Plenumvergadering

Séance plénière

 

van

 

Donderdag 25 januari 2018

 

Namiddag

 

______

 

 

du

 

Jeudi 25 janvier 2018

 

Après-midi

 

______

 

 


De vergadering wordt geopend om 14.19 uur en voorgezeten door de heer Siegfried Bracke.

La séance est ouverte à 14.19 heures et présidée par M. Siegfried Bracke.

 

De voorzitter: De vergadering is geopend.

La séance est ouverte.

 

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. Zij worden op de website van de Kamer en in de bijlage bij het integraal verslag van deze vergadering opgenomen.

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans l'annexe du compte rendu intégral de cette séance.

 

Aanwezig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:

Ministre du gouvernement fédéral présente lors de l’ouverture de la séance:

Sophie Wilmès.

 

Berichten van verhindering

Excusés

 

Phlippe Blanchart, Emir Kir, Vanessa Matz, wegens gezondheidsredenen / pour raisons de santé;

Elio Di Rupo, Benoît Lutgen, wegens ambtsplicht / pour devoirs de mandat;

Evita Willaert, familieaangelegenheden / raisons familiales;

Sabien Lahaye-Battheu, Raad van Europa / Conseil de l'Europe.

 

Federale regering / gouvernement fédéral:

Charles Michel, Kris Peeters, Alexander De Croo, World Economic Forum Davos;

Jan Jambon, Koen Geens, Theo Francken, Europese Ministerraad Justitie en Binnenlandse Zaken (Bulgarije) / Conseil des ministres européens Justice et Intérieur (Bulgarie);

Didier Reynders, met zending buitenslands (Marokko) / en mission à l'étranger (Maroc);

Zuhal Demir, zwangerschapsverlof / congé de maternité.

 

01 Agenda

01 Ordre du jour

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 24 januari 2018, stel ik u voor op de agenda van de plenaire vergadering van deze namiddag het wetsontwerp houdende diverse bepalingen met betrekking tot de sociale bijdragen van de zelfstandigen, nrs 2880/1 tot 3, in te schrijven.

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 24 janvier 2018, je vous propose d'inscrire à l'ordre du jour de la séance plénière de cet après-midi le projet de loi portant des dispositions diverses en matière de cotisations sociales des travailleurs indépendants, nos 2880/1 à 3.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

À la demande du gouvernement, je vous propose de discuter de ce projet de loi immédiatement après les questions orales et donc de l'inscrire comme premier point à l'ordre du jour. Vu qu'il a recueilli l'unanimité en commission, je présume que cela ne pose pas de problème. Il en sera donc ainsi.

 

Vragen

Questions

 

01.01  Hendrik Vuye (Vuye&Wouters): Mijnheer de voorzitter, ik stel vast dat er acht ministers afwezig zijn. Mevrouw Wouters heeft tijdens de openingsvergadering van de Kamer reeds geprotesteerd omdat er toen zes ministers afwezig waren. Wij hebben toen aangetoond dat er ook tevoren al meerdere plenaire vergaderingen waren waarvoor vier, vijf of zes ministers afwezig waren. Maar deze keer is zelfs de volledige kern afwezig. Dat wil zeggen dat de eerste minister en alle vice-eersteministers afwezig zijn.

 

Wat ik daarin niet begrijp, is dat wij vorige week de agenda gekregen hebben met de aanwezigheden en de afwezigheden. Daarop staan als afwezig aangeduid: de heer Michel, de heer De Croo, de heer Reynders en mevrouw Demir. Vandaag komen daar vier afwezigen bij. Die documenten hebben wij gisteravond gekregen. De heer Peeters is nu ook afwezig. U wil toch niet zeggen dat de heer Peeters vorige week niet wist dat hij deze week in Davos zou zijn? De heer Geens is afwezig. De heer Jambon is afwezig. En de heer Francken is afwezig. U wil toch niet zeggen dat de heer Geens, de heer Francken en de heer Jambon vorige week niet wisten dat zij deze week in Sofia zouden zijn? Dat wisten zij toch?

 

Ik merk ook dat de parlementaire vragen die de volledige kern ontwijkt, worden verdeeld volgens een logica die ik helemaal niet begrijp. Sommige vragen gaan naar mevrouw Wilmès, die als eerste zal antwoorden. Andere vragen gaan naar de heer Bacquelaine, die de vragen waarvoor hij de eerste minister vervangt als laatste zal beantwoorden. Ofwel volgt u de ene logica, ofwel de andere, maar niet beide.

 

Ik zal, nu de volledige kern afwezig is, een paar constructieve voorstellen doen. U weet dat mijn fractie zich altijd zeer constructief opstelt.

 

Misschien kunnen wij volgend jaar wanneer er een vergadering in Davos is de mensen die vragen willen stellen in de Kamer overvliegen naar Davos. Als daar al zoveel ministers zijn, zal het de Belgische belastingbetaler niet zoveel meer kosten ook een paar Kamerleden naar ginder te sturen. Er is ook een goedkopere optie. Misschien kunnen wij de heer De Crem, die toch niets te doen heeft en toch geen bevoegdheden heeft, lid maken van de kern. Dan lossen wij meteen twee problemen op. Dan heeft de heer De Crem plots bevoegdheden en zal hier iemand van de kern namens de eerste minister kunnen antwoorden op de vragen.

 

Mijnheer de voorzitter, er zijn acht afwezige ministers. De volledige kern is afwezig. Ik meen dat u, als u echt de voorzitter van dit Parlement wil zijn, tussenbeide moet komen. Dit is niet meer normaal. De parlementaire controle wordt hier gewoon ontweken door de volledige kern.

 

01.02  Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Monsieur le président, il est très étonnant de constater l'absence de huit ministres aujourd'hui, dont trois sont à Davos.

 

L'envoi de trois ministres à Davos, dont le ministre de l'Emploi, nous semble problématique. Je rappelle qu'un conseil d'entreprise extraordinaire de Carrefour Belgique se réunit en ce moment. Il pourrait s'ensuivre de mauvaises nouvelles. Pendant ce temps, trois ministres sont à Davos pour y retrouver des multinationales qui liquident l'emploi chez nous! Je pense ici notamment à InBev, à Caterpilllar.

 

Er is allemaal schoon volk in Davos. U kunt niet verklaren waarom op zo'n belangrijk moment, waneer Carrefour zich in het oog van de storm bevindt, drie federale ministers, waaronder de minister van Werk, naar Davos afgereisd zijn.

 

Ik stel voor dat er een discussie komt over het feit dat er hier vandaag zo weinig ministers aanwezig zijn.

 

Le président: Monsieur Nollet, souhaitez-vous intervenir sur le même sujet? (Non)

 

Dans ce cas, je réponds d'abord à MM. Hedebouw et Vuye.

 

Ten eerste, ik begrijp uw standpunt als kleine fracties zonder vertegenwoordiging in de Conferentie van voorzitters. De afwezigheden van de ministers werden in de Conferentie van voorzitters niet alleen gesignaleerd, maar ook gemotiveerd. Per minister is vermeld waar hij of zij verblijft. Daar werd geen enkele opmerking over gemaakt. Dat is een heel belangrijk feit, dat u moet weten.

 

Ten tweede, ik kan u voor een stuk wel volgen. Een deel van uw kritiek zal ik de mijne maken. Die melding kan vroeger gebeuren. Daar heeft u volgens mij een punt.

 

Daartegenover hebt u op een ander vlak geen punt.

 

Il est bien sûr possible de poser des questions au gouvernement aujourd'hui. Bien sûr, il y aura des réponses. D'autres ministres les délivreront mais le gouvernement est un et indivisible.

 

01.03  Jean-Marc Nollet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, je voulais juste vérifier que Mme De Block n'était pas à Davos. Ma collègue Dedry souhaite l'interroger. Elle a déposé une question…

 

Le président: C'est un autre problème.

 

01.04  Jean-Marc Nollet (Ecolo-Groen): L'aide médicale d'urgence est un sujet essentiel et la question est renvoyée vers un autre ministre.

 

Le président: Cela n'a rien à voir avec l'état de santé de Mme De Block. Il y a deux ministres compétents. En principe, le ministre compétent est M. Ducarme. Là, on suit la ligne habituelle. C'est le ministre compétent qui répond, bien qu'il soit vrai que Mme De Block est cosignataire et co-compétente pour ce projet.

 

01.05  Jean-Marc Nollet (Ecolo-Groen): Si Mme Dedry a posé une question d'actualité aujourd'hui, ce n'est pas pour refaire le débat qui a eu lieu hier avec M. Ducarme en commission. C'est justement et spécifiquement sur les dimensions propres de la compétence de Mme De Block. Je ne comprends pas pourquoi on n'accède pas à sa demande, pour autant que Mme De Block ne soit pas empêchée de venir. Pourquoi n'est-il pas possible de poser une question spécifiquement focalisée sur les compétences de Mme De Block? Je ne peux pas l'accepter.

 

Le président: Je ne vais pas me cacher derrière les services mais j'ai demandé leur avis et nous avons suivi la ligne de conduite habituelle.

 

01.06  Jean-Marc Nollet (Ecolo-Groen): Le Règlement permet quand même aux parlementaires d'interroger sur des parties de compétences d'un autre ministre.

 

Le président: La question est tout d'abord importante, quoi qu'il en soit. Mais ce qui compte surtout, c'est la réponse. C'est le plus important. Elle sera donnée par le ministre Ducarme au nom du gouvernement dans son entièreté.

 

Dat is een discussie die wij nog hebben gevoerd. Ik stel voor dat wij het proceduredebat hiertoe beperken.

 

(…): (…)

 

Le président: Mme De Block est là. Il faut suivre un système. C'est ce que j'ai fait, après avoir demandé l'avis des services. La ministre sera présente, mais la réponse sera quand même donnée par M. Ducarme.

 

Je vous signale également que la question de M. Maingain a été retirée. Il y a quatre questions qui restent pour le premier ministre, et les réponses seront données par la ministre du Budget. 

 

02 Questions jointes de

- M. Georges Gilkinet au premier ministre sur "la menace de licenciement chez Carrefour Belgique" (n° P2576)

- Mme Catherine Fonck au premier ministre sur "la menace de licenciement chez Carrefour Belgique" (n° P2577)

- M. Jean-Marc Delizée au premier ministre sur "la menace de licenciement chez Carrefour Belgique" (n° P2578)

- M. Marco Van Hees au premier ministre sur "la menace de licenciement chez Carrefour Belgique" (n° P2579)

02 Samengevoegde vragen van

- de heer Georges Gilkinet aan de eerste minister over "het dreigende banenverlies bij Carrefour België" (nr. P2576)

- mevrouw Catherine Fonck aan de eerste minister over "het dreigende banenverlies bij Carrefour België" (nr. P2577)

- de heer Jean-Marc Delizée aan de eerste minister over "het dreigende banenverlies bij Carrefour België" (nr. P2578)

- de heer Marco Van Hees aan de eerste minister over "het dreigende banenverlies bij Carrefour België" (nr. P2579)

 

Monsieur Gilkinet, je sais que c'est votre anniversaire aujourd'hui et, au nom des collègues, je vous félicite. (Applaudissements)

 

02.01  Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Monsieur le président, je vous remercie, mais il n'y a vraiment pas matière à se réjouir aujourd'hui. La direction de Carrefour vient d'annoncer, chers collègues, la suppression de 2 233 emplois. En 2016, le groupe Carrefour en Belgique a réalisé, madame la ministre, un bénéfice de 96 millions d'euros. Le groupe Carrefour aujourd'hui en Belgique compte 11 500 travailleurs. Si on suit la logique de la direction du groupe, ce sont donc plus de 20 % des travailleurs qui disparaîtront sur 800 implantations. Monsieur le président, je n'ai donc vraiment pas envie de me réjouir!

 

Madame la ministre du Budget, j'ignore si vous êtes punie. En tout cas, vous n'êtes pas à Davos contrairement à certains de vos collègues. J'espère qu'à Davos, le premier ministre discute avec les représentants du monde de l'entreprise de la responsabilité sociétale des entreprises et de la contrepartie à apporter par les entreprises aux aides qui leur sont accordées par les États. Je constate aussi que le ministre de l'Emploi n'est pas disponible. J'espère qu'il a utilisé ces dernières heures pour discuter avec la direction du groupe, qu'il est informé de ce qu'il s'y passe et qu'il a essayé d'empêcher cette annonce de suppression d'emplois. J'espère qu'on pourra surtout faire reculer la direction de Carrefour au sujet de cette décision, parce que le secteur de la distribution offre de l'emploi à des personnes souvent moins qualifiées, souvent à des femmes, très souvent à temps partiel mais également dans des conditions considérées comme difficiles pour des étudiants.

 

Madame la ministre, j'espère que vous avez obtenu de vos collègues une information utile. Quels ont été les contacts pris par le gouvernement avec la direction de Carrefour? Des contacts sont-ils programmés à très court terme pour tenter de la faire changer d'avis? Au-delà du cas spécifique de Carrefour, l'intention du gouvernement est-elle de prendre des mesures pour éviter ce type de licenciements boursiers - on ne peut pas les appeler autrement - et pour conditionner au maintien et à la création de l'emploi les aides de plus en plus nombreuses accordées par l'État fédéral aux entreprises? Il est inconcevable, dans le chef des entreprises, de réaliser de tels bénéfices, de bénéficier d'aides qui sont légitimes et, à un moment, de décider de supprimer de l'emploi dans des proportions aussi grandes et aussi inquiétantes. L'annonce vient de tomber il y a quelques minutes: plus de 2 200 emplois seront supprimés. C'est juste insupportable, madame la ministre!

 

02.02  Catherine Fonck (cdH): Madame la ministre, la société Carrefour a annoncé un chiffre extrêmement élevé concernant la France. Je viens à l'instant de recevoir une information: selon le conseil d'entreprise, rien que pour la Belgique, pas moins de 1 233 personnes pourraient être impactées par une menace de licenciement collectif, ce qui annonce un nouveau séisme.

 

Ce qui est frappant, chers collègues, c'est que nous nous retrouvons dans une situation identique à celle de 2016. Et là, tout le monde dans cet hémicycle, la bouche en cœur au moment de Caterpillar et d'ING, a plaidé pour que des mesures soient prises. On ne peut être à ce point démuni, les bras ballants, en attente de savoir comment ces entreprises entreprendront ces licenciements, quels plans sociaux seront ou ne seront pas conclus. Deux ans plus tard, le ministre de l'Emploi de l'époque avait, notamment, annoncé l'obligation d'ériger un plan social pour l'ensemble des travailleurs. Depuis lors, rien ne s'est produit. Les arguments avancés furent autant d'excuses: totalement inappropriées.

 

Madame la ministre, j'espère que vous comprenez l'inquiétude majeure de l'ensemble du personnel (du siège central d'Evere ou des magasins) et de leurs familles. Quelle est la position du gouvernement en la matière? Alors que Paris a annoncé la décision, il y a 48 heures, quels contacts avez-vous pris en Belgique avec les directions de Carrefour? Que proposez-vous pour soutenir véritablement les représentants des travailleurs pour développer des propositions alternatives au licenciement? Déciderez-vous rapidement d'envoyer un conciliateur social pour vous mettre aux côtés des travailleurs, parce que la priorité des priorités est de trouver des alternatives à ces licenciements? Madame la ministre et, à travers vous, l'ensemble du gouvernement, vous devez prendre ce dossier à pleines mains et travailler à ces alternatives.

 

02.03  Jean-Marc Delizée (PS): Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, comme plusieurs d'entre nous, j'aurais souhaité interroger M. le premier ministre sur cette question mais, à l'heure où nous parlons, 11 500 travailleurs du groupe Carrefour Belgique ont le ventre serré. Avec leurs familles, ils vivent dans l'angoisse depuis plusieurs jours et se demandent ce qu'il adviendra de ce plan de transformation de l'entreprise Carrefour.

 

Un conseil d'entreprise extraordinaire se tient pour le moment et nous tentons de suivre les nouvelles quasiment en direct pour savoir quel sera finalement l'impact social en termes d'emplois.

 

J'ai l'impression que l'histoire se répète. Voici deux ans, en septembre 2016, monsieur le président, on accueillait les partenaires sociaux de Caterpillar. Il y a eu de beaux discours et un bel unanimisme pour s'indigner de cette situation. On a entendu le premier ministre dire qu'il allait soutenir les travailleurs et leurs familles. Force est de constater que, depuis lors, d'autres restructurations, d'autres licenciements collectifs ont eu lieu. On se souvient d'ING. On a d'ailleurs reçu les partenaires sociaux et la direction d'ING. Il y a aussi eu AXA, Bombardier, RTL et bien d'autres encore.

 

Finalement, j'ai envie de dire que ce débat a été fait, en commission et dans cette assemblée, mais on n'a pas mis le temps à profit pour tirer les leçons du drame, du séisme de Caterpillar et, notamment, pour interdire les licenciements boursiers et mettre fin à ce que la loi Renault permet de faire aujourd'hui. Nous avons eu ce débat mais, malheureusement, madame la ministre, votre gouvernement n'a pas eu cette volonté, le courage de réformer la loi Renault en vue d'interdire les licenciements boursiers et faire en sorte qu'une cour du travail puisse, finalement, après instruction du dossier, valider ou non le fait d'avoir une procédure de licenciement collectif. Vous ne l'avez pas fait!

 

Madame la ministre, le gouvernement, à savoir le ministre de l'Emploi et le premier ministre, a-t-il eu des contacts avec la direction de Carrefour? Qu'en ressort-il? Qu'allez-vous faire pour interdire, à l'avenir, les licenciements boursiers pour qu'on ne se retrouve plus dans ce type de situation à l'avenir? Aurez-vous le courage de réformer cette loi Renault pour défendre l'emploi des travailleurs en Belgique?

 

02.04  Marco Van Hees (PTB-GO!): Madame la ministre, un nouveau choc social a lieu aujourd'hui: 1 233 emplois sont menacés chez Carrefour Belgique, 1 053 dans les hypermarchés et 180 au siège central. Deux hypermarchés devraient fermer à Genk et Belle-île à Liège, selon les plans de la direction. Plus de 10 % du personnel serait visé par ce plan. C'est le choc, pourtant le ministre de l'Emploi n'est pas là, et le premier ministre non plus. Où sont-ils? À Davos en train de faire des courbettes aux multinationales, alors qu'il serait temps de prendre des mesures contre les multinationales qui se permettent tout et n'importe quoi dans ce pays au niveau social.

 

Carrefour n'est pas un groupe en perte. Dans son ensemble, il réalise des bénéfices. En 2016, ceux-ci se chiffrent à un milliard et les bénéfices cumulés à 8,5 milliards. Il a distribué des dividendes. Carrefour Belgique fait aussi des bénéfices et l'essentiel de ceux-ci ont été redistribués à Carrefour France sous la forme de dividendes.

 

Notre gouvernement fait des courbettes à Davos pour présenter les plans fiscaux et les cadeaux à distribuer, comme la réforme de l'impôt des sociétés entre autres. Cela empêche-t-il les multinationales de fermer leurs usines? Toutes celles qui le font ici ont profité de ces avantages et de ces cadeaux et elles continuent à le faire.

 

Madame la ministre, il faut que la Belgique ne soit plus le pays d'Europe où il est le plus facile de licencier. Il faut interdire les licenciements quand une multinationale réalise des bénéfices et distribue des dividendes. Voilà la politique qu'il faut mener, au lieu de multiplier les cadeaux!

 

Une représentante de votre parti est à la fois conseillère du ministre wallon de l'Emploi et membre du conseil d'administration de Carrefour. Il s'agit de Sabine Laruelle. Je suppose que vous le savez. Comment est-il possible de défendre, d'un côté, les "jobs, jobs, jobs", en tant que conseillère du ministre, et d'un autre côté, de siéger au conseil d'administration et appliquer les "C4, C4, C4"? Voilà le double discours de votre parti et de votre gouvernement! (Tumulte)

 

J'en viens à mes questions, si on me laisse m'exprimer, monsieur le président.

 

Le président: Chers collègues, laissez parler M. Van Hees!

 

02.05  Marco Van Hees (PTB-GO!): Madame la ministre, que va faire le gouvernement face à cette restructuration? Va-t-il réellement s'opposer à cette décision du groupe Carrefour ou va-t-il laisser faire, comme d'habitude? Trouvez-vous normal qu'une multinationale qui réalise des bénéfices et redistribue des dividendes puisse licencier sans la moindre forme de contrôle? N'est-il pas nécessaire de faire une loi pour changer cela? Enfin, trouvez-vous normal que Sabine Laruelle s'occupe de défendre les "jobs, jobs, jobs" et siège en même temps au conseil d'administration de Carrefour en exerçant la mission "C4, C4, C4"?

 

02.06  Sophie Wilmès, ministre: Mesdames et messieurs les députés, je remercie ceux d'entre vous qui sont capables de garder leur sang-froid et de faire la part des choses quand les moments s'annoncent plus difficiles.

 

Je voudrais vous rappeler qu'il ne faut pas sous-estimer l'importance de la présence de nos ministres et de notre premier ministre à des réunions internationales! Cela donne la possibilité à notre pays de rayonner et de pouvoir influer sur les politiques internationales tant auprès des grandes entreprises qu'auprès des autres dirigeants.

 

Tout comme vous, nous avons appris qu'un conseil d'entreprise extraordinaire avait été convoqué chez Carrefour Belgique cet après-midi. Nous avons tous un téléphone et comme vous, j'apprends maintenant que la Belgique pourrait être impactée à hauteur de 1 233 emplois. Nous n'avons pas plus d'informations à ce stade. Nous espérons que l'impact sera limité en ce qui concerne la Belgique.

 

À propos des licenciements collectifs, c'est la loi Renault qui s'appliquera dans tous ses aspects et c'est bien le conciliateur social de l'administration du ministre Peeters qui jouera pleinement son rôle lors des négociations. Le service de conciliation sociale sera disponible pour les parties concernées.

 

En ce qui concerne l'évaluation de la loi Renault, je vous rappelle que, suite au cas Caterpillar, le gouvernement avait pris des initiatives auprès des partenaires sociaux, en ce compris la demande d'évaluer cette loi. Le ministre Peeters avait fait cinq propositions concrètes. Les partenaires sociaux ont demandé de pouvoir continuer les négociations au sein du Conseil National du Travail (CNT). Dans le cadre des échanges avec son président, le ministre a insisté récemment sur un traitement urgent des propositions, d'ici la fin du mois prochain. Au cas où il n'y aurait pas de consensus, le ministre reviendra avec ses propositions initiales.

 

La situation actuelle est une difficulté majeure que le gouvernement prend au sérieux. Le ministre Peeters la suivra de près. Nous pensons aujourd'hui aux personnes qui sont inquiètes pour leur emploi et nous restons pleinement mobilisés.

 

02.07  Georges Gilkinet (Ecolo-Groen): Madame la ministre, c'est à nouveau le service minimum. L'impuissance du gouvernement face à cette annonce est patente. Qu'avez-vous retenu des dossiers ING et Caterpillar? Qu'avez-vous changé depuis lors?

 

Aujourd'hui, le péril encouru par notre sécurité sociale - on en parlait hier dans la presse -, est provoqué par le comportement de prédateur des actionnaires des entreprises multinationales. S'y ajoute l'incapacité du gouvernement à fixer des règles, à demander une contrepartie à ceux auxquels on accorde des aides pour créer de l'emploi, à exiger d'eux un engagement à maintenir l'activité dans notre pays, surtout et y compris lorsqu'ils engrangent des bénéfices substantiels.

 

Pourquoi le gouvernement n'a-t-il pas encore agi en ce domaine? Allez-vous, oui ou non, vous emparer des propositions que nous avons formulées en vue de modifier la loi Renault ainsi que d'exiger un remboursement des aides publiques reçues par les entreprises qui enregistreraient des bénéfices et néanmoins licencieraient? C'est bien le moins que vous puissiez faire pour les 1 200 familles qui sont aujourd'hui frappées par l'annonce du conseil de direction de Carrefour Belgique.

 

02.08  Catherine Fonck (cdH): Madame la ministre, je commencerai ma réplique en prenant mes distances avec les propos tenus par certains de mes collègues, en particulier avec ceux du représentant du PTB. Qu'il s'agisse de son attaque ad hominem ou de sa proposition de nationaliser les entreprises, je ne le suis absolument pas. Inversement, il me semble indispensable de responsabiliser les firmes concernées.

 

Madame la ministre, la priorité des priorités est de limiter autant que possible l'impact du drame social qui est manifestement en train d'être annoncé aux travailleurs de Carrefour.

 

Il a été longuement question du siège à Evere, mais les informations parlant de 1 233 personnes nous indiquent qu'il n'est pas le seul concerné, lui qui en compte plus de 200. Des milliers d'employés travaillant dans nombre de magasins le sont aussi. C'est évidemment très grave.

 

Vous nous répondez qu'un conciliateur social sera disponible. Or vous savez aussi bien que moi que le ministre est apte à prendre l'initiative d'en envoyer un. Quand je vois qu'il a fallu quarante-huit heures pour que nous recevions de Paris ne fût-ce que le début d'une information, je vous demande d'envoyer d'initiative, quelle que soit la demande exprimée par les travailleurs, un conciliateur social chargé d'être à leurs côtés.

 

Je constate également que rien n'a été mis en place depuis ING, depuis Caterpillar, malgré les annonces à grands coups de communication. Vous prenez l'excuse des partenaires sociaux. Cette excuse, vous l'utilisez quand cela vous arrange, madame la ministre. Pourquoi bloquez-vous sur ce dossier? Ce n'est pas à cause des partenaires sociaux, mais de votre accord de gouvernement. Dans cet accord de gouvernement, vous aviez prévu d'augmenter la capacité des employeurs à licencier rapidement. Aujourd'hui, c'est évidemment ce point qui vous empêche d'avancer. Il est temps de faire évoluer la loi Renault et d'être aux côtés des travailleurs pour mieux les protéger face à ces licenciements collectifs.

 

Le président: Madame Fonck, votre réplique a été beaucoup trop longue!

 

02.09  Jean-Marc Delizée (PS): Monsieur le président, la réponse m'amène à un constat: cette politique de réduction des cotisations sociales, linéaire et aveugle, n'est pas opérante avec des entreprises qui pratiquent un tel cynisme économique.

 

Le groupe socialiste a déposé une proposition de loi portant sur la modification de la loi Renault, dans le but d'interdire les licenciements boursiers. Une autre proposition porte sur le droit d'alerte des travailleurs, mais vu la situation actuelle, nous ne comprendrions pas qu'on ne donne pas priorité à l'examen de ce dossier.

 

Nous encourageons le gouvernement à rencontrer la direction de l'entreprise et à organiser, encadrer, accompagner un dialogue social en son sein. En tant que président de la Commission de l'Économie, je souhaiterais qu'on puisse faire avec Carrefour ce que nous avons fait avec Caterpillar et ING, c'est-à-dire inviter la direction de Carrefour Belgique et les syndicats afin d'avoir un échange de vues avec eux et de tirer les leçons de cette nouvelle crise. J'espère que ces leçons aboutiront à une volonté politique d'interdire les licenciements boursiers.

 

02.10  Marco Van Hees (PTB-GO!): Madame la ministre, je constate tout d'abord que vous n'avez pas répondu à la question relative à la double casquette de Sabine Laruelle. Mais je comprends que vous n'y ayez pas répondu parce qu'en tant que membre du conseil d'administration de Carrefour Belgique, elle a participé à la décision de licencier 1 233 personnes en Belgique. Je comprends que vous ne réagissiez pas.

 

Par ailleurs, chacun sait que la loi Renault n'est ni plus ni moins qu'un emplâtre sur une jambe de bois, qu'elle ne sert à rien, sinon à informer les travailleurs qu'ils vont être licenciés. Ce qu'il faut, c'est interdire les licenciements d'un groupe qui fait des bénéfices.

 

Si on considère les cadeaux fiscaux et autres, on constate que, sur les dix dernières années, Carrefour a payé 12,7 % d'impôts en Belgique. Et vous venez avec une réforme de l'impôt des sociétés visant à faire passer ce taux à 25 % en disant que, de cette manière, tout sera réglé. Mais Carrefour a reçu des cadeaux puisqu'un taux de 12,7 % lui a été accordé. Cela empêche-il la multinationale de licencier? Non!

 

Vous menez une politique que je qualifierai d'aveuglément idéologique, en continuant à donner des cadeaux, mais lorsqu'il s'agit d'être ferme à l'égard des multinationales et de les empêcher de licencier, on ne vous voit plus!

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van de heer Filip Dewinter aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der Gebouwen, over "de politieactie tegen de honderden illegalen in en rond het Maximiliaanpark en het Noordstation" (nr. P2572)

03 Question de M. Filip Dewinter au vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, chargé de la Régie des Bâtiments, sur "l'action policière menée à l'encontre des centaines d'illégaux présents aux abords du parc Maximilien et de la gare du Nord" (n° P2572)

 

De voorzitter: Het antwoord zal worden gegeven door de minister van Financiën.

 

03.01  Filip Dewinter (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, de voorbije dagen heb ik de moeite gedaan om eens een kijkje te gaan nemen in de buurt van het Noordstation. U kunt het resultaat daarvan zien op mijn twitter- en facebookaccount, waarop ik twee filmpjes heb gepost die aanduiden dat het Noordstation een soort tweede Calais is geworden. Honderden illegalen hangen er rond, slapen er in slaapzakken, doen er hun behoefte in de gangen en de belendende percelen. Het is een ware schande. Ik heb er geen ander woord voor. Ik nodig iedereen uit, ook u, mijnheer de minister, om vanavond een keer niet de dienstwagen met chauffeur naar huis te nemen, maar het openbaar vervoer vanuit het Noordstation. Dan kunt u de omstandigheden zelf waarnemen.

 

Wij weten allemaal waarom dit het geval is.

 

In tegenstelling tot de perceptie van een streng beleid ten aanzien van illegalen, dat aan de burger wordt opgedrongen, gebeurt dat op het terrein net niet. Een en ander is het gevolg van een kat-en-muisspel tussen de overheid en de betrokken organisaties, burgercomités en aanverwanten, die ook vorige week, naar aanleiding van een politieactie aan het Maximiliaanpark, blijkbaar getipt waren door God weet wie, waardoor de politieactie uiteindelijk op een sisser is afgelopen. Hetzelfde gebeurde met een actie in het Noordstation.

 

Dit leidt tot frustratie bij de politiediensten. Ik citeer de ACOD Politie: "De agenten storen zich eraan dat zij acties ondernemen die niets uithalen. Het lijkt erop dat de politici ons gebruiken om te tonen aan de bevolking dat zij zich maximaal bezighouden met het migrantenprobleem. Agenten mogen niet de gegijzelden van de politiek zijn." Ik citeer ook het VSOA Politie: "De wegpolitie en de politie moet soms tot negen keer na elkaar dezelfde migranten oppakken. Telkens krijgen zij het bevel om het grondgebied te verlaten. Wij weten niet waarom deze mensen niet effectief worden uitgewezen."

 

U moet mij eens uitleggen waarom dit allemaal kan, mijnheer de minister? Hoe is het mogelijk dat vanuit bepaalde kringen, politiekringen, actievoer­ders worden getipt zodat het Maximiliaanpark kan worden vrijgemaakt en tweeduizend betogers daar kunnen samentroepen om de politie te verhinderen haar werk te doen en dat hetzelfde een paar dagen later gebeurt in het Noordstation? Hoe is dat allemaal mogelijk?

 

Waarom wordt er vandaag, nu, op dit moment, niet ingegrepen in het Noordstation waar illegalen en zogenaamde transmigranten — what's in a name? — uiteindelijk de boel verzieken en een dreigende sfeer creëren voor iedereen die gebruik wil maken van het Noordstation?

 

03.02 Minister Johan Van Overtveldt: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Dewinter, voor de huidige toestand van de transmigranten in en rond het Noordstation heeft minister Jambon in de Kamercommissie van 17 januari jongstleden, vorige week dus, een uitvoerige analyse gegeven waarin een aantal belangrijke elementen als antwoord kunnen dienen op uw opmerkingen en vragen.

 

Naar aanleiding van de lekken werd een onderzoek gestart. Uiteraard kunnen hierover, omwille van het geheim van het onderzoek, op dit moment geen verdere details worden gegeven. Zondag heeft een politieactie plaatsgevonden waarbij 17 illegalen administratief werden aangehouden. De politie zal multidisciplinaire acties blijven organiseren. Ook hieromtrent lijkt het mij niet verstandig om details te geven, om niet in de kaart van de mensensmokkelaars te spelen.

 

In het belang van eenieder die betrokken is bij deze problematiek, blijft minister Jambon benadrukken dat de aanpak van de betrokken mensensmokkelaars cruciaal is. De minister blijft ook onverminderd inzetten op een geïntegreerde aanpak. Minister Jambon begrijpt de reactie van mensen op het terrein. Hij is echter van oordeel dat politieacties blijvend moeten worden georganiseerd om het illegale kampeergedrag in de hoofdstad, op snelwegparkings, en rond de havens van Zeebrugge en Antwerpen tegen te gaan.

 

Tot slot, maar van cruciaal belang, mensen die hier aankomen hebben de keuze: ofwel vragen zij asiel aan bij de DVZ, ofwel doen zij dat niet. In het eerste geval wordt er een wettelijke procedure gevolgd. In het tweede geval begeven zij zich in de illegaliteit, en dat kunnen wij niet tolereren.

 

03.03  Filip Dewinter (VB): Mijnheer de minister, als spreekbuis van minister Jambon laat u opnieuw de spierballen rollen. U kunt het niet tolereren, maar u tolereert het op het terrein wel. Dat klaagt zowel het VSOA als de ACOD Politie terecht aan. En zij hebben gelijk. De realiteit op de televisie is niet de realiteit op het terrein. Nogmaals, ik nodig u uit om straks naar het Noordstation te gaan en u zult de realiteit op het terrein zien.

 

Plaatsen als de autosnelwegparking in Groot-Bijgaarden, Zeebrugge en het Noordstation zijn een soort Calais aan het worden door de laksheid van onze overheid die niet of onvoldoende ingrijpt. De burgercomités en de Liga voor Mensen­rechten, die uiteindelijk ook het leed van de illegalen, die daar in moeilijke omstandigheden moeten overleven, misbruiken voor hun politieke agenda, een agenda van open grenzen, zijn zo mogelijk nog meer verantwoordelijk voor dit alles dan de overheid. Zij manipuleren de situatie, maken misbruik van een en ander, zorgen ervoor dat er onverantwoorde acties worden gevoerd en moeten dan ook als een illegale en criminele organisatie worden aangepakt. Ik hoop dat de overheid de moed en de verantwoordelijkheid heeft om ook deze organisaties aan te pakken en zonodig hard aan te pakken, als zij zich in de illegaliteit begeven.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Aan de orde zijn de vragen voor de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid.

 

U hebt een vraag over de regeling van de werkzaamheden, mijnheer Calvo?

 

03.04  Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Het gaat inderdaad over de regeling van de werkzaamheden. Hebt u met de minister kunnen overleggen over hetgeen collega Nollet zopas heeft aangekaart, namelijk of zij alsnog de vraag van collega Dedry zou beantwoorden, aangezien zij daarvoor bevoegd is?

 

De voorzitter: Uiteraard niet. Ik heb u gezegd dat het antwoord zal worden gegeven door minister Ducarme, omdat wij daarbij het systeem volgen dat wij altijd volgen. Ik zat hier, de minister was daar. Ik heb daarover vanzelfsprekend geen overleg gehad met de minister, maar dat doet er eigenlijk niet toe. Wij zullen het systeem volgen, zoals wij dat altijd hebben gedaan.

 

03.05  Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Het Reglement bepaalt dat het Parlementslid in principe kiest, mijnheer de voorzitter. In dezen is mevrouw De Block bevoegd. Ik begrijp eerlijk gezegd niet waarom zij niet zou antwoorden.

 

De voorzitter: Omdat de minister niet bevoegd is. Het is de heer Ducarme, die bevoegd is. Er is een gedeelde bevoegdheid met minister De Block. Dat is een oude discussie, mijnheer Calvo.

 

03.06  Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Het is een heel nieuwe discussie.

 

De voorzitter: Het is een zeer oude discussie.

 

03.07  Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Het is een discussie die ook met mevrouw De Block gevoerd moet kunnen worden.

 

De voorzitter: Ik stel voor dat wij het daarbij laten.

 

04 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Karin Jiroflée aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de positieve audit van de wijkgezondheidscentra" (nr. P2561)

- de heer Eric Massin aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de positieve audit van de wijkgezondheidscentra" (nr. P2562)

- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de positieve audit van de wijkgezondheidscentra" (nr. P2563)

- de heer Marco Van Hees aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de positieve audit van de wijkgezondheidscentra" (nr. P2564)

04 Questions jointes de

- Mme Karin Jiroflée à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'audit positif des maisons médicales" (n° P2561)

- M. Eric Massin à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'audit positif des maisons médicales" (n° P2562)

- Mme Nathalie Muylle à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'audit positif des maisons médicales" (n° P2563)

- M. Marco Van Hees à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "l'audit positif des maisons médicales" (n° P2564)

 

04.01  Karin Jiroflée (sp.a): Mevrouw de minister, wij hebben in de pers vernomen dat u een einde maakt aan de erkenningsstop voor de wijkgezondheidscentra. Laat het duidelijk zijn, wij zijn daar bijzonder blij om. U hebt die erkenningsstop meer dan een jaar aangehouden, terwijl u een duur consultancybureau voor 200 000 euro een audit hebt laten uitvoeren, die resultaten opleverde die wij allemaal al kenden: de zorg door wijkgezondheidscentra is niet duurder voor de ziekteverzekering en is goedkoper voor de patiënt, de kwaliteit is hoogstaand en de centra zijn zeer laagdrempelig voor de meest kwetsbare mensen.

 

Mevrouw de minister, ik vind dat het tijd wordt om de wijkgezondheidscentra te geven waarop zij recht hebben. Er moet nu worden geïnvesteerd in de uitbreiding van de wijkgezondheidscentra, in de uitbreiding van die laagdrempelige eerstelijnszorg.

 

Bevestigt u dat u de heksenjacht tegen de wijkgezondheidscentra stopt? Daar leek het namelijk op een bepaald ogenblik bijna op. Wat u zult u doen om het verloren jaar te compenseren? Zult u bijkomend investeren in die laagdrempelige zorg? In hoeveel bijkomend budget zult u voorzien om de wijkgezondheidscentra een inhaalbeweging te laten maken?

 

04.02  Éric Massin (PS): Madame la ministre, mes chers collègues, c'est effectivement une bonne annonce que la fin du moratoire sur les maisons médicales. Selon vos dires, la médecine générale classique et la médecine générale forfaitaire ont toutes deux leurs mérites et peuvent parfaitement être complémentaires. Choisir entre les deux systèmes n'est donc pas du tout nécessaire. Vous venez enfin, madame la ministre, de rassurer les 400 000 Belges qui se rendent aujourd'hui dans une maison médicale pour se faire soigner. En effet, 3 % de nos concitoyens optent pour ce système forfaitaire pour pouvoir bénéficier des soins de première ligne dont ils ont besoin.

 

Pourtant, en 2016, vous aviez décidé non seulement de geler la reconnaissance et de faire procéder à l'audit mais en plus de réaliser 7 millions d'économies dans le secteur. Enfin, vous voilà revenue à la raison! J'en suis particulièrement satisfait et avec moi, je suppose, ces 400 000 Belges. Confirmez-vous la levée immédiate de ce moratoire?

 

Cela étant, je crois qu'il serait peut-être temps d'en remettre une petite couche aussi parce que vous avez sans doute, comme moi, pris connaissance de la manière dont l'ABSyM envisage les conclusions de ce rapport. Nous contestons évidemment l'ensemble des propositions de l'ABSyM.

 

Par contre, une légère inquiétude se profile au-delà de la fin toute proche de ce moratoire et j'attends une confirmation de votre part devant ce Parlement. Il s'agit de la mise en place d'un groupe de travail chargé d'émettre des recommandations pour le secteur. Je ne conteste pas le fait que d'éventuelles améliorations puissent être apportées au fonctionnement général des maisons médicales. Néanmoins, pouvez-vous nous confirmer que ce n'est pas une manœuvre dans le cadre de la gestion de ce dossier? Pouvez-vous nous confirmer que l'objectif est bien d'améliorer la prise en charge des patients et non de chercher des postes sur lesquels réaliser des économies qui se feraient à leur détriment? Une concertation étroite avec les maisons médicales aura-t-elle lieu dans ce cadre comme annoncé par ce gouvernement? Quand les recommandations sont-elles attendues?

 

04.03  Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, u hebt het voorbije jaar een en ander te verduren gekregen. De wijkgezondheidscentra zouden tegen uw liberale ideologie indruisen. U zou ook gedurende meer dan een jaar de toegang hebben ontzegd aan zij die laagdrempelige zorg in ons land nodig hadden. Daarnet werd het woord "heksenjacht" gebruikt.

 

Mevrouw de minister, laat het duidelijk zijn, CD&V is voorstander van wijkgezondheidscentra maar evenzeer zijn wij voorstander van de klassieke huisartsengeneeskunde in groepspraktijken en in individuele praktijken. Wij zijn er immers van overtuigd dat ook zij kwaliteitsvolle, laagdrempelige zorg aan de patiënt aanbieden. Daar gaat het uiteindelijk om, namelijk om het aanbieden van kwaliteitsvolle zorg aan de patiënt.

 

Wij kunnen vooruit. De studie ligt op tafel. Er is goed nieuws.

 

Mevrouw de minister, ik lees echter ook enige aandachtspunten in de studie, zeker wanneer het over de financiering gaat. De studie geeft aan dat de financiering een kluwen en niet altijd even transparant is, zeker inzake de inzet van een deel van de middelen. Het doorverwijsbeleid naar de tweede lijn wordt ook niet altijd goed geregistreerd. Er rijzen tevens terechte vragen bij het uitschrijvingbeleid. Het aantal patiënten per arts, zeker in combinatie met de opleiding van huisartsen – de zogenaamde HAIO's, vraagt onze aandacht.

 

Mevrouw de minister, daarom wil ik u heel duidelijk het volgende vragen.

 

Wat zal u met de aanbevelingen doen? De werkgroep binnen het Verzekeringscomité is er.

 

Het moratorium is afgeschaft. Betekent dit dat de nieuwe wijkgezondheidscentra volgens de huidige regelgeving opstarten of bent u van plan de regelgeving binnenkort aan te passen?

 

De voorzitter: Er is nog één vraagsteller bijgekomen met een vraag uit de commissie, met name de heer Van Hees.

 

04.04  Marco Van Hees (PTB-GO!): Monsieur le président, madame la ministre, nous avons déjà eu l'occasion de débattre du dossier des maisons médicales. L'étude des mutuelles montre que ces dernières, si on prend la première et la deuxième ligne, sont moins chères pour la sécurité sociale, offrent des services de meilleure qualité – je pense à la limitation des prescriptions d'antibiotiques, aux vaccinations, etc. – et évidemment beaucoup plus accessibles pour les patients.

 

Mais vous avez estimé que cette étude ne valait rien et vous avez demandé à KPMG de faire un audit pour légitimer vos attaques contre les maisons médicales car, à mon avis, votre but est de casser un système qui fait de l'ombre à la médecine du fric. Ce faisant, vous êtes la porte-parole d'un lobby. Je pense ici notamment aux déclarations honteuses de l'ABSyM au sujet des maisons médicales.

 

Le problème, c'est que vous n'avez rien trouvé dans l'audit de KPMG. Alors que faites-vous? Vous cherchez la petite bête, vous essayez de monter en épingle quelques éléments anodins et vous parlez d'un surfinancement des maisons médicales par rapport à leurs coûts. Mais il faut savoir que les maisons médicales prennent également en charge d'autres aspects, ce que ne font pas les médecins à l'acte; je pense aux consultations de psychologues, de kinésithérapeutes, de diététiciens, etc. Vous parlez aussi d'un financement non transparent en évoquant plusieurs sources de financement alors que les choses sont très claires: il y a l'INAMI, il y a les financements de la Région.

 

Malgré le rapport des mutuelles, malgré le fait que l'audit de KPMG ne dise rien, vous continuez et vous lancez un groupe de travail pour poursuivre votre guerre contre les maisons médicales. Quand allez-vous cesser?

 

Madame la ministre, pouvez-vous garantir un financement, à l'avenir, des maisons médicales à hauteur de leur croissance, c'est-à-dire ni bloquer totalement, ni limiter leur croissance naturelle? Plutôt que toujours vous acharner sur les maisons médicales, si vous souhaitez vraiment faire mener des audits sur les soins, ne pensez-vous pas que vous devriez vous assurer de la réelle efficience de la médecine à l'acte? En effet, au niveau des maisons médicales, cette efficience a suffisamment été prouvée.

 

04.05 Minister Maggie De Block: Dank u voor de vragen.

 

Eerst en vooral, wat de audit van de medische huizen betreft, het was de bedoeling om het systeem van forfaitaire financiering correct in te vullen en juist te positioneren in de verplichte verzekering voor gezondheidszorg. De audit zou de organisatie, de werking en de kostenstructuur van de medische huizen in kaart brengen. Zeer veel informatie die nu in het rapport van de audit staat te lezen, was immers nooit eerder op die wijze ter beschikking. De audit was dus zeker nodig. Ook patiënten die in wijkgezondheidscentra verzorgd worden, hebben recht op de beste kwaliteit van zorg. Voor hen hebben wij die audit gedaan.

 

Het is een analyse geworden van de karakteristieken, de patiëntenbestanden, de organisatie van de dienstverlening, de werkingskosten en financieringsbronnen van de 160 medische huizen op een totaal van 175, die de enquête hebben ingevuld. Er werden ook interviews afgenomen bij 40 medische huizen. De medische huizen van Geneeskunde voor het Volk hebben geweigerd om mee te werken.

 

Mevrouw Jiroflée, wat ik hoor van u en wat ik lees in de pers, getuigt niet van kennis van zaken. U hebt die audit niet gelezen, want wat u zegt, staat er niet. Misschien hebben wij een andere gekregen, dat is ook mogelijk. Sommigen hebben zelfs conclusies gelezen, die er niet eens in staan. De audit is immers een objectieve analyse zonder aanbevelingen, adviezen of appreciaties. Dat was ook niet de opdracht van de audit.

 

De audit heeft, zoals mevrouw Muylle al opmerkte, wel een aantal problemen en aandachtspunten aan het licht gebracht. Het eerste probleem is de overfinanciering. Zo bedroegen in 2016 de inkomsten uit de forfaitaire financiering jaarlijks 383 euro per abonnee, terwijl de kosten voor de zorg die we vanuit de verplichte verzekering financieren, slechts 226 euro bedroeg.

 

De medische huizen maken dus al vele jaren winst door de overfinanciering. De vraag is dan wat zij met dat surplus doen. In de audit worden enkele voorbeelden uitdrukkelijk opgesomd, namelijk het verstrekken van renteloze leningen en – merkwaardig, dit kon ik toch niet laten liggen – het ondersteunen van een zeehondenopvangcentrum. Dat lijkt mij niet direct een bestemming voor het budget van geneeskundige verzorging. Dat zal dus moeten worden uitgeklaard en over dergelijke praktijken zal moeten worden gepraat.

 

Il y a aussi le manque de transparence. C'est problématique vu l'absence d'enregistrement et le grand nombre de sources de financement. L'auditeur dispose d'une liste de plus de 100 sources de financement différentes.

 

Het moratorium is inderdaad opgeheven, zoals afgesproken. Mijnheer Massin, u hoeft dat niet hic et nunc te eisen, want dat moratorium is al opgeheven, toen de audit werd opgeleverd, zoals steeds gezegd was. Het bewijs is ook dat vorig jaar nog acht medische huizen een toelating voor forfaitaire betaling hebben gekregen en dat drie andere een toelating hebben gekregen maar pas mochten starten in 2018.

 

De audit is afgeleverd en wij zien daarin het volgende. Er wordt per arts een laag aantal patiënten verzorgd. Desalniettemin wordt er veeleer vroegtijdig overgegaan tot het declareren van een patiëntenstop, waardoor men dan alweer een ander medisch huis moet oprichten.

 

Er wordt overvloedig en disproportioneel beroep gedaan op huisartsen in opleiding. Als men zo weinig patiënten behandelt en daarenboven drie à vier huisartsen in aanvullende opleiding heeft, is de opleiding van die huisartsen wel voldoende en worden zij wel vaak genoeg geconfronteerd met pathologieën?

 

De deelname aan de wachtdienst, die essentieel is voor de patiënten, is een voorwaarde voor de accreditatie van elke arts. Veel artsen verbonden aan medische huizen schrijven zich in voor de wachtdienst, maar nemen er nooit aan deel. Ondertussen zijn ze als arts die de abonneefinanciering toepast, wel automatisch geaccrediteerd, wat dus niet normaal is.

 

Ook de registratie is een groot probleem. Er is geen systematische registratie van patiënten­contacten. Contacten die gewoonlijk niet voor aanrekening in de verplichte verzekering worden aangenomen, zoals telefonische contacten, worden wel meegeteld. Registratie van doorverwijzingen van de patiënten naar de tweedelijnsgezondheidzorg is niet voorhanden. Daarvan zeggen ze zelf dat ze die beter zouden kunnen registreren.

 

Ik heb dan ook de verbeteringsverwachtingen opgelijst en aan een werkgroep ad hoc gevraagd om mij tegen uiterlijk eind april voorstellen voor te leggen. Dan zal duidelijk zijn dat er veel werk aan de winkel is om de kwaliteit te verbeteren.

 

04.06  Karin Jiroflée (sp.a): Mevrouw de minister, het is uiteraard makkelijk om de negatieve aspecten op te blazen. U verwijt mij dat ik het niet gelezen zou hebben. Welnu, ik verwijt u dat u wel heel selectief leest. De grote cijfers bevestigen wat ik daarnet heb gezegd.

 

De gezondheidskloof in onze maatschappij groeit. In een beschaafde maatschappij moet dat onze grootste zorg zijn. Door aan de wijkgezond­heidscentra – als er misbruiken zijn, dan is het logisch dat die uitgeroeid worden, maar ook dat kan worden opgeblazen – de mogelijkheden te geven om zich veel sneller te ontwikkelen dan nu en hun werkwijze ook veel breder te laten toepassen, bijvoorbeeld door groepspraktijken van huisartsen, zou u op een betaalbare manier iets aan die groeiende gezondheidskloof kunnen doen.

 

04.07  Éric Massin (PS): Monsieur le président, madame la ministre, l'accessibilité aux soins de santé est une priorité absolue. Ça l'est certainement pour mon groupe. J'espère que ça l'est aussi pour le gouvernement, surtout quand on sait qu'un patient sur cinq, en l'état actuel des choses, reporte encore sa visite chez le médecin généraliste, faute de moyens financiers suffisants. Les maisons médicales ont donc un rôle fondamental en ce sens. C'est d'autant plus significatif que la moitié des patients qui se rendent dans une maison médicale bénéficient d'une intervention majorée.

 

Grâce à ces maisons médicales, de nombreuses personnes démunies, défavorisées bénéficient de soins souvent plus importants que prévu. J'entends que le moratoire est levé. Si des dysfonctionnements sont constatés, le groupe de travail sert peut-être à apporter des recommandations, mais j'espère qu'il le fait en partenariat avec les maisons médicales. Elles aussi sont prêtes à prendre des initiatives en ce sens. Ne faites certainement pas cela sans leur collaboration. C'est fondamental!

 

Ce n'est pas parce qu'un groupement refuse d'intervenir dans le cadre d'un audit qu'il faut balayer les autres. Ce groupement ne représente jamais qu'environ 6 % des patients qui sont relevés au niveau de l'INAMI.

 

04.08  Nathalie Muylle (CD&V): Collega's, laten we alstublieft de polemiek stoppen dat het ene beter zou zijn dan het andere. Laten we voorstander zijn van beide systemen en uitgaan van het aanbieden van kwaliteitsvolle, laagdrempelige zorg aan elke patiënt in ons land.

 

Er wordt hier gezegd dat men niet streng is voor de klassieke huisartsengeneeskunde, maar men is dat wel. Laten we met dezelfde standaarden kijken. In wat nu op tafel ligt, zitten veel goede dingen. De studie van de mutualiteiten in december heeft dat ook aangetoond, maar er zijn ook aandachtspunten. Laten we die bekijken, mevrouw de minister. Laten we daar gewoon betere wetgeving voor maken, zodat elke patiënt recht heeft op een goede eerstelijnszorg.

 

04.09  Marco Van Hees (PTB-GO!): Madame la ministre, je ne vous ai posé que deux questions et aucune n'a reçu de réponse.

 

Je voulais savoir si vous garantiriez le financement des maisons médicales à hauteur de leur croissance naturelle. Pas de réponse! Je voulais savoir aussi s'il ne fallait pas plutôt mener des audits sur la médecine à l'acte. Pas de réponse!

 

Finalement, la question est celle-ci: pourquoi vous acharnez-vous contre les maisons médicales? Je ne veux pas les opposer à la médecine à l'acte, mais je voudrais comprendre pourquoi vous vous attaquez au système qui fonctionne le mieux.

 

Au lieu de vous battre contre les maisons médicales, vous devriez plutôt vous battre contre le fait qu'en Belgique, 900 000 personnes postposent chaque année des soins de santé pour des raisons financières. C'est cela le véritable scandale de la médecine en Belgique. Vous ne vous attaquez pas à cela. Par contre, justement, un des points forts des maisons médicales, c'est leur accessibilité financière, le fait qu'on y soigne des patients gratuitement. C'est essentiel. Et cela, vous le passez sous silence, comme le fait que cela coûte moins cher à la sécurité sociale, que la médecine y est plus préventive, comme le démontre l'étude de la mutuelle. On n'y pratique pas la tarification illégale, comme cela se fait dans la médecine à l'acte; pas de course au profit, avec les consultations de cinq minutes comme cela arrive parfois dans la médecine à l'acte – sans vouloir jeter l'opprobre sur tout le monde –, pas de médecins qui se font jusqu'à 4 à 500 000 euros par an.

 

Madame la ministre, arrêtez de vous en prendre aux maisons médicales! Attaquez-vous plutôt au vrai problème de l'accessibilité.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

05 Question de M. Georges Dallemagne au premier ministre sur "le cri de détresse des victimes des attentats du 22 mars 2016" (n° P2565)

05 Vraag van de heer Georges Dallemagne aan de eerste minister over "de noodkreet van de slachtoffers van de aanslagen van 22 maart 2016" (nr. P2565)

 

Le président: Cette question était adressée au premier ministre, mais sera traitée par la ministre de la Santé publique.

 

05.01  Georges Dallemagne (cdH): Monsieur le président, chers collègues, madame la ministre, en effet, j'avais adressé cette question au premier ministre. Elle dépasse vos compétences sur certains points. Néanmoins, j'espère que votre réponse couvrira la question dans son ensemble.

 

Voilà bientôt deux ans que notre pays a connu les pires attentats terroristes de son histoire, attentats qui ont fauché 32 personnes et blessé des centaines d'autres. Voilà un an que ces victimes sont venues, par devant notre commission d'enquête, témoigner de leur désespoir. Voilà sept mois que nous avons remis nos recommandations intermédiaires sur l'assistance aux victimes et, pourtant, aujourd'hui encore, ces victimes se disent abandonnées et désespérées. Elles lancent à nouveau un cri d'alarme et un nouvel appel au secours.

 

Il est vrai que nous leur avions promis de les accompagner et de les prendre par la main – expression qu'elles avaient utilisée. Ce n'est pas le cas aujourd'hui. Nous leur avions aussi promis qu'elles seraient traitées sur un pied d'égalité qu'elles soient wallonnes, bruxelloises ou flamandes, résidentes belges ou non, étrangères ou de nationalité belge et ce n'est pas le cas.

 

Nous leur avions également promis une indemnisation rapide et proactive. Or, aujourd'hui, elles se trouvent dans des procédures kafkaïennes, prises dans un jeu de ping-pong entre les assurances et l'État. Nous leur avions promis l'intégralité du remboursement des soins de santé et ce n'est pas le cas. J'ai en ma possession, ici, une lettre que le ministre de la Défense (que je remercie d'assister à la présentation de cette question) a envoyée à une des victimes: "431 victimes ont reçu le statut de solidarité nationale, 51 ont reçu une décision positive quant à une pension de dédommagement", mais personne à ce jour n'a perçu celle-ci.

 

Ce courrier était également adressé à l'INAMI et devait permettre aux mutuelles de rembourser l'intégralité des soins. Pourtant, dans une autre lettre que j'ai reçue et que j'ai ici en ma possession, il est précisé que les mutuelles ne sont pas au courant du statut de solidarité nationale qui a été octroyé à ces victimes. Il y a aussi ces associations qui sont, certes, agréées mais qui "ne sont pas soutenues financièrement et qui", nous disent-elles, "ne sont pas impliquées dans les commémorations du deuxième anniversaire de ces attentats."

 

Voilà la situation, madame la ministre et j'attends que vous ayez, au nom du gouvernement, une réponse à la hauteur de la détresse des victimes.

 

05.02  Maggie De Block, ministre: Monsieur Dallemagne, je vous remercie de votre question, initialement adressée au premier ministre ainsi qu'à MM. Geens et Vandeput, puisqu'il s'agit d'une compétence partagée.

 

Tout d'abord, le cri de détresse, que nous avons entendu, est celui des représentants de V-Europe. Le monde politique l'a toujours considérée comme une association engagée se faisant le porte-parole de nombreuses victimes.

 

En juillet dernier, la loi portant création d'un statut de solidarité a été votée. De nombreux amendements lui ont permis d'inclure les recommandations de la commission d'enquête parlementaire. Ils sont le fruit d'un travail constructif mené par l'opposition et la majorité – dont votre groupe, monsieur Dallemagne. Une task force a été constituée à la demande du premier ministre, en vue d'exécuter les autres recommandations. Le ministre de la Justice en gère le fonctionnement, afin de mettre en place un système plus efficace, au sein duquel les victimes occupent une place centrale.

 

Des réunions se sont tenues très régulièrement, tant avec le fédéral qu'avec les Régions. Elles ont conduit à la création de nombreux groupes de travail, qui ont transposé nombre de recommandations en textes concrets.

 

Le gouvernement a pris des mesures visant à soutenir les victimes le plus possible. Citons, par exemple, le guichet unique, la simplification prévue, l'expertise médicale, l'amélioration de la protection des victimes belges à l'étranger et l'allègement des conditions formelles!

 

Plusieurs textes aboutiront prochainement avant d'être discutés politiquement en vue de les faire entrer en vigueur le plus rapidement possible. Les voici. Tout d'abord, le projet de loi relatif au fonctionnement de la Commission d'aide aux victimes d'actes intentionnels de violence prévoira une enquête juridique spécifique pour les victimes de terrorisme. Cette procédure est caractérisée par un minimum de conditions formelles. Il sera possible aux victimes et à la commission de se subroger. Viennent ensuite un projet de loi relatif aux assurances et les arrêtés d'exécution de la loi relative au statut national.

 

Il va de soi que l'aspect et le statut financiers ne sont pas les seuls éléments à jouer un rôle. La task force se penche aussi intensivement sur les éléments suivants: un scénario clair définissant l'intervention des différents services d'aide, un coordinateur désigné au niveau des Communautés, etc. Je peux vous en remettre la liste, monsieur Dallemagne.

 

Je signale également que les associations d'aide aux victimes, dont V-Europe, sont toujours invitées à assister aux réunions de la task force et aux réunions interfédérales.

 

05.03  Georges Dallemagne (cdH): Madame la ministre, je ne dis pas que le gouvernement ne fait rien, je pense qu'il travaille. Mais, visiblement, il ne travaille pas à la hauteur de l'assistance et avec la rapidité que mériteraient la détresse des victimes et les associations. Nous attendons depuis des mois – M. Geens l'avait promis pour le mois de septembre – ce projet de loi de subrogation qui permet à l'État d'agir et de se retourner contre les assurances par après. Pourtant ce projet de loi n'est toujours pas là. On nous promettait un guichet unique qui n'est toujours pas là non plus, madame la ministre.

 

Il est vraiment temps d'accélérer ce travail, de faire en sorte qu'il y ait enfin des résultats qui soient à la hauteur de ce qu'attendent les victimes des attentats. L'État n'a pas su les protéger. C'est une défaillance que nous portons collectivement. Nous devons, vous devez être à la hauteur de l'assistance qu'elles méritent aujourd'hui. Je vous demande de prendre cela à cœur et de faire accélérer le travail du gouvernement sur l'ensemble des points que vous avez cités, parce que les résultats ne sont pas encore là!

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

06 Vraag van mevrouw Sophie De Wit aan de minister van Justitie over "de vrijspraak van een Brusselse drugsbende" (nr. P2566)

06 Question de Mme Sophie De Wit au ministre de la Justice sur "l'acquittement d'une bande de trafiquants de drogue bruxellois" (n° P2566)

 

De voorzitter: Het antwoord zal worden gegeven door de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid.

 

06.01  Sophie De Wit (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, kent u het kolderieke tv-programma Little Britain? Er is daarin een sketch, waarin altijd wordt gezegd: "The computer says no". Die kolder heeft ondertussen ook de Brusselse Justitie aangetast. Dat is daar gewoon realiteit geworden.

 

Collega's, de krantenkoppen liegen er niet om: "Drugsbende gaat vrijuit". De reden is dat de computers te oud zijn om een dvd'tje af te spelen. De drugsbende verhandelde zeven ton drugs. Er wordt over de weergave van de telefoontap gediscussieerd. Men wil die tap tijdens de zitting herbeluisteren. Dat kan echter niet omdat de dvd niet kan worden afgespeeld. De zaak werd uitgesteld, maar ook daarna werkt de computer niet. Het lukt niet. Zij krijgen het toestel niet aan de praat.

 

Mevrouw de minister, wat is het gevolg? Procedurefouten worden weerhouden. De drugsbende gaat vrijuit. Justitie gaat dus vandaag opnieuw, voor de zoveelste keer, met de billen bloot. Een onderzoek gaat de vuilnisbak in.

 

Mevrouw de minister, anno 2018 mogen wij dat absoluut niet aanvaarden. Ik begrijp dat niet en de burger op straat begrijpt dat ook niet.

 

Daar komt nog bij dat ik in het krantenartikel moet lezen dat de FOD Justitie wel degelijk een computer heeft bezorgd die de dvd zou kunnen afspelen. Ergens in het Brusselse justitiepaleis is er dus een pc die misschien "ja" in plaats van "nee" zou hebben gezegd.

 

Mevrouw de minister, ik weet wel dat de scheiding der machten en het feit van een concreet dossier hier spelen. Ik zou niettemin heel graag hebben dat u enigszins toelicht wat daar is gebeurd.

 

Misschien kunnen wij op wetgevend vlak het probleem van de procedurefouten bijsturen. Dat wil ik dan graag met u bekijken.

 

Belangrijker nog is echter de vraag hoe het in godsnaam kan dat in dergelijke zaken, met name een zaak van zeven ton drugs, in Brussel geen enkele pc kan worden gevonden die de dvd kan afspelen. Waar was dat toestel dan? Waarom is de zaak niet opnieuw uitgesteld? Waarom hebben de rechters bijna berustend de schouders opgehaald en gesteld: "The computer says no"?

 

Ze hadden mij mogen bellen. Ik had mijn pc met veel plezier uitgeleend, al was het alleen maar om de dvd te kunnen afspelen.

 

Belangrijker nog en zelfs het belangrijkste voor de toekomst is dat voorzitter Hennart verklaarde dat iets dergelijks nog kan gebeuren, dat er nog zaken aankomen en dat in Brussel geen dvd's kunnen worden afgespeeld. Hij stelt bijna laconiek en berustend: "The computer says no."

 

Mevrouw de minister, dat gaan wij toch niet laten gebeuren? Wat gaan wij aan dat probleem doen?

 

06.02 Minister Maggie De Block: Mijnheer de voorzitter, mevrouw De Wit, de minister van Justitie heeft gisteren kennisgenomen van de vrijspraak in het dossier in kwestie. Die vrijspraak is gebaseerd op de vermeende onleesbaarheid van de dvd met de opnames van de integrale telefoongesprekken die werden afgeluisterd. In de zaak in kwestie werd door de griffie de onleesbaarheid van de bronbestanden geattesteerd en de rechter stelde in zijn vonnis het volgende vast:

 

"Le tribunal, en examinant ces pièces, constate que si elles ne sont pas en tant que telles illisibles, l'arborescence de contenu s'affichant correctement sur l'ordinateur n'est pas en mesure d'identifier le programme utile pour permettre l'audition de certains fichiers, soit concernant les fichiers lisibles via le programme VLC. Seule la voix d'un interlocuteur est audible, et non les réponses du deuxième."

 

Daarop werd dan tot de vrijspraak besloten, wegens schending van de rechten van de verdediging. Het spreekt voor zich dat de minister van Justitie op geen enkele wijze het vonnis van de rechter in vraag stelt, maar hij wenst toch te reageren op de persberichten ter zake.

 

In tegenstelling tot de informatie die u vanmorgen via de pers kon vernemen, waarbij de voorzitter van de Franstalige rechtbank van eerste aanleg, de heer Hennart, stelde dat de griffie onvoldoende uitgerust is om de dvd's van afgeluisterde telefoongesprekken te beluisteren, blijkt uit de vaststelling van de rechter dat de dvd wel degelijk leesbaar en beluisterbaar was, maar dat met het gebruikte programma slechts één audiokanaal werd afgespeeld. De dvd was er en was leesbaar, maar er werd een verkeerd programma gebruikt.

 

Op basis van de informatie waarover de minister van Justitie beschikt, blijkt het dus niet aan de apparatuur te wijten, maar wel aan degene die het programma heeft aangeduid dat moest worden gebruikt. In tal van andere dossiers waarin afluistermaatregelen werden bevolen, werden de opgenomen gesprekken zonder problemen beluisterd, op dezelfde griffie, via het beschikbare beluisterprogramma. Dat werd ook gerapporteerd en bevestigd door de nationale interceptiefaciliteit van de federale politie. De dvd was technisch leesbaar, maar natuurlijk moet ook het juiste programma worden gebruikt. Er werd dus een verkeerde viewer gebruikt.

 

Het openbaar ministerie onderzoekt nu of er een mogelijkheid is om hoger beroep aan te tekenen.

 

06.03  Sophie De Wit (N-VA): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord, hoewel de kolder alleen maar erger geworden is met uw antwoord.

 

Ik vind het bijna onvoorstelbaar. Dat men vrijuit gaat door een procedurefout is op zich al erg, maar dat die te wijten is aan een verkeerd gebruik maakt het heel erg.

 

Dat beroep is natuurlijk goed nieuws. Hopelijk zullen dan bekwame mensen daarover anders oordelen, maar het doet toch nadenken, mevrouw de minister. Ik mag toch hopen dat men de nodige infrastructuur heeft als men een zaak behandelt en dat men op zoek gaat naar het juiste audiokanaal. Dit is een hervormingsregering, mevrouw de minister. Dat moeten wij vooral onthouden. Wij zijn heel veel aan het doen. Wij zijn wetgeving aan het veranderen en aanpassen, ook op het gebied van strafrecht, maar als het materieel, de mensen en de middelen niet volgen, dan heeft dat allemaal geen zin.

 

Laten we op twee sporen inzetten: pijnpunten in de wetgeving aanpakken en tegelijkertijd ervoor zorgen dat men middelen en mensen heeft. Men moet dan wel ook op de juiste manier met die middelen omgaan. Dat wil ook zeggen dat men dan het juiste audiokanaal moet kunnen vinden.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Samengevoegde vragen van

- de heer Vincent Van Quickenborne aan de minister van Pensioenen over "de stakingsdreiging van het ABVV naar aanleiding van de onderhandelingen over de zware beroepen" (nr. P2567)

- mevrouw Stéphanie Thoron aan de minister van Pensioenen over "de stakingsdreiging van het ABVV naar aanleiding van de onderhandelingen over de zware beroepen" (nr. P2568)

- de heer Raoul Hedebouw aan de minister van Pensioenen over "de stakingsdreiging van het ABVV naar aanleiding van de onderhandelingen over de zware beroepen" (nr. P2569)

- de heer Frédéric Daerden aan de minister van Pensioenen over "de stakingsdreiging van het ABVV naar aanleiding van de onderhandelingen over de zware beroepen" (nr. P2570)

07 Questions jointes de

- M. Vincent Van Quickenborne au ministre des Pensions sur "les menaces de grève lancées par la FGTB à la suite des négociations relatives aux métiers pénibles" (n° P2567)

- Mme Stéphanie Thoron au ministre des Pensions sur "les menaces de grève lancées par la FGTB à la suite des négociations relatives aux métiers pénibles" (n° P2568)

- M. Raoul Hedebouw au ministre des Pensions sur "les menaces de grève lancées par la FGTB à la suite des négociations relatives aux métiers pénibles" (n° P2569)

- M. Frédéric Daerden au ministre des Pensions sur "les menaces de grève lancées par la FGTB à la suite des négociations relatives aux métiers pénibles" (n° P2570)

 

07.01  Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, er zijn nog zekerheden in het leven. Het ABVV gaat opnieuw staken.

 

Monsieur le ministre, il y a encore des certitudes dans la vie: encore une grève de la FGTB!

 

Collega's, het ABVV verzet zich opnieuw tegen de pensioenhervormingen van deze regering, terwijl wij allemaal weten dat er moet worden hervormd om de pensioenen betaalbaar te houden. Wij leven langer en toch blijft de gemiddelde pensioenleeftijd steken op 60 jaar.

 

Mijnheer de minister, er zijn ook mensen in onze maatschappij die zware taken uitvoeren. Ik denk dan aan onder andere aan bouwvakkers of zij die 's nachts moeten werken. Het is belangrijk om hen wat vroeger met pensioen te laten gaan. Dat is de inzet van het debat over de zware beroepen.

 

Ik heb het voor alle duidelijkheid over zware taken en niet over zware beroepen. Zware taken omdat doceren aan een universiteit niet te vergelijken is met veertig jaar voor een kleuterklas staan. Zware taken omdat een dakwerker niet te vergelijken is met iemand die de administratie doet in een bouwbedrijf. Dat is wat wij willen benadrukken.

 

De regering heeft een plan op tafel gelegd om aan de hand van drie criteria te bepalen wat nu al dan niet een zware taak is. Ten eerste, is het zwaar werk? Ten tweede, houdt het een veiligheidsrisico in? Ten derde, wat met de werkorganisatie, bijvoorbeeld nachtwerk?

 

Wij lezen vandaag, mijnheer de minister, dat stress als apart criterium niet werd weerhouden door de regering. Het kan wel een aanvullend element zijn, maar geen apart criterium. Ik meen dat dit juist is. Als wij iedereen met stress vroeger met pensioen laten gaan, kan de helft van België – ook u, mijnheer de voorzitter – vroeger met pensioen.

 

Collega's, het ABVV zou beter aan tafel gaan zitten in plaats van aan de zijlijn te blijven staan. Men zou zich beter het lot van de bouwvakkers, zij die 's nachts moeten werken en de dakwerkers aantrekken, zodat zij kunnen worden geholpen, in plaats van de privileges te verdedigen van mensen – mijnheer de minister van Defensie – die nog steeds op 46 jaar met pensioen kunnen gaan. Dat kan in ons land! Dat is ongelooflijk!

 

De richting die de minister volgt, is de juiste. Ik hoop, mijnheer de minister, dat u ons een stand van zaken kunt geven over dit dossier. Daarnaast hoop ik samen met veel collega's dat u zich niet zult laten chanteren door het ABVV.

 

07.02  Stéphanie Thoron (MR): Monsieur le ministre, au début de la semaine, le syndicat socialiste a enjoint le gouvernement de retirer tout nouveau projet de réforme en matière de pensions et, s'il n'obtempère pas, menace de lancer de nouvelles grèves. Il est évidemment question des dossiers étroitement liés de la pension à points et de la pénibilité. Je suis estomaquée d'entendre de tels propos!

 

Revenons sur la chronologie de ce dossier. Il est important de rappeler que la pension à points reste une recommandation de la Commission de réforme des pensions 2020-2040. Ce point figue dans l'accord de gouvernement, qui précise que: "Le gouvernement élaborera en étroite concertation avec les partenaire sociaux et le Comité national des pensions une base légale qui entrera en vigueur au plus tard en 2030 pour l'introduction d'un système à points pour le calcul de la pension et qui sera le correct reflet des droits constitués." Le Comité national des pensions a dès lors commencé à travailler sur le dossier.

 

Le 12 décembre 2016, ce même Comité a approuvé le rapport établi par la commission "pénibilité" qui définissait les quatre critères objectifs pour la reconnaissance de la pénibilité. Le 28 novembre 2016, le gouvernement a fixé le montant de l'enveloppe budgétaire pour tenir compte de la pénibilité dans les droits à la pension: 40 millions pour 2019 et 70 millions pour 2020.

 

Le 4 mai 2015, on pouvait lire dans Echo FGTB: "La FGTB déplore que le gouvernement n'envisage la question de la pénibilité que comme facteur de correction de fin de parcours. La FGTB a donc décidé d'approcher la thématique de façon offensive. La FGTB ira négocier en proposant des critères de pénibilité."

 

Le lundi 18 janvier 2016, dans un comité de la FGTB, il est dit, je cite: "La FGTB l'exige depuis des mois. Enfin, ce 18 janvier, la Commission nationale des pensions initie ses travaux sur la pénibilité du travail. Pour la FGTB, il devient urgent de garantir les départs anticipés de milliers de travailleurs qui exercent un métier pénible ou qui ont une longue carrière."

 

Monsieur le ministre, je n'y comprends plus grand-chose!

 

Pourriez-vous rappeler ici les objectifs des réformes que vous proposez et nous préciser l'état d'avancement des dossiers? Comment réagissez-vous à ces menaces proférées par la FGTB?

 

07.03  Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, mijnheer Van Quickenborne, het dossier van de zware beroepen is een heel belangrijk dossier, om de twee volgende redenen.

 

Ten eerste, op het moment dat de regering besliste om iedereen tot 67 jaar te doen werken, zei de minister dat dit niet voor iedereen zou gelden. Voor degenen die een zwaar beroep uitoefenen zou dat niet zo zijn. Dat is de reden waarom heel wat arbeiders en bedienden in ons land wachten op de beslissing van de minister omtrent de zware beroepen.

 

Ten tweede, wij zijn in België niet gelijk voor de dood. De liberalen praten altijd in algemene termen over de levensverwachting, maar in ons land is het verschil in levensverwachting in goede gezondheid tussen hoge en lage gediplomeerden 15 jaar, en zeven jaar wat de loutere levens­verwachting betreft. Zo'n verschil doet ertoe, want iemand die een zwaar beroep heeft en op 67 jaar met pensioen gaat, sterft na twee of drie jaar. Als wij er dus voor willen zorgen dat de mensen een gelijk aantal jaren van het leven kunnen genieten na hun job, dan mogen wij de pensioenleeftijd niet voor iedereen optrekken naar 67 jaar.

 

C'est ici que se pose la question des métiers pénibles. C'est une question très importante qui nous est posée aujourd'hui. Je suis étonné d'entendre que M. le ministre avait pris un accord avec les organisations du service public, portant sur quatre critères. Puis l'un d'eux se voit retiré: le critère du stress. La question qui nous est posée est la suivante: y a-t-il un lien entre cette espérance de vie et le stress de certains emplois?

 

De vraag die hier moet worden gesteld, is of er een link is tussen stress door bepaalde jobs en vroegtijdig sterven. Welnu, deze link is duidelijk en wetenschappelijk bewezen. Stress is de nieuwe druk van de 21e eeuw. Het gaat niet alleen maar om flexibiliteit, maar ook over stress. Stress doet sterven. Stress is een doodsoorzaak. Veel wetenschappers zijn het daarover eens.

 

Mijnheer de minister, hoe kunt u vandaag beslissen om die parameter eruit te halen? Mijn vraag gaat over de onderwijzers in Vlaanderen en Franstalig België. Zal het beroep van onderwijzer als zwaar beroep worden erkend? Daarover gaat het.

 

Le métier d'enseignant sera-t-il oui ou non reconnu comme pénible?

 

Dans les textes issus de l'intercabinet, dont nous disposons ici, à quatre reprises, vous ou vos collaborateurs faites mention du fait que toute forme de prépension sera interdite avant 60 ans en 2019, y compris pour les métiers pénibles. Je vous demande de confirmer ici, monsieur le ministre, que, pour l'ensemble des travailleurs, en 2019, toute forme de prépension avant 60 ans, malgré la pénibilité de certains métiers, sera interdite. Je suis très curieux d'entendre votre réponse à cette question.

 

07.04  Frédéric Daerden (PS): Monsieur le ministre, certains collègues veulent simplement attaquer et critiquer les représentants des travailleurs qui s'inquiètent des effets de vos réformes. Personnellement, j'aborderai le fond.

 

En arrivant, vous avez décidé d'imposer à tous les citoyens de travailler plus longtemps et ce, au mépris de la concertation. Lors de nos débats, vous nous avez annoncé que ces mesures fermes seraient bientôt compensées par la prise en compte de la pénibilité. Vous avez créé des attentes énormes et légitimes chez nos concitoyens. En effet, nombre d'entre eux travaillent dans des conditions difficiles. Je pense notamment aux infirmières, aux enseignants, à ceux qui pratiquent les métiers du bâtiment ou le travail à la chaîne, aux cheminots, aux militaires, aux policiers, aux pompiers et je pourrais encore en citer d'autres. Comment ces travailleurs pourront-ils travailler jusqu'à 67 ans? Vous savez pertinemment que l'espérance de vie en bonne santé est de 64 ans dans notre pays.

 

Monsieur le ministre, en décembre, nous apprenions que vous proposiez un texte portant uniquement sur le service public. Celui-ci n'a pas pu être adopté en Conseil des ministres vu les critiques de vos partenaires de majorité. Comme d'autres, je crains que la montagne accouche d'une souris.

 

Mes questions sont les suivantes.

 

Selon quel calendrier présenterez-vous votre réforme au Parlement, tant pour le secteur public que pour le secteur privé? Quelles sont les critiques de vos partenaires et comment allez-vous y répondre? Le ferez-vous simplement en supprimant un élément parmi les quatre critères, à savoir le seul qui ait été négocié avec les partenaires sociaux? Où en est la concertation avec les entités fédérées? Finalement, vers quel système se dirige-t-on? Comment allez-vous tenir compte des risques pour la santé? En effet, il s'agit du cœur du problème. Comment allez-vous transposer le projet pour le secteur privé, alors que l'on sait que la FEB rejette la notion de critères?

 

Pouvez-vous nous assurer qu'aucun travailleur occupant une fonction pénible, qui disposait de tantièmes préférentiels, ne verra sa pension diminuer s'il est incapable de prolonger sa carrière?

 

07.05 Minister Daniel Bacquelaine: Ik moet toegeven dat de stakingsdreiging van het ABVV vragen doet rijzen. Het ABVV vraagt mij om het voorontwerp van wet met betrekking tot de zware beroepen, dat momenteel wordt onderzocht door de regering, in te trekken. Zo niet dreigt de vakbond het land te blokkeren met een algemene staking.

 

Hoe moet men dergelijk gedrag van een representatieve werknemersorganisatie verklaren, terwijl het voorontwerp van wet juist tot doel heeft de zwaarte van sommige beroepen en taken te erkennen en bijkomende pensioenrechten toe te kennen aan werkenden dankzij die erkenning? De tekst laat via de erkenning van de zwaarte van de beroepen toe dat werkenden ofwel vroeger met pensioen gaan, ofwel een hoger pensioenbedrag ontvangen, indien zij beslissen hun beroepsactiviteit voort te zetten.

 

Depuis le début de la législature d'ailleurs, la FGTB réclame cette réforme qui vise à atténuer, pour les travailleurs dont les tâches seraient reconnues pénibles, l'impact du relèvement de l'âge de la retraite.

 

Alors que le projet est sur le point d'être approuvé en première lecture par le Conseil des ministres, le syndicat socialiste fait volte-face et s'oppose maintenant à la réforme. Comment l'expliquer, si ce n'est pour des raisons strictement politiques.

 

Il faut également souligner que l'avant-projet de loi doit encore être soumis à la concertation sociale. Les textes ne sont donc pas définitifs. J'appelle par conséquent la FGTB à discuter des textes là où la concertation sociale doit avoir lieu, c'est-à-dire au Comité A ou au Comité de gestion du Service fédéral des Pensions et non dans la rue ou en bloquant l'activité économique du pays.

 

Pour ce qui concerne la pension à points – il s'agit d'une recommandation du rapport Vandenbroucke, comme l'a souligné Mme Thoron –, les discussions viennent de se terminer entre les partenaires sociaux siégeant au Comité national des Pensions. Nous allons maintenant analyser les remarques qui ont été faites par les partenaires sociaux, avant de décider des orientations qu'il convient de donner à cette réforme. Pour l'heure, il n'y a donc pas encore d'avant-projet de loi qui pourrait être retiré.

 

Pour répondre à la question de M. Daerden qui m'a demandé de quelle manière les critères de pénibilité seront définis, je peux lui indiquer que l'avant-projet de loi se réfère aux quatre critères qui ont été définis par le Comité national des Pensions, dans son rapport du 12 septembre 2016, à savoir les contraintes physiques, l'organisation du travail, les risques de sécurité et la nature mentale ou  émotionnelle de la pénibilité. Ce sont ces quatre critères qui permettront, dans le cadre de la concertation sociale, de dresser la liste des fonctions pénibles.

 

Dès lors, je ne peux pas indiquer à ce stade quelles sont les fonctions qui bénéficieront d'une reconnaissance de pénibilité. Et contrairement à ce que M. Hedebouw semble suggérer, je ne considère pas, pour ma part, que les enseignants devraient a priori être exclus d'une telle reconnaissance.

 

Comme je l'ai déjà indiqué en commission des Affaires sociales, l'avant-projet de loi se fonde, par ailleurs, sur une note de synthèse établie par le secrétariat du Comité national des Pensions qui vise à rapprocher les points de vue qui ont été exprimés en commission Secteur public. L'avant-projet de loi met en œuvre un certain nombre de principes suite à cela: garantir une flexibilité au travailleur bénéficiant d'une reconnaissance de pénibilité en lui donnant le libre choix entre le départ anticipé ou une majoration du montant de sa pension; veiller au respect des conditions légales pour le départ anticipé – monsieur Hedebouw, vous confondez prépension et pension anticipée, ce qui m'étonne de votre part.

 

L'âge minimum de 60 ans doit, par exemple, être respecté. Il est clair que la réforme sur la pénibilité ne va pas venir effacer les réformes précédentes votées dans ce parlement et exécutées par le gouvernement. En outre, il faut prévoir une durée minimale de pénibilité ainsi qu'une gradation dans la reconnaissance de la pénibilité.

 

De heren Hedebouw en Van Quickenborne hadden specifieke vragen over de factor stress. In het voorontwerp van wet wordt de zwaarte van een beroep niet op basis van dat ene criterium erkend; dat kan enkel in combinatie met een ander criterium.

 

En réponse à la question de M. Daerden qui me demande ce qu'il en est des contractuels de la fonction publique, je peux lui dire que la question est évidemment envisagée. Pour ce qui concerne les économies qui résulteront de la mise en œuvre de l'avant-projet de loi sur la pénibilité, je peux confirmer ce que j'ai toujours indiqué, l'octroi de modalités plus favorables en pension liées à une reconnaissance de pénibilité n'engendre pas une économie mais bien un coût, monsieur Hedebouw et monsieur Daerden. Je peux d'ailleurs vous dire qu'il y a des budgets fermés, une enveloppe fermée, bien entendu. Il faut une enveloppe fermée! L'enveloppe existe et vous la connaissez.

 

Par contre, effectivement, nous allons, en parallèle, supprimer les tantièmes préférentiels d'un certain nombre de professions. C'est vrai! Ce qui est généré en économie par la suppression des tantièmes est recyclé dans la reconnaissance de la pénibilité et permet de passer d'un vieux système archaïque du dix-neuvième siècle à un système moderne qui se base sur des critères objectifs, quantifiables, objectivables et qui collent à la réalité du marché du travail d'aujourd'hui. C'est cela que nous allons faire.

 

En conclusion, monsieur le président, je voudrais conseiller à M. Hedebouw – je compte d'ailleurs sur lui – de convaincre ses amis de la FGTB de soutenir cette réforme qui va permettre de mieux tenir compte de la réalité des fonctions exercées et de récompenser ceux qui ont exercé un travail pénible et lourd. 

 

07.06  Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de minister, dank u voor uw strijdvaardig­heid. U hebt hier duidelijk aangetoond dat u zich niet laat chanteren door die vakbond. Trouwens, ik heb respect voor de andere vakbonden die wel aan de tafel blijven zitten en die wel onder­handelen. De liberale en de christelijke vakbond doen dat wel.

 

Er is in het dossier van de pensioenen niets zo gemakkelijk dan onbetaalbare beloften te doen. Het ABVV heeft dat gedaan, en ik zie dat de collega's van de sp.a dat nu ook doen. De sp.a belooft 1 500 euro pensioen om 42 jaar te werken. Dat wil zeggen: meer pensioen voor minder werk. Ik heb de factuur berekend: 10 miljard euro kost die belofte. Hoe zult u dat betalen? Hoe zult u dat betalen, collega's?

 

Wat er moet gebeuren, is wat deze regering doet: stap voor stap langer werken, stap voor stap het pensioenbedrag verhogen, en uiteraard rekening houden met mensen met een zware taak. Dat is de noodzakelijke en rechtvaardige hervorming die deze regering onder deze minister doet.

 

07.07  Stéphanie Thoron (MR): Monsieur le ministre, merci pour votre réponse.

 

Chacun doit prendre ses responsabilités. D'abord vous, monsieur le ministre, en tant que représentant de ce gouvernement, vous devez poursuivre ces réformes en y associant toujours les partenaires sociaux. Vous vous y êtes engagé dès le départ et vous l'avez toujours fait. Ensuite, les partenaires sociaux, y compris les syndicats, doivent pouvoir se mettre autour de la table, là où, comme vous l'avez dit, les négociations doivent avoir lieu, plutôt que dans la rue.

 

07.08  Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Monsieur le ministre, vous parlez d'un coût, mais vos propres débatteurs en intercabinets disent clairement que cela va générer une économie de 2,5 milliards. La question est budgétaire. Le débat est en fait de savoir comme épargner sur le dos des pensionnés! C'est écrit noir sur blanc! Vous êtes borné idéologiquement au niveau de ce budget et vous voulez le faire payer par les pensionnés.

 

Mijnheer de minister, ten tweede, u spreekt hier over vier criteria. U speelt daar een beetje met de waarheid. Punt is dat uw vierde criterium, de emotionele belasting, niet meer zal gelden als alleenstaand criterium, het wordt gekoppeld aan de andere drie. Dat is een groot verschil. U moet hier niet liegen. Dat wil zeggen dat bepaalde sectoren met alleen dat laatste criterium van emotionele belasting, niet zullen kunnen erkend worden. De heer Spooren gaat akkoord en knikt.

 

Beste collega's, dit wil zeggen dat bijvoorbeeld onderwijzers die alleen op dat vierde criterium een beroep kunnen doen, eruit vallen. Dat durft de minister hier niet zeggen. Maar dat is hetgeen nu op tafel ligt. Et c'est très grave. De ziektedagen van de Vlaamse onderwijzers zijn immers met 2,5 dagen per jaar verhoogd door de druk.

 

Mijnheer de minister, u moet de waarheid zeggen tegen de arbeiders en bedienden in dit land. Daarom gaan wij strijd voeren tegen die maatregelen.

 

07.09  Frédéric Daerden (PS): Monsieur le ministre, il ne suffit pas de rencontrer les délégations, il faut encore les écouter et tenir compte de leurs remarques. Une réforme qui tient compte de la réalité sociale des travailleurs et de leur santé est nécessaire. Il faut une application objective des critères et non pas des critères objectifs appliqués par arrêté royal que vous déciderez seul, sans négociation. Tout ceci est basé sur des enveloppes fermées et sur un jackpot que vous tirerez de la suppression des tantièmes préférentiels.

 

Votre projet créera, une fois de plus, des discriminations entre les travailleurs et il va remettre en cause les périodes assimilées à votre notion de "prestation effective". Vous le savez, votre réforme nie totalement une approche globale. Si vous ne sortez pas de l'enveloppe fermée, votre réforme sera un leurre et vous aurez grugé des milliers de travailleurs.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

08 Vraag van mevrouw Veerle Wouters aan de eerste minister over "de zetelverdeling in het Europees Parlement na de brexit" (nr. P2571)

08 Question de Mme Veerle Wouters au premier ministre sur "la répartition des sièges au Parlement européen après le Brexit" (n° P2571)

 

De voorzitter: Het antwoord zal worden gegeven door de minister van Pensioenen.

 

08.01  Veerle Wouters (Vuye&Wouters): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, hartelijk dank om in de plaats van de premier te willen antwoorden.

 

Drieënzeventig Britse parlementsleden verlaten het Europees Parlement. Het zou de logica zijn dat die 73 zitjes gewoon verdwijnen. Die logica houdt echter geen rekening met de eurofolietjes die Verhofstadt en co in gedachten hebben. Immers, 27 van die 73 zitjes worden herverdeeld onder de overblijvende EU-lidstaten. Daarbij wil ik opmerken dat dit 345 600 euro per maand kost. Dat is nog niet alles, want er blijven 46 zitjes over. Worden die opgedoekt? Nee, van die 46 worden er 30 gereserveerd voor een Europese kieskring. Kostprijs: 384 000 euro per maand.

 

Ik wil er even op wijzen dat die eurofolietjes negen miljoen euro per jaar zullen kosten. Ik houd dan nog maar alleen rekening met de kostprijs van de parlementsleden, nog niet met de kostprijs van hun medewerkers.

 

België is, op één na, de grootste betaler aan de Europese Unie. Luxemburg gaat ons daarin voor. Een Vlaming en een Waal betalen 533 euro per jaar aan de EU, terwijl een Nederlander maar 288 euro per jaar aan de EU betaalt. Voor een Roemeen gaat het om 80 euro en voor een Bulgaar nog maar om 66 euro.

 

Beste collega's, als tweede grootste betaler aan de EU denk ik dat wij het recht hebben om een halt toe te roepen aan die eurofolietjes. Immers, de bijdrage zal niet hetzelfde blijven, maar zal nog stijgen, aangezien de kosten verdeeld moeten worden onder minder personen, daar de Britten weggaan.

 

Wij zien echter dat de Franse president Emmanuel Macron voorstander is van een Europese kieskring. We kennen onze premier: hij kijkt heel graag naar het zuiden en profileert zich graag als de Belgische Macron. Ook onze premier is voorstander van een Europese kieskring. Ook onze buitenlandminister Reynders ziet ook zo'n Europese uitloopbaan wel zitten. Ik vraag mij af of wij misschien een politieke versie van werkbaar werk aan het realiseren zijn.

 

Mijnheer de minister, ik zou daarom graag het standpunt van de Belgische regering kennen omtrent die eurofolietjes.

 

08.02 Minister Daniel Bacquelaine: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Wouters, ik heb het antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken.

 

Op 23 januari heeft het Europees Parlement in de commissie voor de Constitutionele Zaken een voorstel goedgekeurd. Het stelt voor om 27 van de 73 Britse zetels die na de brexit zullen vrijkomen te herverdelen ten gunste van landen die momenteel ondervertegenwoordigd zijn. De andere 46 zetels gaan in een reserve die zal dienen voor de toekomstige lidstaten, alsook in een transnationale lijst. België zou zijn 21 zetels behouden.

 

Dit voorstel moet nog worden goedgekeurd door de plenaire vergadering van het Europees Parlement en zal dan aan de Europese Raad worden voorgelegd, die hierover unaniem dient te beslissen.

 

Het Belgisch standpunt zal dus in de komende weken worden bepaald.

 

08.03  Veerle Wouters (Vuye&Wouters): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord, dat blijkbaar een antwoord is van de minister van Buitenlandse Zaken en niet van de premier, aan wie ik nochtans mijn vraag had gericht. Geen probleem, want de regering is een en ondeelbaar.

 

U hebt mij niets nieuws verteld. Wij weten dus niet wat het standpunt van deze regering zal zijn.

 

Een zaak is voor ons duidelijk. Wij willen geen geldverslindend mega-Europa dat de ondergang van de natiestaten inleidt. Wat willen wij wel? Wij willen een Europa dat rekening houdt met de regio's Vlaanderen en Wallonië en wij willen een EU zonder democratisch deficit. Als wij nu naar de EU kijken, moet zij nog veel bewijzen, want op dit ogenblik heeft ze al veel gefaald. Kijk naar Catalonië, kijk naar de vluchtelingenstroom. Dat Europees bureaucratische verhaal werkt blijkbaar niet. De EU draagt ook een verpletterende verantwoordelijkheid wanneer wij naar Calais kijken, maar ook naar ons Maximiliaanpark.

 

Heel duidelijk, 73 Britten vertrekken na de brexit, dus dat betekent exit 73 mandaten.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Samengevoegde vragen van

- de heer Alain Top aan de minister van Defensie, belast met Ambtenarenzaken, over "de duurder uitvallende F-35's" (nr. P2573)

- mevrouw Karolien Grosemans aan de minister van Defensie, belast met Ambtenarenzaken, over "de duurder uitvallende F-35's" (nr. P2574)

09 Questions jointes de

- M. Alain Top au ministre de la Défense, chargé de la Fonction publique, sur "le coût plus élevé que prévu des F-35" (n° P2573)

- Mme Karolien Grosemans au ministre de la Défense, chargé de la Fonction publique, sur "le coût plus élevé que prévu des F-35" (n° P2574)

 

09.01  Alain Top (sp.a): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, twee of drie vliegtuigen zijn nog in de running voor de vervanging van de F-16. Daarover is de regering het blijkbaar nog niet eens.

 

Uit een Amerikaanse mededeling van eind vorige week blijkt dat de F-16 voor ons land de helft meer zou kosten dan het budget waarin onze regering voorziet. Collega's, de F-35 kost ondertussen al twee miljard meer dan geraamd. Daarbij komen nog werkingskosten die op 10 miljard euro zijn geraamd. Voor de sp.a is een dergelijke, uit de hand gelopen miljardenaankoop, terwijl de regering vijf miljard wegsnijdt in de sociale zekerheid en in de pensioenen, onacceptabel.

 

Ik kan niet begrijpen dat deze regering doorgaat met dit dossier en al zeker niet met de F-35, waarover zelfs Amerikanen vragen stellen. Deze week nog lieten zij weten dat dit toestel met 38 000 euro werkingskosten per uur te duur zou zijn om alleen in te zetten in de strijd tegen terrorisme, zoals nu in Syrië en Irak. De Amerikanen onderzoeken op dit ogenblik nieuwe pistes waarbij zij veel goedkopere toestellen willen aankopen om deze missies te ondersteunen en te begeleiden.

 

Een aantal leden in het Amerikaanse Congres bespraken eergisteren een rapport over de F-35. Blijkbaar kan het programma dat nu al 16 jaar loopt niet op tijd worden afgerond. De belangrijkste testfase, de gevechtscapaciteit, loopt alweer een jaar vertraging op. Met andere woorden, voor december 2019 weet niemand of de F-35 in een gevecht kan worden ingezet.

 

Mijnheer de minister, vindt u het normaal dat de F-35 nu al de helft duurder wordt geraamd? Blijft de F-35 met alle gebreken die al gekend zijn, voor u nog steeds een optie?

 

09.02  Karolien Grosemans (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, recent konden wij in de Amerikaanse pers lezen dat het Amerikaanse State Departement, het ministerie van Buitenlandse Zaken, zijn goedkeuring geeft aan de exportvergunning van de F-35 aan België. Zij stelden aan het Congres een raming van de waarde van de markt voor van 6,53 miljard dollar, zonder aan te geven wat daar inbegrepen is.

 

Mijnheer de minister, kunt u hierover een toelichting geven?

 

09.03 Minister Steven Vandeput: Mijnheer de voorzitter, op 17 maart 2017 heeft de regering conform het regeerakkoord beslist om de vervanging van de F-16 te doen middels een RfGP, een Request for Government Proposal. De procedure betreft dus een competitie tussen verschillende landen. In de week na 17 maart zijn vijf mogelijke kandidaten hun dossier komen afhalen.

 

Op 7 september 2017 was er een eerste deadline voor het inleveren van het dossier door de kandidaten die dat wensten. Wij hebben op dat ogenblik dossiers ontvangen van twee kandidaten, namelijk BAE Systems voor de Eurofighter Typhoon en het staatsagentschap dat de VS vertegenwoordigt voor de F-35. Wat mij betreft, loopt vandaag dus een procedure waarvan de volgende vervaldag 14 februari zal zijn. Op 14 februari zullen wij zien welke kandidaten een best and final offer hebben ingediend.

 

Mijnheer Top, het is moeilijk om daar niet politiek in te interveniëren. In het verleden is dat wel anders geweest, maar voor mij is het essentieel dat wij vertrouwen hebben in de meer dan 30 experts die elk in hun domein en onafhankelijk van elkaar een evaluatie van de verschillende ontvangen dossiers zullen maken. Ik voel mij dan ook op geen enkele manier geroepen of gebonden om vandaag, met een lopende procedure, antwoorden te geven over welke kandidaat die deelneemt aan de competitie dan ook. Ik voel mij daar totaal niet door gebonden. Ik begrijp dat uw partij andere zaken gewoon is en dat men alles liever op een andere manier zou regelen, maar ik voer de beslissing van de regering van 17 maart 2017 uit. (Tumult)

 

De voorzitter: Collega's, gelieve de minister te laten uitspreken.

 

09.04 Minister Steven Vandeput: Ik zal zelfs meer zeggen: ik vind het totaal ongepast om over welke kandidaat dan ook politieke antwoorden te verwachten tijdens een lopende procedure, totaal ongepast!

 

Mevrouw Grosemans, ik kan u garanderen dat de regering lang heeft gediscussieerd. Er is uiteindelijk besloten om voor een objectiveerbare, juridisch correcte procedure te gaan en ik, als vakminister, zal die uitvoeren.

 

09.05  Alain Top (sp.a): Mijnheer de minister, ik moet vaststellen dat uw antwoord qua inhoud alleszins niet veel betekende. U maakt ons altijd verwijten, dat is een eerste vaststelling.

 

Ten tweede, als het over de prijs gaat, wij twijfelen er niet aan dat de Amerikanen een raming hebben gemaakt als antwoord op ons request.

 

09.06 Minister Steven Vandeput: U weet meer dan ik.

 

09.07  Alain Top (sp.a): Dat staat in de tekst, mijnheer de minister. Dat kunt u lezen in de tekst van het Amerikaanse ministerie. Het ontgoochelt mij dan ook dat u blijft doorgaan op dit dood spoor en dat u de F-35 blijft verdedigen. U laat dit toestel meespelen als volwaardig opvolger van de F-16, al is het inmiddels duidelijk dat er geen garanties zijn inzake de prijs noch inzake de timing — het wordt steeds uitgesteld — en evenmin inzake de kwaliteit.

 

Gisteren, bij de bespreking van de resolutie over de kernwapens was het duidelijk dat de meerderheid opteerde voor een vliegtuig dat kernwapens kan dragen.

 

09.08  Karolien Grosemans (N-VA): Mijnheer de minister, ik vond uw uitleg zeer duidelijk. Ik zal het de heer Top even uitleggen.

 

Mijnheer Top, de bedragen die in de pers verschenen, hebben niets te maken met de offertes. Ze kwamen van het Amerikaanse State Department en hadden betrekking op de exportvergunning. Dat is iets compleet anders.

 

Vervolgens, deze regering heeft beslist om de F-16 te vervangen omdat wij een loyale en performante partner willen blijven, zowel binnen de NAVO als in Europees verband. Wij hebben daartoe een open en transparante competitie uitgeschreven. Alle aspecten komen aan bod, zowel de Europese samenwerking als de economische aspecten. Ik heb ook alle vertrouwen in de procedure. De competitie verloopt correct en legaal.

 

Tot slot, mijnheer Top, wij zullen zeker zo voort werken, met een correcte en legale procedure. Wij hebben geen interesse in procedures op basis van obscure belangen en aanbiedingen in achterkamertjes. Trouwens, gisteren is het mij in de commissie alweer duidelijk geworden dat de enigen die in dit dossier zwaar lobbyen en op alle manieren proberen een correcte procedure onderuit te halen, opnieuw de socialisten zijn.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

10 Samengevoegde vragen van

- de heer Tim Vandenput aan de minister van Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, over "de uitbreidingsplannen van Brussels Airport" (nr. P2580)

- de heer Eric Van Rompuy aan de minister van Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, over "de uitbreidingsplannen van Brussels Airport" (nr. P2581)

10 Questions jointes de

- M. Tim Vandenput au ministre de la Mobilité, chargé de Belgocontrol et de la Société Nationale des Chemins de fer Belges, sur "les projets d'extension de Brussels Airport" (n° P2580)

- M. Eric Van Rompuy au ministre de la Mobilité, chargé de Belgocontrol et de la Société Nationale des Chemins de fer Belges, sur "les projets d'extension de Brussels Airport" (n° P2581)

 

10.01  Tim Vandenput (Open Vld): Mijnheer de minister, gisteren organiseerde Brussels Airport Company een informatievergadering voor de inwoners van Kortenberg en Steenokkerzeel over de uitbreidingsplannen voor de luchthaven.

 

Brussels Airport Company is een privébedrijf. Dat is geen overheidsbedrijf. U bent geen voogdijminister van BAC, mijnheer de minister, u bent onze minister van Mobiliteit. De perceptie die de jongste maanden inzake de uitbreidingsplannen heerst, collega's, is dat de uitbreiding enkel over de infrastructuur gaat: over een taxiweg naast 25L in Steenokkerzeel en over de eventuele uitbreiding van 25L in de richting van Erps-Kwerps.

 

Volgens mij is er nog een andere mogelijkheid om de capaciteit van de luchthaven snel uit te breiden, namelijk het uitrusten van de huidige drie banen met de nieuwste technologie om vliegtuigen sneller te kunnen doen landen en opstijgen. Men kan Belgocontrol ook vragen nieuwe instrumenten te implementeren die de afhandeling van de vluchten in nauwere corridors beter doen verlopen.

 

De geluidsoverlast wordt ook gegenereerd door oude vliegtuigen die op Zaventem landen. Nochtans maken modernere vliegtuigen als de A350, de A380 en de Boeing 787 veel minder geluid. Ook al hanteert Brussels Airport Company hogere landingstarieven voor lawaaierige vliegtuigen, die blijven hierheen komen.

 

Mijnheer de minister, vorig jaar was u op werkbezoek bij uw Nederlandse collega's op Schiphol. Hebt u daar nieuwe technologieën en instrumenten gezien, die BAC ook zou kunnen implementeren om de capaciteit te verhogen?

 

Is Belgocontrol bezig met het onderzoeken en implementeren van nieuwe instrumenten om de afhandeling van het verkeer in de lucht beter te organiseren?

 

Zult u Brussels Airport Company vragen meer oude toestellen te bannen door bijvoorbeeld nog hogere tarieven te heffen voor lawaaierige toestellen?

 

Ik kijk uit naar uw antwoorden.

 

10.02  Eric Van Rompuy (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, gisterenavond vonden in Steenokkerzeel en Kortenberg informatievergaderingen plaats, georganiseerd door Brussels Airport Company. Er werd een aantal plannen ontwikkeld om de luchthaven uit te breiden. Men spreekt van een verdubbeling van het aantal reizigers tegen 2040 en een substantiële verhoging van de capaciteit. Die voorstellen komen neer op de aanleg van nieuwe startbanen en de invoering van nieuwe modaliteiten om te starten met een enorme overlast tot gevolg over bepaalde regio's.

 

Mijnheer de minister, u gaf hier vorige week toe dat de regering niet in staat is om een consultantbureau aan te stellen dat moet nagaan hoe men een evenwichtige spreiding tot stand kan brengen op basis van objectieve criteria. De impasse is totaal, niet alleen op het vlak van objectivering, maar ook op politiek vlak door de politieke beslissingen van het Brussels Gewest inzake de boetes, een jarenlange aanslepende problematiek. Op dat ogenblik lanceert BAC een totaal nieuw denkspoor, dat haaks staat op alle inspanningen die u hebt geleverd. In de Vlaamse Rand aanvaardt men dat niet. De nieuwe pistes betekenen een zware belasting richting Kortenberg en Leuven. Bovendien, stijgt men op richting Zaventem – ik woon in Zaventem, Sterrebeek of Tervuren, krijgt heel de Vlaamse oostrand de helft van alle vluchten over zich. Dat is de beste manier om tot niets te komen.

 

BAC is natuurlijk een autonome maatschappij, maar de voorzitter van BAC is de heer Marc Descheemaecker, die zich ook in andere dossiers vorige week geprofileerd heeft. Welnu, hij is eigenlijk politiek mee verantwoordelijk voor hetgeen BAC voorstelt en daarmee keldert BAC eigenlijk alle inspanningen, die u omwille van een evenwichtig akkoord geleverd hebt, inspanningen die ik ten zeerste waardeer.

 

Dan heb ik het nog niet over de hypocrisie, die aan de dag gelegd wordt. Terwijl bepaalde N-VA-burgemeesters in de regio luid en terecht tegen de overlast protesteren, staat de heer Descheemaecker helemaal achter de uitbreiding van de luchthaven. Dat is totale hypocrisie.

 

Mijnheer de minister, ik vraag dan ook dat u contact opneemt met de heer Descheemaecker, die voorzitter is van Brussels Airport Company, opdat hij geen hoorzittingen meer zou organiseren waarmee hij het draagvlak voor de aanwezigheid van de luchthaven helemaal ondermijnt, terwijl het net de bedoeling is dat die luchthaven kan groeien, in een evenwicht tussen economie en ecologie.

 

10.03 Minister François Bellot: Mijnheer de voorzitter, collega's, ten eerste, Brussels Airport Company is een privé- en geen overheidsbedrijf. De federale overheid is enkel aandeelhouder van de luchthaven. Als minister van Mobiliteit heb ik dan ook niet de voogdij over Brussels Airport.

 

Wel ben ik bevoegd voor de licentie die in 2004 aan Brussels Airport werd gegeven en die een maximumcapaciteit per uur toelaat. Daar gaat het debat nu echter niet over.

 

Brussels Airport Company bereidt zijn toekomst voor. Net zoals andere privébedrijven moet het dat doen binnen het legale kader dat bijvoorbeeld voor de noodzakelijke vergunningen van toepassing is. Het bedrijf communiceert over dat proces op de manier waarop het dat wenst. Als politicus en als burger verwacht ik dat het dat op een volledige, transparante en eerlijke manier doet. Mijnheer Van Rompuy, ik heb ter zake echter geen bevoegdheid.

 

Mijnheer Vandenput, er bestaan inderdaad mogelijkheden om de capaciteit te verhogen. Dat zijn technologische hulpmiddelen. Er zijn bijvoorbeeld tools die het beheer van het vliegverkeer rationaliseren, waardoor de capaciteit kan worden verhoogd en de geluidsoverlast kan worden verminderd. Belgocontrol is bezig met de analyse van dergelijke tools.

 

Zoals ik al opmerkte, is dat echter niet de vraag van vandaag. Brussels Airport Company wil tegen 2040 de capaciteit verhogen. De vraag van vandaag gaat over een globale aanpak van het probleem van de huidige overlast rond de luchthaven en het door het regeerakkoord opgelegde noodzakelijke evenwicht tussen economie en het welzijn van de bevolking.

 

In dat kader heb ik verschillende concrete voorstellen gedaan. De vermindering van het aantal vliegtuigen die te veel lawaai maken en de vervanging ervan door moderne en dus stillere vliegtuigen behoren tot dat brede pakket maatregelen.

 

10.04  Tim Vandenput (Open Vld): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw duidelijk antwoord.

 

Onze partij is voor de uitbreiding van de capaciteit van de luchthaven en wij kunnen met Brussel niet achterblijven terwijl de groei in andere luchthavens merkbaar is. Onze luchthaven zorgt voor jobs en welvaart voor de streek, maar de uitbreiding van de capaciteit kan alleen maar in harmonie plaatsvinden met de omgeving en de omwonenden.

 

Wij zijn ervan overtuigd dat men eerst de technologische oplossingen moet implementeren, vooraleer mensen te onteigenen of groene ruimte te betonneren voor de eventuele verlenging van de startbanen. Voor ons geen verlenging en geen onteigeningen.

 

Wij vinden dat nog meer lawaaierige bakken moeten worden gebannen. De tarieven voor die toestellen moeten nog de hoogte in. Laten we de volgende maanden en jaren op die twee maatregelen inzetten, zodat wij de inwoners niet ongerust hoeven te maken met infrastructuurplannen die er waarschijnlijk niet hoeven te komen.

 

10.05  Eric Van Rompuy (CD&V): Ik ben het eens met zowel de heer Vandenput als de minister. Op dit moment hebben wij te maken met heel de discussie over Brussel en de boetes. Bovendien zit het dossier al gedurende jaren geblokkeerd.

 

Het klopt dat u niets te zeggen heeft aan BAC. Als de voorzitter van de raad van bestuur zich echter achter plannen schaart die haaks staan op wat de regering doet – ik meen dat N-VA nog steeds deel uitmaakt van de regering – dan ondermijnt dat heel het beleid dat moet worden gevoerd.

 

Mijnheer Vandenput weet dat wij voorstander zijn van het behoud en de groei van de werkgelegenheid in onze regio. Ik ben 20 jaar schepen in Zaventem geweest. Er werken 60 000 mensen op ons grondgebied. De luchthaven zal alleen overleven, als er een evenwichtige spreiding komt die rekening houdt met de leefbaarheid van een aantal gemeenten.

 

Door plannen voor te leggen aan de bevolking, waarbij de helft van de vluchten over Leuven en Tervuren gaat, maakt men het draagvlak kapot. Als men bij BAC meent op die manier de toekomst voor te bereiden, dan kan ik dat enkel veroordelen. Het gaat niet over partijpolitiek. Ik spreek ook als inwoner van de regio, die al 20 jaar daarmee begaan is. Als er in de toekomst geen evenwicht, geen spreidingsplan, geen vliegwet komt, is de toekomst van de luchthaven, ook inzake werkgelegenheid, gehypothekeerd.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

11 Vraag van mevrouw Anne Dedry aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de strengere controles op misbruiken in het kader van de dringende medische hulp" (nr. P2582)

11 Question de Mme Anne Dedry à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "le renforcement des contrôles sur les abus en matière d'aide médicale urgente" (n° P2582)

 

De voorzitter: De vraag is gericht aan minister De Block, maar minister Ducarme is bevoegd voor deze materie.

 

11.01  Anne Dedry (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, u hebt eergisteren in de commissie een wetsontwerp voorgelegd om de controle op de dringende medische hulpverlening te verscherpen, wegens zogenaamde misbruiken. Na lang aandringen kregen wij de cijfers over de zogenaamde misbruiken. Weet u over hoeveel gevallen het ging, collega's? Over twaalf individuele situaties op zes maanden tijd.

 

Ik geef een voorbeeld. U spreekt over misbruiken in de plastische chirurgie. Het gaat over één geval, collega's, over één situatie, terwijl in het rapport ook duidelijk verwezen wordt naar een meerderheid van situaties met onder meer kanker, dialyse en hartfalen. Hoe hardvochtig is deze regering? Eerst viseert u burgers die vluchtelingen opvangen. Nu viseert u artsen die, vaak vrijwillig en gratis, medische hulp geven aan zeer kwetsbare mensen.

 

U bent samen met minister De Block bevoegd. Daarom heb ik aan u beiden drie vragen.

 

Ten eerste, bevestigt u dat dit wetsontwerp in de Ministerraad is besproken op 20 juli 2017? Vicepremier Jambon heeft namelijk in Terzake verklaard dat het niet in de Ministerraad is besproken.

 

Ten tweede, de artsen hebben de eed van Hippocrates gezworen. Minister De Block is een arts. Zij heeft die eed ook gezworen. Hebt u er dan geen vertrouwen in, mijnheer de minister, dat artsen in eer en geweten beslissen wie welke medische hulp krijgt?

 

Ten derde, waarom vergroot u die misbruiken uit?

 

11.02 Minister Denis Ducarme: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Dedry, u verwijst naar ons lang debat van dinsdag in de commissie voor de Volksgezondheid tijdens de voorstelling van het wetsontwerp over de dringende medische hulp. Het gaat over een wetsontwerp dat op 20 juli werd goedgekeurd door de Ministerraad. U herinnert zich wellicht nog dat het lang debat afgesloten werd met een stemming, artikel per artikel, en die stemming was positief. Sommige artikelen werden zelfs unaniem goedgekeurd. Daaruit leid ik dus af dat de tekst niet zoveel verdeeldheid zaait als sommigen doen uitschijnen.

 

Dat wetsontwerp moet in zijn geheel bekeken worden. Het voorziet concreet in verbeteringen voor alle actoren die bovendien geraadpleegd werden. Het ontwerp raakt niet aan de fundamenten van de dringende medische hulp. Integendeel, het versterkt die nog.

 

Ten eerste, de verlenging van de periode voorafgaand aan de beslissing tot tenlasteneming door het OCMW, namelijk van 45 naar 60 dagen, komt tegemoet aan een vraag van de OCMW's.

 

Ten tweede, de wijziging van de bevoegdheids­regels zal het mogelijk maken om aan de patiënt de continuïteit van zijn zorgen te garanderen.

 

Ten derde, dit ontwerp dat in juli werd goedgekeurd door de Ministerraad, beoogt een versterking van de controlecapaciteit van de HZIV via een controlearts. Dat staat in het regeerakkoord. Vóór de controles MediPrima werden die controles uitgeoefend door de OCMW's. Dat is niet nieuw.

 

De dringende medische hulp is een van de essentiële elementen van het recht van iedereen op menselijke waardigheid. Daarover is iedereen het eens. Echter, de analyse van de adviserend geneesheer van de HZIV slaat op een beperkt aantal gevallen, namelijk 6 % tussen januari en juni 2016, en dus niet – we moeten precies zijn, mevrouw Dedry – op alle gevallen van de dringende medische hulp over die periode. Ik denk dat ook u het professionalisme van deze arts niet in twijfel zult trekken.

 

Ons debat gaat verder. Dat werd in de commissie voor de Volksgezondheid gevraagd in het kader van de tweede lezing van dit ontwerp. Tot zeer binnenkort dus, mevrouw Dedry.

 

11.03  Anne Dedry (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik ben blij dat wij het op zijn minst over een zaak eens zijn, namelijk dat elke mens recht heeft op dringende medische hulpverlening en dat dit over noodzakelijke hulp gaat, want het is een mensenrecht.

 

Ik betwist ook helemaal niet dat u technische verbeteringen aanbrengt aan de wet. Ik heb daarvoor gestemd, maar het is een feit dat u een heel artikel hebt dat over inhoud gaat en waar u alleen maar delegeert aan de Koning. Daardoor kunnen en zullen wij geen parlementair debat hebben.

 

Tot slot, ik vind het heel droevig dat u een beleid baseert op een aantal misbruiken en op één analyse. Dit is geen zorgvuldig beleid, dit is symboolpolitiek.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

12 Question de M. Jean-Jacques Flahaux au secrétaire d'État au Commerce extérieur, adjoint au ministre chargé du Commerce extérieur, sur "l'adhésion de la Belgique à l'Asian Investment and Infrastructure Bank" (n° P2583)

12 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan de minister belast met Buitenlandse Handel, over "de toetreding van België tot de Asian Infrastructure Investment Bank" (nr. P2583)

 

12.01  Jean-Jacques Flahaux (MR): Monsieur le secrétaire d'État, en octobre 2013, en marge du sommet de la Coopération économique Asie-Pacifique, organisé à Bali, les autorités chinoises ont émis l'idée de fonder la Banque asiatique d'investissement pour les infrastructures.

 

Sur proposition du ministre des Finances belge, le Conseil des ministres a donné son accord de principe à la candidature de notre pays en tant que membre ordinaire au sein de la Banque asiatique d'investissement pour les infrastructures, fondée en 2014. La Belgique en fait donc désormais partie, en compagnie de 84 autres États et institutions. En décembre dernier, l'Équateur et d'autres pays les ont rejoints.

 

La participation de notre pays vise à atteindre un double objectif. Il s'agit tout d'abord de pouvoir contrôler de l'intérieur le respect des règles de financement international des infrastructures, notamment sur le plan social, ainsi que sur celui des droits de l'homme et de l'environnement. Ensuite, cela permettra à nos entreprises de mieux se faire connaître en Asie et de pénétrer ainsi les marchés locaux.

 

J'en viens à mes questions, monsieur le secrétaire d'État. J'aimerais connaître le premier bilan que vous tirez de la participation belge à cette institution régionale, de même que les opportunités économiques que nous avons déjà pu saisir.

 

Ensuite, afin de renforcer notre influence au sein de cette banque, ne conviendrait-il pas de favoriser la présence en tant que telle de l'Union européenne, au lieu d'une participation individuelle d'États membres? Pour l'instant, une douzaine d'entre eux en font partie.

 

Enfin, sommes-nous favorables à une meilleure coordination entre cette nouvelle banque asiatique - d'inspiration chinoise, soyons clairs -, la Banque mondiale, davantage d'inspiration américaine, et la Banque asiatique de Développement qui est, elle, le plus souvent pilotée par le Japon?

 

12.02  Pieter De Crem, secrétaire d'État: Cher collègue, je vous remercie pour cette question très intéressante.

 

En 2013, en marge du sommet de l'Asia-Pacific Economic Cooperation, les autorités chinoises ont créé la Banque asiatique d'investissement pour les infrastructures. Ce n'est pas une banque fournisseuse de crédits, mais une banque qui se concentre sur le développement d'infrastructures. Le Conseil des ministres belge a, au mois de juin 2015, annoncé la candidature belge en tant que membre non-fondateur. Cette candidature a été acceptée par le board of directors en mars 2017.

 

Le projet de loi est actuellement au parlement. Ensuite, la tranche de capital devra être versée en tant que membre effectif. Après un premier versement, nous pourrons participer aux travaux de la banque comme membre du board of directors.

 

L'Union européenne, au sein de cette banque, soutient l'agenda de l'Union européenne et des États membres de cette banque. C'est un levier supplémentaire pour les entreprises belges, qui nous permet de nous familiariser avec des projets de taille différente de ceux que nous avons connus auparavant. Il s'agit de différents secteurs, dont les travaux souterrains pour le métro, la construction de centrales électriques, le développement de projets portuaires ou même aéroportuaires, pour lesquels les entreprises belges ont une très bonne réputation. La banque est en ce moment en phase de démarrage et nous avons soutenu nos entreprises le mieux que nous pouvions.

 

Petite parenthèse: il est important de savoir qu'il y a aussi d'autres instruments, vous y avez fait référence, comme le Fonds monétaire international (FMI) ou la Banque mondiale, et enfin la Banque européenne de reconstruction et de développement, qu'on oublie souvent de nommer en Belgique mais qui reste très importante pour nos entreprises.

 

J'ai eu l'occasion de rencontrer M. Jin Liqun, le président de la banque, à la Fédération des entreprises de Belgique (FEB), avant-hier. La Belgique va couvrir 2 846 actions qui équivalent à 56,9 millions de dollars, qui seront versés par tranches sur une période de cinq ans.

 

12.03  Jean-Jacques Flahaux (MR): Monsieur le secrétaire d'État, je vous remercie pour votre réponse qui a permis à l'assemblée de mieux appréhender une institution récente, encore très méconnue.

 

Je voudrais continuer à sensibiliser chacun sur la problématique du respect par cette banque des droits environnementaux et des droits humains, notamment les droits sociaux. Cela me paraît extrêmement important, tout comme une meilleure coordination avec les deux autres banques que j'ai citées et, monsieur le secrétaire d'État, la Banque européenne pour la reconstruction et le développement (BERD) que vous avez vous-même citée.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De voorzitter: Einde van de mondelinge vragen.

 

Wetsontwerp en voorstel van resolutie

Projet de loi et proposition de résolution

 

13 Wetsontwerp houdende diverse bepalingen met betrekking tot de sociale bijdragen van de zelfstandigen (2880/1-3)

13 Projet de loi portant des dispositions diverses en matière de cotisations sociales des travailleurs indépendants (2880/1-3)

 

Algemene bespreking

Discussion générale

 

De algemene bespreking is geopend.

La discussion générale est ouverte.

 

De rapporteur is de heer Werner Janssen. Hij verwijst naar zijn schriftelijk verslag.

 

13.01  Benoît Friart (MR): Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, ce projet de création de quatre nouveaux seuils de réduction des cotisations patronales provisoires permet aux indépendants de mieux adapter leurs cotisations sociales à leurs revenus réels. En effet, un indépendant peut être confronté à toute une série de difficultés diverses. Grâce à cette mesure, l'indépendant aura la possibilité d'alléger sa trésorerie d'un montant de cotisations qui lui auraient été remboursées plus tard de toute façon. Il est également à souligner que les quatre nouveaux seuils de cotisations seront budgétairement neutres après deux ans dès lors que les indépendants concernés auront été régularisés dans l'intervalle.

 

Par ailleurs, ce projet permet aussi de stimuler l'entrepreneuriat en touchant des jeunes et des start-up en leur permettant de payer des cotisations réduites durant une première année d'activité. Plus de dix mille indépendants débutants devraient pouvoir bénéficier, chaque année, de cette mesure. Celle-ci devrait donner un coup de pouce utile à tous ceux qui hésitent à entreprendre, notamment les jeunes qui doivent passer par une période de stage dans les professions libérales où les premiers mois peuvent s'avérer particulièrement difficiles au niveau financier.

 

Ces deux mesures s'inscrivent dans la continuité du travail initié par ce gouvernement et par notre ministre M. Ducarme en faveur des indépendants. Par ailleurs, les indicateurs relatifs à l'entrepreneuriat sont ouverts. Le nombre d'indépendants est en constante augmentation (1,076 million actuellement); il progresse d'ailleurs chaque année.

 

Dès lors, notre groupe du Mouvement réformateur ne peut que soutenir les mesures que ce texte introduit.

 

13.02  Denis Ducarme, ministre: Monsieur le président, le projet que nous examinons aujourd'hui a reçu un large soutien en commission de l'Économie, la semaine dernière. Il a été adopté à l'unanimité. J'espère qu'il en sera de même tout à l'heure.

 

Cette unanimité témoigne de l'importance des deux mesures portées par ce projet de loi pour les travailleurs indépendants. La première mesure insère, dans le statut social des travailleurs indépendants, un nouveau seuil de cotisations sociales et deux nouveaux seuils de réduction pour les starters, c'est-à-dire les indépendants qui commencent ainsi que tous les jeunes stagiaires avocats, architectes ou autres. Ils pourront bénéficier de cette mesure en début de carrière. La seconde mesure crée quatre nouveaux seuils de réduction pour toutes les catégories de travailleurs indépendants.

 

Si votre assemblée adopte ces mesures, nous pourrons accentuer le soutien que nous apportons aux indépendants et nous contribuerons ainsi à faire en sorte que les charges soient mieux adaptées à la réalité économique présente des indépendants.

 

Ceux qui rencontrent des difficultés au démarrage de leur activité seront visés par la mesure "starter". Comme M. Friart l'indiquait, ils seront plus de dix mille à pouvoir en bénéficier la première année.

 

Les quatre nouveaux seuils de réduction des cotisations provisoires permettront, quant à eux, de soulager ceux qui sont confrontés à des difficultés au cours de leur activité. Avec les seuils actuels, 16 247 indépendants en 2015 et 25 987 indépendants en 2016 ont fait appel à une réduction de leurs cotisations provisoires en raison d'une baisse de leurs revenus. L'objectif de la mesure est que cette possibilité de réduction soit offerte en toutes circonstances de baisse de revenus et que les cotisations provisoires soient plus en lien avec la situation économique de chaque indépendant. Comme M. Friart l'a rappelé, c'est d'autant plus nécessaire pour l'indépendant que celui-ci est souvent dépendant de la conjoncture mais aussi du nombre réduit de clients, ce qui engendre une forme assez forte de dépendance économique dans un certain nombre de cas.

 

La mesure "nouveaux seuils" coûtera initialement 5,3 millions d'euros. Dans le cadre de nos échanges en commission, j'ai eu l'occasion de rappeler à Mme Winckel que l'opération serait budgétairement neutre après deux ans. Tous les indépendants concernés auront, en effet, été régularisés dans l'intervalle. La mesure "starter" coûtera, quant à elle, 20 millions d'euros par an.

 

Il y aura donc 25 millions d'euros pour soutenir les travailleurs indépendants. Les discussions en commission ont été très constructives, notamment avec Mme Dierick, M. Casier et M. Janssens. Elles ont permis de rappeler que la mesure ferait l'objet d'une promotion nécessaire et adéquate, notamment par le biais des caisses d'assurances sociales.

 

Je suis donc revenu sur les lignes essentielles de ce projet de loi qui est un nouveau grand pas en avant pour les indépendants. J'espère que ces derniers recevront le soutien unanime de l'assemblée.

 

13.03  Véronique Caprasse (DéFI): Monsieur le président, permettez-moi d'intervenir positivement sur ce projet.

 

Nous apprécions bien sûr les deux améliorations apportées par ce projet de loi en matière de cotisations sociales pour les indépendants. Comme vous le précisiez récemment dans votre note de politique générale, tout comme en 2015, la croissance de l'emploi indépendant a été supérieure à celle de l'emploi salarié. En 2016, le nombre d'emplois d'indépendants a en effet augmenté de 1,8 %, soit de 15 000 unités. Dans le même temps, l'emploi salarié a augmenté de 1,4 %, soit de 45 000 unités. À cette occasion, nous avions exprimé nos craintes à propos de la précarité des nouveaux emplois, sur base des chiffres fournis dans le rapport 2017 du Conseil supérieur de l'emploi pour les salariés.

 

J'avais retenu qu'un indépendant sur six vivrait actuellement sous le seuil de pauvreté. Il apparaît donc important de donner aux indépendants plus de latitude pour ajuster à la baisse leurs paiements provisoires en cas de chute de leurs revenus suite à des difficultés temporaires, comme des travaux dans leur quartier ou un problème de santé.

 

Nous apprécions également le coup de pouce aux starters. Cette mesure coûtera 20 millions d'euros sur une base annuelle, mais nous pouvons nous le permettre puisque le régime social des indépendants est actuellement en boni.

 

Je souhaite cependant exprimer notre inquiétude face au manque à gagner que représentent les baisses de cotisations pour le financement de la sécurité sociale. Cette inquiétude dépasse le cadre de ce projet de loi, mais je tiens à rappeler qu'il ne faudrait pas que les baisses de cotisations sociales successives conduisent  à un démantèlement progressif du système en imposant toujours plus d'économies. À nos yeux, il faudrait une réforme de l'assiette de financement de la sécurité sociale pour éviter cet écueil. C'est un débat bien plus large, je le concède. Pour l'heure, je confirme que nous voterons en faveur de ce projet de loi.

 

13.04  Richard Miller (MR): Monsieur le président, après avoir entendu Mme Caprasse, je salue les évaluations favorables qu'elle porte sur le projet de loi du ministre Ducarme et je tiens à lui faire remarquer que ceci est du libéralisme social concrétisé.

 

De voorzitter: Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

 

De algemene bespreking is gesloten.

La discussion générale est close.

 

Bespreking van de artikelen

Discussion des articles

 

Wij vatten de bespreking van de artikelen aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2880/1)

Nous passons à la discussion des articles. Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2880/1)

 

Het wetsontwerp telt 8 artikelen.

Le projet de loi compte 8 articles.

 

Er werden geen amendementen ingediend.

Aucun amendement n'a été déposé.

 

De artikelen 1 tot 8 worden artikel per artikel aangenomen.

Les articles 1 à 8 sont adoptés article par article.

 

De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.

La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.

 

14 Voorstel van resolutie tot invoering van een actieplan om therapietrouw te bevorderen bij chronisch zieke patiënten (2163/1-5)

14 Proposition de résolution visant à mettre en place un plan d'action en vue de favoriser l'observance thérapeutique des malades chroniques (2163/1-5)

 

Voorstel ingediend door:

Proposition déposée par:

Ine Somers, Jan Vercammen, Damien Thiéry, Els Van Hoof.

 

Bespreking

Discussion

 

De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (2163/5)

Le texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (2163/5)

 

De bespreking is geopend.

La discussion est ouverte.

 

De rapporteurs zijn de dames Anne Dedry en Yoleen Van Camp en de heer Dirk Janssens. Zij verwijzen naar het schriftelijk verslag.

 

14.01  Ine Somers (Open Vld): Collega's, in 2003 stelde de Wereldgezondheidsorganisatie in haar rapport een gebrekkige therapietrouw vast. Therapietrouw vergroot de effectiviteit van allerlei interventies, en het bevorderen van therapietrouw zal een veel grotere impact op de gezondheid van de bevolking hebben dan eender welke specifieke verbetering van een bepaalde medische behandeling. Ik meen dat deze stelling veelzeggend is.

 

De therapietrouw bij chronische behandelingen bedraagt meestal ongeveer 50 %, onafhankelijk van de aandoening, het behandelplan of de meetmethode. Er wordt geschat dat 50 % tot 70 % van de patiënten die chronisch geneesmiddelen moeten gebruiken binnen het jaar zonder aanleiding de behandeling stopt. Er zijn dus nog veel mogelijkheden tot verbetering. Niet alleen voor chronische patiënten maar ook voor patiënten die bijvoorbeeld eenmalig een antibioticakuur moeten volgen.

 

Ik wil niet in herhaling vallen van wat gezegd is in de commissie, maar ik meen dat wij ons moeten concentreren op een aantal belangrijke beleidslijnen.

 

Ten eerste, staat de patiënt centraal. Wat houdt hem tegen zijn therapie trouw te blijven? Hoe kan de zorgverlener die therapie en de persoonlijke doelstellingen van de patiënt met elkaar linken?

 

Ten tweede, is er de communicatie tussen de zorgverlener en de patiënt, en tussen de zorgverleners onderling. De meest verbazende vaststelling bij de voorbereiding van deze resolutie was hoe vaak de patiënt zijn zorgverlener niet begrijpt en geen inzicht heeft in zijn ziekte. De patiënt begrijpt niet precies wat zijn therapie inhoudt en wat het belang is van het volhouden van die therapie.

 

Inzetten op communicatie met de patiënt, nagaan of de patiënt de zorgverlener begrepen heeft, is dus bijzonder belangrijk, zeker nu de patiënt meer en meer gezien wordt als dé centrale actor in de gezondheidszorg. Ook een goede communicatie tussen actoren om te komen tot een geïntegreerde aanpak is daarbij noodzakelijk. Het eHealthplan biedt daarvoor reeds de nodige faciliteiten.

 

Ten derde, hebben wij de geïntegreerde werking. Artsen, apothekers, verpleegkundigen, verzorgenden en niet te vergeten de mantelzorg moeten die therapietrouw bevorderen. Zij moeten de patiënt begeleiden, eventuele belemmeringen vaststellen en samen bekijken hoe ze eraan kunnen remediëren, innovatieve middelen zoeken die de patiënt kunnen helpen om zijn therapie trouw te blijven.

 

Omdat therapietrouw zo'n complex gegeven is, zal voor elke patiënt met therapieontrouw een individuele aanpak moeten worden ontwikkeld. Sinds onze vorige resolutie over therapietrouw zijn stappen voorwaarts gezet. Ik denk aan de maatregel van de minister om voor chronische patiënten te werken met een huisapotheker. Zeker op het vlak van farmaceutische therapietrouw is deze specialist op het vlak van geneesmiddelen de meest geschikte persoon om werk te maken van een duidelijk medicatieschema, via de afgeleverde medicatie na te gaan of patiënten therapietrouw zijn, en duidelijke en begrijpbare informatie over de meerwaarde en het gebruik van medicatie te verlenen.

 

In één zin: een goede therapeutische zorg kan een belangrijke stap voorwaarts betekenen op het vlak van therapietrouw.

 

Het is kijken naar de toekomst en de ontwikkelingen die zich voordoen en aankondigen en kijken hoe we binnen die toekomstige ontwikkelingen belangrijke verworvenheden kunnen behouden.

 

Er is een discussie geweest over het feit dat wij de onlineapotheek zouden willen promoten. Ik zou willen zeggen dat wij vooral onze kop niet in het zand willen steken. Misschien niet wij maar zeker onze kinderen zullen gebruikmaken van de onlineapotheek, ook voor voorschriftplichtige geneesmiddelen. Het is onze plicht om na te gaan hoe we de farmaceutische zorg die we vandaag op poten zetten, met onder meer de huisapotheek, in dit online verhaal kunnen vrijwaren. Online verkopen mag niet betekenen dat de apotheker zijn farmaceutische taak niet meer moet of zal waarnemen.

 

Hetzelfde geldt voor de standing order. Ook hier is er altijd nood aan interdisciplinaire samenwerking tussen arts en apotheker en een goede opvolging van de patiënt.

 

Bekijken hoe we zaken kunnen vereenvoudigen voor de patiënt zonder in te boeten aan de kwaliteit van de zorg en de controle door de zorgverlener is echter ook een taak van de overheid. Gelet op het belang van therapietrouw menen we dat het goed is om een werkgroep op te richten waarin vertegenwoordigers van alle partijen aanwezig zijn: artsen, apothekers, verpleegkundigen, verzorgenden, de genees­middelen­industrie en vertegenwoordigers van onze patiënten. De werkgroep heeft als opdracht jaarlijks te rapporteren over de uitvoering van deze resolutie en de leemtes die nog moeten worden gedetecteerd. Verder moet hij voorstellen formuleren om de vastgestelde problemen en leemtes te verhelpen. Op die manier kan er een dynamiek ontstaan om telkens stappen vooruit te zetten in het bevorderen van therapietrouw, rekening houdend met de nieuwe mogelijkheden en uitdagingen.

 

14.02  Jan Vercammen (N-VA): Mijnheer de voorzitter, geachte collega's, na 23 jaar als arts, waarvan 6 jaar als universitaire werkmier in opleiding met een klein loon en veel werk en 17 jaar als arts-specialist in de cardiologie met een iets hoger loon en nog altijd heel veel werk, bleek dat ik serieuze oogkleppen op had. Ik dacht dat ik een van die topdokters was met fantastische en sympathieke patiënten die gedreven en trouw al hun medicatie correct innamen. Niets bleek echter minder waar tijdens de parlementaire conferentie die collega Somers van Open Vld en ikzelf dik een jaar geleden patroneerden. Diverse deskundigen inzake therapietrouw, onder andere collega Van Camp die er haar doctoraat aan wijdde, brachten mij woord voor woord met beide voeten terug op de grond. Voor mijn eigen job heb ik ondertussen mijn persoonlijke conclusies getrokken. Ik ben als reactie nog wat verder de politiek in gesukkeld, bij de N-VA dan nog wel.

 

De algemene conclusies en aanbevelingen vindt u in de resolutie die nu voorligt. Wij willen hiermee aan de slag.

 

"Drugs don't work in patients who don't take them." In een door de overheid gesponsorde en mee uitgebouwde en dus door publieke middelen gefinancierde gezondheidszorg, moeten wij dat te allen prijze vermijden. Niet alleen is het immers een gemiste kans op een verbetering van de volksgezondheid door afwezigheid van de beoogde genezing of vooruitgang. Het is ook weggegooid geld en verspilde energie.

 

Daarom zijn er de maatregelen en de stappen die wij in de resolutie gezamenlijk willen voorstellen.

 

Mijnheer de voorzitter, dames en heren, de middelen van onze sociale zekerheid zijn immers beperkt. De middelen die vadertje Staat aan de volksgezondheid kan spenderen, zijn beperkt. Ze moeten dan ook efficiënt worden ingezet.

 

De voorliggende resolutie kan alleen maar onderstrepen dat hier op verschillende niveaus en voor verschillende actoren werk op de plank ligt: voor patiënten maar ook voor artsen, apothekers en andere zorgverstrekkers, zoals mantelzorgers en familie. Optimalisatie en verbetering van vele facetten zijn mogelijk. U vindt ze in de resolutie terug.

 

Ik moet hier voor ons allen een waarschuwend vingertje heffen. Het mattheuseffect is een gekend verschijnsel in de wereld van de volksgezondheid. Aan wie heeft, zal worden gegeven. Goedbedoelde initiatieven en adviezen worden meestal ter harte genomen door zij die het al goed doen, patiënten en zorgverstrekkers die al erg hun best deden. Zij die er het meeste baat bij zouden kunnen vinden, volgen vaak te weinig.

 

As we speak, komt 25 % van de totale kostprijs van onze volksgezondheid reeds uit eigen zak. Het gaat over zes à zeven miljard euro per jaar, afhankelijk van de bron. As we speak, zien wij dat de ziekenhuisfinanciering steeds meer door supplementen en hospitalisatieverzekeringen moet worden rechtgehouden. De kans dat deze sector en haar organismen – ik en enkele anderen durven dit stilaan luidop de tweede pijler van onze gezondheidszorg noemen – deze elementen uit de resolutie zullen gebruiken om hun verzekerden zowel via positieve als via negatieve incentives op het rechte pad te houden, is reëel. Wat kunnen die positieve incentives zijn? Het gaat om kortingen op de kostprijs van de polis en bijkomende dekkingen op het gebied van luxe en kwaliteit van de zorg. Uw fantasie kan nog aanvullen. Negatieve incentives kunnen hogere bijdragen zijn of de uitsluiting van mensen die ondanks diverse adviezen en multipele interventies in de boosheid blijven volharden, zoals te veel alcohol, te veel tabak, te weinig lichaamsbeweging of te weinig tandzorg. Ik moet er u allen aan herinneren dat ook onze autoverzekering de bonusmalus kent. De bedoelde evolutie is dus verre van denkbeeldig.

 

Ik rond af.

 

Als burger en politicus hoop ik dat het zover niet komt. Als burger en politicus wil ik onderstrepen dat ieder van ons, in de mate van het mogelijke natuurlijk, de verantwoordelijkheid voor zijn eigen gezondheid zou moeten opnemen. Als arts en politicus besef ik dat dit een work in progress is. De grootste vijand van het goede is het perfecte, zo zegt onze fractieleider, alle beetjes helpen. Zo is ook deze resolutie een stap in de goede richting. Een solidair gedragen gezondheids­systeem is het hoogste goed voor onze maatschappij. Een solidair gezondheidsgedrag, onder andere door therapietrouw van de burgers, is voor de overleving van zo'n systeem een noodzakelijke voorwaarde.

 

14.03  Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur le président, chers collègues, notre groupe se réjouit de l'adoption en commission de la proposition de résolution visant à mettre en place un plan d'action en vue de favoriser l'observance thérapeutique.

 

Cette initiative découle d'une journée d'étude organisée par mes collègues Ine Somers, Jan Vercammen et Damien Thiéry que je remercie d'avoir exploité ce sujet et d'avoir proposé des actions concrètes.

 

L'adhésion thérapeutique est un problème de santé publique majeur. Comme on l'a souligné en commission, l'inobservance thérapeutique a des conséquences pour le patient. En effet, à titre d'exemple, en suivant mal son traitement, le patient ne guérit pas, son état s'aggrave, le médecin doit investiguer pour prescrire un autre traitement. Par conséquent, une observance thérapeutique a un coût important pour le patient et pour les pouvoirs publics. Il est donc important que l'on prenne en compte cette problématique avec des actions concrètes.

 

La résolution met le patient au cœur du dispositif: l'adhérence thérapeutique est l'affaire du patient. Il faut développer des politiques de soutien au patient en passant par l'information et la sensibilisation correcte du patient et des aidants proches, notamment.

 

La résolution vise aussi une approche intégrée avec une collaboration de tous les prestataires de soins. Le rôle du médecin et en particulier le rôle du médecin généraliste et du pharmacien sont clairement mis en avant dans la recherche d'une meilleure observance.

 

Nous plaidons également pour une meilleure coordination entre les différents prestataires de soins – j'ai déjà parlé du médecin et du pharmacien –, à savoir les autres prestataires comme les praticiens de l'art infirmier à domicile. Cette coordination est importante et évidente pour une meilleure observance thérapeutique.

 

Le point 8 de la résolution a fait débat. Il doit évidemment être lu et envisagé comme ayant pour but la recherche d'une meilleure observance thérapeutique dans le cadre du standing order et de la délivrance, lors des prestations de service pharmaceutique en ligne qui sont et deviennent une réalité. Ce sont des évolutions qui arrivent dans notre société et qui doivent être balisées.

 

Il reste essentiel que le patient garde des contacts avec le médecin prescripteur, mais aussi avec les autres prestataires de soins. Le suivi pharmaceutique reste également important. Tel est le sens de cette résolution et de ce point.

 

Monsieur le président, chers collègues, treize axes sont ici développés pour favoriser l'observance thérapeutique, treize axes au profit du patient, treize axes pour rencontrer un objectif majeur de santé publique.

 

Le groupe MR soutiendra donc cette proposition de résolution.

 

14.04  Daniel Senesael (PS): Monsieur le président, mes chers collègues, l'adhésion thérapeutique constitue pour nous un problème de santé publique dont il est nécessaire de se saisir. L'inobservance thérapeutique, en particulier lorsqu'il est question d'une pathologie chronique, peut en effet engendrer une perte de qualité de vie, une aggravation de la maladie pour le patient et donc, aussi, des dépenses supplémentaires pour le budget des soins de santé.

 

En 2013 déjà, notre groupe avait soutenu une proposition de résolution dans ce cadre. Nous étions tout à fait favorables à travailler à nouveau sur cette question. Pourtant, le texte qui nous a finalement été présenté par les collègues de la majorité ne rencontre pas notre adhésion complète, en raison de certaines demandes formulées que nous ne jugeons pas du tout en adéquation avec l'objectif poursuivi.

 

Outre les remarques que nous avons formulées en commission et sur lesquelles je ne reviendrai pas, je voudrais évoquer un élément important de ce texte qui pose problème à nos yeux. La résolution prévoit en effet la possibilité de prévoir des prescriptions standing order, la délivrance automatique de médicaments et la possibilité de commander des médicaments en ligne. Pensez-vous réellement, mes chers collègues, que cela contribuera à favoriser l'observance thérapeutique chez les patients? C'est pour nous complètement incohérent!

 

En effet, pour notre groupe, il est indispensable que le patient puisse avoir des contacts répétés avec les prestataires de soins de première ligne - je pense ici aux médecins généralistes et aux pharmaciens -, pour s'assurer justement de cette fameuse adhésion thérapeutique. De tels contacts permettent en effet au patient d'avoir une information adaptée, une réévaluation de son adhésion et un échange sur les difficultés ou les questions qu'il se pose concernant le traitement.

 

Il nous semble donc qu'une dispensation via internet n'apporte pas de plus-value en termes d'observance thérapeutique. Bien au contraire, il nous apparaît par contre intéressant que soient développées des solutions pour les patients qui ne peuvent pas se rendre physiquement à la pharmacie, cela tout en garantissant la qualité des soins et la relation directe avec le pharmacien. Ce n'est manifestement pas l'orientation choisie ici.

 

Pour cette raison notamment, nous nous abstiendrons sur ce texte.

 

14.05  Els Van Hoof (CD&V): Mijnheer de voorzitter, onze fractie ondersteunt zeer graag deze resolutie, die een krachtige aanzet is voor de ontwikkeling van een actieplan voor een grotere therapietrouw bij chronisch zieken.

 

Wij weten dat een op de vier Belgen lijdt aan een chronische ziekte. Het is dus van belang die patiënten aan te zetten tot therapietrouw. Het is uiteraard ook van belang dat er heel veel verschillende actoren bij betrokken worden, zoals uiteraard de patiënten zelf, om hen te sensibiliseren, maar ook hun mantelzorgers. Ook de huisartsen en de huisapotheker zijn belangrijke actoren.

 

Wat wij vooral belangrijk vinden, en ook in deze tekst hebben ingebracht, is dat er rekening wordt gehouden met de geestelijke gezondheidszorg. Uit wetenschappelijk onderzoek weten wij namelijk dat een gebrek aan therapietrouw vooral te wijten is aan motivationele en emotionele aspecten. Daarom stoppen mensen met het nemen van hun medicatie. Het is dus van groot belang om therapeutische interventies mogelijk te maken, om op die manier een duurzame therapietrouw te creëren.

 

Wij ondersteunen absoluut deze resolutie en hopen weldra een actieplan te kunnen ontwikkelen.

 

De voorzitter: Vraagt nog iemand het woord? (Nee)

Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)

 

De bespreking is gesloten.

La discussion est close.

 

*  *  *  *  *

Ingediende amendementen:

Amendements déposés:

Intitulé/Opschrift

- 6 – Catherine Fonck (2163/6)

Considérant/Considerans I(n)

- 7 – Catherine Fonck (2163/6)

Demande/Verzoek 8

- 8 – Catherine Fonck (2163/6)

*  *  *  *  *

 

De stemming over de amendementen wordt aangehouden.

Le vote sur les amendements est réservé.

 

De stemming over de aangehouden amendementen en over het geheel van het voorstel zal later plaatsvinden.

Le vote sur les amendements réservés et sur l’ensemble de la proposition aura lieu ultérieurement.

 

15 Raad van State – Voordracht van een Franstalig assessor

15 Conseil d'État – Présentation d'un assesseur francophone

 

De lijst van drie kandidaten voorgedragen door de Raad van State voor het ambt van Franstalig assessor werd u meegedeeld tijdens de plenaire vergadering van 14 december 2017.

La liste de trois candidats présentés par le Conseil d'État pour l'emploi d'assesseur francophone vous a été communiquée au cours de la séance plénière du 14 décembre 2017.

 

Aangezien de voordracht niet unaniem was, kon de Kamer van volksvertegenwoordigers, overeen­komstig artikel 70, § 1, van de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, binnen een termijn van ten hoogste dertig dagen vanaf de ontvangst van de mededeling van deze voordracht, hetzij de door de Raad van State voorgedragen lijst bevestigen, hetzij een andere lijst met drie namen voordragen.

Étant donné que la présentation n'était pas unanime, la Chambre des représentants pouvait, conformément à l’article 70, § 1er, des lois sur le Conseil d’État coordonnées le 12 janvier 1973, dans un délai ne pouvant dépasser trente jours à compter de la réception de cette présentation, soit confirmer la liste présentée par le Conseil d’État, soit présenter une autre liste de trois noms.

 

De termijn waarover de Kamer beschikte om een lijst voor te dragen of om de lijst te bevestigen, verstreek op 19 januari 2018.

Le délai dont disposait la Chambre pour présenter une liste ou pour confirmer la liste expirait le 19 janvier 2018.

 

Aangezien deze termijn is verstreken, wordt de door de Raad van State voorgedragen lijst als goedgekeurd beschouwd.

Ce délai étant expiré, la liste présentée par le Conseil d'État est considérée comme adoptée par la Chambre.

 

16 Raad van State – Voordracht van twee Franstalige staatsraden

16 Conseil d'État – Présentation de deux conseillers d'État francophones

 

Bij brief van 15 januari 2018 deelt de eerste voorzitter van de Raad van State mede dat de algemene vergadering van die Raad ter openbare zitting van 5 december 2017, overeenkomstig artikel 70 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, overgegaan is tot het opmaken van lijsten van drie kandidaten voor de eerste en de derde vacante betrekking van staatsraad in het Franstalig kader.

Par lettre du 15 janvier 2018, le premier président du Conseil d'État porte à la connaissance de la Chambre qu'en son audience publique du 5 décembre 2017, l'assemblée générale de ce Conseil a procédé, conformément à l'article 70 des lois coordonnées sur le Conseil d'État, à l'établissement de listes de trois candidats pour les première et troisième places vacantes de conseiller d'État dans le groupe linguistique francophone.

 

Werden door de Raad van State voorgedragen, evenwel zonder eenparigheid van stemmen:

Ont été présentés par le Conseil d'État, sans unanimité toutefois:

 

Voor de eerste vacante betrekking:

Pour la première place vacante:

 

Eerste kandidaat: mevrouw Nathalie Van Laer, eerste auditeur bij de Raad van State.

Premier candidat: Mme Nathalie Van Laer, premier auditeur au Conseil d'État.

 

Tweede kandidaat: mevrouw Elisabeth Willemart, auditeur bij de Raad van State.

Deuxième candidat: Mme Elisabeth Willemart, auditeur au Conseil d'État.

 

Derde kandidaat: de heer Luc Donnay, auditeur bij de Raad van State.

Troisième candidat: M. Luc Donnay, auditeur au Conseil d'État.

 

Voor de derde vacante betrekking:

Pour la troisième place vacante:

 

Eerste kandidaat: de heer Marc Joassart, eerste auditeur bij de Raad van State.

Premier candidat: M. Marc Joassart, premier auditeur au Conseil d'État.

 

Tweede kandidaat: mevrouw Elisabeth Willemart, auditeur bij de Raad van State.

Deuxième candidat: Mme Elisabeth Willemart, auditeur au Conseil d'État.

 

Derde kandidaat: mevrouw Florence Piret, auditeur bij de Raad van State.

Troisième candidat: Mme Florence Piret, auditeur au Conseil d'État.

 

Aangezien beide voordrachten niet unaniem zijn, kan de Kamer van volksvertegenwoordigers, overeenkomstig artikel 70, § 1, achtste lid, van de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, binnen een termijn van ten hoogste dertig dagen vanaf de ontvangst van de mededeling van deze voordracht, hetzij de door de Raad van State voorgedragen lijst bevestigen, hetzij een andere lijst met drie namen voordragen die uitdrukkelijk wordt gemotiveerd.

La présentation n’étant unanime pour aucune des deux présentations, la Chambre des représentants peut, conformément à l’article 70, § 1er, alinéa 8, des lois sur le Conseil d’État coordonnées le 12 janvier 1973, dans un délai ne pouvant dépasser trente jours à compter de la réception de cette présentation, soit confirmer la liste présentée par le Conseil d’État, soit présenter une autre liste de trois noms qui fait l’objet d’une motivation formelle.

 

De eventuele voordracht van een andere lijst door de Kamer dient op grond van de door de Raad van State ontvangen kandidaturen te geschieden.

La présentation éventuelle d'une autre liste par la Chambre doit se faire sur la base des candidatures reçues par le Conseil d'État.

 

De termijn waarover de Kamer beschikt om een andere lijst voor te dragen of om de lijst te bevestigen, verstrijkt op 15 februari 2018.

Le délai dont dispose la Chambre pour présenter une autre liste ou pour confirmer la liste expire le 15 février 2018.

 

Voor de eerste betrekking werden de volgende kandidaturen ingediend:

de heer Raphaël Born, auditeur bij de Raad van State

de heer Manuel Descamps, adjunct-auditeur bij het Rekenhof

de heer Luc Donnay, auditeur bij de Raad van State

mevrouw Angélique Gérard, rechtskundig adviseur bij de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit van de Spoorwegen (DVIS)

de heer Laurent Jans, eerste auditeur bij de Raad van State

de heer Marc Joassart, eerste auditeur bij de Raad van State

de heer Marc Oswald, auditeur bij de Raad van State

mevrouw Florence Piret, auditeur bij de Raad van State

de heer Patrick Ronvaux, eerste auditeur bij de Raad van State

mevrouw Nathalie Van Laer, eerste auditeur bij de Raad van State

de heer Gaël Watteeuw, directieraad bij de griffie van de Raad van de Franse Gemeenschaps­commissie

mevrouw Elisabeth Willemart, auditeur bij de Raad van State

de heer Dimitri Yernault, rechtskundig adviseur “Openbare Aangelegenheden” bij de Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel / finance.brussels en deskundige bij de Franstalige kamers van de afdeling Wetgeving van de Raad van State (voor het recht inzake overheids­bedrijven en overheidsdiensten).

 

Pour la première place, les candidatures suivantes ont été introduites:

M. Raphaël Born, auditeur au Conseil d'État

M. Manuel Descamps, auditeur adjoint à la Cour des comptes

M. Luc Donnay, auditeur au Conseil d'État

Mme Angélique Gérard, conseiller juridique au Service de Sécurité et d’Interopérabilité des chemins de fer (SSICF)

M. Laurent Jans, premier auditeur au Conseil d'État

M. Marc Joassart, premier auditeur au Conseil d'État

M. Marc Oswald, auditeur au Conseil d'État

Mme Florence Piret, auditeur au Conseil d'État

M. Patrick Ronvaux, premier auditeur au Conseil d'État

Mme Nathalie Van Laer, premier auditeur au Conseil d'État

M. Gaël Watteeuw, conseiller de direction au greffe de l’Assemblée de la Commission communautaire française

Mme Elisabeth Willemart, auditeur au Conseil d'État

M. Dimitri Yernault, conseiller juridique “Affaires publiques” auprès de la Société régionale d’investissement de Bruxelles / finances.brussels et expert auprès des chambres francophones de la section de législation du Conseil d'État (pour le droit des entreprises publiques et des services publics).

 

De heer Gaël Watteeuw heeft zijn kandidatuur ingetrokken bij mail van 6 november 2017.

M. Gaël Watteeuw a retiré sa candidature par courriel du 6 novembre 2017.

 

Voor de derde betrekking werden de volgende kandidaturen ingediend:

de heer Raphaël Born, auditeur bij de Raad van State

de heer Luc Donnay, auditeur bij de Raad van State

de heer Laurent Jans, eerste auditeur bij de Raad van State

de heer Marc Joassart, eerste auditeur bij de Raad van State

de heer Marc Oswald, auditeur bij de Raad van State

mevrouw Florence Piret, auditeur bij de Raad van State

de heer Patrick Ronvaux, eerste auditeur bij de Raad van State

mevrouw Nathalie Van Laer, eerste auditeur bij de Raad van State

mevrouw Elisabeth Willemart, auditeur bij de Raad van State

de heer Roger Wimmer, eerste auditeur bij de Raad van State.

 

Pour la troisième place, les candidatures suivantes ont été introduites:

M. Raphaël Born, auditeur au Conseil d'État

M. Luc Donnay, auditeur au Conseil d'État

M. Laurent Jans, premier auditeur au Conseil d'État

M. Marc Joassart, premier auditeur au Conseil d'État

M. Marc Oswald, auditeur au Conseil d'État

Mme Florence Piret, auditeur au Conseil d'État

M. Patrick Ronvaux, premier auditeur au Conseil d'État

Mme Nathalie Van Laer, premier auditeur au Conseil d'État

Mme Elisabeth Willemart, auditeur au Conseil d'État

M. Roger Wimmer, premier auditeur au Conseil d'État.

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 24 januari 2018 stel ik u voor de voordrachten van de Raad van State en de cv’s van de kandidaten naar de politieke fracties te versturen.

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 24 janvier 2018, je vous propose de transmettre aux groupes politiques les présentations du Conseil d'État ainsi que le curriculum vitae des candidats.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geheime stemming

Scrutin

 

17 Voordracht van kandidaten met het oog op de benoeming van een Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof

17 Présentation de candidats en vue de la nomination d'un juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle

 

Aan de orde zijn de geheime stemmingen over het dubbeltal van kandidaten dat de Kamer moet voordragen met het oog op de benoeming van een Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof.

L'ordre du jour appelle les scrutins pour la liste double de candidats que la Chambre doit présenter en vue de la nomination d'un juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle.

 

De kandidaturen werden aangekondigd tijdens de plenaire vergadering van 11 januari 2018.

Les candidatures ont été annoncées en séance plénière du 11 janvier 2018.

 

Het stuk met de namen van de kandidaten (stuk nr. 2899/1) werd rondgedeeld.

Le document portant les noms des candidates (doc. n° 2899/1) a été distribué.

 

De Kamer moet overgaan tot de geheime stemming. Ik herinner u dat overeenkomstig artikel 32, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het dubbeltal moet worden aangenomen met een tweederdemeerderheid van de stemmen van de aanwezige leden.

Il y a lieu de procéder au scrutin. Je vous rappelle que, conformément à l'article 32, alinéa premier, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, la liste double doit être adoptée à la majorité des deux tiers des suffrages des membres présents.

 

De stembiljetten voor de eerste kandidaat werden reeds rondgedeeld.

Les bulletins de vote pour le premier candidat ont été distribués.

 

Daar de stemming geheim is, mogen de stembiljetten niet ondertekend worden.

Le scrutin étant secret, les bulletins ne peuvent être signés.

 

Mijnheer Vuye, u vraagt het woord in verband met dit punt?

 

17.01  Hendrik Vuye (Vuye&Wouters): Mijnheer de voorzitter, via de media heb ik vernomen wie de meerderheid wil voordragen als rechter bij het Grondwettelijk Hof.

 

Ik wil er u wel op wijzen dat de niet-erkende fracties — ik heb het rondgevraagd bij de collega's — niet eens de cv's hebben gekregen. Dat wil eigenlijk zeggen dat een aantal Parlementsleden wordt uitgesloten van de controle. Ik wil er ook op wijzen dat de EU moeilijk doet tegenover Polen, omdat de rechters van het hoogste rechtscollege in dat land politiek worden benoemd. De EU start zelfs een procedure onder artikel 7 op tegen Polen. De heer Verhofstadt bekritiseert de situatie in Polen en zwaait daarbij als een molen, maar zoals meestal blijkt hij een windmolen zijn, want hier doet zijn partij exact hetzelfde. Wij moeten Polen dus echt geen lessen geven over politieke benoemingen bij het Grondwettelijk Hof, want wat de Kamer nu gaat doen, is exact hetzelfde, namelijk: overgaan tot een politieke benoeming.

 

Ik protesteer daar ten zeerste tegen. Een grondwettelijk hof dat is samengesteld uit twaalf politiek benoemde rechters is eigenlijk geen grondwettelijk hof. In een rechtsstaat is dat normaal gesproken anders. In ieder geval, dat de heer Verhofstadt stopt met lessen te geven op sociale media aan de Polen, want zijn partij doet hier exact hetzelfde.

 

De voorzitter: Waarvan akte, mijnheer Vuye.

 

We moeten eerst een of twee bureaus van stemopnemers bij loting samenstellen. Elk bureau bestaat uit vier leden. Ik stel u evenwel voor om voor de stemopneming de jongste twee leden aan te wijzen die heden aan het bureau hebben plaatsgenomen.

Nous devons d'abord procéder au tirage au sort d'un ou de deux bureaux de scrutateurs composés chacun de quatre membres qui seront chargés du dépouillement. Je vous propose cependant de désigner les deux membres les plus jeunes siégeant au bureau ce jour pour dépouiller les scrutins.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

De dames Nawal Ben Hamou en Yoleen Van Camp worden aangewezen om de stemmen op te nemen.

Mmes Nawal Ben Hamou en Yoleen Van Camp sont désignées pour dépouiller les scrutins.

 

Ik stel u voor dat de stembiljetten geteld worden in de Conferentiezaal, in aanwezigheid van de stemopnemers.

Je vous propose de procéder au dépouillement des scrutins à la salle des Conférences, en présence des scrutateurs.

 

Ik verzoek elk lid om bij het afroepen van zijn naam zijn ongetekende stembiljet in de stembus te komen deponeren. Gelieve langs mijn linkerzijde op het spreekgestoelte te komen en dit aan mijn rechterzijde te verlaten.

À l'appel de son nom, chaque membre est prié de venir déposer son bulletin non signé dans l'urne, en montant à la tribune, de ma gauche à ma droite.

 

Ik wijs erop dat alleen geldig zijn de stembiljetten waarop de naam voorkomt van een voor de stemming voorgedragen kandidaat. Zijn ongeldig de stemmen uitgebracht op meer dan één kandidaat.

Je rappelle que seuls sont valables les bulletins qui mentionnent le nom d'un candidat présenté avant le scrutin et que sont nuls les suffrages exprimés en faveur de plus d'un candidat

 

We zullen dus overgaan tot de stemming voor de eerste kandidaat.

Nous allons donc passer au vote pour le premier candidat.

 

Ik nodig de stemopnemers uit de namen af te roepen.

J'invite les scrutateurs à procéder à l'appel nominal.

 

Er wordt overgegaan tot de naamafroeping.

Il est procédé à l'appel nominal.

 

Heeft iedereen gestemd? (Ja)

Tout le monde a-t-il déposé son bulletin dans l'urne? (Oui)

 

Ik verklaar de stemming voor gesloten.

Je déclare le scrutin clos.

 

18 Belgische delegatie bij de NAVO-Parlementaire Assemblee

18 Délégation belge auprès de l’Assemblée parlementaire de l’OTAN

 

De Kamerdelegatie bij de NAVO-Parlementaire Assemblee bestaat momenteel uit:

La délégation de la Chambre auprès de l’Assemblée parlementaire de l’OTAN est actuellement composée de:

 

Effectieve leden:

Mevrouw Karolien Grosemans

De heer Damien Thiéry

De heer Veli Yüksel

De heer Luk Van Biesen

De heer Alain Top

 

Membres effectifs:

Mme Karolien Grosemans

M. Damien Thiéry

M. Veli Yüksel

M. Luk Van Biesen

M. Alain Top

 

Plaatsvervangende leden:

De heer Peter Buysrogge

De heer Sébastian Pirlot

De heer Wouter De Vriendt

De heer Georges Dallemagne

 

Membres suppléants:

M. Peter Buysrogge

M. Sébastian Pirlot

M. Wouter De Vriendt

M. Georges Dallemagne

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 24 januari 2018, stel ik u voor deze samenstelling te behouden tot aan het einde van de huidige zittingsperiode in 2019 hoewel de feitelijke vereniging werd ontbonden.

Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 24 janvier 2018, je vous propose de ne pas modifier cette composition jusqu’à la fin de la présente législature en 2019, bien que l’association de fait soit dissoute.

 

Met het oog op de aanwijzing van de delegatie voor de periode na afloop van de huidige zittingsperiode stelt de Conferentie van voorzitters voor dat de verdeling van de mandaten voor Kamer en Senaat afzonderlijk en per fractie, zal worden berekend op basis van de verkiezings­resultaten volgens het systeem-D’Hondt.

En vue de la désignation de la délégation à l’issue de la présente législature, la Conférence des présidents propose que la répartition des mandats, qui aura lieu séparément pour la Chambre et pour le Sénat et par groupe politique, soit calculée sur la base des résultats électoraux obtenus, selon le système D’Hondt.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

19 Belangenconflict

19 Conflit d’intérêts

 

Op dinsdag 23 januari 2018 pleegden afvaar­digingen van de Kamer en van de Raad van de Franse Gemeenschaps­commissie overleg over het belangenconflict over het wetsontwerp tot wijziging van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheids­zorg­beroepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, nr. 2652.

Le mardi 23 janvier 2018 une concertation a eu lieu entre une délégation de la Chambre et de l'Assemblée de la Commission communautaire française sur le conflit d'intérêts sur le projet de loi portant modification de la loi relative à l'exercice des professions des soins de santé, coordonnée le 10 mai 2015, n° 2652.

 

Op woensdag 24 januari 2018 pleegden afvaar­digingen van de Kamer en van de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie overleg over het belangenconflict over het wetsontwerp met betrekking tot het niet in aanmerking nemen van diensten gepresteerd als niet-vastbenoemd personeelslid voor een pensioen van de overheidssector, tot wijziging van de individuele responsabilisering van de provinciale en lokale overheden binnen het gesolidariseerd Pensioen­fonds, tot aanpassing van de reglementering inzake aanvullende pensioenen, tot wijziging van de modaliteiten van de financiering van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen en tot bijkomende financiering van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen, nr. 2718.

Le mercredi 24 janvier 2018 une concertation a eu lieu entre une délégation de la Chambre et de l'Assemblée de la Commission communautaire française sur le conflit d'intérêts sur le projet de loi relatif à la non prise en considération de services en tant que personnel non nommé à titre définitif dans une pension du secteur public, modifiant la responsabilisation individuelle des administrations provinciales et locales au sein du Fonds de pension solidarisé, adaptant la réglementation des pensions complémentaires, modifiant les modalités de financement du Fonds de pension solidarisé des administrations locales et provinciales et portant un financement supplémentaire du Fonds de pension solidarisé des administrations locales et provinciales, n° 2718.

 

Vastgesteld wordt dat de twee overlegrondes tussen de delegatie van de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie en de delegatie van de Kamer van volksvertegenwoordigers niet tot een oplossing hebben geleid.

Il est constaté que les deux concertations entre la délégation de l'Assemblée de la Commission communautaire française et la délégation de la Chambre des représentants n'ont pas abouti à une solution.

 

Ik herinner u eraan dat artikel 32, § 1quater, eerste lid, van de gewone wet van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen het volgende bepaalt: "Indien het overleg binnen de termijn van 60 dagen tot geen oplossing leidt, wordt het geschil aanhangig gemaakt bij de Senaat die binnen 30 dagen een gemotiveerd advies uitbrengt aan het Overleg­comité dat binnen 30 dagen volgens de procedure van de consensus beslist."

Je vous rappelle que l'article 32, § 1erquater, alinéa 1, de la loi ordinaire du 9 août 1980 de réformes institutionnelles dispose que si la concertation n'a pas abouti dans le délai de soixante jours, le Sénat est saisi du litige et rend, dans les trente jours, un avis motivé au Comité de Concertation qui rend une décision selon la procédure du consensus dans les trente jours.

 

20 Parlementair samenwerkingsakkoord betreffende de uitoefening van de bevoegdheden die door de EU-verdragen aan de nationale parlementen zijn toegekend

20 Accord de coopération parlementaire relatif à l’exercice des compétences attribuées aux parlements nationaux par les traités de l’Union européenne

 

Op 29 maart 2017 heeft de Conferentie van de voorzitters van de parlementaire assemblees het samenwerkings­akkoord tussen de federale staat, de gewesten, de gemeenschappen, de Franse Gemeenschaps­commissie en de Gemeenschap­pelijke Gemeenschaps­commissie betreffende de uitoefening van de bevoegd­heden die door het verdrag betreffende de Europese Unie, het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de daaraan gehechte protocollen zijn toegekend aan de nationale parlementen, goedgekeurd.

Le 29 mars 2017, la Conférence des présidents des assemblées parlementaires a approuvé l’accord de coopération entre l’État fédéral, les Régions, les Communautés, la Commission communautaire française et la Commission communautaire commune relatif à l’exercice des compétences attribuées aux parlements nationaux par le traité sur l’Union européenne, le traité sur le fonctionnement de l’Union européenne et les protocoles y annexés.

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 24 januari 2018 stel ik u voor het samenwerkings­akkoord te verzenden naar de commissie voor de Herziening van de Grondwet en de Hervorming der Instellingen met het oog op goedkeuring door de plenaire vergadering.

Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 24 janvier 2018, je vous propose d’envoyer l’accord de coopération à la commission de Révision de la Constitution et de la Réforme des Institutions en vue de le soumettre à l’assemblée plénière.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus zal geschieden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

21 Inoverwegingneming van voorstellen

21 Prise en considération de propositions

 

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverweging­neming is gevraagd.

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

 

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik deze als aangenomen; overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considérerai la prise en considération comme acquise et je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 24 januari 2018, stel ik u ook voor in overweging te nemen:

- het wetsvoorstel (de heren Ahmed Laaouej, Stéphane Crusnière en Frédéric Daerden) tot wijziging van het Wetboek van de inkomsten­belastingen 1992, in verband met de reikwijdte van het begrip "bezoldiging" van de bedrijfsleider ter bepaling van het vennootschapsbelastingtarief, nr. 2909/1.

- het wetsvoorstel (de heren Ahmed Laaouej, Stéphane Crusnière en Frédéric Daerden) tot wijziging van het Wetboek van de inkomsten­belastingen 1992, in verband met de toepassings­voorwaarden betreffende het fiscaal gunsttarief voor de kmo's, nr. 2910/1.

Verzonden naar de commissie voor de Financiën en de Begroting

- het wetsvoorstel (mevrouw Karine Lalieux, de heren Frédéric Daerden en Jean-Marc Delizée, mevrouw Fabienne Winckel, de heren Eric Massin en Paul-Olivier Delannois, mevrouw Laurette Onkelinx en de heer Ahmed Laaouej) tot regeling en waarborging van de bescherming en de bezoldiging van de medewerkers van de erkende-platformeconomie, nr. 2912/1.

Verzonden naar de commissie voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de nationale wetenschappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw

- het wetsvoorstel (de dames Carina Van Cauter en Sonja Becq en de heren Peter Dedecker en Gilles Foret) tot wijziging van de wet van 3 december 2017 tot oprichting van de Gegevens­beschermings­autoriteit, nr. 2913/1.

Verzonden naar de commissie voor de Justitie

 

Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 24 janvier 2018, je vous propose également de prendre en considération:

- la proposition de loi (MM. Ahmed Laaouej, Stéphane Crusnière et Frédéric Daerden) modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992 concernant la portée de la notion de "rémunération" de dirigeant de l'entreprise pour la détermination du taux d'imposition des sociétés, n° 2909/1.

- la proposition de loi (MM. Ahmed Laaouej, Stéphane Crusnière et Frédéric Daerden) modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992 concernant les conditions d'application du taux d'imposition préférentiel applicable aux PME, n° 2910/1.

Renvoi à la commission des Finances et du Budget

- la proposition de loi (Mme Karine Lalieux, MM. Frédéric Daerden et Jean-Marc Delizée, Mme Fabienne Winckel, MM. Eric Massin et Paul-Olivier Delannois, Mme Laurette Onkelinx et M. Ahmed Laaouej) visant à encadrer et garantir protection et rémunération aux travailleurs de l’économie de plates-formes agréées, n° 2912/1.

Renvoi à la commission de l'Économie, de la Politique scientifique, de l'Éducation, des Institutions scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de l'Agriculture

- la proposition de loi (Mmes Carina Van Cauter et Sonja Becq et MM. Peter Dedecker et Gilles Foret) modifiant la loi du 3 décembre 2017 portant création de l’Autorité de protection des données, n° 2913/11.

Renvoi à la commission de la Justice

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Ik stel u tevens voor het wetsvoorstel (de heer Benoît Piedboeuf) tot oprichting van een btw-compensatiefonds ten behoeve van de gemeenten en de OCMW’s, in verband met hun investeringen die bijdragen tot de overgang naar een koolstofarme maatschappij (nr. 2915/1) in overweging te nemen.

Verzonden naar de commissie voor de Financiën en de Begroting

Je vous propose de prendre également en considération la proposition de loi (M. Benoît Piedboeuf) visant à créer un Fonds de compensation TVA pour les communes et les CPAS sur des investissements publics favorisant la transition vers une société bas carbone, n° 2915/1.

Renvoi à la commission des Finances et du Budget

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

22 Urgentieverzoeken

22 Demandes d'urgence

 

22.01  Karine Lalieux (PS): Monsieur le président, mon groupe demande l'urgence sur la proposition de loi n° 2912/1.

 

Vous connaissez le conflit actuel entre les coursiers de Deliveroo et les autorités. Cette proposition de loi vise à encadrer cette économie collaborative, qui est importante pour l'économie mais qui doit être régulée, et à ouvrir le débat en commission de l'Économie quant au salaire minimum, au respect des droits sociaux et au rôle à jouer par le SPF Économie. Il y a urgence sur le terrain!

 

De urgentie wordt verworpen bij zitten en opstaan.

L'urgence est rejetée par assis et levé.

 

22.02  Carina Van Cauter (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik zou de spoedbehandeling willen vragen voor het wetsvoorstel nr. 2913/1.

 

De wet met betrekking tot de oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit is op 10 januari laatstleden in het Belgisch Staatsblad verschenen. Om de continuïteit van de openbare dienst te garanderen — de Gegevens­beschermings­autoriteit zal immers de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer opvolgen — is het belangrijk dat haar organen zo snel mogelijk worden samengesteld. Het is precies om een aantal verduidelijkingen of preciseringen in de wet in te schrijven dat dit voorstel is ingediend. Zo kan de Kamer tijdig de nodige vacatures publiceren en krijgt ze daartoe een wettelijke basis aangereikt, vandaar de urgentie van dit voorstel.

 

De voorzitter: Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.

 

Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.

 

De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.

L'urgence est adoptée par assis et levé.

 

Uitslag van de geheime stemming

Résultat du scrutin

 

23 Voordracht van twee kandidaten met het oog op de benoeming van een Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof

23 Présentation de deux candidats en vue de la nomination d'un juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle

 

Uitslag van de stemming voor de eerste kandidaat

Résultat du scrutin pour le premier candidat

 

Votants

130

Stemmen

Blancs ou nuls

21

Blanco of ongeldig

Majorité des deux tiers

87

Tweederde meerderheid

 

Mevrouw Joséphine (Fientje) Moerman heeft 108 stemmen bekomen.

Mme Joséphine (Fientje) Moerman a obtenu 108 suffrages.

 

Mevrouw Martine Taelman heeft 1 stem bekomen.

Mme Martine Taelman a obtenu 1 suffrage.

 

Mevrouw Joséphine (Fientje) Moerman die de tweederdemeerderheid van de stemmen heeft bekomen, is tot eerste kandidaat uitgeroepen voor het vacante ambt van Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof.

Mme Joséphine (Fientje) Moerman ayant obtenu la majorité des deux tiers des suffrages, est proclamée première candidate à la place vacante de juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle.

 

We zullen nu overgaan tot de stemming voor de tweede kandidaat.

Nous allons maintenant passer au vote pour le second candidat.

 

Ik nodig de stemopnemers uit de namen af te roepen.

J'invite les scrutateurs à procéder à l'appel nominal.

 

Er wordt overgegaan tot de naamafroeping.

Il est procédé à l'appel nominal.

 

Heeft iedereen gestemd? (Ja)

Tout le monde a-t-il déposé son bulletin dans l'urne? (Oui)

 

Ik verklaar de stemming voor gesloten. Ik nodig de stemopnemers uit over te gaan tot de stemopneming.

Je déclare le scrutin clos et invite les scrutateurs à procéder au dépouillement.

 

Naamstemmingen

Votes nominatifs

 

24 Aangehouden amendementen op het voorstel van resolutie tot invoering van een actieplan om therapietrouw te bevorderen bij chronisch zieke patiënten (2163/1-6)

24 Amendements réservés à la proposition de résolution visant à mettre en place un plan d'action en vue de favoriser l'observance thérapeutique des malades chroniques (2163/1-6)

 

Stemming over amendement nr. 6 van Catherine Fonck op het opschrift. (2163/6)

Vote sur l'amendement n° 6 de Catherine Fonck à l'intitulé. (2163/6)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

56

Oui

Nee

78

Non

Onthoudingen

2

Abstentions

Totaal

136

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 7 van Catherine Fonck tot invoeging van een considerans I(n). (2163/6)

Vote sur l'amendement n° 7 de Catherine Fonck tendant à insérer un considérant I(n). (2163/6)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

53

Oui

Nee

78

Non

Onthoudingen

4

Abstentions

Totaal

135

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

Stemming over amendement nr. 8 van Catherine Fonck tot weglating van verzoek nr. 8. (2163/6)

Vote sur l'amendement n° 8 de Catherine Fonck tendant à supprimer la demande n° 8. (2163/6)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

54

Oui

Nee

78

Non

Onthoudingen

5

Abstentions

Totaal

137

Total

 

Bijgevolg is het amendement verworpen.

En conséquence, l'amendement est rejeté.

 

25 Geheel van het voorstel van resolutie tot invoering van een actieplan om therapietrouw te bevorderen bij chronisch zieke patiënten (2163/5)

25 Ensemble de la proposition de résolution visant à mettre en place un plan d'action en vue de favoriser l'observance thérapeutique des malades chroniques (2163/5)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

91

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

46

Abstentions

Totaal

137

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het voorstel van resolutie aan. Het zal ter kennis van de regering worden gebracht. (2163/7)

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de résolution. Il en sera donné connaissance au gouvernement. (2163/7)

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

26 Wetsontwerp houdende diverse bepalingen met betrekking tot de sociale bijdragen van de zelfstandigen (2880/1)

26 Projet de loi portant des dispositions diverses en matière de cotisations sociales des travailleurs indépendants (2880/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Heeft iedereen gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son vote?

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

138

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

138

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (2880/4)

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale. (2880/4)

 

27 Goedkeuring van de agenda

27 Adoption de l’ordre du jour

 

Wij moeten overgaan tot de goedkeuring van de agenda voor de vergadering van donderdag 1 februari 2018.

Nous devons procéder à l’approbation de l’ordre du jour de la séance du jeudi 1er février 2018.

 

Geen bezwaar? (Nee) De agenda is goedgekeurd.

Pas d’observation? (Non) L’ordre du jour est approuvé.

 

Collega's, in afwachting van het resultaat van de tweede geheime stemming schors ik even de vergadering.

 

La séance est suspendue.

De vergadering is geschorst.

 

La séance est suspendue à 17.43 heures.

De vergadering wordt geschorst om 17.43 uur.

 

La séance est reprise à 17.47 heures.

De vergadering wordt hervat om 17.47 uur.

 

La séance est reprise.

De vergadering is hervat.

 

Uitslag van de geheime stemming (voortzetting)

Résultat du scrutin (continuation)

 

28 Voordracht van twee kandidaten met het oog op de benoeming van een Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof

28 Présentation de deux candidats en vue de la nomination d'un juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle

 

Uitslag van de stemming voor de tweede kandidaat

Résultat du scrutin pour le second candidat

 

Votants

129

Stemmen

Blancs ou nuls

20

Blanco of ongeldig

Majorité des deux tiers

86

Tweederde meerderheid

 

Mevrouw Martine Taelman heeft 109 stemmen bekomen.

Mme Martine Taelman a obtenu 109 suffrages.

 

Mevrouw Joséphine (Fientje) Moerman heeft 0 stemmen bekomen.

Mme Joséphine (Fientje) Moerman a obtenu 0 suffrage.

 

Mevrouw Martine Taelman die de tweederde­meerderheid van de stemmen heeft bekomen, is tot tweede kandidaat uitgeroepen voor het vacante ambt van Nederlandstalig rechter in het Grondwettelijk Hof.

Mme Martine Taelman ayant obtenu la majorité des deux tiers des suffrages, est proclamée seconde candidate à la place vacante de juge d'expression néerlandaise à la Cour constitutionnelle.

 

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 1 februari 2018 om 14.15 uur.

La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 1er février 2018 à 14.15 heures.

 

De vergadering wordt gesloten om 17.48 uur.

La séance est levée à 17.48 heures.

 

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 54 PLEN 212 bijlage.

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 54 PLEN 212 annexe.

 

 

 


  


Detail van de naamstemmingen

 

Détail des votes nominatifs

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 001

 

 

Oui        

056

Ja

 

Almaci Meyrem, Ben Hamou Nawal, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Calvo Kristof, Caprasse Véronique, Casier Youro, Chabot Jacques, Cheron Marcel, Crusnière Stéphane, Daerden Frédéric, Dallemagne Georges, De Coninck Monica, Dedry Anne, de Lamotte Michel, Delannois Paul-Olivier, Delizée Jean-Marc, Delpérée Francis, Detiège Maya, Devin Laurent, De Vriendt Wouter, Dewinter Filip, Dispa Benoît, Fernandez Fernandez Julie, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Grovonius Gwenaëlle, Hedebouw Raoul, Hellings Benoit, Jiroflée Karin, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lalieux Karine, Lambrecht Annick, Maingain Olivier, Massin Eric, Mathot Alain, Nollet Jean-Marc, Onkelinx Laurette, Özen Özlem, Pas Barbara, Pehlivan Fatma, Poncelet Isabelle, Senesael Daniel, Temmerman Karin, Thiébaut Eric, Top Alain, Vanden Burre Gilles, Van der Maelen Dirk, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Vanvelthoven Peter, Winckel Fabienne

 

Non        

078

Nee

 

Becq Sonja, Beke Wouter, Bellens Rita, Bracke Siegfried, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Calomne Gautier, Capoen An, Cassart-Mailleux Caroline, Ceysens Patricia, Chastel Olivier, Clarinval David, De Coninck Inez, de Coster-Bauchau Sybille, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Demon Franky, De Roover Peter, Dewael Patrick, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dierick Leen, Dumery Daphné, Flahaux Jean-Jacques, Foret Gilles, Friart Benoît, Gabriëls Katja, Galant Isabelle, Gantois Rita, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Heeren Veerle, Hufkens Renate, Jadin Kattrin, Janssen Werner, Janssens Dirk, Klaps Johan, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Lijnen Nele, Luykx Peter, Metsu Koen, Muylle Nathalie, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Schepmans Françoise, Scourneau Vincent, Smaers Griet, Smeyers Sarah, Somers Ine, Spooren Jan, Terwingen Raf, Thoron Stéphanie, Turtelboom Annemie, Uyttersprot Goedele, Van Biesen Luk, Van Camp Yoleen, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van de Velde Robert, Van Hoof Els, Van Mechelen Dirk, Van Peel Valerie, Van Peteghem Vincent, Van Quickenborne Vincent, Van Rompuy Eric, Van Vaerenbergh Kristien, Vercamer Stefaan, Vercammen Jan, Verherstraeten Servais, Vermeulen Brecht, Wollants Bert, Yüksel Veli

 

Abstentions

002

Onthoudingen

 

Vuye Hendrik, Wouters Veerle

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 002

 

 

Oui         

053

Ja

 

Almaci Meyrem, Ben Hamou Nawal, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Calvo Kristof, Caprasse Véronique, Casier Youro, Chabot Jacques, Cheron Marcel, Crusnière Stéphane, Daerden Frédéric, Dallemagne Georges, De Coninck Monica, Dedry Anne, de Lamotte Michel, Delannois Paul-Olivier, Delizée Jean-Marc, Delpérée Francis, Detiège Maya, Devin Laurent, De Vriendt Wouter, Dewinter Filip, Dispa Benoît, Fernandez Fernandez Julie, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Grovonius Gwenaëlle, Hellings Benoit, Jiroflée Karin, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lalieux Karine, Lambrecht Annick, Maingain Olivier, Massin Eric, Mathot Alain, Nollet Jean-Marc, Onkelinx Laurette, Özen Özlem, Pas Barbara, Pehlivan Fatma, Poncelet Isabelle, Senesael Daniel, Temmerman Karin, Thiébaut Eric, Top Alain, Vanden Burre Gilles, Van Hecke Stefaan, Vanvelthoven Peter, Winckel Fabienne

 

Non        

078

Nee

 

Becq Sonja, Beke Wouter, Bellens Rita, Bracke Siegfried, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Calomne Gautier, Capoen An, Cassart-Mailleux Caroline, Ceysens Patricia, Chastel Olivier, Clarinval David, De Coninck Inez, de Coster-Bauchau Sybille, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Demon Franky, De Roover Peter, Dewael Patrick, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dierick Leen, Dumery Daphné, Flahaux Jean-Jacques, Foret Gilles, Friart Benoît, Gabriëls Katja, Galant Isabelle, Gantois Rita, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Heeren Veerle, Hufkens Renate, Jadin Kattrin, Janssen Werner, Janssens Dirk, Klaps Johan, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Lijnen Nele, Luykx Peter, Metsu Koen, Muylle Nathalie, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Schepmans Françoise, Scourneau Vincent, Smaers Griet, Smeyers Sarah, Somers Ine, Spooren Jan, Terwingen Raf, Thoron Stéphanie, Turtelboom Annemie, Uyttersprot Goedele, Van Biesen Luk, Van Camp Yoleen, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van de Velde Robert, Van Hoof Els, Van Mechelen Dirk, Van Peel Valerie, Van Peteghem Vincent, Van Quickenborne Vincent, Van Rompuy Eric, Van Vaerenbergh Kristien, Vercamer Stefaan, Vercammen Jan, Verherstraeten Servais, Vermeulen Brecht, Wollants Bert, Yüksel Veli

 

Abstentions

004

Onthoudingen

 

Hedebouw Raoul, Van Hees Marco, Vuye Hendrik, Wouters Veerle

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 003

 

 

Oui        

054

Ja

 

Almaci Meyrem, Ben Hamou Nawal, Bonte Hans, Brotcorne Christian, Calvo Kristof, Caprasse Véronique, Casier Youro, Chabot Jacques, Cheron Marcel, Crusnière Stéphane, Daerden Frédéric, Dallemagne Georges, De Coninck Monica, Dedry Anne, de Lamotte Michel, Delannois Paul-Olivier, Delizée Jean-Marc, Delpérée Francis, Detiège Maya, Devin Laurent, De Vriendt Wouter, Dispa Benoît, Fernandez Fernandez Julie, Fonck Catherine, Frédéric André, Geerts David, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Grovonius Gwenaëlle, Hedebouw Raoul, Hellings Benoit, Jiroflée Karin, Kitir Meryame, Laaouej Ahmed, Lalieux Karine, Lambrecht Annick, Maingain Olivier, Massin Eric, Mathot Alain, Nollet Jean-Marc, Onkelinx Laurette, Özen Özlem, Pehlivan Fatma, Poncelet Isabelle, Senesael Daniel, Temmerman Karin, Thiébaut Eric, Top Alain, Vanden Burre Gilles, Van der Maelen Dirk, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Vanvelthoven Peter, Winckel Fabienne

 

Non         

078

Nee

 

Becq Sonja, Beke Wouter, Bellens Rita, Bracke Siegfried, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Calomne Gautier, Capoen An, Cassart-Mailleux Caroline, Ceysens Patricia, Chastel Olivier, Clarinval David, De Coninck Inez, de Coster-Bauchau Sybille, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Demon Franky, De Roover Peter, Dewael Patrick, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dierick Leen, Dumery Daphné, Flahaux Jean-Jacques, Foret Gilles, Friart Benoît, Gabriëls Katja, Galant Isabelle, Gantois Rita, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Heeren Veerle, Hufkens Renate, Jadin Kattrin, Janssen Werner, Janssens Dirk, Klaps Johan, Lachaert Egbert, Lanjri Nahima, Lijnen Nele, Luykx Peter, Metsu Koen, Muylle Nathalie, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Schepmans Françoise, Scourneau Vincent, Smaers Griet, Smeyers Sarah, Somers Ine, Spooren Jan, Terwingen Raf, Thoron Stéphanie, Turtelboom Annemie, Uyttersprot Goedele, Van Biesen Luk, Van Camp Yoleen, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van de Velde Robert, Van Hoof Els, Van Mechelen Dirk, Van Peel Valerie, Van Peteghem Vincent, Van Quickenborne Vincent, Van Rompuy Eric, Van Vaerenbergh Kristien, Vercamer Stefaan, Vercammen Jan, Verherstraeten Servais, Vermeulen Brecht, Wollants Bert, Yüksel Veli

 

Abstentions

005

Onthoudingen

 

Carcaci Aldo, Dewinter Filip, Pas Barbara, Vuye Hendrik, Wouters Veerle

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 004

 

 

Oui        

091

Ja

 

Becq Sonja, Beke Wouter, Bellens Rita, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Calomne Gautier, Capoen An, Casier Youro, Cassart-Mailleux Caroline, Ceysens Patricia, Chastel Olivier, Clarinval David, De Coninck Inez, De Coninck Monica, de Coster-Bauchau Sybille, Dedecker Peter, Degroote Koenraad, Demon Franky, De Roover Peter, Detiège Maya, Dewael Patrick, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dierick Leen, Dumery Daphné, Flahaux Jean-Jacques, Foret Gilles, Friart Benoît, Gabriëls Katja, Galant Isabelle, Gantois Rita, Geerts David, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Gustin Luc, Heeren Veerle, Hufkens Renate, Jadin Kattrin, Janssen Werner, Janssens Dirk, Jiroflée Karin, Kitir Meryame, Klaps Johan, Lachaert Egbert, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lijnen Nele, Luykx Peter, Metsu Koen, Muylle Nathalie, Pehlivan Fatma, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Raskin Wouter, Schepmans Françoise, Scourneau Vincent, Smaers Griet, Smeyers Sarah, Somers Ine, Spooren Jan, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thoron Stéphanie, Top Alain, Turtelboom Annemie, Uyttersprot Goedele, Van Biesen Luk, Van Camp Yoleen, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Maelen Dirk, Van de Velde Robert, Van Hoof Els, Van Mechelen Dirk, Van Peel Valerie, Van Peteghem Vincent, Van Quickenborne Vincent, Van Rompuy Eric, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vercammen Jan, Verherstraeten Servais, Vermeulen Brecht, Wollants Bert, Yüksel Veli

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

046

Onthoudingen

 

Almaci Meyrem, Ben Hamou Nawal, Brotcorne Christian, Calvo Kristof, Caprasse Véronique, Carcaci Aldo, Chabot Jacques, Cheron Marcel, Crusnière Stéphane, Daerden Frédéric, Dallemagne Georges, Dedry Anne, de Lamotte Michel, Delannois Paul-Olivier, Delizée Jean-Marc, Delpérée Francis, Devin Laurent, De Vriendt Wouter, Dewinter Filip, Dispa Benoît, Fernandez Fernandez Julie, Fonck Catherine, Frédéric André, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Grovonius Gwenaëlle, Hedebouw Raoul, Hellings Benoit, Laaouej Ahmed, Lalieux Karine, Maingain Olivier, Massin Eric, Mathot Alain, Nollet Jean-Marc, Onkelinx Laurette, Özen Özlem, Pas Barbara, Poncelet Isabelle, Senesael Daniel, Thiébaut Eric, Vanden Burre Gilles, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Vuye Hendrik, Winckel Fabienne, Wouters Veerle

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 005

 

 

Oui        

138

Ja

 

Almaci Meyrem, Becq Sonja, Beke Wouter, Bellens Rita, Ben Hamou Nawal, Bogaert Hendrik, Bonte Hans, Bracke Siegfried, Brotcorne Christian, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Calomne Gautier, Calvo Kristof, Capoen An, Caprasse Véronique, Carcaci Aldo, Casier Youro, Cassart-Mailleux Caroline, Ceysens Patricia, Chabot Jacques, Chastel Olivier, Cheron Marcel, Clarinval David, Crusnière Stéphane, Daerden Frédéric, Dallemagne Georges, De Coninck Inez, De Coninck Monica, de Coster-Bauchau Sybille, Dedecker Peter, Dedry Anne, Degroote Koenraad, de Lamotte Michel, Delannois Paul-Olivier, Delizée Jean-Marc, Delpérée Francis, Demon Franky, De Roover Peter, Detiège Maya, Devin Laurent, De Vriendt Wouter, Dewael Patrick, De Wever Bart, Dewinter Filip, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dierick Leen, Dispa Benoît, Dumery Daphné, Fernandez Fernandez Julie, Flahaux Jean-Jacques, Fonck Catherine, Foret Gilles, Frédéric André, Friart Benoît, Gabriëls Katja, Galant Isabelle, Gantois Rita, Geerts David, Gerkens Muriel, Gilkinet Georges, Goffin Philippe, Grosemans Karolien, Grovonius Gwenaëlle, Gustin Luc, Hedebouw Raoul, Heeren Veerle, Hellings Benoit, Hufkens Renate, Jadin Kattrin, Janssen Werner, Janssens Dirk, Jiroflée Karin, Kitir Meryame, Klaps Johan, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lalieux Karine, Lambrecht Annick, Lanjri Nahima, Lijnen Nele, Luykx Peter, Maingain Olivier, Massin Eric, Mathot Alain, Metsu Koen, Muylle Nathalie, Nollet Jean-Marc, Onkelinx Laurette, Özen Özlem, Pas Barbara, Pehlivan Fatma, Piedboeuf Benoît, Pivin Philippe, Poncelet Isabelle, Raskin Wouter, Schepmans Françoise, Scourneau Vincent, Senesael Daniel, Smaers Griet, Smeyers Sarah, Somers Ine, Spooren Jan, Temmerman Karin, Terwingen Raf, Thiébaut Eric, Thoron Stéphanie, Top Alain, Turtelboom Annemie, Uyttersprot Goedele, Van Biesen Luk, Van Camp Yoleen, Van Cauter Carina, Van den Bergh Jef, Vanden Burre Gilles, Vandenput Tim, Van der Donckt Wim, Van der Maelen Dirk, Van de Velde Robert, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Mechelen Dirk, Van Peel Valerie, Van Peteghem Vincent, Van Quickenborne Vincent, Van Rompuy Eric, Van Vaerenbergh Kristien, Vanvelthoven Peter, Vercamer Stefaan, Vercammen Jan, Verherstraeten Servais, Vermeulen Brecht, Vuye Hendrik, Winckel Fabienne, Wollants Bert, Wouters Veerle, Yüksel Veli

 

Non        

000

Nee

 

Abstentions

000

Onthoudingen