Séance plénière |
Plenumvergadering |
du Mercredi 12 octobre 2022 Après-midi ______ |
van Woensdag 12 oktober 2022 Namiddag ______ |
La séance est ouverte à 13 h 32 et présidée par Mme Eliane Tillieux, présidente.
De vergadering wordt geopend om 13.32 uur en voorgezeten door mevrouw Eliane Tillieux, voorzitster.
La présidente: La séance est ouverte.
De vergadering is
geopend.
Ministres du gouvernement fédéral présents lors de l'ouverture de la séance:
Aanwezig bij de opening van de vergadering zijn de ministers van de federale regering:
Vincent Van
Quickenborne, Eva De Bleeker.
Nous reprenons la discussion de la déclaration du gouvernement.
Wij hervatten de bespreking van de verklaring van de regering.
La parole est à M. De Vriendt.
Het woord is aan de heer De Vriendt.
01.01 Sander Loones (N-VA): Mevrouw de voorzitster, ik heb een praktische vraag, die inpikt op hetgeen collega De Vriendt daarnet vertelde in een van zijn vragen.
Collega De Vriendt, u verwees naar het feit dat de notificaties van de begrotingsbesprekingen klaar zijn. Blijkbaar zijn ze beland bij een krantenredactie. Er wordt vandaag zelfs letterlijk uit geciteerd in De Standaard. Dat is nu reeds de tweede keer, want ook de begrotingstabel werd bezorgd aan journalisten. Wij hebben slechts een kleinere en ingeperkte versie gezien. Nu horen wij van u dat de notificaties blijkbaar ook aan de pers werden bezorgd. Ze staan in de krant, er wordt letterlijk uit geciteerd.
Mevrouw de voorzitster, ik wil u vragen om de regering daarop aan te spreken en om te verzoeken om die notificaties zo spoedig mogelijk te bezorgen aan heel het Parlement, zodat wij kennis kunnen nemen van die zeer interessante informatie ten behoeve van het debat.
Collega De Vriendt, wilt u deze vraag tot transparantie ondersteunen? Wij kennen Groen immers als een partij die transparantie en het recht van het Parlement hoog in het vaandel draagt, in het belang van de democratie. Wilt u deze vraag ondersteunen, zodat deze informatie zo snel mogelijk bezorgd wordt aan het huis van de democratie?
01.02 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer Loones, u bent alleszins de eerste om mij te onderbreken. Dat is een feit. Proficiat.
Ik zei daarnet dat ik inderdaad in De Standaard een bericht over de notificaties heb gezien. Dat leek mij zeer belangrijk om in te brengen in het debat daarnet.
01.03 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw de voorzitster, in een bespreking maakt men afspraken met elkaar en schrijft men dat uit, dat is normaal. U hebt de begrotingstabel ontvangen. Mevrouw Pas stelde daarover een vraag, maar op dat moment had u die begrotingstabel reeds.
Het is een goede gewoonte geworden dat de regering de begrotingstabel proactief deelt. Elke vraag over elk cijfer in die tabel zal door ons beantwoord worden. Dat is de logica zelve. Zo is het sinds een paar jaar de gewoonte en wij zullen dat doen. Collega's, elke vraag die u daarover stelt, kan van ons een antwoord krijgen, van mij of van de bevoegde ministers hier aanwezig.
01.04 Sander Loones (N-VA): Mevrouw de voorzitster, onze fractie wil er echt op aandringen dat u respect vraagt voor het Parlement. Het is reeds de hele legislatuur zo dat journalisten meer informatie krijgen, sneller informatie krijgen, met perscommuniqués worden geïnformeerd. Ze krijgen alles sneller dan dit Parlement. Opnieuw stellen wij vast dat de notificaties er zijn. Ze werden bezorgd aan journalisten. Dat wordt bevestigd door de heer De Vriendt en wordt niet tegengesproken door de eerste minister.
Mevrouw de voorzitster, wij vragen toch dat u dat respect voor het Parlement afdwingt en dat die informatie nu onmiddellijk wordt doorgestuurd naar ons allemaal.
Mijnheer de eerste minister, met betrekking tot het feit dat die tabellen er komen, het volledige verhaal zou u ook daar sieren. Op het vlak van niveau, kwaliteit en detail is er een verschil van dag en nacht tussen het centenboekje in het Vlaams Parlement en hetgeen waarmee wij het hier moeten doen in de Kamer. Bovendien is de versie die gegeven wordt aan journalisten veel gedetailleerder dan wat wij te zien krijgen. Het is gewoon niet correct.
01.05 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Loones, u probeert hier een nieuw soort feit te creëren. (Rumoer op de banken)
Naar mekaar luisteren is ook onderdeel van de werkzaamheden van een parlement. Als u klaar bent om te luisteren, zal ik voortspreken.
Met notificaties schrijft men de gemaakte afspraken uit om er zeker van te zijn dat alle technische details kloppen. Die zijn in uitwerking. Dat neemt wat tijd in beslag, bij elke begroting, ook bij de begrotingen waarbij u aanwezig was. Er zijn een paar dagen nodig om dat helemaal perfect te doen.
De notificaties worden goedgekeurd tijdens de eerstvolgende vergadering van de ministerraad. Die eerstvolgende vergadering van de ministerraad is vrijdag. De goedgekeurde notificaties worden gedeeld met het Parlement; dat zijn de beslissingen van de ministerraad, zoals u zeer goed weet. Een begroting maken we in het kernkabinet. Wij maken daar goede afspraken, met de mensen die rond de tafel zitten. Die worden daarna door onze teams uitgeschreven. De ministerraad is natuurlijk de enige die beslissingen neemt. Die formele beslissingen staan in de notificaties en die zullen met u gedeeld worden.
Wat er bij de kranten circuleert, zal mij eerlijk gezegd worst wezen. Wat belangrijk is, is wat beslist wordt door de ministerraad komende vrijdag.
01.06 Peter De Roover (N-VA): Wat die worst betreft, die is daarnet wel in het debat gesmeten. De heer De Vriendt heeft die, met een nogal driftig knikkende Open Vld-voorzitter naast zich, voorgelezen als zijnde feiten en niet als een vermoeden.
Van twee dingen één. Het kan zijn dat de notificaties nog niet zijn uitgeschreven en dat zij pas vrijdag worden goedgekeurd. Maar dan moet de heer De Vriendt zijn betoog van daarstraks eigenlijk terugtrekken en toegeven dat hij eigenlijk nog niet weet of het allemaal zo duidelijk is. Wij hebben nu al een worst en wij hebben een kier.
Misschien wordt dat vrijdag niet zo afgeklopt, collega De Vriendt? Dan hebt u hier een verdedigingslijn getrokken waarvan u absoluut niet zeker kunt zijn. Ofwel is het niet waar wat de eerste minister zegt. Dat kan ook. Dan is alles wel al afgeklopt en kon u daar volwaardig uit citeren. Maar het is wel een van de twee.
01.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, u moet mij wel correct citeren. De eerste minister heeft gelijk, luisteren is ook een talent. Ik heb daarnet gezegd dat ik in De Standaard heb gelezen dat er werd verwezen naar de beslissing van de regering met betrekking tot de levensduurverlenging. Dat heb ik gezegd, niet meer en niet minder. Ik veronderstel dat u de kranten hebt gelezen voor u vandaag naar hier kwam, dus dan hebt u waarschijnlijk datzelfde artikel gelezen.
La présidente: Chers collègues, nous avons des documents et un tableau à disposition. Si vous souhaitez poser des questions complémentaires, c'est évidemment le moment de les poser.
01.08 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw de voorzitster, mijnheer de premier, gisteren hebt u er even op gealludeerd in uw State of the Union, maar nadien is het effectief geworden: België heeft vanaf volgend jaar een stoel in de VN-Mensenrechtenraad. Daar is hard aan gewerkt. Het overlapt ook met het voorzitterschap van de Europese Unie, in de eerste helft van 2024. Dat zijn belangrijke functies. Het is belangrijk om de aandacht daarop te vestigen. Met belangrijke functies komen er ook belangrijke verantwoordelijken. Wij vragen met onze fractie dat ons land diplomatiek kapitaal inzet op het verdedigen van de mensenrechten en op het versterken van de Europese Unie. Het zijn internationale functies en die zullen er ons misschien ook wel toe verplichten om af en toe verder te kijken dan de eerstvolgende crisis of het eerstvolgende begrotingsconclaaf,
Luuk van Middelaar schreef onlangs dat wij steeds meer in het heden opgesloten raken: "Crisis na crisis overvalt ons. Het ontbreekt aan adempauzes om strategisch vooruit te kijken. Politiek gezagsverlies is het resultaat." Dat is absoluut een bekommernis van onze fractie en volgens mij van iedereen hier in het halfrond.
Niettemin, de crisis is acuut, met op dit moment een oorlog in Europa, en politici moeten daarop antwoorden. In het oosten van Europa worden er speelpleinen en appartementsgebouwen gebombardeerd. Poetin is een oorlogsmisdadiger en de raketaanvallen op Oekraïne zijn staatsterreur. Europa moet verenigd zijn om die gruwel te stoppen. Rusland moet zich terugtrekken uit Oekraïne en België moet helpen waar het kan.
Omdat wij moeten helpen waar het kan, mag er geen twijfel bestaan over onze wil om vluchtelingen uit Rusland – en eigenlijk uit alle conflictgebieden – bescherming te bieden, conform het internationaal recht, ook als het gaat om Russen die weigeren te vechten. Ten aanzien van de sancties vragen wij ook dat België een maximale houding aanneemt, dat België voorstander is van een maximaal pakket aan sancties. Het komt ons niet toe om bepaalde sectoren te ontzien, want voordat we het weten wordt dat voorbeeld door andere landen gevolgd. De Belgische onthouding bij de goedkeuring van het achtste sanctiepakket – als enig land, als ik het goed heb begrepen – is om die reden op zijn minst ongelukkig overgekomen.
In tijden van internationale crisis vind ik het ook belangrijk om te benadrukken dat hier in het halfrond ook één fractie zit die sympathiseert met Poetin, met name Vlaams Belang. Hoeveel kiezers van Vlaams Belang zouden dat eigenlijk weten? Laat Vlaams Belang nooit dicteren hoe België zich tegenover die Russische barbarij moet gedragen.
01.09 Barbara Pas (VB): Collega De Vriendt, het is veelzeggend, als u tien minuten hebt om de State of the Union te verdedigen, dat u uw spreektijd gebruikt om leugens te vertellen om mijn partij aan te vallen.
Als u zou luisteren naar wat wij vertellen en als u zou lezen wat wij schrijven, zou u weten dat wij absoluut geen Poetinaanhangers zijn en dat wij Oekraïne steunen. Het enige wat wij van bij de aanvang hebben gesteld, is dat wij principieel geen enkel probleem hebben met sancties tegen Rusland, maar dat men erop moest letten dat die sancties niet in de eerste plaats de eigen mensen zouden treffen. Wij hebben gevraagd erop te letten dat de sancties niet als een boemerang terugkomen, waardoor de eigen mensen er het slachtoffer van worden.
Nu wijst de houding van België met de onthouding erop dat er ondertussen voortschrijdend inzicht is gekomen en dat het terecht diezelfde houding aanneemt. Wat is het probleem met de sancties? Het probleem is hetzelfde als in Franstalig België, namelijk een te lage werkzaamheidsgraad.
01.10 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw Pas, ik antwoord daarop, want het klopt natuurlijk niet wat u beweert. Het is belangrijk om dat hier te vermelden. Wij zitten in een debat over de State of the Union. Er is echter oorlog in Europa. Het is dan ook belangrijk te weten dat België op dit moment absoluut verenigd is, maar dat dit niet het geval zou zijn mocht het aan uw fractie liggen.
Het is belangrijk dat de mensen die het huidige debat volgen en ook uw kiezers, voor wie ik op zich respect heb – wij praten immers met iedereen –, weten hoe ons land zich zou gedragen tegenover de Russische agressie mocht u hier de dienst uitmaken.
Ik zal antwoorden op de vraag, als ik mag. Ten tijde van het referendum op de Krim kwam van Rusland de vraag om zogezegd onafhankelijke waarnemers te sturen, teneinde te controleren of het referendum eerlijk verliep. Dat werd totaal gedicteerd vanuit Moskou. Drie Vlaamse parlementsleden van Vlaams Belang zijn naar dat referendum gegaan, om daar zogezegd een neutrale evaluatie te doen.
Op de familiedag van uw partij in Bobbejaanland heeft uw voorzitter, Tom Van Grieken, op een cruciaal moment uitgehaald naar de ondoordachte sancties tegen Rusland, op een moment waarop het Westen en Europa verenigd zouden moeten zijn. De dag nadat Poetin Oekraïne binnenviel, heeft Geert Wilders een tweet geplaatst waarin hij opnieuw tegen de sancties pleitte. Volgens Sam van Rooy, toch een van de voortrekkers in uw partij, is het niet onze oorlog. Dat was volgens hem de enige juiste reactie.
Ik vond de houding van uw fractie in dit Huis op het ogenblik dat Rusland Oekraïne binnenviel choquerend. Ik heb dit bewust in mijn tien minuten spreektijd vermeld om duidelijk te maken dat uw positie niet vanzelfsprekend is.
01.11 Barbara Pas (VB): Ik geloof dat u zeer bewust niet over de State of the Union wilt spreken en liever leugens over mijn fractie herhaalt. We kennen het verhaal over die drie leden van het Vlaams Parlement van 10 à 15 jaar geleden. Mijn partij heeft zich daar meteen van gedistantieerd en heeft die drie parlementsleden daar ogenblikkelijk voor terechtgewezen. U mag dat nog 100 keer tegen mij en mijn partij gebruiken, het maakt niet uit hoe vaak wij ons van Poetin distantiëren, u zult toch blijven liegen. Doe gerust verder, dan hoeft u niet over de regeringsverklaring te spreken. Die zal ik straks wel fileren.
01.12 Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Ik ben niet goed geplaatst om het Vlaams Belang te verdedigen. Ik heb daar geen belang bij, want ik ben volledig onafhankelijk op dat vlak. Ik heb er echter wel genoeg van dat dit debat weer ontaardt in het kinderuurtje over Poetin. Mijnheer De Vriendt, indien u de werkzaamheden van het Parlement op dat vlak ietwat zou volgen, dan zou u weten dat de PVDA-PTB-fractie de enige is die de eerste resolutie tegen Poetin niet heeft ondertekend.
Als iedereen dat kinderuurtje blijft opvoeren, zal ik u ook vragen of u supporter bent van de ayatollahs Khamenei en Khomeini, want u hebt een wet laten maken om de grootste terrorist in dit land, die tot 20 jaar opsluiting werd veroordeeld, naar Iran te kunnen repatriëren. Stop met dat kinderuurtje en praat over de State of the Union.
01.13 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Op dat laatste punt kunnen we zeker nog terugkomen, maar uiteraard gaat het over de veiligheid van onze landgenoten in Iran. We hebben die moeilijke discussie hier zeer vaak gevoerd en we hebben een goed afgewogen beslissing genomen, daarbij rekening houdend met het advies van onze veiligheidsdiensten.
Ik heb die kwestie aangehaald omdat ik dat belangrijk vond, mevrouw Pas.
Ik ga verder met de bespreking van de regeringsverklaring. Zoals we weten, is de crisis acuut. Dan neemt men de verantwoordelijkheid om mensen en bedrijven te beschermen. Dat was de insteek van deze begroting. Dat is dan ook de filosofie en het standpunt dat ik hier wil verdedigen.
Er zijn dan twee keuzes. Enerzijds kan men de hand op de knip houden en aan het einde van de rit proberen te pronken met een blinkend begrotingsrapport. Men laat intussen weken voorbijgaan om steunmaatregelen te nemen op energievlak. Uiteindelijk geeft men de Vlamingen maar enkele euro's steunmaatregelen per maand. Wanneer men een begroting moet presenteren, verschijnt men zelfs niet op de afspraak.
Zo is de Vlaamse regering omgegaan met deze energiecrisis.
Ofwel maakt men de keuze die de federale regering heeft genomen. Dat is een regering die de urgentie begrijpt en die wil voorkomen dat mensen en bedrijven over de kop gaan, en die daarvoor diep gaat, ook budgettair. Wij geven veel steun aan de mensen en aan de bedrijven om de stijgende kosten te betalen, maar toch weten we dat te combineren met een inspanning op de begroting om het tekort terug te dringen met 3,6 miljard. Ik ben blij te behoren tot een coalitie die niet zelfgenoegzaam zit te blinken op die grote pot geld, maar die beseft dat men in crisistijd snel moet reageren, bedrijven en mensen moet beschermen. Dat is het verschil met de Vlaamse regering. Dat is nu de eerste opdracht: we moeten er alles aan doen om hier zonder kleerscheuren uit te komen.
01.14 Sander Loones (N-VA): Collega De Vriendt, u schermt opnieuw met het bedrag van 3,6 miljard euro dat we gisteren ook hebben gezien in de powerpointpresentatie van mevrouw De Bleeker. U bent daarmee supertevreden.
Mijn vraag is of u even tevreden bent met de inspanning die structureel gebeurt. In de presentatie van mevrouw De Bleeker zien we dat er een structurele inspanning zal gebeuren van 0,05 % in 2023 en van 0,02 % in 2024. We hebben echter een algemeen tekort van ongeveer 23 miljard euro. Structureel gaat het over 17 miljard euro. Van deze 17 miljard euro zal er dus structureel 390 miljoen euro afgaan, ofwel 0,07 %. Vindt u dat ook de 'de toekomst voorbereiden'? Bent u daarmee tevreden?
01.15 Eerste minister Alexander De Croo: De slide waaraan u refereert, mijnheer Loones, gaat over nieuwe, structurele uitgaven. U zegt dat de inspanning die wij doen 0,05 % zou zijn, maar dat gaat over uitgaven. Ik zal het dus even opnieuw uitleggen, zodat iedereen de cijfers goed begrijpt.
De inspanning die wij doen is een combinatie van een vaste inspanning en een variabele inspanning. De vaste inspanning is de inspanning waarover we in het regeerakkoord beslissingen hebben genomen en waarover we het in het begin van de legislatuur eens waren. Deze inspanning loopt door en moet gerealiseerd worden. Soms sturen we de vaste inspanning echter bij omdat we zien dat de cijfers niet gerealiseerd worden. De variabele inspanning is een jaarlijkse inspanning boven op de vaste inspanning. In dit geval doen we de variabele inspanning voor twee jaar, namelijk voor 2023 en 2024. Voor de twee jaar samen bedraagt de variabele inspanning 0,25 %. Dat is dus de bijkomende inspanning die we boven op de vaste inspanning doen. De vaste inspanning loopt dus verder, maar moet af en toe bijgestuurd worden.
Van de 0,25 % bijkomende, variabele inspanning, gebruiken we 0,05 % als nieuw beleid. Er stond: 'nouveau structurel – dépenses'. Er stond dus niet dat dat de inspanning was die we doen. U zegt dat de structurele inspanning slechts 0,05 % bedraagt, maar dat klopt niet. De structurele nieuwe uitgaven zijn 0,05 % en de totale inspanning is 0,25 %. Tel de vaste inspanning daarbij op en dan komt men aan de 3,6 miljard euro waarover gesproken werd.
01.16 Sander Loones (N-VA): Mijnheer de premier, mijnheer De Vriendt, wat ons eigenlijk interesseert, is wat u dat hele weekend hebt gedaan. U bent daar constant bezig geweest en hebt nachtenlang vergaderd. Het interesseert ons hoe u daar bent binnengegaan en hoe u daar bent buitengekomen. Wat hebt u gedaan?
Het Monitoringcomité zegt dat u bent binnengegaan met een tekort van 3,4 % voor 2024 en dat u na al uw inspanningen bent buitengekomen met een tekort van 3,2 %. U hebt dus 0,2 % structureel bespaard. Laten we even kijken hoe dat effectief wordt uitgesplitst in vaste en variabele inspanning.
Ik neem uw tabellen erbij en zie dat u in dat weekend voor de vaste inspanning 190 miljoen hebt gevonden. U hebt extra maatregelen voor de farma, de RVA en voor een efficiënte sociale zekerheid. Ik heb de cijfers via de journalisten bekomen, want het Parlement heeft ze niet gekregen.
Daarnaast gaat het nog over 390 miljoen voor de variabele inspanning. Dat betekent dat u dus een gans weekend bezig bent geweest om, mild gerekend, 560 miljoen structurele verbetering van de begroting te vinden, terwijl we een structureel begrotingstekort van meer dan 17 miljard en in 2024 meer dan 19 miljard hebben, aldus het Monitoringcomité.
Van de 19 miljard die moet worden gevonden, doet u er een half miljard af en that's it. Vorig weekend hebben wij in De Standaard een interview gelezen met de gouverneur van de Nationale Bank, toch niet bepaald een N-VA'er, die zegt dat om het begrotingstekort in evenwicht te brengen er een inspanning zou moeten gebeuren van 3 %, 6 jaar aan een stuk 0,5 % structureel. Een half procent structureel is ongeveer 2,9 miljard die elk jaar zou moeten worden bespaard en u zult volgend jaar een half miljard besparen.
01.17 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Loones, het probleem blijft dat u nieuw beleid verwart met een besparingsinspanning. Ik vind dat raar, want dat zijn toch twee verschillende werelden.
U zegt dat de regering 390 miljoen aan inspanningen doet. Dat is niet correct. We doen eigenlijk 390 miljoen nieuw beleid, bijvoorbeeld een sociaal akkoord voor de politie. Dat is een van de zaken die we beslist hebben. Daar valt ook een beheerscontract voor de NMBS en voor Infrabel onder. Dat is nieuw beleid. Dat is 390 miljoen aan nieuw beleid.
Aan de besparingskant zit een vaste
inspanning die beslist is bij het begin van de regeerperiode. Het
Monitoringcomité volgt dat op want de overgrote meerderheid van die maatregelen
zit in wetten en besluiten. Dat wordt dus meegenomen. Om zeker te zijn dat die
vaste inspanning gerealiseerd wordt, hebben we een bijsturing gedaan van
ongeveer 170 miljoen. Dat is bij de farmamaatregelen, maatregelen bij de RVA en
bijkomende maatregelen in de sociale zekerheid. Dat zijn ongeveer voor 170
miljoen aan bijkomende maatregelen om de vaste inspanning te doen. Daarnaast
hebben we een variabele inspanning gedaan, die boven op de vaste komt. Dat ziet
u zeer goed in de tabel die u gekregen hebt onder 'Te leveren inspanning'. Dat
is 1,5 miljard. Dat is wat we bijkomend gedaan hebben. Een deeltje van de
te leveren inspanning zijn nieuwe uitgaven. Dat zijn de feiten, die ziet u
staan in de tabel. Het verbaast mij wat dat u opnieuw en opnieuw zegt dat de
inspanning slechts 0,05 % bedraagt. Dat is echter nieuw beleid.
La présidente: Chers collègues, je vous rappelle que ce n'est pas l'heure des questions.
01.18 Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur De Vriendt, pour ce qui concerne la question de l'effort variable ou de l'effort fixe que je préfère appeler austérité fixe et austérité variable, au début de la législature, le gouvernement nous a fait savoir qu'il y aurait d'office une austérité fixe et que l'austérité variable serait de mise en fonction de l'évolution de la croissance économique. Un tableau avec les règles nous a été remis pour l'austérité variable. Suivant ces règles, si la croissance est inférieure à 1 %, il n'est pas question d'austérité variable.
Hier, le premier ministre a dit que, selon les estimations, la croissance atteindrait 0,4 % en 2023. Or, je constate en regardant le tableau budgétaire incomplet qui nous a été remis qu'il est question de 724 millions d'euros en termes d'austérité variable pour l'année précitée.
Comment se fait-il qu'il puisse être question d'austérité variable en 2023 alors que vous – la Vivaldi – aviez déclaré que cela ne serait pas le cas si la croissance devait être inférieure à 1 %. J'aimerais comprendre. Je m'adresse ici à M. De Vriendt ou à tout autre membre de la coalition susceptible de répondre à cette question.
01.19 Yngvild Ingels (N-VA): Mijnheer De Vriendt, ik hoorde de eerste minister daarnet iets belangrijks zeggen over veiligheid. In de State of the Union kondigt hij aan dat er 1.000 extra politiemensen zullen worden aangeworven, van wie 400 bij de FGP. In juli kregen we in de commissie een uiteenzetting waaruit bleek dat die 400 aanwervingen voor de FGP in feite gelden vanaf het begin van de regeerperiode en dat er op dit moment daarvan nog 173 moeten komen.
Kunt u daar wat meer uitleg over geven? Krijgen we er dan nog 400 extra bij of zijn dat 400 mankrachten die al aangekondigd waren en van wie er al meer dan de helft in dienst is?
Hetzelfde geldt voor de 1.000 aanwervingen. De helft van hen is er al. Steken we er nog eens een aantal bij?
Er werd 1 miljard euro extra aan het begin van de regeerperiode aangekondigd. Is dat bedrag ondertussen veranderd? Steken we er nogmaals 1 miljard bij?
Wat het sectoraal akkoord betreft waarover de eerste minister sprak, daarvan weten we allemaal dat het volgend jaar zou moeten ingaan. Nu blijkt dat er verschuivingen hebben plaatsgevonden. Vanochtend zaten de vakbonden bij minister Verlinden om daarover te praten. Nu wil men pas eind oktober starten met 45 % en het jaar daarna ook. Kunt u daar meer uitleg over geven? Doet u dat nu wel of doet u dat niet?
01.20 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Ik reageer op de betogen, te beginnen bij dat van u, mijnheer Loones. We hebben vanochtend ook al gedebatteerd over de kwestie die u hier aankaart, namelijk begroting en besparen. Tot nu toe zien we een rode lijn: de N-VA wil besparen, besparen, besparen, en daarbij is blijkbaar the sky the limit. U wilt zo drastisch besparen dat u in feite in de spieren van onze samenleving wilt snijden en u weet goed wat er gebeurt als men in de spieren van een samenleving snijdt: dan verslapt de samenleving. In momenten van crisis, als bedrijven het moeilijk hebben om recht te blijven, als de burgers het moeilijk hebben om recht te blijven en hun facturen te betalen, is dat een lijn – u houdt die consequent aan – die ik niet wens te verdedigen.
Wij en de toekomstige generaties hebben werkelijk niets aan bedrijven die over de kop gaan, aan mensen die het niet langer kunnen bolwerken. U moet goed begrijpen, mijnheer Loones, dat dat niet onze aanpak is.
Ik wil overigens verwijzen naar een interessant rapport van de Europese Commissie. Ook tijdens de coronacrisis heeft ons land heel veel inspanningen gedaan. De steun bedroeg vele, vele miljarden, terecht volgens ons, minder terecht volgens een aantal anderen, die toen ook spraken over budgettaire orthodoxie, aanmaanden tot voorzichtigheid en vroegen of we wel goed wisten waar we mee bezig waren. Welnu, in haar rapport waarin zij op die periode terugblikt, stelt de Europese Commissie dat de Belgische economie zich sterk hersteld heeft. De Belgische economie was immers in de eurozone de economie die zich het best herstelde na de coronacrisis. De Europese Commissie zegt dat dat komt dankzij doortastende overheidsmaatregelen ter bescherming van bedrijven en werkgelegenheid.
Ik wil nu de parallel trekken met de energiecrisis en de oorlog. Laten we dezelfde aanpak hanteren. Die heeft gewerkt tijdens de coronacrisis. Uw aanpak zal daarentegen leiden tot catastrofes en wij gaan daar absoluut niet in mee.
Mijnheer Van Hees, er zijn ook evenwichten nodig. Daarom is er een compromis gevonden om toch een inspanning te leveren ten bedrage van 3,6 miljard euro over de beide jaren. Die inspanning is gefinancierd en wij staan erachter.
Mevrouw Ingels, u verwijst naar een ongetwijfeld interessant debat over de politie in de commissie. Dat lijkt me veeleer een vraag voor de regering. U kunt ze dus gerust aan een minister stellen.
La présidente: Monsieur Van Hees, je répète que ceci n'est pas l'heure des questions et réponses, mais d'un débat d'intérêt général sur la note de politique générale.
01.21 Marco Van Hees (PVDA-PTB):
Madame la présidente, je ne vais pas le répéter en boucle mais le gouvernement
a fixé, en début de législature, une règle pour l'austérité variable. Si la
croissance était trop faible, il était logique de ne pas demander des efforts
variables en plus de l'effort fixe – en dessous de 1 %, on ne ferait
pas d'effort variable. Et que voit-on? Un effort variable! Monsieur De Vriendt,
pourriez-vous m'expliquer pourquoi vous avez fixé une règle que vous ne
respectez pas? C'est une
question simple.
01.22 Sander Loones (N-VA): We worden vandaag geconfronteerd met twee crisissen, de energiecrisis en de Oekraïnecrisis, en laten we alvast hopen dat er niet opnieuw een coronacrisis komt. Hoe dan ook, voor die crisissen moeten er maatregelen worden genomen. Daar is iedereen het in de Kamer over eens. Dat gaat over vandaag.
Het tweede debat is wat we voor de toekomst zullen doen. Hoe zullen we ervoor zorgen dat we dit in de toekomst allemaal kunnen blijven betalen en dat ook de volgende generaties het gemakkelijker zullen hebben? We moeten opnieuw steun kunnen bieden wanneer er een nieuwe crisis zou uitbarsten. Dat is het hele structurele debat. Wat doen we om ons structureel voor te bereiden? Die 3,6 miljard waar u voortdurend mee schermt, moet worden uitgesplitst in twee. Het grootste deel daarvan gaat naar maatregelen voor het heden. Wat gaat er nu echt structureel naar de toekomst van het andere deel?
Daarom wil ik kort inpikken op wat de premier zei. Daarstraks had u een korte discussie met Peter De Roover. U ontkende het eerst, maar op het einde hebt u erkend dat wij voor het jaar 2024 structureel gaan van een tekort van 3,4 % naar een tekort van 3,2 %. Structureel doet uw regering het 0,2 % beter dan bij een ongewijzigd beleid, hebt u daarnet zelf erkend.
Hoe bent u binnengegaan voor het weekend? Hoe bent u buitengegaan na het weekend? Dat was mijn vraag. U hebt daarnet erkend dat u bent binnengegaan met een structureel tekort van 20 miljard euro en bent buitengegaan met een structureel tekort van 19 miljard euro.
Proficiat, u hebt inderdaad iets aan het structureel tekort gedaan. U pretendeert hier gigantische stappen vooruit te hebben gezet, wat totaal niet het geval is. Wij zullen op het einde van deze legislatuur nog altijd een structureel tekort van meer dan 19 miljard euro hebben. Dan heb ik het nog niet over alle eenmalige uitgaven die daar nog eens bij komen.
Dat is de factuur die u nalaat voor de toekomstige generaties. Dat is de factuur die u nalaat voor de volgende regering, die dit zal moeten oplossen.
Mijnheer De Vriendt, in uw speech zegt u dat u tevreden bent met een inspanning van 3,6 miljard euro, dat we geven aan de mensen en denken aan de toekomst, maar de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat dit eigenlijk niet klopt.
01.23 Peter De Roover (N-VA): Collega Loones merkt terecht op dat collega De Vriendt het onderscheid tussen structurele maatregelen en eenmalige maatregelen door elkaar hutselt.
Tegen mevrouw Ingels zegt de heer De Vriendt: u moet die vraag aan de minister stellen, maar dat kan niet.
(De telefoon van de heer Dedecker
rinkelt)
Het is helemaal gerechtvaardigd, mijnheer De Vriendt, dat u niet voor elk onderdeel gedetailleerd kunt antwoorden. Dat geldt voor ieder van ons. Maar de afspraak in de Conferentie van voorzitters was dat de regering de vraag dan zou meenemen en dat de eerste minister of de minister ofwel meteen, ofwel bij de replieken op het einde, er een antwoord op zou verschaffen. Rechtstreeks de vraag stellen aan de minister kan niet. Het moet dus via die weg gaan. Dat is ook zo afgesproken in de Conferentie van voorzitters.
01.24 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Dat is inderdaad een manco van onze methodologie. Op zich hebt u een punt. Maar ik wil terugkomen op wat de heer Loones zei. Hij vroeg wat wij zullen doen en hij maakte een onderscheid tussen structureel en variabel.
Ik meen dat wat structurele inspanningen betreft, de eerste minister daarnet al geantwoord heeft: het gaat over 1,2 % op 2 jaar.
01.25 Sander Loones (N-VA): (…)
01.26 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Dat is de consequentie van deze begrotingsaanpak. Hier wordt een begroting gepresenteerd voor de komende twee jaar. Het is niet alleen een begroting voor 2023, maar ook voor 2024.
Uw mantra blijft telkens dezelfde. Het begint er een beetje op te gelijken dat u een zekere budgettaire orthodoxie verdedigt waarvan ik eerlijk gezegd meen dat zij sinds de jaren '80 uitgestorven was en dat zij niet meer op veel politiek draagvlak kon rekenen.
Dat is uw constante lijn geweest. Wij zijn gestart om 10.00 uur, en het enige wat u kunt aanbrengen, in deze tijd van crisis, is meer besparen, meer besparen, meer besparen. Ik meen dat u op dat punt eerlijk gezegd vrij geïsoleerd staat in dit halfrond, mijnheer Loones, wanneer u daar zo de nadruk op legt.
Er gebeurt een budgettaire inspanning, naast een aantal uitgaven, naast ondersteuningsmaatregelen voor onze gezinnen en onze bedrijven. De eerste minister heeft dat daarnet ook gezegd.
01.27 Sander Loones (N-VA): Ik vrees inderdaad dat wij alleen staan en dat wij de enigen zijn die denken aan de toekomst en aan het feit dat andere mensen uw facturen zullen mogen betalen. Wij zijn geen partij die pleit voor besparen, besparen, besparen. Wij zijn een partij die spreekt over hervormen, hervormen, hervormen. Dat is het debat over dat structureel beleid.
Mijnheer de eerste minister, uw vergelijking is factueel hol. Ik zou die niet durven te maken. U vergelijkt het structureel tekort vanaf het moment dat u gestart bent met het moment dat u de regering zult verlaten. Het is verstandiger om dat jaar per jaar te bekijken, omdat uw maatregelen op een bepaalde manier doorwerken, het Monitoringcomité werkt op een bepaalde manier door.
Ik zal uw redenering nemen. U bent nu voor de begroting 2023 het weekend ingegaan met een structureel tekort van 3 %. U bent beginnen vergaderen met een structureel tekort van 3 %. U zult eindigen met uw regering einde 2024 met een tekort van 3,2 %.
Mijnheer de eerste minister, als ik uw redenering volg, hebt u het weekend gebruikt om achteruit te gaan. U hebt geen stappen vooruit gezet maar stappen achteruit. Dat is uw redenering. U zegt dat wij het begin moeten nemen. Ik neem het begin, een tekort van 3 %, en u eindigt met 3,2 %. Dat is gewoon niet correct.
De voorzitster: Mijnheer Loones, u moet uw vraag richten aan de heer De Vriendt.
01.28 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw de voorzitster, ik had het over de energiemaatregelen. Ik hoop dat wij allemaal samen hier beseffen dat de mensen moe zijn, onzeker en ongerust. Als men energiefacturen krijgt van 1.000 euro per maand, dan is dat effectief iets om van wakker te liggen als men een gewoon, gemiddeld loon heeft.
Wij beschermen de mensen. Wij zorgen voor wie dat nodig heeft, in de mate van het mogelijke, in een markt die totaal de pedalen kwijt is. Dat moet ons doen reflecteren over de rol van de markt op het vlak van energie. Energie overlaten aan de markt is risky business. Dat zien wij vandaag.
De 200 euro korting voor november en december wordt verlengd met drie maanden. We spreken hier over een winterpremie van 1.000 euro. Eerder werd ook al het sociaal energietarief verlengd. Mensen denken soms dat dat iets abstracts is. Ik kan u verzekeren dat dat niet het geval is. Voor de meest kwetsbaren onder ons betekent dit voor een gemiddeld verbruik van elektriciteit en gas een factuur van ongeveer 150 tot 160 euro per maand. Stel u voor dat al die mensen in zware financiële problemen de commerciële tarieven zouden moeten betalen, dat zou getuigen van een totaal gebrek aan fatsoen. Ik ben zeer trots dat minister Van der Straeten heeft gezorgd voor een uitbreiding en verlenging van het sociaal energietarief. Dat maakt absoluut een verschil.
Het totaal van alle energiemaatregelen bedraagt nu al meer dan 10 miljard. Qua sociale bescherming kan dat echt wel tellen. Het zijn zaken die nodig zijn. Het is een voorbeeld dat ook moet worden gevolgd, laat me dat daaraan toevoegen, liefst door alle regeringen in dit land.
01.29 Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer De Vriendt, hebben jullie al beseft dat jullie in feite aan de basis liggen van deze prijzen? Dan heb ik het nog niet over het bannen van kernenergie. Wij betalen de duurste prijs van de duurste centrale voor de elektriciteit die wordt opgewekt in Europa. Dat is de gasprijs. Dat is een politieke beslissing waar jullie mee aan de basis van liggen. Stop dan inderdaad met praten over de liberalisering van de markt en dergelijke. Ik heb de liberalisering van de markt meegemaakt, toen de groenen zich zo dogmatisch in de regering gedroegen. Het was dezelfde reden waarom jullie vandaag in de regering zitten: om een mening te geven. In 1999 zijn jullie erbij gekomen. De heer Verhofstadt heeft toen gezegd u te zullen beloven alle kerncentrales te sluiten. De basis van alle problemen werd daarmee gelegd. Voor 2000 voerden wij 15 % van onze elektriciteitsproductie uit.
Door uw dogmatisme en twintig jaar wanbeleid daarrond, kampen we vandaag met die problematiek. Geef niet altijd de schuld aan de oorlog of dergelijke, de oorzaak is het wanbeleid inzake energie. Jullie als groene partij genereren armoede in plaats van een oplossing te bieden voor het probleem.
01.30 Peter Mertens (PVDA-PTB): Mijnheer De Vriendt, ik ben heel blij dat zowel de marktfundamentalisten, die we zopas hebben gehoord, als u het failliet toegeven van 25 jaar vermarkting van de energie. Het doet ons nadenken over de vraag van wie die energie is. Hoe gaan we door in de 21ste eeuw? Nemen we deze zaak niet beter in publieke handen? Dat is een goede zaak, maar dat is niet voldoende voor de gezinnen.
U hebt een aantal goede maatregelen met betrekking tot het sociaal tarief opgesomd. Tegelijkertijd vallen veel mensen net buiten het toepassingsgebied van het sociaal tarief. Veel werkende gezinnen, die er nog een tweede of derde job bijnemen, vallen daar niet onder. De vivaldiregering biedt hun nu vijf cheques van 196 euro aan, terwijl de facturen met 600 euro per maand gestegen zijn, de gasprijs zes keer hoger is en de elektriciteitsprijs tweeënhalf keer hoger is. Voor alle mensen die het financieel moeilijk hebben, voor alle gezinnen wier begroting niet in orde is, zijn die vijf cheques veel te weinig. We kunnen immers nog veel debatten voeren over begrotingen die niet in orde zijn en over de Vlaamse versus de federale regering, maar de begroting van de gezinnen is vandaag niet in orde.
Ik had verwacht dat het kernpunt van uw betoog, in afwezigheid van minister Van der Straeten, zou zijn dat u op een of andere manier een overwinsttaks hebt binnengehaald. Goed, u hebt nog anderhalve minuut om dat te brengen.
Ik begrijp echter waarom u de overwinsttaks helemaal naar achteren duwt. Vorige week kwam minister Van der Straeten immers in het Parlement zeggen dat ze 4,7 miljard terug zou brengen. Ik heb toen nog gevraagd of het wel van die grootteorde zou zijn, want dat leek wel heel erg op ons voorstel. Wat blijkt? Het is helemaal geen 4,7 miljard. U zult ENGIE, boven op de nucleaire rente, amper 1 miljard euro laten betalen op 7,5 miljard euro extra winsten. Er is namelijk 9 miljard euro extra winst. Door de afroming van de nucleaire rente blijft er 7,5 miljard euro over. U zult dus amper 1 miljard euro terughalen, terwijl de minister vorige week nog over 4,7 miljard euro sprak.
U haalt daar effectief veel te weinig. U haalt ook veel te weinig bij de gasproducenten. Mijn vraag aan de regering is dus waarom de overwinsttaks, die met veel poeha aangekondigd werd, nauwelijks 1 miljard euro op 7,5 miljard euro overwinsten opbrengt.
01.31 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): U zou de minister moeten feliciteren met de overwinstbelasting, mijnheer Mertens. Dat is immers uniek in Europa. We gaan verder dan de Europese maatregel! U neemt echter nooit beleidsverantwoordelijkheid, dus dan is het gemakkelijk om te zeggen dat het nooit genoeg is. Ik kom er nog op terug.
Mijnheer Dedecker, het is u misschien ontgaan, maar de energieprijzen zijn in ons land door het dak gegaan op het moment waarop alle zeven kerncentrales werkten. Zeggen dat kernenergie de oplossing is voor de dure energiefacturen, klopt dus niet. Kijk maar naar de afgelopen maanden, het tegendeel is helaas bewezen.
Hernieuwbare energie is deel van de mix, gelukkig maar. We hebben daarvoor al enorme inspanningen gedaan met de federale regering, opnieuw onder impuls van Tinne Van der Straeten.
De offshoreproductie in de Noordzee, dichtbij waar u en ik wonen, wordt zelfs verviervoudigd, want het is de ambitie om van 2,4 gigawatt naar 6 à 8 gigawatt te gaan. Dat is een enorme inspanning. Vorige week is ook de oprichting van het energie-eiland aangekondigd, dus wij zetten volop in op goedkope, hernieuwbare energie.
Mijnheer Mertens, ik kom tot uw vraag. In uw oplijsting van steunmaatregelen hebt u een heel belangrijk element niet opgesomd, namelijk de btw-verlaging op gas en elektriciteit. U stelde dat de meerderheid niet genoeg doet. U vernoemt het sociaal energietarief, maar dat maakt voor twee miljoen mensen toch al een wezenlijk verschil. Nog maar net hebben wij ook de maatregel van 1.000 euro winterpremie verlengd. Daarmee hebben we niet lang gewacht, dat hebben we in september onmiddellijk beslist. Nog een element is de btw-verlaging, die permanent is gemaakt. De verlenging van het sociaal tarief en de verlenging van het btw-tarief betekenen een totale kostprijs voor de overheid van 1,5 miljard euro. Dat is een serieuze inspanning.
Mijnheer Mertens, aan u vraag ik altijd of u beter doet. Als u voor de keuze geplaatst wordt om beleidsverantwoordelijkheid op te nemen, niet op federaal niveau maar in Wallonië, dan ontloopt u altijd uw verantwoordelijkheid, want misschien moet u compromissen sluiten. Ik heb geen enkele gêne om hier het steunpakket inzake energie met volle kracht te verdedigen. Zoals ik net zei, wij tasten met recht en reden diep in de buidel.
U hebt ook een vraag gesteld in verband met de overwinsten.
De voorzitster: De heer Dedecker vraagt het woord.
01.32 Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer De Vriendt, u moet uw les leren. De prijzen van energie zijn door het dak gegaan toen men is begonnen met duurzame energie. Ik zal een voorbeeld geven.
Er werd al voor 45 miljard euro aan groenestroomcertificaten toegekend. U had het over de offshorewindparken. Daar gaat het om een bedrag van 14 tot 16 miljard. Daarna zijn de prijzen nog verder door het dak gegaan, door de dwaasheid van Duitsland om kerncentrales te sluiten, een beslissing die u bent gevolgd.
Nu hebt u het over de woekerwinsten van kernenergie. U hebt gelijk, maar waarom maken de kernenergiecentrales vandaag woekerwinsten? Omdat het de goedkoopste energie is, die door afgeschreven centrales wordt geproduceerd. Mocht u een beetje verstand hebben, dan zou u de levensduur van de kerncentrales verlengen. Heel het circus is ontstaan om de CO2-uitstoot terug te dringen, maar dankzij uw beleid, beste groene dogmatici, is de CO2-uitstoot gestegen. U plaatst immers gascentrales.
Mijnheer De Vriendt, als groene goeroe zou u heel goed moeten weten dat gascentrales 42 keer meer CO2 uitstoten dan kerncentrales en dat dat oploopt tot 89 keer meer indien de levensduur van de kerncentrales wordt verlengd. Dat zijn niet mijn cijfers, maar wel die van het IPCC en van de Verenigde Naties. Dat is de realiteit.
Wij betalen om de CO2-uitstoot terug te dringen, maar dankzij uw beleid is er nog meer uitstoot. Het is zelfs erger. Duitsland, dat zijn kernenergie terugdringt, heropent bruinkool- en steenkoolcentrales. Voor dat nefaste beleid en voor het Europees beleid betalen wij hier 10 keer de prijs van schaliegas in de Verenigde Staten en de Amerikanen wrijven in hun handen om onze dommigheid. Mijnheer De Vriendt, u moet toch eens uw les leren.
01.33 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer Dedecker, het is de eerste keer dat iemand mij een groene goeroe noemt.
Mijnheer Dedecker, u weet heel goed dat hernieuwbare energie alleen maar goedkoper wordt. Dat is ook de reden waarom wij daarop inzetten.
In het begin was er de subsidiëring. Nieuwe technologieën worden in een opstartfase altijd gesubsidieerd. Op het moment worden geen subsidies meer gegeven voor de verdere uitbouw van hernieuwbare energie, puur omdat die installaties op zich rendabel zijn.
Mijnheer Dedecker, u stelt dat kerncentrales goedkoop zijn. Ik wil wel, maar er is natuurlijk ook een reden waarom Doel 3 moest sluiten. De centrale was op. Al in 2012 is die centrale een scheurtjescentrale genoemd en niet door ons. U weet het misschien niet meer, maar die centrale werd door vele anderen en ook door het FANC zo genoemd.
Mijnheer Dedecker, ik lieg niet. Kerncentrales geraken op. De centrales in ons land zijn oud. Doel 3 moest sluiten, onder andere omdat vorige regeringen bepaalde beslissingen nooit hebben willen nemen. De kernuitstap is ook telkens bevestigd.
Mijnheer Mertens, u stelde een vraag over de overwinsten. Wij hebben daarnet met een aantal leden van de meerderheid een schets gegeven van de vele energiemaatregelen die wij financieren via het federale budget. Collega, ik antwoord op de vraag. Zo gaat dat. U stelt een vraag en wij proberen te antwoorden.
Natuurlijk moet dat ook worden gefinancierd. Iedereen heeft een begrotingstabel gekregen. Ik wil beklemtonen dat de manier waarop de energiemaatregelen effectief worden gefinancierd, een krachttoer is.
We heffen dus een forse belasting op de woekerwinsten van de energiebedrijven. Die overwinstbelasting geldt niet alleen voor de nucleaire sector, maar ook voor de petroleumsector en de gasbedrijven. Er worden vandaag onredelijke winsten gemaakt. Deze vivaldiregering is overeengekomen om dat te gaan belasten. We zullen die onredelijke winsten – waar trouwens niemand op heeft gerekend, ook de producenten zelf niet – afknippen en wij zullen dat doen voor de volle honderd procent, voor een bedrag van 3,1 miljard euro.
Vorig jaar kwamen wij daar als eerste mee op de proppen. De minister heeft die piste toen al laten onderzoeken bij de CREG, maar dat werd weggewuifd als onmogelijk. Tot diep in deze begrotingsonderhandelingen werd twijfel gezaaid, de vraag werd gesteld of het juridisch wel allemaal mogelijk was, maar die overwinstbelasting is er nu. Ze ligt op tafel. We zullen dat uitvoeren. We zijn voortrekker in Europa. Hier past alleen maar fierheid op de prestatie van de minister en van de hele regering.
01.34 Kurt Ravyts (VB): Mijnheer De Vriendt, ik wil u dezelfde vraag stellen die ik u vanmorgen al heb gesteld, die ook aanleunt bij wat de heer Dedecker daarnet zei. Het woord openheid was een rode draad doorheen de uiteenzetting van de premier.
Ik verwijs naar de heel recente studie van EnergyVille, niet direct een instituut van het Vlaams Belang, waarin staat dat de weg naar koolstofneutraliteit in 2050 meer hernieuwbare energie en nieuwe nucleaire energie is.
Ik herhaal mijn vraag. De deur die op een kier staat, gaat dat over het aantrekken van nieuwe nucleaire capaciteit in het kader van het CRM, zoals in een van de vele notificaties staat?
Betreft dat de openheid die Groen eventueel, naast het verlengen van de twee jongste kerncentrales, aan de dag wil leggen? Gaat het daarover?
01.35 Peter Mertens (PVDA-PTB): Mijnheer De Vriendt, u rekent zich rijk. U mag dat allemaal doen. Ik hoop dat de mensen thuis u kunnen volgen in uw berekeningen van wat Vivaldi hun allemaal zal geven aan energiepremies. Ik hoop dat iedereen kan volgen, maar ik hoor iets anders.
Ik hoor dat u vijf keer een wintercheque zult geven van 195 euro. Dat is goed, maar niet genoeg. Ik hoor dat u een sociaal tarief hebt. Dat is goed, maar niet genoeg. Ik hoor vooral dat heel veel gezinnen uit de boot blijven vallen, dat de facturen niet maal twee of maal drie gaan, maar maal vier, maal vijf of maal zes, en dat de begroting van de gezinnen niet in evenwicht is.
De vraag is waar u de maatregelen zult halen om dat te financieren. U komt dan met de overwinsttaks af en zegt dat u de overwinst zult afromen om een aantal maatregelen te nemen. Vorige week zei uw partij hier, in het Parlement, dat u 4,7 miljard zou aftoppen. Uit de cijfers die nu voorliggen, blijkt dat voor ENGIE Electrabel boven op de nucleaire rente enkel 1 miljard wordt afgetopt. De elektriciteit zal in totaal 2,2 miljard opbrengen, namelijk 1 miljard extra belasting en 1,2 miljard nucleaire rente. Voor de oliesector wordt tweemaal 300 miljoen geheven en voor Fluxys wordt er ook nog eens 300 miljoen geheven. Dat is in totaal uw 3,1 miljard.
Dat betekent dat u ten aanzien van uw wil en uw zin van vorige week om een serieus deel bij ENGIE Electrabel te halen, serieus achteruit bent gegaan. U hebt het net zelf gezegd: tot diep in de onderhandelingen waren er in uw eigen regering stemmen die niet akkoord gingen, die zijn blijven zeggen dat het juridisch niet haalbaar was. Ik vind dat wel een straf spelletje. Tien maanden al discussiëren we over de overwinsttaks.
Tien maanden al worden er adviezen gegeven door de Raad van State, door de CREG, enzovoort. Tien maanden al zegt een aantal partijen dat wij het juridisch bindend moeten maken. Natuurlijk, alles moet juridisch bindend zijn. En als de regering dan de helft doet van wat zij aankondigt, zegt u: "Wij waren het eigenlijk niet eens binnen de regering." Waarom hebt u niet uw oorspronkelijk tarief opgelegd? Waarom bent u teruggekrabbeld? Daar antwoordt u niet op.
01.36 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer De Vriendt, u hebt de permanente btw-verlaging aangehaald. Wij hebben hier vorige week in de plenaire vergadering een zeer interessante discussie gevoerd met de minister van Financiën. Minister Vandenbroucke had in De Ochtend tot tweemaal toe de permanente btw-verlaging aangekondigd, maar hij had duidelijk voor zijn beurt gesproken.
De minister heeft ondertussen twee belangrijke zaken gezegd. Hij heeft gezegd dat er geen akkoord was tot er over alles een akkoord was. En hij heeft ook gezegd dat zodra de energieprijzen dalen, het de bedoeling is de accijnzen te verhogen.
Ik kom tot mijn vraag aan u. U had het over de permanente btw-verlaging. Kunt u hier bevestigen dat er een akkoord is over de accijnshervorming? Met andere woorden, is er een akkoord dat van zodra de energieprijzen dalen de accijnzen verhogen?
Minister Van der Straeten heeft 4,7 miljard genoemd als het bedrag van de inkomsten uit de overwinsttaks. Daar zat ook een solidariteitsbijdrage bij van de oliesector voor het jaar 2023. Zij noemde het bedrag van 600 miljoen euro, een bijdrage van 1,5 cent per liter.
Nu zie ik in de begrotingstabel die wij gekregen hebben geen 600 miljoen maar 300 miljoen euro staan. Kunt u voor de goede orde bevestigen dat het de bedoeling is dat de regering een extra heffing doet van 0,75 cent per liter? Ik pas de regel van drie toe: de helft van 1,5 cent die de minister noemde.
01.37 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw de voorzitster, ik komt tot de vraag van collega Ravyts. Ik heb vanmorgen gezegd wat eigenlijk de beslissing is van de regering. Daar houden wij ons aan. Uiteraard lezen wij de kranten en lezen wij ook studies. Het is op basis daarvan dat de regering beslissingen neemt en tot akkoorden komt.
De beslissing is dat wij over een levensduurverlenging van de twee jongste kerncentrales onderhandelen met ENGIE. Verder gaan wij voor een goede mix, toekomstgericht, met hopelijk zoveel mogelijk hernieuwbare energie.
Tegelijk monitoren wij constant de bevoorradingszekerheid. Dat is een bijzonder grote zorg voor ons en voor de minister van Energie. Mochten er problemen komen voor een bepaalde winterperiode, zullen wij uiteraard maatregelen nemen. Op zich verandert er echter aan de beslissing van de regering op dat punt niets. Voor deze winter is dat ook niet nodig geweest. Die vragen worden in de commissie voor Energie met de regelmaat van de klok beantwoord en de vragen zijn allemaal pertinent, want met bevoorradingszekerheid lacht men zeker niet.
Mijnheer Mertens, met betrekking tot die overwinstbelasting, in feite hebt u een beetje uw vraag van daarnet herhaald, waarop ik reeds heb geantwoord. Een overwinstbelasting is voor mij een overwinning van de rechtvaardigheid. TotalEnergies spreekt over winstcijfers van meer dan 13 miljard euro. ENGIE gaat ook naar winstcijfers van 9 miljard euro. Dat is niet meer te rechtvaardigen. Dat is geld dat wij moeten teruggeven aan de mensen.
U zegt dat wij eerst spraken over 4,7 en nu uitkomen op 3,1. Mijnheer Mertens, dat zijn berekeningen, dat zijn onderhandelingen tussen de partijen. Nogmaals, u zou verdorie moeten applaudisseren. Als deze regering die 3,1 miljard kan binnenhalen, is dat een prestatie om trots op te zijn. Er zijn mensen die de voorbije jaren niets anders hebben gedaan dan kritiek spuien op Tinne Van der Straeten. Als deze regering 3,1 miljard euro aan overwinstbelasting binnenhaalt, dan mogen die mensen heel stilletjes in de hoek kruipen hier in het Parlement. Heel stilletjes. Dat is mijn antwoord op uw vraag. Het is heel lang geleden dat ons land nog dergelijke debatten geïnitieerd heeft en dat wij voorloper waren. En het is niet meer dan een kwestie van rechtvaardigheid dat wij nu zullen doen wat wij zullen doen: 3,1 miljard.
Mijnheer Vermeersch, wat de btw-verlaging betreft is het inderdaad de bedoeling dat er een accijnshervorming bovenop komt, zodat we veel flexibeler kunnen spelen met het instrument van accijnzen en we bijvoorbeeld naar tariefdiversificatie zouden kunnen evolueren, onder meer afhankelijk van het verbruik.
Het is de bedoeling dat ook de oliesector een bijdrage levert. Dat zit in die 3,1 miljard euro. Voor de precieze berekeningen moet u bij de bevoegde minister zijn. Er komen nog begrotingsdebatten aan, maar het is absoluut de bedoeling dat de oliesector mee een bijdrage levert.
La présidente:
Monsieur De Vriendt, cela fait plus d'une heure que vous êtes
devant l'assemblée et vous avez utilisé 7 minutes de votre temps de
parole! Je vous propose d'essayer d'avancer. Je sais que chacun a envie
d'échanger mais je ne souhaite pas que le débat se transforme en questions-réponses.
Ceci est un débat général!
01.38 Wouter Vermeersch (VB): Hiermee is het punt bewezen: de heer De Vriendt stelt het voor alsof deze regering de mensen echt helpt. Maar wat doet ze? We hebben daarnet de discussie gehad over de index: wat wordt gegeven met de index, pakt de regering ook weer terug door de belastingschalen niet te indexeren.
Hetzelfde geldt met de permanente btw-verlaging: wat de regering aan btw-verlaging geeft, zal later van de burger teruggepakt worden door een accijnsverhoging. Dat is een vestzak-broekzakoperatie.
Ik zal niet zover gaan als de heer De Roover, die het over nog andere gaten en broeken heeft, maar dit is de regering van de vestzak-broekzakoperaties: wat met de ene hand wordt gegeven, wordt met een andere hand teruggepakt.
Ik zal nog een voorbeeld geven. Hetzelfde gebeurt met de prijs aan de pomp, als gevolg van uw schandalige cliquetsysteem.
De regering heeft een accijnskorting toegekend aan de pomp. Op 28 september hebben we echter gezien dat zodra de benzine onder 1,70 euro per liter zakte, het overgrote deel van de prijsdaling opnieuw in de bodemloze zakken van deze regering verdween. Dit is de regering van de vestzak-broekzakoperaties. Zowel met de index met de belastingschalen, de btw-verlaging met de accijnshervorming als aan de pomp met het cliquetsysteem, neemt u geld terug van de mensen. U helpt de mensen niet. U geeft met woorden de indruk dat u mensen helpt, maar als puntje bij paaltje komt, worden ze belogen en bestolen door de overheid.
01.39 Peter De Roover (N-VA): Collega Vermeersch, onderschat ook de diepte van die zakken niet.
U hebt gezegd dat wat afgesproken is over kernenergie niks nieuws is. Dat conclaaf heeft wat dat betreft niks opgeleverd, dat heeft gewoon bevestigd wat de vorige uitspraken waren. Woorden kunnen echter subtiel worden gebruikt, zodat er veel interpretatie mogelijk is. U hebt gezegd dat de toestand zou worden gemonitord en dat dit blijft gebeuren tegen de gekende criteria. Wil dat zeggen dat het niet onmogelijk is binnen die monitoring dat er meer dan twee kerncentrales openblijven of dat er kerncentrales langer dan 10 jaar openblijven?
01.40 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer Vermeersch, er zijn accijnsverlagingen geweest aan de pomp. De regering heeft daar een inspanning gedaan. Dat is helemaal geen vestzak-broekzakoperatie geweest. De inspanning is immers gebeurd en de mensen hebben het verschil gezien aan de pomp op het moment waarop ze daar gingen tanken.
Ook de accijnshervorming hebt u blijkbaar niet goed gevolgd.
Het is niet de bedoeling van deze regering om de btw te verlagen en de accijnzen te verhogen tot het niveau van vandaag, gelet op de huidige dure energieprijzen. Helemaal niet, de accijnshervorming wordt pas ingezet op het moment waarop de energieprijzen zijn gezakt tot een normaal niveau. Er kan dan meer gediversifieerd worden, zoals ik zei, bijvoorbeeld naargelang verbruik of de inzet van technologieën zoals een warmtepomp. Dat is niet de toestand van vandaag. Vandaag zitten we in een acute crisis en nemen wij steunmaatregelen om de factuur van de mensen te verlagen, via de permanente btw-verlaging, via de 1.000 euro winterpremie en via het sociaal tarief.
Mijnheer De Roover, ik denk dat ik met betrekking tot de bevoorradingszekerheid al duidelijk geantwoord heb. De bevoorradingszekerheid wordt constant gemonitord door deze regering. Op het moment waarop er actie nodig is, worden alle technologieën bekeken om te zien welk antwoord er kan worden gegeven. Er is absoluut een zekere openheid in deze regering. U vraagt mij of de regering beslist heeft te laten onderzoeken of ook de levensduur van andere kerncentrales dan de twee jongste verlengd kan worden. Het antwoord is neen. De regering heeft evenmin beslist te gaan onderhandelen om meer dan die twee jongste kerncentrales open te houden. Het gaat om een levensduurverlenging van de twee jongste kerncentrales plus een monitoring rond bevoorradingszekerheid om, ingeval er zich een acuut probleem voordoet, daarop op de best mogelijke manier te reageren.
01.41 Peter De Roover (N-VA): Mijnheer De Vriendt, u hebt ook geantwoord op vragen die ik niet gesteld heb, omdat die gemakkelijker waren, dus dat snap ik wel. Het is een handige techniek om een vraag te verzinnen waarop u wel een antwoord hebt, want zo wordt de initiële vraag misschien vergeten.
U hebt mijn eerste vraag proberen te verdrinken. U hebt echter wel degelijk een antwoord gegeven, namelijk dat als de omstandigheden hiertoe nopen er wat betreft de kerncentrales voor langer dan tien jaar en/of voor meer dan twee centrales kan worden verlengd.
Het probleem dat ik daarmee heb, is dat een kerncentrale geen broodmachine of koffiemolen is. Het is een kerncentrale. Ik gebruik nu uw woorden. Een kerncentrale is niet iets wat met een vingerknip even opnieuw op gang kan worden gebracht. Ik verwijs wat dat betreft naar een tweet van mevrouw Marghem. Als die eventualiteit er is, dus als de regering heeft vastgesteld dat er in 2024 en 2025 een potentiële mogelijkheid van een tekort aan capaciteit is, dan moet nu de beslissing worden genomen en niet in november 2024, wanneer het zou beginnen te vriezen. U hebt daarstraks immers zelf aangegeven dat er jaren nodig zijn om zoiets voor te bereiden. Wanneer wordt die beslissing dus genomen? Zult u soms alweer opwerpen dat zoiets niet meer gaat en vroeger had moeten worden beslist?
01.42 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, ik geef u een kleine wake-upcall. Er is nog meer technologie dan kernenergie alleen. Indien er evenwel bij de monitoring van de bevoorradingszekerheid een probleem opduikt, dan zal de regering ingrijpen. Dat is het antwoord. Er is geen enkele andere beslissing genomen dan de beslissing die wij ondertussen allemaal al kennen. Indien er een indicatie is van een probleem bij de bevoorradingszekerheid, dan zal de huidige regering optreden.
01.43 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer De Vriendt, u antwoordt iets helemaal anders dan de minister van Financiën. Dat wil ik nog even helder meegeven. De minister van Financiën heeft heel duidelijk verklaard dat zodra de energieprijzen dalen, de accijnzen zullen stijgen. U beweert hier dat de accijnzen pas zullen stijgen als wij naar normale prijzen evolueren. Dat hebt u hier letterlijk toegelicht. Normale prijzen zijn precoronaprijzen.
Iedereen die de energiemarkt vandaag volgt, weet echter dat de energieprijzen de komende maanden, zelfs de komende jaren, niet zullen evolueren naar de prijsniveaus van voor de coronapandemie. Kunt u tegenover het Parlement bevestigen dat de accijnzen op de energiefactuur pas zullen stijgen als de prijzen opnieuw zijn gedaald tot het niveau van voor de coronapandemie? Uw verklaringen verschillen immers duidelijk van de verklaringen van de minister.
01.44 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Ik zie geen enkele tegenspraak. Regeringsleden hebben altijd verklaard dat het mechanisme van de accijnshervorming pas wordt ingezet als de energieprijzen gedaald zullen zijn.
Ten slotte wil ik even ingaan op de hervormingskracht van deze regering. Mijnheer Mertens, ik wil opnieuw het bruggetje maken naar de overwinsten, om u een plezier te doen. De belasting op de overwinsten kan illustreren wat in dit land mogelijk is. Ze is een voorbeeld geweest van doorzettingskracht en hervorming. Laat ze dus een voorbeeld zijn voor andere hervormingen in ons land, want die zijn nodig. We kunnen onszelf overstijgen. Wat een jaar geleden nog onmogelijk werd geacht, kan vandaag realiteit worden, ook al is het soms trekken en sleuren.
Ik wil gerust verwijzen naar het debat over de afschaffing van de woonbonus voor de tweede woning. Was het niet dringend tijd dat die werd afgeschaft? Partijvoorzitters mogen tweeten dat ze er zich niet bij neerleggen, maar de beslissing is genomen. Een beslissing is een beslissing. De fiscale steun voor een tweede woning valt niet uit te leggen en wordt afgeschaft.
Die fundamentele onrechtvaardigheid gaat eruit. Het wetsvoorstel van collega Dieter Vanbesien, die daar achter de schermen hard aan heeft gewerkt, kan binnenkort realiteit worden, indien we ons allen achter dat standpunt verenigen.
01.45 Barbara Pas (VB): Collega De Vriendt, u sprak zeer enthousiast over 3,6 miljard euro aan maatregelen. Ik heb op sociale media gezien hoe fier u bent op de afschaffing van de federale woonbonus voor een tweede woonst.
Toen ik echter de begrotingstabel erbij nam, stond hierbij vermeld dat die maatregel, goed voor een besparing van 6 miljoen euro, pas van toepassing zou zijn op tweede woonsten die vanaf 1 januari 2024 worden aangekocht. Voor het goede begrip, voor de tweede woonsten die nu al onder de toepassing van de woonbonus voor de tweede woning vallen, blijft alles dus bij het oude? De maatregel geldt dus alleen voor nieuwe aankopen vanaf 2024. Begrijp ik het goed dat de maatregel aanslagjaar 2024/inkomsten 2023 betreft? Vervalt de federale woonbonus vanaf 1 januari 2023 of pas vanaf 1 januari 2024?
Dat stelt de tweets van MR om te blijven vechten voor het behoud van het fiscale voordeel voor de tweede woning, in een ander daglicht. Waarom zouden we dat enkele maanden voor de verkiezingen afschaffen, luidt het daar. Wat is de garantie dat die woonbonus inderdaad wordt afgeschaft? U kunt dat nu wel in onderhavig begrotingsplan beslissen, net zoals u vorig jaar besliste om de lonen van de politie op te trekken, terwijl u daar nu op terugkomt. Welke garantie hebt u dat de woonbonus volgend jaar effectief zal worden afgeschaft en dat MR dat niet zal verhinderen?
01.46 Peter Mertens (PVDA-PTB): Mijnheer De Vriendt, hartelijk dank dat u mij wilt plezieren. Dat is goed. Volgens u staat de heffing van de overwinsttaks symbool voor de daadkracht van de regering. Als men de regering zou moeten samenvatten in een woord, is dat woord volgens u overwinsttaks.
Het parcours is toch net iets prozaïscher, laten we dat nog even in herinnering brengen. Het symbool van daadkracht van de regering is blijkbaar dat er bij een probleem eerst drie maanden wordt ontkend, vervolgens drie maanden wordt gezegd dat er gewacht wordt op Europa en daarna gezegd wordt dat we pioniers zijn in Europa.
De waarheid is dat eigenlijk alle Europese landen al een soort overwinsttaks hebben ingevoerd en enkel ons land nog niet. In Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk heeft men de prijzen geblokkeerd, maar bij ons nog niet. Bijna overal in Europa werden er dus maatregelen genomen en wij hebben hier tien maanden gezegd dat we wachten op Europa. Nu noemen we dat een pioniersrol of een voortrekkersrol, maar in realiteit liepen we gewoon 300 à 400 meter achter de kar in het slijk! Ik snap dus niet goed waarom u dat dossier als het symbool van de regering neemt, want tot slot komt er maar de helft uit van wat er beloofd werd.
Wij zullen de overwinsttaks wel steunen, mijnheer De Vriendt, want wij hebben de kwestie zelf op de agenda gezet. Onze studiedienst had die namelijk vastgesteld en de CREG heeft ze bevestigd tijdens uw ontkenningsfase.
Mijn enige opmerking aan u – maar u weigert daarop te antwoorden – was dat we meer maatregelen nodig hebben voor de gezinnen. Veel mensen komen nog steeds niet rond. Waarom bent u uiteindelijk toch achteruitgegaan voor ENGIE Electrabel? Ik heb dat niet gehoord. Er zullen goede redenen voor zijn, maar ik heb niet gehoord waarom het bedrag gezakt is van 3,7 miljard naar nauwelijks 1 miljard euro op de 7,5 miljard euro overwinst van ENGIE Electrabel.
Proficiat met de overwinsttaks, ik ben er blij mee. Laat het echter geen symbool zijn voor de trage werking van de regering tijdens de crisis, tien maanden lang.
01.47 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw Pas, de schrapping van het fiscaal voordeel voor de tweede woning gaat in in 2024. Er zijn geen inkomsten voor ingeschreven in 2023. De manier waarop afspraken uitgevoerd worden, is via de programmawet. De programmawet zal hier in het Parlement aan de orde komen. Daarin zullen bepalingen staan voor 2023. Voor 2024 zullen ze deel uitmaken van de programmawet die in de komende weken ter stemming zal worden gelegd.
01.48 Peter De Roover (N-VA): Collega Clarinval zit recht voor mij, dus ik neem aan dat u ook namens hem spreekt wat dat onderdeel betreft.
Ik vermoed dat u naar het einde van uw uiteenzetting evolueert, collega De Vriendt, aangezien het gebruikelijk is in uw fractie om de spreektijd confederaal op te splitsen?
U beweert een hervormingsvriend te zijn. Die zijn nodig, zei u. Daar ben ik het mee eens. Ik ben ook een hervormingsvriend, althans van goede hervormingen. Gisteren is de eerste minister op het vlak van hervormingen toch niet echt spectaculair uit de hoek gekomen. Daarover bent u het toch met mij eens? Ik zou ook kunnen vragen hoe het zit met de staatshervorming, maar daarvoor ben ik bij u niet aan het juiste adres, denk ik. Dat zullen we straks aan de heer Verherstraeten vragen. Dan kan hij zich al beginnen voor te bereiden.
Ik heb wel nog twee andere vragen. Ten eerste, over de pensioenen wordt niets gezegd. Vorig jaar hebben we op dat vlak iets gedaan, zei de eerste minister in de State of the Union, maar dat is het. Vindt u het terecht dat er voor de pensioenen in de rest van de legislatuur niets meer gebeurt? Zo ja, wat moet er volgens u nog gebeuren? Dat is dan tegen de State of the Union in, want daarin staat daarover niets.
Ten tweede, hoe realiseert men een tewerkstellingsgraad van 80 %? Dat resulteert fundamenteel in een betere begroting. Een verwezenlijking van die doelstelling is bovendien nog plezant voor de mensen ook, want ze hebben werk. Ze betekent een ondersteuning van de koopkracht, ze ondersteunt de begroting en ze maakt de mensen blijer. De uitvoering van die belofte in het regeerakkoord blijft hangen; de tewerkstellingsgraad in Wallonië is het voorbije jaar zelfs nog een beetje gedaald. Ik verheug mij daar absoluut niet over, collega's, integendeel.
Hoe dan ook, wij kregen gisteren de indruk dat de regering geen plannen meer heeft met die twee belangrijke hervormingen. Ik zou van u graag een aanvulling van de State of the Union krijgen.
01.49 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, u kent mij wel zeer veel eer en verantwoordelijkheid toe, om de regeerverklaring van de eerste minister aan te vullen.
Mijnheer Mertens, ik zal eerst antwoorden op uw vraag. U stelde voor de derde keer een vraag over de overwinsttaks. U hebt gelijk om daarover veel te spreken, want het is een belangrijke verwezenlijking van deze regering. Wij zijn inderdaad pioniers. In de uitvoering van die overwinstbelasting zal België effectief een pionier zijn, zo heb ik het toch begrepen. Wellicht zal België het eerste land zijn dat de Europese verordening in praktijk brengt.
Bovendien gaan wij ook verder dan wat Europa voorschrijft. Wij werken immers retroactief, de overwinstbelasting wordt geheven op woekerwinsten vanaf begin dit jaar. En wij gaan naar twee tarieven, Europa legt 80 euro op per megawattuur en wij zullen beter doen, wij gaan naar 130 euro per megawattuur. En natuurlijk zullen wij die overwinstbelasting heffen op woekerwinsten, overwinsten, gigantische winsten die gemaakt worden de komende maanden. In die zin is ons land en is deze regering, of u het nu graag hoort of niet, effectief pionier. Wellicht zullen wij het eerste land zijn om dit uit te voeren.
Mijnheer De Roover, u had het over hervormingen. Ik ga nog een derde thema zelf aanbrengen. Hervormen is een belangrijk punt voor mij en voor onze fractie. Absoluut. Ik zal straks nog een derde voorbeeld geven.
Met betrekking tot de pensioenen, er moet absoluut meer gebeuren dan hetgeen tot nog toe is gebeurd. Dat is een feit. Wij hebben een eerste pensioenhervorming gehad, die bestaat uit twee maatregelen, namelijk de invoering van de pensioenbonus, om langer werken aan te moedigen, en de invoering van de regel dat er een minimum is van 20 effectief gewerkte jaren om het minimumpensioen te krijgen. Ik hoop dat er in de komende tijd meer mogelijk zal zijn met deze regering dan dat.
Mijnheer De Roover, het is de voorbije jaren en de voorbije regeringen ook niet gelukt. Nu hoor ik u heel graag bezig over hervormingen, maar waar waren die hervormingen van de Zweedse regering, waar u in de cockpit zat? Herinnert u zich de speech van wijlen minister Daerden in de Senaat, toen hij het had over het groenboek en het witboek voor de pensioenen? Dat is al van heel lang geleden, maar de diagnose dat er een pensioenhervorming moet komen, is toen al gesteld. Alleen zijn alle daaropvolgende regeringen er niet in geslaagd om daar te deliveren en tot resultaten te komen.
Is dat het drama van deze vivaldiregering? Mijnheer De Roover, kijk in de spiegel. Het is politiek flauw om dat nu in onze bak te leggen. Alle vorige regeringen zijn er niet in geslaagd om dergelijke fundamentele hervormingen door te voeren, ook de uwe toen niet. Wij moeten absoluut ons best doen en dat thema moet op de agenda blijven. Ik geef u gelijk, maar ik heb dat ook gezegd aan de vorige regering, toen ik in de oppositie en u in de cockpit zat, toen er daarvan ook niets is terechtgekomen. Ik verwijt u dat niet, maar omdat u ons dat verwijt, wilde ik u dat wel als antwoord meegeven.
Wat betreft de arbeidsmarkt, de tewerkstellingsgraad optrekken is absoluut de doelstelling van deze regering. Dat is een gecombineerde opdracht, samen met de regio's, die de bevoegdheid van activering hebben. Er is daarover al een akkoord binnen deze federale regering geweest en er zijn daar al een aantal belangrijke stappen gezet, zoals de terug-naar-werkcoördinatoren om bepaalde doelgroepen opnieuw in het arbeidscircuit te brengen, de bedrijven responsabiliseren rond de instroom van langdurig zieken, maar ook werkbaar werk.
Er is een enorme uitval van langdurig zieken omdat mensen vastzitten in een onwerkbare job. Als wij jobs werkbaar maken, dan is dat positief voor de werkzaamheidsgraad in ons land. Dan spreken we onder andere over een individueel recht op opleiding, een recht op deconnectie en flexibelere mogelijkheden om bijvoorbeeld een vierdaagse werkweek te hebben. Die inzet op gezonde werkbare jaren, op gezonde loopbanen, is heel belangrijk.
Als we op dat vlak met deze regering verdere stappen vooruit kunnen zetten, zal dat de werkzaamheidsgraad in dit land volgens mij nog verder verbeteren.
01.50 Hans Verreyt (VB): Mijnheer De Vriendt, ik hoor u verklaren dat het recht op deconnectie en een vier- in plaats van vijfdaagse werkweek de werkzaamheidsgraad zullen optrekken. Bent u daar echt van overtuigd? Voor alle duidelijkheid, ik ben ervan overtuigd dat die maatregelen mensen die al werken ten goede komen. Voor wie momenteel een job heeft, lijken die maatregelen me nuttig en heilzaam, maar zullen ze nu echt het verschil maken om de werkzaamheidsgraad naar 80 % op te trekken en dus zo onze pensioenen en onze sociale zekerheid betaalbaar te houden?
Volgens mij is er ook een verschil tussen Vlaanderen en Wallonië. De werkzaamheidsgraad in Vlaanderen is een stuk hoger dan in Brussel of Wallonië. De werkomstandigheden lijken mij dezelfde, of dat hoop ik toch voor al wie in Wallonië werkt. Hoe verklaart u dan het verschil tussen Vlaanderen en Wallonië, als enkel het welbevinden op het werk het verschil zou maken om een werkzaamheidsgraad van 80 % te bereiken?
01.51 Peter De Roover (N-VA): Heel vreemd, collega De Vriendt, dat u in de vorige regeerperiode moord en brand schreeuwde over wat wij deden met betrekking tot de pensioenen, en dat u nu zegt dat wij niets gedaan hebben. Waarom was u er dan tegen?
Ik weet enkel uit de cijfers dat onze maatregelen de verwachte meerkosten gehalveerd hebben. Ik zou dus willen dat u daar iets soortgelijks naast zou zetten, dan zijn we er ongeveer. Ik denk echter dat wij bondgenoten zijn. U zegt immers letterlijk: "Er moet absoluut meer gebeuren." Maar dan is het wel zonde – en nu kijk ik richting de premier – dat het niet meer in het programma staat. Dan is het wel zonde dat de State of the Union dat niet vermeldt. Daaruit kan ik eigenlijk maar één besluit trekken: er is geen akkoord binnen de regering. Uiteraard had het er anders in gestaan. Uiteraard zou het anders prominent zijn opgenomen in de State of the Union. Uw meerderheid heeft geen begin van akkoord en uw hervormingsdrift zal op dat punt dan ook gefrustreerd raken.
Idem dito voor de 80 %. Mijn collega noemde één voorbeeld, maar voor het hele lijstje dat u opsomt, geldt dat er niemand is die gelooft dat dat volstaat om 80 % te bereiken.
Dan stel ik opnieuw vast dat de regering in het conclaaf niet in staat is geweest om samen beslissingen af te kloppen die nodig zijn om uit te voeren wat in het regeerakkoord staat. Over beide dingen zegt u dat er meer moet gebeuren. Dan had ik in uw tussenkomst toch een paar kritische vragen aan de eerste minister verwacht. Als u echt vindt dat er meer moet gebeuren, wacht u toch niet op een vraag van de heer De Roover om dat te zeggen? Dan zegt u dat toch spontaan? Dan zegt u toch tegen de eerste minister dat er een en ander mankeert in zijn State of the Union? U zegt dat echter niet, u verzwijgt dat, u wacht tot ik dat eruit wring. Dan bent u hier niet correct bezig. Als ik die vraag niet had gesteld, hadden we helemaal niet gehoord dat u zo'n grote voorstander bent van hervormingen. Dan had ik helemaal niet vernomen dat u nog plannen op tafel zult leggen over de pensioenen. Dan waren we helemaal in het ongewisse gebleven over wat u eigenlijk van plan bent. Waarom bent u niet kritischer voor de regering, die niet in de State of the Union opneemt wat u hier zelf bepleit?
01.52 Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer De Vriendt, ik zou de volgende vraag stellen aan uw socialistische vrienden en uw vrienden van Ecolo, maar vermits u er zelf over begint, stel ik de vraag nu maar.
In de State of the Union wordt enkel de maatregel aangehaald dat studenten 600 uur per jaar mogen werken en dan is er de flexibiliteit. Mensen die vast benoemd zijn, gaan onmiddellijk vier vijfde werken, want het is lucratiever om een flexi-job uit te voeren. Het brengt netto meer op. Ik heb de laatste cijfers over de tewerkstellingsgraad bekeken. Er is een tewerkstellingsgraad van 80 % nodig. Vlaanderen zit aan 75 %, Wallonië aan 64 % en Brussel 61 %. Wat is daaraan gebeurd de laatste tijd? Niks. Een beetje kurieren am Symptom.
Ik zal een paar voorbeelden geven. De heer Laaouej is er niet, maar in Brussel heeft 1 op de 5 volwassenen in een gezin nooit betaald werk verricht. 15 % van onze jonge Waalse broeders tussen 18 en 25 jaar zit niet op school, niet in een opleiding of heeft geen job, heren communisten. Niet minder dan 44,2 % van de 25- tot 64-jarigen met een nationaliteit van buiten de Europese Unie is hier niet aan het werk, noch op zoek naar werk. Dat is 15 % boven het EU-gemiddelde. Onze arbeidskosten, met 4,4 %, zijn dubbel zo snel gestegen als in Duitsland, met 2,1 %. 5 % van onze jobs geraakt niet ingevuld, in de EU is dit de helft minder, of 2,5 %. Zo kan ik nog een tijdje doorgaan.
U praat hier over het hele circus te kunnen betalen door het optrekken van de tewerkstellingsgraad tot 80 %. Geef eens antwoord hoe u dit zult doen? Nog een voorbeeld. Het aantal langdurig arbeidsongeschikten is verdubbeld op twaalf jaar tijd. Momenteel zijn er meer dan 500.000. Volgens het Rekenhof kost ons dat 9,3 miljard euro per jaar. Ik zie geen enkele maatregel om mensen aan het werk te krijgen, behalve flexi-jobbers en studenten.
01.53 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, het is geen geheim dat de groenen hervormingsgezinde politici zijn. Ik maak er geen geheim van – en denk dat mijn collega's dat ook nooit hebben gedaan – dat er in dit land hervormingen nodig zijn. Een pensioenhervorming bijvoorbeeld, en een fiscale hervorming, waar ik het later over heb. Ik vind uw tussenkomst echter te veel politique politicienne. U zegt dat Vivaldi niets doet, maar vergeet de nuance aan te brengen, zoals ik net heb gedaan, dat het met de voorbije regeringen ook niet is gelukt. Er zit een dubbelzinnigheid in uw tussenkomst. U zegt dat er met de vorige regering goede maatregelen werden genomen inzake de pensioenhervorming, maar tegelijk zegt u dat er nog ongelofelijk veel moet gebeuren. Dan zegt u eigenlijk dat u de kern van de zaak, de pensioenproblematiek, niet hebt opgelost toen u in de cockpit van de vorige regering zat.
Wat ik hier zeg, is dat ik hoop, en dat wij uiteraard zullen proberen, de pensioenhervorming toch nog op de agenda van deze regering te zetten. Ik kan daar enkel zo eerlijk over zijn. Dat is een moeilijke opdracht. Ik zal niet herhalen waarom dat een moeilijke opdracht is, dat hebt u zelf kunnen merken onder de vorige regering.
Mijnheer Verreyt, ik vind dat u geringschattend doet over het belang van werkbaar werk. Werkbaar werk gaat over de inzet van mensen die dat werk kunnen volhouden. Als er uitval is en het aantal langdurig zieken stijgt in ons land, is dat niet goed voor de werkzaamheidgraad. Wij hebben er alle belang bij, als wij 80 % werkzaamheidgraad willen halen, om de mensen een werkbare job te geven en de veerkracht mogelijk te maken opdat die mensen aan de slag gaan. De arbeidsdeal van deze regering heeft daarvoor een aantal belangrijke hefbomen in de steigers gezet.
Los daarvan, als het gaat om het opkrikken van de werkzaamheidgraad, gaat het bijvoorbeeld om kortgeschoolden die minder dan gemiddeld aan de slag zijn, dan gaat het om 55-plussers, dan gaat het om mensen met een migratieachtergrond. Voor die doelgroepen is absoluut een specifiek beleid nodig. U weet uiteraard dat het ook een regionale bevoegdheid is een dergelijk doelgroepenbeleid te ontwikkelen.
Het is juist dat er verschillen zijn in de inspanningen die gedaan worden in de regio's, tussen het Vlaamse en het Waalse Gewest bijvoorbeeld. Maar voor zover ik weet, is men daar ook inspanningen aan het leveren, mijnheer Dedecker. Daar zit ook wel potentieel, zodanig dat de cijfers ook daar kunnen verbeteren.
Ik wil het nog hebben over hervormingen, mevrouw de voorzitster.
01.54 Jean-Marie Dedecker (ONAFH): Mijnheer De Vriendt, de werkzaamheidgraad moet 80 % zijn om de onkosten van de federale regering te kunnen dragen. Daarover gaat het.
U maakt er zich van af door te zeggen dat dit het beleid van de regio's is. Ik heb daarnet de cijfers van Brussel gegeven. Ik heb de cijfers van Wallonië gegeven. U weet het heel goed, want u komt uit West-Vlaanderen.
Iedereen zoekt werknemers, terwijl dit land 1.667.000 mensen tussen 25 en 65 jaar telt die niet actief zijn. Er zijn 500.000 langdurig arbeidsongeschikten, die dus langer dan een jaar arbeidsongeschikt zijn. Welke maatregelen treft u om die mensen aan het werk te helpen? Welke initiatieven zult u nemen zodat ze aan de slag gaan? Geef niet het excuus dat het laaggeschoolden of dergelijke zijn. Men kan de mensen zodanig pamperen en afhankelijk maken van subsidies en vervangingsinkomens, dat er straks niemand meer is om te werken. Hoe zult u dat aanpakken?
01.55 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer Dedecker, u moet toch echt eens beter luisteren. U verklaart dat ik me ervan afmaak door te verwijzen naar de regio's, maar dat heb ik niet gedaan. Ik heb wel verwezen naar de federale beleidsplannen in het kader van de arbeidsmarktdeal, waarvan de uitwerking nog moet beginnen. Dat is evident, want het betreft een vrij recente beleidsbeslissing van deze regering.
Voor West-Vlaanderen is arbeidsmobiliteit belangrijk. Mensen uit Wallonië, Henegouwen, gaan daadwerkelijk aan de slag om de vacatures in West-Vlaanderen op te vullen. Dat kan uiteraard nog beter. U verwijt me zaken te verzwijgen, maar u mag ook niet verzwijgen dat het Waalse Gewest inspanningen levert en dat er arbeidsmobiliteit is. Er is uiteraard nog werk aan de winkel, maar ik heb niet gewoon naar de regio's verwezen. We delen trouwens dezelfde bekommernis. Ik zie op dat punt weinig problemen.
01.56 Ellen Samyn (VB): Mijnheer De Vriendt, u sprak zopas over werkbaar werk. U zult ongetwijfeld weten dat tot de groep langdurig zieken vaak mensen behoren die een zwaar beroep hebben uitgeoefend. We weten allemaal dat men een zwaar beroep niet tot de leeftijd van 67 jaar kan uitoefenen. Dan is men immers krom gewerkt.
Wat zult u daarvoor ondernemen? Wanneer zal er eindelijk een lijst van zware beroepen worden opgesteld? Zult u daar werk van maken?
01.57 Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Monsieur De Vriendt, je vous remercie. Je ne sais si c'est une question ou un débat. Néanmoins, je me demande si vous croyez vraiment que le plan mis sur la table, l'Arbeidsdeal, aidera à atteindre un taux d'emploi de 80 %. Étant dans la commission des Affaires sociales, j'avais plutôt l'impression qu'il y avait au sein de votre parti de grands freins à cet égard. En effet, certains membres de votre parti on déclaré ne pas être en faveur de cette fameuse semaine des quatre jours, mais bien d'une semaine de quatre jours accompagnée d'une vraie réduction collective du temps de travail – ce qui augmenterait le taux d'emploi et le travail faisable.
Vous avez l'air de défendre à fond cet accord et cela me parle.
En plus de la question de la flexibilité du travail, celle des flexi-jobs est sujette à discussion aujourd'hui. Cela m'intéresse aussi car j'avais le sentiment que votre parti ne défendait pas cette forme d'organisation du travail, que ce n'était pas la société que vous vouliez. Car qu'est-ce que représentent les flexi-jobs? Des personnes qui cumulent de petits boulots parce que leur premier boulot ne leur permet pas d'avoir un pouvoir d'achat suffisant.
Avec la semaine des quatre jours, le cinquième jour, si vous ne tapez pas du poing sur la table… même si je sais que ce n'est pas évident si la droite exerce une pression sur vous. Mais alors dites-le! Car quand réformerons-nous cette loi de 1996 pour augmenter les salaires? Effectivement pour atteindre un taux d'emploi de 80 %, vous n'aurez d'autre alternative que de remettre les travailleurs malades au travail.
Vous avez mentionné des gens âgés de plus de 55 ans, peu qualifiés et de souche immigrée. Je me reconnais à fond dans ce profil. Si je n'avais pas eu la chance d'être députée, je serais moi-même malade de longue durée. Je ne vois pas très bien comment l'on aurait fait pour me remettre au travail!
01.58 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw Moscufo, de bekommernis inzake zware beroepen delen wij absoluut. Wij hebben altijd vooropgesteld dat er daarvoor een oplossing moet komen, omdat dat zal helpen inzake het langer werken. Het gaat over loopbanen, werkbaar werk en mensen die een zwaar beroep uitoefenen. Ik denk daarbij aan de omkering van de logica van de pensioenleeftijd. Om de metafoor nog eens te gebruiken, gaat het over de leeftijd van de wagen of over de kilometerstand? Wij vinden dat het aantal gewerkte jaren meer moet kunnen doorwegen, wat meteen een oplossing inhoudt voor mensen die veel jonger aan de slag zijn gegaan. In een pensioenhervorming moeten die elementen absoluut naar voren komen.
Mevrouw Moscufo, ik heb de arbeidsdeal geschetst zoals hij is uitgewerkt door de federale regering. U hebt samen met mij kunnen vaststellen dat werkbaar werk, recht op deconnectie en een verankerd recht op individuele opleiding belangrijke maatregelen en mechanismen zijn voor de mensen om aan de slag te blijven, en ook om een passende job te vinden, wanneer wij spreken over het recht op opleiding.
Het is immers gemakkelijk om mensen zonder veel arbeidskwalificaties toch onvoorbereid de arbeidsmarkt op te sturen. Wij moeten mensen comfort en voorbereiding geven, zodat zij niet alleen de arbeidsmarkt kunnen betreden, maar er ook kunnen blijven. Op die manier is dat draaideurprincipe er niet, waarbij mensen te snel de arbeidsmarkt worden opgeduwd die dat niet aankunnen, waardoor zij vooraleer wij het goed en wel beseffen opnieuw op straat staan, opnieuw uitvallen en opnieuw langdurig ziek zijn. Dat is een dynamiek die wij moeten vermijden. De arbeidsdeal die is beslist, biedt een aantal mogelijke oplossingen in dat verband.
U had nog een vraag over de flexi-jobs. Dat is zoals u weet niet het eerste programmapunt van Ecolo-Groen. Een begroting is echter geven en nemen. Op sociaal vlak hebben wij tijdens de onderhandelingen bijzonder belangrijke verwezenlijkingen binnengehaald. De flexi-jobs worden nu mogelijk voor een aantal sectoren. Er is dus geen ongelimiteerde uitbreiding van de flexi-jobs in onze economie.
Ten slotte, de fiscale hervorming is effectief nog een pijnpunt in ons land. Is die fiscale hervorming mogelijk? Ja, ze is absoluut mogelijk. Ze is voor ons zelfs absoluut noodzakelijk. De lasten op arbeid moeten naar omlaag. De mensen hebben zuurstof nodig. De sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen.
De koterijen moeten eruit. Fiscale vereenvoudiging is voor onze fractie belangrijk. We hebben begrepen dat minister Van Peteghem huiswerk heeft meegekregen op het begrotingsconclaaf en wij zullen uiteraard over zijn schouder meekijken. Zoals bij elk huiswerk is daaraan een strakke timing verbonden, maar wij hebben in dit halfrond de minister altijd ondersteund in zijn ambitie.
Minister Van Peteghem heeft de afgelopen weken en maanden gepleit voor die fiscale hervorming. Wij hebben hem daarin altijd ondersteund en zullen dat ook blijven doen, maar ik wil de eerste minister vragen om wat meer uitleg te geven over die timing en de werkafspraken die werden gemaakt. Het is dus niet zo dat die fiscale hervorming aan de kant is geschoven. Er zijn daarover afspraken gemaakt in het begrotingsconclaaf.
Mijnheer de eerste minister, de groenen zitten niet in het kamp van de pessimisten. Dit is een regering die zorgt voor de mensen en bedrijven die het nu moeilijk hebben. Zij voert geen besparingen door met de botte bijl, maar het ambitieniveau moet hoog zijn. Degenen die het nu zouden opgeven, hebben geen plaats in de politiek. Mijnheer de premier, morgen krijgt u van ons het vertrouwen.
La présidente: Nous avons plusieurs demandes d'intervention de la part du PTB, de M. Francken et de M. Vermeersch.
01.59 Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer De Vriendt, u hebt niets gezegd over de woordbreuk ten aanzien van de 65.000 federale ambtenaren die de hun voorgespiegelde loonsverhoging niet krijgen. Er was in juni met minister De Sutter afgesproken dat de lonen van de ambtenaren, die al 20 jaar geen enkele opslag hebben gekregen, omhoog zouden gaan. Zij vond dat zelf ook heel belangrijk. Het gaat ook over heel wat mensen met lage lonen, zoals de cipiers, en dat op een moment dat de energiefacturen heel hoog zijn. Er wordt woordbreuk gepleegd ten aanzien van 65.000 federale ambtenaren, die de beloofde opslag niet zullen krijgen. Wat vindt u daarvan?
Vindt u het normaal dat een minister zich niet houdt aan een afspraak met de vakbonden? Wat zal er gebeuren met die 65.000 werknemers die voor de federale overheid werken? Zullen die mensen moeten wachten tot de volgende verkiezingen om opslag te krijgen?
Ik kan u verzekeren dat er een hete herfst aankomt, want ik heb van de vakbonden gehoord dat de werknemers niet te spreken zijn over het feit dat ze niets zullen krijgen, behalve een maaltijdcheque. We moeten eerlijk zijn, een maaltijdcheque is geen loonopslag.
01.60 Theo Francken (N-VA): Mijnheer De Vriendt, ik heb twee vragen. Ten eerste, in de vorige legislatuur was u nogal een criticaster van het beleid van de Zweedse regering en van mij op het vlak van het asielbeleid. Op een bepaald moment was een niet-begeleide minderjarige bij de DVZ gaan lopen. U herinnert zich dat waarschijnlijk. Er werd toen bijna een onderzoekscommissie opgericht. Er werd een werkgroep samengesteld. Ik werd dringend naar het Parlement geroepen om uit te leggen hoe het kon dat een niet-begeleide minderjarige die bij de DVZ werd verhoord, kon weglopen. Hij is dan teruggevonden en alles is terug in orde gekomen.
Vannacht hebben 21 niet-begeleide minderjarigen, kleine kinderen, meisjes en jongens zonder ouders, in de kou op straat moeten slapen. Vandaag werd opnieuw aan een aantal kinderen geen opvangplaats toegewezen. Dat is van een totaal andere orde. Uw voorzitter heeft in juli in De Zondag gezegd dat het beleid van Sammy Mahdi onaanvaardbaar was. Fedasil was toen al 2.500 keer door de Brusselse arbeidsrechtbank veroordeeld voor het niet geven van opvang. Ondertussen zijn er 4.500 veroordelingen. Elke dag wordt de Belgische Staat, uw regering, veroordeeld voor het schenden van het internationaal humanitair recht.
Wat doet deze regering? De staatssecretaris pakte vorige week uit met het plan om alle asieldiensten te fusioneren. Ik heb een opiniestuk van uw collega Eva Platteau gelezen, waarin zij stelde dat de staatssecretaris zich beter zou bezighouden met te zorgen voor voldoende opvangplaatsen in plaats van de al zo zwaar geteisterde diensten ook nog eens te belasten met een top-down opgedrongen fusie. Wat zal er gebeuren? U vermeldt daar immers niets over en dat vind ik vreemd. Elke asielzoeker moet opvang krijgen. Nu krijgen zelfs niet-begeleide minderjarigen geen opvang.
U hebt ook niets gezegd over de nieuwe politieke cultuur. Dat was het punt van toenmalig fractievoorzitter Calvo in de vergadering in het Europees Parlement. We horen niets meer over die nieuwe politieke cultuur. Die wordt niet meer vermeld door Ecolo-Groen. Hoe langer men deel uitmaakt van een Belgische regering, hoe meer men daarover zwijgt. Die traditionele partijen vermalen u natuurlijk in de traditionele en oude politieke cultuur. Dat viel te voorspellen. Mijnheer De Vriendt, wanneer krijgt Brussels Airport Company eindelijk een nieuwe voorzitter? Er is daar allang geen voorzitter door puur politieke spelletjes
Mevrouw de voorzitster, ik heb begrepen dat ik parlementsleden kan ondervragen, maar dat ik spijtig genoeg geen ministers op de rooster kan leggen. U mag nochtans antwoorden van mij, mijnheer de premier. Het gaat over uw gevechtje om de heer Wouter Gabriëls op dat postje te krijgen, terwijl de private aandeelhouders, die de meerderheid hebben, dat niet willen. Ondertussen heeft de luchthaven al meer dan anderhalf jaar geen voorzitter. Wanneer krijgt de luchthaven, de op een na grootste economische motor van ons land, een nieuwe voorzitter? Dit is pure oude politieke cultuur, waarbij uw partij – weliswaar onrechtstreeks – betrokken is, mijnheer De Vriendt.
Wanneer wordt dat probleem opgelost, mijnheer De Vriendt?
01.61 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer De Vriendt, ik heb heel uw uiteenzetting afgewacht, omdat ik verwachtte dat u toch even zou spreken over twee belangrijke groene accenten in het begrotingsakkoord, namelijk, ten eerste, de verhoging van de accijnzen op tabak en, ten tweede, de uitbreiding van de verpakkingsheffing.
Wij wisten al dat u in 2024 met uw regering 1 miljard wilt halen uit fraude-inkomsten, maar ondertussen wilt u ook 1 miljard halen uit tabaksinkomsten. Ik maak even een rekensom. In oktober 2020, bij de voorstelling van het regeerakkoord, werd vooropgesteld dat er in 2024 480 miljoen zou worden gehaald uit de verhoging van de accijnzen op tabak. Bij de regeerverklaring vorig jaar werd als onderdeel van de taxshiftcompensatie – u herinnert zich de minitaxshift van minister Van Peteghem – vooropgesteld dat in 2024 nog eens 160 miljoen euro extra wordt gehaald uit accijnzen op tabak. Bij de regeerverklaring die we vandaag bespreken, zien we dat er opnieuw 200 miljoen euro voor 2024 naar voren wordt geschoven, nogmaals een verhoging van de inkomsten uit accijnzen op tabak. 480 miljoen plus 160 miljoen plus 200 miljoen, dat is 840 miljoen euro, bijna 1 miljard euro extra aan inkomsten uit accijnzen op tabak.
U hebt een groene signatuur en u wilt dat mensen minder gaan roken. Hoe rijmt u dat met het feit dat u rekent op extra inkomsten uit tabak, van aanvankelijk 120 miljoen euro naar ondertussen bijna 1 miljard? Uw regering moet de mensen bijna smeken om vooral te blijven roken, zodat het gat in de begroting kan worden gevuld met die 840 miljoen euro aan accijnzen.
Daarnaast wilt u ook de verpakkingsheffing verder verhogen. Als West-Vlaming weet u dat Vlamingen tegenwoordig massaal de grens oversteken om te gaan shoppen, onder andere in Frankrijk. Dat gaat ook op voor de Limburgers, die massaal de grens oversteken om te gaan winkelen in Duitsland. Die winkelvlucht, dat winkeltoerisme, betekent natuurlijk enorme kosten voor de begroting, een aderlating. Bent u zich ervan bewust dat de verhoogde verpakkingsheffing helemaal geen opbrengst zal zijn voor de begroting, maar dat het de facto zal neerkomen op kosten voor de begroting, omdat mensen door uw verhoogde verpakkingsheffing massaal in het buitenland gaan shoppen?
01.62 Ortwin Depoortere (VB): Mijnheer De Vriendt, het valt mij op dat u met geen woord gerept hebt over de interne veiligheid van ons land. U had nochtans nog 10 minuten over van uw spreektijd; misschien zal de heer Vanden Burre daarover nog het een en ander vertellen.
Onze veiligheidsdienst en onze politie moeten in zeer moeilijke omstandigheden werken. Het afgelopen jaar werden we niet enkel opgeschrikt door vele aanslagen in het Antwerpse, maar we worden ook geconfronteerd met steeds meer gewelddaden tegenover onze politiediensten. We worden geconfronteerd met kleine criminaliteit in onze steden. Dan moet er toch wel een duidelijk antwoord komen van de regering.
Mevrouw Verlinden heeft zeer moeilijke onderhandelingen gevoerd met de politievakbonden over de loonnormen en de kwalitatieve verbetering van onze politie. Op 28 januari van dit jaar is afgesproken dat er een loonsverhoging zou komen van 5 % vanaf 1 januari 2023. We moeten vaststellen dat hier woordbreuk wordt gepleegd. Vanmorgen waren de vakbonden nog op bezoek op het kabinet van de minister. Daar hebben ze te horen gekregen dat de eerste schijf van de loonsverhoging er pas in het najaar van 2023 zou komen, en dan nog maar voor 45 %. Voor de tweede schijf moeten ze wachten tot 2024 en voor de derde schijf moeten ze wachten tot 2025. De loonsverhoging blijkt, met andere woorden, een lege doos te zijn, die wordt opgeschoven naar een volgende legislatuur. Misschien moet u zich, net als de regering, de vraag stellen of de regering nog een betrouwbare partner is voor onze veiligheidsdiensten.
De voorzitster: Mijnheer De Vriendt heeft over dat thema absoluut niet gesproken.
Een onderbreking moet betrekking hebben op
hetgeen de spreker zegt. Dat
was niet het geval.
Cela ne va pas du tout! Une interruption est liée par nature à ce que l'orateur est en train d'expliquer! Vous partez dans tous les sens!
J'ai eu beaucoup de patience jusqu'à présent. J'essaie de respecter les uns et les autres mais vous sortez une série de thématiques que M. De Vriendt n'a pas du tout abordées.
Vous pourrez poser vos questions au
gouvernement lorsque votre chef de groupe prendra la parole tout à l'heure. C'est le principe de cet échange.
01.63 Barbara Pas (VB): Mevrouw de voorzitster, als u problemen hebt met vragen die gesteld worden – soms is het immers veelzeggend dat men over bepaalde zaken zwijgt in een uiteenzetting –, had u maar een thematische ronde moeten toestaan. U wist dat alle vragen konden worden gesteld, want dat hebben we in de Conferentie van voorzitters afgesproken.
Ik heb een concrete vraag voor de spreker. Ik ben namelijk zeer blij dat collega Francken eindelijk het thema migratie aanhaalt, want ik heb dat in het lange betoog van zijn fractievoorzitter volledig gemist.
Collega De Vriendt, in het regeerakkoord staat iets heel vaags over woonstbetredingen bij illegaal verblijf. Ik heb gisteren de eerste minister horen zeggen dat het de ambitie is van de regering om inzake asiel en migratie de uitstroom te verhogen. Woonstbetredingen bij illegaal verblijf was een belangrijke aanbeveling van de commissie-Bossuyt.
Zowel de vorige als de huidige staatssecretaris is daar voorstander van, maar ik heb de indruk dat vooral uw fractie hier op de rem staat. Mijn concrete vraag aan u is dan ook of u zich ertoe zult engageren om eindelijk werk te maken van wat in het regeerakkoord staat en woonstbetredingen mogelijk te maken in een actieve opsporing van illegalen. De regering is immers toch een en ondeelbaar en de staatssecretaris van Asiel en Migratie is er voorstander van. We kregen de belofte al van de vorige staatssecretaris, we kregen ze van de staatssecretarissen Francken, Mahdi en de Moor, maar nu zou ik ze graag eindelijk in de praktijk zien. Dus, heel concreet: zult u dat steunen, wilt u er werk van maken?
01.64 Nathalie Dewulf (VB): Ik heb ook twee korte vraagjes.
Het aantal kranten en tijdschrift is de jongste jaren gedaald en toch is het opmerkelijk dat er nog steeds voor zulke hoge bedragen wordt gesubsidieerd. Terwijl uw groene minister pleit voor minder CO2-uitstoot, beslist de regering om de subsidies voor de kranten, die per wagen vervoerd worden, te handhaven. Begrijpt u dat zelf nog?
Ten tweede, we kregen gisteren tabellen met allerlei cijfertjes. Volgens die tabellen zou de postwet er pas in 2024 komen. Volgend jaar, in 2023, komt ze er dus nog niet. Wanneer worden de wantoestanden van de pakjesbedrijven dan aangepakt? Gebeurt dat nog het komende jaar of het jaar erna?
01.65 Michael Freilich (N-VA): Mevrouw de voorzitster, dit gaat over iets wat de heer De Vriendt niet gezegd heeft. Ik meen echter dat ik gebruik mag maken van het feit dat in de naam van zijn partij het woord 'groen' staat. Van een groene partij zou men verwachten dat men zeker niet investeert in vervuilende technologieën of het rondbrengen van kranten – vervuilend, gedrukt op papier, massa's papier, massa's inkt – en dat subsidieert, dat men andere postbedrijven op een oneerlijke manier concurrentie aandoet, dat men een concessie uitschrijft op maat van een overheidsbedrijf en dat men de plurifomiteit van de pers in het gedrang brengt door ervoor te zorgen dat de pers heel graag kiest voor een bepaalde regering die ervoor zorgt dat hun bedeling wordt gesubsidieerd. Al die zaken hebben we niet gehoord. Heel simpel, hoe kunt u uitleggen dat hier 750 of 850 miljoen euro aan gespendeerd wordt door een regering die de premier de groenste regering ooit noemde? Dit lijkt mij zeker niet het geval te zijn. Ik ben benieuwd naar uw antwoord.
01.66 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mevrouw de voorzitter, ik heb gezien dat minister De Sutter het woord wil om in te pikken op een aantal punten.
Ik begin met de vragen van de heer Francken. Over de opvang van kinderen ben ik het met u eens. Het is onaanvaardbaar dat kinderen op straat moeten slapen. Dat is een menselijk drama. Dat gaat ook in tegen het internationaal recht en tegen de verplichting die we hebben om niet alleen asielzoekers maar ook niet-begeleide minderjarige vreemdelingen op te vangen. Vanuit mijn fractie werden daar al vragen over gesteld en daar zullen absoluut nog vragen over volgen.
Vervolgens kom ik bij de politieke vernieuwing.
U zei daarnet dat er eigenlijk niets meer gebeurt. Ik wil het niet zo pessimistisch zien, eerlijk gezegd. De drive voor politieke vernieuwing is de voorbije jaren vooral vanuit het Parlement gekomen. Er zijn parlementaire initiatieven goedgekeurd, van onze fractie maar ook van andere fracties. Ik noem bijvoorbeeld het stemrecht op 16 jaar voor het Europees Parlement. Ik noem ook het burgerinitiatief en de update daarvan. Er is de evaluatie van de formatieregels, waarover gesprekken gevoerd worden. Het gaat dan over hoe wij ervoor kunnen zorgen dat regeringsformaties in ons land vergemakkelijkt worden. U weet ook dat er een burgerbevraging werd uitgevoerd. Daar valt heel veel over te zeggen, dat weet ik ook. De evaluatie moet nog komen. Er is ook de uitbreiding van het lobbyregister. Dat zijn zaken waar wij onze schouders onder willen zetten.
Enerzijds zijn er dus reeds zaken gebeurd. Anderzijds zit er zeker nog iets in de pipeline. Wij hebben daar de ambitie om te doen bewegen wat bewogen kan worden.
Er werd gevraagd wie de voorzitter wordt van de luchthaven. Het lijkt alsof ik niet alleen eerste minister ben, maar ook nog eens alle vakministers samen. Het zou een besparing zijn in het teken van de politieke vernieuwing.
Mijnheer Vermeersch, u vroeg naar de accijnzen op tabak. Kom op tegen Kanker is heel duidelijk. Ik ben blij dat deze regering de beslissing heeft genomen om die accijnzen te zullen verhogen. De bedragen die u genoemd hebt, zijn mijns inziens juist.
Wat betreft de politie, mijnheer Depoortere, meen ik in alle eerlijkheid dat het voor u interessanter is om een antwoord op uw vraag te krijgen van de bevoegde minister. Dan weet u tenminste wat er in dat departement op stapel staat en wat de beleidsplannen zijn van de minister op dat vlak. Ik kan verwijzen naar de zaken die in het conclaaf werden beslist, namelijk een stuk nieuwe veiligheidsarchitectuur voor de politie, waarbij het de bedoeling is het aantal politiezones te verminderen en beter samen te werken met de lokale besturen.
Wat Justitie betreft, is het de bedoeling tot een hervorming van het gerechtelijk landschap te komen, met een zekere schaalvergroting.
Mevrouw Pas, u hebt mij de vraag gesteld of ik mij engageer voor het uitvoeren van de passage over de woonstbetredingen bij illegaal verblijf die in het regeerakkoord staat. Het regeerakkoord is ook mijn regeerakkoord. Het regeerakkoord wordt uitgevoerd. Dat is uiteraard een compromis en veel meer zal ik daar niet over zeggen.
Ik heb wel begrepen dat minister De Sutter wil aanvullen.
01.67 Minister Petra De Sutter: Ik wil inderdaad antwoorden op twee vragen, een vraag in verband met de ambtenaren en het sectoraal akkoord en de vraag over de persconcessie, hoewel die niet onder mijn bevoegdheid valt, maar onder die van collega Dermagne, die hier nu niet is. Ik zal mede namens hem antwoorden.
Wat het sectoraal akkoord betreft, mevrouw Vindevoghel, weet u natuurlijk dat wij daar heel lang over gesproken hebben met de syndicale organisaties. Wij hebben dat voorbereid. Wij hebben er een voorakkoord over afgesloten en dat is zoals altijd onder voorbehoud van de budgettaire ruimte die daarvoor beschikbaar is. Daarmee heb ik eigenlijk al uitgelegd waarom het voorakkoord helaas niet in zijn totaliteit uitgevoerd zal kunnen worden. Ik heb met de syndicale organisaties vanochtend al een gesprek gehad. Ik zal dat gesprek ook voortzetten.
Ik wil toch even zeggen dat er in het akkoord verschillende elementen zaten. Een belangrijk element is het feit dat de federale ambtenaren nog geen gebruik konden maken van maaltijdcheques, in tegenstelling tot de werknemers in de privésector.
De maatregel van de maaltijdcheques zal vanaf 2024 worden uitgevoerd. U weet ook dat het om een netto koopkrachtverhoging van ongeveer 1.000 euro voor deze federale ambtenaren gaat. Ik denk dat dit het begin van een valorisatie is. U zult in mij altijd een medestander vinden om het federaal openbaar ambt te verdedigen en verder te werken aan die valorisatie.
Mijn gesprek met de vakbonden gaat verder. Ik hoop dat dit in een constructieve sfeer zal gebeuren. Ik begrijp dat zij op dit moment ontgoocheld zijn, dat hebben zij mij vanmorgen ook gezegd en ik neem die opmerking ernstig, maar wij blijven, wat mij betreft, aan de tafel zitten.
Voorts wil ik nog verduidelijken dat het om een persconcessie en niet om een subsidie gaat. Ik vind het vervelend als men dat in de media of in dit Huis een subsidie noemt. Het heeft niets te maken met een subsidie. Het heeft ook niets te maken met een beheersovereenkomst, zoals u weet. Het is een concessie, wat betekent dat het in de markt wordt gezet en dat iedereen daarop kan intekenen.
Mijnheer Freilich, het is uiteraard zo dat niet iedereen in het land de mogelijkheid heeft om te zorgen voor een dagelijkse krantenbezorging, zoals in de concessie wordt gevraagd. Het is niet te verwonderen dat bpost altijd het beste voorstel doet, waardoor de concessie altijd bij bpost zit. Die concessie loopt nu af en moet worden verlengd.
Wij hebben met de regering beslist om het budget voor die concessie te verlagen. U noemt de oude cijfers. Als u de budgettabellen bekijkt, zult u zien dat dit verlaagd wordt. Dat betekent dat wij opnieuw met bpost en de uitgevers aan tafel zullen gaan zitten om te bekijken wat met dat budget voor de nieuwe persconcessie mogelijk is.
We zullen de bestaande concessie om te beginnen verlengen en de nieuwe concessie in 2024 laten ingaan. De gesprekken daarover zullen nog gevoerd worden.
Een andere vraag van u gaat over de postwet.
U stelt dat die wet er pas in 2024 zal komen. Ik ben heel tevreden dat nu al in de budgettaire tabellen opbrengsten zijn opgenomen ten gevolge van het invoeren van die nieuwe postwet, die inderdaad een probleem zal aanpakken dat u hebt geschetst, zijnde behoorlijk veel misbruiken in de sector van de pakjesbezorging. Daardoor zullen pakjesbezorgers een betere bescherming en verloning hebben.
Wij zitten op dat vlak op dezelfde lijn. Het feit dat daarvoor een budgettaire opbrengst in 2024 is berekend, betekent effectief dat de regering heeft beslist dat die wet er zal komen in 2023 en vanaf 2024 zal beginnen opbrengen. Dat is immers een hervorming die ook de markt zal beïnvloeden. U kunt zich dus voorstellen dat die hervorming niet op een paar weken kan worden ingevoerd.
De bepaling is dus een bevestiging van de regering dat de postwet er komt. Op die manier moet u dat lezen.
01.68 Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mevrouw de voorzitster, mevrouw de minister, het met de vakbonden gesloten sociaal akkoord is heel pijnlijk voor de groenen en voor een groene minister, want u kreeg het gewoon niet door het conclaaf. Er komen nu maaltijdcheques, die echter niet meetellen voor de pensioenberekening en voor de berekening van het vakantiegeld. Een en ander is dus heel beperkt. Er was nochtans een verhoging van 7 % in het vooruitzicht gesteld. Is dat de nieuwe politieke cultuur van de groenen die de mond vol hebben over inspraak? In dit dossier is de afspraak met de vakbonden gewoon verbroken. De inspraak en de afspraken met de vakbonden zijn gewoon verbroken. Wanneer zullen de mensen die 7 % krijgen? Dat weet ik nog altijd niet.
01.69 Peter De Roover (N-VA): Bedankt om op die vragen te antwoorden, mevrouw De Sutter. Ik had begrepen dat ook collega Van Quickenborne wilde antwoorden op een vraag.
01.70 Minister Vincent Van Quickenborne: (…)
01.71 Peter De Roover (N-VA): U hebt het woord toen niet gekregen. Dat had ik begrepen uit uw beweging.
In de Conferentie van voorzitters hadden we afgesproken dat ministers in het debat tussenbeide kunnen komen en dat de premier, een beetje zoals 't Ruimerke, op het einde alle niet-beantwoorde vragen zal overlopen, zodat wij niet op onze honger blijven zitten.
Gelet op de actualiteit van vanochtend hoop ik dat ook minister Verlinden zich nog aandient, omdat we toch enkele belangrijke bewegingen hebben gezien. Het zou fijn zijn als zij in dat debat betrokken kan worden.
Collega De Vriendt, u bent uw redevoering begonnen met te zeggen dat wij toetreden tot de VN-Mensenrechtenraad. Daaraan hebt u veel belang gehecht en dat is een belangrijke gebeurtenis voor dit land. Tegen de achtergrond van uw inleiding had ik u echter ook over de heer Assadi willen horen spreken. Het dossier-Assadi maakt onze verantwoordelijkheid bij onze toetreding tot de Mensenrechtenraad nog groter, aangezien de schijnwerpers op dat vlak nog meer op ons land gericht zullen worden. Daarnaast had ik u daarover graag horen spreken tegen de achtergrond van de actualiteit in Iran. Ik meen dat u ook zonder die actualiteit geen terroristen mag uitleveren, maar het komt er toch nog maar even bij. Gisteren werd in de State of the Union dan ook nog eens de impunité naar voren geschoven. Vindt u, niettegenstaande de goedgekeurde wetgeving, die tot niets verplicht, dat wij niet zouden mogen overgaan tot de overlevering – niet uitlevering, maar overlevering is de juiste term – van de heer Assadi, een veroordeelde terrorist, aan Iran?
01.72 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, daarnet ben ik op de heer Assadi eigenlijk al kort ingegaan. Over die kwestie hebben we al lange debatten gevoerd en die waren niet eenvoudig. Ook u hebt daarbij toegegeven dat de afwegingen moeilijk zijn.
Enerzijds is er namelijk een veroordeelde Iraanse terrorist, die wel eens het voorwerp zou kunnen zijn van een overbrengingsverdrag. Anderzijds is er een Belg in een Iraanse cel, van wie het leven absoluut op het spel staat. Er is ook professor Djalali, waarvoor wij met heel veel fracties – ik veronderstel de uwe ook – al aan de Iraanse ambassade hebben gemanifesteerd.
Dan zijn er elementen die voor onze fractie de doorslag hebben gegeven. Enerzijds is er het advies van de veiligheidsdiensten, dat door de minister in de commissie werd vertolkt. Daarin wordt erop gewezen dat de niet-goedkeuring van een dergelijk overbrengingsverdrag het veiligheidsrisico voor Belgen in Iran alleen maar vergroot. Dat betekent nog meer Olivier Vandecasteeles en dat risico willen we niet nemen. We hebben ook afspraken gemaakt met de minister dat als er zich concrete gevallen voordoen, de minister het Parlement informatie zal verstrekken. Wij gaan ervan uit dat de minister dat engagement honoreert, zoals dat met zoveel woorden werd gezegd, en dat er effectief een parlementair debat kan plaatsvinden wanneer eventuele vragen tot overbrenging concreter worden. Het zal ook altijd mogelijk zijn om parlementaire vragen te stellen. Kortom, wij nemen het advies van de veiligheidsdiensten ter harte; op basis daarvan nemen we het standpunt in dat men bij de totstandkoming van een beslissing, wanneer men een en ander afweegt, het risico voor de Belgen ter plaatse mee moet nemen.
Wat uw vraag betreft over de gebeurtenissen in Iran en de aanpak ervan door het regime, onze fractie pleit, ten eerste, voor een opvang- en beschermingsbeleid voor wie de Iraanse repressie ontvlucht. Het is de taak van ons land om bescherming te bieden aan politieke vluchtelingen, mensen die met gevaar voor eigen leven Iran ontvluchten. Ten tweede pleiten wij voor een sanctiebeleid ten opzichte van Iran.
Ik heb daar zelf nog een parlementaire vraag over ingediend. Er waren al contacten tussen de minister van Buitenlandse Zaken en de Iraanse ambassadeur. Op 17 oktober is er een bijeenkomst van de Raad Buitenlandse Zaken, onder andere over de kwestie van Iran. De regering dient daar een zeer duidelijk mensenrechtenstandpunt te vertolken en moet de vraag naar sancties bespreken met de Europese collega's. Voor de sancties hebben we een heel scala ter beschikking, bijvoorbeeld een aantal sanctiemaatregelen ten opzichte van individuele Iraanse functionarissen.
01.73 Peter De Roover (N-VA): Bij de behandeling van de wettekst op 20 juli verschilden wij van mening. Ik betreur dat u niet bent geëvolueerd, zelfs niet tegen de achtergrond van de nieuwe ontwikkelingen. Ik betreur het dat u de contradictie niet ziet. De regering wil de straffeloosheid bestrijden, maar u bent nog steeds niet bereid om de toepassing van het uitleveringsverdrag te verbieden in dat geval, verwijzend naar het interpretabel standpunt of advies van de Veiligheid van de Staat. Dat is trouwens ook maar een element in het geheel. Dat betreur ik, des te meer omdat u altijd de klemtoon op het respect voor de mensenrechten legt.
Bovendien, terwijl u een toezegging kreeg van de regering, blijkt uit de bespreking van de beleidsbrief van mevrouw Lahbib naar aanleiding van mijn vraag of in New York tijdens haar ontmoeting met de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken de naam van Assadi gevallen is – zij noemt hem een diplomaat; dat is hij ook voor het Iraanse regime; voor ons is hij een terrorist – dat zijn naam daar wel degelijk gevallen is en dat het Parlement daar niet spontaan van op de hoogte is gebracht.
Ik heb dat moeten vragen en op die vraag heeft zij een antwoord gegeven.
Ziet u zelf niet dat dat op gespannen voet staat met de afspraak die u zelf heel belangrijk vond bij de goedkeuring, namelijk dat het Parlement bij elk onderdeel van het proces betrokken zou worden? Ik heb de indruk dat dat niet is gebeurd, als ik het antwoord van minister Lahbib mag geloven, wat ik ook doe.
01.74 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Ik ga ervan uit dat het onderhoud dat zij heeft gehad, geen wezenlijke stap is geweest in het besluitvormingsproces. We kunnen altijd vragen indienen in het Parlement om daar meer over te weten te komen. Ik was trouwens aanwezig in de vergadering van de commissie voor Buitenlandse Zaken en ik herinner mij dat het een heel korte vraag van u was, waarop een heel kort antwoord van de minister volgde. U bent daar toen zelf ook niet op doorgegaan, maar u weet dat u dat altijd kunt doen.
01.75 Peter De Roover (N-VA): Ik denk dat, nu er sprekers wisselen, het moment uitstekend geschikt is voor minister Van Quickenborne om op de vraag te antwoorden.
La présidente: Pour que les choses soient claires, on adresse les questions à l'orateur. Ce n'est pas un ping-pong entre les députés et les ministres. Cela n'a pas été le cas tout à l'heure avec Mme De Sutter, qui a été sollicitée par l'orateur pour répondre.
M. le ministre aura l'occasion de s'exprimer, je n'en doute pas. Il y aura encore des heures de débat.
La parole est à M. Vanden Burre.
01.76 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur le premier ministre, effectivement, la déclaration de politique générale que vous avez faite, hier, a, de nouveau, lieu dans un contexte de crise: la guerre en Europe. L'agression russe sur l'Ukraine, qui nous a évidemment bouleversés, nous a aussi ouvert les yeux, – le fallait-il encore? – sur la barbarie et l'inhumanité du régime de Poutine. Nous ne répéterons jamais assez à quel point nous sommes aux côtés de Ukrainiennes et des Ukrainiens.
Les conséquences sur nos concitoyens sont évidemment énormes et dramatiques, à cause de la flambée des prix de l'énergie. Au-delà de la détresse des plus précaires, de la détresse aussi d'une part toujours plus grande de la classe moyenne, c'est également l'économie locale et de proximité qui est frappée de plein fouet. On ne compte hélas plus les boulangers, les bouchers, les restaurateurs, les chocolatiers, les artisans qui, au fil des semaines, doivent cesser leurs activités. Tout doit être mis en place pour éviter une telle décomposition de notre tissu économique de base.
Monsieur le premier ministre, parmi les déclarations que vous avez faites hier, c'est par le pilier de protection que je veux ici commencer. Il est fondamental de protéger notre population, nos concitoyens, protéger notre économie, ceux et celles qui sont dans les plus grandes difficultés. Cela signifie prolonger et renforcer le véritable bouclier de protection sociale mis en place par ce gouvernement depuis un an et demi – depuis bien avant, depuis la pandémie du covid-19 – face à cette crise énergétique et qui est, aujourd'hui, non seulement renforcé mais prolongé.
On en a déjà donné les mesures: le tarif social pour les 20 % de Belges les plus précaires, grâce à Tinne Van der Straeten, il y a déjà un an et demi; les différentes primes pour le gaz, l'électricité; les aides aussi pour les personnes qui se chauffent aux pellets et qui, jusqu'à présent, ne bénéficiaient pas de cette aide spécifique; la baisse de la TVA à 6 %; la prime de 300 euros pour remplir la cuve à mazout; le droit passerelle pour les indépendants; le chômage économique à cause de l'augmentation des prix de l'énergie et, bien entendu, l'indexation des salaires pour les travailleurs de ce pays. Nous l'avons déjà dit à de nombreuses reprises à la Chambre: il n'y aura pas de saut d'index avec Ecolo-Groen dans un gouvernement. (Applaudissements)
Et donc, ce bouclier de protection qui ne laisse personne au bord du chemin est une fierté pour notre groupe et un acquis majeur de ce gouvernement.
01.77 Catherine Fonck (Les Engagés): Monsieur Vanden Burre, quand je vous entends dire que vous ne laissez personne au bord du chemin et que c'est un bouclier de protection, permettez-moi de vous dire combien il y a un fossé entre vos propos et ce que vivent de nombreux citoyens!
Tout d'abord, parce que les 1 000 euros que vous mettez en avant dans les aides ne sont pas des aides nouvelles. En effet, elles incluent deux mois qui sont annoncés, alors qu'ils sont déjà comptabilisés.
Ensuite, tout le monde ne va pas recevoir 1 000 euros, puisque cela dépend du système de chauffage. Par ailleurs, vous mettez en avant l'indexation des salaires. Vous savez aussi bien que moi qu'avec le retard de l'indexation des barèmes fiscaux, pour quelqu'un qui gagne 3 000 euros par mois, cela fera une perte de 500 euros sur l'année. Je parle là pour un isolé. Nous avons les différents exemples à votre disposition.
Vous dites aussi que c'est un "bouclier" pour les indépendants, les entreprises, etc. Vous avez parlé des boulangers. Les indépendants de proximité, en pratique, ne vont pas pouvoir bénéficier de la fameuse réduction de 7 % sur les cotisations sociales. Ils n'auront pas d'aides à la hauteur de ce qu'ils subissent de plein fouet sur le plan des factures d'énergie, semaine après semaine, depuis des mois et des mois.
Sur le constat, nous sommes d'accord. Mais en pratique, de quoi vont-ils pouvoir bénéficier? Pour ces personnes-là, la situation reste catastrophique, parce qu'il n'y a rien pour eux dans les mesures que vous prenez. Pourquoi? La question, c'est ça!
Entre ce que vous dites, monsieur Vanden Burre, et la réalité du terrain, il y a un fossé énorme. Les réponses ne sont pas dans votre budget, ni dans la déclaration d'hier. Quelles sont les réponses que vous apportez pour ces indépendants de proximité? Les boulangers, les bouchers, les petits commerces de proximité, les lavoirs… Pour tous ceux-là, il n'y a pas de réponse. Vous parlez de bouclier. Où est votre bouclier?
01.78 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur Vanden Burre, il est évident que vous défendez le bilan du gouvernement. C'est normal: vous en faites partie. Franchement, je ne sais pas si vous avez déjà parlé à des gens dans la rue. Mais beaucoup de gens ne vont pas voir la différence avec 196 euros pendant 5 mois. Il est quand même question de factures à hauteur de 900 euros par mois.
Mais ma question porte sur autre chose. Je vous sais aussi défenseur de la sécurité sociale. Vous avez effectivement parlé tout à l'heure de l'indexation des salaires, que vous avez voulue; mais en même temps, alors que nous avons l'indexation nette des salaires, nous assistons quand même à un cadeau linéaire de 1 milliard de déduction des cotisations patronales. Nous savons ce que c'est. Nous savons que les libéraux sont contents. Cela signifie définancer notre sécurité sociale. Cela veut dire pas d'argent pour les pensions, pas d'argent pour les malades, etc.
Comment avez-vous pu accepter une telle mesure linéaire? Alors que ce qu'il fallait, c'était bien sûr une aide ciblée aux entreprises, aux PME et aux indépendants qui en ont vraiment besoin. Comment pouvez-vous justifier un cadeau qui va aller aussi à ENGIE? Parce que, oui, ils vont pouvoir bénéficier de cette déduction alors qu'ils sont en train de faire des milliards de profits.
Cette déduction va profiter aussi à TotalEnergies, à AB InBev, à la KBC, à AG Insurance, par exemple. Ce sont toutes des sociétés belges cotées en bourse et qui ont fait d'énormes bénéfices. Monsieur Vanden Burre, ces sociétés n'ont pas besoin de ce milliard.
01.79 François De Smet (DéFI): Madame la présidente, je ne suis pas coutumier des interruptions. Je n'en abuserai donc pas. Je voudrais poser une question simple et directe que je vous ai déjà posée, monsieur Vanden Burre, sur un plateau de télévision, mais je trouve avant tout normal de la poser ici.
Vous avez parlé de "protection". Hier, le premier ministre a beaucoup parlé de protéger les Belges. Moi aussi, je trouve qu'il y a un grand trou dans la raquette. Je pense aux habitants d'immeubles à appartements qui se chauffent avec un système collectif de chauffage au gaz, et qui, parce qu'ils ne sont pas détenteurs d'un compteur pour le gaz, "échappent" au tarif social pour les plus précarisés qui répondent aux conditions pour en bénéficier et à la prime de 135 euros pour le gaz. Sauf erreur de ma part, je n'ai pas vu dans le projet de budget, ni entendu lors de la déclaration du premier ministre, de correctif sur ce point. Avez-vous ou comptez-vous corriger ce point pour que ces personnes soient aussi bénéficiaires des aides mises en place? Il est question ici de dizaines de milliers de personnes, singulièrement habitant dans les grandes villes du pays. Je ne conteste donc pas les aides, mais bien leur angle et le fait qu'elles ne soient pas aussi larges qu'elles en ont l'air.
01.80 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, je commencerai par répondre aux questions de Mme Fonck.
M. De Smet parle de trou dans la raquette. Pour ce qui me concerne, je parle de bouclier, de filet de protection. Les aides prévues protègent-elles 100 % des individus et 100 % des statuts à un niveau absolu? Non. On peut tous objectivement le reconnaître. Avait-on déjà mis en place, au cours de la récente histoire de ce pays, avant la crise du covid-19, un tel bouclier de protection et un tel filet social de sécurité? Non, cela n'était jamais arrivé. On peut regarder les chiffres des budgets mis sur la table pour le tarif social. Un tel bouclier n'avait jamais été mis en place. On peut toujours vouloir plus. Je suis très ambitieux. On peut toujours faire mieux. Mais, dans ce cas, énormément de mesures ont été décidées.
Vous m'avez posé des questions concrètes. Je vais vous répondre concrètement. Vous partez du principe que tous les indépendants travaillent seuls. Mais mon boulanger, par exemple, a des employés. Ce faisant, il aura toute une série d'aides. Je pense ici aux mesures prises par rapport aux cotisations sociales, pour pouvoir reporter une partie de celles-ci l'année prochaine et en réduire une autre. S'il travaille seul, il bénéficiera aussi de certaines aides en matière d'énergie. Cela permettra-t-il de couvrir les avances qui sont parfois multipliées par cinq, six, voire huit? Pas totalement. Je n'ai donc pas de difficultés à dire que l'on pourrait imaginer mettre en place des mécanismes encore plus forts. J'ai d'ailleurs parlé à cette tribune d'un tarif social spécifique et ciblé pour les indépendants, les secteurs que l'on sait les plus en souffrance aujourd'hui. Depuis le Parlement, nous allons continuer à plaider pour cette mesure ultra ciblée pour ceux qui risquent, aujourd'hui, de cesser leur activité. Nous plaidons, en tout cas, pour faire plus pour ces cas précis.
Je profite de l'occasion pour répondre à la question de M. De Smet puisqu'il s'agit de l'ensemble du filet de sécurité et de protection. La difficulté qui concerne les copropriétés va être résolue par la ministre de l'Énergie.
Cela figure dans les mesures annoncées. Cette difficulté qui fait qu'aujourd'hui, dans certaines copropriétés, certains auraient droit au tarif social et ne l'ont pas sera rectifiée. Pour les détails pratiques, par contre, je vous renvoie vers la ministre de l'Énergie. Mais, sur le principe, cela sera rectifié.
Madame Merckx, comme vous le savez, certaines voix dans le débat public se sont exprimées pour la fin de l'indexation des salaires. Ce n'est pas vous, je sais. Mais, à un moment donné, nous avons dû mener une bataille. Ce n'était pas acquis. Je tiens à revenir sur ce sujet car c'est toujours facile de critiquer. Vous le faites d'ailleurs très, très régulièrement. Cet acquis social, fondamental pour nous, est là et il n'aurait pas été imaginable qu'il n'y soit pas!
Quant aux indépendants, PME, TPE qui, aujourd'hui, se posent clairement la question de savoir s'ils continuent ou s'ils arrêtent, en tant qu'écologiste, je ne peux pas me résoudre à voir ce tissu de proximité s'écrouler devant moi.
Sur le principe, je comprends que le gouvernement dise que, pour ces acteurs économiques-là, on soutiendra en janvier l'indexation à l'euro près de leurs employés. Par contre, on va les aider sur le plan des cotisations sociales parce que, malheureusement, l'indexation risque d'en mettre certains dans des difficultés insurmontables, voire une cessation de leur activité. Et cela, en tant qu'écologiste, je ne le veux pas.
Aurait-on pu cibler davantage? C'est un peu la même réponse que pour certaines catégories d'indépendants. On peut toujours essayer de cibler davantage mais, vu le compromis qui est sur la table, sur le principe, oui, je défends et j'assume qu'il y a des entreprises que nous devons aujourd'hui soutenir. Et je suis heureux de me dire qu'on va empêcher un écroulement de l'activité locale, de l'emploi local de proximité notamment grâce à cette mesure.
01.81 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur Vanden Burre, je tiens à répliquer car vous dites que nous critiquons beaucoup.
Vous avez en fait donné la réponse en disant que le patronat, la FEB, ne voulait pas d'indexation. Et, en contrepartie, vous leur avez donné ce cadeau d'un milliard d'euros. C'est pourquoi cette mesure, qui n'est pas ciblée, bénéficie aussi aux grandes entreprises. Ce que vous auriez dû faire, parce que nous sommes un parti de solutions… Trois quarts des indépendants en Belgique n'ont pas de personnel. Ce dont ils ont besoin, c'est d'un blocage des prix. Voilà ce que vous auriez dû faire si vous vouliez aider les indépendants. Bloquer les prix de l'énergie, cela aurait vraiment pu aider nos PME. C'est ce qu'il aurait fallu faire. Ici, vous avez fait un cadeau au grand patronat! Merci pour les explications!
01.82 Catherine Fonck (Les Engagés): Monsieur Vanden Burre, je vous remercie pour votre réponse. Dans le fond, vous rejoignez notre constat et, surtout, notre critique selon laquelle ce n'est clairement ni suffisant ni correct vis-à-vis des indépendants de proximité. À côté de ceux qui travaillent seuls, il faut ajouter ceux qui emploient peu de travailleurs, mais dont les dépenses énergétiques sont très élevées. La réponse que leur apporte le gouvernement ne consiste pas à agir en amont pour leur permettre de continuer à travailler, mais à leur proposer en aval le droit passerelle qu'on met toujours en avant. Or ce n'est pas de cela qu'ils ont envie! Certes, quelques-uns seront aidés de cette manière – et c'est tant mieux –, mais leur première demande est de poursuivre leur activité, tant pour eux que pour leurs employés. Une réponse en amont, et non en aval avec une politique sparadrap, eût consisté en un blocage des prix. C'est ce que nous avons proposé de longue date, sous la forme d'un prix de l'énergie limité à 100 euros/MWh.
Oui, vous travaillez à l'échelle européenne, mais cela dure depuis des mois. En réalité, vous vous en servez davantage comme un dédouanement de l'absence de décision sur le plan national. Nous le regrettons, car les conséquences pour de nombreux indépendants de proximité seront graves.
01.83 Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur Vanden Burre, vous avez évoqué la TVA à 6 % sur le gaz et l'électricité. Hier, j'ai écouté le premier ministre nous indiquer deux choses. D'une part, la TVA à 6 % va devenir permanente – du moins, sous cette législature et peut-être pas pour l'éternité. D'autre part, un système d'accises va compenser la baisse de la TVA.
Si la TVA est rendue permanente, cela signifie qu'après mars 2023, elle continuera de s'appliquer. Toutefois, à la lecture du tableau budgétaire, je ne vois pas de mention d'une TVA à 6 % à partir d'avril prochain jusqu'en décembre. Ensuite, si l'on compense la baisse de la TVA de 21 à 6 % par une hausse des accises, à quoi sert-elle en ce cas? Demander aux gens de payer de la TVA ou des accises, donc en l'occurrence des taxes sur l'énergie, cela revient au même. Ils se foutent de l'appellation choisie. Par conséquent, en quoi cette compensation constitue-t-elle une aide?
01.84 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Nous avons déjà eu l'occasion de débattre de cet élément avec Mme Fonck. Je ne partage pas votre constat sur le droit passerelle. Nous souhaitons évidemment que les gens continuent leur activité et ne s'arrêtent pas, mais je suis désolé: pendant la période du covid, ce bouclier de protection de notre économie de proximité a fonctionné. Les chiffres européens le montrent. La Belgique est un des pays qui a le mieux résisté à la vague de pertes d'emplois et de faillites, et à la chute de l'économie. Ce n'est pas parfait. Ce n'est pas ce que j'ai dit. Mais je suis désolé: je suis fier de voter le droit passerelle spécifique et le chômage économique pour l'énergie.
Donc, oui, il y a aussi une protection pour les indépendants de proximité. Je ne cache cependant pas que mon groupe va continuer à essayer de faire davantage, de manière très ciblée, pour ceux qui aujourd'hui se posent la question de savoir s'ils arrêtent ou s'ils poursuivent leurs activités.
Vous m'avez interrogé sur le plafonnement des prix. Il se fait que la ministre de l'Énergie Tinne Van der Straeten, écologiste, se bat en ce moment, à l'Europe, pour l'obtenir, et ce depuis le mois de février. Quand Mme Van der Straeten a pris son bâton de pèlerin, en février déjà, très peu de personnes dans cet hémicycle pensaient qu'elle avait une chance d'aboutir. Je me demande si je peux compter les groupes politiques sur les doigts d'une main. Aujourd'hui, on y est presque. Cela prend du temps. Je sais qu'avec vous il faudrait toujours une baguette magique, mais cela prend du temps!
Toute une série de pays ont rejoint la proposition belge défendue par le premier ministre et par Tinne Van der Straeten. Je pense à l'Italie, à la France, à l'Espagne et à la Grèce. Dix-sept pays ont rejoint la proposition. Depuis peu, l'Allemagne, un pays très important en Europe, les a rejoints. Cette proposition est sur la table de la Commission européenne. Une décision va tomber dans les jours qui viennent. Le sommet qui a débuté se terminera ce week-end. Sur cette question du plafond, tous les experts nous disent que le plus efficace est le niveau européen. Je parle en termes d'interconnexion de la Belgique dont la situation n'est pas celle du Portugal, ce qui ne vous aura pas échappé, et aussi par rapport à l'enveloppe budgétaire. J'en appelle à la solidarité européenne.
Celle-ci a fonctionné en partie pendant la crise du covid. Je souhaite qu'elle fonctionne par rapport à l'énergie et j'appelle à cela. Le premier ministre l'a dit hier. Cette solidarité n'a pas encore fonctionné à plein pot, dans la crise actuelle de l'énergie. C'est très clair, mais la Belgique est d'évidence dans le peloton des plus ambitieux à ce sujet. Franchement, je pense que d'ici à ce week-end, nous pouvons obtenir une décision européenne sur le blocage des prix. Et je ne le dis pas en l'air. Il faudra passer par là pour sortir structurellement de cette crise.
Dire que l'on va le faire d'un claquement de doigts en Belgique… J'attends les propositions. Je n'ai pas encore vu de texte ni des Engagés ni du PTB sur la question. Je serais intéressé de voir vos propositions, notamment en termes de budget. Tous les experts du secteur énergétique nous disent que le plus efficace est le niveau européen. Moi, ce que je veux, c'est prendre des mesures efficaces pour les citoyens. C'est donc au niveau européen que cela se joue. C'est là que le premier ministre et Tinne Van der Straeten vont essayer d'arracher des mesures – et il est probable qu'ils y parviendront.
01.85 Catherine Fonck (Les Engagés): Monsieur Vanden Burre, je vous remercie pour vos réponses. Faut-il prévoir le chômage économique sur le volet énergie? Oui. Faut-il prévoir un droit passerelle sur le volet énergie? Oui. Sommes-nous dans la même situation que lors de la crise du covid? Absolument pas! Le monde est totalement différent. Pourquoi? Parce qu'avec le covid, à la suite des confinements, il n'était effectivement pas possible d'empêcher en amont des fermetures et des pertes d'emplois. La grosse différence avec la crise de l'énergie, c'est qu'il est possible en amont d'empêcher des pertes d'emplois et des arrêts d'activités des indépendants. C'est ce point que je veux spécifiquement mettre en avant. C'est possible si vous bloquez les prix. Cela fait des semaines et des mois que vous nous promettez que l'Europe va le décider. Vous l'avez déjà annoncé quatre fois. Continuez à négocier mais décidez-le ici!
Vous dites que le gouvernement n'a pas fait assez pour les indépendants de proximité. Je vous entends mais il est dommage que vous ne vous soyez pas battu pour le décider quand il était encore temps, c'est-à-dire avant que vous ne veniez ici nous présenter des budgets pour deux ans. Maintenant, il sera beaucoup plus difficile de rattraper une mesure supplémentaire. Les indépendants de proximité ont été clairement oubliés.
01.86 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Madame la présidente, comme le Règlement le prévoit, j'interviendrai brièvement.
Monsieur Vanden Burre, je ne vais pas juger des états d'âme de Mme Van der Straeten ou dire si elle a été courageuse, si elle a pris son bâton de pèlerin. Je veux bien croire dans ses bonnes intentions. Je veux juste dire que le PTB vient avec des solutions et des textes concrets. Vous l'avez vu pour les surprofits. Nous avons été les premiers à déposer des propositions. Ce que je juge, ce sont les actes. Et je constate que certains pays européens comme la France, le Royaume-Uni, la Grèce et le Portugal n'attendent pas l'Europe, prennent des décisions au niveau national et bloquent les prix. Bien sûr, cela est possible!
D'ailleurs nous déposerons prochainement un texte de loi. En Belgique, il est possible de bloquer les prix de l'énergie. Il y a un manque de courage pour le faire et faire face au marché ainsi qu'à ENGIE qui vend son énergie électrique d'origine nucléaire à 200 euros/MWh alors que son coût de production est de 30 euros/MWh. Bloquer les prix, c'est ce qu'il aurait fallu faire!
01.87 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Je répliquerai sur le point précis de l'action de la ministre de l'Énergie. Ce ne sont pas des états d'âme. C'est du concret. C'est noir sur blanc! C'est sur la dernière proposition de la Commission européenne.
Je sais bien que, pour vous, négocier avec d'autres, c'est la lune! C'est inimaginable, c'est inconcevable. Mais nous, c'est ce que nous faisons. Et nous nous battons. Dans quelques jours, nous aurons une décision européenne. Je ne suis pas sûr à 100 % de la décision. Je ne peux pas la garantir. Cela ne figurait pas, il y a deux semaines, dans la proposition de la Commission. Aujourd'hui, c'est le cas, grâce à l'action de la Belgique, grâce à l'action de la ministre Van der Straeten.
Si l'Allemagne souhaite rejoindre les pays qui avancent sur cette idée, c'est bon signe. On ne va pas se le cacher: l'Allemagne est un acteur important en Europe. C'est ça la réalité et ce ne sont pas des états d'âme. Ce sont des faits. C'est de la politique à 27, à plusieurs partis, en coalition, mais c'est ainsi que nous avançons: ensemble!
01.88 Nabil Boukili (PVDA-PTB):
(…)
01.89 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Nous n'avançons pas seuls. Vous, oui. Pas nous!
La ministre Van der Straeten a annoncé une réforme des accises, réforme intelligente, qui ferait évoluer les accises en fonction du niveau des prix et des prix de l'énergie. Cette réforme est structurelle. Elle n'est pas faite dans l'urgence et elle n'est pas censée être temporaire. Elle sera mise en place par la ministre d'ici la fin de l'année, si ma mémoire est bonne. Cette réforme avait été annoncée. Ce n'est pas un fait nouveau.
(…): (…)
01.90 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Cette réforme doit encore arriver. C'est la raison pour laquelle j'imagine qu'elle ne figure pas encore dans les tableaux. Pour ce qui concerne les détails de la ligne budgétaire, je vous renvoie vers la ministre ou la secrétaire d'État au Budget. Mais sur le principe de faire la réforme, je dis oui!
Ce n'est pas à moi de l'interpeller, vous me posez la question et je vous réponds.
Le deuxième pilier que je voudrais mettre en avant concerne la justice. La justice fiscale et sociale est au cœur du projet politique des écologistes. De nombreux éléments qui ont été prononcés dans le discours du premier ministre nous confortent dans cette direction. Je songe notamment à l'aboutissement d'un long combat de la ministre Van der Straeten: la concrétisation de la taxation des surprofits ou profits de rente, comme les appellent certains économistes. Une somme de 3,1 milliards d'euros sera entièrement redistribuée aux citoyens, aux PME, aux indépendants. Peu y croyaient lorsque la ministre Van der Straeten a parlé de cette mesure en février dernier.
Aujourd'hui, c'est acté et c'est une réelle victoire et une grande fierté pour le groupe écologiste. Il faut faire contribuer les épaules les plus larges, qui ont profité de cette crise, pour redistribuer à nos concitoyens et à nos acteurs économiques de proximité.
D'autres mesures de justice redistributive ont été prises et je souhaite les mettre en avant. Il y a d'abord la fin de la dégressivité des allocations de chômage durant le congé de maternité. Cette proposition a été portée pendant plus d'un an et demi par ma collègue Cécile Cornet. La loi Cornet est enfin actée.
On a beaucoup discuté de la taxation minimale des multinationales en commission des Finances. Monsieur le ministre des Finances, on vous a énormément encouragé voire poussé dans le dos pour que la Belgique soit enfin dans le peloton de tête au niveau européen pour sa mise en place.
C'est un fait: de nouveau, c'est une marque de justice fiscale extrêmement importante. C'est un signal important, certainement par rapport à l'Europe. Il faut le concrétiser au niveau européen. Ici, la Belgique dit "chiche, on va le faire, dans le peloton de tête". Je ne peux que m'en réjouir.
01.91 Catherine Fonck (Les Engagés): Madame la présidente, j'attendais que M. Vanden Burre ait fini sur le congé de maternité pour l'interroger, pour essayer de comprendre, et surtout pour essayer de plaider, à travers cette question, pour ce qui concerne le rabotage des crédits-temps.
Le rabotage des crédits-temps famille touche surtout les femmes, mesdames du groupe Ecolo, surtout les femmes avec un enfant en grande difficulté, un enfant malade ou un enfant porteur de handicap. Vous allez peut-être me dire qu'une réduction de trois mois, et le fait qu'on ne puisse plus le prendre que jusque cinq ans plutôt que huit ans, ce sont des peanuts. Je ne suis pas du tout d'accord avec vous.
Je trouve que cette décision fait mal là où, pourtant, nous devons justement pouvoir faire preuve de solidarité. Nous ne pouvons pas faire exception pour ces femmes qui ne prennent pas cette allocation crédit-temps pour le plaisir. Qui prendrait pour le plaisir une allocation de 500 euros alors qu'on a un emploi? Il s'agit vraiment de femmes en difficulté.
Pourquoi avez-vous accepté cela? Je peux poser exactement la même question au groupe PS. Pourquoi avez-vous accepté cela, monsieur Vanden Burre? Comment pouvez-vous le justifier? N'est-il pas encore temps de faire marche arrière sur cette décision? Voilà la question que je veux vous poser aujourd'hui. Acceptez-vous de faire marche arrière sur ce point? Pour moi, c'est inaudible! Et surtout, incompréhensible pour ces femmes et les familles concernées.
01.92 Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur Vanden Burre, vous présentez la taxe sur les multinationales comme une victoire arrachée lors de ce conclave budgétaire. Je reprends encore une fois les tableaux budgétaires. J'ai ici un tableau budgétaire que nous avons reçu hier. Je vois 268 millions en 2023.
Puis, je regarde les tableaux pluriannuels de l'année passée qui couvrent également l'année 2023 et je vois 100 millions d'euros pour la digitax et 300 millions pour le deuxième pilier, ce qui fait un total de 400 millions d'euros. L'an dernier, le gouvernement a décidé 400 millions et, cette année, je vois dans le tableau 268 millions d'euros. Pour vous, c'est une victoire de passer de 400 à 268 millions d'euros? Pour moi, c'est plutôt une marche arrière. Vous présentez quelque chose qui avait déjà été décidé comme victoire et, par ailleurs, le montant de l'année passée n'est plus au rendez-vous. Nous avons dès lors un souci au niveau de ce que vous faites.
En outre, il y a une question que l'on pose en commission des Finances depuis des mois, c'est de savoir si on le fait aux niveaux européen et belge. Je n'ai toujours pas entendu de réponse de la part de ce gouvernement. Allons-nous le faire au niveau européen ou au niveau belge? On ne sait toujours pas. Ce n'est toujours pas tranché. En quoi dès lors avons-nous avancé? Je ne sais pas. Pour moi, on recule.
01.93 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame Fonck, non, ce n'est pas une mesure que je considère comme étant peanuts. Certainement pas!
01.94 Catherine Fonck (Les Engagés): Expliquez-moi alors!
01.95 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): C'est facile! C'est vous qui avez répondu à ma place en disant "vous trouvez que ce sont des peanuts." Non, évidemment! N'utilisons pas de tels mots pour ces enjeux qui effectivement – je vous rejoins – sont importants. Dans les décisions qui ont été prises hier et au sortir du conclave budgétaire, ce ne sont évidemment pas les mesures qui nous plaisent le plus. Je ne vais pas ici vous le justifier sur le principe. Mais à un moment donné, il y a des compromis budgétaires qui sont faits et qui remontent d'ailleurs à l'accord de gouvernement. Si vous regardez bien l'accord de gouvernement, certains paragraphes mettent effectivement en avant le fait qu'il va falloir trouver certaines mesures d'économie dans le budget de l'ONEM.
Á un moment donné, le compromis a été conclu de cette manière-là, pour essayer d'atténuer au maximum l'effet de telles mesures. Je ne vais pas vous dire ici que c'est formidable et que c'est la chose la plus intéressante qui est sortie du conclave. Je ne vous dirai pas cela. C'est le fruit du compromis. Ce ne sont clairement pas les mesures qui nous plaisent le plus en tant qu'écologistes, mais ce sont les contraintes de l'exercice budgétaire.
J'en viens à la taxation des multinationales, c'est-à-dire au deuxième pilier. Concernant les chiffres précis, je n'ai pas fait le calcul rétroactif. Je vous réponds honnêtement. Par contre, cette taxe vient en plus, et sera appliquée au niveau belge. Nous verrons avec le ministre des Finances. Cela se fait au niveau belge, le temps que l'Europe le décide, ce que nous espérons. Nous savons que la Hongrie a aujourd'hui posé son veto. Nous savons que la France, l'Espagne, l'Italie et les Pays-Bas forment un groupe de pays extrêmement volontaristes pour avancer ensemble, et la Belgique les a rejoints, ce dont je me félicite. Au début, nous n'étions pas dans le peloton de tête mais maintenant nous y sommes. C'est pour cela que je me réjouis de cette mesure: c'est une mesure de justice fiscale supplémentaire. Je ne vous citerai pas ici des chiffres précis que je ne peux pas garantir. Mais le principe est acté, et c'est ce que je souhaite mettre en avant.
01.96 Vanessa Matz (Les Engagés): Nous nous sommes tous réjouis – certains plus que d'autres – d'un accord OCDE pour la taxation minimale. Nous avons assez vite déchanté en voyant ce que certains États européens en faisaient. Je suis plutôt positive quant au fait qu'enfin, la Belgique prenne le taureau par les cornes.
Je voudrais simplement demander pourquoi on ne le fait que maintenant. En 2018, nous avions déposé – avec la cosignature de M. Gilkinet – une proposition de taxation provisoire sur les GAFA, exactement dans le même esprit, dans l'attente d'un accord international, que j'espérais, tout en étant à peu près sûre que certains allaient la bloquer et rendre cet accord impossible. C'est d'ailleurs le cas maintenant.
Pourquoi devons-nous attendre alors que, depuis quatre ans, nous aurions pu engranger des recettes pour faire face à tous les enjeux qui viennent d'être rappelés (crise sanitaire, changement climatique, coûts liés à l'énergie)? Je me demande pourquoi cela a tant traîné des pieds alors que, pendant la période covid, notamment les GAFA se sont goinfrés, en faisant des bénéfices colossaux. Je pense ici notamment à Amazon. Je ne comprends toujours pas pourquoi nous n'avons pas été beaucoup plus rapides, ce qui nous aurait permis d'être dans le peloton de tête. La France était partie en tête. Nous aurions pu lui emboîter le pas, avec le même esprit d'une taxation provisoire qui serait tombée en désuétude lorsqu'un accord européen aurait pris le pas sur cette taxation. Je me demande pourquoi vous n'êtes pas parvenu à vous imposer dans cette discussion. Il me semblait pourtant que nous partagions cette priorité d'une justice fiscale beaucoup plus équilibrée ne pénalisant pas nos indépendants. En effet, on sait que ces grands groupes pénalisent ces derniers.
01.97 Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Je voudrais revenir sur l'attaque assez grossière du gouvernement contre le crédit-temps, d'autant plus que, lors de sa mise en place, il s'est vanté d'être un gouvernement féministe, avec notamment une femme présidente de notre assemblée. Je me demande comment Ecolo met son curseur quant il négocie avec les autres groupes de la Vivaldi. On a pu notamment voir ce qui s'est passé lorsqu'il a été question de l'IVG. Ici, ce qui m'agace vraiment, c'est la question du crédit-temps. En effet, monsieur Vanden Burre, vous savez qu'un crédit-temps, ce n'est pas la même chose qu'un congé parental. Un crédit-temps, c'est un congé qu'on prend quand on a un enfant handicapé ou un enfant mineur gravement malade ou encore quand un membre de sa famille est en soins palliatifs
Ce gouvernement ne réinvestit pas dans la problématique des soins de santé pour régler ces problèmes spécifiques. Vous coupez deux fois puisque vous n'aidez pas non plus les familles à trouver des formules alternatives. Vous supprimez le crédit-temps pour un enfant jusqu'à huit ans. Dorénavant, ce ne sera plus que jusqu'à cinq ans. Vous diminuez ces congés de 51 mois à 48 mois sur toute une carrière! Rappelons tout de même que, pour ces femmes, ces congés représentent une perte de salaire. J'insiste. Cela concerne 60 % des femmes. Le même mécanisme se produit dans le secteur public où les congés passent de 60 mois à 51 mois sur la carrière. Cela peut paraître peu. Mais si ce n'est pas vous qui avez poussé sur ce champignon, pourquoi ne pas mettre le curseur au bon endroit? Et les autres? Quel est leur intérêt politique d'attaquer ce mécanisme?
01.98 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame Matz, nous avons souvent des débats en commission des Finances qui montrent que nous sommes clairement en faveur de la digitax sur les multinationales. Nous sommes extrêmement volontaristes à cet égard.
Aurions-nous pu le faire plus tôt? Oui! Cette question vaut pour toutes les politiques mises en place.
Sur le sujet des multinationales, nous nous plaçons dans le peloton de tête européen. Je m'en réjouis. Sur le principe, je continuerai à plaider en commission de Finances auprès du ministre pour que nous soyons volontaristes en la matière. Comme le dit l'accord de gouvernement, si ce n'est pas possible au niveau européen, nous le ferons au niveau belge. C'est clair et écrit en toutes lettres dans l'accord de gouvernement. Je reste demandeur et volontariste sur cette matière.
En ce qui concerne la question de Mme Moscufo, j'ai répondu à Mme Fonck et je n'ai rien d'autre à ajouter.
01.99 Catherine Fonck (Les Engagés): Que dit l'accord de gouvernement? Il parle d'égalité des genres, d'une politique volontariste pour les femmes, de réformer…
S'agissant du crédit-temps, vous m'avez dit que cela figurait dans l'accord de gouvernement. Je n'ai pas lu la même chose. J'ai l'accord sous les yeux. Je vois le chapitre "Égalité des genres". Cela va toucher qui ici? Cela touchera uniquement des femmes et pire encore, cela risque même de les retirer du marché du travail.
Vous faites peut-être une économie à très court terme. Mais, sur le moyen terme, je ne pense pas que cela en sera! Au contraire, cela risque de coûter beaucoup plus cher à l'État. Vous poussez des femmes en dehors du marché du travail. C'est un mauvais choix stratégique. Battez-vous pour changer cette mesure! Le budget n'est pas encore voté.
Par conséquent, j'ose espérer, monsieur Vanden Burre, qu'une marche arrière sera encore possible.
01.100 Nadia Moscufo (PVDA-PTB): Madame la présidente, je tenais à ajouter que, voici une semaine ou deux, la Vivaldi au complet a voté ici la transposition d'une directive européenne visant à concilier vie de famille et vie professionnelle. Bref, cette décision ne va pas seulement à l'encontre des choix d'Ecolo, mais s'oppose également à ce que la Vivaldi a voté dernièrement.
01.101 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, je désire poursuivre le volet "justice sociale et fiscale" en mentionnant une autre mesure qui nous semble importante: la fin de la déductibilité fiscale des crédits bancaires pour une seconde résidence. Certes, son impact budgétaire n'est pas énorme. Mon collègue De Vriendt en a rappelé le montant: 6 millions à partir de 2024, pour ensuite atteindre progressivement 100 millions. Mais, sur le plan des principes de justice sociale, à partir de quel moment privilégie-t-on des personnes qui sont déjà propriétaires pour qu'elles acquièrent une deuxième ou troisième résidence par rapport à des jeunes – ou moins jeunes, du reste – couples qui souhaitent opérer un premier achat? Cela n'a aucun sens! En l'espèce, c'est en effet une décision de principe, puisque l'impact budgétaire reste limité. Cela dit, je me réjouis sincèrement que nous ayons pu enfin – parce que les oppositions furent nombreuses à ce sujet – faire entendre raison aux partenaires de majorité. C'est pourquoi je me réjouis de cette future loi Vanbesien.
Le prochain pilier que je souhaite mettre en avant, monsieur le premier ministre, est évidemment le climat. Comme vous l'avez dit hier, malgré les problèmes aigus et à court terme auxquels nous sommes confrontés à présent – et je n'y reviendrai pas –, le dérèglement climatique reste le défi majeur de notre siècle. Accélérer la transition écologique et énergétique, grâce à l'isolation et aux investissements massifs dans les énergies renouvelables, reste indispensable si nous voulons pouvoir regarder en face nos enfants et petits-enfants. Vous l'avez rappelé dans votre discours d'hier – et c'était essentiel –, mais je tenais aussi à vous rappeler, monsieur le premier ministre, que nous sommes le gouvernement le plus vert de l'Histoire de ce pays. Concrètement, cela signifie que nous n'en ferons jamais assez. C'est pourquoi le groupe Ecolo-Groen sera là pour vous encourager et vous pousser continuellement à aller plus loin, parce que nous n'en ferons jamais assez pour le climat.
01.102 Thierry Warmoes (PVDA-PTB): Monsieur Vanden Burre, je me demandais si j'allais devoir attendre la fin de votre intervention pour entendre le mot "climat". Vous avez répété les mots du premier ministre et je suis heureux que vous ayez dit qu'on n'en fera jamais assez. Le problème est qu'il n'y a aucune nouvelle mesure par rapport au climat.
Hier, le premier ministre a très justement dit que l'urgence climatique était plus claire que jamais. J'imagine que vous partagez ce constat. Ce qu'on a vécu va plus loin que toutes les prévisions du GIEC, c'est pire que ce qu'on avait prédit.
Mais il n'y a aucune nouvelle mesure. M. De Croo a parlé de 1,5 milliard mais ce sont des mesures déjà décidées. De plus, il s'agit du Plan de relance européen, donc c'est de l'argent européen.
Dans quelques semaines a lieu la COP 27, au cours de laquelle on doit parler des promesses non tenues de la COP 26 et du financement climatique international. Mais où en est la Belgique aujourd'hui? Vous allez à la COP les mains vides. Vous allez de nouveau vous y rendre les mains vides: il n'y a pas d'augmentation de l'objectif climatique comme il le faudrait selon les accords de Paris en visant une réduction de 65 % des émissions en 2030. Le plan climat belge ne ressemble à rien en fait! Il n'est pas budgétisé. On ne calcule pas les réductions d'émissions. C'est en fait un rassemblement des plans des différents ministres. Et Mme Khattabi nous l'a dit en commission: il n'y a aucun calcul!
Pour la répartition des efforts, le burden sharing, on n'est pas très loin non plus et en ce qui concerne la juste contribution au financement climatique, je voudrais quand même répéter les propos qu'a tenus Antonio Guterres à l'assemblée générale de l'ONU il y a quelques semaines: "Today, I'm calling on all developed economies to tax the windfall profits of fossil fuel companies. Those funds should be redirected in two ways to countries suffering losses and damages caused by the climate crisis and to people struggling with rising food and energy prices." Oui, vous taxez les surprofits: pas assez comme nous l'avons dit! Oui, vous redistribuez en partie aux ménages: pas assez comme nous l'avons dit! Mais par rapport aux pays qui souffrent de pertes et de dégâts en raison des changements climatiques, dont nous, pays du Nord, sommes responsables, la Belgique n'est pas du tout à la hauteur non plus! Bref, vous n'êtes nulle part!
Je voudrais conclure par les propos du premier ministre: "Nous sommes la première génération à ressentir les effets de la crise climatique, mais aussi la dernière génération capable de la contenir", mais vous ne prenez aucune mesure! Comme dirait l'autre: "Parole, parole, parole…" comment allez-vous expliquer cela à la prochaine génération qui, le 23 octobre, sera dans la rue pour protester contre le fait que la Belgique ne prend pas ses responsabilités au niveau climatique?
01.103 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Premièrement, les "vous n'êtes nulle part, ce n'est pas assez", je sais bien que c'est votre mantra pour tout, tout le temps! Vous parlez de la contribution des surprofits. En termes de justice fiscale et de redistribution, cela fait trois milliards pour le groupe Ecolo-Groen et zéro pour le PTB. C'est cela la réalité de ce qu'on va chercher et de ce qu'on redistribue. Zéro! Zéro! Zéro contre trois milliards! Dire que ce n'est pas assez, je peux l'entendre mais dire qu'on n'est nulle part, je ne peux pas l'accepter. Dire que le plan de Mme Khattabi ne ressemble à rien et qu'elle le dit elle-même, j'en doute! Arrêtez un peu et essayez de voir ce qu'on peut améliorer! Dire que ce n'est rien et qu'on n'est nulle part, je n'attendais pas grand-chose de vous mais j'en attendais un peu plus quand même! Oui, cela m'énerve!
Par ailleurs, dans mon texte, je vois l'une des mesures majeures relatives au climat mais, apparemment, pour vous la mobilité publique, ce n'est pas du climat. J'allais vous parler de la SNCB, d'Infrabel, d'investissements dans le rail. Vous ne l'avez pas mentionné. Je suis très surpris que, pour vous, la mobilité publique, ce n'est pas du climat. Ce n'est pas une meilleure qualité, un meilleur déplacement, de l'économie locale. Non, rien! C'est dommage! La pierre angulaire de notre politique fédérale relative au climat, c'est la SNCB, c'est le transport public, c'est un plan annoncé de trois milliards d'euros sur dix ans en plus de ce qui a déjà été fait depuis le début de la législature dont 115 millions en plus en 2023 et 100 millions en 2024, dans un contexte budgétaire, il faut le dire, extrêmement compliqué. Nous nous sommes battus pour avoir ces moyens en plus pour le rail et oui, c'est au cœur de notre politique climatique.
01.104 Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Wanneer u over het spoor spreekt, mijnheer Vanden Burre, luister ik goed. Hoe zullen jullie investeren en wat zal de modal shift zijn?
Minister Gilkinet is immers goed in het goochelen met cijfers. In de cijfers gaat het over 200 miljoen euro die de komende twee jaar in het spoor geïnvesteerd worden. Het is dus niet money time voor het spoor, zoals hij vorige week gezegd heeft.
Hij zei toen dat er elk jaar minstens 400 miljoen euro geïnvesteerd zou worden. Hij zei dat vorige week zelf naar aanleiding van de spoorstaking. Het is dus nu zoveel minder dan wat hij gezegd heeft. Hoe zullen jullie de modal shift doen met die 200 miljoen euro?
Het hoerageroep van jullie kant weerklinkt niet bij de vakbonden.
Ik citeer Koen De Mey van het ACV: "Het
hoerageroep beperkt zich tot het halfrond. Er is geen ruimte om na enkele
moeilijke jaren de werkomstandigheden van het personeel te verbeteren." De heer Lejeune van het ABVV zegt: "Je
suis très déçu. Cela ne laisse pas non plus d'espace de négociation pour les
travailleurs de la SNCB ni pour investir dans la SNCB."
Voici deux citations de travailleurs qui ont fait grève la semaine passée pour avoir plus de moyens pour les chemins de fer.
Het riedeltje dat het spoor de ruggengraat is van de mobiliteit, mijnheer Vanden Burre, klopt niet. Het is een visgraat, geen ruggengraat. Er zijn geen middelen om in het spoor te investeren.
Ik heb dan ook enkele vragen voor u. Zullen de ticketprijzen verhoogd worden? Wat zal er gebeuren met het voorstel van de minister? Wat gebeurt er met de btw-verlaging voor de treintickets? Zullen de NMBS en Infrabel de nodige investeringen kunnen doen?
01.105 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Je considère que la politique ferroviaire fait partie de la politique climatique, contrairement à votre collègue. On n'en fera jamais assez pour le climat. On peut toujours dire qu'il faut faire plus ou mieux mais on n'en fera jamais assez.
Je vous ai donné les chiffres. Nous avons réussi à obtenir des moyens supplémentaires pour la SNCB et Infrabel. Vous pouvez nous soutenir pour avoir plus, on n'en fera jamais assez.
Le ministre de la Mobilité a obtenu plus, avec un plan à dix ans, qui vient en plus de tout ce qui a déjà été fait.
Si vous voulez, je peux y revenir: j'ai le tableau sous les yeux. Il reprend tous les investissements depuis le début de la législature. Dans ce pays, on n'a jamais autant investi dans le rail. Voilà la réalité! Que vous nous encouragiez à en faire plus, c'est chouette, mais c'est quand même la réalité!
01.106 Catherine Fonck (Les Engagés): Tant que nous parlons du rail, monsieur Vanden Burre, nous partageons un constat: c'est en effet un enjeu climatique essentiel, à condition d'en faire une solution de rechange à la voiture. Or ce n'est pas le cas aujourd'hui, à cause des problèmes de ponctualité, de la fréquence des trains en matinée et en soirée, de la question des places assises, des trains trop souvent supprimés, etc.
Je tiens à vous poser deux questions. Tout d'abord, vous prévoyez 200 millions en 2023-2024. Logiquement, dans un plan de trois milliards étalé sur dix ans, cela aurait dû donner 600 millions en 2023-2024, soit un dixième du budget – au risque de devoir reporter à l'année suivante, sans savoir si cela sera entrepris. En 2023, le surcoût tarifaire représentera un budget de 70 millions. Dès lors, assisterons-nous à une augmentation des tarifs ferroviaires pour les navetteurs? Ensuite, quid des familles nombreuses, à destination desquelles le ministre voulait supprimer le tarif préférentiel? Par ailleurs, le projet de contrat de gestion sera-t-il approuvé sans modification? Vous ne pouvez pas ne pas l'avoir abordé lors des discussions budgétaires, puisque tout est lié aux choix. Je pense en particulier à cette somme de 100 millions en 2023.
Nous vous attendons dans ce dossier, car ce sont ces questions auxquelles des réponses doivent être absolument apportées si nous voulons offrir une véritable alternative à la voiture. Je parle surtout au nom des navetteurs et du personnel.
01.107 Sander Loones (N-VA): Het debat over de NMBS is interessant en ik kijk uit naar de antwoorden op de gestelde vragen, maar ik wil even terugkomen op het punt van orde. Er zijn veel vragen in het debat, onder meer omdat er onduidelijkheid is. We hebben slechts een halve tabel ontvangen en de notificaties hebben we niet gekregen, terwijl ze wel worden aangehaald in het debat. Naast het feit dat ze in de krant staan, zijn ze nu zelfs terug te vinden op de sociale media van een partijvoorzitter van uw coalitie. Op onze vraag aan u of deze notificaties bestaan, antwoordde u ontkennend. U zei dat ze er pas zullen zijn wanneer ze worden goedgekeurd door de ministerraad. We stellen nu echter vast dat ze op de sociale media van de heer Bouchez zijn terug te vinden. Er circuleren trouwens ook Franstalige notificaties over de tabaksaccijnzen, over de auteursrechten en over de flexi-jobs. We stellen vast dat deze rondgaan en dat journalisten erover beschikken, maar ze worden niet gedeeld met het Parlement. Mijnheer de premier, waarom bezorgt u die teksten aan iedereen maar niet aan het Parlement?
Mevrouw de voorzitster, waarom accepteert u
dat partijvoorzitters die gebruiken op sociale media en in het debat? Waarom
staat u niet op de rechten van het Parlement en eist u niet dat dit document,
dat overduidelijk bestaat aangezien het wordt gebruikt door de
partijvoorzitters van de meerderheid, wordt bezorgd aan het Parlement, het huis
van de democratie? Het is uw taak als voorzitster om daarover te waken. Dat zou trouwens het debat ten goede
komen.
La présidente: Si nous décidons que les questions sont adressées à l'orateur, nous faisons alors le tour des différentes questions de l'assemblée à l'orateur, et l'orateur décidera si, effectivement, M. le premier ministre doit aussi répondre à la question. Ne me demandez pas d'être stricte si vous changez les règles du jeu pendant la séance.
01.108 Frank Troosters (VB): Als de premier wil antwoorden, zal ik zo hoffelijk zijn hem eerst het woord te geven.
De voorzitster: De heer Roggeman heeft ook het woord gevraagd.
01.109 Tomas Roggeman (N-VA): Mijnheer Vanden Burre, u verwijst hier naar de 3 miljard extra voor de spoorwegen. U spreekt hier heel fors over 3 miljard bijkomend. Dat is natuurlijk mooi. De minister zal dat geld heel hard nodig hebben, want hij heeft natuurlijk grandioze beloftes gemaakt in zijn beleidsnota. In elk groot station komt er een trein om de 10 minuten in elke richting en in elk klein station minstens een trein om het halfuur in elke richting, zelfs als dat voor sommige kleine stations betekent dat er letterlijk meer treinen vertrekken dan er passagiers opstappen.
In de ontwerpen die de nieuwe beheerscontracten tot 2032 mogelijk moeten maken, vroegen NMBS en Infrabel echter geen 3 miljard maar 3,4 miljard euro. Dat betekent dat u nu reeds met een probleem zit, met op papier een tekort van 400 miljoen euro voor de realisatie van die beheerscontracten.
Niet alleen krijgen die bedrijven minder dan ze nodig hebben, ook het bedrag dat ze wel toegekend krijgen is bijna volledig virtueel. In de begrotingstabel, die u niet aan het Parlement maar wel aan de pers bezorgde en die de regering ons niet ter beschikking wilde stellen, staat geen 3 miljard maar voor deze legislatuur 200 miljoen ingeschreven.
Het is dus inderdaad zoals mevrouw Vindevoghel zegt, het is de volgende regering die de inspanningen zal moeten doen. Voor deze legislatuur staat er 200 miljoen ingeschreven, terwijl in de logica der dingen, zoals mevrouw Fonck aanhaalde, 3 miljard gespreid over 10 jaar 300 miljoen per jaar zou moeten betekenen. Weer zit u daar met een kloof van 400 miljoen euro onderfinanciering, boven op het tekort voor het totaal van de beheerscontracten.
Mijnheer Vanden Burre, ik stel mijn vraag aan u, als het u interesseert. De NMBS en het spoorbeleid zitten dus met een fameus probleem. Men heeft honderden miljoenen te kort. Over de beheerscontracten heeft de minister jaren onderhandeld. Zijn voorganger en zelfs de voorganger van zijn voorganger hebben dat ook gedaan. Dat heronderhandelen op twee maanden zal dus niet lukken.
Hoe lost de regering dat op?
01.110 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, je voudrais fournir quelques éléments.
01.111 Frank Troosters (VB): (…)
01.112 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): C'est Mme la présidente qui décide, ce n'est pas moi.
La présidente: Je vous ai donné la parole tout à l'heure, monsieur Troosters, et vous n'avez pas voulu intervenir.
Vous avez passé votre tour. M. Vanden Burre va répondre et vous aurez l'occasion de poser votre question par la suite.
01.113 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, je vais donner quelques éléments de réponse. Je renverrai ensuite vers le ministre pour les détails.
Pour ce qui concerne les 200 millions, comme cela figure dans les tableaux, il est question d'un emprunt d'un milliard pour Infrabel. Pour répondre à Mme Fonck et à Mme Vindevoghel, il s'agit d'un milliard supplémentaire pour les deux années à venir.
Par ailleurs, madame Fonck, je me réjouis vraiment de votre enthousiasme pour la politique ferroviaire. En effet, je rappelle que vous avez participé à des gouvernements qui ont massivement désinvesti dans le rail. Nous héritons d'une situation qui nécessite des réinvestissements massifs, ce que nous faisons depuis deux ans maintenant avec un plan sur dix ans. Mais, comme nous avons la chance d'avoir le ministre de la Mobilité avec nous, je vais lui laisser donner les détails concernant le contrat de gestion et le budget dont il n'a pas été question – il faut bien le reconnaître – lors de la déclaration du premier ministre hier.
01.114 Georges Gilkinet, ministre: Madame la présidente, effectivement, le premier ministre, hier, dans sa déclaration, a parlé du train. Celui-ci a une place importante dans la déclaration de politique gouvernementale et dans le programme de ce gouvernement Vivaldi. Le train a, déjà, depuis deux ans, reçu beaucoup de nouveaux moyens, quasiment 2 milliards d'euros d'investissements nouveaux, mais aussi des moyens de compensation par rapport à la situation difficile que nous avons vécue depuis deux ans, avec le covid, les inondations, le coût de l'énergie. Ces deux entreprises sont très énergivores, mais aussi importantes au niveau de l'emploi.
Chaque fois, le gouvernement a été au rendez-vous. Il ne se contente pas de réagir aux situations quand il y est contraint: il écrit aussi l'avenir du rail. Le gouvernement a adopté la vision 2040 pour le rail. Nous avons adopté un plan marchandises qui veut doubler le volume de marchandises transportées, et nous terminons actuellement la négociation pour les deux nouveaux contrats de gestion des entreprises, le contrat de performance d'Infrabel, et le contrat de service public de la SNCB.
Pour terminer cette négociation, j'avais besoin, en tant que ministre en charge, d'une décision du gouvernement sur les trajectoires budgétaires à dix ans. Au-delà des moyens pour l'année 2023-2024, j'y reviens, nous avons adopté cette trajectoire à dix ans et décidé de consacrer deux milliards d'euros à la réalisation de nos objectifs en matière ferroviaire. Cette décision sera concrétisée par l'adoption des contrats d'ici la fin de l'année, et liera notre gouvernement et les suivants. Elle permettra aux entreprises ferroviaires de se redéployer, et c'est un élément essentiel.
Complémentairement à cela, le gouvernement a ouvert la possibilité d'emprunter auprès de la BEI un milliard d'euros qui nous permettront d'accélérer les travaux d'infrastructures qui sont essentiels par rapport aux retards pris par le passé, mais aussi pour répondre aux besoins des entreprises du secteur économique, qui attendent de meilleures connexions ferroviaires, des voies de garage et de nouveaux aiguillages.
Ensuite viennent effectivement les décisions pour 2023-2024. Des moyens ont été mis sur la table, y compris des aides en matière d'énergie à hauteur de plus de 300 millions d'euros. Nous devrons être au rendez-vous des besoins de nos deux entreprises ferroviaires pour répondre aux attentes des travailleurs. Je pense donc que nous avons fait à nouveau un grand pas avec cette décision qui me permettra de terminer la négociation avec les deux entreprises. Il faudra en réaliser d'autres dans le futur pour atteindre notre objectif qui est de doubler le volume de marchandises transportées par rail et de doubler le nombre de personnes qui prennent le train parce que c'est bon pour la mobilité et pour la planète et c'est aussi essentiel pour notre économie. Il y a des tas de projets privés qui attendaient cette réponse du gouvernement pour que des investissements soient réalisés et de l'emploi créé ou renforcé dans notre pays. Nous avons fait un pas important mais, évidemment, ce n'est pas terminé. Petit à petit, nos projets ferroviaires se concrétisent avec les décisions qui ont été prises dans le cadre de ce conclave budgétaire.
01.115 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Loones, u blijft uw punt herhalen en probeert een soort feit te creëren. Zoals ik al zei worden notificaties goedgekeurd op de ministerraad en zolang ze nog niet goedgekeurd zijn, zijn het ontwerpnotificaties. Dat wil zeggen – en u weet dat, u hebt zelf ook in de regering gezeten – dat zulke ontwerpnotificaties perfect uitgeschreven moeten worden en dat er hier en daar nog zaken beter verwoord moeten worden. Wat er op sociale media verschijnt, tja, daar kan ik toch moeilijk op reageren?
Zodra het notificaties zijn – vandaag zijn het nog kladnotificaties, ontwerpnotificaties zo u wilt – en zodra ze goedgekeurd zijn, zullen ze onmiddellijk aan de voorzitster worden verstuurd.
01.116 Sander Loones (N-VA):
Opnieuw, mijnheer de eerste minister, ik betreur het. De pers heeft ze, een
partijvoorzitter van uw meerderheid heeft ze en deelt ze gewoon op sociale
media, en u hebt daar blijkbaar geen fundamenteel bezwaar tegen. Ik vind dat weinig correct.
01.117 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur le premier ministre, le pilier suivant que je souhaitais vous communiquer au nom de mon groupe…
La présidente: Nous avons encore deux demandes de parole: M. Troosters, qui attend depuis un certain temps, et Mme Vindevoghel.
01.118 Frank Troosters (VB): Mevrouw de voorzitster, ik stak mijn arm al in de lucht nog vóór mevrouw Vindevoghel. Al die tijd ben ik heel hoffelijk blijven wachten en luisteren naar iedereen. Dan komt er een andere interruptie, waarbij de eerste minister naar mij omkijkt en vragend teken doet van "Mag ik antwoorden?" Ik stel me vervolgens opnieuw hoffelijk op en het resultaat is dat u mij uit het debat zet. Ik vind dat echt beneden alle peil.
01.119 Maria Vindevoghel (PVDA-PTB): Mijnheer Vanden Burre, u hebt natuurlijk gelijk wanneer u zegt dat er jaren niet geïnvesteerd is in het spoor. Dat is juist. Er is 3 miljard bespaard, en die moet gerecupereerd worden. Wat zal er nu gebeuren? Eigenlijk krijgen wij nu terug wat verloren gegaan is, maar niet meer. Terwijl u, groenen, altijd zegt dat er meer geïnvesteerd moet worden in de modal shift.
De heer Gilson van Infrabel heeft bij ons bezoek letterlijk gezegd dat er 700 kilometer spoor bedreigd is als er niet meer middelen komen.
Ik maak mij ongelooflijk veel zorgen over het feit dat voor de komende twee jaar maar 200 miljoen euro wordt uitgetrokken. Dit zal zeker onvoldoende zijn. Mijnheer Vanden Burre, dit jaar alleen al werden 30.000 treinen afgeschaft. Dat hebben we nog nooit gezien, en dat met een groene minister. Uw ambitie reikt niet ver genoeg om de treinen te laten rijden! U hebt gelijk dat de modal shift belangrijk is. U hebt gelijk dat het spoor belangrijk is voor de economie. U handelt er echter niet naar. Er zijn ook geen middelen om dat waar te maken.
01.120 Tomas Roggeman (N-VA): Mijnheer Vanden Burre, ik ben blij dat de minister even is ingegaan op de bijkomende financiering van 3 miljard voor het spoor. Er wordt daar in de communicatie heel sterk op ingezet, maar ik stel vandaag vast dat het geld er niet ligt. Dat blijkt ook uit de toespraak van de minister. Ik hoor dat de regering zelfs maar in 2 van de 3 miljard euro zal voorzien.
De beloftes in de regeringsverklaring en de beleidsnota's zijn zo groot dat het geld dat u wel kunt leggen ontoereikend is om die ambities en die beloftes waar te maken en te financieren. Na de goedkeuring van de beheerscontracten die over twee maanden rond moet zijn – anders hebben we een groot probleem –, heeft de regering nog maar één instrument om dat te corrigeren en dat is de opmaak van het vervoersplan.
Mijnheer de minister, mijnheer Vanden Burre, u zult de groene ambities niet kunnen waarmaken, omdat u de middelen ervoor niet hebt. De grote beloftes over de verdubbeling van de dienstverlening en van het aantal reizigers zult u met het voorliggende pakket nooit kunnen realiseren. Wij hebben van in het begin van deze legislatuur gewaarschuwd dat dat onbetaalbaar zou zijn. De mislukking stond van in het begin in de sterren geschreven. Vandaag zien we die mislukking zich voor onze ogen voltrekken.
01.121 Frank Troosters (VB): Ik had zeven vragen voorbereid, maar ik zal mij beperken tot een vraag.
Afgelopen week zei de minister in de media en in de commissie heel stellig dat het money time was. Het was het grote moment om te laten zien dat het menens was met het spoor. Hij had daarvoor 4 miljard euro over tien jaar nodig. Dat is 400 miljoen euro per jaar.
In de tabellen die we vanmorgen kregen, staat de NMBS zelfs niet meer als een aparte post ingeschreven, zoals de heer De Roover al zei. Men moet de cijfers dus in de media zoeken.
Dan blijkt dat u inderdaad voor de komende twee jaar samen in totaal ongeveer 200 miljoen euro krijgt. Dat is 600 miljoen euro minder dan de 800 miljoen euro waarop u eigenlijk had gerekend.
Dat heeft natuurlijk gevolgen. Er is een langetermijnpad uitgezet voor 3 miljard euro, die geen 3 miljard euro maar 2 miljard euro is. Ik moet bovendien nog zien of dat geld er is. Een bedenking daarbij is ook dat de regering van de volgende legislatuur daarmee al wordt gehypothekeerd. Kan dat allemaal zomaar?
Er moet dus 1 miljard euro worden geleend bij de Europese Investeringsbank. Van dat geld bent u dus niet zeker. Die garantie kunt u niet geven. Bovendien, indien u inderdaad dat geld krijgt, verhoogt u alweer de miljardenschuld.
Wat de korte termijn betreft, het bedrag van 200 miljoen euro is volgens de kranten verdeeld in 116 miljoen euro en 84 miljoen euro. Daar kunt u natuurlijk niet veel mee aanvangen, aangezien in 2023 gewoon al de energiekosten 432 miljoen euro zullen bedragen. Dat bedrag kan nog hoger oplopen afhankelijk van hoe de situatie evolueert.
Ik stel vast dat u twee jaar lang geweldige plannen hebt gemaakt en aangekondigd en beklemtoond hebt dat u nu het geld moest hebben en dat het nu moest gebeuren.
Tijdens de begrotingsbesprekingen staken de vakbonden in plaats van op 15 oktober 2022 al op 8 oktober 2022 en zetten op die manier mee druk. Veertien belangenorganisaties, die bijna allemaal gesitueerd moeten worden in de linkse, ecologische, Franstalige hoek, vragen nu plots ook geld. De NMBS begint te dreigen dat zij geld moet hebben, want dat zij anders opnieuw loketten in de stations zal moeten sluiten. Infrabel kan niet achterblijven en stelt dat een vijfde van het spoorwegnet zal moeten sluiten indien het bedrijf geen geld krijgt. Er wordt dan 700 kilometer spoornet geschrapt. Alles en iedereen is in het getouw gebracht om het geld binnen te halen. Uiteindelijk wordt geland op 2 miljard euro. Voor de komende legislatuur is dat 200 miljoen euro.
De voorzitster: Mijnheer Troosters, uw spreektijd zit erop.
01.122 Frank Troosters (VB): Er is 200 miljoen euro vrijgemaakt om nog twee jaar bezig te zijn. Iets laat mij vermoeden dat u daarna weg bent. Ik vrees dus dat van uw plannen niet veel in huis zal komen.
De voorzitster: Mijnheer Troosters, mag ik u vragen om af te ronden?
01.123 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, je pense que le ministre a répondu sur les détails. Par rapport à la vision et à la déclaration de politique générale, je pense que tous les détails ont été donnés dans la réponse. Le premier ministre interviendra encore tout à l'heure. Je me permets donc de continuer car j'ai encore un ou deux messages à faire passer.
Le message ou plutôt le pilier suivant des éléments que je voulais mettre en avant, monsieur le premier ministre, ce sont certains regrets. On peut parler d'encouragements pour rester positif.
Il est vrai que notre groupe aurait aimé voir ou entendre quelques points hier dans votre déclaration. Le premier, on vient d'en parler. Je ne serai dès lors pas très long. Il n'y a jamais d'ambition assez grande pour le climat: davantage d'investissements dans les énergies renouvelables, davantage d'investissements dans la SNCB, davantage aussi de mesures de fiscalité. Je pense évidemment à la sortie progressive des énergies fossiles dans un délai de cinq à dix ans. Un désinvestissement est pour nous fondamental et l'effort doit continuer.
Le deuxième point, c'est la réforme fiscale. Je
ne surprendrai personne en disant que les écologistes sont de fervents
partisans d'un véritable tax shift, monsieur le ministre des Finances et
monsieur le premier ministre, de plusieurs milliards d'euros. Soyons ambitieux
pour baisser la fiscalité sur le travail (objectif n°1), sur les bas et les
moyens revenus et pour faire contribuer les épaules les plus larges,
puisque nous voulons financer ce tax shift.
Je fais référence au débat de ce matin au cours
duquel nous avons comparé avec ce que d'autres ont fait dans le passé. Nous
souhaitons toutefois financer ce tax shift en demandant des
contributions aux épaules les plus larges ainsi que nous l'avons inscrit dans
l'accord de gouvernement. Je pense à un relèvement de la taxation des
comptes-titres que nous avons mise en place, je pense aussi à une taxation sur
les plus-values mobilières qui doit être réfléchie et doit être mise sur la
table pour pouvoir financer cela intégralement. Le produit de ces contributions
des épaules les plus larges doit donc revenir intégralement à la baisse de la
fiscalité sur le travail. Pour
être clair!
01.124 Theo Francken (N-VA): Mijnheer Vanden Burre, u haalt twee belangrijke punten aan, namelijk de klimaatambities van de regering, die volgens u ambitieuzer mogen zijn, en de taxshift. Vorig jaar heb ik naar aanleiding van de State of the Union een debat gevoerd. Het was een ietwat verwarrend debat over de tax lift met betrekking tot de invoering van een taks op vliegtuigtickets. Het bedrag per ticket was niet duidelijk. De heer Bouchez zei dat het om maximaal 3 euro ging, iemand anders zei dat het om 8 euro ging, de PS sprak dan weer over 20 euro per ticket. Die maatregel werd uiteindelijk goedgekeurd en zou zo'n 40 miljoen euro opbrengen.
Een van de argumenten voor de invoering ervan was mensen ertoe aan te sporen de trein in plaats van het vliegtuig te nemen voor reizen met een afstand van minder dan 500 kilometer. Ik heb toen het tijdsverschil berekend tussen de trein en het vliegtuig voor een verplaatsing van plaats x naar plaats y. Er bleek een groot tijdsverschil te zijn. Ik blijf ervan overtuigd dat veel mensen in dit land daarom het vliegtuig boven de trein verkiezen.
De heer Van Besien zei dat om in dat opzet te slagen, het ook eenvoudiger moet worden om die trein te nemen. Men moet daarom ook werken aan de interconnectiviteit en ervoor zorgen dat men met de trein geraakt waar men moet geraken, ook vanuit de luchthaven. Dat is de grootste uitdaging. In Schiphol, in Nederland, en in Frankrijk maakt men daar bijvoorbeeld al werk van. Ik hoor van de luchthaven dat men bijzonder ontevreden is over die interconnectiviteit.
Welke plannen heeft de regering de komende twee jaar om de treinlijnverbindingen vanuit Zaventem en Charleroi naar andere knooppunten en steden in Europa te verbeteren? Als men werkelijk groen is en een taxshift en klimaatambities wil, dan moet men ervoor zorgen dat mensen vaker de trein nemen, ook voor lange reizen onder 500 kilometer. Dat is echter onvoldoende aantrekkelijk is ons land. Ik hoor van de luchthavenwereld dat er niets op tafel komt. Klopt dat? Kunt u daar wat meer uitleg over geven?
01.125 Katleen Bury (VB): Ik heb tot de laatste 30 seconden gewacht om iets over de luchthaven te horen. Men sprak over het klimaat, vervolgens over mobiliteit en dan weer over het spoor, maar de luchthaven kwam niet aan bod. In de krant lezen we niets anders dan dat uw minister na tee jaar in functie nog geen centimeter vooruitgang heeft geboekt. Het woord ondergang is eigenlijk gepaster hier, want bedrijven trekken weg, er werd een vliegtaks ingevoerd en het is onmogelijk te concurreren met de overgesubsidieerde luchthaven van Charleroi. Uw minister geeft geen antwoorden op die vragen.
Het zijn crisistijden. U sprak daar zelf ook uitgebreid over. Het zou logisch zijn om die zaken te herbekijken. In de pers lezen we dat er extreem geruzie is tussen de gewesten. Volgens het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zou er een akkoord zijn. Het Vlaamse Gewest ontkent dat in alle talen. Wij krijgen niet eens inzage in de documenten.
De studie die door het federale niveau werd besteld bevat negen scenario's om de lasten te spreiden tussen het Brusselse en het Vlaamse Gewest. Zeven van de negen scenario's verschuiven de overlast enkel naar het Vlaamse Gewest.
Ik heb de campagne gezien van de Bond Beter Leefmilieu die vandaag werd gelanceerd over de impact van het lawaai voor de omwonenden. Dat is namelijk ook belangrijk voor u, als groene partij. Op basis van cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie, zouden mensen 3,5 gezonde levensjaren verliezen in de buurt van de luchthaven. Cardioloog Marc Goethals zegt daarover: "Ons gehoor slaapt nooit. Mensen denken dat ze het geluid gewoon worden, maar het gehoor is een alarm dat ons 24/24 moet waarschuwen voor gevaar. Ons lichaam reageert daar altijd op, bewust of onbewust. Bij lawaai gaat het lichaam in stressmodus, waardoor de bloeddruk stijgt. Op termijn resulteert dat in een verhoogd risico op hart- en vaatziekten en op hersentrombose."
De luchthaven wordt beheerd alsof ze in de Sahara ligt. Wordt het niet eens tijd om werk te maken van de regionalisering van de luchthaven? Het advies van de Raad van State zat deze week in onze mailbox. Vandaar mijn concrete vraag of de minister hiervan werk wil maken. Zo kunnen de regio's zelf beslissen over de invoering van de nachtvluchten, de invoering van de geluidsnormen, de lage-emissiezones en de gezondheid van onze inwoners.
01.126 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): J'en étais à demander un véritable tax shift. Je vais répondre, mais il est intéressant de voir que, lorsque je parle de véritable tax shift, soit baisser la fiscalité sur le travail en demandant une contribution aux épaules les plus larges, vous venez avec des questions sur l'aéroport et la vliegtaks! C'est quelque peu étonnant.
Mais pour répondre à votre question, monsieur Francken, en ce qui concerne les déplacements en train et en avion, vous dites: "Trop souvent, les gens prennent le train, parce que c'est plus confortable ou plus facile, même quand il s'agit de parcourir 500km". Notre objectif le plus important, en termes de mesures, est clairement de tout mettre en place pour baisser le prix du train et augmenter celui de l'avion, car il y a des déductions fiscales sur l'avion, notamment sur le kérosène ou autres, qui vont normalement évoluer au niveau européen, mais qui font la différence aujourd'hui! Comment expliquer que, pour prendre un avion de Bruxelles vers le Sud de la France, cela vous coûtera 50 euros, alors qu'il vous en coûtera 300, voire 350 euros en TGV?
Cela n'a aucun sens! C'est là qu'il faut agir, au niveau européen en priorité et, si ce n'est pas possible, il faut y travailler avec les pays voisins. En tout cas, c'est bien là l'enjeu. Je suis ravi d'entendre que vous souhaitez un développement européen du rail. Vous parlez de 500 kilomètres. En tant qu'écologiste, j'ai presque envie de dire qu'idéalement, nos enfants et petits-enfants – mes enfants ont 6 et 10 ans –, pourraient parcourir jusqu'à 1 000 kilomètres en train. C'est le sens d'un réseau européen, mais les prix doivent baisser. Nous sommes tout à fait d'accord: il est insensé que les prix soient aussi élevés par rapport à celui d'un billet d'avion.
Une question a aussi été posée au sujet du survol de Bruxelles. Je n'en ai absolument pas parlé, même si cette question est importante. Du reste, n'attendez pas de moi, chers collègues, que je commence à opposer les Régions les unes aux autres. Je ne tiens pas à jouer à ce jeu ridicule. Étant moi-même Bruxellois, je sais ce que le survol provoque comme impact sur la qualité de vie. Nous sommes bien conscients qu'il s'agit d'un problème de santé publique et d'environnement. C'est la santé de tout un chacun qui est concernée. Qu'on habite dans le Brabant flamand, le Brabant wallon, au nord-est ou au centre de Bruxelles, il faut que la situation s'améliore. Par ailleurs, nous sommes aussi favorables à une nuit environnementale. Cette équation nécessite que nous trouvions des compromis entre Régions et entre partis politiques. En tout cas, le point de vue des écologistes sur la question est extrêmement clair.
Je vais essayer de poursuivre, en tenant compte des quelques minutes qui me restent.
La présidente:
Monsieur Vanden Burre, M. Buysrogge souhaite vous interrompre. Pardon, il donne la parole à
M. Francken.
01.127 Theo Francken (N-VA): Mijnheer Vanden Burre, u hebt niet geantwoord op mijn vraag of er geld van de vliegtaks zal worden geïnvesteerd in een betere interconnectiviteit. Neen dus, dat is duidelijk. De mensen van de luchthaven hebben niet gelogen.
Ik wil u nog één ding meegeven. Er wordt – ik weet niet of dit vanuit de federale of de Brusselse regering komt – gespind dat de Vlaamse regering opgestapt zou zijn bij het luchthavenoverleg. Daarover wil ik de puntjes op de i zetten. De Vlaamse regering is helemaal niet opgestapt. Wel hebben wij enkele tekstvoorstellen gedaan die moeilijk vallen, maar dat moet dan maar besproken worden. Toch wil ik even zeggen dat de laatste vergadering, op 29 juli, geannuleerd werd door het kabinet van minister Gilkinet. Vervolgens moet ik lezen dat de heer Maron, eveneens van uw partij, zegt dat Vlaanderen is opgestapt van de onderhandelingen over het luchthavenakkoord voor de vliegroutes. Dat betreur ik en daarin sta ik niet alleen. Vlaanderen zal altijd blijven vechten voor een evenwichtige oplossing.
Minister Gilkinet, Vlaanderen en de luchthavengemeenschap hebben bijzonder weinig vertrouwen in uw aanpak. U bent nog twee jaar minister. Ik hoop dus dat u uw partijgenoten in toom houdt, die beweren dat wij zouden zijn opgestapt. De Vlaamse delegatie is helemaal niet opgestapt. Wij zullen altijd blijven vechten voor onze luchthaven, ook voor de economische belangen. De tweede motor van de economie in dit land is onze luchthaven.
Mijnheer de eerste minister, ik roep de regering en de Open Vld op om dat goed in de gaten te blijven houden. Ik zal dat meteen ook aan de heer Lachaert vragen in het debat, omdat er heel wat aan de hand is. De economische belangen blijven primordiaal voor de Vlaamse regering. Het verhaal dat de Vlaamse delegatie is opgestapt, klopt niet.
01.128 Peter Buysrogge (N-VA): Mevrouw de voorzitster, mijnheer Vanden Burre, volgens de State of the Union moet er binnen twintig jaar een Europees jachtvliegtuig op de markt zijn dat wedijvert met de Amerikaanse toestellen. In het verleden hebben we daarover heroïsche debatten gevoerd. In uw uiteenzetting hebben we er niets over gehoord, maar uw partij was altijd tegen de vervanging van de F-16-toestellen.
Er is terecht beslist om F-35-toestellen aan
te kopen. Vervolgens heb ik een resolutie ingediend over de situatie na die
F-35's en een eventueel Europees vervangingsprogramma voor die F-35-toestellen.
Vivaldi heeft die resolutie verworpen. Nu lezen we in de State of the Union dat
de F-35-toestellen toch moeten worden vervangen. Wat is dus het standpunt van
uw partij over de jachtvliegtuigen? Is uw partij voorstander van de vervanging,
de opvolger van jachtvliegtuigen? Ik zou graag een helder antwoord krijgen.
01.129 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Monsieur Francken, vous refaites les négociations au sujet du survol des différentes Régions. Je ne souhaite pas entrer dans ce jeu ici et donner les bons et les mauvais points. Je vais éviter cela. Je vous ai donné le programme et la vision écologistes. Je suis chef de groupe Ecolo-Groen et il paraît logique que je vous donne la vision écologiste dans ce dossier difficile. L'histoire de ce dossier est extrêmement complexe et ce n'est pas en onze secondes que je vais pouvoir donner une solution. Par contre, je vous ai rappelé le programme écologiste en la matière.
Cher collègue Buysrogge, c'est un peu la même chose en ce qui concerne le budget de la Défense ou les F-16. Nous avons toujours été extrêmement clairs.
À présent, vous me demandez de me positionner
sur le prochain programme d'avions de chasse. Je ne vais pas me positionner en
onze secondes sur le choix de celui-ci ou de celui-là. Vous me demandez de
choisir une technologie, un type d'avion et un fabricant. Restons sérieux! Nous
parlons de la déclaration faite hier par le premier ministre. Vous m'emmenez
sur un terrain totalement en dehors de la vision politique dont nous sommes en
train de discuter. Mais je crois
que le premier ministre souhaite intervenir.
01.130 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw de voorzitster, ik zal het verduidelijken. Wij hebben beslist om meer te investeren in Defensie, een zeer forse stijging van onze defensie-uitgaven, een beslissing van de zeven partijen van deze regering. Dat is nodig voor onze veiligheid en ook omdat wij internationaal van solidariteit genieten. Solidariteit kunnen we niet vragen als we niet zelf bijdragen, dus dat doen we.
Wel moeten we ervoor zorgen dat wij voor elke euro die we erin steken, het maximale eruit halen. De geïnvesteerde euro's leveren veiligheid, maar als we ervoor zorgen dat we daarrond ook een Europees industrieel programma bouwen, dan wint onze industrie daarbij. Als we de industrie ook betrekken bij zaken als cybersecurity, dan krijgen we op dat vlak betere dienstverlening. Als wij ervoor zorgen dat Defensie een moderner beleid voert op het gebied van human resources, dan wordt dat ook een opleidingstraject voor de mensen die daarnaar uitkijken.
Dat is waar het hier over gaat. U herleidt dat tot het ene of het andere vliegtuig. Neen, deze regering heeft beslist dat als men meer investeert, men er meer voor terugkrijgt, zowel economisch als sociaal. Dat is het beleid van deze zeven partijen, die op dat gebied een enorme stap vooruit hebben gezet.
01.131 Peter Buysrogge (N-VA): De premier maakt ervan dat ik het herleid tot de aankoop van meer jachtvliegtuigen, maar dat is totaal niet het geval. In de State of the Union van gisteren staat zwart op wit dat er een Europees jachtvliegtuig moet komen dat wedijvert met de Amerikaanse toestellen. Mijn vraag aan de heer Vanden Burre is dan ook heel duidelijk: stemt u in met de aanschaf van meer toestellen, meer jachtvliegtuigen, ja of neen? Dat is een uiterst binaire vraag.
01.132 Eerste minister Alexander
De Croo: Er staat niets, maar dan ook niets in
de notificaties over jachtvliegtuigen. (Rumoer)
La présidente: Monsieur Vanden Burre, je pense que vous pouvez poursuivre dans les onze secondes qu'il vous reste.
01.133 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Madame la présidente, dans les onze secondes qu'il me reste, j'avais d'autres choses à vous dire mais je le ferai à un moment ultérieur. Mais dans les cinq secondes qu'il me reste, je vous dirai qu'effectivement, je vous confirme que cette déclaration est protectrice et ambitieuse. Et, comme je vous le disais, nous restons critiques et ambitieux sur d'autres sujets. Mais je vous confirme que notre groupe vous accordera sa confiance.
01.134 Catherine Fonck (Les Engagés): Monsieur Vanden Burre, si vous me le permettez, je voudrais vous solliciter sur un sujet que vous n'avez absolument pas abordé, hier non plus d'ailleurs, mais une analyse un peu précise du tableau permet quand même de se poser un certain nombre de questions. Cela concerne le statut des artistes. On en a beaucoup parlé. Plusieurs partis…
La présidente: Madame, les interruptions concernent-elles ce dont l'orateur a parlé, oui ou non? Je pense que c'est cela l'objectif! Ne venez pas parler de ce dont il n'a pas parlé. Ça suffit!
01.135 Catherine Fonck (Les Engagés): Cela figure dans le tableau budgétaire, avec une économie de 60 millions sur 2023 et 60 millions sur 2024; mais nous ne pouvons pas aborder le sujet et pas poser la question. Les artistes apprécieront, je vous le dis!
La présidente: C'est la méthodologie, madame Fonck. Vous aurez tout le loisir, pendant votre temps de parole, d'interpeller le gouvernement.
01.136 Catherine Fonck (Les Engagés): (…)
La présidente: Madame Fonck, cela suffit! Vous aurez la parole pour poser toutes les questions que vous souhaitez pendant le temps qui vous est imparti pour votre groupe. M. Vanden Burre n'a pas évoqué le sujet. Je ne vois pas pourquoi on devrait commencer à interpeller tout le monde sur tout et n'importe quoi.
01.137 Peter De Roover (N-VA): Kan mevrouw Fonck een vraag stellen over dat onderdeel van de State of the Union, terwijl er gezegd is dat de vragen aan de regering via de sprekers op het spreekgestoelte moeten worden gesteld? Dat is erg belangrijk, aangezien dit iets is wat haar aanbelangt, waar ze interesse voor heeft en dat in het schema staat. Dat zijn dus twee elementen die maken dat dit hier helemaal op zijn plaats is. Er zijn geen vakmomenten, maar er is gezegd dat de ministers tussenbeide zouden komen. Dat is hier ook al meermaals gebeurd. Ik dank de ministers daarvoor.
Collega Vanden Burre zegt dat dit voor hem te gedetailleerd wordt, zoals daarnet ook al werd gezegd. Ik heb daar alle begrip voor. Dan is het aan de minister in kwestie om daarop te antwoorden. Het criterium is natuurlijk de State of the Union en niet wat de betrokkene al of niet zegt. Als de meerderheid dan zou afspreken dat ze helemaal niets zou zeggen, dan kunnen wij geen vragen stellen. Dat zou nogal een vreemde aangelegenheid zijn.
In die zin stel ik mij de vraag hoe mevrouw Fonck die bekommernis hier tijdens de State of the Union kan uiten.
De voorzitster: Mevrouw Fonck zal haar spreektijd als fractieleider daarvoor gebruiken.
01.138 Koen Metsu (N-VA): Mevrouw de voorzitster, ik had mijn hand al opgestoken toen de heer Vanden Burre aan het woord was. Hij is een heel goede collega die vijf jaar geleden ondervoorzitter was van de tijdelijke commissie Terreurbestrijding. We hebben toen goed samengewerkt om het wetgevend werk met betrekking tot de strijd tegen terreur aan te pakken.
Wat mij gisteren en vandaag opvalt, is dat we heel tijdelijk denken. Een paar jaar geleden ging dit debat over de strijd tegen terreur en de militairen op straat. Nu is er een energiecrisis en zullen we daaraan reactief werken en wordt er nog heel weinig gezegd over veiligheid. Gisteren ging het daar gedurende 38 seconden over tijdens de State of the Union. We zullen 1 miljard euro pompen in veiligheid en Justitie en we zien wel hoe, en dat is buiten het deel Defensie.
We hebben de begrotingstabellen gekregen. Er zetelen heel veel burgemeesters, schepenen en gemeenteraadsleden in dit halfrond. Als wij met zo'n tabel naar een gemeenteraad zouden komen, dan zou de gouverneur ons terugsturen. Het zijn maar een paar lijntjes waaruit we niets kunnen opmaken. Er staat 1 miljard euro. De eerste repatriëring van de IS-strijdsters kostte 2 miljoen euro, de vorige kostte 1 miljoen euro en de minister van Justitie wil niet zeggen hoeveel ze zijn departement heeft gekost omdat het tot de reguliere werking zou behoren. Ik heb die vraag al twee of drie keer gesteld, net als andere collega's, en de minister zegt telkens dat hij niet zal antwoorden, want dat dat in de reguliere werking staat. Wij kunnen daar niets uit opmaken.
Ik wil een vraag stellen aan de heer Vanden Burre. Wij hebben toen met veel slachtoffers gesproken. Het garantiefonds stond toen boven aan de agenda van de regering. Vorig jaar, vlak voor de vijfjarige herdenking van de aanslagen, heeft de minister van Justitie gezegd dat er geen sprake meer zou zijn van het garantiefonds, dat we dat even zouden laten en wel zouden zien wat er gebeurt. Ik wil de heer Vanden Burre nu vragen wat hij denkt over het garantiefonds voor de slachtoffers van terreur en ik wil een heel duidelijk antwoord krijgen.
01.139 Gilles Vanden Burre (Ecolo-Groen): Pourquoi n'ai-je rien dit sur les piliers politiques élémentaires que sont la police et la justice? Parce que je n'avais qu'une dizaine de minutes et qu'il faut mettre des priorités en avant. Mais ce n'est pas pour autant que ce n'est pas important et que je n'ai rien à dire.
Je soutiens effectivement ce qui a été dit hier par le premier ministre. Il a parlé du milliard investi en plus pour la police et la justice. Le ministre de la Justice est présent et s'il y a des lignes budgétaires précises que vous souhaitez connaître, il pourra vous répondre.
Ce n'est pas parce que je voulais éviter le sujet que je n'en ai pas parlé. Soyons de bon compte, je n'avais que dix minutes et je me suis limité aux priorités et urgences du moment.
Monsieur Metsu, nous ne sommes pas souvent d'accord sur ces sujets mais nous avons toujours plaidé pour davantage de moyens pour la police, certainement pour la police de proximité. Les investissements annoncés vont donc pour nous dans la bonne direction.
La présidente: Pour l'anecdote, vos dix minutes se sont transformées en nonante minutes par un coup de baguette magique!
01.140 Catherine Fonck (Les Engagés): Madame la présidente, je remercie mon collègue Peter De Roover pour son intervention.
J'ai entendu que vous refusiez que l'on aborde ce sujet pourtant inscrit dans l'accord de gouvernement et dans le tableau. J'imagine que, quand les points font mal, c'est compliqué.
La présidente: Madame Fonck, ne tordez pas à nouveau les propos! On vous parle de méthodologie. Personne ne refuse de parler de quoi que ce soit. Mais vous aurez votre temps de parole.
01.141 Catherine Fonck (Les Engagés): Je terminerai quand même! (Protestation)
La présidente: Cela suffit! Vous m'avez demandé d'être stricte, et je le suis! On respecte les orateurs et les conventions prises hier en Conférence des présidents.
01.142 Ahmed Laaouej (PS):
Madame la présidente, à titre liminaire, l'intervention de M. Loones est,
à mon avis, judicieuse et appropriée ainsi que fondée. Je déplore, comme lui,
le fait que des notifications, provisoires de surcroît, soient publiées sur les
réseaux sociaux par un président de parti. Cela ne va pas!
01.143 Sander Loones (N-VA): Mijnheer Laaouej, ik wil het kort hebben over de notificaties. Mevrouw de voorzitster, hebt u een degelijk scanapparaat? Ik ben redelijk ouderwets en hou ervan dat het Parlement transparant wordt geïnformeerd. Dat is de reden waarom ik blijf herhalen dat we over degelijke tabellen en cijfers moeten beschikken. Gelukkig zijn er nog mensen, onder anderen journalisten, die die zin voor transparantie delen.
Ik beschik over alle 66 pagina's notificaties die blijkbaar niet bestaan. Ze circuleren bij de pers en ook wij hebben ze in handen. Mevrouw de voorzitster, in die sfeer van transparantie is er geen enkel probleem om die notificaties aan u ter beschikking te stellen, zodat u ze kunt scannen en uitdelen. Zo is het hele Parlement geïnformeerd en kunnen we dit debat met kennis van zaken voeren. We beschikken dan niet alleen over een halve tabel en een aantal woorden, maar wel over zoveel mogelijk informatie, zodat we zo gepast mogelijk ons betoog kunnen houden.
01.144 Servais Verherstraeten (cd&v): Mevrouw de voorzitster, wij zijn hier al voor de vijfde of zesde keer een discussie aan het voeren over de notificaties. De collega's van de N-VA weten perfect hoe het in zijn werk gaat. Als de kern een bespreking afrondt, vertalen de ministers dat aan hun kabinetten. Zij hebben geen andere vertaling. Uiteindelijk kan die vertaling dus een beetje gekleurd zijn. Dan wordt dat bediscussieerd in de kern en wordt het daarna afgeklopt. Dat gebeurt soms niet meteen. De collega's weten dat dit ook in de vorige legislatuur wel enige tijd vergde.
Wel, zo'n notificatie bestaat pas wanneer zij formeel is goedgekeurd. Dat is hier al een paar keren gezegd. Laten wij met die discussie ophouden!
01.145 Sander Loones (N-VA): Ik wil collega Verherstraeten bedanken omdat hij mij het proces uitlegde van hoe notificaties tot stand komen. Hij is één stap vergeten in het proces: de stap waarbij het kabinet die naar de journalisten stuurt, en niet naar ons.
Als ze niet bestaan, bestaan ze niet. Maar
ik kan ze zelf niet maken. Ze komen van uw eigen regering. U stuurt ze door
naar de journalisten. U kiest ervoor altijd alles eerst aan de journalisten te
geven en pas als laatste aan het Parlement. Dat is uw keuze! Hoe meent u dat ik
ze ontvangen heb? Wie heeft
ze mij doorgegeven, meent u?
La présidente: Peut-on avancer dans nos travaux? Je souhaite que M. Laaouej puisse entamer sa prise de parole.
01.146 Ahmed Laaouej (PS): Madame la présidente, je vous remercie.
Monsieur Loones, on vous a donné raison sur le fond. Je crois pouvoir dire que l'incident est clos. M. le premier ministre s'est exprimé sur le statut de ces notifications.
Chers collègues, je commencerai mon intervention par une question qui est aussi un constat. A-t-on déjà connu, durant ces dernières décennies, une situation politique, économique et sociale aussi difficile que celle qu'il nous faut vivre aujourd'hui? Bien sûr, il y a eu les deux chocs pétroliers des années 1970 (en 1973 et en 1979), les chocs économiques et sociaux qui ont suivi, avec les politiques d'austérité mises en place par certains dans les années 1980. Les années 1990 furent une décennie de transition où l'on a réussi à amorcer le désendettement de l'État. Ensuite, il y a eu la crise des subprimes de 2008 qui a plongé nos finances publiques dans des affres particulièrement profondes.
Durant toutes ces années, certains ont bataillé ferme – nous en faisons partie – pour mener une politique de soutien à notre tissu économique et social, considérant que nos systèmes de redistribution et de protection sociale étaient les meilleurs remparts pour à la fois amortir et absorber les chocs sociaux, mais aussi pour assurer la relance de l'économie. Telles furent toutes ces années difficiles, qui amenèrent leur lot d'épreuves avec, en toile de fond, des oppositions idéologiques et politiques sur la manière de faire pour permettre au pays de s'en sortir.
Nous pensons à chaque fois passer un cap, aller vers un mieux. Et puis, voilà qu'une nouvelle crise balaie les efforts accomplis! Quatorze ans donc après la crise financière, c'est à une crise sanitaire d'une ampleur contemporaine inédite que nous avons été et sommes encore aujourd'hui confrontés.
Les pouvoirs publics dans leur ensemble se sont mobilisés pour affronter de nouveaux défis: protéger, soigner, aider, accompagner les personnes, les familles, les entreprises, les associations. Ce sont à nouveau des dizaines de milliards d'euros qui ont été débloqués. Qu'il s'agisse de la vaccination, de l'achat de masques ou du chômage corona, des primes, des aides diverses et variées, ce furent autant de dépenses aussi coûteuses qu'indispensables qui ont dû être assumées du niveau communal au niveau fédéral en passant par les Régions et autres niveaux de pouvoir. Et tout cela, pendant que les recettes fiscales et parafiscales se tarissaient en raison d'une économie quasi à l'arrêt.
Notre système de solidarité, avec sa sécurité sociale, ses hôpitaux, ses services publics, a montré son importance, mais il a appelé l'investissement de moyens supplémentaires d'une rare ampleur. Dans un contexte dramatique pour le pays, celles et ceux qui, depuis trop longtemps, prônent des politiques d'austérité, pour abîmer nos protections sociales et nos services publics, se sont vu rappeler toute l'importance de ce patrimoine commun et toute la nocivité de leur conception idéologique étriquée et dangereuse. Rien ne vaut la solidarité; et plus encore en période de crise.
Comme cela ne suffisait pas, la reprise de l'activité économique au niveau mondial, la croissance de certaines zones économiques dans le monde, le jeu malsain de certains spéculateurs et une guerre d'invasion à quelques heures d'avion de Bruxelles ont provoqué la crise énergétique que vous connaissez et qui appelle à nouveau les moyens financiers de l'État et la solidarité collective au chevet des ménages et des entreprises.
Tel est le contexte dans lequel le gouvernement fait aujourd'hui sa rentrée. Si nous devions, pour ce qui concerne notre groupe, retenir le fil rouge de cette rentrée, c'est le mot "soutien".
01.147 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur Laaouej, vous avez fait les louanges de la solidarité. Vous y tenez, si je comprends bien vos propos. L'une des expressions les plus importantes de la solidarité dans notre pays, c'est la sécurité sociale. On y tient tous, elle qui fut arrachée de haute lutte par la classe travailleuse. Nous étions donc étonnés de voir dans cet accord un milliard de cotisations patronales déduit de manière linéaire, sans aucune condition de difficulté pour les entreprises par exemple. Nous avons donc là un milliard en moins pour notre sécurité sociale, pour nos pensions, pour nos malades. Je ne comprends pas comment vous avez pu accepter cela!
Où sont les paroles de M. Dermagne qui disait la semaine passée: "Nous allons mettre en place des dispositifs pour aider de manière ciblée les entreprises qui en ont besoin"? Qu'en est-il des propos tenus par M. Lacroix qui disait: "Défiscaliser l'indexation des salaires, c'est non. C'est étrange, c'est fascinant cette obsession des grands patrons, cette pensée unique du patronat et nous, les socialistes, refusons de punir les travailleurs et d'enrichir les nantis"? Donner un milliard en cadeau, qu'est-ce d'autre que punir les travailleurs, monsieur Laaouej, et enrichir les nantis?
01.148 Ellen Samyn (VB): Mijnheer Laaouej, u spreekt over solidariteit. Het woord armoede, pauvreté, kwam gisteren tijdens de State of the Union niet ter sprake. Reeds vóór de Oekraïne-energiecrisis waren de armoedenoden heel groot. De regering zou meer moeten focussen op de problematiek rond armoede, bijvoorbeeld de non-take-up van sociale rechten.
Welk budget zal er worden uitgetrokken voor de bestrijding van armoede? Welke inspanningen zult u leveren, of worden het ook de volgende jaren barre, koude winters en lange wachtrijen aan de voedselbanken?
Een recente studie leert over de non-take-up van sociale rechten dat 40 tot 50 % van de mensen die recht hebben op een of meerdere toelagen, die simpelweg niet opneemt, omdat ze onwetend zijn.
Tienduizend mensen, misschien zelfs meer, weten niet dat zij recht hebben op een of andere toelage in tijden van financiële crisis, wanneer elke cent telt.
Hoe is het mogelijk dat op twee jaar de non-take-up van sociale rechten alleen maar toeneemt? Welke structurele maatregelen zal de regering in dat kader nemen?
01.149 Ahmed Laaouej (PS): Madame la présidente, en ce qui concerne la réduction des cotisations sociales, de la même manière que les aides aux entreprises en général, il est toujours mieux de les cibler. C'est notre credo. Ce milliard de réduction des cotisations sociales qui est temporaire et exceptionnel constitue un soutien à la trésorerie des entreprises. Je ne suis pas comptable de l'habillage qu'en font certains. On parle de défiscalisation alors que c'est une réduction des cotisations sociales qui, d'abord, n'a pas empêché l'indexation automatique des salaires parce que, ne vous y trompez pas, c'est ce qui était sur la table. Ensuite, si on connaît un peu le tissu économique de notre pays, on sait que 58 % de l'emploi sont dus aux PME qui seront couvertes par la mesure qui est prise ici. Donc, plus de la moitié de ce milliard ira aux PME. Il y a peut-être un choix politique de certains de ne pas vouloir aider les PME, ce n'est pas le choix que nous faisons.
Un autre élément est tout aussi important, c'est que le secteur non marchand va également pouvoir en profiter. Le ministre l'a dit tout à l'heure. Les hôpitaux, qui sont confrontés à des hausses de factures de gaz et d'électricité qui sont vertigineuses et qui menacent leur fonctionnement, vont pouvoir aussi profiter de cette manne d'un milliard d'euros.
Ensuite, il y a grandes entreprises et grandes entreprises. Vous en ciblez un certain nombre, à juste titre. Je vais en parler tout à l'heure. Ce sont des profiteuses de crise. À ce sujet, je pense que nous sommes très nombreux à être d'accord pour les faire contribuer davantage. Nous le faisons, d'ailleurs. Mais il y a aussi toute une série d'autres entreprises, qui ont une vraie masse salariale, des travailleurs qui peuvent être en difficulté, et qui ne sont pas dans des secteurs problématiques, qui n'ont pas forcément de grandes distributions de dividendes, qui ne sont pas dans la financiarisation de l'économie, où la valeur du labeur est vraiment très importante, autrement dit, où un vrai travail est effectué, où une vraie production de valeur a lieu, avec des emplois ancrés chez nous. Que ces entreprises-là soient aussi un peu aidées, à travers cette manne d'un milliard pour les entreprises et de trois milliards pour les ménages – cet équilibre-là existe aussi – ne me semble pas inapproprié comme approche dans le cadre d'un accord politique global.
Pour le reste, je le répète, je ne défendrai jamais des mesures linéaires et je préfère des mesures ciblées. À ce sujet, l'autre niveau de pouvoir intéressant est le niveau régional. Les Régions font ce qu'elles peuvent avec des aides directes – soulignons qu'elles sont aussi dans un marasme budgétaire colossal. Je pense d'ailleurs que les aides directes valent toujours mieux que tout ce qui a été imaginé, ces dernières années, en termes de réductions diverses et variées et de dispenses de précompte professionnel. Je n'en disconviens vraiment pas. En même temps, nous sommes dans un accord global, comportant les équilibres que je viens d'énoncer.
01.150 Koen Metsu (N-VA): Mijnheer Laaouej, u hebt het over les secteurs problématiques. U bent de burgemeester van Koekelberg. Ik meen dat de lokale besturen, de steden en de gemeenten, ook des secteurs problématiques aan het worden zijn. Er is een btw-verlaging van 21 naar 6 % voor de particulieren. Ook de bedrijven genieten sowieso een btw-aftrek.
De lokale besturen hebben geen ondernemingsnummer, dus die kunnen de btw niet aftrekken of recupereren. Ik vraag van burgemeester tot burgemeester of de verlaging van de btw van 21 % naar 6 % in hun optiek ook geldt voor de lokale besturen, die ook onder de crisis kreunen. Wij moeten onze verenigingen ook helpen, onder andere met subsidies en vernieuwing van lokalen. Onze energiekosten stijgen ook ontzettend. Mijnheer Laaouej, van burgemeester tot burgemeester, genieten wij daar ook van mee of zullen wij de extreme kosten op een of andere manier moeten doorrekenen?
01.151 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur Laaouej, j'entends bien que vous n'êtes pas très favorable à cette mesure qui va bénéficier aux grandes entreprises. C'est une sorte de compromis qui, pour beaucoup de gens, va trop loin.
Lorsqu'on négocie en pleine nuit, pourquoi aboutir à des compromis qui ne sont pas dans l'intérêt de la classe laborieuse? Prenons les flexi-jobs. Vous êtes monté sur vos grands chevaux quand le gouvernement Michel les a créés. Or, aujourd'hui, un ministre socialiste va les prolonger et les étendre au monde culturel et aux soins de santé. Comment est-ce possible?
Quant à la norme de croissance, il avait été question d'investir dans les soins de santé. Eh bien! Elle a été abandonnée au cours de la nuit. Ce n'est pas normal! Bref, c'est toujours la même chose: des compromis dans l'intérêt du patronat, mais pas dans celui des travailleurs.
01.152 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw Merckx, de manier waarop u daarover spreekt, getuigt van een groot gebrek aan realiteitsbesef. Er wordt nu een korting op de loonkosten gegeven aan bedrijven, en dus, zoals de heer Laaouej aangeeft, vooral aan kmo's. Weet u hoeveel indexeringen daartegenover staan? Die indexeringen worden deels door de overheid betaald – voor de uitkeringen en de ambtenaren – maar voor het overige worden ze allemaal door bedrijven en dus kmo's betaald. Zij zorgen ervoor dat de mensen vandaag hun koopkracht kunnen behouden. Ook de gemeenten doen dat. Zij zorgen ervoor dat de koopkracht in ons land vandaag beter beschermd is dan in andere landen. U verklaart dat het cadeaus voor het patronaat zijn. Dat geeft aan hoe u naar de wereld kijkt, namelijk zoals men dat 50 jaar geleden deed.
Deze regering begrijpt dat men de bedrijven moet helpen als zij het moeilijk hebben, want zij zorgen ervoor dat de mensen hun koopkracht kunnen behouden. Uw zienswijze is op dat gebied totaal voorbijgestreefd, vergeleken met de huidige sociale realiteit.
01.153 Sofie Merckx (PVDA-PTB):
Mijnheer de premier, ik kijk zeker niet met dezelfde ogen naar de wereld als u.
Zullen AB InBev en ENGIE van deze cadeaus kunnen profiteren? Zullen zij
daar al dan niet van kunnen profiteren? U praat hier over de kmo's alsof u hen
daarmee helpt. Het probleem van de kmo's is echter de energieprijs, niet de
loonkost. Dat is hun probleem. Bakkers, supermarkten en kmo's vragen dat u de
prijzen blokkeert, mijnheer De Croo. Dat vragen zij allemaal. Zij vragen niet
om de salarissen niet te indexeren. Het is trouwens zo dat 74 % van de
kleine zelfstandigen in België geen personeel heeft. Wat krijgen die mensen van deze regering? Zero.
01.154 Ahmed Laaouej (PS): Madame Merckx, je me demande parfois à quoi cela sert de répondre à vos questions car, finalement, dans la réaction que vous apportez à ma réponse, vous occultez tout ce que j'ai pu dire. C'est une façon de procéder rhétorique qui est un peu bizarre. Mais c'est votre liberté. Je ne vais pas la remettre en cause mais c'est dommage.
Pour ce qui est de la taxe sur les surprofits, le fait qu'on va rechercher de l'argent chez les multinationales, vous aurez aussi une mise à contribution de toutes ces entreprises dont vous dites, à juste titre, qu'elles ont profité de la crise. C'est donc un tableau d'ensemble. Elles recevront certainement ici ou là, celles que vous n'aimez pas, des allègements de cotisations sociales mais elles devront aussi passer à la caisse avec la taxe sur les surprofits et la taxe sur les multinationales. Il faut donc voir le tableau d'ensemble. Ne le perdez jamais de vue!
Monsieur Metsu, les finances communales, c'est un vaste sujet.
On pourrait d'ailleurs faire un séminaire en commission des Finances. Et l'assujettissement à la TVA des pouvoirs locaux, c'est une vaste affaire. Est-ce d'ailleurs souhaitable? En effet, si demain les communes sont totalement assujetties, elles pourront peut-être récupérer de l'argent sur leurs investissements mais elles doivent aussi facturer avec de la TVA les services qu'elles rendent notamment à travers leurs déconcentrations que sont les régies communales et autres. Il faut donc réfléchir et peser le pour et le contre.
D'un autre côté, soyons de bon compte, on peut demander beaucoup à l'État fédéral mais il s'est trouvé à un moment donné des gens pour considérer que le soutien direct aux pouvoirs locaux devait venir des Régions. Les Régions font des efforts. Je me réjouis de voir que le gouvernement bruxellois a décidé d'aider les communes. La Région wallonne également. Je vous avoue que je ne sais pas exactement ce qu'il en est de la Région flamande, mais c'est vraisemblablement le cas aussi puisque vous êtes aux affaires… Il n'y a rien pour les communes en Région flamande, me dit-on. À vous de me le dire, je n'en sais rien. Chacun doit prendre sa part mais le fédéral a vraiment beaucoup sur les épaules. Doit-on lui en rajouter?
Et, comme vous l'avez souligné à juste titre, je suis très attentif à ce qui se passe dans ma commune et je vais devoir, pour la première fois, sans doute présenter un budget en déficit.
01.155 Koen Metsu (N-VA): Ik vind het een beetje onwaarschijnlijk dat dit uit de mond van een burgemeester komt. Hij is partijvoorzitter en parlementslid, maar toch ook nog steeds burgemeester. Er rust heel veel op de federale schouders. Dat is zo. Er rust echter nog veel meer op de lokale schouders. Hier worden immers zaken beslist die steeds worden doorgeschoven naar die 600 steden en gemeenten. Alle burgemeesters hebben gisteren een mail gekregen van de heer Bart Somers. Ik kijk naar een paar burgemeesters. Daarin stond dat wij een extra steuntje krijgen van de Vlaamse overheid. De federale overheid laat ons, die 600 steden en gemeenten, echter volledig in de steek. Iedereen kan gebruikmaken van die btw-verlaging van 21 % tot 6 %, op kosten die niemand gebudgetteerd heeft. In het strategisch meerjarenplan of de beleids- en beheerscyclus heeft niemand daarmee rekening gehouden. Wij zullen weer creatief moeten zijn.
Gelukkig komt er steun van de Vlaamse overheid. Ik hoop dat er ook steun komt voor u, uit Brussel, uit Wallonië. Wij willen echter ook die extra steun van dit federale niveau. Dat blijft gewoon volledig achterwege. De particulieren maken gebruik van die btw-verlaging. Mijn collega zegt het, de hulpverleningszones krijgen één indexering.
Voor NAVAP in 2024 komt er nul, er is niets ingeschreven. Ik kijk nog eens naar uw burgemeesters. Er zitten er een paar. Voor NAVAP in 2024 komt er nul. Ook dat komt weer op die lokale schouders terecht.
Eigenlijk is het een beetje een schande dat degenen die verantwoordelijk zijn voor al die burgers steeds maar weer uw problemen moeten oplossen.
01.156 Ahmed Laaouej (PS): Monsieur Metsu, comme vous avez avancé un argument un peu ad personam, permettez-moi de faire de même. Qui était ministre de l'Intérieur quand il y a eu une non-indexation de la dotation aux zones de police? C'était un membre de votre parti.
Par ailleurs, vous connaissez l'intérêt de mon groupe et, en particulier, d'un grand nombre de députés socialistes qui siègent notamment en commission de l'Intérieur, pour le financement, entre autres des zones de police et des zones de secours. Nous n'avons donc pas de leçon à recevoir. C'est un combat que nous menons au quotidien dans le contexte difficile que l'on connaît. Nous sommes très bien placés pour savoir que, quand il y a une pression financière sur les communes, cela amène malheureusement celles-ci à devoir reconsidérer le périmètre de leurs interventions, notamment d'ordre social. Ce n'est donc pas à nous que vous allez faire la leçon, monsieur Metsu!
En revanche, je vous invite à faire votre autocritique par rapport à ce qui a été fait, sous la précédente législature, à une époque où le portefeuille de l'Intérieur était dans les mains d'un membre de votre famille politique.
01.157 Joris Vandenbroucke (Vooruit): Collega Laaouej, vindt u het ook niet erg hypocriet wanneer de N-VA hier komt eisen dat de btw-verlaging, waar ze zelf tegen is – collega De Roover heeft vanmorgen nog omstandig uitgelegd waarom de N-VA vindt dat de btw op energie 21 % moet zijn –, moet gelden voor de lokale besturen?
Collega Laaouej, vindt u het ook niet hypocriet dat de N-VA het leiderschap heeft in de Vlaamse regering – de Vlaamse regering, die de voogdij heeft over de lokale besturen – en dat die Vlaamse regering nu heeft beslist om te besparen op het Gemeentefonds en het Stedenfonds door ze geen indexatie toe te kennen? Wat een hypocrisie is dat, mijnheer Metsu! Ga klagen bij de Vlaamse regering!
01.158 Koen Metsu (N-VA):
Ik blijf mij richten tot collega-burgemeerster Laaouej. Van hypocrisie is hier
weinig sprake. Ik was eigenlijk net een compliment aan het geven aan de
collega's van uw meerderheid, dat zij regionaal wel hun verantwoordelijkheid
opnemen. U laat ons federaal in de steek. U zult dat regionaal ook wel ervaren.
Dat is ook logisch. Nu vertelt u hier in de tribune uw verhaal en straks
vertelt u ginder een ander verhaal. Dat is betreurenswaardig.
01.159 Ahmed Laaouej (PS): Oui, nous exigions des mesures de soutien aux ménages pour leur permettre de faire face à l'augmentation des factures d'énergie. Je le dis clairement et je conviens que ce n'est sans doute pas assez, mais je conviens aussi que c'est une avancée.
La prolongation jusqu'au mois de mars 2023 de l'ensemble des mesures sociales était une décision incontournable et elle a été prise. Elle couvrira tout l'hiver et le printemps prochain.
Tarif social élargi sur les factures de gaz et d'électricité: un ménage sur cinq en bénéficie et le gouvernement de surcroît s'engage à travailler à son automatisation grâce à une banque de données. Il s'agit d'une réduction de 80 % sur la facture de gaz et de 52 % sur celle de l'électricité.
Tarif classe moyenne sur le gaz et l'électricité: 200 euros par mois de réduction sur la facture mensuelle, soit 1 000 euros sur la période.
Un chèque mazout de 300 euros pour celles et ceux qui se chauffent au mazout, et ils sont nombreux.
Une réduction de la TVA sur le gaz et l'électricité qui passe de 21 à 6 %. Le gouvernement Di Rupo l'avait fait. Le gouvernement Michel l'avait, hélas, abandonné et nous la ré-obtenons.
Une prime pour les utilisateurs de pompes à chaleur et de chauffages à pellets, dont les modalités seront fixées prochainement par le gouvernement.
On notera aussi la prolongation de la réduction des accises sur le carburant, qui soulage le portefeuille des ménages, en particulier des travailleurs, qui utilisent leur voiture pour se rendre au travail.
Au total, ce sont trois milliards d'euros d'aides qui sont ainsi prévues par le gouvernement pour aider nos concitoyens. Est-ce assez? Non, on le sait! Mais avec un déficit de 20 milliards d'euros, un endettement de l'État très préoccupant sur fond d'augmentation des taux d'intérêt, une économie qui subit de plein fouet la crise énergétique après avoir subi la crise sanitaire; après aussi les milliards d'euros dégagés par l'État pour aider les familles et les entreprises face au covid, j'affirme que c'est une aide considérable et respectable. Trois milliards de soutien pour les ménages, disions-nous, et un milliard d'euros pour les entreprises! Nous en avons parlé tout à l'heure. Je peux donc avancer sur ce sujet, mais je rappelle qu'il y a des boulangers, des bouchers, des restaurateurs qui sont établis en société et qui emploient quelques travailleurs. Ils bénéficieront donc aussi de cette bouffée d'oxygène, de cette réduction de cotisations sociales temporaire exceptionnelle.
Un milliard d'euros, c'est en effet une aide considérable. Je l'ai dit et je le rappelle ici, cela concernera aussi le secteur non marchand, comme les hôpitaux, par exemple.
On le sait, il y a aujourd'hui, avec la crise économique que nous subissons, un vrai choc de trésorerie pour les entreprises. Là aussi, il faut bien noter que cela ne remet pas en cause toutes les aides et tous les dispositifs mis en place par le gouvernement pour aider précisément à soulager la trésorerie des entreprises, notamment en termes de paiement.
Laisser le déficit se creuser – plus de 20 milliards d'euros pour le seul niveau fédéral – n'est pas une option. Un gouvernement ne peut se contenter de laisser aux générations à venir la charge d'un endettement croissant. C'est la raison pour laquelle il est également essentiel d'assurer des recettes nouvelles et de mettre à contribution les profiteurs de crise.
C'est chose faite, avec une taxe sur les surprofits des producteurs d'énergie, qui dépassera largement les deux milliards d'euros, soit plus de trois milliards d'euros si on rajoute la rente nucléaire ainsi que d'autres prélèvements. On le sait, ces secteurs – le secteur de l'énergie en particulier – se sont goinfrés (l'expression a été utilisée tout à l'heure) de bénéfices durant la crise.
S'ajoute à cela la mise à contribution structurelle du secteur bancaire, pour plus de 110 millions d'euros. Ce sera une mesure structurelle. La suppression totale des intérêts notionnels qui, même si leur rendement ne semble pas élevé, permet quand même de se garder d'éventuelles inflations budgétaires et dérives budgétaires du fait que les taux OLO remontent.
Et enfin, la taxation des multinationales. Il est vrai que nous avons essayé de l'obtenir au niveau international, et que cela continue malheureusement à bloquer à cause, notamment, de la Hongrie et peut-être d'autres pays. C'est la raison pour laquelle je me réjouis de voir le gouvernement mettre en place un dispositif qui rapportera 268 millions et qui là aussi, clairement, est un pas important dans le sens souhaité par le gouvernement dans son accord. Je rappelle que, s'il n'y a pas d'accord au niveau européen, c'est au niveau national qu'une mesure structurelle devra être adoptée.
01.160 Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur Laaouej, j'ai l'impression que, chaque année, vous revendez la même marchandise. La taxe sur les multinationales, cela fait déjà deux ans que, chaque fois, vous revenez avec cela. Cela a déjà été acté il y a deux ans; et l'année passée, vous êtes revenu avec cela. Et maintenant, vous revenez de nouveau avec cela. C'était déjà dans les tableaux budgétaires pluriannuels des années précédentes. Il n'y a rien de nouveau à ce propos, sauf que cela traîne et qu'il y a l'échéance de 2023, qui est d'ailleurs marquée dans l'accord de gouvernement. Là, vous ne faites que rappeler l'accord de gouvernement.
En ce qui concerne les intérêts notionnels, je pense que le gouvernement tue un mort. Ils ont déjà été tués par la réforme de l'ISOC, vous le savez très bien. Je ne vais pas vous l'apprendre.
Au sujet des accises sur les carburants, vous dites qu'on les baisse. Je voudrais vous poser deux questions à ce propos.
Première question. Pourquoi ne sommes-nous pas au minimum européen concernant les accises sur les carburants? Nous défendons l'idée d'aller au-delà du minimum européen, de supprimer les accises. Mais vous pourriez au moins faire le minimum européen.
Deuxième question. Nous avons quand même un truc assez incroyable en Belgique, c'est le système du cliquet. Nous avons le cliquet positif, mais nous n'avons pas de cliquet négatif. Que se passe-t-il? Quand le prix de l'essence est passé en dessous de 1,7 euro, nous avons augmenté les accises – qui n'étaient déjà pas au minimum européen.
On les augmente; et puis on repasse au-dessus et, là, on ne les diminue pas. Ce n'est pas fini. Après, cela diminue, mais sans passer en dessous de 1,7 euro. Et, là, on les augmente encore, alors que ce n'est même pas passé en dessous de 1,7 euro. En fait, vous avez créé une machine à augmenter les accises au moment où les gens se plaignent des prix du carburant.
Je ne sais pas comment le gouvernement arrive à justifier cela. Comme c'est un peu compliqué, c'est pratique, parce que les gens ne comprennent pas. Mais en tout cas, en ce qui concerne le carburant, au niveau de la pompe, ils le sentent. Je ne comprends pas comment le gouvernement et le PS, notamment, arrivent à justifier ce genre de politique.
01.161 Hans Verreyt (VB): Mevrouw de voorzitster, ik hoorde de fractieleider van de PS een aantal maatregelen opsommen, die hij ook verdedigde. De maatregelen komen ten goede aan de werknemers en zijn toe te juichen. Daarnaast is er een beperkt aantal maatregelen die ten goede komen aan bedrijven, onder andere kmo's. Ik betwijfel of die maatregelen volstaan. De bedrijven hebben immers eerst de coronacrisis meegemaakt, daarna hebben ze de gevolgen van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne moeten verwerken en nu kampen ze met de torenhoge energieprijzen en de dalende koopkracht.
Er zijn dus structurele hervormingen nodig. Dat is trouwens beloofd in het regeerakkoord. Enerzijds was er een belangrijke hervorming van de arbeidsmarkt aangekondigd. Anderzijds zou de regering de werkzaamheidsgraad naar 80 % opkrikken, wat belangrijk is om de sociale zekerheid en de pensioenen betaalbaar te houden.
Welke structurele arbeidsmarkthervormingen krijgen vorm in de begroting en die van volgend jaar en hoe zult u de werkzaamheidsgraad naar 80 % optrekken?
In het regeerakkoord is ook beloofd om de regio's de tools te geven om een asymmetrisch beleid uit te werken. De Vlaamse regering heeft veel voorstellen gedaan. Gewezen Vlaams minister van Werk Crevits heeft namelijk 29 voorstellen naar de federale regering gestuurd. Wat onderneemt u om dat asymmetrisch beleid, dat verschillend beleid dat Vlaanderen en Wallonië nodig hebben, te realiseren?
01.162 Ahmed Laaouej (PS): Sur les arbitrages internes au gouvernement et sur le fait de ne pas avoir été plus loin en matière de réduction d'accises, de ne pas activer un dispositif de cliquet inversé qui serait symétrique, je laisserai au gouvernement le soin de répondre. Je constate qu'il y a eu un arbitrage politique en ce sens. Pour le reste, je pense qu'il faut aussi essayer de faire en sorte que les outils fiscaux dont on dispose soient malléables et souples pour faire face à la fluctuation des prix. C'est très important. D'ailleurs, je glisse ici, cela nous fera peut-être un point commun avec les adeptes de la taxe kilométrique, que les accises sont une taxe kilométrique. Il faut peut-être le rappeler de temps en temps à certains.
Sur les aspects plus généraux, j'ai déjà répondu concernant le financement de la sécurité sociale. Je rappellerai quand même que cela n'a pas été simple. C'est un combat de plus de vingt ans, et même trente ans en réalité.
Le financement alternatif de la sécurité sociale et la dotation d'équilibre sont un combat de trente ans pour faire en sorte qu'à un moment donné, on puisse faire face à des besoins, même si nous savons que, vu le coût du vieillissement, pour le moment, nous n'en faisons pas assez, chacun en conviendra, mais c'est un vrai sujet.
Chers collègues, le gouvernement mènera une politique sociale renforcée. J'ai essayé de faire l'inventaire des différentes mesures prises et qui seront financées – là aussi j'ai donné quelques éléments – par une politique fiscale plus juste qui mettra à contribution les profiteurs de crise. Un mot cependant sur ce qui a été entendu ou écrit ci et là.
01.163 Marco Van Hees (PVDA-PTB): Monsieur Laaouej, pouvez-vous répondre à mes questions sur les accises sur le carburant? C'était cela la réponse? Je prends donc acte de cette non-réponse.
01.164 Hans Verreyt (VB): Ik kan dezelfde vraag als collega Van Hees stellen, want u hebt mij geen antwoord gegeven. Ik stel daarom de vraag opnieuw. Wat doet uw partij in de regering om de arbeidsmarkt structureel te hervormen? Op welke manier wilt u de werkzaamheidsgraad weer optrekken naar 80 %? Dat gaat dan vooral over het Waalse landsgedeelte en Brussel, die u het beste kent. Komt er een asymmetrisch beleid waarin Vlaanderen en Wallonië een verschillende koers kunnen varen en zelf hun prioriteiten stellen?
01.165 Ahmed Laaouej (PS): Je disais donc: il est vrai que la pression a été maximale sur l'indexation automatique des salaires et des allocations, et non, ils n'ont pas obtenu de la suspendre. Les relais d'un certain grand patronat ont trouvé face à eux un rempart. Ce rempart, je le dis clairement ici, c'est la présence socialiste au sein du gouvernement.
D'autres songeaient aussi à remettre en cause la pension des fonctionnaires, en touchant à la péréquation traitement/pension. Oui, il a fallu se battre là aussi pour écarter ce genre de mesure imbuvable, et nous l'avons fait avec succès. Un gouvernement de coalition, c'est forcément cela: trouver des équilibres, mais ce ne doit jamais être le prétexte d'une atteinte à des droits sociaux fondamentaux. Nous l'avons rappelé, et nous continuerons à le faire chaque fois que nécessaire.
01.166 Ellen Samyn (VB): Mijnheer Laaouej, u begint over het pensioendossier. Hopelijk is er nu meer kans op een antwoord, aangezien u niet op mijn vorige vraag hebt geantwoord, noch op de vraag van mijn collega.
Wat het pensioendossier betreft, ik zou dit geen hervorming noemen. Het enige wat in de begrotingstabel is terug te vinden, is de invoering van de pensioenbonus. Die brengt op: in 2023 30,5 miljoen euro en in 2024 meer dan 77,5 miljoen, meer dan een verdubbeling. Daar was het om te doen. Vivaldi wil koste wat het kost een maatregel invoeren, tegen het advies van pensioen- en arbeidsmarktspecialisten in. Zelfs huidig minister Vandenbroucke beschreef in 2019 nog waarom de pensioenbonus niet werkte. Deze regering voert dit dus door, ondanks waarschuwingen dat de maatregel geen effect zal hebben, enkel en alleen omdat dit financieel voordeel oplevert voor de schatkist.
Nu, wat is de stand van zaken in dit pensioendossier? Is de regering nog steeds bezig met het vragen van adviezen aan de sociale partners en het berekenen van de plannen en van de kostprijs?
Ik heb nog twee specifiek budgettaire vragen, waar ik echt wel antwoord op wil. Het is bizar dat er geen spoor is terug te vinden van de kostprijs van de pensioenregeling voor de meewerkende echtgenote en de aanpassing van het tantième voor de douaniers. Hoe kan dat verklaard worden? Werden enkel de wijzigingen opgenomen die tijdens het conclaaf werden afgesproken? In dat geval luidt de vraag of die meeruitgave budgettair voldoende is ingedekt in de bestaande begroting.
01.167 Wim Van der Donckt (N-VA): Mevrouw de voorzitster, ik wil kort aansluiten op wat collega Samyn zegt over de pensioenen, zodat de vragen daarover wat gebundeld worden.
Mijnheer Laaouej, ik ben geschrokken van uw nogal boude uitspraak over de perequatie van de ambtenarenpensioenen. U noemt dat onacceptabel. Nochtans, wie de tekst ervan begrijpend leest, vindt in het regeerakkoord een bepaling in het kader van de beheersing van de vergrijzingskosten: "De verschillen tussen en binnen de stelsels van werknemers, zelfstandigen en ambtenaren mogen niet toenemen." Dat is alvast één element; goed.
Een beetje verder staat er: "Er komt meer convergentie tussen en binnen de verschillende stelsels." U zegt dat de perequatie er in de achterliggende filosofie en ratio legis niet bijhoort. Hoe zult u dan de convergentie van de verschillende stelsels bewerkstelligen? Daarover lees ik namelijk niets en heb ik ook nog niets gehoord van de minister van Pensioenen zelf. Ook de beleidsverklaring meldt er niets over.
Collega De Roover heeft daarnet al gevraagd wat de meerderheid nog zal doen met de pensioenen in de komende twee jaar. Is het verhaal gedaan, hebt u alles binnen? U hebt in de afgelopen twee jaar 10 miljard meer uitgegeven en in de komende twee jaar komt er nog eens 10 miljard bij, dus dat wordt totaal onbeheersbaar. Hoe zult u de vergrijzingskosten beheersen? Daaromtrent heeft de vivaldiregering nog geen enkel initiatief genomen. Hoe zult u dat realiseren, als u zelfs de afschaffing van de perequatie als een taboe beschouwt?
01.168 Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw de voorzitster, ik vraag het woord omdat ik genoemd werd. De minister van Pensioenen in een voorgaande regering, Alexander De Croo, heeft een expertencommissie geïnstalleerd met onafhankelijke experts van verschillende opvattingen.
Een van de belangrijke conclusies van die expertencommissie was dat de pensioenbonus opnieuw moest worden ingevoerd, zelfs in een versterkte vorm. U kunt dat lezen in het rapport van de expertencommissie. Ik heb dat vervolgens persoonlijk hernomen in diverse wetenschappelijke publicaties en andere publicaties. Ik heb samen met deze onafhankelijke expertencommissie altijd gepleit voor het opnieuw invoeren van een pensioenbonus. Als er een pensioenbonus, geen bonus-malus, zou worden ingevoerd, zou na enkele jaren duidelijk te zien zijn dat de pensioenen zouden verbeteren en dat daar geld zou worden in gestoken. Het is natuurlijk een verstandige manier om de pensioenen beter te maken. Het is een eerlijke manier. Het is een rechtvaardige manier. Wat denkt het Vlaams Belang daarvan?
De pensioenbonus is een beloning voor enkel mensen die werken. Het gaat over wat oudere, niet zo oude mensen, die toch op vervroegd pensioen zouden kunnen gaan en die werken en bijdragen aan de samenleving. Daar geven wij een rechtvaardige beloning voor. Dat is de pensioenbonus. Is het Vlaams Belang tegen het bijkomend belonen van mensen die werken, doorwerken? Mag dat niet van het Vlaams Belang? U bent daar dus tegen. U hebt daar allerlei problemen mee. Bent u ervoor of ertegen dat we mensen die werken een bijkomende beloning geven in hun pensioen, dat voor werknemers vaak al niet zo hoog is? Die beloning voor mensen die doorwerken is echt welkom. U bent er niet voor. Hoe zult u stemmen als dit hier voorligt? Zult u voorstemmen of tegenstemmen?
01.169 Ahmed Laaouej (PS): Monsieur Van der Donckt, une dynamique est mise en place et nous jouons la carte de la démocratie sociale et de la concertation. Les partenaires sociaux sont saisis du dossier avec la ministre et il leur revient de nous faire part d'un certain nombre de recommandations, de propositions dans l'équilibre qui permettra de respecter, de sauvegarder et de protéger le droit à la pension des travailleurs, qu'ils soient du secteur privé ou du secteur public.
01.170 Sander Loones (N-VA): Monsieur Laaouej, het is misschien het moment van de dag om eens door te praten met elkaar. Dit hele Parlement kijkt naar u, kijkt naar de PS. Alle experten kijken naar de PS. Alle journalisten kijken naar de PS. We hebben het vandaag over veel te weinig.
Wij voeren een groot debat over veel te weinig. Waarom is er veel te weinig? Dat is omdat de regering er niet uit is geraakt. Er is niet over serieuze, structurele hervormingen beslist. Wij moeten het doen met wat hier op tafel komt, maar echt structureel wordt niet gigantisch veel meer aangekondigd voor de komende twee jaar. Dat is onze analyse en eigenlijk de analyse van iedereen.
Mijnheer Laaouej, het is het moment om door te praten. Het is de moeite om te kijken naar de ministers op wie de verwachtingen liggen. Wat verwacht het Parlement en wat verwacht iedereen? Dat is dat ernstig wordt gewerkt op een fiscale hervorming. Zowat alle partijen in het Parlement hebben die hervorming gevraagd.
Wij hebben van de minister van Financiën vernomen dat hij wel gas wil geven en dat hij eraan wil sleuren, dat hij tegen het einde van het jaar met zijn fiscale hervorming naar voren wil komen. Hij heeft zelfs geprobeerd dat dit weekend te doen, om toch maar zeker te zijn dat ze er komt.
Het hele Parlement vraagt eigenlijk ook dat er extra maatregelen komen op het vlak van de arbeidsmarkt. Wij hebben een miniakkoordje gekregen, maar iedereen zegt dat er meer moet gebeuren. Maar wie zit er op die positie? De PS, de heer Dermagne.
Mijnheer Dermagne, de vraag aan u is zeer concreet: kunt u het Parlement beloven dat u ingaat op de vraag die hier breed leeft, en dat u met hetzelfde enthousiasme en dezelfde dynamiek als minister Van Peteghem zult werken aan extra maatregelen? Niet alleen aan wat er in dat miniakkoordje beslist is, in de arbeidsdeal, maar extra maatregelen? Niet alleen wat wij al gekregen hebben, de verlenging van de regeling voor jobstudenten enzovoort. Dat zijn geen slechte maatregelen, maar wij willen serieuze maatregelen. Komt u nog met serieuze maatregelen naar het Parlement in deze legislatuur?
Dezelfde vraag, mijnheer Laaouej, geldt voor mevrouw Lalieux, die het pensioendossier beheert. Dat heeft de PS zeer goed gedaan: alle departementen die afgeschermd moesten worden en waaraan niet geraakt mocht worden, worden beheerd door PS-ministers. Heel wat mensen hier en daarbuiten vragen dat er eindelijk serieus werk wordt gemaakt van de pensioenhervorming. Wij hebben een miniakkoordje gekregen dat zelfs nog niet in het Parlement geraakt is. Maar ook hier is de vraag: komt er eindelijk meer?
Wij hebben gelezen in de media, die zeer goed geïnformeerd zijn in deze legislatuur, dat de eerste minister gevochten zou hebben opdat er meer zou gedaan worden op het vlak van het pensioendossier. Iedereen stelt vast dat dit niet gebeurt, omdat er blijkbaar iemand op de rem staat. Dat kan enkel de pachter zijn, mevrouw Lalieux. Dat kan enkel uw partij zijn.
Alstublieft, wij praten hier zeer veel over zeer weinig, bijna niets. Wij zouden een debat moeten houden over hoe wij in dit land de zaken onder controle krijgen. Wij hebben heel wat zaken niet onder controle: Oekraïne hebben wij niet onder controle, de energieprijzen hebben wij niet onder controle, niets hebben wij onder controle. Er zijn een paar dingen die wij wel onder controle kunnen hebben, een paar dingen die wij in eigen handen hebben, namelijk onze eigen belastingen, onze eigen arbeidsmarkt, ons eigen pensioenbeleid. Wij hebben de ministers om dat zelf te regelen.
Waarom komt u niet met een stellingname, liefst op het spreekgestoelte, waarbij u met enig enthousiasme zegt dat u een eerste stap gedaan hebt in dit begrotingsakkoord, maar dat u heel goed weet dat het veel te weinig is, dat u heel goed weet dat u het hele land in het faillissement aan het rijden bent?
Omdat u per se ministers wilt hebben en geen campagne wilt voeren tegen de PTB, moeten wij allemaal betalen, mijnheer Laaouej! Het is het moment om verder te praten. Komt u nog met iets?
01.171 Ahmed Laaouej (PS): Monsieur Loones, je ne sais pas ce qui se passe. Un peu d'humilité! Un peu de calme! Vous êtes déçu, mais c'est ainsi. Nous n'allons pas payer les frais de vos frustrations. Un peu de calme!
Si j'étais à votre place, j'aborderais la question des réformes structurelles avec un peu de modération. Je rappelle que vous avez été en charge du département des Finances. À l'époque, vous avez essayé de nous vendre un tax shift qui s'est traduit…
01.172 Sander Loones (N-VA): (…)
01.173 Ahmed Laaouej (PS): Quand on veut faire la leçon, il faut pouvoir aussi être le comptable de son propre bilan.
Ce tax shift s'est traduit par une augmentation cumulée de six milliards d'euros s'agissant des taxes sur la consommation. Je pense ici au relèvement de la TVA sur l'électricité, aux accises sur le carburant, aux taxes sur les limonades et les spiritueux.
Il y a eu toute une série d'augmentations de taxes sur la consommation qui ont plombé, asphyxié le tissu social. Vous avez freiné la relance de l'économie alors que vous n'étiez pas, pour ce qui vous concerne, confronté à une crise sanitaire, que vous n'étiez pas confronté à une crise énergétique.
Vous avez essayé de nous vendre et de vendre à vos partenaires le mirage de la main invisible en considérant qu'en réduisant de manière vertigineuse les cotisations sociales, qu'en faisant des sauts d'index, vous alliez relancer l'économie comme par miracle.
Gert Peersman de l'Université de Gand ainsi que la KUL ont démontré à quel point votre tax shift était un flop. Et vous venez nous donner des leçons de morale et des leçons de politique économique! Monsieur Loones, un peu d'humilité!
Pour le reste, on attend du gouvernement qu'il puisse trouver les bons ajustements qui lui permettront de relancer l'économie.
Pensez-vous un seul instant qu'avec des partenaires tels que nous, on va pouvoir piétiner les droits sociaux des travailleurs, les pensions, qu'on va pouvoir renforcer les inégalités entre les hommes et les femmes? Avec nous, cela ne se passera pas! Nous sommes clairs par rapport à cela.
À chaque fois que certains partenaires de l'ancienne coalition sont venus vers vous – j'étais en commission des Finances, je m'en souviens – pour essayer de vous amener vers un refinancement structurel de l'État, pour dégager des moyens et financer des réductions et des allègements pour les bas et moyens revenus du travail, vous avez opposé des arguments idéologiques avec une sauce communautarisée, comme vous savez le faire, monsieur Loones, parce qu'avec vous tout est communautarisé.
Je vous dis clairement, monsieur Loones, que nous n'avons pas de leçon à recevoir de vous! Pour ce qui nous concerne, nous n'allons pas faire des réformes structurelles qui vont asphyxier les droits des travailleurs.
01.174 Sander Loones (N-VA): Ik kan het gerust nog 100 keer herhalen. De erfenis van de Zweedse regering is zeer duidelijk: de belastingen zijn gedaald, de koopkracht is gestegen en de staatsschuld is gedaald. De bewijzen liggen op tafel en zijn bevestigd door de Europese Commissie en alle mogelijke instellingen. Dat debat hebben we vandaag en in het verleden al vaak gevoerd. We kunnen blijven verwijzen naar het verleden, maar laat ons kijken naar de toekomst.
Mijnheer Laaouej, uw partij wilde absoluut ministers. De PS moest absoluut in de regering en ze wilde de postjes, maar als die ministers er eenmaal zitten, mogen ze niets doen. Ik begrijp dat echt niet.
Wij vragen om daarmee te stoppen. Als jullie in Wallonië niets willen doen, doe dan niets in Wallonië. Wij willen echter vooruit. Als jullie dus enkel het postje willen maar de bevoegdheid niet willen uitoefenen, geef de bevoegdheid dan gewoon aan ons!
In Vlaanderen zullen we er namelijk wel iets mee doen. In Vlaanderen zullen we wel een arbeidsmarktbeleid voeren. In Vlaanderen zullen we wel een pensioenbeleid voeren dat de financiering van de pensioenen garandeert, zodat de mensen op beide oren kunnen slapen.
Als het echter enkel draait om ministers en postjes, doe dat dan ergens anders! Als u ministertje wil spelen, doe dat dan ergens anders. Ofwel gaat u ernstig aan de slag en geeft u uw ministers instructies om eindelijk iets ernstigs te doen en met serieuze hervormingen te komen, ofwel komt u ons in elk geval niet de les spellen.
01.175 Ahmed Laaouej (PS): Vous vous répétez. À chaque exercice budgétaire, vous nous racontez la même histoire.
01.176 Sander Loones (N-VA): Vous allez faire quelque chose?
01.177 Ahmed Laaouej (PS): Vous vous répétez, vous vous répétez. La prochaine fois, commencez par vos conclusions; nous gagnerons du temps.
Pour le reste, chers collègues, tout le monde aura compris que M. Loones prépare sa petite vidéo et qu'à partir de 5 000 vues, il offrira un verre à la buvette.
01.178 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Madame la présidente, je ne comptais pas intervenir. Seulement, j'ai entendu quelque chose qui a attiré mon attention, notamment dans la réponse à l'interruption de M. Van der Donckt. Monsieur Laaouej, vous avez insisté sur votre respect envers la concertation sociale et la démocratie sociale. Ce sont des principes que je partage entièrement car ils sont essentiels.
Dès lors, je me pose la question: si cette concertation sociale est si importante, comment se fait-il que l'accord de gouvernement l'ait bafouée? La ministre en charge de la Fonction publique et les plus de 60 000 fonctionnaires s'étaient accordés à propos d'une augmentation salariale qu'ils n'avaient plus connue depuis 20 ans. Or c'est à présent remis en question, faute de budgétisation. Seul le chèque-repas serait maintenu, au contraire de toutes les autres promesses. Bref, le présent accord ne bafoue-t-il pas cette concertation sociale si chère à vos yeux?
01.179 Ahmed Laaouej (PS): Vous avez raison de le souligner: je suis très attaché au service public en général et à la fonction publique en particulier. En écoutant les réponses de Mme la ministre, qui n'est malheureusement plus ici pour le moment – mais le gouvernement aura tout le loisir de répondre –, j'ai cru comprendre qu'elle poursuivait un processus de concertation sociale. Par conséquent, il faudra continuer à en discuter avec elle et voir quel calendrier elle s'assigne pour pouvoir la rendre possible. En tout cas, je ne peux pas répondre à sa place. Si le gouvernement souhaite apporter des informations complémentaires, il le fera tout à l'heure. Cela ne me pose évidemment aucune difficulté.
Nous soutiendrons toute initiative susceptible d'améliorer la situation des fonctionnaires. Vous avez raison de souligner qu'on ne peut pas, en même temps, demander à tous nos fonctionnaires de police, aux agents de l'administration fiscale, à tous ceux qui font quotidiennement tourner le pays et qui apportent une véritable valeur ajoutée sociale – parce que le service public en est une –, de se placer en dernière position pour obtenir des augmentations barémiques. Du reste, c'est aussi la raison pour laquelle nous défendons la péréquation, qui est fondamentale. En effet, il faut aussi pouvoir rappeler – même si, à mon avis, ce concept est étranger à certains – que la péréquation n'est jamais que la conséquence de la notion de salaire différé. De même, on se rappellera que les fonctionnaires ne bénéficient pas des plans cafétéria ni des avantages extralégaux divers et variés. Il est donc essentiel de pouvoir continuer à défendre leurs droits. De ce point de vue, nous sommes très clairs: nous soutiendrons ces mesures.
Pour le reste, je m'en tiens à ce que la ministre a dit: elle a bien affirmé qu'elle voulait poursuivre la concertation sociale.
01.180 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur Laaouej, j'entends très bien votre réponse. Vous indiquez que la ministre a dit qu'elle allait poursuivre la concertation sociale. Le problème est que celle-ci a bien eu lieu et a abouti à un accord. Et puis, le gouvernement l'a rejeté. À présent, la ministre va en renégocier un, mais dans les limites qui sont imposées par le budget que nous voterons demain. En l'occurrence, c'est le gouvernement lui-même qui ne respecte pas et bafoue un accord qui a été conclu entre la ministre et des services publics placés en bas de la liste.
Je trouve que, pour un gouvernement qui met en avant la concertation sociale, il vient de démontrer son manque de respect pour celle-ci.
01.181 Ahmed Laaouej (PS): Madame la présidente, Mme De Sutter n'étant pas là, je renvoie aux réponses qu'elle a apportées. J'ai pu comprendre que M. le premier ministre amènera des éléments durant sa réplique tout à l'heure. Il y aura des éléments de réponse durant les répliques comme des réponses aux 150 questions qu'il a reçues par ailleurs. Je lui souhaite beaucoup de courage.
Chers collègues, faire face à la crise, soutenir nos concitoyens dans la difficulté, aider nos entreprises à surmonter les épreuves tout en renforçant la justice sociale et fiscale et tout en veillant à résorber le déficit par des mesures structurelles est un vrai défi. L'accord qui nous est présenté ici ne rencontre sans doute pas parfaitement mais certainement tous ces objectifs ou un grand nombre d'entre eux.
À court terme, nous souhaitons aller plus loin sur le terrain fertile de la justice fiscale, du renforcement de nos protections sociales, des libertés individuelles, du financement de nos services publics. Oui, il y a le temps de la crise mais il y a aussi le temps – gageons qu'il puisse venir le plus vite possible! – de la reprise et il nous faudra collectivement être à la hauteur des défis sociaux, économiques, énergétiques, environnementaux et sociétaux qui nous attendent. Nous mettrons du cœur à l'ouvrage et resterons vigilants à ce que nos exigences de progrès et de solidarité se trouvent respectés et concrétisés.
Monsieur le premier ministre, vous avez cité Ronald Reagan. Ce n'est pas quelqu'un qui m'inspire, je vous le dis clairement.
Je citerai, dès lors, un autre président américain, F. Roosevelt, qui disait: "Le test de nos progrès n'est pas de savoir si nous ajoutons plus à l'abondance de ceux qui ont beaucoup, mais si nous fournissons suffisamment à ceux qui en ont peu."
Je vous remercie. Nous voterons donc la confiance, monsieur le premier ministre.
(Applaudissements)
01.182 Koen Metsu (N-VA): Mijnheer Laaouej, dat was een heel korte speech. Vorige keer stond u heel uitbundig en vol overgave op de bühne. Dat maakte een zekere indruk. Vandaag was het wat serener.
Mijnheer Laaouej, uw partij telt zeer sterke
burgemeesters, waarvoor ik veel respect heb, net zoals Vooruit. Ik doe geregeld
mijn pet af voor hen in de commissie voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid,
Migratie en Bestuurszaken. Vandaag en vannacht krijgen we amper de mogelijkheid
om een burgemeester te spreken, zoals nu. Ik heb voor u dan ook de volgende
vraag, want ik zal de federale begroting aan mijn lokaal bestuur moeten
uitleggen. Wat betekent de begroting voor de lokale besturen? Hoe zult u de
begroting verdedigen bij uw lokale besturen? Ik heb de tabellen gelezen. Wij hebben
de State of the Union gehoord, maar ik kan daar geen verhaal rond maken. Mijnheer Laaouej, hoe zult u de begroting
lokaal verdedigen?
01.183 Ahmed Laaouej (PS): Monsieur Metsu, je pense qu'on ne peut pas reprocher aux socialistes de ne pas être attentifs aux pouvoirs locaux. C'est la raison pour laquelle – et cela fera l'objet de développements complémentaires – je ne voudrais pas ici improviser le détail technique de ce qui a été décidé. Mais il y a clairement des gestes qui sont posés pour refinancer les zones de police. La ministre de l'Intérieur est présente et elle aura sans doute à cœur d'apporter des précisions. J'imagine qu'à travers moi, c'est à elle que vous posez les questions. Nous sommes évidement attentifs à cet aspect des choses.
Je ne comprends pas pourquoi vous doutez de notre motivation à soutenir les pouvoirs locaux. Elle ne s'est jamais démentie.
01.184 Catherine Fonck (Les Engagés): Monsieur Laaouej, je vous ai écouté avec attention. Je ne peux qu'être frappée par l'absence d'interventions un peu explicatives.
S'agissant du budget de la Santé, il y a plus de 400 millions d'euros d'économies. La norme de croissance passera de 2,5 à 2 % en 2024 malgré les grandes annonces d'un virage par rapport au gouvernement précédent. Comment justifiez-vous cette décision et ce soutien alors que, dans un cadre déjà strict, le budget avait été discuté en médico-mut quelques jours au préalable?
Comment pouvez-vous comprendre, noter et entendre, depuis le terrain, la stupéfaction, la colère – je pense que je peux le dire comme cela – de la part des soignants car ce seront directement des impacts sur les patients, sur la qualité des soins et sur la non-avancée par rapport à des politiques majeures en matière de santé publique?
Déjà 2,5 %, cela ne correspond pas aux projections du Bureau du Plan qui, pour répondre au vieillissement de la population mais aussi à l'explosion des maladies chroniques, a redit ces dernières années combien il fallait au minimum une norme de croissance de 3 %. La réalité, c'est que vous choisissez ici de faire des économies, des économies qui font mal sur la santé. Comment pouvez-vous le justifier malgré vos discours qui étaient totalement divergents et malgré les grandes promesses qui avaient été faites à l'entame de ce nouveau gouvernement?
01.185 Ahmed Laaouej (PS): J'imagine que monsieur le ministre apportera quelques compléments d'information ou redira ce qu'il a dit tout à l'heure. Vous avez raison de dire que, lorsque nous avons repris les choses en main et sommes entrés dans ce nouveau gouvernement après le désastre du gouvernement précédent – je m'excuse pour ceux qui y étaient mais je dois dire les choses –, nous avons trouvé en effet une situation catastrophique avec un définancement colossal des soins de santé, un définancement de plus de 3 milliards d'euros. Á notre arrivée, nous avons exigé un refinancement depuis le début de la législature et je remercie les partenaires – ce ne sont pas les partenaires actuels – de nous avoir soutenus en ce sens car je sais d'où venaient ces exigences de coupes sombres dans les soins de santé.
Nous avons refinancé les soins de santé à concurrence de 3 milliards avec, là aussi, une augmentation de la norme de croissance. Et puis il y a cette ligne budgétaire que l'on voit apparaître. Vous avez fait le juste calcul: 0,5 % de 35 milliards égale 175 millions.
Or, on ne voit que 75 millions dans la ligne. Des explications entendues tout à l'heure, cela signifierait qu'une partie de ces 175 millions ne se retrouve pas dans ce tableau dit d'économies. Autrement dit, le reliquat servirait, nous dit-on, à refinancer les soins de santé par ailleurs. Le ministre confirmera ou complétera ces informations.
Qu'en sera-t-il en termes de sous-utilisation globale tant il est vrai que chaque fois que l'on fait le compte, une sous-utilisation peut revenir de toute façon au budget?
Pour le reste, que les choses soient claires: pour ce qui nous concerne, il n'est pas question de toucher au financement des soins de santé et, en particulier, d'allouer les besoins là où ils sont nécessaires.
Nous avons encore entendu, la semaine dernière, le cri d'alarme des députés de la province du Luxembourg qui déploraient une forme de désertification mais surtout la suppression de certains services d'ambulances. La question des services de garde a été aussi évoquée.
Personne ne comprendrait, alors que nous avons obtenu et arraché la mise en place du Fonds blouses blanches et surtout sa pérennisation ainsi que l'accord social (au total un milliard), que l'on en vienne aujourd'hui à priver les hôpitaux de moyens. C'est la raison pour laquelle j'ai voulu souligner qu'une grande partie des réductions de cotisations sociales servira aussi à alléger la "facture" – je n'aime pas ce terme pour les cotisations sociales –, c'est-à-dire le coût pour les hôpitaux sur les masses salariales.
01.186 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Vous avez parlé des économies. Au vu du tableau budgétaire, on voit clairement qu'il y a 300 millions d'euros d'économies prévues entre 2023 et 2024. Et vous, vous justifiez cela en parlant de sous-utilisation, de norme de croissance, etc.
Je constate que le ministre Vandenbroucke commence à utiliser les mêmes arguments que ceux de la N-VA, qui nous répondait systématiquement qu'une diminution de la norme de croissance n'était pas une économie.
Pour moi, ces 300 millions ne sont pas peu de choses. Rappelez-vous de la première tranche que nous avions votée pour le Fonds blouses blanches: 400 millions d'euros sur une année! En l'occurrence, il est question d'un laps de temps de deux ans. On avait pu engager, avec ce montant, 4 000 personnes dans les soins de santé.
Vous savez très bien qu'aujourd'hui, la situation est encore terrible, parce que le covid est passé par là, et parce que le définancement a été terrible. Oui, avec cet argent, ces 300 millions, on aurait pu engager au moins 1 000 personnes dans les soins de santé, et pas avec des contrats précaires ni avec des flexi-jobs, ce qui est quand même la cerise sur le gâteau. Pas non plus avec des pensionnés qui vont travailler dans les hôpitaux, ni des étudiants, mais il aurait pu s'agir de vrais jobs, de jobs de qualité. Cela, monsieur Laaouej, je me demande comment vous avez pu l'accepter.
01.187 Frank Vandenbroucke, ministre: Madame la présidente, il est important de se baser sur des chiffres corrects. Je vais d'abord commencer avec les chiffres. Posons-nous les questions ensuite, sur la base de ceux-ci.
Le budget de l'INAMI pour l'année 2023 a un objectif de 35 200 080 000 euros. Le budget de l'année 2023 est donc de 35 milliards d'euros. C'est un accroissement de 3,2 milliards en une année. Madame Fonck, laissez-moi donner les chiffres avant de juger. L'objectif budgétaire pour l'année 2023 est de plus de 35 milliards d'euros, un accroissement, en une année, de 3,2 milliards. Évidemment, l'inflation joue. Mais en termes réels, en une année, au-delà de l'index, cela représente 757 millions d'euros. Ce gouvernement-ci va utiliser ce budget, en concertation avec les acteurs de la santé, pour améliorer l'accessibilité financière, pour combler des lacunes dans le système et améliorer sa qualité. C'est ce que nous allons faire.
Pour 2024, un accroissement important est à nouveau prévu. Selon les prévisions, au-delà de l'index – et j'arrondis – cela représentera un accroissement de 850 millions.
Aujourd'hui, parce qu'il y a d'autres besoins urgents, nous disons que, pour la fin de la législature – des élections auront lieu en mai 2024 – l'objectif pour l'INAMI est d'atteindre un accroissement de 2 %. Donc, de cet accroissement en termes réel – au-delà de l'index –, de 850 millions, un cinquième est utilisé pour autre chose.
Autre chose, comme le refinancement de l'aide médicale urgente. Nous avons discuté, il y a une semaine, du risque de faillite pouvant amener à la fermeture des services d'ambulance de la Croix-Rouge. Je pense, par exemple, à Libramont. Si on ne fait rien, cela ne sera pas une exception. Les services d'ambulance sont devant le mur. Il faut d'ailleurs aussi améliorer les conditions de travail dans ce secteur. Le gouvernement a décidé de me permettre de lancer un plan d'amélioration et de refinancement de l'aide médicale urgente avec un ratio de 162 millions d'euros vers 2025. Ce refinancement est absolument nécessaire. C'est un exemple, mais je pourrais vous en donner d'autres.
Vous pouvez ne pas être d'accord avec cette politique. Vous pouvez dire, avec un esprit un peu comptable, que l'aide médicale urgente ne fait pas partie des soins de santé. Il me semble pourtant qu'elle y est quelque peu liée. Les gens doivent pouvoir être transportés à l'hôpital.
Au-delà de cela, ce scénario permet-il de faire une économie? Permet-il de diminuer les dépenses? Non. C'est un investissement massif. Cela se traduit-il sur le terrain? Oui!
Je voudrais revenir, madame Fonck, sur un débat que nous avons souvent eu ici au sujet du personnel soignant. En septembre-octobre, les infirmiers spécialisés recevront pour la première fois un complément de spécialisation pour lequel nous dégageons 43 millions d'euros.
Voilà la réalité sur le terrain. Est-ce le paradis? Non! Y a-t-il encore beaucoup de pain sur la planche? Oui! Mais avec un tel budget, c'est possible. C'est possible!
Maintenant, vous devez d'abord dire si ces chiffres constituent une économie. Allez! Normalement, en algèbre, c'est un accroissement. Mais on ne sait jamais. C'est donc une économie! C'est fort! Expliquez-moi cela. En quoi est-ce une économie?
01.188 Catherine Fonck (Les Engagés): J'adore, parce que vous avez le même verbatim que Mme la ministre De Block quand elle expliquait qu'elle ne faisait pas d'économies.
Ceci étant, monsieur le ministre, vous vous êtes tous glorifiés d'une norme de croissance à 2,5 %. Juste ou pas? Oui! Soyons honnêtes!
Vous expliquez ici que vous allez refinancer l'aide médicale urgente. Je regarde le tableau. Il y a un chiffre, sur cette ligne, pour 2023. Je lis: 14,2 millions. Vous faites le signe, monsieur le premier ministre, comme quoi cela va croître. Je note qu'en 2024, c'est zéro en plus. Attendez, c'est évidemment le montant en plus. Nous sommes d'accord.
Mais vous m'expliquez ici qu'on va utiliser, dans les 420 millions… Parce que votre montant de 162, ce n'est pas cela ici. Vous m'expliquez que vous allez augmenter le budget pour l'aide médicale urgente de 14 millions (c'est le montant qui figure dans le tableau) et que, pour cela, il faut aller chercher 420 millions d'économies sur deux ans en santé. Vous comprendrez qu'il y a un petit souci de reconstitution des chiffres.
Moi, ce que je dis simplement, c'est que par rapport à des choix… Vous voulez tout le temps reporter à la législature suivante un plan d'attractivité des infirmiers. Certains infirmiers spécialisés vont recevoir un bonus. Mais je peux vous en parler beaucoup, moi, des infirmiers aujourd'hui! Dans quasi tous les hôpitaux, de nombreux lits sont fermés à cause d'un manque d'infirmiers. La fuite des infirmiers, notamment des hôpitaux, monsieur le ministre, c'est un élément concret.
Et les choix que vous faites, c'est aussi de financer des politiques – notamment en matière de fiscalité. J'ai compris, maintenant, les 0,5 % sur les 3 milliards des 175. Il y a un montant qui part ailleurs, y compris en fiscalité. Nous y reviendrons. Mais vous, vous faites des économies en matière de santé surtout. Vous auriez pu avancer sur des politiques indispensables et cruciales, et vous n'avez pas fait ce choix, malgré toutes vos promesses antérieures.
01.189 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le ministre, dans les 300 millions que j'ai calculés, j'ai enlevé ce que vous voulez investir dans l'aide médicale urgente. Vous ne respectez pas votre accord de gouvernement. Il y était indiqué 2,5 % de norme de croissance et vous ne les respectez pas. Les 300 millions pourraient être utilisés pour investir dans les soins de santé.
Il y a eu 1 milliard d'investissement en plus pour les soins de santé et pour le personnel soignant. Cette victoire avait été arrachée par la lutte des blouses blanches dans la rue. Mais on sait que, quand on arrache une victoire, elle peut être temporaire. Si les économies que vous prévoyez se font au détriment du personnel soignant, vous le retrouverez dans la rue!
01.190 Barbara Pas (VB): Mevrouw de voorzitster, ik hoop dat u even coulant bent voor mijn spreektijd als voor het feit dat we nu plots wel ministers mogen ondervragen.
Mijnheer de eerste minister, ik heb elk jaar bij de bespreking van uw beleidsverklaring al mijn best gedaan om er positieve elementen uit te halen. U weet dat wij positieve mensen zijn. Laat mij ook deze keer aanvangen met de positieve punten.
Ten eerste, u hebt deze keer het Parlement niet geminacht. Uw nachtelijke onderhandelingen helpen vooral om achteraf te kunnen doen alsof u werkelijk alles uit de kast hebt gehaald en dat dit resultaat het best mogelijke was. Een extra voordeel van zo lang koorddansen, een extra voordeel van het feit dat u maar op de valreep een akkoord had gisterenmiddag en geen jambonneke hebt moeten doen, is dat u niet de tijd had om, zoals vorig jaar, eerst een persconferentie te organiseren. Deze keer was de primeur voor het Parlement, zoals het hoort in een democratie.
Daarnaast heb ik nog een positief punt. U
hebt mij in uw regeringsverklaring aangenaam verrast met uw citaat van Ronald
Reagan, zonder twijfel een van de grootste Amerikaanse presidenten, de man die
we dankbaar mogen zijn omdat hij het barbaarse en onmenselijke communisme in
onze contreien een halt heeft kunnen toeroepen. U hebt mij met uw citaat heel
positief verrast. Ik wist tot gisteren helemaal niet, mijnheer de eerste
minister, dat u vertrouwd was met liberalen. Ik zal er meteen zelf ook een citaat van Ronald
Reagan aan toevoegen: "The most terrifying words in the English
language are: I'm from the government and I'm here to help."
Mijnheer de eerste minister, er kwam gisteren witte rook uit de schoorsteen van uw ambtswoning. Ik zie liever witte rook uit de koeltoren van een propere, veilige kerncentrale komen, dan witte rook uit de Wetstraat 16, want dat is veel minder geruststellend. Ik gebruik niet vaak Franse woorden in dit halfrond, maar ik heb een déjà vu. Net als ten tijde van uw regeerakkoord is nu ook weer de grootste verwezenlijking niet zozeer de inhoud van het akkoord, maar wel het feit dat er een akkoord is, deze keer het zogenaamde begrotingsakkoord. Ik geef toe dat het absoluut geen sinecure is om akkoorden te sluiten met zeven ruziemakende partijtjes aan tafel.
De ruzies en discussies binnen Vivaldi kunnen niemand ontgaan en ze blijven maar duren. Van een groepssfeer of ploeggeest is bijzonder weinig te merken, en dan heb ik het niet over de kunstmatig opgeklopte 'ploeg van 11 miljoen'-onzin, maar dan heb ik het wel degelijk over uw regeringsploeg. Het is van mei 2020 geleden dat u tweette: "Individual talent wins games, teamwork wins championships". Ik begrijp dat u dat sinds het aantreden van uw regering niet meer hebt herhaald, want het kibbelkabinet blijft zijn weinig verheffende schouwspel opvoeren. Terwijl gisteren de ene excellentie zich nog op de borst aan het kloppen was en zichzelf nog wat bloemetjes toewierp over het akkoord, waren andere paars-groene excellenties ondertussen al opnieuw in hun gebruikelijke ruziemodus op Twitter.
Vandaag zijn er al verschillende voorbeelden aangehaald. Over het fiscaal voordeel van de tweede woning heeft de MR bijvoorbeeld al laten weten dat ze blijven vechten tot 2024 om de afschaffing ervan tegen te houden. "Waarom zouden we dat enkele maanden voor de verkiezingen afschaffen?", luidt het.
Er is ook het plan om de Senaat met 15 miljoen euro af te bouwen. Dat kon gisteren, bij de openingsvergadering van de Senaat, alvast niet op applaus rekenen. Het was duidelijk nog niet doorgesproken, hoewel de Senaatsvoorzitster al op Twitter zei: "Op onszelf besparen: we doen het". Ook daar kwam het antwoord van MR-voorzitter Bouchez zeer snel. Hij tweette meteen als antwoord op haar: "Over de toekomst van onze instellingen beslissen we niet op de hoek van een tafel: dit moet worden besproken in een nieuwe en efficiëntere architectuur voor België." Ook daarover is het laatste woord dus nog niet gezegd.
Nog zo'n punt dat vandaag al uitgebreid aan bod kwam, zijn de vele interpretaties die gegeven werden aan de passage uit uw regeringsverklaring dat de regering heeft beslist om te bekijken hoe we onze eigen energiecapaciteit kunnen verhogen, zowel nucleair als hernieuwbaar. MR en cd&v interpreteerden dat als het verder afzwakken van de kernuitstap, als een mogelijkheid om meer dan twee kernreactoren open te houden. Ik citeer Sammy Mahdi: "Wij hameren al maanden op de noodzaak om zoveel mogelijk kerncentrales open te houden om het licht te laten branden na 2025 en ons land energieonafhankelijk te maken van buitenlandse regimes. Wij zijn blij dat de regering dat nu eindelijk erkent. De regering moet snel concrete stappen zetten. Nu talmen of dogmatisch blijven, zou voor heel donkere winters kunnen zorgen."
Dergelijke verklaringen staan dan weer in schril contrast met het monitoringverhaal dat wij vanmiddag van Groen hoorden. Het kabinet van dogmatische Tinne was ook heel snel om te weerleggen dat zulks niet is wat is afgesproken en dat enkel is beslist dat er een bevoorradingsstudie komt, zoals wij van de heer De Vriendt daarnet konden vernemen. Misschien is het een kwestie van tijd vooraleer Tinne even zelfzeker op de nationale tv komt vertellen dat de levensduur van andere centrales op haar vraag en initiatief zal worden verlengd. Laten we hopen. Ik ben erg benieuwd wat dat in de praktijk zal geven. Ik hoop ook dat wij vandaag al enige duidelijkheid zullen krijgen over de stand van zaken inzake het akkoord met ENGIE.
Mijnheer de eerste minister, uw begrotingsakkoord is een momentopname en niet meer dan dat. Het is een kortstondig moment tussen de vele ruzies door. Volgens de Griekse wijsgeer Socrates moet men met twee zijn om ruzie te maken. Gelukkig had hij toen in Athene nog geen regering met zeven partijen gezien.
Mijnheer de eerste minister, u hebt echter wel een begrotingsakkoord gesloten. Toch is een akkoord daarom nog geen stap vooruit. Een akkoord betekent niet noodzakelijk dat er een start wordt gemaakt of dat iets in beweging wordt gezet. Ik refereer in dat verband aan uw citaat, waarmee u in 2021 de bespreking van de beleidsverklaring hebt afgerond, zijnde het citaat van Mark Twain. U hebt trouwens een laatste kans tot het starten van hervormingen gemist. Er is nog amper plaats in uw koelkast voor de vele hervormingen die nodig zijn, want die worden allemaal in de koelkast gestopt. Ik vermoed dus dat het motto van de huidige regering is dat een volle koelkast minder verbruikt en dus om die reden nog een goede zaak kan zijn.
Mijnheer de eerste minister, u was in 2021 met het citaat van Mark Twain niet bijster origineel. Die vader van de Amerikaanse literatuur is immers ondertussen al meer dan honderd jaar dood en wordt vandaag overal ter wereld heel vaak geciteerd. Hij was een scherpe waarnemer en een satiricus. Dat is terecht. Ik heb naar aanleiding van uw citaat toen een heel aantal opmerkingen van hem opgezocht. Zij lijken wel speciaal voor Vivaldi geschreven. Ik zal vandaag dus niet nalaten hem af en toe eens te citeren.
Een citaat van hem dat alleszins de titel van uw regeringsverklaring 'Een land dat beschermt' in de juiste vivaldiproporties brengt, is het volgende: "Our lives, our liberty and our property are never in greater danger than when Congress is in session."
Mijnheer de premier, u hebt mijn voorspelling naar aanleiding van uw beleidsverklaring in het Europees Parlement gisteren zelf bevestigd. Deze zeven minipartijtjes zijn niet in staat om te zorgen voor de broodnodige hervormingen. De voorzitter van uw coalitiepartner MR plaatste onmiddellijk na het afsluiten van het akkoord op Twitter het volgende: "We betreuren dat de noodzakelijke hervormingen niet zijn gedaan, maar de hervormingen voor de fiscaliteit en de arbeidsmarkt staan op de agenda." Zo hoort u het ook eens van iemand anders. Er zijn geen structurele hervormingen gedaan op het vlak van fiscaliteit en arbeidsmarkt, maar het staat op de agenda. Mijnheer de premier, daar staat het al meer dan 30 jaar. De enige arbeidsmarkt die u lijkt te interesseren is die van uitgerangeerde Belgische eerste ministers in Europa.
Een ernstige hervorming van de pensioenen komt er niet meer, want daar spreekt u niet over, alsof dat minipensioendealtje van Vivaldi toereikend zou zijn. Concrete maatregelen om toe te werken naar die werkzaamheidsgraad van 80 % heb ik ook niet gehoord, alsof het arbeidsdealtje van Vivaldi daarvoor zou volstaan. De enige concrete activeringsmaatregel was de drastische uitbreiding van de kabinetten tot maar liefst 838 medewerkers.
Dat brengt mij bij het politieke systeem. Wat een gemiste kans is het om in deze crisistijden echt op dat politieke systeem te besparen. U komt niet verder dan symboolmaatregelen.
Ik geef een paar voorbeelden. De zogenaamde vermindering van het ministerloon is een maat voor niets. Nadat de ministerlonen eerst werden geïndexeerd, leveren de ministers en staatssecretarissen nu zowat 20.000 euro bruto in. Netto komt dat neer op zo'n 9.200 euro per jaar, dus 766 euro per maand.
01.191 Steven De Vuyst (PVDA-PTB): Mevrouw Pas, u spreekt over gerommel in de marge en symboolpolitiek naar aanleiding van die inlevering van 8 % op de ministerlonen.
Ik vraag me af of u ons voorstel genegen bent om grondig te besparen op het politieke systeem. Alle parlementsleden van onze partij engageren zich ertoe om voor een modaal arbeidsloon aan politiek te doen.
Aangezien
ministers en parlementsleden vaak het verwijt krijgen dat ze in een bubbel
leven en afgesneden zijn van de realiteit, hebben we een zeer goed wetsvoorstel
opgesteld. Zou u dat steunen? Dat voorstel strekt ertoe dat de lonen van
ministers en parlementsleden best worden gehalveerd. Bent u voor of tegen dat
voorstel?
01.192 Sander Loones (N-VA): Mevrouw Pas, hoe hebt u het begrotingsakkoord over de plannen voor de Senaat gelezen? In de tabellen staat dat de regering 7,5 miljoen euro zou zoeken in 2023 en 2024. Volgens de pers en de voorzitster van de Senaat wil ze dat vooral vinden bij de partijfinanciering, die na de zesde staatshervorming is verhoogd. De notificaties lijken evenwel te insinueren dat het niet alleen over partijfinanciering zou gaan, maar ook over de Senaat als instelling. De regering zou dus een transitieplan willen opstellen om de Senaat zelf uit te doven.
Mevrouw Pas en vooral mijnheer de eerste minister, hoe moeten we die ambitie, zoals die in het akkoord staat, lezen?
01.193 Barbara Pas (VB): Mevrouw de voorzitster, het zal niet geapprecieerd worden dat ik namens de regering zou antwoorden. U kent mijn mening over de Senaat. Er wordt vandaag alweer een kans gemist om die af te schaffen. Ik stel vast dat veel Vlaamse partijen, waaronder Open Vld, al lang verklaren dat die overbodige instelling moet worden afgeschaft. Ik ben er helaas niet van overtuigd dat dat ook de mening is van de regering. Dat blijkt alleszins niet uit de begrotingstabellen.
Collega De Vuyst, in tegenstelling tot uw fractie beoordelen wij alle voorstellen op inhoud en niet op basis van de indiener. Wij dienen soms voorstellen in om de partijdotaties te halveren. U hebt al drie of vier keer de kans gehad om dat goed te keuren, met de vele amendementen die wij indienen, maar ik stel vast dat u dat nooit doet. Moet ik daaruit afleiden dat u niet voor een halvering van de partijdotaties bent? Ik vraag het mij af. Ik stel alleen maar uw stemgedrag vast: als wij meer transparantie over de lonen vragen, dan wordt dat door u altijd weggestemd.
Ja, wij willen als parlementsleden onze duit in het zakje doen. Wij hebben destijds ook al een voorstel goedgekeurd om 5 % van het loon in te leveren. Dat wordt nog altijd gehonoreerd. Daar mag van ons gerust nog eens 10 % bij. Bekijk het statuut van de parlementsleden. Daarvoor zijn wij al lang vragende partij.
Als wij echter een voorstel bij het Bureau indienen om, zoals werd beslist in het Vlaams Parlement na het schandaal met El Kaouakibi – in Vlaanderen bestaat er een meerderheid voor –, de forfaitaire onkostenvergoeding na een maand ziekteverlof te schrappen, wat niet meer dan logisch is, dan krijgen wij dat amper op de agenda. De voorzitster moet het eerst aan andere parlementen voorleggen om te bekijken of het daar kan. Ik heb vorig jaar een voorstel ingediend, maar het is nog altijd niet behandeld. Het Bureau heeft er zelf een voorstel aan gekoppeld dat nog verregaander is. Ik ben mijn pragmatische zelve geweest, wetende dat er over het voorstel in Vlaanderen al een consensus was, maar dat geraakt in dit Huis niet goedgekeurd.
Goede voorstellen zullen wij zeker steunen, maar ik denk dat onze stemmen niet het verschil zullen maken, mijnheer De Vuyst.
01.194 Steven De Vuyst (PVDA-PTB): Mevrouw Pas, u hebt de bliksemafleider opgezocht. U bent begonnen over de partijdotatie. De PVDA heeft inderdaad al veel langer een voorstel ingediend, waarmee wij veel verder willen gaan voor alle partijdotaties van alle partijen en alle parlementen, inclusief het Vlaams Parlement. Daarover hoor ik u niet vaak iets zeggen.
Ik heb u ook niets horen zeggen over de halvering van de ministerlonen en de lonen van de parlementairen. U hoeft niet te wachten tot wij opnieuw een wetsvoorstel indienen. Wij hebben trouwens al amendementen ingediend die in die richting gaan. Ik kan mij niet herinneren dat dat uw voorkeur heeft weggedragen.
U zegt dat u een inspanning wilt leveren, maar spreekt u zich dan uit. Bent u voor de halvering van de ministerlonen en de lonen van de parlementariërs, ja of neen? Zou u het een goede maatregel vinden om het politieke systeem te ontvetten, om de politici wat dichter bij de burger te brengen, zodat zij geen asociale maatregelen zouden nemen en zij veel sneller zouden zijn in het uitdenken van maatregelen om de bevolking in de energiecrisis van vandaag te beschermen?
Vindt u niet dat parlementariërs en ministers op die manier dan ook echt een duit in het zakje zouden doen en dat ze op die manier ook een heel grote besparing zouden doen, in plaats van die symboolmaatregelen?
Ik had heel graag geweten of het Vlaams Belang voor of tegen het voorstel is om ministerslonen en lonen van parlementsleden te halveren, Ja of neen.
01.195 Barbara Pas (VB): Ik ga niet mee in uw opbod, als dat een antwoord kan zijn op uw vragen. Een halvering vind ik niet de juiste oplossing voor uw gewenste doel, namelijk om tot betere parlementsleden te komen en om de parlementsleden dichter bij de burger te brengen. Als men echt wil besparen op het politieke systeem – en daartoe wilde ik komen in mijn betoog –, zorg dan in eerste instantie voor minder parlementsleden. Zorg ervoor dat de partijdotaties gehalveerd worden. Schaf overbodige instanties af: provincies, Senaat, noem maar op.
Nog zoiets, collega De Vuyst, uw motto is steeds: "Laat de rijken de crisis betalen." Dat heb ik hier vandaag reeds regelmatig gehoord van u. Waarom telt dat niet voor het koningshuis? Als wij amendementen indienen om aan die dotaties te zitten, stemt u steeds tegen. Wees een beetje consequent en beknibbel waar er nog meer te beknibbelen valt.
Mevrouw de voorzitster, ik ga verder met mijn betoog. De 8 % zogenaamde vermindering is een symboolmaatregel. Die is ook allerminst geloofwaardig voor een regering met een Mexicaans leger aan excellenties, met maar liefst zeven vice-eersteministers, waarvan sommige zelfs niet door de kiezer zijn verkozen.
De oude politieke cultuur floreert als nooit tevoren. Ik lees in die tijdig ontvangen begrotingstabel dat u zult vragen om de dotaties van de politieke partijen te bevriezen. Waarom zult u vragen om die slechts te bevriezen? Waarom zult u niet vragen om daar drastisch in te snoeien? Waarom vraagt u niet die te halveren, zoals het Vlaams Belang reeds meermaals in dit Huis heeft voorgesteld?
Er wordt dus niet drastisch gesnoeid in de partijdotaties. Er wordt niet drastisch gesnoeid in de kabinetten, noch in het aantal parlementsleden. Die onzinnige Senaat wordt niet afgeschaft. Zelfs aan de ondemocratische monarchie wordt niet geraakt.
Het is een ongelooflijk gemiste kans. Terwijl de echte besparingen op het politieke systeem uitblijven, bespaart u op de eigen mensen. Men beweert hier vandaag van niet, maar de niet-indexatie van de belastingschalen komt neer op een besparing op de eigen mensen.
Vlaams Belang wil ook geen besparingen op ouderschapsverlof, tijdskredieten of thematische verloven. De uitkering voor ouderschapsverlof wordt opgenomen om voltijds of gedeeltelijk te kunnen zorgen voor een of meerdere kinderen. Op die manier wordt de combinatie van werk en gezin gemakkelijker gemaakt en krijgen gezinnen financiële ademruimte. In de huidige crisistijden lijkt het ons allerminst verstandig om daarop te beknibbelen. Evenmin is het een goede zaak dat u de in het regeerakkoord beloofde groeinorm van 2,5 % in het zorgbudget terugdraait naar 2 %.
Mijnheer de eerste minister, de sfeer in de regering zit onder het vriespunt, maar de temperatuur in veel Vlaamse huiskamers stilaan ook. Kinderen hebben schrik in het donker, maar volwassenen krijgen schrik om het licht te laten branden. De naar koopkracht zoekende burger krijgt van u geen structurele maatregelen. De spaarcenten smelten weg, de belastingdruk in dit land is bij de hoogste ter wereld, maar de verlaging van de lasten op arbeid laat op zich wachten.
Ik weet dat de ambities van minister Van Peteghem voor die fiscale hervorming zeer groot zijn. Een verhoging van het belastingvrij minimum, ik hoor het hem graag zeggen. Voor ons mag dat naar het niveau van het leefloon opgetrokken worden. Zulke maatregelen zijn dringend nodig als de naar koopkracht zoekende burger netto meer wil overhouden uit bruto. Dan lees ik de cd&v-voorzitter tweeten over "een duidelijk pad naar een grote fiscale hervormring in de nabije toekomst". Mijnheer de premier, toen u gisteren de passage over die fiscale hervorming uitsprak in uw regeerakkoord, applaudisseerde de cd&v-fractie heel hard, maar het contrast met de complete stilte op de nu volledig lege PS-banken kon niet groter zijn. "The truth hurts, but silence kills", zou Mark Twain zeggen. Wie garandeert mij dat 'de nabije toekomst', zoals dat in de regeringsverklaring en in de tweet van de cd&v-voorzitter staat, niet dezelfde betekenis zal krijgen als het 'onverwijld' van Leterme?
Gelooft u het zelf nog na alle vorige sabotagepogingen, mijnheer de minister? Hoe vaak hebt u de fiscale hervorming al aangekondigd? Het blijft echter een soort monster van Loch Ness. Iedereen spreekt en schrijft erover, maar niemand heeft het al gezien en ik vrees dat niemand het ooit zal zien.
Het is ook niet alleen wachten op de fiscale hervorming, maar ook op het dringend nodige prijsplafond voor stroom en gas. Er zijn nochtans andere landen in Europa die niet als een konijn naar een lichtbak staren als het over de Europese Unie gaat. Frankrijk, Griekenland en Nederland hebben allemaal al prijsplafonds ingevoerd. In Nederland levert dat een gezin 2.000 euro per jaar op. Hier blijft men echter wachten op de Europese Unie. Ondertussen bedraagt de gemiddelde energiefactuur voor een gezin 9.200 euro per jaar.
Ja, u geeft vijf keer een korting. In zo'n situatie zijn er echter structurele maatregelen nodig, zoals een permanente verlaging van de btw op elektriciteit en gas, zonder dat de regering de factuur verhoogt met accijnzen zodra de energieprijzen normaliseren. Ondertussen gaat de btw op sloop en heropbouw ook opnieuw van 6 naar 21 %. Dat lijkt me het tegenovergestelde van structurele oplossingen en energietransitie.
Mijnheer de eerste minister, ik ben mijn opbouwende kritiek vandaag begonnen met positieve punten. Ik denk zelfs aan nog een. Er is namelijk ten opzichte van vorig jaar een forse vooruitgang waar te nemen in uw aandacht voor het migratiethema tijdens de regeringsverklaring. Het is zelfs een verdrievoudiging. Vorig jaar was het immers één zin, dit jaar waren het drie zinnen.
Dat is eigenlijk onbegrijpelijk, maar vooral onverantwoordelijk. We zitten immers in een asielcrisis en de instroom piekt. We zitten in een onbeperkt opengrenzenbeleid en in uw drie zinnen had u het over 'een allesomvattende aanpak waarbij we de instroom beperken en de uitstroom verhogen'.
Dat belooft u al twee jaar. De vorige regeringen beloofden dat ook, maar daar kwam nooit iets van in huis. U belooft dus te blijven doen wat u nooit hebt gedaan. Als u dat de voorbije twee jaar wel zou hebben gedaan, dan had u in uw regeringsverklaring geen winterplan hoeven aankondigen.
In 2019 was er met 27.742 asielaanvragen een absoluut record sinds de historische migratietsunami van 2015. Na een coronadip steeg het aantal asielaanvragen vorig jaar opnieuw tot bijna 26.000 en voor de eerste acht maanden van dit jaar staat de teller al op 22.627 asielaanvragen. Dat is een stijging van maar liefst 29 % in vergelijking met dezelfde periode van dat recordjaar 2019 en ten opzichte van vorig jaar gaat het zelfs om een stijging van 50 %.
Mijnheer de eerste minister, die cijfers bevestigen de evolutie die zich eerder al aftekende en waarvoor het Vlaams Belang herhaaldelijk heeft gewaarschuwd. Die tendens is onmiskenbaar, met gemiddeld 2.828 asielaanvragen per maand dit jaar. Als die trend zich doorzet, dreigen we af te kloppen op een totaal van 34.000. Daarmee wordt de kaap van het crisisjaar 2019 ruim overschreden. Het gaat om 195 asielaanvragen per 100.000 inwoners in dit land. Daarmee vangen we zelfs meer asielzoekers op dan het nochtans bijzonder populaire Duitsland. België is nog steeds een migratiemagneet en ook hier is er geen enkele ommekeer in het beleid.
Alsof dat allemaal nog niet erg genoeg is, terwijl de cijfers van de instroom onverminderd pieken, manifesteert zich in de uitstroom een omgekeerde beweging. Als u de aantallen gedwongen terugkeer, vrijwillige terugkeer en terugdrijvingen aan de grens allemaal samentelt, dan staat de teller voor de eerste helft van dit jaar op nauwelijks 3.396. Het ziet er dus niet bepaald naar uit dat de terugkeercijfers weer zullen aanknopen bij het precoronaniveau, en zelfs als dat het geval zou zijn, dan was dat in 2019 al gedaald tot ongeveer 8.700, het laagste cijfer in tien jaar.
Als u weet dat slechts vier aanvragers op de tien recht hebben op erkenning en als u weet dat van degenen die een bevel krijgen om het grondgebied te verlaten amper 20 % ook effectief terugkeert, dan weet u dat het evenwicht tussen instroom en uitstroom absoluut scheef zit.
Het enige wat er inzake asielbeleid op vooruit is gegaan, de enige vooruitgang die u en uw ploeg de voorbije jaren hebben geboekt in het asielbeleid, is een vooruitgang in het aantal asielaanvragen, in het budget voor asielopvang – tot historische hoogten van 680 miljoen euro – en in het aantal opvangplaatsen. Nog meer personeel voor de asieldiensten, nog meer opvangplaatsen, nog meer geld om de instroom op te vangen, terwijl geloofwaardige maatregelen om die instroom aan banden te leggen zoals steeds uitblijven.
Terwijl u met uw kernkabinet gisterochtend
nog zat te kibbelen over welke miljoenen waar bespaard en beknibbeld zouden
worden en welke belastingen zouden worden verhoogd, liet staatssecretaris
de Moor weten dat ze boven op de 31.500 opvangplaatsen die er vandaag
al zijn, nog meer bijkomende capaciteit in de opvang wil. We hebben geen tekort
aan opvang, mijnheer de eerste minister, we hebben een teveel aan asielzoekers.
(Applaus)
U zegt de instroom te willen indammen en de uitstroom te willen vergroten. Al onze vragen over hoe u dat concreet wilt doen, blijven echter onbeantwoord. Ik doe vandaag nog een poging. Als u zegt de instroom te willen beperken en de uitstroom te willen verhogen, vraag ik u hoe u dat concreet wilt doen. Zult u de gezinshereniging verstrengen? Zult u, naar het succesvolle voorbeeld van een aantal Scandinavische landen, de sociale zekerheid afschermen? Zult u de minimumstraffen op mensensmokkel verhogen, een voorstel dat mijn fractie al heeft ingediend? Zult u de asielprocedure intrekken wanneer asielzoekers in dit land veroordeeld worden voor wanbedrijf of misdaad? Zult u sancties nemen tegen landen die hun uitgewezen onderdanen weigeren terug te nemen? Zult u ontwikkelingshulp heroriënteren naar de thuislanden van de grootste groepen erkende vluchtelingen en de hier verblijvende niet-Europese vreemdelingen, zodat de situatie in de herkomstlanden verbetert en terugkeren eenvoudiger wordt? Of zult u steungelden afhankelijk maken van de terugname van gewezen asielzoekers en illegalen? Zult u zorgen voor een regeling die toelaat dat families met kinderen voor een beperkte tijd in aangepaste gesloten gezinsunits ondergebracht kunnen worden in afwachting van hun terugkeer? Of zult u eindelijk werk maken van de actieve opsporing van illegalen en daarvoor een wettelijk kader uitwerken?
Maakt u de woonstbetredingen bij illegaal verblijf mogelijk? Dat werd ons door de regering-Michel al beloofd, het werd ons in uw regeerakkoord al beloofd, maar we hebben daar vandaag nog niets van gezien.
Volgens de componist Igor Stravinsky was Vivaldi een zwaar overschatte componist waar enkel saaiheid en niets vernieuwends van uitging. Stravinsky had de regering Vivaldi echter nog niet gezien. Ook inzake Justitie hebt u gisteren niets vernieuwends meegedeeld. U hebt herhaald wat uw minister van Aankondigingen, de heer Van Quickenborne, al meermaals heeft meegedeeld, met het rationaliseren van de gerechtshoven en dergelijke. Doe die schaalvergroting inderdaad niet blindelings en zorg ervoor dat zeker de vredegerechten en de politierechtbanken voldoende nabij de bevolking blijven. Het enige nieuwtje was de uitbreiding van de drugshulpverlening in de gevangenissen. Gaat dat gepaard met meer controles en een verhoging van de pakkans? Bent u van plan om de druggebruikers aan te pakken of mikt u enkel op de dealers?
Vorig jaar formuleerde u in uw beleidsverklaring nog een andere belangrijke ambitie, een ambitie die volledig past bij de titel van uw regeringsverklaring van gisteren, Een land dat beschermt, namelijk de bescherming van burgers tegen criminelen. Vorig jaar stelde u in uw regeringsverklaring: "Deze regering gaat voor 100 % strafuitvoering. Voor de eerste keer in meer dan 20 jaar zal iedereen die veroordeeld wordt die straf ook effectief uitzitten." Ik begrijp heel goed dat u die ambitie gisteren niet meer hebt durven herhalen. Met die aankondiging is het immers niet goed afgelopen. Op een jaar tijd evolueerde de ambitie van het laten uitzitten van alle straffen, ook de korte van vijftien dagen, naar een gebrek aan speurders om bepaalde vormen van economische en fiscale fraude alsook kunstfraude aan te pakken. Verder wordt niet alleen de inwerkingtreding van de wet die de gevangenisstraffen onder de drie jaar regelt voor een twaalfde keer uitgesteld, straffen onder de zes maanden zullen bovendien nooit worden uitgevoerd. De regering zal tot slot een groot deel van de gevangenen een strafkorting geven van zes maanden.
Mijnheer de eerste minister, het is niet alleen de oppositie die stelt dat het misgaat met de strafuitvoering. Ook de mensen op het terrein doen dat. Ik zal een politierechter citeren, een man met 23 jaar ervaring, namelijk Peter Vandamme. Hij stelt het volgende: "Ik geef drie maanden, ik geef zes maanden, ik geef een jaar cel, maar daar gebeurt niets mee. De gevangenissen zitten overvol."
Mijnheer de eerste minister, wanneer zal de huidige regering eindelijk en niet alleen met woorden maar ook met daden werk maken van een snelle, correcte uitvoering van straffen? Een land dat beschermt is de titel van uw beleidsverklaring. In dat geval moet de bescherming tegen criminelen door de uitvoering van straffen prioritair zijn.
Een land dat beschermt draagt ook maximaal zorg voor zijn hulpdiensten. In 2021 werd afgesproken dat de loonsverhoging voor de politiediensten zou ingaan vanaf 1 januari 2023. Tegen die akkoorden in zullen onze politiediensten nu een gefaseerde loonsverhoging krijgen. Een eerste minimumaanpassing komt er pas in het najaar van 2023. De volgende aanpassingen zijn pas voor een volgende regering en een volgende legislatuur.
Het is een land dat beschermt, maar ondertussen wel zijn begroting poogt te stutten zonder grote hervormingen maar ten koste van de studenten en de rokers. Het is een land dat beschermt, maar ondertussen wel 65 miljoen euro te veel betaalt voor coronatests en miljoenen euro labomateriaal laat vervallen.
Collega's, het is altijd interessant om even
stil te staan bij wat in een regeringsverklaring niet werd gesteld. Eigenlijk
is dat het interessantste en het meest veelzeggende. Niet alleen over de
strafuitvoering is er geen woord meer, ook opmerkelijk is dat de zogenaamde
strijd tegen fake news geen vermelding meer waard is. Mijnheer de eerste
minister, ik begrijp dat. Wanneer de regeringsleden daar voortdurend zelf tegen
zondigen, is het misschien veiliger om daarover niet meer te berichten. Ik citeer nogmaals Mark Twain:
"Never let the truth get in the way of a good story."
Ik weet niet of mijn spreektijd mij toelaat alle voorbeelden te geven van dat fake news door de regeringsleden. Een exhaustieve opsomming zal ik al zeker niet kunnen geven. U weet zelf heel goed waarover het gaat. Ik wil er een van uzelf geven. Uw gesponsorde Facebookadvertentie 'Prijsplafond, Zo Gezegd, Zo Gedaan' was wel meer dan voorbarig. Dit land beschermt dus niet tegen fake news van regeringsleden.
Mijn collega Samyn verwees er reeds naar, in het regeerakkoord staat ook geen woord over armoede, geen woord over een verdere pensioenhervorming. Als de overheid werkelijk mensen wil beschermen, moet u inzetten op haalbare, betaalbare en rechtvaardige pensioenen.
Vlamingen werken keihard. Ze betalen enorm veel belastingen en ze krijgen daarvoor weinig terug. Ze verdienen een zorgeloze oude dag na een leven lang werken. U weet dat wij pleiten voor een minimumpensioen van 1.650 euro netto voor iedereen met een volledige loopbaan van 66.000 gewerkte uren. U spreekt over een pensioen van 1.500 euro. Dat gaat echter over 1.500 euro in juni 2019. Vandaag betekent dat, gerekend aan dezelfde koopkracht, 1.695 euro. Uw 1.500 euro uit 2019 is vandaag 1.325 euro waard.
Mijnheer de minister Vandenbroucke, daarnet kreeg mijn fractiegenote van de voorzitster niet de gelegenheid om u te antwoorden. Elk voorstel bekijken wij op zijn inhoud, niet op basis van de indiener. Elk voorstel dat ervoor zorgt dat werken loont, dat de pensioenen van onze mensen verbetert, zullen wij steunen. Dit is in tegenstelling tot uw partij, die gelijkaardige voorstellen van mijn fractie wegstemt, omdat ze niet naar inhoud kijkt maar alleen naar de indiener.
Wij willen dus dat gegarandeerde pensioen van 1.650 euro na een carrière van 66.000 gewerkte uren of 40 jaar. Of het nu gaat over zelfstandigen, ambtenaren, werknemers of een combinatie van de stelsels, zou er niet toe mogen doen. Dat moet op termijn uitmonden in een gelijk pensioen. Net zoals wij loon naar werken willen, willen wij een eerlijk pensioen na een leven lang hard werken.
Om dat te realiseren, als men het betaalbaar wil houden, moeten wij de sociale zekerheid splitsen, collega's. Dit Belgische systeem loopt helemaal vast.
Vlaamse pensioenen zijn haalbare, betaalbare en rechtvaardige pensioenen. In tegenstelling tot het minipensioencompromis van deze regering, waarvan onmiddellijk na het afsluiten ervan de partijvoorzitters van de meerderheid al aan het zeggen waren dat ze er eigenlijk helemaal niet tevreden mee waren, is die pensioendeal een beetje symptomatisch voor Vivaldi. Men doet alsof men oplossingen vindt, maar men gelooft er zelf niet in. Men schuift de pensioenfactuur gewoon voor zich uit. Voor een bejaarde die met een gemiddeld pensioen nu zijn of haar peperdure winkelkarren, huur, rusthuis, gas, stroom, water, moet betalen, is uw pensioendealtje alleszins geen geruststelling.
Collega's, er zijn geen N-VA-regeringen of een regering-Michel nodig voor een communautaire stilstand of om te zwijgen over het communautaire deel in een beleidsverklaring. Het was veelzeggend, mijnheer de eerste minister, dat u ook daarover met geen woord hebt gerept. Ook de fractievoorzitter van de N-VA heeft trouwens gezwegen over migratie en het communautaire deel. In 2014 heb ik ervoor gewaarschuwd dat de door de N-VA afgesproken communautaire stilstand niet voor vijf maar voor tien jaar zou zijn. Ik zou graag wat minder als Jules Verne of Nostradamus zijn, maar helaas heb ik gelijk gekregen.
Met die communautaire stilstand is er ook structurele stilstand, mijnheer de eerste minister. België is blut geblokkeerd. We hebben nu zelfs een vicepremier voor Institutionele Hervormingen, maar minister Verlinden pleegt niet alleen woordbreuk tegenover onze politiediensten, ze kan ook geen communautaire deuk in een pakje boter slaan. Van die beloofde voorbereiding voor de volgende staatshervorming, die regionalisering van de gezondheidszorg, komt niets in huis.
Ik vraag haar zo regelmatig om een stand van zaken. De laatste keer dat ik haar opnieuw om een stand van zaken vroeg, naar aanleiding van de voorbereiding van de staatshervorming, zei ze dat ze eindelijk haar gespreksronde bij alle vicepremiers had afgerond. Bij de ene was dat al wat diepgaander dan bij de andere. Zo zei ze het letterlijk. Ze zei dat het dossier nu bij de premier ligt. Ze heeft haar verkennende ronde gedaan. Het dossier ligt nu bij u en u zegt er niets over in uw regeerverklaring, mijnheer de eerste minister. U zwijgt erover in alle talen.
Dan vraag ik mij af, beste cd&v, wat u eigenlijk in de vivaldiregering doet? Het is makkelijker een naald in een hooiberg te vinden dan uw meerwaarde voor paars-groen te vinden. Hoelang zult u zich de wortel van een fiscale hervorming of van een staatshervorming laten voorhouden?
U zult het zich misschien nog herinneren: toen de regering van start ging, heb ik cd&v vergeleken met Harry Van Oers, de inspecteur-generaal van het Belgische gevangeniswezen in 1993. Hij bood zich spontaan aan als gegijzelde om te voorkomen dat er onschuldige slachtoffers zouden vallen bij de gewapende ontsnappingspoging van drie gangsters, Philippe Lacroix en de cultuurverrijkers Basri Bajrami en Murat Kaplan. Ik herinner mij de zeer spectaculaire beelden die ik als twaalfjarige zag. Harry Van Oers werd als gegijzelde meegenomen uit een sas van de gevangenis van Sint-Gillis. Nu, 27 jaar later, kent dit land met cd&v hetzelfde fenomeen. Opnieuw is er een geval waarbij men zich vrijwillig aangeeft als gegijzelde. Deze keer is het geen heldendaad, maar een laffe daad. Ik heb in 2020 gezegd dat Harry Van Oers de gijzeling had overleefd, maar dat ik van het overleven van cd&v helemaal niet zeker was. Als ik de peilingen mag geloven, lijkt de Nostradamus in mij ook hierin gelijk te krijgen.
Collega's, net als de regering-Michel toont de vivaldiregering aan dat binnen de Belgische structuren geen verandering te brengen is. In deze crisistijden is het wraakroepend dat er wel besparingen op eigen mensen gezocht worden, maar dat over andere facturen niet eens gesproken mag worden.
Over de migratiefactuur heb ik het al gehad. Maar er is ook nog de miljardenstroom richting het zuiden van het land met de transfers. De transfers in dit land lijken een beetje op Voldemort uit de Harry Potterverhalen, hij die niet genoemd mag worden. Met één zinnetje in het regeerakkoord, dat er aan de interpersoonlijke solidariteit niet geraakt mag worden, moeten wij het doen. Ondertussen hebben onze eigen mensen het moeilijk om de eindjes aan mekaar te knopen. Zelfs in de totaal mislukte burgerbevraging mocht er geen vraag over de onverantwoorde geldstromen gesteld worden, want – ik heb er minister Verlinden over ondervraagd – het was zogezegd te ingewikkeld om dat aan de burger voor te leggen.
Mijnheer de eerste minister, België is eigenlijk een tweestromenland. De enige stromen waarvan wij in dit land zeker zijn, zijn de geldstroom van Vlaanderen naar Wallonië en de immigratiestroom. Die stromen zijn nog minder betaalbaar dan de energiestroom vandaag, maar wij maken ons geen illusies, want onder de vivaldicoalitie zullen die beide stromen alleen maar toenemen.
Ik rond af.
De componist Vivaldi heeft nooit een requiem geschreven, maar dat is geen probleem, want u bent dat nu aan het doen. Dit land heeft nood aan hervorming, aan een hervormer, maar niet aan een crisismanager. Het zal u niet verbazen dat het Vlaams Belang het vertrouwen niet zal geven, opnieuw niet, aan uw vivaldiregering, omdat u beter de stekker uit de mislukking trekt. Ik ben er zelfs van overtuigd dat een regering in lopende zaken minder kwaad zou betekenen voor onze burgers.
La présidente:
Chers collègues, je propose d'interrompre notre discussion générale pour une
pause technique de 15 minutes. (Assentiment)
La séance est levée. Prochaine séance le mercredi 12 octobre 2022 à 20 h 00.
De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering woensdag 12 oktober 2022 om 20.00 uur.
La séance est levée à 19 h 38.
De vergadering wordt gesloten om 19.38 uur.
Ce compte rendu n'a pas d'annexe. |
Dit verslag heeft geen bijlage. |