herinneren dat ik toen heb verwezen naar een eventuele begrotingswijziging, waarbij wat meer body aan uw beleid zou worden gegeven.
In januari 2012 kregen wij een oplijsting van een aantal to-do’s, zoals dat wordt genoemd. Wij kregen echter weinig concrete informatie.
Vandaag sta ik hier opnieuw en stel vast dat de begroting op het vlak van Justitie niet veel meer voorstelt. Zeker de beleidsmaatregelen, dus de concretisering van de begroting ten opzichte van januari 2012, die daaraan zouden zijn gekoppeld, stellen niet veel meer voor. Ze stellen teleur.
Ik ga ermee akkoord dat er besparingen moeten worden doorgevoerd. Zeker bij Justitie moet men zijn prioriteiten kennen. Daaraan wil ik u toch even herinneren. Justitie heeft vele, manifeste prioriteiten.
De voorbije twee decennia is aan de belangrijke problemen niets veranderd. Integendeel, zij zijn verergerd en lijken zelfs onbeheersbaar te zijn geworden, tenzij natuurlijk de verantwoordelijken de juiste ingrepen willen doorvoeren.
Laat ik beginnen met een zaak die nog een positief punt kan zijn, met name de informatisering.
U hebt, na een gedachtewisseling in de commissie vorige week, via elektronische weg uw bundel aan ons bezorgd. De bundel is via het commissiesecretariaat bij ons toegekomen. Wij kunnen de bundel dus nu eindelijk bekijken. Ik zal hem grondig doornemen. Vervolgens zullen wij nagaan wat de gedachtewisseling uiteindelijk zal hebben opgeleverd.
U komt nu met het model van een doos of box. Misschien is het model symbolisch. Ik hoop voor u dat het niet in negatieve zin is. Ik hoop dat het geen lege doos zal zijn, zoals de Phenixdoos van mevrouw Onkelinx. Ik hoop ook dat het geen geduldige maar vooral gammele, papieren doos, zoals de doos van uw voorganger, Stefaan De Clerck, zal zijn. Ik hoop eveneens dat het geen doos van Pandora is. Een dergelijke doos is op het vlak van Justitie immers al te vaak geopend, door te lakse houdingen en te lakse visies van de partijen die de voorbije decennia het bewind hebben gevoerd.
Voor de informatisering geven wij u dus nog enig krediet. Wij zijn benieuwd en zullen er later nog over discussiëren.
Mevrouw de minister, wat echter stilaan volledig in het slop is geraakt, is het gevangeniswezen.
Alles wat met het gevangeniswezen te maken heeft en alle calamiteiten die wij ter zake de voorbije jaren over ons heen hebben zien komen, hebben wij de voorbije drie maanden in een versneld tempo moeten meemaken. De veiligheid en hygiëne in de gevangenissen laten te wensen over. Er zijn de ontsnappingen, zelfs gewelddadige ontsnappingen, de gijzelingen en de cipierstakingen. De voorbije drie maanden hebben wij het allemaal gehad. Wij hebben dat alles op nauwelijks vier maanden tijd de revue zien passeren.
Men zou er toch eindelijk eens aan kunnen denken kortetermijnmaatregelen te nemen. Ik blijf erbij dat wij moeten afstappen van het beginsel van een man in een cel in de meer comfortabele penitentiaire instellingen. Ik heb het dan niet over bijvoorbeeld Vorst, maar wel over Hasselt.
Men zou kunnen overwegen om gevangenisboten aan te kopen. Sommige landen in Europa hebben dat gedaan, zelfs voor asielzoekers, dus waarom niet? De inspectie van Financiën heeft daarvoor destijds trouwens het groen licht gegeven.
Er zijn ook geen middellangetermijnmaatregelen, zoals een aanpassing van de al te lakse basiswet.
Wat de langetermijnmaatregelen betreft, ik zal niet herhalen wat tot op heden al in de commissie werd gezegd, maar wil toch een voorbeeld geven. Een grootstad als Brussel zou toch aanspraak moeten kunnen maken op een grootschalige gevangenis, een fors uitgebouwde penitentiaire instelling met een enorme capaciteit.
Wij zien dat de toekomstige penitentiaire instelling in Haren, die nog moet worden gebouwd, in capaciteit moet onderdoen voor wat wij nu in Vorst, Sint-Gillis en Berkendael samen hebben. Dat stemt ons tot bezorgdheid.
Om even de laksheid te schetsen, wanneer het erop aankomt ontsnappingen te bestraffen, tonen Open Vld en MR daarin nog enige goede wil. Men gaat in dezelfde richting als de voorstellen die wij hebben ingediend. Een partij als CD&V stelt voor om het gedeelte van de voorwaardelijke invrijheidsstelling die men zou kunnen verkrijgen, in te korten om de ontsnappingspogingen proberen te beteugelen. Een dergelijke maatregel is absurd. In plaats van iemand een derde van zijn straf te laten uitzitten, zal men hem, indien hij probeert te ontsnappen, twee derde laten uitzitten. Men zou minstens toch moeten kunnen stellen dat men dan de volledige gevangenisstraf moet uitzitten, maar dat zit er voor uw regeringspartner CD&V niet in. De discussies over dat onderwerp zullen nog boeiend worden als wij die richting uitgaan, zeker bij de meerderheid.
Er is ook geen akkoord, laat staan een regeling, over een minimale dienstverlening in de gevangenissen. Ik wil daaraan wel toevoegen dat het Vlaams Belang daarvan alleen voorstander zal zijn indien de basiswet fors wordt aangepast, zodat de cipiers niet langer de knechten van de gedetineerden zijn. Pas dan kan men aan minimale dienstverlening beginnen te denken.
Om te besluiten, wat het handhavingsbeleid betreft, het zijn niet alleen de celstraffen en de uitvoering ervan waaraan iets schort. Het hele handhavingsbeleid in het algemeen mist momenteel elke target, voor zover die targets al vooropgesteld zijn.
Wat elektronische enkelbanden en werkstraffen betreft, dat is niet het beste van de wereld in Justitie en wij moeten met lede ogen vaststellen dat ook daaraan van alles schort.
Een belangrijk aandachtspunt, de nagel waarop ik wil blijven kloppen, is de aanpak van de zedendelinquentie. Dat is echt het laagste van de criminaliteit, inzonderheid pedofilie.
Ik heb er alle begrip voor wanneer professor Adriaenssens in de opvolgingscommissie stelt dat er maatregelen moeten worden genomen inzake de samenwerking tussen hulpverleners en het gerecht en dat die nog kan worden verfijnd. Wij zijn weliswaar geen al te grote voorstander van een nog straffere inperking van het beroepsgeheim.
Dat moet nog steeds kunnen spelen. Wij vertrouwen in elk geval op hulpverleners. Men moet niet alles in de strafrechtelijke sfeer stoppen, maar wanneer het op strafrechtelijke beteugeling aankomt, dan zie ik nog steeds geen woonverbod en nog steeds geen strengere straffen voor pedofielen of pederasten, laat staan een uitvoering van die straffen, bijvoorbeeld levenslang zonder de mogelijkheid om vrij te komen voor degenen die zeer zwaar gestraft zijn en recidiveren.
Zulke criminelen mogen voor ons niet meer vrijkomen. De minder zware delinquenten moeten levenslang ter beschikking gesteld worden. Er zijn onder andere strengere beveiligingsmaatregelen nodig voor degenen die pertinent weigeren om zich te laten behandelen en die dan in de vrije natuur verdwijnen, bijna zwaaiend naar de bezorgde ouders en iedereen die met een goed rechtsbestel begaan is, omdat ze eindelijk opnieuw kunnen beginnen.
Op dat vlak blijft de regering compleet in gebreke. In de uitsluiting van de mogelijkheid voor eerherstel zou ook moeten worden voorzien, zeker voor de sujetten die ik zopas heb aangehaald, namelijk degenen die na het uitzitten van hun straf gewoon verder willen doen.
Wanneer ik het strafrecht en de strafrechtelijke beteugeling in het algemeen bekijk, niet alleen voor de zedendelinquenten, dan moet ik vaststellen dat die geen enkel afschrikkingseffect meer sorteren. Het politiek correcte gehuil van de mei ‘68-zangknapen wordt nog steeds gedirigeerd door de PS en ideologische aanverwanten. Zo komen wij geen meter vooruit. Zo komt ook u geen meter vooruit. Dat moeten wij vandaag vaststellen.
Ik wil nog een van de vele prioriteiten aanhalen: de hertekening van het gerechtelijke landschap. De beperking van het aantal arrondissementen is een goede zaak. Laat dat duidelijk zijn. U past de beperking echter niet consequent toe. U mag niet te vroeg victorie kraaien, mevrouw de minister. U past de beperking niet consequent toe voor Brussel-Halle-Vilvoorde, waar die net het meest nodig is. Dat is een onvoldoende.
Ik was gisteren niet in de gelegenheid om u de vraag te stellen, maar ze is in de afgelopen weken door ettelijke collega’s van de Vlaams-nationale partijen in zowel de Kamer als de Senaat aan u gesteld. In de provincie Henegouwen, niet toevallig het koninkrijk van premier Di Rupo, worden twee subarrondissementen ingesteld. Limburg kan daarop blijkbaar geen aanspraak maken. Wij willen die ook niet, want het is mij onduidelijk wat een subarrondissement betekent. Ik denk dat het gewoon dient om iemand een extra postje van procureur toe te bedelen, in het arrondissement van Di Rupo.
Ik kan concluderend stellen dat een Vlaamse minderheid – dat merk ik ook in de commissievergaderingen, als er al een plaatsvindt – de PS-dictaten volgt. Zo worden de echte politieke prioriteiten op het vlak van Justitie natuurlijk onder de mat geveegd.
De echte prioriteiten, die in wetsontwerpen en wetsvoorstellen zouden moeten worden gegoten, vat ik even voor u samen, mevrouw de minister. Het gaat dan om maatregelen die recht en orde versterken. Wij mankeren die momenteel. De regering noch de meerderheidsfracties in dit Parlement geven hier blijk van.
Mevrouw de minister, wij wachten trouwens nog op een eerste lichting wetsontwerpen van uw hand. Dit is toch belangrijk om uw beleid te vertalen, om het kracht bij te zetten en om het geloofwaardig te maken. Er is geen enkel signaal over wat er eventueel op komst is. Wij blijven hierover in het ongewisse. Mevrouw de minister, dit is nochtans de manier waarop u Justitie naar de 21ste eeuw moet tillen. Ik weet dat u dit niet op twee jaar tijd kunt doen, zijnde de beperkte tijd die u wordt gegund, maar zonder wetsontwerpen kan het ook niet. Justitie kan niet worden bestuurd per omissie.
Ik kan na deze begrotingsaanpassing maar een conclusie trekken, mevrouw de minister. Ik had nochtans op meer gehoopt. Met deze slaafse Vlaamse minderheid onder een Franstalig juk — ik maak dit de visu mee in de commissie — zal deze aftandse Belgische Justitie een moderne Vlaamse Justitie in de weg blijven staan.
01.37 Minister Annemie Turtelboom: Mijnheer de voorzitter, gezien de eerste opmerkingen en gezien het feit dat men, als men zijn dossiers niet kent, er een potje van maakt door de budgetten van Optifed en van de Regie der Gebouwen samen te gooien, wordt het extreem moeilijk om de zaken uit te leggen. Ik zal nogmaals een poging doen.
De bouw van gevangenissen komt voor rekening van het budget van de Regie der Gebouwen. Als men spreekt over het masterplan en de bouw van gevangenissen als in Wilrijk en de investeringen die daar zijn gebeurd, moet ik tot spijt van wie het benijdt zeggen dat dit jammer genoeg niet in mijn budget zit. Wat daarin gedaan is, moet men niet proberen te projecteren op het budget van Justitie.
Het klopt inderdaad dat wij met een budget van 7,5 miljoen extreem veel investeren in de elektronische enkelbanden, in de nieuwe software en uiteraard ook in het personeel dat de nieuwe enkelbanden en de nieuwe software moet beheren. Wij investeren uiteraard niet in enkelbanden zonder de bijbehorende investering in personeel. Een minimum aan dossierkennis zou helpen om het debat te kunnen voeren.
Als wij kijken naar het dossier Salduz, hebben wij bij de begrotingscontrole in 2011 in een budget van 1 miljoen euro voorzien voor de prestaties van 2011 en in een budget van 3,5 miljoen euro voor 2012. Opnieuw, wie een beetje de regels van het budgetteren kent, weet dat men maar een budget inschrijft waarvan men zeker is dat het zal moeten worden uitgegeven. Ik heb al enkele keren de eer gehad om naar het Parlement te komen om uitleg te geven over Salduz en als er één zaak is die wij daarbij hebben geleerd, dan is het wel dat de constante monitoring door politie en parket duidelijk maakt dat wij er zeker van kunnen zijn dat voor het budget van 3,5 miljoen euro prestaties pro Deo zullen worden geleverd. Zoals reeds meermaals gezegd in de commissie zal er uiteraard een constante monitoring gebeuren om te zien of er extra budgetten nodig zijn.
In verband met ICT klopt het inderdaad dat wij een extra injectie doen van 2 miljoen euro voor ICT-projecten maar natuurlijk ook vooral voor projecten in het kader van Optifed, die zichzelf zullen terugverdienen. De bedoeling is dat wij een aantal investeringen doen zodat wij een aantal informatie-uitwisselingen kunnen doen die tot heden niet mogelijk zijn bij Justitie. Op termijn zal dit personeel vrijmaken en zelfs de puur fysieke kosten verbonden aan het opsturen van een enveloppe met postzegel kunnen terugverdienen. Het klopt dus dat er ook in een budget voorzien is voor ICT. Als wij een les geleerd hebben is het wel dat grote projecten niet altijd doeltreffend zijn, maar dat projecten die ervoor zorgen dat verschillende informaticasystemen kunnen samenwerken en dus een kruispuntbank creëren waarin alle informatie wordt gedeeld en men toegang krijgt tot een databank via een autorisatie, wel de goede werkwijze zijn.
Via extra investeringen in enkelbanden en via het project dat bij mijn collega Verherstraeten loopt in verband met de bouw van gevangenissen, zullen wij er natuurlijk voor zorgen dat er tegen het einde van het jaar extra gevangeniscapaciteit en extra strafuitvoeringscapaciteit komt in vergelijking met een jaar geleden. Als wij die inspanningen twee tot drie jaar kunnen volhouden, zullen wij een groot verschil gemaakt hebben op het gebied van strafuitvoering.
Het is de bedoeling om een nationale mensenrechtencommissie op te richten die dan samen met het Centrum voor gelijkheid van kansen en samen met de commissie voor de rechten van de mens zal worden geëvalueerd. Wij moeten een synergie tussen die verschillende commissies bereiken om ervoor te zorgen dat wij de extra middelen die nodig zijn, kunnen bekomen.
Collega Tuybens, ik ben het helemaal met u eens wanneer u zegt dat de nationale mensenrechtencommissie van belang is. Die is niet alleen voor mij van belang maar ook voor de minister van Buitenlandse Zaken. Wij zullen dat bekijken met de indicaties in het regeerakkoord, om te zien hoe wij die commissie kunnen oprichten op een degelijke en transparante manier en met het beste doel voor ogen.
In verband met de informatisering is het zo dat er nu een strategisch plan voorligt, voor de eerste keer in jaren, dat gedragen wordt door alle actoren bij Justitie. Het geeft de strategische krachtlijnen op het gebied van informatica, het uitwisselen van informatie en het ontwikkelen van nieuwe softwarepakketten, zodat wij stappen vooruit kunnen zetten. Wij willen er niet alleen voor zorgen dat aan het einde van de legislatuur elke magistraat een computer heeft, wij willen er vooral voor zorgen dat de uitwisseling van informatie kan gebeuren.
Tot slot, in verband met de hervorming van Justitie, het klopt inderdaad dat er een principeakkoord is waarmee ik een van de komende weken of maanden naar het Parlement zal komen, wanneer alle adviezen binnen zijn. Door de hervorming komt er een daling van het aantal gerechtelijke arrondissementen van 27 naar 12, namelijk één per provincie, met een uitzondering voor Brussel. Daarbij komt het engagement dat het artikel 156 van de Grondwet voor herziening vatbaar verklaard zal worden. In de hertekening van het gerechtelijk landschap zullen we stappen vooruit kunnen zetten. In de komende weken en maanden kunnen wij op politiek niveau beslissen hoe wij het beheer en de autonomie zullen organiseren.
De schaalvergroting heeft als doel Justitie dicht bij de mensen te brengen en Justitie sneller en efficiënter te maken. Vooral ook willen wij strijden tegen de achterstand, want over de achterstand zijn wij hier allen terecht verontwaardigd.
01.38 Sophie De Wit (N-VA): Mevrouw de minister, heel wat van mijn vragen blijven onbeantwoord. U maakt zich ervan af door te zeggen dat ik alles op een hoopje gooi. Het is de Regie, Optifed, de budgetten van Justitie.
U hebt in uw eigen begroting geen fondsen, maar u verwijst daarvoor naar Optifed, waarvan u zegt dat u daaruit 7,5 miljoen euro ter beschikking krijgt voor uw maatregelen. Gelet op de beloftes en aankondigingen die u doet, kan ik alleen maar vaststellen dat u met dat bedrag niet toekomt.
Ik noteer daarnaast dat u zegt dat de gevangenissen onder de Regie vallen en een materie zijn voor uw collega Verherstraeten. Blijkbaar moeten wij daarvoor niet meer bij u zijn. Mijn vraag ging echter niet over de renovatiekosten, die toch al besteed werden. Die renovaties zijn nu gebeurd. Ik heb u alleen gevraagd om dat alstublieft niet verloren te laten gaan. Daar gaat het wel om regeringsbeslissingen: de beslissing om Sint-Gillis toch nog te sluiten in 2016, de beslissing om de rijkswachtkazerne in Wilrijk toch af te breken voor een nieuwe gevangenis. De investeringen, die nu toch uitgegeven zijn, gaan zodoende verloren door regeringsbeslissingen. Tot nader order bent u nog steeds lid van de regering. Daarom had ik van u dienaangaande een duidelijk signaal verwacht.
01.39 Bruno Tuybens (sp.a): Mevrouw de minister, ik wou u gewoon tot spoed aanmanen, in die zin dat er daadwerkelijk nog met een aantal ministers moet worden samengewerkt, niet alleen van Buitenlandse Zaken maar ook van Begroting.
Als wij deze oefening pas in 2013 zouden starten, wat hopelijk niet de bedoeling is, zijn wij uiteraard rijkelijk laat op het ogenblik dat België opnieuw in de Mensenrechtenraad van de VN over die aangelegenheid wordt ondervraagd en zal het de kandidatuur van ons land voor de Mensenrechtenraad ook hypothekeren. Zoveel is duidelijk.
Ik hoop dat u hierover spoedig overleg pleegt en wij binnen een aantal maanden een vast tijdschema ter zake mogen ontvangen.
01.40 Bert Schoofs (VB): Mijnheer de voorzitter, ik wou toch even reageren op het verwijt dat de minister ons maakt dat wij onze dossiers niet zouden kennen. Ik hoop dat het in de toekomst niet zo is dat de woorden bouw en gevangenissen niet meer in één zin mogen worden gebruikt als wij ons tot de minister van Justitie richten.
Ik wil erop wijzen dat die bevoegdheid altijd onder de minister van Justitie ressorteerde. Nu heeft men een iets duidelijkere cesuur in bevoegdheden gemaakt en heeft men meer aan staatssecretaris Verherstraeten toegewezen. Dat moeten wij als Parlementslid aanvaarden.
Mevrouw de minister, de gevangenissen maken reëel deel van Justitie uit. Dat is niet zomaar een virtueel gegeven. Akkoord, wij moeten u niet voortdurend aan de mouw trekken over het feit dat die gevangenissen moeten worden gebouwd. Ik stel dan ook voor dat u de heer Verherstraeten met u naar de commissie meesleurt, dat u zijn handje vasthoudt of hij het uwe en dat wanneer er dan moet worden geantwoord u allebei aanwezig bent en u niet in elkaars plaats hoeft te antwoorden.
Het is ook een traditie binnen de regering dat men het voor elkaar opneemt, dat men collegiaal een ploeg vormt en dat men de regering in zijn geheel vertegenwoordigt.
Ik zal niet nalaten om mij in de commissie ook over de bouw van de gevangenissen tot u te richten.
De voorzitter: Wij vatten de bespreking aan van de sector “Sociale Zaken, Volksgezondheid, Pensioenen en Werk”.
Nous entamons la discussion du secteur "Affaires sociales, Santé publique, Pensions et Emploi".
01.41 Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de voorzitter, collega’s, dames en heren van de regering, aan de vooravond van de bespreking van het budget werden wij nog maar eens geconfronteerd met de ellendige cijfers inzake armoede en kinderarmoede. Ik acht het gepast tijdens deze budgetbespreking ook daarvoor aandacht te vragen.
Recent heb ik op de gezinsdag van een politieke partij de formidabele eis gehoord dat er niet mag worden geraakt aan het kinderbijslagsysteem. Het klopt dat het kinderbijslagsysteem een belangrijke buffer vormt tegen armoede en tegen bestaansonzekerheid, zeker voor die gezinnen die een beroep moeten doen op de verhoogde kinderbijslag. Wij mogen ons niet laten verleiden niets te doen inzake kinderbijslagen. Wij staan voor grote uitdagingen. Vele gezinnen krijgen nu immers niet waar zij recht op hebben. Vele gezinnen die volgens de reglementering recht hebben op een verhoogde kinderbijslag, die zij wellicht nodig hebben om het hoofd boven water te houden, krijgen die niet. Dat betekent dat ons kinderbijslagsysteem faalt.
In aanvulling van wat er gezegd is op de gezinsdag van de collega’s van CD&V stel ik voor dat wij, zo snel mogelijk, mevrouw de minister van Sociale Zaken, werk maken van een ambtshalve toekenning van de kinderbijslag en van de verhoogde kinderbijslag. Het is niet normaal dat gezinnen eerst een sociaal onderzoek moeten ondergaan van een OCMW om dan vast te stellen dat zij door de mazen van het net geglipt zijn en dat zij in een bepaalde periode niet gekregen hebben waar zij recht op hebben.
Mevrouw de minister, wij moeten met zijn allen – zeker ook op regeringsniveau – nagaan op welke manier een ambtshalve toekenning van de kinderbijslagen kan worden gerealiseerd.
Ten tweede, in de complexiteit van ons land is het aangewezen om het niet te laten bij een uitkering maar ook om ervoor te zorgen dat kinderen uit die kwetsbare gezinnen niet sociaal geïsoleerd raken. De meest ellendige en moeilijke val in het armoedebeleid is dat mensen geïsoleerd raken, dat kinderen niet kunnen deelnemen aan kampen van jeugdverenigingen, naschoolse activiteiten, voetbalverenigingen of culturele activiteiten.
Mevrouw de staatssecretaris, wij moeten nagaan of er geen koppeling kan gebeuren tussen de verhoogde kinderbijslag en de garantie dat kinderen uit zulke gezinnen een beroep kunnen doen op formules van een vrijetijdspas zoals die in heel wat OCMW’s is beproefd.
Ik lees in het regeerakkoord, en dat moeten wij in deze besparingstijden herhalen, dat wij met de regering en in overleg met de deelstaten een realistisch plan moeten opzetten om kinderarmoede uit te roeien. Deze zin staat letterlijk in het regeerakkoord. Het is hoog tijd, ook in het licht van recente analyses en cijfers, dat er een interministeriële conferentie komt rond armoede, met specifieke aandacht voor kinderarmoede, zodat er een samenspel is tussen sociale zekerheidssteun zoals bijvoorbeeld een verhoogde kinderbijslag en de vrijetijdspas of de inspanningen op regionaal niveau. Het is niet alleen een kwestie van agenda’s maar ook van engagement om die bepaling uit het regeerakkoord zeer snel concreet te maken. Het kan niet zijn dat budgettaire problemen in de weg staan van de strijd tegen kinderarmoede.
Mevrouw de staatssecretaris, onze fractie dringt erop aan om zeer snel alle bevoegde ministers in dit land rond de tafel te krijgen, teneinde de puzzel te maken, teneinde het vangnet dat kinderen moet behoeden voor armoede meer sluitend te maken. Indien u ter zake initiatieven neemt, zullen wij u steunen.
01.42 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Bonte, het verheugt me dat u zegt dat de budgettaire situatie niet in de weg mag staan van een goede aanpak van kinderarmoede. Dat is juist. Wij zijn ook in staat om een realistisch tijdspad uit te tekenen om effectief een aantal maatregelen te nemen, maatregelen die geld kosten, maar die wel iets kunnen doen aan de bijzonder hoge armoedepercentages in ons land.
Ik vraag mij echter af waarom de regeringspartijen waartoe uw partij ook behoort, er niet in geslaagd zijn om volgende twee dingen te doen.
Ten eerste, waarom hebben de regeringspartijen er niet voor gezorgd dat de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen niet zo laag zakt dat gezinnen met kinderen geconfronteerd worden met uitkeringen die onder de armoedegrens vallen? Ten tweede, waarom zijn de regeringspartijen er niet in geslaagd om een tijdpad uit te zetten zodanig dat alle uitkeringen verhoogd worden tot boven de armoededrempel?
Ik heb het dan over het leefloon en over bepaalde pensioenuitkeringen. Als wij de armoede bij gezinnen en de kinderarmoede willen aanpakken, moeten wij gezinnen emanciperen en een voldoende hoog inkomen ter beschikking stellen, om effectief hun kinderen te laten opgroeien in een kansrijke omgeving.
Als men als kind moet opgroeien in een gezin dat niet over een bestaansminimum beschikt dat boven de armoededrempel uitkomt, wordt men onmiddellijk een aantal kansen ontnomen. Ik vind het jammer dat de regering een aantal noodzakelijke maatregelen, namelijk de twee maatregelen die ik daarnet heb genoemd, niet heeft genomen.
01.43 Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de voorzitter, aan de hoogte van bepaalde, socialezekerheidsuitkeringen of leefloonniveaus zouden wij inderdaad nog veel meer moeten kunnen doen. Vanuit budgettair oogpunt is het wellicht moeilijk, maar noodzakelijk om een aantal aanpassingen te doen.
Ik wil niettemin even terugkeren op wat ik heb uiteengezet. Op het vlak van kinderarmoede is het even belangrijk, zoniet belangrijker, om het niet over de uitkeringsniveaus van de mama’s en de papa’s te hebben. Het allerbeste is om hen aan het werk te krijgen. Het allerbeste is om hen economisch actief te krijgen zodat hun kinderen ook zien wat leven is en wat economische participatie is.
Wij zullen de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen in de gaten moeten houden teneinde na te gaan in welke mate ze ook doet wat wij beogen, namelijk het activeren, het extra stimuleren en het extra begeleiden.
Degressiviteit van uitkeringen is één zaak. Er ligt echter ook een uitdaging in een samenwerkingsverband met andere bevoegdheidsniveaus, zoals de regionale bevoegdheidsniveaus en de lokale initiatieven van bijvoorbeeld OCMW’s. Wij moeten nog meer inzetten op opleiding, begeleiding en stimulering van mensen die anders in de uitkeringsstelsels, zoals leefloon en langdurige werkloosheid, dreigen te komen vastzitten.
Buitenlandse situaties en ook experimenten in ons land tonen aan dat het resultaat van extra begeleiding en extra stimuli, misschien gekoppeld aan financiële stimuli, door bepaalde uitkeringen op een andere manier te conditioneren of te verlagen, op het vlak van armoedebestrijding effectief hoopgevend is.
Mijnheer De Vriendt, het is een illusie te geloven dat enkel en alleen op basis van het niveau van de uitkeringen aan armoedebestrijding kan worden gedaan.
Wij hebben effectief met zijn allen wellicht ook de plicht om, wanneer dergelijke moeilijke beslissingen inzake werkloosheidsuitkeringen worden genomen, er meteen evaluatie, controle en opvolging van de effecten van de maatregel aan te koppelen. Voor mij ligt op voornoemd vlak een erg grote, complementaire opdracht voor de regio’s op het vlak van begeleiding en opvolging van werkzoekenden of andere inactieve groepen.
Mijnheer De Vriendt, uitkeringen vormen een zaak, maar op het vlak van armoede is het ook belangrijk om in te zien dat maatschappelijk actief zijn, maatschappelijk participeren, sociale netwerken uitbouwen, sociale contacten onderhouden en deel uitmaken van het verenigingsleven, misschien een net zo belangrijke of misschien zelfs belangrijkere hefboom vormen dan de uitkeringsniveaus van de moeders of de vaders. Dit is precies het punt waartoe ik wil komen. Wij moeten volgens mij een automatische koppeling krijgen tussen enerzijds uitkeringen – de verhoogde kinderbijslag in dit geval – en anderzijds garanties bieden dat kinderen uit die kwetsbare gezinnen effectief kunnen participeren aan de schoolreizen van de klas, aan de voetbalploeg van de wijk en aan de socioculturele verenigingen.
Op dat punt bestaat er veel expertise op het niveau van de OCMW’s. Mevrouw de staatssecretaris heeft recent in de commissie gewezen op de experimenten die in een aantal OCMW’s lopen met een vrijetijdspas. Deze pas moet ervoor zorgen dat kinderen uit dergelijke gezinnen zo goed als gratis meekunnen op kampen of deelnemen aan sportorganisaties. Ik meen dat wij die koppeling moeten zoeken. Het complexe landje waarin wij leven met zijn bevoegdheidsverdelingen noopt ons ertoe te pleiten voor een zeer snelle organisatie van een interministeriële conferentie Armoede teneinde te komen tot een goede afstemming tussen de bevoegdheidsniveaus. De focus moet vooral liggen op de bezorgdheid om kinderen niet het slachtoffer te laten worden van de precaire financiële situatie waarin bepaalde gezinnen leven.
01.44 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer Bonte, u schetst terecht de armoedeproblematiek in een bredere context dan enkel een gebrek aan financiële middelen. U raakt onmiddellijk aan een aantal Vlaamse bevoegdheden. Ik hoef u er niet aan te herinneren dat uw partijgenote, Ingrid Lieten, als Vlaams minister bevoegd is voor armoedebestrijding. Ik hoop dat zij haar steentje kan bijdragen om die armoede in ons land, die veel te hoog ligt met 1 Belg op 7, op Vlaams niveau te reduceren.
Ik moet wel zeggen dat alles staat of valt met een voldoende hoog inkomen. Ik blijf daarbij. Ik meen dat u er zich iets te gemakkelijk van af maakt door te verwijzen naar de problemen van vereenzaming, isolatie, uitsluiting, enzovoort. Veel staat of valt met een gebrek aan financiële middelen. Ik meen dat wij veel meer inspanningen moeten leveren aan de basis.
Ik verwijs naar uw federale regeringsdeelname. Er ontbreekt een tijdpad om basisuitkeringen zoals het leefloon op te trekken tot boven de armoededrempel die, voor alle duidelijkheid, voor een alleenstaande op een magere 973 euro per maand ligt.
U zegt dat werk en activering toch belangrijk zijn. Dat is inderdaad belangrijk en zelfs belangrijker. In tussentijd, wanneer iemand niet over een job beschikt, wil ik echter dat aan die persoon, met of zonder kinderen, een voldoende hoog inkomen, een voldoende hoog bestaansminimum wordt uitgekeerd.
Zolang dat niet het geval is, kunt u niet blijven verwijzen naar activering. Er zijn eenmaal een aantal werklozen en meer dan 100 000 leefloners in ons land. Wij moeten die mensen inderdaad aan werk helpen, maar in tussentijd moet u wel zorgen voor een menswaardig inkomen voor die groepen.
01.45 Hans Bonte (sp.a): Ik ben het ten gronde eens met u.
De kritiek die ik op ons systeem heb, is dat wij misschien te weinig hebben ingezet op activering. U hebt ongetwijfeld gelijk wanneer men belangrijke categorieën binnen die kwetsbare groepen bekijkt. Het is daar inderdaad een kwestie van een beter inkomen garanderen. Ik ben het daarmee eens. Als er daarvoor budgettaire mogelijkheden zullen zijn, zullen wij uw bondgenoot zijn om dat mee te bepleiten.
We hebben, mijns inziens, evenwel veel te weinig ingezet op het activeren van mensen, ook van leefloontrekkers en langdurig werklozen. Ik wil daarmee een bruggetje slaan naar een tweede punt.
Het tweede punt dat ik wil aanraken, heeft te maken met de massieve investering die men de voorbije jaren heeft gedaan inzake tewerkstelling, ook van kwetsbare groepen, namelijk de dienstencheques. Een punt lijkt mij daarin bijzonder belangrijk: we moeten van het stelsel van dienstencheques, nog meer dan in het verleden, een springplank proberen te maken uit die passiviteit, uit die inkomensafhankelijkheid, door een contingent te reserveren binnen het stelsel van dienstencheques voor mensen die uit het leefloonstelsel of uit de werkloosheid komen.
Mijnheer de staatssecretaris van Fraudebestrijding, als we in uw globale economie er grote problemen mee hebben dat gezonde bedrijven vaak ten onder gaan tengevolge van de perverse concurrentie van mensen die de spelregels niet volgen, is dat dubbel en dik het geval wanneer wij het hebben over het systeem van de dienstencheques dat met overheidssubsidies massaal jobs creëert voor mensen uit de werkloosheid en voor andere groepen.
Ik ben ten zeerste verheugd te vernemen dat men nu blijkbaar toch een tienpuntenplan voor de professionalisering van die sector heeft gerealiseerd.
Het blijft voor mij een beetje onduidelijk hoe het met het tienpuntenplan staat. Komen er inspanningen om ook uit die sector de cowboys te weren? Hebt u maatregelen genomen, opdat het dienstenchequesysteem zich gegarandeerd nog meer zou richten tot personen in inkomensafhankelijke situaties? Creëert u extra controlemogelijkheden? Ik zou daarover graag wat meer duidelijkheid krijgen. Als wij dat stelsel niet bijsturen, dan dreigt het onbetaalbaar te worden en zijn doel voorbij te schieten.
Ik heb, ten slotte, nog een vraag over de uitvoering van wat bij de aanvang van de regering aangekondigd werd. Inderdaad, wij moeten niet alleen besparen, maar ook, terecht, investeren in meer en effectievere controle. Wat daaruit sprong, was het idee om onze inspectiediensten en de wetgeving, zoals die betreffende hoofdelijke aansprakelijkheid, te versterken. Ik wil het hier, meer specifiek, over de sociale inspectiediensten hebben.
Ik hoor over onze inspectiediensten ook in het buitenland nogal eens jaloerse positieve klanken. Mijnheer de staatssecretaris, hoe zit het met de sociale inspectie? Zijn de ambities van de regering om de sociale inspectiediensten te versterken, overeind gebleven in de huidige besparingsoefening of zullen die gedeeltelijk in de diepvries belanden? Daarover zou ik graag wat meer uitleg krijgen.
Voorzitter: André Flahaut, voorzitter.
Président: André Flahaut, président.
01.46 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, chers collègues, concernant les services d'inspection sociale – et John Crombez pourrait le dire mieux que moi –, vous devez savoir que, pour aboutir et concrétiser le grand plan contre les fraudes sociales et fiscales, nous soutenons l'ensemble des services d'inspection sociale, avec une réflexion pour étendre les cadres et les méthodes de travail afin de parvenir aux résultats souhaités dans le cadre du plan de M. Crombez.
01.47 Staatssecretaris Maggie De Block: De cijfers die wij afgelopen week te zien hebben gekregen, zijn inderdaad zeer schrijnend. Het gaat om één op vijf kinderen en zelfs een nog hoger cijfer als we kinderen beschouwen in de groep van 0 tot 2 jaar. Hoe jonger de kinderen, hoe meer er zich in armoede bevinden.
Ik ga volledig akkoord met de heer Bonte dat de interministeriële conferentie bijeengeroepen moet worden. Ik heb daarom ook al twee keer een brief en mail gestuurd naar de bevoegde minister die de interministeriële conferentie dit jaar moet bijeenroepen. Die conferentie vergadert onder alternerend voorzitterschap. Het komt nu toe aan minister Bourgeois van de Vlaamse regering om de conferentie bijeen te roepen. Afgelopen week is er een antwoord gekomen. Op dinsdag 5 juni zal een eerste interkabinettenwerkgroep de agenda vastleggen.
Wij hebben alvast vanuit het kabinet de volgende punten op de agenda gezet. De winteropvang moet geëvalueerd worden. Het draaiboek dat wij willen maken, moet afgetoetst worden. Wij hebben daarrond op het kabinet al gewerkt en wij willen dat natuurlijk aftoetsen op de interministeriële conferentie. Voorts gaat het om de opvolging van de federale Romastrategie, de overheveling van het steunpunt armoedebestrijding, zoals in het federaal regeerakkoord beschreven staat, en ook de opvolging en de planning van de verschillende werkgroepen van de interministeriële conferentie. Verschillende van die werkgroepen konden wij al bijeenroepen, onder andere over kinderarmoede, alsook over opvang. Wij vragen dus ook om opvolging van die werkgroepen.
Het is de bedoeling om tot een realistisch plan te komen. Voor zover mijn bevoegdheid inzake de aanpak van kinderarmoede strekt, kan ik u zeggen dat wij de komende zomer met een geactualiseerd plan tegen kinderarmoede komen. Dat is op mijn kabinet al afgetoetst met de verschillende andere bevoegde ministers. Het is immers de bedoeling dat wij in dezelfde richting werken en ook dat wij niet twee keer hetzelfde werk doen, terwijl andere zaken blijven liggen. Die evaluatie lijkt mij wel nodig.
De heer De Vriendt stelde een vraag over het budget. Welnu, bij de vorige en de nu voorliggende begrotingscontrole hebben wij de middelen voor de sociaal-culturele participatie gevrijwaard. Wij vinden het belangrijk dat ook kinderen uit kansarme gezinnen kunnen deelnemen aan sportieve evenementen en sociaal-culturele initiatieven en hobby’s kunnen beoefenen.
Ik ondersteun nog een aantal projecten. Zo heb ik er vandaag nog een goedgekeurd voor de aankoop van extra lees- en leerboeken voor kinderen van kansarme gezinnen, die daarrond in kleine groepjes onder begeleiding kunnen werken. We moeten alle middelen en mensen inzetten om in deze moeilijke economische tijden kinderen proactief uit de armoede te halen en preventief te helpen.
Ondertussen gaan er ook al middelen naar het leefloon van jongeren die hun middelbare studies nog niet hebben afgerond, en die zijn terecht besteed. Wij zullen die inspanning voortzetten. Al die maatregelen zijn bedoeld om de intergenerationele armoede – tussen families is er niet alleen een genetische band of een bloedband – die een feit is, te doorbreken.
01.48 Staatssecretaris John Crombez: Mijnheer de voorzitter, aanvullend bij de uitleg van de minister van Sociale Zaken, laat ik opmerken dat we bij de begrotingscontrole middelen hebben ingeschreven voor de aanwerving van controleurs. De opmerking van het Rekenhof dat er nog geen nieuwe controleurs op straat zichtbaar zijn, doet wenkbrauwen fronsen. Het Rekenhof is er namelijk van op de hoogte dat de middelen in december bevroren werden. Hoe dan ook, met de uitvoering van de beslissing worden 20 controleurs voor de FOD Sociale Zekerheid aangeworven. De selectieprocedure is lopende en de controleurs zullen vanaf september actief kunnen worden ingezet. Voor het toezicht op de sociale wetten treden er eveneens vanaf september 15 controleurs aan. Bij de RSZ gaan er vanaf september 11 controleurs aan het werk. Daarenboven zijn er bij de FOD WASO middelen vrijgemaakt voor 35 extra sociale inspecteurs. Dat is conform de timing voor de uitvoering van wat werd besproken bij de aankondiging van de begroting.
De regering heeft voorts samen met de werkgevers en werknemers een protocol uitgewerkt met het oog op de professionalisering van de sector van de dienstencheques. Het protocol moet, enerzijds, de betere werking en, anderzijds, ook de betere controleerbaarheid van de sector garanderen. Een aantal maatregelen moet ervoor zorgen dat degenen die misbruik willen maken van een sector die zwaar op overheidsmiddelen leunt, veel sneller en zonder veel pardon uit de sector worden gehaald. Daarbij gaat het onder andere over preventieve maatregelen zoals borgstelling bij aanvraag van de erkenning en over snellere manieren om de erkenning in te trekken, tot en met de aanpassing van de inruilwaarde bij vaststelling van inbreuken. Dat moet vermijden dat de middelen die de overheid ter beschikking stelt, op onrechtmatige manier verloren gaan.
01.49 Hans Bonte (sp.a): Mijnheer de voorzitter, ik wil de regeringsleden danken voor hun antwoord. Ik wil ook nog even kort reageren op wat mevrouw De Block, staatssecretaris bevoegd voor Armoedebestrijding, heeft gezegd.
Mevrouw De Block, ik noteer dat u al een tijdje probeert om een interministeriële conferentie over armoede samen te brengen en dat Vlaams minister Bourgeois wakker aan het worden is.
Mevrouw de staatssecretaris, ik wil ervoor pleiten om in die interministeriële conferentie ook expliciet invulling te geven aan wat ook in het federale akkoord staat, namelijk een kinderarmoedebeleidsplan, specifiek gericht op de strijd tegen de kinderarmoede. Dat is nodig gelet op de evolutie van dramatische cijfers. Daarbij moeten we noteren dat een plan pas efficiënt is als er een sterk engagement van de deelregio’s en de federale overheid zelf is.
Het lijkt mij zeker de moeite waard – ik richt mij daarmee ook tot de minister van Sociale Zaken – om na te gaan op welke manier wij de verhoogde kinderbijslagen ambtshalve kunnen toekennen. Automatische toekenning moet vermijden dat kwetsbare personen zoals alleenstaande moeders, hun recht op verhoogde kinderbijslag mislopen.
Dat element van de puzzel moeten we zeker mee kunnen nemen.
Er moeten ook betere garanties komen, zodat gezinnen met kinderen actief kunnen deelnemen aan het sociaal leven. Daar komt de bevoegdheid van de regio’s op de proppen. Als die puzzel kan worden gelegd, zijn wij al een groot stuk verder.
Ik ben verheugd over de mededeling dat hiervan werk wordt gemaakt en dat er binnenkort een bijeenkomst tussen de bevoegde ministers op de verschillende beleidsniveaus is gepland.
01.50 Laurette Onkelinx, ministre: Je demanderai au secrétaire d'État Philippe Courard, qui est en charge des allocations familiales, qu'il examine les dispositions qu'il pourrait prendre avec Maggie De Block pour aller dans votre sens.
Le président: Le secrétaire d'État est d'ailleurs excusé cet après-midi. Il est en mission officielle à Liège.
Je n'ai plus d'intervenants ni sur les bancs parlementaires, ni sur les bancs du gouvernement pour cette matière.
Aucun orateur n'est inscrit pour le secteur "Agriculture et Économie", ni pour "Environnement".
Nous entamons la discussion du secteur "Énergie et Mobilité".
Wij vatten de bespreking aan van de sector “Energie en Mobiliteit”.
Je donne la parole à M. Calvo qui est le seul inscrit.
01.51 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, wij hebben in de commissie al relatief uitgebreid over uw begroting van gedachten gewisseld. Ik vind het de moeite waard om er nog eens bij stil te staan.
Mijnheer de staatssecretaris, tussen de CDH-partijvergaderingen door is daar misschien enige ruimte voor?
Le président: Monsieur Calvo, veuillez me laisser organiser les travaux ou prenez ma place, mais je deviendrai peut-être aussi infernal que vous.
Monsieur le secrétaire d'État, veuillez être attentif.
01.52 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik heb niet de ambitie om voorzitter te worden van de Kamer, maar ik heb wel de oprechte ambitie om te worden beluisterd door de staatssecretaris.
De oppositie in dit Parlement streeft ernaar deze regering tot een beter en een groener beleid te bewegen. Vandaar dat ik erop aandring dat de staatssecretaris naar mij zou luisteren.
Mijnheer de staatssecretaris, de begroting is als het ware the proof of the pudding. Men kan eruit afleiden of uw verklaringen van zondag op de televisieplatformen geloofwaardig zijn, of daar middelen tegenover staan om ze te concretiseren. Bovendien is deze budgetaanpassing een kans voor deze klassieke tripartite om de ontbrekende elementen in de initiële begroting bij te sturen. Mijn hoop bestond erin dat er maatregelen zouden worden bijgestuurd, dat gemiste kansen niet langer gemist zouden worden en dat er stappen voorwaarts zouden worden gezet.
In drie fundamentele dossiers heb ik dat niet vastgesteld. Dat betreur ik. Ten eerste, de nucleaire bijdrage. U zult zeggen dat ik er weer over begin maar ik vind het belangrijk genoeg om er steevast op terug te komen. Ik had gehoopt dat de recente gebeurtenissen en de huidige budgettaire situatie deze regering ertoe zouden aanzetten om in een hogere nucleaire bijdrage te voorzien in de budgetaanpassing.
De energiebedrijven, die u niet grondig wil belasten en van wie u geen substantiële bijdragen in de begroting vraagt, lachen eigenlijk met u. Dat zagen wij recent nog. Zij nemen u in het ootje wanneer het gaat over de prijsblokkering inzake energie.
Dat had een gebeurtenis kunnen zijn die deze regering had getriggerd tot een hogere nucleaire bijdrage.
Iets anders, een tijdje geleden, toen u nog staatssecretaris voor Begroting was, mijnheer Wathelet, zei mevrouw Dutordoir in de commissie voor het Bedrijfsleven dat wij moesten oppassen met de nucleaire taks, dat wij die niet te hoog mochten leggen, dat zij die middelen nodig hadden om hun andere centrales rendabel te maken, om die andere centrales, die niet zo lucratief zijn, te financieren. Er zou dan een transfer zijn van Doel 1 en Doel 2 naar Ruien 4, 5 en 6 of Les Awirs.
Mijnheer de staatssecretaris, vandaag blijkt echter dat u geen hogere nucleaire bijdrage vraagt, u zegt dat het belangrijk is om de andere centrales van Electrabel te laten draaien, maar zij sluiten die centrales. Wat is uw reactie vandaag? Hebt u dan geen spijt dat die nucleaire bijdrage niet verhoogd wordt?
U hebt vandaag samen met mij kunnen vaststellen dat Electrabel heeft aangekondigd dat een aantal centrales, niet alleen steenkoolcentrales, maar ook gascentrales, Les Awirs en Ruien 6, wordt gesloten. Ik stel toch vragen bij uw Electrabelstrategie en bij het parcours dat u aflegt op het vlak van de nucleaire taks.
De nucleaire bijdrage zou immers een van de pistes kunnen zijn om de energie-investeringen die op ons afkomen op een rechtvaardige en billijke manier te gaan financieren. Opnieuw, het Planbureau zegt dat wij tegen 2030, met of zonder kernuitstap, 20 miljard euro nodig hebben om onze energiecapaciteit te vergroenen, vernieuwen en verbeteren.
Wie gaat dat betalen? Onze keuze is niet om dat te laten betalen door de consumenten en de kmo’s, maar om dit in de eerste plaats te laten financieren door zij die de afgelopen jaren bijzonder veel winst hebben gemaakt met het thema energie.
Mijnheer de staatssecretaris, ik zou u willen vragen om daar toch even bij stil te staan, tussen het lezen van de voetbalmagazines door.
Le président: Monsieur Calvo, vous n'avez pas vocation à être instituteur primaire. Arrêtez donc d'interpeller les uns et les autres sur leur façon de se comporter. Tant qu'on vous écoute, on est libre de lire, de téléphoner ou de manger une soupe! Ce que vous faites relève de l'enfantillage.
01.53 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, u hebt blijkbaar een andere lezing van een geloofwaardig, eerlijk parlementair debat.
Als u het, als Kamervoorzitter, fatsoenlijk vindt dat een staatssecretaris ostentatief zijn tijdschrift leest in uw Assemblee, dan neemt u deze Assemblee niet ernstig.
Le président: Monsieur Calvo, je n'ai pas de leçon à recevoir de votre part! Maintenant, cela suffit!
01.54 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Dan hebt u een andere visie op parlementaire democratie.
Le président: C'est systématiquement avec vous que nous avons des problèmes! Soit, vous jouez à un petit jeu avec vos collègues soit vous venez faire un numéro à la tribune! Je n'ai pas de leçon à recevoir de vous non plus!
01.55 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): (…)
Le président: Arrêtez! Je peux aussi faire des commentaires sur la façon dont vous vous comportez lorsque des ministres vous répondent! Je pourrais aussi critiquer d'ici en vous regardant les uns et les autres!
01.56 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): (…)
Le président: Et bien, je le ferai dorénavant! Et vous serez peut-être étonné de connaître ceux qui sont épinglés! Cela suffit quand même!
Monsieur le chef de groupe, nous vous écoutons!
01.57 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, wij kunnen veel discussiëren over de manier waarop er gedebatteerd wordt in het Parlement, maar ik vind dat collega Calvo hier absoluut gelijk heeft. Als er rumoer is in het Parlement roept u babbelende Parlementsleden ter orde. Als er een debat bezig is en de bevoegde minister of staatssecretaris zit een tijdschrift te lezen als het over zijn of haar thema gaat, dan getuigt dat van weinig respect.
Mijnheer de voorzitter, u mag streng zijn voor iedereen, daar heb ik geen probleem mee. Het lezen van een krant of tijdschrift terwijl het debat over de eigen bevoegdheid gaat, getuigt van weinig respect voor het parlementair debat. Daarin heeft de collega voor honderd procent gelijk.
Le président: Monsieur Calvo, je vous invite à poursuivre votre intervention. Je n'ai pas à interdire aux uns et aux autres le droit de lire quoi que ce soit.
01.58 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik verwacht van u niet dat u tussenbeide komt en de staatssecretaris terechtwijst. Evenmin verwacht ik van u dat u een uitspraak doet over wat ik daarnet over de staatssecretaris gezegd heb. Dat is het enige wat ik van u verwacht. Voor mij hoeft dit geen incident te zijn. Ik vind dat ik het recht heb de staatssecretaris te vragen mijn betoog te beluisteren. Punt aan de lijn.
Le président: Nous n'allons pas passer la nuit là-dessus! Avançons! L’incident est clos. Vous avez la parole, monsieur Calvo!
01.59 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Dank u wel.
Mijnheer de
staatssecretaris, zo kom ik tot mijn tweede punt.
01.60 Melchior Wathelet, secrétaire d'État: (…)
Le président: Chers collègues, taisez-vous et écoutez!
Si vous n'arrêtez pas, je suspends la séance
pendant une heure! (Brouhaha)
01.61 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik wil gewoon mijn uiteenzetting voortzetten. Voor mij hoefde het tumult niet.
Mijnheer de staatssecretaris, het tweede punt van mijn uiteenzetting en het tweede aspect waarvan ik had gehoopt in de voorliggende budgetaanpassing een koerswijziging te mogen vaststellen, is het ontbrekende beleid van de huidige regering op het vlak van energiebesparing. Deze budgetaanpassing had een gelegenheid kunnen zijn om een tandje bij te steken. Ze had een gelegenheid kunnen zijn om de vergissing recht te zetten die de huidige klassieke tripartiete tijdens de begrotingsopmaak had begaan, met name het schrappen van de fiscale steunmaatregel voor energiebesparing.
Wij hebben deze week de geanimeerde discussies over de bevoorradingszekerheid kunnen volgen. Ik heb van alle partijen gehoord dat energiebesparing een van de pijlers is om de bevoorradingszekerheid te realiseren. Ik had derhalve gehoopt dat ook in de begroting te herkennen en te ontdekken, en bijvoorbeeld steunmaatregelen opnieuw in de begroting terug te vinden.
Wij, ecologisten, zijn van mening dat dergelijke maatregelen een slimme manier zouden zijn om de energiefactuur te drukken. Ze zijn minder symbolisch en leveren misschien minder spektakel op dan de prijsblokkering. Ze zijn echter wel structureler, socialer en ecologischer. Wij hoopten ter zake bij de budgetaanpassing een koerswijziging te zien.
Ten derde, inzake nucleaire innovatie is er de financiering van het SCK en het IRE.
Mijnheer Magnette, ik ben blij dat u hier aanwezig bent. U hebt immers ervaring met de financiering van het SCK en het IRE. Ik ben blij dat u van dat vreselijke dossier af bent en dat u niet langer de woordvoerder van de wafelijzerpolitiek inzake nucleaire innovatie hoeft te zijn. Nu is de heer Wathelet de woordvoerder ter zake geworden.
Ik had gehoopt dat zich tijdens de budgetaanpassing ook op dat vlak een nieuwe cultuur en een nieuw beleid zouden presenteren, wat helaas helemaal niet het geval is. Ik had gehoopt om bij het SCK en het IRE andere zaken te zien opduiken. Het tegendeel is waar.
Mevrouw Temmerman, in de huidige budgetaanpassing is een budgetverhoging van 3,9 miljoen euro voor het studiecentrum opgenomen. Op een curve merken wij dat het SCK in 2007 een subsidie of dotatie van 47 miljoen euro kreeg, die ondertussen tot 60 miljoen euro is opgelopen.
Ik ken de motivaties in de toelichting. Ik weet dus ook dat u straks zult vragen of ik nucleaire veiligheid dan niet belangrijk acht, want die 3,9 miljoen euro gaat immers naar nucleaire veiligheid.
Dat is echter het argument dat wij keer op keer en budgetaanpassing na budgetaanpassing zien opduiken. Er lijkt maar geen grens te worden gesteld aan de financiering van bijvoorbeeld het Studiecentrum voor Kernenergie.
01.62 Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer Calvo, kunt u mij eens uitleggen waarom de prijsblokkering minder sociaal is dan maatregelen om aan energiebesparing te doen? Als u het hebt over zonnepanelen, dan kan ik u een hele reeks gezinnen tonen die zelfs met allerlei premies absoluut geen geld hebben om zonnepanelen te plaatsen, maar die echt wel gediend zouden zijn met een prijsblokkering van energie. Ik zou dus opletten met zeggen dat het ene socialer is dan het andere.
01.63 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mevrouw Temmerman, ik heb gezegd dat energiebesparing socialer, ecologischer en structureler is dan de prijsblokkering. Daar blijf ik bij.
Ik maak mij grote zorgen over het energieprogramma van de sp.a als energiebesparing tegenwoordig gelijkgesteld wordt aan zonnepanelen. Daar gaat het niet over. Het gaat er bijvoorbeeld over om burgers, Vlamingen, Walen of Brusselaars, die hun huis willen isoleren of hun elektrische verwarming willen vervangen door een meer milieuvriendelijke technologie te ondersteunen. Dat is iets heel anders.
Als men een investering doet in energiebesparing, dan heeft men daar jaren profijt van. Dat is de reden waarom ik vandaag zonder blikken of blozen zeg dat het veel structureler is om energiebesparende investeringen voor jaren te ondersteunen dan om de prijzen te blokkeren voor enkele maanden, datgene waarop u zo fier bent. Het is toch een vaststaand feit dat er een verschil is tussen een maatregel voor enkele maanden en een maatregel waarvan men jaren plezier heeft. Dat heb ik u net proberen duidelijk te maken.
Mevrouw Temmerman, ik weet wel dat het voor de heer Vande Lanotte prestigieuzer, interessanter en belangrijker is om met die symbolen aan de slag te gaan, om daar een gevechtje over te voeren, dan met die energiebesparing die minder duidelijk is en waarrond minder frictie ontstaat.
Collega’s, ik was ondertussen bij het derde punt van mijn tussenkomst gekomen, de financiering van de nucleaire sector. De dotatie van het SCK is in enkele jaren van 47 miljoen euro tot 60 miljoen euro geëvolueerd. Iedereen in dit land moet besparen maar dat geldt niet voor de nucleaire sector. Die stijging wordt beargumenteerd vanuit veiligheidsoverwegingen maar eigenlijk weten wij allemaal, de voormalige minister van Energie in het bijzonder, dat die stijging geïnspireerd is door het MYRRHA-project. Heel wat mensen zeggen dat dit project financieel en technologisch bijzonder onzeker is en dat het geen grote factor van tewerkstelling is. Ik vind dat dus niet zo’n wijze investering. Ik had die miljoenen euro graag elders geïnvesteerd gezien.
Een tweede probleem dat ik heb met het SCK heeft niet zozeer met de technologie of met de investeringen te maken. Er is duidelijk een probleem van ethiek, van democratie, van good governance. Er bestaat, collega’s, voor die 60 miljoen euro geen overeenkomst tussen de federale overheid, die het allemaal financiert, en de onderzoeksinstelling. De heer Magnette heeft daar ooit, samen met het SCK, werk van willen maken, maar die beheersovereenkomst is er nog altijd niet.
Deze nucleaire onderzoeksinstelling krijgt vandaag 60 miljoen euro zonder dat er duidelijke afspraken tegenover staan, zonder dat gedefinieerd is wat het SCK voor die 60 miljoen euro moet doen. Ik stel daar vragen bij, zeker als ik de dotatie door deze budgetaanpassing zie verhogen.
Volgens mij gebeurt dat om twee redenen. Ten eerste, de nucleaire sector en het SCK hebben nogal wat politieke vrienden. De heer Verherstraeten is de lobbyist van het SCK binnen deze regering. Ten tweede, er bestaat geen visie op de toekomst van de nucleaire innovatie in dit land.
U weet niet waar u naartoe wil, dus u kunt geen beheersovereenkomst met het SCK bepalen. Het SCK zou perfect een instituut kunnen zijn van volksgezondheid, van radioprotectie en van fundamenteel onderzoek. Daarvoor zou een heel mooie beheersovereenkomst geschreven kunnen worden. Maar, u hebt geen visie. U weet niet wat u met de nucleaire sector in dit land wil doen.
Mijnheer de staatssecretaris, ik ben blij dat u naar mijn betoog hebt geluisterd. De conclusie van mijn betoog is dat deze budgetaanpassing geen trendbreuk inluidt en dat ik de euro’s niet zie waarmee u uw grote verklaringen van de afgelopen week wil financieren.
01.64 Staatssecretaris Melchior Wathelet: Mijnheer de voorzitter, er waren drie elementen.
Ten eerste, de bijdrage van de 550 miljoen euro staat in het regeerakkoord. Ik zal komen met dit bedrag als het nodig is. Ik zal de timing ter zake respecteren. U wist ook goed dat dit niet in de begrotingsaanpassing zou worden bepaald. Wij zullen dit uiteraard ten gronde uitvoeren.
Ten tweede, de energiebesparing is een regionale bevoegdheid, zoals u weet. Dat staat ook zo in het institutioneel akkoord met de acht partijen, waaronder Groen, vermeld.
Volgens mijn bevoegdheid steun ik natuurlijk de energiebesparing. Wat het debat over de richtlijn op Europees niveau betreft is ons land een van de meest steunende landen als het over de energiebesparing gaat, met bindende doelstellingen voor elk land.
Mijnheer Calvo, ik steun de uiteenzetting van mevrouw Temmerman. Wij hebben gedaan wat wij konden doen op sociaal niveau binnen de federale bevoegdheden door de bevriezing en door de totale wijziging van het indexatiesysteem dat wij nu zullen invoeren. Dat is tenminste even sociaal als de energiebesparing en zelfs meer sociaal dan mogelijke energiebesparingen.
De energiebesparing is een zaak voor het regionale niveau maar ook voor het federale niveau. De blokkering van de indexatie is een belangrijke maatregel van het federale niveau, waarop ik fier ben, samen met de heer Vande Lanotte.
Ten derde, wij hebben de discussie over het SCK in de commissie gevoerd. Er moet geen beheersovereenkomst zijn omwille van het statuut van het SCK zelf. Ik heb over het SCK veel meer informatie gegeven dan over instellingen waarvoor een beheersovereenkomst bestaat. Ik heb ook gezegd dat wij nog in discussie zijn met het SCK over de nodige transparantie en de nodige doelstellingen ter zake.
Waarover ik nooit een compromis zal sluiten, is de veiligheid. Ik zal geen risico nemen. Die bedragen waren noodzakelijk om de veiligheid bij SCK te verzekeren. Ik zal daarover nooit een compromis sluiten. Wij verschillen daarover van mening, maar de veiligheid is en zal voor mij altijd de topprioriteit blijven.
Tot daar mijn antwoorden op de drie vragen van de heer Calvo.
01.65 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, voorlopig lijkt deze regering inderdaad niet aan te sturen op een hogere nucleaire bijdrage. Ik hoop daarin de volgende jaren toch een verandering te zien. Ik heb begrepen dat uw administratie de piste van capaciteitsvergoedingen voor gascentrales onderzoekt. Het zou een fantastisch mechanisme zijn als die oude technologie van de nucleaire centrales de ondersteuningsmechanismen voor die gascentrales zou financieren. Als u dit niet doet en als u capaciteitsvergoedingen introduceert via het uitrustingsplan zult u de rekening voor de consument verzwaren.
Wat energiebesparing betreft, het volgende. U beperkt uw eigen rol ter zake blijkbaar tot internationale onderhandelingen. Ik vind het heel tof dat u ambitieus wil zijn op het vlak van de Europese besparingsrichtlijn. U moet dan wel voor eigen deur vegen en het zou u in die optiek dan ook sieren indien u de fiscale steunmaatregelen opnieuw zou opnemen in deze budgetaanpassing.
Het debat over het SCK en de toekomst van de nucleaire sector is belangrijk, want daaraan zijn banen gekoppeld. Ik hoop dat wij over het SCK een uitgebreide discussie kunnen hebben in de commissie, met of zonder magazines in uw omgeving.
Le président: Je n'ai plus d'intervenant. Merci, monsieur le secrétaire d'État.
Nous entamons la discussion du secteur “Entreprises publiques”.
Wij vatten de bespreking aan van de sector “Overheidsbedrijven”.
01.66 Tanguy Veys (VB): Mijnheer de minister, bedankt om aandachtig te willen luisteren. Ik heb u vorige week vragen gesteld over de financiële situatie bij de NMBS. In eerste instantie was u daar nogal gerust over. U hebt gezegd dat u op schema bent en dat sommige budgettaire vooruitzichten zelfs positiever waren dan oorspronkelijk door de NMBS ingeschat. Wanneer ik vandaag echter kijk naar de voorliggende aanpassing van de begroting 2012, mijnheer de minister, dan meen ik dat uw euforie of enthousiasme enigszins getemperd moet worden.
De NMBS-Groep heeft haar begroting 2012 namelijk opgesteld op een moment dat zij nog geen kennis had van de besparingsmaatregelen die u voor hen in petto had. Die besparingsmaatregelen zijn niet min. Ze zullen tot gevolg hebben dat mogelijk een aantal ingrepen of investeringen niet gerealiseerd zal worden. Vandaag hebben wij nog in de kranten kunnen lezen dat de maatregelen onder meer gevolgen zullen hebben voor de geplande werken in het station van Mechelen. Er zijn in de voorbije weken ook nog andere dossiers in de media gekomen waaruit duidelijk blijkt dat de spaarpot nog steeds leeg is. Ik heb mijn spaarpot vandaag niet meegebracht, om zeker te zijn dat hij niet opnieuw geconfisqueerd wordt.
Het is duidelijk dat het Parlement zijn rol heeft gespeeld. Het gevolg was dat wij een aantal richtlijnen en verplichtingen aan de NMBS hebben opgelegd. Het betreft verplichtingen op het vlak van de spoorveiligheid, de stiptheid en de infrastructuur. Wij hebben reeds diverse malen de drie CEO’s, van Infrabel, de NMBS en de NMBS-Holding, over de vloer gehad. Zij kwamen telkens met grote plannen en projecten naar onze commissie, maar er hing natuurlijk ook altijd een prijskaartje aan vast. Als wij vandaag deze aanpassing van de middelenbegroting goedkeuren, dan stel ik mij de vraag in welke mate zij hun engagementen, die zij op verzoek van dit Parlement hebben gedaan, zullen kunnen waarmaken.
Het heeft immers weinig zin dat wij in dit Parlement allerlei resoluties goedkeuren op het vlak van stiptheid en veiligheid. Wij hebben zelfs een bijzondere commissie opgericht en gedurende maanden gewerkt en aanbevelingen geformuleerd aan de NMBS op het vlak van veiligheidssystemen, aanbevelingen die heel zware financiële inspanningen vragen van de NMBS. Als wij vandaag vaststellen dat in uw middelenbegroting een aantal besparingen is opgesomd, vrees ik dat die ten koste zullen gaan van die aanbevelingen.
In de presentatie van uw beleidsbrief was u vrij geruststellend en hebt u gezegd dat dit voorlopig was, dat een aantal bedragen nog niet was ingevuld om Europa te sussen, dat wij die bevriezen en later wel zouden ontdooien. U maakt echter geen gebruik van de voorliggende eerste aanpassing om die investeringen voor de NMBS opnieuw vrij te maken.
Wij weten allemaal hoe log de structuur van de NMBS is, hoe niet alleen de communicatie, maar ook de beslissingen heel moeilijk op elkaar afgestemd geraken. Het is nu mei en ik vermoed dat wij vóór het zomerreces geen aanpassing van de middelenbegroting zullen hebben. Als wij pas in het najaar tot een eventuele vrijmaking van deze investeringsbudgetten zouden komen, zal er weinig in huis komen van die investeringen.
Het zal voor uw budget dan wel een budgettaire meevaller zijn als de NMBS minder zal uitgeven op het vlak van investeringen. De vraag rijst echter of dit de spoorveiligheid, de werking van de NMBS en dus de treinreiziger ten goede zal komen.
Wij worden altijd geconfronteerd met een sterk verouderd NMBS-patrimonium en met heel wat uitdagingen op het vlak van veiligheid en stiptheid. Zolang daarvoor niet de meest elementaire budgettaire ruimte is, vrees ik dat wij opnieuw zullen worden geconfronteerd met immense vertragingen, falend materieel, afgeschafte of overvolle treinen, met allerhande ongemak voor in eerste instantie de reizigers. Nochtans zijn de bedragen die de NMBS op jaarbasis krijgt niet mis.
Voor zover uw euforie nog niet is getemperd na mijn uiteenzetting, wil ik een aantal punctuele vragen stellen over de algemene toelichting bij de aanpassing van de ontvangsten en uitgaven. Ik lees onder meer dat wat betreft de consolidatieperimeter van de overheid, duidelijk wordt gesteld dat het sterk negatief cijfer voor 2011 onder meer wordt verklaard door het feit dat er op het niveau van het Fonds voor spoorweginfrastructuur in 2011 geen storting is opgenomen, maar wel de terugbetaling van de eind 2010 door de NMBS verrichte stortingen.
Hoe moeten wij dit zien in het raam van de geplande investeringen? Heeft het gevolgen of gaat het gewoon om een budgettaire operatie zonder gevolgen?
Mijnheer de minister, in de aanpassing van de algemene uitgavenbegroting blijft men snoeien in de dotatie aan de NMBS. De oorspronkelijke dotatie van 714 miljoen euro – ik laat nog een half miljoen euro buiten beschouwing – wordt met 2 520 000 euro verminderd. Dat is een aanzienlijk bedrag, gelet op het verlanglijstje van de NMBS. Ik heb er vorige week nog naar verwezen. De NMBS heeft de komende dertig jaar heel wat projecten in de etalage staan. Zij gaat ervan uit dat zij op uw budgettair groen licht kunnen rekenen.
Deze besparingen komen niet uit de lucht gevallen. Er is een nood om de begroting te doen kloppen. Ook bij de NMBS is de kaap van de pensioenhervorming gerond. Ook daar hebben de personeelsleden tegen wil en dank de gevolgen gedragen. De NMBS hoopte volgens mij dat, eens die kaap gerond, het zwaarste leed was geleden. Tijdens de toelichting van uw voorlopige begroting hebt u gezegd dat het om voorlopige maatregelen ging. Mei 2012 is de klok nog niet teruggedraaid.
We gaan terug naar 2005, naar een van de klassieke operaties van de regering-Verhofstadt om de begroting te doen kloppen, namelijk het overnemen van begrotingsfondsen. Ook toen was uw partij aan het bewind. In 2005 werd het pensioenfonds van de NMBS overgenomen. Dat was op zich een lege doos maar er hing een prijskaartje aan vast. Op jaarbasis moet de overheid 8 miljoen euro betalen aan de pensioendienst van de overheidssector om alleen al te voorzien in het administratieve luik van de verrichtingen van de pensioenen en de pensioenen zelf.
In eerste instantie heeft men de begroting in 2005 opgesmukt. Op jaarbasis worden wij daar verder mee geconfronteerd. Het zal duurder uitkomen dan oorspronkelijk voorzien.
Trouwens, wanneer wij dit in het licht zien van de pensioenhervorming, zullen die pensioenlasten mogelijks toch nog hoger uitkomen.
Die vergoeding – ik sprak over 8 miljoen euro aan pensioenen – zou ongeveer 206 000 euro bedragen, een bedrag dat de overheid moet betalen aan de pensioendienst voor overheidssalarissen.
Dan heb ik nog een laatste bemerking bij de aanpassing van de algemene uitgaven. Ik lees in verband met de pensioenen dat de vergoeding die de pensioendienst moet betalen aan de NMBS, wordt herleid tot hetgeen oorspronkelijk was voorzien in de begroting 2011.
Uiteindelijk is het de NMBS zelf die nog steeds de administratie doet van haar pensioenen. En wat doet u? Met één pennentrek, ook al is daar een automatische stijging van de kosten al was het maar op basis van de inflatie, brengt u dat terug naar de begroting 2011, waardoor het bedrag wordt verminderd met 1,87 %. Ook dit is een besparing die de NMBS zal voelen. Het is mooi meegenomen om uw rekening te doen kloppen, maar ook daarvan zal de NMBS, die de administratie doet van die pensioenen, de gevolgen dragen. Men kan onmogelijk zeggen dat men administratief voor 1,87 % minder werk gaat uitvoeren. Neen, zij zullen die administratieve verplichting volledig moeten nakomen, maar zullen daar natuurlijk ook een deel van de kosten moeten dragen.
Ook daar wordt er dus opnieuw bespaard op de werkingskosten van de NMBS, daar waar in de engagementen in 2005, bij de overname van het pensioenfonds, zeer duidelijk werd gesteld dat het niet de bedoeling kon zijn dat de NMBS financieel nadeel zou hebben aan de administratieve verrichtingen.
Mijnheer de minister, ik heb ook reeds verwezen naar de besparingsmaatregelen die oorspronkelijk waren voorzien in het fameuze conclaaf voor de initiële begroting 2012, een besparing van 253 miljoen. Daarvan gaat u nu die 50 miljoen euro die nog moest worden ingevuld, nog eens verdelen. U zegt dat het gaat om een bevriezing, 50 miljoen euro aan exploitatie- en investeringstoelage, maar ik zie hier dat het grootste gedeelte zou gedragen worden door de NMBS, namelijk 25 600 euro, en een kleiner deel door Infrabel en het kleinste gedeelte door de Holding. Ik had graag van u enige toelichting gekregen over de motivatie om dat op dergelijke wijze te verdelen. In welke mate bent u tot dergelijke verdeelsleutel gekomen voor die 50 miljoen euro?
Ik kom dan tot een laatste opmerking over de aanpassing van de algemene uitgavenbegroting. Ik lees dat het bedrag van 650 000 euro voor 2011, als voorlopige afrekening voor de toelage voor arbeidsongevallen ten gunste van de Holding, zou worden teruggebracht tot nul euro. Mijnheer de minister, ik wou dat het waar was en dat er zich in 2011 geen arbeidsongevallen hebben voorgedaan. Helaas is dit niet het geval. De NMBS zal dus zelf volledig moeten voorzien in de financiering van de arbeidsgevallen. U zult dus besparen op het vlak van de normale werkingskredieten van de NMBS-Holding. Hoe zullen zij dit opvangen? Vorige week was u nog vrij optimistisch over de financiële resultaten. Ook dit zal evenwel een weerslag hebben op de budgetten van de NMBS. Hoe zult u daarmee omgaan?
Ik heb nog een laatste opmerking in verband met de aanpassing van de middelenbegroting. Ik stel vast dat NMBS op jaarbasis zowat 82 000 euro moet betalen voor het gebruik van de staatswaarborg voor haar verrichtingen door alternatieve financiering. Kunt u misschien toelichten in hoeverre die alternatieve financiering succesvol is? Gelet op de economische crisis stel ik toch vast in veel andere projecten, waar ook wordt gewerkt met een alternatieve financiering, dat veel overheidsbedrijven van een kale reis terugkomen en dat de private sector veel minder geïnteresseerd is. In hoeverre zal de overheid moeten bijspringen om te komen tot die financiering?
01.67 Minister Paul Magnette: Mijnheer de voorzitter, over de individuele projecten en het interne beleid van de NMBS zal ik geen commentaar geven. De NMBS is een onafhankelijk overheidsbedrijf en wij zijn hier bezig met de discussie over de begroting, meer precies de aanpassing van deze begroting.
De grote investeringen die noodzakelijk zijn om de stiptheid en de veiligheid van de NMBS te verbeteren, zullen worden besproken in het raam van het meerjareninvesteringsplan. De begroting 2012 heeft geen directe impact op deze langetermijninvesteringen.
Wat de 400 miljoen betreft die in januari werden bevroren op vraag van de Europese Commissie, is dit heel eenvoudig. Tijdens deze begrotingscontrole hebben wij beslist om deze bevriezing volledig op te heffen. Die bewuste budgetten zijn opnieuw integraal vrijgemaakt. De beslissing van januari werd dus ongedaan gemaakt.
Wat de interne verdeling betreft van de begroting tussen de drie maatschappijen, hebben de drie maatschappijen samen beslist. Wij hebben akte genomen van deze verdeling.
108 miljoen euro op de investeringstoelage van de NMBS, 95 miljoen euro op de investeringstoelage van Infrabel en 50 miljoen euro te verdelen over de toelage van de drie bedrijven. Dat is een voorlopige oplossing. Wij weten dat in het kader van de hervorming van de structuur van de NMBS, zoals gezegd in het regeerakkoord, wij structurele besparingen zullen moeten doorvoeren die minimum dit bedrag zullen moeten besparen.
Over de alternatieve financiering kan iedereen vragen stellen. Het is inderdaad belangrijk om te weten of dit een goede techniek is. Ik heb het Rekenhof gevraagd om dit ook te bekijken. U weet, mijnheer Veys, dat het Rekenhof voor het Parlement een studie moet maken over de financiële transfers tussen de drie maatschappijen van de NMBS en de filialen en dit tegen juni. Zowel u als wij hebben schriftelijk via de voorzitter van de Kamer aan het Rekenhof gevraagd om het aspect van de alternatieve financiering ook te bekijken.
01.68 Tanguy Veys (VB): Mijnheer de minister, ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat de budgettaire context die u schetst en de situatie waarmee u de NMBS-Groep opzadelt, gevolgen zullen hebben. Een eerste voorbeeld is het ongeval van vorige week in Godinne met een locomotief van NMBS Logistics waarop niet de noodzakelijke veiligheidsapparatuur aanwezig was. NMBS Logistics heeft in het verleden al te kennen gegeven omwille van besparingsmaatregelen dit niet te zullen installeren. Mocht dit toen zijn geïnstalleerd mits de nodige budgetten, dan is het duidelijk dat dit ongeval niet zou zijn gebeurd.
Ten tweede, u verwijst naar de studie van het Rekenhof. Vandaag is het 16 mei. Wij zouden die studie in de loop van de maand mei moeten hebben gekregen, aangezien u in juni met een plan naar het Parlement zou komen. De werkzaamheden van de commissie voor de Infrastructuur met een batterij aan hoorzittingen zijn afgewerkt, maar inzake de studie van het Rekenhof blijven wij op onze honger zitten. Ik vrees trouwens dat, gelet op de marge, het personeel en de bevoegdheden van het Rekenhof, het een mager beestje zal zijn. Zal het niet opnieuw zo zijn dat ook het Rekenhof, net als een kat die haar eigen jongen niet meer vindt, de structuren van de NMBS niet ten gronde zal hebben kunnen doorgronden? Dit is een spijtige zaak.
Ik kijk alvast uit naar de initiatieven die u ter zake verder zult ontwikkelen.
Le président: Nous entamons la discussion du secteur “Relations extérieures, Coopération au développement et Défense”.
Wij vatten de bespreking aan van de sector “Buitenlandse Zaken, Ontwikkelingssamenwerking en Defensie”.
Le seul orateur inscrit est M. Dufrane.
01.69 Anthony Dufrane (PS): Monsieur le président, mesdames et messieurs les ministres, chers collègues, je serai bref. Cependant, je pense qu'il était important de me joindre au débat concernant la Défense.
Pour mon groupe, la Défense constitue un élément essentiel de la politique de notre pays en matière d'affaires extérieures.
Pour que ce département reste au cœur de nos politiques mais également un partenaire fiable de nos alliés tant européens que de l'Alliance, l'accord de gouvernement demandait un plan pluriannuel d'investissement, tenant compte du niveau d'ambition de notre armée.
L'ajustement budgétaire aujourd'hui soumis à notre vote ne comporte aucune mesure qui touche au fonctionnement de la Défense, mais il nous est aussi et surtout permis d'entendre, enfin, l'annonce par le ministre du plan d'investissement pour les années à venir et qui porte sur 242 millions d'euros d'achats cette année et sur 212 millions pour l'an prochain.
Depuis, ce plan a été avalisé par le gouvernement. Certains commentaires insinuaient une résistance du groupe PS par rapport aux achats militaires. Rien n'est moins vrai! J'en veux pour preuve les nombreux grands programmes d'investissement réalisés depuis le début des années 2000, notamment sous l'impulsion d'un ministre PS de la Défense.
L'essentiel, cependant, lorsque le gouvernement engage un plan d'investissement de près d'un demi-milliard d'euros en temps de crise, c'est que celui-ci soit en cohérence avec nos engagements nationaux et internationaux, mais qu'il s'inscrive également dans une vision de long terme dans le cadre d'apports stratégiques et des opérations militaires à l'étranger et dans les prochaines années que nous espérons bientôt dévoiler.
En effet, pour mon groupe, il faut donner une nouvelle impulsion à une plus grande coopération militaire au niveau européen. Or, construire l'Europe de la Défense demande certes une volonté politique forte, que nous avons, mais une plus grande spécialisation, cohérence et compatibilité entre matériel et formation de nos armées et celle des autres États membres de l'Union.
En cette période d'austérité, il s'agit de réussir à concilier l'exercice des responsabilités partagées et l'équilibre des budgets nationaux. L'OTAN est, d'ailleurs, la première à le reconnaître. C'est pourquoi mon groupe a demandé, dès vendredi dernier, à pouvoir entendre dans les meilleurs délais le ministre de la Défense en commission afin qu'il vienne nous donner des explications au sujet de son plan d'investissement.
01.70 Pieter De Crem, ministre: Monsieur le président, je remercie notre collègue Dufrane pour son intervention.
L'exercice budgétaire que nous avons été amenés à faire comporte, comme à l'accoutumée, des corrections techniques qui, de temps en temps, conduisent à des interprétations.
Toujours est-il qu'il s'agit cette année pour la Défense de 139 millions d'euros, sans aucune incidence sur la capacité de paiement du département. Il s'agit donc d'une constatation comptable d'un retard dans la chaîne de production et de livraison d'un produit particulier puisqu'il s'agit d'un hélicoptère NH90.
Les règles européennes d'imputation fixent le montant d'imputation dans les comptes de l'État au moment où la livraison est réalisée.
En 2012, la Défense se verra livrer – j'insiste une fois de plus sur ce point – un NH90 de moins que prévu, ce qui porte le schéma de livraison à trois au lieu de quatre. Cinq NH90 seront livrés en 2013.
Pour être complet, il me reste à vous dire, outre les mesures que j'ai abordées lors de la discussion générale au sein du gouvernement, que le gouvernement a également décidé de constituer une réserve budgétaire de 650 millions d'euros comprenant un blocage administratif de certaines dépenses primaires. Ce blocage porte sur 70 millions d'euros pour la provision interdépartementale, sur 80 millions d'euros pour les crédits d'investissement et sur 124 millions d'euros pour les crédits de fonctionnement.
01.71 Anthony Dufrane (PS): Monsieur le président, je tiens simplement à remercier le ministre pour ses précisions.
Le président: Mme Boulet a décidé de ne plus intervenir et M. Terwingen a fait une tentative mais je l'ai dissuadé. Il n'y a donc plus d'inscrit.
01.72 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, je remercie Mme Boulet pour son intervention!
01.73 Juliette Boulet (Ecolo-Groen): Monsieur le ministre, je pensais que vous aviez été prévenu.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles du
projet de loi contenant l'ajustement du budget des Voies et Moyens de l'année
budgétaire 2012. Le texte adopté par la commission sert de base à la
discussion. (Rgt 85, 4) (2112/1+6)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan van het wetsontwerp houdende de aanpassing van de Middelenbegroting voor
het begrotingsjaar 2012. De door de commissie aangenomen tekst geldt als
basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2112/1+6)
Le projet de loi compte 11 articles.
Het wetsontwerp telt 11 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 11 sont adoptés article par article, ainsi que le tableau annexé.
De artikelen 1 tot 11 worden artikel per artikel aangenomen, alsmede de tabel in bijlage.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
Nous passons à la discussion des articles du
projet de loi contenant le premier ajustement du budget général des Dépenses
pour l'année budgétaire 2012. Le texte adopté par la commission sert de
base à la discussion. (Rgt
85, 4) (2113/1-3) (2112/6)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan van het wetsontwerp houdende eerste aanpassing van de Algemene
Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2012. De door de commissie
aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2113/1-3) (2112/6)
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1-01-1, 1-01-2, 2.03.1, 2.12.1, 2.12.2, 2.13.1, 2.14.1, 2.14.2, 2.17.1, 2.17.2, 2.18.1, 2.19.1, 2.21.1, 2.23.1, 2.25.1, 2.25.2 à 2.25.7, 2.32.1, 2.33.1, 2.44.1, 2.44.2, 3.01.1, 4.01.1, 6.01.1 et 7.01.1 sont adoptés article par article, ainsi que les tableaux annexés.
De artikelen 1-01-1, 1-01-2, 2.03.1, 2.12.1, 2.12.2, 2.13.1, 2.14.1, 2.14.2, 2.17.1, 2.17.2, 2.18.1, 2.19.1, 2.21.1, 2.23.1, 2.25.1, 2.25.2 tot 2.25.7, 2.32.1, 2.33.1, 2.44.1, 2.44.2, 3.01.1, 4.01.1, 6.01.1 en 7.01.1 worden artikel per artikel aangenomen, alsook de tabellen in bijlage.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
02 Prise en considération de propositions
02
Inoverwegingneming van voorstellen
Vous avez pris connaissance dans l'ordre du
jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en
considération est demandée.
In de laatst rondgedeelde agenda komt een
lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.
S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je
considérerai la prise en considération comme acquise et je renvoie les
propositions aux commissions compétentes conformément au règlement.
Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze
als aangenomen; overeenkomstig het reglement worden die voorstellen naar de
bevoegde commissies verzonden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 15 mai 2012, je vous propose également de prendre en considération:
- la proposition de loi de Mme Muriel
Gerkens, MM. Kristof Calvo et Georges Gilkinet et Mme Meyrem Almaci
visant à réduire les cotisations patronales dues lors de l'engagement des trois
premiers travailleurs (n° 2193/1).
Renvoi à la commission des Affaires
sociales;
- la proposition de loi de M. Kristof Calvo, Mme Muriel Gerkens et M. Éric Jadot visant à introduire une procédure d'autorisation préalable à la fermeture définitive ou temporaire d'une installation de production d'électricité (n° 2200/1).
Renvoi à la commission de l'Économie, de la
Politique scientifique, de l'Éducation, des Institutions scientifiques et
culturelles nationales, des Classes moyennes et de l'Agriculture.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 15 mei 2012, stel ik u ook voor in overweging te nemen:
- het wetsvoorstel van mevrouw Muriel
Gerkens, de heren Kristof Calvo en Georges Gilkinet en mevrouw Meyrem Almaci
teneinde de verschuldigde werkgeversbijdragen voor de eerste drie in dienst
genomen werknemers te verminderen (nr. 2193/1);
Verzonden naar de commissie voor de
Sociale Zaken;
- het wetsvoorstel van de heer Kristof
Calvo, mevrouw Muriel Gerkens en de heer Éric Jadot tot
invoering van een voorafgaande vergunningsprocedure voor de definitieve of
tijdelijke sluiting van een installatie voor elektriciteitsproductie
(nr. 2200/1).
Verzonden naar de commissie voor het
Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de nationale
wetenschappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.
02.01 Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik vraag de urgentie voor het wetsvoorstel nummer 2200. Vorige week was er in de plenaire vergadering een heel boeiend debat over de voorlopig nog niet bekende studie van de FOD Economie over de bevoorradingszekerheid. Er werd opnieuw een alarmkreet geformuleerd over de staat van ons energiebeleid en over het eventueel tekort aan capaciteit op middellange termijn. Dat tekort zou kunnen ontstaan doordat bepaalde centrales door de exploitanten vervroegd worden gesloten. We hebben vandaag nog kunnen vaststellen dat de exploitant niet aarzelt om tot zulke beslissingen over te gaan. Zelfs centrales die nodig zouden kunnen zijn voor onze bevoorradingszekerheid, worden uit roulatie genomen. Dat heeft niet alleen kwalijke energetische gevolgen. Mogelijks verdwijnen er ook jobs. Wij menen dus dat het belangrijk is dat de commissie voor het Bedrijfsleven zich snel in het wetsvoorstel vastbijt, zowel voor ons economisch weefsel als voor de bevoorradingszekerheid. Vandaar dat wij de urgentie vragen.
Wij rekenen natuurlijk op de steun van alle partijen die de afgelopen jaren gezegd hebben dat de bevoorradingszekerheid bijzonder belangrijk is voor ons land.
De voorzitter: Wij stemmen bij zitten en opstaan over het urgentieverzoek.
Het urgentieverzoek wordt bij zitten en opstaan verworpen.
La demande d’urgence est rejetée par assis et levé.
03 Wetsontwerp houdende de aanpassing van de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2012 (2112/1+6)
03 Projet de loi contenant l'ajustement du budget des Voies et Moyens de l'année budgétaire 2012 (2112/1+6)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une
déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 1) |
||
Ja |
83 |
Oui |
Nee |
46 |
Non |
Onthoudingen |
0 |
Abstentions |
Totaal |
129 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp
aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2112/7)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de
loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2112/7)
03.01 Sophie De Wit (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik heb tegen gestemd.
De voorzitter: Waarvan akte.
04 Wetsontwerp houdende eerste aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2012 (2113/1-3) (2112/6)
04 Projet de loi contenant le premier ajustement du budget général des Dépenses pour l'année budgétaire 2012 (2113/1-3) (2112/6)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une
déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem gecontroleerd? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 2) |
||
Ja |
83 |
Oui |
Nee |
47 |
Non |
Onthoudingen |
0 |
Abstentions |
Totaal |
130 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp
aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2113/23)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de
loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2113/23)
05 Adoption de l’ordre du jour
Nous devons nous prononcer sur le projet d’ordre du jour que vous propose la Conférence des présidents.
Wij moeten ons thans uitspreken over de ontwerp-agenda die de Conferentie van voorzitters u voorstelt.
Pas d’observation? (Non) La proposition est adoptée.
Geen bezwaar? (Nee) Het voorstel is aangenomen.
La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 24 mai 2012 à 14.15 heures.
De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 24 mei 2012 om 14.15 uur.
La séance est levée à 18.04 heures.
De vergadering wordt gesloten om 18.04 uur.
L'annexe est reprise dans une brochure
séparée, portant le numéro CRIV 53 PLEN 087 annexe. |
De bijlage is opgenomen in een aparte
brochure met nummer CRIV 53 PLEN 087 bijlage. |
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Vote nominatif - Naamstemming: 001
Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin
Christophe, Battheu Sabien, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette,
Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne
Georges, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea
François-Xavier, Defreyne Roland, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De
Permentier Corinne, De Potter Jenne, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin
Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Dufrane
Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck
Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline,
Giet Thierry, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin,
Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat,
Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Marghem Marie-Christine, Mayeur
Yvan, Moriau Patrick, Musin Linda, Muylle Nathalie, Perpète André, Rolin
Myriam, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schyns Marie-Martine,
Seminara Franco, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin,
Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk,
Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen
Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam,
Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane,
Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank
Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen
Ronny, Beuselinck Manu, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Calvo y Castañer
Kristof, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote
Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De
Ridder Min, De Vriendt Wouter, Dumery Daphné, Francken Theo, Genot Zoé,
Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad, Logghe Peter, Luykx
Peter, Maertens Bert, Pas Barbara, Ponthier Annick, Schoofs Bert, Sminate
Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien, Uyttersprot Karel,
Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda, Van Esbroeck Jan,
Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Noppen Florentinus, Van Vaerenbergh
Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert, Wouters Veerle
Vote nominatif - Naamstemming: 002
Arens Joseph, Bacquelaine Daniel, Bastin
Christophe, Battheu Sabien, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Burgeon Colette,
Caverenne Valérie, Clarinval David, Coëme Guy, Collard Philippe, Dallemagne
Georges, De Clerck Stefaan, De Clercq Mathias, De Croo Herman, de Donnea
François-Xavier, Defreyne Roland, Delizée Jean-Marc, Déom Valérie, De
Permentier Corinne, De Potter Jenne, Destrebecq Olivier, Detiège Maya, Devin
Laurent, Devlies Carl, Dewael Patrick, Dierick Leen, Doomst Michel, Dufrane
Anthony, Emmery Isabelle, Fernandez Fernandez Julia, Flahaut André, Fonck
Catherine, Frédéric André, Galant Jacqueline, Geerts David, Gennez Caroline,
Giet Thierry, Goffin Philippe, Gustin Luc, Henry Olivier, Jadin Kattrin,
Kindermans Gerald, Kitir Meryame, Lambert Marie-Claire, Landuyt Renaat,
Lanjri Nahima, Lutgen Benoît, Madrane Rachid, Marghem Marie-Christine, Mayeur
Yvan, Moriau Patrick, Musin Linda, Muylle Nathalie, Perpète André, Rolin
Myriam, Rutten Gwendolyn, Schiltz Willem-Frederik, Schyns Marie-Martine,
Seminara Franco, Slegers Bercy, Somers Bart, Somers Ine, Temmerman Karin,
Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Tobback Bruno, Tuybens Bruno, Van Biesen Luk,
Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Van der Auwera Liesbeth, Van der Maelen
Dirk, Van Grootenbrulle Bruno, Vanheste Ann, Vanlerberghe Myriam,
Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vervotte Inge, Vienne Christiane,
Waterschoot Kristof, Wierinck Godelieve, Wilrycx Frank
Almaci Meyrem, Annemans Gerolf, Balcaen
Ronny, Beuselinck Manu, Boulet Juliette, Bracke Siegfried, Calvo y Castañer
Kristof, Colen Alexandra, De Bont Rita, Dedecker Jean Marie, Degroote
Koenraad, De Man Filip, De Meulemeester Ingeborg, Demir Zuhal, Demol Elsa, De
Ridder Min, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, Dumery Daphné, Francken Theo,
Genot Zoé, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Jadot Eric, Lahssaini Fouad,
Logghe Peter, Luykx Peter, Maertens Bert, Pas Barbara, Ponthier Annick,
Schoofs Bert, Sminate Nadia, Snoy et d'Oppuers Thérèse, Thiéry Damien,
Uyttersprot Karel, Valkeniers Bruno, Vandeput Steven, Van Eetvelde Miranda,
Van Esbroeck Jan, Van Hecke Stefaan, Van Moer Reinilde, Van Noppen
Florentinus, Van Vaerenbergh Kristien, Veys Tanguy, Weyts Ben, Wollants Bert,
Wouters Veerle
|