Plenumvergadering |
Séance
plénière |
van Donderdag 28 november 2024 Namiddag ______ |
du Jeudi 28 novembre 2024 Après-midi ______ |
De vergadering wordt geopend om 14.16 uur en voorgezeten door de heer Peter De Roover, voorzitter.
La séance est ouverte à 14 h 16 et présidée par M. Peter De Roover, président.
De voorzitter: De vergadering is geopend.
La séance est
ouverte.
Een reeks
mededelingen en besluiten moeten ter kennis gebracht worden van de Kamer. U
kunt die terugvinden op de webstek van de Kamer en in het integraal verslag van
deze vergadering of in de bijlage ervan.
Une série de communications et de décisions doivent être portées à la connaissance de la Chambre. Elles seront reprises sur le site web de la Chambre et insérées dans le compte rendu intégral de cette séance ou son annexe.
Aanwezig bij de opening van de vergadering is de minister van de federale regering:
Ministre du gouvernement fédéral présent lors de l'ouverture de la séance:
Alexander
De Croo.
Collega’s, u bent ervan op de hoogte dat we vandaag, gelukkig, iets meer werk hebben dan doorgaans. Vorige week hebben we volgens mij een record gebroken qua snelle afwerking van de plenaire. Dat hoeft absoluut geen coutume te zijn.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 27 november 2024 hebt u een gewijzigde agenda voor de vergadering van vandaag ontvangen.
Conformément à l’avis de la Conférence des présidents du 27 novembre 2024, vous avez reçu un ordre du jour modifié pour la séance d'aujourd'hui.
Zijn er
dienaangaande opmerkingen?
Y a-t-il une observation à ce sujet?
Motions de
modification de l'ordre du jour
01.01 Axel Ronse (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik vraag bij motie de toevoeging aan de agenda van deze vergadering van het wetsvoorstel houdende diverse wijzigingsbepalingen met het oog op een tijdelijk uitstel van de verplichting tot registratie binnen de Federal Learning Account (nr. 297).
01.02 Joris Vandenbroucke (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, ik zou ook graag bij motie een wetsvoorstel toevoegen aan de agenda van deze vergadering. Ik heb het over het wetsvoorstel tot verlenging van bepaalde maatregelen voorzien in de wet van 20 november 2022 houdende maatregelen aangaande de personeelsschaarste in de zorgsector (nr. 433).
De urgentie daarvoor werd op 24 oktober goedgekeurd. Het werd behandeld in de commissie en het verslag werd gepubliceerd op 26 november. Wat ons betreft kan dat dus worden toegevoegd aan de agenda van vandaag.
De voorzitter: Collega's, een derde van de leden, dus ten minste 50 leden, moet de ontvankelijkheid van deze verzoeken bevestigen.
We behandelen eerst de ontvankelijkheid van de motie van collega Ronse.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken bij zitten en opstaan.
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande par assis et levé.
Ten minste 50 leden steunen de ontvankelijkheid van de motie.
Au moins 50 membres appuient la recevabilité de la motion.
Wij behandelen nu de ontvankelijkheid van de motie van collega Vandenbroucke.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken bij zitten en opstaan.
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande par assis et levé.
Ten minste 50 leden steunen de ontvankelijkheid van de motie.
Au moins 50 membres appuient la recevabilité de la motion.
Bent u het eens met de agendawijziging die door collega Ronse wordt voorgesteld?
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken bij zitten en opstaan.
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande par assis et levé.
De
agendawijziging wordt aangenomen.
La modification de l'ordre du jour est adoptée.
Bent u het eens met de agendawijziging die door collega Vandenbroucke wordt voorgesteld?
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken bij zitten en opstaan.
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande par assis et levé.
De
agendawijziging wordt aangenomen.
La modification de l'ordre du jour est adoptée.
De wetsvoorstellen nrs. 297 en 433 zullen bijgevolg aan de agenda worden toegevoegd.
02.01 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de voorzitter, ten eerste, wij hebben het gisteren in de Conferentie van voorzitters ook gehad over het ontwerp van financiewet houdende de voorlopige kredieten. Dat ontwerp wordt volgende week reeds behandeld in de commissies, maar wij hebben vastgesteld dat de opmerkingen daarover niet opgenomen zijn in het verslag van de Conferentie van voorzitters. U hebt in de Conferentie van voorzitters als voorzitter van de Kamer de verwachting uitgesproken – en ik wil dit graag herhaald zien in onze plenaire vergadering vandaag – dat de documenten inzake de voorlopige kredieten morgen, vrijdag, zeker beschikbaar zijn. U zei gisteren dat de documenten vandaag beschikbaar zouden worden, maar tot nu toe – ik heb het daarnet nog nagekeken – hebben wij die nog nergens teruggevonden op de webstek.
Wij willen graag uw bevestiging dat wij de documenten zeker vrijdagavond ter beschikking moeten hebben, opdat het ontwerp inderdaad op dinsdag aan de orde kan komen. Met andere woorden, geen bespreking als de stukken vrijdag niet online staan.
Ten tweede, ik meen begrepen te hebben dat ook het verslag van het Rekenhof vrijdag beschikbaar moet zijn om het dinsdag te kunnen bespreken. Ook daarover wil ik u formeel aan de Kamer horen verklaren dat het verslag van het Rekenhof uiterlijk op vrijdag beschikbaar moet zijn.
Ten derde, ik heb in het verslag van de Conferentie van voorzitters niets teruggevonden over mijn vraag naar de adviezen van de commissies. In artikel 110 van het Reglement van de Kamer lezen we dat uitgezonderd het ontwerp van financiewet, dat geagendeerd staat voor volgende week, de commissie van Financiën alles aan één stuk behandelt tot de volledige afhandeling ervan en dat, indien het verslag houdende het advies van de vaste commissie nog niet beschikbaar is, de rapporteur mondeling verslag uitbrengt aan de commissie voor Financiën en Begroting. Er wordt wel melding gemaakt van een verslag van de andere commissies.
Om dat artikel juist te interpreteren, heb ik het boek van wijlen griffier Marc Van der Hulst er even bij genomen. Ik citeer: "De ontwerpen van financiewet, respectievelijk de wet waarbij de voorlopige kredieten worden geopend, worden in de Kamer mutatis mutandis op dezelfde wijze behandeld als de ontwerpen van middelenbegroting, respectievelijk de algemene uitgavenbegroting." Ik begrijp daaruit dat er ook adviezen van de verschillende commissies nodig zijn.
Mijnheer de voorzitter, ik wil u de volgende drie zaken horen bevestigen: ten eerste, de teksten moeten uiterlijk vrijdagavond beschikbaar zijn, wat eigenlijk al heel laat is; ten tweede, het advies van het Rekenhof moet beschikbaar zijn; en ten derde, de adviezen van de verschillende commissies zullen worden gevraagd.
De voorzitter: Mijnheer Vermeersch, een verslag is maar een verslag na goedkeuring; het gaat om een ontwerpverslag. U hebt er terecht op gewezen dat er een aantal toezeggingen zijn gedaan, ook door de regering. Ik kan u bevestigen dat de teksten waarnaar u hebt gevraagd, morgen zullen worden rondgedeeld.
Van het Rekenhof hebben wij vernomen dat zijn verslag pas maandag beschikbaar zal zijn. Ik ben natuurlijk een oude man met een slecht geheugen, maar ik durf de bevestiging van gisteren dat ook het verslag van het Rekenhof op vrijdag zou worden rondgedeeld, te betwijfelen; ik denk het eerlijk gezegd niet. We zullen dat bekijken bij de goedkeuring van het verslag. Het verslag van het Rekenhof zou dus pas maandag beschikbaar zijn. Ik beschik niet over de middelen om dat te vervroegen.
Wat de adviezen van de andere commissies betreft, als daarom gevraagd wordt, dan moet het Reglement ter zake worden gevolgd. Dat spreekt voor zich. Ik denk niet dat het een verplichting is dat die andere commissies advies uitbrengen, maar het is reglementair een mogelijkheid die in de huidige omstandigheden kan worden benut.
02.02 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de voorzitter, het is natuurlijk belangrijk dat de notulen van de Conferentie van voorzitters over een zo belangrijke bespreking de betreffende passage bevatten. U herinnert eraan dat een verslag pas definitief is als het is goedgekeurd, maar momenteel staat er geen enkele alinea over die belangrijke bespreking in het verslag en dat moet er zeker in komen.
De voorzitter: Ik bevestig bij deze uw lezing over dat betreffende deel.
02.03 Wouter Vermeersch (VB): U bevestigt dus vandaag dat de documenten uiterlijk morgen beschikbaar zullen zijn, terwijl het verslag van het Rekenhof pas maandag ter beschikking komt.
In de commissie voor Financiën hanteren we de regel-Bogaert dat documenten 48 uur vooraf ter beschikking van de parlementsleden moeten zijn. In die geest moeten de documenten inderdaad op vrijdag ter beschikking zijn en dus ook het verslag van het Rekenhof. Aangezien de bespreking in de commissie natuurlijk start met de bespreking van het verslag van het Rekenhof, kan die niet op dinsdag geagendeerd worden, des te meer omdat ook de adviezen van de verschillende commissies nodig zijn. De eindstemming kan pas gebeuren als de adviezen van de verschillende commissies binnen zijn en schriftelijk dan wel mondeling in de commissie worden meegedeeld. Daarover is het Reglement heel duidelijk.
Mijn conclusie luidt dus dat de bespreking op dinsdag onmogelijk is, omdat het document van het Rekenhof ontbreekt. Ook de stemming is zeker onmogelijk omdat de adviezen er nog niet zullen zijn.
De voorzitter: Ik zal mij zeker nog eens richten tot het Rekenhof met de vraag naar het verslag. Ik kan mij voorstellen dat dat vroeger kan, aangezien het gaat over voorlopige kredieten, maar wie ben ik om dat te beweren?
Voorts zullen de commissies werken volgens het Reglement. Het staat alle leden van de commissies vrij om te werken volgens de reglementaire bepalingen.
02.04 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, het is vrij lichtzinnig hoe er wordt omgesprongen met de procedure van de voorlopige twaalfden.
Ik wou u echter even attent maken op iets wat mij is opgevallen toen ik de mondelinge vragen bekeek. Er zijn heel wat vragen binnengekomen over de blokkering van het RIZIV-budget. Het is de gewoonte dat regeringsleden vragen over eenzelfde thema samen beantwoorden, maar ik zie dat de eerste minister en minister Vandenbroucke apart zullen antwoorden over hetzelfde thema. Ik dacht dat wij nog een regering in lopende zaken hadden, maar blijkbaar is het eerder een regering in dode of blokkerende zaken. De vivaldiregering raakt het blijkbaar niet meer eens over heel wat zaken die toch dringend zijn. Misschien is het dan ook aan het Parlement om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Dat is wat de PVDA voorstelt: wij vragen dat het Parlement zich uitspreekt over het gezondheidszorgbudget, want de blokkering moet echt wel stoppen.
De voorzitter: Mevrouw Merckx, wat het eerste deel van uw tussenkomst betreft, er zijn vragen gesteld aan de eerste minister en aan minister Vandenbroucke. Ik wil erop toezien dat er ook op die vragen wordt geantwoord. In beide gevallen is dat zo. Dat is de regeling waartoe de regering heeft beslist. Ik neem daar akte van.
Wat het tweede deel betreft, opnieuw, ik zal er borg voor staan dat elk parlementslid zijn of haar bevoegdheden kan uitoefenen zoals zij reglementair voorzien zijn.
03.01 Brent Meuleman (Vooruit): Mijnheer de premier, de afgelopen dagen heb ik gesproken met vele arbeiders van ArcelorMittal in Gent. Die mensen zijn bezorgd om de toekomst van hun bedrijf.
ArcelorMittal is de parel van de Gentse haven met meer dan 5.000 werknemers, maar het bedrijf heeft zonet een belangrijke miljardeninvestering in nieuwe, groenere infrastructuur on hold gezet. De redenen daarvoor lezen als een spiegel voor de politiek: er is te veel valse concurrentie uit China, er is geen duidelijkheid over de nieuwe Europese spelregels en er zijn te veel vraagtekens rond de industriële strategie op ons continent.
Veel mensen bij ons in Zelzate zien wat voor fantastisch werk er op de site wordt geleverd, want ze werken er zelf of ze hebben vrienden of familieleden die er werken. Zij kijken vandaag naar ons, collega’s, en zij stellen zich de vraag of de politiek kan garanderen dat er een toekomst voor de industrie in Vlaanderen is.
Laat het duidelijk zijn, dit uitstel mag absoluut niet leiden tot afstel, want de innovatie in de Gentse haven is te belangrijk en ook de CO2-impact van dat bedrijf is vandaag te groot. Sommigen hebben altijd beweerd dat, als we er voldoende subsidies inpompen of op een magische knop drukken, de toekomst van de fabrieken in onze regio verankerd is. Maar kijk, vandaag beslist ArcelorMittal om in heel Europa geen nieuwe investeringen meer te doen als het op verduurzaming aankomt.
Europa kan niet langer toelaten dat China zwaar vervuilend staal dumpt op onze markt. Onze bedrijven en onze jobs moeten beschermd worden en de welvaart van onze mensen, die dag in dag uit hun stinkende best doen, moet beschermd worden.
Mijnheer de eerste minister, u vertolkt ook vandaag nog onze stem in Europa. Zult u erop aandringen om werk te maken van een eerlijk speelveld en zo het harde werk van alle werknemers van ArcelorMittal belonen?
03.02 Leentje Grillaert (cd&v): Mijnheer de eerste minister, het hing al even in de lucht en deze week kwam spijtig genoeg ook de bevestiging: ArcelorMittal steekt de cruciale plannen om zijn staalfabriek in Gent te vergroenen in de koelkast. Het gaat om een investering van ruim 2 miljard euro, wat het meteen het grootste klimaatproject van de Belgische bedrijfswereld maakt. Dat dat project nu het zwaard van Damocles boven het hoofd hangt, mogen we absoluut niet negeren.
Die vergroeningsinvesteringen zijn cruciaal, niet alleen om de werkgelegenheid in de regio te beschermen, maar ook omdat door die investeringen de CO2-uitstoot in ons land met minstens 3 % zou dalen. Vlaanderen staat klaar met 600 miljoen euro aan leningen en de federale regering staat klaar om de fabriek tien jaar lang van goedkope stroom te voorzien, maar blijkbaar is dat niet voldoende.
Onze fractie kijkt ook naar Europa. Europa moet met de industriële bedrijven naar de tekentafel om een soort green industry deal uit te werken, een deal die ook voor de industrie klopt.
Het gaat trouwens niet alleen over de meer dan 5.000 werknemers van ArcelorMittal in Gent, waarnaar mijn collega al verwees, maar ook over 25.000 werknemers die indirect verbonden zijn met dat bedrijf. Die onzekerheid moet worden weggenomen. Een van de grootste werkgevers uit de regio Gent staat op het punt om dat gigantisch klimaatproject zomaar eventjes in de vuilbak te gooien. Dat kunnen we niet laten gebeuren.
Mijnheer de premier, welke stappen zult u zetten om ArcelorMittal een eventueel beter kader te geven om die broodnodige investeringen veilig te stellen?
Zult u ook aan de Europese Commissie vragen om extra maatregelen te nemen tegen de import van goedkoop staal van buiten de EU en voor een goed investeringsklimaat voor de Europese staalindustrie?
Zult u opnieuw overleggen met de collega's van de Vlaamse (…)
03.03 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, zullen wij straks groen staal produceren in Gent of niet? That's the question. Ook de 5.000 werknemers en hun vakbonden bij ArcelorMittal stellen zich deze vraag. Het is een belangrijke vraag voor de toekomst van de hele maakindustrie. ArcelorMittal kondigde namelijk aan zijn groene investeringen in Europa stop te zetten. De staalgigant dreigt ermee om een deel van zijn productieproces te verplaatsen naar buiten Europa. Wij mogen dat niet laten gebeuren.
Op initiatief van de PVDA werd deze week in de Gentse gemeenteraad een motie goedgekeurd om het belang van onze staalindustrie te benadrukken, met de vraag aan de federale, Vlaamse en Europese overheden om in te grijpen, dringend. Deze vraag werd gesteund door alle partijen behalve N-VA en Vlaams Belang. Die partijen staan nooit aan de kant van de werkende klasse.
De hoge energieprijzen zijn het hoofdprobleem in Europa. Die zijn te wijten aan het feit dat wij onze energie in handen hebben gelaten van multinationals als ENGIE, die massaal overwinsten blijven boeken. Het gas dat wij vandaag importeren uit de VS is zo duur dat het wel vloeibaar goud lijkt. Waarmee zijn wij eigenlijk bezig in Europa?
De Gentse motie, die u niet steunde, mevrouw Van Bossuyt, vraagt aan de federale overheid, dus aan u, mijnheer De Croo, en aan Europa om publieke investeringen te doen in hernieuwbare energie. Wij moeten terug controle krijgen over die energie, anders verliezen wij heel onze industrie.
Mijnheer de eerste minister, wat is uw antwoord op die vragen?
03.04 Eerste minister Alexander De Croo: De beslissing van ArcelorMittal om het grootste project inzake industriële reductie van emissie in ons land uit te stellen, is inderdaad zeer verontrustend. Die beslissing is genomen in Gent, maar ook op veel andere plaatsen in Europa. Zo heeft ook het project in Duinkerke zonet hetzelfde nieuws te horen gekregen.
Die situatie leidt tot bijzonder veel bezorgdheid bij de duizenden werknemers en daarnaast nog bij duizenden werknemers van toeleveranciers. Ruimer genomen rijst de vraag of wij in Europa de zware industrie kunnen behouden. Die industrie is de bron van welvaart en de bron van miljoenen jobs. Daarnaast is het via die sector dat we onze groene doelstellingen zullen behalen. We gaan die doelstellingen niet behalen door de industrie in Europa te laten uitsterven, maar wel door die ademruimte te geven om de nodige hervormingen en investeringen te kunnen doorvoeren.
Mijnheer Meuleman, en ik denk ook mevrouw Grillaert, u hebt al aangegeven dat verschillende regeringen de voorbije jaren heel nauw hebben samengewerkt met ArcelorMittal. De Vlaamse regering geeft inderdaad investeringssteun. De federale regering geeft aan dat nucleaire elektriciteitsproductie beschikbaar kan zijn, dat de energienorm klaarligt. Dat alles om ervoor te zorgen dat we binnen Europa een gelijk speelveld zouden hebben, voornamelijk met Duinkerke.
De discussie nu betreft niet een gelijk speelveld binnen Europa, maar wel een gelijk speelveld met de rest van de wereld. Het kan inderdaad niet de bedoeling zijn dat onze industrie die inspanningen levert om te vergroenen, bestraft wordt omdat vuil staal uit andere delen van de wereld hier gedumpt zou kunnen worden. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Dat zou betekenen dat diegenen die het juiste doen uiteindelijk economisch gestraft worden. Dat kunnen we niet aanvaarden.
Dat is ook de reden waarom het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie vorig jaar heel sterk de nadruk heeft gelegd op het behoud van industrie in ons land en ervoor heeft gezorgd dat de regelgeving die we binnen Europa hebben ons in staat stelt om te concurreren met de rest van de wereld.
De samenstelling van de nieuwe Europese Commissie werd gisteren goedgekeurd in het Europees Parlement. De dag voordien heb ik gesproken met een van de vicevoorzitters van de Europese Commissie, Teresa Ribera, over de toekomst van onze industrie en het probleem dat wij hebben in Gent en op vele plaatsen in Europa. Ik heb haar gezegd dat wij haar moeten tonen wat wij aan het doen zijn. Gent is immers een van de productiefste productieplaatsen voor staal in de wereld en heeft het potentieel om een van de groenste productieplaatsen ter wereld te zijn. Het zou waanzin zijn dat Gent bestraft wordt omdat het het juiste aan het doen is.
Ik heb daar vandaag als antwoord op gekregen dat mevrouw Ribera en de heer Stéphane Séjourné, de nieuwe Europese commissaris voor Industriële Strategie, allebei op de uitnodiging zullen ingaan om in de komende dagen een bezoek te brengen aan ArcelorMittal in Gent om met de directie en de werknemers in debat te kunnen gaan. Ik zal daar zelf ook aanwezig zijn. Het lijkt mij dan ook logisch dat de minister-president van de Vlaamse regering, Matthias Diependaele, daar ook aanwezig zal zijn.
Op een moment als dit moeten wij allemaal samen, schouder aan schouder, voor hetzelfde strijden. Dit gaat over de industriële toekomst van Europa in de wereld, over bijzonder veel welvaart van mensen in ons land en over het behalen van onze groene doelstellingen. Dat zal alleen lukken als wij allemaal samenwerken. De sense of urgency is er. Wij moeten er nu eindelijk in slagen om met concrete maatregelen te komen die de zekerheid bieden om die investeringen mogelijk te maken in ons land.
03.05 Brent Meuleman (Vooruit): Mijnheer de premier, er is nood aan een premier die voor onze werknemers op de barricaden staat. De innovatie en het harde werk van de mensen bij ArcelorMittal moeten worden beloond. Dat kan alleen met een regering die werk maakt van broodnodige hervormingen, met een regering die pleit voor een transitie waarvan wij allemaal weten dat ze zo essentieel is voor onze toekomst en met een regering die onze industrie beschermt voor valsspelers door die valsspelers keihard aan te pakken.
Dat is de inzet van Vooruit bij deze onderhandelingen. Dat is wat Vooruit de komende vijf jaar zal doen. Het is wat de mensen in heel Vlaanderen en zeker ook in Zelzate van ons verwachten. Op de socialisten kunnen ze rekenen.
03.06 Leentje Grillaert (cd&v): Ik dank u voor het antwoord, mijnheer de eerste minister.
Ik denk dat we allemaal bezorgd zijn dat we deze investeringen mislopen. Dat zou catastrofaal zijn voor de tewerkstelling, voor de welvaart en voor ons klimaatbeleid, zoals u ook zegt. We hebben de plicht als wetgever om de toekomst van de site in de Gentse haven veilig te stellen en om met ons land een leidende rol in de staalindustrie te spelen.
Ik ben blij te horen dat u al actie hebt ondernomen, mijnheer de eerste minister, en dat u binnenkort samen met minister-president Diependaele de site zult bezoeken. Ik heb het genoegen gehad om de site te bezoeken. Ik kan bevestigen dat het een zeer mooi bedrijf is en een toonbeeld voor de industrie. Dat is uiteraard ook te danken aan de vele mensen die daar dag in, dag uit werken
Het is niet de eerste keer dat een dergelijk dossier op ons bord komt en het zal zeker ook niet de laatste keer zijn. Ik steun zeker de sense of urgency.
03.07 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer De Croo, de weg die we vandaag met Europa volgen is niet de juiste. De de-industrialisatie gaat keihard verder. Alle signalen staan op rood. Hoelang zullen we nog wachten? Hoeveel Van Hools, BelGaNs en Audi Brussels hebben we nog nodig om in te zien dat de politiek uit het verleden vandaag faalt?
In zijn communicatie zegt ArcelorMittal duidelijk zelf dat de hoge energieprijs de reden is waarom de klimaatinvesteringen in België, maar ook in Duinkerke en in Asturië in Spanje niet zullen doorgaan zoals voorzien. We moeten dus ingrijpen met publieke investeringen in energie, anders verliezen we al onze industrie. Denk aan de toekomst. Denk aan de toekomst van onze industrie en jobs en neem uw verantwoordelijkheid.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04.01 Jean-Marie Dedecker (N-VA): Mijnheer de premier, in 2001 werd hier in de Kamer, onder het voorzitterschap van uw vader, Herman De Croo, aan prins Laurent een dotatie toegekend die intussen 388.000 euro per jaar bedraagt. "In de pocket", zou Raoul Hedebouw zeggen. Daarnaast werd de prins ook senator van rechtswege, kreeg hij gratis kost en inwoon in Villa Clémentine op kosten van de Koninklijke Schenking en was er ook nog wat geld van de zeemacht voor meubels en huisraad. Zijn vader heeft dat laatste achteraf terugbetaald. De bedoeling was dat hij zich van politiek zou onthouden en dat hij niet afhankelijk zou zijn van het KINT, een of andere vzw die zich bezighield met duurzame ontwikkeling en hondjes en katjes. De prins heeft zich in het begin niet aan die voorwaarden gehouden.
De prins vraagt vandaag 50 miljoen euro omdat hij boompjes heeft geplant bij Khadaffi in Libië en stelt dat de regering zijn vordering hindert.
De prins, die 32.333 euro per maand krijgt – "in de pocket", zou de heer Hedebouw zeggen – zou uit zijn ziekenhuisbed zijn gejaagd omdat men vreesde dat hij de rekening niet zou kunnen betalen. Ik vraag me dus af of die man niet voldoende geld heeft om zijn ziekenhuisrekening te betalen. Hij vraagt nu dat de sociale zekerheid, waaraan hij nooit ook maar 1 euro heeft bijgedragen, dat voor hem zou betalen.
De rekeningen van de prins worden jaarlijks gecontroleerd door het Rekenhof en komen in principe bij u terecht. Daarna moeten die aan mijn waarde collega Peter De Roover worden bezorgd. Gebeuren die controles? Graag ook een antwoord op mijn eerste twee vragen.
04.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mijnheer Dedecker, u bent een kenner van onze monarchie. U hebt heel goed geschetst wat het evenwicht is. Die dotatie werd geregeld door de wet van 2013. Tegenover lid zijn van het koninklijk huis staan een aantal verplichtingen, met name de waardigheid naleven met betrekking tot het ambt, discretie in publieke uitingen en ons land vertegenwoordigen op een aantal evenementen in België en daarbuiten. Iedereen heeft het recht om afstand te doen van die dotatie en die verplichtingen. Ik heb tot nog toe geen bericht gekregen van de prins dat hij daarvan afstand zou willen doen.
Een aantal van zijn uitlatingen zijn niet correct. Hij zegt de enige in dit land te zijn die onder die verplichtingen valt. Dat klopt niet. Die regeling geldt voor iedereen die een dotatie krijgt. Prins Laurent is niet de enige in ons land die een dotatie krijgt. Ik stel vast dat bij anderen die een dotatie krijgen het naleven van die verplichtingen minder tot discussie leidt.
Wat betreft uw eerste vraag over de middelen, het gaat over Libische middelen die onder sanctie staan van de Verenigde Naties en de Europese Unie. Ik heb al meermaals een antwoord gegeven op die vraag. Wij kunnen geen enkele actie ondernemen wat betreft de middelen die onder die sancties geblokkeerd staan. Die positie werd al meermaals bevestigd door de Verenigde Naties en de Europese Unie.
Wat betreft uw vraag over de toegang tot de gezondheidszorg, de regeling zoals die nu bestaat, moet het mogelijk maken om bijdragen te doen tot bijvoorbeeld een private verzekering, die ervoor moet zorgen dat ziekenhuis- en andere kosten worden gedekt.
04.03 Jean-Marie Dedecker (N-VA): Mijnheer de premier, ik heb nog een element aan te brengen.
Onze zeurprins heeft gezegd dat er geen Belgisch bloed door zijn aderen stroomt, wel Duits en Italiaans. We weten dat de man villa Sofia bezit op Panarea, een Eolisch eilandje. Hij heeft dat gekocht in 2002 – de heer Van Quickenborne herinnert zich dat ongetwijfeld nog heel goed. Ik stel voor, aangezien de man graag Italiaan wordt, dat u belt naar Meloni om voor hem asiel aan te vragen in Italië. Zeg haar dat we een politieke vluchteling uit België hebben, of een koninklijke vluchteling uit België, en vraag haar of prins Laurent naar Italië mag migreren.
Bedankt voor uw aandacht.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Dat brengt ons naadloos bij het RIZIV-budget voor 2025, het onderwerp van de volgende reeks vragen.
05.01 François De Smet (DéFI): Monsieur le premier ministre, voici trois jours, vous avez réuni votre gouvernement et vous avez échoué à vous mettre d'accord sur un budget dédié aux soins de santé. Pourtant, un budget existe, puisqu'il a été élaboré par le Comité de l'assurance de l'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI) et qu'il a été recalé parce qu'un seul parti, le vôtre, a mis son veto.
Ce fait soulève un vrai problème politique que nous avions déjà relevé il y a un mois. Il se confirme aujourd'hui que, lorsque vous avez décidé voici un mois d'apposer le veto de l'Open Vld sur ce budget, vous ne l'avez pas fait pour votre gouvernement – il suffit d'écouter ce qu'en disent PS et Ecolo. Vous ne l'avez pas fait non plus pour le futur gouvernement Arizona – il suffit d'écouter ce qu'en disent Vooruit ou même Les Engagés. Vous l'avez fait pour vous-même, l'Open Vld, peut-être pour le MR et, selon certains, pour le secteur pharmaceutique. En tout cas, il me paraît clair que, ce jour-là, vous êtes sorti de votre mandat de premier ministre en affaires courantes. Vous avez émis un veto particratique et complètement irresponsable pour les soins de santé, les hôpitaux, les mutuelles, les prestataires de soins, les patients eux-mêmes. Cerise sur le gâteau: c'est même irresponsable pour les finances publiques. En effet, rappelons que le projet de budget qui est sur la table prévoit des économies à hauteur de 216 millions d'euros.
Pour ma part, je ne pense pas que l'on puisse continuer de la sorte. Je sais que vous êtes convenu d'une nouvelle réunion en date du 9 décembre. Car même vous, vous concédez qu'il n'y aura pas de majorité Arizona dans moins de dix jours.
Mes questions sont simples, monsieur le premier ministre. Reconnaissez-vous qu'avec ce veto, vous êtes sorti de votre rôle de premier ministre contre l'avis de votre propre gouvernement? Ne pensez-vous pas qu'il faut arrêter de jouer au poker avec les soins de santé, qu'il faut sortir le secteur de l'incertitude et laisser enfin voter ce budget? Je crois que les patients, les prestataires et les hôpitaux le méritent.
05.02 Dominiek Sneppe (VB): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de eerste minister, hier staan we weer. Een tijd geleden werd het RIZIV-budget goedgekeurd in het Verzekeringscomité. Helaas overleefde het de algemene vergadering niet, omdat uw partij, Open Vld, tegenstemde. U stelde vorige week nog in de commissie dat het niet aan de regering in lopende zaken is om dat budget vast te leggen, maar aan de nieuwe regering, die er vooralsnog niet is. Onze gezondheidszorg heeft geen nood aan dit kinderachtige spel van doorschuiven van de zwarte piet. Onze gezondheidszorg heeft nood aan daadkracht en verantwoordelijkheid.
De gezondheidszorgbegroting is een onderhandelde begroting, tussen zorgverstrekkers, mutualiteiten en de overheid. Die overheid, nota bene de vivaldiregering, heeft aan het zorgpersoneel en aan heel de zorgsector beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % zou worden gebracht. Die groeinorm van 2,5 % is nodig om onder andere de uitdaging van de vergrijzing aan te kunnen.
Dit alles en nog veel meer staat nu op de helling, omdat u en uw partijtje liever politieke spelletjes spelen dan verantwoordelijkheid opnemen. Nochtans, staatssecretaris van Begroting Bertrand beweerde deze week in De Ochtend dat er geen vuiltje aan de lucht is, want die RIZIV-begroting zal uiteindelijk toch wel goedgekeurd worden, hetzij door de nieuwe ploeg, die er vooralsnog niet is, hetzij door de regering in lopende zaken.
Mijnheer de eerste minister, als uw staatssecretaris van Begroting beweert dat u uw verantwoordelijkheid uiteindelijk toch zult opnemen en de begroting, met de beloofde 2,5 % groeinorm, zult goedkeuren, waarom houdt u dan het been alsnog stijf en weigert u dit nu goed te keuren?
05.03 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer de eerste minister, mijn moeder zei altijd tegen mij: belofte maakt schuld. U hebt met uw vivaldiregering aan het zorgpersoneel beloofd dat de groeinorm opnieuw op 2,5 % gebracht zou worden. Dat staat zelfs in de wet geschreven. Maar nu bent u dat dossier al weken aan het blokkeren.
Wij herinneren ons allemaal de covidcrisis nog. Elke avond was er applaus voor het zorgpersoneel. Het zou allemaal veranderen; het zou nooit meer hetzelfde zijn. Wij hebben immers gezien wat de besparingen in de zorg hadden opgeleverd. Er zou nooit meer bespaard worden op de gezondheidszorg. Moet ik u eraan herinneren dat er drie weken geleden 30.000 mensen van de zorgsector op straat gekomen zijn? Dat was omdat de situatie in de ziekenhuizen onhoudbaar is. Elke patiënt en elke zorgverlener kan daarvan getuigen.
Wij hebben die groeinorm in de gezondheidszorg nodig. Dat is een enorm belangrijk discussiepunt. Wij hebben die norm nodig omdat de bevolking veroudert. Er is ook technologische evolutie, dus er is elk jaar extra budget nodig om alle mensen te kunnen verzorgen. Het Planbureau heeft berekend dat de groeinorm voor volgend jaar eigenlijk 3,2 % zou moeten bedragen, maar er was 2,5 % beloofd; dat had u beloofd en dat is in de wet opgenomen. Nu blokkeert u dat dossier echter al vier weken.
Mijnheer de eerste minister, mijn vraag aan u is heel eenvoudig. Wanneer, mijnheer De Croo, zult u stoppen met een politiek spel te spelen op de kap van de zorgverleners en op de kap van de patiënten? Wanneer zult u het RIZIV-budget goedkeuren? Ik meen dat het tijd is kleur te bekennen. Zal er in 2025 een groeinorm zijn van 2,5 %, ja of neen?
05.04 Eerste minister Alexander De Croo: Laat mij beginnen met te herhalen wat ik hier in de plenaire vergadering gezegd heb op 24 oktober: er zal een begroting zijn voor het RIZIV voor 2025. De zaken zullen op welke manier dan ook operationeel zijn. Patiënten zullen worden terugbetaald. Artsen zullen hun vergoeding krijgen en ziekenhuizen zullen blijven functioneren. De paniekzaaierij daarover is totaal onverantwoord. Ik vind het onverantwoord dat men mensen de schrik op het lijf jaagt, want daartoe is geen enkele reden.
Ik zal u een voorbeeld geven dat aantoont dat dat niet nodig is. In 2011 heeft de toenmalige premier Di Rupo, die net premier geworden was, de begroting voor 2012 goedgekeurd op 12 december 2011. Op 12 december werd die beslissing dus genomen en alles is perfect gelopen. Ik ben het dus absoluut niet eens met degenen die nu zeggen dat ik voor onzekerheid zorg. Het is onverantwoord om patiënten en de sector op die manier schrik aan te jagen, want er is geen enkele reden om dat te doen.
Zoals daarnet al aangegeven werd de algemene begroting in twaalfden deze week goedgekeurd binnen de regering. Het is normaal dat dat op dit moment moet gebeuren, want die moet een heel traject doorlopen. Ze moet langs het Rekenhof passeren – daarover zijn daarnet vragen gesteld – en uiteindelijk hier in deze plenaire vergadering goedgekeurd worden. Ik heb dat gedaan in nauw overleg met de formateur, die probeert zo snel mogelijk een regering op de been te brengen.
Ik heb het met hem ook gehad over hoe we de RIZIV-begroting moeten aanpakken. Dat is namelijk niet niets, het gaat over 45 miljard euro op de in totaal ongeveer 170 miljard van de federale begroting. Ik ben het dus absoluut niet eens met zij die zeggen dat dit geen politieke keuze is en dat men dat gewoon moet goedkeuren. De formateur en ikzelf waren het beiden eens dat die keuze bij voorkeur gemaakt wordt door de partijen die verantwoordelijk zullen zijn voor 2025 en de jaren daarna. In alle transparantie moet ik echter ook zeggen dat de formateur mij gezegd heeft dat hij vindt dat hij die beslissing moet nemen, maar dat hij niet kan garanderen dat hij erin zal slagen om die beslissing te kunnen nemen. Hij vroeg echter de politieke ruimte om dat te doen. Dat is altijd mijn houding geweest. Een ontslagnemende regering moet alles doen om voldoende politieke ruimte te creëren voor diegenen die een regering proberen te vormen. Het is zo al moeilijk genoeg om een regering te vormen in ons land. Men moet de ruimte geven zodat zij een regering kunnen vormen en – dat is belangrijk – de juiste politieke keuzes kunnen maken.
Inzake begroting van het RIZIV gaat het niet alleen over hoeveel de groeivoet is. Het gaat ook over welk beleid men wil voeren, welke hervormingen men daarin wil opnemen, op welke manier men zorgt dat de kwaliteit van onze gezondheidszorg verbeterd wordt. Dat, dames en heren, is een beslissing die in principe niet toekomt aan de ontslagnemende regering, een regering die niet meer het vertrouwen van het Parlement heeft. Het is niet aan haar om politieke keuzes te maken voor de komende vijf jaar, het is aan diegenen die een regering aan het vormen zijn. Het lijkt me dus absoluut een kwestie van politieke hygiëne dat een uittredende regering, zolang het kan, ruimte geeft aan de onderhandelende partijen om de juiste keuze te maken.
Ik besluit met wat ik in het begin heb gezegd. We moeten geen paniek zaaien. We moeten patiënten, zorgverstrekkers, ziekenhuizen en industrie geruststellen. Die begroting 2025 zal er komen, bij voorkeur beslist door de partijen die de regering zullen vormen. Als blijkt dat dat niet mogelijk is in de komende twee weken, zal de uittredende regering haar verantwoordelijkheid nemen. Ik hoop dat het de wens is van iedereen dat de formerende partijen erin slagen om daarover tot een akkoord te komen.
05.05 François De Smet (DéFI): Monsieur le premier ministre, merci pour votre réponse. Non, nous ne pouvons pas attendre le 12 décembre au plus tard. Pourquoi? Parce que contrairement à ce qui s’est passé avant, il est question d’un budget d’économies. Les prestataires de soins, l’INAMI, les mutuelles ont prévu 216 millions d’économies. Chaque jour où vous décidez de ne pas approuver ce budget, vous entravez la possibilité de mettre en œuvre des mesures qui permettent de faire ces économies.
En effet, une dépêche Belga d’il y a quelques jours confirme ce que vous dites: "Le premier ministre démissionnaire Alexander De Croo et le formateur Bart De Wever ont fait savoir que la discussion sur le budget de l’assurance-maladie 2025 devrait être tranchée par les partis de la coalition Arizona et pas par le Parlement sortant".
Mais vous inventez quelque chose de nouveau.
Vous avez eu la confiance du Parlement. L’Arizona ne l’a pas. Moi, je regarde
les ordres du jour du Parlement attentivement. Je n’ai pas voté la confiance à
un gouvernement Arizona. La cogestion entre un premier ministre démissionnaire
et un formateur, ça n’existe pas. Je l’ai dit il y a trois semaines. Soit
il y a un gouvernement, soit il n’y en a pas. Là, il y en a un qui est
démissionnaire, mais qui a la compétence d’approuver ce budget, le budget que
les prestataires, les mutuelles et les hôpitaux veulent. Votez-le!
05.06 Dominiek Sneppe (VB): Mijnheer de eerste minister, u bent ondanks uw verkiezingsnederlaag wel nog steeds de eerste minister van de vivaldiregering. U moet zich dan ook als dusdanig gedragen. Roep dus uw whatsappregering bijeen en keur die groeinorm van 2,5 % goed. Wacht niet tot 12 december en stop met die politieke spelletjes. Stop met het gijzelen van de zorgsector, stop ermee patiënten in tariefonzekerheid te duwen. Met een groeinorm van 2,5 % wordt de toegankelijkheid, de kwaliteit en de continuïteit van de zorg voor de toekomstige generaties gewaarborgd.
Ook ten aanzien van de formateur, die zopas nog aanwezig was, maar nu jammer genoeg niet, heb ik een boodschap: maak eindelijk werk van een deftige staatshervorming, zodat gezondheidszorg volledig bij de deelstaten komt te liggen. Vijf minuten politieke moed, dat is de enige juiste politieke keuze. Doe het voor de betaalbaarheid van onze gezondheidszorg, doe het voor onze zorgverstrekkers, doe het voor onze patiënten.
05.07 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mijnheer De Croo, u zegt dat er een begroting zal zijn. De vraag is echter hoe die begroting er zal uitzien. Daar komt de onzekerheid vandaan. De paniekzaaierij is niet onverantwoord. Wat onverantwoord is, is dat u soloslim aan het spelen bent, mijnheer De Croo. U wilt eigenlijk, uw collega's in de commissie verwijzen er vaak naar, besparen in de gezondheidszorg, net zoals de arizonaregering dat ook wil doen. Dát is compleet onverantwoord.
Vorige keer hebt u gezegd dat het onder mevrouw Wilmès pas op 22 november werd goedgekeurd. Nu hebt u gevonden dat dit bij de heer Di Rupo pas in december werd goedgekeurd. U kunt het ook op 31 december goedkeuren, mijnheer De Croo.
Voor iedereen is duidelijk. Het is aan de regering in lopende zaken om die beslissing te nemen. Daarover zijn alle politicologen het eens. Dat heeft in alle kranten gestaan. U moet die beslissing nemen en ik vraag dan ook dat u die neemt.
De voorzitter: Dank u mevrouw Merckx. Dank u ook voor het vertrouwen in onze pers.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06.01 Katja Gabriëls (Open Vld): Mijnheer de premier, in onze samenleving gelden er spelregels waarvan wij niet afwijken. In ons land mogen mensen zich verenigen, in ons land mogen mensen samenkomen en vrij hun mening uiten. Wie het niet eens is met die mening, mag dat ook zeggen. Zo werkt het hier. Zo werkt het echter niet overal. In andere delen van de wereld worden mensen alleen al om die reden opgesloten of gefolterd. Hier hebben we westerse waarden en normen.
Twee weken geleden werd in Woluwe een boekvoorstelling van het boek Allah n’a rien à faire dans ma classe geannuleerd. In Luik werd recent ook nog een debat daaromtrent geannuleerd. Waarom? Door islamitische bedreigingen kon de veiligheid van de deelnemers niet worden gegarandeerd. Ironisch genoeg, collega’s, handelt het boek over het toenemende islamfundamentalisme in scholen. Leerkrachten worden inderdaad onder druk gezet en zelfs bedreigd. Ze durven in de klas uit angst bepaalde thema’s niet meer te behandelen. We weten allemaal over welke thema’s het gaat: seksualiteit, gender en de gelijkheid van man en vrouw.
Mijnheer de premier, wanneer iemand meent dat Allah boven de wet staat, is dat zijn keuze. Wie echter dat soort regimes hier wil opleggen, heeft hier geen plaats. Wie daarenboven met geweld dreigt als mensen samenkomen of een mening vormen die niet de hunne is, hoort hier ook niet thuis.
Voor Open Vld is er vrijheid van onderwijs, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vereniging. Die waarden zijn fundamenteel en we zullen daar geen millimeter van afwijken.
Wat moet er volgens u gebeuren om dat toenemende islamfundamentalisme een halt toe te roepen?
06.02 Eerste minister Alexander De Croo: Mevrouw Gabriëls, dank u voor een zeer belangrijke vraag.
Twee weken geleden stond ik hier, omdat mevrouw Pas mij een vraag stelde over politici die in ons land kwamen spreken geïntimideerd werden. Ik heb mij daar toen zeer duidelijk over uitgesproken. Wat zij hier ook komen verkondigen, als dat binnen de grenzen van de wet is kunnen wij niet aanvaarden dat politici geïntimideerd worden, niet als zij komen spreken en evenmin als zij een coalitieakkoord sluiten waar sommigen het niet mee eens zijn. Wij hebben op meerdere plaatsen in ons land oproepen gezien om politici te intimideren op basis van de politieke keuzes die zij maken. Ik vind dat onaanvaardbaar en alarmerend.
Mevrouw Gabriëls, wat u aanhaalt, is even alarmerend. De voorstelling van het boek Allah n'a rien à faire dans ma classe is in Woluwe en in Luik niet kunnen doorgaan, omdat men vreesde dat de veiligheid niet gegarandeerd zou kunnen worden. Als er een zaak is waarvan wij als overheid en als volksvertegenwoordigers absoluut een prioriteit moeten maken, samen met onze veiligheidsdiensten, is het de vrijwaring van de vrijheid van meningsuiting.
Wij mogen het nooit laten gebeuren dat wij angst hebben. Die vorm van zelfcensuur die sommigen zichzelf moeten opleggen om veilig te kunnen zijn, is absoluut onaanvaardbaar. Als wij daaraan toegeven, staan wij toe dat de intoleranten ons muilkorven. Niet in ons land. Niet in onze samenleving!
06.03 Katja Gabriëls (Open Vld): Mijnheer de eerste minister, ik dank u voor uw duidelijke antwoord.
Collega's, de dramatische beelden van de Franse leerkracht Samuel Paty staan nog in ons geheugen gegrift. Het proces over die moord wordt momenteel gevoerd. Ook hier zien we alsmaar meer radicalisering en polarisering in onze scholen. Het aantal meldingen daarvan stijgt enorm. Sociale media spelen een rol in het brainwashen van onder andere jongeren en dat is heel verontrustend. We moeten dat probleem dus blijven benoemen en aanpakken en er niet licht over gaan. We moeten leraren blijven beschermen en ondersteunen en gepast reageren op eender welke vorm van islamfundamentalisme in onze maatschappij, want de gevolgen van dergelijk gedrag zijn op termijn immers dramatisch.
L'incident est clos.
Het incident
is gesloten.
07.01 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Monsieur le premier ministre, il y a une semaine, la Cour pénale internationale a émis un mandat d'arrêt contre le premier ministre israélien Benyamin Netanyahu.
C'est une décision historique! Historique d'abord parce qu'elle reconnaît que le peuple palestinien subit des crimes de guerre et des crimes contre l'humanité. Ces faits sont officialisés par une juridiction internationale. Historique aussi parce que c'est la première fois qu'un dirigeant allié de l'Occident est condamné par la Cour pénale internationale.
Cette condamnation du premier ministre israélien est aussi une condamnation à l'encontre des pays occidentaux, vu qu'ils soutiennent de manière inconditionnelle l'État d'Israël.
Si aujourd'hui Israël bombarde Gaza, c'est grâce aux bombes américaines. Plus de 20 milliards d'euros d'armement américain contribuent à la guerre à Gaza. Si aujourd'hui on tue des femmes et des enfants à Gaza, c'est grâce à des armes allemandes, qui transitent par le port d'Anvers, chez nous!
Nous sommes donc complices de ces crimes de guerre et de ces crimes contre l'humanité.
On pouvait croire que tout le monde s'unirait autour d'une telle décision juridique et l'appliquerait. Comme nous l'avons vu, M. Emmanuel Macron, le président français, sème le doute et l'ambiguïté sur cette décision et évoque une possible immunité pour M. Netanyahu.
C'est une honte, monsieur le premier ministre, de remettre en question le droit international ainsi qu'une décision judiciaire de la Cour pénale.
Monsieur le premier ministre, je ne poserai qu'une seule question très simple afin que la réponse puisse être claire. L'État belge va-t-il arrêter M. Benyamin Netanyahu ou le laisser en liberté s'il vient en Belgique?
07.02 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Monsieur le premier ministre, je vous interpelle ici sur une question qui engage directement la réputation et la crédibilité de notre pays, le respect du droit international et de nos obligations en tant qu'État signataire du statut de Rome.
La Cour pénale internationale (CPI) a récemment émis un mandat d'arrêt à l'encontre de Benyamin Netanyahu et d'autres accusés pour crimes de guerre et crimes contre l'humanité. Ces faits extrêmement graves touchent au cœur des valeurs que nous défendons en tant que démocratie attachée à l'État de droit et à la justice.
Plusieurs pays européens, conscients de leurs responsabilités, ont déjà annoncé qu'ils appliqueront pleinement les mandats de la Cour pénale internationale. Les Pays-Bas, siège de la Cour, ont exprimé sans ambiguïté leur engagement de même que l'Irlande et l'Espagne. Ces exemples montrent qu'il est totalement possible de faire passer la justice avant les intérêts politiques.
Face à cela, la position de la France, oscillant entre ambigüité et recul, est un signal très alarmant. Cette attitude incompréhensible et scandaleuse affaiblit la lutte contre l'impunité pour les crimes les plus graves.
En tant que pays profondément attaché à la justice internationale – et nous vous savons très attaché à l'image de la Belgique –, la Belgique ne peut ni ne doit suivre cet exemple. Nous avons une responsabilité historique et morale, celle de défendre les victimes de crimes atroces et de garantir que ceux qui en sont responsables soient traduits devant la justice. Nous ne pouvons pas nous permettre que la Belgique soit perçue comme un refuge pour ceux qui violent et bafouent les lois internationales.
Monsieur le premier ministre, ma question est claire, simple et directe. La Belgique s'engage-t-elle sans réserve et sans ambigüité à appliquer les mandats d'arrêt émis par la Cour pénale internationale, y compris à l'encontre de Benyamin Netanyahu dès qu'il posera un pied sur le sol belge?
07.03 Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur Boukili, madame Maouane, la Belgique soutient la Cour pénale internationale (CPI) depuis le début de ses activités à La Haye en 2002. Elle a ratifié le statut de Rome. Pour notre pays, il est crucial que les crimes graves, tels que les crimes contre l'humanité et les crimes de guerre, ne restent pas impunis et que les victimes de ces crimes soient également entendues et indemnisées. Car sans justice, il ne peut jamais y avoir de paix durable.
Nous vivons, je pense, dans une époque où l'ordre juridique international est soumis à une pression incroyable et nous devons résister à cela. Plus que jamais, il est important de confirmer que la Belgique – et pas uniquement la Belgique car elle n'est pas toute seule – et plus de 120 pays qui ont ratifié le statut de Rome doivent assumer leurs responsabilités.
Lorsque la Cour pénale internationale délivre un mandat d'arrêt pour de présumés crimes de guerre, la Belgique assume sa responsabilité. Donc, si une personne recherchée se trouve sur notre territoire, nous devons exécuter un mandat d'arrêt. Il ne peut y avoir deux poids et deux mesures par rapport à cela.
07.04 Nabil Boukili (PVDA-PTB): Merci, monsieur le premier ministre, pour cette réponse claire: la Belgique va appliquer le mandat d'arrêt contre Benyamin Netanyahu s'il vient sur le sol belge. La Belgique a saisi ici une occasion où la crédibilité des pays européens est remise en question au niveau mondial. Le peu de crédibilité qu'il nous reste, je pense que c'est maintenant qu'il faut l'exercer et qu'il faut appliquer le droit international.
Je prends acte, monsieur le premier ministre, et j'espère que les autres dirigeants européens prendront la même position. Il faut rappeler à des dirigeants tels que M. Macron en France que le droit international ne peut pas être utilisé à géométrie variable en fonction de nos intérêts et en fonction de qui est visé. Le droit international s'applique à tous. Sans justice, il ne peut y avoir de paix dans ce monde.
07.05 Rajae Maouane (Ecolo-Groen): Merci, monsieur le premier ministre, vous ne m'avez pas déçue, j'ai été rassurée par votre réponse claire et sans ambiguïté. Il faut que la Belgique soit un exemple. Il faut également qu'elle continue ses efforts et puisse sanctionner économiquement et diplomatiquement Israël, et cesse toute coopération. Il est aussi temps que la Belgique reconnaisse sans tarder l'État de Palestine. C'est la demande de la société civile, mais aussi de nombreux diplomates européens et dans le monde.
J'en appelle donc aux partis qui sont engagés dans la négociation, en tout cas ceux qui se disent progressistes et ceux qui se prononcent en faveur de la reconnaissance de la Palestine. Je n'attends rien du MR, ni de la N-VA, mais Vooruit, Les Engagés et le cd&v, l'histoire vous regarde et vous demande d'être du bon côté de celle-ci.
L'incident est clos.
Het incident
is gesloten.
08.01 Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur le premier ministre, les drones et les missiles russes pleuvent avec une intensité inégalée ces derniers jours et ces dernières heures sur la population ukrainienne. Les différentes infrastructures, surtout énergétiques, ont été touchées durement. Plus d'un million d'Ukrainiens se retrouvent sans électricité en pleine période hivernale. Par ailleurs, le président élu Trump a décidé de désigner le général Kellogg comme envoyé spécial pour négocier la paix et forcer la main de l'Ukraine.
Dans ce contexte, d'abord, quelles sont les mesures que vous comptez prendre pour aider plus massivement le peuple ukrainien sur le plan humanitaire? Ensuite, quel est le périmètre de négociations de paix que vous pourriez dessiner à l'échelle européenne? Pour le dire autrement, au regard des déclarations américaines qui sont inquiétantes, les négociations doivent-elles partir d'une restitution de l'intégralité des territoires que la Russie a conquis par les armes? Avez-vous eu des contacts avec vos homologues européens sur ce point en particulier? En effet, il faut plus que s'y préparer: les semaines s'écoulent, et Donald Trump va bientôt arriver avec un cadre de négociations qui ne correspond pas tout à fait avec l'idée que nous nous faisons du respect du territoire et de la liberté.
Enfin, quels sont les nouveaux soutiens militaires que vous pourriez apporter avec l'Union européenne, tout particulièrement envers le ciel ukrainien qui est aujourd'hui largement attaqué et qui le sera encore tant qu'aucun système de défense européen ne viendra soutenir la Défense ukrainienne de toute urgence?
08.02 Alexander De Croo, premier ministre: Monsieur Lutgen, merci pour cette question. Il est en effet important de confirmer que la Belgique et les pays européens sont des partenaires fidèles de la population ukrainienne dans sa quête de pouvoir vivre en paix et de pouvoir faire respecter sa souveraineté. Depuis le début de cette guerre, la Belgique a été là pour soutenir les forces armées ukrainiennes et contribuer aux besoins tant dans les sphères civile qu'humanitaire.
La Belgique a d'ailleurs conclu un accord de sécurité avec l'Ukraine, dont le champ est très large puisqu'il couvre la livraison des F-16 au moment où la Belgique ne les utilisera plus. Le soutien civil est également très important. On constate une escalade dans ce conflit avec, par exemple, le déploiement de militaires nord-coréens ou la Chine qui ne fait plus beaucoup d'efforts pour cacher qu'elle est dans les faits un partenaire de l'agresseur russe.
Je pense que, plus que jamais, il est essentiel de montrer que nous sommes capables de continuer à soutenir l'Ukraine. Je crois que les Américains le feront, même s'il est difficile de le distinguer à l'heure actuelle, mais l'Europe doit continuer à répondre présente. Une négociation interviendra en temps opportun, car je suis convaincu que c'est par ce moyen que viendra la paix. Cependant, cette négociation ne pourra avoir lieu qu'aux conditions expresses que l'Ukraine soit dans une position forte et dise que le moment de négocier est venu. Cette paix devra être négociée avec les Ukrainiens et les pays européens.
Vous demandez quels sont les plans futurs. Une pièce maîtresse en est ce fonds de 45 milliards qui est en train de se mobiliser au niveau du G7 et dont la Belgique est un des concepteurs au point de vue technique. Je pense que nous devons continuer à soutenir les Ukrainiens et nous continuerons à le faire tant que nécessaire.
08.03 Benoît Lutgen (Les Engagés): Monsieur le premier ministre, je vous invite à poursuivre, à aller beaucoup plus fort, beaucoup plus vite dans cette volonté de soutenir l’Ukraine. C’est également notre liberté qui est en jeu, au-delà du soutien nécessaire sur le plan humain.
Plus vite, plus fort! Et pour ceux qui ne voient cela que de façon froide, sur le plan budgétaire, si les investissements n’ont pas lieu maintenant pour aider l’Ukraine sur le plan militaire, dans quelques années, les montants pour défendre notre liberté européenne seront bien plus importants. En plus, nous aurions laissé tomber un peuple qui nous est proche. Je pense que les Polonais le comprennent mieux que nous, de par la proximité de la frontière. Nous paierions beaucoup plus cher, sur le plan budgétaire, la protection de notre liberté, de l’Europe et des valeurs qui s’y rattachent.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Aan de orde is de geheime stemming met het oog op de benoeming van de experten van de Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen.
L’ordre du jour appelle le scrutin secret en vue de la nomination des experts de la Commission de contrôle des dépenses électorales et de la comptabilité des partis politiques.
De kandidaturen werden aangekondigd tijdens de plenaire vergadering van 3 oktober 2024.
Les candidatures ont été annoncées en séance plénière du 3 octobre 2024.
Bij mail van 12 november 2024 heeft de heer Raf Vandeneynde zijn kandidaatstelling ingetrokken.
Par courriel du 12 novembre 2024, M. Raf Vandeneynde a retiré sa candidature.
De commissie voor Grondwet en Institutionele Hernieuwing heeft de kandidaten op 13 november 2024 gehoord.
La commission de la Constitution et du Renouveau Institutionnel a entendu les candidats le 13 novembre 2024.
De rapporteur heeft verslag uitgebracht over deze hoorzittingen in de Conferentie van voorzitters van 20 november 2024.
Le rapporteur a fait rapport de ces auditions en Conférence des présidents du 20 novembre 2024.
Aangezien er evenveel kandidaten zijn als te begeven mandaten van Nederlandstalig lid dient men niet over te gaan tot een geheime stemming voor de benoeming van de Nederlandstalige experten.
Vu qu’il y a autant de candidats que de mandats de membre néerlandophone à pourvoir, il n’y a pas lieu de procéder à un scrutin secret pour la nomination des experts néerlandophones.
Bijgevolg verklaar ik, met toepassing van artikel 157, nr. 6 van het Kamerreglement, de heren Herman Matthijs en Gunther Vanden Eynde verkozen tot Nederlandstalige experten van de Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen.
Par conséquent, je déclare, en application de l’article 157, n° 6, du Règlement de la Chambre, MM. Herman Matthijs et Gunther Vanden Eynde élus en qualité d’experts néerlandophones de la Commission de contrôle des dépenses électorales et de la comptabilité des partis politiques.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d’observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Wij dienen nu over te gaan tot de geheime stemming voor de benoeming van de twee Franstalige experten van de Controlecommissie.
Nous devons à présent procéder à un scrutin secret pour la nomination des deux experts francophones de la Commission de contrôle.
Het stuk met de namen van de kandidaten die
in aanmerking komen, werd rondgedeeld. (500/1)
Le document portant le nom des candidats qui
entrent en considération vous a été distribué. (500/1)
De stembiljetten zullen worden uitgedeeld in zaal 3 waar u uw stem kan uitbrengen vanaf nu tot 17.30 uur.
Les bulletins de vote seront distribués en salle 3, où vous pouvez émettre votre vote à partir de maintenant jusqu'à 17 h 30.
Om te stemmen, moet men een kruisje in het vakje naast de naam van de twee gekozen kandidaten plaatsen.
Il y a lieu de voter en traçant une croix dans la case figurant en regard du nom des deux candidats choisis.
Daar de stemming geheim is, mogen de stembiljetten niet worden ondertekend.
Le scrutin étant secret, les bulletins ne peuvent être signés.
Ik herinner eraan dat enkel de leden het stembiljet in ontvangst kunnen nemen, het ter plaatse dienen in te vullen en in de stembus deponeren.
Je rappelle que seuls les membres peuvent recevoir le bulletin de vote, celui-ci doit être rempli sur place et déposé dans l’urne.
Zijn ongeldig de stemmen uitgebracht op meer dan twee kandidaten.
Sont nuls, les suffrages exprimés en faveur de plus de deux candidats.
Zodra de geheime stemming gesloten is, stel ik u voor dat de stembiljetten van de geheime stemming geteld worden in zaal 3, in aanwezigheid van de stemopnemers.
Dès que le scrutin secret est clos, je vous propose de procéder au dépouillement du scrutin secret dans la salle 3, en présence des scrutateurs.
Ik stel u voor om voor de stemopneming de jongste twee leden, mevrouw Britt Huybrechts en de heer Ismaël Nuino, aan te wijzen.
Je vous propose de désigner les deux membres les plus jeunes, Mme Britt Huybrechts et M. Ismaël Nuino, pour dépouiller les scrutins.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
10.01 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, hoe is het anno 2024 in godsnaam denkbaar dat banken van bij ons onverstoord verdergaan met het financieren van bedrijven die gelinkt zijn aan vernielingen in de illegale kolonies op de Westelijke Jordaanoever, terwijl er zich onder onze ogen een genocide afspeelt in Gaza, met uithongering, wandaden en barbaarse praktijken, terwijl er ons nieuws bereikt van steeds verder oplopende mensenrechtenschendingen in de bezette gebieden? In plaats van zich terug te trekken na de uitspraak van het Internationaal Strafhof en de schendingen van de VN-resoluties, investeren onze banken volop mee in, bijvoorbeeld, de bulldozer van de etnische zuivering, de D9 van Caterpillar, gemaakt om huizen, soms met de bewoners er nog in, gewoon met de grond gelijk te maken.
Het gaat niet om kleingeld, het gaat om 393 miljard euro dat naar daar vloeit, voor onze neus, en allemaal om de verdere uitbouw van de nederzettingen mogelijk te maken, van waaruit dan ook nog eens raids worden uitgevoerd op de lokale, Palestijnse bevolking, grond wordt ingepikt en eigendommen worden vernield. Financiële relaties met bedrijven die deelnemen aan illegale bezettingen zijn onaanvaardbaar en toch blijken banken als BNP Paribas, KBC, onze staatsbank Belfius, die het voorbeeld zou moeten geven, en zelfs de Nationale Bank van België betrokken. Zij hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid en moeten zich houden aan internationale rechtsregels, ook onze overheid.
In uw beleidsplannen had u ooit een sustainable finance strategy ingeschreven, maar, helaas, zonder resultaat. Nochtans had dat veel leed, letterlijk en figuurlijk, kunnen voorkomen.
Mijn vraag is eenvoudig. Klopt de info en, zo ja, hoe is dat kunnen gebeuren under our watch? Wat zult u doen?
10.02 Minister Vincent Van Peteghem: Mijnheer de voorzitter, mevrouw Almaci, ik ben het uiteraard met u eens dat de situatie in Israël en Palestina schrijnend is. Wij worden geconfronteerd met voortdurende escalatie en zeker op dit moment moeten wij oog hebben voor alle mogelijke katalysatoren. Financiële geldstromen zijn een belangrijke katalysator in deze conflicten.
Daarom houd ik eraan om de bedrijven en financiële spelers waarin ons land participeert garanties te vragen opdat het Global Compact van de Verenigde Naties en de mensenrechten te allen tijde worden gerespecteerd. Het jaarlijkse rapport Don't Buy into Occupation houdt ons natuurlijk alert, maar ook los van dat rapport onderhoud ik hierover contacten met alle betrokken instellingen.
Door nauw overleg en voortdurend hameren op het belang van mensenrechten zien wij in de cijfers van opeenvolgende rapporten dat Belfius zijn verantwoordelijkheid neemt. De resterende investeringen en kredietverstrekkingen worden op de voet opgevolgd en waar nodig afgebouwd.
Ook als minderheidsaandeelhouder bij BNP Paribas nemen wij onze verantwoordelijkheid en houden wij de vinger aan de pols. Naast herhaaldelijke brieven naar de top van BNP werd ook een dialoog met de Franse bank opgestart via contacten met het Belgische management en onze aandeelhouder FPIM. De gesprekken lopen nog.
Collega, u kunt erop rekenen dat ik de druk binnen de betrokken financiële instellingen hoog houd opdat alle processen van due diligence nauwgezet worden opgevolgd en worden nageleefd, zodat wij al zeker deze katalysator van het conflict onder controle kunnen houden.
10.03 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Mijnheer de minister, bedankt voor uw antwoord, maar het rapport is zeer duidelijk en banken kunnen niet alles blijven wegwuiven. De tijd is rijp voor krachtigere actie. Dat is uw verantwoordelijkheid. Maak waar wat in uw eigen beleidsplan stond, die sustainable finance strategy. Het komt u toe om werk te maken van een kader dat transparantie biedt en tegelijkertijd een afdwingbare set aan regels.
Collega's, het gaat nog verder, want het komt ook ons toe om de gruwel die zich in Palestina afspeelt, barbaars in aanpak en omvang, aan te pakken. Dat arrestatiebevel tegen Netanyahu is niet toevallig. Ons geld wordt gebruikt om die gruwel mee mogelijk te maken.
Onze partij is hierover heel duidelijk: niet in onze naam. Dat is niet alleen voor onze banken van tel, maar ook voor ons als overheden en als land. Het is hoog tijd voor sancties, voor een boycot en voor de erkenning van Palestina.
L'incident est clos.
Het incident
is gesloten.
11.01 Jean-François Gatelier (Les Engagés): Monsieur le ministre, la voix des patients est particulièrement importante et mérite toute notre attention. Au cours de la législature, plusieurs mesures ont été adoptées en faveur d'une meilleure implication des patients dans la définition des politiques de santé. La Vlaams Patiëntenplatform, la coupole néerlandophone des associations de patients, vient de publier une brochure à destination des patients souffrant d'une affection chronique pour les informer des mécanismes existants de remboursement des soins.
De nombreuses mesures ont déjà été prises pour améliorer l'accessibilité des soins. Il faut aller plus loin. Nous devons les compléter pour nous assurer que les patients qui peuvent bénéficier de ces mécanismes en bénéficient effectivement, en ayant à l'esprit de rendre les procédures moins complexes et de renforcer l'information.
La répartition des compétences entre les différents niveaux de pouvoir multiplie les intervenants et donc complexifie la compréhension des bonnes démarches à entreprendre par le patient et les aidants proches déjà fragilisés. Une bonne collaboration est donc nécessaire. Les mutuelles et les associations de patients participent déjà à ces objectifs cruciaux d'information.
Monsieur le ministre, comment veiller à correctement informer les patients des mécanismes de remboursement et de soutien qui existent? Quels obstacles et pistes de solution avez-vous identifiés? Cette question ne mérite-t-elle pas une stratégie interfédérale?
11.02 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur Gatelier, il est en effet crucial que les soins de santé dans notre pays soient abordables et accessibles pour tous les patients, et certainement pour les personnes vulnérables. Nous avons pris, au cours des années, des mesures importantes: le maximum à facturer, l'intervention majorée, l'interdiction de demander des suppléments à des bénéficiaires de l'intervention majorée. Mais comme vous le dites, à juste titre, une chose est d'avoir un droit, une autre chose est de savoir que l'on a ce droit, de façon effective, de manière à pouvoir le faire appliquer.
Je suis d'accord pour dire qu'il faut prendre davantage de mesures dans ce sens. Nous avons déjà pris quelques mesures. On voit, par exemple, que le nombre de personnes qui ont droit à l'intervention majorée et qui y accèdent effectivement est en hausse. Cependant, d'autres mesures sont nécessaires. Comme vous le dites, une concertation et même une stratégie interfédérale s'imposent, parce que des interactions existent entre les diverses législations et les divers statuts. Je suis donc absolument d'accord et je veux prendre vraiment à cœur ce que vous dites, tant au niveau fédéral, dans la négociation fédérale qui est en cours, qu'au niveau de notre concertation et de notre collaboration interfédérale, entre autres avec M. Coppieters.
Très pratiquement, je dirais que toutes les personnes qui ont des questions, qui hésitent, doivent se référer à leur mutualité. Il est du devoir des mutualités de bien informer les patients sur tous les règlements et sur toute la législation applicable à leur situation qui, souvent, est compliquée. Les mutualités ont là une mission sociale cruciale qu'elles doivent pleinement exercer. C'est un chantier important et cela le restera lorsque nous en ferons un chantier interfédéral.
11.03 Jean-François Gatelier (Les Engagés): Monsieur le ministre, je vous remercie.
Le travail que remplissent les parlementaires dans les diverses commissions de la Chambre serait privé de sens et serait, bien sûr, inutile si la population, à qui est destiné ce travail législatif, n'en était pas informée. Nous sommes bien d'accord. Les patients et les aidants proches sont déjà confrontés aux problèmes de santé et à la maladie. Il est donc primordial de les aider en leur fournissant l'information la plus adéquate et la plus complète en matière de remboursement. Pour une politique efficace, il est essentiel que les mesures décidées atteignent le public cible.
Vous savez que la santé est la priorité de mon parti, Les Engagés. Sachez que notre ministre de la Santé, M. Yves Coppieters, est prêt à intensifier la collaboration avec le niveau fédéral pour une meilleure information des patients à propos du remboursement.
L'incident est clos.
Het incident
is gesloten.
12.01 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le ministre, juste avant vous, j'entendais le premier ministre indiquer la marche à suivre par rapport au budget des soins de santé. Effectivement, le Conseil général de l'INAMI n'a pu approuver à l'unanimité le budget des soins de santé pour 2025, considérant que l'équilibre, notamment entre les différents secteurs, n'était pas correct par rapport à l'effort à réaliser et qu'une partie de l'effort n'était pas suffisamment structurelle pour garantir les économies nécessaires à l'avenir.
Monsieur le ministre, j'entends bien que vous souhaiteriez avancer rapidement dans l'adoption du budget des soins de santé mais vous comprendrez qu'on ne peut pas immuniser plus d'un quart du budget de l'État d'une réflexion approfondie sur sa bonne utilisation et sur la performance qu'elle permet de réaliser en matière de qualité des soins.
Monsieur le ministre, n'est-il pas temps de mettre à profit la période actuelle pour se concerter davantage avec les différents secteurs? Je rappelle que se tiendront une réunion de la Médicomut lundi prochain et une réunion du Comité général de l'INAMI mercredi prochain. De quelle façon envisagez-vous la concertation nécessaire qui souffre d'une certaine insuffisance aujourd'hui? Quelles sont à vos yeux les perspectives en matière de budget pour l'année 2025? Autrement dit, ne pensez-vous pas qu'il est temps de passer à la vitesse supérieure et de garantir une qualité des soins pour l'année prochaine dans notre pays?
12.02 Caroline Désir (PS): Monsieur le ministre, vendredi dernier, nous avons appris que le premier ministre Alexander De Croo s'était mis d'accord avec le formateur Bart De Wever pour laisser l'adoption du budget 2025 des soins de santé à la future Arizona. Cette décision a été prise sans même avoir consulté les autres partenaires du gouvernement en affaires courantes.
Monsieur le ministre, début octobre déjà, les mutualités et les prestataires de soins étaient parvenus à formuler une proposition équilibrée, respectant la trajectoire budgétaire et la norme de croissance fixée à 2,5 %, tout cela sans toucher au patient et en garantissant la viabilité de notre système de soins. Cet exercice a été difficile mais eux l'ont fait et ont pris leurs responsabilités avant que l'Open Vld et le MR ne décident de bloquer cette proposition.
Toutes ces tergiversations font que nous sommes aujourd'hui fin novembre et que nous n'avons toujours pas de budget pour 2025, avec plusieurs risques à la clé. Nous avons tout d'abord le déconventionnement massif des prestataires de soins, qui craignent de ne pas être indexés, ainsi que l'augmentation des coûts pour les patients, mais surtout le risque majeur que le futur gouvernement fasse des coupes sombres dans le budget de la santé en revoyant à la baisse cette fameuse norme de croissance.
Monsieur le ministre, cette attitude nous semble complètement irresponsable. Vous faites toujours partie du gouvernement en affaires courantes et vous êtes aussi à la table des négociations de l'Arizona. En tant que ministre de la Santé publique, vous n'avez pas pu lever ce blocage imposé par le premier ministre. Alors, comment allez-vous faire pour garantir demain un budget des soins de santé qui réponde réellement aux besoins des patients, des prestataires et des hôpitaux?
Vous savez mieux que quiconque, monsieur le ministre, que les besoins sont énormes. Il y a quelques semaines, les soignants ont encore crié leur détresse dans les rues. Les hôpitaux sont dans le rouge. Ce sont encore et toujours les patients qui en paieront le prix fort si vous ne prenez pas vos responsabilités.
12.03 Frank Vandenbroucke, ministre: Chers collègues, je suis absolument d’accord avec M. Bacquelaine sur le fait qu’il faut maintenant passer à la vitesse supérieure en ce qui concerne l’établissement d’un budget 2025 pour les soins de santé. Vous avez absolument raison.
Vous avez aussi raison sur le fait qu’il faut se concerter avec tous les acteurs. C’est ce que nous faisons, et Mme Désir l’a d’ailleurs souligné à juste titre. Il y a une proposition basée sur la concertation, je dirais même sur l’accord de tous les acteurs: les prestataires de soins, les organisations professionnelles, le secteur pharmaceutique. Ils sont tous d’accord avec la proposition qui est sur la table. Je dirais même, pour répondre à votre question précise, que l’esprit de cette concertation est toujours que nous ne voulons pas jeter le bébé avec l’eau du bain, par exemple sur la mesure délicate concernant les téléconsultations. Nous voulons une réforme.
L’esprit de l’accord avec les acteurs était qu’ils proposent une réforme au sein de la Médicomut, avec une éventuelle période de transition. Si les organisations professionnelles de médecins veulent proposer une alternative, une piste différente, c’est toujours possible tant que le cadre budgétaire est respecté.
Cela me ramène à mon point de départ, qui est aussi le vôtre – et je m’en réjouis. Il faut fixer ce cadre budgétaire dès que possible. Sinon, on perd du temps. Je vais donc continuer à insister auprès de mes collègues du gouvernement actuel qui, bien qu’en affaires courantes, a toutes les compétences pour qu’une décision soit prise aussi vite que possible. Il n’y a pas d’accord au sein de l’Arizona selon lequel ce serait une décision revenant à l’Arizona. En ce qui me concerne, c’est une décision revenant au gouvernement existant.
Ik wil dus heel duidelijk zijn: ik ben het helemaal eens met wat de twee sprekers hebben gezegd. We moeten zo snel mogelijk een begroting voor de ziekteverzekering voor het jaar 2025 vastleggen zodat we zo snel mogelijk kunnen ingrijpen om uitgaven die aan het ontsporen zijn, en waarvan we niet willen dat ze ontsporen, een halt toe te roepen en maatregelen te treffen. Hoe sneller men dat doet, hoe beter. Dat is de reden waarom we met de huidige regering zo snel mogelijk een beslissing moeten nemen. We moeten dat doen op basis van overleg. We hebben veel overleg gevoerd en zullen dat ook blijven doen. Als men alternatieven voorstelt die binnen het budgettaire kader passen, is dat natuurlijk zeer goed en zullen we daarover spreken.
Ik ten slotte wel zeggen, collega’s, dat ik het ook praktisch gesproken zeer belangrijk vind dat we de zorgverleners zo snel mogelijk een echte geruststelling kunnen bieden over de tarieven en de normale indexering die toegepast wordt vanaf 1 januari. Die geruststelling moeten we geven en kunnen we geven.
12.04 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le ministre, je vous entends bien. Mais vous savez pertinemment qu'il n'est évidemment pas acceptable de fixer une fois pour toutes un budget qui concerne plus d'un quart de l'argent public dans ce pays en faisant abstraction de la constitution d'un gouvernement qui s'appuie sur une nouvelle majorité. Même dans une commune, on ne fait pas ça!
Donc, si l'on est un peu responsable, on doit tenir compte du fait qu'il existe dans ce pays des négociations en cours qui vont travailler sur la responsabilisation de l'ensemble des acteurs, ce que souvent vous refusez de faire en privilégiant plutôt les structures ou l'administration que la qualité des soins aux patients en tant que tels. Sachez, monsieur le ministre, qu'il existe la technique des douzièmes provisoires. Ce sera peut-être nécessaire pour permettre à la majorité en formation de fixer un budget responsable en matière de soins de santé.
12.05 Caroline Désir (PS): Monsieur le ministre, je le répète, pour nous cette situation est irresponsable. Vous savez que des réformes sont indispensables pour plus d'efficacité dans notre système de santé. Vous savez également que les besoins sont là et qu'ils sont énormes. Que va-t-il se passer si vous, avec la future Arizona, imposez de limiter plus encore la trajectoire actuelle? Ce sera aussi irresponsable.
Monsieur le ministre, le temps presse. Alors, puisque le gouvernement en affaires courantes bloque et puisque la future Arizona n'est toujours pas constituée, je vous demande vraiment, en tant que socialiste, de soutenir l'idée que le Parlement puisse s'emparer du sujet. Le groupe PS a déposé un texte qui prévoit une norme de croissance de 3 % pour le budget de nos soins de santé, une norme de croissance qui pourra permettre de répondre aux besoins nombreux. En tant que ministre de la Santé, vous savez que c'est bien l'avenir de nos soins de santé qui en dépend.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13.01 Jinnih Beels (Vooruit): Mijnheer de minister, vanmorgen moesten wij in de kranten lezen dat onderzoeksrechters worden bedreigd en geïntimideerd, zelf tot het gebruikmaken van persoonlijke gegevens toe. Dat is een duidelijk signaal van criminelen. Pas maar op, want ik weet u te vinden. Dit is een regelrechte aanval op onze rechtsstaat, mijnheer de minister. Als zij die voor onze veiligheid moeten instaan zich zelfs niet veilig kunnen voelen, dan hebben we de bodem bereikt.
Het kan echter nog erger, collega's. De vraag is immers: hoe komen zij aan die informatie? Uit de gevangenissen. Het is poepsimpel om daar aan een gsm te geraken.
Nog iets, aan degenen die denken dat de overbevolking van de gevangenissen geen impact op de collectieve veiligheid zou hebben, raad ik aan om dringend uit de winterslaap te ontwaken. We hoeven niet naar films te kijken om te weten hoe dit zou kunnen aflopen. Italië ging bijvoorbeeld jarenlang gebukt onder een zware ondermijning van de rechtsstaat. Het begint met intimidatie en het eindigt met het nemen van mensenlevens. Vandaag betalen nog te veel mensen de prijs voor het geweld dat door drugsbendes wordt gebruikt: inwoners van steden en gemeenten, hulpverleners, verslaafden, hun omgeving, politieambtenaren, cipiers, magistraten en nu ook onderzoeksrechters.
Mijnheer de minister, voor Vooruit is veiligheid een basisrecht, ook voor degenen die ervoor moeten zorgen dat het recht wordt gewaarborgd.
Ik heb dus een heel eenvoudige, heldere vraag voor u. Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat onderzoeksrechters en hun dierbaren niet meer worden bedreigd, om ervoor te zorgen dat onderzoeksrechters hun job in alle veiligheid kunnen uitvoeren?
13.02 Alexander Van Hoecke (VB): "Dat is toch wel een heel lange route die u 's avonds alleen neemt om te oefenen voor de Antwerpse marathon." Of nog: "Uw kinderen zitten wel heel ver van de campus op kot." Dit soort intimiderende opmerkingen krijgen onderzoeksrechters dagelijks van drugsverdachten te horen, mijnheer de minister. In gsm's van drugscriminelen komen de namen en zelfs de nummerplaten van onderzoeksrechters voor. Eenmaal in de cel hebben sommige drugscriminelen zelfs verschillende smartphones waarmee ze hun crimineel handeltje gewoon voort kunnen zetten. Ook de financiële slagkracht van drugscriminelen vanuit de cel baart zorgen. Dankzij die financiële middelen vormen zij vanuit hun cel een enorme bedreiging voor de samenleving.
We konden vandaag allemaal lezen dat de Vereniging van onderzoeksrechters alarm slaat. Het is zelfs zover gekomen dat een Antwerps onderzoeksrechter al maandenlang ondergedoken leeft in een safehouse vanwege bedreigingen vanuit het drugsmilieu. Bedreigingen van een drugscrimineel vanuit een cel, dat is een rechtsstaat onwaardig.
Het werk van onderzoeksrechter vormt de basis van de wijze waarop de samenleving zich wapent tegen drugscriminelen.
Mijnheer de minister, ik heb daarom maar een heel eenvoudige vraag. Wat zult u nu ondernemen, opdat Justitie niet langer ondermijnd wordt door drugscriminelen die opereren vanuit de cel? Wat zult u doen, opdat de angst eindelijk van kamp verandert?
13.03 Steven Matheï (cd&v): Mijnheer de minister, onderzoeksrechters die moeten onderduiken in een safehouse, een brandbom op de oprit bij cipiers thuis, hoofdcommissarissen van de federale politie die gedrogeerd worden, het lijkt een kwalijke trend te zijn dat mensen die dag in dag uit voor onze veiligheid instaan zelf het slachtoffer worden van agressie en intimidatie. Dat moet aangepakt worden.
Het begint bij hun veiligheid, bijvoorbeeld in de gerechtsgebouwen. Er is een belangrijke beslissing genomen om bepaalde rechtszaken in de zwaar beveiligde Justitiagebouwen te laten plaatsvinden. Daar stopt het natuurlijk niet, want nog veel andere gebouwen moeten worden beveiligd. Zo zien we dat in de gevangenissen heel wat cipiers maar ook gevangenen geïntimideerd worden door de criminele onderwereld. Communicatiemiddelen, gsm’s worden binnengesmokkeld waarmee door diezelfde criminelen wraakacties worden georganiseerd. Hoe wordt die situatie aangepakt?
Dat alles kan niet los worden gezien van de toenemende verstrengeling van ons dagelijks leven met de georganiseerde criminaliteit. We zien dat veruitwendigd in louche carwashes, illegaal geld geïnvesteerd in cryptomunten en de infiltratie in de vastgoedmarkt. Jaarlijks wordt 15,7 miljard euro witgewassen. Daar valt dus heel wat te halen. Follow the money. Probeer de criminelen financieel te treffen, zo treft u ze in hun hart, in de kern van hun bestaan. Bovendien creëert men zo ook mogelijkheden om te investeren in veiligheid.
Mijnheer de minister, u hebt terecht gezegd dat dit ook een politieke verantwoordelijkheid is. Volgens mijn simpele Limburgse redenering vraag ik u dan ook om die verantwoordelijkheid te nemen.
13.04 Philippe Goffin (MR): Monsieur le ministre, les juges d'instruction, par le biais de leur association, tirent la sonnette d'alarme aujourd'hui dans la presse parce qu'ils se sentent en danger dans le cadre de l'exercice de leur mission, pour deux raisons principales.
La première est la sécurisation des palais de justice, là où ils exercent leur métier au quotidien. Certes, quelques palais de justice ont connu des améliorations en termes de sécurité, mais il y en a d'autres. Et les juges d'instruction sont conscients de ne pas être les seuls dont la sécurité est en danger. Il y a les juges classiques, les magistrats assis, mais également le parquet. Certains palais de justice restent aujourd'hui beaucoup trop facilement violables en termes de sécurité pour ceux qui y travaillent, que ce soit le personnel de magistrature ou les greffiers.
La deuxième raison est que nous n'avons pas suffisamment la culture de la sécurité personnelle. On a trop facilement accès aux données personnelles des juges d'instruction et de l'ensemble des professionnels de la justice. Il y a là aussi une véritable difficulté. Notre pays compte actuellement 116 juges d'instruction actifs, et en moyenne 200 à 300 dossiers par an sont ouverts devant chaque juge d'instruction. Ils garantissent, parmi d'autres, notre sécurité.
Monsieur le ministre, quel est votre plan pour améliorer la sécurisation des palais de justice d'ici à cinq ans? Il y a urgence.
Ensuite, quelles sont les mesures que vous avez prises et quelles sont celles que vous comptez prendre afin de sécuriser la communication des informations personnelles?
13.05 Minister Paul Van Tigchelt: Mijnheer de voorzitter, geachte leden, nog niet zo lang geleden was ik zelf drugmagistraat, dus ik weet waarover de genoemde magistraten het hebben. Ik weet welke zware criminelen zij dag in dag uit in de ogen kijken. Het gaat over gangsters die niets of niemand ontzien en geen andere taal kennen dan de taal van geweld en intimidatie. Zij deinzen er niet voor terug om magistraten en onderzoeksrechters te bedreigen, maar ook achter journalisten en politici aan te gaan. Daarom spreken we hier met recht en reden over narcoterrorisme.
Dat gebeurt inderdaad niet alleen in ons land, mevrouw Beels, want u hebt al verwezen naar Italië en ik verwijs ter zake ook naar Nederland. In Nederland, waar men al langer en heviger wordt geconfronteerd met dat fenomeen, zien we tot wat die kerels in staat zijn: aanslagen op krantenredacties, burgemeesters die maandenlang moeten onderduiken en zelfs een journalist en een advocaat die in koelen bloede op straat worden vermoord. Dat gebeurt daar allemaal. We mogen dat inderdaad nooit aanvaarden, daarover kunnen we het eens zijn hier in het halfrond.
Elke bedreiging, of het nu ten aanzien van een magistraat, een politicus of een journalist is, is een rechtstreekse aanval op de democratische rechtsstaat. Daar zullen we nooit aan toegeven. Inderdaad blijkt, zoals is vermeld, dat hoe harder onze politie en justitie optreden tegen die zware criminaliteit, hoe meer bedreigingen geuit worden. Dat fenomeen is helaas in opmars. De bedreigde personen worden beschermd door onze veiligheidsdiensten die daarmee professioneel omgaan. De ernstigste beveiligingsmaatregel is natuurlijk de onderbrenging in een safehouse. De impact daarvan op het privé- en gezinsleven van de persoon in kwestie is allesbehalve evident.
Essentieel is en blijft de vraag hoe we het verdienmodel van die georganiseerde misdaad breken. Dat is het beginpunt van alles, zoals de heer Matheï zegt, en daar zetten wij dan ook op in. Sta me toe erop te wijzen dat er ondertussen uiteraard sprake is van overbevolking in onze gevangenissen. Allicht, in onze gevangenissen zitten meer dan 5.000 drugscriminelen. Dat zijn niet alleen kleine garnalen, maar, zonder namen te noemen, ook zware jongens, topgangsters van eigen bodem die door justitie teruggehaald zijn uit landen of steden als Dubai, Zwitserland, Spanje, Marokko en noem maar op.
Wij willen inderdaad niet dat zij vanuit de gevangenis hun criminele activiteiten en bedreigingen kunnen voortzetten. Daarom hebben wij sinds juni een bijzonder veiligheidsregime ingevoerd voor dat soort maffiabazen, naar het voorbeeld van Italië en Nederland, waar wij bij leerbezoeken kennis opgedaan hebben. Net voor de ontbinding van het Parlement hebben wij een wet goedgekeurd waardoor wij die kerels meer kunnen controleren en isoleren, maar die moeten wij nu ook in de praktijk omzetten.
Nous devons renforcer cet isolement dans la pratique, collègue Goffin. Nous avons fait en sorte que le fait de jeter des objets par-dessus les murs de la prison soit désormais punissable, mais ce n'est pas la résolution du crime organisé. Nous procédons à des sweepings réguliers en vue de brider les communications à partir des cellules, mais nous devons aller plus loin. Je suis en contact avec le secteur privé afin de trouver une solution technique pour bloquer tous les signaux des téléphones portables provenant de l'intérieur et de l'extérieur de la prison.
Jamming moeten wij op een verstandige manier doen, zodat niet alle communicatie – de telefoon van een gevangenisdirecteur naar zijn of haar cipier, bijvoorbeeld – wordt verstoord. Met Belgian Secure Communications of BSC hebben wij de voorbije legislatuur systemen ontwikkeld om onze communicatie te beveiligen en te maskeren voor vreemde mogendheden. Die systemen moeten wij ook gebruiken om onze magistraten, onderzoeksrechters, rechters en parketmagistraten beter af te schermen van de drugsmaffia.
U hebt gelijk dat respect voor de rechterlijke macht ook betekent dat gerechtsgebouwen afdoende worden beveiligd, maar – ik zal een ongemakkelijke waarheid proclameren – het is onmogelijk om dat te doen in de meer dan 200 gerechtsgebouwen die ons land vandaag rijk is. Dat moeten wij eerst durven rationaliseren. Als wij dat ter sprake brengen – laat ons eerlijk zijn – dan gaan er heel veel stekels omhoog, ook in het Parlement, dus laat ons dan ook die discussie voeren.
13.06 Jinnih Beels (Vooruit): Mijnheer de minister, een rechtsstaat kan alleen functioneren als onderzoeksrechters hun job kunnen uitoefenen zonder angst, zonder bedreigingen aan hun adres of aan het adres van hun familie en dierbaren. U bent een man van het terrein, dus u weet het zeer goed, u weet hoe het er daar aan toegaat. Criminelen liggen niet wakker van het vormen van een nieuwe regering of van het feit of de regering in lopende zaken wel of niet kan optreden.
Mijnheer de minister, ik vraag u in naam van iedereen op het terrein: toon daadkracht, grijp in, doe iets. Iedereen is het erover eens dat veiligheid een basisrecht is. Laten wij dan niet vergeten dat elke dag opnieuw op het terrein mensen hun leven riskeren om onze veiligheid te garanderen. Laten wij dat nooit als vanzelfsprekend beschouwen.
De voorzitter: Collega's, het is een mooi gebruik om met een applaus de maidenspeech van een collega te vieren. Misschien is het ook passend om dat te doen bij wat wellicht haar laatste tussenkomst is.
(Applaus)
(Applaudissements)
13.07 Alexander Van Hoecke (VB): Mijnheer de minister, drugsgeweld ontwricht onze samenleving en onderzoeksrechters zijn niet de enige slachtoffers, maar als zelfs zij hun werk niet meer kunnen uitvoeren zonder te vrezen voor hun leven en voor dat van hun naasten, is de situatie compleet ontspoord. Die onderzoeksrechters smeken u vandaag om in te grijpen, om nu in te grijpen. Onze gevangenissen zijn zo lek als een zeef.
U erkent hier inderdaad de ernst, maar behalve een overleg met de privésector hoor ik geen ernstig plan van aanpak voor die gevangenissen. Hoe kan het dat een veroordeelde drugscrimineel gewoon met een smartphone zijn criminele activiteiten kan voortzetten in de cel? Hoe krijgt u dat uitgelegd? Het is tijd om in te grijpen. De angst moet van kamp veranderen.
13.08 Steven Matheï (cd&v): … lijkt weggelopen te zijn uit een of andere Amerikaanse Netflixserie. Zoals u echter zelf al aanhaalde, is het hier realiteit. Daarom is het belangrijk om nu en in de toekomst te blijven inzetten op de veiligheid van onze veiligheidsmensen en -gebouwen. We moeten de strijd aangaan met de ondermijnende criminaliteit en met die criminelen, om ervoor te zorgen dat het percentage van hun miljardenomzet dat gevat wordt, stelselmatig hoger wordt. Dat is uw opdracht en die van uw opvolger.
13.09 Philippe Goffin (MR): Monsieur le ministre, je vous
remercie pour vos réponses.
Comme vous l'avez dit, vous êtes un ancien magistrat. On sent donc bien dans les réponses que vous apportez, qu'il y a aussi une véritable expérience de terrain.
Dans les années 1980, Charles Pasqua avait dit qu'il fallait terroriser les terroristes. Moi, j'ai envie de vous dire aujourd'hui qu'il faut protéger ceux qui nous protègent.
L'incident est clos.
Het incident
is gesloten.
14.01 Raoul Hedebouw (PVDA-PTB): Madame la ministre, j'étais présent avant-hier dans les rues de Liège aux côtés de milliers d'enseignants qui manifestaient pour dire leur colère face au mépris de tous ces ministres de droite qui ne pensent qu'à une seule chose, c'est attaquer l'école. Attaquer tous ces gens qui donnent le meilleur de ce qu'ils ont pour s'occuper de nos enfants dans les écoles.
Par les compétences régionales, on attaque le statut des enseignants. On croit que précariser leur carrière sera la solution. Au niveau régional, on va attaquer le qualifiant, cette fameuse septième année qui est essentielle pour tous ces jeunes. C'est facile. Ce qui m'a frappé chez tous ces enseignants, c'est que la première réponse qu'ils apportaient, quand je leur demandais pourquoi ils étaient là, était: "C'est pour nos enfants qui sont dans les écoles. Nous ne pensons pas d'abord à nous. Et la droite, elle s'en fout de ça, et elle est arrogante."
Mais faites attention, le mouvement est puissant et populaire. Cela fait longtemps que l'on n'a pas vu autant d'enseignants se mobiliser. Ils viennent aussi, madame la ministre, avec des revendications fédérales. Ils me parlent de leur peur des attaques contre leurs pensions. Ils ont peur que les partis comme le MR et Les Engagés veuillent attaquer les pensions des fonctionnaires.
Dat is trouwens niet alleen het geval in Wallonië en in Brussel, maar ook in Vlaanderen. De vakbonden van de leerkrachten zijn verontwaardigd. Ze vragen zich af waarom de N-VA, cd&v en Vooruit een aanval aan het voorbereiden zijn op de pensioenen van de leerkrachten. De Vlaamse vakbonden van de leerkrachten hebben berekend dat het om een verlies van 100.000 euro gaat. Hoe is dat mogelijk, mevrouw de minister?
Het gaat natuurlijk over de toekomstige regering en u hebt ook al berekeningen gemaakt voor het bedrag dat het globale werkvolk zou verliezen. Ik wil u vragen of het getal van 100.000 euro verlies op een carrière, wat de vakbonden berekenden, realistisch is.
14.02 Karine Lalieux, ministre: Cher collègue, les choses que nous avons pu lire dans la presse peuvent effectivement faire peur à certains de nos concitoyens fonctionnaires, et ils ont raison. Je partage totalement leurs inquiétudes.
Pendant cinq ans, j'ai, à chaque fois que j'ai pu le faire, défendu les régimes des pensions, dont celui des fonctionnaires. Je rappelle que notre gouvernement actuel, la Vivaldi, a toujours veillé à ne pas prendre ce genre de mesures à l'égard des corps essentiels pour notre société.
Les dernières simulations de la Christelijke Onderwijscentrale (COC), que vous avez évoquées, selon lesquelles un enseignant avec 40 années de service pourrait perdre près de 100 000 euros sur la période de retraite, vont exactement dans le même sens que les estimations réalisées par mon administration en ce qui concerne l'impact pour les enseignants, mais aussi également pour l'ensemble du personnel nommé de la fonction publique.
Si les choses se confirment, des milliers d'euros seront perdus par des milliers de personnes qui se sont investies pendant des années au service de la population, qu'il s'agisse d'enseignants, de pompiers, de militaires, de cheminots ou d'agents communaux. Cela serait un retour en arrière de près de 60 ans, et un mépris total pour les milliers de fonctionnaires et pour les services qu'ils rendent tous les jours aux millions de concitoyens dans notre pays.
Et je ne parle pas des réformes envisagées pour les autres travailleurs salariés ou indépendants, qui vont toutes dans le même sens. Je pense particulièrement aux femmes, qui seront les premières victimes.
14.03 Raoul
Hedebouw (PVDA-PTB): Mevrouw de minister, u
bevestigt hiermee duidelijk de plannen van de N-VA, cd&v en misschien ook
Vooruit, om de pensioenen aan te vallen van onze leerkrachten, onze brandweerlui,
onze militairen, van al die mensen die vandaag in de openbare diensten werken.
Dat kan een verlies tot 100.000 euro betekenen voor dat werkvolk. Het is een
schande, beste rechtse politici! Uw eigen graaipensioen, dat is geen probleem.
Elke maand duizenden euro's in de pocket, dat is geen probleem. Maar als het
gaat over de pensioenen van de leerkrachten, haalt u tot 100.000 euro weg. Hoe durft u!
Chers collègues, le mouvement populaire qui a débuté aujourd'hui, à partir de la base des fonctionnaires, va s'étendre à plein de secteurs. Accrochez-vous: la résistance sociale arrive! Vous pouvez vous préparer! Cela va être chaud.
Het incident
is gesloten.
L'incident est clos.
15.01 Wouter Raskin (N-VA): Mevrouw de minister, ik hoop dat u enigszins bekomen bent van de lange en toch wel geanimeerde commissievergadering van gisteren. Daar waren twee redenen voor.
Ten eerste, de weigering van de voormalige en de huidige OCMW-voorzitter van Anderlecht om zich in de commissie te komen presenteren. Tot op heden is het onduidelijk of u en op welke manier u eventueel met die voorzitters sedert de uitzending van Pano contact zou hebben gehad. Wat ons betreft, passen we daar een mouw aan. Wij vragen hier vandaag de oprichting van een onderzoekscommissie om de onderste steen boven te halen. Wij zullen daartoe de komende uren en dagen de nodige contacten leggen.
Ten tweede, de vergadering was geanimeerd door de brief van de heer Fernandez, een OCMW-raadslid uit Anderlecht. Mevrouw de minister, zijn brief was spraakmakend. Mijn mond viel open. Ik mag hopen dat ook uw mond openviel. De brief ging over de interne obstructie tegen de oprichting van een fraudecel. Hij ging over bedenkelijk vastgoedbeheer, namelijk het duur en extern huren, hoewel het OCMW zelf leeg patrimonium in het bezit heeft. Hij gaat over het vermoeden van een dubbel petje van een financieel directeur en misschien ook wel van een dubbel loon. Dat alles komt boven op de zaken die wij ondertussen weten. Een rapport van de Federale Interne Audit, blijkbaar daterend van 2019, legde toen al de vinger op de wonde en deed aanbevelingen. Dat rapport is blijven liggen tot de storm losbrak.
Daarom heb ik vier vragen. Ten eerste, is er al dan niet contact geweest tussen u en de voorzitters sedert de reportage van Pano? Ten tweede, sinds wanneer bent u op de hoogte van het onderzoek door de vrt-journalisten? Ten derde, had u of hadden uw diensten eerder al contact met de heer Fernandez? Ten slotte, steunt u onze vraag tot oprichting van een parlementaire onderzoekscommissie?
15.02 Vincent Van
Quickenborne (Open Vld): Mevrouw de minister, ik
heb maar een vraag. Heeft uw kabinet sinds de reportage van Pano contact gehad met de twee
OCMW-voorzitters? Ja of
nee?
Madame la ministre, depuis le reportage de Pano, votre cabinet a-t-il été en contact avec les deux présidents du CPAS? Oui ou non?
15.03 Ellen Samyn (VB): Mevrouw de minister, de Parti Socialiste lijkt een ware traditie te hebben opgebouwd als het gaat over schandalen, affaires, en onfrisse zaakjes. Ook het hele leefloondossier stinkt uren in de wind. In ruil voor een stem voor de PS worden mensen aan een leefloon geholpen.
Mevrouw de minister, ik vraag mij af of u zich gisteren op enig moment ongemakkelijk hebt gevoeld? Ik had de indruk van niet. U kunt weinig doen. U bent niet verantwoordelijk. Het is iedereen zijn schuld, behalve die van u. Meer nog, u verweet ons dat wij zelf maar inspectierapporten hadden moeten opvragen. Begrijpe wie begrijpen kan.
Mevrouw de minister, u kreeg nochtans meermaals de sleutel zelf in handen, maar u hebt er niets mee gedaan. U slaat adviezen in de wind. Er worden burgers aan hun lot overgelaten. Toen er zware dysfuncties werden vastgesteld tijdens de coronacrisis hebt u niets ondernomen. Aan de vraag naar een antifraudecel is nooit gevolg gegeven. Een interne audit van het Bijzonder Comité legde u ergens onderin uw lade. Onder het mom dat de Inspectie van Financiën geen controlebevoegdheid voor de OCMW's heeft, ging een geplande controlevergadering niet door.
Dat er reportagemakers, moedige maatschappelijk assistenten en klokkenluiders nodig zijn om deze problemen naar boven te brengen siert hen, maar niet u.
Mevrouw de minister, u verdedigde gisteren uw inspectiediensten en u zei dat zij al twee jaar voor de reportage aan de slag waren gegaan met de problemen bij het OCMW van Anderlecht. Na twee jaar mag men toch verwachten resultaten te zien? Werd het stinkende potje soms toegedekt? Als u al twee jaar op de hoogte was, zou u toch op zijn minst de twee spilfiguren, de voormalige Brussels OCMW-voorzitter en zijn opvolger, gesproken moeten hebben over de wantoestanden? Dacht u dit soms onder de mat te kunnen schuiven? Is dat de reden waarom beide heren gisteren niet aanwezig waren in de hoorzitting?
15.04 Minister Karine Lalieux: Collega's, ik vraag me af vanaf wanneer we van copycat mogen spreken. Ik heb gisteren uren met u doorgebracht en ik heb u gezegd dat ik tot uwer beschikking stond om indien nodig terug te keren naar de commissie.
Monsieur le président, vous en êtes le témoin.
Het is duidelijk dat u de voorkeur geeft aan het opvoeren van een show in de plenaire vergadering. Twee minuten om vragen te stellen en twee minuten om te antwoorden, is inderdaad gemakkelijker.
De brief waarnaar u verwijst, mijnheer Raskin, is mij nooit bezorgd. Ik heb hem echter wel kunnen lezen en, zoals u weet, heeft hij betrekking op de interne werking van het OCMW, die onder de bevoegdheid van de deelstaten valt. Dat is u gisteren uitvoerig uitgelegd, zowel door mijzelf als door de administratie, de POD Maatschappelijke Integratie.
Mijnheer Raskin, de verdeling van de bevoegdheden lijkt u ook te ontgaan. De FIA is niet bevoegd om een auditopdracht uit te voeren in een OCMW. Ik wist niet dat de N-VA met dit soort verzoeken aangeeft dat zij bepaalde bevoegdheden opnieuw wil federaliseren.
Tot slot, mevrouw Samyn, ik heb gisteren uw vraag beantwoord, maar er was nog wat verwarring over het percentage loon en equivalent leefloon. Voor de duidelijkheid, vandaag is 32 % van de leefloners niet-Belgisch.
Monsieur Van Quickenborne, comme quand vous étiez ministre de la Justice, la manière dont nous travaillons vise effectivement à éclairer le mieux possible la commission. Toutes les réponses ont été données hier en commission. Alors, laissez-nous travailler et ayez, comme moi, la volonté de transparence! Vous n'avez pas cette volonté! Vous avez juste une volonté politique!
15.05 Wouter Raskin (N-VA): Mevrouw de minister, ik zal het beleefd zeggen: u overtuigt niet, andermaal overtuigt u niet.
U etaleert hier opnieuw de PS-cultuur, een cultuur van ons kent ons, van elkaar indekken, het elkaar niet te moeilijk maken. Daarvan zijn, zoals ik reeds opmerkte, de allerzwaksten het grootste slachtoffer. Dat lijkt u helemaal niet te deren. U schuift de verantwoordelijkheid opnieuw van u af. U klaagt dat hier een show wordt opgevoerd. U wijst naar de deelstaten, u wijst naar het Parlement. Die houding voedt dag na dag, meer en meer het vermoeden dat het PS-apparaat de potjes gedekt wil houden.
Mevrouw de minister, zeg tegen uw voorzitters dat ze hun mailbox in de gaten moeten houden, dat ze, wanneer de onderzoekscommissie hen uitnodigt, er moeten zijn en dat ze het dan niet te druk mogen hebben met cadeautjes uitdelen en sinterklaas spelen.
15.06 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mevrouw de minister, het antwoord op de vraag was eenvoudig: ja of nee. U hebt opnieuw niet geantwoord. U hebt veel te verbergen, heel veel. Als die voorzitters inderdaad niet naar de commissie komen, zal er een onderzoekscommissie worden opgericht. Dat is onvermijdelijk. Dat zal dan uw verantwoordelijkheid zijn.
Helaas, uw houding getuigt van minachting voor het Parlement, voor de samenleving en voor de allerzwaksten, omdat zij het slachtoffer zijn van die fraudepraktijken.
Mijnheer de voorzitter, ik wil me ook tot u richten. U bent immers de behoeder van de parlementaire controle op de regering. Normaal gezien leidt een dergelijk verzoek tot een interpellatie en eventueel sancties voor de minister. In lopende zaken kunnen we niet op die manier optreden. Bij uw installatie als voorzitter hebt u uitdrukkelijk gezegd dat u van de controle een strijdpunt maakt. U hebt bovendien Montesquieu geciteerd. Ik vraag dat u daar naar handelt. Practice what you preach.
De voorzitter: Mijnheer Van Quickenborne, indien u vroeger naar de Conferentie van voorzitters was geweest, had u geweten dat we het daarover hebben gehad en dat daarover afspraken zijn gemaakt.
15.07 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): (…)
15.08 Ellen Samyn (VB): "J'en ai marre des parvenus. Il n'y a plus de place pour les parvenus au Parti Socialiste."
Dat waren de woorden van voormalig PS-voorzitter Elio Di Rupo op een partijcongres in 2005, waar hij fors uithaalde naar partijleden en mandatarissen die in onfrisse en frauduleuze zaakjes verwikkeld waren.
We zijn twintig jaar later en de schandalen blijven de PS achtervolgen. De lijst was al lang: Qatargate, Samusocial, belangenvermenging, corruptie, fraude en vastgoedschandalen, en recent verkiezingsfraude in Sint-Joost-ten-Node, het leefloondossier in Anderlecht en een verkrachter als kandidaat-schepen in Molenbeek.
Niet alleen uw diensten en de OCMW's van Brussel dienen doorgelicht te worden, mevrouw de minister. Het Vlaams Belang vraagt een dringende en grondige doorlichting van de PS, want klaarblijkelijk zitten er nog heel wat parvenu's in uw partij.
De voorzitter: Mijnheer Van Quickenborne, ik zal u het woord geven. Ik denk dat ik weet wat u zal zeggen.
15.09 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, het is belangrijk dat iedereen dat weet. Ik ben geen lid van de Conferentie van voorzitters.
De voorzitter: Dan had ik u gisteren de deur moeten wijzen. Ik zal dat dan in de toekomst doen.
15.10 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, dan moet u dat maar doen, maar als u op die stoel zit, moet u de waarheid vertellen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Dan gaan wij over naar de laatste vraag aan minister Lahbib.
16.01 Christophe Lacroix (PS): Madame la ministre – encore ministre –, l’Union européenne a été créée pour faire face au retour de la haine il y a un peu plus de 70 ans. Aujourd'hui, son intégrité est menacée. Certains, dans cette assemblée, ont marqué leur accord pour que l’extrême droite arrive aux commandes des institutions européennes, qui garantissaient pourtant notre paix, notre sécurité et le respect de nos valeurs, dont le respect de l’État de droit.
Depuis quelques semaines, et je ne suis pas le seul, je m’inquiète terriblement car les digues sautent les unes après les autres. Je vois qu’en Flandre, des coalitions se forment avec le Vlaams Belang à Brecht, à Izegem et à Ranst. Je vois qu’hier, une abstention remarquée des élus du MR, des Engagés et même de Vooruit a eu lieu au Parlement européen. Cette abstention, madame la ministre, permet à un commissaire du parti d’extrême droite Fratelli d’Italia d’accéder non seulement à une fonction exécutive de la Commission, mais aussi à sa vice-présidence. C’est une première historique. C’est un jour noir pour la démocratie.
Pire, madame la ministre, pire! Des représentants de la N-VA, avec qui votre parti négocie actuellement pour former un gouvernement, sont dans le même groupe politique que Raffaele Fitto, ce nostalgique de Benito Mussolini. Sans parler du cd&v, qui a également soutenu sa nomination.
En cédant sur ce principe de cordon sanitaire, le risque de revivre les heures les plus sombres de l’histoire est à nos portes. Les partis d’extrême droite se montrent partout et l’union des démocrates est le seul rempart pour protéger nos institutions et nos libertés.
Pour nous, c’est évidemment inacceptable. Le cordon sanitaire, c’est tout le temps, c’est partout et sans compromission.
Madame la ministre, la Belgique va-t-elle faire part de son indignation suite à l’élection de cette nouvelle Commission européenne totalement indigne? Allez-vous, avec vos partenaires de négociation, exiger l’impératif du respect du cordon sanitaire? Plus personnellement, madame la ministre, que cela va-t-il vous faire de siéger avec un collègue fasciste au sein de la Commission von der Leyen?
16.02 Hadja Lahbib, ministre: Monsieur le député, la diversité des opinions politiques est le reflet de nos sociétés démocratiques et de leur vitalité. Nous assistons un peu partout en Europe à une polarisation des opinions. Cela peut plaire ou déplaire. Mais le Parlement européen n'est rien d'autre que le reflet du choix démocratique exprimé par les citoyens européens le 9 juin dernier.
Concernant le choix des commissaires, il relève de la souveraineté de chaque État membre de désigner son candidat commissaire. Tous les commissaires désignés ont été questionnés par écrit tout d'abord, une enquête a été menée sur leurs avoirs, ils ont été auditionnés au cours des dernières semaines et, hier, le Parlement dans son ensemble a donné son feu vert au nouveau collège. Ce processus est donc maintenant clôturé. La Commission von der Leyen II pourra enfin se mettre au travail, et les défis sont nombreux.
Chaque commissaire a le devoir de servir tous les Européens de façon égale dans le rôle qui lui a été confié. Et c'est ce qui va guider mon action pour les cinq années à venir. La Commission, en tant que telle, devra être jugée sur ses actes avant tout.
J'ai cru que je n'aurais plus le plaisir d'être parmi vous une dernière fois. Je vous remercie de m'avoir donné cette occasion. J'aimerais vous remercier pour cette dernière séance au Parlement fédéral, et pour les échanges – parfois musclés mais toujours enrichissants – que nous avons pu avoir tous ensemble. Ces échanges m'ont forgée. Ils ont contribué à la femme politique qui est aujourd'hui debout devant vous. Vous m'avez beaucoup appris et je vous en remercie. Je vous souhaite beaucoup de succès dans la poursuite de votre travail au service des citoyens. (Applaudissements)
16.03 Christophe Lacroix (PS): Madame la ministre, je vous remercie pour votre réponse.
Effectivement, à chaque fois que l'extrême droite arrive au pouvoir et s'immisce dans les arcanes de ce pouvoir, c'est essentiellement à travers un processus démocratique. Ursula von der Leyen, c'est Franz von Papen, le chancelier qui, en 1933, décida de prendre les nazis au pouvoir et qui dit au cacochyme président Hindenburg: "Monsieur le président, je les prends au pouvoir pour les calmer, et pour les rendre conformes à la démocratie." L'échec a été monumental. Franz von Papen porte une lourde responsabilité. Mme von der Leyen, malgré ses promesses, a rompu le cordon sanitaire. Elle aura une responsabilité historique devant ce qui risque de se passer aujourd'hui. Honte à elle, et honte à cette Commission!
(Brouhaha)
(Rumoer)
De voorzitter: Collega's, wat niet in de micro wordt gezegd, wordt uiteraard niet in het verslag opgenomen.
Madame la ministre, je pense que ce sera votre dernier mot dans cet hémicycle.
Geachte collega's, wij wensen haar veel succes met haar werkzaamheden in het Europees Parlement.
(Applaus)
(Applaudissements)
Het incident
is gesloten.
L'incident est clos.
Hierbij sluit ik deze vragensessie af.
Ik stel u voor een enkele bespreking aan
deze twee wetsontwerpen te wijden. (Instemming)
Je vous propose de consacrer une seule
discussion à ces deux projets de loi. (Assentiment)
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La discussion générale est ouverte.
De rapporteur, de heer Piedboeuf, verwijst naar
het schriftelijk verslag.
17.01 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, voor ons ligt de bespreking van een begrotingsaanpassing die, zoals gezegd tijdens de bespreking in de commissie, een zuiver technische aanpassing is.
Een verklaring voor ons stemgedrag is hier op zijn plaats. U weet heel goed dat mijn fractie zich steeds met hand en tand heeft verzet tegen het begrotingsbeleid van de vivaldiregering. In dat kader wil ik één cijfer meegeven. In 2020 erfde u een begroting met een tekort van 795,7 miljoen euro. Vandaag bedraagt dat tekort meer dan 5 miljard. Dat is het resultaat van vier jaar Vivaldi.
Er zijn begrotingen gepasseerd die wij nooit hebben goedgekeurd en men zou kunnen verwachten dat wij niet akkoord zouden gaan met een aanpassing van die begroting. In essentie is dat ook zo. Echter, dit is een technische aanpassing die het resultaat is van het voorbereidende werk van de diensten, een aanpassing aan de budgettaire en economische realiteit. Ze gaat de goede richting uit, met ongeveer 1 miljard minder budgettaire uitgaven.
Mevrouw de staatssecretaris, tijdens de bespreking in de commissie heb ik gezegd dat een cynicus zich zou kunnen afvragen of we de vorige vier jaar niet beter ook aan de diensten hadden gevraagd om die begrotingen op te stellen. U hebt het bijna-evenwicht dat u van de Zweedse coalitie hebt geërfd, omgezet in een groot tekort. Als de diensten hadden kunnen verdergaan op wat in 2020 was overgedragen, dan zou het er anders hebben uitgezien.
Dit gezegd zijnde, kan ik heel kort zijn. Dit is een technische aanpassing, in essentie een aanpassing die in de richting gaat van ongeveer 1 miljard euro minder uitgaven. In dat opzicht zal onze fractie dus niet tegenstemmen, maar zich onthouden.
17.02 Wouter Vermeersch (VB): Mijnheer de voorzitter, de kar bij de N-VA is duidelijk al gekeerd. Na enige discussie over dit wetsontwerp werd er door de gewaardeerde voorzitter van de commissie voor Financiën en Begroting, collega Vandeput, uiteindelijk een advies aan het Rekenhof gevraagd. Ik wil dat advies, gericht aan de voorzitter, voorlezen, omdat het belangrijk is dat het mee opgenomen wordt in het verslag.
Het onderzoek en het advies van het Rekenhof kunnen ons geruststellen. Artikel 54 van de wet van 22 mei 2003 houdende de organisatie van de begrotingen en van comptabiliteit van de federale Staat bepaalt niet dat het Rekenhof een advies moet verstrekken over andere begrotingsaanpassingen. Toch heeft het Rekenhof de aanpassing die in artikel 53 van diezelfde wet wordt voorzien, namelijk het ontwerp tot begrotingsaanpassing dat uiterlijk op 30 april moet worden ingediend, en de voormelde technische aanpassingen met beperkte reikwijdte onderzocht. Het Rekenhof liet vervolgens weten dat het geen opmerkingen heeft over die twee ontwerpen tot aanpassing.
Het is een eenvoudig en duidelijk advies van het Rekenhof dat niet tot problemen leidt. Het Rekenhof heeft het heel duidelijk – collega Vandeput haalde het ook aan – over technische aanpassingen. De staatssecretaris heeft het ook benadrukt: het gaat om aanpassingen op basis van het laatste rapport van het Monitoringcomité en die blijven dus heel beperkt.
Aangezien er geen verslag werd uitgebracht, wil ik toch wijzen op een opvallende vaststelling in de commissie, namelijk dat de Open Vld-fractie nog op zoek is naar haar rol in het Parlement en er goed aan doet om voor de commissies de violen gelijk te stemmen. Ik heb de beelden van de vergadering opnieuw bekeken en het verslag erbij genomen. Onze geachte collega, Vincent Van Quickenborne, verklaarde in de commissie: "Het klopt inderdaad dat er een vermindering is van 1,1 miljard. Het zoveelste bewijs dat de staatssecretaris goed op onze centen let".
Eén minuut later werd hij tegengesproken door de eigen staatssecretaris: "Ja, er is een vermindering in de kredieten. Ik vrees dat ik in alle nederigheid moet zeggen dat het niet mijn verdienste is, ook niet die van de FOD BOSA, zelfs al hebben ze fantastisch werk geleverd, zoals altijd. Het is eigenlijk geen besparing. Dit aanpassingsblad mag niet behandeld worden of beschouwd worden als een besparing. Het is louter het in lijn brengen van de begroting met het laatste rapport van het Monitoringcomité." Mevrouw de staatssecretaris, het is belangrijk om uw collega's in de commissie daar vooraf even op te wijzen.
Mevrouw de staatssecretaris, helemaal politiek wordt het wat verder in het verslag, want daar deed u wel een politieke uitspraak. Hoewel de regering in lopende zaken is, hoewel er van u verwacht wordt dat u politiek terughoudend bent, u bent dat niet geweest in de commissie. De Europese Unie verwacht van de volgende regering dat er een besparingsoefening van 16 miljard volgt komende legislatuur. U noemde die 16 miljard a walk in the park. Ik citeer uit het verslag: "De staatssecretaris herinnert eraan dat de vivaldiregering erin geslaagd is een budgettaire inspanning van 11 miljard euro te realiseren op een termijn van ongeveer 3,5 jaar."
Mevrouw de staatssecretaris, ik heb u daarover uitvoerig ondervraagd in de vorige legislatuur. Ik heb u ooit een schriftelijke vraag gesteld om de gedetailleerde berekening te krijgen van die stelling van 11 miljard euro aan begrotingsinspanningen. Het is duidelijk dat u de bevolking en dit Parlement een rad voor ogen hebt gedraaid. U blijft dat ook doen. In het antwoord dat ik toen van u ontving, stelde u immers dat de 11 miljard aan begrotingsinspanningen de som is van de ramingen uit de begrotingsnotificaties. Verder gaf u een copy-paste uit de verschillende begrotingen die hier in de voorbije jaren zijn gepasseerd.
Mevrouw de staatssecretaris, dat zijn natuurlijk ramingen, dat zijn geen realisaties. U telt bedragen op dat het een lieve lust is, om toch maar te kunnen uitpakken met een straf eindcijfer. Het is niet ernstig dat u deze stelling blijft innemen voor het Parlement. Dat zeggen trouwens niet alleen wij, dat zei ook het Rekenhof bij de bespreking van de begroting voor 2024. Het Rekenhof maakte in de commissie brandhout van die bewering van 11 miljard euro aan besparingen. De vertegenwoordigers van het Rekenhof stelden duidelijk dat de regering moet oppassen om geen doelstellingen met realisaties te vermengen. Nochtans heeft de vivaldiregering dat steeds gedaan en blijft zij volhardend haar wensen voor werkelijkheid nemen.
De vivaldiregering heeft dit land slechter achtergelaten dan zij het heeft aangetroffen. De tekorten en schulden zijn na de doortocht van de vivaldiregering uitgegroeid tot een onhoudbaar hoog niveau. Zowel de belastingen als de overheidsuitgaven zijn onder de afgelopen regering verder gestegen. Dat is de enige correcte, maar tegelijk verpletterende erfenis van Vivaldi.
Mevrouw de staatssecretaris, in dat verband wil ik u nog een laatste vraag stellen. Kunt u die 16 miljard euro bevestigen? In de commissie was er wat discussie over de vraag of het nu 16 dan wel 29 miljard wordt. Ik citeer nog even uw woorden uit het verslag: "De reden van het verschil in de berekening van de sanering tussen 16 en 29 miljard euro ligt bij enkele parameters, zoals de deflator en de elasticiteit van de ontvangsten. Daarom wordt dus een technische dialoog met de Europese Commissie opgestart." Kunt u die bedragen bevestigen?
Blijft u ook bij de bewering van die 11 miljard euro? Blijft u bij de vaststelling dat zelfs al is het 16 miljard, het voor de komende regering uiteindelijk a walk in the park wordt?
17.03 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, wij zullen de voorgelegde aanpassing van de begroting niet goedkeuren. Die laatste aanpassing van de begroting levert immers 1 miljard euro aan besparingen op. U beweert wel dat het een technische kwestie is, maar de N-VA- en Open Vld-leden hebben u wel in commissie gefeliciteerd.
De besparing is vooral het gevolg van het feit dat de evenwichtsdotatie toevallig minder groot is dan vooropgesteld. Over een aantal andere zaken in de begrotingsaanpassing maken we ons wel zorgen. Door de onderbenutting van verschillende personeelsenveloppen zal dat geld dan voor andere zaken worden gebruikt. Zo zal de personeelsenveloppe van de FOD Justitie ter waarde van 23 miljoen euro niet worden gebruikt. Nochtans is er een enorm tekort is aan personeel bij Justitie en de gevangenissen. Het is voor ons dus onrustwekkend dat er niet genoeg aanwervingen werden gedaan. In plaats van de begroting technisch aan te passen, moeten we misschien nadenken over manieren om de jobs daar aantrekkelijk te maken. Hetzelfde verhaal zien we bij de FOD Financiën. Ook de pensioenen van het spoorwegpersoneel zijn uiteindelijk minder hoog dan eerst begroot.
De N-VA-fractie zal de aanpassing goedkeuren. Wij zullen dat niet doen. Het blijft immers een vivaldibegroting met verhoogde accijnzen en die komen ten laste van de burgers. Daarnaast wordt de toegang tot het minimumpensioen bemoeilijkt, waardoor minder mannen en vooral minder vrouwen recht op dat minimumpensioen zullen hebben. Dat komt boven op andere besparingen, die niet direct in de voorgestelde begrotingsaanpassing zitten. Conform de vivaldibegroting van 2024 werd de groeinorm voor de gezondheidszorg beperkt tot slechts 2 %. Als de groeinorm onvoldoende de noden van de bevolking dekt, betekent dat uiteraard een besparing op de kap van de patiënten en het personeel.
We vinden evenmin in onderhavige begroting een echte bijdrage van de sterkste schouders om het gat in de begroting te dichten. Onlangs is ook gebleken dat de effectentaks die de vivaldiregering heeft opgelegd, de zogenaamde rijkentaks, waar de allerrijksten wel aan ontsnappen, alsmaar minder opbrengt. Er is hierin ook geen sprake van een overwinstentaks, bijvoorbeeld op de grote energiereuzen.
Het is dus duidelijk dat wij de voorgelegde begrotingsaanpassing niet zullen goedkeuren.
17.04 Jan Bertels (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, ik verheug mij al op de begrotingsdiscussies die wij in de toekomst zullen hebben over hopelijk een echte, evenwichtige begroting voor 2025.
Laat het wel wezen, hier gaat het, los van alle geformuleerde beschouwingen, over een technische aanpassing, opdat de overheid kan blijven functioneren. Er komen technische aanpassingen aan de technische parameters, onder andere de volume-effecten, mevrouw Merckx, zodat de inkomensgarantie voor ouderen (IGO), waarvoor we volume-effecten in plus en in min noteren, nog steeds kan worden betaald. Er zijn bijvoorbeeld ook minderuitgaven voor personen met een handicap. Achter de technische aanpassing ter zake zit geen nieuw beleid, dat komt een regering in lopende zaken nu eenmaal niet toe. De technische aanpassingen aan de begroting zijn ingegeven door de bekommernis – ik hoop dat het Parlement die verantwoordelijkheid op zich neemt – dat de overheidsinstanties ook in 2024 kunnen blijven doen wat zij moeten doen en daarvoor de nodige uitgaven, desgevallend minderuitgaven doen. Ik hoop dat wij er allemaal van overtuigd zijn dat de Staat moet kunnen blijven werken. Dat is de bedoeling.
17.05 Steven Vandeput (N-VA): Mijnheer Bertels, het gaat globaal om een aanpassing naar beneden. Die hoeft niet te gebeuren opdat de overheid kan blijven functioneren. Minder uitgeven dan de begroting voorschrijft, kan altijd. Een begroting is een raming en omvat de toestemming om maximaal uit te geven zoals wordt begroot.
Het feit is dat door het beleid van de vivaldiregering bij een aantal diensten de uitgaven het begrote bedrag zullen overschrijden. Zij worden bijgesteld naar boven en voor die diensten is het natuurlijk noodzakelijk dat er een begrotingsaanpassing komt. Ik wil toch even correct stellen dat een goedgekeurde begroting niet noodzaakt dat alle diensten ook effectief zo veel uitgeven als begroot.
Ik wil herhalen wat ik in de commissie heb gezegd: hulde aan zij die zo moedig zijn geweest om effectief deze technische correcties naar beneden aan te brengen. Het zou een mooie bedrijfscultuur zijn als alle overheidsdiensten zich zou beraden over de manier waarop ze met minder middelen het maximale kunnen realiseren.
17.06 Jan Bertels (Vooruit): Collega Vandeput, een begroting is inderdaad een machtiging. U hebt ook terecht gesteld dat een begroting uit verschillende begrotingsposten met bepaalde uitgaven bestaat. Ik neem aan dat u akkoord gaat met de verhoging van het budget voor de inkomensgarantie voor ouderen, zo niet konden die uitgaven niet gedaan worden wegens volume-effecten van het aantal mensen dat een beroep doet op dat IGO. Daarnaast hebben we correct gehandeld door minderuitgaven in te schrijven wegens volumedalingen of op basis van technische parameters met betrekking tot de financieringswet. De FOD BOSA heeft de oefening met meer- en minderkosten correct gemaakt en mijn fractie zal dit wetsontwerp volmondig steunen. De Staat moet immers kunnen blijven functioneren, daar zijn we het hopelijk over eens.
17.07 Staatssecretaris Alexia Bertrand: Mijnheer Bertels, u hebt eigenlijk in mijn plaats geantwoord, en terecht, want wat u zegt is juist. Mijnheer Vandeput, het is dus een wijze beslissing om niet tegen dit aanpassingsblad te stemmen. Er zijn namelijk een aantal noodzakelijke verhogingen. De dotaties in de bijzondere financieringswet gaan bijvoorbeeld ook naar de ziekenhuizen. Ik had begrepen dat dit zo belangrijk was voor u, mevrouw Merckx. Als u tegen dit wetsontwerp stemt, dan stemt u ook tegen de middelen voor de ziekenhuizen. Ook de BNI-bijdrage aan de Europese ENI moest worden verhoogd, evenals het budget voor de inkomensgarantie voor ouderen wegens de volumestijging. Me dunkt is dat voor uw fractie ook belangrijk.
Mijnheer Vermeersch, ik blijf uiteraard bij mijn woorden. Ik dank u om ze zo letterlijk en zo mooi te herhalen. Ik moet mij nederig opstellen. Het gaat niet om een besparing. Het gaat gewoon over het in lijn brengen met de ramingen van het Monitoringcomité. Dat is niet mijn verdienste en evenmin de verdienste van de diensten, hoewel ze zoals altijd heel goed hebben gewerkt. Op dat punt ben ik het eens met de heer Vandeput. Ik wil ze bij deze daarvoor dan ook bedanken.
Het Rekenhof heeft ons inderdaad een brief gestuurd. Het moest geen advies geven, maar heeft niettemin een korte brief opgesteld en het ontwerp bekeken. Het Rekenhof heeft geen enkele opmerking op het aanpassingsblad. De raming van 11 miljard euro, waarop wij uiteraard even terugkomen, is de som van de inspanningen die wij hebben gedaan gedurende de hele legislatuur. Ik ben eind 2022 tot de regering toegetreden. In maart 2023 hebben wij al beslist een extra inspanning te leveren van 1,8 miljard euro, zijnde 0,3 % van het bruto binnenlands product. In oktober 2023 hebben wij een extra inspanning geleverd van 1,2 miljard euro, zijnde 0,2 % van het bruto binnenlands product. Dat is dus 3 miljard euro boven op de inspanning die in het regeerakkoord stond. Dat betekent ongeveer 5 miljard euro voor het jaar 2024.
Daarom stel ik dat een inspanning van 16 miljard euro voor de volgende regering een walk in the park zal zijn. Iedereen kan immers meerekenen. Dat is ongeveer 3 miljard euro per jaar gedurende de legislatuur. Aangezien wij een extra inspanning van 3 miljard euro hebben gedaan boven op de inspanning die wij al hadden ingeschreven voor 2024, zou ik durven veronderstellen dat een dergelijke inspanning mogelijk moet zijn, zeker indien er grondige hervormingen komen, wat minder het geval is geweest met de huidige regering. Wij hebben de eerste stappen gezet, bijvoorbeeld een eerste stap in de pensioenhervorming. Ik heb echter de indruk dat de volgende regering veel verder wil gaan. Een en ander moet dus mogelijk zijn.
Mijnheer Vermeersch, ik ben het natuurlijk niet eens met uw opmerking dat het over ramingen gaat die nooit zijn gerealiseerd. Dat klopt niet. Dat is ook heel gemakkelijk te bewijzen. De extra inspanning van 3 miljard euro bijvoorbeeld, die wij hebben aangekondigd, zijnde 0,5 % extra, is nadien immers bevestigd door het Monitoringcomité. De inspanning was er. Dat was dus exact in lijn met wat wij hadden vastgelegd. Wij hebben dat jaar na jaar gezien. Wat wij hebben aangekondigd, stond daarna in het rapport van het Monitoringcomité. Als dat niet het geval was, dan hadden wij tijdens de loop van het jaar nog een extra inspanning moeten doen. Dat is niet zo gebeurd. Dus ja, ik blijf zeker bij mijn uitspraak.
U had een vraag over de 16 of 28 of 29 miljard euro. Die discussie moet met de Europese Commissie worden gevoerd. Dat zal binnenkort gebeuren. Ik heb u ook gezegd dat ik u verslag zou uitbrengen van de conclusies van het gesprek met de Europese Commissie, maar dat heeft nog niet plaatsgevonden.
Mijnheer Bertels, ik dank u ook nog voor uw heel duidelijke uitleg.
Mevrouw Merckx, het overschot op de kredieten voor Justitie en Financiën kan worden uitgelegd door een overschot in de personeelsenveloppe. Dat is niet omdat men daar wil besparen. Integendeel, de reden is heel eenvoudig. De FOD Justitie en de FOD Financiën zijn op zoek naar veel extra personeel. Als u mensen kent die op zoek zijn naar werk, aarzel dan niet om hen het adres van de FOD Justitie of de FOD Financiën te geven, want daar krijgen ze die plaatsen momenteel niet gevuld. Dat is heel lastig. Vandaar het overschot in 2024.
Ik wil wel opmerken dat het om een eenmalige verschuiving in 2024 gaat. Het is nog steeds de bedoeling om de middelen van 2025 terug aan de FOD Justitie en de FOD Financiën te geven, zodat hun personeelsenveloppe terug op het juiste niveau staat teneinde die vacatures te kunnen invullen.
17.08 Steven Vandeput (N-VA): De geschiedenis herhaalt zich. Mevrouw de staatssecretaris, fans van Pinocchio zouden zich vragen beginnen te stellen. Het is immers gevaarlijk de waarheid dermate geweld aan te doen. Bij Pinocchio leidde dat tot het aangroeien van ezelsoren en een staart. Dat wens ik u niet toe.
(…): (…)
17.09 Steven Vandeput (N-VA): En een lange neus, inderdaad.
Ik zal gewoon een cijfer herhalen. U kreeg een erfenis van ongeveer 1,9 % globaal tekort. Nu bedraagt dat globaal tekort 5 %.
(…): (…)
17.10 Steven Vandeput (N-VA): 4,6 %, oké. 1,9 % was ook 1,7 %. Het hangt er maar van af hoe men de cijfers afrondt. Feit is dat de vivaldiregering jaar na jaar begrotingen heeft ingediend die nauwelijks overeenkwamen met de ramingen van het Monitoringcomité bij ongewijzigd beleid. Ze gingen zelfs zwaarder in het rood dan die ramingen.
Nu zegt u dat u in het verleden grote inspanningen hebt geleverd en dat alles wat voor ons ligt een walk in the park is. U mag dat geloven en uw fractie mag om u te ondersteunen applaudisseren – al was het niet heel hard, ze zijn momenteel trouwens niet zo talrijk. Het gevaar daarbij is dat als men iets vaak herhaalt wat niet of niet helemaal juist is, men dat ook nog begint te geloven.
Ik doe in dat kader een oproep aan iedereen in de zaal. De hervormingen en een echte aanpak van onze begroting zijn effectief nodig voor vandaag en voor onze toekomst. Ik kijk daarnaar uit.
Ik kom terug op wat hier voorligt, want we gaan redelijk off topic. Ik wil u nogmaals danken voor de correctheid van de eerste technische aanpassing en de verstrekte uitleg. We zullen ons zo dadelijk onthouden.
De voorzitter: Dank u wel, collega Vandeput, ook voor het alternatieve verhaal over Pinocchio.
17.11 Wouter Vermeersch (VB): Mevrouw de staatssecretaris, dank u voor uw antwoorden.
Wat het advies van het Rekenhof betreft, dat was inderdaad duidelijk. Het zou echter kies zijn dat u in de toekomst, mocht u daar opnieuw de kans toe krijgen, al is die kans zeer klein, dat advies proactief zou vragen. Dat moet niet via de commissie gebeuren.
Dinsdag willen wij het ontwerp van financiewet bespreken, maar wij zien dat het advies van het Rekenhof nog altijd niet binnen is. Uit de discussie bij het begin van de vergadering bleek dat het er tegen vrijdag – wat normaal de dag is waarop wij dat advies moeten hebben om het dinsdag te kunnen bespreken – waarschijnlijk ook niet zal zijn. Wij hopen dat wij dinsdag toch de bespreking zullen kunnen aanvatten, maar de stemming zal sowieso niet kunnen plaatsvinden omdat de adviezen van de commissies, die eerst de kans moeten krijgen om advies te verlenen over het ontwerp, dinsdag ook nog niet beschikbaar zullen zijn.
Wat uw reactie betreft, met name dat u blijft bij uw uitspraak over die 11 miljard, moet ik de heer Vandeput bijtreden: uw regering heeft geen overschotten gerealiseerd, zij heeft de putten integendeel nog veel dieper gemaakt. De vivaldiregering zal vooral de geschiedenis ingaan als een regering die een verpletterende erfenis nalaat voor de toekomstige regeringen en de toekomstige generaties. De tekorten en de schulden zijn uitgegroeid tot een onhoudbaar hoog niveau. Zowel de belastingen als de overheidsuitgaven zijn onder de vorige regering verder gestegen.
Het enige waar de vivaldiregering wel in geslaagd is, is bewijzen dat België niet hervormbaar is. Een grondige arbeidsmarkthervorming, een pensioenhervorming en een fiscale hervorming waren noodzakelijk om dit land eindelijk op de rails te krijgen, maar grondige sociaaleconomische hervormingen doorvoeren, daar is de vorige regering nooit in geslaagd, ondanks de vele beloftes op dat vlak.
Onze conclusie is vandaag dat dit inderdaad een technische aanpassing is. Het is een actualisering op basis van een rapport van het Monitoringcomité, maar nog altijd gebaseerd op een begroting van de vivaldiregering die wij nooit goedgekeurd hebben. Het gaat om aanpassingen op die vivaldibegroting. De collega's van de N-VA hebben ondertussen in het licht van een toekomstige regeringsdeelname hun kar al lichtjes gekeerd naar een onthouding. Wij blijven echter consequent als het gaat over het veroordelen van het vivaldibeleid, het veroordelen van het begrotingsbeleid van de vivaldiregering. Wij zullen alle aanpassingen, maar ook alle voorlopige twaalfden die op de vivaldibegroting gebaseerd zijn, consequent wegstemmen.
De voorzitter: Bedankt, collega Vermeersch, ook voor het geuite optimisme over de vorming van een aanstaande regering.
17.12 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Mevrouw de staatssecretaris, ik wil kort repliceren.
U zegt dat als mijn fractie tegen de voorliggende begrotingsaanpassing zal stemmen, wij zogezegd tegen de ziekenhuizen stemmen. Sta me echter toe u eraan te herinneren dat juist mijn fractie in 2019 een amendement heeft ingediend voor het Zorgpersoneelfonds, waarvan uw fractie vond dat wij daarmee het geld door ramen en deuren smeten.
Ik kijk wel uit naar uw stemgedrag over de komende arizonabegroting. Als ik kan afgaan op berichten over de besprekingen tijdens die onderhandelingen, dan staan wij voor een zeer zware besparingsronde. Op het vlak van de pensioenen en ook de lonen gaat het echt om een aanval. Aan het recht op protest wordt getornd. Daarnaast staan ons effectief veel besparingen te wachten. De laatste tijd heb ik de indruk dat dit uw wildste droom is, aangezien u vaak aandringt op besparingen, onder andere in de gezondheidszorg. Recent hebt u op de radio meermaals de groeinorm van 2,5 % een Belgische bijzonderheid genoemd die u helemaal niet nodig vindt. Welnu, ik stel voor dat u eens een ziekenhuis bezoekt en aan het ziekenhuispersoneel zegt dat u vindt dat er nog vet in de soep is, zoals mevrouw De Knop het hier geformuleerd heeft. In de gezondheidszorg zit er inderdaad nog wat vet op, onder andere bij de farmaceutische industrie; daarover hebben we de vorige dagen nog gediscussieerd. Wij hebben in de Kamer een voorstel ingediend om de prijzen van geneesmiddelen te objectiveren. Het IMF heeft in zijn commentaar op de Belgische begroting gezegd dat er inzake geneesmiddelen best wel wat bespaard kan worden. Vanuit uw fractie heb ik daarvoor echter maar weinig steun gevoeld.
Laat het duidelijk zijn, nee, een kopie van de vivaldibegroting zullen wij zeker niet goedkeuren.
De voorzitter: Mevrouw de staatssecretaris, als u het woord vraagt, kan ik het u verlenen, maar u weet dat het laatste woord aan de parlementsleden toekomt.
17.13 Staatssecretaris Alexia Bertrand: Mijnheer de voorzitter, ik wil nog een praktische mededeling meegeven.
Het zal geen rapport van het Rekenhof zijn, maar een brief. Die zal veel korter zijn dan een rapport, dus ik denk dat het wel haalbaar zal zijn. De reden dat het pas op maandag beschikbaar zal zijn, is omdat de algemene vergadering van het Rekenhof pas maandag plaatsvindt en de brief dus niet eerder kan worden opgesteld.
De voorzitter:
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Discussion des
articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan van het wetsontwerp houdende de eerste aanpassing van de Middelenbegroting
voor het begrotingsjaar 2024. De door de commissie aangenomen tekst geldt
als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (449/3)
Nous passons à la discussion des articles du
projet de loi contenant le premier ajustement du budget des Voies et Moyens
pour l'année budgétaire 2024. Le texte adopté par la commission sert de
base à la discussion. (Rgt
85, 4) (449/3)
Het wetsontwerp telt 11 artikelen.
Le projet de loi
compte 11 articles.
Er werden geen amendementen ingediend.
Aucun amendement n'a été déposé.
De artikelen 1 tot 11 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 1 à 11 sont adoptés article par article.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan van het wetsontwerp houdende de tweede aanpassing van de Algemene
uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2024. De door de commissie aangenomen
tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (450/3)
Nous passons à la discussion des articles du
projet de loi contenant le deuxième ajustement du Budget général des dépenses
pour l'année budgétaire 2024. Le texte adopté par la commission sert de base à
la discussion. (Rgt 85, 4) (450/3)
Het wetsontwerp telt 16 artikelen.
Le projet de loi
compte 16 articles.
Er werden geen amendementen ingediend.
Aucun amendement n'a été déposé.
De artikelen 1 tot 16 worden artikel per artikel aangenomen, evenals de tabellen.
Les articles 1 à 16 sont adoptés article par article, ainsi que les tableaux.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Voorstellen
ingediend door:
Propositions
déposées par:
- 291:
Charlotte Verkeyn, Mireille Colson, Steven Vandeput, Joris Vandenbroucke,
Benoît Piedboeuf, Jean-Luc Crucke, Koen Van den Heuvel
- 156:
Dieter Vanbesien, Rajae Maouane, Staf Aerts, Meyrem Almaci, Petra De Sutter,
Sarah Schlitz, Matti Vandemaele, Tinne Van der Straeten, Stefaan Van Hecke.
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La
discussion générale est ouverte.
De heren Aouasti en Bayet, rapporteurs,
verwijzen naar het schriftelijk verslag.
18.01 Charlotte Verkeyn (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, het voorliggend wetsvoorstel voorziet in de verlenging van de regeling van 6 % btw voor de sloop en heropbouw van bestaande, reeds goedgekeurde projecten. Normaliter liep die regeling af op de laatste dag van 2024, maar wij voorzien in een verlenging tot 30 juni 2025. Ik hoop, samen met u, dat straks heel wat bouwheren en onze bouwsector opgelucht zullen kunnen ademhalen vanwege deze verlenging.
De maatregel was voorzien om onze economie en de bouwsector te ondersteunen. Wij hebben uitzonderlijke weersomstandigheden gekend, aanzienlijke regenval in het najaar van 2023 en het voorjaar van 2024, waardoor heel wat jonge gezinnen geconfronteerd werden met de dreiging dat hun allerlaatste facturen van die goedgekeurde projecten de deadline van eind 2024 niet zouden halen. Het huidig wetsvoorstel nr. 291 houdt rekening met die situatie van overmacht en zorgt ervoor dat wij enig soelaas kunnen brengen door een automatische verlenging. Zonder verdere formaliteiten kan iedereen met een goedgekeurd project straks hopelijk op beide oren slapen vermits zij dan nog tijd zullen hebben om hun facturen aan 6 % in te brengen tot en met 30 juni 2025.
Ik wil ook mijn collega's danken die dit wetsvoorstel nr. 291 gesteund hebben en een meerderheid hebben geleverd. Ik denk dan aan de heer Van den Heuvel, de heer Crucke, de heer Piedboeuf, de heer Vandenbroucke en uit mijn eigen fractie mevrouw Colson en de heer Vandeput.
Ik hoop dat wij straks goed nieuws kunnen brengen voor heel wat bouwheren en de bouwsector die op onze steun rekenen.
De voorzitter: Wij vernemen net dat het Rekenhof zijn advies morgen zal indienen.
18.02 Lode Vereeck (VB): Voor alle duidelijkheid, het wetsvoorstel voor de verlenging van de tijdelijke verlaging van de btw naar 6 % voor de afbraak en heropbouw van een woning werd in de commissie voor Financiën unaniem goedgekeurd, mevrouw Verkeyn, dus niet alleen met de oude of nieuwe meerderheid. Ook wij hebben dat voorstel goedgekeurd en we gaan dat straks opnieuw doen.
Het verlaagde btw-stelsel is destijds ingevoerd om de economische gevolgen van de coronacrisis, of meer correct de lockdowns, enigszins te temperen. De verlaging voor die bouwheren die hun eigen woning bouwen, zou permanent zijn geworden. Voor de bouwpromotoren is die tijdelijk. Het is de verlenging van die tijdelijke verlaging die hier op tafel ligt en die, zoals de collega net zei, zou worden ingevoerd wegens het slechte weer in het najaar van 2023 en het voorjaar van 2024.
Zoals gezegd hebben wij dit voorstel in de commissie goedgekeurd en zullen wij dat dadelijk opnieuw doen, maar wij wensen hier toch een kanttekening bij te plaatsen. Het tijdelijke, niet-permanente karakter van de verlaging voor de bouwpromotoren wordt in het verslag van de commissie gerechtvaardigd door budgettaire beperkingen – ik citeer: "het stevig herstel van de sector". Dat klopt niet. De sector kent een terugval, geen diepe terugval, maar van een stevig herstel is absoluut geen sprake. De bouwsector heeft te lijden onder de hoge hypothecaire rente, die is gestabiliseerd, maar nog steeds hoog is voor woonleningen; de stijging van de lonen door de automatische indexatie; en de hoge kosten van bouwmaterialen, ook gestabiliseerd maar nog altijd zeer hoog, onder meer wegens de verstoorde aanvoerlijnen door de oorlog in Oekraïne. Het gevolg laat zich raden. De sector kent veel faillissementen: 2.000 vorig jaar en 500 in de eerste helft van dit jaar, en de orderboeken zitten minder vol.
U hoeft mij natuurlijk niet te geloven, dus ik zal een citaat voorlezen uit de conjunctuuranalyse van de Centrale Raad van het Bedrijfsleven van de bouwsector van 9 juli 2024. "De woningbouw en de renovatiesector verkeren nog altijd in crisis in België. Hoewel de prijzen van bouwmaterialen en de rentevoeten zich hebben gestabiliseerd, beperken de huidige marktomstandigheden het uitzicht op een heropleving van de investeringen in de huisvesting."
Wij zijn geen voorstander van een tijdelijk, maar wel van een permanent en uniform tarief van 6 % voor de afbraak en de heropbouw van woningen, ongeacht het profiel van de bouwheer – particulier of bouwpromotor. Dat is goed voor de bouw en goed voor de economie. Het beperkt mijns inziens ook het risico op de zoveelste inbreukprocedure wegens fiscale discriminatie.
Laten we duidelijk zijn, dat weerhoudt ons niet om het voorstel zo dadelijk goed te keuren. Beter een vogel in de hand, dan tien in de lucht en dus beter een belastingverlaging in de hand, dan tien fiscale beloftes uit een supernota. Ik hoorde gisteren ook: "Beter een vogel in de hand, dan geen hand." Ik zeg: "Beter een belastingverlaging in de hand, ook al is het tijdelijk, dan helemaal geen belastingverlaging."
18.03 Benoît Piedboeuf (MR): Monsieur le président, on vient de faire la démonstration que, même en affaires courantes, le Parlement peut fonctionner et être attentif à venir au secours des citoyens et des entreprises en difficulté. Cette prolongation est une bonne nouvelle, que ce soit de la part des anciens partenaires ou des futurs. Nous avons agi dans le sens de l'intérêt de la population. C'est une bonne nouvelle et l'unanimité rajoute un petit peu de baume au cœur de tous ceux qui se disent que c'est impossible dans un pays comme le nôtre.
18.04 Lode
Vereeck (VB): Mijnheer de voorzitter, ik keek
uit naar wat het hoogtepunt van mijn dag zou zijn, namelijk uw welgemeende
felicitaties en het ceremoniële applaus voor mijn maidenspeech. (Hilariteit)
De voorzitter: Ik gun u dat ten zeerste, ware het niet dat men mij net op de hoogte heeft gebracht van het feit dat u al een uitgebreide parlementaire carrière achter de rug hebt. Ik ga ervan uit dat u in die periode wel al eens een betoog zult hebben gehouden. Als u zegt dat u vandaag voor het eerst in uw hele carrière het woord hebt genomen, dan verdient u een applaus, maar ik denk niet dat dat het geval is, vandaar de toepassing van de regel.
Het was in elk geval de eerste keer dat u een uiteenzetting hier in het halfrond hebt gehouden.
(Applaus)
(Applaudissements)
18.05 Kemal Bilmez (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, ik wil, ten eerste, nogmaals de steun van mijn partij uitspreken voor onderhavig wetsvoorstel. Ook al gaat het om een tijdelijke verlenging van het verlaagde btw-tarief in een heel specifieke sector en onder heel strikte voorwaarden, de maatregel laat een frisse wind waaien voor de betrokken huishoudens en bedrijven.
De btw wordt terecht omschreven als een belasting die een enorme impact heeft op het budget van de burger. Ik citeer uit het wetsvoorstel: "Een verhoging van het btw-tarief van 6 % naar 21 % kan al vlug leiden tot een meerkost van enkele tienduizenden euro's. Daar zijn het budget van de bouwheer of koper noch de kredietovereenkomst met de bank op voorzien." Wij zijn het eens met die opmerking. Wij betreuren echter dat die logica niet wordt toegepast op de btw in het algemeen. Zoals de bekende Franse econoom, Thomas Piketty, er ons aan herinnert, is de btw namelijk een belasting op consumptie. Zoals elke belasting op consumptie richt ze zich sterker op mensen met een laag inkomen, omdat zij elke maand proportioneel veel meer uitgeven van hun budget aan consumptie dan mensen met een hoog inkomen. Een huishouden met een inkomen dat tien keer hoger is dan het gemiddelde, verbruikt immers niet tien keer meer voedsel of medicijnen dan een even groot huishouden met een gemiddeld inkomen.
Daarom is het in de context van voorliggend wetsvoorstel tegenstrijdig dat alle hier aanwezige partijen de tekortkomingen van de btw erkennen, maar dat verschillende van die partijen bereid zijn, zoals blijkt uit een gelekte nota, de btw op voedsel en andere essentiële goederen te verhogen van 6 % naar 9 %; een rekening van meer dan 2 miljard euro, die zal worden betaald door de werkende klasse. Dat volgt op een ongekende stijging van de voedselprijzen in ons land. Volgens een heel recente studie van econoom Eric Dor was de stijging van de voedselprijzen in België de voorbije drie jaar groter dan in Frankrijk, Luxemburg en Nederland. Het is ongelooflijk dat in een dergelijke context de meeste hier aanwezige partijen bereid zijn de btw op voedsel te verhogen.
Daarom zullen wij het wetsvoorstel goedkeuren en ik roep alle aanwezige partijen op in de toekomst consequent te zijn met hun stemgedrag van vandaag en de btw op essentiële goederen niet te verhogen.
18.06 Jean-Luc Crucke (Les Engagés): Monsieur le président, je voudrais d'entrée de jeu remercier la collègue Verkeyn pour son initiative qui permet de trouver l'unanimité. C'est une proposition juste, car elle tient compte d'un élément factuel, la situation météorologique détestable que nous avons connue entre octobre 2023 et juin/juillet 2024. Le secteur de la construction était alors en difficulté pour simplement remplir ses missions et répondre à ses obligations. Cette proposition est également cohérente; le délai de six mois correspond dans le temps aux difficultés que je viens d'évoquer et couvre les chantiers jusqu'au 1er juillet 2024. Enfin, cette proposition est rationnelle, car elle donne la sécurité juridique à l'ensemble des contractants.
Sans ce vote, on aurait pu connaître un certain nombre de problèmes pour d'aucuns qui se seraient retrouvés devant les tribunaux civils dont on sait qu'ils sont déjà surencombrés. Pouvoir, avec cette proposition, éviter d'allonger les files d'attente pour un jugement, c'est une bonne chose mais c'est surtout éviter de nombreuses difficultés, des polémiques et des tracas.
Si nous soutenons cette mesure que j'ai contresignée, c'est en même temps pour donner un signal de confiance au secteur et lui rappeler que, pour nous aussi, ce qui importe, c'est ce qu'on a appelé la notion de durabilité dans les travaux. Il reste dans ce domaine beaucoup de travail à faire car on peut effectivement construire, ou abattre et reconstruire mais peut-être est-il encore plus difficile – et dès lors encore plus important – de faire de la rénovation avec des matériaux durables. Il y a là tout un chantier à organiser. J'espère que le secteur verra la confiance du Parlement – celle du groupe Les Engagés à tout le moins – pour aborder ces prochains défis de la même manière.
18.07 Jan Bertels (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, de Vooruitfractie zal het voorliggend wetsvoorstel, dat wij ook hebben ondertekend, voluit steunen. Het gaat immers over een verlenging van een maatregel die nodig is, zowel voor wie werkt in de bouwsector als voor wie renovatie- en/of bouwwerken uitvoert. Het is een goede zaak dat het Parlement het vertrouwen herstelt dat die mensen hebben gesteld, maar dat niet bewaarheid geworden is door uitzonderlijke regenval.
18.08 Koen Van den Heuvel (cd&v): Mijnheer de voorzitter, hetzelfde geldt voor de cd&v-fractie. Wij steunen heel enthousiast de tijdelijke verlenging. Dat is trouwens al heel lang een bekommernis van onze fractie, want het was collega Smaers die dat al bijna tien jaar geleden heeft aangekaart. In de vorige legislatuur is dat eindelijk gerealiseerd en het is goed, om de redenen die de collega's daarnet hebben vermeld, dat de regeling wordt verlengd. Wij steunen dat met enthousiasme.
Bovendien willen wij ook heel duidelijk aangeven dat dit voor ons geen eindpunt is. Wij hopen dat de tijdelijke verlenging zal worden bestendigd in een bredere fiscale hervorming. In het Vlaams regeerakkoord hebben de drie Vlaamse partijen die nu deel uitmaken van de Vlaamse regering hierop trouwens al een voorafname gedaan en wij hopen dan ook om deze maatregel te bestendigen in een brede fiscale hervorming in een – hopelijk – toekomstig regeerakkoord.
18.09 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Collega’s, de Ecolo-Groenfractie zal dit voorstel uiteraard steunen.
Gisteren werd bekend dat er dit jaar een recordhoeveelheid neerslag is gevallen en december is nog niet eens begonnen. Bovendien viel die neerslag in minder dagen en dus telkens met bakken uit de hemel. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veel bouwprojecten vertraging hebben opgelopen. Het zou daarom niet correct zijn om die projecten fiscaal te straffen om redenen buiten iemands wil om. Dit is ontegensprekelijk overmacht. Dit voorstel is dan ook totaal niet ideologisch getint, maar gewoon ingegeven door gezond verstand. Om die reden werd het dan ook unaniem goedgekeurd in de commissie.
Collega’s, ik zal voor het verslag toch nog even mijn ongenoegen uiten over de manier waarop dit wetsvoorstel werd behandeld.
Onmiddellijk na de installatie van dit Parlement heb ik dit voorstel ingediend. Bij de eerste mogelijkheid, namelijk de eerste plenaire vergadering van deze zitting, op 19 september, heb ik hier in het halfrond het voorstel toegelicht en de urgentie gevraagd. Dat deed ik niet alleen omdat deze regeling voor 1 januari moet worden goedgekeurd, aangezien de overgangsperiode tegen dan afloopt, maar ook om de bouwsector en de mensen die met een bouwproject bezig zijn zo snel mogelijk gerust te kunnen stellen dat zij uitstel zullen krijgen.
De arizonapartijen hebben de urgentie toen verworpen. Zij meenden immers dat dit probleem niet hoogdringend was. Ik heb mijn voorstel vervolgens geagendeerd op de eerstmogelijke commissievergadering van de commissie voor Financiën. Wat bleek? Intussen hadden de arizonapartijen hetzelfde voorstel ingediend en geagendeerd, zij hadden het licht gezien. Dat was frustrerend voor mij, maar goed, dat is nu eenmaal politiek.
Toen ik de indieners vroeg of ik op zijn minst mijn handtekening onder hun voorstel mocht plaatsen, als erkenning voor mijn werk met betrekking tot deze problematiek en aangezien ik misschien heb geholpen een vonkje te doen overslaan bij Arizona, werd mij dat ook geweigerd. Mevrouw Verkeyn kreeg daarnet op het spreekgestoelte mijn naam niet over haar lippen. Alle arizonaondertekenaars werden vernoemd, maar deze jongen niet en dat betreur ik. Als we voor niet-ideologische onderwerpen immers al deze politieke profilering zien, wat voorspelt dit dan voor de toekomst?
Het is ook jammer voor de bouwsector en voor de bouwheren die zich in die onduidelijke situatie bevinden. Tot vandaag leven zij met de onzekerheid wat er vanaf januari zal gebeuren. Vandaag zullen wij die onzekerheid voor hen wegnemen, maar dat hadden we al enkele weken eerder kunnen doen. Ook zij zijn daarvan het slachtoffer.
Collega’s, ik wil u geruststellen. U hoeft zich over mij geen zorgen te maken, ik ben er al lang over. Uiteindelijk is het het resultaat dat telt. Hopelijk kunnen we de komende jaren iets constructiever met elkaar samenwerken. We zullen het voorstel volop steunen.
De voorzitter: Het zal u niet verbazen, collega Vanbesien, dat ik uw pijn deel. Die tekst roept bij mij herinneringen op aan de vorige legislatuur.
18.10 Charlotte Verkeyn (N-VA): Mijnheer Vanbesien, in het begin van uw betoog gebruikte u een heel belangrijk begrip: het gezond verstand. De mensen verwachten veel meer gezond verstand van ons wanneer we beleid voeren. Ik heb dat proberen toe te passen.
In commissie hebben we inderdaad een discussie gevoerd over de volgorde van indiening. Als u uw gezond verstand gebruikt, weet u dat we niet hebben kunnen afkijken. Met slechts luttele dagen verschil werden de drukproeven ingediend. Het enige verschil was dat ik een andere werkwijze heb toegepast om mijn voorstel er ook vroeger door te krijgen opdat het op tijd zou komen. Die werkwijze bestond erin een meerderheid te zoeken. Op de tijdlijn kunt u zien dat wij het voorstel op 2 oktober hebben ingediend, maar dat onze drukproef al klaar was op 22 juli. We wilden het voorstel er zo snel mogelijk door krijgen.
U hebt gezegd dat u er ondertussen over bent. We hebben die discussie al gevoerd. Er zijn volgens mij aan beide zijden no hard feelings en ik denk dat we allebei het einddoel voor ogen houden. We hebben trouwens een advies moeten opvragen. Uit dat advies bleek eigenlijk dat nr. 291 met betrekking tot die welbepaalde situatie veel duidelijker was geschreven en dat het een kwestie was van een loutere verschuiving van de financiën zonder impact op het budget. Ik wil toch die verduidelijking geven.
Ik begrijp uw gevoelens en hoop u met een volgend voorstel een zakdoek te kunnen geven daarvoor.
De voorzitter: Aangezien deze woorden in het verslag worden opgenomen, zijn ze voor de eeuwigheid in steen gebeiteld.
18.11 Reccino Van Lommel (VB): Mijnheer de voorzitter, ik kom even terug op de selectieve verontwaardiging van collega Vanbesien, die bijna aandoenlijk was.
Hij moet de hand toch eens in eigen boezem steken. Ik herinner mij dat toen in de vorige legislatuur de coronacrisis uitbrak en het Vlaams Belang vrijwel meteen een voorstel van resolutie indiende om de horecaondernemers te ondersteunen, hij daar niet verder op wilde werken. Het betrof nochtans een niet-politiek geladen onderwerp dat op dat moment heel het Parlement bezighield. Hij verklaarde toen dat het voorstel door het hele halfrond moest zijn gedragen en alle partijen mochten tekenen, behalve de onze.
Nu komt hij hier klagen dat zijn naam niet wordt vermeld. Hij voelt zich bijna gekrenkt in zijn eer en ziet zichzelf als slachtoffer. Hij moet consequent zijn. Als hij in de toekomst nog eens van plan is om ons op een gelijkaardige manier te behandelen, dan neem ik aan dat wij hem dan daarop mogen wijzen.
18.12 Dieter Vanbesien (Ecolo-Groen): Mijnheer Van Lommel, ik weet nu hoe u zich vaak voelt. Ik deel een beetje uw pijn.
De voorzitter:
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Discussion des
articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (291/3)
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (291/3)
Het wetsvoorstel telt 3 artikelen.
La proposition de
loi compte 3 articles.
Er werden geen amendementen ingediend.
Aucun amendement n'a été déposé.
De artikelen 1 tot 3 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 1 à 3 sont adoptés article par article.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La
discussion générale est ouverte.
Mevrouw Thémont, rapporteur, verwijst naar
het schriftelijk verslag.
19.01 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, het is trouwens 'assurance' (Mevrouw Van Bossuyt spreekt het uit in het Engels.) in de titel, niet 'assurance' (Mevrouw Van Bossuyt spreekt het uit in het Frans). Maar goed, what's in a name?
De voorzitter: Assurance (De voorzitter spreekt het uit in het Frans.) of assurance (De voorzitter spreekt het uit in het Engels.)… Ik verzeker u dat ik naar u luister.
19.02 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Collega's, het spreekt voor zich dat wij voorstanders zijn van duurzaam ondernemen. Wij moedigen natuurlijk ook initiatieven aan, zeker op Europees niveau, om het level playing field te behouden dat duurzaam ondernemen bevordert.
Wat hier voorligt, is een omzetting in Belgische wetgeving van een Europese richtlijn die opnieuw heel wat administratieve verplichtingen en lasten zal meebrengen voor onze ondernemingen inzake rapportage. Heel veel ondernemers zeggen ons echter dat ze op de duur meer bezig zijn met administratie dan met wat ze eigenlijk willen doen, namelijk ondernemen.
Een tijd geleden stond er een artikel in De Tijd waarin gemeld werd dat de vereiste investeringen in duurzaamheid de Belgische bedrijven ruim 38 miljard euro zouden kosten. Dat is toch een gigantisch bedrag. Er werden nog cijfers genoemd. Slechts 8,9 % van onze Belgische bedrijven zou zich al verregaand hebben aangepast aan de nieuwe opgelegde eisen. Twee derde heeft dat nog maar gedeeltelijk gedaan. Dat zijn toch allemaal cijfers die we absoluut niet mogen negeren. Daarnet hebben we nog een debat gehad over onze Europese industrie naar aanleiding van de beslissingen van ArcelorMittal. Amerika innoveert, China produceert en Europa reguleert. Dit is hiervan opnieuw een mooi voorbeeld.
Maar goed, het gaat om een Europese richtlijn en die moeten nu eenmaal worden omgezet in Belgische wetgeving. Vandaar dat wij niet zullen tegenstemmen.
We zijn nu eenmaal verplicht om het te doen en het is ook belangrijk voor onze ondernemingen dat er rechtszekerheid is. Via verschillende amendementen hebben we wel verbeteringen kunnen aanbrengen in de manier waarop de richtlijn wordt omgezet in onze Belgische wetgeving teneinde de lasten voor onze kmo's zo laag mogelijk te houden. We hebben vermeden dat ze onevenredig veel informatie zouden moeten geven en de vragen naar de assurance van de duurzaamheidsinformatie zullen ook zo beperkt mogelijk zijn. Desalniettemin zullen zij de druk voelen te investeren om aan de administratieve verplichtingen te voldoen.
Om al die redenen zal onze fractie zich onthouden.
19.03 Reccino Van Lommel (VB): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik denk dat het wetsontwerp dat vandaag voorligt opnieuw een voorbeeld is van de opgedrongen Europese regelneverij die onze economie verstikt op een of andere manier.
Vandaag is het in Vlaanderen al moeilijk genoeg voor ondernemingen, in dit geval grote ondernemingen, om te ondernemen. Ik vermoed dat niemand een probleem heeft met duurzaamheid op zich. Ik denk daarbij aan de strijd tegen greenwashing, die toch belangrijk is. Het is echter bijzonder waanzinnig te denken dat het mogelijk is op het vlak van duurzaamheid een volledige waardeketen in kaart te brengen. Het gaat hier niet alleen over de rapportering van de eigen duurzaamheidsprestaties van een bedrijf, maar ook over die van zijn klanten en zijn leveranciers. Als men het dan heeft over de leveranciers, hoever gaat men dan? Het gaat dan over de volledige waardeketen, tot in de kleinste details. Laten wij eerlijk zijn, er is geen enkel bedrijf dat daar de nodige garanties over kan geven. Het is ook bijzonder breed wat in kaart gebracht moet worden. Het gaat over allerhande onderwerpen, over het verleden en de toekomst, zowel kwalitatief als kwantitatief.
Ik meen dat wij in Europa bijzonder goed bezig zijn een ongelijk speelveld te creëren ten opzichte van de andere werelddelen. Onze Europese economie staat immers nu al meer onder druk dan de andere werelddelen.
Mijnheer de minister, ik zou veel liever wetsontwerpen en maatregelen zien die onze economie structureel versterken. Dat is uiteindelijk wat wij nodig hebben: structurele versterking, maar ook verankering. Ervoor zorgen dat wij ook in de toekomst in Vlaanderen nog grote bedrijven zullen hebben. Elke week opnieuw stellen wij echter vast dat er hoe langer hoe meer bedrijven verdwijnen.
Het zal vooral een impact hebben op grote ondernemingen omdat men ervan uitgaat dat daar meer slagkracht is om de administratie in kaart te brengen. Men heeft een aantal amendementen ingediend waarmee men de impact op de kmo's wil beperken. Dat is weliswaar een stap in de goede richting, maar indirect zullen de kmo's betrokken blijven en zullen zij informatie moeten leveren, wat hen heel wat tijd en energie zal kosten.
Tot slot wil ik ingaan op het feit dat die richtlijn eigenlijk al in januari 2023 in werking getreden is en dat we te laat waren. U zei dat we ondertussen al aangemaand werden door Europa. Daarmee staan we niet alleen, want zeventien lidstaten werden aangemaand. Dat zegt bijzonder veel, zoals we ook kunnen afleiden uit commentaren en besprekingen in andere landen. Die richtlijn wordt niet echt omarmd, Duitsland vraagt er zelfs een heronderhandeling over.
Mijnheer de minister, daarom heb ik u gevraagd waarom wij altijd heiliger moeten zijn dan de paus. Waarom voeren wij die omzetting slaafs uit, terwijl er bijzonder veel bezorgdheden uitgesproken zijn, ook door andere partijen in de commissie? Ik heb u gezegd dat wij helemaal niet zo braaf hoeven te zijn. We mogen gerust onze stoute schoenen aantrekken. Andere landen schuiven die omzetting op dit moment op de lange baan omdat zij er niet gerust in zijn. Waarom kunnen wij dat dan niet? Waarom moeten wij de termijnen wel respecteren?
Ik stel vast dat bij wetsontwerpen waar collega's een slecht gevoel bij hebben, zoals de nu voorliggende omzetting van die richtlijn in nationale wetgeving, de nodige gemakzucht aan de dag wordt gelegd met als argumentatie dat het van Europa afkomstig is, dat we niet anders kunnen en dat we het daarom uiteindelijk maar doorvoeren. Welnu, wij doen dat niet. Wij leggen ons niet zomaar neer bij wetgeving die op Europees niveau wordt beslist, al zeker niet als die een nadelig effect heeft op onze ondernemingen in Vlaanderen.
Daarom zullen wij vandaag consequent, zoals we ook in de commissie gedaan hebben, voorliggend wetsontwerp niet goedkeuren.
19.04 Annik Van den Bosch (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, de PVDA zal dit ontwerp steunen want het is een verbetering ten opzichte van hetgeen nu van toepassing is.
De voorzitter: Ik feliciteer u met uw maidenspeech in een debat over een wetsontwerp.
19.05 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, na de vorige twee sprekers te hebben gehoord, lijkt het wel het einde van de wereld, er werden zware woorden gebruikt. Nochtans gaat het hier over iets waar grote bedrijven zelf om vragen, namelijk een gelijk speelveld krijgen op het vlak van maatschappelijk verantwoord ondernemen. U hoort mij goed, grote bedrijven vragen vandaag zelf een gelijk speelveld met betrekking tot de rapportage van duurzaamheidsvereisten op sociaal, ecologisch en maatschappelijk vlak. Dat zijn de drie onderdelen van de Europese richtlijn en volgens mij is het een goede richtlijn, een mijlpaal op het vlak van duurzaamheidsrapportage.
Er bestaat heel veel duurzaamheidsinformatie. Er bestaat greenwashing. Er bestaat social washing. En er zijn bedrijven die voor zichzelf allerlei labels uitvinden om aan te geven dat ze maatschappelijk verantwoord bezig zijn. Misschien hebt u mijn vraag van daarnet gehoord over de investeringen in de bezette gebieden, in bedrijven die mee verantwoordelijk zijn voor vernielingen en mensenrechtenschendingen. Misschien is het dan zinvol om een kader te hebben dat de duurzaamheidsrapportage vergelijkbaar maakt voor iedereen.
Die richtlijn is een ongelooflijk belangrijke zaak. Het gaat over die transparantie, waarover wij heel vaak spreken, om te kunnen vergelijken. Wij willen consumenten een houvast kunnen geven, zodat ze niet worden bedot en zodat ze bedrijf A met bedrijf B kunnen vergelijken, zodat ze een goede vergelijking kunnen maken en niet moeten afgaan op wat een bedrijf zelf zegt. Met betrekking tot corporate responsibility, zijn er heel veel frontrunners, grote bedrijven zijn daarmee bezig. Die zijn expliciet vragende partij.
De aanvaarding van die richtlijn is een belangrijke stap, evenals de omzetting. Het gaat over grote bedrijven. Natuurlijk heeft dit een impact, zeker voor de vervuilendste of degene die zich het minst in regel stellen op sociaal en maatschappelijk vlak. Het gaat inderdaad over olie- en gasbedrijven. Het gaat over cementbedrijven. Daar zitten ook veel bedrijven bij die vandaag hun best al doen en die graag willen dat dit zichtbaar is op een of andere manier, op een vergelijkbare manier, zodat hun klimaattraject, hun sociaal traject en hun maatschappelijk traject zichtbaar en herkenbaar is.
Dat betekent dus vooruitgang, maar de teneur daarnet was kommer en kwel; een heel andere toon dan in de commissie. Het is absoluut belangrijk dat bedrijven aan sterke duurzaamheidsrapportage doen. Dat brengt natuurlijk wel extra verplichtingen met zich, maar het zijn de grote bedrijven zelf die ons vandaag vragen om snel werk te maken van de omzetting. Het creëert zekerheid voor hen en ze achten het nodig om die stappen te zetten, zodat zij concurrentieel kunnen zijn in andere aspecten dan louter de winstgedreven aspecten van vandaag. Ik sta dus absoluut achter de omzetting.
Ik heb in commissie ervoor gewaarschuwd dat de administratieve rompslomp niet mag overslaan op kmo's en bedrijven die niet onder de richtlijn vallen en daarvoor werden er amendementen ingediend en goedgekeurd. Wij moeten die kmo's inderdaad beschermen. De regeldrift die de grote bedrijven treft die wel onder de toepassing vallen, mag niet hun deel worden. Men mag daarbij echter het kind niet met het badwater weggooien. Het is belangrijk om de kennis en het bewustzijn van maatschappelijk verantwoord ondernemen te vergroten en tegelijk in een gelijk speelveld te kunnen werken. Daarom hebben we samen amendementen goedgekeurd om onze kmo's tegen overdreven – ik zal het dan maar zo benoemen – regelneverij te beschermen.
Vanuit een ecologisch, sociaal en maatschappelijk standpunt is de richtlijn een heel goede zaak. Hierdoor komt er meer transparantie op het vlak van de werknemersrechten, op het maatschappelijk vlak en op het vlak van onze leefomgeving en alles wat te maken heeft met klimaat en de verantwoordelijkheid van de bedrijven hierin.
Dit is een belangrijke stap vooruit. Ook al zijn we wat te laat, ik ben blij dat vandaag over onderhavig belangrijk, en wat mij betreft positief, wetsontwerp kunnen stemmen.
Ik hoop dat ik hiermee de angst die sommigen misschien om het hart slaat, kan milderen.
Ik deel de bezorgdheid dat de wettekst geen administratieve rompslomp om de administratieve rompslomp mag creëren, zeker voor onze kmo's. Groen heeft trouwens altijd die bezorgdheid gedeeld. Wij hebben samen nagedacht over hoe we daaraan tegemoet konden komen, gelet op een zekere vaagheid in de richtlijn zelf, en we hebben daar naar best vermogen een antwoord op geboden. De voorliggende tekst is echt een belangrijke stap vooruit voor bedrijven in Europa. De bedoeling van de richtlijn en de manier van aanpak is op zich goed. Er is zelfs een FAQ's-pagina gemaakt voor grote bedrijven om hen te gidsen. Onze bezorgdheid en onze waakzaamheid richting kmo’s en bedrijven die er niet onder vallen, is terecht. We hebben dat ook gedeeld en we zullen dat altijd verdedigen.
Het is goed dat we anno 2024 die stap naar een uniforme duurzaamheidsrapportage zetten, voor onze burgers, onze samenleving en ons klimaat, voor de rechten van werknemers en voor onze maatschappij in haar geheel.
19.06 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Collega Almaci, u begon uw betoog met te zeggen dat de vorige twee sprekers zware woorden gebruikten en spraken over het einde van de wereld. Ik voel me natuurlijk aangesproken, want u spreekt voortdurend over grote ondernemingen, maar ook kmo’s worden heel hard getroffen door die maatregel. U zegt vervolgens dat u die bezorgdheid deelt, terwijl Groen op Europees niveau, waar die richtlijn tot stand kwam, zei dat het allemaal niet ver genoeg ging en dat er veel te weinig bedrijven onder vallen.
U moet toch een beetje consequent zijn en af en toe ook wat dichter bij het werkveld gaan staan. Hebt u de vragenlijsten die de ondernemingen op basis van die richtlijn moeten invullen al gezien? Die zijn pagina’s en pagina’s lang en daarmee moeten die bedrijven zich bezighouden.
Mijn boodschap is dus om af en toe wat dichter bij de realiteit te staan, uit de groene bubbel te treden en te kijken wat die richtlijn op het terrein teweegbrengt. Dat verklaart de bezorgdheid die we hebben geuit over de kmo’s. Het is goed dat de amendementen er zijn, maar op Europees niveau zijn we volgens mij een stap te ver gegaan.
19.07 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Misschien hebt u pech, mevrouw Van Bossuyt, want ik heb mijn huiswerk gemaakt op Europees niveau. Ik weet wie heeft voorgestemd, en wie niet. U zou dat eens goed moeten bekijken. Ik weet dus ook wie voorstander is van die richtlijn. Dat zijn niet de minsten, het gaat ook om mensen uit uw partij. Ook de collega van de PVDA had daarover trouwens een vraag en ik heb die beantwoord in de commissie.
Wij als groenen vinden dat we verder moeten gaan. Wat als een bedrijf effectief aan greenwashing doet? Wat als een bedrijf effectief dingen verkondigt die in strijd zijn met de manier waarop het zijn werknemers behandelt? Wat moet er dan gebeuren? Zijn er dan sancties? Wat is het gevolg? Daarop geeft deze richtlijn geen antwoord. Daarom hebben wij in het Europees Parlement gezegd dat wie a zegt ook b moet zeggen. Als u hebt opgelet, hebt u ook in de commissie gehoord dat ik dat heb gezegd, in antwoord op de vraag van de collega van de PVDA. Ik heb gezegd dat er nog zal moeten worden bekeken, als men dit meent, wat het betekent als een bedrijf flagrant iets anders doet dan de rapportage voor ogen heeft. Dat is het aspect waarvoor wij, terecht, in het Europees Parlement hebben gevraagd om dit verder te bekijken. Wij hebben daar tegelijkertijd gezegd dat het niet de bedoeling kan zijn dat dit allemaal op de nek komt van degenen die niet onder de richtlijn vallen.
Voor de mensen die volgen, wil ik aangeven wat de bedoeling van de richtlijn is. De richtlijn viseert geen kmo's. Het gaat over grote, beursgenoteerde ondernemingen. Mocht er verwarring over bestaan, de richtlijn viseert kleine en middelgrote organisaties van openbaar belang, niet kmo's met een privé winstbelang. Het gaat over bepaalde niet-Europese ondernemingen, grote BV's, grote organisaties van openbaar belang, bijvoorbeeld banken en verzekeraars, maar niet de kmo's, zoals hier wordt geschetst. Ik ben het met u eens, ik heb dat meermaals gezegd, dat we hen moeten ontzien, dat zij niet het slachtoffer mogen worden. Daarom hebben we samen amendementen ingediend, die ook goedgekeurd zijn in de commissie. Stop met het beeld te scheppen dat de kmo's automatisch onder die richtlijn vallen. Grote bedrijven weten ook, ze worden ook gesensibiliseerd, dat dit niet de bedoeling kan en mag zijn. Wij hebben daarvoor onze omzetting. De minister zal dat hier straks ook wel verduidelijken. Wij hebben zelf ook heel erg duidelijk gemaakt dat dit niet de bedoeling is en dat we hopen dat Europa nog verder gaat in die verduidelijking. Wat we konden doen in de geest van de omzetting van de richtlijn hebben we ook gedaan met die amendementen. Daarin zult u in ons altijd een partner vinden.
Ik kom terug tot de essentie. Moet het verdergaan? Ja. Wat als een groot bedrijf niet correct is in haar duurzaamheidsrapportage of iets rapporteert dat niet met de feiten strookt? Wat gebeurt er dan? Ik vind dat een logische vraag, ook met het oog op de bedrijven die wel hun best doen. Daarom zijn wij vandaag vragende partij voor een snelle stemming en de omzetting van die richtlijn. Het grotere plaatje is soms ook belangrijk.
Dat gezegd zijnde, is het net de bezorgdheid van mijn fractie, die ik nogmaals expliciet verwoord, dat de kleine en middelgrote bedrijven die niet onder de richtlijn vallen, geen slachtoffer van de richtlijn mogen worden. Mijn globale gevoel is dus dat er een goede basis is die transparantie biedt en waarop de samenleving eindelijk kan bouwen. Laat ons daar nu op voortwerken en de richtlijn beter maken in plaats van ze niet om te zetten.
19.08 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, collega's, u weet dat mijn partij een groot voorstander is van de Europese gedachte, van de Europese Unie. We zijn trots dat we als land aan de basis liggen van de oprichting van de Europese Unie. We hebben ons ook geaccordeerd met de regels die dat met zich meebrengt, namelijk dat er een Europese wetgever is die wetten maakt die dan over het hele grondgebied moeten worden ingevoerd. Collega Van Lommel, wij hebben dus in die zin een verplichting om dit om te zetten en er is een deadline voor die omzetting. Dat is een verantwoordelijkheid die we niet zomaar kunnen ontlopen.
We zien de laatste jaren echter dat die Europese Unie steeds meer opschuift naar een regeldrift die niet meer houdbaar is. Waar het vroeger soms nog ging over grappige zaken, zoals of een komkommer wel recht en een banaan wel krom is, dan is wat hier vandaag voorligt geen grappige zaak meer. Dit is voor bedrijven bittere ernst. Dit kost hen veel geld en vergt veel tijd omdat zij het ondernemen moeten laten ten koste van het reguleren. Dat is niet langer houdbaar voor onze economie.
Mevrouw Almaci, u zegt dat dit alleen voor grote bedrijven is, dat de grote bedrijven daar om vragen. Ik behoor ook tot een partij die zichzelf moet heruitvinden, maar als Groen hier de komende jaren wetgeving zou voorstellen en erdoor zou proberen te duwen op vraag van de grote bedrijven, dan zou dat toch een heel onverwachte koerswijziging zijn.
Ik vrees dat we de kleine bedrijven, de kmo's, niet beschermd hebben met deze richtlijn en met deze wet. Deze richtlijn is une fausse bonne idée. Europa heeft met goede bedoelingen een ontwerp gemaakt, het Europees Parlement heeft met goede bedoelingen zijn goedkeuring gegeven en ook de Raad van Ministers heeft dat met goede bedoelingen goedgekeurd. Wanneer de bedrijven daarmee geconfronteerd worden, wanneer men ziet wat de gevolgen van de praktische uitrol daarvan zijn, dan ziet men echter dat de kmo's worden getroffen.
Wij hebben in de commissie met allerlei amendementen ons best gedaan om ervoor te zorgen dat de kmo's maximaal uit deze wetgeving worden gehouden. Ik ben ervan overtuigd dat we hen met succes uit deze wetgeving hebben gehouden, maar wat gaat er nu echt gebeuren in kmo-land België? Die grote bedrijven zullen grote consultants inhuren. Die laatsten zullen echt blij worden van die wetgeving. Zij zullen die rapporten opstellen, maar hopelijk niet uitprinten want dan is er weinig effect op het vlak van duurzaamheid. Zij zullen de grote bedrijven die willen rapporteren dat ze het qua duurzaamheid beter doen dan het jaar voordien, adviseren om aan de toeleveranciers – vaak kmo’s – te zeggen dat ze het beter moeten doen, dat ze moeten investeren in elektrische wagens, terwijl hun afschrijving van de vorige wagens nog niet rond is. Men zal het buiten de wetgeving contractueel regelen en de kleine en middelgrote ondernemingen treffen via die richtlijn die wij verplicht in Belgische wetgeving moeten omzetten.
Om die reden zal mijn fractie zich op dit wetsontwerp onthouden.
19.09 Reccino Van Lommel (VB): Collega, net als in commissie duidt u hier enerzijds de tekortkomingen van de voorliggende wetgeving. Anderzijds zegt u dat de richtlijn dwingend is en dat we ze verplicht moeten omzetten. Vandaag stellen we echter vast dat wij en zestien andere Europese landen de omzetting nog niet hebben doorgevoerd. Daar is een goede reden voor.
Duitsland wil de richtlijn zelfs niet omzetten, omdat het wil dat er over de richtlijn wordt heronderhandeld. We zouden aan hetzelfde zeel moeten trekken. Praat eens met uw Duitse collega’s, dan moeten we de richtlijn niet omzetten en kunnen we daarover heronderhandelen. De omzetting nu is immers een misstap, die is faliekant voor onze ondernemingen in Vlaanderen. U zegt dat we een kmo-land zijn. Dat klopt, want 70 % van onze ondernemingen zijn kmo’s. Zij worden het slachtoffer van die wetgeving.
Ik stel vast dat het uw partij was onder leiding van Guy Verhofstadt die altijd heeft gepleit voor meer Europa, meer geharmoniseerde regels en nog meer regels in onze wetgeving. Vandaag stelt u zelf vast dat wij daar het slachtoffer van zijn, dat die maatregelen niet op de leest van onze kmo’s geschoeid zijn. Ik ben blij dat u dat inziet. Misschien mag u dat nu zeggen omdat Verhofstadt weg is; het zou anders niet waar geweest zijn. We hebben in het verleden al zo veel debatten gevoerd over de Europese regelneverij en de nefaste gevolgen daarvan voor onze inwoners, onze consumenten en onze bedrijven. Het feit dat u nu zegt dat het geen goede wetgeving is terwijl u zich slechts zal onthouden, toont aan dat u niet consequent bent. U bent niet consequent, want als u die bedrijven werkelijk zou willen steunen, dan moet u vandaag tegenstemmen.
19.10 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer Van Lommel, u mag er zeker van zijn dat Open Vld nog steeds voor meer Europa en een beter Europa pleit. Ik zal niet alle erfzonden van mijn partij op mij nemen, maar toen de heer Verhofstadt eerste minister van dit land werd, was ik 14 jaar oud en mijn maatschappelijk engagement was destijds beperkt tot het voorzitterschap van de lokale Pokémonclub. U kunt van alles in mijn schoenen schuiven, maar dit echt niet. Open Vld is nog steeds voorstander van meer Europa, dat meen ik van ganser harte. Het Europees project is de beste garantie voor welvaart, maar niet zoals men dat vandaag uitvoert in het Berlaymontgebouw.
Wij hebben geen keuze om Europese wetgeving al dan niet om te zetten in nationale wetgeving. Het aantal landen dat te laat is met de omzetting ervan is irrelevant. Overeenkomstig de door België onderschreven Europese verdragen zijn wij al sinds de jaren 50 verplicht om deze Europese regelgeving om te zetten.
Zijn wij vragende partij en staan wij schouder aan schouder met iedereen die Ursula von der Leyen wil uitleggen dat dit moet veranderen en dat ze een met een nieuw voorstel naar het Europees Parlement moet trekken? Absoluut ja! Dit Parlement heeft echter bitter weinig keuze over wat het omzet, wanneer het iets omzet en hoe het dat omzet. Wij voldoen vandaag aan onze Europese verplichtingen en daar valt niet aan te tornen.
19.11 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Coenegrachts, ik heb een vraag op het niveau van waar het erom deed, het Europese niveau. Hoe heeft uw fractie in het Europees Parlement gestemd?
De voorzitter: Mijnheer Coenegrachts, u krijgt een rechtstreekse vraag.
19.12 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mevrouw Van Bossuyt, ik heb daarnet aangegeven dat het Europees Parlement, ook mijn partij, de richtlijn met de beste bedoelingen heeft goedgekeurd. De Raad van Ministers heeft de richtlijn goedgekeurd met de beste bedoelingen.
Mevrouw Van Bossuyt, het voortschrijdend inzicht is een werkelijk iets, ook bij de Europese Commissie en ook bij de zestien landen die de richtlijn nog niet hebben omgezet. Hebt u die stemmen al eens geteld? Indien die zestien landen tegen waren geweest in de Raad van Ministers, zou de richtlijn dan zijn goedgekeurd in beide kamers op Europees niveau? Nee, dat zou niet zijn gebeurd. Het voortschrijdend inzicht is dus doorheen heel Europa gegaan, ook bij ons en ook op de banken hier. Daarom zullen wij ons vandaag onthouden.
19.13 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer Coenegrachts, ten eerste, er bestaat geen tweekamersysteem op het Europese niveau. Ik ben lid geweest van het Europees Parlement. Er zijn drie instellingen: de Europese Raad, de Europese Commissie en het Europees Parlement. Er is geen tweekamersysteem. Het is echter op dat niveau dat de beslissingen moeten worden genomen en dat u dus had moeten doorduwen.
Onze fractie is consequent geweest. Wij hebben tegengestemd in het Europees Parlement, omdat wij toen inzagen dat het om veel te veel regels ging en wij met de richtlijn onze ondernemingen niet zouden vooruithelpen. Uw fractie heeft de richtlijn goedgekeurd. Misschien moet dat een belletje doen rinkelen in de toekomst.
19.14 Steven Coenegrachts (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, mevrouw Van Bossuyt, ik wens u daarvoor te feliciteren.
Echter, het overtuigende vermogen van uw vertegenwoordigers in het Europees Parlement was op dat moment niet heel erg groot. De uitslag was 60 tegen 525 stemmen. Dat bewijst dat het om une fausse bonne idée ging, dat met de beste bedoelingen is goedgekeurd in het Europees Parlement.
Wij willen geen les in Europees recht geven, maar wat in het Europees Parlement is goedgekeurd, gaat naar de Raad van Ministers, waarna het terugkeert. Op zich is dat dus een tweekamersysteem zoals wij dat hier ooit kenden met de Senaat. Het maakt niet uit. De richtlijn is in twee instellingen goedgekeurd en is voorgesteld door de Europese Commissie. De drie instellingen zijn nu, na voortschrijdend inzicht, niet meer zeker of de richtlijn wel een goed idee is.
Dat doet echter niets af aan het feit dat in de richtlijn een datum staat waarop zij moet worden omgezet en dat wij ons te houden hebben aan wat is goedgekeurd op Europees niveau.
19.15 Reccino Van Lommel (VB): Mijnheer Coenegrachts, u verwijst naar de periode waarin Guy Verhofstadt eerste minister was. Dat is inderdaad al heel lang geleden. Tot juni van dit jaar heeft hij echter deel uitgemaakt van het Europees Parlement en was hij altijd de grote pleitbezorger van meer Europa en van meer Europese regels die ingeschreven moesten worden in de nationale wetgeving.
U spreekt over voortschrijdend inzicht. Dat kan heel goed zijn, maar ook in het Europees Parlement zijn heel wat argumenten op tafel gekomen en is er ook gewaarschuwd voor de mogelijk nefaste gevolgen voor de vele ondernemingen in Europa.
U zegt bereid te zijn om te onderhandelen met von der Leyen om die richtlijnen te veranderen, maar vooralsnog moeten wij ze goedkeuren. Het is toch wel heel vreemd dat wij eerst alles slaafs omzetten in wetgeving, en dat wij onze grote ondernemingen verplichten aan allerlei rapportageverplichtingen te voldoen, om dan later de wet misschien opnieuw te veranderen. Is dat de rechtszekerheid die wij willen bieden aan onze economie? Is dat de rechtszekerheid die wij willen bieden aan onze grote bedrijven, terwijl hoe langer hoe meer grote bedrijven hier sluiten en in China gaan kopen? Wel, als wij zo verder doen, hebben wij binnenkort geen grote industrie meer in Vlaanderen. Dat is wat er hier aan het gebeuren is.
Als men consequent is en bereid om mee aan de kar te trekken in Europa, zoals Duitsland en andere lidstaten dat doen, dan keuren wij dit vandaag niet goed. Het kan zijn dat wij dan onze middelvinger opsteken naar Europa, maar dan is dat verdorie wel een duidelijk signaal dat wij de regelneverij die vandaag voorligt, niet langer pikken, en dat wij die niet willen implementeren in onze nationale wetgeving. Dat moeten wij doen.
Dit ontwerp gewoon slaafs goedkeuren en doen alsof er niets aan de hand is, en onze ondernemingen straffen, nee, dat kunnen en mogen wij niet doen!
Schrap uw onthouding dus en stem gewoon tegen. U bent het niet eens met die richtlijn. Handel daar dan ook naar.
De voorzitter: Aangezien het voorliggend document een wetsontwerp is, geef ik het woord aan het bevoegd regeringslid.
19.16 Pierre-Yves Dermagne, ministre: Mesdames et messieurs les parlementaires, je vous remercie pour les éléments abordés cet après-midi en séance plénière qui sont globalement les mêmes que ceux que nous avons entendus en commission et qui se basent sur des objectifs et valeurs qui sont tout à fait légitimes. Mme Almaci les a rappelés.
Je pense effectivement que cette directive est un pas dans la bonne direction, sans minimiser – vous savez que je ne l'ai jamais fait, madame Van Bossuyt – la charge supplémentaire pour toute une série d'entreprises, singulièrement pour les petites et moyennes entreprises, même si elles ne sont pas directement visées par la directive et par le projet de loi de transposition qui, comme je l'ai présenté en commission, a suivi de manière fidèle le texte de la directive en levant même les trois options que le législateur européen offrait aux différents États membres.
Nous l'avons donc fait de manière raisonnable et de manière à tenir compte de la réalité vécue par nos petites et moyennes entreprises. Je remercie d'ailleurs les parlementaires qui ont porté et défendu les différents amendements qui ont été de nature à améliorer le texte.
Je veux également revenir sur le débat qui vient d'avoir lieu sur le rôle de l'Europe. Vous avez été plusieurs à rappeler, en évitant la schizophrénie politique, que l'Europe, c'est nous. L'Europe, ce sont nos formations politiques. Ce sont nos peuples. Ce sont des décisions que nous avons accepté de prendre, tout d'abord en renonçant à une forme de souveraineté, d'autonomie sur une série de compétences. C'est un choix que nous avons fait collectivement. Et je reste convaincu aujourd'hui, même si je suis critique à maints égards face à certaines politiques et orientations européennes de ces dernières années ou décennies, que c'était le bon choix. Ça le reste encore aujourd'hui face aux mouvements sur la scène géopolitique, aux tensions, aux menaces de guerres commerciales ou aux guerres commerciales qui sont d'ores et déjà présentes aujourd'hui. Notre unique planche de salut, ce sera l'Europe! Ce sera une meilleure intégration européenne, une Europe plus simple, plus lisible et plus efficace.
J'en termine en vous donnant un dernier chiffre et en citant Enrico Letta, ancien président du Conseil des ministres italien que, conjointement avec la présidence espagnole du Conseil de l'Union européenne, la présidence belge a eu l'honneur et le plaisir de désigner pour réfléchir, consulter et mener à la rédaction d'un rapport sur l'avenir du marché commun. Ce rapport a été rédigé conjointement avec Mario Draghi, autre ancien président du Conseil des ministres italien, qui se focalisait plus sur la compétitivité des économies des États membres et de l'économie européenne.
Enrico Letta a fait une pérégrination à travers les capitales européennes mais aussi en province, car il est important d'aller voir aussi ce qui se passe en dehors des capitales. Il y a notamment rencontré les représentants des PME européennes.
Ils sont partis d'un chiffre interpellant qui va sans doute tous vous étonner: "Seulement 17 % des PME européennes du secteur manufacturier exportent ou opèrent dans un autre pays de l'Union européenne. Comme les PME constituent l'épine dorsale du système économique européen, il est difficile de ne pas associer ces données au contexte plus général des problèmes que rencontrent nos économies aujourd'hui."
Aujourd'hui, la plus grosse difficulté pour nos PME et la raison pour laquelle elles exportent finalement peu ou sont relativement peu actives dans d'autres pays de l'Union européenne est clairement la multiplication des régimes légaux et des régimes fiscaux. C'est la galaxie des différentes réglementations et des différentes législations qui rend leur vie au quotidien de plus en plus complexe, faisant en sorte qu'elles ne peuvent pas bénéficier de l'énorme potentiel du marché commun. Je vous invite tous à méditer sur cette question.
Pour nos grandes entreprises et surtout pour les petites et moyennes entreprises, il ne faut pas moins d'Europe mais surtout plus d'Europe et mieux d'Europe!
19.17 Anneleen Van Bossuyt (N-VA): Mijnheer de minister, ik vind het fantastisch dat we hier toch een beetje een Europees debat kunnen hebben. Ik mis dat heel erg hier in de Kamer. Bedankt om dat aan te halen.
We moeten wel een onderscheid maken. We zijn het immers absoluut eens met de stelling dat de Europese Unie een meerwaarde heeft, maar het is niet zo dat men alles wat binnen de Europese Unie wordt voorgesteld moet goedkeuren omdat men lid is. We moeten daarin dus een onderscheid maken.
De interne markt is de hoeksteen van de Europese samenwerking. Ik denk dat heel wat continenten daarop jaloers zijn. Momenteel zijn we misschien iets minder het toonbeeld, maar het is toch iets unieks. Nergens anders bestaat iets als onze interne markt. We moeten die dan ook verder verdiepen en haar mogelijkheden gebruiken.
We moeten echter wel aandacht hebben voor de regeldrift. U citeerde Letta. Ik zou heel graag iemand uit uw eigen fractie citeren, die hier nu niet meer is, maar wel een lange geschiedenis heeft in dit Parlement: André Flahaut. In een van de laatste adviescomités voor Europese Aangelegenheden zei hij dat we in Europa absoluut op een andere manier met die regeldrift moeten omgaan omdat we onze industrie kapotmaken. Ik vond het zeer sprekend om dat van iemand van de PS te horen. Dat citaat wilde ik u niet onthouden. Laat ons dus zeker aan hetzelfde zeel trekken.
19.18 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, op het einde van dit debat blijkt welke de beloften, de realiteit en ook de struikelstukken van de CSR-richtlijn zijn, namelijk een duurzaamheidsrapportage. Ik wil in die context wijzen op een internationaal onderzoek van PricewaterhouseCoopers. Men kan allerlei zaken beweren, maar het is ook belangrijk om uitspraken te staven. In dat onderzoek zeggen de bedrijven zelf dat de rapportage volgens de Corporate Sustainability Reporting Directive tastbare voordelen oplevert.
19.19 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Voor PricewaterhouseCoopers zelf, bedoelt u?
19.20 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Nee, voor de bedrijven die ondervraagd zijn. Soms is het wel belangrijk om aan te geven dat Europa niet zomaar met wat onnozelheden bezig is. De rapportage levert tastbare voordelen op, ook al worstelen organisaties met de krappe tijdslijn. Daarover hebben we eerlijk overlegd en wat we zelf konden verbeteren, hebben we dan ook verbeterd.
Het is wel degelijk – dit heb ik daarnet niet gezegd – voor investeerders, consumenten en werknemers een belangrijke stap voorwaarts, omdat zij op een vergelijkbare basis een inkijk krijgen in de niet-financiële prestaties van een bedrijf. De richtlijn heeft impact en heel veel bedrijven zijn zelf vragende partij.
Mogelijk herhaal ik mezelf, maar ik hoop dat we onthouden dat het niet zomaar om wat administratie gaat, wel dat het echt de bedoeling is om stappen vooruit te zetten in een domein waar ook veel kansen liggen voor het bedrijfsleven zelf. Wij willen erover waken – daarvoor kunt u bij ons terecht – dat het geen waterval betekent voor de kmo's, maar dat het ook voor hen meer kansen genereert.
19.21 Steven Coenegrachts (Open Vld): Het rapport van PwC doet mij denken aan reclame voor WC-Eend: wij, bij WC-Eend, raden WC-Eend aan. In dit geval, wij, bij PwC-eend, raden PwC-eend aan. De instantie die de rapporten moet schrijven, is voorstander van de wet die de rapporten oplegt; dat lijkt mij nogal logisch. Het bewijst nogmaals dat de Europese richtlijn vooral bedoeld is voor de grote bedrijven en voor wie goed rapporten kan schrijven.
19.22 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen): Het is een onderzoek, een bevraging bij bedrijven. U kunt alle bedrijven apart beginnen op te sommen en zeggen waarom zij geen gelijk hebben. Zij geven aan dat het voor hen kansen biedt.
Mag ik u eraan herinneren dat Renew Europe deze onderhandelingen in het Europese Parlement heeft geleid? Dit komt dus uit liberale hoek. Mevrouw Van Bossuyt heeft gelijk. Het is bizar. U hoeft niet zo ver te gaan als Verhofstadt. Het is echt niet zo lang geleden. Het is twee jaar geleden. Zij hebben dat gedaan omdat heel veel bedrijven zelf zagen dat er bedrijven waren die niet rapporteerden, die slecht rapporteerden, die aan misleiding deden. Zij wilden vergeleken kunnen worden zodat het een concurrentieel voordeel wordt. Het is interessant om te zien dat die kansen vandaag niet meer gezien worden door Open Vld. Ooit was het anders.
De voorzitter:
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Discussion des
articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (416/8)
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (416/8)
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsontwerp betreffende de openbaarmaking van duurzaamheidsinformatie door bepaalde vennootschappen en groepen en de assurance van duurzaamheidsinformatie en houdende diverse bepalingen".
L’intitulé a été modifié par la commission en "projet de loi relatif à la publication, par certaines sociétés et groupes, d’informations en matière de durabilité et à l’assurance de l’information en matière de durabilité et portant dispositions diverses".
Het wetsontwerp telt 120 artikelen.
Le projet de loi
compte 120 articles.
Er werden geen amendementen ingediend.
Aucun amendement n'a été déposé.
De artikelen 1 tot 120 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 1 à 120 sont adoptés article par article.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Voorstel ingediend
door:
Proposition
déposée par:
Axel Ronse,
Florence Reuter, Wouter Raskin, Denis Ducarme, Frieda Gijbels.
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La
discussion générale est ouverte.
20.01 Isabelle Hansez, rapporteur: Monsieur le président, je renvoie au rapport écrit.
20.02 Axel Ronse (N-VA): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik dank u om zo vriendelijk te zijn om dit wetsvoorstel vandaag toe te voegen aan de agenda.
Ik geef een kleine historiek. Twee jaar geleden heeft de vivaldiregering, met toenmalig vice-eersteminister Vincent Van Quickenborne, met heel veel bravoure de arbeidsdeal voorgesteld. Men ging alle problemen op onze arbeidsmarkt aanpakken, men ging fors hervormen op sociaaleconomisch vlak. Het ging over een vierdagenwerkweek en het recht op deconnectie. Bovendien ging men zorgen voor een leercultuur in dit land, alle bedrijven met meer dan 20 werknemers werden verplicht om minstens vijf opleidingsdagen aan te bieden aan hun werknemers. En die dagen moesten ook worden geregistreerd.
Registreren, registreren, registreren. Als ik tijdens bedrijfsbezoeken vraag wat ik kan doen, is het antwoord steevast dat ik ervoor moet zorgen dat ze minder moeten registreren. U kunt zich niet inbeelden wat bedrijven vandaag allemaal moeten registreren. Wij hadden het daarnet over de duurzaamheidsdoelstellingen. Men moet een duurzaamheidsplan opmaken en dat bijhouden. Dikke boeken op de bureaus. Handen in het haar. Nu komt er nog een registratie bij met betrekking tot alle opleidingen.
Ze moeten niet alleen registreren, het moet in de FLA-tool. Om de FLA-tool te kunnen gebruiken, moet men bijna hebben gedoctoreerd. Het is heel complex, heel ingewikkeld. De toenmalige regering, die nu in lopende zaken is, is in haar opzet geslaagd, want sinds die afkondiging zijn er immens veel opleidingen bijgekomen. Er zijn opleidingen voor hr-medewerkers over hoe men moet werken met de FLA-tool, over hoe men opleidingen moet registreren. Dat is fantastisch.
Collega Van Quickenborne, u bent erin geslaagd om in België een leercultuur te creëren, een honger naar opleidingen, om te leren werken met de tools om te registreren. Vandaag komt daar ongetwijfeld een duurzaamheidstool bij. Het is fantastisch.
Collega's, het is positief dat werknemers opleiding krijgen en dat wordt geïnvesteerd in een leercultuur. Hetgeen hier werd gecreëerd is echter een waar gedrocht. Dit gaat uit van wantrouwen in ondernemers, in wie werkt, spaart en onderneemt. Dat is een beetje de donkerrode draad doorheen het beleid van een blauwe regeringsleider de voorbije vier jaar. Wantrouwen en wereldvreemdheid. Men gaat ervan uit dat door verplichtingen en complexe tools alle problemen en uitdagingen in de wereld worden opgelost.
Wij hebben ons voorgenomen om de afschaffing hiervan meteen op tafel te leggen in deze legislatuur. Ik zal eerlijk zeggen dat wij er niet in zijn geslaagd om daarover een consensus te vinden binnen de arizonameerderheid. Er is wel in het Vlaams regeerakkoord geschreven dat aan de federale regering zal worden gevraagd om de tool af te schaffen. Dat staat erin.
Een aantal collega's zeiden dat daar Europese middelen van afhangen, maar wij zijn dat nagegaan en dat blijkt niet het geval. Collega Van Quickenborne heeft dat zelfs gevraagd aan de minister van Financiën en hij zei ook dat wij geen Europese middelen zullen verliezen als wij de tool afschaffen.
Pragmatisch als wij zijn, hebben wij echter beslist dat wij geen dwarslatjes zouden leggen onder de trein van economische hervormingen die met Arizona in gang kan worden gestoken. Daar wordt op dit moment keihard aan gewerkt. Wij willen die trein alle kansen geven. Daar zullen voorstellen in zitten die sinds 1999, het jaar waarin de liberalen aan de macht kwamen, ongezien zijn. U zult nogal verschieten van de economische hervormingen. Wij gaan echt mooie dingen doen, collega Gabriëls. U zult het zien, nog even geduld. Het zal sneller zijn dan 25 jaar liberaal beleid.
Er zal in ieder geval goed worden hervormd en dat willen wij niet hypothekeren. Pragmatisch als wij zijn, hebben wij ons dan ook ingeschreven in de amendementen van de collega's om te gaan voor een uitstel van de invoering, waarbij wij ervan uitgaan dat wat in het Vlaams regeerakkoord staat, de komende week ook wordt gehonoreerd en gerespecteerd en dat wij op termijn ook naar een afschaffing kunnen gaan, liefst voor april 2025, want het uitstel dat ter stemming voorligt, loopt tot begin april 2025.
Namens tienduizenden hr-medewerkers uit het hele land en namens heel wat ondernemers vraag ik u om unaniem in te stemmen met het uitstel van de FLA.
Collega Van Quickenborne, ik ben heel blij dat u kort het woord neemt. Ik wil u ook bij naam noemen. U bent de man die de FLA, als vice-eersteminister, mee hebt ingevoerd. U bent de man die nu aan minister Van Peteghem heeft gevraagd of daar Europese middelen van afhangen, maar u bent niet de man …
20.03 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): (…)
20.04 Axel Ronse (N-VA): U zei dat u dat aan de minister van Financiën had gevraagd.
20.05 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): (…)
20.06 Axel Ronse (N-VA): Aan wie dan wel?
20.07 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): (…)
20.08 Axel Ronse (N-VA): Aan de staatssecretaris voor Begroting.
Wel, collega Van Quickenborne, waarom hebt u op het moment van de invoering als vicepremier niet aan de staatssecretaris voor Begroting gevraagd of er Europese middelen van afhingen? Waarom hebt u het in godsnaam ingevoerd? Ik vind het bijzonder hypocriet dat u, die dit als voormalig vicepremier heeft ingevoerd, hier nu staat te toeteren voor de afschaffing, terwijl wij net degenen zijn die de wangedrochten van Vivaldi ontdoen van alle kwellingen en voor minstens een uitstel gaan.
Collega's van het Vlaams Belang, collega's Vereeck en Moons, ik dank u voor uw amendement en om het oorspronkelijke voorstel een warm hart toe te dragen. Dat is heel fijn, maar de sociaaleconomische voorstellen waaraan we nu werken willen wij absoluut niet hypothekeren. We gaan dus voor het uitstel en the best is yet to come.
20.09 Kurt Moons (VB): Mijnheer de voorzitter, collega's, collega Vereeck en ikzelf hebben amendementen ingediend op dit wetsvoorstel. Ik moet iets bekennen. Mijn amendementen zijn niet echt de mijne. Ik moet de intellectuele eerlijkheid hebben om ootmoedig toe te geven dat ik de inventiviteit van collega Ronse heb gebruikt.
Als nieuwkomer in dit hoog gezelschap was ik onmiddellijk enorm onder de indruk van de werkkracht van sommige collega's. Ik voelde me welkom en het was een beetje thuiskomen in een hardwerkende commissie voor Sociale Zaken. Ik kreeg de indruk dat men daar op zoek was naar meer efficiëntie in onze maatschappelijke instellingen. In combinatie met de zoektocht naar kostenbesparingen zouden die commissieleden ook het verdedigen van de belangen van onze ondernemingen en hun medewerkers steeds voor ogen houden.
Toen ik het wetsvoorstel tot opheffing van de wet van 20 oktober 2023 tot oprichting en beheer van de Federal Learning Account (FLA) voor de eerste keer onder ogen kreeg, leek dit mijn initieel gevoel en overtuiging te bevestigen. Het voorstel van 19 september 2024 van de heer Axel Ronse overtrof zelfs mijn stoutste verwachtingen! Veel duidelijker kon het niet worden verwoord. Er waren immers maar drie artikelen.
Het eerste is een wettelijk geplogenheid in dit Huis, en dus niet te vermijden, en stipuleert dat de wettekst een aangelegenheid regelt bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. Het tweede artikel was ook zeer eenvoudig en zegt met 17 woorden – ik heb ze geteld – dat de wet van 20 oktober 2023 tot oprichting en beheer van de Federal Learning Account wordt opgeheven. Dat is toch mooi? Het derde artikel leek me ook heel logisch. Er zou immers een koninklijk besluit ter uitvoering van het artikel uit de op te heffen wet ook afgeschaft worden. Het artikel luidt als volgt: "Het koninklijk besluit van 12 mei 2024 tot uitvoering van artikel 15, paragraaf 3, van de wet van 20 oktober 2023 betreffende de oprichting en beheer van de Federal Learning Account wordt opgegeven." Perfect dus, nietwaar?
20.10 Axel Ronse (N-VA): Ik begin te blozen bij zo'n mooie laudatio. Het is genoeg hoor voor mij.
De voorzitter: Blijkbaar moet het beste nog komen.
20.11 Kurt Moons (VB):
Kortom, het eerste wetsvoorstel voor mij om erover te stemmen, is er eentje om
in te kaderen.
Vanuit mijn politiek engagement om de instellingen te optimaliseren ten gunste van onze burgers vond ik het verbazingwekkend goed uitgebalanceerd. Onverlaten hadden me namelijk ingefluisterd dat er steeds een langzaam en langdurig proces vooraf ging aan nieuwe wetsvoorstellen en wetsontwerpen. Maar kijk, al die vooroordelen over de politieke besluitvorming werden onmiddellijk uit mijn hoofd verbannen.
Het betreffende wetsvoorstel betrof de opheffing van een nieuwe ICT-tool die bedrijven zouden moeten gebruiken ter facilitering, beheer en registratie van individuele en sectorale opleidingsrechten en -kredieten. Laten we duidelijk zijn: het Vlaams Belang ontkent natuurlijk niet het grote belang, zowel voor werkgevers als werknemers, van een permanent en kwalitatief opleidingsbeleid. In een snel evoluerende wereld zijn lerende organisaties immers de voortrekkers en overlevers.
Weer eens een nieuwe registratie- en controletool, dat was wel andere koek. Ik kon zelfs de verantwoording van het wetsvoorstel ook volledig onderschrijven. Zo werd gesteld dat de FLA had moeten bijdragen tot een weldoordacht opleidingsbeleid voor ondernemingen, maar dat dit helaas vooral een controle-instrument was geworden met weinig visie en meerwaarde. Verder was de tool ook administratief belastend en niet klaar voor een soepele implementatie. Die argumentatie liet niets aan duidelijkheid te wensen over. Opleidingsverstrekkers konden niet in de FLA worden geregistreerd en de tool was gebaseerd op onduidelijke wetgeving en onwettige interpretaties. De wet voorzag in de retroactieve inwerkingtreding vanaf 1 januari 2024. Voorstellen tot vereenvoudiging van de tool kregen geen gehoor en het only-onceprincipe werd niet maximaal ingezet. Er was amper een pilootproject voorzien, er was geen enkel begrip of geen enkele tegemoetkoming voor de complexiteit, de kosten en de administratieve lasten voor de ondernemingen. Ten slotte ontbrak ook elke responsabilisering van de werknemer in zijn opleidingskansen.
De verantwoording eindigde met de woorden dat in die omstandigheden het wenselijk was de verdere invoering van de Federal Learning Account stop te zetten, aldus collega Ronse. Daar kon ik mij volledig in vinden, in dat typevoorbeeld van wetgeving op basis van gezond verstand. We zouden immers geen twee, maar verschillende vliegen in één klap slaan. Ten eerste zouden we wetgeving verwijderen waarvan de uitvoering onwerkbaar bleek. Ten tweede zouden we nieuwe regeltjes en aanzienlijke administratieve lasten voor de ondernemingen vermijden. Ter informatie kan ik u meegeven dat we de lasten voor de ondernemingen momenteel inschatten op 73 à 104 miljoen euro per jaar. Ten derde zouden extra beheerskosten voor de overheid vermeden worden. Die worden nu begroot op 7,6 miljoen euro. Ten vierde zou het vooral weer vertrouwen geven aan het vrij en verantwoord ondernemerschap.
Zo kon de Vlaams Belangfractie dat uitstekend initiatief mee ondersteunen. Alles goed en wel. Maar helaas, driewerf helaas! Hoe naïef kon ik zijn? Een logisch en eenvoudig voorstel, een weldoordachte no-brainer, een no-strings-attachedvoorstel werd een aantal weken later uitermate professioneel verknoeid. Mijn hooggeachte collega-initiatiefnemer Ronse slaagde erin plotsklaps amendementen in te dienen op zijn eigen wetsvoorstel. Hij werd pleitbezorger van uitstel in plaats van afstel. Toen brak mijn klomp. Wat zat daarachter? Werden er dan toch weer spelletjes gespeeld? Was dat de politique politicienne, waar ik van huiver, in praktijk gebracht? En ja, ik snuisterde door de amendementen in het administratieve kluwen en al snel werd duidelijk dat niet alleen de N-VA, bij monde van de heer Ronse, maar ook cd&v, de MR en Les Engagés de amendementen ter uitstel van FLA mee hadden ondertekend.
Een kleine lamp lichtte op in mijn bovenkamer. Zou het nu? Toen ik ontdekte dat in de navolgende amendementen ook Vooruit zich engageerde voor een uitstel in plaats van een afstel, werd het me duidelijk dat de arizonaonderhandelingen een belangrijke rol speelden in die voor mij volkomen verrassende wending in het dossier.
Collega Ronse heeft daarnet bevestigd dat bij bespreking in commissie het voorstel van naam veranderde: ‘Wetsvoorstel met het oog op een tijdelijk uitstel van de verplichting tot registratie binnen de Federal Learning Account’. Ik wil hierbij fijntjes opmerken dat een uitstel per definitie tijdelijk is. Anders is het, u raadt het, afstel. Collega Ronse sprak in termen van "zich pragmatisch opstellen", "meestemmen met uitstel om de partijen die onderhandelen over een regeringsvorming de tijd te geven om het debat over het bestaan van de FLA verder te zetten" of nog "het uitstel zal de onderhandelaars in staat stellen vooruitgang te boeken met het oog op de vorming van de volgende coalitie".
Toen tot conclusie werd gezegd dat er naar
een consensus moest worden gezocht om de lopende onderhandelingen alle kansen
te geven, was ik echt verbaasd. Ik heb immers het Vlaams regeerakkoord
2024-2029 tussen de partijen N-VA, cd&v en Vooruit van 30 september 2024
goed gelezen. Eén bepaling kon mijn goedkeuring wegdragen. Op pagina 26
staat geschreven en ik citeer: ʺVorming en opleiding is de exclusieve
bevoegdheid van de gemeenschappen. We vragen aan de federale regering om de
Federal Learning Account-tool te schrappen.ʺ Duidelijker kan het voor mij niet.
Me dunkt
dan toch dat al minstens die drie partijen voor afstel zijn eerder dan voor
uitstel. Ook de MR en Les Engagés kunnen zich blijkbaar vinden in de opheffing
van de FLA, want onder de hoofding ‘Arbeidsmarkt’ in artikel 26 van de
supernota van De Wever – ik weet niet meer welke versie – lezen we – ik
citeer: ʺWe schrappen de Federal Learning Account en de generieke regel
van vijf opleidingsdagen.ʺ Voilà. Waar ik me nog kan voorstellen dat in
de nieuw opgestarte arizonaonderhandelingen onder andere die schrapping van die
vijf generieke opleidingsdagen voor Vooruit zeer moeilijk zou kunnen liggen –
al weet men dat nooit bij Vooruit – zou die partij de schrapping van de FLA
toch niet moeten tegenhouden, aangezien ze op Vlaams niveau al akkoord was
gegaan.
Ik moet hier trouwens ook, geheel terzijde, heel ferm stellen dat onze fractie helemaal geen probleem heeft met de introductie van vijf individuele opleidingsdagen voor voltijds werkende werknemers in bedrijven met meer dan twintig werknemers.
Uit de door Open Vld ingediende amendementen op dit wetsvoorstel kunnen we ook concluderen dat ook zij ons amendement ter opheffing van de FLA genegen zullen zijn, gezien de verklaring dat de FLA het best zou worden afgeschaft.
Beste collega's, in de mate dat ik er mag van uitgaan dat er af en toe ook wel wat logica in de Belgische politiek te vinden moet zijn, hebben wij de redenering gevolgd dat er wel degelijk reeds een consensus bij de arizonapartijen is. Ze zijn allemaal voor de afschaffing van de FLA.
Tot in den treure hebben wij aan iedereen die het wilde horen laten weten dat het Vlaams Belang steeds constructief wil meewerken aan beleid dat gunstig is voor onze medeburgers. Daarom hebben wij als grootste oppositiepartij nu het initiatief genomen om het die arizonapartijen gemakkelijk te maken, en deze amendementen ter afschaffing van de FLA ingediend. Hierbij heb ik exact dezelfde bewoordingen gehanteerd als die van het initiële voorstel van de N-VA. Door hun goedkeuring kunnen die arizonapartijen ten minste al een duidelijk overeengekomen regeringsmaatregel van die Vlaamse regering en van de toekomstige arizonaregering onmiddellijk realiseren.
Het geloof in het politieke bestel zal aldus een opsteker krijgen, als partijen eindelijk de daad bij het woord voegen en een start nemen in de administratieve vereenvoudiging, toch een thema waar zowat alle partijen in de verkiezingscampagnes het over eens waren.
Ik denk dat we bij veel bedrijven in België
een zucht van verluchting zullen horen slaken als ze vernemen dat er al
minstens een administratief onding zal vervallen. Volgens ons is er dan ook
geen enkele reden om de afschaffing van de FLA niet goed te keuren. Of ben ik dan toch nog politiek naïef?
20.12 Florence Reuter (MR): Monsieur le président, chers collègues, mon groupe a l'habitude de faire plutôt preuve de pragmatisme et de bon sens. Le texte qui nous est présenté aujourd'hui est un exemple de bon sens. C'est un exemple de la volonté de ne pas infliger de contraintes supplémentaires à nos entreprises, dans un contexte économique difficile et bien illustré par mon collègue Axel Ronse tout à l'heure. Mais je serai plus calme dans mon intervention.
Nous avons obtenu un accord après des semaines de travail et malgré, il faut bien le dire, la flibuste de certains. Voilà pour la forme. Parlons un peu du fond. Je rappelle tout d'abord que la prolongation du délai d'entrée en vigueur, voire la suppression, comme il en a été question il y a un instant, du Federal Learning Account (FLA), ne remettent absolument pas en cause les cinq jours de formation obligatoire pour les travailleurs. Pour le MR, les jours de formation constituent un droit fondamental dans un marché du travail en pleine mutation, notamment sur le plan numérique et environnemental.
Ici, il est question du système d'enregistrement des formations qui doit être commun à toutes les entreprises. On sait que ce système a connu et connaît d'ailleurs toujours d'importants dysfonctionnements techniques, et que le FLA n'offre aucune sécurité juridique. Sur le terrain, cet outil s'avère particulièrement contraignant pour les entreprises, d'un point de vue administratif. Il faut rappeler également qu'il est perçu aussi comme un système de contrôle des employeurs, avec des sanctions à la clé. Effectivement, dans le contexte économique précité, ce n'est peut-être pas le moment.
Après de longues discussions et tergiversations, il est aujourd'hui proposé de reporter la mise en œuvre du système à la date du 1er avril 2025, un consensus finalement obtenu, car force est de constater que nous sommes encore loin d'un système opérationnel optimal. Notre position est évidemment de soutenir les entreprises, de ne pas alourdir encore la charge administrative. Nous sommes d'ailleurs favorables à la suppression pure et simple de ce système, dont nous avons d'ailleurs cosigné la proposition originelle.
Cette prolongation sera soumise au vote, en attendant un nouveau gouvernement qui tiendra compte de la réalité des entreprises dans un contexte économique où la compétitivité est essentielle. Je vous propose donc de laisser encore un petit peu de temps aux négociateurs.
20.13 Marie Meunier (PS): Monsieur le président, chers collègues, nous discutons ici d'un sujet important pour les travailleurs et les travailleuses, le droit individuel à la formation. Nous sommes dans un contexte où le marché du travail est dans une constante évolution, avec notamment l'arrivée de nouvelles technologies comme l'intelligence artificielle.
Cet outil a été mis en place pour répondre techniquement à une recommandation européenne qui date du 16 juin 2022. Lorsque des difficultés ont été soulevées – comme je l'ai déjà souligné en commission –, le ministre a pris des mesures pour y remédier. Il y a eu un travail d'adaptation et des ajustements ont été opérés afin de répondre aux préoccupations exprimées. Or, lors des discussions que nous avons eues en commission, l'agenda de certains groupes est apparu assez clairement: il s'agit de retarder la mise en œuvre de cet outil pour, in fine, chercher à s'en débarrasser. Nous l'avons encore entendu il y a quelques instants, et plusieurs fois aujourd'hui.
Au-delà de l'aspect fonctionnel, des conséquences budgétaires très concrètes se feront sentir si cet outil n'est pas mis en œuvre. Nous risquons en effet de perdre des moyens financiers alloués dans le cadre du plan de relance européen, si nous retardons encore cette mise en œuvre. Vous me direz que le futur gouvernement pourrait éventuellement réorienter ces fonds, mais la procédure est lourde et complexe, et cela démontrerait selon nous une gestion désastreuse des moyens publics. Dans un contexte où les négociateurs ne font que parler de bonne gestion, cette idée paraît tout à fait contradictoire.
La Commission européenne risque également de considérer que la Belgique ne respecte pas les engagements pris lors de l'élaboration du plan de relance, ce qui pourrait entraîner le blocage du versement des tranches qui doivent encore être payées.
Il nous semble que nous ne pouvons pas nous permettre de prendre de tels risques, car, en plus de nuire aux travailleurs, ce report compromettrait aussi la gestion des fonds européens et pourrait entraîner des conséquences graves pour d'autres projets tout aussi essentiels.
Pour toutes ces raisons, et sans surprise, mon groupe s'opposera clairement à cette prolongation.
20.14 Robin Tonniau (PVDA-PTB): Mijnheer de voorzitter, collega's, de Federal Learning Account is een moeilijke naam voor iets heel eenvoudigs: een geautomatiseerde online tool waar men zijn opleidingsdagen kan ingeven. In feite versterkt die de werknemersrechten en het levenslang leren. Het is eigenlijk het enige positieve wat uit de arbeidsdeal van de vivaldiregering gekomen is.
De heer Ronse sprak van een complex en ingewikkeld gedrocht. Ik heb op de site van SD Worx vijf minuten naar het filmpje gekeken en ik meen dat ik het nu in de vingers heb. Mijnheer Ronse, als de opleidingen van uw fractie moeten worden ingegeven, kan ik u komen helpen.
De arizonapartijen hebben onder druk van de werkgeversorganisatie, het VBO, besloten de registratieverplichting via de FLA uit te stellen. Voor onze collega's van de N-VA zou de FLA een administratieve nachtmerrie zijn voor de werkgevers. Nochtans staat er duidelijk op de site van het sociaal secretariaat SD Worx dat een groot deel van het proces wordt geautomatiseerd via Sigedis. SD Worx raadt zelfs aan het geautomatiseerde proces te volgen en de registratie van de opleidingsrechten niet manueel te doen.
Ik heb zelf nog in een fabriek met 500 werknemers gewerkt. Daar was men in staat om van alle werknemers de plaspauzes te registreren. Dat is niet wettelijk verplicht, maar dat deed men daar elke dag. Dat werd mooi in Excelfiles gegoten en elke maand konden wij in de teamvergaderingen met onze collega's vergelijken hoe snel iedereen naar het toilet kon gaan. Ik wil maar zeggen hoe ridicuul het is wat sommige werkgevers zichzelf opleggen.
Een ander voorbeeld: bij Volvo Cars Gent, met 7.000 personeelsleden, wordt elke arbeider die één fout maakt, geregistreerd via een automatisch systeem. Men steekt daar miljoenen in om de arbeiders te kunnen confronteren met elkaar: u maakte drie fouten per week, iemand anders maakte vijf fouten per week.
Nu zeggen dat de werkgevers die zulke regeltjes opleggen niet in staat zouden zijn om via een geautomatiseerde online overheidstool de opleidingsdagen van de werknemers bij te houden, is gewoon belachelijk.
Wat is dan de echte reden om de FLA niet in te voeren? Controle. De FLA is ook een belangrijk controlemechanisme.
Het VBO stelt letterlijk het volgende in een persbericht: "De Federal Learning Account is een louter administratief belastend vehikel, dat enkel en alleen ingevoerd wordt voor controle van de private onderneming, want via de FLA kunnen wij ook controleren of zij hun verplichtingen nakomen in functie van het recht op opleiding." Nu zijn we er. De werkgevers willen controle vermijden. Die controle is er niet zomaar. Een individueel opleidingsrecht kan pas echt bestaan, indien daarop ook controle is. De FLA werkt wel. De extra administratie die er zou zijn, is verwaarloosbaar en leidt tot een betere bescherming van het individueel opleidingsrecht van alle werknemers. Ook de vakbonden zitten op diezelfde lijn.
Het is bijzonder dat sinds de verkiezingen voorliggend wetsvoorstel het eerste is dat door de commissie voor Sociale Zaken geraakt. De arizonapartijen stemmen samen om de FLA uit te stellen. Dat is een voorproefje van wat Arizona zal betekenen voor ons en voor de werkende klasse. Met het voorstel kiezen zij duidelijk kant, namelijk de kant van het patronaat, dat zo weinig mogelijk controle wil. Als dat ten koste moet gaan van het individueel opleidingsrecht van werknemers, dan is dat maar zo. Ik herhaal dat het voorstel nog maar een begin is. Het is immers duidelijk dat Arizona een regering wordt voor het patronaat en de grootverdieners.
20.15 Isabelle Hansez (Les Engagés): Monsieur le président, chers collègues, le groupe Les Engagés défend le principe de la formation continue selon une perspective lifespan. Les opportunités de développement à travers les formations individuelles permettent une meilleure adaptation des travailleurs à un monde en pleine évolution, marqué par la numérisation croissante et l'intelligence artificielle, mais aussi par des restructurations et fermetures d'entreprises nécessitant une employabilité accrue pour faciliter la transition professionnelle.
In fine, les formations ont un impact important sur le processus motivationnel des travailleurs et, par là, leur épanouissement et bien-être au travail, un enjeu majeur aujourd'hui pour endiguer la hausse croissante des incapacités de travail pour cause de santé mentale.
Malheureusement, tous les travailleurs ne semblent pas égaux devant ce droit à la formation. Certains groupes de travailleurs pourraient en effet en être exclus. Je pense notamment aux moins qualifiés, à ceux dont les contrats sont précaires et aux plus âgés. De toute évidence, il faut exercer un certain contrôle pour s'assurer du respect de ce droit, sans pour autant ignorer les préoccupations des entreprises déjà confrontées à une surcharge administrative. On ne peut le nier.
Il faut donc un outil efficace minimisant le temps nécessaire aux entreprises pour l'encodage des formations. Le processus est en cours, mais nécessite encore des ajustements pratiques et techniques de l'application proposée. À de nombreuses reprises depuis mars 2024, les employeurs – souvent en front commun – ont tiré la sonnette d'alarme. Ceux-ci dénoncent une préparation insuffisante et incomplète, des questions sans réponse, des ambiguïtés qui n'ont pas été éclaircies, l'absence de respect envers le principe only once, le succès très relatif du projet pilote et le peu de feedback vers les partenaires sociaux.
Indépendamment de la nécessité ou non d'un instrument de contrôle des formations, la hâte avec laquelle le projet a été mis en place, dans la précipitation et sans avoir été mûrement réfléchi, ne se justifiait nullement et est inédite. C'est la raison pour laquelle nous demandons le report temporaire de l'enregistrement dans le Federal Learning Account au 1er avril 2025. Il n'est nullement question ici pour Les Engagés de revenir sur le droit à la formation, mais bien de soutenir une meilleure adaptation de la législation et une meilleure adéquation à la réalité des entreprises. Pour toutes ces raisons, nous soutiendrons la proposition de loi.
20.16 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, collega's, de wereld verandert, de werkvloer ook. Het zal u dan ook niet verbazen dat wij met Vooruit het individueel opleidingsrecht ondersteunen. Het gaat om recht op opleiding op de werkvloer, op de eigen job, maar het reikt ook verder. In de commissie voor Sociale Zaken hebben we spijtig genoeg al heel wat herstructureringen en bedrijfssluitingen besproken. In die context is het belangrijk dat het recht op opleiding ruimer gaat dan de eigen job, zodat werknemers voorbereid zijn op eventuele veranderingen in de maatschappij en, voor het geval dat nodig is, op een job bij een andere werkgever. Daarom staan wij helemaal achter het individueel opleidingsrecht van vijf dagen.
Het bestaan van het opleidingsrecht betekent nog niet dat het daadwerkelijk wordt toegepast. De cijfers zijn ons allen bekend. Zeker arbeiders, maar ook oudere werknemers, volgen die opleidingen minder dan gemiddeld. Ik erken weliswaar dat de weerstand van twee kanten komt. Enerzijds zien werkgevers het nut ervan niet in, anderzijds vragen werknemers zich af waarom zij nog opleidingen moeten volgen. Daarom moet naast de Federal Learning Account ook gewerkt worden aan sensibilisering, aan aanmoediging om die mensen ertoe aan te zetten opleidingen te volgen.
De Federal Learning Account is een automatische online tool die het recht op opleiding bijhoudt, maar ook controleert. Dat laatste aspect is van belang, net om een sprong hoger te maken, om mensen ertoe aan te zetten om effectief opleidingen te volgen. Wij vinden het heel belangrijk dat dit overeind blijft, omdat het individueel opleidingsrecht anders een lege doos wordt.
We begrijpen dat werkgevers op dit moment heel wat administratieve moeilijkheden hebben. De heer Tonniau hoor ik spreken over het patronaat, maar ik hoor die problematiek ook bij kmo's en de socialprofitsector. Vooral voor die laatste sector heb ik voor administratieve moeilijkheden wel begrip.
Vanuit dat idee, vanuit dat begrip voor die werkgevers, gaan wij ermee akkoord om de registratieverplichting in de Federal Learning Account uit te stellen tot april. Dat is het enige wat ik toesta. De reeds bestaande registratieverplichtingen blijven behouden, dus de huidige toestand blijft behouden. Het uitstel tot april betekent voor ons vooral een uitnodiging aan de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad (NAR) om terug rond de tafel te gaan zitten om te bekijken welke vereenvoudigingen aan de Federal Learning Account nog kunnen worden doorgevoerd. Als de NAR ons die bezorgt, kunnen we die meenemen in de onderhandelingen.
Voorzitter:
Florence Reuter, ondervoorzitster.
Président: Florence Reuter, vice-présidente.
Ik had ook graag aan minister Dermagne, die
helaas niet meer aanwezig is, een oproep gedaan. Ik doe het dan voor het
verslag. Ik dring erop aan dat hij communiceert over de beslissing, want alle
werkgevers moeten op de hoogte zijn van het uitstel tot april, en de Nationale
Arbeidsraad aanspoort om te beraadslagen en voorstellen te doen om het
instrument verder te vereenvoudigen, zodat het een goed controle-instrument
wordt voor het individueel opleidingsrecht (…)
20.17 Nathalie Muylle (cd&v): Mevrouw de voorzitster, collega's, het zal u niet verbazen dat ook wij voor het individueel opleidingsrecht zijn. Het was ook altijd het doel van de arbeidsdeal om niet alleen mensen aan het werk te krijgen, maar ze ook aan het werk te houden. Individuele opleiding is daarvoor cruciaal, des te meer omdat vandaag een heel grote groep werknemers veel te weinig kan gebruikmaken van individuele opleiding, vooral lagergeschoolden. Middenkaders en hogere kaders kunnen daar wel op bogen. Er is bovendien een groot verschil tussen sectoren. In sommige sectoren heeft men amper twee dagen per jaar en in andere 20 tot 25 dagen.
Wanneer de Hoge Raad voor Werkgelegenheid moet vaststellen dat vandaag vier op tien werknemers hun job niet kunnen uitvoeren, omdat ze niet over de competenties en vaardigheden beschikken om de job uit te voeren, en de steeds veranderende arbeidsmarkt constant nieuwe competenties vergt, dan kunnen we niet anders dan concluderen dat opleiding echt cruciaal is.
De feiten schragen trouwens de ambities. Uit onderzoek van Steunpunt Werk blijkt dat in Vlaanderen 49 % van de 25- tot 65-jarigen vorig jaar geen opleiding kreeg en dat 80 % dat niet erg vindt omdat ze te kennen geeft er geen nood aan te hebben. Als men dat plaatst naast de vaststelling dat 40 % daarvan zijn job niet kan blijven doen omdat zij onvoldoende vaardigheden zal hebben, dan is dat toch alarmerend. De verplichte individuele opleidingen zijn dus absoluut nodig. Dat is voor ons ongelofelijk belangrijk en was trouwens ook de doelstelling van Europa.
Het kan evenwel niet de bedoeling zijn om daarvoor een gedrocht van een systeem te gebruiken, zoals FLA er een is. Ik volg de collega's van de PVDA niet. Ik heb op het terrein gezien hoe men een en ander moest registreren. Bij de start van het debat had 8 % kleine en 20 % grote bedrijven dat al gedaan. Welnu, ook al waren heel veel bedrijven van goede wil, het bleek dat systemen niet compatibel waren en dat de wetsbepalingen inzake de kwartalen en de toepassing met terugwerkende kracht heel onduidelijk waren, kortom dat er heel wat rechtsonzekerheid bestond.
Natuurlijk willen wij een instrument, want men moet nu eenmaal meten. Maar het moet er een zijn zoals een centrale opleidingshub, waar niet alleen werkgevers maar ook werknemers terechtkunnen om het aanbod aan opleidingen, attesten van bijscholing en diploma's makkelijk en compact te raadplegen. Dat is de tool vandaag niet.
Het zegt niets over de daadkracht van de commissie voor Sociale Zaken dat die als eerste punt de FLA wil afschaffen of de toepassing ervan wil uitstellen. We doen dat omdat de registratie tegen 1 december op het terrein voor ongelofelijk veel rechtsonzekerheid zorgt. Het is de job van een parlementslid in de commissie voor Sociale Zaken rechtszekerheid tot stand te brengen. Wij moeten dus een systeem uitwerken dat een rechtszeker kader biedt, waardoor werknemers individueel opleidingen volgen, zodat zij de uitdagingen van de arbeidsmarkt 2.0 aankunnen. Dat moet de finale doelstelling zijn.
Wij zullen het uitstel dan ook steunen.
Collega Vanrobaeys, vooruitgang zal niet alleen aan de sociale partners liggen, want ik vrees dat wij niet snel zullen kunnen schakelen als het van de sociale partners moet komen. Ik hoop dat wie vandaag aan tafel zit, daarvoor goede oplossingen en een rechtszeker kader vindt, en dat men het individueel opleidingstraject kan garanderen, want dat is broodnodig voor de toekomst.
20.18 Anja Vanrobaeys (Vooruit): Mevrouw Muylle, ik doe een laatste warme oproep – ik ben het trouwens helemaal met u eens: er moet een zeker instrument komen, waaraan we verder moeten werken voor de ondernemingen.
20.19 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Madame la présidente, chers collègues, je ne le dirai jamais assez, je trouve qu’il est tout à fait regrettable, au niveau de la méthode, que les partis de l’Arizona aient cédé aux pressions patronales qui visaient dès le départ à tuer le Federal Learning Account (FLA).
Cet outil est une application digitale, dans le même esprit que d’autres applications digitales déployées par l’administration fédérale, comme MyPension ou Student At Work, prévue par une loi votée en octobre 2023 et entrée en vigueur le 1er janvier 2024.
Le principe est simple: l’employeur est tenu d’y encoder les formations suivies par ses employés afin qu’ils puissent savoir à combien de jours de formation ils peuvent encore prétendre. Ce dispositif permet de garantir l’effectivité du droit à la formation. C’est aussi un outil de monitoring de l’effectivité du droit à la formation pour que nous, décideurs publics, puissions orienter nos politiques et, dans mon esprit, renforcer les dispositifs permettant aux travailleurs de se former tout au long de leur vie.
Cet outil a fait l’objet d’un lobbying intense de la part des fédérations patronales. Agoria a carrément appelé les entreprises au boycott de l’outil. En effet, d'après ce qu’on peut lire dans leur communication: "Trop is te veel. Notre message est clair. Nous voulons que le Federal Learning Account soit supprimé." Sans autre argumentation que cela.
Cela revient à casser l’outil pour ensuite se plaindre qu’il ne fonctionne pas. Or, supprimer cet outil, c’est récompenser les mauvais élèves qui ne se sont pas mis en ordre par rapport à leurs obligations et, finalement, ne pas récompenser ceux qui, eux, se sont mis en ordre par rapport au FLA.
La commission a demandé plusieurs avis. Nous avons reçu l’avis de Sigedis, l’opérateur chargé de développer la plateforme. Cet avis, qui date du 18 octobre 2024, nous indique que l'outil affiche un indice de satisfaction de 8,4 sur 10. Sigedis y précise également que cet outil fonctionne et continue d'être amélioré afin de répondre aux préoccupations techniques initiales.
Nous sommes bien sûr d'accord pour dire que tous les employeurs ne sont pas de mauvaise volonté. Nombre d'entre eux ont d'ailleurs complété le FLA. Tout se passe donc plutôt bien dans la majorité des cas. Ce qui m'inquiète, c'est quand cela ne se passe pas bien. L'outil est indispensable pour renforcer les travailleurs dans leur capacité à faire valoir leur droit à la formation, dans des contextes de travail compliqués.
Il est essentiel que chaque salarié puisse se former tout au long de sa carrière et tout le monde y a intérêt, entreprises comme employés. C'est un levier contre les pénuries. Cela permet également aux employés de pouvoir se réorienter en fonction de leurs propres aspirations tout au long de leur vie, mais aussi en fonction de leurs propres limites physiques: on ne sait pas exercer tout au long de sa vie certains métiers que l'on aurait exercé étant jeune.
Chers collègues, personne n'a intérêt à vivre dans une société qui fabrique des travailleurs Kleenex, flexibles mais mal formés et sans perspective de carrière. Il s'agirait d'une vision court-termiste qui faciliterait peut-être la vie des entreprises le temps de la législature mais qui serait, sur le long terme, extrêmement néfaste pour notre société et notre marché du travail dans sa globalité.
Un élément qui me tient particulièrement à cœur est la concertation sociale. Cette dernière a été véritablement bypassée, ce qui est vraiment de mauvais augure.
Le chapitre 9 de la loi sur le deal pour l'emploi , qui est la loi du 3 octobre octobre 2022 portant des dispositions diverses relatives au travail, concerne les obligations relatives aux plans de formation et indique qu'une évaluation par le Conseil National du Travail (CNT) doit avoir lieu avant le 30 juin 2024. Ce rapport n'a toujours pas été publié. La commission a demandé un avis au CNT concernant la suppression du FLA et son report; elle ne l'a pas encore reçu. Nous nous apprêtons donc à voter sans avoir reçu l'avis du CNT sur ce projet. Cela me paraît complètement délétère. Je ne comprends pas comment on peut avancer ainsi alors que la concertation sociale est véritablement le ciment de la société belge.
Enfin, j'aimerais rappeler que nous sommes toujours dans un contexte d'affaires courantes Vivaldi. Je suis donc assez curieuse de savoir quels équilibres ont mené à l'adoption d'un tel texte qui sera voté aujourd'hui par la majorité Arizona. Avancer sur ce texte-ci en priorité me surprend et je ne vois pas de contrepartie.
Pour conclure, chers collègues, vous aurez compris que nous voterons contre cette proposition de loi.
Voorzitter: Peter De Roover,
voorzitter.
Président: Peter De Roover,
président.
20.20 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, collega's, ik wil eerst en vooral zeggen dat dit wetsvoorstel niet gaat over het recht op opleiding. Ik hoorde de heer Ronse in zijn intro zeggen dat de arbeidsdeal belachelijk was. U vindt het dus belachelijk dat we bedrijven vragen om vijf opleidingsdagen te voorzien voor mensen, mijnheer Ronse? Ah, u bevestigt dat.
Dat is heel opmerkelijk. Als ik de andere arizonapartners hoor, MR, cd&v en Vooruit, hoor ik unisono dat ze dat idee van vijf opleidingsdagen steunen. Er is dus al een eerste serieuze kloof in uw regering in wording. U wilt de vijf opleidingsdagen immers afschaffen terwijl andere partijen ze willen behouden. Ik sta absoluut aan de kant van zij die ze willen behouden. Ik zeg dat omdat experts zoals Jan Denys in de commissie hebben benadrukt hoe belangrijk ze zijn.
Collega Ronse, ik raad u aan om eens goed te luisteren naar wat collega Muylle heeft verteld. Ze heeft gezegd dat als we willen evolueren naar een ontslagvrije samenleving, waarover de heer Denys het had, het cruciaal is om mensen op te leiden en bedrijven dus ook de kans te geven om opleidingen aan te bieden. Dat wordt breed gedragen in dit halfrond, behalve bij de N-VA en de heer Ronse. Ik kijk dus uit naar uw wetsvoorstel, mijnheer Ronse, om de vijf opleidingsdagen af te schaffen.
Daarover gaat het vandaag echter niet. Het gaat over de registratie. Moet dat worden geregistreerd en hoe registreren we dat? Het wordt echter vandaag al geregistreerd. In de tekst die collega Muylle heeft ingediend, verwijst ze ook naar de bestaande registratie, namelijk de individuele opleidingsrekening. Collega's, als werkgevers een opleiding geven, wordt dat dus geregistreerd. Madame Schlitz, c'est donc déjà maintenant enregistré dans un système qui s'appelle 'individuele opleidingsrekening'. Dat bestaat dus.
Ik kom dan bij het punt dat ik wil maken. Als dat al geregistreerd wordt – en ik heb enige ervaring met administratieve vereenvoudiging – waarom moet men dat dan nog een tweede keer registreren? That's the question.
U kent waarschijnlijk het principe van
vereenvoudiging: only once, één keer
bijhouden, mevrouw Merckx. Nu wordt het evenwel: do it twice, doe het twee keer. Men zegt immers dat individuele
registraties niet te vertrouwen zijn en men geeft dus de voorkeur aan een FLA,
Federal Learning Account, om dat te registreren. Eerlijk gezegd (…).
20.21 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): Vous avez déjà amené cet argument en commission et j'ai donc fait mes petites recherches. On peut lire dans le projet de loi de M. Dermagne, page 5: "Le développement de ce portail national digital se place dans la ligne du dernier plan d'action de l'Union européenne sur l'administration en ligne, dont le but est de fournir une approche digitale des services publics en vue d'une approche inclusive pour des personnes avec des besoins différents et un meilleur contrôle des citoyens et des entreprises sur leurs propres données, dans une application digne de confiance et sécurisée. Ce portail numérique est développé sous la dénomination du Individual Learning Account. Dans le cadre du Individual Learning Account, un premier pas est fait dans le développement de ce portail numérique sous la forme de l'application digitale nommée Federal Learning Account."
Donc, l'Individual Learning Account et le
Federal Learning Account sont la même chose. On ne peut pas dire qu'il y a déjà
l'Individual et qu'il faut faire le Federal. C'est ce que je comprends du
projet de loi, mais on peut demander au ministre Dermagne, s'il est
présent, si on peut avoir des éclaircissements supplémentaires. C'est ce que
j'en ai conclu. Je n'estime donc pas que le Federal Learning Account soit
superflu. Ce n'est pas vrai.
20.22 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mevrouw Schlitz, dat is niet juist. Ik heb ter zake, net zoals u blijkbaar, enige kennis. Het punt is dat de Federal Learning Account een extra administratieve registratie is die bedrijven moeten uitvoeren. Daarom is die woede er bij heel veel bedrijven.
Het punt is, dit is op een bepaald ogenblik beslist, waarom moet er daarop nu worden teruggekomen?
Mensen die de Federal Learning Account erg genegen zijn, geven aan dat die tool er moet komen omdat Europa ons daarvoor centen heeft gegeven. Het fameuze RRF of herstel- en veerkrachtfonds heeft inderdaad middelen ter beschikking van de Belgische Staat gesteld om heel veel zaken te doen. Een van de zaken die het fonds heeft gestimuleerd, was de opleiding.
Toen ik de staatssecretaris enkele weken geleden heb bevraagd, vroeg ik of dat geld voor de Federal Learning Account is gegeven dan wel of het geld is gegeven voor de vijf dagen opleiding en wat daarmee verband houdt. Het antwoord van de staatssecretaris was heel eenvoudig. Europa vraagt inderdaad dat wij die vijf dagen opleiding geven maar Europa verplicht ons niet dat te doen via de Federal Learning Account.
Mevrouw Vanrobaeys, de Federal Learning Account is dus geen Europese verplichting. Er hangt zelfs geen geld aan vast. De FLA is iets wat wij onszelf aandoen.
Collega’s, de stelling die ik dus poneer, is de volgende. Laat ons het eenvoudig houden wanneer wij het eenvoudig kunnen houden. Ik zeg dus ja aan de vijf dagen opleidingen en ja aan de registratie die vandaag gebeurt via de individuele opleidingsrekening. Ik zeg echter neen tegen een bijkomende administratieve laag en tegen overreglementering.
Mijnheer de voorzitter, er is een uitspraak die steeds meer de ronde doet, namelijk dat de Verenigde Staten innoveren, dat de Chinezen produceren en dat Europa reglementeert. Dat wordt steeds meer uitgesproken. Wij zien dat inderdaad. Het debat van daarnet over de duurzaamheidstoets bewijst dat trouwens.
Mijnheer Ronse, ik wil daaraan nog iets toevoegen. Met dergelijke wetgeving, indien wij ze vandaag goedkeuren, zullen wij niet alleen reglementeren, maar vooral overreglementeren. Wij zullen zaken doen die Europa ons niet verplicht en die onze bedrijven met zware lasten zullen opzadelen.
Laat ons eerlijk zijn. Het traject dat is gelopen, is gekend. Het is de verdienste van de heer Ronse om initieel met het idee te komen om dat af te schaffen. Dat idee heeft hij niet alleen geponeerd, mevrouw Vanrobaeys en mevrouw Muylle, het werd zelfs door de Vlaamse regering gesteund. De Vlaamse regering heeft in het regeerakkoord gezet dat de FLA moet worden afgeschaft. Dat staat erin. Ik geef dat toe.
Als ik de tekst lees die vandaag zou worden goedgekeurd, mevrouw Muylle, mevrouw Vanrobaeys, dan staat er: een volledige afschaffing van de FLA kan dan ook niet worden gesteund. Dat is uw tekst, mevrouw Muylle, mevrouw Vanrobaeys.
Mijnheer Ronse, u zit dus met een knoert van een probleem. Als dat hier vandaag wordt goedgekeurd, wordt de FLA op 1 april 2025 ingevoerd. U bent dus niet alleen tegen vijf dagen opleiding. Ook dit systeem zal worden goedgekeurd en ingevoerd.
Hoe komt dat? Het is een beetje het proces van iets wat binnenkomt als een paard en buitengaat als een kameel. Het is binnengekomen als een paard, met name: we gaan het afschaffen. Dan zijn er veel arizonaonderonsjes geweest en gesprekken daarover. Dat is normaal, we zitten met de vorming van een regering. Men heeft dus een compromis gemaakt. Dat compromis is om het nog een beetje uit te stellen, maar op 1 april wordt het ingevoerd. Mijnheer Ronse, dat is de ware toedracht van de tekst.
Het is een beetje ironisch dat de allereerste arizonawet die hier ter stemming wordt voorgelegd een kafkawet is. FLA staat niet alleen voor Federal Learning Account, maar staat voortaan voor frustrerend langdurige administratie. Dat is waarmee de bedrijven zullen worden geconfronteerd. Met dit klein wetsvoorstel ziet men al hoe de kaarten binnen Arizona zullen vallen. Dat betekent dat centrumlinkse partijen hier de bovenhand hebben gehaald, wat wij betreuren. Mijnheer Vandeput, het is niet aangenaam om dat te horen, maar het is wel de realiteit. Mocht u uw standpunt hebben kunnen aanhouden, dan was het afgeschaft, wat wij gesteund zouden hebben. Wij hebben twee amendementen ingediend om die FLA, die frustrerend langdurige administratie, af te schaffen.
20.23 Axel Ronse (N-VA): Als Kortrijkzaan ben ik vandaag ongelooflijk fier, want collega Van Quickenborne, mijn stadsgenoot, toont opnieuw aan dat niemand beter dan hij in staat is tot het betere bochtenwerk. Hij zegt dat wij van een paard een kameel maken, maar dat is niet zo.
Mijnheer Van Quickenborne, de realiteit is dat u vicepremier was, dat u dit gedrocht mee hebt gecreëerd en dat wij het zijn die minstens voor uitstel zorgen. Ik begrijp niet waar u het lef vandaan haalt om hier te zeggen wat u daarnet zei. Ik snap dat helemaal niet. U hebt iets gecreëerd, u hebt iets in gang gezet dat op 1 december in werking zou treden. Gelukkig is er een nieuwe meerderheid die beseft dat als we dit gedrocht zouden laten passeren, dat voor een ernstige crisis in ons bedrijfsleven zou zorgen.
We zijn er niet in geslaagd om het te laten afschaffen. Ik beloof u dat dit ooit wel zal lukken. Het is nu een uitstel. Tienduizenden ondernemers en hr-medewerkers, mensen uit de sociale sector en van de vakbonden volgen deze plenaire vergadering en hopen dat dit uitstel goedgekeurd wordt. Ik kreeg enorm veel berichten van zowel links als rechts met de vraag om dit gedrocht uit te stellen en later af te schaffen. Ga naar bedrijven, ga naar instellingen, ga naar de vakbond, luister bij hr, u zult het horen.
Mijnheer Van Quickenborne, dat net u, die dit als vice-eersteminister met veel tromgeroffel heeft ingevoerd, hier zegt dat wij van een paard een kameel maken, dat snap ik niet. Laten we zeggen dat we van een kameel een ezel maken en dat er binnenkort een paard zal uitkomen.
Eerlijk gezegd, als er iemand een beetje schroom zou moeten hebben dan bent u dat wel. De reden waarom de N-VA-fractie nu bereid is een compromis te sluiten is omdat we pogen een sociaaleconomische hervormingstrein op de rails te zetten die zijn gelijke niet kent sinds Open Vld hier de laatste 25 jaar aan de macht was. Daarom willen we hier nu wat water bij de wijn doen en daarom bemerken we bij veel bedrijven en hr-medewerkers clementie voor het feit dat we nu effectief richting een uitstel gaan.
Collega Meunier, ik denk dat er iemand in dit halfrond zit die u zal overtuigen om toch voor te stemmen. Uw belangrijkste argument was immers dat we geld van Europa zouden mislopen. Collega Van Quickenborne zei echter net dat staatssecretaris Bertrand heeft bevestigd dat dit niet klopt. Ik verzoek de staatssecretaris dus om hier in de plenaire vergadering te herhalen dat het uitstel of de afschaffing van de FLA niet zal leiden tot minder Europees geld.
20.24 Staatssecretaris Alexia Bertrand: (…) wat ik heb gezegd in de commissie. Ik nodig u uit om het verslag van de commissievergadering goed te lezen.
De voorzitter: De teksten van de commissie zijn beschikbaar.
20.25 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, ik ben blij dat de staatssecretaris bevestigt wat zij in de commissie gezegd heeft. Zij heeft toen gezegd dat de afschaffing van de FLA uiteraard niet zal leiden tot centenverlies. Ik heb dat daarjuist ook verteld. Ik heb dat antwoord bekomen.
Mijnheer Ronse, het is goed dat u zich beroept op dat argument. Dat is goed, dat is interessant.
Dat is trouwens het nieuwe element dat wij uit het hele debat geleerd hebben. Dat is een nieuw element, een jaar of twee jaar geleden wist ik dat niet. Nu wel, omdat Europa dat nu heeft verklaard. Dat betekent dus dat wij een nieuwe conduite hebben. Ik zeg u dat wij nu op basis daarvan perfect kunnen pleiten voor de afschaffing ervan. Alleen zit u nu vast in een arizonacarcan waarbij de mensen die het amendement hebben ingediend, maar dat u niet ondertekend hebt, letterlijk zeggen: mijnheer Ronse, een volledige afschaffing kan dan ook niet gesteund worden. Dat is dan ook het standpunt van die partijen. Dat is het standpunt van cd&v. Mevrouw Muylle heeft daarjuist bevestigend geknikt. Dat is het standpunt van Les Engagés. Dat is ook het standpunt van Vooruit. Mevrouw Vanrobaeys heeft dat ook bevestigd. Dat is de realiteit.
U kunt hier nog veel lawaai maken en u
opwinden, maar er ligt een tekst voor. Als u die tekst goedkeurt, mijnheer
Ronse, wordt de FLA op 1 april ingevoerd. Punt. Als u onze amendementen
steunt, wordt hij effectief afgeschaft, wat u initieel wou. Maar goed, we zullen zien wat het geeft.
20.26 Sarah Schlitz (Ecolo-Groen): J'entends que des courriers affluent de partout pour atterrir dans la boîte de M. Ronse pour dénoncer l'inefficacité de l'outil. En ce cas, je me demande pourquoi aucune demande d'avis n'a été introduite par ces structures qui, apparemment, sont vraiment remontées.
J'aime bien m'appuyer sur des données qui
soient un minimum fiables. Et le seul avis que nous ayons reçu est celui de
Sigedis, qui nous dit que l'indice de satisfaction atteint 8,4/10 chez ceux qui
recourent à cet outil. La grande erreur qu'a commise Agoria est d'appeler au
boycott. Si cette fédération avait joué le jeu et était venue nous voir en
commission pour nous dire que c'était compliqué, alors nous aurions pu
discuter. Or, en l'occurrence, c'est ridicule: elle appelle au boycott et
sabote donc l'outil, et après (…) De qui se moque-t-on? Ça va, hein!
20.27 Kurt Moons (VB): Van het betere bochtenwerk gesproken. We hebben vandaag al het een en ander meegemaakt. Als men van uitstel naar afstel gaat…
Mijnheer Ronse, u zegt dat tienduizenden bedrijven en hr-medewerkers gelukkig zullen zijn met het uitstel. Hoe zal het dan zijn als het om afstel gaat? Volgens mij zitten ze daar allemaal op te wachten. Bovendien bent u dat overeengekomen in de Vlaamse regering. Dat betekent dat N-VA, Vooruit en cd&v heel expliciet zeggen dat ze het willen afschaffen. Hoe moeilijk moet het zijn?
Arizona betekent ook MR en Les Engagés. Indien een van die partijen om welke reden dan ook afhaakt, kunt u altijd een bondgenoot vinden in het Vlaams Belang en hebben we een wisselmeerderheid. Ik heb hier mensen horen zeggen dat ze het zo fijn vonden dat we eindelijk het Parlement kunnen laten werken zonder een regering te hebben. Wel, laat het dan werken.
Tot besluit, als u nog niet over de FLA kunt overeenkomen, hoe zal het dan lopen voor de andere heikele punten? Ik denk niet dat we zo tegen december een regering zullen hebben.
20.28 Axel Ronse (N-VA): Ik heb geleerd dat men hier in deze zaal en al zeker bij wetsvoorstellen nooit het geluk zal vinden.
Collega Moons, als men impact wil hebben, moet men leren met verschillende partijen samen te werken en nu en dan eens water bij de wijn te doen. Ik ben eigenlijk zeer fier en tevreden dat we het uitstel hier vanavond goedgekeurd kunnen krijgen. De impact op het terrein is belangrijker dan de schoonheidsprijzen die we hier zouden kunnen winnen.
Ik ben er zeker van, collega Moons, dat zodra hier een meerderheid is, heel veel Vlamingen die werken, sparen en ondernemen een serieus gat in de lucht zullen springen. Daarom ben ik bereid nu water bij de wijn te doen en ben ik vandaag blij dat we het uitstel hier goedgekeurd kunnen krijgen.
20.29 Kurt Moons (VB): Collega's, daarnet heb ik al gezegd: liever één vogel in de hand dan geen hand. Wij kunnen voor u alleen maar hopen dat er effectief een regering komt. Vandaag kunnen wij echter al iets beslissen waarmee iedereen gelukkig zal zijn.
Ik wil u daarbij ook nog bevestigen – ik heb daarnet immers de heer Vanbesien gehoord – dat u wat mij betreft uw naam op het wetsvoorstel mag behouden.
De voorzitter:
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Discussion des
articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (297/5)
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (297/5)
Het opschrift werd door de commissie gewijzigd in "wetsvoorstel houdende diverse wijzigingsbepalingen met het oog op een tijdelijk uitstel van de verplichting tot registratie binnen de "Federal Learning Account"".
L’intitulé a été modifié par la commission en "proposition de loi portant diverses dispositions modificatives en vue d’un report temporaire de l’obligation d’enregistrement dans le "Federal Learning Account"".
Het
wetsvoorstel telt 3 artikelen.
La proposition de loi compte 3 articles.
Ingediende
amendementen:
Amendements déposés:
Opschrift/Intitulé
• 13 – Kurt Moons cs (297/10)
Art. 2
• 14 – Kurt Moons cs (297/10)
• 16 – Vincent Van Quickenborne (297/10)
Art. 3
• 15 – Kurt Moons cs (297/10)
• 17 – Vincent Van Quickenborne (297/10)
Besluit van de artikelsgewijze bespreking:
Conclusion de la discussion des articles:
Aangehouden: de amendementen en de artikelen 2 en
3.
Réservés: les amendements et les articles 2 et
3.
Aangenomen: artikel 1.
Adopté: l'article 1er.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over de aangehouden amendementen, de aangehouden artikelen en over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur les amendements et les articles réservés ainsi que sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Voorstel ingediend door:
Proposition
déposée par:
Jan Bertels,
Nathalie Muylle.
Discussion
générale
De algemene bespreking is geopend.
La
discussion générale est ouverte.
21.01 Vincent Van Quickenborne, rapporteur: Ik verwijs voor een keer naar het schriftelijk verslag, mijnheer de voorzitter.
21.02 Axel Ronse (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik dacht dat de indiener als eerste mocht spreken, maar bedankt om mij dat voorrecht toe te kennen. Ik wil mijnheer Bertels en de andere collega’s bedanken voor het initiatief.
De zorgsector zit vandaag met een nijpend tekort aan personeel. Gepensioneerden vervullen daarin een fantastische rol. Laten we echter eerlijk zijn: dit wetsvoorstel is hypernoodzakelijk, maar het is eigenlijk een zaak van pappen en nathouden. Er zijn structurele maatregelen nodig om nog meer mensen aan het werk te krijgen en te houden.
Collega Bertels, ik ben samen met u in zeer blijde verwachting van wat de komende weken zullen opleveren. Onze fractie zal het wetsvoorstel alleszins goedkeuren. Het is belangrijk en biedt zekerheid voor heel wat gepensioneerden die vandaag met hart en ziel in de zorgsector aan de slag zijn.
Collega’s, ik denk dat dit een heel mooi
moment is om hulde te brengen aan alle gepensioneerden die na een actieve
carrière nog hun steentje bijdragen, in de zorg- of andere sectoren, via
vrijwilligerswerk of hier. Zij
verdienen ons allergrootste respect.
21.03 Caroline Désir (PS): Chers collègues, nous partageons bien entendu la préoccupation pour la lutte contre la pénurie de personnel dans le secteur des soins où les besoins sont à la fois urgents et croissants. Cependant, les mesures envisagées ici, si elles étaient nécessaires dans l'urgence, ne s'inscrivent pas dans le long terme car elles ont un coût important à la fois pour notre sécurité sociale et nos finances publiques.
Il faut maintenant, monsieur le président, des solutions structurelles et durables à la pénurie de personnel qualifié. Ce secteur mérite des politiques ambitieuses intégrant une revalorisation des conditions de travail et des carrières plutôt que des approches temporaires qui risquent d'alourdir nos charges financières sans garantir d'impact à long terme. C'est pourquoi mon groupe s'abstiendra sur cette proposition.
21.04 Natalie Eggermont (PVDA-PTB): Collega's wij gaan ons ook onthouden
bij deze tekst.
We hebben dezelfde opmerkingen. We zijn van bij het begin tegen. De zorgsector zit al langer op zijn tandvlees. Er moeten structurele oplossingen komen. De flexibilisering van gepensioneerden en het inschakelen van interimmers is een deel van het probleem en zeker niet de oplossing.
We blijven wel vragen om een herwaardering, om betere arbeidsvoorwaarden, om meer personeel, meer handen aan het bed, de verhoging van premies voor nacht- en weekendwerk in de plaats van de afschaffing ervan. Het is belangrijk dat het werk degelijk kan worden uitgevoerd.
Er zijn 19.000 verpleegkundigen gediplomeerd die niet meer aan het werk zijn in de zorgsector. Hoe lost de regering dat op? Door gepensioneerden in te schakelen. Met dergelijke lapmiddeltjes gaan we er niet komen.
Wij hebben dit ook al gezegd bij de stemming van het voorstel in de commissie. Wij zullen ons nu onthouden. Het gaat om die groep mensen die al in dat systeem zit. Dat moet verlengd worden, anders zullen zij financiële gevolgen ondervinden. Daar zijn we absoluut niet voor.
Ik hoor Axel Ronse van de N-VA zeggen dat zij ernaar uitkijken om structurele maatregelen voor de zorgsector te nemen, maar tot nu heb ik alleen maar veel discussies over de groeinorm en over de afschaffing van de nachtpremie gehoord. Misschien moet u nog eens goed kijken naar het onderhandelingsdossier.
De voorzitter: Dank u wel, mevrouw Eggermont. Als ik goed ben ingelicht, is men daar volop mee bezig.
21.05 Aurore Tourneur (Les Engagés): Monsieur le président, chers collègues, Les Engagés souhaitent exprimer leur soutien à la proposition de loi visant à prolonger les mesures permettant aux pensionnés de reprendre une activité dans le secteur des soins. Cette décision est motivée par le contexte actuel de pénurie persistante de personnel dans ce secteur essentiel.
Cependant, il est primordial de souligner que pour Les Engagés, cette prolongation représente un emplâtre sur une jambe de bois. Si cette mesure temporaire permet de pallier en partie une urgence, elle ne résout pas le problème de fond. Le secteur des soins a besoin d'une approche structurelle et durable pour faire face à la crise de main-d'œuvre.
Notre mouvement plaide donc pour un véritable plan d'attractivité pour le secteur des soins basé sur les axes suivants. S'agissant de la revalorisation salariale, les travailleurs des soins qui jouent un rôle indispensable dans notre société méritent des conditions de travail et des rémunérations à la hauteur de leur compétence et de leur dévouement. S'agissant de l'amélioration des conditions de travail, on entend par là une réduction de la charge de travail excessive, une meilleure organisation des horaires et un respect accru des spécificités du métier. Enfin, s'agissant de valorisation et de reconnaissance sociale, il s'agit de promouvoir une image positive des métiers des soins et de reconnaître leur importance cruciale pour le bien-être collectif.
Les Engagés zijn van mening dat het dringend tijd is om de duurzaamheid van de zorgsector op middellange en lange termijn te waarborgen. Wij steunen de verlenging, maar wijzen erop dat tijdelijke maatregelen nooit een ambitieuze en structurele hervorming kunnen vervangen.
Pour nous, le bien-être des patients et la qualité des soins passent avant tout par une valorisation concrète des femmes et des hommes qui portent ce secteur à bout de bras.
Dat is een absolute prioriteit voor onze fractie.
21.06 Jan Bertels (Vooruit): Mijnheer de voorzitter, ten eerste, ik dank de leden omdat iedereen het positieve van de maatregel inziet. Het gaat om een tijdelijke verlenging van een maatregel die toelaat dat gepensioneerden die in de ruime zorgsector nog willen werken, dus uit vrije wil, dat ook kunnen doen tegen voordelige voorwaarden en op een fiscaal voordelige manier. Dat is positief. Daardoor werken honderden extra gepensioneerden in de zorg, een sector waarvan wij allemaal weten dat hij met een personeelstekort kampt.
Is dat de mirakeloplossing? Neen. Is dat een lapmiddel? Ook niet. Het betreft een fundamenteel hulpmiddel waarvan vele ziekenhuizen en zorginstellingen genieten. De betrokken gepensioneerden en zorginstellingen of zorgwerkgevers vragen ook die maatregel te verlengen. Wij helpen met de maatregel gepensioneerden die werken, en wij helpen de zorgsector, die smeekt om personeel. Is dat de mirakeloplossing? Neen. Zijn er structurele maatregelen nodig? Ja. Die maatregelen zijn nodig en daarover zullen we in het Parlement moeten discussiëren. Een aantal maatregelen worden hier opgesomd, er zullen echter ook nog andere maatregelen zijn.
Mijnheer de voorzitter, ik zal daarmee eindigen. Wij, het Parlement en de vertegenwoordigers van het volk, zullen de komende jaren moeten discussiëren over de manieren waarop wij investeren en hervormen in onze zorgsector. Ik vernoem bewust beide punten. Wij zullen een aantal moedige beslissingen moeten nemen die positief zijn, om onze zorgkwaliteit te kunnen behouden en ons zorgsysteem in de hand te kunnen houden. Stellen dat er structurele maatregelen moeten komen zonder ze concreet in te vullen, zal ons niet redden. Wij zullen een aantal investeringen en hervormingen moeten doen. Voor de Vooruitfractie zal dat altijd de kern zijn. Wij willen immers een kwalitatief zorgsysteem behouden. De voorliggende maatregel helpt daarbij.
21.07 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Mijnheer de voorzitter, eerst en vooral ben ik blij te zien dat collega Ronse de tekst van de vivaldicoalitie steunt. Er is nog hoop in het leven.
Collega Ronse, het spreekwoord luidt: beter een vogel in de hand dan tien in de lucht. Waar u over spreekt, is allemaal nog in de lucht. We zullen nog zien wat de realiteit wordt.
Collega Bertels, het wetsvoorstel betekent een verdienstelijke stap, zoals ik in de commissie al heb gezegd, maar de cijfers geven aan dat het slechts een klein stapje is. In dat statuut zijn 831 mensen actief, zo staat in het verslag. In de zorgsector werken meer dan 100.000 mensen, dus het gaat om minder dan 1 %, maar het is beter dan niets, dat geef ik grif toe en ik heb daar ook geen problemen mee. Het is inderdaad beter dan het klassieke statuut, ten eerste omdat een belastingvoet geldt van 33 % in plaats van de marginale tarieven, en, ten tweede, omdat ook geen werknemersbijdrage betaald hoeft te worden, dus dat is goed.
Collega's, iedereen vindt hier dat er werk gemaakt moet worden van structurele oplossingen. Die oplossing ligt voor de hand en bestaat erin dat flexi-jobs ook mogelijk gemaakt worden in de zorgsector. Flexi-jobs hebben intussen in heel wat sectoren hun verdienste bewezen. De zorgsector wordt vaak geconfronteerd met piekmomenten, met personeelstekorten en het is in zulke situaties goed dat mensen kunnen bijspringen, weliswaar onder de voorwaarde dat zij voldoen aan de diplomavereisten. Het kan gaan om mensen die in de zorgsector actief waren en gepensioneerd zijn, maar bijvoorbeeld nog enkele dagen per week willen werken, of mensen die er graag een job in de zorgsector bijnemen, uiteraard, nogmaals, mits voldoende diplomavereisten.
Sommigen werpen dan op dat die flexi-jobbers er een duiventil van maken, dat het niet om stabiel personeel gaat. Collega's, weet u wat een duiventil in de zorg is? Dat zijn de uitzendkrachten, mijnheer Bertels, die twee uur opduiken aan een bed en dan weer verdwijnen. Dat zijn de duiventillers van vandaag, niet de mensen die trouw en geëngageerd hun job uitoefenen.
Wij zullen het voorstel goedkeuren, omdat het een bescheiden stapje in de goede richting is, maar structureel kunt u het best werk maken van flexi-jobs in de zorg. Dan zult u zien dat, zoals in andere sectoren, er duizenden mensen actief zullen worden in de zorg. Voor wie daaraan twijfelt, in alle sectoren waar flexi-jobs werden ingevoerd, zien we dat zowel het aantal vaste jobs als het aantal flexi-jobs is toegenomen. Het ene hoeft het andere dus niet uit te sluiten.
De voorzitter: Mag ik de collega's die blijk geven van enige opwinding vragen om zich te beheersen?
21.08 Lode Vereeck (VB): Mijnheer de voorzitter, ik heb een kleine vraag.
We hebben hier vandaag de tijdelijke verlenging van een 6 % btw-maatregel besproken. We hebben het ook over het uitstel – ook een tijdelijk maatregel – van het Federal Learning Account gehad. Dit is alweer een tijdelijke verlenging.
Ik begrijp, mijnheer Bertels, dat het een kleine maatregel is. U vindt hem echter wel goed. Wij vinden hem ook wel goed, hoewel het niet de grote oplossing is. Het is echter wel een maatregel die u waarschijnlijk structureel wilt nemen. Waarom gaat het hier dan weer om een tijdelijke verlenging? Is dat weer een afspraak tussen de arizonapartijen? Of wilt u dit niet structureel invoeren? Dit is louter een informatieve vraag.
21.09 Jan Bertels (Vooruit): Mijnheer Van Quickenborne, ik heb daarstraks vernomen dat u houdt van correctheid, daarom wil ik ook een correctie meegeven. Het gaat over 851 voltijdsequivalenten, dat is veel meer dan 851 personen. U had het over personen. Als u fte's bedoelde, is het in orde.
Dit is een tijdelijke verlenging, in afwachting van verschillende maatregelen die wij zullen nemen. Wij zullen daarover nog discussiëren. Mijnheer Van Quickenborne, ik ben blij dat u dit voorstel zult steunen. U sprak over flexi-jobs en interims. Over interims kan men een heel boek schrijven. De manier waarop zij nu soms, niet altijd maar soms, gebruikt worden in de zorgsector, zorgt ook niet voor een duurzame organisatie van de zorg. Wij zullen in het Parlement moeten praten over duurzamere maatregelen. Deze maatregel kan er daarvan eentje zijn, maar die verdere discussie zullen wij nog voeren.
De voorzitter: Los van de filosofische beschouwing dat alles tijdelijk is, krijgt u het woord collega Van Quickenborne.
21.10 Vincent Van Quickenborne (Open Vld): Slechts twee zaken zijn zeker, namelijk dat wij belastingen betalen en doodgaan.
Collega Bertels, volgens het verslag gaat het inderdaad om voltijdsequivalenten, maar dat zijn er 831 en geen 851.
De voorzitter: Die rectificatie is een waardige afsluiter van dit debat.
Vraagt nog iemand het woord? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il encore la parole? (Non)
De algemene bespreking is gesloten.
La discussion générale est close.
Discussion des
articles
Wij vatten de bespreking van de artikelen
aan. De door de commissie aangenomen tekst geldt als basis voor de bespreking. (Rgt 85, 4) (433/1)
Nous passons à la discussion des articles. Le
texte adopté par la commission sert de base à la discussion. (Rgt 85, 4) (433/1)
Het wetsvoorstel telt 5 artikelen.
La proposition de
loi compte 5 articles.
Er werden geen amendementen ingediend.
Aucun amendement n'a été déposé.
De artikelen 1 tot 5 worden artikel per artikel aangenomen.
Les articles 1 à 5 sont adoptés article par article.
De bespreking van de artikelen is gesloten. De stemming over het geheel zal later plaatsvinden.
La discussion des articles est close. Le vote sur l'ensemble aura lieu ultérieurement.
Ingevolge de vroegtijdige beëindiging van het mandaat van de heer Herman Daens, legde zijn eerste plaatsvervanger, de heer Peter Billiouw, op 20 november 2024 de eed af als werkend lid van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten.
À la suite de la fin anticipée du mandat de M. Herman Daens, son premier suppléant, M. Peter Billiouw, a prêté serment le 20 novembre 2024 en qualité de membre effectif du Comité permanent de contrôle des services de police.
Overeenkomstig artikel 6, derde lid, van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten en op het coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse dient de Kamer bij het openvallen van een plaats van plaatsvervangend lid onverwijld over te gaan tot de benoeming van een nieuw plaatsvervangend lid.
Conformément à l’article 6, alinéa 3, de la loi du 18 juillet 1991 organique du contrôle des services de police et de renseignement et de l’Organe de coordination pour l’analyse de la menace, la Chambre doit, en cas de vacance d’une place de membre suppléant, procéder sans délai à la nomination d’un nouveau membre suppléant.
Ingevolge de eedaflegging van de heer Billiouw dient de Kamer dus een nieuw Nederlandstalig plaatsvervangend lid van het Comité P te benoemen.
À la suite de la prestation de serment de M. Billiouw, la Chambre doit donc nommer un nouveau membre suppléant néerlandophone du Comité P.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 27 november 2024 stel ik u voor een oproep tot kandidaten in het Belgisch Staatsblad bekend te maken voor het mandaat van Nederlandstalig plaatsvervangend lid van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten.
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 27 novembre 2024, je vous propose de publier au Moniteur belge un appel à candidats pour le mandat de membre suppléant néerlandophone du Comité permanent de contrôle des services de police.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Bij mailbericht van 8 november 2024 deelt de heer Toenga De Vos zijn ontslag mee als Nederlandstalig plaatsvervangend lid (categorie 'geneesheer') van de Nationale Evaluatiecommissie zwangerschapsafbreking.
Par courriel du 8 novembre 2024, M. Toenga De Vos communique sa démission en qualité de membre suppléant (catégorie 'médecin') de la Commission nationale d’évaluation de l’interruption volontaire de grossesse.
Aangezien de Evaluatiecommissie bestaat uit zestien leden van wie negen vrouwen en zeven mannen, en evenveel plaatsvervangers, is het aangewezen een Nederlandstalig mannelijk plaatsvervangend lid voor te dragen om het taal- en genderevenwicht van de commissie te kunnen garanderen.
Vu que la Commission d’évaluation se compose de seize membres dont neuf femmes et sept hommes, et autant de suppléants, il est indiqué de présenter un membre suppléant néerlandophone de sexe masculin pour garantir l’équilibre linguistique et de genre.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie
van voorzitters van 27 november 2024 stel ik u voor een oproep tot
kandidaten in het Belgisch Staatsblad
bekend te maken voor het mandaat van Nederlandstalig mannelijk plaatsvervangend
lid voor de categorie 'geneesheer' van de Nationale Evaluatiecommissie zwangerschapsafbreking.
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 27 novembre 2024, je vous propose de publier au Moniteur belge un appel à candidats pour le mandat de membre suppléant néerlandophone de sexe masculin pour la catégorie 'docteur en médecine' de la Commission d’évaluation Interruption de grossesse.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Wegens een tekort aan kandidaturen voor de mandaten van Franstalig, plaatsvervangend lid van de Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen (CTRG) werd in het Belgisch Staatsblad van 7 oktober 2024 een nieuwe oproep tot kandidaten bekendgemaakt.
À la suite d'un manque de candidatures pour les mandats de membre suppléant francophone du Conseil central de surveillance pénitentiaire (CCSP), un nouvel appel à candidats a été publié au Moniteur belge du 7 octobre 2024.
Er werden geen nieuwe kandidaturen ingediend.
Aucune nouvelle candidature n’a été introduite.
Overeenkomstig het advies van de Conferentie van voorzitters van 27 november 2024 stel ik u voor om een nieuwe oproep tot kandidaten in het Belgisch Staatsblad bekend te maken voor de mandaten van Franstalig plaatsvervangend lid.
Conformément à l'avis de la Conférence des présidents du 27 novembre 2024, je vous propose de publier un nouvel appel à candidats au Moniteur belge pour les mandats de membre suppléant francophone.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Aantal stemmen |
113 |
Nombre de votants |
Blanco en
nietige bulletins |
0 |
Bulletins blancs ou nuls |
Geldige stemmen |
113 |
Votes valables |
Volstrekte
meerder-heid |
57 |
Majorité absolue |
De heer Emmanuel Jacubowitz heeft 109 stemmen gekregen.
M. Emmanuel Jacubowitz a obtenu 109 voix.
De heer Raymond Molle heeft 90 stemmen gekregen.
M. Raymond Molle a obtenu 90 voix.
De heer Lucien Rigaux heeft 26 stemmen gekregen.
M. Lucien Rigaux a obtenu 26 voix.
De heren Emmanuel Jacubowitz en Raymond Molle die de volstrekte meerderheid hebben gekregen, worden uitgeroepen tot Franstalige experten van de Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen.
MM. Emmanuel Jacubowitz et Raymond Molle ayant obtenu la majorité absolue, sont proclamés experts francophones de la Commission de contrôle des dépenses électorales et de la comptabilité des partis politiques.
In de laatst rondgedeelde agenda komt een lijst van voorstellen voor waarvan de inoverwegingneming is gevraagd.
Vous avez pris connaissance dans l'ordre du jour qui vous a été distribué de la liste des propositions dont la prise en considération est demandée.
Indien er geen bezwaar is, beschouw ik de inoverwegingneming van deze voorstellen als aangenomen. Overeenkomstig het Reglement worden die voorstellen naar de bevoegde commissies verzonden.
S'il n'y a pas d'observations à ce sujet, je considère la prise en considération de ces propositions comme acquise. Je renvoie les propositions aux commissions compétentes conformément au Règlement.
Geen bezwaar? (Nee)
Aldus zal geschieden.
Pas d'observation? (Non)
Il en sera ainsi.
Demandes d'urgence
26.01 Lode Vereeck (VB): Mijnheer de voorzitter, ik vraag de urgentie voor het wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde voor wat betreft de aanpassing van het maximaal omzetbedrag voor de btw-vrijstelling voor kleine ondernemingen, nr. 510.
Collega’s, kleine ondernemingen zijn bedrijven met een omzet van minder dan 25.000 euro excl. btw. Zij kunnen van de btw worden vrijgesteld, indien zij dat wensen. Ze moeten dan geen btw aanrekenen aan hun klanten en kunnen natuurlijk geen btw terugvorderen. De Europese btw-richtlijn laat een dergelijke vrijstelling toe om de inning van belastingen te vereenvoudigen. Ongeveer 180.000 tot 200.000 ondernemingen in dit land maken van die regeling gebruik. Bepaalde sectoren zijn ervan uitgesloten, zoals de horeca en de bouwsector.
Het omzetplafond van die btw-vrijstelling, 25.000 euro, is niet meer geïndexeerd sinds 2016. Door de inflatie is dat plafond dan ook niet meer realistisch. We vragen dan ook om het bedrag te indexeren.
Waarom vragen we de urgentie, vraagt u zich nagelbijtend af. Het plafondbedrag van die btw-vrijstelling wordt telkens vastgelegd voor een periode van drie jaar. Een dergelijke periode van drie jaar loopt af op het einde van dit jaar. Op 1 januari 2025 start dus een nieuwe periode van drie jaar en treedt ook de nieuwe Europese richtlijn 2020/285 in werking. Vandaar mijn vraag om het voorstel met urgentie te behandelen.
De voorzitter:
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.
Je vous
propose de nous prononcer sur cette demande.
De urgentie
wordt verworpen bij zitten en opstaan.
L'urgence
est rejetée par assis et levé.
Mevrouw Muylle vraagt de urgentie voor haar wetsvoorstel nr. 539/1.
26.02 Nathalie Muylle (cd&v): Mijnheer de voorzitter, collega's, er ligt een vraag tot urgentie voor om de voormalige gemeente Meulebeke toe te voegen aan het gerechtelijk kanton Tielt. Ik verklaar mij nader. Het gaat over een fusiegemeente in West-Vlaanderen waarvan de fusie ingaat op 1 januari 2025, met twee gemeenten die vandaag in twee verschillende gerechtelijke kantons actief zijn. Om moeilijkheden bij de politie en het parket te vermijden, vragen wij met ons voorstel om beide gemeenten in één gerechtelijk kanton onder te brengen. Zo eenvoudig is het.
De voorzitter: Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.
Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.
De urgentie wordt aangenomen bij zitten en opstaan.
L'urgence est adoptée par assis et levé.
26.03 Sofie Merckx (PVDA-PTB): Monsieur le président, je demande l'urgence pour la proposition de loi établissant le budget des Soins de santé pour l’année budgétaire 2025, n°533.
Chers collègues, nous avons vu aujourd'hui à quel point le budget des soins de santé est pris en otage dans un jeu politique entre M. De Croo et l'Open Vld d'un côté, qui insistent pour que des économies soient faites mais ne veulent pas prendre de décisions, et, de l'autre, une partie de la Vivaldi qui semble vouloir que la norme de croissance soit portée à 2,5 %.
Je crois donc que face à ce blocage, il est temps que le Parlement prenne sa responsabilité. C'est pourquoi nous demandons l'urgence pour voter le compromis qui a été trouvé au sein du Comité de l'assurance. Comme cela a été expliqué, il s'agit d'un compromis trouvé entre les différents partenaires sociaux responsables pour ce budget et qui garantit une norme de croissance de 2,5 %. C'est une promesse qui a été faite au personnel soignant. Il est inutile de rappeler qu'ils étaient 30 000 à être dans la rue voici trois semaines. C'est le moment d'annoncer la couleur à tout le monde, d'annoncer ce que sera le budget des soins de santé en 2025.
Le président: Je vous propose de nous prononcer sur cette demande.
Ik stel u voor om ons over deze vraag uit te spreken.
L'urgence est rejetée par assis et levé.
De urgentie wordt verworpen bij zitten en opstaan.
Vraagt iemand het woord voor een
stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van
de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 1) |
||
Ja |
75 |
Oui |
Nee |
29 |
Non |
Onthoudingen |
23 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp
aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (449/4)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de
loi. Il sera soumis à la sanction royale. (449/4)
Reden van onthouding? (Nee)
Raison
d'abstention? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een
stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van
de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 2) |
||
Ja |
75 |
Oui |
Nee |
29 |
Non |
Onthoudingen |
23 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp
aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (450/4)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de
loi. Il sera soumis à la sanction royale. (450/4)
Reden van
onthouding? (Nee)
Raison
d'abstention? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een
stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 3) |
||
Ja |
127 |
Oui |
Nee |
0 |
Non |
Onthoudingen |
0 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel
aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.
(291/4)
En conséquence, la Chambre adopte la
proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet de loi à la sanction
royale. (291/4)
Stemming over amendement nr. 13 van
Kurt Moons cs op het opschrift. (297/10)
Vote sur l'amendement n° 13 de Kurt Moons
cs à l'intitulé. (297/10)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 4) |
||
Ja |
18 |
Oui |
Nee |
103 |
Non |
Onthoudingen |
5 |
Abstentions |
Totaal |
126 |
Total |
Bijgevolg is het amendement verworpen en is het opschrift aangenomen.
En conséquence, l'amendement est rejeté et l'intitulé est adopté.
Stemming over amendement nr. 14 van
Kurt Moons cs op artikel 2. (297/10)
Vote sur l'amendement n° 14 de Kurt Moons
cs à l'article 2. (297/10)
Mag de uitslag van de vorige stemming ook
gelden voor deze stemming? (Ja)
Peut-on considérer que le résultat du vote
précédent est valable pour celui-ci? (Oui)
(Stemming/vote 4)
Bijgevolg is het amendement verworpen.
En conséquence,
l'amendement est rejeté.
Stemming over amendement nr. 16 van
Vincent Van Quickenborne op artikel 2. (297/10)
Vote sur l'amendement n° 16 de Vincent Van
Quickenborne à l'article 2. (297/10)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 5) |
||
Ja |
24 |
Oui |
Nee |
103 |
Non |
Onthoudingen |
0 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 2 aangenomen.
En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 2 est adopté.
Stemming over amendement nr. 15 van
Kurt Moons cs op artikel 3. (297/10)
Vote sur l'amendement n° 15 de Kurt Moons
cs à l'article 3. (297/10)
Begin van de stemming
/ Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 6) |
||
Ja |
18 |
Oui |
Nee |
102 |
Non |
Onthoudingen |
6 |
Abstentions |
Totaal |
126 |
Total |
Bijgevolg is het amendement verworpen.
En conséquence, l'amendement est rejeté.
Stemming over amendement nr. 17 van
Vincent Van Quickenborne op artikel 3. (297/10)
Vote sur l'amendement n° 17 de Vincent Van
Quickenborne à l'article 3. (297/10)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 7) |
||
Ja |
24 |
Oui |
Nee |
103 |
Non |
Onthoudingen |
0 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg is het amendement verworpen en is artikel 3 aangenomen.
En conséquence, l'amendement est rejeté et l'article 3 est adopté.
Vraagt iemand het woord voor een
stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van
de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 8) |
||
Ja |
75 |
Oui |
Nee |
27 |
Non |
Onthoudingen |
25 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel
aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.
(297/11)
En conséquence, la Chambre adopte la proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet de loi à la sanction royale. (297/11)
Reden van
onthouding? (Nee)
Raison d'abstention? (Non)
(M. Patrick Prévot a voté contre.)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une
déclaration avant le vote? (Non)
Vraagt iemand het woord voor een stemverklaring? (Nee)
Begin van de
stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 9) |
||
Ja |
80 |
Oui |
Nee |
18 |
Non |
Onthoudingen |
29 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsontwerp
aan. Het zal aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd. (416/9)
En conséquence, la Chambre adopte le projet de
loi. Il sera soumis à la sanction royale. (416/9)
Reden van onthouding? (Nee)
Raison
d'abstention? (Non)
Ik heb daarnet collega Beels al laten uitwuiven, maar ook collega Mireille Colson is voor de laatste keer onder ons. Volgende week wordt zij vervangen. Ook haar dank ik graag voor haar inzet.
(Applaus)
(Applaudissements)
Ik wens beiden heel veel succes in hun verdere loopbaan. Zij zullen zeker niet opgaan in het niets.
Vraagt iemand het woord voor een
stemverklaring? (Nee)
Quelqu'un demande-t-il la parole pour une déclaration avant le vote? (Non)
Begin van
de stemming / Début du vote.
Heeft iedereen
gestemd en zijn stem nagekeken? / Tout le monde a-t-il voté et vérifié son
vote?
Einde van de
stemming / Fin du vote.
Uitslag van de
stemming / Résultat du vote.
(Stemming/vote 10) |
||
Ja |
107 |
Oui |
Nee |
0 |
Non |
Onthoudingen |
20 |
Abstentions |
Totaal |
127 |
Total |
Bijgevolg neemt de Kamer het wetsvoorstel
aan. Het zal als wetsontwerp aan de Koning ter bekrachtiging worden voorgelegd.
(433/4)
En conséquence, la Chambre adopte la
proposition de loi. Elle sera soumise en tant que projet de loi à la sanction
royale. (433/4)
Reden van onthouding? (Nee)
Raison
d'abstention? (Non)
Wij moeten overgaan tot de goedkeuring van de agenda voor de vergadering van volgende week.
Nous devons procéder à l’approbation de l'ordre du jour de la séance de la semaine prochaine.
Zijn er dienaangaande opmerkingen? (Nee)
Y a-t-il une observation à ce sujet? (Non)
Bijgevolg is de agenda aangenomen.
En conséquence, l'ordre du jour est adopté.
De vergadering wordt gesloten. Volgende vergadering donderdag 5 december 2024 om 14.15 uur.
La séance est levée. Prochaine séance le jeudi 5 décembre 2024 à 14 h 15.
De vergadering wordt gesloten om 19.56 uur.
La séance est levée à 19 h 56.
De bijlage is opgenomen in een aparte brochure
met nummer CRIV 56 PLEN 014 bijlage. |
L'annexe est reprise dans une brochure séparée,
portant le numéro CRIV 56 PLEN 014 annexe. |
DETAIL VAN DE NAAMSTEMMINGEN |
DETAIL DES VOTES NOMINATIFS |
Vote nominatif - Naamstemming: 1
Oui |
75 |
Ja |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bihet Mathieu, Clarinval David, Coenegrachts Steven, Crucke Jean-Luc, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Gabriëls Katja, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Reuter Florence, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vander Elst Kjell, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Quickenborne Vincent, Vanrobaeys Anja, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Yzermans Alain
Non |
29 |
Nee |
Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Bury Katleen, Daems Greet, D'Amico Roberto, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Eggermont Natalie, Huybrechts Britt, Jacquet Farah, Keuten Dieter, Merckx Sofie, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Ribaudo Julien, Samyn Ellen, Somers Werner, Tonniau Robin, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van den Bosch Annik, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Yigit Ayse
Abstentions |
23 |
Onthoudingen |
Buysrogge Peter, Colson Mireille, Cuylaerts Dorien, Dedecker Jean-Marie, Demesmaeker Eva, De Roover Peter, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Metsu Koen, Peeters Lotte, Raskin Wouter, Ronse Axel, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Vandeput Steven, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Wollants Bert
Vote nominatif - Naamstemming: 2
Oui |
75 |
Ja |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bihet Mathieu, Clarinval David, Coenegrachts Steven, Crucke Jean-Luc, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Gabriëls Katja, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Reuter Florence, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vander Elst Kjell, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Van Quickenborne Vincent, Vanrobaeys Anja, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Yzermans Alain
Non |
29 |
Nee |
Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Bury Katleen, Daems Greet, D'Amico Roberto, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Eggermont Natalie, Huybrechts Britt, Jacquet Farah, Keuten Dieter, Merckx Sofie, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Ribaudo Julien, Samyn Ellen, Somers Werner, Tonniau Robin, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van den Bosch Annik, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Yigit Ayse
Abstentions |
23 |
Onthoudingen |
Buysrogge Peter, Colson Mireille, Cuylaerts Dorien, Dedecker Jean-Marie, Demesmaeker Eva, De Roover Peter, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Francken Theo, Freilich Michael, Gijbels Frieda, Metsu Koen, Peeters Lotte, Raskin Wouter, Ronse Axel, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Vandeput Steven, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Wollants Bert
Vote nominatif - Naamstemming: 3
Oui |
127 |
Ja |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Clarinval David, Coenegrachts Steven, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoortere Ortwin, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Huybrechts Britt, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Keuten Dieter, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Moons Kurt, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Pas Barbara, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Somers Werner, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Vander Elst Kjell, Van Hecke Stefaan, Van Hoecke Alexander, Van Hoof Els, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, Vanrobaeys Anja, Van Rooy Sam, Van Vaerenbergh Kristien, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Non |
0 |
Nee |
Abstentions |
0 |
Onthoudingen |
Vote nominatif - Naamstemming: 4
Oui |
18 |
Ja |
Bury Katleen, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Non |
103 |
Nee |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, Clarinval David, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Vander Elst Kjell, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Abstentions |
5 |
Onthoudingen |
Bertrand Alexia, Coenegrachts Steven, De Knop Irina, Gabriëls Katja, Van Quickenborne Vincent
Vote nominatif - Naamstemming: 5
Oui |
24 |
Ja |
Bertrand Alexia, Bury Katleen, Coenegrachts Steven, De Knop Irina, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Gabriëls Katja, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vander Elst Kjell, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Non |
103 |
Nee |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, Clarinval David, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Abstentions |
0 |
Onthoudingen |
Vote nominatif - Naamstemming: 6
Oui |
18 |
Ja |
Bury Katleen, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Non |
102 |
Nee |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, Clarinval David, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Delcourt Catherine, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Abstentions |
6 |
Onthoudingen |
Bertrand Alexia, Coenegrachts Steven, De Knop Irina, Gabriëls Katja, Vander Elst Kjell, Van Quickenborne Vincent
Vote nominatif - Naamstemming: 7
Oui |
24 |
Ja |
Bertrand Alexia, Bury Katleen, Coenegrachts Steven, De Knop Irina, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Gabriëls Katja, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vander Elst Kjell, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Non |
103 |
Nee |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Buysrogge Peter, Clarinval David, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dedecker Jean-Marie, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, De Roover Peter, Désir Caroline, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Metsu Koen, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Ronse Axel, Safai Darya, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Abstentions |
0 |
Onthoudingen |
Vote nominatif - Naamstemming: 8
Oui |
75 |
Ja |
Bacquelaine Daniel, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Buysrogge Peter, Clarinval David, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Dedecker Jean-Marie, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, De Roover Peter, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Mahdi Sammy, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Tourneur Aurore, Van Bossuyt Anneleen, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain
Non |
27 |
Nee |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, Eggermont Natalie, Jacquet Farah, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Maouane Rajae, Merckx Sofie, Meunier Marie, Ribaudo Julien, Schlitz Sarah, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Van Hecke Stefaan, Yigit Ayse
Abstentions |
25 |
Onthoudingen |
Bertrand Alexia, Bury Katleen, Coenegrachts Steven, De Knop Irina, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Gabriëls Katja, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Prévot Patrick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vander Elst Kjell, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Vote nominatif - Naamstemming: 9
Oui |
80 |
Ja |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Bayet Hugues, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bihet Mathieu, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Clarinval David, Crucke Jean-Luc, Daems Greet, D'Amico Roberto, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demon Franky, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, De Smet François, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Eggermont Natalie, Farih Nawal, Foret Gilles, Frank Luc, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Jacquet Farah, Jadoul Pierre, Kompany Pierre, Lacroix Christophe, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Legasse Dimitri, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Merckx Sofie, Meuleman Brent, Meunier Marie, Michel Mathieu, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Prévot Maxime, Prévot Patrick, Ramlot Carmen, Reuter Florence, Ribaudo Julien, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Taton Julie, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Tourneur Aurore, Vanbesien Dieter, Vandemaele Matti, Van den Bosch Annik, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Van Hecke Stefaan, Van Hoof Els, Vanrobaeys Anja, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Yigit Ayse, Yzermans Alain
Non |
18 |
Nee |
Bury Katleen, Depoortere Ortwin, Dillen Marijke, Huybrechts Britt, Keuten Dieter, Moons Kurt, Pas Barbara, Ponthier Annick, Ravyts Kurt, Samyn Ellen, Somers Werner, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Van Hoecke Alexander, Van Lommel Reccino, Van Rooy Sam, Verbelen Kristien, Vereeck Lode
Abstentions |
29 |
Onthoudingen |
Bertrand Alexia, Buysrogge Peter, Coenegrachts Steven, Colson Mireille, Cuylaerts Dorien, Dedecker Jean-Marie, De Knop Irina, Demesmaeker Eva, De Roover Peter, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Francken Theo, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gijbels Frieda, Metsu Koen, Peeters Lotte, Raskin Wouter, Ronse Axel, Safai Darya, Van Bossuyt Anneleen, Vandeput Steven, Vander Elst Kjell, Van Quickenborne Vincent, Van Vaerenbergh Kristien, Verkeyn Charlotte, Wollants Bert
Vote nominatif - Naamstemming: 10
Oui |
107 |
Ja |
Aerts Staf, Almaci Meyrem, Bacquelaine Daniel, Beels Jinnih, Bertels Jan, Bertrand Alexia, Bihet Mathieu, Bury Katleen, Buysrogge Peter, Clarinval David, Coenegrachts Steven, Colson Mireille, Crucke Jean-Luc, Cuylaerts Dorien, Dedecker Jean-Marie, De Knop Irina, Delcourt Catherine, De Maegd Michel, Demesmaeker Eva, Demon Franky, Depoortere Ortwin, De Roover Peter, De Smet François, De Vreese Maaike, De Wever Bart, De Wit Sophie, D'Haese Christoph, Dillen Marijke, Dubois Xavier, Ducarme Denis, Dufrane Anthony, Farih Nawal, Foret Gilles, Francken Theo, Frank Luc, Freilich Michael, Gabriëls Katja, Gatelier Jean-François, Gielis Tine, Gijbels Frieda, Goffin Philippe, Grillaert Leentje, Handichi Youssef, Hansez Isabelle, Huybrechts Britt, Jadoul Pierre, Keuten Dieter, Kompany Pierre, Lamarti Fatima, Lambrecht Annick, Lasseaux Stéphane, Mahdi Sammy, Maouane Rajae, Matheï Steven, Matz Vanessa, Metsu Koen, Meuleman Brent, Michel Mathieu, Moons Kurt, Muylle Nathalie, Nuino Ismaël, Oru Funda, Pas Barbara, Peeters Lotte, Piedboeuf Benoît, Pirson Anne, Ponthier Annick, Prévot Maxime, Ramlot Carmen, Raskin Wouter, Ravyts Kurt, Reuter Florence, Ronse Axel, Safai Darya, Samyn Ellen, Schlitz Sarah, Scourneau Vincent, Seuntjens Oskar, Soete Jeroen, Somers Werner, Taton Julie, Tourneur Aurore, Troosters Frank, Van Belleghem Francesca, Vanbesien Dieter, Van Bossuyt Anneleen, Vandemaele Matti, Vandenbroucke Frank, Vandenbroucke Joris, Van den Heuvel Koen, Vandeput Steven, Vander Elst Kjell, Van Hecke Stefaan, Van Hoecke Alexander, Van Hoof Els, Van Lommel Reccino, Van Quickenborne Vincent, Vanrobaeys Anja, Van Rooy Sam, Van Vaerenbergh Kristien, Verbelen Kristien, Vereeck Lode, Verkeyn Charlotte, Verlinden Annelies, Weydts Axel, Wollants Bert, Yzermans Alain
Non |
0 |
Nee |
Abstentions |
20 |
Onthoudingen |
Bayet Hugues, Bilmez Kemal, Boukili Nabil, Daems Greet, D'Amico Roberto, Dermagne Pierre-Yves, Désir Caroline, Eggermont Natalie, Jacquet Farah, Lacroix Christophe, Legasse Dimitri, Merckx Sofie, Meunier Marie, Prévot Patrick, Ribaudo Julien, Thémont Sophie, Thiébaut Eric, Tonniau Robin, Van den Bosch Annik, Yigit Ayse