Séance plénière

Plenumvergadering

 

du

 

Mercredi 20 juin 2012

 

Matin

 

______

 

 

van

 

Woensdag 20 juni 2012

 

Voormiddag

 

______

 

 


La séance est ouverte à 10.06 heures et présidée par M. André Flahaut.

De vergadering wordt geopend om 10.06 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.

 

Le président: La séance est ouverte.

De vergadering is geopend.

 

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.

 

Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l’ouverture de la séance:

Tegenwoordig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:

Melchior Wathelet

 

Excusés

Berichten van verhindering

 

Philippe Blanchart, pour raisons de santé / wegens gezondheidsredenen.

 

Le ministre Magnette sera absent aujourd’hui. Il est au sommet de Rio.

 

01 Ordre du jour

01 Agenda

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 19 juin 2012, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de demain après-midi:

- la proposition de loi de M. Jef Van den Bergh, Mmes Liesbeth Van der Auwera et Nahima Lanjri, MM. Raf Terwingen et Stefaan Vercamer et Mmes Nathalie Muylle et Leen Dierick modifiant la loi relative à la police de la circulation routière, coordonnée le 16 mars 1968, en ce qui concerne la restitution du permis de conduire en cas de déchéance du droit de conduire (nos 439/1 à 5);

- la proposition de loi de M. Jef Van den Bergh et Mmes Nathalie Muylle, Leen Dierick et Nahima Lanjri modifiant la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière en ce qui concerne la conduite en dépit de la déchéance du droit de conduire (nos 1778/1 et 2).

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 19 juni 2012, stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van morgennamiddag in te schrijven:

- het wetsvoorstel van de heer Jef Van den Bergh, de dames Liesbeth Van der Auwera en Nahima Lanjri, de heren Raf Terwingen en Stefaan Vercamer en de dames Nathalie Muylle en Leen Dierick tot wijziging van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, betreffende de inlevering van het rijbewijs bij het verval van het recht op sturen (nrs 439/1 tot 5);

- het wetsvoorstel van de heer Jef Van den Bergh en de dames Nathalie Muylle, Leen Dierick en Nahima Lanjri tot wijziging van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer wat betreft het rijden spijts het verval van het recht tot sturen (nrs 1778/1 en 2).

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Projets et propositions

Ontwerpen en voorstellen

 

02 Proposition de loi portant modification du Code électoral, en ce qui concerne le vote des Belges à l'étranger (2139/1-5)

02 Wetsvoorstel tot wijziging van het Kieswetboek, wat betreft het stemrecht van de Belgen in het buitenland (2139/1-5)

 

Proposition déposée par:

Voorstel ingediend door:

Daniel Bacquelaine, Patrick Dewael, Muriel Gerkens, Thierry Giet, Benoît Lutgen, Karin Temmerman, Raf Terwingen, Stefaan Van Hecke

 

Discussion générale

Algemene bespreking

 

La discussion générale est ouverte.

De algemene bespreking is geopend.

 

02.01  Luk Van Biesen, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, collega’s, in akkoord met de heer Brotcorne zal ik kort het verslag inzake het eerste wetsvoorstel in de reeks communautaire akkoorden die gesloten zijn tussen acht politieke partijen in de zomer van vorig jaar, voorstellen.

 

Onderhavig wetsvoorstel over het stemrecht van de Belgen in het buitenland werd ingediend door de fractieleiders van acht partijen. In de eerste plaats voert het wetsvoorstel, zoals in de commissie werd toegelicht door de heer Bacquelaine, objectieve criteria in die bepalen in welke gemeente de in het buitenland verblijvende kiezer zich mag inschrijven.

 

In het verleden werden kiezers in het buitenland toegewezen aan een bepaald kieskanton, waar men soms een verschillende houding kreeg, afhankelijk van het feit of de Belgen in het buitenland er mee ingeschreven waren.

 

Nu zijn er objectieve criteria, die in de eerste plaats gebaseerd zijn op de laatste woonplaats in België, in de tweede plaats op de laatst bekende woonplaats van de ouders, zo tot de tweede graad. Dat voorstel kon bij de politieke meerderheid in de commissie op sympathie rekenen.

 

In de algemene bespreking werden wel twee fundamentele elementen toegevoegd. De heer Ben Weyts vroeg namens de N-VA een uitbreiding van het systeem voor andere verkiezingen dan de federale, met andere woorden, ook voor de deelstaatverkiezingen. Hij verwees in die context naar wetsvoorstellen die in het verleden door andere partijen zijn ingediend.

 

Mevrouw Pas had amendementen ingediend om de Brusselse Vlamingen te waarborgen. Daartoe had zij liever dat de Nederlandstalige Belgen die in het buitenland vertoeven, zich zouden kunnen inschrijven in de kiesomschrijving Brussel. Dat zou de mogelijkheid tot een gekozene binnen Brussel optimaliseren.

 

Dat waren de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijk voorstel.

 

De vergadering heeft zich daarover gebogen en is uiteindelijk bij de oorspronkelijke tekst gebleven, op één klein amendement na dat door de acht partijen werd ingevoerd. Het gaat om het amendement waarmee rekening werd gehouden met een aantal opmerkingen van de Raad van State, onder andere over het gegeven dat de invoeringsdatum samenvalt met de Europese verkiezingen.

 

Het geheel werd goedgekeurd met twaalf stemmen voor en vijf onthoudingen.

 

02.02  Christian Brotcorne, rapporteur: Monsieur le président, je n'ai rien à ajouter à cet excellent rapport.

 

Le président: Merci aux rapporteurs.

 

02.03  Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik wens iedereen een goede morgen. Het had inderdaad een goede ochtend kunnen zijn. Aanvankelijk dacht ik dat het een goed wetsvoorstel was, maar bij nader inzien is het dat niet echt.

 

De vereenvoudiging van de procedure van het stemrecht voor Belgen in het buitenland is een goed idee. Wij hebben er zelf ook al concrete voorstellen voor ingediend, maar – ik ga meteen naar de kern van het debat – waarom ook niet voor de deelstaatparlementen?

 

Heel Vlaanderen vraagt ernaar. In alle programma’s van alle Vlaamse partijen staat dat de Vlamingen in het buitenland niet alleen voor het federaal Parlement maar ook voor het Vlaams Parlement moeten kunnen stemmen. Sommige partijen gaan daar heel ver in. Open Vld stuurde zelfs Patricia Ceysens naar New York om er een afdeling op te richten van Open Vld. Men wil blijkbaar het binnenlands succes naar het buitenland exporteren. Mevrouw Ceysens zei in New York: ‘Er wonen veel Vlamingen met stemplicht in New York. Vlaamse kiezers in het buitenland worden wel eens verwaarloosd, maar zij moeten nog altijd hun stem uitbrengen. Open Vld is van plan actief campagne te voeren in het geval van verkiezingen.’

 

Daarna volgde een fel pleidooi voor deelname aan de federale en de Vlaamse verkiezingen vanuit het buitenland. Tot spijt van onder andere mevrouw Rutten is mevrouw Ceysens daarna ook uit New York teruggekeerd.

 

Op 5 december 2011 organiseerde “Vlamingen in de Wereld” een forum in het Vlaams Parlement, met de naam “De vergeten Vlaamse provincie.” Dat ging over regionaal stemrecht vanuit het buitenland. De aanwezige vertegenwoordigers en Parlementsleden van alle Vlaamse partijen hebben daar duidelijk en unaniem allen te kennen gegeven fel voorstander te zijn van de uitbreiding van het stemrecht voor Belgen in het buitenland, ook voor deelstaatverkiezingen. Nog geen zes maanden geleden werden die plechtige verklaringen gedaan. Men zou dan denken dat men vandaag niet het tegenovergestelde kan doen van wat men zes maanden geleden in het Vlaams Parlement plechtstatig heeft beloofd. Dan onderschat u de intellectuele soepelheid en de principiële wendbaarheid van sommige collega’s.

 

Waarom willen wij dat men vanuit het buitenland stemrecht kan uitoefenen voor de deelstaatparlementen? Daar zijn verschillende redenen voor.

 

Ten eerste, wij leven in een federaal land, wat wil zeggen dat het Vlaams Parlement op gelijke voet staat met het federaal Parlement. Die logica zit trouwens vervat in de Grondwet. Als men Belgen in het buitenland stemrecht toekent voor de federale verkiezingen, moet dat logischerwijze ook gelden voor de deelstaatverkiezingen. Ofwel voor iedereen en alle parlementen, ofwel voor niemand.

 

Ten tweede, dit kan volgens mij ook discriminerend zijn, of is dat zelfs. Ik bespaar u de technische discussie uit de vorige zittingsperiode in de commissie voor de Binnenlandse Zaken in het kader van het toekennen van stemrecht aan Belgen in het buitenland. Het betrof een lange juridische discussie of Belgen in het buitenland niet vielen onder stemplicht in plaats van stemrecht. Er werd gezegd dat het stemplicht moet zijn, omdat er anders discriminatie ontstaat tussen de Belgen in het binnenland en de Belgen in het buitenland: de Belgen in het binnenland hebben dan stemplicht en de Belgen in het buitenland hebben dan stemrecht.

 

Daar werd nu een mouw aangepast. De oplossing luidt: “Indien de Belg die in het buitenland verblijft de mogelijkheid heeft om zich al dan niet in een consulair bevolkingsregister in te schrijven, heeft hij in regel niet alleen het recht, maar ook de plicht om te stemmen zodra hij deze formaliteit heeft vervuld, en is bijgevolg ingeschreven op de lijst van kiezers”.

 

Als men zich inschrijft in een consulair bevolkingsregister in het buitenland volgt daaruit dus automatisch de stemplicht. Dat is de logica die vandaag zal worden toegepast.

 

Dan geldt die stemplicht natuurlijk ook voor de deelstaatparlementen, want men kan toch niet een gedeeltelijke stemplicht hebben, een stemplicht voor het ene parlement en niet voor het andere. Dat lijkt mij discriminatoir en een grond voor vernietiging door het Grondwettelijk Hof.

 

Een derde argument voor het toekennen van het stemrecht aan Belgen in het buitenland voor de deelstaatparlementen, is dat de bevoegdheden van de deelstaatparlementen precies aan de besognes van die Belgen raken.

 

Ik geef enkele concrete voorbeelden. De Vlaamse overheid heeft bijvoorbeeld een specifiek budget voor culturele activiteiten in het buitenland. De Vlamingen in het buitenland willen daarover ook iets te zeggen hebben.

 

De Vlamingen in het buitenland vragen dat zij mee zouden kunnen spreken over de organisatie van Vlaams onderwijs in het buitenland. Zij willen, naar het voorbeeld van Duitsland met die Deutsche Schulen, en ook Groot-Brittannië en Frankrijk, ook Nederlandstalig onderwijs in het buitenland.

 

Het zijn precies de deelstaten die vooral bezig zijn met die bevoegdheden, met die thema’s die de Belgen in het buitenland aanbelangen en dus willen de Vlamingen in het buitenland meespreken en een democratische stem krijgen in het kapittel.

 

Tot slot, waarom de uitbreiding van het stemrecht voor Belgen in het buitenland voor de deelstaatverkiezingen? Het antwoord is in functie van de eenvoud en de transparantie. Deze regering, aangevuld met Groen en Ecolo, wil zorgen voor samenvallende verkiezingen.

 

Dan zal de regering aan de Belgen in het buitenland moeten uitleggen dat zij voor de verkiezingen voor het federaal Parlement en voor de deelstaatparlementen, die op een en dezelfde dag vallen, maar gedeeltelijk stemrecht hebben. Men zal dus moeten uitleggen dat zij voor het ene mogen stemmen en niet voor het andere. In plaats van de zaken eenvoudiger te maken, maakt u ze ingewikkelder.

 

Naast de Vlaamse partijen zijn ook Ecolo en zeker de MR grote voorstanders van de uitbreiding van het stemrecht voor Belgen in het buitenland naar de deelstatenverkiezingen. Toch zit dat vandaag niet in het voorliggende wetsvoorstel.

 

Alle Vlaamse partijen zijn voorstander, ook aan Franstalige kant wordt het ruim gedragen, maar toch staat dit niet in het wetsvoorstel. Waarom niet, kan men zich dan afvragen. Dat is een antwoord dat wij hier vaak moeten geven: de PS wil het niet. Daarom staat het niet in het wetsvoorstel. Als de PS het niet wil, krijgen de Franstaligen het niet en dan krijgen ook de Vlamingen het niet. Dat is duidelijk. Als het tegen het belang is van de PS maar voor het belang van Vlamingen en Franstaligen, dan is het snel beslist in dit land. Het belang van de PS gaat boven alle andere belangen.

 

Waarom is de PS daar dan tegen? Als men een analyse van het stemgedrag van de Belgen in het buitenland in 2007 maakt, ziet men dat er 120 000 stemmen in het buitenland zijn uitgebracht.

 

Twee vaststellingen kunnen worden gemaakt. Ten eerste, de verhouding 60 % Vlamingen en 40 % Franstaligen is in het buitenland volledig invers. Er zijn 70 % Franstaligen en 30 % Nederlandstaligen. Dat is een normale evolutie. In de 19de eeuw was dat anders, maar het is nu eenmaal zo dat de migratie in economisch minder presterende gebieden altijd groter zal zijn. De migratie vanuit Vlaanderen was in de 19de eeuw zeer groot. In de 20ste eeuw is dat vooral een Waals gegeven.

 

Ten tweede, de MR scoort verhoudingsgewijs veel sterker dan alle andere partijen. Voor de Senaatsverkiezingen in het binnenland in 2007 scoort de MR 33 %. Bij de Belgen in het buitenland is dat 38 %. Dat scheelt een slok op de borrel. Voor de federale verkiezingen kan dat 1 tot 2 zetels schelen. Hier liggen dus 1 tot 2 zetels voor het grijpen.

 

Dat kan de PS echter niet terugdraaien. Voor de federale zetels en de federale verkiezingen is er momenteel al stemrecht voor Belgen in het buitenland. De PS kon een en ander dus niet terugdraaien.

 

Voor de deelstaatverkiezingen liggen echter verhoudingsgewijs nog meer zetels op tafel. De winst van de MR kan dus nog veel groter worden. Verwikkeld in een concurrentiestrijd tussen PS en MR om de Waalse dominantie kunnen deze zetels natuurlijk een belangrijke rol spelen.

 

En dus: ce que PS veut, Dieu le veut. Eigenlijk was de oplossing echter simpel. Mijnheer Bacquelaine, de oplossing was heel simpel. Indien de PS niet wil dat de Franstaligen vanuit het buitenland niet voor het Waals Parlement kunnen stemmen – tant pis, zou men dan denken: Elk zijn democratie; tant pis –, geef dan de bevoegdheden aan de deelstaten zelf. De logica zou zijn de deelstaten constitutieve autonomie te geven, zodat Vlaanderen en Wallonië, elk voor zich, zelf over de organisatie van de eigen verkiezingen in binnen- en buitenland kunnen beslissen.

 

Constitutieve autonomie is ook een zaak die alle Vlaamse partijen voorstaan. Het is ook een zaak waarover bij de communautaire onderhandelingen tijdens de regeringsvorming overeenstemming was. Ze was geen enkel probleem.

 

Wat nu in de Senaat echter op tafel ligt in naam van constitutieve autonomie, is heel beperkt. Zij zorgt er ook voor dat de deelstaatparlementen absoluut niet voor de organisatie van de eigen verkiezingen bevoegd worden. De deelstaatparlementen mogen niet over de eigen verkiezingen en dus ook niet over stemrecht van Belgen in het buitenland beslissen.

 

Opnieuw merken wij hier een sterk staaltje van de PS-dominantie over dit land en over zes miljoen Vlamingen. De PS gunt het de Franstaligen niet en dus gunt ze het ook niet aan de Vlamingen. In het andere geval zouden de Franstaligen immers misschien wel eens een voorbeeld aan de Vlamingen kunnen nemen en het Vlaamse voorbeeld volgen. Dus blokkeert de PS alles.

 

Aldus wordt nogmaals duidelijk dat de Vlamingen een ketting aan hun been hebben waaraan een grote gevangenisbol hangt. Bedoelde gevangenisbol is de PS. Het is een gevangenisbol die ons en zes miljoen Vlamingen in hun doen en laten remt. Onderhavig dossier illustreert voormelde stelling ten voeten uit.

 

Ik zou dus aan de Vlaamse partijen maar ook aan de MR en Ecolo willen vragen om voor één keer die ketting met de grote gevangenisbol door te knippen en ons voor één keer van voornoemde gevangenisbol te verlossen, wat heel eenvoudig kan.

 

Collega’s van de MR, dat kan dankzij uw eigen wetsvoorstel. De collega’s Daniel Bacquelaine, Corinne De Permentier, François-Xavier de Donnea, Denis Ducarme, Jacqueline Galant en Charles Michel zelf hebben een wetsvoorstel ingediend dat stemrecht toekent aan Belgen in het buitenland, ook voor de deelstaatverkiezingen. Dat wetsvoorstel dienen wij in als amendement op het voorliggende wetsvoorstel. Het is waarschijnlijk de eerste keer in de geschiedenis dat ik een wetsvoorstel van de MR indien. Ik zal het ongetwijfeld ook bij deze ene keer houden, maar als het gaat over het verdedigen van de belangen van de Vlamingen dan zijn wij voor niets beschaamd, ook niet voor het indienen van wetsvoorstellen van de MR.

 

Dit is eigenlijk de enige manier om de absurditeit weg te werken die zich bij samenvallende verkiezingen in onder meer 2014 zal voordoen. Het is absoluut niet uit te leggen dat Belgen in het buitenland op een en dezelfde dag zouden kunnen stemmen voor het federale Parlement, maar bijvoorbeeld niet voor het Vlaams Parlement. Het voorliggende wetsvoorstel wordt verkocht als een maatregel om het allemaal eenvoudiger en transparanter te maken, maar in de praktijk zal het er gewoon voor zorgen dat alles ingewikkelder wordt. Men zal aan Belgen in het buitenland immers moeten uitleggen dat zij maar een stukje stemrecht hebben.

 

Als u ons amendement, van N-VA en MR uiteraard, niet goedkeurt dan maakt u het Vlaams Parlement ondergeschikt aan het federale Parlement. Dit druist vanzelfsprekend in tegen elke federale logica. Als u ons amendement niet goedkeurt dan hebben wij voortaan een belangrijk federaal Parlement, waarvoor iedereen vanuit het buitenland kan stemmen, en de kleine parlementaire broertjes, de pagadderparlementen, waarvoor vanuit het buitenland niemand kan stemmen. Een beetje zoals het kinderparlement. Als u ons amendement niet goedkeurt dan degradeert u het Vlaams Parlement tot het ondergeschikte parlement, ondergeschikt aan het federale Parlement. Als u ons amendement niet goedkeurt, moet u mij eens vertellen hoe u ooit nog uw belofte hard zult maken met betrekking tot de toekenning van stemrecht aan Belgen in het buitenland voor de deelstaatverkiezingen. Geen constitutieve autonomie en ook in dit wetsvoorstel kent u dat vanuit dit federale niveau niet toe. Hoe zult u waarmaken wat u zes maanden geleden nog heeft beloofd?

 

Knip voor een keer eens die ketting met die gevangenisbol door en lijm die straks terug aan mekaar als het dan toch zo nodig moet, maar doe het tenminste voor een keer zodat u tenminste een keer uw eigen beloftes kunt waarmaken.

 

02.04  Sonja Becq (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega’s, misschien lijkt dit voorstel niet meteen het meest sexy voorstel in de rij van voorstellen die in het raam van de hervorming waarin we voorzien hebben, naar voren komt maar het is toch niet onbelangrijk. Ik meen dat u zich er ook van bewust bent, net als de andere collega’s, dat dit voorstel rond stemrecht in het buitenland uiteindelijk een objectivering van de inschrijving om te gaan stemmen en van de plaats waar men gaat stemmen invoert.

 

Die verdere objectivering is onmiskenbaar een belangrijke stap. Waarom? Omdat het een aanpassing is van de wetgeving voor stemrecht van Belgen in het buitenland voor de federale verkiezingen. Het is echter zeker ook een belangrijk element sinds de versoepeling die er in 2002 is gekomen. Voordien was er stemrecht voor Belgen in het buitenland dat echter zeer beperkt werd ingevoerd. Er kwam een versoepeling van de regeling in 2002, met als gevolg dat er zich op dat moment effectief zo’n 114 000 Belgen in het buitenland inschreven om te gaan stemmen. In 2007 waren dat er 122 000, veel minder in 2010 omwille van de procedure daarnaast.

 

We stelden echter tegelijkertijd vast dat een kwart van die ingeschreven Belgen in het buitenland werden meegeteld in de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde. Dat leidde er bijvoorbeeld in 2003 toe dat al die stemmen meegeteld werden in het kanton Lennik, met als gevolg dat men dacht dat de verfransing in die regio heel sterk verder was toegenomen. Het uiteindelijke effect was dat ook de zetelverdeling gewijzigd werd. Op dat moment hebben uiteindelijk in heel de regio Halle-Vivoorde ook de burgemeesters – ik kijk naar collega Michel Doomst – gereageerd en gesteld dat het niet kon dat op die manier de vooral Franstalige stemmen uit het buitenland werden meegenomen in een Vlaamse regio. Toen is er effectief een verdere stap gezet en werden die stemmen niet meegeteld in Lennik.

 

Vandaag zetten we een verdere stap in het objectiveren van de stemmen van mensen die in het buitenland gevestigd zijn omdat zij daadwerkelijk moeten aantonen dat zij een objectieve band creëren met de gemeente waar zij zich laten inschrijven.

 

Dat is voor ons een van de voornaamste redenen waarom wij dit voorstel belangrijk vinden en ook steunen, naast het feit dat er met dit voorstel een vereenvoudiging komt en dat tegelijk het stemmen per brief enigszins wordt afgezwakt of in elk geval ontmoedigd.

 

Ik kan mij voorstellen, mijnheer Weyts, dat u niet zo gelukkig bent. U zei dat de deelstaten niet hetzelfde stemrecht genieten. Was u maar niet van de onderhandelingstafel weggelopen! Maar dat verhaal kent u. Ik heb tot nu toe, tenzij ik mij heel zwaar vergis, nog geen enkele tekst van u gezien waarin u daarin voorziet. U moet hier dus niet staan roepen, maar wel effectief aantonen dat u iets dergelijks doet, want op die manier interveniëren, helpt ook niet.

 

02.05  Ben Weyts (N-VA): Mevrouw Becq, ik wil u uitnodigen om te blijven staan op het spreekgestoelte, want ik heb nog een concrete vraag voor u. Voor ons is het heel duidelijk dat de beste oplossing voor dit probleem bestaat in het toekennen van constitutieve autonomie aan de deelstaatparlementen, zoals uw partij voorstaat, zoals in de bekende resoluties van het Vlaams Parlement staat, zoals alle Vlaamse partijen voorstaan en zoals het trouwens ook op de onderhandelingstafel lag, toen wij nog aan tafel zaten. Daarover was er een consensus. Dat was geen enkel probleem. Mijn verbazing is groot, omdat u dat hebt toegegeven en omdat u ook daarop bent teruggekomen.

 

Als ik dan toch uit de biecht mag spreken over Vollezele, in Vollezele was er daarover bij de PS geen enkel probleem. Passons. Daarover was er onmiddellijk een akkoord. De toekenning van volledige constitutieve autonomie aan de deelstaatparlementen was geen probleem. Mijn vraag aan u is de volgende. Vermits u ook daarop hebt toegegeven en ingebonden en vermits u hebt teruggekrabbeld, hoe zal CD&V de belofte realiseren die zes maanden geleden plechtig werd afgelegd in het Vlaams Parlement, samen met andere partijen? Als u geen constitutieve autonomie toekent aan de deelstaatparlementen, hoe zult u er dan voor zorgen dat de Vlamingen in het buitenland toch nog stemrecht krijgen voor het Vlaams Parlement? Hoe zult u dat doen?

 

02.06  Sonja Becq (CD&V): Mijnheer Weyts, (…) dat ik niet gezien heb dat u daaromtrent voorstellen hebt ingediend.

 

Ten tweede, als er dan toch allemaal akkoorden over bestonden, dan begrijp ik niet waarom u weggelopen bent en u er niet voor gezorgd hebt dat het er dan ook effectief kwam. Ik bedoel dan niet u alleen, want de beste stuurlui staan wel altijd aan wal, maar gezamenlijk, met de steun van heel het Parlement.

 

02.07  Valérie Déom (PS): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, dans le cadre de l'accord institutionnel qui garantira à notre pays un avenir serein et des relations apaisées entre ses diverses communautés, les huit partis ont également décidé de simplifier la procédure d'inscription sur la liste des électeurs et faciliter ainsi le vote de nos compatriotes expatriés lors des élections législatives fédérales.

 

Le groupe PS se réjouit de cette mesure importante de simplification administrative, qui devrait pérenniser le vote de nos compatriotes qui le souhaitent, même en cas d'élections législatives anticipées tout en garantissant la sécurité du vote. Il s'agit à nos yeux d'une avancée démocratique significative.

 

Désormais, une fois la loi entrée en vigueur, il suffira au Belge vivant à l'étranger, qui choisit le vote en personne ou par procuration, de s'inscrire une seule fois sur la liste des électeurs et son inscription sera pérennisée pour autant qu'il vote à chaque scrutin. Il ne devra donc plus, comme actuellement, se réinscrire lors de chaque élection avec le risque de voir des difficultés pratiques se dresser contre l'exercice du droit de vote, notamment en cas d'élections anticipées, comme ce fut le cas en 2010 où le nombre d'électeurs avait fortement diminué par rapport aux élections de 2007.

 

Par ailleurs, pour le PS, il était également important de déterminer les critères objectifs de rattachement à une commune de vote, ces critères étant liés à sa vie en Belgique ou à celle de ses parents. Comme tout citoyen vivant en Belgique et qui vote obligatoirement dans la commune de son domicile, il était normal pour le Belge vivant à l'étranger de déterminer, de façon objective, la commune et donc la circonscription dans laquelle son vote sera comptabilisé. Il s'agissait d'un impératif d'équité de l'élection et ainsi de ne plus permettre au Belge établi à l'étranger de déterminer la commune de rattachement de son choix, sans aucun lien objectif avec celle-ci.

 

Parallèlement à l'objectif de facilitation du vote des Belges à l'étranger par des mesures de simplification administrative, il était essentiel pour le PS de continuer à garantir la sécurité du vote. Il s'agissait, en effet, d'éviter à tout prix que la pérennisation du vote ne crée des situations où des bulletins de vote auraient été envoyés dans la nature. Car contrairement à la tenue des registres d'état civil en Belgique, permettant de savoir si une personne est décédée ou a déménagé, la mise à jour des registres consulaires dépend uniquement des informations transmises par le citoyen lui-même. Les consulats ne savent pas, a priori, si le Belge inscrit sur la liste a changé de pays, d'adresse ou encore est décédé.

 

Si l'on n'imposait pas au Belge qui a fait le choix du vote par correspondance de confirmer son inscription quelques semaines avant les élections, ce qui permet ainsi de confirmer son existence et son adresse, des bulletins seraient envoyés à de mauvaises adresses ou à de mauvais destinataires. La situation est la même pour le Belge qui n'a pas voté à l'élection précédente: le consulat ne sait, a priori, pas pourquoi il ne l'a pas fait. Est-ce une violation délibérée de l'obligation de vote? Est-ce parce qu'il a déménagé ou que la convocation ne lui est pas parvenue ou est-ce encore parce qu'il est décédé?

 

Par mesure de sécurité de vote, ces personnes devront donc se réinscrire.

 

Enfin, nous saluons l'important dispositif prévu d'information du Belge vivant à l'étranger par rapport à la modification législative intervenue et au nouveau dispositif créé, tant à l'entrée en vigueur de la loi qu'à certains moments de sa vie d'expatrié, à ses 18 ans ou lors de son inscription sur les registres consulaires.

 

Les expatriés sont parfois très éloignés de la vie en Belgique et de ce qu'il s'y passe au niveau politique et social. Il était donc important de prévoir des mesures d'information qui leur permettent d'exercer leur droit de vote en toute connaissance de cause.

 

Voilà les raisons pour lesquelles mon groupe est tout à fait favorable à ce dispositif.

 

02.08  Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, la loi du 7 mars 2002 modifiant le Code électoral en vue d'octroyer le droit de vote aux Belges résidant à l'étranger pour l'élection des chambres législatives fédérales et instaurant la liberté de choix du mandataire en cas de vote par procuration avait permis de réaliser un pas important dans l'accès de tous au droit de vote. Et la proposition à l'examen va dans ce sens.

 

Rappelons que, nonobstant le prescrit de la Constitution au terme duquel le vote pour les élections législatives fédérales est obligatoire, les Belges résidant à l'étranger se sont longtemps trouvés dans l'impossibilité juridique de s'acquitter de cette obligation. En fait, ils ont dû attendre les élections du 13 juin 1999 pour pouvoir participer effectivement à un scrutin fédéral. Cependant, à l'époque, les formalités administratives étaient extrêmement lourdes. En fait, en 1999, seuls 20 Belges ont effectivement pu prendre part à ce scrutin.

 

La loi du 7 mars 2002 a réduit le nombre de formalités. C'est ainsi qu'en 2003, le vote de 114 000 Belges a été enregistré et que 122 000 votes ont été comptabilisés en 2007. Le nombre de votants a, quant à lui, baissé très fortement lors des élections de 2010 qui étaient des élections anticipées.

 

Malgré cette amélioration évidente, la nouvelle législation souffre encore de lourdeurs administratives qui compliquent inutilement la tâche démocratique de nos expatriés. Pour le candidat électeur, la principale formalité administrative réside dans l'obligation de renouveler, lors de chaque scrutin, sa demande d'inscription.

 

Cette obligation de renouveler systématiquement la demande d'inscription sur les listes est inexplicable dans la mesure où cette formalité n'est pas requise pour les Belges résidant en Belgique. Elle s'explique d'autant moins qu'en vertu de l'article 180 du Code électoral, l'obligation de vote s'impose à tous les Belges répondant aux conditions de l'électorat et inscrits dans les registres de la population tenus dans les postes diplomatiques ou consulaires de carrière belges à l'étranger. L'incohérence est d'autant plus manifeste que la deuxième inscription apparaît superfétatoire puisque les Belges inscrits dans les postes consulaires et diplomatiques sont, par principe, connus des autorités. Ce système a montré toutes ses limites lors des dernières élections législatives, en 2010, où nos concitoyens résidant à l'étranger ont rencontré des difficultés évidentes pour participer à ce scrutin puisque sur les 122 000 Belges expatriés qui avaient voté en 2007, ils n'étaient plus que 42 000 trois ans plus tard à accomplir leur devoir électoral.

 

Des plaintes par courrier nous ont été adressées et les difficultés rencontrées par les Belges résidant à l'étranger ont été largement médiatisées. Ces plaintes font état de carences en matière d'information et de la procédure spécifique mise en place dans le cadre de l'organisation des élections anticipées étant donné les délais de dissolution et les délais de convocation des électeurs. Beaucoup de nos compatriotes se sont plaints de ne pas avoir pu être dûment informés par les autorités compétentes des formalités à entreprendre pour leur réinscription en qualité d'électeur. La distribution tardive des bulletins de vote par correspondance a également été mise en cause. Qu'il s'agisse de dysfonctionnements liés à l'organisation des élections ou de problèmes liés à la transmission de l'information, il est évident que ces carences ne permettent pas un exercice normal du droit de vote pour nos compatriotes établis à l'étranger et expliquent un taux de participation particulièrement faible.

 

Dans le cadre des négociations institutionnelles de l'automne 2011, nous avons voulu que l'on traite cette question et que l'on simplifie le système de vote des Belges résidant à l'étranger. Pour le Mouvement réformateur, il s'agissait d'un point essentiel. Cet accord est aujourd'hui traduit dans la loi, ce dont nous nous réjouissons.

 

La nouvelle loi facilite tout d'abord cette étape d'inscription puisque les formulaires d'inscription seront automatiquement envoyés aux Belges résidant à l'étranger dès la publication de la loi au Moniteur belge. C'est donc immédiatement applicable. Ce même formulaire sera par ailleurs proposé aux Belges qui s'établissent à l'étranger lorsqu'ils s'inscrivent sur les registres consulaires. Enfin, ce formulaire sera disponible sur simple demande: il conviendra pour l'électeur de renseigner la commune belge à laquelle il peut être rattaché selon les critères subsidiaires de la loi et de retourner le formulaire au poste.

 

Mais l'avancée la plus significative est bien évidemment que, contrairement à la situation actuelle qui impose de devoir se réinscrire comme électeur lors de chaque élection législative, la nouvelle procédure prévoit la pérennisation de l'inscription. Concrètement, l'inscription pour les prochaines élections prévues en juin 2014 vaudra également pour les élections législatives suivantes, pour autant que l'électeur ait rempli son devoir électoral. À défaut, il devra se réinscrire.

 

Enfin, pour les électeurs qui font le choix du vote par correspondance en 2014, un courrier leur sera automatiquement adressé avant les élections suivantes afin de vérifier s'ils confirment ce choix de vote.

 

Nous nous réjouissons de ces avancées et de cette simplification globale du système, mais nous pensons qu'il faudra aller plus loin à l'avenir pour mettre définitivement sur pied d'égalité les droits électoraux des Belges à l'étranger et des Belges résidant en Belgique. Nous voulons donc prolonger la réforme actuelle de nos propositions relatives au droit de vote des Belges à l'étranger pour les élections européennes pour ceux qui résident en dehors des pays de l'Union, puisque les autres ont déjà ce droit de vote aux élections européennes.

 

Il nous paraît nécessaire et logique, dans le cadre d'un système fédéral, de remédier à cette lacune et d'octroyer le droit de vote aux expatriés pour l'élection des conseils et des parlements des entités fédérées. En effet, pour nous, les Belges résidant à l'étranger ont un intérêt manifeste et doivent se voir reconnaître un droit de participer au choix des élus et donc au façonnage des options politiques préfigurant la destinée des Régions et des Communautés dont ils relèvent.

 

Demain encore davantage qu'aujourd'hui dans le cadre de la sixième réforme de l'État transférant de nouvelles compétences aux Régions et Communautés, il nous paraît essentiel que le droit de vote des Belges résidant à l'étranger concerne aussi les entités fédérées, les Régions de ce pays, au moment où on leur donne davantage de pouvoir.

 

Il n'y a, pour nous, aucune distinction à pratiquer sur ce plan entre, d'une part, les élections législatives et les élections visant la composition des parlements des Communautés et Régions ainsi que pour le Parlement européen. Nous soutiendrons donc à l'avenir toute initiative, la nôtre notamment, pour faire en sorte que ce droit de vote soit effectivement confié aux Belges résidant à l'étranger pour l'élection des parlements des Régions: Flandre, Wallonie et Bruxelles.

 

Nous pensons que le mécanisme du vote électronique doit aussi être mis en avant pour ce droit de vote.

 

Nous nous rendons parfaitement compte que nous n'avons pas pu obtenir l'intégralité de ce que nous souhaitions en matière de vote des Belges résidant à l'étranger. Ceci est le fruit d'un compromis. Nous le respectons et nous respectons notre accord. Cela ne nous dispense évidemment pas de poursuivre notre combat pour le vote des Belges résidant à l'étranger dans les Régions. Après 2014, pour les élections régionales suivantes, nous y travaillerons et nous pensons pouvoir obtenir ce droit de vote.

 

Je voudrais signaler que nous avons été biens seuls parfois à défendre cette mesure depuis des années. Nous nous réjouissons que certains émettent le désir de participer à cette revendication. Tant mieux! Nous pensons que nous pourrons, ensemble, au sein de ce parlement, faire en sorte que cela arrive pour les élections qui suivront les élections régionales de 2014.

 

Dans l'attente de ces nouvelles réformes, mon groupe votera en faveur de la proposition de réforme puisque c'est un élément important de l'accord institutionnel et que cela constitue un progrès pour les droits démocratiques de tous les Belges, qu'ils vivent à l'étranger ou en Belgique.

 

02.09  Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, dit debat levert dan toch al enigszins wat nieuws op.

 

Mijnheer Bacquelaine, ik begrijp dat u zegt dat u helemaal alleen stond met de MR in het pleidooi voor de toekenning van stemrecht aan Belgen in het buitenland, voor de deelstaatverkiezingen. CD&V, de Open Vld, Groen, en de sp.a hebben u daar niet in gesteund, niettegenstaande hun partijprogramma’s. Dat verbaast mij in grote mate, vooral omdat ik mevrouw Becq net nog hoor vragen naar het voorstel van de N-VA.

 

Mijnheer Bacquelaine, ik zeg ten aanzien van u hetzelfde als ten aanzien van CD&V: hier is ons voorstel. Ons amendement ligt voor. Het is uw wetsvoorstel, omgezet in een amendement.

 

U zegt dat u in de toekomst werk zult maken van de toekenning van het stemrecht aan Belgen in het buitenland. Welnu, de toekomst begint vandaag. Is dat overigens niet de verkiezingsslogan van iemand? Mijnheer Bacquelaine, u kunt vandaag dus het amendement goedkeuren. Wij kunnen het samen indienen. Het copyright rust bij u. Ik erken volledig uw auteursrecht. U mag het amendement mee ondertekenen. Het is mij allemaal eender. Het ligt nu ter tafel. Zowel aan de MR als aan CD&V en de andere Vlaamse partijen zeg ik dat de toekomst vandaag begint. U kunt nu werk maken van de toekenning van stemrecht aan Belgen in het buitenland.

 

Laten wij toch eens eerlijk zijn. Het kan toch niet dat u zich allemaal samen hebt laten vloeren, enkel door de PS? Hoe is dat mogelijk?

 

02.10  Daniel Bacquelaine (MR): Je trouve assez amusant cette espèce d'angélisme qui ferait presque croire que vous débarquez aujourd'hui dans ce parlement et que, soudain, vous vous rendez compte qu'il est impossible de réaliser immédiatement tout ce en quoi on croit. Excusez-moi! Mais cette attitude me paraît assez puérile!

 

Nous travaillons dans le cadre d'un accord institutionnel qui comporte une réforme fondamentale de l'État, ce qui implique de tenir compte des positionnements des uns et des autres, comme l'exige la vie parlementaire dans une démocratie. Nous n'avons rien inventé à cet égard. C'est ainsi qu'à un moment, il devient nécessaire de réaliser un accord et de venir le défendre devant le parlement. C'est ce que nous faisons.

 

Cela n'enlève en rien les préoccupations des uns et des autres. Je reste convaincu que, parmi les huit groupes qui soutiennent cet accord de majorité, tous mettent des priorités dans diverses matières qu'ils voudraient voir aboutir. Mais c'est la même situation qu'avec le désir: il s'affaiblit lorsqu'il est assouvi. Il convient donc de garder de la matière et de continuer à mener les combats auxquels nous croyons.

 

Peut-être serons-nous amenés un jour à voter ensemble sur d'autres textes. Nul ne peut préjuger de l'avenir. J'espère donc que vous resterez constants dans votre positionnement.

 

02.11  Laurent Louis (MLD): Monsieur le président, je me permets d'intervenir deux minutes, ce qui ne plaira pas, comme d'habitude.

 

Il me paraît incroyable de traiter de puéril le comportement de la N-VA. Comment alors doit-on considérer les partis de la majorité, dont le MR, qui participent à cette proposition et ne vont même pas jusqu'au bout de leurs idées? C'est mentir à la population! C'est trop simple de se présenter avec des idées très aguichantes, puis de ne jamais avoir le courage d'aller jusqu'au bout.

 

Je constate donc que le MR s'est encore une fois fourvoyé dans ses idées pour devenir membre de la majorité et occuper des postes ministériels. La N-VA a fait preuve de courage et a décidé de ne pas participer au gouvernement pour respecter ses idées et ne pas mentir à ses électeurs. Vous devriez prendre exemple.

 

Le président: M. Bacquelaine a bien dit qu'on ne pouvait tout obtenir immédiatement, pour tout le monde et partout. C'est ce que j'ai compris de son intervention.

 

02.12  Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, collega’s, de voorbije jaren moesten wij vaststellen dat er problemen waren met de manier waarop het stemrecht van Belgen in het buitenland geregeld was.

 

Een eerste belangrijke probleem was dat Belgen in het buitenland zich voor elke verkiezing opnieuw moesten inschrijven. Dat was een zeer tijdrovende procedure en zij zorgde voor overbodige administratie. Bij vervroegde verkiezingen bleek dat een groot probleem te zijn. Ter illustratie, in 2010 waren er 33 000 Belgen in het buitenland ingeschreven voor de verkiezingen. In 2007 waren het er nog 96 000.

 

Een tweede probleem was dat de Belgen in het buitenland vrij konden kiezen in welke gemeente zij zich wilden inschrijven. Er werd niet verwacht dat men ook maar enige band met die gemeente aantoonde. Helaas is het stemrecht voor Belgen in het buitenland daardoor dikwijls het voorwerp geworden van politieke en communautaire discussies, die we nu toch echt achter ons moeten kunnen laten.

 

Collega’s, de zesde staatshervorming moet, na jaren van communautair gehakketak en opbod, met een bestuurlijke stilstand en een nooit geziene crisis in ons land, eindelijk rust brengen in het huishouden. Onze fractie is tevreden dat in het kader van de jongste staatshervorming ook een oplossing gevonden is voor het stemrecht van Belgen in het buitenland.

 

Het eerste probleem wordt opgelost door de verplichte herinschrijving bij elke verkiezing te schrappen. De inschrijving als kiezer moet slechts één keer gebeuren. De inschrijving voor de eerstvolgende verkiezing geldt ineens voor alle volgende federale parlementsverkiezingen.

 

Het tweede probleem, de vrije keuze van de gemeente van inschrijving, wordt opgelost zoals de Raad van State eerder heeft gesuggereerd, namelijk door objectieve criteria te koppelen aan de plaats van inschrijving.

 

Er zijn vier objectieve criteria – ik som ze op in volgorde van voorrang –: ten eerste, de gemeente waar men het laatst was ingeschreven, ten tweede, de gemeente van de geboorteplaats, ten derde, de gemeente waar vader of moeder in het bevolkingsregister ingeschreven staat, ten vierde, de gemeente waar een verwante tot de derde graad ingeschreven staat.

 

Op die manier zal het niet meer zo gemakkelijk zijn om zich in te schrijven in gelijk welke gemeente, in een gemeente waar men geen persoonlijke band heeft en wordt het risico van politieke recuperatie dan ook tot een minimum herleid.

 

Dat zijn voor ons correcte oplossingen voor concrete problemen. Onze fractie zal de tekst goedkeuren.

 

02.13  Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, collega’s, veel sprekers voor mij hebben al goed uitgelegd wat de wettekst precies inhoudt.

 

Ik zal niet in herhaling vallen, maar ik wil toch nog even het volgende opmerken. Wij hebben daarnet van de N-VA een hele litanie gehoord over het feit dat er niet kan worden gestemd door Belgen in het buitenland voor de verkiezingen van de Gewesten en de Gemeenschappen.

 

Op zichzelf is het een heel interessante discussie hoe ver men kan gaan in het verlenen van die rechten. De conclusie die de heer Weyts heeft getrokken, namelijk dat de MR helemaal zou hebben gestaan, is absoluut niet correct. Iedereen heeft zijn eigen punten en prioriteiten, die men wil verwezenlijken en men komt tot een akkoord, waar de ene en de andere wat binnenhalen. Zo gaat dat. Ik begrijp echter dat het moeilijk is voor hem om te begrijpen hoe onderhandelingen precies werken.

 

Net als wij, hebt u een jaar aan de onderhandelingstafel gezeten, dames en heren van de N-VA. Wij hebben een jaar samen gezeten in heel veel vergaderingen. Ik heb nooit van u voorstellen gehoord om het stemrecht uit te breiden.

 

Ik heb die nooit gehoord. Nu is de onderhavige wettekst bijna een ramp, een verschrikking voor de Vlamingen. Als het thema zo belangrijk was, waarom zijn er nooit voorstellen op tafel gekomen? Waarom stond dat punt niet geagendeerd in de nota-De Wever, als het zo belangrijk was? Het staat er niet in.

 

02.14  Jan Jambon (N-VA): Mijnheer Van Hecke, mag ik nog eens proberen u iets uit te leggen? Zet uw oren open om te luisteren en trek daarna uw conclusies.

 

Het gegeven van de constitutieve autonomie stond van bij het begin in de teksten, zolang wij aan het onderhandelen waren. Vanaf dag 1 stond dat in de teksten. Het is met dat beginsel, dat wij dat zouden kunnen realiseren in het deelstaatparlement. Het is maar toen wij aan de onderhandelingstafel zijn weggegaan of weggeduwd, … (Rumoer in de zaal) omdat de lat naar beneden moest en wij daar niet toe bereid waren, dat ook dat gegeven uit de teksten is verdwenen.

 

Dank u wel, Vlaamse partijen die daar zijn blijven zitten.

 

02.15  Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Ik moet de heer Jambon gelijk geven dat hij is weggegaan. Dat is waar.

 

Inderdaad, op pagina 33 van de nota-De Wever staat er een deel over de constitutieve autonomie. Wat daarin wel ontbrak, was wat u met de constitutieve autonomie precies allemaal zelf wilde regelen. Wilde u alles regelen, 5 punten, 10 punten? In die nota was absoluut niets gedetailleerd.

 

Nu komt men zeggen dat men een hoofdstuk constitutieve autonomie had. Het is natuurlijk gemakkelijk om gewoon weg te lopen van de tafel en nadien te zeggen dat dat belangrijke punt niet werd gerealiseerd.

 

Wat doet u dan uit armoede? U neemt een wettekst van de MR over. U maakt daar een amendement van. U dient dat in. Dat betekent dat u toch wel heel weinig inspiratie hebt om zelf teksten te ontwerpen en een inbreng in het debat te hebben.

 

We zullen dat straks in het debat over het gerechtelijke arrondissement ook zien. Daar hebt u net hetzelfde gedaan. Eerst zegt u dat het allemaal niet goed is, u stelt een betere oplossing voor om vervolgens een wetsvoorstel uit 2003, het werk van een ander, op te diepen en in te dienen als amendement. Dan is uw alternatief. Dat is de manier waarop u werkt. Dat is bijzonder hypocriet.

 

02.16  Ben Weyts (N-VA): Ik zal nog een laatste poging doen om uit te leggen wat constitutieve autonomie wil zeggen.

 

02.17  Jan Jambon (N-VA): Parels voor de zwijnen.

 

02.18  Ben Weyts (N-VA): Volledige constitutieve autonomie wil zeggen dat het Vlaams Parlement zelf beslist over zijn eigen verkiezingen. Aangezien alle Vlaamse partijen, ook uw partij, voorstander zijn van de toekenning van stemrecht aan Belgen in het buitenland voor het Vlaams Parlement, kan dat onmiddellijk geregeld worden vanuit het Vlaams Parlement.

 

Constitutieve autonomie zat in alle nota’s die wij hebben ondersteund. Het lag altijd op tafel, maar u hebt het blijkbaar niet gezien. Misschien hebt u nog een derde medewerker nodig, betaald door de regering, om dat allemaal te kunnen doorgronden. Dat lijkt mij toch aangewezen. Ik wil dat zelfs nog ondersteunen, want ik zie dat er nog enig doorzicht, enige kennis en kunde ontbreekt.

 

02.19  Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen): Het is 11.04 uur; het heeft lang geduurd voor het argument kwam. Ik had wel gedacht dat het zou komen.

 

Mijnheer Weyts, ik verzeker u dat ook wij aan de onderhandelingstafel het principe van de constitutieve autonomie hebben verdedigd, zoals vele partijen. De voorliggende tekst is wat er uit het akkoord is gekomen. Dit is bij alles zo: bij elk van de zestien teksten die zullen worden behandeld, zou men kunnen zeggen op welke punten men verder had kunnen gaan. Ook deze namiddag kan dat voor de dertien teksten die uit de Senaat komen: over politieke vernieuwing bijvoorbeeld, of over de hervorming van de Senaat, wat later aan bod zal komen. Bij elk van die teksten kan men zeggen dat er meer mogelijk was, ja. Het is echter een akkoord met acht partijen. Wat ons betreft, is het een evenwichtig akkoord en een grote stap vooruit, ook inzake de versoepeling van de regeling voor het stemmen in het buitenland.

 

Die regeling betekent een stap vooruit, een verbetering: het is een versoepeling voor de Belgen die in het buitenland wonen. Vanuit democratisch oogpunt is dat heel belangrijk, net als de manier waarop de stemmen worden toegewezen. Dat wordt nu geobjectiveerd. Iedereen vindt dat allicht een goede zaak. Wat ons betreft, is het een belangrijke stap vooruit en wij zullen de tekst dus ook steunen.

 

Die eerste stap, het eerste voorstel dat hier in de Kamer besproken wordt, is ook belangrijk, omdat het een einde betekent aan jarenlang immobilisme sinds 2007 door communautaire strubbelingen. Ik ben dan ook heel blij dat we vandaag het debat in de Kamer kunnen starten en een streep trekken onder een geschiedenis van immobilisme, die ons land zwaar heeft getroffen.

 

Heel wat belangrijke dossiers waar het Parlement aan moet werken, zijn blijven liggen. Vandaag zien we dat er een conferentie is in Rio, twintig jaar na de eerste. Nooit is er zoveel aandacht gegaan naar de belangrijke problemen die daar aan de orde worden gebracht en ook in België gevolgen zullen hebben. De voorbije vijftien jaar hebben we altijd gekeken naar onze interne staatshouding, naar het splitsen van BHV, naar een verdere staatshervorming. Vele andere problemen zijn blijven liggen. Ik hoop dat we vandaag, bij de aanvang van onze besprekingen, eindelijk een hoofdstuk kunnen afsluiten, zodat het Parlement zich bezig kan houden met de echte problemen van onze maatschappij.

 

02.20  Barbara Pas (VB): Mijnheer de voorzitter, ik heb zopas mevrouw Becq horen verklaren dat voorliggend wetsvoorstel niet het meest sexy voorstel is van alle wetsvoorstellen die de zesde Staatshervorming vorm geven. Ik weet niet of de benaming “sexy” goed gekozen is voor alle wetsvoorstellen die wij nog ter bespreking voorgelegd zullen krijgen. Het is alleszins geen goede benaming voor alle voorstellen die vandaag nog op de agenda staan.

 

Het is wel een van de minder erge voorstellen. Er komen nog veel ergere voorstellen op ons af. Indien mevrouw Becq dat bedoelde met haar woorden, dan kan ik haar daarin wel volgen.

 

Wij hebben er uiteraard niets op tegen dat de stem- en stemopnemingswijze met voorliggend voorstel worden verbeterd. Dat objectieve criteria zullen bepalen in welke gemeente in dit land de in het buitenland verblijvende kiezer zich mag inschrijven, was ook dringend nodig.

 

Door de nefaste gevolgen van andere onderdelen van de allesbehalve sexy Staatshervorming stelt het Vlaams Belang echter andere, objectieve criteria voor de inschrijving voor. Ik zal er zo dadelijk dieper op ingaan.

 

Eerst wou ik echter even inpikken op wat de heer Weyts zopas vertelde.

 

Ik begrijp de bekommernis van de leden van de N-VA, met name dat voorliggend wetsvoorstel de in het buitenland verblijvende landgenoten voor verkiezingen van deelstaatparlementen geen stemrecht wordt verleend. Het is enkel voor de federale parlementsverkiezingen dat met voorliggend wetsvoorstel stemrecht wordt toegekend aan kiezers die in het buitenland verblijven.

 

De amendementen die de N-VA-leden daartoe indienen, komen aan de genoemde bekommernis tegemoet en zullen een en ander federaal regelen. Zij lijken mij echter niet echt een ideale oplossing. Het zou immers de bevoegdheid van de deelstaatparlementen zelf moeten zijn om de inschrijving te regelen.

 

Mijnheer Weyts, u hebt in de discussie heel wat documenten aangehaald waarin de constitutieve autonomie al dan niet zou staan. Er is echter een document waarvan de leden van sp.a, CD&V en de N-VA zeker zouden moeten weten dat de constitutieve autonomie erin is opgenomen. De bepaling staat namelijk in uw eigen, Vlaamse regeerakkoord.

 

In uw Octopusnota, die een bijlage bij uw Vlaams regeerakkoord is, is de allereerste zin: “Ten eerste vragen wij een grotere, constitutieve autonomie.”

 

Alle Vlaamse regeringspartijen zijn het over voormelde bepaling eens. Ik vraag mij dan ook af waarom u hier scherpe verwijten aan CD&V maakt, terwijl u in de Vlaamse regering niet even hard tegen uw coalitiepartner roept, om uw eigen regeerakkoord te kunnen uitvoeren. In de Vlaamse regering blijft u loyaal tegenover CD&V, die u hier grote verwijten maakt. In het Vlaams Parlement stemt u belangenconflicten tegen de voorliggende Staatshervorming weg, wegens uw loyauteit aan CD&V. U stemt er zelfs de hoorzittingen met de magistraten, waar u hier luid om roept, weg. U doet zulks allemaal uit loyauteit aan dezelfde CD&V.

 

Enige consequentie in het luid roepen is toch wel gepast. Ik vraag mij, eerlijk gezegd, af wat u in de Vlaamse regering zit te doen, behalve moskeeën openen en moskeeën subsidiëren. U zit er alleszins niet om er de Vlaamse eisen te realiseren. Zoveel is duidelijk.

 

Tijdens de bespreking van onderhavig wetsvoorstel in de commissie heeft onze fractie vier amendementen ingediend. Wij zullen die vandaag herindienen. Die amendementen hebben allemaal hetzelfde doel: de toewijzing van de stemmen die door de landgenoten in het buitenland worden uitgebracht, aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Wij willen die regeling om een van de groteske onevenwichten die veroorzaakt worden door de onzuivere splitsing van de kieskring BHV, een beetje te compenseren. Ik verklaar mij nader.

 

Vanaf volgende week zullen wij in de commissie voor de Herziening van de Grondwet de splitsing grondig bespreken. Welnu, de Brusselse Vlamingen betalen het gelag voor de onzuivere splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde. In de voorstellen voor de kieswethervorming inzake Brussel-Halle-Vilvoorde is elk evenwicht zoek. In plaats van rekening te houden met het bestaan van twee evenwichtige gemeenschappen in Brussel, wordt de minst talrijke groep, de Vlamingen, politiek uitgeschakeld. De Brusselse Vlamingen worden electoraal volledig opgegeven.

 

De splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde voor de Kamerverkiezingen wordt bewust op zodanige wijze doorgevoerd dat het voortaan uitgesloten is dat de Brusselse Vlamingen nog een of twee zetels van de 15 Brusselse zetels in de Kamer kunnen behalen. In tegenstelling met de verkiezingen voor het Hoofdstedelijk Gewest, Europa en de Senaat, wordt er voor de Kamer niet in taalgesplitste lijsten voorzien en wordt het de partijen bovendien uitdrukkelijk verboden hun lijsten te verbinden. Elke vorm van apparentering of poolvorming wordt uitgesloten. Daardoor zullen alle Nederlandstalige lijsten onder de kiesdrempel vallen. Het wordt dus onmogelijk om in Brussel nog een Nederlandstalige als Kamerlid te verkiezen.

 

Concreet verliezen de Vlaamse partijen daardoor twee Kamerzetels aan de Franstaligen. Alle 15 Kamerleden uit Brussel zullen daardoor tot de Franstalige taalgroep behoren, ondanks het feit dat meer dan 10 % van de Brusselse kiezers voor een Nederlandstalige lijst stemt. Het wordt op die manier een puur symbolische stem. De Vlaamse Brusselaars worden op die manier gewoonweg politiek gelyncht. De traditionele partijen in de Vlaamse regering staan erbij en kijken ernaar. De meerderheidspartijen hebben, naar aanleiding van de besprekingen in de Senaat, nochtans ook zelf moeten toegeven dat een Vlaamse gekozene in Brussel er wellicht niet meer in zit.

 

De mensen zitten niet te wachten op een ideologische sterilisatie, op een eenheidslijst, maar uit de reacties op de oproep van Wouter Beke bleek sowieso duidelijk dat een Vlaamse eenheidslijst niet direct aan de orde is. Het gevolg zal dan ook zijn dat een aantal Vlaamse politieke partijen enkele kandidaten op allicht onverkiesbare plaatsen van de lijsten van hun Franstalige evenknie zal willen posteren.

 

Dat zal dan leiden tot een versterking van de francofonie in Brussel en tot politieke liquidatie van de Vlamingen in Brussel op federaal niveau. Brussel wordt politiek een Franstalige stad. Daar komt nog bovenop dat aan het Franstalige kiezerskorps ook nog eens de Franstalige stemmen uit de zes Vlaamse faciliteitengemeenten rond Brussel worden toegevoegd. De Franstalige inwoners krijgen dus een hoge politieke bescherming. Hun stem leidt met zekerheid tot een verkozene terwijl over de Vlamingen in Brussel een kruis wordt gemaakt. Die nieuwe discriminatie is uitermate stuitend en moet absoluut worden voorkomen. Bovendien gaat dit er ook voor zorgen dat de Franstalige partijen oververtegenwoordigd zijn in het Parlement.

 

Ten gevolge van het groot aantal buitenlanders in Brussel, mede door het statuut van Europese hoofdstad, krijgt Brussel in verhouding een zeer hoog aantal Kamerzetels toegewezen. Het is onaanvaardbaar dat al die buitenlanders in de toekomst enkel nog vertegenwoordigd zullen zijn door Franstalige politici. Daarom vinden wij het ook niet meer dan logisch dat alle stemmen die door landgenoten vanuit het buitenland worden uitgebracht in de toekomst toegewezen zullen worden aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Brussel en de daarmee verbonden internationale instellingen en functies zijn voor veel landgenoten immers nog het enige bindmiddel met ons land. Ze hebben vaak veel meer binding met Brussel dan met de gemeente waar men het laatst verbleef of waar men geboren is en al zeker dan met de gemeente waar vader, moeder of een verwant in de derde graad is ingeschreven zoals in het voorliggend wetsvoorstel voorzien.

 

Ongeveer 40 % van de stemmen in het buitenland worden door Vlamingen uitgebracht. Als men die toevoegt aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dan zal men het Nederlandstalige kieskorps in Brussel met enkele tienduizenden stemmen uitbreiden. Op die manier wordt de kans toch weer wat groter dat de Vlaamse partijen in Brussel de kiesdrempel kunnen halen zodat de Vlamingen in hun eigen hoofdstad tenminste politiek kunnen overleven.

 

02.21  Muriel Gerkens (Ecolo-Groen): Monsieur le président, mon intervention sera brève puisque de nombreux collègues ont déjà exprimé les raisons pour lesquelles il convenait d'adopter une telle proposition, qui améliore les conditions et l'exercice du droit de vote des Belges à l'étranger. Son intérêt est de permettre l'objectivation de l'attribution des votes aux communes dont relèvent les citoyens belges qui résident à l'étranger. En seront aussi simplifiés les procédures d'inscription sur la liste des électeurs ainsi que l'exercice du vote par ces citoyens.

 

Surtout, cette proposition va assurer le respect des droits et des devoirs civiques grâce au maintien de l'obligation de vote, à la sécurisation des scrutins et à la vérification des inscriptions.

 

C'est pour ces raisons simples, mais cruciales pour une démocratie, que nous soutenons ce texte.

 

02.22  Christian Brotcorne (cdH): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, au nom du groupe cdH, je voudrais dire à mon tour combien nous nous réjouissons de cette proposition de loi qui est reprise dans le cadre de la réforme de l'État. Nous sommes absolument en phase avec le texte. J'en veux pour preuve les propositions que nous avions déjà déposées à plusieurs reprises en ce sens.

 

Surtout, il est d'essence démocratique, et c'est même une exigence, que tous les Belges – quel que ce soit l'endroit où ils résident – puissent participer aux élections organisées dans leur pays. Nous savons tous que l'éloignement ne constitue pas nécessairement un critère de désintérêt. Tout au contraire, nos expatriés souhaitent conserver ce lien avec leur pays d'origine. Le droit de vote en est certainement une manifestation fondamentale.

 

Donc, tout à fait d'accord avec l'objectif poursuivi par la proposition de faciliter la participation de ces Belges aux opérations électorales.

 

Contrairement à d'autres pays – d'ailleurs, la France vient de vivre cette expérience à l'occasion des élections législatives –, la Belgique n'a pas fait le choix de créer une ou plusieurs circonscriptions électorales à l'étranger. Nous avons plutôt souhaité définir des critères objectifs de rattachement entre ces Belges de l'étranger et les communes auprès desquelles ils seraient autorisés à s'inscrire. C'est un peu comme un retour aux sources, un retour au bercail.

 

L'avancée essentielle réside dans le fait qu'une fois que ces Belges seront inscrits, ils le resteront. Finies les formalités fastidieuses qui souvent découragent à utiliser ce droit de vote. Cette obligation systématique de réinscription à chaque élection, c'est du passé. C'est fini! Cette mesure est une véritable avancée!

 

De même, on retrouve des avancées dans les modalités d'exercice du droit de vote et de dépouillement.

 

Enfin, je pense qu'il faut aussi souligner le fait que ce système n'enlève rien au caractère obligatoire du vote, qui est maintenu à l'égard des Belges à l'étranger. Une fois qu'ils auront fait le choix de cette inscription, ils auront à assumer ce devoir électoral.

 

Cela étant, nous considérons que ce que nous allons probablement voter demain est une étape importante, mais que ce n'est qu'une première étape pour les droits électoraux des Belges à l'étranger. Comme d'autres, nous voulons aller plus loin et nous voulons aussi étendre ce droit aux scrutins régionaux. Nous souhaitons aussi que les résidents belges hors de l'Union européenne puissent participer au scrutin européen. J'espère qu'il ne faudra pas attendre une éventuelle nouvelle réforme de l'État pour y parvenir.

 

Je considère que ceci est une première étape. Je considère que l'ensemble des groupes qui constituent ce Parlement devraient voter ce texte. Je pense qu'une unanimité peut être envisagée. Ce serait la preuve que nous acceptons la sagesse des petits pas, même si nous savons que nous devrons – et nous le souhaitons – aller plus loin demain.

 

02.23  Luk Van Biesen (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, collega’s, wij staan hier vandaag aan het begin van de behandeling van een hele reeks wetsvoorstellen die een gevolg zijn van een politiek akkoord tussen acht partijen die een tweederdemeerderheid in deze Kamer hebben. Het is een politiek akkoord en het eerste waarvan wij, als politieke partijen, ons moeten vergewissen, is of dit wetsvoorstel een correcte en juiste invulling geeft aan wat politiek werd afgesproken. Zo werkt de politieke democratie nu eenmaal. Men maakt een politiek akkoord en men probeert dan de juiste juridische invulling te geven aan dit politieke akkoord. Wij moeten daarop eenduidig antwoorden dat dit wetsvoorstel een juiste invulling geeft aan dat wat werd afgesproken in het communautaire akkoord tussen de acht politieke partijen die een tweederdemeerderheid in dit Parlement hebben. Dat is de essentie van een politiek akkoord.

 

Is dit wetsvoorstel over het stemrecht voor Belgen in het buitenland volmaakt of compleet? Hadden er nog andere dingen in moeten staan? Uiteraard! Elke partij heeft over elk thema – wij zullen dit in alle zestien wetsvoorstellen kunnen vaststellen – een bredere visie dan wat in het wetsvoorstel staat. Dat is nu eenmaal een politiek akkoord. Het gaat over het afsluiten van een politiek akkoord met de verschillende partijen om te komen tot een basistekst waar iedereen achter kan staan. Achter dit wetsvoorstel kan een groot deel van het Parlement zich scharen want de oppositiepartijen hebben zich beperkt tot een onthouding. Zij zijn het met andere woorden in principe eens met de wijze waarop het stemrecht voor Belgen in het buitenland wordt vergemakkelijkt en geobjectiveerd door te bepalen waar zij zich kunnen inschrijven en waar zij kunnen deelnemen aan de verkiezingen. Door zich te onthouden, hebben zij zich akkoord verklaard met het principe maar zij vinden het iets te weinig. Zij hadden er andere dingen willen aan toevoegen.

 

Het wetsvoorstel heeft inderdaad een aantal objectieve criteria toegevoegd waarmee wij bijzonder blij zijn omdat zij in het verleden tot een aantal fundamentele scheeftrekkingen hebben geleid. Ik denk dan bijvoorbeeld aan het kanton Lennik waar in 2004 alle Belgen uit het buitenland aan toe werden gevoegd. Dit leidde plotseling tot een taalverhouding en een verhouding tussen politieke partijen die helemaal geen weerspiegeling was van de bevolkingssituatie ter plaatse. Ook het toenmalige toevoegen van alle Belgen uit het buitenland aan het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde zal nu op een andere manier gebeuren. Men zal kijken naar de geboorteplaats, de verblijfplaats, de familieband tot de derde graad. Er zijn dus objectieve gegevens die een spreiding van de Belgen in het buitenland over het hele land tot gevolg zal hebben.

 

De collega’s vinden dat een fundamenteel goed voorstel. Daarom zullen ook wij dat voorstel steunen.

 

Anderzijds zijn er de elementen die door de twee oppositiepartijen zijn aangedragen.

 

Waarom geldt dat alleen voor de federale verkiezingen? Welnu, daarin moeten wij heel duidelijk zijn. Onze partij is er voorstander van om ook stemrecht te geven aan Belgen in het buitenland voor verkiezingen op de andere niveaus. Wij gaan zelfs verder. Onze partij is er voorstander van om de totale autonomie dienaangaande te geven aan elk parlement, om zelf te bepalen welke zijn kiezers zijn en om, met andere woorden, de Belgen in het buitenland toe te voegen bij de verkiezingen voor bijvoorbeeld de Vlaamse verkiezingen of voor de andere niveaus. Elk niveau zou dat voor zich moeten uitmaken, aangezien er geen hiërarchie bestaat tussen de parlementen. Die discussie moeten wij voortzetten om te komen tot een politiek akkoord daarover in de toekomst.

 

Ik aanvaard echter niet de kritiek van N-VA die stelt dat dit element nu al in het akkoord had kunnen zitten. Het verslag aan de Koning van de heer Bart De Wever op 17 oktober 2010 spreekt daar evenmin over. Daarin moeten wij eerlijk durven zijn. Men moet hier ophouden met telkenmale het argument naar voren te schuiven dat dit wel in het akkoord van Vollezele stond, want die tekst is niet bekend. In het verslag aan de Koning van 17 oktober 2010, zo werd mij daarnet nog bevestigd, staat dat niet. Dat element hadden de onderhandelaars dus al laten vallen. Zij hadden gemerkt dat er daarover geen politiek akkoord mogelijk was.

 

Mijnheer Weyts, u had in Vollezele aan uw vriend Di Rupo, die u zo graag eerste minister zag worden en waarvoor u alles over had, al gezegd dat u dat element zou laten vallen omdat de heer Di Rupo dat niet graag had. Draai vandaag de zaken dus niet om.

 

Ik wens te spreken over de essentie van het voorliggend voorstel. Elke politieke partij kan achter die essentie staan, ook uw partij, mijnheer Weyts. Het zou u sieren, mocht u volmondig ja zeggen aan dit voorstel, in plaats van telkenmale nieuwe tegenargumenten te zoeken, zoals een kaakslag voor de Vlamingen, waardoor u kunt wijzen op wat er niet wordt binnengehaald!

 

Ons standpunt is zeer duidelijk. Laten wij, met de Vlaamse partijen en met de MR, onze vrienden ervan overtuigen dat in de toekomst elk politiek niveau zelf zijn verkiezingen kan regelen. Daar staan wij achter.

 

02.24  Ben Weyts (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van Biesen, ik wil duidelijkheid scheppen. U tracht zo veel mogelijk een leugen te herhalen, zodat er misschien toch iets van blijft hangen.

 

U mag zelf de nota van koninklijk verduidelijker Bart De Wever erop nalezen. Daarin staat duidelijk vervat: volledige constitutieve autonomie. Dat betekent, inclusief de toekenning van stemrecht aan Belgen in het buitenland voor de deelstaatverkiezingen. Dat is zo klaar als een klontje.

 

02.25  Gerolf Annemans (VB): Mijnheer de voorzitter, het is niet mijn gewoonte om de N-VA te verdedigen en ik ga nog vaak citeren uit de nota-De Wever bij de vele stappen van de staatshervorming die wij hier gaan meemaken. Op dit punt moet ik toch het volgende citeren uit die nota: “Opdat ze hun organisatie en werking zelf kunnen regelen, zal de nieuwe regering de beperkingen op de constitutieve autonomie van Gemeenschappen en Gewesten opheffen.” Het staat er een beetje algemeen in, maar het staat er wel in.

 

Voor het overige verwijs ik naar al mijn volgende uiteenzettingen in verband met de nota-De Wever, want die is natuurlijk wel interessant.

 

02.26  Luk Van Biesen (Open Vld): Het is natuurlijk zo dat de constitutieve autonomie, dat hebben wij daarstraks zelf gezegd, in een klein zinnetje daarin vermeld staat. Maar, mijnheer Weyts, op geen enkele wijze verwijst dit expliciet of impliciet naar het stemrecht voor de Belgen in het buitenland, op geen enkele wijze.

 

U had het reeds laten vallen. Geef dat eens toe. U moet niet blijven liegen in dit Parement. De werkwijze die u hanteert, de capriolen die u hier steeds doet, doe dat voor de Venetiaanse Commissie of voor een goedgelovig Vlaams Parlement, maar hier wordt de essentie gezegd. En de essentie is dat dit een goed wetsvoorstel is dat de situatie van de Belgen in het buitenland verbeterd.

 

02.27  Laurent Louis (MLD): Monsieur le président, chers collègues, rassurez-vous, je ne serai pas long car M. Weyts a déjà parfaitement expliqué les griefs que nous pouvons adresser à cette proposition de loi.

 

Cependant, il me semble important de montrer à la Flandre qu'en Wallonie aussi, des partis défendent l'autonomie constitutive des entités fédérées, sans, il est vrai, vouloir la scission du pays ni le confédéralisme. Comprenez bien que de nombreux Wallons ne veulent pas de la séparation du pays car ils refusent de vivre sous la dictature socialiste. Imaginez un peu notre vie en République socialiste de Wallonie! Ce serait un véritable enfer!

 

Afin de conserver l'unité du pays, il est temps d'opter pour un réel fédéralisme abouti qui respecte les entités fédérées parce que le fédéralisme au profit d'une Communauté, comme c'est le cas de la minorité francophone de la périphérie bruxelloise ou le fédéralisme au profit d'un parti, le Parti Socialiste, ne peut plus perdurer.

 

Mon parti défend une vision réaliste et progressiste de notre fédéralisme. C'est vrai, nous voulons continuer à vivre ensemble mais nous voulons aussi que tous les citoyens de ce pays aient les mêmes droits et que toutes les entités fédérées soient respectées. Malheureusement, en refusant de répondre favorablement aux demandes de la majorité flamande, les partis politiques surtout francophones détruisent petit à petit notre pays et son unité.

 

Tout comme je crois qu'il faut supprimer les avantages qui sont octroyés à une minorité dans les communes à facilités du pays, je suis persuadé qu'il faut aussi opter pour l'autonomie constitutive des entités fédérées. En ce sens, je soutiendrai bien entendu l'amendement déposé par la N-VA, qui démontre, une fois de plus, l'hypocrisie des partis francophones et, en premier lieu, manifestement du MR.

 

En ce sens, je félicite véritablement l'initiative de la N-VA qui met vraiment le MR devant ses responsabilités. Les partis francophones que j'ai l'habitude de fréquenter sont en effet très forts pour raconter des bobards à la population! Une fois qu'il faut choisir entre les idées et les postes ministériels, ils renient très souvent leurs belles promesses pour répondre aux sirènes du pouvoir! Ce système a fonctionné pendant des années. C'est vrai! J'en veux pour preuve le nombre de sièges socialistes dans cette assemblée! Par contre, je suis persuadé que cela ne durera plus longtemps car le peuple n'accepte plus de ne plus être entendu et il en a assez des belles paroles!

 

En agissant de la sorte, les partis politiques traditionnels, qui aiment mentir à la population, creusent petit à petit le fossé entre les citoyens et le monde politique, à un tel point que ce fossé est devenu aujourd'hui un véritable gouffre. Je voudrais dire aux partis traditionnels qu'ils ont voulu le fédéralisme et il faut dire aussi aux francophones qu'ils ont refusé le bilinguisme généralisé il y a des dizaines d'années. Alors, il faut prendre ses responsabilités et respecter ses engagements. Il faut donc créer un véritable fédéralisme respectueux de toutes les entités fédérées de ce Royaume et cela commence en donnant la même importance aux élections fédérales et régionales, ce que nie totalement cette proposition.

 

Humblement, je voudrais demander à tous les parlementaires de se rendre compte que "la Belgique de papa" – je ne parle pas de "papa Daerden" -, a vécu et que le véritable centre de gravité de ce pays, ce sont les Régions. Si on refuse de voir cette réalité, je crains pour l'avenir de notre pays. On l'a suffisamment répété, les partis au pouvoir sont informés de cette situation, à eux d'en tenir compte ou de jouer à la politique de l'autruche. En tout cas, il faudra assumer. Si on n'écoute pas l'avis de la majorité, même si elle vient de Flandre, il faudra en payer les conséquences plus tard et il ne faudra pas pleurer quand la Belgique ne pourra plus continuer à exister.

 

02.28  Melchior Wathelet, secrétaire d'État: Monsieur le président, je me réjouis d'entendre sur tous les bancs que le texte proposé aujourd'hui est une réelle avancée, qui va dans la bonne direction. Le seul reproche qu'on fait à ce texte serait de ne pas aller assez loin.

 

Je rappelle que tant qu'on ne négocie pas jusqu'au bout, et tant qu'on ne reste pas à table jusqu'au bout, les avancées, on ne les a jamais! Sans un accord institutionnel global, soutenu par une majorité des deux tiers au Parlement, sans un accord sur ces textes, toutes ces avancées sont impossibles. Ce type de textes démontre donc à quel point il vaut mieux continuer à négocier pour faire avancer les choses.

 

Le deuxième élément que je voudrais évoquer concerne le fait de ne pas l'étendre aux parlements régionaux. Je suis un peu surpris par les arguments évoqués par M. Weyts.

 

In het wetsvoorstel dat de heer Weyts zelf ter zake heeft ingediend, wordt nergens, noch in de memorie van toelichting noch in de artikelen, een mogelijke discriminatie tussen de federale en de regionale verkiezingen vermeld.

 

Cette prétendue discrimination, que M. Weyts vient de nous expliquer la main sur le cœur, non soulevée par le Conseil d'État, existe déjà depuis un certain nombre d'années en Belgique puisque le vote des Belges à l'étranger ne concerne que les élections fédérales. Je le répète: le Conseil d'État ne soulève aucune discrimination. Et il y en a tellement peu, monsieur Weyts, que quand vous déposez un texte sur ce thème, vous n'évoquez même pas la question!

 

Vous tentez maintenant de vous axer sur le vocable "autonomie constitutive" de la note De Wever. Bien essayé! Franchement, c'est bien essayé!

 

Il est vrai que vous ne voulez plus de Parlement fédéral puisque, vous, vous voulez purement et simplement la scission du pays. On peut donc comprendre que, selon vous, tout doit être transféré aux parlements fédérés. Le vote des Belges à l'étranger… même le mot "Belges" vous dérange! Il est normal que, dans ces conditions, vous ne soyez pas opposé à l'instauration de l'autonomie constitutive avec tout ce que cela peut entraîner.

 

Essayer de faire croire, aujourd'hui, qu'avec l'autonomie constitutive, vous souhaitez mettre fin à la prétendue discrimination qui existait entre les élections fédérales et régionales, c'est bien trouvé! Goed gevonden! Mais chacun sait que ce n'est pas vrai. J'en veux pour preuve que, comme je l'ai déjà signalé, lorsque vous avez déposé des propositions de loi sur le sujet, vous n'avez pas évoqué cet aspect.

 

Cela dit, je voudrais réagir, monsieur le président, par rapport à des éléments qui se trouvent dans l'avis du Conseil d'État et qui doivent, selon moi, figurer au rapport comme étant la position défendue par le gouvernement, sur la base des propositions de loi à l'examen.

 

Deux questions sont posées par le Conseil d'État, questions auxquelles il est fondamental de donner les réponses les plus détaillées et les plus précises possible.

 

En ce qui concerne la situation des électeurs qui n'ont pas voté, il est important de préciser que la proposition de loi vise, notamment, à pérenniser l'inscription comme électeur dans une commune. À cet effet, elle prévoit que l'inscription comme électeur vaudra désormais pour l'élection législative qui se déroulera à partir du premier jour du quatrième mois suivant le dépôt du formulaire d'inscription ainsi que pour toutes les élections législatives fédérales ultérieures. En d'autres termes, le Belge n'est plus obligé de se réinscrire comme électeur à chaque élection, sauf s'il n'est plus immatriculé dans le poste diplomatique ou consulaire en question, il n'a pas voté lors de l'élection précédente ou il a choisi de voter par correspondance lors des précédentes élections et n'a pas confirmé son mode de vote dans le délai prévu. Dans ces trois hypothèses, il appartiendra aux Belges de l'étranger de remplir à nouveau un formulaire de demande d'inscription comme prévu à l'article 181bis, § 1er.

 

Pour rappel, dans le système actuel, l'électeur de l'étranger doit se réinscrire lors de chaque élection. Dans le système qui est proposé et qui a fait l'objet d'un accord (la sixième réforme de l'État), il ne doit plus se réinscrire pour autant qu'il ait effectivement rempli son devoir électoral.

 

Le système proposé vise ainsi à faciliter le vote des Belges à l'étranger.

 

Dans la mesure où les Belges résidant à l'étranger, dès lors qu'ils remplissent leur devoir électoral, ne seront plus astreints, à l'instar des Belges résidant sur le territoire national, à exercer une quelconque formalité préalable pour encore être invités à voter, la proposition ne paraît pas devoir susciter des objections au regard des articles 10 et 11 de la Constitution, puisqu'elle tend non pas à créer de nouvelles différences de traitement qui, au demeurant, n'avaient pas, dans les avis précédents de la section législation du Conseil d'État, été critiquées, mais bien à les réduire.

 

Il subsiste, certes, une différence de traitement entre les électeurs belges résidant à l'étranger qui n'ont pas accompli leur devoir électoral et ceux résidant sur le territoire national. "Seuls les premiers doivent accomplir", pour reprendre les termes du Conseil d'État, "une démarche volontaire pour être reconduits dans leur statut d'électeur d'une élection à l'autre".

 

Il convient de relever, à nouveau, que dans le régime actuel, tout Belge résidant à l'étranger est soumis à cette formalité d'inscription à chaque élection, qu'il ait ou non satisfait à son obligation de vote lors de l'élection précédente. Il convient également de relever, ainsi que l'a récemment rappelé la Cour européenne des droits de l'homme au terme d'une analyse approfondie du droit et pratiques internationaux, "qu'aucune convention internationale n'interdit de soumettre à l'exercice du droit de vote à l'étranger à des restrictions et à traiter différemment les électeurs de l'étranger des résidents".

 

Au demeurant, ces différences de traitement subsistant exclusivement parmi les Belges n'ayant pas rempli leur devoir électoral lors de l'élection précédente, cela est objectivement justifié et n'est pas disproportionné par rapport à l'objectif poursuivi. Le fait de supprimer la mention d'une inscription d'un électeur dans cette commune ne prive nullement ce dernier du droit de vote. Il a simplement l'obligation de se réinscrire comme électeur. Et il peut se réinscrire à tout moment de sorte que, contrairement à ce qu'écrit le Conseil d'État, le droit de vote de l'intéressé n'est nullement privé de toute effectivité.

 

Il paraît, en outre, largement exagéré d'écrire que l'électeur qui n'a pas fait usage de son droit de vote voit sa qualité d'électeur soumise à des difficultés concrètes de mise en œuvre, dès lors que la seule difficulté qui ait existé jusqu'alors dans le régime du droit commun est réduite drastiquement en sollicitant un formulaire pour partie prérempli et à le renvoyer et à le remettre au poste consulaire de carrière.

 

À cet égard, il est intéressant de rappeler que, dans son rapport de 2010 sur le vote à l'étranger, la Commission de Venise a insisté sur le fait qu'"il est tout à fait légitime de demander aux électeurs de l'étranger de s'inscrire sur un registre pour pouvoir voter, même si l'inscription est automatique pour les résidents". De même, ainsi que l'a révélé la Cour européenne des droits de l'homme, si dans son rapport de 2010 sur le vote à l'étranger, la Commission de Venise a recommandé que les États membres facilitent l'exercice des droits électoraux des expatriés, elle n'y a pas vu non plus une obligation s'imposant aux États.

 

Il s'agit plutôt, selon elle, d'une possibilité à envisager par le législateur de chaque pays, qui est invité à mettre en balance, d'une part, le principe du suffrage universel et, de l'autre, l'impératif de sécurité du vote ainsi que des considérations d'ordre pratique.

 

C'est précisément cet équilibre qui a inspiré les auteurs de la présente proposition. Car il ne faut pas négliger le fait que, contrairement aux Belges qui vivent ici, celui qui est installé à l'étranger n'a nullement l'obligation de s'inscrire dans un registre consulaire de la population. Il peut donc déménager, voire s'établir dans un autre pays, ou encore décéder sans que ces informations soient reprises dans un tel registre. En effet, ainsi que l'a constaté la Cour constitutionnelle, les autorités belges ne disposent pas à l'égard d'un électeur établi à l'étranger d'un moyen de vérifier s'il y est toujours installé et s'il était encore en vie à l'époque des élections. Un Belge pourrait donc rester indéfiniment inscrit dans un registre consulaire à une date déterminée et recevoir une convocation électorale alors qu'il ne réside plus à cette adresse ou qu'il est décédé. Cette situation ne concerne pas les citoyens inscrits dans un registre de la population d'une commune belge. La différence de traitement repose donc sur un critère objectif, ainsi que l'a confirmé la Cour constitutionnelle dans l'arrêt précité.

 

Lorsqu'un électeur n'a pas pris part au vote, l'administration ne dispose d'aucun moyen pour savoir si cette abstention résulte d'une négligence ou si la convocation est parvenue à une mauvaise adresse ou encore si l'intéressé a quitté le pays sans s'inscrire dans un autre registre consulaire. Il n'apparaît donc pas disproportionné de requérir du Belge résidant à l'étranger qui n'a pas participé au vote d'accomplir une démarche volontaire extrêmement simple, afin d'éviter l'envoi de convocations électorales inutiles.

 

Mijnheer de voorzitter, het is een lang antwoord maar het gaat over het advies van de Raad van State.

 

Het voorstel over de voorwaarden voor de Belgen in het buitenland die per brief stemmen voorziet in de volgende bijzondere maatregelen. Kiezers in het buitenland die vooraf hebben gekozen om per brief te stemmen worden bij elke verkiezing uitgenodigd om opnieuw te overwegen een andere stemwijze te kiezen die meer waarborgen biedt. Als de kiezer die de vorige keer de voorkeur gaf aan een stemming per brief nalaat om binnen 20 of 30 dagen te antwoorden op de vraag die aan hem is gericht per diplomatieke en consulaire beroepspost om zijn inschrijving op de kiezerslijst te bevestigen en zijn gekozen stemwijze aan te geven, wordt de vermelding van de gemeente van inschrijving van de betrokken kiezer in het consulaire bevolkingsregister geschrapt.

 

Les postes diplomatiques ou consulaires de carrière ne transmettent pas aux Belges inscrits sur leurs registres le formulaire de demande d'inscription en qualité d'électeurs lorsqu'ils n'ont pas répondu au courrier visé à l'article 180septies lors des dernières élections législatives et ne se sont pas réinscrits en temps utile pour exercer leur droit de vote lors des dernières élections législatives.

 

Ces mesures particulières sont justifiées dans la proposition de loi par le fait que, selon le Code de bonne conduite en matière électorale de 2002 de la Commission de Venise, le vote par correspondance est le mode de vote qui offre le moins de garanties et qui, pour cette raison, ne doit pas être encouragé.

 

Les modalités spécifiques prévues pour le vote par correspondance par la présente proposition de loi doivent être maintenues en vue d'éviter les fraudes et d'inciter les électeurs à opter pour d'autres modes de vote offrant davantage de garanties. Il ne faut en effet pas perdre de vue que le vote par correspondance implique que ce n'est pas une convocation électorale qui est adressée à l'intéressé, mais un bulletin de vote. Le risque de fraude électorale est donc beaucoup plus important.

 

L'administration ne peut courir le risque d'envoyer dans la nature des bulletins de vote qui, ne parvenant pas à leurs destinataires, seraient utilisés par d'autres personnes. En effet, ainsi que l'a rappelé la Cour constitutionnelle, à l'égard de l'électeur à l'étranger, les autorités belges ne disposent pas de moyens permettant de vérifier s'il est toujours établi et s'il est encore en vie à l'époque de l'élection. La justification est donc identique à la précédente.

 

La demande de confirmation du vote par correspondance intervenant peu de temps avant l'élection tend à minimiser ce risque de fraude et n'implique pas pour l'intéressé une formalité disproportionnée au regard de l'objectif poursuivi et des principes en cause puisqu'elle participe à assurer la régularité des élections.

 

De la même manière, la Cour constitutionnelle a ainsi déjà admis que l'obligation de confirmer une procuration qui, à défaut, ne serait plus valable est un moyen qui permet d'atteindre l'objectif, de ne pas permettre qu'un mandataire puisse voter alors que le mandant n'est plus établi à l'étranger, n'est plus en vie ou n'a pas manifesté son intention de maintenir le mandat qu'il a donné de voter en son nom.

 

Aucune des dispositions de l'article 2, § 5, n'exige des formalités ou des démarches qui seraient disproportionnées par rapport à cet objectif.

 

De commissie van Venetië is bovendien niet de enige instantie die op de gevaren van stemmen via briefwisseling gewezen heeft. De afdeling Wetgeving van de Raad van State heeft in haar vorige advies zelf de risico’s van de stemming per briefwisseling benadrukt. In dat advies, waarvan zij geenszins uitlegt waarom zij ervan zou moeten afzien, – trok ze de verenigbaarheid van die stemwijze met artikel 62, dat het geheime karakter van de stemming waarborgt, in twijfel, en met name omdat niet kan worden gewaarborgd dat de stem van de Belg in het buitenland omringd zal zijn met de elementaire vertrouwelijkheidvoorwaarden. Volgens de Raad van State zou geen enkele overheid bij machte zijn te garanderen dat de stem persoonlijk door de kiezer is uitgebracht, noch dat zij niet onder dwang is uitgebracht.

 

Op basis van dat advies werd een aantal maatregelen genomen om dat soort fraude te vermijden. Dat neemt echter niet weg dat de stemwijze per briefwisseling minder garanties blijft bieden dan andere stemwijzen. Het wetsvoorstel voorziet bijgevolg terecht in specifieke modaliteiten om kiezers die bij de vorige verkiezing per brief hebben gestemd, bij elke verkiezing aan te moedigen opnieuw te overwegen een andere stemwijze te kiezen.

 

Monsieur le président, je pense que ces deux précisions étaient indispensables pour le bon ordre du rapport et pour que la sécurité juridique soit offerte à la suite des remarques formulées par le Conseil d'État sur ce texte.

 

Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

 

La discussion générale est close.

De algemene bespreking is gesloten.

 

Discussion des articles

Bespreking van de artikelen

 

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2139/5)

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2139/5)

 

La proposition de loi compte 12 articles.

Het wetsvoorstel telt 12 artikelen.

 

*  *  *  *  *

Amendements redéposés:

Heringediende amendementen:

 

Art. 2

  • 7 - Gerolf Annemans cs (2139/3)

Art. 3

  • 8 - Gerolf Annemans cs (2139/3)

Art. 4

  • 9 - Gerolf Annemans cs (2139/3)

Art. 6

  • 10 - Gerolf Annemans cs (2139/3)

Art. 9/1(n)

  • 11 - Ben Weyts cs (2139/3)

Art. 9/2(n)

  • 12 - Ben Weyts cs (2139/3)

Art. 9/3(n)

  • 13 - Ben Weyts cs (2139/3)

Art. 9/4(n)

  • 14 - Ben Weyts cs (2139/3)

*  *  *  *  *

La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements et les articles réservés ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen en artikelen en over het geheel zal later plaatsvinden.

 

Besluit van de artikelsgewijze bespreking:

Conclusion de la discussion des articles:

Réservé: le vote sur les amendements et les articles 2 - 4, 6.

Aangehouden: de stemming over de amendementen en de artikelen 2 - 4, 6.

Artikel per artikel aangenomen: de artikelen 1, 5, 7 - 12.

Adoptés article par article: les articles 1, 5, 7 - 12.

 

Chers collègues, je vous interroge: soit nous interrompons nos travaux maintenant jusque 14 h 15, soit nous entamons les rapports, …

 

02.29  Gerolf Annemans (VB): Mijnheer de voorzitter, mij lijkt het eveneens het verstandigste om deze namiddag een globale bespreking te voeren. U doet soms verstandige voorstellen.

 

Le président: Nous allons à présent arrêter nos travaux et les reprendre à 14 h 15, afin d'avoir une approche globale des deux projets.

 

02.30  Gerolf Annemans (VB): Mijnheer de voorzitter, ik zou ook willen vragen dat u probeert om de minister van Justitie deze namiddag naar hier te halen. U weet dat ik dat ook in de commissie heb geprobeerd. Daar moesten wij natuurlijk vaststellen dat de minister het heel druk had, onder andere met de vorming van de lijst van Open Vld in Antwerpen. Misschien kan zij deze namiddag aanwezig zijn. Het is een constructief voorstel.

 

De voorzitter: Ik denk dat de minister van Justitie veel werk heeft.

 

Nous reprendrons nos travaux à 14 h 15. Nous regrouperons les deux discussions. Le premier rapporteur est M. Brotcorne. Ensuite, de heer Landuyt.

 

La séance est levée. Prochaine séance le mercredi 20 juin 2012 à 14.15 heures.

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering woensdag 20 juni 2012 om 14.15 uur.

 

La séance est levée à 11.54 heures.

De vergadering wordt gesloten om 11.54 uur.

 

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 53 PLEN 092 annexe.

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 53 PLEN 092 bijlage.