Séance plénière

Plenumvergadering

 

du

 

Jeudi 16 décembre 2021

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

Donderdag 16 december 2021

 

Namiddag

 

______

 

 


La séance est ouverte à 14 h 19 et présidée par Mme Eliane Tillieux, présidente.

De vergadering wordt geopend om 14.19 uur en voorgezeten door mevrouw Eliane Tillieux, voorzitster.

 

La présidente: La séance est ouverte.

De vergadering is geopend.

 

Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans le Compte Rendu Intégral de cette séance ou son annexe.

Een reeks mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. U kan deze terugvinden op de webstek van de Kamer en in het Integraal Verslag van deze vergadering of in de bijlage ervan.

 

Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l'ouverture de la séance:

Aanwezig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:

Pierre-Yves Dermagne.

 

Questions

Vragen

 

01 Vraag van Steven Matheï aan Pierre-Yves Dermagne (VEM Economie en Werk) over "De aanpak van de fraude in het voetbal" (55002133P)

01 Question de Steven Matheï à Pierre-Yves Dermagne (VPM Économie et Travail) sur "La lutte contre la fraude dans le monde du football" (55002133P)

 

01.01  Steven Matheï (CD&V): Mijnheer de vicepremier, broodzakken met "zwarte" eurobiljetten, mysterieuze vennootschappen in Montenegro en de uitwisseling van Rolexhorloges: dat kregen we deze week alweer te horen in wat we intussen kennen als het grote Belgische voetbalschandaal.

 

Onthullingen van systematische belastingontduiking en witwassen zorgen voor een echte kaakslag: in de eerste plaats voor de voetbalsector zelf en voor de supporters, maar ook voor iedereen die wel eerlijk belastingen betaalt. In deze zaak zullen de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) en Justitie hun werk moeten doen.

 

Er moet evenwel ook structureel ingegrepen worden. Collega's, we weten allemaal dat het niet van de voetbalsector zelf zal komen, dus zullen politici het voortouw moeten nemen, wat ze ook hebben gedaan. Deze week werd in de commissie de beperking van de exuberante makelaarsvergoedingen goedgekeurd, iets wat ook de transparantie ten goede komt. Dat is een belangrijke stap. In de zomer van 2020 werd de onderwerping van makelaars en de voetbalclubs aan de antiwitwaswetgeving goedgekeurd. Heel concreet zullen zij alle verdachte transacties moeten melden aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI), die dan verder en grondig onderzoek zullen moeten doen. Dat is een onmisbare schakel in de strijd tegen deze misbruiken.

 

Om dat goed te laten functioneren zijn er nog twee zaken nodig: een KB om de voetbalclubs erop te wijzen wat ze juist moeten checken en, wat de makelaars betreft, samenwerkingsovereenkomsten met de deelstaten.

 

Mijnheer de minister, waar wacht u nog op? Het is tijd om de bal binnen te koppen. Vandaar mijn concrete vraag: hoever staat het met de uitwerking van het KB voor de voetbalclubs en met de samenwerkingsverbanden wat betreft de makelaars?

 

01.02 Minister Pierre-Yves Dermagne: Mevrouw de voorzitster, mijnheer Matheï, ik ben zeer bezorgd over de vele schandalen in het voetbal. Het is hoog tijd om orde op zaken te stellen.

 

Allereerst wil ik u eraan herinneren dat de voetbalsector onder bijzondere wetgeving valt betreffende witwassen. De Koninklijke Belgische Voetbalbond en de professionele clubs vallen sinds 1 juli 2021 onder de wet houdende diverse bepalingen tot voorkoming van het witwassen van geld. Voetbalclubs zijn dus onderworpen aan de volledige antiwitwaswetgeving.

 

De wet bepaalt dat de definitie van een voetbalclub gebeurt via registratie in een koninklijk besluit, dat momenteel in opmaak is. Dankzij deze registratie zullen de FOD Economie en de Cel voor Financiële Informatieverwerking exact kunnen bepalen wie aan de antiwitwasverplichtingen is onderworpen. Dit neemt niet weg dat nu al antiwitwasmaatregelen worden genomen ten opzichte van professionele clubs.

 

Voetbalmakelaars daarentegen zullen pas onder de wet vallen nadat er een samenwerkingsakkoord is gesloten tussen de federale overheid en de Gewesten. Het statuut van makelaar is namelijk een gewestelijke bevoegdheid. Daarom heb ik de Economische Inspectie opgedragen om de nodige samenwerkingsovereenkomsten uit te werken. Dat proces loopt volop.

 

België is het enige Europese land dat voetbalmakelaars al heeft onderworpen aan wetgeving tegen witwassen. Dat bemoeilijkt onze wetgevende acties. In tegenstelling tot sportclubs blijkt het voor een makelaar gemakkelijk om zich elders in de Europese Unie te vestigen. Zo kan hij zich helaas onttrekken aan de wettelijke verplichtingen in België. Het is daarom van essentieel belang dat de Europese antiwitwaswetgeving wordt toegepast op de hele professionele sportsector in de EU. De Europese debatten hierover zijn dus zeer belangrijk. De minister van Financiën …..

 

01.03  Steven Matheï (CD&V): Mijnheer de vice-eersteminister, wij delen inderdaad de bezorgdheid die u hebt geuit. Mede op ons initiatief zijn die zaken ook al in het Parlement aan bod gekomen, zoals de beperking van makelaarsvergoedingen en het onderwerpen van clubs en makelaars aan de antiwitwaswetgeving. De bal is dus aan het rollen en moet blijven rollen. Het koninklijk besluit en de samenwerkingsakkoorden moeten er snel komen. Daarvoor rekenen wij ook op u.

 

Collega's, de Rode Duivels staan nummer 1 op de FIFA-ranglijst. Op die manier zijn zij een sportief voorbeeld voor de hele wereld en voor Europa. Ook in de strijd voor proper voetbal moeten wij de kop nemen. Daarom moeten wij ook op Europees vlak blijven pleiten voor het onderwerpen aan de witwaswetgeving van makelaars en clubs.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

02 Question de Marco Van Hees à Georges Gilkinet (VPM Mobilité) sur "Les moyens alloués au rail" (55002134P)

02 Vraag van Marco Van Hees aan Georges Gilkinet (VEM Mobiliteit) over "De aan de spoorwegen toegekende middelen" (55002134P)

 

02.01  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, le développement du rail est l'un des leviers fondamentaux aujourd'hui, puisqu'il répond à la fois à des enjeux sociaux importants, à des enjeux environnementaux - ce n'est pas à vous que je dois le dire - et à des enjeux de mobilité.

 

Le 21 octobre dernier, vous avez déclaré ici en séance plénière: "J'ai fait les comptes de ce gouvernement. Depuis le début de la législature, en plus de la dotation ordinaire, un milliard et demi d'euros supplémentaires sont d'ores et déjà injectés dans le rail, à mon initiative, d'ici à 2024." Or, ce lundi, vous avez déclaré que, depuis l'avènement de la Vivaldi, 1,7 milliard d'euros ont été injectés dans le rail.

 

Aussi, lors des débats budgétaires en commission des Finances, je me suis penché sur ces chiffres. J'ai cherché votre milliard et demi, mais je ne l'ai pas trouvé! Du coup, j'ai demandé à la secrétaire d'État au Budget, Eva De Bleeker, de me fournir un tableau récapitulatif de tous les mouvements pour le rail, tableau que voici.

 

On voit dans ce tableau qu'il n'y a pas un milliard et demi en plus. Il y a même moins! Il y a même une diminution de 21 millions d'euros sur le budget 2022, et une diminution de 62 millions d'euros sur l'ensemble de la législature. Alors voilà, vous parlez d'un milliard et demi en plus, moi je vois 62 millions d'euros en moins. Comment pouvez-vous confondre un milliard et demi en plus et 62 millions d'euros en moins?

 

En l'état actuel des décisions, confirmez-vous que le budget pour 2024 est inférieur de 62 millions d'euros à celui de 2020, ainsi que l'indique le tableau de la secrétaire d'État?

 

02.02  Georges Gilkinet, ministre: Décidément, monsieur Van Hees, vous entretenez un rapport très particulier à la vérité et aux chiffres et disposez d'une véritable capacité à réécrire l'Histoire. Je vous remercie de me permettre d'affirmer à nouveau l'ambition du gouvernement pour le rail, colonne vertébrale de la mobilité de demain, et de détailler les décisions budgétaires qui ont été prises à cette fin depuis un an. Oui, mesdames et messieurs, la vérité a ses droits, et la voici.

 

En un an, le gouvernement a injecté plus de 1,7 milliard d'euros dans le rail, en plus des 3 milliards que représente la dotation annuelle d'Infrabel et de la SNCB. Il s'agit tout d'abord du Plan Boost, qui totalise 615 millions d'investissements supplémentaires dans l'infrastructure, le réseau et l'accessibilité. Dans le cadre du budget 2022, de nouveaux moyens vont être accordés à la SNCB afin d'exécuter son plan de transport. C'est ainsi que davantage de trains circulent depuis ce lundi. De même, il s'agit de permettre à Infrabel de remplir ses missions de service public et de développer le train international. Au surplus, sont prévues 900 millions d'aides covid et d'aides inondations, vu les circonstances douloureuses que nous traversons. Et puis, je le redis, malgré le contexte budgétaire difficile, les moyens de la SNCB et d'Infrabel ne diminuent pas; ils augmentent.

 

Monsieur Van Hees, j'ai détaillé tous ces chiffres en réunion de commission du mardi 7 décembre dernier. Malheureusement, vous n'y assistiez pas. Sinon, cela vous aurait empêché de tenir des propos approximatifs ou incomplets.

 

Alors, ces moyens sont-ils nécessaires? Ils le sont bien évidemment après des années de disette et de coupes budgétaires linéaires. Sont-ils suffisants? Je l'ai déjà dit: non, parce que les besoins sont énormes. Est-ce terminé? Non, bien entendu: les budgets 2023 et 2024 suivront le budget 2022. Il existe des possibilités multiples d'obtenir un financement du rail, car il en vaut la peine et est essentiel à notre mobilité de demain, ainsi qu'à notre planète.

 

02.03  Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, ça ne va pas! C'est grave! En politique, on ne peut pas inventer des chiffres. Moi, je vous donne le chiffre de la secrétaire d'État au Budget. Je ne partage pas ses options néolibérales mais, au moins, elle est honnête au niveau budgétaire. Elle nous donne des chiffres fiables.

 

Vous, vous venez avec un écran de fumée. Vous venez d'abord avec 900 millions d'euros qui sont des aides pour le rail, pour le covid et les inondations. Je ne vois pas du tout en quoi cela va développer le rail. Mais, surtout, vous venez avec les montants positifs mais pas avec les montants négatifs. Or, si on regarde l'ensemble des chiffres, pas seulement ceux qui vous arrangent mais l'ensemble des chiffres, on voit qu'il n'y a pas une augmentation de 1,5 ou 1,7 milliard d'euros mais une diminution de 62 millions d'euros sur la législature. C'est le tableau De Bleeker!

 

Alors, vous pouvez remettre en question les chiffres de la secrétaire d'État au Budget mais, moi, j'ai plus tendance à la croire, elle, que vous dans le cas présent, monsieur le ministre.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

03 Vraag van Joris Vandenbroucke aan Vincent Van Peteghem (VEM Financiën) over "Operatie Zero in het voetbal" (55002129P)

03 Question de Joris Vandenbroucke à Vincent Van Peteghem (VPM Finances) sur "L'Opération Zéro dans le monde du football" (55002129P)

 

03.01  Joris Vandenbroucke (Vooruit): Mijnheer de minister, voor voetballiefhebbers moet de getuigenis van Veljkovic over wat zich echt afspeelt rond de voetbalvelden in ons land, echt een nachtmerrie geweest zijn. Blijkbaar heerst er een diepgewortelde cultuur van totale normvervaging bij het Belgische profvoetbal, waarin het niet meer rond de sport draait, maar om het snel verdienen van zwart geld. Ik hoop dat iedereen het met me eens is dat het totaal onverantwoord zou zijn om nog langer belastinggeld in dat systeem te pompen.

 

Mijnheer de minister, wij hebben de afgelopen weken een lobbykartel over ons heen gekregen, een kartel van topclubs, van Pro League, van bevriende sportjournalisten en academici, die allemaal in koor kwamen zeggen dat we van de fiscale privileges van het voetbal moeten afblijven, anders zouden we het voetbal kapotmaken. Wel collega's, het voetbal is al kapot en we weten nu ook waarom, namelijk omdat men liever met geld en Rolexen smijt om buitenlandse spelers aan te kopen dan dat men investeert in talent van de eigen jongeren. Dat moet stoppen, mijnheer de minister.

 

Ik zie hiervoor twee opties. Ofwel draaien we de kraan volledig toe. Gedaan met de fiscale voordelen. Ofwel verplichten we de sector om orde op zaken te stellen. Ik stel voor dat elke voetbalclub die in de toekomst vindt nog aanspraak te kunnen maken op belastinggeld, volledig moet worden doorgelicht, zodanig dat we zeker zijn dat die zuiver op de graat is.

 

Mijn vraag aan u, mijnheer de minister, is wat u vindt van dat denkspoor en wat uw plannen zijn om orde op zaken te stellen bij het Belgisch profvoetbal.

 

03.02 Minister Vincent Van Peteghem: Mijnheer Vandenbroucke, wij hebben in de afgelopen dagen met heel veel verbazing de getuigenissen van een voetbalmakelaar op de televisie en in de kranten kunnen volgen. Wij kunnen niet zeggen dat we verrast zijn, want wij wisten uiteraard al sinds 3 jaar geleden, na het losbreken van operatie Zero, dat er zaken gebeurden die niet door de beugel konden.

 

Zonder mij te willen uitspreken over de lopende gerechtelijke onderzoeken die lopen, moet ik wel beamen, zoals u terecht opmerkte, dat wij allemaal wat ongemakkelijk worden door de omvang van dat zwartgeldcircuit. De genoemde bedragen zijn echt wraakroepend.

 

Ik vind het belangrijk toch drie feiten te beklemtonen. Ten eerste, operatie Zero legt de ongecontroleerde macht van de voetbalmakelaars in de voetbalsport pijnlijk bloot. Ik meen dat wij een eerste stap gedaan hebben door een plafond op de fiscale aftrekbaarheid van de makelaarsvergoeding in te voeren.

 

Ten tweede, de strijd tegen zwart geld is al jaren een speerpunt van de Bijzondere Belastinginspectie. Zij is dan ook een belangrijke partner van ons gerecht in die strijd en in de operatie Propere Handen tegen verschillende voetbalclubs. In diverse afdelingen van ons Belgisch voetbal loopt op het moment een fiscaal onderzoek en ik ben er dan ook van overtuigd dat de samenwerking tussen het parket en de BBI ter zake resultaten zal opleveren.

 

Ten derde, wij kunnen inderdaad niet toelaten dat er enerzijds zwartgeldcircuits worden opgezet en, anderzijds, dat de clubs nog eens zelf kunnen beslissen hoe zij belastinggeld inzetten bijvoorbeeld om de hoge spelerslonen te betalen. Het doel daarvan moet zijn dat men de middelen die men krijgt, inzet voor wat de overheid belangrijk vindt, namelijk de infrastructuur en de jeugdopleidingen. Dat lijkt mij eerlijk. Dat lijkt mij logisch.

 

En dus ja, mijnheer Vandenbroucke, ik meen dat de regering al stappen gedaan heeft om de excessen eruit te krijgen. Tegelijk ben ik ervan overtuigd dat wij er in de komende maanden aandacht voor moeten hebben om de aanpak van die excessen hoog op de agenda te houden.

 

03.03  Joris Vandenbroucke (Vooruit): Mijnheer de minister, dank u voor uw antwoord. Ik kijk ook heel erg uit naar het gevolg van het gerechtelijk onderzoek en het onderzoek van de Bijzondere Belastinginspectie.

 

U hebt hier nogmaals toegelicht dat u plannen maakt om de fiscale voordelen te hervormen. U hebt daarvoor de volledige steun van Vooruit. Ik hoop dat wanneer die op de agenda van de regering komen, niemand zich nog geroepen voelt om de spreekbuis te zijn van de voetballobby. Daarmee doet men de voetballiefhebbers in ons land geen plezier, want het is die lobby, die het voetbal kapot heeft gemaakt.

 

Het draagvlak is nog nooit zo groot geweest om er met de grove borstel door te gaan, om schoon schip te maken en ervoor te zorgen dat elke eurocent belastinggeld die nog naar het profvoetbal gaat, goed wordt besteed.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

04 Questions jointes de

- Ahmed Laaouej à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "L'annonce du retrait de la lutte contre la fraude fiscale comme priorité absolue pour la police" (55002126P)

- Joris Vandenbroucke à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le retrait de la fraude fiscale comme priorité absolue dans le Plan national de sécurité" (55002127P)

- Eva Platteau à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le retrait de la fraude fiscale comme priorité pour la police" (55002128P)

- Raoul Hedebouw à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le retrait de la lutte contre la fraude fiscale comme priorité pour la police" (55002136P)

- François De Smet à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le retrait de la lutte contre la fraude fiscale comme priorité dans le PNS 2022-2025" (55002137P)

- Tim Vandenput à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le Plan national de sécurité du gouvernement" (55002138P)

- Wouter Vermeersch à Vincent Van Peteghem (VPM Finances) sur "Les erreurs dans les déclarations fiscales par opposition à l'indulgence pour la fraude fiscale" (55002140P)

- Servais Verherstraeten à Annelies Verlinden (Intérieur et Réformes institutionnelles) sur "Le Plan national de sécurité" (55002144P)

- Jean-Marie Dedecker à Vincent Van Peteghem (VPM Finances) sur "La lutte contre la fraude fiscale" (55002146P)

- Cécile Cornet à Vincent Van Peteghem (VPM Finances) sur "La lutte contre la fraude fiscale" (55002147P)

04 Samengevoegde vragen van

- Ahmed Laaouej aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "De vraag of de fiscalefraudebestrijding nog een topprioriteit is voor de politie" (55002126P)

- Joris Vandenbroucke aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het niet langer aanmerken van de fiscalefraudebestrijding als topprioriteit in het NVP" (55002127P)

- Eva Platteau aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het niet langer aanmerken van de fiscalefraudebestrijding als prioriteit voor de politie" (55002128P)

- Raoul Hedebouw aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het niet langer aanmerken van de fiscalefraudebestrijding als prioriteit voor de politie" (55002136P)

- François De Smet aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het niet langer aanmerken van de fiscalefraudebestrijding als prioriteit in het NVP 2022-2025" (55002137P)

- Tim Vandenput aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het Nationaal Veiligheidsplan van de regering" (55002138P)

- Wouter Vermeersch aan Vincent Van Peteghem (VEM Financiën) over "De fouten in de belastingaangiften versus de vrijgeleide voor fiscale fraude" (55002140P)

- Servais Verherstraeten aan Annelies Verlinden (Binnenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen) over "Het Nationaal Veiligheidsplan" (55002144P)

- Jean-Marie Dedecker aan Vincent Van Peteghem (VEM Financiën) over "De aanpak van de fiscale fraude" (55002146P)

- Cécile Cornet aan Vincent Van Peteghem (VEM Financiën) over "De fiscalefraudebestrijding" (55002147P)

 

04.01  Ahmed Laaouej (PS): Madame la présidente, monsieur le ministre, je pense que nous avons été nombreux à nous étrangler en buvant notre café, en lisant l'article paru dans De Tijd indiquant que la lutte contre la fraude fiscale n'est plus une priorité dans le plan national de sécurité.

 

Ce n'est pas vous qui êtes à l'initiative, monsieur le ministre, du plan national de sécurité, ce sont Mme la ministre de l'Intérieur et M. le ministre de la Justice.

 

Comment peut-on imaginer un seul instant recueillir l'adhésion de la population à qui il est demandé de payer ses contributions par le biais du précompte professionnel retenu tous les mois sur le salaire des salariés ou par le biais de versements anticipés pour les indépendants et les professions libérales, si on ne lui indique pas clairement qu'on va lutter contre la fraude fiscale? On atteint un point de rupture, si c'est ce message-là qui lui est délivré. C'est la raison pour laquelle je n'ai qu'une seule hypothèse, celle qui consiste en un manque de discernement, en un manque d'attention. Il ne peut en être autrement!

 

Madame et monsieur les ministres, il est essentiel de revoir la copie, copie qui doit encore être présentée au gouvernement, avant de faire l'objet de discussions avec d'autres niveaux de pouvoir. En effet, la lutte contre la fraude fiscale relève non seulement d'une justice élémentaire et de l'égalité des Belges en matière d'impôt, mais c'est également une nécessité, vu le contexte budgétaire difficile que nous connaissons actuellement.

 

04.02  Joris Vandenbroucke (Vooruit): Mevrouw de minister, geen topprioriteit noemde u de strijd tegen de fiscale fraude deze week. Laat mij even uw geheugen opfrissen: LuxLeaks, Panama Papers en Paradise Papers, schandaal na schandaal is hier gepasseerd. Om die reden hebben wij afgesproken dat wij een miljard euro zullen halen uit de zakken van de valsspelers die profiteren op de kap van alle burgers en bedrijven die wel netjes hun belastingen betalen. Dat is immers totaal onaanvaardbaar. Vooruit eist dat iedereen zijn deel doet. Wie zijn deel niet doet, zorgt ervoor dat anderen te veel belastingen moeten betalen.

 

Minister Van Peteghem heeft die ambitie altijd bevestigd. Mevrouw de minister, het spijt mij maar begin deze week heb ik mij de vraag gesteld wat die woorden waard zijn. U kwam immers op de proppen met een Nationaal Veiligheidsplan dat de topprioriteiten voor de politie moet vastleggen. Daarin was de strijd tegen fiscale fraude geschrapt als topprioriteit. U legde de ambitie van uw collega Van Peteghem naast u neer, u vergat ze gewoon achter zijn rug om.

 

Collega's, ik stel mij de vraag wat wij hier staan te doen. Wij hebben de politie immers nodig om de strijd tegen fiscale fraude te voeren. Die strijd moet op alle fronten worden gevoerd, zowel door de fiscus als door de justitie en de politie. Mevrouw de minister, blijkbaar verdwijnt die ambitie echter indien Vooruit u daar niet op aanspreekt. Daarom sta ik hier, om u daarop aan te spreken.

 

Wat bent u van plan te doen met de belofte die wij hebben gedaan aan de burgers en bedrijven in dit land? Zal u ook de strijd tegen fiscale fraude opvoeren? Zal die strijd een topprioriteit zijn voor de politie? Zal dat ook op die manier te lezen zijn in het Nationaal Veiligheidsplan waaraan u werkt?

 

04.03  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, mevrouw de minister, jaarlijks verliest ons land 30 miljard euro door belastingontduiking. Dat bedrag verdwijnt elk jaar opnieuw uit de schatkist door fiscale fraude, maar we lezen deze week in de krant dat het aanpakken van fiscale fraude blijkbaar geen prioriteit voor de politie meer zou zijn. Net op het moment dat onze overheidsfinanciën onder de coronacrisis kreunen, halen we fiscale fraude uit de topprioriteitenlijst van het Nationaal Veiligheidsplan.

 

Mevrouw de minister, dat is voor mijn fractie onbegrijpelijk en onaanvaardbaar. Mensen en bedrijven die hun belastingen correct betalen, moeten weten dat fraudeurs niet zomaar weg kunnen komen.

 

Het regeerakkoord is daarover heel duidelijk, de strijd tegen fiscale fraude zal onverminderd worden voortgezet. Daarom hebben we net meer nood aan een onverminderde inzet van de politie. De politie heeft nood aan meer gespecialiseerde speurders die financiële onderzoeken kunnen uitvoeren. De parketten vragen dat en uw partijgenoot, de minister van Financiën, vraagt dat ook.

 

Mevrouw de minister, fiscale fraude is een ernstig misdrijf. Sinds wanneer was u op de hoogte van de nieuwe prioriteiten van de politie? Waarom zijn er geen alarmbellen bij u afgegaan omdat fiscale fraude er niet meer tussenstond? Gaat u opnieuw met de politie aan de tafel zitten, om hen duidelijk te maken welke de prioriteiten van deze regering zijn? Op welke manier gaat u de politie versterken om de strijd tegen de fiscale fraude te voeren?

 

04.04  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, mijnheer de minister, het is altijd hetzelfde liedje bij Vivaldi, de kleine man doen we betalen, de kleine man moet langer werken enzovoort. Het schaamlapje is dan altijd dat we de fiscale fraude gaan aanpakken. Al een jaar is er sprake van een opbrengst van een miljard euro. Er wordt dan een tabelletje opgesteld en het had evengoed twee miljard euro kunnen zijn, volle bak dus.

 

Maar waar blijven de daden? De eerste gelegenheid om verder te gaan in de strijd tegen de fiscale fraude was het Nationaal Veiligheidsplan. Wat blijkt nu echter? Verleden jaar stond daar nog in grote letters fiscale fraude in. Nu beslist de vivaldiregering echter dat die fiscale fraude de vuilnisbak in gaat, die krijgt geen prioriteit meer. Hoe is het mogelijk dat er zo'n groot verschil is tussen de woorden en de daden van een regering?

 

Er gaat 260 miljard euro van de Belgische bedrijven naar fiscale paradijzen. Mijnheer de minister, hoeveel volk werkt daar bij uw diensten aan? Het gaat om vier man, in die cel zit vier man. Waar zijn we dan mee bezig? Er verdwijnen 60 ambtenaren bij de FOD Financiën, maar om zieke mensen te pesten komt er wel 60 man bij. Het is altijd hetzelfde bij Vivaldi, voor de kleine garnalen is het patat en daarboven blabla.

 

Mevrouw en mijnheer de minister, mijn vraag is heel duidelijk. Hoe hebt u zo'n beslissing kunnen nemen? Ik begrijp dat niet. Ten tweede, er bestaat een interministerieel comité tegen de fraude, waar u allebei in zit, net als de heren Van Quickenborne en Dermagne. Is er in dat comité overleg geweest over het Nationaal Veiligheidsplan.

 

04.05  François De Smet (DéFI): Madame la présidente, madame la ministre, monsieur le ministre, à l'heure où nous parlons, le Parlement n'a pas l'honneur de connaître ce projet de plan national de sécurité 2022-2025. Mais ce qui apparaît clair, c'est qu'en effet, la lutte contre la fraude fiscale ne figure plus dans les priorités absolues de la police. Ou plus exactement, elle figure dans la rubrique "phénomènes faisant l'objet d'une attention particulière". Comme si l'objectif était simplement de se contenter des moyens existants, sans devoir intégrer de nouveaux outils.

 

La question est simple: de qui se moque-t-on? Devons-nous rappeler que ce Parlement est toujours en attente d'un vaste plan de lutte contre la fraude fiscale promis par ce gouvernement? Devons-nous rappeler que la Vivaldi entend récupérer, à l'horizon 2024, un milliard d'euros? Nous n'avons toujours pas les ressources pour l'année 2021. Devons-nous rappeler que, chaque année, un nouveau scandale financier éclate, le dernier en date étant celui des Pandora Papers?

 

Madame la ministre, monsieur le ministre, mes questions sont dramatiquement simples. Est-il exact que la lutte contre la fraude fiscale ne constituerait plus une priorité absolue pour la police dans le cadre de ce projet de plan national de sécurité? Dans l'affirmative, comment est-ce possible? Comment le justifiez-vous? Cela ne met-il pas en cause le vaste plan de lutte contre la fraude fiscale que, par ailleurs, nous attendons toujours? Les recettes budgétaires que vous nous promettez seront-elles affectées?

 

Enfin, si ce n'est pas trop demander, ce Parlement pourrait-il avoir accès au projet de plan national de sécurité pour pouvoir en débattre démocratiquement? 

 

04.06  Tim Vandenput (Open Vld): Mevrouw de voorzitster, mevrouw de minister, mijnheer de minister, het Nationaal Veiligheidsplan werd op de interministeriële conferentie besproken en al gauw was er op sociale media en in de media veel commotie. Fiscale fraude zal niet meer als prioriteit gezien worden door de politie. Dat zou toch straf zijn. Tijdens de bespreking van de beleidsnota hebt u immers gezegd dat de aanpak van fiscale fraude een van de speerpunten is van de federale gerechtelijke politie (FGP). Wel maakt het plan een nuance tussen thema's met permanente aandacht en thema's met een bijzondere aandacht. Kan u daar even klaarheid in scheppen voor dit Parlement?

 

De kerntaak van de politie is de veiligheid van alle inwoners in ons land te garanderen. Er komt vandaag veel af op onze politiemensen, zoals de cybercriminaliteit, het handhaven van de covidmaatregelen, betogingen die uit de hand lopen, naast hun reguliere werk, natuurlijk. Vandaag zijn er in het hele land 5.200 politiemensen te weinig. Ook de gerechtelijke politie kampt met zware tekorten op personeel en ook materieel. Veel politiezones draaien op –20%.

 

Ook de Open Vld is voor de aanpak van de fiscale fraude en de sociale fraude. Dat heeft voor de Open Vld een heel hoge prioriteit. Dat kan alleen maar gebeuren door een stevige ketting te maken en behouden. In die ketting heeft iedereen zijn taak: de fiscus, de politie en het parket. Als eentje daarvan een zwak moment heeft, zijn de andere klaar om elkaar te helpen.

 

Kan u toelichting geven bij de beslissing om de fiscale fraude niet meer als thema met bijzondere aandacht te catalogiseren? Wat zijn de stappen om de FGP te versterken? Op welke manier zal u garanderen dat onze politiediensten hun bijdrage (…)

 

04.07  Wouter Vermeersch (VB): Mevrouw de voorzitster, collega's, afgelopen maandag konden wij allemaal het onderzoek van Het Laatste Nieuws lezen met een onrechtvaardig verhaal dat ons allen tegen de borst zou moeten stuiten. Een belastingplichtige, een zekere Hans, verloor zijn job tijdens de coronacrisis en kreeg door een verkeerde afrekening duizenden euro's te veel aangerekend door de fiscus. De man moest uiteindelijk naar de rechtbank trekken om zijn gelijk te halen. In het land met bijna de hoogste belastingen van de wereld krijgen gewone burgers dus geen correcte belastingafrekening en moeten zij naar de rechtbank trekken om hun gelijk te halen.

 

Daar staat tegenover dat de burgers nu te horen krijgen dat Justitie en politie niet langer een prioriteit maken van fiscale fraude. Bij de opening van het gerechtelijk jaar waarschuwde de procureur-generaal van Brussel al dat fiscale misdrijven niet langer zullen worden onderzocht.

 

Mijnheer de minister, afgelopen dinsdag konden wij eveneens in de krant lezen dat de ministers Verlinden, ook uw partijgenote, en Van Quickenborne fiscale fraude niet langer als een topprioriteit van de politie beschouwen. Fiscale fraude krijgt dus in de feiten een vrijgeleide van Justitie en politie. Mijnheer de minister, waar was u toen die topprioriteiten werden bepaald? Ik citeer het regeerakkoord: "De capaciteit van Justitie en politie wordt versterkt om grote fraudedossiers af te handelen." Mogen wij die zin nu uit het regeerakkoord schrappen? Zijn de vele miljarden aan fraudebestrijding, beloofd voor de begroting, in feite niets meer dan gebakken lucht? Wat zult u zelf doen om de kwalitatieve dienstverlening bij de fiscus te garanderen en fouten, zoals bij de genoemde Hans, uit het systeem te halen?

 

04.08  Servais Verherstraeten (CD&V): Mevrouw de voorzitster, mevrouw de minister, mijnheer de minister, het regeerakkoord voorziet dat de strijd tegen fiscale en sociale fraude onverminderd wordt voortgezet.

 

Collega's, de minister van Financiën doet zelfs meer. Zijn goedgekeurd actieplan antifraudebeleid voorziet in 16 projecten waardoor de opbrengsten nog zullen verhogen. De minister van Binnenlandse Zaken zei in haar beleidsnota dat ze de strijd zou aangaan tegen de georganiseerde criminaliteit. Ze somde op en begon die opsomming met de strijd tegen de financiële criminaliteit, onder meer de fiscale en sociale fraude.

 

Collega's, een nationaal veiligheidsplan komt niet uit de lucht gevallen. Er komen daar voorbereidende vergaderingen aan te pas. Niet alleen Justitie, niet alleen politie, niet alleen Binnenlandse Zaken zijn daarbij betrokken, maar ook andere departementen en ook andere kabinetten, dat van de eerste minister, dat van Defensie, dat van Ambtenarenzaken, dat van Informatica, en ook andere regeringen.

 

Collega's, dit is een collectief werkstuk en het is mijn absolute overtuiging dat deze regering en alle daarbij betrokken departementen een prioriteit van de strijd tegen de fiscale fraude maken. Waar staat in dat plan dat de bestrijding van fiscale fraude geen prioriteit zou zijn?

 

Collega's, of het nu een topprioriteit is of een prioriteit met permanente aandacht of een prioriteit met bijzondere aandacht, voor onze fractie mag het een topprioriteit met permanente en bijzondere aandacht zijn. Wat mij echter vooral interesseert zijn de resultaten, de cijfers en de opbrengsten.

 

Mevrouw de minister, mijnheer de minister, hoe garanderen wij dat de cijfers die afgesproken zijn in het regeerakkoord en in de begroting gerealiseerd kunnen worden?

 

04.09  Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mevrouw de voorzitster, mijnheer de minister, ik zal toch even uw geheugen opfrissen. Lux Leaks, Bahama Leaks, Offshore Leaks, Swiss Leaks, Panama Papers, Paradise Papers, Pandora Papers, Football Leaks, onze eigen voetbalmaffia en ik spreek dan nog niet over Dexia en Arco. Er zijn ook nog de FinCEN Files, waarin het bedrag van 2.000 miljard dollar, 365 keer de naam van België en de vier banken worden genoemd.

 

U bent verantwoordelijk voor de coördinatie van de fraudebestrijding. U bent verantwoordelijk voor de lauwe samenwerking tussen de fiscus, het parket en de politie. Dat zegt u toch zelf. Op 10 juni beloofde u nog versterking voor de geslonken recherchecapaciteit. Ik hoop dat u eens uw eigen website leest: "We mogen niet wachten om fraude krachtdadig aan te pakken. Fraudebestrijding is een absolute prioriteit voor deze regering. Het kan niet dat mensen die eerlijk en op tijd hun bijdrage leveren, meer belastingen moeten betalen omdat enkelen er bewust voor kiezen om te frauderen. Vandaag ligt een breed gedragen plan op tafel en dat is bijzonder belangrijk. Fraudeurs profiteren nog te veel van de verdeeldheid in de aanpak van de fraude."

 

De verdeeldheid in de aanpak van de fraude! Praten jullie twee nog met elkaar? Zitten jullie nog in dezelfde kerk? Hebben jullie dat actieplan afgesproken? Of zit de ene in de biechtstoel en de andere in de sacristie? Is het enerzijds of is het anderzijds? Er wordt pas over fraudebestrijding gesproken bij de begrotingsopmaak. Voor alles waarvoor we geld tekortkomen en geen oplossing hebben, wordt een beroep gedaan op fraudebestrijding. 200 miljoen euro in 2021, 400 miljoen euro in 2022, 700 miljoen in 2023 en 1 miljard euro in 2024! Bingo!

 

Ik heb maar een vraag. Hoe zult u dat voor elkaar krijgen?

 

04.10  Cécile Cornet (Ecolo-Groen): Madame la présidente, monsieur le ministre, je ne vais pas rappeler les chiffres: 30 milliards chaque année. Les scandales se succèdent. En une année au Parlement, nous avons vu les FinCEN Files, les OpenLux, les Pandora Papers. Les noms diffèrent mais chaque fois, les constats reviennent.

 

Premièrement, beaucoup de contribuables contribuent très loyalement au financement des fonctions collectives, comme les écoles, les routes, les trains, et les remboursements de nos soins de santé, soit notre quotidien.

 

Deuxièmement, certains ne jouent pas le jeu et ne contribuent pas, ou pas à la hauteur de leurs capacités.

 

Troisièmement, l'État a besoin de moyens pour faire respecter la règle. Et vous vous êtes engagé très fortement, monsieur le ministre, contre la fraude. Investir dans la lutte contre la fraude est très rentable financièrement. Il serait totalement incompréhensible de ne pas le faire dans le contexte de crise que nous connaissons aujourd'hui.

 

Il faut donc mieux poursuivre les auteurs de fraude. La police joue évidemment un rôle essentiel. D'ailleurs, dans votre plan de lutte contre la fraude, la collaboration entre les différents acteurs, dont la police, est un point essentiel et majeur – et c'est très bien.

 

Mais avec quelle police, monsieur le ministre? Qui, dans la police, allez-vous trouver, pour travailler sur ces dossiers, si ce n'est pas une priorité? Déjà aujourd'hui, nous avons entendu, dans des auditions, que les policiers sont accaparés par d'autres sujets. Cela a un impact sur la qualité et sur la quantité des dossiers qu'ils sont capables de traiter. Et aujourd'hui, ce plan relègue la lutte contre la fraude au second plan. Mais c'est irréaliste! On se prive de justice, et de moyens. Pour les écologistes, cela ne va pas!

 

En tant que ministre en charge de la Coordination de la lutte contre la fraude, où sont vos priorités? Dites-nous qu'avec vos collègues, vous allez modifier ce plan et que la justice fiscale est bel et bien toujours une priorité!

 

La présidente: Monsieur le ministre, vous avez la parole pour votre réponse durant cinq minutes; Mme Verlinden, bénéficiera aussi de cinq minutes.

 

04.11 Minister Vincent Van Peteghem: Mevrouw de voorzitster, geachte leden, laat mij duidelijk zijn: de strijd tegen fiscale fraude was, is en blijft een topprioriteit van deze regering. Iedereen die van ver of dichtbij betrokken is bij de strijd tegen fiscale fraude, beseft dat elke schakel in de aanpak ervan belangrijk is: de fiscus, de politie, het gerecht en het parket. Het is op die ketenaanpak van verschillende schakels dat het beleid van de strijd tegen fraude van deze regering gestoeld is.

 

We hebben dat geconcretiseerd in ons eerste plan tegen de fraude, dat op dit moment wordt uitgerold. Er is heel veel focus op de coördinatie en de samenwerking tussen die verschillende schakels in de strijd tegen de fraude. Ons tweede actieplan wordt momenteel uitgewerkt en afgerond. De focus in het tweede actieplan richt zich op de internationale fraude en complexe fraudeconstructies.

 

Het is duidelijk dat geen enkele schakel, ook de politie niet, minder tijd of geld mag en zal investeren in de aanpak van de strijd tegen de fraude. Meer nog, er zal meer geïnvesteerd moeten worden dan vandaag het geval is. Dat is mijn overtuiging en het staat ook zwart op wit in ons regeerakkoord.

 

Het regeerakkoord stelt dat één lid van de regering bevoegd zal zijn voor de coördinatie van de strijd tegen de fraude. Dat is gebeurd. Het regeerakkoord stelt dat het college voor de fraudebestrijding opnieuw zal samenkomen en gecoördineerde actieplannen zal opmaken. Dat is gebeurd. Het regeerakkoord spreekt over een versterkte samenwerking tussen het parket en de fiscus, via multidisciplinaire onderzoeksteams. Dat is gebeurd: we hebben dat opgericht en onze expertise wordt daar gedeeld.

 

Binnen de fiscale administratie hebben we ook de expertise samengebracht rond complexe, internationale, fiscale, private constructies. We hebben dat gedaan, dat is gebeurd. We hebben onze fiscale administratie versterkt met 40 extra inspecteurs bij de BBI. Dat is gebeurd. We hebben inderdaad in ons regeerakkoord opgenomen dat de capaciteit van Justitie en politie wordt versterkt om de grote fraudedossiers af te handelen. We zullen op dat punt geen millimeter toegeven.

 

De strijd tegen fraude is een strijd van ons allemaal, is de strijd van de samenleving tegen de fraudeurs. Een belangrijk uitgangspunt daarbij blijft samenwerking. Samenwerking is de hoogste prioriteit en zal er ook voor zorgen dat dit een succes wordt. Daar blijf ik met de gehele regering dag na dag aan werken.

 

04.12 Minister Annelies Verlinden: Mevrouw de voorzitster, dames en heren in het halfrond en iedereen die meeluistert, ik kan volmondig de eerste zin en alle volgende van collega Van Peteghem in zijn antwoord herhalen. Het is een topprioriteit, het was er een en het blijft er een. Laat mij duidelijk zijn: ook voor de politie.

 

Très clairement, je peux confirmer que la lutte contre la fraude fiscale reste une priorité!

 

Dat is het geweest vanaf dag één van deze regering. Dat stond vanaf dag één in mijn beleidsverklaring vorig jaar, en ook in de twee beleidsnota's die ik in het afgelopen jaar heb opgemaakt en gepresenteerd aan het Parlement.

 

Dus neen, mijnheer Vandenbroucke, ik geen commotie nodig, ik heb geen theater nodig. Ik heb geen bingo nodig, mijnheer Dedecker, om daarvan overtuigd te zijn en om alles in het werk gesteld te hebben om van de strijd tegen fraude ook bij de politie een prioriteit te maken.

 

Wie het Nationaal Veiligheidsplan zal lezen, zal niet anders kunnen besluiten, en tot diezelfde vaststelling komen.

 

Het is dus goed dat wij in dit Parlement kunnen discussiëren op basis van beleidsdocumenten en niet op basis van krantentitels en op basis van tweets. Laat ik heel duidelijk zijn: fiscale fraude is een grote uitdaging voor dit land. Het is belangrijk dat wij samen de strijd tegen fraudeurs voortzetten.

 

Dankzij de politie is er, samen met andere inspectiediensten zoals de fiscale inspectie en het parket, in de afgelopen jaren een belangrijke vooruitgang geboekt inzake fiscale, sociale, en economische fraudedossiers. Ik wil u wel enkele cijfers geven. In 2020 zijn 319 dossiers opgevolgd en is men gestart met 152 nieuwe dossiers, wat tot 18 arrestaties leidde. Dit jaar, een coronajaar, heeft de politie 328 grote dossiers opgevolgd en kwamen er 148 nieuwe bij, wat leidde tot 37 arrestaties. Wij gaan op deze stijgende lijn verder, laat daar geen twijfel over. Wij kunnen hiervoor immers nooit genoeg doen.

 

Dus ja, als de fiscale inspectie via het parket de Pandora Papers, of andere documenten, aan de politie zal bezorgen, is het evident dat de politie alles zal doen wat nodig is om de fraudeurs aan te pakken.

 

Et donc, monsieur Laaouej, moi aussi, je me suis étouffée avec mon café lundi ou mardi matin.

 

Ik verslikte mij ook in mijn koffie, toen mij het tegendeel in de mond werd gelegd, niet het minst omdat de inzet van de politie op het thema de voorbije jaren sterk is toegenomen. Wij zullen ons daarbij niet laten storen door wat krantentitels en sociale media daarvan maken. Het is duidelijk dat de strijd tegen fiscale fraude een prioriteit blijft.

 

On avait fait un projet de plan national de sécurité. C'est un phénomène qui a été nommé dans ce plan et auquel la police intégrée continuera de s'attaquer de manière permanente et qualitative. On va même renforcer les initiatives qui ont été prises ces dernières années. La police ancre son approche en collaboration avec les différents partenaires de la chaîne en matière d'enquête et de poursuites comme la Justice et le SPF Finances. Elle reste un partenaire indispensable dans l'exécution d'un plan d'action pour la mise en œuvre d'une politique anti-fraude coordonnée.

 

Waarover gaat het eigenlijk? Het Nationaal Veiligheidsplan, zoals dat heet, bevat de bijdragen van de geïntegreerde politie aan de veiligheidsstrategie van dit land. Het Nationaal Veiligheidsplan vertaalt de acties in concrete acties voor de politie. Eigenlijk zouden wij het Nationaal Veiligheidsplan dus ook het Nationaal Politioneel Veiligheidsplan kunnen noemen.

 

Laat mij duidelijk zijn. Elk van de fenomenen die in het NVP en in de vandaag voorliggende teksten zijn genoemd, is een prioriteit, ook sociale en fiscale fraude, en krijgt een aanpak op maat. Wij geven daartoe de politie alle nodige mensen en middelen en investeren in nieuwe technologieën maar ook in de rekrutering van gespecialiseerde profielen.

 

Ik ga er dan ook van uit dat iedereen, ook hier in het Parlement, de politie honderd procent zal steunen in een krachtdadig optreden en in alle uitdagingen die haar de komende maanden en jaren te wachten staat. De politie heeft in het Nationaal Veiligheidsplan immers de ambitie uitgedrukt om het nog beter te doen. Heel veel betrokken diensten en experts hebben eraan meegewerkt. De diensten, de federale politie en de lokale politie hebben advies gegeven. Er zijn meer dan tien vergaderingen geweest van het steering committee, waarin ook leden van de kabinetten van de eerste minister, Justitie, Defensie, Ambtenarenzaken en Mobiliteit vertegenwoordigd waren, net als de regeringen van de deelstaten. Ik kan dus alleen maar de doorgedreven inzet bevestigen van de politie. Uit de teksten die wij nu finaliseren, zal blijken dat daarin alle genoemde fenomenen, ook fiscale en sociale fraude, prioritair blijven.

 

Laat ons dus nu het hoofd koel houden. Overhaastig beslissen op basis van krantenkoppen is ….

 

04.13  Ahmed Laaouej (PS): Monsieur le ministre, permettez-moi de m'adresser plus spécifiquement à madame la ministre de l'Intérieur.

 

Madame la ministre de l'Intérieur, c'est vous la patronne de la police. Les policiers peuvent venir avec des propositions et, avec tout le respect que nous devons bien entendu avoir à l'égard du haut responsable de la police, c'est vous qui fixez les priorités. Ces priorités, vous les trouverez dans l'accord de gouvernement, nulle part ailleurs. Et nous attendons de vous que l'accord de gouvernement puisse se retrouver dans les priorités du plan national de sécurité, en particulier la lutte contre la fraude fiscale et, de manière plus générale, la criminalité financière.

 

Parce que le problème est très simple: il y a dans notre pays des travailleurs courageux qui, tous les jours, usent leur vie pour nourrir leur famille et paient leurs impôts, pendant que d'autres planquent leur argent dans des paradis fiscaux parce qu'ils ne veulent contribuer à rien! Il est là le problème, madame la ministre, et c'est ce message-là que notre population a besoin d'entendre de votre part!

 

04.14  Joris Vandenbroucke (Vooruit): Dank u voor de antwoorden, excellenties. Er is hier veelvoudig uit het regeerakkoord geciteerd. De belofte om de fiscale fraude keihard aan te pakken, is niet zomaar een stuk papier. Dat is een belofte aan de burgers van ons land om ervoor te zorgen dat iedereen zijn deel doet. Dat zijn wij de mensen verschuldigd. Die belofte vraagt veel meer dan alleen maar mooie woorden in beleidsnota's, ze vraagt ook actie.

 

Ja, mevrouw de minister, mijnheer Verherstraeten, voor Vooruit maakt het absoluut wel uit waar die belofte staat in het nationaal veiligheidsplan van de politie. Voor ons moet het duidelijk zijn dat fraude een topprioriteit is voor de politie in de komende jaren. Wij kijken dus heel erg uit naar een aanpassing van het nationaal veiligheidsplan waaruit blijkt dat de politie er samen met de fiscus en justitie voor zal zorgen dat fraudeurs in ons land keihard worden aangepakt.

 

04.15  Eva Platteau (Ecolo-Groen): Mevrouw de minister, mijnheer de minister, investeringen in onze ziekenhuizen, in ons openbaar vervoer, in ons veiligheidsapparaat, in hernieuwbare energie, het is duidelijk dat belastinginkomsten het algemeen belang dienen. Daarom moeten burgers en bedrijven in ons land het signaal krijgen dat fraudeurs daar niet zomaar mee wegkomen. Dat vergt inspanningen, veel inspanningen van de ambtenaren van de FOD Financiën, van de Bijzonder Belastingsinspectie en ook van de politie en het gerecht.

 

Elke euro die naar de bestrijding van belastingontduiking gaat, verdient zichzelf terug en maakt de samenleving eerlijker en dat is de essentie, een eerlijke samenleving.

 

Ik heb u horen zeggen dat het een topprioriteit blijft. Ik reken op u beiden, mijnheer de minister, mevrouw de minister, om de inspanningen voor een eerlijkere fiscaliteit onverminderd voort te zetten.

 

04.16  Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, u neemt actief de beslissing om in het document dat de prioriteiten bij de politie bepaalt, de aanpak van de fiscale fraude van de lijst van topprioriteiten te schrappen. Dat gebeurt gewoon met de deletetoets op de computer. Wat antwoordt u aan het Parlement? Fiscale fraude zal toch een prioriteit blijven. Dit is juist het probleem: blablabla. Dat zijn we gewoon van rechtse partijen. Rechtse partijen rijden voor de rijke man. Natuurlijk. Vous roulez pour les riches. (Protest op de banken)

 

Maar wat met de linkse partijen? Ik heb gehoord wat de heer Verherstraeten hier vandaag gezegd heeft: iedereen was op de hoogte.

 

Et cela, ça ne va pas, chers collègues de gauche! Cela ne va pas!

 

In de media is het blablabla, maar het klinkt anders op de kabinetten en in de discussies. (Protest)

 

Zegt u dat hij aan het liegen is? Oei, de sfeer zit blijkbaar goed. (…)

 

04.17  François De Smet (DéFI): Monsieur le ministre, je vous remercie de vos réponses.

 

Il est intéressant de noter que, sur les dix intervenants, six sont issus de la majorité. Selon moi, cela veut tout dire. J'ai une petite théorie sur la Vivaldi, que je vais vous exposer, si vous me le permettez.

 

Cette coalition me semble bâtie non sur des projets ou sur des perspectives, mais sur des renoncements: par exemple, le renoncement au nucléaire pour le MR et au sort des sans-papiers pour Ecolo. Et je peux comprendre que, du côté du PS ou de Vooruit, on soit en train de se demander s'il n'y avait pas dans le package le renoncement à la lutte contre la grande fraude fiscale. Il est peut-être un peu tard pour se poser la question.

 

Je pense que les chiffres vont parler et que nous serons très déçus de voir qu'il n'y aura pas un milliard d'euros en 2024 – j'attends déjà les 200 millions pour cette année. Vous n'allez pas y parvenir si vous ne vous en donnez pas les moyens. Lorsqu'on assiste à autant de fébrilité, on peut se demander où sont ces moyens.

 

04.18  Tim Vandenput (Open Vld): Voor Open Vld is de aanpak van fiscale en sociale fraude een hoge prioriteit. Het garanderen van de veiligheid in ons land is voor ons dé kerntaak, de eerste prioriteit van de politie. Dat moet ze vandaag doen met een tekort van 5.200 politiemensen. Dat betekent niet dat we van onze belastingcontroleurs rechercheurs zullen maken. Mevrouw de minister, u hebt bevestigd dat de politie een belangrijke rol blijft spelen in de aanpak van de fiscale fraude. Ik ben blij te horen dat het regeerakkoord wordt uitgevoerd, mijnheer de minister. De coördinatie is er, de samenwerking tussen de diensten wordt verbeterd. Enkel zo kan de efficiëntie en de pakkans verhoogd worden. Alleen door samen te werken, zal de strijd tegen de fiscale en de sociale fraude succesvol zijn en succesvol blijven.

 

04.19  Wouter Vermeersch (VB): Met de huidige vechtcoalitie wordt het werk van de oppositie wel heel erg gemakkelijk. In de krant konden we lezen dat een zekere Hans een foute afrekening van zijn belastingen kreeg en maar liefst 7.000 euro aan de fiscus na moest betalen. Voor de rechtbank krijgt hij uiteindelijk gelijk, maar het kostte hem duizenden euro's aan advocatenkosten. Gewone burgers moeten naar de rechtbank trekken om hun gelijk te halen, terwijl de sociaal-economische elite in dit land bij fiscale fraude gewoon fluitend de rechtbank buiten kan wandelen. Meestal komen ze er vanaf dankzij een verjaring en al zeker zonder veroordeling. Klassenjustitie heet dat. De strijd tegen de fiscale fraude is alleen een prioriteit om de rekeningen van de begroting te doen kloppen, maar niet in de feiten.

 

Bezorg onze mensen in dit land met de hoogste belastingen van de wereld correcte belastingafrekeningen en stop met de hardwerkende Vlaming. (…)

 

04.20  Servais Verherstraeten (CD&V): Mevrouw de minister, mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord.

 

De teksten werden voorbereid in samenwerking met diverse departementen, zoals dat ook hoort om een geïntegreerd antifraudebeleid te kunnen voeren. Ze zullen voorgelegd worden aan de interministeriële conferentie met de regio's, die ook reeds betrokken waren. Daarna komt dan de definitieve versie.

 

Sommigen willen de formulering van de aard van de prioriteit – let wel; nergens stond dat de aanpak van de fiscale fraude het geen prioriteit is – moduleren. Dat is voor ons goed, wij zullen dat steunen, maar veeleer dan een semantische discussie over woorden, tellen voor onze fractie daden, cijfers en opbrengsten. Geen man minder, geen cent minder, geen plan minder voor de strijd tegen fiscale en sociale fraude.

 

Degenen die de regering willen steunen om meer te doen, zullen in ons een bondgenoot vinden.

 

04.21  Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mevrouw de minister, het is dus de schuld van de journalisten. Zij hebben het verkeerd gelezen. Er stond niet bijzondere aandacht in plaats van permanente aandacht of omgekeerd.

 

Ik heb het altijd moeilijk met het argument dat wij politiemensen te kort hebben. Wij hebben het grootste aantal politieagenten van heel West-Europa, 1 op 220 inwoners. Wij hebben er 50.000, met CALog-personeel.

 

Waarover gaat het hier? Het gaat over beleid en prioriteiten. Ik hoor hier spreken over de kleine belastingbetaler. Als de kleine belastingbetaler met zijn autootje naar het werk gaat en een boete krijgt, worden er wel onmiddellijk mensen ingeschakeld. Het gaat niet over de grote, met hun privévliegtuig, maar over de kleintjes. Ik hoorde vorige week dat er een nieuwe procureur werd aangesteld om verkeersboetes te innen. Eveneens komen er twee substituten, extra volk voor de lokale parketten en 55 medewerkers.

 

Doe hetzelfde voor de financiële fraude en het is opgelost, mijnheer de minister, mevrouw de minister.

 

04.22  Cécile Cornet (Ecolo-Groen): Madame la ministre, monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses.

 

J'entends votre volontarisme habituel quand il s'agit de lutter contre la fraude ainsi que les intentions qui sont les vôtres; je souhaite d'ailleurs les souligner positivement.

 

Comme je l'ai déjà dit, à chaque fois que des initiatives sont prises pour lutter correctement contre la fraude, vous trouverez Ecolo-Groen à vos côtés.

 

Toutefois, je m'interroge parce que cette priorité, comme vous l'avez précisé, dans tous les maillons de la chaîne, ne se retrouve que différemment dans ce plan. Je demande à voir les résultats. Nous reviendrons donc sur la question ultérieurement. En effet, la fraude coûte cher à vous, à moi, à tous les citoyens, à toutes les entreprises qui paient loyalement leurs impôts.

 

Je le répète, chacun doit contribuer à sa mesure car nous avons tout à gagner avec la solidarité et la justice fiscale. Mais celle-ci n'est possible que si les moyens sont déployés pour ce faire.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

05 Vraag van Tania De Jonge aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "Het verenigingswerk en de definitieve regeling voor de sport- en socioculturele verenigingen" (55002139P)

05 Question de Tania De Jonge à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "Le travail associatif et le régime définitif pour les associations sportives et socioculturelles" (55002139P)

 

05.01  Tania De Jonge (Open Vld): Mijnheer de minister, in december vorig jaar heeft dit Parlement mijn wetsvoorstel dat het verenigingswerk gered heeft goedgekeurd, na de vernietiging van een eerdere regeling door het Grondwettelijk Hof. Het zorgde voor een arbeidsrechtelijke en sociale bescherming van de verenigingswerker, die naast zijn gewone job maximaal 6.000 euro per jaar kan bijverdienen zonder al te veel bijkomende administratieve lasten en belastingen.

 

Vroeger werden deze taken vaak in het zwart uitgevoerd en vergoed. De sport- en culturele sector maken massaal gebruik van deze regeling om bijvoorbeeld trainers, jeugdcoördinatoren en dirigenten maar ook toneelregisseurs te vergoeden. We zijn toen overeengekomen dat de regeling voor één jaar van toepassing was en dat de regering dan met een definitieve oplossing zou komen. Er wordt gewerkt met de toepassing van artikel 17 van de RSZ-wetgeving. 

 

Het standpunt van mijn partij is altijd heel duidelijk geweest, we willen dat verenigingswerk een soepel instrument blijft, zonder onhaalbare eisen of extra belastingen voor de verenigingen en de verenigingswerker. Het gaat tenslotte niet om een vaste job. De regeling moet ook op tijd komen, zodat iedereen op het terrein zich kan voorbereiden. Ik heb een voorstel klaar om desnoods mijn wetsvoorstel te verlengen om de regering meer tijd te geven.

 

Mijnheer de minister, binnen 2 weken loopt deze wetgeving af. Er is nog altijd geen wetsontwerp met de nieuwe regeling ingediend. Ik hoor van almaar meer verenigingen en verenigingswerkers dat ze zich ernstig zorgen maken over de toekomst. Zult u de sector en de verenigingswerkers voor 1 januari duidelijkheid geven over hoe het verenigingswerk vanaf 1 januari aangepakt moet worden? Kunt u bevestigen dat het voor de verenigingen en …

 

05.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw De Jonge, de regering heeft inderdaad een definitieve regeling uitgewerkt voor het verenigingswerk. Daarover is er een volledig akkoord. Die regeling moet, zoals u zei, vermijden dat verenigingen terug richting zwartwerk worden geduwd. Wij moeten een soepel en solide kader creëren, waarmee heel wat enthousiaste mensen zich kunnen inzetten in de sport- en socioculturele sector en tegelijk ook iets bijverdienen.

 

Die definitieve regeling zal ingaan op 1 januari 2022. Het probleem is dat de Raad van State in het advies op het ontwerp van de regering stelde dat wij ook het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit moeten vragen. Met urgentie heb ik vorige vrijdag het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit gevraagd, maar dat zullen we niet op tijd ontvangen om het wetsontwerp klaar te hebben voor publicatie vóór 1 januari 2022. Dat heeft echter geen gevolgen voor de inwerkingtreding, aangezien die met terugwerkende kracht voorzien is op 1 januari 2022.

 

Op praktisch gebied kan ik zeggen dat de RSZ al begonnen is met het ontwikkelen van een toepassing om de prestaties aan te geven en de gepresteerde uren ook te kunnen raadplegen. De RSZ bereidt ook communicatie voor, die op korte termijn gepubliceerd zal worden op de website www.verenigingswerk.be, en RSZ-instructies aan de werkgevers. De RSZ zal de betrokken organisaties ook via mail inlichten. Hoewel de publicatie iets te laat zal plaatsvinden, doen wij dus al het mogelijke om iedereen goed te informeren, aangezien de wet ingaat op 1 januari aanstaande.

 

Mevrouw De Jonge, ik dank u ook voor uw inzet en uw steun.

 

05.03  Tania De Jonge (Open Vld): Mijnheer de minister, ik ben blij dat die oplossing er komt en dat u, om bij sporttermen te blijven, in de laatste rechte lijn zit naar een oplossing. We mogen dit immers niet onderschatten. Duizenden lesgevers zijn wekelijks op post om miljoenen kinderen en volwassenen een kwalitatieve opleiding te geven in de vereniging waar zij actief zijn. Verenigingswerkers zijn werkelijk het kloppende hart van een vereniging, zij volgen opleidingen en maken heel wat voorbereidingen, dat alles naast het lesgeven waarmee ze gemiddeld 10 euro per uur verdienen. Het maatschappelijke belang van die regeling is ontzettend groot. Dit verdiende dus een oplossing. Ik hoop dat we zo, met de oplossing van de terugwerkende kracht, die mensen niet de steek laten.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

06 Question de Catherine Fonck à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "L'évolution de la pandémie de Covid-19" (55002141P)

06 Vraag van Catherine Fonck aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "De evolutie van de covidpandemie" (55002141P)

 

06.01  Catherine Fonck (cdH): Madame la présidente, monsieur le ministre, le variant Omicron gagne du terrain et galope à toute vitesse. Il suffit de voir la situation dans une série d'autres pays européens - Royaume-Uni, Écosse, Danemark, Suède. Il nous menace déjà et il pourrait devenir majoritaire fin décembre, début janvier, donc dans les toutes prochaines semaines.

 

Nous avons des armes pour nous défendre et notre capacité de résister au variant Omicron va dépendre encore une fois de notre efficacité à déployer ces armes à 100 %.

 

D'abord, la vaccination et plus particulièrement la vaccination booster est la première des grandes clés. Je vous exhorte depuis déjà plusieurs semaines à accélérer. La décision a enfin été prise hier de raccourcir le délai à quatre mois entre la vaccination initiale par les vaccins ARN messager et la dose booster. On a cependant perdu des semaines précieuses. Au-delà de cette annonce, avez-vous établi hier un plan précis, majeur pour garantir une accélération concrète et surtout un rattrapage, ce qui passe par l'injection d'au moins un million de doses par semaine?

 

La deuxième clé consiste dans les gestes barrières et la ventilation. Certes, vous nous annoncez un projet de loi Ventilation mais une loi n'a jamais arrêté un virus! Quand la Belgique va-t-elle concrètement commander massivement tout le matériel nécessaire - capteurs de CO2, purificateurs, autres dispositifs de ventilation - pour équiper les écoles, les transports en commun, tous lieux publics?

 

La troisième clé est de restaurer les capacités de testing et de tracing qui ont été dépassées par les événements. Est-ce le cas?

 

La quatrième clé est le soutien à nos soignants.

 

Il est vrai que je ne cesse de radoter la même chose, monsieur le ministre, depuis des mois, mais les décisions tardent et quand les décisions sont prises, la concrétisation tarde encore plus. Il va falloir aller plus vite, beaucoup plus vite pour contrer le virus.

 

06.02  Frank Vandenbroucke, ministre: Chère madame Fonck, il est absolument exact qu'il faut à présent s'appuyer sur toutes les lignes de défense dont on dispose contre ce variant Omicron, et d'abord sur la vaccination. Concrètement, d'ici la fin décembre, 4 millions de citoyens totalement vaccinés auront reçu une dose de rappel. C'est très important! Parmi les adultes, 4,25 millions doivent encore recevoir leur dose de rappel dont un million  sont déjà planifiées. La décision d'hier de réduire l'intervalle a déjà permis d'ajouter à la liste 1,8 million de personnes.

 

Je crois que les centres de vaccination sont tout à fait mobilisés. C'est l'une des raisons pour lesquelles j'ai insisté auprès de mes collègues, ministres de la Santé dans les Régions, pour décider hier. J'avais en effet des signaux notamment du côté flamand qu'il fallait prendre cette décision. J'ai donc vraiment prié mes collègues de le faire hier, ce qui permet de lancer la machine.

 

Évidemment, il faut à nouveau mobiliser les centres de vaccination. Les volontaires et les professionnels sont assez épuisés, donc, il faut essayer de les aider en mobilisant d'autres catégories du personnel soignant, ce qui est possible grâce à la loi qu'on a votée en commission de la Santé.

 

Au sujet de la ventilation, je suis tout à fait d'accord avec vous. Je prépare un projet de loi que je discute encore au sein du gouvernement fédéral pour encadrer une politique à moyen et à long terme. Entre-temps, par exemple dans l'enseignement, il faut absolument et comme promis accélérer cet investissement. Je vais devoir me taire ici mais nous aurons l'interpellation pour discuter des autres éléments que vous avez avancés.

 

La présidente: Monsieur le ministre, je vous remercie d'avoir respecté le timing imparti.

 

06.03  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le ministre, je vous remercie pour votre réponse. J'ai l'impression qu'on ne mesure pas l'urgence de renforcer massivement nos défenses face au variant Omicron. Il est contagieux comme aucun des variants ne l'a encore été jusqu'à présent. Si nous ne déployons pas, concrètement sur le terrain et non dans les textes, nos armes pour être, dans les semaines à venir, à 100 % de nos capacités de résistance, nous devrons faire face à un virus extrêmement rapide et contagieux. Vous avez parlé de mobiliser les volontaires, etc. Si le besoin s'en fait sentir, je pense qu'il faut mobiliser l'armée. Je crains que 4 millions de doses, dans la situation actuelle, ne soient pas suffisantes d'ici fin décembre pour s'armer encore plus. En ce qui concerne la ventilation, ce que vous dites n'est pas ce qu'il y a sur le terrain. Il y a urgence, monsieur le ministre!

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

07 Samengevoegde vragen van

- Koen Metsu aan Vincent Van Quickenborne (VEM Justitie en Noordzee) over "Het Executief van de Moslims van België" (55002131P)

- Philippe Pivin aan Vincent Van Quickenborne (VEM Justitie en Noordzee) over "De conclusies van de IMC met betrekking tot het Executief van de Moslims van België" (55002143P)

07 Questions jointes de

- Koen Metsu à Vincent Van Quickenborne (VPM Justice et Mer du Nord) sur "L'Exécutif des Musulmans de Belgique" (55002131P)

- Philippe Pivin à Vincent Van Quickenborne (VPM Justice et Mer du Nord) sur "Les conclusions de la CIM concernant l'Exécutif des Musulmans de Belgique" (55002143P)

 

07.01  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de voorzitster, mijnheer de minister, het Moslimexecutief is het representatief orgaan van de moslimgemeenschap in België. Althans zo staat het op zijn website. U en ik weten dat dit niet het geval is. Ik waarschuw u al meer dan een jaar dat de werking van het Executief volledig mank loopt. Een voorzitter die gelinkt wordt aan extremisme, een gewezen ondervoorzitter die een Marokkaanse spion blijkt te zijn. Het Executief dringt ons schoolboeken van verwerpelijke aard op, met een schabouwelijke inhoud. De imamopleiding flopt volledig. Gelukkig zult u de subsidies ervoor niet uitbetalen. Daarnaast zijn er nog andere kleine leugens, zoals het niet aankopen van een dure Mercedes, waarvan ik hier nochtans de factuur in handen heb. Dat gebeurt met belastinggeld. In 2020 kreeg het Executief van u nog een subsidie van 647.000 euro. Daarvan kan men weleens een Mercedes kopen. Op 6 oktober zegt u me letterlijk dat mijn voorstel tot financiële en operationele audit niet slecht is, omdat u het ten gronde eens bent met mij dat het Executief niet de nodige professionaliteit en transparantie aan de dag legt.

 

Enkele ingebrekestellingen later is er een vernieuwingscommissie. Twee keer raden wie die vernieuwingscommissie leidt? De voorzitter van het Executief. Het is de CIB, waarin ook nog eens de ex-voorzitter van het Executief zetelt, die moest opstappen. Het is allemaal een beetje te gek voor woorden aan het worden. Ik ben heel benieuwd naar uw toekomstvisie op dit Executief.

 

07.02  Philippe Pivin (MR): Monsieur le ministre, j'ai déjà pu vous interroger à plusieurs reprises au sujet de la situation de pourrissement ainsi que des manquements constatés au sein de l'Exécutif des Musulmans de Belgique. Jugez-en: non-renouvellement des instances depuis bientôt deux ans, absence de formation des imams par l'AFOR (Académie de formation et de recherche en études islamiques), ingérence étrangère dans la gestion de la Grande Mosquée, propagation de l'extrémisme religieux, enquête de la Sûreté de l'État aux conclusions inquiétantes et, enfin, mépris public des autorités puisque les propos de notre premier ministre ont été traités d' "ingérence politique".

 

Je sais que vous agissez concrètement. Vous avez encore récemment demandé à nos services de renseignement d'enquêter sur l'Exécutif ainsi que "sur ses structures connexes, souvent douteuses, afin de détecter les menaces d'extrémisme, d'espionnage et d'ingérence". Cette situation, vous en conviendrez, n'augure nullement d'une procédure de renouvellement sereine, démocratique et efficace. Elle nécessite, en tout cas, une véritable vigilance politique et des initiatives claires à tous les niveaux institutionnels.

 

C'est donc dans cette optique que s'est tenue une Conférence interministérielle, qui vient d'être organisée avec les gouvernements des entités fédérées. Toutefois, certains échos indiquent qu'aucune décision n'y aurait été prise.

 

Dès lors, monsieur le ministre, mes questions sont assez simples. Quelles initiatives la Conférence interministérielle a-t-elle décidées? Quelles sont les garanties quant à l'absence d'ingérence étrangère dans la procédure de renouvellement? Quelles sont les conclusions du rapport que vous avez commandé sur la formation théologique des imams? Enfin, quid des subventions publiques de l'Exécutif pour 2022?

 

La présidente: Merci, monsieur Pivin.  Monsieur le ministre, vous disposez de quatre minutes pour votre réponse.

 

07.03 Minister Vincent Van Quickenborne: Van bij mijn aantreden heb ik duidelijk gemaakt dat er ernstige problemen zijn met de werking van het Executief en ik ben niet bij de pakken blijven zitten.

 

L'année dernière, nous avons reçu un rapport alarmant des services de renseignement à propos de l'ingérence étrangère. La personne qui a été démasquée comme étant un espion a été renvoyée. La procédure de reconnaissance de la Grande Mosquée de Bruxelles a été interrompue.

 

Ten tweede, de imamopleiding is geen succes. Dat zijn niet mijn woorden, maar die van de rector van de KUL. Daarom heb ik beslist om dit jaar de 250.000 euro die door de vorige regering voorzien werd voor die opleiding, niet uit te keren.

 

L'Exécutif n'est pas géré de manière professionnelle. Les lacunes sont nombreuses. L'Exécutif est une assemblée de 17 membres mais, de facto, ce sont 5 membres qui font la pluie et le beau temps. Cela a donné lieu à deux mises en demeure de ma part en juillet et en octobre.

 

Ten vierde, bovendien zijn er nog altijd aanwijzingen van buitenlandse inmenging via schimmige vehikels rond het Executief waardoor bepaalde landen hun greep proberen te houden op het orgaan, maar ook op de moslimgemeenschap in ons land. Daarom heb ik een nieuwe screening gevraagd aan de Veiligheid van de Staat. Dat rapport verwacht ik voor het einde van het jaar.

 

Finalement, monsieur Pivin, nous avons fait un nouveau pas en avant. Nous avons rencontré cette semaine les ministres régionaux chargés des cultes, et ce, pour la première fois. Cela ne s'est jamais fait dans ce pays. Cette réunion s'est avérée très utile et a été menée dans un esprit d'ouverture.

 

Nous avons constaté que nos expériences, et notamment nos idées sur l'Exécutif et la formation, étaient en fait similaires, et nous avons été très clairs dans le communiqué de presse qui a été publié par la suite. Nous avons précisé que les différents gouvernements de notre pays allaient renforcer leur coopération et qu'ils souhaitaient tous envoyer un signal clair quant au renouvellement de l'Exécutif, afin que la communauté musulmane de notre pays puisse être représentée de manière transparente et professionnelle, dans le respect de nos valeurs fondamentales.

 

Ten slotte, de financiële controle op de uitgaven van het Executief gebeurt via de jaarrekening die wordt ingediend met een verslag van de bedrijfsrevisor. Dat wordt gecontroleerd door de FOD Justitie en nadien overgemaakt aan de Inspectie van Financiën en het Rekenhof.

 

In verband met de wagen, mijnheer Metsu, geef ik de feiten. Er was een aanbesteding in 2016, de wagen werd aangekocht in 2017 en teruggenomen door de verkoper in 2018. Al deze feiten dateren van onder de vorige regering, mijnheer Metsu. U weet trouwens dat er een zaak loopt voor de ondernemingsrechtbank van Brussel, waarbij bepaalde leden van de EMB de ondoorzichtige werking aanklagen.

 

Comme vous le constatez, chers collègues, notre gouvernement ne reste pas les bras croisés. Mais il y a un grand MAIS! Nous vivons, monsieur Pivin, dans un État de droit. Il y a la liberté de religion. Il y a les droits de la défense et le droit d'être entendu. Je ne dévierai pas de ces principes. Sinon, nous avancerions sur un terrain juridiquement particulièrement glissant.

 

Dat neemt niet weg dat wij met overtuiging en volharding doen wat wij doen. Het gekonkel en het geknoei van het Executief zijn wij allemaal beu.

 

Nog maar pas ontvingen wij van het Executief een subsidieaanvraag voor het jaar 2022, en dit spijts de verklaring van de voorzitter in de pers, enkele weken geleden, dat hij het wel zou rooien zonder subsidie. Wel, ik kan u zeggen dat ik in de huidige omstandigheden de voorziene subsidie niet zal vrijgeven.

 

De moslimgemeenschap in ons land verdient beter, veel beter. Zij wordt schromelijk in de steek gelaten door het orgaan dat geacht wordt haar te vertegenwoordigen.

 

Voor ons blijft de inzet een transparant, een representatief en een professioneel orgaan.

 

07.04  Koen Metsu (N-VA): Mijnheer de minister, dank u wel voor uw sterke antwoord. Proficiat ook dat u geen 250.000 euro zal uitkeren voor een opleiding zonder leerlingen.

 

Als ik zeg dat die auto werd aangekocht, ontkent de voorzitter van het Executief van de Moslims van België dat. Dat is de leugen, natuurlijk. Dat verwijt ik u, dat u dat niet bent nagegaan. Soms moeten wij durven erkennen dat iets mank loopt, dat iets niet lukt.

 

Dan is de stekker eruit trekken natuurlijk ook een optie. Ik hoor heel kritische vragen van collega Pivin van de MR.

 

Ik heb hier een antwoord van iemand van Groen, een gerespecteerd Vlaams Parlementslid van Groen, Imade Annouri, die zegt: cancel dat Executief, het vertegenwoordigt niets of niemand, en is van een bedenkelijk niveau.

 

Misschien moeten wij dat met zijn allen durven te doen, mijnheer de minister.

 

07.05  Philippe Pivin (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie pour les précisions que vous nous avez apportées. Je ne doute pas que vous agissez dans ce dossier avec méthode et détermination.

 

Nous ne sommes pas le seul pays à être confronté à des problèmes avec le culte musulman puisqu'en France, il y a quelques jours à peine, le ministre de l'Intérieur déclarait que le Conseil français du culte musulman était mort.

 

Il faut que cette situation en Belgique soit réglée et que l'on cesse de faire les mêmes constatations d'année en année. J'espère donc très sincèrement que tout sera mis en œuvre, y compris au sein des entités fédérées, pour qu'on assiste, enfin, à l'émergence d'un Exécutif démocratique, soumis à nos lois et à nos valeurs, et qui promeut l'islam de Belgique. Monsieur le ministre, cela doit figurer dans vos bonnes résolutions pour l'avenir.

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

08 Question de Leslie Leoni à Vincent Van Quickenborne (VPM Justice et Mer du Nord) sur "Les prix de l'immobilier et la révision des frais de notaire" (55002148P)

08 Vraag van Leslie Leoni aan Vincent Van Quickenborne (VEM Justitie en Noordzee) over "De vastgoedprijzen en de herziening van de notariskosten" (55002148P)

 

08.01  Leslie Leoni (PS): Madame la présidente, monsieur le ministre, chers collègues, comme vous le savez, depuis un an, le marché de l'immobilier est en effervescence. Avec la crise covid, on a connu une frénésie d'achats. Des personnes déjà propriétaires ont souhaité un autre bien plus adapté au confinement et aux mesures du télétravail, avec comme conséquences une hausse de la demande, une hausse des prix et sans doute aussi un accroissement des inégalités dans l'accès à la propriété.

 

En un an, le coût moyen d'un appartement a augmenté de 4,9 % et celui d'une maison de 6,6 %. C'est énorme! Pour de nombreux concitoyens, l'accès à la propriété devient donc très difficile. Cela concerne en particulier les jeunes qui n'ont pas la chance de pouvoir s'appuyer sur une épargne ou sur l'aide de leur famille. Nous avons besoin de mesures pour faciliter l'accès à la propriété, en particulier pour les primo-acquéreurs mais également pour les familles monoparentales et pour les personnes plus âgées.

 

En mars dernier, une étude de l'Observatoire des prix a démontré que les frais de notaire en Belgique sont trop élevés comparés à nos voisins et que les honoraires des notaires avaient considérablement augmenté. Dans la foulée, vous aviez annoncé, monsieur le ministre, vouloir réviser les tarifs régulés des notaires. Mes questions sont simples. Où en est cette réforme? Cette réforme contient-elle des mesures pour les ménages ayant une richesse faible ou moyenne? Contient-elle des mesures pour les primo-acquéreurs?

 

08.02  Vincent Van Quickenborne, ministre: Madame la présidente, madame Leoni, 41 ans, c'est le temps qui s'est écoulé depuis la dernière modification des tarifs notariaux. Il y a l'accord de gouvernement. Il y a différentes propositions de loi, comme celle de votre parti. Il y a l'étude de l'Observatoire des prix. Avec toutes ces informations, nous avons entamé des négociations avec le secteur et nous sommes en train de mettre au point les derniers détails d'une grande réforme. Je soumettrai une proposition concrète au gouvernement début de l'année prochaine.

 

Quelles en sont les lignes de force? Tout d'abord, nous voulons une révision des honoraires et des frais administratifs. L'objectif doit être de rendre meilleur marché l'achat des logements familiaux à un prix moyen. La grande majorité des achats deviendront moins chers et les personnes disposant de revenus modestes et la classe moyenne paieront moins. C'est notre promesse!

 

Ensuite, nous voulons plus de transparence. Les citoyens doivent être en mesure de savoir avec précision en quoi consiste la facture chez le notaire, à combien s'élèvent les honoraires du notaire, quel est le montant des impôts, des taxes, des rétributions et des frais administratifs?

 

Enfin, nous voulons moderniser la profession. Il est par exemple nécessaire de prévoir un nouveau statut qui tiendrait davantage compte de l'équilibre entre la vie professionnelle et la vie privée.

 

Mais chers collègues, l'État lui-même a aussi une responsabilité. En effet, les frais d'enregistrement continuent à représenter la plus grande partie des coûts. C'est pourquoi je salue la mesure prise par le gouvernement flamand qui les réduit de moitié. Tout cela dans un seul but: comme vous le dites, il faut rendre l'achat d'un logement familial moins cher.

 

08.03  Leslie Leoni (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses.

 

J'entends que vous êtes en concertation avec les notaires et que la réforme avance. Nous pouvons nous en réjouir, car oui, nous devons prendre des mesures pour aider les Belges à accéder à la propriété de leur maison ou de leur appartement et, en particulier, les jeunes primo-acquéreurs. Pour nous, socialistes, les frais de notaire sont beaucoup trop élevés. Ajoutés à la surchauffe de l'immobilier, ils rendent impossible l'accès à la propriété pour beaucoup de Belges. L'étude de l'Observatoire a démontré, chiffres à l'appui, la nécessité de réajuster les honoraires des notaires afin qu'ils restent proportionnés. Nous sommes donc heureux d'entendre que vous travaillez sur la question. Nous espérons voir arriver sur la table du Parlement une initiative en la matière en 2022. 

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

09 Samengevoegde vragen van

- Bert Wollants aan Tinne Van der Straeten (Energie) over "Kernenergie, de bevoorradingszekerheid en de energiefactuur" (55002130P)

- Reccino Van Lommel aan Tinne Van der Straeten (Energie) over "De kernuitstap en de bevoorradingszekerheid" (55002132P)

- Georges Dallemagne aan Tinne Van der Straeten (Energie) over "De energietoekomst van België, de kernuitstap en de energiezekerheid" (55002142P)

- Christophe Bombled aan Tinne Van der Straeten (Energie) over "De continuïteit van de energievoorziening" (55002145P)

09 Questions jointes de

- Bert Wollants à Tinne Van der Straeten (Énergie) sur "L'énergie nucléaire, la sécurité d'approvisionnement et la facture énergétique" (55002130P)

- Reccino Van Lommel à Tinne Van der Straeten (Énergie) sur "La sortie du nucléaire et la sécurité d'approvisionnement" (55002132P)

- Georges Dallemagne à Tinne Van der Straeten (Énergie) sur "L'avenir énergétique de la Belgique, la sortie du nucléaire et la sécurité d'approvisionnement" (55002142P)

- Christophe Bombled à Tinne Van der Straeten (Énergie) sur "La sécurité d'approvisionnement énergétique" (55002145P)

 

09.01  Bert Wollants (N-VA): Mevrouw de minister, u bent er ongetwijfeld van op de hoogte dat onze noorderburen in hun kersvers regeerakkoord volop kiezen voor kernenergie. Dat is logisch, want dat is de technologie met de laagste CO2-uitstoot en de kleinste milieu-impact. Op die manier behoeden ze hun burgers voor de meest extreme energiefactuur. Terwijl Nederland de eerste stappen zet in de nucleaire renaissance, houdt arm België vast aan oude vormen en gedachten. In arm België weet de federale regering niet wat ze zal doen. Ze lonkt wel naar dure, vervuilende gascentrales, maar ze weet niet of ze daarmee het licht zal aanhouden. In arm België probeert u uw coalitiepartners aan boord te houden met de belofte van kleine kernreactoren in de verre toekomst, als een soort van nooduitgang uit de paars-groene tragedie. Vanmorgen heeft minister De Sutter die deur hardhandig dichtgegooid.

 

Mevrouw de minister, ikzelf, uw coalitiepartners, de politiek, bedrijven, burgers wachten af wat het verdict is. Wat zult u doen? Wanneer zal de regering een beslissing nemen? Houdt u de piste van de kleine kernreactoren open en zult u dus de wet aanpassen? Ik heb daar een voorstel voor. Of was het eigenlijk allemaal maar blufpoker?

 

Ten slotte, voor wie doet u het eigenlijk? De kernuitstap heeft geen draagvlak. Bovendien hebben we geleerd uit recente rapporten dat de sluiting een grote impact zal hebben op onze gezondheid; op het klimaat, op het leefmilieu en niet het minst op onze portemonnee. De grote vraag is of u dan zult aankloppen bij de buurlanden om hopelijk aan een prijsje nog stroom te kunnen kopen. Of hebt u een ander plan?

 

09.02  Reccino Van Lommel (VB): Mevrouw de minister, toen ik de passage over de bevoorradingszekerheid in het regeerakkoord van het nieuwe Nederlandse kabinet-Rutte IV las, leek het wel alsof het ging om een van mijn eerdere uiteenzettingen hier in het Parlement. Ik citeer: "Kernenergie kan in de energiemix een aanvulling zijn op zon, wind en geothermie en kan worden ingezet voor de productie van waterstof. Het maakt ons minder afhankelijk van de import van gas. Daarom blijft de huidige kerncentrale langer open. Daarnaast zet dit kabinet de nodige stappen voor de bouw van twee nieuwe kerncentrales." Ik zou het niet beter kunnen formuleren.

 

Nederlanders zijn blijkbaar wel in staat om met een open geest naar de bevoorradingszekerheid en betaalbaarheid van energie te kijken. Met andere woorden, Nederland sluit zich aan bij de vele landen die kernenergie willen gebruiken om de betrouwbaarheid aan te scherpen, de betaalbaarheid te garanderen, import te vermijden en de strijd aan te gaan tegen de CO2-uitstoot. Dat is het omgekeerde dus van wat hier in België gebeurt.

 

Eerder deze week waarschuwde eerste minister De Croo Rusland nog voor massieve gevolgen, indien het land Oekraïne zou binnenvallen. Het gaat om datzelfde Rusland, waarvan u in de toekomst afhankelijk wil zijn voor gas, om uw energiebevoorrading te garanderen. De huidige regering zal het corrupte Rusland niet met de vinger kunnen wijzen, maar wel moeten paaien om ervoor te zorgen dat de gascentrales blijven draaien.

 

Mevrouw de minister, hoe kijkt u naar de ontwikkelingen in Nederland en Frankrijk rond kernenergie?

 

Bent u bezorgd over de ontwikkelingen in Rusland, die onze gasvoorraad in de toekomst zullen hypothekeren?

 

09.03  Georges Dallemagne (cdH): Madame la ministre, je vous interrogeais le 10 novembre dernier sur votre plan B à la suite de la décision de la Région flamande de ne pas accorder de permis de bâtir. Vous ne m'aviez pas répondu à l'époque.

 

Aujourd'hui, les nuages s'accumulent puisqu'il semble qu'un recours sera introduit auprès du Conseil d'État concernant la centrale des Awirs.

 

On entend Engie qui dit qu'il n'est absolument plus possible de relancer les centrales nucléaires et on apprend que votre gouvernement a démarré, avant-hier, une demande sur le plan juridique pour savoir quelle serait votre stratégie sur le plan énergétique. La décision de la ministre flamande date de cinq semaines et vous avez demandé ce conseil juridique avant-hier.

 

Pendant que les nuages s'accumulent chez nous, tout autour de notre pays, la stratégie en matière énergétique se conforte et on a, aux Pays, en France, en Grande-Bretagne, toute une série de décisions qui tombent, notamment sur de nouvelles technologies nucléaires, ce que nous ne faisons pas ici en Belgique.

 

En Belgique, nous sommes encore et toujours en plein brouillard et on a l'impression que le vrai ministre de l'énergie est le patron d'Engie. Il est en plein conflit d'intérêts. C'est lui qui décide qu'on n'a plus le temps pour les centrales nucléaires et qu'il faut absolument faire sa centrale au gaz et tant pis pour le climat. J'entends le ministre Nollet nous dire que ce n'est pas grave pour la Belgique, que grâce au système ETS, la production de CO2 en Belgique sera compensée ailleurs. On sait qu'aujourd'hui, c'est une fausse idée et cette production de CO2 sera en bilan net au niveau européen.

 

Ce que je vous demande, madame, c'est de nous dire où vous en êtes dans cette stratégie. Va-t-on sortir de ce brouillard? Quand aura-t-on des décisions claires pour sauver notre sécurité d'approvisionnement tout en ménageant le climat?

 

09.04  Christophe Bombled (MR): Madame la ministre, nos voisins misent sur l'énergie nucléaire afin d'assurer leur sécurité d'approvisionnement et d'atteindre leurs objectifs climatiques. Nous avons appris que le nouveau gouvernement néerlandais prévoyait, dans son accord de coalition, de construire deux nouvelles centrales nucléaires tandis que l'activité de celle de Borsele, située à une quinzaine de kilomètres de la frontière belge, va être prolongée. La France mise également sur l'énergie nucléaire. En effet, en novembre dernier, le président Macron a annoncé la construction de nouveaux réacteurs en parallèle au développement des énergies renouvelables.

 

En Belgique, le gouvernement doit décider, dans les prochains jours, la prolongation ou non de deux réacteurs nucléaires. En effet, l'accord de gouvernement est très clair. Si le monitoring démontre un problème inattendu de sécurité d'approvisionnement, deux réacteurs pourront être prolongés.

 

Le CRM doit remplacer la capacité nucléaire. Les premières enchères dans le cadre de ce mécanisme ont déjà eu lieu. Elles ont sélectionné deux nouvelles centrales au gaz, Vilvorde et les Awirs. Les secondes enchères auront lieu en 2024, soit quelques mois avant la fin prévue du nucléaire. Cependant, il n'y a pas de certitude que ces centrales voient le jour, vu le refus par la Flandre d'octroyer un permis pour la centrale au gaz de Vilvorde, tandis qu'un recours au Conseil d'État est annoncé concernant la centrale au gaz des Awirs. Dès lors, aucune centrale sélectionnée par l'enchère n'est garantie.

 

Madame la ministre, quelles sont les garanties juridiques que ces centrales seront construites? Vu ces problèmes inattendus, garantissez-vous la sécurité d'approvisionnement?Je vous remercie.

 

09.05 Minister Tinne Van der Straeten: Dank u voor uw vragen over het regeerakkoord in Nederland, collega's. Nederland heeft ook in lopende zaken over een aantal zaken met betrekking tot energie beslist. Dat ging niet alleen over kernenergie, men heeft ook beslissingen aangekondigd over waterstof en wind op zee.

 

Collega's, het viel mij op dat jullie allemaal verwezen naar allerlei vormen van energieopwekking, maar dat windmolens op zee en waterstof, twee thema's waarover de regering ook beslissingen heeft genomen met betrekking tot onze energietransitie – dat staat in het regeerakkoord, mijnheer Van Lommel – niet werden vermeld.

 

U hebt mij allemaal gevraagd hoe ik naar het akkoord van Nederland kijk. Ik kan dat simpel samenvatten, namelijk denken op de lange termijn en handelen op de korte termijn. Wat staat er in dat regeerakkoord? Dat Nederland de enige kerncentrale langer wil openhouden. De sluiting is voor 2033 gepland. De Nederlandse regering zegt dus 12 jaar voor die datum dat zij dat zal onderzoeken.

 

Voor de bouw van nieuwe kerncentrales doet men hetzelfde. Wat staat daarover in het regeerakkoord? Wij zullen stappen zetten. Dat betekent dat zij marktpartijen zullen faciliteren bij hun verkenningen, dat zij innovaties zullen ondersteunen en tenders zullen uitzetten, dat zij de financiële bijdrage van de overheid zullen herzien en dat zij wet- en regelgeving in orde zullen brengen waar nodig. Ook zorgen ze voor de veilige en permanente opslag van kernafval. Dat zegt men 12 jaar op voorhand.

 

Iedereen die vandaag aan de andere kant van het spreekgestoelte staat en zegt dat wij hetzelfde moeten doen, had dat minstens 12 jaar geleden moeten doen. Welke zekerheid zult u bieden met het traject dat moet worden gelopen om de bevoorradingszekerheid te garanderen? Ik zeg u dat u zich zult vastrijden. Dat is een risico dat wij met deze regering niet nemen.

 

M. Dallemagne m'a demandé où j'en étais, ce à quoi je lui réponds qu'on est right on track. Cela fait maintenant un an que nous avons commencé à travailler pour garantir la sécurité d'approvisionnement.

 

Oui, il y a des incertitudes! Oui, il y a des problèmes! On ne l'a jamais caché!

 

Verschillende keren ben ik hier in het Parlement, in commissievergaderingen, in hoorzittingen, in overlegmomenten en dialoog, op elk onderdeel van het CRM ingegaan. Het resultaat is dat wij allen zeer goed weten wat dat inhoudt en welke weg we moeten inslaan. Dus neen, er is geen onzekerheid, en ja, we garanderen de bevoorradingszekerheid van het land.

 

Mijnheer Wollants, twaalf jaar en een bochtig parcours. U kunt mij nu vragen om alles in te zetten op nieuwe kerncentrales, maar in de vorige legislatuur hebt u zelf alles op alles gezet voor nieuwe gascentrales. Net dat bochtige parcours zorgt ervoor dat de benodigde investeringen niet worden aangetrokken.

 

Deze regering werkt aan een welvarend België, want energie is altijd de katalysator geweest van de welvaart in dit land. Wij werken aan de aanleg van infrastructuur om ervoor te zorgen dat er toegang is tot goedkope en groene energie in onze industriële centra, bijvoorbeeld importinfrastructuur voor waterstof, een energie-eiland op de Noordzee en de aansluiting van de nieuwe tweede zone windturbines op land. Dat is het parcours van deze regering. Het is dus niet binair voor of tegen kerncentrales en evenmin binair voor of tegen gascentrales, wel zetten wij de energietransitie in gang.

 

Mijnheer Wollants, laten wij bij de feiten blijven. Het riedeltje over Rusland ben ik beu gehoord. Het debat over Rusland, met de bijhorende geopolitiek, verdient alle aandacht.

 

Mijnheer Van Lommel, u weet goed dat vandaag 4 % van ons gas uit Rusland komt. De reden waarom er voor ons zo weinig gas uit Rusland komt, is dat wij als land uitstekend (…) (microfoon uitgeschakeld)

 

09.06  Bert Wollants (N-VA): U hebt niet echt geantwoord op mijn vragen, u hebt het verhaaltje verteld dat u elke keer vertelt en dat blijkbaar moet aantonen dat u perfect bezig bent. U zit echter met twee nieuwe gascentrales die er zouden moeten komen maar waarvan er geen enkele zeker is, die in Vilvoorde niet en die in Awirs evenmin. U zegt dat men ver in de toekomst moet kijken, maar in 2008 lag hier al een wetsvoorstel van de N-VA, getekend door de heer Vanoppen, om die centrales langer open te houden. Toen zat ik hier niet, toen zat u hier. U wringt zich in bochten om toch maar te verhullen dat er een probleem is in de regering. Wat gaat u nu eigenlijk doen? Gaat u beslissen? U hebt het niet gezegd. Zal u een optie openhouden voor die kleine kerncentrales? U hebt het niet gezegd. U bent beginnen te klagen over Rusland tegen mij terwijl ik dat zelfs niet in de mond heb genomen. Ik weet dat u uw kwaadheid niet kan onderdrukken.

 

09.07  Reccino Van Lommel (VB): Uw beleid is er één van tien vogels in de lucht maar geen enkele in de hand. U zal zich hoe dan afhankelijk moeten maken van gas uit het buitenland, ook uit het corrupte Rusland. U zal uiteindelijk moeten heulen met Poetin en Loekasjenko. U vraagt de Vlaming heiliger te zijn dan de paus terwijl u zelf in eigen land de gemiddelde CO2-uitstoot laat stijgen met uw gascentrales. U sluit kerncentrales terwijl heel wat landen in de wereld, zoals Frankrijk, Groot-Brittannië en Nederland, net inzetten op meer kernenergie. Wat in andere landen kan, kan hier blijkbaar niet. De portemonnee van de Vlaming wordt leeggeschud wanneer energie onbetaalbaar zal worden. Het zal zo zijn. Stop het experimentele beleid en neem een voorbeeld aan uw collega's uit andere landen, die wel weten waar de klepel hangt.

 

09.08  Georges Dallemagne (cdH): Madame la ministre, vous soufflez le chaud et le froid. Vous nous dites "On est right on track" mais, en même temps, c'est plein d'incertitude. Vous reprochez à certains députés de faire du show, mais vous ne répondez pas à la question, à cette équation simple: quand et comment allons-nous avoir un plan très clair en matière de stratégie énergétique pour notre pays? Je n'ai pas entendu cette réponse de votre part.

 

S'agissant de la Russie, vous êtes bien informée. Lorsqu'on augmente ici notre consommation de gaz, les importations de gaz russe augmentent en Europe par un effet mécanique. C'est un marché qui est aujourd'hui européen. Il va sans dire que lorsqu'on a besoin, en Belgique, de plus de gaz, il y a plus de gaz russe importé en Europe. C'est clair, c'est net, vous le savez, c'est comme ça que ça se passe. Dès lors, cet argument géopolitique, il faut aussi l'avoir à l'œil.

 

09.09  Christophe Bombled (MR): Madame la ministre, pour notre groupe, trop d'incertitudes subsistent encore sur la sortie du nucléaire. Il est indispensable d'avoir toutes les garanties. La sécurité d'approvisionnement est essentielle pour éviter de graves black-out, qui affecteraient les ménages et les entreprises belges dans les prochaines années.

 

Je vous rappelle qu'il y a trois critères essentiels pour une politique énergétique moderne, viable et souhaitable. Un, le prix, deux, la sécurité d'approvisionnement et, trois, le respect des engagements environnementaux et climatiques. Il est hors de question d'émettre davantage de CO2 en Belgique et, partant, d'alourdir le bilan carbone de notre pays.

 

Pourtant, quand j'entends un président de parti déclarer qu'il ne faut pas calculer la pollution au niveau de la Belgique mais à l'échelle de l'Europe, alors là, je tombe des nues! Vive la solidarité! Ils vont être contents, nos voisins! Non mais, sérieusement, réfléchissez, madame la ministre, avant de risquer de faire une grosse bêtise!

 

L'incident est clos.

Het incident is gesloten.

 

La présidente: Ceci clôture les questions orales.

 

Interpellations

Interpellaties

 

10 Samengevoegde interpellaties van

- Koen Metsu aan Vincent Van Quickenborne (VEM Justitie en Noordzee) over "Het foutief informeren van het Parlement" (55000206I)

- Barbara Pas aan Vincent Van Quickenborne (VEM Justitie en Noordzee) over "De opvolging van IS-terroristen in dit land" (55000214I)

10 Interpellations jointes de

- Koen Metsu à Vincent Van Quickenborne (VPM Justice et Mer du Nord) sur "La communication d'informations erronées au Parlement" (55000206I)

- Barbara Pas à Vincent Van Quickenborne (VPM Justice et Mer du Nord) sur "Le suivi des terroristes de l'EI dans ce pays" (55000214I)

 

10.01  Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de voorzitster, mijnheer de minister, twee weken geleden ondervroeg ik u over de repatriëring van IS-terroristen, omdat u en uw regering ervoor kozen om zes geradicaliseerde vrouwen op kosten van de Belgische Staat terug te halen vanuit Syrië naar hier. Dat mocht meer dan 1,5 miljoen euro kosten. Kosten noch moeite werden gespaard, er werd zelfs een vliegtuig voor gecharterd. Dat is bovendien een voorlopig bedrag, want op 7 oktober stelde ik u enkele vragen over wat de extra kosten zouden zijn, verbonden aan die repatriëring. Tot mijn verbazing kreeg ik daarop tot op vandaag nog geen antwoord, misschien komt dat antwoord zo dadelijk.

 

U beweerde en blijft beweren dat die actie in het belang van onze nationale veiligheid is, want hier zouden die vrouwen achter slot en grendel gaan en zouden we ze actief kunnen controleren. Daar ter plekke, in Al-Roj en Al-Hol, hebben wij gehoord hoe die vrouwen vaak meer bloed aan hun handen hebben dan mannen, dus of het nu vrouwen of mannen zijn, het zijn en blijven terroristen.

 

U antwoordde mij twee weken geleden pertinent dat u ons garandeerde dat alle teruggehaalde IS-vrouwen nog steeds achter slot en grendel zaten. Het werkwoord "garanderen" is natuurlijk een erg sterk woord ter zake. Het bleek een leugen te zijn. Of u nu verkeerd was ingelicht of niet, het is bijzonder verontrustend dat u daarover compleet uit de lucht viel. Die vrouw is als sinds oktober op vrije voeten, onder erg beperkte voorwaarden.

 

Het was dus de schuld van een ander, want u was die dag, op 2 december, foutief ingelicht door de federale procureur. Wetende dat ik u die vraag ging stellen, had uw kabinet dan toch eens polshoogte genomen hoe die vork nu precies in de steel zat. Daarna vernam ik geen woord. Ik had misschien van uw kabinet een telefoontje verwacht diezelfde avond of vrijdag, om te zeggen dat u zich vergist had – vergissen is immers menselijk –, maar het bleef windstil. Geen woord!

 

Is het dan de voorbije maanden nooit in u opgekomen om uzelf eens af te vragen: tiens, hoe zou het nu eigenlijk zijn met die door ons gerepatrieerde terroristen? Hebben uw diensten niet de automatische reflex om hun minister spontaan in te lichten over zo'n smoking gun? Mocht die minister oprecht betrokken zijn, dan denk ik dat we allebei het antwoord kennen. Hopelijk hebben jullie vorige week in Abu Dhabi een en ander kunnen uitpraten. Op dat moment had u trouwens hier moeten zijn, toen ik u wou ondervragen. Op donderdag ondervragen wij onze ministers, maar de premier mocht voor u de hete kastanjes opnieuw uit het vuur komen halen.   

 

Feit is dat een van de vrouwen amper drie maanden na haar aankomst in België alweer op vrije voeten is en dat, ik zei het al, onder belachelijke voorwaarden: ze mag namelijk niet meer op de sociale media en ze moet aantonen dat ze één welbepaald adres heeft. Tot daar uw belofte… Intussen staat ze vandaag nog altijd op uw nationale lijst van terroristen.

 

Dat een individuele rechter oordeelt over schuld en opsluiting, dat is normaal in onze rechtsstaat. Maar u, en niemand anders, haalde ze wel terug. Zonder uw initiatief zou die terroriste nu niet op vrije voeten rondlopen in een van onze Vlaamse gemeenten.

 

Ik waarschuwde u er toen al voor. Het is ontzettend moeilijk, en misschien zelfs onmogelijk, om die vrouwen hier te berechten voor feiten die ze ginds hebben gepleegd. Vandaar mijn eeuwig pleidooi – en we zullen dat blijven bepleiten – om IS'ers niet actief terug te halen, maar ze ginds voor een rechtbank of een internationaal tribunaal te brengen. In 2019 werd dat zelfs nog letterlijk door Alexander De Croo gezegd: "Het laatste wat we willen is die terroristen terughalen naar ons land." Dat zei hij toen letterlijk.

 

Laat mij u dezelfde eenvoudige vragen stellen als vorige week aan de premier, waar ik helaas geen antwoord op heb gekregen.

 

Wetende wat u nu weet, staat u nog altijd achter die actieve repatriëring? Zijn er nog dergelijke repatriëringen gepland? Hoe zult u alsnog de nauwgezette opvolging van deze terroristen kunnen garanderen?

 

10.02  Barbara Pas (VB): Mevrouw de voorzitster, bedankt om bij aanvang van de interpellaties het gekibbel tussen de meerderheidspartijen stil te leggen, zodat de oppositie ten minste ook nog eens de mogelijkheid krijgt om deel te nemen aan de kritiek.

 

Vorige week heb ik de eerste minister ondervraagd over de manke opvolging van de jihadisten in dit land en de foutieve informatie die u over die zes gerepatrieerde IS-vrouwen aan het Parlement bezorgde. Ik heb hem drie concrete vragen gesteld. Gewoontegetrouw heb ik op geen enkele vraag een antwoord gekregen. Het heet hier niet voor niets 'vragenuurtje' en niet 'antwoordenuurtje'. Ik doe vandaag toch een tweede poging bij u.

 

Ik begin met de periode voor 4 maart 2021, toen de regering nog van mening was dat IS-moeders beter niet terugkeerden. De premier zei toen letterlijk: "Het laatste wat wij willen, is die personen terughalen naar Belgische bodem." Dat willen wij nog steeds niet. De Belgische overheid heeft toen – zelfs met succes – nog rechtszaken aangespannen om de moeders niet mee te brengen met de kinderen die u toen naar hier wilde halen.

 

Ondertussen is de wind plots uit een andere richting beginnen waaien en verklaarde de eerste minister in het Parlement dat ook de moeders zouden worden teruggehaald, zelfs in het belang van de nationale veiligheid. Wanneer zal de regering dit veiligheidsargument aanwenden om in dat kader ook de mannen te repatriëren? Welke garanties geeft u dat dat niet zal gebeuren?

 

Immers, repatriëring is volgens u nu veiliger dan ter plaatse berechten. U zei het eerder: hier zou immers verzekerd worden dat zij hun verdiende celstraf krijgen.

 

Van de zes aanhangsters van de terreurgroep IS die u in de voorbije zomer uit Syrië liet repatriëren, loopt er nu al eentje maandenlang op vrije voeten. Nochtans garandeerde u hier dat die zes dames achter slot en grendel zitten. Ofwel loog u bewust het Parlement voor, ofwel was u niet op de hoogte van dat belangrijke dossier. Ik heb het vorige week al tegen de eerste minister gezegd dat ik u tot beide in staat acht. Ik weet niet welke van beide het meest verontrustend is.

 

Mijn tweede vraag aan u is dan ook op te helderen hoe het in hemelsnaam mogelijk is dat u twee weken geleden nog niet op de hoogte was van de vrijlating maanden geleden van een gerepatrieerde IS-aanhangster. Waar liep het fout? Hoe zult u ervoor zorgen dat dergelijke pijnlijke uitschuivers in zo'n belangrijk dossier niet meer voorkomen?

 

Ten derde, bent u van oordeel dat een Syriëgangster die hier na amper een paar maanden achter slot en grendel weer vrij rondloopt in dit land, effectief haar verdiende celstraf heeft gekregen? Zo neen, bent u bereid de straffen voor jihadisten drastisch te verzwaren?

 

Ten vierde, even fel en vurig als uw bewering hier twee weken geleden dat alle betrokkenen nog achter slot en grendel zaten, beweerde u toen in uw bekende felle en vurige stijl dat zij in ieder geval opgevolgd worden. Welke garanties biedt u daarvoor? Die nauwgezette opvolging liet in het verleden wel eens op zich wachten. Denk maar aan Noura Firoud, een bruid van twee Syriëgangers, die vijf jaar cel kreeg. Na enkele maanden kwam zij vrij met een enkelbandje, zonder enige controle, en zij bleef een gevaar voor de maatschappij. Hoe zult u deze keer wel de opvolging garanderen?

 

Ten vijfde, het terughalen van die IS-terroriste en haar IS-vriendinnen kostte al zo'n anderhalf miljoen euro aan de belastingbetaler. Kunt u verduidelijken of degene die ondertussen vrijgelaten is, uitkeringen krijgt om zich te settelen in een Vlaamse gemeente. Mogen wij weten over welke Vlaamse gemeente het gaat?

 

Tot slot vraag ik mij af, mijnheer de minister, of u zich de dure repatriëring nog niet beklaagt.

 

Bent u ondertussen nog niet tot het voortschrijdend inzicht gekomen dat die IS-gangsters beter weggebleven waren? Bent u bereid om terug te komen op die beslissing? Of bent u van plan om nog andere IS-moeders te repatriëren? Zo ja, wat zijn dan de concrete plannen ter zake? Ik verneem het graag vandaag, nu, zodat wij het niet, zoals vorige keer, net als alle parlementsleden, uit de krant moeten vernemen.

 

10.03 Minister Vincent Van Quickenborne: Mevrouw de voorzitster, collega's, in juli van dit jaar werden 10 kinderen en hun moeders gerepatrieerd uit het kamp Al Roj in Noordoost-Syrië naar ons land. Dat gebeurde na een zorgvuldige en professioneel voorbereide operatie. Wij deden dat, omdat uit de analyses van onze veiligheidsdiensten bleek dat bepaalde dreigingdossiers in ons land gelinkt zijn aan het feit dat kinderen reeds jaren vastzitten in kampen in Noordoost-Syrië. Het feit dat kinderen in kampen worden vastgehouden, is met andere woorden een vector van radicalisering in ons land.

 

Bovendien was de situatie zodanig aan het verslechteren in het kamp Al Hol, dat het, niet onterecht, een minikalifaat genoemd wordt. Kinderen moeten daar in mensonwaardige omstandigheden leven. Onze veiligheidsdiensten waarschuwden ons daarvoor in de Nationale Veiligheidsraad.

 

Daarom repatrieerden wij de kinderen, zoals wij dat vroeger ook reeds deden. Deze keer repatrieerden wij echter ook de moeders. Wij repatrieerden de moeders om volgende redenen. Ten eerste, de moeders dreigen in die omstandigheden ook tikkende tijdbommen te worden. Ten tweede, mevrouw Pas, het belang van het kind staat voorop. Kinderen en moeders moeten zoveel mogelijk samen kunnen blijven.

 

Wij zijn daarbij niet over één nacht ijs gegaan. Het was een bewuste keuze om alleen de moeders te repatriëren die de ideologie hebben afgezworen, van wie de dreiging onwaarschijnlijk wordt genoemd door het OCAD en die akkoord gingen met de andere voorwaarden. Daarom gingen onze veiligheidsdiensten ter plaatse en screenden de moeders een voor een, met een grondige bevraging in een interview. Na de screening kwamen onze diensten uit op 6 moeders.

 

Andere landen zoals Duitsland, Finland, Nederland en Zweden hebben trouwens hetzelfde gedaan. Er zijn nog Belgische kinderen en moeders in de kampen in Noordoost-Syrië. Onze diensten volgen de situatie nauwgezet op en zullen hierover rapporteren aan de Nationale Veiligheidsraad.

 

Wat de informatie betreft die ik u veertien dagen geleden hier in het Parlement gaf, daarover hebt u de eerste minister ondervraagd. Hij heeft u gezegd dat de minister van Justitie zich heeft gebaseerd op informatie die hij niet de dag zelf, mijnheer Metsu, maar de dag daarvoor van de federale procureur heeft ontvangen. Die federale procureur heeft ingezien dat hij zich had vergist. Ook het federaal parket heeft bevestigd dat de procureur informatie aan de minister van Justitie had gegeven die niet correct was. Ik heb dat ook onmiddellijk toegegeven. Dat bleek ook duidelijk uit de persartikelen die zijn verschenen. Ik heb dus mijn mond niet gehouden. Collega's, de diensten waren wel degelijk op de hoogte van de situatie van de betrokken dames en er is dus nooit een probleem van opvolging geweest.

 

Over de zes moeders in kwestie, er werd tegen hen door de Belgische justitie een internationaal aanhoudingsmandaat uitgevaardigd. Vijf van de zes vrouwen waren reeds veroordeeld en voor hen betrof het dus een aanhoudingsmandaat met het oog op de uitvoering van de straf. De zesde vrouw was nog niet veroordeeld op het ogenblik van de terugkeer.

 

De vrouw die werd vrijgelaten, is de moeder van een zoon van vijf. Zij was bij verstek veroordeeld op 16 januari 2020 wegens deelname aan de activiteiten van een terroristische groepering. Zij ging in verzet en werd veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf, waarvan vier maanden effectief. De rest werd uitgesproken met vijf jaar probatie-uitstel. De probatievoorwaarden betreffen, ten eerste, het hebben van een vast adres, ten tweede, ter beschikking zijn van een justitieassistent, ten derde, werk zoeken, werken, studeren en hiervan het bewijs leveren, ten vierde, het volgen van een deradicaliseringstraject zo lang als nodig is, maar minstens twee jaar, en, ten slotte, elk contact met moslimextremisme vermijden, zowel online als offline. De vrouw blijft op de OCAD-lijst staan. Dat betekent concreet dat zij prioritair en grondig wordt opgevolgd door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

 

Voor uw laatste vraag, mevrouw Pas, kunt u zich wenden tot de bevoegde collega.

 

De rechter heeft geoordeeld op basis van de strafbaarstelling die een minimumstraf van 1 maand en een maximumstraf van 5 jaar voorschrijft.

 

De strafbaarstelling in de wet werd hier in het Parlement goedgekeurd in 2015. Mijnheer Metsu, uw partij heeft de strafbaarstelling goedgekeurd. Indien u nu klaagt dat de strafmaat te laag is, is dat mee uw verantwoordelijkheid.

 

Ik kom als minister van Justitie niet tussenbeide in een rechterlijke beslissing. De grondwettelijke onafhankelijkheid van de rechterlijke macht is een principe waar wij niet lichtzinnig overheen mogen omgaan.

 

Ik kom nu tot de kern van de zaak. De kern is dat de voorbije jaren op het vlak van terrorisme, radicalisme en extremisme veel is veranderd onder impuls van de parlementaire onderzoekscommissie betreffende 22 maart 2016. Ten eerste, de vorige regering paste de strafwet aan. Afreizen naar een conflictzone en deelname aan een terroristische organisatie werden strafbaar met een gecorrectionaliseerde gevangenisstraf van maximaal 5 jaar. Het is die wetgeving, die door het federaal parket wordt gebruikt om moeders te vervolgen, en door rechters om ze te bestraffen. Dat is het referentiekader en niet straffen van 30 of 40 jaar of levenslang. Dat is hier in het Parlement beslist. De maximumstraf bedraagt 5 jaar, de minimumstraf 1 maand. Dat is de vork waarbinnen de rechter oordeelt.

 

Het is aan de rechter om het oordeel ter zake te vellen en niet aan het Parlement of aan de minister van Justitie. Andere zaken beweren of laten uitschijnen is puur populisme. In dat geval stelt men dat de rechterlijke macht niks te zeggen heeft en dat de uitvoerende macht dat moeten doen. Dat strookt niet met de waarden van onze democratie. Laten uitschijnen dat het anders zou moeten, hoort niet. U stelt de vraag of ik dat oordeel rechtvaardig vind. Maar wat heeft de minister van Justitie te zeggen over een vonnis of een arrest?

 

Stel dat ik daarover een uitspraak zou doen, dan trek ik de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in twijfel. Is dat wat u wilt? Een minister van Justitie hoort daarop niet te antwoorden. Hij hoort de strafmaat te respecteren, die een rechter uitspreekt. Collega's, dat is democratie. Dat is democratie. Dat is democratie.

 

Ten tweede, er werd de voorbije jaren hard gewerkt om informatie beter uit te wisselen. Wij hebben inderdaad veel geleerd. Vandaag is er opvolging van extremisten en veroordeelde terroristen. De opvolging geldt voor iedereen, ongeacht of de betrokkene in de gevangenis zit of uit de gevangenis treedt. Ik hoef u niet te herinneren aan de OCAD-lijst, de zogenaamde gemeenschappelijke gegevensbank waarop gevaarlijke extremisten en terroristen worden geplaatst op basis van bepaalde criteria, of de LTF's of local taskforces of nog de LIVC's of lokale integrale veiligheidscellen. Dat zijn netwerken, waarin informatie wordt uitgewisseld en waarin, mijnheer Metsu, ook burgemeesters worden geïnformeerd over de mensen die op hun grondgebied verblijven, en waarin wordt afgestemd welke dienst het best is geplaatst om welke maatregel te nemen om zo vroeg mogelijk elk potentieel gevaar in de kiem te smoren.

 

Die werkwijze helpt ook voor veroordeelde FTF's die vrijkomen. De dame in kwestie staat inderdaad op de OCAD-lijst. Dat betekent dat ze wordt opgevolgd door de diensten van de LIVC's en de LTF's. Bij een voorwaardelijke invrijheidstelling komt daarbij ook nog het toezicht van het justitiehuis en de justitieassistent. Dat wordt waargenomen door de Gemeenschappen, zoals u weet.

 

U kunt dus gerust zijn. Terugkerende moeders worden opgevolgd in de gevangenis, maar ook buiten de gevangenis.

 

Deze regering heeft die aanpak trouwens nog versterkt. We hebben op 8 september in het Overlegcomité een strategische nota inzake terrorisme en extremisme goedgekeurd. We hebben ook beslist om het personeelsbestand van de Veiligheid van de Staat bijna te verdubbelen om de dienst meer armslag te geven in de strijd tegen onder meer terrorisme en extremisme.

 

Waarom is die aanpak zo noodzakelijk? Omdat er in ons land sinds begin 2015 meer dan 470 personen voor terroristische misdrijven veroordeeld zijn. Dat gebeurde onder de impuls van het federaal parket. U weet dat onze politiek inzake criminaliteit duidelijk is. Alle Syriëstrijders, vrouwen en mannen, worden vervolgd.

 

Mijnheer Metsu, mevrouw Pas, u wijst nu op die ene vrouw en sommigen doen uitschijnen dat dit het eerste geval zou zijn. Dit is geen precedent. Ik geef het voorbeeld van een geval onder de vorige regering. Een Syriëstrijdster keerde op 8 november 2017 samen met haar man terug naar ons land. Hij was bij de diensten als een hardcore IS-aanhanger gekend. De vrouw werd onmiddellijk vrijgelaten. Zij heeft geen dag in de gevangenis gezeten. Waar was uw interpellatie aan de regering toen, mijnheer Metsu? Wij hebben u toen niet gehoord. Zoiets noemt men selectieve verontwaardiging. Meer zelfs, van de 41 vrouwen die de voorbije jaren uit Syrië naar ons land terugkeerden, zijn er momenteel maar 12 in de gevangenis opgesloten.

 

Ook zij zullen vrijkomen, mevrouw Pas, daarvoor waarschuw ik nu al. Zij zullen vrijkomen en continu en nauwgezet worden opgevolgd.

 

Ik besluit. Wij doen wat nodig is in het belang van de veiligheid van ons land. De repatriëring werd uitgevoerd op expliciete vraag van onze veiligheidsdiensten omdat de situatie in dat kamp dermate aan het evolueren was dat het zeer gevaarlijk werd. Wij zullen dat blijven doen. Onze diensten werken dag en nacht aan de veiligheid van onze burgers, om potentiële gevaren tijdig te detecteren, om de dreiging te mitigeren en om terroristen te vervolgen en te berechten, maar ook om samen met de Gemeenschappen en de justitiehuizen veroordeelde extremisten te disengagen en te re-integreren, zonder dat wij mogen beweren dat die aanpak ons absolute veiligheid kan garanderen. Nulrisico bestaat niet, dat kan niemand beloven. Wel kan ik garanderen dat onze diensten dat werk bijzonder ernstig en gedegen uitvoeren, waarvoor ik uiteraard respect en erkentelijkheid vraag.

 

10.04  Koen Metsu (N-VA): Wauw, ik weet niet wat te zeggen. Ik wil nog een bijkomende vraag stellen: moet er nog een paraplu zijn? Goeiendag! Het is ieders schuld, behalve de schuld van de vakminister. Dat wij vroeger al actief gerepatrieerd hebben, is uw volgende leugen, mijnheer de minister. Het is een uitspraak waarvan u weet dat het een leugen is. Ongelooflijk.

 

U hebt inderdaad onmiddellijk toegegeven, na uw garantie van vorige week die geen garantie bleek te zijn, dat het de schuld van iemand anders is. U ontwijkt altijd uw eigen verantwoordelijkheid. Het gaat om uw diensten, mijnheer de minister. Een mea culpa, een kleine sorry zou op zijn plaats geweest zijn, maar u weigert. Voor een dergelijke persoonlijkheid bestaat er een term.

 

Mevrouw de voorzitster, op deze manier kunnen wij niet werken. Ik heb twee eenvoudige vragen gesteld. Ik stel graag ja-neevragen, want dan kan er niet rond de pot gedraaid worden.

 

De eerste vraag was of u, wetende wat u nu weet, spijt hebt van die actieve repatriëring. De tweede vraag was of er nog repatriëringen gepland staan. Het antwoord op deze vraag horen wij te weten. U zwijgt en zegt helemaal niets.

 

Wat u wel zegt is dat de situatie van die kinderen in die kampen heel erg en schrijnend was. Er is trouwens ook een kind gerepatrieerd zonder ouders. Dat moet ik u niet vertellen, of misschien juist wel. U zegt dat die vrouwen tikkende tijdbommen zijn maar ook dat een kind samen met de lieve mama moet kunnen opgroeien. Ik heb u dat horen zeggen, en ik schaam mij. We zouden bijna medelijden moeten krijgen met die IS-terroristen. Dit is onwaarschijnlijk.

 

U zegt ook dat ze wel akkoord moeten gaan met de voorwaarden. Dat is correct. Er is een voorwaarde: ze moeten een charter ondertekenen dat ze het nooit meer zullen doen. Dat is ongelofelijk en naïef.

 

Ik richt mij nu tot mijn fractievoorzitter want we hebben gediscussieerd over het soort motie dat ik zou indienen. Ik wou eerst een motie van wantrouwen indienen. Ik heb absoluut geen vertrouwen meer in u. Ik durf dat zeggen, terwijl ik u in de ogen kijk. Maar een motie van wantrouwen zou toch maar op een sisser uitdraaien. Dus we hebben een motie van aanbeveling ingediend, en daar heb ik nu spijt van. Na zo'n antwoord verdient u een motie van wantrouwen, mijnheer de minister. Dit is ondermaats.

 

In onze motie vragen wij u om te stoppen met de actieve repatriëring van IS-terroristen en ze ter plekke te laten berechten met het bewijsmateriaal dat daar voorhanden is. Wij vragen u om ervoor te zorgen dat veiligheidsdiensten en Justitie IS-terroristen zeer nauwgezet opvolgen zodat de veiligheid van de samenleving niet in het gedrang komt. Ten derde vragen wij om proactief en op een aanklampende manier deze dossiers te behandelen zodat de Kamer op zijn minst niet verkeerd geïnformeerd wordt. Ten vierde vragen wij om politieke verantwoordelijkheid te nemen voor het doorgeven van foutieve informatie door de diensten waarvan men aan het hoofd staat. Ik herhaal ons vierde verzoek heel graag, want ik heb toch nog wat tijd: politieke verantwoordelijkheid te nemen voor het doorgeven van foutieve informatie door de diensten waarvan men aan het hoofd staat. Ten vijfde vragen wij om een adequate informatiedoorstroming tussen de minister van Justitie en de top van de magistratuur te verzekeren.

 

Mijnheer de minister, herbeluister straks uw antwoord. En sta, samen met mij, verbaasd van verstomming.

 

10.05  Barbara Pas (VB): Mijnheer de minister, ik had van u niet verwacht dat u uitspraken zou doen die helemaal niet woke zijn. U hebt het over het belang van de moeders maar zwijgt over het belang van de vaders. Ik heb helemaal geen garantie gekregen en geen antwoord op mijn vraag. Ik heb geen garantie gekregen dat u de mannen ook onder het mom van het belang van het kind en de veiligheid in de toekomst niet actief zal repatriëren. Geen antwoord.

 

Ten tweede, uiteraard komt u niet tussenbeide in een individuele rechtzaak, dat zou er nog aan mankeren en dat heb ik ook helemaal niet beweerd. De rechter bepaalt of iemand een celstraf opgelegd krijgt en zo hoort het. Dat doet echter geen afbreuk aan uw politieke verantwoordelijkheid en aan het feit dat u aan de basis ligt van wat zich vandaag voordoet. Dat sommigen er voor een Belgische rechtbank zo goedkoop vanaf komen, is alleen maar mogelijk omdat u en uw regering ervoor kozen om ze zelf actief naar België te repatriëren. Dát is de essentie van het verhaal! Alle andere voorbeelden die u aangaf, gingen niet over actieve repatriëringen door de regering, dat is appelen met peren vergelijken.

 

Het Vlaams Belang heeft altijd gezegd dat het onzinnig en juist onveilig is om die IS-terroristen naar hier te halen. We hebben er steeds voor gewaarschuwd dat al die betrokkenen er veel te gemakkelijk vanaf zouden komen, aangezien de straffen hier veel te laag zijn en omdat men voor een Belgische rechtbank vaak onvoldoende bewijzen kan aanvoeren voor de misdaden die in Syrië werden begaan. We hebben er altijd voor gepleit dat de betrokkenen zouden berecht worden daar waar ze hun gruwelijke feiten hebben gepleegd, waar de bewijzen liggen en waar ze een echte straf zouden krijgen, en niet in het land dat ze letterlijk en figuurlijk de rug hebben toegekeerd.

 

Mijnheer de minister, ik heb geen antwoord gekregen op de vragen of er nog repatriëringen op til zijn en of u van plan bent om ermee te stoppen. Uw stilzwijgen daarover is heel duidelijk.

 

Mijn fractie zal de motie van aanbeveling steunen die de regering vraagt om te stoppen met die actieve repatriëringen want die komen de veiligheid allesbehalve ten goede.

 

Moties

Motions

 

De voorzitster:Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.

En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.

 

Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Koen Metsu en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van de heer Koen Metsu en mevrouw Barbara Pas

en het antwoord van de vice-eersteminister en minister van Justitie en Noordzee,

- gehoord het antwoord van de minister van Justitie tijdens de plenaire vergadering van 2 december 2021 waarbij hij garandeerde dat alle zes IS-vrouwen, die afgelopen zomer gerepatrieerd werden, nog steeds achter slot en grendel zouden zitten;

- gelet op het feit dat één van deze vrouwen al sedert oktober op vrije voeten is en de minister hierover dus gelogen heeft;

- gehoord het antwoord van de eerste minister tijdens de plenaire vergadering van 9 december 2021 waarbij hij benadrukte nog steeds achter de uitgevoerde repatriëring te staan, zogenaamd in het belang van de nationale veiligheid;

- gelet op de kostprijs van de repatriëring uitgevoerd in juli 2021, nl. 1,5 miljoen euro;

vraagt de regering

- te stoppen met de actieve repatriëring van IS-terroristen, maar hen ter plekke te laten berechten, met het bewijsmateriaal dat daar voorhanden is;

- ervoor te zorgen dat de veiligheidsdiensten en justitie IS-terroristen zeer nauwgezet opvolgen zodat de veiligheid van de samenleving niet in het gedrang komt;

- pro-actief en op een aanklampende manier deze dossiers te behandelen, zodat op zijn minst de Kamer niet verkeerd geïnformeerd wordt;

- politieke verantwoordelijkheid te nemen voor het doorgeven van foutieve informatie door de diensten waarvan men aan het hoofd staat;

- een adequate informatiedoorstroming tussen de minister van Justitie en de top van de magistratuur te verzekeren."

 

Une motion de recommandation a été déposée par M. Koen Metsu et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de M. Koen Metsu et Mme Barbara Pas

et la réponse du vice-premier ministre et ministre de la Justice et de la Mer du Nord,

- ayant entendu la réponse donnée par le ministre de la Justice au cours de la séance plénière du 2 décembre 2021, dans laquelle il a garanti que les six épouses de combattants de Daech qui ont été rapatriées l’été dernier étaient encore toutes sous les verrous;

- eu égard au fait que l’une de ces femmes est déjà en liberté depuis le mois d’octobre et que le ministre a donc menti à ce propos;

- ayant entendu la réponse donnée par le premier ministre au cours de la séance plénière du 9 décembre 2021, dans laquelle il a souligné qu’il défendait toujours le rapatriement effectué, prétendument dans l’intérêt de la sécurité nationale;

- eu égard au coût du rapatriement effectué en juillet 2021, soit 1,5 million d’euros;

demande au gouvernement

- de mettre un terme au rapatriement actif de terroristes de Daech et de faire en sorte qu’ils soient jugés sur place, sur la base des éléments de preuve qui y sont disponibles;

- de veiller à ce que les services de sécurité et la Justice assurent un suivi très étroit des terroristes de Daech afin que la sécurité de notre société ne soit pas mise en péril;

- de traiter ces dossiers de manière proactive et vigoureuse afin que la Chambre, à tout le moins, ne soit pas erronément informée;

- d’assumer sa responsabilité politique pour la communication d’information erronées par les services sous sa tutelle;

- d’assurer un flux d’informations adéquat entre le ministre de la Justice et les hauts responsables de la magistrature."

 

Een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Melissa Depraetere en de heren Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt en Servais Verherstraeten.

Une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Melissa Depraetere et MM. Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt et Servais Verherstraeten.

 

Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.

Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.

 

10.06  Maggie De Block (Open Vld): Mevrouw de voorzitster, ik vraag de urgentie voor de eenvoudige motie die werd ingediend en die is ondertekend door de collega's van de meerderheid. (Instemming)

 

11 Interpellations jointes de

- Sophie Rohonyi à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "La pénurie de personnel soignant et la revalorisation de la profession" (55000209I)

- Catherine Fonck à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "La pénurie d'infirmiers et la revalorisation de la profession" (55000216I)

- Kathleen Depoorter à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "Le personnel soignant" (55000218I)

- Sofie Merckx à Frank Vandenbroucke (VPM Affaires sociales et Santé publique) sur "La revalorisation du personnel soignant" (55000220I)

11 Samengevoegde interpellaties van

- Sophie Rohonyi aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "Het tekort aan zorgpersoneel en de herwaardering van het beroep" (55000209I)

- Catherine Fonck aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "Het tekort aan verpleegkundigen en de herwaardering van het beroep" (55000216I)

- Kathleen Depoorter aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "Het zorgpersoneel" (55000218I)

- Sofie Merckx aan Frank Vandenbroucke (VEM Sociale Zaken en Volksgezondheid) over "De opwaardering van het zorgpersoneel" (55000220I)

 

11.01  Sophie Rohonyi (DéFI): Monsieur le ministre, je me demandais ce matin où vous étiez, puisque nous participions à un débat essentiel relativement aux médecins spécialistes en formation. En consultant le compte Twitter du Journal du médecin, j'ai découvert que vous vous trouviez sur le terrain, à la rencontre des équipes de soins intensifs du CHR de Sambre et Meuse. Il est bien évidemment très positif que vous alliez à la rencontre des acteurs de terrain qui sont sur le front afin de juguler cette quatrième vague.

 

J'ose sincèrement espérer, monsieur le ministre, que cette visite vous servira d'électrochoc. En effet, la situation dans les hôpitaux et, en particulier, dans les soins intensifs est devenue tout simplement intenable, puisque 804 lits sont toujours occupés par des patients covid, lesquels sont intubés et sont, par conséquent, alités pendant quatre à cinq semaines. La situation est d'autant plus alarmante que ce sont entre 60 et 220 lits qui sont aujourd'hui fermés en raison d'un manque de personnel soignant censé les encadrer. Cela signifie donc que moins de 1 000 lits sur les 2 000 en soins intensifs dont notre pays dispose actuellement peuvent accueillir des patients qui sont atteints d'autres pathologies que le covid. Cela implique aussi que, lors d'un grave accident de la route, si l'hôpital le plus proche est plein, les patients devront être transférés vers un autre établissement jugé le plus proche. Or nous savons très bien que, dans de telles circonstances, chaque minute compte.

 

Pour réagir à cette saturation, il a été décidé de fermer tout ce qui n'est pas considéré comme étant du ressort de soins dits "vitaux" tant qu'il restera plus de 500 patients covid en soins intensifs. Comme je l'ai indiqué dans mon introduction, ils sont pour le moment au nombre de 804. Cette mesure est drastique et cause aussi des problèmes d'organisation. Premièrement, la réaffectation demandée du personnel des blocs opératoires, ainsi que des salles de réveil, pour garantir la pleine capacité des soins intensifs de la phase 1B risque d'accélérer les départs de professionnels.

 

Sans oublier que le reste du personnel n'a pas toujours la capacité d'être transféré aux soins intensifs, tout simplement parce qu'il ne possède pas systématiquement la formation requise pour travailler dans ces services. Cette mesure ne répond en outre pas au problème de fond qui se pose, à savoir le manque de personnel pour encadrer efficacement ces lits.

 

Cela fut très pertinemment illustré par les propos de M. Philippe Devos, l'ancien président de l'ABSyM, mais aussi par le chef-adjoint du service des soins intensifs du CHC de Liège. Il l'a confirmé très clairement, le 3 décembre dernier et je tiens à le citer: "Moi aujourd'hui, je n'ai pas un problème de lits mais d'infirmiers. Sur mes 48 lits en soins intensifs, 6 sont fermés par manque de personnel. Si on me demande demain de monter à 100 lits, comme lors de la dernière vague, je ne pourrais plus. Si on construisait rapidement un hôpital comme à Wuhan, le patient devrait s'y soigner lui-même."

 

Autrement dit, ce qu'il faut aujourd'hui, c'est une vraie revalorisation à court et à long terme du personnel soignant pour pouvoir le recruter bien sûr mais aussi pour pouvoir veiller à son maintien. À défaut, des mesures comme le report de soins non urgents que j'ai évoqué, continueront d'être prises, mesures dont on sait pertinemment que l'impact à long terme sur la santé des patients mais aussi sur la charge de travail de nos hôpitaux sera toujours très lourd. Vous l'avez confirmé ce mardi en commission, monsieur le ministre. Il faudrait deux ans et quatre mois pour rattraper tout ce retard des soins dits "non essentiels", et ce, sans comptabiliser le report dû à cette quatrième vague et sans compter les éventuelles prochaines vagues.

 

Je tiens également à souligner que la classification retenue pour pouvoir opérer ce report de soins pose fondamentalement problème. En effet, ce qui est considéré aujourd'hui comme non vital, non urgent peut devenir justement vital en raison d'un report de soins, d'un report de dépistage ou encore d'un report d'opération. Je pense bien évidemment à un cancer qui n'a pas pu être dépisté à temps ou encore à une opération chirurgicale reportée alors qu'elle aurait permis d'éviter un AVC fatal au patient.

 

Il en ressort que cette distinction opérée entre les soins essentiels, les soins dits "non essentiels" dont le report ne mène pas à des problèmes de santé ou à des problèmes limités, et enfin, la troisième catégorie, les soins mixtes, cette classification ne suffit pas à garantir la santé des patients pas plus qu'elle ne permet d'éviter des décès.

 

Il est vrai qu'à l'instar de certains de mes collègues, je n'ai eu de cesse de vous interroger à ce sujet, monsieur le ministre. Si je reviens encore vers vous aujourd'hui avec cette interpellation, c'est précisément parce que vos réponses apportées jusqu'ici, malheureusement, ne rencontrent toujours pas à l'urgence vitale de revaloriser l'ensemble de ces professions de soins.

 

Monsieur le ministre, quelles mesures concrètes et structurelles pensez-vous prendre pour augmenter la capacité hospitalière, et ce, de façon immédiate? Comment comptez-vous recruter du personnel soignant, mis à part le fameux Fonds Blouses blanches?

 

Vous affirmiez ce mardi en commission que les chiffres qui rapportent le nombre d'emplois qui ont justement pu être créés grâce à ce Fonds Blouses blanches n'étaient pas tout à fait certains. Pouvez-vous nous dire pourquoi? Pourriez-vous obtenir un rapportage?

 

De quelle façon comptez-vous revaloriser la profession, tant en termes barémiques qu'en termes d'environnement de travail qualitatif, mais aussi de compatibilité avec la vie privée et la vie de famille? Allez-vous également vous pencher sur la revalorisation des études d'infirmier, notamment en examinant la possibilité de rémunérer le stage de dernière année?

 

Quelles sont les pistes proposées par le groupe de travail qui est censé examiner la question de la revalorisation du personnel de soins? Où en est l'avancement de ces travaux?

 

Quant au budget de 100 millions d'euros dont dispose justement ce groupe de travail et dont la précision me revient du terrain, considérez-vous que ce budget est suffisant aujourd'hui pour mettre en place les mesures décidées et qui visent à soutenir le personnel soignant? De quelle façon ce budget serait-il calculé?

 

Comptez-vous également donner un signal d'apaisement au personnel soignant en ouvrant, par exemple, une réflexion relative à la reconnaissance de la pénibilité du métier pour l'accès à la pension?

 

On sait à quel point cette reconnaissance est taboue. C'était d'ailleurs déjà le cas dans le cadre de l'accord de gouvernement.

 

Vous avez également annoncé, ce mardi, en commission, qu'un accord au sujet de l'IFIC était sur la table du gouvernement. Pouvez-vous nous dire quel est le contenu de cet accord ou du moins nous en donner ses lignes directrices? Le secteur a-t-il été à tout le moins concerté à ce sujet? Pour quand sommes-nous en droit d'attendre cet accord? Quand pourrons-nous en débattre au sein de ce Parlement? Pourquoi avoir fait le choix de se concentrer uniquement sur l'IFIC, alors que la revalorisation de la profession d'infirmier va bien au-delà de cette problématique? Cela ne risque-t-il pas de diviser davantage la profession? Vous penchez-vous sur l'élaboration d'un système de réserve d'infirmiers, comme le plaident de nombreux acteurs de terrain? Pourriez-vous préciser en quoi consiste l'étude actuellement en cours sur l'encadrement du personnel en soins intensifs? Quand pouvons-nous nous attendre à recevoir les précieux résultats de cette étude?

 

11.02  Catherine Fonck (cdH): Madame la présidente, monsieur le ministre, les soignants sont au front avec un courage et une détermination qui forcent l'admiration. Cela est d'autant plus vrai que la pression sur leurs épaules est maximale et qu'elle est encore plus forte qu'à l'habitude. C'est lourd, très lourd au quotidien. Des soignants craquent, ce qui est compréhensible. La situation est si grave que plus de 250 lits de soins intensifs sont fermés par manque de personnel, que de très nombreuses unités d'hospitalisation sont également fermées, que de nombreux soins dits non urgents sont reportés. Beaucoup de patients sont donc concernés. C'est du jamais vu!

 

Monsieur le ministre, ma conviction est que la qualité des soins, ce sont d'abord des soignants bien formés et en nombre suffisant. Or, aujourd'hui, le manque de soignants empiète directement sur la qualité des soins.

 

Tous les soignants sont sous pression. Mais permettez-moi de mettre ici un focus particulier sur les infirmiers qui sont les plus malmenés. Ils en ont pourtant lancé des appels à l'aide! Ils les ont répétés pendant des mois.

 

Ils ont fait de multiples propositions constructives, légitimes et raisonnables. Il y a un an, je remettais ici au premier ministre le memorandum de l'Union générale des infirmiers de Belgique. Ce n'est pas d'aujourd'hui que je relaye leur réalité et leurs demandes.

 

Alors, que vous n'écoutiez pas l'opposition, soit. Mais votre job, c'est d'écouter le terrain. Permettez-moi donc de relayer, dans cette assemblée, ce que les directions des infirmiers et les médecins disent dans leur lettre ouverte toute récente pour les infirmiers. Je commencerai par les directions des infirmiers et par vous citer des extraits de cette lettre ouverte que vous ne pouvez pas ignorer, monsieur le ministre.

 

"De Codeco en Codeco, ou de chrysanthème en chrysanthème… Quand le politique signe la mise à mort de la profession infirmière." Autre extrait: "Vous aviez pourtant promis de prendre soin des soignants à votre tour, et sans traîner. C'était début de l'été 2020. Il y a plus de 522 jours." Toujours un extrait: "Nous sommes 18 mois plus tard, et rien n'a avancé. Enfin, presque rien, car le nombre de départs de la profession et le taux d'intention de la quitter, eux, ont bien progressé. Bien triste réalité."

 

Eux encore: "Alors oui, aujourd'hui, nous ne percevons que des marques de mépris pour notre profession, des "y'a qu'à" en nombre. Y'a qu'à ouvrir un medium care. Y'a qu'à fermer certaines activités et déplacer les infirmières pour aller aux soins intensifs. Y'a qu'à permettre à d'autres métiers de faire nos actes. Y'a qu'à…" Des leçons à tirer, disent-ils, monsieur le ministre, il y en a encore beaucoup. Des éléments et des recommandations sur lesquels il faut agir. Le monde politique les connaît, mais il est plus simple de réaliser l'une ou l'autre nouvelle étude pour objectiver le débat, car il n'y a pire sourd que celui qui ne veut entendre.

 

Que le monde politique arrête de témoigner une empathie à distance, pour mieux montrer un mépris à la moindre décision. Aujourd'hui, la profession en a ras-le-bol et attend des actes, du soutien et de la reconnaissance. Ces médecins également, intensivistes, qui titrent: "Qui nous soignera quand il n'y aura plus d'infirmières et d'infirmiers?"

 

Je vous cite un extrait: "Lors de ces deux dernières années, nous avons tous pu constater le dévouement héroïque du corps infirmier, sans lequel nous ne serions jamais passé à travers cette crise. Il mérite toute notre reconnaissance. De notre point de vue de médecins, sans ces hommes et ces femmes, les hôpitaux s'écroulent. Il est urgent pour eux d'obtenir une vraie revalorisation salariale, d'augmenter les effectifs, car la norme d'encadrement – une infirmière pour trois patients en soins intensifs – la plupart du temps n'est pas soutenable, et de reconnaître que, oui, c'est un métier pénible qui autorise une retraite anticipée."

 

Je vous le disais, ce sont tous les soignants qui sont concernés. Les médecins et les pharmaciens ne se sentent ni écoutés ni entendus. Comme me le disait encore hier un médecin généraliste: "Nous sommes des soldats taillables et corvéables à merci, destinés à servir à faire du colmatage." Ce sont des mots très lourds, monsieur le ministre. Je ne vous rappelle pas la décision toute récente que votre majorité a prise à destination des stagiaires médecins et dentistes, pourtant en permanence au front depuis des mois.

 

J'ai souhaité relayer ici leur parole, leur colère et leur ressenti. Ce n'est pas à moi que vous devez répondre; c'est à eux qui, depuis des mois, résistent aux assauts du covid-19 et s'investissent sans compter pour les patients. Je vous remercie de votre attention.

 

11.03  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de minister, het is voor niemand gemakkelijk , niet voor u als minister van Volksgezondheid, niet voor onze zorgverstrekkers, niet voor onze patiënten en niet voor onze maatschappij. Het is een helse situatie waarin wij vandaag sinds 22 maanden zitten. Het is een gezondheidscrisis maar ook een personeelscrisis en een beddencrisis, met alle gevolgen van dien.

 

Het is niet alleen de gezondheidssituatie die deze moeilijkheden op het terrein veroorzaakt. Een inefficiënt gebruik van middelen en een soms niet optimale inzet van mensen hebben ervoor gezorgd dat wij een grote uitval hebben van personeel en dat onze beschikbare IZ-bedden vandaag niet optimaal bezet kunnen worden. Beste collega's, wij zijn de vierde golf gestart met een handicap van 10 % qua IZ-bedden. Dat is, gezien de situatie, gigantisch.

 

Deze coronacrisis duurt nu reeds 22 maanden. De uitstroom van zorgpersoneel is verdrievoudigd volgens een studie van de KU Leuven en Sciensano. Een derde van het zorgpersoneel geeft aan last te hebben van spierpijn, hoofdpijn en stress. Ook dat is gigantisch veel. Ook daarnaar moet absoluut geluisterd worden.

 

Mijnheer de minister, tussen de voorlaatste bevraging in juni en de laatste bevraging nu is er een verschil gekomen van 6 % aan zorgverstrekkers die aangeven vandaag te willen stoppen met hun werk. Wat gaat u daaraan doen? Hoe kijkt u daarnaar?

 

Mijn collega Frieda Gijbels en ik hebben het u reeds vaak gevraagd in de commissie, zo vaak zelfs dat u het niet meer interessant vindt. Zo geeft u toch aan.

 

Als we u ernaar vragen, verwijst u steevast naar het fonds voor de witte bloezen. In de MAHA Analyse van Belfius zien wij echter dat het nettoresultaat van dat fonds voor de witte bloezen 558 voltijdsequivalenten is op een totaal van 45.000 zorgverstrekkers. Dat is een druppel op een hete plaat.

 

Ik kom hier met deze interpellatie in de hoop dat u echte plannen op de lange termijn uit de doeken zult doen, dat u een echte omwenteling zult kunnen voorbereiden voor de zorgsector, om deze te voorzien van voldoende weerbaarheid en veerkracht voor een volgende crisis of pandemie. Als ik echter de laatste bevraging van Sciensano lees en daar de malaise aan koppel die blijkt uit wat zoveel zorgverstrekkers mij dag in, dag uit zeggen, dan durf ik uw functioneren echt wel in vraag te stellen.

 

Bij de eerste golf waren we niet voorbereid, het was nieuw en we wisten niet wat er op ons afkwam. Dat kunnen we misschien nog door de vingers zien, alle slachtoffers en inspanningen ten spijt. In de aanloop naar de tweede golf, toen u bent aangetreden, zijn er echter geen schakelplannen opgesteld en is er geen veerkracht ingebouwd. Ik stel mij echt de vraag waarom dat niet is gebeurd.

 

Vandaag staat omikron voor de deur en schrijven de zorgverstrekkers u aan, de huisartsen, de oncologen en de klinisch biologen. Wat doet u? Ik heb u vanochtend horen verwijzen naar een wet die u verlengt, waardoor er meer vaccinatoren zullen kunnen werken in de vaccinatiecentra, een wet waarvan wij u twee maanden geleden al hebben gezegd dat hij moest worden verlengd.

 

Mijnheer de minister, ik heb u vanochtend ook horen zeggen dat u hoopt dat de studenten geneeskunde zullen komen helpen in de vaccinatiecentra. Ik weet niet hoelang het geleden is dat u aan de universiteit bent geweest, maar die derde prik moet vandaag worden gezet, terwijl mijn studenten geneeskunde in de blok zitten. Hen kunt u vandaag echt niet inschakelen.

 

Ik heb u ook al vaker naar de buddywerking gevraagd, mijnheer de minister. Ik vraag het u vandaag opnieuw. Wat zult u vandaag doen voor de crisis en morgen voor de veerkracht?

 

11.04  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, le mardi 7 décembre 2021, 4 000 soignants étaient dans la rue et 10 000 personnes ont fait grève pour demander plus de respect pour leur profession. Le licenciement comme sanction en cas de non-vaccination n'était que la goutte qui a fait déborder le vase.

 

J'ai entendu dire que cela aurait été une manifestation antivax mais rien n'est moins vrai. Dans la rue, les soignants ont demandé ensemble une reconnaissance, du respect et une vraie revalorisation. Le mécontentement est profond, monsieur le ministre. Il est temps que vous écoutiez vraiment les soignants.

 

La même semaine, la clinique André Renard à Herstal a dû fermer ses urgences par manque de personnel dans les salles. Et, là, monsieur le ministre, vous avez envoyé des menaces. Le directeur explique dans les journaux: "On espérait une autre réponse que des menaces." Sous vos menaces, ils ont rouvert les urgences mais ont fermé quinze lits dans les salles.

 

Monsieur le ministre, comment avez-vous osé faire cela et réagir avec aussi peu d'humanité?

 

Niet enkel in Luik, maar ook elders staat het zorgsysteem op instorten. Vandaag getuigde professor Eva Goossens in Het Laatste Nieuws: "Wie goed kijkt, ziet overal alarmsignalen. In het UZ Gent hebben ze besloten om vijftien IZ-bedden te sluiten tijdens de kerst. Dat wordt gezien als een welverdiend verlof, maar eigenlijk is het een noodkreet. Men krijgt het gewoon niet meer georganiseerd. Ik hoor het van collega's in Antwerpen, Leuven en Gent. Er leeft een sterk gevoel van ontreddering en gelatenheid. Velen voelen zich pionnen waarmee geschoven wordt en van de ene dag op de andere moeten ze op een andere dienst gaan werken. Er wordt vaak gezegd dat het systeem op instorten staat, maar het systeem is al volop aan het instorten. Je kunt niet meer over een normaal functionerend zorgsysteem praten als een op de drie huisartsen eraan denkt om te stoppen of als hogescholen zien dat studenten verpleegkunde die in hun tweede jaar zitten en stage liepen tijdens de coronacrisis, massaal afhaken."

 

Tout ceci, monsieur le ministre, ce ne sont pas les signes d'un système sur le point de craquer. Mais le système est en train de craquer. Le personnel est complètement épuisé et demande au gouvernement de l'aide et non des sanctions. Le Fonds Blouses blanches et l'accord pris l'année dernière pour les augmentations de salaire sont clairement insuffisant au vu de ce qui se passe aujourd'hui. Nous avons entamé cette quatrième vague avec 200 lits en soins intensifs en moins que pendant la première vague. Les travailleurs sont partis: 19 000 infirmières avaient déjà quitté le secteur avant la pandémie et ne travaillent plus dans les soins de santé. Vous n'avez pas réussi à en attirer dans le secteur.

 

Ce matin, nous avons lu que vous allez mettre 43 millions d'euros sur la table. Cette somme servira à pallier les manquements de l'IFIC: 2 300 euros brut pour les infirmières disposant d'un titre professionnel particulier, comme par exemple les soins intensifs. Cela veut dire plus ou moins 97 euros par mois en plus, et 833 euros en plus par an pour les infirmières disposant d'une qualification particulière, comme les soins palliatifs ou les soins en diabétologie ou en psychiatrie. Monsieur le ministre vous dites que c'est un début mais non, cela n'arrêtera pas l'hémorragie. Ce sont des miettes et les gens ont déjà réagi.

 

Voici mes questions. Pourquoi avez-vous réagi par la répression suite à la fermeture des urgences de l'hôpital André Renard? Avez-vous proposé de l'aide à cet hôpital? D'autres services ont-ils menacé de fermeture? Qu'allez-vous faire pour l'urgence?

 

Beaucoup de gens se posent cette question: où en est la reconnaissance de la pénibilité du travail d'infirmière? Ne pensez-vous pas qu'il faut dégager des moyens budgétaires supplémentaires pour mettre fin à l'hémorragie?

 

11.05  Frank Vandenbroucke, ministre: Madame la présidente, chers collègues, je crois que nous partageons un constat: la situation pour le personnel soignant, particulièrement dans les hôpitaux, est extrêmement difficile. Extrêmement difficile! Elle est très pénible.

 

Je crois qu'il faut peut-être aussi être clair sur l'analyse. D'abord, il y a évidemment la pression sur les hôpitaux, vu le nombre de patients covid qui sont hospitalisés de jour en jour et vu le nombre de patients covid qui sont aux soins intensifs. C'est une pression énorme! Le report des soins qui en découle est non seulement très triste et douloureux pour les patients concernés mais aussi pour le personnel soignant qui sait qu'il ne peut pas fonctionner ni faire le travail comme il veut le faire.

 

Il y a par ailleurs l'impact de la pandémie sur la présence du personnel. L'impact de la maladie sur les absences pour cause de covid et, peut-être plus important encore, sur les absences d'infirmiers et d'infirmières dont les enfants sont successivement en quarantaine. Tout ceci affecte aussi énormément le secteur.

 

On est donc coincé des deux côtés: d'une part, les hospitalisations dues au covid et, d'autre part, l'impact de la pandémie sur la présence du personnel. C'est donc extrêmement difficile.

 

Cela s'ajoute à un problème de fond qu'est la pénurie sur le marché. Ce matin, lors d'une visite à nouveau extrêmement intéressante au CHR Sambre et Meuse, un infirmier disait que la crise covid a été un coup d'accélérateur sur fond d'une crise profonde pour nos métiers. Je crois que c'est absolument correct.

 

Je vais donc apporter certains éléments de réponse mais ce n'est pas de façon complaisante ni euphorique. Ce sont des éléments de réponse objectifs mais qui ne suffisent évidemment pas.

 

Mais permettez-moi peut-être d'abord d'insister sur le fait qu'il faut lutter contre la pandémie. Il faut lutter contre la pandémie! Il faut tout faire pour ralentir la circulation du virus. C'est pour moi le premier défi.

 

Daar is uw fractie misschien niet zeer consequent, mevrouw Merckx. U zegt hier terecht dat het personeel afziet. Het ziet echter ook af door de pandemie. U zegt hier wel dat kinderen geen masker moeten dragen. Als kinderen maskers dragen, zullen er wel minder kinderen in quarantaine zitten en zullen er minder klassen gesloten worden. Dan zullen ook minder ouders, eveneens in de verpleging, thuis moeten blijven voor hun kinderen. Dat beseft u toch? U staat ook achter die contestatie, weg met die maskers voor kinderen. Uw nieuwe voorzitter wil versoepelen in de horeca. Ik vind de ziekenhuizen prioritair. U moet kunnen kiezen. U kan niet achter elke contestatie staan. U moet kiezen wat u wil. Mijn hart ligt bij de ziekenhuizen en dus versoepelen we niet in de horeca en vragen we aan kinderen om een masker te dragen, opdat er minder kinderen in quarantaine zouden zitten en minder klassen gesloten zouden worden. U moet kiezen en niet achter elke contestatie staan.

 

Qu'avons nous fait? Je le dis sans aucune complaisance: nous avons d'abord fourni un effort budgétaire très important. En matière de dépenses, si nous comparons ce qui a été fait pour les soins de santé en 2019 avec ce qui sera fait en 2022, nous voyons une augmentation de 4,9 milliards d'euros, soit presque 5 milliards d'euros supplémentaires. Une grande partie des mesures peut être temporaire et vise à aider le secteur à amortir l'impact de la pandémie. Ces 4,9 milliards comprennent 2 milliards planifiés sur la base d'une norme de croissance augmentée, ce qui est important, et 2,9 milliards de mesures contre la covid et l'impact de la pandémie. Il s'agit d'un accroissement de plus de 10 % en termes réels. On ne peut pas vraiment parler de cacahuètes! Ce serait plutôt le contraire. Je ne suis pas complaisant envers moi-même quand je dis cela, pas du tout, et je ne ressens pas d'euphorie à ce sujet, mais il s'agit d'un effort à la fois historique et insuffisant. Reconnaissons-le!

 

L'accord social. Il s'agit d'un accord dont les partenaires sociaux se sont réjouis. Il prévoit un demi-milliard d'euros pour la revalorisation des salaires. Ce ne sont pas des cacahuètes! Ce n'est pas rien! Nous avons travaillé peut-être dix ans à cette nouvelle classification des fonctions. Cela a été entériné dans un accord social. L'accord reflète une belle philosophie: encourager ceux qui commencent. La priorité a donc été donnée aux revalorisations pour ceux qui ont peu d'ancienneté. Des compensations sont prévues non pas tant sur la base des diplômes formels, mais sur les conséquences qu'entraîne la fonction. C'est l'IFIC.

 

Je crois néanmoins que nous devons constater qu'il y a des lacunes, particulièrement dans ce contexte de crise.

 

Une des lacunes est la situation des infirmiers spécialisés – ceux qui ont un titre professionnel particulier ou une qualification professionnelle particulière –, qui bénéficiaient par le passé de primes ayant été supprimées. En particulier, lorsqu'ils ont une certaine ancienneté, ils ne gagnent rien, ils perdent même.

 

Mais n'ignorons pas ce qui est positif: une infirmière A2, avec cinq ans d'ancienneté, gagne 15 % grâce à l'accord social. Ces 15 % sont la différence entre le barème du secteur officiel et l'IFIC. Évidemment, il se peut que, dans les hôpitaux, on payait déjà plus, mais l'intention de l'accord n'est pas d'augmenter ce qu'il y a dans les caisses des hôpitaux. Soyons clairs sur ce point.

 

Est-ce important? Oui. J'ai entendu ce matin encore que certains jeunes entrent dans le métier, travaillent quelques années et quittent ensuite le métier. Quand on peut dire à une infirmière qu'elle a droit à une revalorisation de 15 %, ce n'est pas rien. Un aide soignant qui débute a droit à 8 %. Le problème concerne ceux qui possèdent de l'ancienneté et une spécialisation. À ce niveau-là, il y avait une lacune.

 

Et c'est là que je propose une première mesure: pour une personne détentrice d'un titre professionnel particulier, il y aura un complément forfaitaire de 2 500 euros brut par an supplémentaire à partir du 1er janvier de l'année 2022. Pour les personnes qui ont une qualification professionnelle particulière, un tiers de ce montant est prévu, soit 833 euros brut par an. Il s'agit par exemple, pour la dernière catégorie, d'un infirmier qui travaille aux soins palliatifs. Pour le premier exemple, il s'agit notamment de ceux qui travaillent dans un service d'urgences, de soins intensifs, de néonatologie, d'oncologie, etc.

 

C'est une correction technique mais qui touche aussi un peu à la philosophie de l'IFIC, parce qu'elle est basée sur le diplôme. Cela suffit-il? Je dis que non!

 

J'ai planché pendant longtemps sur ce sujet parce qu'il n'est pas facile de changer quelque chose dans un accord social entériné de façon assez solennelle avec un budget conséquent. Est-ce la fin? Non mais c'est tout de même important. C'est la raison pour laquelle j'ai dit que les partenaires sociaux ne pouvaient pas se permettre de temporiser encore dans la négociation relative aux 100 millions visant à augmenter l'attractivité du secteur. J'ai également dit que, dans le secteur public, les négociations sur l'IFIC ont duré trop longtemps. On a insisté encore et encore pour aboutir enfin à un accord mais les salaires n'ont toujours pas été augmentés, ce qui est nuisible à la compétitivité du secteur public vis-à-vis du secteur privé.

 

Ce qu'on peut dire vis-à-vis du secteur public, c'est que les barèmes seront aussi revalorisés avec effet rétroactif à partir du 1er juillet. Est-ce que je me montre complaisant ou euphorique? Loin de là! Je vois tous les défauts et tout le travail à fournir.

 

Je crois que l'infirmier qui m'a dit ce matin à Namur que cette crise sanitaire ne donnait jamais qu'un coup d'accélération à une crise plus profonde, a raison. Y a-t-il des réponses simples? Non, parce qu'il s'agit d'abord d'organisation mais aussi de ressources humaines à créer et à former. Ce n'est pas chose facile! Reconnaissons-le! Mais peut-être que reconnaître qu'il s'agit d'un réel problème de choix de société est déjà une première étape.

 

En ce qui concerne la situation actuelle, je voudrais ajouter quelques éléments.

 

Il est important de stabiliser le financement des hôpitaux, ce qu'on fait. C'est évidemment de l'argent qui ne rentre pas immédiatement dans le portefeuille des médecins ou des infirmiers mais il est important de stabiliser le financement des hôpitaux – on a cité l'étude Belfius. Grâce à Mme De Block, le gouvernement précédent a créé une avance de 2 milliards d'euros pour le secteur hospitalier, laquelle a été effectivement transférée, pour stabiliser la situation du secteur en matière de liquidités en 2020. On a régularisé cette avance par une première série de mesures, régularisation qui s'élève à 1,450 milliard d'euros.

 

Évidemment, la crainte dans les hôpitaux était que la régularisation représente moins que l'avance, au point de devoir payer à l'État. Le gouvernement fédéral a appliqué un peu la même méthode, mais pas pour tous les facteurs. Pour compenser la situation financière des hôpitaux en 2021, 408 millions d'euros ont été versés pour les trois premiers trimestres de cette année. De plus, vendredi dernier, j'ai obtenu un accord du gouvernement afin de verser 143 millions pour le dernier trimestre de 2021 et le même montant pour le premier de 2022. Si vous faites le compte, c'est plus que les 2 milliards d'avance. Autrement dit, à l'échelle macro, l'avance est totalement intégrée à des mesures qui vont financer correctement la situation de 2020 et 2021. C'est important. Je ne prétends pas qu'à l'échelle micro, des hôpitaux ne devront pas rembourser un peu d'avance, mais elle est intégralement consommée au niveau macro par des mesures successives qui vont stabiliser la situation financière des hôpitaux en 2020 et 2021. Je ne suis pas euphorique, car cela revient à stabiliser quelque chose de compliqué à partit d'un mécanisme de financement qui est devenu farouchement anachronique – c'est certain.

 

Ensuite, madame Rohonyi, s'agissant du report des soins, mon sentiment est - à vrai dire - quelque peu partagé. D'un côté, comme vous et beaucoup d'autres personnes qui sont très inquiètes, j'estime que reporter des soins est, en tout cas, très mauvais. D'un point de vue somatique, on pourrait encore considérer que cela va, mais sur le plan de la santé mentale, non. C'est très mauvais, tant pour les médecins, les infirmiers, les aides-soignants que pour les patients. Hélas, c'est toutefois devenu nécessaire à cause de la pandémie. 

 

Des instructions tout à fait précises ont-elles été données? Non. Des catégories sont visées comme les soins non urgents. Mais on ne peut pas dire qu'il n'y a pas de lignes directrices. L'Association belge des spécialistes a travaillé sur cette notion de soins urgents et non urgents. Un travail a donc été effectué et des lignes directrices ont été fixées, sans pour autant donner de détails. En effet, il faut laisser aux hôpitaux et aux médecins la faculté de décider. On ne s'inscrit donc pas dans l'arbitraire quand on opère une différence entre les soins urgents et non urgents. Mais il s'agit toujours d'un choix extrêmement pénible. Par conséquent, il faut essayer de réduire autant que possible la période durant laquelle ce genre de décision doit être pris.

 

Madame Fonck, je ne veux pas faire preuve de complaisance. Mais il n'est pas exact que 250 lits sont fermés. On a demandé de faire un effort. En soins intensifs, on compte actuellement 161 lits fermés. La situation s'est donc un peu améliorée, même si elle n'est pas bonne. C'est un fait et j'y fais référence en tant que tel.

 

On essaie de gérer la situation en concertation avec les coupoles d'hôpitaux, avec les experts et les hôpitaux par le biais de l'Hospital & Transport Surge Capacity Committee où les couples d'hôpitaux sont représentées, tout comme la Défense, etc. Nous tentons donc de gérer cette situation extrêmement difficile en concertation avec le terrain. Est-ce toujours une grande réussite? Pas nécessairement.

 

Si j'ai voulu me rendre à Namur, c'est parce que les médecins de Namur ainsi que d'autres médecins appartenant au même réseau avaient publié une lettre assez critique à l'égard de la gestion de l'Hospital & Transport Surge Capacity Committee. J'ai donc voulu les rencontrer pour mieux comprendre.

 

On essaie d'organiser les choses en faisant appel à la solidarité, solidarité qui est difficile. C'est la raison pour laquelle mes services ont réagi à l'action menée par la Clinique André Renard. Et je pense qu'ils ont réagi correctement.

 

On comprend tout à fait l'épuisement du personnel de la Clinique André Renard mais l'action lancée n'arrange pas les choses. Une action unilatérale, sans aucune concertation, sans aucun effort pour organiser la solidarité entre les hôpitaux, cela ne va pas. C'est faire bosser les autres. C'est déplacer le problème vers d'autres hôpitaux.

 

Fermer un service d'urgence, un PIT, vis-à-vis des patients, madame Merckx, trouvez-vous que ça va? Oui? De façon unilatérale et sans concertation, on ferme. Non, c'est une infraction. Moi, j'ai le devoir de le dire. Quand un service administratif dit à un citoyen qu'il y a une infraction, il doit dire qu'il y a évidemment une sanction. On n'a pas menacé ces gens. Non, on a simplement dit: "Ce n'est pas légal et cela n'arrange pas les choses."

 

On va répéter cette réaction partout où une action unilatérale non concertée qui n'arrange pas les choses sera lancée, tout en voulant aider dans le même temps. C'est ce que les inspecteurs d'hygiène font sur le terrain. La situation a été pénible pour tout le monde, je crois. Cependant, la réaction de mes services a été tout à fait correcte et sera répétée de la même manière une deuxième fois si nécessaire dans un autre hôpital. On ne peut pas unilatéralement dire qu'on ferme un service d'urgence. On ne peut pas faire cela sur le dos des patients mais je comprends très bien ce qui inspire cela. Je le comprends très bien. Essayons de rester solidaires! Je crois que tout le monde le veut.

 

Ceux qui ont dit, comme Mme Depoortere, qu'il faut une perspective d'avenir ont raison. Je suis inquiet pour l'avenir à moyen terme, particulièrement s'il y a encore une vague avec le variant Omicron; je suis inquiet. C'est d'ailleurs une des raisons pour lesquelles j'ai dit que les partenaires sociaux doivent quand même continuer à travailler sur l'IFIC. Cela doit être un schéma évolutif. Dans le budget existant, cela peut aussi en être un. C'est pour cela que je trouve qu'ils doivent continuer à travailler sur l'attractivité. Évidemment, cela ne fait pas l'économie d'efforts budgets supplémentaires, ni d'idées innovatrices du côté des autorités. (…)

 

11.06  Sophie Rohonyi (DéFI): Monsieur le ministre, je vous remercie pour vos réponses. Si je suis longuement intervenue sur le report de soins, ce n'était en aucun cas pour décrier ou critiquer la mesure, mais plutôt pour illustrer l'importance de répondre à sa cause. Comme vous l'avez très justement dit, celle-ci est finalement double: d'une part, le covid - d'où l'importance d'édicter des mesures pour limiter l'afflux de patients dans les unités de soins intensifs en particulier -, mais aussi et surtout, d'autre part, le manque de personnel soignant.

 

Sincèrement, je vous remercie pour vos réponses et j'ai envie de croire en l'ensemble des mesures que vous nous avez expliquées. Sauf que j'ai malgré tout encore un doute. En effet, vous avez eu un an et demi pour revaloriser ces professions de soins dans les hôpitaux. On sait à quel point les membres de ces professions sont à genoux et sollicités aujourd'hui. Mais pas que dans les hôpitaux. L'ensemble de la première ligne de soins mérite aujourd'hui d'être revalorisée. Je pense aux médecins généralistes, aux infirmiers à domicile, aux kinés, aux psychologues, aux pharmaciens également.

 

Vous nous dites que, sur le terrain, on vous a expliqué à quel point les soignants se sentaient mal considérés, alors que leur métier est essentiel à notre société. On l'a vu tout au long de cette crise. Malgré cela, ce métier reste pénible et même ingrat.

 

Aujourd'hui, les soignants sont dans la rue, en tout cas lorsqu'ils le peuvent. La semaine dernière, ils étaient encore des milliers à manifester. Ils vous adressent encore aujourd'hui, ainsi qu'au premier ministre, des cartes blanches.

 

On voit aussi qu'ils quittent prématurément leur profession. Plus de la moitié des infirmiers sont dans le cas et sont partis au bout de quelques années seulement. Cette situation démontre que les mesures que vous avez mises en place jusqu'ici sont insuffisantes.

 

Vous avez évoqué l'augmentation des soins de santé. C'est bien évidemment une excellente chose car, finalement, cette augmentation ne sert qu'à combler les économies budgétaires qui ont été décidées par les précédents gouvernements, en particulier le gouvernement Michel. Vous reconnaissez d'ailleurs vous-même que cette augmentation est positive et nécessaire mais qu'elle reste insuffisante.

 

Vous avez aussi évoqué la réforme IFIC. Il était temps qu'on en sache davantage sur cette réforme. Il est vraiment fondamental de pouvoir reconnaître le niveau d'études et, en particulier, le personnel hyperspécialisé dont on a justement besoin pour pouvoir encadrer ces lits en soins intensifs. J'entends qu'une revalorisation aura lieu avec effet rétroactif. C'était bien évidemment indispensable. Nous y veillerons, mais nous veillerons aussi à ce que cette réforme se fasse en concertation avec le secteur. Je n'ai pas entendu de certitude par rapport à cela. Je demeure donc inquiète parce que, monsieur le ministre, à force de tirer sur la corde, elle se craque. Les soignants craquent et notre système de soins de santé aussi.

 

Je me permets donc, monsieur le ministre, de vous demander une vraie concertation avec le secteur parce qu'il a des choses à vous dire. Il a des propositions très concrètes à mettre sur la table et à vous proposer, dans son intérêt bien évidemment, mais aussi et surtout dans l'intérêt des patients.

 

Je vous ai entendu au sujet des mesures que vous avez mises en place mais il y a aussi toutes les mesures qui sont sollicitées par ce secteur et pour lesquelles je n'ai toujours pas obtenu de réponse: le système de réserve d'infirmiers, la reconnaissance de la pénibilité du métier ou encore un aménagement des fins de carrière.

 

Vous restez sourd à ces demandes et c'est la raison précise pour laquelle, avec Mme Fonck, je dépose une motion pour veiller à ce que vous étudiiez ces mesures pour pouvoir, à terme, les mettre en œuvre. J'ose espérer sincèrement que cette fois, vous n'y serez plus sourd.

 

11.07  Catherine Fonck (cdH): Monsieur le ministre, vous avez évoqué plusieurs thèmes mais le premier que vous avez voulu mettre en avant est celui du budget.

 

Il est vrai que 10 % en plus, en termes de chiffre budgétaire, ce n'est pas rien. Ce ne sont pas des cacahuètes sur papier. Mais il faut pouvoir ici oser dire les choses. Les infirmiers n'ont, à ce stade, toujours pas vu la couleur de ces 4,2 milliards que vous avez évoqués.

 

Savez-vous que le salaire net des infirmiers est inférieur à celui de très nombreux métiers accessibles pourtant sans études supérieures. C'est un chiffre qui doit nous interpeller parce que la façon dont l'État soigne ses soignants, c'est aussi comme cela qu'il pourra demain, soigner ses patients.

 

Vous mettez en avant ces 43 millions pour l'IFIC. C'est un dossier que je suis depuis le premier jour, quand les infirmiers - pas qu'eux d'ailleurs, on y reviendra en commission - ont reçu leur papier et ont pu les uns et les autres comparer leurs différences.

 

Ce que vous mettez aujourd'hui sur la table, monsieur le ministre, ce n'est pas une revalorisation de la profession. Ces 43 millions d'euros ne font que contrebalancer les effets délétères de l'entrée dans l'IFIC pour les infirmiers spécialisés. Votre annonce de ce matin, je dois quand même vous le dire, on verra très concrètement ce qu'il en est avec les premiers intéressés, à savoir les infirmiers spécialisés.

 

J'ai déjà eu une série de contacts et je dois quand même vous dire que le ressenti est lourd de la part de tous les infirmiers qui ne sont pas concernés. Votre annonce, vous l'avez mise en avant comme une grande victoire, vous l'avez présentée à la presse comme une forme de revalorisation, mais je dois vous dire ici - parce que c'est ici que cela doit se dire - que c'est ressenti par les infirmiers comme s'ils étaient du personnel de seconde zone.

 

Au niveau des hôpitaux…

 

11.08  Frank Vandenbroucke, ministre: Je ne veux pas allonger les débats, mais j'ai donné l'exemple d'une infirmière A2 qui a une progression de 15 %. C'est aussi une réalité. Le problème ne concerne pas toutes les infirmières mais bien les infirmières spécialisées.

 

La présidente: Monsieur le ministre, nous sommes en interpellation, il n'y a pas d'interaction dans les répliques. Madame Fonck, vous pouvez continuer.

 

11.09  Catherine Fonck (cdH): J'imagine que je vais avoir 30 secondes de temps de parole en plus. (Brouhaha)

 

Mag ik? Bedankt!

 

Monsieur le ministre, je vous parle du ressenti d'infirmiers sur le terrain. Vous pouvez toujours dire que vous n'êtes pas d'accord, que ce qu'ils disent n'est pas juste ou que cela n'a pas d'importance. Mon job à moi, c'est de venir vous le dire ici. Et si vous prenez un exemple en disant: "Regardez, il y a une augmentation de 15 %"…

 

Madame la présidente, je vois mon temps de parole diminuer au fur et à mesure. Il ne me restait que trois minutes, le ministre m'a interrompue, et je suis maintenant scratchée, on ne me remet que deux minutes.

 

C'est bizarre. C'est pourquoi je compte sur un peu de souplesse.

 

Monsieur le ministre, je vous crois. Vous prenez un exemple, parmi beaucoup d'autres. Arrêtez de hocher la tête! Vous refusez, en fait, d'accepter que des infirmiers vous disent ce qu'ils vivent, ce qu'ils reçoivent, ce qu'ils voient comme différence, maintenant depuis un an, depuis que vous êtes là. N'allons pas plus loin qu'un an! Pourtant, j'ai beaucoup de choses à dire.

 

Ce sont des faits. Ce sont des faits de tous les jours. Ce sont les faits de ces infirmiers qui sont au front.

 

S'agissant des hôpitaux, vous dites que leur financement a été stabilisé. Il y a eu des avances. Elles sont récupérables. Vous savez aussi bien que moi – je connais un petit peu le financement des hôpitaux – que c'est dans deux ans que nous verrons effectivement et exactement ce qu'il en est. Je ne pense pas que l'on puisse dire que le financement est actuellement stabilisé. En effet, nous venons de vivre une vague de covid Delta, une nouvelle vague Omicron arrive, de nombreux soins ont été reportés, ce qui engendre une chute majeure au niveau des honoraires et accentue les difficultés financières des hôpitaux.

 

Moi, ce que j'attends par rapport à cela, c'est une vraie réforme du financement des hôpitaux; c'est une vraie réorganisation au niveau, notamment, de l'organisation des soins.

 

Parler du budget, c'est une chose. Mais la réalité, c'est aussi se demander comment se tourner vers demain. Vous avez dit qu'il faut donner un avenir. Donner un avenir, pour vous, c'est le post-covid. Je vous le dis comme je le sens: le post-covid, monsieur le ministre, ce sera trop tard, c'est trop loin. Il faut pouvoir, dans les semaines qui viennent, envoyer et donner des gestes forts, qui ne peuvent pas attendre la fin de la crise du covid. Le covid ne va pas être parti dans un mois, ni dans deux mois, ni dans trois mois. Je pense que vous le savez aussi bien que moi.

 

Les infirmiers, c'est votre force armée contre le covid, mais aussi pour tous les autres patients. Cette force armée, vous ne pouvez pas la laisser tomber. Ils ont mis sur la table une série de propositions qui me semblent raisonnables, logiques et légitimes, que ce soit en matière de normes d'encadrement, de pénibilité, de revalorisation salariale, d'attractivité du métier tout au long de la carrière.

 

C'est aussi comme cela, demain, que nous pourrons reformer et réengager des infirmiers. La réalité, c'est que le Fonds "blouses blanches" n'a pas permis d'engager des infirmiers, qui n'étaient pas disponibles et pas formés.

 

Ces gestes forts ne pourront être accomplis qu'au moyen d'une concertation qui doit évoluer. Vous allez sans doute me dire que vous participez à plein de réunions. Le ressenti n'est pas celui d'une réelle concertation, mais celui d'une consultation qui est trop souvent de façade. Je pense que vous pouvez miser sur les infirmiers et l'ensemble de nos soignants. Mais, pour ce faire, monsieur le ministre, il faudra des gestes forts bien au-delà de ceux dont vous avez parlé aujourd'hui.

 

Sophie Rohonyi et moi déposons donc une motion, que je ne vais pas présenter plus avant. Vous aurez l'occasion de la lire, si besoin en est. Je vous remercie d'abord pour les soignants et pour ce que vous accomplirez.

 

La présidente: Nous vous remercions, madame Fonck. Comme vous le voyez, nous n'avons éprouvé aucune difficulté à vous laisser le temps nécessaire pour répliquer.

 

11.10  Kathleen Depoorter (N-VA): Mijnheer de minister, als ik straks thuiskom, zal mijn man die huisarts is, mij zeker vragen: en, wat heeft hij gezegd? En ik zal hem antwoorden: niets, niets nieuws.

 

U luistert niet? Dank u dan voor uw aandacht en voor uw empathie met mijn man die huisarts is, huisartsen waar u zoveel respect voor heeft! Maar dit ter zijde.

 

U moet deze pandemie effectief bestrijden. Maar u hebt het twee jaar nagelaten structurele maatregelen te nemen, om in te grijpen. Dat is nalatigheid.

 

Wat doet u steevast? U pint uw prestaties. U kondigt ze aan alsof zij verworven zijn, maar u moet nog met uw collega's praten. Inzake die 43 miljoen hebt u deze ochtend op de radio zelf aangegeven dat u daarover nog een overeenkomst met uw collega's moet zoeken. Dit is niet fair, mijnheer de minister. U kondigt aan. U toetert. Maar u voert niet uit.

 

Wat die 4 miljard betreft, mijnheer de minister, 1,2 miljard is structureel. Dat was al beslist onder de vorige regering. Ja, dat was al beslist in lopende zaken, door ons allemaal samen, hier in het Parlement. U hebt er een beetje vorm aan gegeven.

 

Vandaag spreekt u over de aantrekkelijkheid van het beroep, maar aan het startloon van de mensen die wij moeten aantrekken, aan het loon van de mensen die in de zorg moeten blijven, hebt u nog niet voldoende gedaan. De forfaits voor de thuisverpleegkundigen die elke dag naar hun patiënten gaan in covidtijden, wil u uitbetalen acht maand na datum. Respect voor de zorg? Zo noem ik dat niet, mijnheer de minister. Voorschotten in de ziekenhuizen zijn geen structureel beleid. Het zijn voorschotten, niet meer of niet minder. U hebt geen plan voor de ziekenhuisfinanciering. U hebt geen plan om de zorg aantrekkelijk te maken.

 

De uitgestelde zorg, mijnheer de minister, die wuift u maar weg, maar voor de patiënt is dit essentieel. Het tekort aan IZ-bedden is van levensbelang, dat weet u. Dit is wat mij betreft, en wat heel veel mensen in de zorg betreft, onvergeeflijk.

 

Mijnheer de minister, ik heb een motie van aanbeveling. Ik heb die samengevat in 12 punten. 12 quick wins waarmee u deze crisis kunt aanpakken, waarmee u de zorg kunt ondersteunen en waarmee u voor veerkracht kunt zorgen. Investeren in de aantrekkelijkheid van de zorg. Ik geef een opsomming: een schakelplan voor administratief verpleegkundig personeel, een flexibel kader voor studenten en gepensioneerden, een kader voor en de oprichting van zorgbuddy's, IZ-buddy's. Een volgende quick win is de boosterprik die nu eindelijk op gang komt, waarmee in maart iedereen gevaccineerd zal zijn. Zorg voor een noodplancoördinator per ziekenhuis. Ga het parlementair debat aan, iets wat u in de commissie weleens als oninteressant kan beschrijven. Laten we samen een plan voor de toekomst van de zorg maken, we zullen van elkaar leren, daar ben ik van overtuigd.

 

Mijnheer de minister, punt 10. Wat is uw visie op het inschakelen van thuisverpleegkundigen bij de huisarts, in de praktijk of in de woonzorgcentra? De administratieve bijstand voor de huisarts, mijnheer de minister, wanneer komt die? Hoe komt die? Zult u dit organiseren? Heeft u plannen? Ik dacht op vandaag niet.

 

Ten slotte, respect. Ik heb het wat groter op mijn document staan, maar u kijkt niet, want u vindt het misschien niet zo belangrijk. Voor mij telt dit wel en is het het begin en het einde voor elke zorgverstrekker, voor elke patiënt, voor elke burger: respect. Iemand die respect heeft voor de zorg is iemand die werkt aan een veerkrachtig plan. Dat zie ik jammer genoeg niet bij u, mijnheer de minister, dat hoor ik niet van u. Getoeter en blabla, maar geen daden.

 

11.11  Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, commençons par les choses au sujet desquelles nous sommes d'accord: ce qui se passe aujourd'hui dans le secteur des soins de santé est aussi dû à des années d'économies que nous avons derrière nous, imposées par les gouvernements précédents. Nous n'avons pas besoin des larmes de crocodile de la N-VA: eux étaient là pour saquer dans les soins de santé!

 

Deuxièmement, 43 millions, vous l'avez dit, c'est insuffisant. C'est insuffisant par rapport au problème aujourd'hui. Je ne comprends pas pourquoi vous affirmez que c'est insuffisant et que, simultanément, vous ne proposez rien d'autre. Pourquoi n'y a-t-il rien d'autre sur la table? Pourquoi n'y a-t-il pas cette reconnaissance du métier d'infirmière comme métier pénible? Pourquoi n'y a-t-il pas un refinancement du Fonds blouses blanches à une plus grande échelle? Pourquoi n'y a-t-il pas davantage de revalorisations salariales? La semaine prochaine nous votons le budget. Pourquoi rien n'est-il prévu, alors que les gens sont dans la rue?

 

Vous avez parlé de la clinique André Renard d'Herstal, en affirmant que vos services ont bien fait d'envoyer des menaces de sanction à cet hôpital. Imaginez-vous ce qui a dû se passer parmi ces soignants qui ont dû prendre cette décision. Les collègues généralistes que je connais dans la région ont compris la clinique André Renard et ils préfèrent envoyer les patients dans un autre hôpital, plutôt que dans un endroit où le patient n'est pas bien pris en charge. Je vous ai posé une question à laquelle vous n'avez pas répondu, monsieur le ministre: avez-vous proposé de l'aide? Vous êtes-vous concerté avec cet hôpital ou avez-vous simplement envoyé ces menaces?

 

Une troisième chose est à faire. Dans Het Laatste Nieuws d'aujourd'hui, la professeure en soins infirmiers le dit clairement: il faut impliquer les gens dans la gestion de la crise sanitaire. Vous devez écouter le personnel soignant et l'impliquer dans la gestion de la crise. Cela a été dit, largement et longuement, et demandé au sein de la commission Covid, mais apparemment vous ne le faites pas.

 

Dernière chose: vous dites que pour gérer la crise dans les hôpitaux, il faut gérer la crise du covid et diminuer le nombre d'infections.

 

Je voulais revenir sur ce que vous avez dit à propos des enfants. Effectivement, les enfants – et pas seulement les enfants, d'ailleurs – paient le prix de la mauvaise gestion de votre gouvernement. Parce que c'est de votre échec que nous parlons aujourd'hui, si nous n'en sommes ni à la deuxième, ni à la troisième mais bien à la quatrième, et bientôt à la cinquième vague.

 

Vous, vous n'avez pas de plan sanitaire. La seule manière de gérer l'épidémie, c'est le yo-yo. On ouvre des secteurs, on ferme des secteurs, et on n'en sort pas. Où est votre politique sanitaire? Comment se fait-il, monsieur le ministre, que seulement 50 % des cas Covid positifs aient été contactés par le service de traçage des contacts la semaine dernière? Comment se fait-il que ce traçage soit une catastrophe dans les écoles, ce qui oblige les enfants à porter le masque? Comment se fait-il que les gens n'aient toujours pas droit à 100 % de leurs revenus en cas de quarantaine, alors que les experts – notamment Mme Nieuwenhuys, qui est intervenue dans La Libre et qui fait partie du GEMS – le demandent? Comment se fait-il qu'il n'y ait pas de ventilation dans les écoles? Pourquoi ce manque de soutien aux médecins généralistes?

 

Ce n'est pas la faute du virus, c'est votre faute, c'est la faute de votre gouvernement. Franchement, je n'ai pas de leçons à recevoir de votre part. Avec le PTB et avec nos maisons médicales de Médecine pour le Peuple, voilà deux ans que nous sommes sur le terrain pour combattre ce foutu virus. Tous les jours, nous sommes sur le terrain!

 

Ici au Parlement, mais aussi dans les autres parlements, nous sommes intervenus à de très nombreuses reprises pour réclamer un investissement dans la première ligne. Hier encore, à la Fédération Wallonie-Bruxelles, nous avons de nouveau proposé d'engager des opérateurs Covid afin de soutenir la médecine scolaire, proposition qui n'a pas été soutenue par les autres partis. Ici, nous avons proposé que les travailleurs conservent 100 % de leurs revenus en cas de quarantaine, vous avez tous voté contre. Il y a quelques jours, nous avons proposé de mettre à la disposition de tous les Belges des autotests gratuits afin de leur permettre de se tester facilement. Là aussi, tout le monde a voté contre.

 

Franchement, avec le PTB, non seulement nous sommes sur le terrain, mais nous formulons plein de propositions concrètes. Nous serons et nous resterons du côté du personnel soignant pour une vraie reconnaissance.

 

À la suite de mon interpellation, j'ai aussi une motion de recommandation, que je transmettrai à madame la présidente.

 

Moties

Motions

 

De voorzitster:Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.

En conclusion de cette discussion, les motions suivantes ont été déposées.

 

Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de dames Sophie Rohonyi en Catherine Fonck en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van de dames Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter en Sofie Merckx

en het antwoord van de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

- gelet op de oprichtingsakte van de Wereldgezondheidsorganisatie die het volgende bepaalt: “The enjoyment of the highest attainable standard of health is one of the fundamental rights of every human”;

- gelet op artikel 12 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, dat naar "het recht van eenieder op een zo goed mogelijke lichamelijke en geestelijke gezondheid" verwijst;

- gelet op artikel 23 van de Belgische Grondwet dat bepaalt dat de economische, sociale en culturele rechten met name “1° het recht op arbeid en op de vrije keuze van beroepsarbeid in het raam van een algemeen werkgelegenheidsbeleid dat onder meer gericht is op het waarborgen van een zo hoog en stabiel mogelijk werkgelegenheidspeil, het recht op billijke arbeidsvoorwaarden en een billijke beloning, alsmede het recht op informatie, overleg en collectief onderhandelen; 2° het recht op sociale zekerheid, bescherming van de gezondheid en sociale, geneeskundige en juridische bijstand (…)” omvatten;

- gelet op  de rampzalige werkomstandigheden van de gezondheidszorgbeoefenaars;

- gelet op de COVID-19-gezondheidscrisis die een negatieve impact heeft op de werkomstandigheden van de gezondheidszorgbeoefenaars;

- gelet op  het feit dat er onvoldoende concrete maatregelen genomen werden om die werkomstandigheden te verlichten;

- gelet op de prevalentie van het burn-outrisico;

- overwegende dat het aantal door covidpatiënten bezette ic-bedden thans op 804 geraamd wordt;

- overwegende dat er volgens ramingen momenteel meer dan 200 ic-bedden niet gebruikt kunnen worden omdat er onvoldoende personeel is om de nodige zorg te verstrekken;

- gelet op de beslissing om alle zorg die niet als levensnoodzakelijk beschouwd wordt stop te zetten zolang er meer dan 500 covidpatiënten op de ic-afdelingen liggen;

- gelet op de schadelijke gevolgen van bovengenoemde maatregel op korte, middellange en lange termijn, zowel voor de gezondheid van de patiënten als voor de ziekenhuizen;

- gelet op de oorzaak waarom er een dergelijke maatregel genomen moet worden, met name het gebrek aan zorgpersoneel;

- gelet op de talrijke betogingen en eisen van de gezondheidszorgbeoefenaars om hun arbeidsvoorwaarden te verbeteren, met name via de Union4U en de AUVB;

- gelet op de talrijke vragen die er ter zake in de plenaire vergadering en in de commissies gesteld werden, de duidelijk ontoereikende antwoorden van de federale regering en de zwakheid van een van de belangrijkste maatregelen, met name het Zorgpersoneelsfonds, in het licht van het watervalsysteem waarop het gestoeld is;

vraagt de regering

- concrete en structurele maatregelen te nemen om de ziekenhuiscapaciteit onverwijld te vergroten zonder de gezondheid van de patiënten in gevaar te brengen;

- meer zorgpersoneel voor de ziekenhuizen aan te werven en de omkaderingsnormen te verhogen;

- het aantal betrekkingen dat er in de ziekenhuizen moet worden gecreëerd te objectiveren;

- verslag uit te brengen over het aantal betrekkingen in de zorgberoepen en de niet-zorgberoepen dat er dankzij het Zorgpersoneelsfonds gecreëerd werd;

- het beroep te herwaarderen op het vlak van de loonbarema’s, de kwaliteit van de werkomgeving en de verenigbaarheid ervan met het gezinsleven, zowel voor ziekenhuisverpleegkundigen als voor de verpleegkundigen in de thuiszorg en in de woonzorgcentra;

- een denkoefening op te starten over de erkenning als zwaar beroep met het oog op de toegang tot het pensioen;

- de opleiding tot verpleegkunde te herwaarderen, met name door na te gaan of de stage in het laatste jaar niet vergoed kan worden;

- de mogelijkheid te onderzoeken of er geen reserve van verpleegkundigen kan worden aangelegd;

- een echt overleg met de sector te voeren over de verbetering van de werkomstandigheden en over alle maatregelen die de sector betreffen;

- een duidelijk tijdpad vast te leggen voor de uitvoering van de maatregelen die tijdens dat overleg besproken werden;

- regelmatig verslag uit te brengen aan het Parlement over de voortgang van de werkzaamheden van de werkgroep die de herwaardering van het zorgpersoneel moet onderzoeken;

- het Parlement verslag uit te brengen over de IFIC-hervorming waarover er momenteel in de regering onderhandeld wordt, en wel op een zo transparant mogelijke wijze, zowel wat de inhoud als wat het tijdpad betreft."

 

Une première motion de recommandation a été déposée par Mmes Sophie Rohonyi et Catherine Fonck et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de Mmes Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter et Sofie Merckx

et la réponse du vice-premier ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique,

- considérant la Constitution de l’OMS qui précise que : “la possession du meilleur état de santé qu’il est capable d’atteindre constitue l’un des droits fondamentaux de tout être humain”;

- considérant le Pacte international relatif aux droits économiques sociaux et culturels qui garantit, en son article 12 : “le droit qu’a toute personne de jouir du meilleur état de santé physique et mentale qu’elle soit capable d’atteindre”;

- considérant l’article 23 de la Constitution, qui indique que les droits économiques, sociaux et culturels comprennent notamment :  “(..)1° le droit au travail et au libre choix d'une activité professionnelle dans le cadre d'une politique générale de l'emploi, visant entre autres à assurer un niveau d'emploi aussi stable et élevé que possible, le droit à des conditions de travail et à une rémunération équitables, ainsi que le droit d'information, de consultation et de négociation collective; 2° le droit à la sécurité sociale, à la protection de la santé et à l'aide sociale, médicale et juridique (..)”;

- vu les conditions de travail désastreuses des professionnels de soins de santé;

- vu la crise sanitaire du Covid-19 qui impacte négativement les conditions de travail des professionnels des soins de santé;

- vu l’insuffisance de mesures concrètes mises en place pour palier lesdites conditions de travail;

- vu la prévalence du risque de burn-out;

- vu le nombre de lits en soins intensifs occupés par des patients Covid, aujourd’hui évalué à 804 lits;

- vu le nombre de lits en soins intensifs inutilisables en raison d’un manque de personnel pour les encadrer, aujourd’hui évalué à plus de 200 lits;

- vu la décision de fermer ce qui n’est pas du ressort des soins dits vitaux et ce, tant qu’il y aura plus de 500 patients covid en soins intensifs;

- vu les effets délétères à court, moyen et long terme de la mesure précitée, tant sur la santé des patients que sur les hôpitaux;

- vu le fondement de la nécessité d’une telle mesure, à savoir le manque de personnel soignant;

- vu les nombreuses manifestations et revendications des professionnels des soins de santé pour une amélioration de leurs conditions de travail, notamment matérialisées via le syndicat Union4U et l’UGIB;

- vu les nombreuses questions posées en séance plénière et en commissions à cet égard, l'insuffisance manifeste des réponses apportées par le gouvernement fédéral, et la faiblesse d’une des principales mesures mise en place, à savoir le Fonds Blouses Blanches, au vu du système en cascade sur lequel il repose;

demande au gouvernement

- de prendre des mesures concrètes et structurelles pour augmenter la capacité hospitalière de façon immédiate sans porter préjudice à la santé des patients;

- de recruter davantage de personnel soignant au sein des hôpitaux et rehausser les normes d’encadrement;

- d’objectiver le nombre d’emplois qui doivent être créés au sein des hôpitaux;

- d’effectuer un rapportage ventilé du nombre d’emplois créés grâce au Fonds Blouses Blanches, entre les professions de soins et celles qui ne le sont pas;

- de revaloriser la profession en termes barémique, d’environnement de travail qualitatif et de compatibilité avec la vie de famille et ce, tant pour les infirmiers des hôpitaux que pour ceux des soins à domicile, des maisons de repos et des maisons de repos et de soins;

- d’ouvrir une réflexion relative à la reconnaissance de la pénibilité́ du métier pour l’accès à la pension;

- de revaloriser les études d’infirmiers, notamment en examinant la possibilité de rémunérer le stage de dernière année;

- d’examiner la possibilité d’élaborer un système de réserve d’infirmiers;

- de mener une réelle concertation avec le secteur au sujet de l’amélioration de leurs conditions de travail ainsi que pour toutes mesures les concernant;

- d’établir un calendrier de travail clair visant à mettre en place les mesures discutées lors desdites concertations;

- d’effectuer un rapportage régulier au Parlement quant à l’avancement des travaux menés au sein du groupe de travail censé examiner la question de la revalorisation du personnel de soins;

- d’effectuer un rapportage, au Parlement, de la réforme IFIC actuellement négociée au sein du gouvernement de la façon la plus transparente possible, tant quant à son contenu qu’à son calendrier."

 

Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Kathleen Depoorter en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van de dames Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter en Sofie Merckx

en het antwoord van de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

- gelet op de te late uitrol van de toediening van de derde dosis van de COVID-19-vaccins, zowel wat het zorgpersoneel en de risicogroepen betreft als wat de brede bevolking betreft, ondanks de herhaaldelijke vraag daartoe vanwege de Vlaamse regering en de N-VA fractie in het bijzonder;

- gelet op het tot nader order nog steeds niet geremedieerde juridisch vacuüm t.a.v. de vele vrijwilligers (met een medisch profiel) in de vaccinatiecentra dat bewerkstelligd werd door het niet tijdig verlengen van de wet van 6 november 2020 om toe te staan dat in het kader van de coronavirus-COVID-19-epidemie verpleegkundige activiteiten worden uitgeoefend door personen die wettelijk daartoe niet bevoegd zijn, waardoor vele vrijwilligers in de vaccinatiecentra (tijdelijk) in onzekerheid terecht zijn gekomen en hun aansprakelijkheid op het spel zetten terwijl zij zich tomeloos blijven inzetten om de covid-19 crisis aan te pakken;

- gelet op het gebrek aan de verlenging van de regelgeving inzake de zogenaamde zorgbuddies, te weten helpende handen zonder diploma in de zorg die na een opleiding via een beperkt aantal handelingen de verpleegkundigen (tijdelijk) kunnen bijstaan in de zorg voor de patiënt (het betreft allerlei niet-zorgkundige taken, zoals maaltijden uitdelen, bedden verschonen, patiënten via een tablet contact helpen opnemen met hun familie, een praatje slaan met patiënten en de krant voorlezen, etc.), waardoor de ziekenhuizen zich tijdens de vierde golf niet meer op de zorgbuddy's beroepen, terwijl er een acute nood is aan helpende handen;

- gelet op de nood aan respect voor de inzet en dus de juridische bescherming van de vele vrijwilligers die het zorgpersoneel tijdens deze gezondheidscrisis hebben ondersteund en er dus mee toe hebben bijgedragen dat ons gezondheidszorgsysteem niet kapseisde;

- gelet op de nood aan respect voor het zorgpersoneel en het gegeven dat alles in het werk gesteld dient te worden om hun werk zo veel als mogelijk te verlichten en hen maximaal te ondersteunen, gelet op hun niet aflatende inzet;

- gezien de massale uitval van het uitgeputte zorgpersoneel samenhangend met de psychische, mentale en fysieke ontberingen die zij op grote schaal hebben meegemaakt tijdens deze crisis;

- gelet op de nakende snelle opmars van de omikronvariant;

- gelet op de zich snel ophopende achterstand in de niet-dringende geneeskundige zorg;

- gezien de zeer beperkte toename in voltijdse equivalenten bij het verzorgend personeel, ondanks de oprichting van het Zorgpersoneelfonds.

- gelet op het gebrek aan voldoende cijfers inzake het bijkomende personeel in de zorg en de uitsplitsing naargelang de profielen;

vraagt de regering

- er zorg voor te dragen dat boosterprikken/herhalingsdosissen steeds zo snel als mogelijk en op het meest aangewezen moment uitgerold kunnen worden, door nauwgezet de wetenschappelijke evidentie en resultaten in andere landen, waar men eerder over is gegaan tot de inzet van boosterprikken, te monitoren alsook door signalen uit de deelstaten serieus te nemen en hierop te anticiperen;

- er steeds over te waken dat er voldoende ondersteuning is voor het zorgpersoneel, niet in het minst via al dan niet tijdelijke helpende handen in de vorm van zorgbuddy's in de zorginstellingen en vrijwilligers in de vaccinatiecentra, en dat de faciliterende regelgeving ter zake steeds nauwgezet wordt opgevolgd en waar nodig tijdig wordt verlengd, opdat er geen juridische vacuüms meer ontstaan, met alle gevolgen van dien voor de broodnodige ondersteuning van ons zorgsysteem en onze zorgverleners;

- erover te waken dat er binnen de regering en de overheidsdiensten steeds voldoende respect is voor het zorgpersoneel en de vele vrijwilligers;

- voldoende informatie bij te houden en te verschaffen (in het bijzonder aan het Parlement) inzake het bijkomend gecreëerde verzorgend en administratief personeel;

- structurele maatregelen te nemen om het zorgberoep aantrekkelijker te maken, kaderend binnen een herinvestering van efficiëntiewinsten;

- meer in te zetten op crisisvoorbereiding, de veerkracht van de zorg en een vlotte aanpassing van de zorgsector op crisissituaties, gepaarde gaande met het zoveel mogelijk afstoten van administratieve taken en een maximale focus op patiënten en het circulair schakelen in tijden van nood."

 

Une deuxième motion de recommandation a été déposée par Mme Kathleen Depoorter et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de Mmes Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter et Sofie Merckx

et la réponse du vice-premier ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique,

- vu le déploiement trop tardif du dispositif visant à administrer une troisième dose de vaccin anti-Covid-19 tant au personnel de soins et aux groupes à risque qu'au reste de la population, en dépit des demandes répétées du gouvernement flamand et du groupe N VA en particulier;

- vu le vide juridique, toujours actuel, auquel sont confrontés les nombreux volontaires (ayant un profil médical) actifs dans les centres de vaccination, vide juridique créé par l'absence de prorogation en temps utile de la loi du 6 novembre 2020 en vue d'autoriser des personnes non légalement qualifiées à exercer, dans le cadre de l'épidémie de coronavirus COVID-19, des activités relevant de l'art infirmier, et qui a eu pour effet que de nombreux volontaires des centres de vaccination ont été (temporairement) dans l'incertitude et ont dû mettre en jeu leur responsabilité alors qu'ils continuent à s'investir sans relâche dans la lutte contre la crise du Covid-19;

- vu l'absence de prorogation de la réglementation relative aux "buddies", c'est-à-dire aux aides sans diplôme dans les soins de santé qui, après une formation, peuvent seconder (temporairement) les infirmiers en accomplissant un nombre limité de tâches dans le cadre des soins aux patients (toutes sortes de tâches non médicales telles que distribuer les repas, changer les draps, aider les patients à prendre contact avec leur famille au moyen d'une tablette, bavarder avec les patients et leur lire le journal, etc.), une situation qui signifie que les hôpitaux ne peuvent plus faire appel à ces aides durant la quatrième vague, en dépit du besoin aigu de petites mains;

- ayant entendu l'interpellation de Mme Depoorter;

- ayant entendu la réponse du vice-premier ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique;

- vu la nécessité de faire preuve de respect vis-à-vis de l'engagement des nombreux volontaires qui ont secondé le personnel soignant durant cette crise sanitaire et qui ont ainsi contribué à éviter l'effondrement de notre système de soins de santé, et vu l'importance, dès lors, d'offrir une protection juridique à ces volontaires;

- vu la nécessité de faire preuve de respect vis-à-vis du personnel soignant et de tout mettre en œuvre pour alléger le plus possible son travail et le soutenir au maximum étant donné son engagement incessant;

- vu les défections massives au sein d'un personnel soignant épuisé, liées aux souffrances psychiques, mentales et physiques auxquelles il a été confronté à grande échelle durant cette crise;

- vu la propagation rapide du variant Omicron à laquelle nous allons sous peu devoir faire face;

- vu le retard qui s’accumule rapidement dans les soins médicaux non urgents;

- vu l’augmentation très limitée des équivalents temps plein parmi le personnel soignant, malgré la création du fonds blouses blanches;

- étant donné le manque de données chiffrées suffisantes concernant le personnel supplémentaire dans le secteur des soins et la répartition en fonction des profils;

demande au gouvernement

- de veiller à ce que les doses booster/de rappel puissent toujours être disponibles aussi rapidement que possible et au moment le plus opportun, en observant minutieusement la réalité scientifique et les résultats dans d'autres pays qui ont décidé plus rapidement d'administrer une dose de rappel, en prenant au sérieux les signaux émanant des entités fédérées et en faisant preuve d'anticipation à cet égard;

- de toujours veiller à ce que le personnel soignant bénéficie d'un appui suffisant, en particulier par le recours à des aides, temporaires ou non, sous la forme de "buddies" dans les établissements de soins et de volontaires dans les centres de vaccination, et à ce que la réglementation de facilitation en la matière fasse toujours l'objet d'un suivi précis et soit, le cas échéant, prolongée en temps utile, pour que plus aucun vide juridique ne puisse voir le jour, avec toutes les conséquences qui en découlent dans le cadre du soutien, pourtant essentiel, à notre système de soins de santé et à nos prestataires de soins;

- de toujours veiller suffisamment, au même titre que les services publics, au respect du personnel soignant et des nombreux volontaires;

- de rassembler et de fournir (au Parlement en particulier) des informations suffisantes concernant les effectifs supplémentaires de personnel soignant et administratif créés;

- de prendre des mesures structurelles pour accroître l’attractivité des professions des soins de santé, dans le cadre d’un réinvestissement des gains d’efficacité;

- d’investir davantage dans la préparation de crise, dans la résilience du secteur des soins et dans sa faculté de s’adapter à des situations de crise, tout en réduisant au maximum les tâches administratives et en se focalisant sur les patients, ainsi qu’en veillant à une mobilisation circulaire en cas de besoin."

 

Een derde motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Sofie Merckx en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van de dames Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter en Sofie Merckx

en het antwoord van de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

- overwegende dat het zorgpersoneel volledig uitgeput is;

- overwegende dat het percentage absenteïsme, het aantal zieke en door een burn-out getroffen werknemers in de zorg zorgwekkend is;

- overwegende dat er meer dan 200 van de 2.000 bedden op de intensieve zorgen gesloten zijn omdat er te weinig personeel is;

- overwegende dat de instroom van nieuwe verpleegkundigen onvoldoende is ;

- overwegende dat het zorgberoep niet genoeg mensen aantrekt;

- overwegende dat er 19.000 gediplomeerde verpleegkundigen de sector verlaten hebben;

- overwegende dat studenten verpleegkunde massaal afhaken;

- overwegende dat ons gezondheidszorgsysteem op verschillende vlakken aan het instorten is;

- overwegende dat de werkdruk immens is en de flexibiliteit enorm;

- overwegende dat het zorgpersoneel al drie coronagolven het beste van zichzelf heeft gegeven;

- overwegende dat het zorgpersoneel aangeeft dat zij niet meer de nodige kwalitatieve zorgen kunnen verlenen aan patiënten;

- overwegende dat het zorgpersoneel al jaren, ook vóór de covidcrisis, aan de alarmbel trekt met betrekking tot de loonvoorwaarden en de arbeidsomstandigheden;

- overwegende dat de reeds vrijgemaakte middelen niet of onvoldoende vertaald worden in handen aan het bed op het terrein;

- overwegende dat de huidige loonsverhogingen die op tafel liggen onvoldoende zijn om ervoor te zorgen dat mensen in de zorg blijven werken;

- overwegende dat er op 7 september 2021 meer dan 4.000 zorgverleners manifesteerden, en zo’n 10.000 zorgverleners staakten om hun diepe ongenoegen te uiten;

- overwegende dat het zorgpersoneel in het noorden, centrum en zuiden van het land duidelijk vraagt voor de erkenning als zwaar beroep en voor echte loonsverhogingen;

vraagt de regering

- om werk te maken van de herwaardering van het gehele zorgpersoneel

- om een reële loonsverhoging in te voeren voor het gehele personeel;

- om werk te maken van de erkenning als zwaar beroep."

 

Une troisième motion de recommandation a été déposée par Mme Sofie Merckx et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de Mmes Sophie Rohonyi, Catherine Fonck, Kathleen Depoorter et Sofie Merckx

et la réponse du vice-premier ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique,

- considérant que le personnel des soins de santé est complètement épuisé;

- considérant que le taux d’absentéisme, le nombre de malades et le nombre de travailleurs dans les soins de santé souffrant d’un syndrome d’épuisement professionnel sont préoccupants;

- considérant que plus de 200 lits sur les 2 000 que comptent les soins intensifs sont fermés en raison du manque de personnel;

- considérant que l’arrivée de nouveaux infirmiers est insuffisante;

- considérant que la profession de soignant n’est pas assez attrayante;

- considérant que 19 000 infirmiers diplômés ont quitté le secteur;

- considérant que les étudiants en sciences infirmières abandonnent en masse leurs études;

- onsidérant que notre système de soins de santé est en train de s’effondrer à plusieurs égards;

- considérant que la charge de travail est considérable et que la flexibilité est énorme;

- considérant que le personnel des soins de santé a déjà donné le meilleur de lui-même durant trois vagues de coronavirus;

- considérant que le personnel des soins de santé signale qu’il ne peut plus prodiguer des soins de qualité aux patients;

- considérant que le personnel des soins de santé tire la sonnette d’alarme depuis des années, avant même la crise du Covid-19, en ce qui concerne les conditions salariales et les conditions de travail;

- considérant que les moyens déjà libérés ne se traduisent pas ou se traduisent insuffisamment en moyens humains sur le terrain, au chevet des patients;

- considérant que les augmentations salariales actuellement proposées sont insuffisantes pour veiller à ce que les soignants continuent à travailler;

- considérant que, le 7 septembre 2021, plus de 4 000 soignants ont manifesté et qu’environ 10 000 soignants se sont mis en grève pour faire part de leur profond mécontentement;

- considérant que le personnel des soins de santé du nord, du centre et du sud du pays réclame clairement la reconnaissance de leur profession comme métier lourd et de véritables augmentations salariales;

demande au gouvernement

- demande au gouvernement de procéder à la revalorisation de l’ensemble du personnel des soins de santé;

- demande au gouvernement d’instaurer une réelle augmentation salariale pour l’ensemble du personnel;

- demande au gouvernement de procéder à la reconnaissance de la profession d’infirmier comme métier lourd."

 

Een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Melissa Depraetere en de heren Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt en Servais Verherstraeten.

Une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Melissa Depraetere et MM. Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt et Servais Verherstraeten.

 

Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.

Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.

 

11.12  Melissa Depraetere (Vooruit): Mevrouw de voorzitster, ik vraag de urgentie voor de eenvoudige motie. (Instemming)

 

12 Interpellations jointes de

- Vanessa Matz à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "La gestion des demandes de régularisation des grévistes de la faim" (55000215I)

- Tomas Roggeman à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Les demandes de régularisation des grévistes de la faim" (55000217I)

- Dries Van Langenhove à Sammy Mahdi (Asile, Migration et Loterie Nationale) sur "Le dossier des grévistes de la faim" (55000219I)

12 Samengevoegde interpellaties van

- Vanessa Matz aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De behandeling van de regularisatieaanvragen van de hongerstakers" (55000215I)

- Tomas Roggeman aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "De regularisatieaanvragen van de hongerstakers" (55000217I)

- Dries Van Langenhove aan Sammy Mahdi (Asiel, Migratie en Nationale Loterij) over "Het dossier van de hongerstakers" (55000219I)

 

12.01  Vanessa Matz (cdH): Madame la présidente, monsieur le secrétaire d'État, vendredi dernier, nous avons eu un long échange avec vous sur la manière dont vous avez géré le dossier des grévistes de la faim, après qu'ils aient mis fin à leur grève, en juillet dernier. Vous nous avez expliqué les différentes phases de cette crise et répété la politique que vous meniez.

 

Le 13 décembre dernier, nous avons eu un autre son de cloche. Je veux ici parler du témoignage des émissaires qui représentaient les sans-papiers du Béguinage. Nous avons été extrêmement choqués d'entendre que leur récit n'était pas le même que le vôtre. Autrement dit, votre version diffère de celle des représentants des sans-papiers qui avaient été mandatés pour participer à la discussion. Il semble, en effet, qu'il ne pouvait être question de négociations, qu'il ne s'agissait, selon vous, que d'informations, qu'il ne pouvait pas non plus être question de critères, mais de lignes directrices. Chaque mot était apparemment pesé.

 

Avec d'autres groupes politiques, nous vous avons demandé quel était l'élément fondamental qui avait fait que cette grève de la faim s'était terminée. Vous nous avez alors répondu qu'une bonne information avait été donnée, ce qui avait permis de débloquer la situation. Ce genre de propos est insultant pour les différents protagonistes qui sont des avocats spécialisés en droit des étrangers, qui sont des ONG particulièrement actives dans cette thématique et qui connaissaient donc la problématique.

 

Si on se réfère à la situation qui a été décrite par les émissaires, on peut dire qu'il y a eu, à un moment donné, un élément déclencheur qui a mené à la fin de cette grève de la faim.

 

Nous sommes extrêmement interpellés par cette version, par le fait qu'ils se sentent trahis par vous, par votre cabinet, par votre administration. Derrière cela, ce n'est pas leur personne qui est trahie, ce sont les grévistes qui avaient accepté de lever la grève de la faim dans un contexte politique qui était fort délicat puisque deux vice-premiers ministres menaçaient de démissionner. Il y avait donc une crise au plus haut niveau du gouvernement. Et vraisemblablement un élément est intervenu – c'est en tout cas la version qui nous a été fournie – et a fait que cette grève de la faim s'est arrêtée. Ce n'est évidemment pas ce que vous nous avez dit.

 

Les personnes qui ont participé à la réunion du 21 juillet dernier en votre présence et en celle de votre administration vous ont fait confiance. Elles ont relayé vos paroles aux grévistes de la faim qui ont in fine décidé, en raison de vos engagements, de lever la grève. À cette occasion, vous aviez annoncé que si ces personnes vivaient en Belgique depuis longtemps, qu'elles étaient bien intégrées et qu'elles apportaient la preuve de cette intégration, elles seraient dans une situation donnant lieu à la régularisation. Cette annonce était de bon augure car elle faisait fi de la pratique actuelle de l'Office des étrangers qui ne tient pas compte du profil des grévistes.

 

Un cadre a ensuite été établi qui comporte des lignes directrices avec des critères clairs tels le long séjour, le profil des demandeurs, leur bonne intégration, leur promesse d'emploi, la formation, etc. Toutefois, lorsque les premières décisions de refus de régularisation sont tombées, les émissaires ont vite déchanté lorsqu'ils se sont aperçus que vos gestes ne rejoignaient pas vos paroles et que les lignes directrices du 21 juillet étaient balayées d'un revers de la main. Cela pourrait presque être une anecdote politique, dirais-je. Sauf que des hommes et des femmes ont fondé une grande confiance dans la parole qui avait été donnée.

 

En outre, cela leur permettait de voir une possibilité, même si ce n'était pas d'office, d'être éventuellement régularisés et de vivre dans la dignité. Surtout, cela fondait aussi un espoir d'enfin voir une ligne claire dans le chef du gouvernement, dans laquelle les gens pouvaient s'inscrire. Parce que contrairement à ce que vous avez souvent dit, il ne s'agit pas de créer de faux espoirs, que du contraire. Il s'agit d'avoir des lignes claires grâce auxquelles les gens peuvent se dire qu'ils introduisent un dossier parce qu'ils sont dans les critères. Cela permet également de mettre de côté toute une série de situations qui ne remplissent pas ces critères. La connaissance de la loi et des critères de l'État  de droit est très importante.

 

Je vous vois beaucoup vous retourner vers votre prédécesseur. Je vous vois sourire. Vous avez l'air d'être étonné de ce que je dis. Nous sommes dans un moment particulièrement important. J'espère que vous ne maintiendrez pas votre version et que vous ne nous direz pas qu'au fond vous n'avez fait que donner de l'information. J'espère que vous ne continuerez pas à être insultant par rapport aux émissaires, aux grévistes, et au fond, par rapport à toute une série de personnes qui sont autour.

 

Il ne s'agit pas d'une demande de régularisation de masse comme certaines paroles veulent le laisser entendre. Pas du tout! Il s'agit de régularisations individuelles sur la base de critères clairs et objectifs qui permettent à chacun de faire sa demande de régularisation en connaissance de cause. Cela permet justement de ne pas fonder de faux espoirs sur une éventuelle régularisation.

 

Vous devez évidemment renouer le dialogue et apporter des solutions structurelles qui tiennent compte de la dignité humaine. Les représentants des sans-papiers nous ont dit qu'ils étaient prêts à revenir discuter avec vous, malgré ce qui a posé difficulté et qu'ils considèrent comme une trahison.

 

Dès lors, monsieur le secrétaire d'État, j'aimerais savoir comment vous comptez rétablir la confiance avec ces émissaires, afin de trouver une solution digne et humaine pour les grévistes.  Comment envisagez-vous de traiter les dossiers en cours au regard des lignes directrices édictées sur lesquelles vous vous êtes engagé lors de la réunion du 21 juillet dernier? Quelles solutions structurelles comptez-vous adopter?

 

Vous aviez déclaré refuser de donner de faux espoirs. Cependant, vous ne pouvez pas non plus maintenir l'insécurité juridique qui résulte de l'absence de critères légaux limpides et de directives claires de votre administration. À ce sujet, on vous a reproché un manque de transparence et l'octroi d'un pouvoir discrétionnaire trop important accordé au directeur de l'Office des étrangers. Dès lors, comment comptez-vous remédier à cette absence de transparence et limiter le trop grand pouvoir confié à votre administration?

 

Certains partis de votre majorité sollicitent l'installation d'une Commission de régularisation indépendante qui puisse statuer sur la base de critères légaux clairs, tout en laissant dans certains cas une marge d'appréciation. Allez-vous souscrire à cette position que je partage? Il est temps, monsieur le secrétaire d'État, que nous obtenions des réponses à ces questions.

 

12.02  Tomas Roggeman (N-VA): Mevrouw de voorzitster, mijnheer de staatssecretaris, leugens, verraad, woordbreuk. De beschuldigingen van de vertegenwoordigers van de hongerstakers in de Begijnhofkerk aan uw adres zijn niet van de poes. Men beschuldigt u ervan dat u toezeggingen gedaan zou hebben aan de hongerstakers enkel om die belofte later te verbreken.

 

Ik overloop de feiten. De regering kreeg midden juli 2021 van een arts de melding dat een van de hongerstakers stervende was. Op 19 juli liet minister Dermagne verstaan dat in geval van overlijden van een van die hongerstakers de PS zich zou terugtrekken uit de regering. Hij werd daarin gevolgd door minister Gilkinet van Ecolo. Midden in die crisis heeft de eerste minister dan het dossier naar zich toegetrokken. U werd daarop verzocht om dringend een oplossing uit te werken teneinde die hongerstaking te beëindigen.

 

Op 21 juli was er een onderhoud op uw kabinet, waarop u zelf, de directeur-generaal van de Dienst Vreemdelingenzaken en de commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen aanwezig waren. Volgens de vertegenwoordigers van de hongerstakers, zijnde de heer Deswaef, mevrouw de Buisseret, de heer Kassou en de heer Alliët, hebt u tijdens deze vergadering toezeggingen gedaan. Zij beweerden eergisteren in deze Kamer dat u ten eerste gesuggereerd zou hebben dat, indien hongerstakers geen kans maakten op humanitaire regularisatie op grond van artikel 9bis, zij beter medische regularisatie zouden aanvragen op grond van artikel 9ter.

 

Ten tweede, volgens diezelfde vertegenwoordigers werd in het overleg ook aangegeven dat het geïntegreerd zijn in de maatschappij als criterium zou worden meegenomen bij de beoordeling van de regularisatieaanvragen, wat een forse versoepeling zou betekenen van de regularisatieprocedure zelf.

 

Ten derde, zij beweren ook dat precies die communicatie van de staatssecretaris de reden was waarom de hongerstaking in de Begijnhofkerk werd stopgezet.

 

Dat verhaal van de advocaten van de hongerstakers staat natuurlijk haaks op de verklaringen die de staatssecretaris hier in het Parlement, maar ook in de media al heeft afgelegd, zijnde dat hij geen enkele nieuwe richtlijn, geen enkele nieuwe instructie of geen enkel nieuw criterium heeft beloofd inzake de afhandeling van de regularisatieaanvragen. Precies die boodschap van de staatssecretaris is de vier vertegenwoordigers van de hongerstakers in het verkeerde keelgat geschoten. Dat is ook de reden waarom zij u eergisteren in de commissie voor Binnenlandse Zaken meenden te moeten beschuldigen van woordbreuk, verraad en leugens. Dat zijn toch wel zware woorden, die wij in het Parlement niet elke week te horen krijgen.

 

Bovendien heeft pastoor Alliët daaraan toegevoegd dat hij het voorbije decennium al heel wat hongerstakingen heeft meegemaakt en dat hij daarbij al vaak heeft bemiddeld, maar dat hij naar eigen zeggen bij geen enkele gelegenheid in het verleden al een dergelijke misleiding heeft meegemaakt als tijdens zijn contacten met de huidige regering, vertegenwoordigd door de heer Mahdi.

 

Collega's, de staatssecretaris bekent zich met de regelmaat van de klok als een groot voorvechter van transparantie. Mijnheer de staatssecretaris, u knikt. U wil het op dat vlak absoluut beter doen dan alle voorgangers van u. Dat is goed nieuws, want dat biedt ons een gemakkelijke oplossing.

 

Laat ons klaarheid scheppen en achterhalen wie hier de waarheid spreekt en wie niet, door in de commissie voor Binnenlandse Zaken een vergadering te organiseren in uw aanwezigheid en in aanwezigheid van de vertegenwoordigers van de hongerstakers, waarbij beide partijen hun verhaal kunnen doen, wij beide versies van het verhaal aan elkaar kunnen toetsen en ook u de gelegenheid krijgt u te verdedigen tegen de toch wel zware beschuldigingen die zij hebben geformuleerd aan uw adres.

 

Mevrouw de voorzitster, het is te dien einde dat wij een motie van aanbeveling indienen.

 

Mijnheer de staatssecretaris, voor u heb ik maar één vraag.

 

Hebt u aan de vertegenwoordigers van de hongerstakers verklaard dat het geïntegreerd zijn in de maatschappij als criterium zou worden meegenomen bij de beoordeling van de regularisatieaanvragen of zijn de advocaten aan het liegen wanneer zij u die woorden in de mond leggen?

 

12.03  Dries Van Langenhove (VB): Geachte staatssecretaris Mahdi, het is voor niemand in deze zaal nog een geheim dat het Vlaams Belang één van uw grootste criticasters is. We zijn het zelden met u eens, getuige daarvan de uitgebreide tussenkomst die ik onlangs deed met betrekking tot uw beleidsnota, waarover ik jammer genoeg niet al te veel positiefs had te zeggen.

 

Als het gaat over het beperken van de instroom doet u weinig of niets. Integendeel, heel wat van de maatregelen die deze regering treft, zorgen voor een verhoogde instroom. De terugkeer wordt niet verhoogd. De gesloten centra waarvoor u bij het begin van deze legislatuur hebt gepleit komen er niet. Gezinnen terugsturen kan ook niet meer. Zelfs een wet op woonstbetreding, of het verwaterde alternatief daarvoor, werd afgeschoten door uw linkse groene en rode coalitiepartners.

 

Maar toch, de afgelopen weken hebben we een aantal interessante commissievergaderingen gehad, hoorzittingen over de hongerstakers, onder andere met een aantal activisten die de hongerstakers hebben bijgestaan, soms zelfs opgejut. Uit die hoorzittingen bleek toch dat u correct hebt gehandeld, dat u beslissingen hebt genomen waar wij ons vaak zelfs volledig in konden terugvinden.

 

U hebt bijna niet toegegeven aan de chantage van die hongerstakers en activisten. U hebt ook niet toegegeven aan de chantage - zo zouden we het kunnen noemen - of de verhoogde druk van uw coalitiepartners, bijvoorbeeld door de uitspraak in de media dat ze uit de regering zouden stappen als de hongerstakers nog verder zouden gaan.

 

Hongerstakers anders behandelen dan andere illegalen in dit land zou immers, zoals u toen terecht hebt opgemerkt, inhumaan zijn. Het enige humane migratiebeleid is een kordaat migratiebeleid, met duidelijke regels. Het enige spijtige in uw betoog van de afgelopen weken rond de hongerstakingen is dat u daar geen vervolg aan hebt gebreid wanneer het ging over terugkeer. Een kordaat migratiebeleid zorgt er niet alleen voor dat er duidelijke regels zijn en dat sommige asielzoekers asiel krijgen en andere niet, het zorgt er ook voor dat degenen die geen recht hebben op asiel daadwerkelijk worden teruggestuurd naar hun land van herkomst. Daar loopt het mis, daar is uw betoog plots abrupt gestopt.

 

Ik keer terug naar mijn punt, het enige humane migratiebeleid is een kordaat migratiebeleid met duidelijke regels.

 

Voor alle duidelijkheid, ik ben het zelden of nooit eens met die regels, want ik vind dat het migratiebeleid in dit land veel te links en veel te laks is. Onze grenzen staan de facto open, collega's.

 

Het gaat niet zo goed met de democratie in België, maar in dit land gelden toch nog een aantal basisregels, met name dat er verkiezingen plaatsvinden, dat er volksvertegenwoordigers worden verkozen en dat zij over de regels stemmen die voor iedereen gelden, ook voor asielzoekers. Hoe het niet moet, is dat extreemlinkse activisten via asielzoekers, via illegalen en via chantage politici en regeringsleden onder druk zetten en via achterkamerpolitiek en onderhandelingen uitzonderingen op die regels gaan afdwingen. Zo werkt het niet.

 

Dat hadden de activisten die we de afgelopen week in de commissie mochten aanhoren niet zo heel goed begrepen, want zij hebben juist dat gedaan. Zij hebben de monden dichtgenaaid van mensen in penibele, moeilijke situaties en op basis daarvan deze regering onder druk gezet. Dat is absoluut onaanvaardbaar. Dan zijn zij het die u verwijten, hoe cynisch kan men zijn, dat u onderhandelingsmethodes hebt gebruikt die niet door de beugel kunnen. Zij zijn het die u verwijten dat u verraad hebt gepleegd.

 

De activisten die wij hebben mogen aanhoren, kwamen pleiten voor de regularisering van de hongerstakers en een algemene brede regularisering van vele illegalen in dit land. Dat zal alleen maar zorgen voor nog meer illegalen die naar dit land komen en nog meer hongerstakingen van mensen in zeer moeilijke situaties.

 

Het is zeer jammer om te zien dat uw regering op dat vlak niet op één lijn zit, want er wordt nu opgeroepen tot een hernieuwde dialoog en tot een onafhankelijke regularisatiecommissie, die er eigenlijk voor zal zorgen dat er een nieuw migratiekanaal bijkomt.

 

Mijnheer de staatssecretaris, acht u een nieuwe dialoog met mensen die u nota bene beschuldigen van verraad zinvol? Zo ja, wat kan een dergelijke dialoog volgens u nog meer inhouden dan de dialoog die er al is geweest? Wat vindt u van de door sommigen gevraagde onafhankelijke regularisatiecommissie, aangezien nieuwe hongerstakingen niet kunnen worden uitgesloten? Gaan u en deze regering opnieuw laten betijen? Gaat u alle mogelijke middelen gebruiken om dit te stoppen? In welke mate …

(microfoon wordt uitgezet)

 

12.04  Sammy Mahdi, secrétaire d'État: Madame la présidente, chers collègues Matz, Roggeman et Van Langenhove, je vous remercie. Honnêtement, je suis assez surpris par l'urgence qui est invoquée, étant donné que nous avons tenu sur ce sujet des sessions de plusieurs heures en commission des Affaires intérieures les 10 et 14 décembre 2021, lors desquelles les questions que vous posez maintenant ont également été discutées et répondues en détail.

 

Quoi qu'il en soit, je vous remercie de me donner à nouveau l'occasion de clarifier ma position sur la régularisation et de répondre aux insinuations erronées qui sont diffusées.

 

Ik begrijp dat het onderwerp de gemoederen beroert. Het gaat uiteindelijke over de toekomst van mensen. Maar elk dossier van mijn departement gaat om mensenlevens en dat zal ik nooit uit het oog verliezen. Op mijn departement verrichten alle medewerkers een loodzware mentale job; elke dag nemen zij beslissingen over mensenlevens. Dat is nooit een evidente job.

 

Ik wil beklemtonen dat ik in eerdere commissievergaderingen steeds transparant heb geantwoord op alle vragen van het Parlement, niet in het minst tijdens de vergadering van 10 december, die volledig gewijd was aan de hongerstaking en die met open deuren, zoals ik zelf gevraagd had, en niet achter gesloten deuren plaatsvond. Ik heb u geïnformeerd over de inhoud van alle gesprekken die ik gevoerd heb, en aan die inhoud is nog niets veranderd en zal ook niets veranderen.

 

Op de vraag wat dan de exacte trigger was voor de hongerstakers om de actie stop te zetten, hebt u mijn antwoord al gekregen. U kunt aan mevrouw De Block vragen wat de trigger was bij de hongerstakingen die zij meemaakte. U kunt aan de heer Francken vragen wat de trigger was bij de hongerstaking die hij meemaakte. Stel de vraag gerust aan die collega's, ook u mijnheer Roggeman, ik denk dat ik het antwoord ken.

 

Ik kan begrijpen dat het geen gemakkelijke opdracht was om de hongerstaking stop te zetten en ik wens dan ook iedereen te bedanken die daarvoor zijn of haar nek heeft uitgestoken. Het betekent niet dat ik zomaar valse beschuldigingen over beloftes die ik zou gedaan hebben, moet pikken.

 

Je voudrais cependant m'arrêter un instant sur votre question, madame Matz, et plus précisément sur la citation que vous avez reprise. Je ne sais pas exactement qui vous citez ni qui a mis ces mots dans ma bouche mais je ne peux que conclure qu'ils sont incorrects. Je ne permettrai pas que l'on mette dans ma bouche des mots que je n'ai jamais prononcés dans aucune discussion.

 

Si vous avez écouté attentivement, les quatre invités à la session du 14 décembre 2021 ont également clarifié ce point-là. Ils ont littéralement confirmé qu'aucune promesse ou garantie n'avait jamais été faite que les personnes qui présentent des éléments d'intégration ou qui démontrent une longue période de séjour illégal seront par définition régularisées. Je propose aux personnes présentes sur le territoire belge depuis x années qui présentent des éléments d'intégration, des éléments de vulnérabilité, d'introduire un dossier comme tout le monde le fait, pour qu'il soit traité de manière individuelle. Oui, bien sûr, c'est ce que je fais. Introduisez un dossier! Je n'ai jamais dit et je ne dirai jamais que ces dossiers-là seront d'office régularisés car il y a toujours des éléments positifs et négatifs qui pèsent dans la balance.

 

Conformément aux déclarations que je fais depuis des semaines, et non des mois, j'ai à nouveau confirmé, le 10 décembre 2021, que je n'ai fait que clarifier quels éléments peuvent être pris en considération, tant positivement que négativement, lors de l'évaluation d'un cas de régularisation humanitaire. Une bonne intégration et un long séjour sont des éléments mais cela ne signifie pas qu'ils sont suffisants pour obtenir la faveur de la régularisation.

 

Mijnheer Roggeman, u vraagt naar extra criteria, maar er bestaan geen criteria, wel richtlijnen. Met criteria krijgen we een ander soort regularisatiebeleid. De richtlijnen zijn onveranderd gebleven. De jongste aanpassing van de richtlijnen deed de heer Francken zelf, want voor ouders met schoolgaande kinderen werd het regularisatiebeleid versoepeld. Daarna is er niets meer veranderd.

 

Chaque dossier de régularisation est évalué au cas par cas, en tenant compte de tous les éléments du dossier, éléments positifs et négatifs.

 

Zowel de heer Van den Bulck als de heer Roosemont heeft op 10 december verduidelijkt dat zij steeds informatie hebben gegeven over de procedure en de positieve en negatieve elementen, maar dat er nooit een engagement werd aangegaan om bepaalde criteria toe te passen of een akkoord te sluiten.

 

Mijnheer Roggeman, in dat opzicht verbaast het mij enigszins – u kunt er in uw repliek misschien nog op reageren – dat u mijn woorden in de weegschaal legt tegenover die van de heer Deswaef. Dat mag uiteraard wel, maar het gaat om uitspraken van het diensthoofd van de Dienst Vreemdelingenzaken en de commissaris-generaal van het CGVS versus uitspraken van de heer Deswaef, mensenrechtenactivist, waarbij ik niet goed weet aan wie u het meest geloof hecht. Het staat u vrij om daarop nog te reageren.

 

Aan de bevestiging tijdens de vergadering van 10 december door de heer Van den Buclk, aangesteld als gezant, lijken verschillende personen gemakshalve voorbij te zijn gegaan, inclusief de vier genodigden en verschillende parlementsleden. Ik herhaal dus mijn verklaring dat ik tijdens het gesprek in juli meermaals expliciet heb onderstreept dat het huidige regularisatiebeleid mijns inziens humaan is en dat ik het huidige beleid inzake de beoordeling van dossiers vandaag niet zal wijzigen. Al zeker zal ik geen verschillend regularisatiebeleid voor hongerstakers als voor aanvragers die niet hongerstaken, maar gewoon een individuele aanvraag indienen, voeren. Dat zou immers absoluut onrechtvaardig zijn.

 

Ik heb ook gesprekken gevoerd met verschillende personen die zich voorstelden als personen die eerdere hongerstakingen mee hebben opgelost, onder wie de heer Deswaef. Zij gingen ervan uit dat nu op dezelfde manier een oplossing mogelijk zou zijn, meer bepaald een deal onder tafel. Daaromtrent ben ik, ook tegen de heer Deswaef, heel duidelijk geweest. Ik sluit geen deals onder tafel, want een dergelijk type politicus ben ik niet, ben ik nooit geweest en zal ik ook nooit zijn.

 

Tijdens het gesprek heb ik duidelijk gemaakt dat het regularisatiebeleid dan ook niet zal wijzigen. Ik heb ook expliciet gevraagd om die boodschap over te brengen aan de hongerstakers zelf. Dat heb ik ook gezegd op het moment dat ik hen gezien heb. Ik heb eveneens gezegd dat het niet om onderhandelingen ging, aangezien er niet te onderhandelen valt. Het ging om informeren, ook omdat er heel veel verkeerde informatie circuleert over het regularisatiebeleid en de toepassing ervan.

 

Vous m'avez demandé comment je comptais rétablir la confiance avec ces quatre personnes et les sans-papiers de manière générale, en tout cas les grévistes de la faim - parce qu'il y a bien plus de sans-papiers sur le territoire belge.

 

Je suis toujours ouvert à la consultation mais je dois constater que je me répète sans cesse et que le message est souvent déformé au final. Par ailleurs, étant donné le ton dur et les accusations qui m'ont été adressées à moi-même, mais encore beaucoup plus à M. Van den Bulck et M. Roosemont, je me demande dans quelle mesure de telles consultations peuvent encore être constructives.

 

De plus, après l'audition du 14 décembre, je dois conclure qu'il existe seulement une volonté de se rencontrer afin de négocier sur le traitement des dossiers des grévistes de la faim et sur l'introduction de critères légaux de régularisation. En ce qui concerne le traitement des dossiers des grévistes de la faim, je ne peux que répéter que toutes les personnes concernées ont pu déposer un dossier qui fait l'objet d'un examen minutieux par mes services, conformément aux clarifications données sur la politique de régularisation. Il ne peut être question de revenir à ces concertations parce que certaines personnes ne sont pas d'accord avec la décision individuelle négative qu'elles ont reçue. Il existe des procédures d'appel pour cela.

 

Je ne peux que répéter les informations que j'ai données à l'approche de la fin de la grève de la faim et dans les semaines qui ont suivi. Je ne peux que répéter qu'il ne peut absolument pas être question de continuer à donner aux gens l'espoir qu'ils restent en Belgique le plus longtemps possible ou s'engagent dans des actions suffisamment extrêmes et qu'au final, ils finiront par recevoir la faveur de la régularisation.

 

Je constate que ce sont surtout des actions politiques qui veulent assouplir la politique actuelle de régularisation ou introduire des critères légaux. Ma position sur ce sujet a été claire dès le départ: la régularisation reste un pouvoir discrétionnaire, chaque cas étant examiné individuellement.

 

Par conséquent, je n'établirai pas de critères juridiques et ne créerai pas de comité de régularisation. Les commissions de régularisation précédentes ont montré que ce n'était certainement pas une solution magique et que souvent, cela n'entraînait pas un traitement plus rapide.

 

De regularisatie blijft een uitzondering op de regels die vervat zitten in andere migratiestatuten. Dat is de filosofie en dat blijft ze. Dat houdt dus ook in dat alle aanvragen tot humanitaire regularisatie van ex-hongerstakers en andere personen worden behandeld volgens dit regularisatiebeleid.

 

Mijnheer Roggeman, u hebt de vraag gesteld of ik zou gesuggereerd hebben dat hongerstakers die geen kans maakten op regularisatie een aanvraag 9ter voor het bekomen van een medisch verblijfsrecht moesten indienen. Ook over de procedure 9ter hebben mijn medewerkers en ik, maar ook de heer Van de Bulck en de heer Roosemont verschillende keren informatie gegeven. Voor deze procedure bestaan wel degelijk wettelijke criteria. Wij hebben die criteria verduidelijkt en ook steeds beklemtoond dat ervan niet zou worden afgeweken. Als daar werkelijk beloftes zouden zijn gedaan, hadden meer personen een aanvraag 9ter ingediend. Hopelijk kunt u op zijn minst de heer Roosemont en de heer Van de Bulck geloven als u mij niet gelooft.

 

Er werd mij ook gevraagd naar structurele oplossingen. Ook daarop ben ik hier, in het Parlement, al meermaals ingegaan. Mijn diensten, medewerkers en ik werken er iedere dag aan. Er werd voor het eerst transparantie geboden rond de humanitaire regularisatie met cijfers, voorbeelden en elementen die positief en negatief in rekening gebracht kunnen worden bij de beoordeling van regularisatiedossiers. Zo zal de rapportage van de Dienst Vreemdelingenzaken nu jaarlijks gebeuren. Daarnaast ijver ik ervoor dat humanitaire regularisatie een absolute uitzonderingsprocedure blijft. Categorieën die daar niet thuis horen, horen daar ook niet thuis en moeten daar uitgehaald worden. Op korte termijn moet de behandeling van de dossiers versneld worden door de versterking van de dienst en wordt er ook ingezet op een aanklampend terugkeerbeleid voor personen die een weigeringsbeslissing krijgen. Iedereen is het er immers over eens dat niemand gebaat is bij een onwettig verblijf. Wie na het doorlopen van de verblijfsprocedures een negatief antwoord krijgt, zal in de nieuwe procedure op een intensieve en aanklampende manier naar terugkeer worden begeleid. Ik was daarvoor deze ochtend nog in Antwerpen, waar het regionaal terugkeerbureau werd geopend.

 

Bij dit aanklampend terugkeerperspectief is er oog voor een begeleiding op maat en per doelgroep, met bijzondere aandacht voor kwetsbare profielen. Dat vergt een menselijke en een nabije aanpak. Daartoe zetten wij in met de aanwerving van meer dan honderd terugkeerbegeleiders, de uitbouw van een netwerk met verschillende organisaties en de lokale aanwezigheid door de uitbouw van een netwerk van terugkeerloketten en regionale bureaus voor terugkeerbegeleiding, de ICAM-bureaus. Sinds enkele weken is er een ICAM-bureau in Brussel. Vandaag is er ook een geopend in Antwerpen. Er komen er ook in Gent, Namen en Luik.

 

De voorbije maanden werden er heel wat stappen gezet naar transparantie. Er was een duidelijke vraag naar het activiteitenverslag van de Dienst Vreemdelingenzaken. Het stond in het regeerakkoord. Het is ook uitgevoerd.

 

Verder stel ik vast dat de vier genodigden op 14 december nogmaals stelden dat zij goed kunnen inschatten wie er al dan niet in aanmerking komt onder het huidig regularisatiebeleid. Ik ben blij te horen dat zij weten wat dat is. Ik ben alleen een beetje verbaasd als ik vaststel dat ook heel veel mensen een aanvraag indienen die zware openbare-ordefeiten hebben gepleegd, gaande van hele zware geweldpleging over wapendracht tot andere feiten die helemaal niet thuishoren in onze samenleving. Als de genodigden weten hoe het zit, zouden ze toch mogen weten dat die openbare-ordefeiten niet alleen heel zwaar doorwegen maar maken dat men niet in aanmerking komt voor regularisatie.

 

De discussie lijkt mij dan ook vooral te gaan over het feit dat sommige personen dit beleid te strikt vinden en dat er daarover vooral meningsverschillen bestaan.

 

Ten slotte ontken ik ten zeerste dat er een te grote bevoegdheid zou liggen bij de directeur-generaal van de Dienst Vreemdelingenzaken. Uiteraard vindt er regelmatig overleg plaats tussen mijn medewerkers en ikzelf en de diensten, over zowel het algemene regularisatiebeleid als alle dossiers die wij gezamenlijk behandelen, met het CGVS, Fedasil en de DVZ.

 

Ik wil ook nog eens benadrukken dat ik het volste vertrouwen heb in de heer Roosemont en met verbazing de aanvallen op zijn persoon moet vaststellen. Dat er aanvallen zijn op de politiek, mij niet gelaten. Dat er aanvallen zijn op mijn persoon, mij niet gelaten. IK wil wel vragen dat op een respectvolle manier gekeken wordt naar mijn administratie, onze administratie, de mannen en vrouwen van de Dienst Vreemdelingenzaken, die dag in, dag uit bezig zijn met het behandelen van dossiers, op een menselijke manier, en overal individueel bekijken of iemand al dan niet in aanmerking komt voor de gunst van regularisatie.

 

Zij verdienen het niet om beschimpt te worden zoals sommigen helaas doen, die dan hun relaas geven tijdens een hoorzitting. Ik stel mijn vertrouwen in de directeur-generaal en in mijn diensten die zeer hard en goed werken.

 

Chers collègues, je me rends compte que je n'ai rien dit de nouveau ici. Madame Matz, c'est un peu ce que vous aviez prévu et vous avez bien prévu. Je me répète sans cesse mais si vous continuez à poser les mêmes questions, malheureusement, je continuerai à donner les mêmes réponses. Je suis toujours ouvert à un bon débat au Parlement et nous avons déjà passé de nombreuses heures sur ce sujet. Je ne peux qu'appeler au calme nécessaire dans cette histoire, à ne pas donner de faux espoirs aux gens et à laisser mes services traiter les dossiers individuels comme cela doit être le cas aujourd'hui et dans le futur.

 

Ik sta voor een gecontroleerd en een transparant migratiebeleid met duidelijke regels. De uitzondering op de regel kan worden toegepast via regularisatie, maar altijd individueel, in welbepaalde humanitaire situaties, nooit voor iedereen. Voor heel wat mensen zal de enige, duurzame optie een terugkeer naar het herkomstland zijn. Wie dat niet wil erkennen, legt eigenlijk alle migratieregels naast zich neer. Dat is niet het beleid waar ik voor sta.

 

Ik vraag u om samen werk te maken van dat betere migratiebeleid, van een gecontroleerd migratiebeleid dat niet enkel gaat over hongerstakers, dat niet enkel gaat over mensen zonder papieren, maar dat wel gaat over de duizenden mensen die naar hier komen en als arbeidsmigrant hier willen toekomen en werken in onze samenleving. Ik wil werken aan een migratiebeleid dat gaat over de duizenden mensen die naar hier komen om te studeren en die aan onze universiteiten nieuwe skills willen aanleren, hun rugzak willen vullen en zich willen versterken. Ik wil werken aan een migratiebeleid dat gaat over de duizenden mensen die de vele legale migratiekanalen willen gebruiken om zich op een gecontroleerde manier van de ene naar de andere plaats te verplaatsen. En ja, dat gaat ook over een humaan terugkeerbeleid, waar men mensen in begeleidt, procedures juist uitlegt, waarbij men in voldoende personeel voorziet om mensen daarin te begeleiden.

 

Ja, bij migratie hoort ook een terugkeerbeleid. Dat is niet eenvoudig. Het zijn menselijk zware beslissingen die mijn dienst vaak moet noemen, maar men doet dat op een correcte manier, op een humane manier. Ik kan alleen maar hopen dat we niet enkel de focus leggen op deze dossiers, maar hopelijk de komende maanden en jaren onze energie ook steken in een beter migratiebeleid. Er is nog werk aan de winkel en ik hoop op de steun van u allen, want we zullen er samen voor moeten zorgen dat de mensen een migratiebeleid krijgen waar ze om vragen en dat ze verdienen.

 

Voor de hongerstakers zelf en de vele mensen zonder papieren die in deze periode heel vaak in een heel geanimeerd debat hebben geleefd, vind ik dat het tijd wordt om de sereniteit haar plaats te geven. Ook die mensen verdienen dat. Ze verdienen een individuele behandeling van hun dossier en die geven wij hun ook. Laten wij hun alstublieft ook de sereniteit en de rust geven die ze ook wel verdienen.

 

12.05  Vanessa Matz (cdH): Merci, monsieur le secrétaire d'État. Je vous ai écouté sans parler mais, lors de mon intervention, vous preniez conseil chez votre prédécesseur. Vous venez de dire que ces personnes méritent la sérénité. Ces personnes méritent également le respect de la parole donnée. J'aimerais donc vous poser une question. Vous avez mis en balance Alexis Deswaef et Freddy Roosemont et interpellé la N-VA en lui demandant lequel elle croyait. Nous dites-vous que ce sont quatre menteurs qui sont venus au Parlement pour témoigner?

 

Il y avait bien sûr M. Deswaef, mais il y avait aussi d'autres protagonistes, qui ont tous les quatre dit à peu près la même chose. Il y avait donc quatre menteurs? C'est ce que j'entends. Si vous dites à un moment donné qu'on essaie d'opposer les uns aux autres, moi, je ne suis pas en train de dire que Roosemont a menti, je suis en train de vous demander des explications. C'est politiquement que cela m'intéresse. C'est vous le politique. Je ne suis pas en train de remettre en cause votre administration, je vous pose la question. Il y avait donc quatre menteurs?

 

On a eu quatre témoignages qui allaient tous dans le même sens, en disant qu'il y a eu, à un moment donné, un  fait déclencheur pour que cette grève de la faim s'arrête. Vous me dites que vous avez déjà répondu le 11 décembre et vous me demandez pourquoi je vous questionne sur des points sur lesquels vous avez déjà répondu. Vous ne pensez pas qu'il y a eu un fait nouveau depuis le 11 décembre, à savoir ces témoignages en auditions, en toute transparence, comme vous les aimez?

 

La commission a sollicité des auditions complémentaires à la vôtre. Vous ne pensez pas qu'il s'agit là d'un élément nouveau qui justifie aujourd'hui que nous soyons trois parlementaires à vous interpeller? Vous avez l'air de dire que je reviens toujours avec les mêmes choses, mais non! Si je vous interroge, c'est qu'il y a forcément des éléments nouveaux.

 

J'ai entendu ce que vous avez dit par rapport au fait que la même politique a toujours été menée, au fait que vous n'avez pas changé d'un iota, et que le dernier qui avait changé les choses était Theo Francken qui avait ajusté la politique de régularisation concernant les enfants scolarisés. On a l'impression que c'est à celui qui aura les plus gros muscles, qui sera le plus sévère, le plus ferme, etc. Vous venez de dire que c'est ce que la population attend et qu'il faut répondre à cette attente. Ne pensez-vous pas que c'est une partie de la population qui attend qu'on soit ferme et qu'on remballe tout le monde?

 

Je ne suis pas en train de dire qu'il faut accepter tout le monde. Je suis vraiment lassée de ce raisonnement binaire, qui fait qu'à un moment donné, soit vous êtes laxiste et vous voulez tout le monde, soit vous êtes ferme et vous ne voulez personne. Nous ne disons pas du tout cela!

 

Nous continuons à demander une régularisation individuelle des dossiers, mais avec des critères connus, pour que les personnes puissent décider de s'inscrire ou non dans cette procédure. C'est ce que nous demandons.  Nous ne demandons pas des régularisations de masse. 

 

Je vous rappelle l'existence de la loi de 1998 portant sur la régularisation. Elle fut signée par l'ancien ministre Duquesne – paix à son âme – et par M. Verwilghen. À mon avis, aucun des deux n'était gauchiste. Je vous rappelle aussi l'existence dans nos textes d'une Commission des étrangers. Elle n'est pas activée pour l'instant mais elle pourrait l'être pour donner un avis complémentaire sur les dossiers de régularisation, puisque la décision finale vous appartient évidemment. Cet avis complémentaire porterait sur les dossiers de régularisation, pour les éclairer davantage. Il ne s'agit pas d'accepter des personnes qui ont des problèmes d'ordre public. Il ne faut jamais nous faire dire cela. Nous voulons simplement que les critères soient objectifs et qu'ils respectent la dignité de chacun.

 

Nous reviendrons sur le sujet et nous continuerons à vous interroger, en espérant que, dans votre Code de la migration, vous intègrerez des éléments plus objectifs pour de telles situations exceptionnelles. En effet, ce qui compte pour nous, c'est la dignité.

 

12.06  Tomas Roggeman (N-VA): Mijnheer de staatssecretaris, u hebt in uw antwoord de hamvraag in dit debat gesteld: wie moeten wij geloven? Moeten we geloof hechten aan de vertegenwoordigers van de hongerstakers, zijnde niet alleen de heer Deswaef, maar ook mevrouw de Buisseret en anderen? Of moeten we u geloven, de bevoegde staatssecretaris?

 

Eén zaak is zeker, minstens één partij liegt. Iemand liegt de Kamer en daardoor ook de bevolking voor. U wast vandaag uw handen in onschuld. We zijn van goede wil en willen u het voordeel van de twijfel geven. Waarom gaat u dan niet in op ons voorstel om naar de commissie voor Binnenlandse Zaken te komen, samen met die advocaten? Ga de confrontatie aan en toets die verhalen af. U bent voorstander van transparantie, wij ook. Laat ons die verhalen aan elkaar toetsen. Waarom zou u de confrontatie weigeren met mensen die u uitschelden voor leugenaar en verrader, als u de waarheid spreekt? Neem de handschoen op, ik daag u uit. Kom naar de commissie en ontmasker hen als degenen die de bevolking en het Parlement misleiden.

 

Wie moeten wij geloven?

 

Ik geloof alvast dat de fout en het probleem niet bij uw administratie ligt. Ik geloof zelfs dat in dit dossier de fout niet ligt bij uw beleid, mijnheer de staatssecretaris. De fout ligt binnen uw regering, met name bij uw coalitiepartners PS en Ecolo, die de betrokken mensen telkens opnieuw valse hoop geven, de situatie ophitsen en daardoor de poten van onder uw stoel zagen en uw beleid ondergraven.

 

12.07  Vanessa Matz (cdH): Madame la présidente, j'ai oublié de dire que j'ai déposé une motion de recommandation.

 

12.08  Dries Van Langenhove (VB): Mijnheer de staatssecretaris, tegenover een grote groep Noord-Afrikanen van wie wij in de meeste gevallen al weten dat zij geen recht hebben op asiel, omdat zij hun aanvraag al zo vaak afgewezen zagen, van wie 40 % een strafblad heeft en die worden aangestuurd door vaak extreemlinkse of soms zelfs communistische activisten, die soms overgaan tot het dichtnaaien van de lippen van mensen in moeilijke situaties om politieke gevolgen te creëren – u zei het daarstraks al dat die activisten gedreven worden door politieke overwegingen en zelden door humane overwegingen - moet de boodschap duidelijk zijn dat ze niet anders zullen worden behandeld dan eender wie van de 150.000 tot 200.000 illegalen in dit land.

 

Laat ik heel duidelijk stellen dat iedereen die gevolgen wil hechten aan de hongerstaking, zij het door de hongerstakers te regulariseren of zij het door heel wat andere mensen te regulariseren, individueel of collectief, eigenlijk pleit voor meer en nieuwe hongerstakingen. Dat gaat ook op voor de leden van de cdH-fractie, die willen dat daar politieke gevolgen aan worden gekoppeld en dat wij overgaan tot het creëren van een nieuwe regularisatiecommissie met zogezegd nieuwe criteria.

 

Zij geven immers het signaal aan de extreemlinkse activisten en aan de hongerstakers dat zij vooral voort moeten doen en dat zij in de toekomst als zij iets willen verkrijgen, als zij politieke verandering willen realiseren in dit land, niet moeten stemmen en niet aan politiek of metapolitiek moeten doen, maar mensen moeten dwingen zich uit te hongeren, niet te drinken en hun lippen dicht te naaien.

 

Dat is het signaal, dat u geeft, als u pleit voor collectieve of individuele regularisatie of voor de oprichting van een nieuwe regularisatiecommissie.

 

Indien wij echt kordaat en echt humaan willen zijn, behandelen wij de asielzoekers op exact dezelfde manier. Mijnheer Mahdi, in dat geval moet u ook een vervolg breien aan wat u hier vandaag en de voorbije weken hebt verklaard. U moet dan iedere illegaal wiens aanvraag is afgewezen en soms al meermaals is afgewezen, terugsturen naar het land van herkomst. U moet dan eindelijk alle hefbomen gebruiken waarover u beschikt, om de betrokkenen daadwerkelijk terug te sturen naar hun land van herkomst. U beschikt trouwens over veel hefbomen, ook op het federale niveau, want u hoeft niet altijd te verwijzen naar het Europese niveau. Dat zal het belangrijkste signaal zijn, om eindelijk te komen tot een kordaat en humaan migratiebeleid.

 

U spreekt zelf over een migratiebeleid dat de mensen vragen. Dat is wat u wil brengen. Dat wordt echter moeilijk in een federale regering met een Vlaamse minderheid. Ik hoop niettemin dat u stappen kunt zetten in de goede richting, waarna wij in 2024 eindelijk de sprint kunnen trekken, die wij nodig hebben.

 

Mevrouw Matz, u stelt dat slechts een groepje mensen met de spierballen wil rollen en een veel forser migratiebeleid wil. Echter, zelfs in Wallonië, waar mensen vaak nog links en extreemlinks stemmen, vaak bij gebrek aan beter en aan keuze in het partijpolitieke landschap, is dat niet het geval. Doe eens een rondvraag bij de mensen. Doe eens een enquête, als u durft. Vraag aan iedere Vlaming, Waal of Brusselaar in dit land wat hij of zij vindt dat er moet gebeuren met de 150.000 à 200.000 illegalen in dit land. De overgrote meerderheid zal aangeven om die mensen terug te sturen naar hun land van herkomst.

 

Want wij zijn zeer gastvrij. Een groot deel van de aanvragen wordt wel degelijk goedgekeurd, dat hebben we daarnet ook gehoord. Wij hoeven niet nog meer te doen, we zijn gastvrij genoeg geweest en ons land is intussen meer dan vol.

 

Ik vind het jammer, mijnheer Mahdi, dat u op een aantal van mijn vragen niet of bijna niet bent ingegaan. Wat vindt u van een dialoog met de mensen die u hebben uitgemaakt voor verrader en zelfs leugenaar? Ik moet immers bekennen – sommigen zullen het misschien niet graag horen – dat ik wel degelijk meer belang hecht aan het woord van uw administratie, van de heer Roosemont dus, de heer Van den Bulck en uzelf, dan aan het woord van iemand zoals Alexis Deswaef of die activisten, die rechtstreeks of onrechtstreeks betrokken waren bij – ik zal het nog eens zeggen – het dichtnaaien van de mond van mensen in moeilijke en wanhopige situaties. Aan het woord van dergelijke mensen hecht ik bijzonder weinig belang.

 

Ik zou ook willen dat u heel duidelijk uitsluit dat men werk zal maken van een nieuwe regularisatiecommissie; van een dergelijk nieuw migratiekanaal dus, want daar komt het uiteindelijk op neer. Er zijn immers al objectieve criteria, voor alle duidelijkheid. Iemand heeft wel of niet recht op asiel en wie er geen recht op heeft, moet terug naar het land van herkomst, tenzij men in uitzonderlijke gevallen kan overgaan tot een regularisatie.

 

U hebt evenmin elke hongerstaking verboden of klare taal gesproken dat u direct actie zult nemen van in het begin en dat u de mensen zult opsporen die betrokken zijn bij (…).

 

Moties

Motions

 

De voorzitster:Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.

En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.

 

Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Vanessa Matz en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van mevrouw Vanessa Matz en de heren Tomas Roggeman en Dries Van Langenhove

en het antwoord van de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,

- gelet op artikel 9bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;

- gelet op de verwerping door de commissie voor Binnenlandse Zaken van het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen teneinde deze wet aan te vullen met duidelijke, billijke en nauwkeurige criteria inzake de regularisatie van de situatie van mensen die onwettig op het grondgebied van het Rijk verblijven, alsook tot oprichting van een onafhankelijke Regularisatiecommissie;

- gelet op de debatten die op 11 en 13 december in de commissie voor Binnenlandse Zaken gevoerd werden over de behandeling van de regularisatiedossiers op basis van artikel 9bis en meer bepaald over de hongerstakers;

- gelet op de constructieve gesprekken tussen de staatssecretaris, de administratie en de woordvoerders van de sans-papiers op 21 juli en de sfeer van vertrouwen die daar heerste;

- gelet op de vaststelling dat dat vertrouwen van korte duur was doordat er bij de eerste beslissingen tot weigering van de regularisatie blijkbaar geen rekening gehouden werd met de gesprekken die op 21 juli gevoerd werden;

- overwegende dat de dialoog tussen de regering en de woordvoerders van de sans-papiers hervat moet worden, enerzijds om een menswaardige en menselijke oplossing te vinden om een nieuwe hongerstaking af te wenden, en anderzijds om een structurele en transparante oplossing aan te reiken voor het behandelen van de regularisaties;

- overwegende dat een aantal meerderheidspartijen tegen het voormelde wetsvoorstel gestemd hebben, terwijl ze nu wel duidelijke wettelijke criteria en de oprichting van een regularisatiecommissie wensen;

vraagt de regering, ter wille van de transparantie en de rechtszekerheid, een regularisatieprocedure 9bis in te voeren die

- op elk geval afzonderlijk toegepast wordt, op basis van een individuele analyse van elke situatie;

- duidelijke wettelijke regularisatiecriteria bevat, zoals de duurzame band, het recht op een gezinsleven of een abnormaal lange procedure, maar die voldoende marge laat voor uitzonderlijke situaties die niet onder de vastgelegde criteria vallen;

- een onafhankelijke regularisatiecommissie instelt die op een transparante manier moet nagaan of die criteria toegepast worden en die binnen strikte termijnen advies uitbrengt aan de minister."

 

Une première motion de recommandation a été déposée par Mme Vanessa Matz et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de Mme Vanessa Matz et MM. Tomas Roggeman et Dries Van Langenhove

et la réponse du secrétaire d'État à l'Asile et à la Migration, chargé de la Loterie nationale, adjoint à la ministre de l'Intérieur, des Réformes institutionnelles et du Renouveau démocratique,

- vu l’article 9bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers;

- vu le rejet par la commission de l’intérieur de la proposition de loi modifiant la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers en vue d'y insérer des critères clairs, justes et précis de régularisation pour les personnes en situation de séjour irrégulier sur le territoire du Royaume et instituant une Commission indépendante de régularisation;

- vu les débats qui ont lieu les 11 et 13 décembre derniers, en commission de l’intérieur, sur le traitement des dossiers de régularisation sur la base du 9 bis et qui portent plus particulièrement sur les grévistes de la faim;

- vu les échanges constructifs intervenus entre le Secrétaire d’Etat, l’administration et les porte-paroles des sans-papiers le 21 juillet dernier et la confiance qui y régnait;

- vu le constat que cette confiance a été de courte durée au motif que les premières décisions de refus de régularisation n’auraient pas tenu compte des échanges intervenus le 21 juillet dernier;

- considérant la nécessité de renouer le dialogue entre le gouvernement et les porte-paroles des sans-papiers pour, d’une part, trouver une solution digne et humaine afin d’éviter la reprise de la grève de la faim et pour, d’autre part, apporter une solution structurelle et transparente dans le traitement des régularisations;

- considérant certains partis de la majorité qui avaient voté contre la proposition de loi précitée et qui souhaitent désormais l’établissement de critères légaux clairs et l’instauration d’une commission de régularisation;

demande au gouvernement, dans un souci de transparente et de sécurité juridique, de mettre en place une procédure de régularisation 9bis qui

- s’applique au cas par cas, sur la base d’une analyse individuelle de chaque situation;

- contienne des critères légaux et clairs de régularisation tels que notamment les attaches durables, le droit de vivre en famille ou une procédure anormalement longue mais, qui laisse une marge de manœuvre suffisante pour rencontrer des situations exceptionnelles qui ne rentrent pas dans les critères tels que définis;

- institue une commission indépendante de régularisation chargée de vérifier l’application de ces critères de manière transparente et qui rende des avis au Ministre dans des délais stricts."

 

Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Tomas Roggeman en luidt als volgt:

"De Kamer,

gehoord de interpellaties van mevrouw Vanessa Matz en de heren Tomas Roggeman en Dries Van Langenhove

en het antwoord van de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,

- gelet op de stuntelige afwikkeling van de hongerstaking;

- gelet op de tegenstrijdige verklaringen van de bevoegde staatssecretaris en de vier vertegenwoordigers van de hongerstakers in verband met al dan niet gemaakte toezeggingen langs de kant van de regering;

- gelet op de transparantie die de bevoegde staatssecretaris voor Asiel en Migratie steeds bepleit;

- gelet op het beleid van de staatssecretaris om zich niet te laten chanteren door het middel van hongerstaking om aan verblijfspapieren te geraken;

- gelet op de vele onduidelijkheden in dit dossier en de rol van de bevoegde staatssecretaris hierin;

vraagt de regering

- in het kader van de transparantie een nieuwe zitting te houden voor de commissie voor Binnenlandse Zaken van de Kamer van volksvertegenwoordigers waarin de bevoegde staatssecretaris voor Asiel en Migratie samen met de heer A. Deswaef, mevrouw M.P. Buisseret, de heer M. Kassou en de heer D. Alliet worden uitgenodigd om duidelijkheid te verschaffen omtrent al dan niet gemaakte afspraken en toezeggingen om de crisis van de hongerstakers op te lossen;

- minstens duidelijkheid te verschaffen over wat nu wel de trigger is geweest waardoor de hongerstakers hun actie hebben stopgezet;

- het beleid inzake regularisatie verder te zetten en deze dossiers te laten vallen onder de discretionaire bevoegdheid van de minister of zijn gemachtigde zoals thans in de wet staat ingeschreven en hiervoor zeker geen criteria wettelijk te gaan verankeren zoals sommige partijen nu vragen."

 

Une deuxième motion de recommandation a été déposée par M. Tomas Roggeman et est libellée comme suit:

"La Chambre,

ayant entendu les interpellations de Mme Vanessa Matz et MM. Tomas Roggeman et Dries Van Langenhove

et la réponse du secrétaire d'État à l'Asile et à la Migration, chargé de la Loterie nationale, adjoint à la ministre de l'Intérieur, des Réformes institutionnelles et du Renouveau démocratique,

-  vu la gestion maladroite de la grève de la faim;

- vu les déclarations contradictoires du secrétaire d’État compétent et des quatre représentants des grévistes de la faim quant aux éventuels engagements souscrits par le gouvernement;

- vu la transparence sans cesse prônée par le secrétaire d’État à l’Asile et la Migration;

- vu la politique menée par le secrétaire d’État consistant à refuser le chantage de la grève de la faim pratiqué pour obtenir des documents de séjour;

- vu les nombreuses imprécisions dans ce dossier et le rôle qui y est joué par le secrétaire d’État compétent;

demande au gouvernement

- dans le souci de transparence, d’organiser une nouvelle réunion de la commission de l’Intérieur de la Chambre des représentants, à laquelle seront conviés le secrétaire d’État compétent pour l’Asile et la Migration ainsi que M. A. Deswaef, Mme M.P. Buisseret, M. Kassou et M. D. Alliet pour faire la clarté sur les accords et les engagements souscrits ou non afin de résoudre la crise des grévistes de la faim;

- de faire à tout le moins la clarté sur l’élément qui a déclenché l’arrêt de l’action des grévistes de la faim;

- de poursuivre la politique de régularisation et de faire ressortir ces dossiers au pouvoir discrétionnaire du ministre ou de son délégué, comme le prévoit actuellement la loi, et de ne surtout pas ancrer légalement des critères à cet effet comme certains partis le demandent aujourd’hui."

 

Een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Gitta Vanpeborgh et de heren André Flahaut, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt, Gilles Vanden Burre en Servais Verherstraeten.

Une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Gitta Vanpeborgh et MM. André Flahaut, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt, Gilles Vanden Burre et Servais Verherstraeten.

 

Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.

Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.

 

13 Autorité de protection des données - Centre de connaissances - Démission d'un membre du comité de direction - Appel à candidats

13 Gegevensbeschermingsautoriteit - Kenniscentrum - Ontslag van een lid van het directiecomité - Oproep tot kandidaten

 

Par lettre du 7 décembre 2021, Mme Alexandra Jaspar, directrice du Centre de connaissances de l’Autorité de protection des données, présente sa démission en qualité de membre du comité de direction avec effet au 10 janvier 2022.

Bij brief van 7 december 2021 deelt mevrouw Alexandra Jaspar, directrice van het Kenniscentrum van de Gegevensbeschermingsautoriteit, mee dat ze haar ontslag als lid van het directiecomité indient met ingang van 10 januari 2022.

 

Conformément à l’article 41, premier alinéa, de la loi du 3 décembre 2017 portant création de l’Autorité de protection des données, la Chambre doit, en cas de vacance d’un mandat de membre du comité de direction, pour quelque cause que ce soit, procéder à son remplacement pour la durée du mandat restant à courir (jusqu'au 23 avril 2025).

Overeenkomstig artikel 41, eerste lid, van de wet van 3 december 2017 tot oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit, dient de Kamer ingeval een mandaat van lid van het Kenniscentrum om welke reden ook openvalt, over te gaan tot de vervanging ervan voor de nog resterende duur van het mandaat (tot 23 april 2025).

 

Conformément à l’article 40, § 1, alinéa 2, de la même loi, le directeur du secrétariat général et le directeur du Centre de connaissances ne peuvent appartenir au même rôle linguistique. Vu que le directeur du secrétariat général est néerlandophone, le nouveau directeur du Centre de connaissances doit être francophone.

Overeenkomstig artikel 40, § 1, tweede lid, van dezelfde wet, mogen de directeur van het algemeen secretariaat en de directeur van het kenniscentrum niet tot dezelfde taalrol behoren. Aangezien de directeur van het algemeen secretariaat Nederlandstalig is, dient de nieuwe directeur van het Kenniscentrum Franstalig te zijn.

 

Conformément à l'article 41, alinéa 2, de la même loi, le poste vacant doit être publié au Moniteur belge au plus tard un mois après la vacance du mandat.

Overeenkomstig artikel 41, tweede lid, van dezelfde wet, moet de vacature ten laatste een maand na het openvallen van het mandaat in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt.

 

Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 15 décembre 2021, je vous propose de publier au Moniteur belge un appel à candidats francophones pour le mandat de membre du comité de direction (directeur du Centre de connaissances) de l’Autorité de protection des données entre le 10 janvier 2022 et le 10 février 2022.

Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 15 december 2021, stel ik u voor een oproep tot Franstalige kandidaten voor het mandaat van lid van het directiecomité (directeur van het Kenniscentrum) van de Gegevensbeschermingsautoriteit in het Belgisch Staatsblad bekend te maken tussen 10 januari 2022 en 10 februari 2022.

 

Pas d'observation? (Non)

Geen bezwaar? (Nee)

 

Il en sera ainsi.

Aldus zal geschieden.

 

14 Demande d'urgence émanant du gouvernement

14 Urgentieverzoek van de regering

 

Le gouvernement a demandé l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement lors du dépôt du projet de loi  modifiant la loi du 20 juillet 2006 relative à la création et au fonctionnement de l'agence fédérale des médicaments et des produits de santé, n° 2366/1.

De regering heeft de urgentieverklaring gevraagd met toepassing van artikel 51 van het Reglement, bij de indiening van het wetsontwerp houdende wijziging van de wet van 20 juli 2006 betreffende de oprichting en de werking van het federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten, nr.2366/1.

 

Je passe la parole au gouvernement pour développer la demande d'urgence.

Ik geef het woord aan de regering om de vraag tot urgentieverklaring toe te lichten.

 

14.01  David Clarinval, ministre: Madame la présidente, chers collègues, bonjour à tous.

 

Comme je l'avais déjà indiqué en Conférence des présidents, le gouvernement demande l'urgence conformément à l'article 51 du Règlement pour le texte n° 2366/1 relatif à la création et au fonctionnement de l'Agence Fédérale des Médicaments (AFMPS). Ce projet de loi comprend la loi dite de financement de l'AFMPS qui prévoit que toutes les cotisations et contributions seront payées par les acteurs, en principe avant le 1er janvier 2022.

 

Comme le financement complet de l'Agence et des produits de santé dépend de l'approbation et de l'entrée en vigueur de ce projet de loi, le gouvernement demande donc à l'honorable Assemblée d'obtenir l'urgence et d'entamer les travaux en commission de la Santé.

 

La présidente: Je propose aux présidents de groupe de se prononcer sur cette demande.

 

Ik stel voor dat de fractievoorzitters zich over dit verzoek uitspreken.

 

L'urgence est adoptée.

De urgentie wordt aangenomen.

 

15 Prise en considération de propositions

15 Inoverwegingneming van voorstellen

 

Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.

In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.

 

S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considère la prise en considération de ces propositions comme acquise. Je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.

Indien er geen bezwaar is, beschouw ik de inoverwegingneming van deze voorstellen als aangenomen. Overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.

 

Pas d'observation? (Non)

Il en sera ainsi.

 

Geen bezwaar? (Nee)

Aldus wordt besloten.

 

Votes nominatifs

Naamstemmingen

 

16 Motions déposées en conclusion des interpellations de

- M. Koen Metsu sur "La communication d'informations erronées au Parlement" (n° 206)

- Mme Barbara Pas sur "Le suivi des terroristes de l'EI dans ce pays" (n° 214)

16 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van

- de heer Koen Metsu over "Het foutief informeren van het Parlement" (nr. 206)

- mevrouw Barbara Pas over "De opvolging van IS-terroristen in dit land" (nr. 214)

 

Ces interpellations ont été développées en séance plénière de ce jour.

Deze interpellaties werden gehouden in de plenaire vergadering van heden.

 

Deux motions ont été déposées (MOT n° 206/1):

- une motion de recommandation a été déposée par M. Koen Metsu;

- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Melissa Depraetere et MM. Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt et Servais Verherstraeten.

Twee moties werden ingediend (MOT nr. 206/1):

- een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Koen Metsu;

- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Melissa Depraetere en de heren Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt en Servais Verherstraeten.

 

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 1)

Ja

82

Oui

Nee

52

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

134

Total

 

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, la motion de recommandation est caduque.

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervalt de motie van aanbeveling.

 

(Mme Leslie Leoni a voté comme son groupe.)

(De heer Jef Van den Bergh heeft gestemd zoals zijn fractie.)

 

17 Motions déposées en conclusion des interpellations de

- Mme Sophie Rohonyi sur "La pénurie de personnel soignant et la revalorisation de la profession" (n° 209)

- Mme Catherine Fonck sur "La pénurie d'infirmiers et la revalorisation de la profession" (n° 216)

- Mme Kathleen Depoorter sur "Le personnel soignant" (n° 218)

- Mme Sofie Merckx sur "La revalorisation du personnel soignant" (n° 220)

17 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van

- mevrouw Sophie Rohonyi over "Het tekort aan zorgpersoneel en de herwaardering van het beroep" (nr. 209)

- mevrouw Catherine Fonck over "Het tekort aan verpleegkundigen en de herwaardering van het beroep" (nr. 216)

- mevrouw Kathleen Depoorter over "Het zorgpersoneel" (nr. 218)

- mevrouw Sofie Merckx over "De opwaardering van het zorgpersoneel" (nr. 220)

 

Ces interpellations ont été développées en séance plénière de ce jour.

Deze interpellaties werden gehouden in de plenaire vergadering van heden.

 

Quatre motions ont été déposées (MOT n° 209/1):

- une première motion de recommandation a été déposée par Mmes Sophie Rohonyi et Catherine Fonck;

- une deuxième motion de recommandation a été déposée par Mme Kathleen Depoorter;

- une troisième motion de recommandation a été déposée par Mme Sofie Merckx;

- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Melissa Depraetere et MM. Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt et Servais Verherstraeten.

Vier moties werden ingediend (MOT nr. 209/1):

- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de dames Sophie Rohonyi en Catherine Fonck;

- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Kathleen Depoorter;

- een derde motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Sofie Merckx;

- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Melissa Depraetere en de heren Ahmed Laaouej, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt en Servais Verherstraeten.

 

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 2)

Ja

82

Oui

Nee

57

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

139

Total

 

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, les motions de recommandation sont caduques.

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervallen de moties van aanbeveling.

 

18 Motions déposées en conclusion des interpellations de

- Mme Vanessa Matz sur "La gestion des demandes de régularisation des grévistes de la faim" (n° 215)

- M. Tomas Roggeman sur "Les demandes de régularisation des grévistes de la faim" (n° 217)

- M. Dries Van Langenhove sur "Le dossier des grévistes de la faim" (n°°219)

18 Moties ingediend tot besluit van de interpellaties van

- mevrouw Vanessa Matz over "De behandeling van de regularisatieaanvragen van de hongerstakers" (nr. 215)

- de heer Tomas Roggeman over "De regularisatieaanvragen van de hongerstakers" (nr. 217)

- de heer Dries Van Langenhove over "Het dossier van de hongerstakers" (nr. 219)

 

Ces interpellations ont été développées en séance plénière de ce jour.

Deze interpellaties werden gehouden in de plenaire vergadering van heden.

 

Trois motions ont été déposées (MOT n° 215/1):

- une première motion de recommandation a été déposée par Mme Vanessa Matz;

- une deuxième motion de recommandation a été déposée par M. Tomas Roggeman;

- une motion pure et simple a été déposée par Mmes Maggie De Block et Gitta Vanpeborgh et MM. André Flahaut, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt, Gilles Vanden Burre et Servais Verherstraeten.

Drie moties werden ingediend (MOT nr. 215/1):

- een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door mevrouw Vanessa Matz;

- een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Tomas Roggeman;

- een eenvoudige motie werd ingediend door de dames Maggie De Block en Gitta Vanpeborgh et de heren André Flahaut, Benoît Piedboeuf, Wouter De Vriendt, Gilles Vanden Burre en Servais Verherstraeten.

 

La motion pure et simple ayant la priorité de droit, je mets cette motion aux voix.

Daar de eenvoudige motie van rechtswege voorrang heeft, breng ik deze motie in stemming.

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Début du vote / Begin van de stemming.

Fin du vote / Einde van de stemming.

Résultat du vote / Uitslag van de stemming.

 

(Stemming/vote 3)

Ja

85

Oui

Nee

58

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

La motion pure et simple est adoptée. Par conséquent, les motions de recommandation sont caduques.

De eenvoudige motie is aangenomen. Bijgevolg vervallen de moties van aanbeveling.

 

(Mme Leslie Leoni a voté comme son groupe.)

 

19 Projet de loi portant introduction de dispositions diverses en matière de recouvrement et ajustement de dispositions suite à l'introduction du Code du recouvrement amiable et forcé des créances fiscales et non fiscales (2184/8)

19 Wetsontwerp tot invoering van diverse bepalingen inzake de invordering en tot aanpassing van bepalingen ten gevolge van de invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen (2184/8)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 4)

Ja

112

Oui

Nee

22

Non

Onthoudingen

5

Abstentions

Totaal

139

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale.

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

(De heren Kristof Calvo en Christian Leysen hebben gestemd zoals hun fracties.)

(MM. Michel De Maegd et Gilles Vanden Burre ont voté comme leurs groupes.)

 

20 Projet de loi portant sur la contribution belge au financement de l'annulation de la dette consentie par le Fonds Monétaire International au profit de la Somalie (2316/1)

20 Wetsontwerp betreffende de Belgische bijdrage aan de financiering van de schuldkwijtschelding door het Internationaal Monetair Fonds ten gunste van Somalië (2316/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 5)

Ja

87

Oui

Nee

18

Non

Onthoudingen

36

Abstentions

Totaal

141

Total

 

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale.

 

Reden van onthouding? (Nee)

Raison d'abstention? (Non)

 

(M. Gilles Vanden Burre et Mme Cécile Cornet ont voté comme leur groupe.)

(De heer Verherstraeten heeft gestemd zoals zijn fractie.)

 

21 Projet de loi modifiant le Code de la taxe sur la valeur ajoutée en ce qui concerne les exemptions de la taxe en vue de la mise en oeuvre d'activités dans le cadre de la politique de sécurité et de défense commune dans le cadre de l'Union et en ce qui concerne les exemptions temporaires relatives aux importations et à certaines livraisons de biens et prestations de services, en réaction à la pandémie de COVID-19 (2343/1)

21 Wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde betreffende de vrijstellingen van de belasting ter uitvoering van activiteiten in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid binnen het Uniekader en betreffende tijdelijke vrijstellingen bij invoer en bepaalde leveringen van goederen en diensten in reactie op de COVID-19-pandemie (2343/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 6)

Ja

88

Oui

Nee

1

Non

Onthoudingen

55

Abstentions

Totaal

144

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

(Mevrouw Dominiek Sneppe heeft gestemd zoals haar fractie.)

 

22 Projet de loi fixant le contingent de l'armée pour l'année 2022 (2321/1)

22 Wetsontwerp tot vaststelling van het legercontingent voor het jaar 2022 (2321/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 7)

Ja

133

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

11

Abstentions

Totaal

144

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

(Mevrouw Kathleen Verhelst heeft gestemd zoals haar fractie.)

 

23 Projet de loi portant transposition du Code des communications électroniques européen et modification de diverses dispositions en matière de communications électroniques (nouvel intitulé)  (2256/11)

23 Wetsontwerp houdende omzetting van het Europees Wetboek voor elektronische communicatie en wijziging van diverse bepalingen inzake elektronische communicatie (nieuw opschrift)  (2256/11)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 8)

Ja

114

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

29

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera soumis à la sanction royale.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

 

Raison d'abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

(Mme Laurence Zanchetta a voté comme son groupe.)

 

24 Proposition de loi concernant les médecins spécialistes en formation et les médecins en formation (2374/1)

24 Wetsvoorstel betreffende de artsen-specialisten in opleiding en de artsen in opleiding (2374/1)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 9)

Ja

144

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

144

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet à la sanction royale.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als ontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.

 

(Mevrouw Katleen Bury heeft gestemd zoals haar fractie.)

 

25 Projet de loi modifiant l'article 19 des lois sur le Conseil d'État, coordonnées le 12 janvier 1973 (nouvel intitulé)  (2357/3)

25 Wetsontwerp tot wijziging van artikel 19 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 (nieuw opschrift)  (2357/3)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 10)

Ja

142

Oui

Nee

0

Non

Onthoudingen

0

Abstentions

Totaal

142

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte le projet de loi. Il sera transmis au Sénat.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp aan. Het zal aan de Senaat worden overgezonden.

 

(MM. Simon Moutquin et Hervé Rigot ont voté comme leurs groupes.)

(De heer Christian Leysen heeft gestemd zoals zijn fractie.)

 

26 Amendements et articles réservés de la proposition de loi modifiant la loi du 4 juillet 1989 relative à la limitation et au contrôle des dépenses électorales engagées pour l'élection de la Chambre des représentants, ainsi qu'au financement et à la comptabilité ouverte des partis politiques (2376/1-7)

26 Aangehouden amendementen en artikelen van het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen (2376/1-7)

 

Vote sur l'amendement n° 6 de Wim Van der Donckt cs à l'article 2.(2376/7)

Stemming over amendement nr. 6 van Wim Van der Donckt cs op artikel 2.(2376/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 11)

Ja

  47

Oui

Nee

  96

Non

Onthoudingen

   0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, l'amendement est rejeté.

Bijgevolg is het amendement verworpen.

 

Vote sur l'amendement n° 10 de Raoul Hedebouw à l'article 2.(2376/7)

Stemming over amendement nr. 10 van Raoul Hedebouw op artikel 2.(2376/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 12)

Ja

  29

Oui

Nee

114

Non

Onthoudingen

    0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, l'amendement est rejeté.

Bijgevolg is het amendement verworpen.

 

Vote sur l'amendement n° 9 de Barbara Pas cs à l'article 2.(2376/7)

Stemming over amendement nr. 9 van Barbara Pas cs op artikel 2.(2376/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 13)

Ja

  18

Oui

Nee

  90

Non

Onthoudingen

  35

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 2 est adopté.

Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 2 aangenomen.

 

Vote sur l'amendement n° 7 de Wim Van der Donckt cs tendant à insérer un article 3(n).(2376/7)

Stemming over amendement nr. 7 van Wim Van der Donckt cs tot invoeging van een artikel 3(n).(2376/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 14)

Ja

  57

Oui

Nee

  86

Non

Onthoudingen

   0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, l'amendement est rejeté.

Bijgevolg is het amendement verworpen.

 

Vote sur l'amendement n° 8 de Wim Van der Donckt cs tendant à insérer un article 4(n).(2376/7)

Stemming over amendement nr. 8 van Wim Van der Donckt cs tot invoeging van een artikel 4(n).(2376/7)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 15)

Ja

  57

Oui

Nee

  86

Non

Onthoudingen

   0

Abstentions

Totaal

143

Total

 

En conséquence, l'amendement est rejeté.

Bijgevolg is het amendement verworpen.

 

27 Ensemble de la proposition de loi modifiant la loi du 4 juillet 1989 relative à la limitation et au contrôle des dépenses électorales engagées pour l'élection de la Chambre des représentants, ainsi qu'au financement et à la comptabilité ouverte des partis politiques (2376/6)

27 Geheel van het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen (2376/6)

 

Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)

Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)

 

Begin van de stemming / Début du vote.

Einde van de stemming / Fin du vote.

Uitslag van de stemming / Résultat du vote.

 

(Stemming/vote 16)

Ja

110

Oui

Nee

  11

Non

Onthoudingen

  18

Abstentions

Totaal

139

Total

 

En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera transmise en tant que projet au Sénat.

Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel aan. Het zal als ontwerp aan de Senaat worden overgezonden.

 

Raison d’abstention? (Non)

Reden van onthouding? (Nee)

 

(Voor de stemming over alle amendementen en het geheel van dit wetsvoorstel heeft de heer Steven Matheï gestemd zoals zijn fractie.)

 

28 Adoption de l’ordre du jour

28 Goedkeuring van de agenda

 

Nous devons procéder à l’approbation de l'ordre du jour des séances de la semaine prochaine.

Wij moeten overgaan tot de goedkeuring van de agenda voor de vergaderingen van volgende week.

 

Pas d’observation?

Geen bezwaar?

 

28.01  Peter De Roover (N-VA): Mevrouw de voorzitster, wij keuren de agenda mee goed, maar we zitten wel met een aantal onbekenden wat betreft commissiewerking. Dat is bepalend voor wat we daadwerkelijk kunnen doen.

 

La présidente: Y a-t-il d'autres observations? (Non) L’ordre du jour est approuvé.

Zijn er andere opmerkingen? (Nee) De agenda is goedgekeurd.

 

La séance est levée. Prochaine séance le mardi 21 décembre 2021 à 9 h 00.

De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering op dinsdag 21 december 2021 om 9.00 uur.

 

La séance est levée à 19 h 18.

De vergadering wordt gesloten om 19.18 uur.

 

 

 

L'annexe est reprise dans une brochure séparée, portant le numéro CRIV 55 PLEN 148 annexe.

 

De bijlage is opgenomen in een aparte brochure met nummer CRIV 55 PLEN 148 bijlage.

 

 

 


Détail des votes nominatifs

 

Detail van de naamstemmingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 001

 

 

Oui        

082

Ja

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van Hecke Stefaan, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

052

Nee

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Spiegeleer Pieter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 002

 

 

Oui        

082

Ja

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

057

Nee

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 003

 

 

Oui        

085

Ja

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

058

Nee

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 004

 

 

Oui        

112

Ja

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buyst Kim, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, Daems Greet, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dierick Leen, Dillen Marijke, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilissen Erik, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hedebouw Raoul, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lachaert Egbert, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Ponthier Annick, Prévot Patrick, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Sneppe Dominiek, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Troosters Frank, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

022

Nee

 

Anseeuw Björn, Buysrogge Peter, D'Haese Christoph, De Roover Peter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Donné Joy, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Goethals Sigrid, Houtmeyers Katrien, Loones Sander, Metsu Koen, Raskin Wouter, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Wollants Bert

 

 

Abstentions

005

Onthoudingen

 

Arens Josy, Dallemagne Georges, Fonck Catherine, Matz Vanessa, Prévot Maxime

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 005

 

 

Oui        

087

Ja

 

Arens Josy, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Creemers Barbara, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

018

Nee

 

Bury Katleen, Creyelman Steven, De Spiegeleer Pieter, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans

 

 

Abstentions

036

Onthoudingen

 

Anseeuw Björn, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, De Roover Peter, De Smet François, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Donné Joy, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Raskin Wouter, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 006

 

 

Oui        

088

Ja

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Geens Koen, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

001

Nee

 

Sneppe Dominiek

 

 

Abstentions

055

Onthoudingen

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 007

 

 

Oui        

133

Ja

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Arens Josy, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, Creyelman Steven, D'Haese Christoph, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dierick Leen, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriels Katja, Geens Koen, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Sneppe Dominiek, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Troosters Frank, Vajda Olivier, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

011

Onthoudingen

 

Boukili Nabil, D'Amico Roberto, Daems Greet, De Vuyst Steven, Hedebouw Raoul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 008

 

 

Oui        

114

Ja

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Arens Josy, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, D'Haese Christoph, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriels Katja, Geens Koen, Gijbels Frieda, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

029

Onthoudingen

 

Boukili Nabil, Bury Katleen, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Hedebouw Raoul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 009

 

 

Oui        

144

Ja

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Arens Josy, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dierick Leen, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriels Katja, Geens Koen, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hedebouw Raoul, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Sneppe Dominiek, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Troosters Frank, Vajda Olivier, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 010

 

 

Oui        

142

Ja

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Arens Josy, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Spiegeleer Pieter, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dewulf Nathalie, Dierick Leen, Dillen Marijke, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Freilich Michael, Gabriels Katja, Geens Koen, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hedebouw Raoul, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Pas Barbara, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Samyn Ellen, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Sneppe Dominiek, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Troosters Frank, Vajda Olivier, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Grieken Tom, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

000

Nee

 

 

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 011

 

 

Oui        

047

Ja

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Haese Christoph, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Spiegeleer Pieter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Matz Vanessa, Metsu Koen, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Wollants Bert

 

 

Non        

096

Nee

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Boukili Nabil, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, D'Amico Roberto, Daems Greet, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Vuyst Steven, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hedebouw Raoul, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Marghem Marie-Christine, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hees Marco, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 012

 

 

Oui        

029

Ja

 

Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, Daems Greet, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Hedebouw Raoul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Non        

114

Nee

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, D'Haese Christoph, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriels Katja, Gijbels Frieda, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 013

 

 

Oui        

018

Ja

 

Arens Josy, Bury Katleen, Creyelman Steven, De Spiegeleer Pieter, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans

 

 

Non        

090

Nee

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, Dallemagne Georges, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Gabriels Katja, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Matz Vanessa, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Abstentions

035

Onthoudingen

 

Anseeuw Björn, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, De Roover Peter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Donné Joy, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Raskin Wouter, Roggeman Tomas, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 014

 

 

Oui        

057

Ja

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Non        

086

Nee

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 015

 

 

Oui        

057

Ja

 

Anseeuw Björn, Arens Josy, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Creyelman Steven, D'Amico Roberto, D'Haese Christoph, Daems Greet, Dallemagne Georges, De Roover Peter, De Spiegeleer Pieter, De Vuyst Steven, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Depoortere Ortwin, Dewulf Nathalie, Dillen Marijke, Donné Joy, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Gilissen Erik, Goethals Sigrid, Hedebouw Raoul, Houtmeyers Katrien, Ingels Yngvild, Loones Sander, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Mertens Peter, Metsu Koen, Moscufo Nadia, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Roggeman Tomas, Safai Darya, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van der Donckt Wim, Van Hees Marco, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry, Wollants Bert

 

 

Non         

086

Nee

 

Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Smet François, De Vriendt Wouter, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Gabriels Katja, Gilson Nathalie, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Hugon Claire, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Marghem Marie-Christine, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Parent Nicolas, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Pivin Philippe, Platteau Eva, Prévot Patrick, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Rohonyi Sophie, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Vajda Olivier, Van den Bergh Jef, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verduyckt Kris, Verhaert Marianne, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Zanchetta Laurence

 

 

Abstentions

000

Onthoudingen

 

 

 

 

Vote nominatif - Naamstemming: 016

 

 

Oui         

110

Ja

 

Anseeuw Björn, Aouasti Khalil, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Ben Achour Malik, Bogaert Hendrik, Bombled Christophe, Bonaventure Chanelle, Briers Jan, Burton Emmanuel, Buysrogge Peter, Buyst Kim, Calvo Kristof, Chanson Julie, Cogolati Samuel, Cornet Cécile, Creemers Barbara, D'Haese Christoph, De Block Maggie, De Caluwé Robby, De Jonge Tania, de Laveleye Séverine, De Maegd Michel, De Roover Peter, De Smet François, De Vriendt Wouter, De Wit Sophie, Dedecker Jean-Marie, Defossé Guillaume, Delizée Jean-Marc, Demon Franky, Depraetere Melissa, Dewael Patrick, Dierick Leen, Donné Joy, Ducarme Denis, Farih Nawal, Flahaut André, Fonck Catherine, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriels Katja, Geens Koen, Gijbels Frieda, Gilson Nathalie, Goethals Sigrid, Goffin Philippe, Hanus Mélissa, Hennuy Laurence, Houtmeyers Katrien, Hugon Claire, Ingels Yngvild, Jadin Kattrin, Jiroflée Karin, Kir Emir, Laaouej Ahmed, Lacroix Christophe, Lanjri Nahima, Leoni Leslie, Leroy Marie-Colline, Leysen Christian, Liekens Goedele, Loones Sander, Marghem Marie-Christine, Mathei Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Moutquin Simon, Moyaers Bert, Muylle Nathalie, Özen Özlem, Piedboeuf Benoît, Pillen Jasper, Platteau Eva, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Raskin Wouter, Reuter Florence, Reynaert Vicky, Rigot Hervé, Roggeman Tomas, Rohonyi Sophie, Safai Darya, Scourneau Vincent, Segers Ben, Senesael Daniel, Taquin Caroline, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tillieux Eliane, Van Bossuyt Anneleen, Van Camp Yoleen, Van den Bergh Jef, Van der Donckt Wim, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Peel Valerie, Van Vaerenbergh Kristien, Vanbesien Dieter, Vanden Burre Gilles, Vandenbroucke Joris, Vandenput Tim, Vanpeborgh Gitta, Vanrobaeys Anja, Verhelst Kathleen, Verherstraeten Servais, Vicaire Albert, Willaert Evita, Wollants Bert, Zanchetta Laurence

 

 

Non        

011

Nee

 

Boukili Nabil, D'Amico Roberto, Daems Greet, De Vuyst Steven, Hedebouw Raoul, Merckx Sofie, Mertens Peter, Moscufo Nadia, Van Hees Marco, Vindevoghel Maria, Warmoes Thierry

 

 

Abstentions

018

Onthoudingen

 

Arens Josy, Bury Katleen, Creyelman Steven, De Spiegeleer Pieter, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Gilissen Erik, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Sneppe Dominiek, Troosters Frank, Van Grieken Tom, Van Langenhove Dries, Van Lommel Reccino, Vermeersch Wouter, Verreyt Hans