Séance plénière |
Plenumvergadering |
du Mercredi 2 avril 2014 Après-midi ______ |
van Woensdag 2 april 2014 Namiddag ______ |
La séance est ouverte à 14.23 heures et présidée par M. André Flahaut.
De vergadering wordt geopend om 14.23 uur en voorgezeten door de heer André Flahaut.
Le président: La séance est ouverte.
De vergadering is geopend.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.
Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l’ouverture de la séance:
Aanwezig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Aucun / geen
Philippe
Blanchart, Minneke De Ridder, Nahima Lanjri, Flor Van Noppen, pour
raisons de santé / wegens gezondheidsredenen;
François-Xavier
de Donnea, AWEPA / AWEPA.
Le ministre des Finances est absent pour devoir de mandat. En conséquence, les projets du ministre Geens qui étaient inscrits cet après-midi sont reportés à demain, étant donné que la Conférence des présidents a décidé que les projets des ministres absents seraient reportés au lendemain.
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents de ce matin, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi:
- le
projet de loi modifiant la loi du 29 avril 1999 relative à l'organisation
du marché de l'électricité en ce qui concerne la procédure d'appel d'offres
pour l'établissement de nouvelles installations de production d'électricité et
le financement de mesures relatives à la production d'électricité et modifiant
la loi organique du 27 décembre 1990 créant des fonds budgétaires,
n° 3457/1;
- la
proposition de loi (MM. Bart Somers et Renaat Landuyt et Mme Carina
Van Cauter) modifiant la loi du 30 mars 1994 portant des
dispositions sociales en ce qui concerne le subventionnement des maisons de
justice, nos 3458/1 à 4;
- le
projet de loi portant des dispositions diverses en matière de Justice (amendé
par le Sénat), nos 3149/9 et 10;
- le
projet de loi modifiant l'article 745sexies du Code civil en vue de
fixer les règles pour la valorisation de l'usufruit en cas de conversion de
l'usufruit du conjoint survivant et du cohabitant légal survivant, et insérant
un article 624/1 dans le Code civil (transmis par le Sénat), nos 3451/1
à 4;
- le
projet de loi modifiant la loi du 9 décembre 2004 sur l'entraide
judiciaire internationale en matière pénale et modifiant l'article 90ter
du Code d'instruction criminelle, nos 3467/1 à 4;
- le
projet de loi fixant certains aspects de l'aménagement du temps de travail des
membres professionnels opérationnels des zones de secours et du Service
d'incendie et d'aide médicale urgente de la Région Bruxelles-Capitale et
modifiant la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile (amendé
par le Sénat), nos 3353/6 à 8;
- le
projet de loi tendant à lutter contre le sexisme dans l'espace public et
modifiant la loi du 10 mai 2007 tendant à lutter contre la discrimination
entre les femmes et les hommes afin de pénaliser l'acte de discrimination, nos 3297/1
à 4;
- la
proposition de loi (Mmes Muriel Gerkens et Eva Brems) tendant à réprimer
certains actes inspirés par le sexisme, nos 433/1 et 2;
- le
projet de loi modifiant la loi du 10 mai 2007 tendant à lutter contre
la discrimination entre les femmes et les hommes en vue de l'étendre à
l'identité de genre et l'expression de genre, nos 3483/1
et 2;
- la
proposition de loi (Mmes Carina Van Cauter, Laurence Meire et Karin
Temmerman, M. Christian Brotcorne et Mme Nahima Lanjri) portant
modifications dans Titre XIII, Chapitre VI, de la
loi-programme (I) du 24 décembre 2002 concernant la tutelle des
mineurs étrangers non accompagnés, nos 3469/1 à 4;
- la
proposition de loi (Mmes Nahima Lanjri, Sonja Becq, Leen Dierick et
Nathalie Muylle, MM. Gerald Kindermans et Raf Terwingen,
Mme Liesbeth Van der Auwera et MM. Jef Van den Bergh et Stefaan
Vercamer) modifiant la loi-programme (I) du 24 décembre 2002 en ce
qui concerne la tutelle des mineurs étrangers non accompagnés, n° 509/1.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van deze voormiddag, stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag in te schrijven:
- het
wetsontwerp tot wijziging de wet van 29 april 1999 betreffende de
organisatie van de elektriciteitsmarkt wat betreft de procedure van
offerteaanvraag voor de bouw van nieuwe installaties voor
elektriciteitsproductie en de financiering van maatregelen betreffende de
productie van elektriciteit en tot wijziging van de organieke wet van
27 december 1990 houdende oprichting van begrotingsfondsen,
nr. 3457/1;
- het
wetsvoorstel (de heren Bart Somers en Renaat Landuyt en mevrouw Carina
Van Cauter) tot wijziging van de wet van 30 maart 1994 houdende
sociale bepalingen wat de subsidiëring van de justitiehuizen betreft,
nrs 3458/1 tot 4;
- het
wetsontwerp houdende diverse bepalingen betreffende Justitie (geamendeerd door
de Senaat), nrs 3149/9 en 10;
- het
wetsontwerp tot wijziging van artikel 745sexies van het Burgerlijk
Wetboek teneinde de regels vast te leggen voor de waardering van het
vruchtgebruik in geval van omzetting van het vruchtgebruik van de langstlevende
echtgenoot en van de langstlevende wettelijk samenwonende, en houdende
invoeging van artikel 624/1 in het Burgerlijk Wetboek (overgezonden door
de Senaat), nrs 3451/1 en 2;
- het
wetsontwerp tot wijziging van de wet van 9 december 2004 betreffende de
wederzijdse internationale rechtshulp in strafzaken en tot wijziging van artikel 90ter
van het Wetboek van strafvordering, nrs 3467/1 tot 4;
- het
wetsontwerp tot vaststelling van bepaalde aspecten van de organisatie van de
arbeidstijd van de operationele beroepsleden van de hulpverleningszones en van
de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp
en tot wijziging van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele
veiligheid (geamendeerd door de Senaat), nrs 3353/6 tot 8;
- het
wetsontwerp ter bestrijding van seksisme in de openbare ruimte et tot aanpassing
van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen
vrouwen en mannen teneinde de daad van discriminatie te bestraffen,
nrs 3297/1 tot 4;
- het
wetsvoorstel (de dames Muriel Gerkens en Eva Brems) tot bestraffing van
bepaalde door seksisme ingegeven daden, nrs 433/1 en 2;
- het
wetsontwerp tot wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding
van discriminatie tussen vrouwen en mannen met het oog op de uitbreiding ervan
naar genderidentiteit en genderexpressie, nrs 3483/1 en 2;
- het
wetsvoorstel (de dames Carina Van Cauter, Laurence Meire en Karin
Temmerman, de heer Christian Brotcorne en mevrouw Nahima Lanjri) houdende
wijzigingen in Titel XIII, Hoofdstuk VI, van de programmawet (I)
van 24 december 2002 inzake voogdij over niet-begeleide minderjarige
vreemdelingen, nrs 3469/1 tot 4;
- het
wetsvoorstel (de dames Nahima Lanjri, Sonja Becq, Leen Dierick en Nathalie
Muylle, de heren Gerald Kindermans en Raf Terwingen, mevrouw Liesbeth
Van der Auwera en de heren Jef Van den Bergh en Stefaan
Vercamer) tot wijziging van de Programmawet (I) van 24 december 2002
met betrekking tot de voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen,
nr. 509/1.
Je vous
propose d'inscrire les points suivants à l'ordre du jour
de la séance plénière de demain après-midi:
- le
projet de loi adaptant dans la législation fiscale les dénominations des
administrations du Service public fédéral Finances, nos 3420/1
à 4;
- la proposition de loi (M. Peter
Vanvelthoven) visant à redessiner les cantons de Beringen et Neerpelt-Lommel,
n° 3492/1;
- la
proposition de loi (Mmes Carina Van Cauter et Sonja Becq, MM. Christian
Brotcorne, Philippe Goffin et Renaat Landuyt et Mme Manuella Senecaut) portant
modification et coordination de diverses lois en matière de Justice, n° 3356/1.
Ik stel u voor op de agenda van de plenaire vergadering van morgennamidddag de volgende punten in te schrijven:
- het
wetsontwerp tot aanpassing in de fiscale wetgeving van de benamingen van de
administraties van de Federale Overheidsdienst Financiën, nrs 3420/1
tot 4;
- het
wetsvoorstel (de heer Peter Vanvelthoven) tot hertekening van de kantons
Beringen en Neerpelt-Lommel, nr. 3492/1;
- het
wetsvoorstel (de dames Carina Van Cauter en Sonja Becq, de heren. Christian
Brotcorne, Philippe Goffin en Renaat Landuyt en mevrouw Manuella Senecaut)
houdende wijziging en coordinatie van diverse wetten inzake Justitie,
nr. 3356/1.
Je vous propose également de reporter la discussion des points 9 et 11 à la séance de demain après-midi.
Ik stel u eveneens voor de bespreking van de punten 9 en 11 te verdagen naar morgennamiddag.
Pas d'observation?(Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
02 Terugzending naar de commissie
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 2 avril 2014 et à la demande du gouvernement, je vous propose de renvoyer le projet de loi modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992 suite à l'introduction de la taxe additionnelle régionale sur l'impôt des personnes physiques visée au titre III/1 de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des Communautés et des Régions et modifiant les règles en matière d'impôt des non-résidents, n° 3427/1, en commission des Finances et du Budget, afin d'y permettre l'examen des amendements.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 2 april 2014 en op vraag van de regering, stel ik u voor het wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ingevolge de invoering van de gewestelijke aanvullende belasting op de personenbelasting als bedoeld in titel III/1 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en tot wijziging van de regels op het stuk van de belasting van niet-inwoners, nr. 3427/1, terug te zenden naar de commissie voor de Financiën en de Begroting, teneinde de amendementen te bespreken.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus wordt besloten.
Je crois que le président de la commission des Finances a déjà fixé une date pour la réunion.
02.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, en tant que membre de l'opposition, vous me permettrez de déplorer la méthode et l'arrivée d'amendements de façon massive sur des textes, y compris des textes qui ont été votés article par article. Néanmoins, en tant que président de la commission des Finances et de manière tout à fait constructive, je propose de porter ce point à l'ordre du jour de la réunion qui est déjà convoquée demain à 13 h 30 de façon à ce que nous puissions analyser ces amendements, en espérant que d'autres amendements n'arrivent pas subrepticement, comme la majorité nous y a habitués depuis deux, trois semaines maintenant.
Le président: Merci, monsieur le président.
Demain, 13 h 30. Nous avons d'ailleurs décidé à la Conférence des présidents de renvoyer les textes qui devaient retourner en commission soit demain à l'issue de la séance plénière, soit vendredi dans la journée à l'appréciation des présidents concernés.
03 Proposition de résolution relative à l'organisation de la coupe du monde de football par le Qatar en 2022 et au respect des droits humains fondamentaux et de conditions de travail décentes sur les chantiers de construction (3089/1-6)
03 Voorstel van resolutie betreffende de organisatie van het wereldkampioenschap voetbal in 2022 door Qatar, de eerbiediging van de fundamentele mensenrechten en de inachtneming van behoorlijke arbeidsomstandigheden op de bouwplaatsen (3089/1-6)
Proposition déposée par:
Voorstel ingediend door:
Philippe
Blanchart, Christiane Vienne, Olivier Henry, Mohammed Jabour
Le texte adopté par la commission sert de base
à la discussion. (Rgt 85, 4) (3089/6)
De door de commissie aangenomen tekst geldt
als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3089/6)
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
MM. Georges Dallemagne et Steven Vanackere, rapporteurs, renvoient au rapport écrit.
03.01 Christiane Vienne (PS): Monsieur le président, chers collègues, vous connaissez comme moi les polémiques qui ont été soulevées tant par le processus de désignation que par le plan environnemental de l'organisation du mondial de football 2022 au Qatar.
Selon la Confédération internationale des syndicats, la frénésie de construction en vue de la Coupe du monde de football risque de coûter la vie à au moins 4 000 travailleurs au cours des sept prochaines années si des dispositions ne sont pas prises pour garantir le droit des travailleurs migrants.
Face à cette situation, à la fin du mois de janvier, la Fédération internationale de football association (FIFA) a sommé le Qatar de présenter des mesures concrètes pour améliorer le sort des travailleurs. Le 11 février, le Qatar a annoncé des améliorations.
La proposition de résolution que je vous présente se veut en lien avec des initiatives prises tant au niveau de la Fédération Wallonie-Bruxelles sur le plan sportif qu'au niveau du Parlement européen. Ici, nous nous situons sur le plan diplomatico-politique. Le texte qui vous est soumis aujourd'hui vise à affirmer clairement la position et les inquiétudes sérieuses de la Chambre quant au respect des travailleurs des chantiers de construction pour le Mondial 2022 au Qatar.
Je suis convaincue
que le boycott total des événements sportifs est contre-productif. Par
ailleurs, ce genre d'événements devrait, à l'inverse, constituer un levier pour
promouvoir la dignité humaine, y compris celle des travailleurs. La situation
actuelle nous conduit à travailler au cas par cas.
Si le titre
de ce texte mentionne la situation au Qatar, la volonté que nous affichons est
bien celle d'une approche générale et surtout en amont. À quoi sert-il de
s'indigner ex post?
Enfin, ce
texte fait un lien essentiel avec les accords commerciaux européens. Nous
demandons que, face à de tels marchés potentiels, l'Union européenne utilise
ces accords pour un instrument sur le libre-échange capable de générer
l'inclusion et la mise en œuvre effective de normes sociales et
environnementales élevées et contraignantes. Il s'agit bien d'assurer la
protection des droits humains et de l'environnement pour prévenir ici tout
risque de dumping social et environnemental via l'insertion de clauses de
sauvegarde dans les accords à conclure avec tous les partenaires commerciaux de
l'Union européenne.
Je voudrais
rappeler trois priorités. Premièrement, le parlement devra être informé de
l'ouverture des futurs APPI. Deuxièmement, il faut accompagner les clauses
sociales et environnementales de mesures contraignantes, de possibilités
d'évaluation et, le cas échéant, de réformes et de modèles de textes pour les
résolutions. Troisièmement, il faut absolument qu'une clause soit prévue dans
les futurs accords pour que soit préservé le droit des États de réguler.
Mon groupe entend bien assurer le suivi de cette résolution. Il ne suffit pas de la voter demain, mais il faut vérifier aussi si la Belgique a appliqué le point 7 de ce texte, qui demande d'activer dès son entrée en vigueur, l'article 6, § 4 de l'accord de l'Union économique belgo-luxembourgeoise avec le Qatar.
M. le ministre pourrait-il d'ailleurs nous dire quand exactement cet accord entrera en vigueur? Il le dira une autre fois.
Je vous remercie de votre attention et de votre soutien à notre texte.
Le président: Merci, madame. Le ministre est d'accord de soutenir le texte.
03.02 Jean Marie Dedecker (LDD): Mijnheer de voorzitter, ik wil ter zake kort tussenbeide komen.
Telkens wanneer er een groot kampioenschap in het vooruitzicht is, hebben wij last van kalenderverdriet. Wij hebben hier debatten gevoerd, bijvoorbeeld over Tibet, maar eens dat voorbij was, was alles vergeten en zaten de Tibetanen met de gebakken peren. Hetzelfde gebeurde in verband met Sotsji; eens het voorbij was, was het allemaal gedaan en de Russische beer veroverde zelfs de Krim.
Nu gebeurt het andermaal met Qatar. Het is niet dat ik dat niet steun; daar staat immers geen woord in dat niet juist is. Ik ga er dus voor honderd procent mee akkoord, maar laten wij een beetje minder hypocriet zijn in dergelijke zaken.
Het WK in Qatar werd toegewezen in 2010. In de raad van de FIFA die Qatar had toegewezen, zat op dat moment ook een Belg. Ik heb niet vernomen of die man daarvoor heeft gestemd of niet. De verantwoordelijkheid is in 2010 genomen.
Men weet op voorhand hoe de situatie in dergelijke landen is. Telkens wanneer het om een sportevenement gaat, springt de massa erop. Ongeveer een maand geleden gingen wij naar een soortgelijk Arabisch emiraat. Een prinses met in haar kielzog driehonderd bedrijfsleiders gingen er naartoe om ons land te verkopen, terwijl de omstandigheden inzake mensenrechten daar nog slechter zijn dan in Qatar. Ik heb toen niemand uit de politieke wereld gehoord. Wanneer het echter over sport gaat, is het wel een item. Daarmee heb ik het moeilijk.
Sotsji is voorbij. Eerst riepen de politici en daarna was het afgelopen. Mocht er bijvoorbeeld iemand in de Europese Gemeenschap durven zeggen dat wij, in plaats van visa af te nemen van zes Russische diplomaten, oligarchen zouden verbieden om Europese voetbalclubs te bezitten, dan zou Europa wel op zijn kop staan. Ik heb het er altijd moeilijk mee dat de sport daarvoor wordt gebruikt.
Ik apprecieer dat de indieners erkennen dat een sportboycot enkel ten laste is van de sporters. Ik wil echter nogmaals beklemtonen dat wij altijd hypocriet zijn als het over sport gaat, maar dat wij, als het over zaken gaat, zoals in Saoedi-Arabië, die mensen altijd achternalopen. Wij zouden in deze zaken veel beter consequent zijn, mevrouw Vienne.
Mijnheer de voorzitter, ik dank u dat ik kort het woord mocht nemen op deze warme dag.
03.03 Els Demol (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik wens nu al een stemverklaring af te leggen, zodat wij dat morgen niet meer moeten doen.
Eigenlijk sluit ik mij aan bij wat de heer Dedecker zei. Wij steunen de geest van de resolutie die erin bestaat Qatar op te roepen om verandering te brengen in de mensonterende werkomstandigheden waarin arbeiders werken aan de infrastructuur van het WK voetbal. Tegelijk klagen wij aan dat de resolutie diplomatieke middelen waarover men beschikt, verbrandt, namelijk een dreiging tot boycot of een vraag tot verhuizing van het voetbalevenement. Dat zou een ultieme stok achter de deur kunnen zijn ten aanzien van de Qatarese organisatoren. Die instrumenten werden in de resolutie echter niet opgenomen.
Vandaar zullen wij ons onthouden bij de stemming, hoewel wij de geest van de resolutie wel steunen. Wij vinden het bovendien niet nodig dat een regering zich bemoeit met het al dan niet toewijzen van sportevenementen aan bepaalde landen.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion est close.
De bespreking is
gesloten.
Aucun amendement n'a été déposé ou redéposé.
Er werden geen amendementen ingediend of
heringediend.
Le vote sur la proposition de résolution aura lieu ultérieurement.
De stemming over het voorstel van resolutie zal later plaatsvinden.
04 Wetsontwerp houdende eerste aanpassing van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2014 (3388/1-5)
04 Projet de loi contenant le premier ajustement du Budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2014 (3388/1-5)
Conformément à l’article 116 du Règlement, les projets de loi font l’objet d’une discussion générale limitée.
Overeenkomstig artikel 116 van het Reglement wordt een beperkte algemene bespreking gehouden.
La discussion générale limitée est ouverte.
De beperkte algemene bespreking is geopend.
M. Luk
Van Biesen, rapporteur, renvoie au rapport écrit.
04.01 Steven Vandeput (N-VA): Collega’s, u bent in grote getale aanwezig voor het uiterst interessante debat over de eerste aanpassing van de begroting 2014.
Collega’s, het is misschien belangrijk uw aandacht erop te vestigen dat het over een begrotingsaanpassing en niet over een begrotingscontrole gaat. Wij stellen vast dat door de voorliggende aanpassing de uitgaven van de federale overheid opnieuw met 60 miljoen euro zullen stijgen.
Onverwachte uitgaven zijn inderdaad mogelijk, maar tijdens de bespreking in de commissie bleek uit het antwoord van de minister telkens opnieuw dat de aanpassingen aan de begroting – sommige ervan zijn best wel nodig – door bijkomende ontvangsten zullen worden gecompenseerd.
Dit brengt ons natuurlijk altijd opnieuw tot het hart, de bestaansreden, van de huidige regering-Di Rupo. Een normaal mens zou immers proberen de bijkomende uitgaven te compenseren door extra te besparen. Zo werkt het echter niet in dit land, althans niet op het federale niveau. Hier wordt gewoon doorgegaan met uitgeven. Er worden met bijkomende ontvangsten compensaties gezocht.
Wij hebben vanmiddag allen in de media kunnen vaststellen dat de regering-Di Rupo een geweldig succesvolle begrotingscontrole achter de rug heeft. Alle regeringsleden gaan akkoord. Hoewel het monitoringcomité aangaf dat er een tekort van 45 miljoen euro was, stelt de regering vast dat er een overschot van meer dan 100 miljoen euro is, wat een verschil van 140 miljoen euro betekent. Volgens de heer Vande Lanotte gaat het over zaken die nog niet eens merkbaar zijn in de afrondingsverschillen en dies meer.
Collega’s, feit is – en dit is erg betreurenswaardig – dat de balans van de voorliggende begroting 2014 – ik wijs ter zake niet met de vinger naar de minister van Begroting, van wie ik wil aannemen dat hij eventueel wat verder wou gaan – aangeeft dat het federale tekort in 2014, ondanks meevallers, met nog geen 400 miljoen euro zal dalen.
Collega’s, wanneer wij daartegenover plaatsen dat alleen al in 2014 voor één miljard euro nieuwe belastingen worden geheven, weten wij waar het naartoe gaat. De besparingsinspanningen worden naar de deelstaten en naar de toekomst verlegd en dus, collega’s, naar uw en naar mijn kinderen.
Opnieuw zijn het de eenmalige meevallers, die de begrotingsresultaten moeten verbloemen. Zo herziet de begrotingscontrole 2014 de opbrengsten van de fiscale regularisatie met 101 miljoen euro meer inkomsten tot 532 miljoen euro. U zou dan kunnen zeggen dat u met die meevaller ons tekort verder zouden afbouwen. Niet zo de regering-Di Rupo, die staat klaar om dat extra geld uit te geven.
Collega’s, als we het begrotingsbeleid van de voorbije drie jaar van de regering-Di Rupo even in ogenschouw nemen, dan kunnen we niet anders dan vaststellen dat de balans bijzonder triest is. Voor een afbouw van het tekort met vier miljard euro heeft de regering naast een heel pak eenmalige maatregelen en een aantal besparingen die men met de loep moet zoeken, het land opgezadeld met jaarlijks acht miljard nieuwe belastingen. De regering sluit af met een begrotingstekort van negen miljard euro. Collega’s, als dit land opnieuw vooruit wil, is er nood aan verandering.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale limitée est close.
De beperkte algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3388/1+5)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3388/1+5)
Le projet de loi compte 14 articles.
Het wetsontwerp telt 14 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 14 (renumérotés) sont adoptés article par article, ainsi que les tableaux annexés tels que modifiés par la commission.
De artikelen 1 tot 14 (hernummerd) worden artikel per artikel aangenomen, alsook de tabellen in bijlage zoals gewijzigd door de commissie.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
05 Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat (3283/1-5)
05 Projet de loi modifiant la loi du 22 mai 2003 portant organisation du budget et de la comptabilité de l'Etat fédéral (3283/1-5)
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
M. Carl Devlies, rapporteur, renvoie au rapport écrit.
05.01 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega’s, af en toe is het goed zich af te vragen wat eigenlijk het doel is van een bepaald wetsontwerp. Voorliggend wetsontwerp dat wordt besproken en door deze meerderheid ongetwijfeld in vollen getale zal worden goedgekeurd, heeft een tweeledig doel.
Een eerste doel is het uitstel van de inwerkingtreding van de federale begrotingswetgeving, het is te zeggen de wet van 22 mei 2003 betreffende de organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat voor de instellingen van openbaar nut. Het tweede doel is om aan diensten met een kleinere omvang de mogelijkheid te bieden, op voorwaarde dat bepaalde criteria zijn vervuld, gebruik te maken van een boekhoudsysteem waarbij de algemene en de budgettaire boekhouding losstaan van elkaar.
Collega’s, sta mij toe om met betrekking tot het eerste doel op te merken dat het volgens mij onverantwoord is dat, elf jaar na publicatie van een wet en vijf jaar na de start van het eigenlijke systeem Fedcom, het gros van de uitvoeringsbesluiten nog altijd niet genomen is. Ere wie ere toekomt, mijnheer de minister, u probeert een beetje in te halen, maar dat gebeurt schoorvoetend. Vandaag wordt in elk geval een stukje meer toegevoegd aan de uitvoeringsbesluiten met betrekking tot de wet van 22 mei 2003.
Wij staan met die opinie niet alleen. Ik kan het Rekenhof citeren, als volgt: “…dat het uitblijven van de uitvoeringsbesluiten ernstige risico’s meebrengt voor zowel de betrokken actoren als voor de interne en de externe controleur. Het valt niet te verantwoorden dat nagenoeg vijf jaar na de officiële opstart van de nieuwe federale comptabiliteit en Fedcom het boekhoudkundig kader niet volledig juridisch is afgedekt en dat de betrokken actoren nog geen zekerheid hebben over de inhoud van hun opdracht, noch over hun statuut en de eraan gekoppelde functiescheidingen”.
Collega’s, tot daar het Rekenhof, dat trouwens in zijn 170e boek vraagt om nauwer te worden betrokken bij de voorbereidingen en bij de redactie van wijzigingen aan de wet van 22 mei 2003, evenals bij de totstandkoming van ontwerpen van wet of besluiten die direct of indirect een impact hebben op de compatibiliteit en de bevoegdheden van het Rekenhof. Daarom hebben wij in de commissie het advies van het Rekenhof gevraagd.
Mijnheer de minister, ik hoop dat u in de uitvoering alvast iets zult doen met het advies van het Rekenhof. In de commissie hebt u gezegd dat er informeel overleg heeft plaatsgevonden. Misschien kan alles iets formeler worden, want blijkbaar heeft het Rekenhof vorige zomer al een negatief advies gegeven omtrent het tweede deel van de wet, met name de uitzondering voor de diensten met een kleinere omvang.
In dat verband citeer ik uit het rapport van het Rekenhof: “Het Rekenhof meent dat de overeenstemmingstabel geen voldoende waarborg biedt voor de eerbiediging van een van de fundamentele principes van de wet van 22 mei 2003, namelijk de verplichting voor alle diensten van de federale overheid om hun verrichtingen simultaan in de algemene en in de begrotingsboekhouding te boeken op basis van vastgestelde rechten. De door artikel 6 van het wetsontwerp dat voorligt voorziene consolidatie van de verrichting van de diensten in de jaarrekening van de federale Staat, die op basis van vastgestelde rechten wordt opgesteld, kan hierdoor in het gedrang komen.”
Dat werpt natuurlijk een aantal vragen op. Wij hopen dat ons vermoeden onjuist zal blijken te zijn. Ik kan mij echter moeilijk voorstellen dat, als men al zoveel heeft geïnvesteerd in een systeem als Fedcom, men aan een aantal kleinere parastatalen en dergelijke, die ook tot de perimeter behoren, zegt dat zij een andere soort boekhouding mogen voeren en dat alles wordt geregeld via een conversietabel. Men zou kunnen zeggen dat het voor kleinere instanties moeilijker is wegens de hogere administratieve last, maar het tegendeel is waar, mijnheer de minister. Dat weet u ook. Het biedt geen oplossing voor de administratieve lasten. Zij zullen immers een overeenstemmingstabel moeten opstellen tussen hun boekhoudplan en het boekhoudplan van het KB van 10 november 2009 in uitvoering van de wet van 22 mei 2003.
In die zin is, wat betreft punt 1, uitstel onverantwoord. Wat betreft punt 2 zijn de uitzonderingen voor bepaalde diensten niet voldoende en ze bieden geen oplossingen voor die diensten zelf. Dat artikel voldoet niet.
Wij zullen dan ook tegenstemmen.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3283/4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3283/4)
Le projet de loi compte 7 articles.
Het wetsontwerp telt 7 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 7 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 7 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
06 Proposition de loi modifiant la loi du 15 juin 2006 relative aux marchés publics et à certains marchés de travaux, de fournitures et de services et la loi du 13 août 2011 relative aux marchés publics et à certains marchés de travaux, de fournitures et de services dans les domaines de la défense et de la sécurité (3401/1-4)
06 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van de wet van 13 augustus 2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied (3401/1-4)
Proposition déposée par:
Voorstel ingediend door:
Olivier Henry,
Carl Devlies, Benoît Drèze, Karin Temmerman, Damien Thiéry, Luk Van Biesen
06.01 Christiane Vienne, rapporteur: Monsieur le président, je renvoie au rapport écrit.
06.02 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw Vienne, ik dank u voor uw uitmuntend verslag.
Collega’s, wij hebben het hier over een wetsvoorstel. U weet dat de wet op de overheidsopdrachten een niet-onbelangrijke wet is voor dit land. Deze wet bepaalt nogal wat economisch gebeuren en bepaalt ook de manier waarop de overheden omgaan met leveranciers van diensten, goederen of bouwwerken en is in die zin dus vrij belangrijk.
Opnieuw blijkt dat de eenvoudige omzetting van artikel 6 van de Richtlijn 2012/27/EU van 25 oktober 2012 en van de Richtlijn 2009/52/EG van 18 juni 2009 een beetje laat was, dat men liever wat aan de wet prutst in plaats van de zaak ten gronde te bekijken en dat men een aantal personen van dit halfrond de opdracht geeft het veld in te trekken met een wetsvoorstel.
Het toffe is dat dit wetsvoorstel een precedent schept voor de parlementsleden. Wij mochten bij de bespreking van dit voorstel in de commissie immers vaststellen dat wij, naast onze eigen fractiemedewerkers die deskundige input kunnen geven, voor onze persoonlijke initiatieven in dit Parlement in de toekomst beroep zullen kunnen doen op de studiediensten van de Kanselarij.
Wat blijkt? Een wetsvoorstel wordt in de commissie ingediend door een aantal commissieleden. Op het ogenblik dat wij in discussie gaan, discussiëren wij echter niet meer met de indieners van het voorstel, maar met de verantwoordelijken van de Kanselarij.
Ik ga ervan uit dat dit niet alleen geldt voor de collega’s van PS, maar dat ieder van ons die vrij technische aangelegenheden bij wijze van wet wil veranderen, in het vervolg beroep kan doen op de diensten van de Kanselarij. Ik heb de indruk dat zij graag ter beschikking staan, al slagen ook zij erin – maar waarschijnlijk zal dat door de grote tijdsdruk zijn – hier en daar een onduidelijkheid te laten staan in de voorstellen die zij zo bereidwillig voor onze volksvertegenwoordigers uitschrijven.
Wat blijkt immers? Op het ogenblik waarop de regering eigenlijk niets meer moet doen dan het tijdig en rechttoe rechtaan omzetten van een aantal richtlijnen verkiest men toch om daar weer een aantal ideologische – ik weet niet hoe ik ze anders moet noemen – principes aan vast te knopen. Wanneer daar vragen over worden gesteld blijven fatsoenlijke antwoorden uit. Het moet dan gewoon zo zijn. Wij zijn er in elk geval in geslaagd in de commissie één onduidelijkheid weg te werken. Ik dank u trouwens – niet de indieners maar wel de anderen – voor het aanvaarden van een van onze amendementen.
Een tweede onduidelijkheid blijft echter bestaan. Voor het verslag zal ik proberen het in eenvoudige taal uit te leggen.
Dit wetsontwerp regelt de omzetting van een EU richtlijn die eigenlijk tot doel heeft om in het kader van werken die aanbesteed worden door de overheid, een hogere energie-efficiëntie te bekomen. Daar kan uiteraard niemand tegen zijn.
Het bijzondere is dat men het eigenlijk verplicht maakt om alleen rekening te houden met die aanbiedingen die rekening houden met hoge energie-efficiëntieprestaties. Het addertje onder het gras is dat de richtlijn suggereert dit verplicht te maken voor de federale en regionale overheden, maar er wordt niet gesproken over lokale overheden.
Wat blijkt nu bij de omzetting van die richtlijn in Belgische wetgeving? In artikel 5 staat: “De aanbestedende overheden waarop het eerste lid niet toepasselijk is, overwegen wat de door de Koning vast te stellen producten, diensten en gebouwen betreft, uitsluitend de verwerving van producten, diensten en gebouwen met hoge energie-efficiëntieprestaties”. Collega’s, als wij lezen “overwegen uitsluitend gebouwen met hoge energie-efficiëntieprestaties” dan is dat een verplichting. Dat is dus veel meer dan wat de richtlijn zegt.
De richtlijn had het over het aanmoedigen van lokale overheden. U zult als lokale overheid maar gezegend zijn met een oud gebouw hier of daar waaraan u op vraag van de brandweer een aantal brandwerende werken moet uitvoeren. Op het ogenblik dat u begint, wordt u met dit nieuwe element in de wet geconfronteerd. De mensen die op het lokale niveau actief zijn, wens ik dan ook heel veel succes bij het uitvoeren of het naleven van deze wetgeving.
Collega’s, de kwestie lijkt futiel, maar is het niet. Het schept immers opnieuw verwarring in een wet die, zoals ik in mijn inleiding heb aangegeven, zo enorm belangrijk is voor een aantal economische contacten tussen overheden en leveranciers, zijnde het bedrijfsleven. Op dat ogenblik leiden dergelijke onzorgvuldigheden tot onzekerheid en tot evenveel rechtszaken.
Er is dus in elk geval één grote winnaar van deze wijziging, met name de advocaten. Zeg niet dat ik niet heb gewaarschuwd.
Wij zullen ons in elk geval onthouden.
06.03 Olivier Henry (PS): Monsieur le président, chers collègues, deux objectifs sont rencontrés dans cette proposition de loi rédigée en parfaite collaboration avec les services de la chancellerie. Il s'agit ici d'une proposition essentiellement technique, vous en conviendrez.
Le premier objectif est de transposer partiellement la directive européenne relative à l'efficacité énergétique. Cette transposition est urgente étant donné que sa date ultime est fixée au 5 juin 2014. Il s'agit ainsi de transposer l'article 6 de la directive, qui oblige les États membres à veiller à ce qu'au moins les gouvernements centraux acquièrent des produits, des services et des bâtiments à haute performance énergétique.
L'application de la directive offre toutefois une certaine souplesse au pouvoir adjudicateur, notamment lorsque les performances en matière d'efficacité énergétique sont difficilement réalisables d'un point de vue budgétaire et économique.
Le second objectif est la transposition d'une directive prévoyant des normes minimales concernant les sanctions et les mesures à l'encontre des employeurs de ressortissants de pays tiers en séjour irrégulier. Cette disposition oblige dès lors les États membres à prévoir une clause permettant d'exclure de l'accès aux marchés publics les entreprises qui ont occupé des ressortissants de pays tiers en séjour illégal et ce pour une durée maximale de cinq ans.
Durant la présentation de cette proposition en commission, il a été tenu compte des remarques d'Ecolo et de la N-VA, que je remercie pour leurs contributions, afin de donner une habilitation au Roi pour imposer une durée maximale d'application de l'exclusion et de fixer les modalités à respecter en la matière. La durée de l'exclusion ne peut en aucun cas excéder cinq ans.
Je vous remercie pour votre attention, chers collègues.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La
discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3401/4)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3401/4)
La proposition de loi compte 8 articles.
Het wetsvoorstel telt 8 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 8 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 8 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
07 Projet de loi relatif à la protection des mineurs contre la sollicitation à des fins de perpétration d'infractions à caractère sexuel (3449/1-3)
07 Wetsontwerp betreffende de bescherming van minderjarigen tegen benadering met als oogmerk het plegen van strafbare feiten van seksuele aard (3449/1-3)
Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat
Sans rapport
Zonder verslag
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La
discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le texte
corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3449/3)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3449/3)
Le projet de loi compte 18 articles.
Het wetsontwerp telt 18 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 18 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 18 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
08 Projet de loi modifiant le Code pénal en vue de protéger les enfants contre les cyberprédateurs (3450/1-3)
08 Wetsontwerp tot wijziging van het Strafwetboek teneinde kinderen te beschermen tegen cyberlokkers (3450/1-3)
Transmis par le Sénat
Overgezonden door de Senaat
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
Mme Carina Van Cauter, rapporteur, renvoie au rapport écrit.
08.01 Sophie De Wit (N-VA): Collega’s, er is, enerzijds, grooming en, anderzijds, cyberlokking. Ik meen dat het voor de Kamer evident is dat wij verder inzetten op het beschermen van minderjarigen tegen allerlei manieren om hen te benaderen via het internet en hen zo te beschermen tegen pedofilie. De voorgestelde wetgeving is goed en wij hebben ze dan ook ondersteund.
Ik wil alleen maar een waarschuwing uiten: de kwaliteit van de wetgeving is niet altijd wat ze zou moeten zijn. De intenties zijn wel altijd goed, maar de kwaliteit laat soms wel wat te wensen over.
Grooming is het benaderen via het internet met het oog op een ontmoeting waarbij ook daden worden gesteld. Cyberlokking gaat enkel over het communiceren.
U moet weten, collega’s, dat op dat communiceren net zo zware straffen staan als op grooming. Het evenwicht lijkt mij hier dan ook zoek. De vork van strafmaat is groot. Ook het slachtoffer wordt anders omschreven. Bij het ene gaat het enkel om minderjarigen onder de 16, terwijl het hier gaat om andere minderjarigen. De poging van het ene kan al het misdrijf zijn van het andere. Er is een heel groot spanningsveld tussen beide misdrijven.
Ik wil de vergadering er toch op wijzen dat dit in de praktijk voor problemen kan zorgen, dat zal aanleiding geven tot casuïstiek. Ik heb daarover vragen gesteld in de commissie, maar heb daarop geen antwoorden gekregen.
Het lijkt mij hoe dan ook belangrijk om ter zake alert te zijn, want de voorgestelde wetteksten zullen in de toekomst misschien moeten worden aangepast, wil men ze in de praktijk goed werkbaar maken. Ik wou dat het halfrond toch nog even meegeven, mijnheer de voorzitter.
Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3450/3)
Wij vatten de bespreking aan van de
artikelen. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de
bespreking. (Rgt 85, 4)
(3450/3)
Le projet de loi compte 3 articles.
Het wetsontwerp telt 3 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
09 Projet de loi relatif à la reconnaissance de l'aidant proche aidant une personne en situation de grande dépendance (3439/1-4)
- Proposition de loi visant à attribuer une reconnaissance légale et un maintien des droits sociaux aux aidants proches (1399/1-3)
- Proposition de loi établissant une reconnaissance des aidants proches (1768/1-2)
- Proposition de loi établissant une reconnaissance des aidants proches (1988/1-2)
09 Wetsontwerp betreffende de erkenning van de mantelzorger die een persoon met een grote zorgbehoefte bijstaat (3439/1-4)
- Wetsvoorstel tot wettelijke erkenning van de mantelzorgers en tot behoud van hun sociale rechten (1399/1-3)
- Wetsvoorstel tot erkenning van de mantelzorgers (1768/1-2)
- Wetsvoorstel tot erkenning van de mantelzorgers (1988/1-2)
Propositions déposées par:
Voorstellen ingediend door:
- 1399: Muriel Gerkens, Meyrem Almaci, Thérèse Snoy et d’Oppuers
- 1768: Catherine Fonck
- 1988:
Valérie De Bue, David Clarinval, Daniel Bacquelaine
Je vous propose de consacrer une seule
discussion à ce projet et ces propositions de loi. (Assentiment)
Ik stel u voor een enkele bespreking te
wijden aan dit wetsontwerp en deze wetsvoorstellen. (Instemming)
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
M. Vincent Sampaoli, rapporteur, renvoie au rapport écrit.
09.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij zullen onderhavig wetsontwerp steunen, al is het maar, omdat het een formele erkenning inhoudt van de mantelzorgers, wier rol in onze samenleving vandaag niet mag worden onderschat. Integendeel, wij kunnen die niet genoeg onderstrepen.
Wanneer men weet dat tegen 2020 het aantal 80-plussers met 25 % zal toenemen, beseft men dat ook de nodige zorg zal toenemen en dan niet alles via voorzieningen geregeld zal kunnen worden. Wij zullen dan meer dan ooit een beroep moeten doen op mantelzorgers, familie, buren en vrienden. Wij noemen dat de vermaatschappelijking van de zorg, een nieuwe evolutie, waarmee wij rekening zullen moeten houden. De mantelzorgers spelen daar een zeer belangrijke rol in.
De nieuwe wet brengt geen gevolgen met zich voor de mantelzorgers die erkend worden. Het gaat veeleer om een symbolische erkenning. Wij van CD&V zijn ook niet meteen vragende partij voor een mantelzorgstatuut, dat aanleiding kan geven tot professionalisering van de mantelzorg. Het eigene van mantelzorg is precies dat zij kosteloos, onbaatzuchtig en spontaan plaatsvindt, zonder betaalde prestaties. Volgens ons mag dat niet in het gedrag komen. Laat mantelzorg zijn wat het is, het kan niet de bedoeling zijn dat zij geprofessionaliseerd wordt.
Wat wij wel willen, is het volgende.
Ten eerste, willen wij dat de mantelzorger beter beschermd wordt. Dat kan bijvoorbeeld doordat erkende mantelzorgers een goede verzekering kunnen sluiten.
Ten tweede, lijkt het ons belangrijk dat men de mantelzorger vooral ondersteuning en vorming aanbiedt, zodat hij zijn vrijwilligerswerk op een nog betere manier kan opnemen. Dat kan ook een versterking inhouden van het netwerk van de onthaal- en opvangcentra, aanvullende thuiszorg, oppasdiensten en dergelijke meer. Ook de vakantiestelsels, de fiscaliteit en dergelijke moeten wij beter afstemmen op de noden van de mantelzorger.
Ten derde, moeten de mantelzorgers, die zich spontaan inzetten, ook kunnen rekenen op de formele zorg. Zij moeten een zorggarantie krijgen, in de vorm van zelfstandige verpleegkundigen, thuiszorg, verzorgenden, huisartsen en dergelijke meer.
Ten vierde, moet er voor mantelzorgers een duidelijker informatieaanbod komen, zodat zij niet alles zelf moeten uitzoeken. Nu moeten zij dikwijls op zoek gaan naar informatie over tegemoetkomingen en dergelijke. Dat moet beter ondersteund worden, via de ziekenfondsen, via de mantelzorgverenigingen, via de OCMW’s. Er moet een soort informatieconsulent zijn die de mantelzorgers wegwijs maakt in alle mogelijke praktische, administratieve en financiële zaken.
Wij zullen voorliggend ontwerp dus steunen. Wij zijn tevreden dat wij door het ontwerp de mantelzorger de erkenning geven die hij of zij meer dan waard is.
09.02 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, le projet qui nous est soumis aujourd'hui est une initiative positive qui permettra d'avoir un ancrage légal de la reconnaissance des aidants proches pour l'avenir. Toutefois, force est de constater que sa portée est minimale car il n'accorde qu'une reconnaissance symbolique, que nous ne sous-estimons pas, mais ne propose aucun statut aux personnes qui rentreraient dans son champ d'application. Ce texte ne répond d'ailleurs que partiellement aux revendications du secteur. Un travail de préparation considérable avait pourtant été fourni avec les associations concernées. Ce texte n'aborde pas les conséquences dans les domaines sociaux et juridiques.
L'assistance envers un patient, une personne malade ou dépendante se manifeste souvent par une présence régulière de l'entourage, des soins et du réconfort. Le handicap, la vieillesse, la maladie sont des aléas de la vie qu'il est parfois difficile d'assumer seul. La personne en souffrance doit pouvoir se faire aider. Quoi de plus naturel que de recevoir l'aide d'un proche parent ou d'amis? Il arrive souvent que cette personne proche sacrifie sa profession pour se libérer du temps et le consacrer à la personne nécessitant son aide. Il n'est pas rare de tout abandonner: sa profession, les droits et les protections sociaux y afférents, pour se consacrer à son proche.
C'est pourquoi nous plaidons pour instaurer un véritable statut social de l'aidant proche afin de lui assurer la garantie de droits sociaux lorsqu'il consacre son temps à aider. Nous voulons lui offrir une protection dans les domaines des soins de santé, du chômage, des allocations familiales et de la pension. Celui qui doit interrompre ses activités professionnelles pour s'occuper d'un proche malade ne peut valoriser cette période pour ses droits à la pension. C'est injuste et nous voulons supprimer cette injustice.
Monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, le groupe MR soutiendra ce projet de loi parce qu'il s'agit d'une initiative positive, d'une première étape qui permettra d'avoir un ancrage légal de la reconnaissance des aidants proches pour l'avenir.
09.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen): Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, le travail sur la reconnaissance de droits pour les aidants proches est un sujet que nous examinons en notre qualité d'écologistes depuis des années. Nous attendions donc un résultat au niveau fédéral depuis très longtemps.
Ce projet de loi s'est basé sur une étude menée en collaboration avec des associations d'aidants et donc de parents de personnes handicapées, de personnes ayant des maladies graves, de personnes en situation de dépendance. Nous aurions ainsi voulu que le projet de loi déposé par le gouvernement non seulement identifie un aidé – les caractéristiques de la personne qui a besoin d'aide – et un aidant – la personne qui, dans une relation de confiance, apporte une aide dans la gestion de sa vie quotidienne et au niveau des soins – mais prévoie également que cette personne qui, soit ne travaille pas, soit cesse de travailler pour remplir cette tâche, puisse préserver des droits essentiels, dont le droit à l'allocation de chômage, même si elle ne répond pas aux obligations de disponibilité sur le marché du travail. Il en va de même pour la personne qui bénéficie d'un revenu d'intégration et pour la personne qui arrête de travailler à temps partiel ou à temps plein qui devrait conserver toute une série de droits, relatifs notamment à sa pension.
Hélas, ce projet ne rencontre pas ces droits que nous attendions! Certes, reconnaître l'existence et dénommer ces personnes, sans toutefois leur accorder un statut est un premier pas. Aucune des propositions sur la table ne demandait un réel statut, mais des maintiens de droits. On reconnaît enfin l'existence de la relation entre un aidant et un aidé, mais on n'y assortit aucun droit.
En commission, j'ai évidemment défendu l'octroi de ces droits. J'ai entendu un secrétaire d'État expliquer les limites auxquelles il était parvenu dans les négociations gouvernementales. J'ai entendu des parlementaires de la majorité réclamer l'octroi de certains droits et regretter qu'ils ne soient pas joints au projet de loi.
En conséquence, je me suis permis aujourd'hui de déposer trois amendements relatifs à deux sujets sans incidence budgétaire. Dès lors, je ne vois aucune raison de les refuser. Deux amendements stipulent simplement que la personne reconnue comme aidante ne devra pas se montrer disponible sur le marché du travail aussi longtemps que ce statut d'aidant lui est reconnu.
Par ailleurs, un amendement prévoit que cette personne, si elle travaillait et qu'elle arrête de travailler, ne perdra pas plus tard, pour la période où elle a arrêté de travailler pour être aidant proche, dans le montant auquel elle aura droit pour sa pension.
Si les parlementaires de la majorité cdH, MR, CD&V, Open Vld sont cohérents avec leurs interventions en commission, ils devraient soutenir ces amendements.
D'une manière plus globale, j'aurais également voulu dire, concernant cette matière complexe de la relation entre un aidant et un aidé, qu'il faut situer cette avancée dans un contexte où les pouvoirs publics, tous niveaux de pouvoir confondus, s'engagent à développer au maximum les services à la disposition de ces personnes qui se retrouvent en situation de dépendance. Il est exclu que la reconnaissance d'un aidant ou une aidante remplace des services et qu'on se retrouve avec des personnes qui ne travaillent pas ou qui arrêtent de travailler tout simplement parce que les services mis en place par la collectivité sont défaillants.
Un autre élément important est repris dans le projet. Dans notre proposition, c'était un élément vraiment capital: c'est que plusieurs personnes puissent assumer ce rôle d'aidant auprès de la personne aidée. Aujourd'hui, on se rend compte qu'en général, c'est une femme qui arrête de travailler pour s'occuper de son enfant, de son parent, de son frère ou de sa sœur. La personne qui fait cela et qui arrête totalement de travailler sort du milieu professionnel et dès lors aussi de son environnement social. Dès lors, il y a non seulement discrimination et charge sur un des membres de la famille ou d'un ménage, mais aussi perte de lien social et isolement.
Par ailleurs, je voudrais insister sur un élément d'importance pour nous, mais qui n'est pas repris dans le projet de loi, c'est qu'aidants et aidés doivent pouvoir construire une relation en sachant ce qu'ils font. Parfois, on se lance dans une relation d'aidant et d'aidé parce qu'on veut bien faire, parce qu'on pense qu'on n'a pas d'autre solution, ou parce que c'est vraiment un choix de vie qu'on fait à un moment donné.
On se rend compte que cette relation n'est pas toujours facile. C'est une relation entre deux personnes qui sont dans des situations différentes; parfois, on peut assister à des situations de maltraitance aussi bien de l'aidé que de l'aidant. Dès lors, il nous semblait utile que cette relation soit accompagnée par des associations qui regroupent, forment et informent les aidants proches.
Je n'ai pas déposé d'amendement à cet égard, car cela ne semblait pas urgent. Nous savons que la reconnaissance d'associations d'aidants repose sur plusieurs compétences et que les Régions ont aussi un rôle à jouer en ce domaine. En tout cas, il importe que les mutuelles reconnaissent les caractéristiques d'une personne à aider ainsi que le statut d'aidant. De la sorte, une association pourrait encadrer et offrir des formations régulières. Elle apporterait aussi un soutien lorsque la relation est difficile ou quand on ne sait plus très bien comment réagir face à l'autre.
Monsieur le président, ce texte représente un premier pas, certes modeste, mais nécessaire. Nous regrettons l'absence d'un minimum de droits associés à cette reconnaissance de l'aidant proche. Je vais donc déposer trois amendements afin qu'ils soient soumis au vote demain.
09.04 Jean-Marc Delizée (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, lorsque ce projet est venu en commission, il y a une quinzaine de jours, le secteur des aidants proches a salué ce moment comme une victoire ou, en tout cas, comme un moment historique. Cela a d'ailleurs été présenté comme tel par la présidente de l'Association francophone des Aidants proches. Ce texte était attendu depuis très longtemps et il sera soutenu, je l'espère largement, par cette assemblée. Je ne sais pas si le vote sera unanime mais tous les groupes se sont prononcés en faveur de ce projet.
C'est certainement une première étape qui consiste en une procédure pour une reconnaissance sociale de ces personnes qualifiées d'aidants proches. Nos amis québécois les appellent les aidants naturels. On dit aussi que ces aidants sont un peu surnaturels car ce sont des personnes qui donnent beaucoup d'elles-mêmes pour leurs proches, pas nécessairement pour un membre de la famille. Il y a aussi beaucoup de solidarité, de générosité dans ces actions. On sait par ailleurs qu'un grand nombre de familles sont sous la pression du quotidien, qui occupe 24 h / 24 parfois. Ces personnes attendent une reconnaissance sociale mais aussi un statut qui les aide dans la vie de tous les jours, dans leurs relations avec les autorités, les administrations.
Monsieur le ministre, vous engagez ici une dynamique législative importante, à nos yeux irréversible. Vous avez ouvert une porte qui ne se refermera pas. Les aidants proches sont en voie de reconnaissance grâce à ce projet de loi. Bien entendu, derrière, il y a tout un travail qui débutera durant la prochaine législature pour concrétiser et voir comment décliner, dans les relations avec la sécurité sociale, les parastataux sociaux, cette aide que la société doit apporter à ces personnes qui en ont réellement besoin, qui sont parfois réellement épuisées.
On l'a encore vécu ce matin. Aujourd'hui, c'est la Journée mondiale de l'autisme. Vous étiez ce matin en dialogue avec le secteur et les familles concernées par cette problématique.
Tout le secteur était en attente de ce projet de loi, d'un signal du parlement. Ce signal, nous allons le donner aujourd'hui.
Ces personnes sont très nombreuses, si on ne se limite pas à une définition trop restrictive de la notion temporelle de l'activité consacrée par nos concitoyens à l'aide et au soutien d'une personne en situation de grande dépendance. Ils sont aussi très nombreux par rapport à leur appréciation personnelle ou affective de ce qu'ils considèrent être une situation de grande dépendance ou simplement comme une situation de grande détresse physique et/ou psychique.
Notre groupe veut, en tout cas, rendre hommage à toutes ces personnes. Nous demandons que l'arrêté royal qui déterminera "les personnes de grande dépendance" – ce sont les termes retenus dans ce projet de loi – ne fasse pas l'objet de polémiques entre experts avec, in fine, un arbitrage budgétaire sur ceux qui seraient reconnus en situation de grande dépendance et ceux qui ne seraient pas reconnus comme tels.
Toujours est-il que, pour l'avenir, notre groupe a trois exigences pour que l'aidant proche, enfin reconnu, ne vienne dédouaner la société de ses responsabilités. Ainsi, la responsabilité engagée de l'aidant proche ne peut être ni une entrave à sa vie professionnelle et familiale, ni une fonction contraignante, ni une décision définitive, une personne pouvant décider de stopper cette fonction. Ces trois principes doivent se trouver au cœur d'un projet qui articule adéquatement la liberté du citoyen, la liberté de chacun avec les connaissances et les exigences d'un encadrement collectif qui respecte une aide librement consentie, mais qui pose des exigences fondamentales par rapport à la prise en charge de la grande dépendance.
Chers collègues, il va de soi que le groupe socialiste soutiendra avec enthousiasme le projet qui nous est présenté aujourd'hui.
09.05 Philippe Courard, secrétaire d'État: Monsieur le président, je n'ai pas grand-chose à ajouter.
Je souhaiterais simplement dire que, selon moi, nous faisons un grand pas. Il s'agira, demain, d'apporter des réponses très concrètes aux besoins des aidants proches, comme chacun l'a signalé.
Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3439/3)
Wij vatten de bespreking aan van de
artikelen. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de
bespreking. (Rgt 85, 4)
(3439/3)
Le projet de loi compte 5 articles.
Het wetsontwerp telt 5 artikelen.
* *
* * *
Amendements déposés:
Ingediend
amendementen:
Art. 6(n)
• 1 -
Muriel Gerkens (3439/4)
Art. 7(n)
• 2 -
Muriel Gerkens (3439/4)
Art. 8(n)
• 3 - Muriel
Gerkens (3439/4)
* * *
* *
La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen en over het geheel zal later plaatsvinden.
* * * * *
Besluit van de artikelsgewijze bespreking:
Conclusion de la discussion des articles:
Réservé: le vote sur
les amendements.
Aangehouden: de stemming over de amendementen.
Artikel per artikel aangenomen: de artikelen 1 tot
5.
Adoptés article par
article: les articles 1 à 5.
* *
* * *
10 Projet de loi d'exécution et de contrôle de l'application de la Convention du travail maritime 2006 (3390/1-3)
10 Wetsontwerp tot uitvoering en controle van de toepassing van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 (3390/1-3)
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
10.01 Stefaan Vercamer, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, ik wil graag dat de collega’s weten waarover het gaat.
Het ontwerp geeft België de gelegenheid om behoorlijke levens- en arbeidsomstandigheden voor zeevarenden aan boord van schepen te waarborgen. Het creëert een systeem om de naleving van de bepalingen van het maritiem arbeidsgedrag van 2006 te controleren. Elk schip dat onder het toepassingsgebied van het ontwerp valt, moet een maritiem arbeidscertificaat en een conformiteitsverklaring voor maritieme arbeid bezitten. De aangehaalde documenten worden afgeleverd na een grondige inspectie van de arbeids- en levensomstandigheden van de zeevarenden aan boord van het schip.
De minister bevestigde op vraag van verschillende parlementsleden dat in het kader van de precertificering reeds 80 % van de vaartuigen van de Belgische vloot geïnspecteerd wordt via gecombineerde inspecties van de verschillende besturen. Daarnaast bevestigde de minister dat de inspecties zo zijn opgevat dat de reders en de bemanning niet nodeloos tijd verliezen en dat er geen extra budget vereist is.
Het ontwerp werd met eenparigheid van stemmen aangenomen.
Le président: Quelqu'un
demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La
discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3390/3)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3390/3)
Le projet de loi compte 89 articles.
Het wetsontwerp telt 89 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 89 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 89 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
11 Projet de loi modifiant la loi du 6 avril 1995 relative à la prévention de la pollution par les navires et la loi du 20 janvier 1999 visant la protection du milieu marin et l'organisation de l'aménagement des espaces marins sous juridiction de la Belgique (3474/1-3)
11 Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 6 april 1995 betreffende de voorkoming van verontreiniging door schepen en de wet van 20 januari 1999 ter bescherming van het mariene milieu en ter organisatie van de mariene ruimtelijke planning in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België (3474/1-3)
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
11.01 Bert Wollants, rapporteur: Mijnheer de voorzitter, collega’s, de minister heeft in de eerste plaats getracht om met het voorliggend ontwerp de afstemming te realiseren van twee wetten die zich allebei min of meer in hetzelfde kader bevinden, namelijk de wet op de verontreiniging en de wet op het mariene milieu.
Daar is een heel proces aan voorafgegaan om ervoor te zorgen dat in de praktijk alle diensten mee aan tafel zitten, zowel op het federale als op het gewestelijke vlak, zodat de bestraffing ook effectief kan worden.
In de commissie werden enkele vragen ter verduidelijking gesteld, met name over de interpretatie van bepaalde elementen. De minister heeft daar uitvoerig op geantwoord. Het project is dan ook aangenomen.
Le président: Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3474/3)
Wij vatten de bespreking aan van de
artikelen. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de
bespreking. (Rgt 85, 4)
(3474/3)
Le projet de loi compte 9 articles.
Het wetsontwerp telt 9 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 9 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 9 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
12 Proposition de loi modifiant la loi du 10 avril 1990 réglementant la sécurité privée et particulière (3472/1-3)
- Proposition de loi modifiant la loi du 13 janvier 2014 modifiant la loi du 10 avril 1990 réglementant la sécurité privée et particulière (3471/1-2)
12 Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid (3472/1-3)
- Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 13 januari 2014 tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid (3471/1-2)
Propositions déposées par:
Voorstellen ingediend door:
- 3472: Josy
Arens, Laurent Devin, Bart Somers, Bercy Slegers, Karin Temmerman
- 3471:
Jan Van Esbroeck
Je vous propose de consacrer une seule
discussion à ces deux propositions de loi. (Assentiment)
Ik stel u voor een enkele bespreking aan deze twee wetsvoorstellen te wijden. (Instemming)
La discussion générale est ouverte.
De algemene bespreking is geopend.
M. Bart Somers, rapporteur, verwijst naar het schriftelijk verslag.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion générale est close.
De algemene bespreking is gesloten.
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte corrigé par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (3472/3)
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie verbeterde tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3472/3)
L'intitulé a été modifié par la commission en "proposition de loi modifiant la loi du 13 janvier 2014 modifiant la loi du 10 avril 1990 réglementant la sécurité privée et particulière".
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 13 januari 2014 tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid".
La proposition de loi compte 4 articles.
Het wetsvoorstel telt 4 artikelen.
Aucun amendement n'a été déposé.
Er werden geen amendementen ingediend.
Les articles 1 à 4 sont adoptés article par article.
De artikelen 1 tot 4 worden artikel per artikel aangenomen.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
13 Médiateurs fédéraux - Statut et cadre du personnel (article 19 de la loi du 22 mars 1995 instaurant des médiateurs fédéraux) – Proposition de modification du statut du personnel (3437/1-2)
13 Federale ombudsmannen - Statuut en formatie van het personeel (artikel 19 van de wet van 22 maart 1995 tot instelling van federale ombudsmannen) – Voorstel van wijziging van het statuut van het personeel (3437/1-2)
Le texte adopté par la commission sert de base
à la discussion. (Rgt 85, 4) (3437/1)
De door de commissie aangenomen tekst geldt
als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (3437/1)
La discussion est ouverte.
De bespreking is geopend.
M. Olivier Henry, rapporteur, renvoie au rapport écrit.
Quelqu'un demande-t-il la parole? (Non)
Vraagt iemand het woord? (Nee)
La discussion est close.
De bespreking is gesloten.
Aucun amendement n'a été déposé ou redéposé.
Er werden geen amendementen ingediend of heringediend.
Le vote sur la proposition aura lieu ultérieurement.
De stemming over het voorstel zal later plaatsvinden.
La ministre de la Justice n'étant pas présente, je suspends la séance jusque 16 h 00.
La séance est suspendue.
De vergadering is geschorst.
La séance est suspendue à 15.41 heures.
De vergadering wordt geschorst om 15.41 uur.
La séance est reprise à 16.36 heures.
De vergadering wordt hervat om 16.36 uur.
La séance est reprise.
De vergadering is hervat.
La ministre de la Justice ne venant pas et la ministre de l'Intérieur n'arrivant pas alors qu'elle a été appelée, par respect pour le Parlement, les travaux sont reportés à demain.
La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 3 avril 2014 à 14.15 heures.
De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 3 april 2014 om 14.15 uur.
La séance est levée à 16.36 heures.
De vergadering wordt gesloten om 16.36 uur.
L'annexe est reprise dans une brochure
séparée, portant le numéro CRIV 53 PLEN 194 annexe. |
De bijlage is opgenomen in een aparte brochure
met nummer CRIV 53 PLEN 194 bijlage. |